Wetenschappelijk verslag 2005-2007
Transcription
Wetenschappelijk verslag 2005-2007
Onderzoekschool Ius Commune Wetenschappelijk verslag 2005-2007 VERANTWOORDING A. ALGEMEEN In dit wetenschappelijk verslag van de Onderzoeksschool Ius Commune is de productie over de jaren 2005, 2006 en 2007 opgenomen. De verslaglegging vindt hier plaats per subprogramma. Achtereenvolgens zijn dat de programma's: Algemeen verbintenissen- en contractenrecht; Europees personen-, familie- en erfrecht; Goederenrecht; Aansprakelijkheid en verzekering; Grensoverschrijdend milieurecht; Rechtspersonen in Europa; Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa; Publiekrechtelijke rechtsvergelijking; Constitutionele processen in Europa en Constitutionele processen in de internationale rechtsorde. De aan de Onderzoeksschool verbonden geassocieerde (deel)programma’s Fiscale vraagstukken in de interne markt en Intellectuele eigendom zijn eveneens opgenomen in dit verslag. B. UITGANGSPUNTEN VOOR VERSLAGLEGGING I. Algemeen In dit verslag wordt onderscheid gemaakt tussen proefschriften, wetenschappelijke publicaties, vakpublicaties en annotaties. Het gehanteerde onderscheid is gebaseerd op de door de VSNU in haar Protocol 1998 ontwikkelde criteria voor beoordeling van het wetenschappelijk onderzoek. Bij de overzichten van publicaties is afgezien van het opnemen van een rubriek ‘Overige producten van wetenschappelijke activiteiten’ (redacteurschappen, lezingen, gastcolleges, etc.). Annotaties – geen officiële categorie binnen genoemde indeling – zijn grotendeels apart opgenomen. Sommige annotaties in met name enkele Belgische tijdschriften hebben echter een omvang en kwaliteit die opneming in de categorie ‘wetenschappelijke publicatie’ rechtvaardigen. Publicaties die volgens de VSNU-normen niet anders dan als vakpublicatie kunnen worden gekwalificeerd (o.a. bijdragen aan losbladige uitgaven, aan praktijkuitgaven, etc.) worden als zodanig aangeduid. Volgens de VSNU-criteria wordt een publicatie als wetenschappelijk aangemerkt wanneer deze voldoet aan het criterium ‘increasing the body of academic knowledge’. Daaruit volgt dat publicaties voor het onderwijs, wetboeken, maar ook bijdragen die gericht zijn op het presenteren van een overzicht van rechtspraak of wetgeving in beginsel geen wetenschappelijke publicatie vormen, maar een vakpublicatie. Deze laatsten zijn publicaties die gericht zijn op het verspreiden van kennis aan de vakgenoten, maar (behoudens tegenbewijs) niet bijdragen aan ‘increasing the body of academic knowledge’. Het spreekt voor zich dat het hier om uitgangspunten gaat. Een overzicht van rechtspraak kan i Wetenschappelijk verslag 2005-2007 derhalve wel degelijk als wetenschappelijk worden gekwalificeerd wanneer de auteur aantoont dat deze voldoet aan het criterium van ‘increasing the body of academic knowledge’ en dit als zodanig door de bevoegde programmaleider wordt geaccordeerd. Hetzelfde geldt in beginsel ook (wederom behoudens het bewijs van tegendeel) voor rapporten die in opdracht van derden werden geschreven. Het probleem bij dergelijke rapporten is dat zij, als zij al werden gepubliceerd, doorgaans niet een wetenschappelijke toets (van bijvoorbeeld een redactie) hebben doorstaan. In beginsel zijn dit derhalve vakpublicaties (als het überhaupt al publicaties zijn in de zin dat er een ISBN-nummer aan is toegekend of dat zij in een tijdschrift zijn gepubliceerd). Elektronische publicaties kunnen als publicatie worden beschouwd voor zover er wederom een redactionele toets heeft plaatsgevonden. Adviezen voor derden die niet werden gepubliceerd vormen in beginsel geen publicatie (behoudens uiteraard wanneer nadien publicatie plaatsvindt). Hetzelfde lot geldt rapporten die voor externe opdrachtgevers (EU, ministeries, of het bedrijfsleven) werden geschreven. Als het al publicaties zijn zijn het in beginsel vakpublicaties. Wederom geldt dat het hier om een uitgangspunt gaat: het tegendeel kan worden aangetoond wanneer blijkt dat sprake is van ‘increasing the body of academic knowledge’. Hetgeen zojuist vermeld werd ten aanzien van niet-gepubliceerde rapporten of adviezen geldt eveneens voor zogenaamde working papers: vermits dit (nog) geen publicaties zijn zijn deze in beginsel niet opgenomen, tenzij een working paper in een wetenschappelijk (al dan niet elektronisch) tijdschrift zou zijn gepubliceerd. Dan betreft het een publicatie en kan worden nagegaan of het een wetenschappelijke dan wel een vakpublicatie betreft. Het verslag is opgesteld volgens het zogenaamde Standaard Evaluation Protocol (SEP). De Nederlandse universiteiten hebben zich ertoe verbonden bij (externe) evaluaties dit SEP te volgen en derhalve is de verslaglegging daarop afgesteld. Aan de programmaleiders is dan ook gevraagd om bij de verslaglegging rekening te houden met de volgens het SEP relevante criteria. De aanwijzing van de programmaleiders is opgenomen in bijlage bij dit verslag. Bewust is in dit verslag gekozen voor een volledige opname van de publicaties van de onderzoeksgroepen. Alleen op die manier wordt een volledig beeld verkregen van de kwantiteit en kwaliteit van de productie binnen die groepen. II. Specifiek Hoewel in dit wetenschappelijk onderzoek de productie over de jaren 2005, 2006 en 2007 is opgenomen, zijn sommige publicaties die slechts begin 2008 verschenen toch opgenomen wanneer het betreffende onderzoek in 2007 werd afgesloten. ii Verantwoording Alle publicaties (wetenschappelijke dan wel vak) worden in beginsel slechts éénmaal opgenomen, ook wanneer er meerdere auteurs zijn. De publicatie wordt dan opgenomen op basis van de alfabetische naamsvolgorde van de eerste auteur. Publicaties kunnen uiteraard in beginsel ook slechts in één programma worden opgenomen. Bepaalde publicaties kunnen daarentegen wel als kernpublicatie in meer dan één programma worden opgevoerd, mits door de programmaleider wordt toegelicht waarom zulks gebeurt. Uiteraard bestaat ten aanzien van deze en de hierna vermelde criteria de nodige interpretatievrijheid. De uiteindelijke verantwoordelijkheid (mits een toets door wetenschappelijk directeur en bestuur) voor de wijze van verslaglegging (en dus ook de indeling) ligt bij de coördinerend programmaleider. III. Input/output criteria In beginsel dient een voltijds onderzoeker minimaal 0,2 fte in een programma onder te brengen. Vandaar dat bij de overzichten van onderzoekers ook steeds hun participatie binnen het programma is aangegeven. Participatie in meerdere programma's is mogelijk, doch (wederom bij een voltijds aanstelling) dan ook voor minimaal 0,2 fte. Dit betekent dat men bij een voltijdse aanstelling maximaal in twee programma's kan participeren (voor 0,2 fte per programma) ervan uitgaande dat men een 0,4 onderzoeksaanstelling heeft. Lagere aanstellingen zijn slechts aanvaardbaar voor honoraire onderzoekers, deeltijders of promovendi. Participatie in meerdere programma's is dus mogelijk. Wanneer hiervan systematisch sprake is zou dit via een formele participatie in het andere programma (dus via een deeltijdfactor) moeten worden duidelijk gemaakt. Een onderzoeker heeft uiteraard de vrijheid om ook te publiceren in andere programma's. Wanneer een onderzoeker occasioneel binnen een ander programma publiceert wordt die publicatie uiteraard in het betreffende programma opgevoerd en wordt de onderzoeker aldaar als ‘gastonderzoeker’ aangemerkt. Publicaties die geen uitvoering vormen van enig programma binnen de Ius Commune Onderzoekschool worden binnen het programma waarin de onderzoeker participeert onder de rubriek ‘overige publicaties’ opgenomen. De per programma opgenomen publicatieresultaten dienen dus in beginsel een uitvoering te vormen van het programma van de onderzoekschool. Voor zover dat niet het geval is worden de publicaties van de betreffende onderzoeker in de categorie ‘overige publicaties’ opgenomen. Wat de outputcriteria betreft geldt dat bij een voltijdse onderzoeksaanstelling (dus 0,4 fte) van een onderzoeker in beginsel vereist wordt dat hij drie wetenschappelijke publicaties per jaar heeft op het terrein van de onderzoekschool. Bij participatie in meerdere programma's vindt ook een proportionele reductie van de publicatie-eisen plaats en datzelfde geldt uiteraard bij een beperktere iii Wetenschappelijk verslag 2005-2007 input in een specifiek programma. ‘Overige publicaties’ gelden in beginsel niet om aan de publicatie-eisen te voldoen. Echter, bij de beoordeling van de vraag of aan de outputvereisten is voldaan berust een grote beoordelingsvrijheid bij de (coördinerend) programmaleider. Bijvoorbeeld bij publicatie van één substantieel artikel in een belangrijk internationaal tijdschrift kan de programmaleider van oordeel zijn dat toch aan het outputcriterium is voldaan. Dit hangt ook in grote mate met de aard van het vakgebied samen. Op promovendi rust, behoudens het schrijven van hun proefschrift, geen publicatieplicht. Samenvattend: Wanneer een onderzoeker vooraf (via de deeltijdfactor) heeft aangegeven voor een bepaald deel van de onderzoekstijd in een ander programma werkzaam te willen zijn, zullen ook publicaties in dat andere programma vanzelfsprekend worden meegewogen bij de beoordeling van de vraag, of aan publicatie-eisen is voldaan; - wetenschappelijke publicaties die niet onder het programma van de onderzoekschool vallen worden niet meegewogen in de beoordeling of een onderzoeker heeft voldaan aan de publicatie-eisen van de onderzoekschool; - de vraag in hoeverre een boek dan wel internationale publicaties zwaarder dienen te worden meegewogen, behoort in beginsel aan de beoordeling van de programmaleider; - of een publicatie uitvoering vormt van het programma behoort eveneens tot de beoordelingsbevoegdheid van de (coördinerend) programmaleider. Zulks wordt ex post (marginaal) getoetst door de wetenschappelijk directeur en door het bestuur van de Ius Commune Onderzoekschool. IV. Nationaal recht, rechtsvergelijking en Ius Commune Anders dan in het verleden bij verslaglegging het geval was is afgezien van het zetten van sterretjes (*) bij publicaties die als zuivere Ius Commune publicaties konden worden aangezien. Relevante vraag (te beoordelen door de programmaleider) is of een publicatie uitvoering vormt van het specifieke programma en daarmee van de missie van de Ius Commune Onderzoekschool. Uitvoering geven aan die missie zal allicht het geval zijn bij rechtsvergelijkende publicaties en publicaties die onderzoeken in welke mate het wenselijk is een Ius Commune op een bepaald rechtsgebied tot stand te brengen. Echter, ook zuiver nationaal-rechtelijke publicaties zijn niet per definitie uitgesloten in de mate dat zij ondersteunend kunnen zijn voor het grondslagendebat over de totstandkoming van een Ius Commune en daarmee ook een bijdrage leveren aan de uitvoering van het programma en daarmee van de missie van de onderzoekschool. iv Verantwoording Deze missie wordt uitgevoerd door: - binnen de afzonderlijke rechtsgebieden (privaatrecht, publiekrecht) van grondslagen onderzoek te doen vanuit de gedachte dat inzicht in deze grondslagen kan bijdragen aan (kennis over) integratieprocessen; - het uitvoeren van rechtsvergelijkend onderzoek met hetzelfde doel; - de bestudering van de rol van het Europees en internationaal recht bij genoemde integratieprocessen. Veel van het onderzoek in de Ius Commune Onderzoekschool is gericht op de (on)mogelijkheid van integratie/harmonisatie van rechtsregels in regionale samenwerkingsverbanden, zoals Europa, zonder dat evenwel harmonisatie op normatief vlak door de school wordt nagestreefd of bevorderd. Maastricht, 1 februari 2008 v INHOUDSOPGAVE VERANTWOORDING.............................................................................................i A. Algemeen .......................................................................................................i B. Uitgangspunten voor verslaglegging..............................................................i I. Algemeen .....................................................................................................i II. Specifiek .................................................................................................... ii III. Input/output criteria .................................................................................. iii IV. Nationaal recht, rechtsvergelijking en Ius Commune............................. iv IUS COMMUNE ....................................................................................................1 A. Centrale probleemstelling..............................................................................1 B. De programmastructuur.................................................................................1 C. Gezamenlijke wetenschappelijke activiteiten binnen het programma...........2 EUROPEES PRIVAATRECHT ................................................................................5 ALGEMEEN VERBINTENISSEN- EN CONTRACTENRECHT ...................................7 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel................................................................................................7 Deelprogramma's...........................................................................................7 Onderzoeksleden programma........................................................................7 Trefwoorden..................................................................................................9 Samenvatting programmaopzet .....................................................................9 I. Programmaopzet.........................................................................................9 a. Oorspronkelijke probleemstelling, doelstellingen en methode .......9 b. Actualisering .................................................................................11 II. Beoogde resultaten ...................................................................................11 III. Academische reputatie en verspreiding van onderzoeksresultaten ........12 IV. Relatie tot de onderzoeksschool...............................................................12 V. Effecten van de samenwerking ................................................................13 VI. Onderzoeksfaciliteiten en middelentoekenning ......................................13 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel ...............................13 Inhoudelijk overzicht resultaten ..................................................................13 I. Publicaties .................................................................................................13 II. Gezamenlijke activiteiten.........................................................................14 III. Verkregen subsidies..................................................................................16 Voortzetting.................................................................................................16 Kernpublicaties............................................................................................16 Uitstekende publicaties................................................................................17 Dissertaties ..................................................................................................17 Overzicht van alle overige publicaties ........................................................18 Wetenschappelijke publicaties............................................................................18 Vakpublicaties .....................................................................................................42 Annotaties ............................................................................................................59 vii Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Publicaties ‘gastonderzoekers’............................................................................62 Overige publicaties..............................................................................................64 EUROPEES PERSONEN-, FAMILIE- EN ERFRECHT.............................................77 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel..............................................................................................77 Deelprogramma's.........................................................................................77 Onderzoeksleden programma......................................................................77 Trefwoorden................................................................................................78 Samenvatting programmaopzet ...................................................................78 I. Oorspronkelijke probleemstelling en doelstellingen...............................78 II. Onderzoeksthema's...................................................................................79 Inhoudelijk overzicht resultaten over verslagperiode..................................79 I. Deel I: Gezamenlijke activiteiten.............................................................79 II. Deel II: Activiteiten die niet gezamenlijk zijn, maar die binnen het gebied Ius Commune vallen.....................................................................80 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel ...............................85 Voortzetting.................................................................................................85 Kernpublicaties............................................................................................87 Uitstekende publicaties................................................................................88 Dissertaties ..................................................................................................88 Overzicht van alle overige publicaties ........................................................88 Wetenschappelijke publicaties ....................................................................88 Vakpublicaties...........................................................................................102 Annotaties ......................................................................................................... 108 Overige publicaties........................................................................................... 112 GOEDERENRECHT ..........................................................................................113 A. B. C. D. E. Volledige titel............................................................................................113 Deelprogramma's.......................................................................................113 Onderzoeksleden programma....................................................................113 Trefwoorden..............................................................................................114 Samenvatting programmaopzet .................................................................114 I. Leiderschap en managementstijl........................................................... 114 II. Programmaopzet.................................................................................... 115 III. Actualisering.......................................................................................... 118 IV. Methodiek .............................................................................................. 119 V. Beoogde resultaten ................................................................................ 120 VI. Effecten van samenwerking.................................................................. 120 VII. Relatie tot de onderzoekschool ............................................................. 121 VIII. Academische reputatie .......................................................................... 122 IX. Onderzoeksfaciliteiten, middelentoewijzing........................................ 123 F. Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................123 G. Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................124 I. Algemeen ............................................................................................... 124 II. Gemeenschappelijke Activiteiten ......................................................... 124 viii Inhoudsopgave H. I. J. K. L. Voortzetting...............................................................................................126 Kernpublicaties..........................................................................................127 Uitstekende publicaties..............................................................................127 Dissertaties ................................................................................................128 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................128 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 128 Vakpublicaties .................................................................................................. 139 Annotaties ......................................................................................................... 146 Publicaties ‘gastonderzoekers’......................................................................... 148 Overige publicaties........................................................................................... 149 AANSPRAKELIJKHEID EN VERZEKERING.......................................................153 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel............................................................................................153 Deelprogramma's.......................................................................................153 Onderzoeksleden programma....................................................................153 Trefwoorden..............................................................................................154 Samenvatting programmaopzet .................................................................154 I. Leiderschap, managementstijl & communicatie.................................. 154 II. Programmaopzet.................................................................................... 155 III. Beoogde resultaten ................................................................................ 156 IV. Relatie tot de onderzoeksschool............................................................ 157 V. Academische reputatie .......................................................................... 157 VI. Effecten van de samenwerking ............................................................. 158 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................158 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................158 I. Shifts in Governance ............................................................................. 158 II. Gemeenschappelijke activiteiten en publicaties................................... 159 III. Contractonderzoek................................................................................. 161 IV. Samenwerking met de European Group on Tort Law, ECTIL en Cambridge.............................................................................................. 162 Voortzetting...............................................................................................163 Kernpublicaties..........................................................................................164 Uitstekende publicaties..............................................................................164 Dissertaties ................................................................................................165 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................165 Wetenschappelijke publicaties ..................................................................165 Vakpublicaties .................................................................................................. 190 Annotaties .................................................................................................198 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................202 Overige publicaties........................................................................................... 204 GRENSOVERSCHRIJDEND MILIEURECHT .......................................................209 A. Volledige titel............................................................................................209 B. Deelprogramma's.......................................................................................209 C. Onderzoeksleden programma....................................................................209 ix Wetenschappelijk verslag 2005-2007 D. Trefwoorden..............................................................................................211 E. Samenvatting programmaopzet .................................................................211 I. Leiderschap, managementstijl & communicatie.................................. 211 II. Programmaopzet.................................................................................... 212 a. Thema: grensoverschrijdend milieurecht ....................................212 b. Methodologie ..............................................................................213 c. Thema's .......................................................................................214 III. Beoogde resultaten ................................................................................ 216 IV. Relatie tot de onderzoekschool ............................................................. 217 V. Academische reputatie .......................................................................... 217 VI. Effecten van de samenwerking ............................................................. 218 F. Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................219 G. Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................219 I. Bijeenkomsten ....................................................................................... 219 II. Gezamenlijke publicaties ...................................................................... 221 III. Deelname aan door de EU gefinancierde onderzoeksprogramma's (6de kader programma) .................................................... 222 IV. Contractonderzoek................................................................................. 222 H. Voortzetting...............................................................................................222 I. Kernpublicaties..........................................................................................224 J. Uitstekende publicaties..............................................................................224 K. Dissertaties ................................................................................................225 L. Overzicht van alle overige publicaties ......................................................226 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 226 Vakpublicaties .................................................................................................. 245 Annotaties .................................................................................................258 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................264 Overige publicaties....................................................................................265 RECHTSPERSONEN IN EUROPA ......................................................................271 A. B. C. D. E. x Volledige titel............................................................................................271 Deelprogramma's.......................................................................................271 Onderzoeksleden programma....................................................................271 Trefwoorden..............................................................................................272 Samenvatting programmaopzet .................................................................272 I. Leiderschap, managementstijl en communicatie ................................. 272 II. Programmaopzet.................................................................................... 273 a. Oorspronkelijke probleemstelling en doelstellingen ...................273 b. Actualisering; huidige programmaopzet .....................................273 1. Aspecten van formele harmonisatie ........................................273 2. Aspecten van materiële harmonisatie......................................275 3. Corporate Governance ............................................................276 4. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen...........................277 c. Methodiek en beoogde resultaten................................................278 d. Relatie tot de onderzoekschool....................................................278 e. Academische reputatie en effecten van de samenwerking ..........279 Inhoudsopgave F. G. H. I. J. K. L. Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................279 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................279 Voortzetting...............................................................................................280 Kernpublicaties..........................................................................................280 Uitstekende publicaties..............................................................................280 Dissertaties ................................................................................................281 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................281 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 281 Vakpublicaties .................................................................................................. 290 Annotaties .................................................................................................295 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................296 FISCALE VRAAGSTUKKEN IN DE INTERNE MARKT (GEASSOCIEERD PROGRAMMA)......................................................................297 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel............................................................................................297 Deelprogramma's.......................................................................................297 Onderzoeksleden programma....................................................................297 Trefwoorden..............................................................................................298 Samenvatting programmaopzet .................................................................298 I. Programmaopzet.................................................................................... 298 II. Programma gedetailleerd ...................................................................... 299 a. Invloed van het Europees recht op het nationale belastingrecht..299 b. Economie en belastingen.............................................................300 c. Rechtsvergelijking: fiscale concurrentie en staatssteun in Europa .........................................................................................300 d. Omzetbelasting............................................................................301 e. Vergelijkende belasting van inkomsten uit arbeid (incl. grensarbeiders en pensioenen) ...........................................302 III. Beoogde resultaten ................................................................................ 303 IV. Academische reputatie .......................................................................... 303 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................304 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................304 Voortzetting...............................................................................................304 Kernpublicaties..........................................................................................304 Uitstekende publicaties..............................................................................304 Dissertaties ................................................................................................305 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................305 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 305 Vakpublicaties .................................................................................................. 309 Annotaties ......................................................................................................... 315 Publicaties ‘gastonderzoekers’......................................................................... 316 Overige publicaties........................................................................................... 316 xi Wetenschappelijk verslag 2005-2007 GRONDSLAGEN EN BEGINSELEN VAN BURGERLIJK PROCESRECHT IN EUROPA ......................................................................................................317 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel............................................................................................317 Deelprogramma's.......................................................................................317 Onderzoeksleden programma....................................................................317 Trefwoorden..............................................................................................318 Samenvatting programmaopzet .................................................................318 I. Achtergronden ....................................................................................... 318 II. Afbakening en doelstelling van het programma .................................. 320 III. Werkwijze.............................................................................................. 322 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................323 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................323 Voortzetting...............................................................................................327 Kernpublicaties..........................................................................................328 Uitstekende publicaties..............................................................................328 Dissertaties ................................................................................................328 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................329 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 329 Vakpublicaties .................................................................................................. 339 Annotaties .................................................................................................344 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................347 INTELLECTUELE EIGENDOM (GEASSOCIEERD PROGRAMMA)......................................................................349 A. B. C. D. E. Volledige titel............................................................................................349 Deelprogramma's.......................................................................................349 Onderzoeksleden programma....................................................................349 Trefwoorden..............................................................................................350 Samenvatting programmaopzet .................................................................350 I. Leiderschap, managementstijl & communicatie.................................. 350 II. Programmaopzet.................................................................................... 350 a. Summary and Contents of the research programme....................350 b. Actualisering ...............................................................................354 III. Beoogde resultaten ................................................................................ 355 a. General nature .............................................................................355 b. Research subject chosen..............................................................356 IV. Relatie tot de onderzoekschool ............................................................. 357 a. EU ...............................................................................................357 b. International ................................................................................357 V. Academische reputatie .......................................................................... 358 VI. Effecten van de samenwerking ............................................................. 359 F. Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................360 G. Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................360 I. Conferences and Seminars organised................................................... 360 II. Contractonderzoek................................................................................. 361 xii Inhoudsopgave H. Voortzetting...............................................................................................361 I. General................................................................................................... 361 II. Personnel................................................................................................ 362 III. Activities ................................................................................................ 362 IV. PhDs ....................................................................................................... 362 I. Kernpublicaties..........................................................................................363 J. Uitstekende publicaties..............................................................................363 K. Dissertaties ................................................................................................364 L. Overzicht van alle overige publicaties ......................................................364 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 364 Vakpublicaties .................................................................................................. 371 Annotaties .................................................................................................373 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................375 Overige publicaties........................................................................................... 375 IUS COMMUNE EN PUBLIEKRECHT .................................................................377 A. Algemene inleiding ...................................................................................377 B. Toekomst...................................................................................................378 PUBLIEKRECHTELIJKE RECHTSVERGELIJKING ............................................381 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel............................................................................................381 Deelprogramma's.......................................................................................381 Onderzoeksleden programma....................................................................381 Trefwoorden..............................................................................................383 Samenvatting programmaopzet .................................................................383 I. Doelstellingen, onderzoeksobjecten ..................................................... 383 II. Beoogde resultaten; effecten van de samenwerking............................ 383 III. Academische reputatie .......................................................................... 384 IV. Organisatie en management.................................................................. 384 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................384 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................385 I. Inleiding ................................................................................................. 385 II. SARO-project ‘Politieke controle in Europa’ ...................................... 385 III. Gezamenlijke publicaties en congressen .............................................. 386 Voortzetting...............................................................................................387 Kernpublicaties..........................................................................................388 Uitstekende publicaties..............................................................................388 Dissertaties ................................................................................................389 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................390 Wetenschappelijke publicaties ..................................................................390 Vakpublicaties .................................................................................................. 412 Annotaties .................................................................................................424 Publicaties ‘gastonderzoekers’ ..................................................................444 Overige publicaties........................................................................................... 444 Bijlage: Activiteitenplan Montesquieu-instituut Maastricht 2008-2009......445 xiii Wetenschappelijk verslag 2005-2007 CONSTITUTIONELE PROCESSEN IN EUROPA ..................................................457 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. Volledige titel............................................................................................457 Deelprogramma's.......................................................................................457 Onderzoeksleden programma....................................................................457 Trefwoorden..............................................................................................458 Samenvatting programmaopzet .................................................................458 I. Inhoudelijke samenvatting .................................................................... 458 II. Aansturing en werkverbanden .............................................................. 461 III. Methodiek en doelgroep........................................................................ 462 IV. Verspreiding onderzoeksresultaten....................................................... 462 V. Onderzoeksfinanciering, reputatie onderzoekers. ................................ 463 VI. Opleiding en coaching........................................................................... 463 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................463 Inhoudelijk overzicht resultaten ................................................................464 Voortzetting...............................................................................................465 Kernpublicaties..........................................................................................466 Uitstekende publicaties..............................................................................466 Dissertaties ................................................................................................466 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................467 Wetenschappelijke publicaties......................................................................... 467 Vakpublicaties .................................................................................................. 479 Annotaties ......................................................................................................... 486 Publicaties ‘gastonderzoekers’......................................................................... 489 Overige publicaties........................................................................................... 490 Bijlage 1 bij deelprogramma II: Globale inhoud Binding Unity/Divergent Concepts project ..........493 Bijlage 2 bij deelprogramma II: Deelenemers aan het Binding Unity project en hun bijdragen......495 CONSTITUTIONELE PROCESSEN IN DE INTERNATIONALE RECHTSORDE ......499 A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. xiv Volledige titel............................................................................................499 Deelprogramma's.......................................................................................499 Onderzoeksleden programma....................................................................499 Trefwoorden..............................................................................................500 Samenvatting programmaopzet .................................................................500 Opbouw onderzoeksinput wetenschappelijk personeel .............................501 Inhoudelijk overzicht resultaten over verslagperiode................................501 Voortzetting...............................................................................................504 Kernpublicaties..........................................................................................504 Uitstekende publicaties..............................................................................505 Dissertaties ................................................................................................505 Overzicht van alle overige publicaties ......................................................506 Wetenschappelijke publicaties ..................................................................506 Vakpublicaties .................................................................................................. 514 Inhoudsopgave Annotaties .................................................................................................520 Publicaties ‘gastonderzoekers’......................................................................... 521 Overige publicaties........................................................................................... 521 Bijlage bij Ius Commune en publiekrecht: Constitutionele processen: de (wisselwerking tussen de) nationale, Europese en internationale dimensie...............................................................525 xv IUS COMMUNE A. CENTRALE PROBLEEMSTELLING Voor een beschrijving van de probleemstelling van de Onderzoeksschool en van de uitgangspunten voor het gemeenschappelijk onderzoek, zij verwezen naar de hererkeningsaanvraag. De voorgeschiedenis van het onderzoeksprogramma is te vinden in het Wetenschappelijk verslag 1995-1998. B. DE PROGRAMMASTRUCTUUR Programma: IUS COMMUNE EN PRIVAATRECHT Deelprogramma's en onderzoeksgroepen: ¾ Europees privaatrecht - Algemeen verbintenissen- en contractenrecht - Personen- en familierecht - Consumentenrecht - Goederenrecht ¾ Aansprakelijkheid en verzekering ¾ Grensoverschrijdend milieurecht ¾ Ondernemingen in Europa - Rechtspersonen in Europa - Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) ¾ Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa ¾ Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Programma: IUS COMMUNE EN PUBLIEKRECHT Deelprogramma's en onderzoeksgroepen: ¾ Publiekrechtelijke rechtsvergelijking ¾ Constitutionele processen in Europa ¾ Constitutionele processen in de internationale rechtsorde 1 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 C. GEZAMENLIJKE WETENSCHAPPELIJKE ACTIVITEITEN BINNEN HET PROGRAMMA Hierbij wordt een overzicht geboden van activiteiten die door de Ius Commune Onderzoeksschool als geheel zijn ondernomen en derhalve niet terug te voeren zijn tot een of meer programma's. De jaarlijkse Ius Commune congressen vonden in de verslagperiode plaats op: - 1 en 2 december 2005 te Edinburgh; - 30 november en 1 december 2006 te Utrecht; - 29 en 30 november 2007 te Luik. Sedert september 2007 beschikt de Onderzoekschool Ius Commune over een geheel vernieuwde website: <http://www.iuscommune.eu>. Sinds 2000 worden onder redactie van Hesselink, Hondius, Smits en Stijns de Ius Commune Lectures on European Private Law gepubliceerd. Verschenen zijn de volgende delen: 1. Hector MacQueen, Scots law and the Road to the New Ius Commune. 2. Alan Watson, Legal Transplants and European Private Law 3. Martin A. Hogg, Lowlands to Low Country: Perspectives on the Scottish and Dutch Law of Unjustified Enrichment 4. Aharon Barak, Some Reflections on the Israeli Legal System and its Judiciary 5. Hector MacQueen, Laws and Languages: Some Historical Notes from Scotland 6. Christian Joerges, On the Legitimacy of Europeanising Private Law 7. Horatia Muir Watt, Choice of Law in Integrated and Interconnected Markets: a Matter of Political Economy 8. Roy Goode, Contract and Commercial Law: the Logic and Limits of Harmonisation 9. Wouter Snijders, Building a European Contract Law; five Fallacies and two Castles in Spain 10. Anne-Françoise Debruche, Judicial Fairness in the Realm of Strict Law: Comparative Insights around a Classic Encroachment Case In 2001 werd de Ius Commune Prize ingesteld voor de beste publicatie van een jonge onderzoeker op het terrein van ius commune. De jury heeft bestaan uit 2 Ius Commune leden van de in de Onderzoekschool deelnemende faculteiten. Winnaars van de Ius Commune Prize in de verslagperiode waren: - Michal Bobek, The Binding Force of Babel: The Enforcement of EC Law Unpublished in the Languages of the New Member States (2007) - Pål Wennerås, A New Dawn for Commission Enforcement under Articles 226 and 228 EC: General and Persistent (GAP) Infringements, Lump Sums and Penalty Payments (2006) - Ian Curry-Sumner, Uniform Trend in Non-Marital Registered Relationships in Europe (2005) 3 EUROPEES PRIVAATRECHT De centrale doelstelling binnen het overkoepelende deelprogramma Europees privaatrecht is tweeërlei. Binnen het deelprogramma wordt zowel onderzoek verricht naar de spanning tussen nationaal privaatrecht en het recht van de Europese institutionele organen (met name de Europese Unie en de Raad van Europa) als naar de mogelijkheden om ook los van die supra-Europese organisaties een Europees privaatrecht te bewerkstelligen. In de eerste plaats geldt immers dat door de toenemende economische, sociale en politieke integratie van de lidstaten van de Europese Unie de uit Brussel afkomstige regelgeving in de diverse lidstaten een steeds belangrijker plaats inneemt. Ook van het EVRM en van de daarop gebaseerde rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens gaat een harmoniserende invloed uit. Daarnaast bestaan ook verdragen op deelterreinen (zoals vele verdragen op het terrein van het personen- en familierecht en het Weens Koopverdrag). Elk van deze instrumenten heeft een weliswaar unificerend effect op Europees niveau, maar ook een desintegrerend effect op nationaal niveau. Doordat de harmonisatie beperkt is tot deelgebieden van nationaal recht, ontstaat immers in de lidstaten, binnen een zelfde rechtsgebied, een cesuur tussen nationaal recht dat geharmoniseerd is met het recht van andere lidstaten en recht dat aan deze harmonisatie ontsnapt. Gevolg daarvan is een grotere dispariteit binnen het recht van elke lidstaat, hetgeen kan leiden tot onevenwichtigheid en een geringere transparantie van het nationale recht. Reeds dit roept de vraag op naar de mogelijkheid van formulering van beginselen die commuun zijn aan de privaatrechtsstelsels van de Europese lidstaten: alleen door een beklemtoning van de grondslagen en algemene beginselen van de diverse rechtsstelsels kan een zekere graad van cohesie binnen het op het grondgebied van een zelfde lidstaat geldende regelenbestand – wat ook de oorsprong daarvan moge zijn (cf. het pluralisme van rechtsbronnen) – worden bewerkstelligd. In de tweede plaats geldt dat ook de andere mogelijkheden om een Europees privaatrecht te bewerkstelligen en hun mogelijke invloed op nationale rechtsstelsels een wetenschappelijke bestudering behoeven. In dit verband dient wederom de ontwikkeling van algemene beginselen van Europees privaatrecht te worden genoemd, doch nu niet zozeer als panacee voor praktische nationale problemen als wel als zelfstandige methode van niet-centralistische unificatie. Noodzakelijk onderdeel van dit onderzoek is het bestuderen van beginselen en regelingen die aan Europese rechtstelsels gemeenschappelijk zijn, waarvan er vele zijn voortgekomen uit dezelfde historische wortels, met name uit hetgeen vroeger als Europees ‘ius commune’ werd ervaren. Eveneens noodzakelijk onderdeel hiervan is bestudering van de vraag in hoeverre de rechtsstelsels van de civil law- en de common law-traditie nader tot elkaar kunnen worden gebracht en welke ervaringen daarmee zijn opgedaan in de zogenaamde ‘gemengde rechtsstelsels’. 5 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 In overeenstemming met de traditionele privaatrechtelijke systematiek in de civil law-traditie wordt vervolgens onderscheiden in de projecten Algemeen verbintenissen- en contractenrecht, Personen- en familierecht, en Goederenrecht. 6 ALGEMEEN VERBINTENISSEN- EN CONTRACTENRECHT A. VOLLEDIGE TITEL Algemeen verbintenissen- en contractenrecht B. DEELPROGRAMMA'S Algemeen verbintenissen- en contractenrecht C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Dhr. Prof.Mr. J.M. Smits(UM) 01-01-99 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Mr. M. Hesselink (UvA) Dhr. Prof.Mr. E.H. Hondius (UU) Mw. Prof.Dr. S. Stijns (KUL) 01-10-03 01-01-95 01-01-99 senior onderzoekers Dhr. Prof.Dr. R. Van den Bergh (EUR)* Mw. Prof.Dr. K. Boele-Woelki (UU) Dhr. Mr. D. Busch (UU) Dhr. Prof.Mr. C.E. Du Perron (UvA) Dhr. Mr. J. Hage (UM)* Dhr. Prof.Mr. J. Hallebeek (VU)* Dhr. Prof.Mr. A.S. Hartkamp (RU) Dhr. Prof.Mr. T. Hartlief (UM) Dhr. Prof.Mr. M. Hesselink (UvA) Dhr. Prof.Mr. Ch. Jansen (VU) Dhr. Dr. R.J.Q. Klomp (UU) Dhr. Prof.Mr. M. Loos (UvA) Dhr. Prof. A.I. Ogus (UM / Manchester)* Dhr. Prof.Mr. J.G.J. Rinkes (UM / OU)** Dhr. Dr. A.C. van Schaick (UU) Dhr. Prof.Mr. E.J.H. Schrage (UvA) Dhr. Prof.Dr. M.E. Storme (KUL) Dhr. Prof.Dr. J. Stuyck (KUL) Dhr. Prof.Mr. R.P.J.L. Tjittes (VU) 01-02-00 01-01-95 01-09-98 01-10-99 01-05-04 01-10-00 01-01-95 01-10-99 01-01-95 01-10-04 01-03-02 01-10-03 01-09-98 01-01-95 01-03-02 01-10-05 01-01-95 01-01-95 01-09-98 Einde 30-09-03 7 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Begin onderzoekers Dhr. Mr. C. Bollen (UM) Mw. O. Bueno Diaz (UvA) Mw. C. Cauffman (KUL) Mw. O.O. Cherednychenko (VU) Mw. Mr. T.E. Deurvorst (UU) Dhr. Mr. J.H. Dondorp (VU)* Dhr. Mr. Ch. Jeloschek (UU) Mw. Mr. S.A. Kruisinga (UU) Mw. Mr. C.B.P. Mahé (UU) Mw. Dr. C. Mak (UvA) Dhr. Dr. W. Rauws (UM) Mw. Mr. J. Rutgers (UvA) Mw. I. Samoy (KUL) Mw. Mr. M. Schaub (UU) Mw. Mr. H. Schelhaas Mw. H. Sivesand (UU) Dhr. Mr. G.J.P. de Vries (UvA) Dhr. Prof.Dr. P. Wéry (UCL) Dhr. Prof.Mr. L.C. Winkel (EUR) 01-01-95 03-11-07 01-06-99 19-04-07 01-10-03 01-10-03 01-10-99 01-10-07 03-03-06 27-09-07 01-10-04 01-07-01 01-06-99 01-10-05 01-10-97 01-02-00 01-10-99 14-02-03 01-04-05 promovendi Dhr. D. Alessi (UU) Dhr. G. Arnokouros (UU) Dhr. Mr. J. Baaij (UvA) Mw. O. Bueno Diaz (UvA) Mw. O.O. Cherednychenko (VU)* Dhr. Mr. R. Hardy (UM) Mw. Mr. G. Hesen (UM) Dhr. Mr. B. van Hofstraeten (UM)* Mw. N. Kornet (UM) Mw. Mr. K. Kryczka (UU) Mw. Mr. J. Luzak (UvA) Mw. Mr. C.B.P. Mahé (UU) Mw. Mr. C. Mak (UvA)* Dhr. R. Manko (UvA)* Dhr. Mr. H. Martius (OU) Mw. Mr. S. Mutluer (VU) Mw. A. Nottet (ULG) Dhr. Mr. J. Oosterhuis (VU) 01-05-06 01-10-99 01-10-06 01-10-00 01-10-02 01-10-02 01-04-05 01-03-03 01-10-02 01-10-02 01-10-05 01-09-97 01-10-02 01-04-05 01-03-03 01-02-07 01-10-07 01-02-07 8 Einde 31-01-06 31-05-07 02-11-07 18-04-07 28-09-06 02-03-06 26-09-07 14-12-07 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Mw. Mr. J. van Ooststroom (UvA) Mw. I. Raiwa (UvA) Mw. Mr. S. Tamboer (UvA) Mw. K. Vanderschot (KUL) Dhr. Mr. M. van der Veen (TU Delft) Mw. Mr. H. Veenstra (UU) Mw. Mr. M. Veldman (UvA) Mw. Mr. M. Vermeer (UU) Mw. A. Wiewiorowska-Domagalska (UU) Dhr. Mr. B. van Zelst (UvA) Begin 01-10-06 01-10-03 01-10-06 01-04-05 01-10-04 01-10-04 01-07-01 01-09-98 01-10-00 01-10-05 emeriti Dhr. Prof.Dr. W. van Gerven (KUL/UvT)* Dhr. Prof.Mr. F.W. Grosheide (UU) Dhr. Prof.Dr. J. Herbots (KUL) 01-01-95 01-01-95 01-01-95 * ** D. Einde 31-05-07 30-09-07 31-05-06 30-09-07 Participeerde voorheen in het opgeheven programma ‘Grondslagen van het privaatrecht’ Participeerde voorheen in het opgeheven programma ‘Consumentenrecht’ TREFWOORDEN Europees privaatrecht; Rechtsvergelijking; Harmonisatie; Europese richtlijnen; Contractenrecht; verrijkingsrecht E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Programmaopzet a. Oorspronkelijke probleemstelling, doelstellingen en methode De hieronder weergegeven oorspronkelijke probleemstelling, doelstelling en methode van het programma zijn aldus vastgesteld bij aanvang van het programma. De actualisering (en dus de hoofdthema's van de periode 2005-2007) is te vinden onder b. Het onderzoek richt zich zowel op meer algemene vragen van harmonisatie en eenwording, en de moeilijkheden die daarbij optreden, als op de traditionele rechtsvergelijking. Door de rechtsvergelijking op deelonderwerpen van het contracten- en overig verbintenissenrecht te bezien in het licht van de meer algemene vragen ontstaat een vruchtbaar onderzoeksterrein. Bij die algemene vragen kan worden gedacht aan de bevoegdheid van de EG om op het terrein van het contractenrecht nadere regels te stellen, aan de problematiek van de funda9 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 mentele verschillen tussen common law en civil law-systemen en uiteraard aan de compatibiliteit van de verschillende civil law systemen onderling. Zo bestaat twijfel over de vraag of het EG-verdrag nu wel of niet een bevoegdheidsgrondslag biedt voor een Europees contractenwetboek. Verder wordt er door de een pessimistischer dan door de ander geoordeeld over de mogelijkheid om de common law en de civil law op één lijn te krijgen. Welke methode van eenwording dient te worden gekozen (Europese richtlijnen, Principles, Verdragen, vrij verkeer van rechtsregels, leidend tot een ‘gemengd’ rechtsstelsel, etc.), en welke nadelen aan deze methoden zijn verbonden, wordt steeds uitdrukkelijk in het onderzoek betrokken. Het onderzoek op het terrein van het contracten- en overig verbintenissenrecht richt zich enerzijds op het doorlichten van het eigen Nederlandse recht (en van andere nationale rechtsstelsels) tegen de achtergrond van een Europees privaatrecht, anderzijds op de analyse van de wenselijkheid en de mogelijkheid van het totstandbrengen van een Europees contracten- en overig verbintenissenrecht. Daarbij ligt de nadruk sinds de integratie met het vroegere programma Grondslagen zowel op het contracten- en (in mindere mate) het verrijkingsrecht als op grondslagenonderzoek (met name het harmonisatiedebat in algemene zin). De onderwerpen van verbintenissenrecht die in dit kader worden bestudeerd zijn totstandkoming, inhoud en niet-nakoming van de overeenkomst, alsmede de verhouding tussen de overeenkomst en de andere bronnen van verbintenis. Wat dit laatste aangaat, komt met name de verhouding tussen het verrijkingsrecht (onverschuldigde betaling, ongerechtvaardigde verrijking en zaakwaarneming) en het overeenkomstenrecht aan de orde. Hier is alle reden voor nu in rechtsvergelijkend opzicht deze bronnen onderling sterk met elkaar verbonden zijn. In het onderzoek wordt gepoogd om door middel van rechtsvergelijking verkregen inzichten te transplanteren naar het Nederlandse en Belgische recht. Ook wordt onderzoek gedaan naar de beginselen van contractenrecht die de Europese stelsels gemeen hebben en wat daarvan typisch civil law en wat typisch common law is. In dat kader wordt traditioneel ook gekeken naar de waarde die gemengde rechtsstelsels (met name Zuid-Afrika en Schotland) kunnen hebben voor een toekomstig Europees privaatrecht. Er zij op gewezen dat het aansprakelijkheidsrecht grotendeels is ondergebracht in het programma Aansprakelijkheid en verzekering. Nauw verbonden met het voorafgaande is de invloed van Europese instrumenten van harmonisatie (met name richtlijnen) op het nationale recht. De inhoud en de wijze van implementatie van richtlijnen op het terrein van het contractenrecht worden voor het Nederlandse recht (in vergelijking met enkele andere rechtsstelsels) onderzocht. Dit onderzoek mondt uit in conclusies over zowel de kwaliteit van en geschiktheid voor hun doel van richtlijnen als over de mate waarin Staten voldoen aan hun Europese implementatieverplichtingen. 10 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht In het onderzoeksprogramma zijn ter uitvoering van het voorgaande drie hoofdgebieden aangewezen: 1. onderzoek naar de meest gewenste wijze van rechtsunificatie op het terrein van het contracten- en overig verbintenissenrecht in het licht van de doelstellingen van de Europese Unie. 2. De descriptieve rechtsvergelijking op het vlak van de totstandkoming, inhoud en niet-nakoming van de overeenkomst en op het vlak van de overige bronnen van verbintenis (waaronder het verrijkingsrecht). 3. Onderzoek naar de invloed van Europese instrumenten (met name richtlijnen) op het nationale recht. b. Actualisering Binnen het programma zijn op alle drie de hoofdgebieden de laatste twee jaar nieuwe accenten gelegd: 1. De initiatieven van de Europese Unie op het terrein van het contractenrecht zijn geïntensiveerd: het debat over de toekomstige vormgeving van met name het Europees contractenrecht is geïntensiveerd sinds de Europese Commissie zijn Mededelingen op dit terrein het licht deed zien. De onderzoeksgroep heeft in sterke mate bijgedragen aan dit (internationale) debat. Dit geldt zowel voor de inhoud van een toekomstig contractenrecht (bijdragen aan het European Civil Code project) als voor de meer methodologische aspecten (kritische discussie over de methodologische aspecten van harmonisatie). Hier wordt ook promotieonderzoek naar verricht. 2. In de vorige verslagperioden is gewerkt aan een vergelijking van Belgisch en Nederlands recht op het vlak van de contractuele remedies, de totstandkoming en de inhoud van de overeenkomst. In de huidige verslagperiode is het accent verlegd naar diverse andere aspecten. Eén gezamenlijk groot project is uitgevoerd over specific performance, dat leidt tot een boek dat thans gereed is (publiatiedatum 2008). Ook op dit terrein wordt promotieonderzoek verricht. Daarnaast is aandacht blijven bestaan voor vele andere thema's van verbintenissenrecht. Deze betreffen onder meer de precontractuele fase en de bronnen van verbintenissen. Hierover wordt zoveel mogelijk in zowel rechtsvergelijkend perspectief gepubliceerd, zowel in artikelen als in handboeken en proefschriften. II. Beoogde resultaten Het Europees-privaatrechtelijk debat vindt vooral plaats op internationaal niveau. Dat betekent dat het in de visie van de onderzoeksleiding essentieel is dat niet alleen wordt deelgenomen aan het nationale, maar ook aan het internationale debat. Het programma kent dan ook een relatief groot aantal Engelstalige 11 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 publicaties: de uitdrukkelijke bedoeling is om internationaal een voortrekkersrol te vervullen. Het streven van de groep is dan ook zowel om bij te dragen aan de vormgeving van een Europees privaatrecht (bijv. middels bijdragen aan het European Civil Code-project) als om dit proces kritisch te volgen en daarop te reflecteren. In de onderzoeksgroep zijn verschillende benaderingen over de beste wijze van totstandkoming van uniform privaatrecht vertegenwoordigd. III. Academische reputatie en verspreiding van onderzoeksresultaten De academische reputatie van de onderzoeksgroep blijkt uit verschillende omstandigheden. De programmaleiders zijn redacteur van vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften (Hondius onder meer van de European Review of Private Law, Smits van de Maastricht Journal of European and Comparative Law, Hesselink van de European Review of Contract Law). De leden van het programma doen bovendien mee aan een keur van internationale samenwerkingsverbanden en ontvingen externe financiering. Belangrijker is echter dat de publicaties die binnen het programma zijn verwezenlijkt een grote rol spelen in het internationale debat en dat individuele leden vanwege hun academische verdiensten regelmatig uitnodigingen krijgen om te spreken op internationale congressen, op te treden als gasthoogleraar of deel te nemen aan beoordelingscommissies (een overzicht is op aanvraag beschikbaar). Om verspreiding van onderzoeksresultaten te bevorderen wordt vanuit de programmaleiding sterk gestimuleerd om zoveel mogelijk ook in internationale tijdschriften en boekenseries te publiceren. De rol die het programma in nationaal opzicht vervult wordt echter ook serieus genomen: dat blijkt onder meer uit het relatief grote aantal hand- en studieboeken dat binnen dit programma tot stand komt. Tot deze handboeken behoort het standaardwerk op het terrein van het Nederlands contractenrecht: Asser-Hartkamp II (Algemene leer der overeenkomsten; 12de druk 2005). IV. Relatie tot de onderzoeksschool De centrale probleemstelling van de Onderzoeksschool is wat de rol is van het recht bij internationale integratieprocessen. Het programma Algemeen verbintenissen- en contractenrecht ligt op een privaatrechtelijk terrein waar de Europese integratie ver is gevorderd: veel Europese privaatrechtelijke richtlijnen handelen over het contractenrecht. Bovendien wordt juist op dit terrein het debat over de verdere ontwikkeling van een Europees privaatrecht gevoerd. In 2006 is besloten tot het opheffen van de programma's Grondslagen en Consumentenrecht. Enkele leden van deze programma's zijn lid geworden van het huidige programma. Dit is uiteraard slechts geschied voor zover hun onderzoek hier reeds binnen past of in de nabije toekomst binnen gaat passen. 12 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht V. Effecten van de samenwerking De samenwerking leidt nog altijd tot gezamenlijke projecten en publicaties en in algemene zin tot een hoger niveau van onderzoek dankzij uitwisseling van ideeën en gezamenlijke wetenschappelijke discussie. De facultaire onderzoeksgroepen die in Contractenrecht participeren worden in de huidige tijd van ‘focus en schaalvergroting’ vaak te klein bevonden om als zelfstandige onderzoekseenheid te functioneren. Initiatieven die een facultaire onderzoeksgroep alleen niet kan ondernemen, kunnen wel in samenwerking met de groepen in andere faculteiten worden uitgevoerd. VI. Onderzoeksfaciliteiten en middelentoekenning Congressen en workshops binnen dit programma worden primair gefaciliteerd door de verschillende faculteiten, maar waar nodig kan worden teruggevallen op ondersteuning door de penvoerder van de onderzoekschool (Maastricht). Tevens financiert de penvoerder vanuit ‘breedtestrategie’-gelden congressen die vallen binnen de missie van de School. Onderzoekers binnen het programma maken geregeld gebruik van bibliotheken van de andere faculteiten. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 3,65 0,90 1,10 1,00 10,50 3,85 0,90 1,20 1,00 12,92 4,25 0,55 1,42 1,00 12,95 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN Hieronder wordt achtereenvolgens ingegaan op publicaties (I), gezamenlijke activiteiten (II) en verkregen subsidies (III). I. Publicaties De publicaties van de groep vallen uiteen in een aantal categorieën: Engelstalige bijdragen in de kern van het onderzoeksprogramma, Nederlands- en Franstalige handboeken en overige publicaties. Enkele van deze publicaties zijn ook gemeenschappelijk ten bewijze van samenwerking binnen de onderzoeksgroep. Leden van onze onderzoeksgroep hebben zich beziggehouden met het vervaardigen van principles of European private law in het kader van de Study Group on a European Civil Code. In 2006 verscheen het werk Commercial Agency, Franchise and Distribution Contracts (PEL CAFDC). De auteurs zijn allen lid 13 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 of oud-lid van onze onderzoeksgroep (Hesselink, Rutgers, Bueno Díaz, Scotton en Veldman). Aan dit boek werd meegewerkt door Chris Jansen en Marco Loos, beiden lid van onze onderzoeksgroep. In 2007 verscheen het werk Principles of European Service Contracts (PEL SC). Aan dit boek werd meegewerkt door Chris Jansen en Marco Loos, beiden lid van onze onderzoeksgroep. Tegelijkertijd is het harmonisatieproces kritisch gevolgd, door Van den Bergh en Ogus vanuit een rechtseconomische analyse, maar op andere wijze ook door Hesselink (onder meer het belangrijke werk over The Politics of a European Civil Code (2006)), door Loos, door Rutgers en door Smits (onder meer in zijn NJV preadvies 2006, ook in Engelse versie verschenen). Tevens bestond aandacht voor de belangrijke vraag naar fundamentele rechten in het (Europees) privaatrecht. Zowel Cherednychenko als Mak promoveerden op dit thema terwijl onder meer Hondius en Smits er op andere wijze over publiceerden. Ook wordt hier gewezen op Van Gervens boek over Europa als een ‘polity of States and peoples’. In algemene zin geldt dat enkele leden van de onderzoeksgroep het Europese harmonisatiedebat op privaatrechtelijk terrein sterk hebben beïnvloed. Leden van de onderzoeksgroep hielden zich ook bezig met algemene rechtsvergelijking. Ogus en Garoupa schreven een belangrijk artikel over legal transplants, Schrage schreef over ongerechtvaardigde verrijking en Smits redigeerde de Elgar Encyclopedia of Comparative Law (2006). De onderzoeksgroep heeft in de verslagperiode ook een aantal handboeken geproduceerd. Stijns publiceerde haar Leerboek Verbintenissenrecht (deel 1 2005), Smits en Stijns redigeerden gezamenlijk het werk Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (2005) en Stijns publiceerde met Cousy, Tilleman en Verbeke het werk Droit des contrats. FranceBelgique (2005). Ook de 12de druk van Asser-Hartkamp 4-II verscheen in de verslagperiode en Hallebeek publiceerde een historische inleiding in het vermogensrecht. Onder de overige publicaties valt op dat aandacht is blijven uitgaan naar de vernieuwing van het kooprecht onder invloed van de Europese richtlijn 1999/44 (o.a. werk van Stijns en het proefschrift van Sivesand). Ook is het nodige gedaan op het terrein van nietigheden (Wéry, Stijns en De Vries) en contractuele remedies. Daarnaast blijft het Europees consumentenrecht punt van aandacht. II. Gezamenlijke activiteiten In de verslagperiode werd een aantal activiteiten georganiseerd, zowel gezamenlijk als door de deelnemende faculteiten apart: ¾ Op de Ius Commune congressen van 2005 en 2006 zijn workshops georganiseerd waar de leden van de onderzoeksgroep aan deelnamen. Op het tien14 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht de Ius Commune congres (Edinburgh, 1-2 december 2005) en op het elfde Ius Commune congres (Utrecht, 29-30 november 2006) was deze workshop gewijd aan specific performance, waarbij achtereenvolgens rechtsvergelijkende en rechtshistorische presentaties zijn gegeven over dit thema. De organisatie was in handen van Smits en Hallebeek. Dit heeft geresulteerd in twee boeken (waarvan het eerste deel op punt van verschijnen staat en waarvan het tweede – rechtshistorische – deel in 2009 zal uitkomen). Uitgevers zijn Intersentia en Duncker & Humblot. De redactie wordt gevoerd (voor deel 1: Specific performance: national and other perspectives) door resp. Smits, Haas en Hesen en (voor deel 2: Specific performance in historica perspective) door Hallebeek. Op dit terrein wordt ook promotieonderzoek verricht (VU). ¾ Op het twaalfde Ius Commune congres (Luik, 29-30 november 2007) is een workshop georganiseerd over de Principles of European Service Contracts zoals gepbliceerd in het kader van de Study Group on a European Civil Code. Organisator was Marco Loos. ¾ In de deelnemende faculteiten zijn lezingencycli georganiseerd. In Maastricht gebeurde dat onder auspiciën van de Ius Commune School zelf, in Amsterdam in het kader van het Centre for the Study of European Contract Law en in Utrecht binnen het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht. In elk dezer reeksen trad een keur aan gasten op. Organisatoren waren Smits (Maastricht), Hesselink (Amsterdam) en Hondius (Utrecht). ¾ Als resultante van een congres in Maastricht werd het boek The Need for a European Contract Law (2005, editor: Smits) gepubliceerd. Het heeft vervolgens een belangrijke rol gespeeld in het wetenschappelijk debat. Het format van het Maastrichtse congres werd zelfs gekopieerd door UNCITRAL in Wenen, waar (voor de veertigste verjaardag van UNCITRAL) aan enkele hoofdsprekers van het Maastrichtse congres werd gevraagd om hun lezing nog eens te geven. ¾ In 2005 vond in Amsterdam het congres The Politics of a European Civil Code plaats. Dit resulteerde in het boek met de gelijknamige titel (2006). ¾ Op 8 juni 2006 werd in Maastricht het congres European Integration and Law georganiseerd. Sprekers waren Joe McCahery, André Klip, Deirdre Curtin en Jan Smits. Dit resulteerde in het boek European Integration and Law (2006). Op 9 juni 2006 vond de NJV-vergadering plaats, waar dezelfde bijdragen in het Nederlands werden besproken en bediscussieerd (publicatie: Europese integratie, NJV-preadviezen 2006, Deventer 2006). ¾ Op 5 april 2006 vond te Utrecht een afscheidssymposium plaats voor Willem Grosheide met inleidingen van Coen Drion, Bert van Schaick en Jan 15 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Smits. Dit resulteerde in een boek onder redactie van onder meer Hondius, Contracteren Internationaal (BJU 2006). ¾ In juli 2006 vond te Utrecht het vierjaarlijkse congres van de AIDC plaats. Op dit congres werden verschillende contractenrechtelijke thema's behandeld. III. Verkregen subsidies ¾ Hesselink en Smits ontvingen een subsidie van het Hague Institute for the Internationalisation of Law (HIIL) voor een project over National resistance against harmonisation of law (220.000 euro). ¾ Hesselink ontving een subsidie van NWO (SARO) voor onderzoek naar definiëring van het begrip Social Justice. ¾ Smits ontving een subsidie van NWO (SARO) voor onderzoek naar methodologie van (internationaal) juridisch onderzoek. ¾ In Utrecht financierde de Europese Commissie in het project ‘Common frame of reference’ de aanstelling van twee onderzoekers: de heer Dario Alessi en dr Hanna Sivesand (100.000 euro). ¾ In Leuven werden de onderzoeksprojecten ‘Sanctionering van verboden bedingen’ (Hilde Geens) en ‘De middellijke vertegenwoordiging’ (Ilse Samoy) deels gefinancierd door FWO-Vlaanderen. Promotor is Sophie Stijns. H. VOORTZETTING De komende jaren zal blijvend aandacht worden besteed aan het Europese harmonisatiedebat, aan rechtsvergelijking op de door het programma bestreken terreinen en aan nationaal contractenrecht in een Europese context. Hiertoe is van belang dat een nieuwe coördinerend programmaleider wordt benoemd (programmaleider Smits legt zijn werkzaamheden vanaf 4 april 2008 neer). I. KERNPUBLICATIES Algemene toelichting op de keuze: gelet op de missie van de onderzoeksschool is dit keer gekozen voor twee Engelstalige publicaties in de kern van het programma, met invloed op het internationale debat, niet afkomstig van emeriti en niet zijnde een proefschrift. Evenmin is gekozen voor één van de beide delen in het European Civil Code project (zie boven) of voor meer beschrijvende artikelen, verzamelwerken of boeken. Hesselink, M.W. (2006). The Ideal of Codification and the Dynamics of Europeanisation: the Dutch Experience. European Law Journal, 12, 279-305. 16 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Smits, J.M. (2006). European private law: a plea for a spontaneous legal order. In D.M. Curtin, J.M. Smits, A. Klip & J.A. McCahery (Eds.), European Integration and Law: Four Contributions on the Interplay between European Integration and European and National Law to celebrate the 25th Anniversary of Maastricht University's Faculty of Law (Ius Commune Europaeum, 56) (p. 55107). Antwerp: Intersentia. J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Algemene toelichting op de keuze: niet gekozen is voor één van de dissertaties omdat die hier onder al apart worden genoemd. De programmaleiding is van oordeel dat zich onder deze dissertaties uitstekende publicaties bevinden die opgave onder J. rechtvaardigen. Evenmin is gekozen voor artikelen of boeken van de onder I. al genoemde auteurs. Ten slotte ligt de nadruk bij deze opgave grotendeels op jongere auteurs Cherednychenko, O.O. (2006). EU Fundamental Rights, EC Freedoms and Private Law. European Review of Private Law, 14(1), 23-61. Hardy, R.R.R. (2005). De begrippen consument en ondernemer in het Europees contractenrecht. Tijdschrift voor Privaatrecht, 863-947. Kornet, N. (2005). The interpretation, implication and supplementation of contracts in England and the Netherlands. In J.M. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (p. 47-77). Antwerpen: Intersentia. Loos, M.B.M. (2006). Spontane harmonisatie in het contracten- en consumentenrecht. (Inaugurele rede Universiteit van Amsterdam, 3 februari 2006). (76 p.). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. K. DISSERTATIES Sivesand, H. (7 maart 2005). The buyer's remedies for non-conforming goods: should there be free choice or are restrictions necessary? Universiteit Utrecht (xv + 264 p.) (Munich: Sellier European Law Publishers). Prom.: Prof. E.H. Hondius. Samoy, I. (25 mei 2005). Middellijke vertegenwoordiging. Vertegenwoordiging herbekeken vanuit het optreden in eigen naam voor andermans rekening. Katholieke Universiteit Leuven (762 p.) (Antwerpen: Intersentia). Prom.: Prof. S. Stijns. Mahé, C.B.P. (2 maart 2006). La résolution du conflit de conditions générales. Universiteit Utrecht (XI + 253 p.) (Nijmegen: Wolf Legal Publishers). Prom.: Prof. E.H. Hondius. 17 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Kornet, N. (28 september 2006). Contract Interpretation and Gap Filling: Comparative and Theoretical Perspectives. Universiteit Maastricht (485 + xviii p.) (Antwerp: Intersentia). Prom.: Prof. J.M. Smits. Cherednychenko, O.O. (18 april 2007). Fundamental Rights, Contract Law and the Protection of the Weaker Party: a Comparative Analysis of the Constitutionalisation of Contract Law, with Emphasis on Risky Financial Transactions. Universiteit Utrecht (629 p.) (Munich: Sellier European Law Publishers). Prom.: Prof. F.W. Grosheide. Mak, C. (26 september 2007). Fundamental Rights in European Contract Law. A Comparison of the Impact of Fundamental Rights on Contractual Relationships in Germany, the Netherlands, Italy and England. Universiteit van Amsterdam (UvA). (The Hague: Kluwer Law international). Prom./coprom.: Prof. C.E. Du Perron & Prof. M.B.M. Loos. Bueno Diaz, O. (02 november 2007). Franchising in European Contract Law. A comparison between the main obligations of the contracting parties in the Principles of European Law on Commercial Agency, Franchise and Distribution contracts (PEL CAFDC), French and Spanish Law. Universiteit van Amsterdam (213 p.) (Munich: Sellier European Law Publishers). Prom./ coprom.: Prof. M.W. Hesselink & Dr. J.W. Rutgers. Martius, H.P.A.J. (14 december 2007). Elektronisch handelsrecht: een verhandeling over de juridische aspecten van elektronische communicatie in het handelsrecht met bijzondere aandacht voor het verzekerings- en vervoerrecht. Open Universiteit Heerlen (296 p.) (Heerlen: Open Universiteit). Prom./co prom.: Prof. J.G.J. Rinkes & Dr. M.L. Hendrikse. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Bartels, S.E. & Schaub, M.Y. (2007). De richtlijn elektronische handtekeningen. In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburgh & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht (Serie onderneming en recht, 42/1-2) (p. 251-270). Deventer: Kluwer. Bartels, S.E. & Schaub, M.Y. (2007). De richtlijn elektronische handel. In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburgh & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht (Serie onderneming en recht, 42/1-2) (p. 271-293). Deventer: Kluwer. Bergh, R. Van den (2005). Bewuste roekeloosheid in het privaatrecht: eenheid of diversiteit?, Een rechtseconomische analyse. Tijdschrift voor Milieu Aansprakelijkheid, 105-111. 18 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Bergh, R. Van den (2005). Competition in Professional Services Markets: Are Latin Notaries different? (Siena Memos and Papers on Law and Economics, 40/05). Siena: Siena University [Online]. Available from: http://www.unisi.it/ lawandeconomics/working.html [01-11-2005]. (20 p.) Bergh, R. Van den & Camesasca, P.D. (2006). European Competition Law and Economics: A Comparative Perspective. London: Sweet & Maxwell. (XXII + 465 p.) Bergh, R. Van den (2006). Compulsory Catastrophe Extension of First Party Property Insurance from a Competition Policy Perspective. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach (Tort and insurance law, 14) (p. 361-387). Wien New York: Springer. Bergh, R. Van den (2006). Towards Efficient Self-Regulation in Markets for Professional Services. In C.D. Ehlermann & I. Atanasiu (Eds.), European Competition Law Annual 2004: The Relationship Between Competition Law and the (Liberal) Professions (European Competition Law Annual, 9) (p. 155176). Oxford: Hart Publishing. Bergh, R. Van den & Visscher, L. (2006). Economische baten en kosten van eenvormig bedrijfsrecht. In F. De Ly, K. Haak & W. van Boom (Eds.), Eenvormig Bedrijfsrecht: Realiteit of Utopie (Rotterdam Institute of Private Law, 1) (p. 17-47). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Bergh, R. Van den & Visscher, L. (2006). The Principles of European Tort Law: The Right Path to Harmonisation? European Review of Private Law, 511543. Bergh, R. Van den (2007). Der Gemeinsame Referenzrahmen: Abschied von der Harmonisierung des Vertragsrechts? In H.B. Schäfer & T. Eger (Eds.), Entwicklungstendenzen des Zivilrechts in Europa (p. 111-126). Tübingen: Mohr Siebeck. Bergh, R. Van den (2007). Should Consumer Protection Laws Be Publicly Enforced? In W. van Boom & M. Loos (Eds.), Collective Enforcement of Consumer Law (p. 177-203). Groningen: Europa Law Publishing. Bergh, R. Van den (2007). The Economics of Competition Policy and the Draft of the Chinese Competition Law. In T. Eger, M. Faure & N. Zhang (Eds.), Law and Economics in China (p. 77-111). Cheltenham: Edward Elgar. Bergh, R. Van den (2007). The Uneasy Case for Harmonising Consumer Law. In K. Heine & W. Kerber (Eds.), Zentralität und Dezentralität von Regulierung in Europa (p. 183-206). Stuttgart: Lucius & Lucius. 19 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Bergh, R. Van den & Visscher, L. (2007). Personenschade van de reiziger – een rechtseconomische tour d'horizon. In K.F. Haak & S.D. Lindebergh (Eds.), Personenschade van de reiziger in Europees perspectief (p. 83-112). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Bollen, C.J.M. (2005). Onjuiste mededelingen en de samenloop tussen dwaling en wanprestatie in Nederland: de ene mededeling is de andere niet! In J. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (p. 159-186). Antwerpen: Intersentia. Bollen, C.J.M. (2005). Walford v Miles [1992] 1 All ER 453, [1992] 2AC 128. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 10/2005, 386-392. Boele-Woelki, K. (2006). Nieuw Europees IPR voor overeenkomsten. Van Verdrag naar Verordening. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 257-273). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Boele-Woelki, K. & Lazic, V. (2007). Where do we stand on the Rome I regulation? In K. Boele-Woelki & F.W. Grosheide (Eds.), The Future of European Contract Law (p. 19-41). Alphen aan den Rijn: Wolters Kluwer Law & Business. Boom, W.H. van & Loos, M.B.M. (Eds.). (2007), Collective Enforcement of Consumer Law in Europe. Securing Compliance in Europe through Private Group Action and Public Authority Intervention (p. 3-9). Groningen: Europa Law Publishing. Boom, W.H. van & Loos, M.B.M. (2007). Introduction, in: W.H. van Boom & M.B.M. Loos (eds.), Collective Enforcement of Consumer Law in Europe. Securing Compliance in Europe through Private Group Action and Public Authority Intervention (p. 3-9). Groningen: Europa Law Publishing. Boom, W.H. van & Loos, M.B.M. (2007). Effective Enforcement of Consumer Law in Europe, in: W.H. van Boom & M.B.M. Loos (eds.), Collective Enforcement of Consumer Law in Europe. Securing Compliance in Europe through Private Group Action and Public Authority Intervention (p. 231-254). Groningen: Europa Law Publishing. Busch, D. (2005). Indirect Representation in European Contract Law. The Hague: Kluwer Law International. (XXI + 403 p.) Busch, D., Hondius, E.H., Schelhaas, H. & Kooten, H. van (Eds.). (2006). The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3). The Hague: Kluwer Law International. (XII + 292 p.) 20 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Busch, D. (2006). Chapter 10. Plurality of Parties. In D. Busch et al. (Eds.), The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3) (p. 1-76). The Hague: Kluwer Law International. Busch, D. (2006). Chapter 16. Conditions. In D. Busch et al. (Eds.), The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3) (p. 259-272). The Hague: Kluwer Law International. Busch, D. (2007). De civielrechtelijke aansprakelijkheid van financiële toezichthouders jegens derden. In D. Busch, D. Doorenbos, N. Lemmers, M. Nieuwe Weme, R. Maatman & W.A.K. Rank (Eds.), Onderneming en financieel toezicht (2007) (Onderneming en Recht) (p. 599-660). Deventer: Kluwer. Busch, D. (2007). De Principles of European Contract Law voor de Hoge Raad der Nederlanden. Over de invloed van de PECL in de Nederlandse rechtspraktijk. In D. Busch & H.N. Schelhaas (Eds.), Vergelijkender Wijs – opstellen aangeboden aan prof. Mr. Ewoud Hondius (Kluwer Rechtswetenschappelijke Publicaties) (p. 259-274). Deventer: Kluwer. Busch, D. & Schelhaas, H.N. (2007). Ten geleide. In D. Busch & H.N. Schelhaas (Eds.), Vergelijkender Wijs – opstellen aangeboden aan prof. Mr. Ewoud Hondius (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. ix-x). Deventer: Kluwer. Busch, D. (2007). Toezichthouderaansprakelijkheid: de stand van zaken. Aansprakelijkheid van financiële toezichthouders jegens derden na HR 13 oktober 2006, JOR 2006/295 (DNB/Stichting Vie d'Or) m.nt. Busch en HR 23 februari 2007, JOR 2007/96 m.nt. Roth (X/DNB). Vermogensrechtelijke Analyses, 3, 43-77. Busch, D. & Macgregor, L. (2007). International Perspectives on Apparent Authority in Scots Law. Edinburgh Law Journal, 349-378. Cauffman, C. (2005). La résolution partielle. In H. Cousy, S. Stijns, B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Droit des contrats France, Belgique (p. 78-98). Louvain-la-Neuve/Paris: De Boeck Services/LGDJ. Cauffman, C. (2005). Beloften van prijzen in de reclame in grensoverschrijdend perspectief. Droit de la consommation/Consumentenrecht, 3-33. Cherednychenko, O.O. & Grosheide, F.W. (2005). Naar een betere afstemming van de controle van standaardvoorwaarden in een Europees contractenrecht. Contracteren, 7(3), 74-76. 21 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cherednychenko, O.O. (2006). Fundamental Rights and Contract Law. European review of contract law, 2(4), 489-505. Cherednychenko, O.O. (2006). Towards the Control of Private Acts by the European Court of Human Rights? Maastricht Journal of European and Comparative Law, 13(2), 195-218. Cherednychenko, O.O. (2007). Fundamental Rights and Private Law: A Relationship of Subordination or Complementarity? Utrecht Law Review, 3(2), 125. Cherednychenko, O.O. (2007). The Harmonisation of Contract Law in Europe by Means of the Horizontal Effect of Fundamental Rights? Erasmus Law Review, 1(1), 37-57. Cherednychenko, O.O. (2007). Zorgplichten bij financiële contracten: is er nog een wezenlijke rol voor het contractenrecht weggelegd? Contracteren, 4, 85-89. Cousy, H., Stijns, S., Tilleman, B. & Verbeke, A. (Eds.). (2005). Droit des contrats France, Belgique. Louvain-la-Neuve/Paris: De Boeck Services/LGDJ. (314 p.) Dondorp, J.H. (2005). The reception of Inst. 3.19.19 in France. In R. van den Bergh, J. Hallebeek, L.C. Winkel et al. (Eds.), Ex iusta causa traditum: essays in honour of Eric H. Pool (Fundamina) (p. 69-80). Pretoria: University of South Africa. Dondorp, J.H. & Hallebeek, J. (2005). Grotius’ doctrine on adquisitio obligationis per alterum and its roots in the legal past of Europe. In O. Condorelli (Ed.), Panta rei. Studi dedicati a Manlio Bellomo (p. 205-244). Rome: Il Cigno Galileo Galilei. Ernes, A.L.H., Mölenberg, L.J.H. & Rinkes, J.G.J. (2005). Bijzondere Procedures. In A.W. Jongbloed & M.L. Hendrikse (Eds.), Burgelijk procesrecht praktisch belicht (p. 413-453). Deventer: Kluwer. Gerven, W. van (2005). The European Union. A Polity of States and Peoples. Oxford: Hart Publishing. (XVII + 397 p.) Gerven, W. van (2005). Bringing (Private) Laws closer to each other at the European Level. In F. Cafaggi (Ed.), The Institutional Framework of European Private Law (p. 37-77). Oxford: Oxford University Press. Grosheide, F.W. (2006). The Duty to Deal Fairly in Commercial Contracts. In S. Grundmann & D. Mazeaud (Eds.), General Clauses and Standards in European Contract Law (Private law in European context series, 6) (p. 197204). The Hague: Kluwer Law International. 22 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Grosheide, F.W. (2007). Reflections on the Protection of the Weak Party in Dutch and EU Contract Law. In K. Boele-Woelki & F.W. Grosheide (Eds.), The Future of European Contract Law (p. 247-264). Alphen aan den Rijn: Wolters Kluwer Law & Business. Hage, J.C. (2005). Studies in Legal Logic. Dordrecht: Springer. (328 p.) Hage, J.C. (2005). Economics and Uniform Contract Law: A Sceptical View. In J. Smits (Ed.), The Need for a European Contract Law (p. 55-68). Groningen: Europa Law Publishing. Hage, J.C. (2006). Legal Reasoning. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 407-422). Cheltenham: Edward Elgar. Hage, J.C. (2006). Rechtsplichten, verbintenissen en schadevergoeding bij rechtmatige daad. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 7, 264-271. Hage, J.C. (2007). De wondere wereld van het recht. Inaugurale rede Universiteit Maastricht (15 juni 2007). Maastricht: Jaap Hage. Hage, J.C. (2007). Wetenschappelijke rechtsfilosofie. Nederlands tijdschrift voor Rechtsfilosofie en Rechtstheorie, 7-12. Hallebeek, J. (2006). Fons et origo iuris; Een historische inleiding tot het vermogensrecht. Amsterdam: VU University Press. (XXII + 436 p.) Hallebeek, J. & Sirks, A.J.B. (Eds.). (2006). Nederland in Franse schaduw; Recht en bestuur in het Koninkrijk Holland (1806-1810). Hilversum: Verloren. (298 p.) Hallebeek, J. (2006). Het abstracte en causale stelsel van eigendomsoverdracht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 55, 174-181. Hallebeek, J. (Ed.). (2007). Fons et origo iuris; Een historische inleiding tot het vermogensrecht. Amsterdam: VU University Press. (xxii + 448 p.) Hardy, R.R.R. (2005). Precontractuele informatieplichten in het EG-contractenrecht. In J. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (p. 135-158). Antwerpen: Intersentia. Hardy, R.R.R. (2005). Harmonisatie van het overeenkomstenrecht in Europa en artikel 95 van het EG-Verdrag als rechtsbasis daarvoor: enige opmerkingen naar aanleiding van HvJEG 14 december 2004, C-434/02 (Arnold Andre) en C21-/03 (Swedish Match). Vermogensrechtelijke annotaties, 40-60. 23 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hartkamp, A.S. (2005). Het nieuwe Burgerlijk Wetboek vergeleken met de Code Civil. In D. Heirbaut & G. Martyn (Eds.), Napoleons nalatenschap. Tweehonderd jaar Burgerlijk Wetboek in België/Un héritage Napoléonien. Bicentenaire du Code civil en Belgigue (p. 337-352). Mechelen: Kluwer. (XXIV + 621 p.) Hartlief, T. & Bollen, C.J.M. (2006). The Netherlands. European review of contract law, 2(3), 406-428. Herbots, J. (2005). Le droit privé composite d’Afrique du Sud et le ius commune européen en devenir. In A. Wijffels (Ed.), Le Code civil, entre ius commune et droit privé européen (p. 151-180). Bruxelles: Bruylant. Herbots, J. (2006). Belgian report. In E. Dirix & Y.-H. Leleu (Eds.), The Belgian reports at the Congress of Utrecht of the International Academy of Comparative Law = Rapports belges au Congrès de l'Academie Internationale de Droit comparé à Utrecht = De Belgische rapporten voor het Congres van de ‘Academie Internationale de Droit comparé´ te Utrecht (p. 77-97). Brussels: Bruylant. Herbots, J. (2006). Interpretation of Contracts. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 325-347). Cheltenham: Edward Elgar. Herbots, J. (2007). Kennismaking met het Chinees contractenrecht. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 183-191). Herentals: Knops Publishing. Hesen, G.G. & Hardy, R.R.R. (2006). Europese klassiekers: Hadley v. Baxendale: perhaps the best-known of all English contract cases? Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 50, 326-331. Hesen, G (2007). The governance of inter-firm technology partnerships and contract law – an analysis of different modes of partnering and their contractual implications. Journal of Management Studies, 44, 342-365. Hesselink, M.W. (2005). La nuova cultura giuridica europea. Napoli: Edizioni Scientifiche Italiane. (140 p.) Hesselink, M.W. (2005). Capacity and Capability in European Contract Law. European Review of Private Law. European Review of Private Law, 11, 491507. Hesselink, M.W. (2005). Non-Mandatory Rules in European Contract Law. European review of contract law, 1(1), 43-84. 24 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hesselink, M.W. (Ed.). (2006). The Politics of a European Civil Code (Private law in European context series, 7). The Hague: Kluwer Law International. (X + 195 p.) Hesselink, M.W., Rutgers, J.W., Bueno Diaz, O., Scotton, M. & Veldman, M. (Eds.). (2006). Principles of European Law, volume 3: Commercial agency, Franchise, and Distribution Contracts (Principles of European law/Study Group on a Civil Code, vol. 2). Oxford: Oxford University Press. (XLIII + 371 p.) Hesselink, M.W. (2007). European Contract Law: A Matter of Consumer Protection, Citizenship, or Justice? In S. Andenas, S. Diaz Alabart, B. Markesinis, H.W. Micklitz & N. Pasquini (Eds.), Liber Amicorum Guido Alpa: Private Law Beyond the National Systems (p. 500-525). London: British Institute of International and Comparative Law. Hesselink, M.W. (2007). SME's in European Contract Law. In K. BoeleWoelki & W. Grosheide (Eds.), The Future of European Contract Law. Essays in honour of Ewoud Hondius to commemorate his retirement as professor of Civil Law at the University of Utrecht (p. 349-371). Alpen aan den Rijn: Wolters Kluwer Law & Business. Hesselink, M.W. (2007). European Contract Law: A Matter of Consumer Protection, Citizenship, or Justice? European Review of Private Law, 15(3), 323-348. Hondius, E.H., Rinkes, J.G.J. & Buren-Dee, N. van (Eds.). (2005). Jaarboek consumentenrecht 2003. Antwerpen: Intersentia. (xiv + 170 p.) Hondius, E.H. (2005). America rules the waves. In De tous horizons/Mélanges Xavier Blanc-Jouvan (p. 341-349). Paris: Litec. Hondius, E.H. (2005). Prospettive e problemi relativi al codice civile europeo: la prospettiva olandese. In V. Roppo (Ed.), A European Civil Code/Perspectives & problems (p. 79-112). Milan: Giuffrè. Hondius, E.H. (2005). Precedent in east and west. Penn State International Law Review, 23, 521-533. Hondius, E.H. (2006). Towards a European Tort Law. In M. Bussani (Ed.), European Tort Law: Perspectives from the East & West (p. 47-54). Munich: Sellier European Law Publishers. Hondius, E.H. (2006). Onder ondernemers: kennisgeving van algemene voorwaarden gewenst. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 197-205). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. 25 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hondius, E.H. (2006). Legal transplants: the case of Sweden. In H. Tiberg et al. (Eds.), Essays on tort, insurance, law and society in honour of Bill W. Dufwa (p. 575-579). Stockholm: Jure Förlag AB. Hondius, E.H. (2006). Fundamental rights and private law: the case of the Netherlands. In S. Arkan & A. Yongalik (Eds.), Tugrul Ansay: Festschrift: zum 75. Geburtstag/Liber amicorum: in honour of his 75th birthday (p. 125-130). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. Hondius, E.H. (2006). Chapter 5. Classification. In J.M.J. Chorus, P.H.M. Gerver & E.H. Hondius (Eds.), Introduction to Dutch law (4th rev. ed) (p. 6971). Alpen aan de Rijn: Kluwer Law International. Hondius, E.H. (2006). Chapter 13. Specific contracts. In J.M.J. Chorus, P.H.M. Gerver & E.H. Hondius (Eds.), Introduction to Dutch law (4th rev. ed) (p. 227240). Alpen aan de Rijn: Kluwer Law International. Hondius, E.H. & Mom, A. (2006). Die Durchsetzung von Verbraucherrechten in den Niederlanden/Zwischen alternativer Konfliktlösung, Verbandsklage und ‘Polderclass action’. In H.W. Micklitz (Ed.), Kollektive Rechtsdurchsetzung – Chancen und Risiken (p. 157-176). Berlin: Bundesministerium für Ernäherung, Landwirtschaft und Verbraucherschutz. Hondius, E.H. (2006). Rechtsvorming: een blik over de grenzen. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 131-146. Hondius, E.H. (2006). The notion of consumer: European Union versus member states. Sydney Law Review, 89-98. Hondius, E.H. (2007). Sense and nonsense in the law/Towards clarity and plain meaning. Accepting the Faculty Chair in European Private Law University of Utrecht (28 november 2007). Deventer: Kluwer. Hondius, E.H. (2007). Commercial law: is it special? In R. Cranston, J. Ramberg & J. Ziegel (Eds.), Commercial law challenges in the 21st century/ Jan Hellner in memoriam (p. 137-144). Stockholm: Iustus förlag. Hondius, E.H. (2007). Die Errungenschaften der deutschen Zivilrechtswissenschaft: ein Blick aus dem Ausland. In A. Heldrich, J. Prölls & I. Koller (Eds.), Festschrift für Claus-Wilhelm Canaris zum 70. Geburtstag (p. 11351160). München: Beck. Hondius, E.H. (2007). Looking at Hansard's: should courts be allowed to switch on the light?/Some observations on constructing statutes in the light of their parliamentary history. In A. Brzozowski, W. Kocot & K. Michalowska (Eds.), W kierunku europeizacji prawa prywatnego/Ksiega pamiatkowa dedykowana profesorowi Jerzemu Rajskiemu – Towards Europeanization of private law/ Essays in honour of Professor Jerzy Rajski (p. 111-118). Warschau: Beck. 26 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hondius, E.H. (2007). Precedent and the law. In K. Boele-Woelki & S. van Erp (Eds.), General reports of the XVIIth congress of the international academy of comparative law (p. 31-50). Brussels/Utrecht: Bruylant/Eleven Publishing. Hondius, E.H. (2007). Les bases doctrinales du nouveau code néerlandais. In C. Ophèle & P. Remy (Eds.), Traditions savantes et codifications (p. 257-272). Paris: LGDJ. Hondius, E.H. (2007). CISG and the future European Civil Code. Rabels Zeitschrift fur Auslandisches und Internationales Privatrecht, 99-114. Hondius, E.H. (2007). Towards a new general part of the French law of obligations – two faces of the Catala project. European Review of Private Law, 6, 835-839. Hondius, E.H. (2007). Weens koopverdrag: sukses of mislukking? Maandblad voor vermogensrecht, 146-150. Jansen, C.E.C., Barendrecht, J.M. et al. (2006). Principles of European law on service contracts. Munich: Sellier European Law Publishers. (1034 p.) Jansen, C.E.C. (2007). Belemmeringen bij de aanbesteding en contractvorming. In A.G. Bregman, M.A.B. Chao-Duivis, C.E.C. Jansen & A.Z.R. Koning (Eds.), Institutioneel kader: de invloed van regels op de organisatie, het verloop en de resultaten van bouwprocessen (p. 324-347). Gouda: PSIBouw. Jansen, C.E.C. & Mutluer, S. (2007). Mogelijke contractenrechtelijke remedies ter correctie van machtsoverwicht van aanbesteders. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 186-193. Kornet, N. (2005). The Moorcock (1889). LR 14 PD 64, Europese Klassiekers. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, p. 108-113. Kruisinga, S.A. (2007). Valkuilen bij een internationale overeenkomst van koop en verkoop. In B. Wessels (Ed.), Contracten maken (Serie Praktijkhandleidingen). (5de gew. druk). (p. 221-237). Deventer: Kluwer. Kruisinga, S.A. (2007). Uitleg van bankgaranties, over Haviltex en strikte conformiteit. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 379-385. Kryczka, K. (2006). O umowach zawieranych drogą elektroniczną – prawo europejskie i polski kodeks cywilny (On electronic contracts – the EU law and Polish Civil Code). Przeglad Sadowy, 7-8, 96-122. Loos, M.B.M. & Rinkes, J.G.J. (2005). Van basisbeginselen, vertrouwen en eerlijke handelspraktijken. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 1, 1-3. 27 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Loos, M.B.M., Barendrecht, J.M. et al. (2006). Principles of European Law on Service Contracts. Munich: Sellier/European Law Publishers. (LX + 1034 p.) Loos, M.B.M. (2006). The role of European consumer law in the creation of European contract law. In Zielona Ksiga. Optymalna wizja Kodeksu cywilnego w Rzeczpospolitej Polskiej (p. 436-462). Warsaw: Ministerstwo Sprawiedliwoci. Loos, M.B.M. (2007). De reisovereenkomst (Titel 7.7A BW). In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburgh & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlands privaatrecht (Onderneming en Recht, 42-II) (p. 113152). Deventer: Kluwer. Loos, M.B.M. (2007). Reaction to the consultation on doorstep selling (response sent to the European Commission). Amsterdam: Centre for the Study of European Contract Law (7 p.). Loos, M.B.M. (2007). Ambtshalve toetsing van algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten: zou de Hoge Raad de rechtspraak van het Hof van Justitie niet ook eens moeten lezen? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6727, 867-869. Loos, M.B.M. (2007). De invloed van het Europees richtlijnenrecht op de coherentie van het Nederlandse privaatrecht. Reactie op 'Europa en de erfenis van Meijers'. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 4, 176-179. Loos, M.B.M. (2007). Exoneraties in consumentenovereenkomsten. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 10, 741-747. Loos, M.B.M. (2007). The case for a uniformed and efficient right of withdrawal from consumer contracts in European Contract Law. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 1, 5-36. Loos, M.B.M. (2007). The Influence of European Consumer Law on General Contract Law and the Need for Spontaneous Harmonisation. European Review of Private Law, 4, 515-532. Mahé, C.B.P. (2006). Pleidooi voor een herziening van de Nederlanse battle of forms-regeling. Vermogensrechtelijke annotaties, 3, 5-25. Mahé, C.B.P. (2007). Vreemde ogen dwingen! Geldt dit ook voor de opstellers van het herzieningsvoorstel van de Code civil? In D. Busch & H. Schelhaas (Eds.), Vergelijkender Wijs. Opstellen aangeboden aan prof.mr. Ewoud H. Hondius (p. 275-287). Deventer: Kluwer. Mak, C. (2007). Harmonising Effects of Fundamental Rights in European Contract Law. Erasmus Law Review, 1, 59-79. 28 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Manko, R. (2005). The Action for Damages Against the Community. In A. Lazowski (Ed.), European Union: Institutiona and Economic Law (p. 637-673). Warschau: Dom Wydawniczy. Manko, R. (2005). Idea europejskiego kodeksu cywilnego w świetle zasady pomocniczości – przyczynek do dyskusji (= The Idea of a European Civil Code in the Light of the Principle of Subsidiarity – A Starting Point for Discussion). Zeszyty Prawnicze TBSP UJ, 13, 165-177. Manko, R. (2005). The Culture of Private Law in Central Europe After Enlargement: A Polish Perspective. European Law Journal, 11(5), 527-548. Manko, R. (2006). Skarga odszkodowawcza przeciwko Wspólnocie [The Action for Damages Against the Community]. In A. Lazowski (Ed.), Unia Europejska: Prawo instytucjonalne i gospodarcze [European Union: Institutional and Economic Law] (2nd edition). (p. 675-736). Warszawa: Wydawnictwo ABC. Manko, R. (2006). Zasady umów dlugoterminowych. Wprowadzenie i komentarz [Principles of Long-Term Contracts: Introduction and Commentary]. Kwartalnik Prawa Prywatnego, 2(15), 531-563. Manko, R. (2007). Is the Socialist Legal Tradition 'Dead and Burried'? The Continuity of Certain Elements of Socialist Legal Culture in Polish Civil Procedure. In Th. Wilhelmsson, E. Paunio & A. Pohjolainen (Eds.), Private Law and the Many Cultures of Europe (p. 81-104). The Hague/London/Boston: Kluwer. Manko, R. (2007). Stosunki kontraktowe Wspólnot Europejskich (The Contractual Relationships of the European Communities). In A. Lazowski (Ed.), European Unia Europejska: Prawo instytucjonalne i gospodarcze (European Union: Institutional and Economic Law) (3rd edition). (p. 541-562). The Hague/London/Boston: Warszawa ABC – A Wolters Kluwer Business. Manko, R. (2007). Odpowiedzialnosc deliktowa Wspólnot Europejskich (The Delictual Liability of the European Communities). In A. Lazowski (Ed.), Unia Europejska: Prawo instytucjonalne i gospodarcze (European Union: Institutional and Economic Law) (p. 563-616). The Hague/London/Boston: Warszawa: ABC – Wolters Kluwer Business. Martius, H.P.A.J. (2006). Algemene voorwaarden en E-commerce. In M.L. Hendrikse, B. Wessels & R.H.C. Jongeneel (Eds.), Algemene Voorwaarden (Recht en Praktijk, 143) (p. 379-408). (4de druk). Deventer: Kluwer. Ogus, A.I. (2005). Regulatory Paternalism: When is it justified? In K.J. Hopt, E. Wyrmeesch, H. Kanda & H. Baum (Eds.), Corporate Governance in Context: Corporations, States, and Market in: Europe, Japan and the United States (p. 303-320). Oxford: Oxford University Press. 29 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Ogus, A.I. & Zhang, Q. (2005). Licensing East and West. International Review of Law and Economics, 25, 124-142. Ogus, A.I. (2006). Costs and Cautionary Tales: Economic Insights for the Law (Legal theory today). Oxford: Hart Publishing. (xiii + 320 p.) Ogus, A.I. & Zhang, Q. (2006). Regulatory Reform in Developing Countries: Designing Business Set-Up Processes. In M. Minogue & L. Carino (Eds.), Regulatory Governance in Developing Countries (p. 115-137). Cheltenham: Edward Elgar. Ogus, A.I. & Garoupa, N. (2006). A Strategic Interpretation of Legal Transplants. Journal of Legal Studies, 35, 339-363. Ogus, A.I., Faure, M.G. & Philipsen, N.J. (2006). Best Practices for Consumer Policy: Report on the Effectiveness of Enforcement Regimes. Report prepared for the UK Department of Trade and Industry and OECD. [Online] London: DSTI/CP. Available from: <http://oecd.org/dataoecd/56/7/37863861.doc> [2012-2006]. Ogus, A.I. (2007). Better Regulation – Better Enforcement. In S. Weatherill (Ed.), Better Regulation (p. 107-113). Oxford: Hart Publishing. Ogus, A.I. (2007). Regulatory Arrangements and Incentives for Opportunistic Behaviour. In T. Eger, M. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of Law in China (p. 151-163). Cheltenham: Edward Elgar. Ogus, A.I. (2007). Shifts in Governance for Compensation to Damage: A Framework for Analysis. In W.H. van Boom & M. Faure (Eds.), Shifts in Compensation between Private and Public Systems (Tort and Insurance Law, 22) (p. 31-41). Wien New York: Springer. Ogus, A.I. (2007). The Economic Approach: Competition between Legal Systems. In D. Nelken & E. Örücü (Eds.), Comparative Law: A Handbook (p. 155-167). Oxford: Hart Publishing. Ogus, A.I. (2007). The Relationship between Regulation and Tort Law: Goals and Strategies. In W.H. von Boom, M. Lukas & C. Kissling (Eds.), Tort and Regulatory Law (p. 376-389). Wien New York: Springer. Oosterhuis, J. (2006). Nakoming in natura van de Duitse handelskoop in de negentiende eeuw. In J.H.A. Lokin, F. Brandsma, C.J.H. Jansen & W.J. Zwalve (Eds.), Groninger opmerkingen en mededelingen (p. 81-93). Groningen: Chimaira B.V.. Rinkes, J.G.J. (2005). European consumer law: making sense (Inaugurele rede 18 november 2005). Zutphen: Paris. 30 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Rinkes, J.G.J. (2005). De invloed van het Europese recht op het (Nederlandse) privaatrecht. In J.M. van Buren-Dee, E.H. Hondius & J.G.J. Rinkes (Eds.), Jaarboek Consumentenrecht 2003 (p. 1-13). Antwerpen: Intersentia. Rinkes, J.G.J. (2006). Reasonable Expectations of honest men: over privaatrecht, contractenrecht en vertrouwen (Inaugurele rede Open Universiteit, 7 oktober 2005). Zutphen: Paris. Rinkes, J.G.J. (2006). European Consumer Law: making sense (Inaugurele rede Universiteit Maastricht, 18 november 2005). Zutphen: Paris. Rinkes, J.G.J. & Hendrikse, M.L (2006). Naar een klachteninstituut financiële dienstverlening: preadvies voor de Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening 2006. Zutphen: Paris. (163 p.) Rinkes, J.G.J. (2006). Europees Consumentenrecht. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek Consumentenrecht (p. 31-59). Deventer: Kluwer. Rinkes, J.G.J. (2006). Informatieplichten. In B. Wessels, R.H.C. Jongeneel & M.L. Hendrikse (Eds.), Algemene voorwaarden (Recht en Praktijk, 147) (p. 143-172). Deventer: Kluwer Rutgers, J.W. (2005). Ambtshalve toepassing van Europees recht in het civiele geding. In R.J.C. Flach et al. (Eds.), Amice: Rutgers-bundel: opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers, ter gelegenheid van zijn afscheid van de Rijksuniversiteit Groningen (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 295-303). Deventer: Kluwer. Rutgers, J.W. (2005). The Rule of Reason and Private Law or the Limits to harmonization. In A.A.M. Schrauwen (Ed.), Rule of Reason, Rethinking another Classic of European Legal Doctrine (The Hogendorp papers, 4) (p. 145159). Groningen: Europa Law Publishers. Rutgers, J.W. & Rutgers, G.R. (2005). Reform of the Code of Civil Procedure in the Netherlands. In N. Trocker & V. Varano (Eds.), The Reforms of Civil Procedure in Comparative Perspective (Quaderni CESIFIN, 21) (p. 131-142). Torino: Giappichelli Editore. Rutgers, J.W. (2006). Harmonisation of security rights and the Communications on Contract Law. In U. Drobnig, H.J. Snijders & E.-J. Zippro (Eds.), Divergences of Property Law, an obstacle to the internal market (p. 217-227). Munich/Groningen: Sellier European Law Publishers/Europa Law Publishers. Rutgers, J.W. (2006). An Optional Instrument and Social Dumping. European review of contract law, 2(2), 199-212. Rutgers, J.W. (2006). Europa en Contractsvrijheid. Nederlands Juristenblad, 702-703. 31 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Rutgers, J.W. (2007). 'De agentuurovereenkomst', in: De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht. In A.S. Hartkamp, L.A.D. Keus & C.H. Sieburgh (Eds.), Serie Onderneming en Recht (Serie Onderneming en Recht, 42-2) (p. 71-91). Deventer: Kluwer. Rutgers, J.W. (2007). O & M, Europees Burgerlijk Wetboek: we kunnen niet rustig gaan slapen. Nederlands Juristenblad, 2750-2751. Samoy, I. (2005). Commerciële garanties en het dwingend karakter van de nieuwe regels. In S. Stijns & J. Stuyck (Eds.), Het nieuwe kooprecht (p. 103127). Antwerpen: Intersentia. Samoy, I. (2005). De gevolgen van gesimuleerde rechtshandelingen, met bijzondere aandacht voor de overeenkomst van naamlening. In J. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van overeenkomsten naar Belgisch en Nederlands recht (Ius Commune Europaeum, 50) (p. 249-280). Antwerpen: Intersentia. Samoy, I. (2005). Een zichtbaar gebrek van de wet consumentenkoop? Pleidooi voor het behoud van de spoedige protestplicht van de koper op straffe van aanvaarding van de zichtbare gebreken. Rechtskundig Weekblad, 472-473. Samoy, I. & Thiery, Y. (2006). Das Antidiskriminierungsrecht in Belgien: Stand der Gesetzgebung und der Rechtsprechung. In X (Ed.), Jahrbuch Junger Zivilrechtswissenschaftler 2005, Zugang und Ausschluß als Gegenstand des Privatrechts (p. 265-279). Stuttgart: Richard Boorberg Verlag. Samoy, I. (2006). De ware aard van een beding van commandverklaring in het contractenrecht. Notariaat: notarieel en fiscaal maandblad, 169-185. Samoy, I. (2007). Zaakwaarneming: de rol en de gevolgen van vertegenwoordiging. Tijdschrift voor Belgisch burgerlijk recht, 3-21. Schaick, A.C. van (2006). Illegality. In D. Busch et al. (Eds.), The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3) (p. 243-258). The Hague: Kluwer Law International. Schaick, A.C. van (2006). Verkrijgende verjaring soms in strijd met art. 1 EP bij het EVRM. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 10, 90-94. Schaick, A.C. van (2007). Beperkingen van de bevoegdheid tot ontbinding van een wederkerige overeenkomst. In E.H. Hondius (Ed.), Contracteren Internationaal (Grosheide-bundel) (p. 197-215). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schaub, M.Y. (2006). Overeenkomsten op afstand met betrekking tot financiële diensten. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 10, 404-414. 32 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Schaub, M.Y. (2007). Overeenkomsten op afstand, commentaar bij afd. 7.1.9A (art. 7:46a-46j) BW. In A.P.A. de Klerk-Leenen & B. Wessels (Eds.), Bijzondere overeenkomsten (losbl.). Deventer: Kluwer. Schaub, M.Y. (2007). Beginselen van Europees recht inzake dienstverleningsovereenkomsten. Contracteren, 3, 54-62. Schelhaas, H. (2005). Contractuele rechtszekerheid en rechterlijke interventie. Contracteren, 3, 56-61. Schelhaas, H. (2005). Strafbeding versus annuleringsbeding. Tijdschrift voor Belgisch burgerlijk recht, 2, 102-109. Schelhaas, H. (2005). Beginselen voor internationale handelscontracten: een overzicht van de Unidroit Principles 2004. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6627, 532-542. Schelhaas, H. (2006). De koopovereenkomst. In A. Verheij & B. Wessels (Eds.), Bijzondere contracten (Studiereeks burgerlijk recht, 6) (p. 23-62). Deventer: Kluwer. Schelhaas, H. (2006). De overeenkomst tot schenking. In A. Verheij & B. Wessels (Eds.), Bijzondere contracten (Studiereeks burgerlijk recht, 6) (p. 6380). Deventer: Kluwer. Schelhaas, H. (2006). De overeenkomst tot borgtocht. In A. Verheij & B. Wessels (Eds.), Bijzondere contracten (Studiereeks burgerlijk recht, 6) (p. 253272). Deventer: Kluwer. Schelhaas, H. (2006). Commentary on Chapter 14, Section 1, 2 and 3 (Prescription). In D. Busch, E.H. Hondius, H.J. van Kooten & H.N. Schelhaas (Eds.), The Principles of European Contract Law III and Dutch Law – A Commentary (p. 167-224). The Hague/London/New York: Kluwer Law International. Schelhaas, H. (2006). Commentary on Chapter 17 (Capitalisation of Interest) PECL. In D. Busch, E.H. Hondius, H.J. van Kooten & H.N. Schelhaas (Eds.), The Principles of European Contract Law III and Dutch Law – A Commentary (p. 273-276). The Hague/London/New York: Kluwer Law International. Schelhaas, H. (2006). De uitleg van overeenkomsten ná SDM/Fox. Maandblad voor vermogensrecht, 2, 26-32. Schelhaas, H.N. (2007). De entire agreement clause in het Europese contractenrecht. In H.N. Schelhaas & D. Busch (Eds.), Vergelijkender Wijs – opstellen aangeboden aan prof. Mr. Ewoud Hondius (p. 289-303). Deventer: Kluwer. 33 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schelhaas, H.N. (2007). Contactuele rechtzekerheid in de praktijk. In B. Wessels (Ed.), Contracten maken (p. 141-158). Deventer: Kluwer. Schrage, E.J.H. (2005). Résistances à l'Élaboration et à la Diffusion du Code. In J.Ph. Dunand & B. Winiger (Eds.), Le Code Civil Français dans le Droit Européen. Actes du colloque sur le bicentenaire du Code civil Français organisé à Genève les 26-28 février 2004 (p. 79-91). Bruxelles: Bruylant. Schrage, E.J.H. (2005). Sources of law. The comparative legal history of a concept. In R. Van den Bergh et al. (Eds.), Ex iusta causa traditum: essays in honour of Eric H. Pool (Fundamina) (p. 275-284). Pretoria: University of South Africa. Schrage, E.J.H. (2005). Contra proferentem. Vermogensrechtelijke annotaties, 34-65. Schrage, E.J.H. (2005). Huurovereenkomst en verrijkingsrecht. Vermogensrechtelijke annotaties, 68-81. Schrage, E.J.H. (2005). Onrechtvaardige Verrijking. Ars Aequi, 54, 815-823. Schrage, E.J.H. (2006). Dat kan mijn kleine broertje ook! Over het onderscheidend vermogen van het begrip ‘kunst’ in het recht (Inaugurele rede Katholieke Universiteit Leuven, Leerstoel van het Tijdschrift voor Privaatrecht, 4 mei 2006). Gent: Story Scientia. Schrage, E.J.H. (2006). La Restituzione in Seguito alla Dissoluzione di un Contratto. Il Diritto Intermedio. In L. Vacca (Ed.), Caducazione degli Effetti del Contratto e Pretese di Restituzione. Seminario ARISTEC per Berthold Kupisch, Roma 20-22 giugno 2002 (p. 95-107). Torino: Giappichelli. Schrage, E.J.H. (2006). Unjust Enrichment: The Tenant's Tale. In A. Burrows & Lord Roger of Earlsferry (Eds.), Mapping the law: essays in memory of Peter Birks (p. 525-541). Oxford: Oxford University Press. Schrage, E.J.H. (2006). Velox inopes usura trucidat. Enige gedachten over het bedingen van rente door de eeuwen heen. In M.H. Wissing & T.H.M. van Wechem (Eds.), Betalingsachterstanden bij handelstransacties: de richtlijn betalingsachterstanden in het Nederlandse recht (CRBS-reeks, 12) (p. 19-35). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schrage, E.J.H. (2007). Misbruik van bevoegdheid (Monografieën BW. A-serie, 4). Kluwer: Deventer. (XVII + 103 p.) Schrage, E.J.H. (2007). Rechtsverwerking en gerechtvaardigd vertrouwen. In B. Wessels (Ed.), Contracten maken (Serie praktijkhandleidingen) (5de [gew.] druk) (p. 177-219). Deventer: Kluwer. 34 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Smits, J.M. (Ed.). (2005). The Need for a European Contract Law: Empirical and Legal Perspectives. Groningen: Europa Law Publishing. (188 p.) Smits, J.M. & Stijns, S. (Eds.). (2005). Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (Ius Commune Europaeum, 50). Antwerpen: Intersentia. (449 p.) Smits, J.M. (2005). Diversity of Contract Law and the European internal market. In J.M. Smits (Ed.), The Need for a European Contract Law: Empirical and Legal perspectives (p. 153-186). Groningen: Europa Law Publishing. Smits, J.M. (2005). Inhoud en werking van de overeenkomst in België en Nederland: een synthese. In J.M. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (p. 1-19). Antwerpen: Intersentia. Smits, J.M. (2005). Introduction. In J.M. Smits (Ed.), The Need for a European Contract Law: Empirical and Legal Perspectives (p. 5-7). Groningen: Europa Law Publishing. Smits, J.M. (2005). The Principles of European Contract Law and the Harmonisation of Private Law in Europe. In A. Vacquer (Ed.), La Tercera Parte de Los Principios de Derecho Contractual Europeo (p. 567-590). Valencia: Tirant. Smits, J.M. (2006). Common Frame of Reference and Optional Code: How to Find the Best Rules for European Contract Law? Universität Bonn: Schriftenreihe Zentrum fur europaïsches Wirtschaftsrecht. (12 p.) Smits, J.M. (Ed.). (2006). Elgar Encyclopedia of Comparative Law. Cheltenham-Northampton: Edward Elgar. (XVIII + 821 p.) Smits, J.M. (2006). The Netherlands. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia on Comparative Law (p. 493-496). Cheltenham: Edward Elgar. Smits, J.M. (2006). Europese integratie in het vermogensrecht: een pleidooi voor keuzevrijheid, preadvies NJV. In NJV (Ed.), Europese integratie (Handelingen Nederlandse Juristen-Vereniging, 1) (p. 57-104). Deventer: Kluwer. Smits, J.M. (2006). Private Law and Fundamental Rights: A Sceptical View. In T. Barkhuysen & S. Lindenbergh (Eds.), Constitutionalisation of Private Law (p. 9-22). Leiden/Boston: Brill. Smits, J.M. (2006). Comparative Law and its Influence on National Legal Systems. In R. Zimmermann & M. Reimann (Eds.), Oxford Handbook of Comparative Law (p. 513-538). Oxford: Oxford University Press. Smits, J.M. (2006). Belangenafweging door de rechter in het vermogensrecht: een kritische beschouwing. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 134-140. 35 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Smits, J.M. (2006). Competitie tussen vennootschapsvormen: wat is het ‘beste’ stelsel van ondernemingsbestuur? Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 21-26. Smits, J.M. (2006). The Principle of Unjust Enrichment and Formation of Contract: The Importance of a Hidden Policy Factor. European Review of Private Law, 423-435. Smits, J.M. (2007). Convergence of private law in Europe: towards a new ius commune? In E. Örücü & D. Nelken (Eds.), Comparative law: A handbook (p. 219-240). Oxford: Hart Publishing. Smits, J.M. (2007). De toekomst van het Europees privaatrecht: gemeenschappelijk referentiekader, optionele code en implementatie van richtlijnen. In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburgh & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht (p. 281-297). Deventer: Kluwer. Smits, J.M. (2007). Legal Culture as Mental Software, or: How to Overcome National Legal Culture? In T. Wilhelmsson, E. Paunio & A. Pohjolainen (Eds.), Private Law and the Many Cultures of Europe (p. 141-151). The Hague: Kluwer Law International. Smits, J.M. (2007). Nordic law in a European context: some comparative observations. In J. Husa, K. Nuotio & H. Pihlajamäki (Eds.), Nordic Law – Between Tradition and Dynamism (p. 55-64). Antwerp: Intersentia. Smits, J.M. (2007). Dret Privat Europeu: Per Un Ordre Jurídic Espontani. Revista Catalana de Dret privat, 7, 147-197. Smits, J.M. (2007). Law Making in the European Union: On Globalization and Contract Law in Divergent Legal Cultures. Louisiana Law Review, 67, 11811203. Stijns, S. & Stuyck, J. (Eds.). (2005). Het nieuwe kooprecht: de wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen. Antwerpen: Intersentia. (xiii + 165 p.) Stijns, S. (2005). De matigingsbevoegdheid van de rechter bij misbruik van contractuele rechten in de rechtspraak van het Belgische Hof van Cassatie. In J. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (Ius Commune Europaeum, 50) (p. 79-100). Antwerpen: Intersentia. Stijns, S. (2005). De remedies van de koper bij niet-conformiteit. In S. Stijns & J. Stuyck (Eds.), Het nieuwe kooprecht. De Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consuptiegoederen (p. 53-82). Antwerpen: Intersentia. 36 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Stijns, S. (2005). Le rôle du juge dans la résolution judiciaire et non judiciaire pour inexécution d’un contrat. In H. Cousy, S. Stijns, B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Droit des contrats. France-Belgique (p. 91-123). Bruxelles/ Paris: Larcier/LGDJ. Stijns, S. (2005). Les garanties commerciales et l'action récursoire du vendeur final. In C. Biquet-Mathieu & P. Wéry (Eds.), La nouvelle garantie des biens de consommation et son environnement légal (p. 161-183). Bruges: la Charte. Stijns, S. & Vuye, H. (2005). Zakenrecht: tweehonderd jaar oud of tweehonderd jaar jong? In D. Heirbaut & G. Martyn (Eds.), Napoleons Nalatenschap. Tweehonderd jaar Burgerlijk Wetboek in België (p. 157-194). Mechelen: Kluwer. Stijns, S., Dambre, M. & Hubeau, B. (Eds.). (2006). Handboek Algemeen Huurrecht (Huurrecht). Brugge: die Keure. (707 p.) Stijns, S. (2006). Uitdrukkelijk ontbindende bedingen, ontbindende voorwaarden en vervangingsbedingen. In S. Stijns & K. Vanderschot (Eds.), Contractuele clausules rond de (niet-)uitvoering en de beëindiging van contracten (p. 77-131). Antwerpen: Intersentia. Stijns, S. & Samoy, I. (2006). La confiance légitime en droit privé contrats. Rapport Belge. In E. Dirix & Y.-H. Leleu (Eds.), The Belgian Reports at the Congress of Utrecht of the International Academy of Comparative Law (p. 223280). Brussels: Bruylant. Stijns, S., Vanderschot, K. & Vermander, F. (2006). Schorsing en de beëindiging van de huurovereenkomst naar gemeen recht. In M. Dambre, B. Hubeau & S. Stijns (Eds.), Handboek Algemeen Huurrecht (Huurrecht) (p. 529-599). Brugge: die Keure. Stijns, S. & Wéry, P. (Eds.). (2007). De bronnen van niet-contractuele verbintenissen – Les sources d’obligations extracontractuelles. Brugge: die Keure. (258 p.) Stijns, S. (2007). Contractanten en derden: derde-medeplichtigheid en actio pauliana, sterkmaking en schijnvertegenwoordiging, derdenbegunstiging. In S. Stijns (Ed.), Verbintenissenrecht (Themis-cahier, vormingsonderdeel 5) (p. 25-50). Brugge: die Keure. Stijns, S. (2007). De sanctionering van de wilsgebreken. In R. van Ransbeeck (Ed.), Wilsgebreken – Leerstoel Constant Matheeussen 2006 (p. 132-168). Brugge: die Keure. Stijns, S. & Swaenepoel, E. (2007). Hoofdstuk 4: Onrechtmatige bedingen. In E. Terryn (Ed.), Handboek Consumentenkrediet (p. 169-203). Brugge: die Keure. 37 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Stijns, S. & Wéry, P. (2007). La confiance légitime et droit des obligations. In S. Stijns & P. Wéry (Eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen – Les sources d'obligations extracontractuelles (p. 47-98). Brugge: die Keure. Storme, M.E. (2006). De juridisering van sociale verhoudingen van de negentiende eeuw tot vandaag. In D. Heirbaut, G. Martyn & R. Opsommer (Eds.), De geschiedenis van het recht in de twintigste eeuw (Iuris Scripta Historica) (p. 2775). Brussel: Koninklijke Academie WLSK. Storme, M.E. (2006). The Belgian legal tradition: from a long quest for legal independence to a longing for dependence?, Belgian report for the XVII International Congress of comparative law, Topic 1A ‘National legal traditions and historical backgrounds’. In E. Dirix & Y.-H. Leleu (Eds.), The Belgian reports at the Congress of Utrecht of the International Academy of Comparative Law/Rapports belges au Congrès de l'Académie Internationale de Droit comparé à Utrecht/De Belgische rapporten voor het Congres van de Académie Internationale de Droit comparé te Utrecht (p. 3-43). Brussels: Bruylant. Storme, M.E. & Heirbaut, D. (2006). The Belgian legal tradition: from a long quest for legal independence to a longing for dependence?, Belgian report for the XVII International Congress of comparative law, Topic 1A ‘National legal traditions and historical backgrounds´. European Review of Private Law, 14(5/6), 645-683. Storme, M.E. et al. (o.l.v. prof. Ulrich Drobnig) (2007). Principles of European Law of personal Securities (Principles of European law, 4). Munich: Sellier European Law Publishers. (XXXI + 567 p.) Stuyck, J. (2007). Test Claimants in the Thin Cap Group Litigation. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 359-366). Herentals: Knops Publishing. Stuyck, J. (2007). The Unfair Commercial Practices Directive and its Consequences for the Regulation of Sales Promotions and the Law of Unfair Competition. In U. Bernitz & S. Weatherill (Eds.), The Regulation of Unfair Commercial Practices under EC Directive 2005/29. New Rules and New Techniques (p. 159-174). Oxford: Hart Publishing. Stuyck, J. (2007). Who is a Consumer? In K. Boele-Woelki & W. Grosheide (Eds.), The Future of European Contract law, Essays in Honour of Ewoud Hondius (p. 425-434). Alphen aan de Rijn: Kluwer Law International. Stuyck, J. & Dyck, T. van (2007). Op naar een nieuw consumentenkredietrecht? Het (Gewijzigd) Voorstel van de Richtlijn Consumentenkrediet nader bekeken. In E. Terryn (Ed.), Handboek Consumentenkrediet (p. 573-590). Brugge: die Keure. 38 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Stuyck, J. & Terryn, E. (2007). Le droit européen de la consommation. Développements récents. Journal des Tribunaux – Droit européen, 143, 257266. Tjittes, R.P.J.L. (2005). Europese klassiekers, BVerfG 19 oktober 1993, BVerfGE 89, 214; NJW 1994, 36 (Bürgschaft). Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 7, 301-308. Tjittes, R.P.J.L. (2005). Uitleg van schriftelijke contracten. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 1, 2-29. Tjittes, R.P.J.L. (2006). Koop van een woning. Non-conformiteit. Uitleg artikel 5.3 NVM-koopakte. Vermogensrechtelijke annotaties, 89-103. Tjittes, R.P.J.L. (2006). Privaatrecht Actueel. Koop van een woning met verborgen gebreken. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 231-233. Tjittes, R.P.J.L. (2006). De afbraak van de aansprakelijkheid voor afgebroken onderhandelingen. In A.S. Hartkamp (Ed.), Hartkamp variaties (p. 139-149). Deventer: Kluwer. Tjittes, R.P.J.L. (2006). De uitleg van een contract jegens derden. In M. Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 73-86). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Veen, M. van der, Bemmel, J. van & Korthals Altes, W.K. (2006). Contracts and learning in complex urban projects. In S.F. Pena & E.S. Alva (Eds.), Second world planning schools congress – diversity and multiplicity: A new agenda for the world planning community (p. 1-18). Mexico: National Autonomus University of Mexico. Veen, M. van der & Janssen-Jansen, L. (2006). Money from the market? Possibilities for TDR-like instruments in the Dutch planning system. In S.F. Pena & E.S. Alva (Eds.), Second world planning schools congress – diversity and multiplicity: A new agenda for the world planning community (p. 1-22). Mexico: National Autonomus University of Mexico. Veen, M. van der (2006). Public goals and private contracts; the case of the Amsterdam Zuidas and Battery Park City (New York City). In M. Carmona, M. Tewdwr-Jones et al. (Eds.), Planning Research Conference ‘Global Places, Local Spaces’ (p. 1-13). London: University College London, The Bartlett School of Planning. Vries, G.J.P. de (2006). Dienstverlening: de overeenkomst van opdracht. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek Consumentenrecht (p. 151-173). Zutphen: Paris. 39 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Vries, G.J.P. de (2006). Extinctive prescription of claims according to the PECL and Dutch Law. In A.F. Salomons & G.J.P. de Vries (Eds.), Pro forma? Essays on the role of Formal Rules and Formal Requirements in Private Law (p. 175-193). The Hague: Boom Juridische uitgevers. Vries, G.J.P. de & Schelhaas, H. (2006). Chapter 14: Prescription. In H. Schelhaas & D. Busch (Eds.), The Principles of European Contract Law (Part III) and Dutch Law, A Commentary II (p. 167-244). The Hague: Kluwer Law International. Vries, G.J.P. de (2006). Remedies naar aanleiding van niet-nakoming op grond van het Weens koopverdrag zijn beperkter dan die naar Nederlands recht. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 1, 13-16. Vries, G.J.P. de (2007). Estoppel in Dutch law. In B. Fauvarque-Cosson (Ed.), La Confiance légitime et l'estoppel (p. 319-320). Paris: Société de législation comparé. Vries, G.J.P. de (2007). Opzegbaarheid van overeenkomsten voor onbepaalde tijd. Kwestie van contractvrijheid. Nederlands Juristenblad, 82(37), 2356-2362. Vries, G.J.P. de (2007). Paal en perk aan bedingen ter stilzwijgende verlenging van consumentenovereenkomsten? Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 4, 122-124. Vries, G.J.P. de (2007). Weens Koopverdrag stuurt in geval van niet-nakoming aan op schadevergoeding. Maandblad voor vermogensrecht, 17(7/8), 160-162. Winkel, L.C. (2005). A Never Ending History: varia over de indelingen van verbintenissen en van contracten. In G. ten Berge et al. (Eds.), Inter Alia, Opstellen en andere bijdragen aangeboden aan Dr. Marijke van de Vrugt (p. 205-210). Utrecht: Universiteit Utrecht. Wéry, P. & Biquet-Mathieu, C. (Eds.). (2005). La nouvelle garantie des biens de consommation et son environnement légal. Bruxelles: la Charte. (257 p.) Wéry, P. & Dubuisson, B. (Eds.). (2005). La mise en vente de l'immeuble. Ouvrage en hommage à Nicole Verheyden-Jeanmart. Bruxelles: Larcier. (288 p.) Wéry, P. (2005). L'action oblique et les actions directes en droit belge. In J. Smits & S. Stijns (Eds.), Inhoud en werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (Ius Commune Europaeum, 50) (p. 307-340). Antwerpen: Intersentia. 40 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Wéry, P. (2005). La conclusion du contrat de vente par l'entremise d’un agent immobilier. In P. Wéry & B. Dubuisson (Eds.), La mise en vente de l'immeuble. Ouvrage en hommage à Nicole Verheyden-Jeanmart (p. 11-45). Bruxelles: Larcier. Wéry, P. (2005). Le droit commun des obligations contractuelles face à l'émergence des nouvelles législations. In A. Wijffels (Ed.), Le Code civil, entre ius commune et droit privé européen (p. 391-412). Bruxelles: Bruylant. Wéry, P. (2005). Les principes généraux du droit en matière d’obligations contractuelles. In C. Biquet-Mathieu et al. (Eds.), Liber Amicorum Paul Delnoy (p. 587-603). Bruxelles: Larcier. Wéry, P. (Ed.). (2006). La nullité des contrats (Commission Université-Palais (CUP), 88). Bruxelles: Larcier. (288 p.) Wéry, P. et al. (Eds.). (2006). Le droit commun du bail. Bruxelles: la Charte. (781 p.) Wéry, P. & Coipel, M. (Eds.). (2006). Les pratiques du commerce, l'information et la protection du consommateur. Bruxelles: Kluwer. (472 p.) Wéry, P. (2006). Droit applicable à l'effet de la représentation à l’égard de tiers. In J. Erauw et al. (Eds.), Het Wetboek Internationaal Privaatrecht becommentarieerd/Le Code de droit international privé commenté (p. 560-563). Antwerpen: Intersentia. Wéry, P. (2006). L'aliénation du bien loué. In P. Wéry et al. (Eds.), Le droit commun du bail (p. 459-491). Bruxelles: la Charte. Wéry, P. (2006). Les clauses pénales. In S. Stijns & K. Vanderschot (Eds.), Contractuele clausules rond de (niet-)uitvoering en de beëindiging van contracten (p. 183-226). Antwerpen: Intersentia. Wéry, P. (2006). Les contrats de services gratuits. In B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Knelpunten. Dienstencontracten (Knelpunten Contractenrecht, 4) (p. 5995). Antwerpen: Intersentia. Wéry, P. (2006). Nullité, inexistence et réputé non écrit. In P. Wéry (Ed.), La nullité des contrats (Commission Université-Palais (CUP), 88) (p. 7-33). Bruxelles: Larcier. Wéry, P. (2006). Vue d’ensemble sur le régime des clauses abusives de la loi du 14 juillet 1991. In Jeune Barreau de Liège (Ed.), La protection du consommateur, Actes du colloque organisé par la Commission Barreau-Notariat de Liège le 20 avril 2006 (p. 7-50). Liège: Editions du Jeune Barreau de Liège. 41 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Wéry, P. (2007). L'article 1370 du Code civil et la nomenclature des sources des obligations. In S. Stijns & P. Wéry (Eds.), Les sources d'obligations extracontractuelles (p. 1-18). Bruxelles: la Charte. VAKPUBLICATIES Bartels, S.E. (2005). De snijbrander en het rieten dak. Ars Aequi, 9, 655-657. Bergh, R. Van den (2005). [Bespreking van het boek Regulation of and by Pharmacists in the Netherlands and Belgium: An Economic Approach]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 46-50. Bergh, R. Van den, Huls, N. & Loth, M. (2007). Reguleren doe je samen. Pleidooi voor een nieuw kabinetsstandpunt over de hervorming van de advocatuur na drie gemiste kansen. Nederlands Juristenblad, 4550-556. Boele-Woelki, K. & Grosheide, F.W. (Eds.). (2007). The Future of European Contract Law. Alphen aan den Rijn: Wolters Kluwer Law & Business. (XI + 434 p.) Bollen, C.J.M., Klomp, R.J.Q. & Schelhaas, H. (Eds.). (2006). Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (227 p.) Bollen, C.J.M. (2006). De gevolgen van het niet nakomen van een verbintenis. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (2de druk) (p. 87-104). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Bollen, C.J.M. (2006). Ontbinding van de wederkerige overeenkomst. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (2de druk) (p. 105-115). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Bollen, C.J.M. (2006). Verbintenissen uit andere bron dan onrechtmatige daad of overeenkomst. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (2de druk) (p. 181-203). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Bollen, C.J.M. (2006). Een belangrijk arrest over afbreken van onderhandelingen dat weinig nieuws brengt. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 62-69. Bollen, C.J.M. (2007). Artikelen 6:265-6:279 BW. In T. Hartlief, C.E. du Perron & A.C. van Schaick (Eds.), Wet en Rechtspraak Burgerlijk Wetboek, 3, 5 en 6 (p. 1009-1021). Deventer: Kluwer. Busch, D. (2005). Bewerking artikelen 6:21 t/m 26 (voorwaardelijke verbintenissen). In E. Hondius (Ed.), Verbintenissenrecht (losbladig). Deventer: Kluwer. 42 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Busch, D., du Perron, C.E. et al. (Eds.). (2006). Toezicht Financiële Markten (Groene Serie). Deventer: Kluwer (losbladig). Busch, D. (2006). Commentaar op artikel 1 Bte 1995. In D. Busch, E. du Perron et al. (Eds.), Toezicht Financiële Markten (Groene Serie, Losbladige uitg. met aanvullingen). Deventer: Kluwer. Busch, D. (2006). Commentaar op artikel 1a Bte 1995. In D. Busch, E. du Perron et al. (Eds.), Toezicht Financiële Markten (Groene Serie, Losbladige uitg. met aanvullingen). Deventer: Kluwer. Busch, D. (2006). Commentaar op artikel 3 Wte 1995. In D. Busch, E. du Perron et al. (Eds.), Toezicht Financiële Markten (Groene Serie, Losbladige uitg. met aanvullingen). Deventer: Kluwer. Busch, D. & Alferink, T.G.A. (2006). TamTam. Beantwoording rechtsvraag (326) Bank- en effectenrecht (casus over prospectusaansprakelijkheid). Ars Aequi: juridisch studentenblad, 551-558. Busch, D., Doorenbos, D., Lemmers, N., Nieuwe Weme, M., Maatman, R. & Rank, W.A.K. (Eds.). (2007). Onderneming en financieel toezicht (Serie onderneming en Recht, 40). Deventer: Kluwer. (XXIV + 688 p.) Busch, D. & Schelhaas, H.N. (Eds.). (2007). Vergelijkender Wijs (promotibundel ter ere van het emeritaat van prof.mr. Ewoud H. Hondius) (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties). Deventer: Kluwer. (X + 359 p.) Busch, D. & Hoevers, J.W. (2007). Dutch securities regulator AFM grants nonEU SEC registered companies fast track access to European equity capital markets. Journal of International Banking Law and Regulation, 621-624. Cauffman, C. (2005). De natuurlijke verbintenis. In Commentaar verbintenissen (losbladig). Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2005). De verbintenisscheppende eenzijdige wilsuiting. In Commentaar verbintenissen (losbladig). Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2005). De vertrouwensleer. In Commentaar verbintenissen (losbladig). Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2005). [Bespreking van het boek De aansprakelijkheid van de wegbeheerder]. T.P.R., 747-749. Cauffman, C. (2005). [Bespreking van het boek Le crédit à la consommation]. T.P.R., 750. Cauffman, C. (2005). [Bespreking van het boek Honderd jaar Duits Burgerlijk Wetboek (BGB) 1 januari 1900 – 31 december 1999]. T.P.R., 1561. 43 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cauffman, C. (2005). [Bespreking van het boek Tertium datur. De niet uitgesloten derde in het burgerlijk recht]. T.P.R., 2068-2069. Cauffman, C. (2006). [Bespreking van het boek Pratiques de la négociation]. T.P.R., 1385-1386. Cauffman, C. (2007). Derde-medeplichtigheid aan contractbreuk. In Bijzondere overeenkomsten/Verbintenissen. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer. Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2007). Pauliaanse vordering. In Bijzondere overeenkomsten/ Verbintenissen. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer. Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2007). Gekwalificeerde benadeling. In Commentaar Verbintenissen. Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. (2007). Punitieve elementen in het verbintenissenrecht. Een rechtsvergelijkende studie naar de draagwijdte, de (grond)wettigheid en de wenselijkheid van het bestraffend karakter van het verbintenissenrecht. Tijdschrift voor Privaatrecht. Cauffman, C. (2007). [Bespreking van het boek The Institutional Framework of European Private Law]. C.M.L.Rev., 868-870. Cauffman, C. & Mailleux, B. (2007). De nieuwe wet met betrekking tot de kosteloze borgtocht. Notariaat: notarieel en fiscaal maandblad, 239-258. Deurvorst, T.E. (2006). A Camel is a horse designed by a committee. Het Haags Verdrag inzake Forumkeuzebedingen. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 293-302). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Dondorp, J.H. & Hallebeek, J. (2006). The Church as Promoter of the Law: The Emergence of Canon Law as a Separate Discipline in the Middle Ages. In J. Wolff (Ed.), Kultur- und rechtshistorische Wurzeln Europas; Arbeitsbuch (p. 43-62). Mönchengladbach: Forum Vlg Godesberg. Grosheide, F.W. & Maanen, G.E. van (2005). Een groeifonds of een grabbelton? Art. 1 Eerste Protocol en de Nederlandse rechtsorde. Bespreking van de preadviezen van Barkhuysen & van Emmerik voor de voorjaarsvergadering van de Vereniging voor Burgerlijk Recht [Bespreking van het boek Preadviezen van T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik voor de voorjaarsvergadering van de Vereniging voor Burgerlijk Recht]. NTBR, 142-151. Grosheide, F.W. (2006). Auteursrechtelijk contractenrecht. Contracteren, 1, 23. 44 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Grosheide, F.W. (2007). Ad Rem. Contracteren, 2, 34-35. Grosheide, F.W. (2007). Impressies (interview Prof.mr. M.W. Hesselink). Contracteren, 2, 49-50. Grosheide, F.W. (2007). UNCITRAL's Modelwet voor grensoverschrijdende zekerheden en intellectuele eigendommen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6705, 303-305. Haentjens, M. & Perron, C.E. du (2005). Commentaar Bijzondere Overeenkomsten: Boek 7 titel 14 (borgtocht) Burgerlijk Wetboek (‘Groene Kluwer’). Deventer: Kluwer. (91 p.) Hage, J.C., Schlössels, R.J.N. & Wolleswinkel, M.W. (Eds.). (2006). Recht, vaardig en zeker. Een inleiding in het recht (Boom juridische studieboeken) (3de [gew.] druk). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (443 p.) Hage, J.C. (2006). Rechtsfilosofie. In J.C. Hage, R.J.N. Schlössels & R. Wolleswinkel (Eds.), Recht, vaardig en zeker (p. 367-398). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hage, J.C. (2007). Het harmonisatiewetarrest. In R. Janse, S. Taekema & T. Hol (Eds.), Rechtsfilosofische annotaties (p. 14-16). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Hage, J.C. (2007). Wat is een rechtsnorm? In J. Donkers (Ed.), Liber Amicorum ter gelegenheid van de 60e verjaardag van Prof. dr. J. Jaap van den Herik (p. 98-106). Maastricht: Maastricht ICT Competence Center. Hage, J.C. (2007). Why norms are not imperatives. In J. Aguilo-Regla (Ed.), Logic, Argumentation and Interpretation, Proceedings of the 22nd IVR World Congress Granada 2005 (p. 151-159). Stuttgart: Franz Steiner Verlag. Hage, J.C. (2007). A propos of a treatise of legal philosophy and general jurisprudence. Ratio Juris, 20, 432-441. Hage, J.C. (2007). Fatsoenlijke belastingheffing. In Fiscaal Fatsoen (p. 67-73). Maastricht: LOF. Hage, J.C. & Brouwer, B. (2007). Basic Concepts of European Private Law. European Review of Private Law, 15, 3-26. Hallebeek, J. (2005). ‘Laudatio’ en ‘Bibliography’. In Bergh, R. van den, Hallebeek, J., Winkel, L.C. et al. (Eds.), Ex Iusta Causa Traditum, Festschrift für Eric Pool (Fundamina) (p. XIII-XV & p. XVI-XVII). Pretoria: University of South Africa. 45 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hallebeek, J. (2005). Nicolaas Everaerts (Nicolaus Everardi). In R. Domingo (Ed.), Juristas Universales (Juristas modernas, Vol. II) (p. 92-94). Barcelona/ Madrid: Marcial Pons. Hallebeek, J. (2005). [Bespreking van het boek Bibliografie van hoogleraren in de rechten aan de Franeker Universiteit tot 1811]. Pro memorie: bijdragen tot de rechtsgeschiedenis der Nederlanden, 7, 185-186. Hallebeek, J. (2005). [Bespreking van het boek ‘Ketzerinnen’ – Frauen gehen ihren eigenen Weg]. Millennium: tijdschrift voor Middeleeuwse studies, 19, 203-205. Hallebeek, J. (2006). Nederlandse vertaling van Chr. Hattenhauer, Het Koninkrijk Westfalen (1807-1813). In J. Hallebeek & A.J.B. Sirks (Eds.), Nederland in Franse schaduw; Recht en bestuur in het Koninkrijk Holland (1806-1810) (p. 271-296). Hilversum: Verloren. Hallebeek, J. & Sirks, A.J.B. (2006). Recht en bestuur in het Koninkrijk Holland. In J. Hallebeek & A.J.B. Sirks (Eds.), Nederland in Franse schaduw; Recht en bestuur in het Koninkrijk Holland (1806-1810) (p. 7-10). Hilversum: Verloren. Hallebeek, J. (2006). [Bespreking van het boek Vorst tussen volk en wet: over volkssoevereiniteit en rechtsstatelijkheid in het werk van Fernando Vázquez de Menchaca (1512-1569)]. Revista de estudios histórico-jurídicos, 28, 769-772. Hallebeek, J. (2006). [Bespreking van het boek Van Bijnkershoeks Observationes 2018-2913 (deel III) in het Nederlands samengevat ... and Index in Observationes tumultuarias Cornelii van Bijnkershoek et Wilhelmi Pauw]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 74, 398-399. Hallebeek, J. (2007). Het herziene Statuut voor de Oud-Katholieke Kerk van Nederland. Nederlands Tijdschrift Kerk & Recht, 35-56. Hallebeek, J. (2007). [Bespreking van het boek Das Basler Konzil; Synodale Praxis zwischen Routine und Revolution]. Internationale Kirchliche Zeitschrift, 97, 223-224. Hallebeek, J. (2007). [Bespreking van het boek Das Basler Konzil; Synodale Praxis zwischen Routine und Revolution]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 75, 61-64. Hallebeek, J. (2007). [Bespreking van het boek Les origines de la responsabilité pour faute personelle dans le Code Civil de 1804]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 75, 64-66. Hardy, R.R.R. & Hesen, G.G. (2007). Independent Music Publishers and Labels Association. Markt & Mededinging, 8, 250-254. 46 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hartkamp, A.S. (2005). Compendium Vermogensrecht voor de rechtspraktijk (6de [gew. en uitgebreide] druk). Deventer: Kluwer. (XXX + 493 p.) Hesen, G.G. & Smits, J.M. (2006). Rechtshandelingen. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 21-31) (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Hesen, G.G. & Smits, J.M. (2006). Overeenkomsten in het algemeen. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 33-37). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Hesen, G.G. & Smits, J.M. (2006). Rechtsgevolgen van de overeenkomst. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 55-60). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Hesen, G.G. & Hardy, R.R.R. (2006). [Bespreking van het boek The Need for a European Contract Law; Empirical and Legal Perspectives]. ICLQ, 55(3), 770772. Hesselink, M.W. (2005). Who has a stake in European contract law. European review of contract law, 1(3), 295-296. Hesselink, M.W. (2007). SME's in European Contract Law. Background note for the European Parliament on the position of small and medium sized enterprises (SMEs) in a future Common Frame of Reference (CFR) and in the review of the consumer law acquis. Amsterdam: Centre for the Study of European Contract Law. (28 p.) Hesselink, M.W., Rutgers, J.W. & Booys, T. de (2007). The legal basis for an optional instrument on European contract law. Short study for the European Parliament on the different options for a future instrument on a Common Frame of Reference (CFR) in EU contract law, in particular the legal from and the legal basis for any future optional instrument. Amsterdam: Centre for the Study of European Contract Law. (80 p.) Hesselink, M.W. (2007). Naar een (Europees) Wetboek van Consumentenrecht? Nederlands Juristenblad, 850-857. Hesselink, M.W. (2007). De Tilburgse inquisitie. Nederlands Juristenblad, 82(33), 2086-2087. Hesselink, M.W. (2007). Een Europees Burgerlijk Wetboek door de voordeur. Nederlands Juristenblad, 2484-2485. Hesselink, M.W. (10-10-2007). Een Europees Burgerlijk Wetboek is juist goed idee. Nrc-Handelsblad. 47 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hesselink, M.W. (11-10-2007). Begin maar eens een bedrijfje zónder Europese regels. Nrc Handelsblad; Next. Hondius, E.H. (2005). Asser-serie: De wereld van J.B.M. Vranken. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6620, 363-364. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 33-41. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 69-81. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 113-129. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 161-176. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 209-217. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 273-279. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 309-324. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 393-405. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 446-454. Hondius, E.H. (2005). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 502-505. Hondius, E.H. & Rijken, G.J. (Eds.). (2006). Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument. Zutphen: Paris (2de druk). (516 p.) Hondius, E.H., Chorus, J.M.J. & Gerver, P.H.M. (Eds.). (2006). Introduction to Dutch law (4th rev. ed). Alpen aan de Rijn: Kluwer Law International. (XVI + 549 p.) Hondius, E.H. (2006). Bankovereenkomst. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (p. 211-218). (2de druk). Zutphen: Paris. 48 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hondius, E.H. (2006). Geschillencommissies. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (p. 471-491). (2de druk). Zutphen: Paris. Hondius, E.H. (2006). Diskussionsbeitrag. In E. Lorenz (Ed.), Schuldrechtsmodernisierung – Erfahrungen seit dem 1. Januar 2002 (VersR-Schriftenreihe, 34) (p. 225-230). Karlsruhe: Verlag Versicherungswirtschaft. Hondius, E.H. (2006). Preface. In C. Jeloschek (Ed.), Examination and notification duties in consumer sales law: how far should we go in protecting the consumer? (Schriften zur Europäischen Rechtswissenschaft) (p. VII-VIII). Munich: Sellier European Law Publishers. Hondius, E.H. (2006). A Spanish commentary of the Gandolfi Codeland some other Spanish. European review of contract law, 429-437. Hondius, E.H. (2006). De basis van ons privaatrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6673, 519-521. Hondius, E.H. (2006). Schadefondsen: 11 september en de claimcultuur. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 9, 373. Hondius, E.H. (2006). Productenaansprakelijkheid. ELSA Leiden Magazine, 3, 4-7. Hondius, E.H. (2006). From the Editor. European Review of Private Law, 14, 631-633. Hondius, E.H. (2006). The Seventeenth Congress of the International Academy of Comparative Law. European Review of Private Law, 839-843. Hondius, E.H. (2006). Kroniek van het consumentenrecht. Europa in Nederland. Nederlands Juristenblad, 1811-1821. Hondius, E.H. (2006). Zeventiende congres van de Académie Internationale de Droit Comparé. Nederlands Juristenblad, 2474-2475. Hondius, E.H. (2006). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 98, 5438-5440. Hondius, E.H. (2006). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 99, 5500-5502. Hondius, E.H. (2006). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 100, 5572-5574. Hondius, E.H. (2006). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 101, 5639-5643. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 19-25. 49 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 57-62. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 106-113. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 139-146. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 170-177. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 231-242. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 283-292. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 332-345. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 383-391. Hondius, E.H. (2006). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 423-435. Hondius, E.H. (2006). [Bespreking van het boek Prevention and compensation of treatment injury: a roadmap for reform]. Lex Medicinae – Revista Portuguesa de Direito da Saúde, 191-192. Hondius, E.H. (2007). Preface. In A.J. van den Berg (Ed.), The politics of European codification: a history of the unification of law in France, Prussia, the Austrian monarchy and the Netherlands (p. vii). Groningen: Europa Law Publishing. Hondius, E.H. (2007). Le Contrat en Europe: Aujourd'hui et Demain – Luxembourg 22 June 2007. European Review of Private Law, 749-750. Hondius, E.H. (2007). European contract law in Italy: Some recent publications. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 15(1), 382-389. Hondius, E.H. (2007). De canon van het Nederlands privaatrecht/een proeve. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6697, 127-129. Hondius, E.H. (2007). Amerikaans consumentenrecht, wo bestu bleven? Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 73-74. 50 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hondius, E.H. (2007). Amerikaanse toestanden – is het echt zo erg? Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, 333-337. Hondius, E.H. (2007). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 102, 5707-5710. Hondius, E.H. (2007). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 103, 5772-5774. Hondius, E.H. (2007). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 104, 5842-5844. Hondius, E.H. (2007). Consumentenrecht. Ars Aequi Katern, 105, 5900-5903. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 19-25. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 68-81. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 116-130. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 158-169. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 199-212. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 237-251. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 287-296. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 334-342. Hondius, E.H. (2007). Kroniek Algemeen. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 396-406. Hondius, E.H. & Paijmans, B. (2007). Van jeugdige vandalen en gevaarlijk overstekende kinderen/over de aansprakelijkheid van en voor kinderen. Ouranostra, 32-35. Jongbloed, A.W., Klomp, R.J.Q., Mak, C., Rhee, C.H. van & Spath, J.B. (Eds.). (2007). Wetseditie Burgerlijk recht 2007/2008. Nijmegen (3de druk): Ars Aequi Libri. (1193 p.) Jansen, C.E.C. & Manunza, E.R. (2006). Naschrift. Nederlands Juristenblad, 2129-2130. 51 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Jansen, C.E.C. (2006). Leidraad aanbesteden in de bouw. Cobouw. [Online]. Available from: <http://www.cobouw.nl> [13-12-2006]. Klomp, R.J.Q. & Mak, C. (Eds.). (2005). Burgerlijk Wetboek 2005-2006 (14de herz. druk) (Ars Aequi wetsedities). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (778 p.) Klomp, R.J.Q. & Mak, C. (Eds.). (2006). Burgerlijk Wetboek 2006-2007 (Ars Aequi wetsedities). (15de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (788 p.) Klomp, R.J.Q. & Spath, J.B. (Eds.). (2006). Burgerlijk recht 2006-2007 (Ars Aequi Wetseditie). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (1128 p.) Klomp, R.J.Q. (2006). Bijwerking Losbladige Verbintenissenrecht art. 6:51-57 BW (Supplement 135). Deventer: Kluwer. (24 p.) Klomp, R.J.Q. (2006). Vermogensrecht in het Burgerlijk Wetboek (bewerking van bijdrage H.J. de Kluiver en R.H.C. Jongeneel). In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 15-20). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Klomp, R.J.Q. (2006). Opschorting (Afd. 6.1.7 en 6.5.5). In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 117-127). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Klomp, R.J.Q. (2006). Verrekening (Afd. 6.1.12). In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 129-138). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Klomp, R.J.Q. (2006). Onrechtmatige daad: algemeen (Afd. 6.3.1) (bewerking van bijdrage G.H. Lankhorst). In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 157-166). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Klomp, R.J.Q. (2006). Onrechtmatige daad: kwalitatief (Afd. 6.3.2) (bewerking van bijdrage G.H. Lankhorst). In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 167-173). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Klomp, R.J.Q. (Ed.). (2007). Kunst en recht 2007/2010. Wetseditie. (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (303 p.) Klomp, R.J.Q. & Mak, C. (Eds.). (2007). Burgerlijk wetboek 2007/2008: Boeken 1 t/m 8 (Ars Aequi wetsedities). (16de herz. druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (835 p.) Klomp, R.J.Q. (2007). Verbintenissenrecht Art. 6:127-141 BW. Supplement 141. Deventer: Kluwer. (losbl.) 52 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Klomp, R.J.Q. (2007). Verbintenissenrecht Art. 6:52-57 en 6:261-264 BW. Supplement 143. Deventer: Kluwer. (losbl.) Klomp, R.J.Q. (2007). Hoofdstuk Overeenkomsten: de koop (bewerking van bijdrage R.H.C. Jongeneel). In Juridisch Zakboek (supplement 125) (p. IXA – 1 t/m IXA – 224 en IXB – 1 t/m IXB – 26. Den Haag: Sdu. Klomp, R.J.Q., Joustra, C.A. & Wiewel, P.G. (Eds.). (2007). Beklaagde hoven: klachtenregeling in de rechterlijke organisatie (Prinsengrachtreeks, 2007/2). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (98 p.) Klomp, R.J.Q. (2007). Teruggeven is geen kunst. Ars Aequi: juridisch studentenblad. [Online]. Available from: <www.arsaequi.nl/betawebsite> [15-102007]. Kornet, N. (2005). Is there a Need for a Uniform Contract law in Europe? Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 13, 677-679. Loos, M.B.M. (2006). Algemene voorwaarden bij consumentenovereenkomsten. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek Consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (2de druk). (p. 61-91). Zutphen: Paris. Loos, M.B.M. (2006). Verboden exoneraties in energieleveringsovereenkomsten en vernietiging van met de wet strijdige bindende adviezen. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 3-6. Loos, M.B.M. (2007). Naschrift bij A.S. Hartkamp. Ambtshalve toetsing van algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten. Heeft de Hoge Raad de jurisprudentie van het Hof van Justitie gemist? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6736, 1057-1058. Mak, C. (2007). Het gemeenschappelijk Referentiekader en de toekomst van het Europees contractenrecht. Contracteren, 3, 72-74. Ogus, A.I. (2007). Responding to Threats of Terrorism: How the Law Can Generate Appropriate Incentives. Journal of Interdisciplinary Economics, 19, 35-55. Perron, C.E. du & Hart, F.M.H. 't (2006). De Geïnformeerde Consument. Is informatieverstrekking een effectief middel om consumenten afgewogen financiële beslissingen te laten nemen? (Serie vanwege het Van der Heijden Instituut te Nijmegen, 90). Deventer: Kluwer. (IX + 204 p.) Perron, C.E. du, Schaick, A.C. van & Hartlief, T. (Eds.). (2007). Burgerlijk Wetboek, boeken 3, 5 en 6 (Wet en Rechtspraak) (Wet en rechtspraak). Deventer: Kluwer. (XIV + 1094 p.) 53 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Rauws, W.J.M., Engels, C., Humblet, P., Janvier, R., Rigaux, M. & Eeckhoutte, D. van (Eds.). (2005). Codex Arbeidsrecht, 2005-2006. Brugge: die Keure. (1168 p.) Rauws, W.J.M., Vos, M. de & Eeckhoutte, W. van (2006). Codex Arbeidsrecht 2006-2007. Brugge: die Keure. (1500 p.) Rauws, W.J.M., Eeckhoutte, W. van, Rigaux, M. & Steenberge, J. van (2006). Bamacodex sociaal recht 2006-2007. Brugge: die Keure. (682 p.) Rauws, W.J.M. (2006). Discriminatie in het onderwijs. Rechtskundig Weekblad, 2006(7), 310-322. Rauws, W.J.M. (2007). ‘Dura lex, sed lex’, ‘summun jus, summa injuria’. Is het lezen van Antigone van Sophocles nuttig voor juristen? In K. Lemmens & F. Jongen (Eds.), Recht en literatuur (p. 215-225). Brugge: die Keure. Rinkes, J.G.J. (2006). Kroniek Europees Consumentenrecht. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 48-60. Rinkes, J.G.J. & Boom, W.H. van (2006). Redactioneel. Toezicht op consumentenrecht en de komst van de Consumentenautoriteit. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 5, 135-138. Rutgers, J.W. (2005). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 94, 5181-5182. Rutgers, J.W. (2005). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 96, 5314-5315. Rutgers, J.W. & Hesselink, M.W. (Eds.). (2006). ECJ Cases on European Contract law: A Selection (Ars Aequi Jurisprudentie). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (184 p.) Rutgers, J.W. (2006). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 98, 5442-5443. Rutgers, J.W. (2006). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 99, 5505-5506. Rutgers, J.W. (2006). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 100, 55765577. Rutgers, J.W. (2006). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 101, 56455646. Rutgers, J.W. (2007). Interventie bij het preadvies van Prof. mr. J.M. Smits en gezamenlijk vraagpunt, Europese Integratie. In Handelingen Nederlandse Juristen-Vereniging (p. 75-77). Deventer: Kluwer. Rutgers, J.W. (2007). Europees Privaatrecht. Ars Aequi Katern, 102, 57125713. 54 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Rutgers, J.W. (2007). Europees privaatrecht. Ars Aequi Katern, 105, 59055906. Samoy, I. (2005). [Bespreking van het boek Consumentenkoop, in Monografiëen Nieuw B.W.]. R.W., 760. Samoy, I. (2005). [Bespreking van het boek Koop en consumentenkoop]. R.W., 800. Samoy, I. (2006). [Bespreking van het boek Mr. C. Assers handleiding tot de beoefening van het Nederlands Burgerlijk Recht, Vertegenwoordiging en Rechtspersoon, De vertegenwoordiging]. R.W., 920. Samoy, I. (2006). [Bespreking van het boek De overdracht van schuldvorderingen. Naar een meer eenvormige tegenwerpbaarheidsregeling voor overdrachten in de burgerrechtelijke en handelsrechtelijke sfeer]. R.W., 999. Samoy, I. (2007). Aspecten van het nieuwe afstammingsrecht, met bijzondere aandacht voor het overgangsrech. In P. Senaeve (Ed.), Themis-cahier Personen- en familierecht (p. 57-77). Brugge: die Keure. Samoy, I. (2007). Pijnpunten bij het opstellen van consortium- en andere overeenkomsten met meer dan twee partijen. In S. Stijns (Ed.), Themis-cahier Verbintenissenrecht (p. 51-70). Brugge: die Keure. Samoy, I. (2007). Gevolgen van de lastgeving (art. 1991 tot 2002 B.W.). In Bijzondere overeenkomsten, Commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer (p. 9-74). Deurne: Kluwer. Samoy, I. (2007). Le caméléon du droit des obligations: le contrat multipartite. Questions théoriques et pratiques concernant la conclusion des contrats à multiples parties. In P. Wéry (Ed.), Droits des obligations: développements récents et pistes nouvelles (p. 7-36). Luik: Anthémis. Samoy, I. (2007). Zaakwaarneming: de rol en de gevolgen van vertegenwoordiging. In S. Stijns & P. Wéry (Eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen: de theorie in de praktijk (p. 173-208). Brugge: die Keure. Samoy, I. & Allaerts, V. (2007). Dit is geen vermomde schenking! In C. Castelein, A. Verbeke & L. Weyts (Eds.), Notariële clausules, Liber Amicorum Professor Johan Verstraete (p. 295-322). Antwerp: Intersentia. Samoy, I. & Stijns, S. (2007). La confiance légitime en droit des obligations. In B. Fauvarque-Cosson (Ed.), La confiance légitime et l'estoppel (Droit privé comparé et européen, vol. 4) (p. 167-224). Paris: Société de législation comparée. 55 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schaick, A.C. van, Boonekamp, R.J.B. & Wesseling-van Gent, E.M. (Eds.). (2007). Burgerlijke rechtsvordering: (incl. EEX-verordening) (Wet en rechtspraak) (Wet en rechtspraak). Deventer: Kluwer. (LXIV + 1156 p.) Schaick, A.C. van (2007). Artikelen 3:60-79 BW, 3:99-106 BW, 3:107-125 BW, 3:296-326, 6:1-26 BW, 6:52-73 BW, 6:142-161 BW, 6:198-202, 213-216, 231-247. In A.C. van Schaick, C.E. du Perron & T. Hartlief (Eds.), Burgerlijk wetboek, boeken 3, 5 en 6 (Wet en rechtspraak) (p. 78-938). Deventer: Kluwer. Schaick, A.C. van (2007). Artikelen 78-148 Rv, 208-253 Rv, 612-616 Rv, 1003-1018 Rv, 1019j-1019v Rv. In A.C. van Schaick, R.J.B. Boonekamp & E.M. Wesseling-Van Gent (Eds.), Burgerlijke rechtsvordering: (incl. EEXverordening) (Wet en rechtspraak) (p. 93-946). Deventer: Kluwer. Schaub, M.Y. (2007). Handhaven met twee gezichten. Impressie van de themabijeenkomst over het duale stelsel van de Wet handhaving consumentenbescherming, 16 november 2007 Den Haag. Contracteren, 4, 99-101. Schaub, M.Y. (2007). Report of the SECOLA conference on the common frame of reference and the future of European contract law (1-2 June 2007). European Review of Private Law, 5, 751-755. Schelhaas, H. (2005). Bewerking artikelen 6:91 tot en met 6:94. In E.H. Hondius (Ed.), Verbintenissenrecht (Losbladig). Deventer: Kluwer. Schelhaas, H. (2005). Bewerking van artikelen 7:31-38 (bijzondere gevallen van verzuim, ontbinding en schadevergoeding bij koop), 7:39-44 (reclamerecht), 7:45-48 (koop op proef en koop van vermogensrechten). In B. Wessels (Ed.), Bijzondere Overeenkomsten (Losbladig). Deventer: Kluwer. Schelhaas, H. (2005). Verbintenissenrecht. Algemene leer der overeenkomsten (11de druk, 2001). Asser Actueel, 1, 1-3. Schelhaas, H. (2005). Verbintenissenrecht. Algemene leer der overeenkomsten (11de druk, 2001). Asser Actueel, 2, 17-19. Schelhaas, H. (2005). Verbintenissenrecht. Algemene leer der overeenkomsten (11de druk, 2001). Asser Actueel, 3, 37-39. Schelhaas, H. (2006). Algemene voorwaarden. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 67-78). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Schelhaas, H. (2006). Nakoming van verbintenissen. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 79-93). (2de druk).Nijmegen: Ars Aequi Libri. 56 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Schelhaas, H. (2006). Productaansprakelijkheid. In C. Bollen, R.J.Q. Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht Geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 181-187). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Schelhaas, H.N. (2007). Artikel 6:74-6:80 en 6:90-6:94. In A.C. van Schaick, C.E. du Perron & T. Hartlief (Eds.), Burgerlijk wetboek, boeken 3, 5 en 6 (Wet en rechtspraak) (p. 422-439-448-453). Deventer: Kluwer. Schrage, E.J.H. (2005). [Bespreking van het boek Die Struktur des Haftungsrechts. Geschichte, Theorie und Dogmatik außervertraglicher Ansprüche auf Schadenersatz [Jus Privatum, Beiträge zum [Privatrecht Band 76]]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 426-427. Schrage, E.J.H. (2005). [Bespreking van het boek Grenzen van Rechtsobjecten. Een onderzoek naar de grenzen van objecten van eigendomsrechten en intellectuele eigendomsrechten]. WPNR, 6615, 256-259. Schrage, E.J.H. (2006). Rechtsverwerking en gerechtvaardigd vertrouwen. Vermogensrechtelijke annotaties, 2, 71-111. Schrage, E.J.H. (2006). Wie betaalt bepaalt, of niet soms? Vermogensrechtelijke annotaties, 3, 26-62. Schrage, E.J.H. (2006). [Bespreking van het boek Historisch-kritischer Kommentar zum BGB]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIV, 210-213. Schrage, E.J.H. (2006). [Bespreking van het boek Das Verbot der eigenmächtigen Besitzumwandlung im römischen Privatrecht: ein Beitrag zur rechtshistorischen Spruchregelforschung]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIV, 162-164. Schrage, E.J.H. (2007). De regelen der kunst (deel III). Amsterdam: Russell Advocaten. (152 p.) Smits, J.M. (2005). [Bespreking van het boek Het boetebeding in het Europese contractenrecht]. WPNR, 6638, 782-785. Smits, J.M. (2005). [Bespreking van het boek Comparative Legal Studies: Traditions and Transitions]. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 12(1), 95-97. Smits, J.M., Hardy, R.R.R., Hesen, G.G. & Kornet, N. (Eds.). (2006). European Private Law (Ars Aequi wetseditie). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (454 p.) Smits, J.M. (2006). Preface. In J.M. Smits & J.M. Smits (Eds.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. xvii-xviii). Cheltenham: Edward Elgar. 57 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Smits, J.M. (2006). [Bespreking van het boek The European Codification Process: Cut and Paste]. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 14, 927-929. Smits, J.M. (2006). Review of La réception du droit communautaire en droit privé des Etats membres [Bespreking van het boek La réception du droit communautaire en droit privé des Etats membres]. C.M.L.Rev., 43, 620-621. Smits, J.M. (2007). Europees Burgerlijk Wetboek mag enkel een optionele code zijn. Nederlands Juristenblad, 82, 2487-2488. Smits, J.M. (2007). [Bespreking van het boek European Contract Law: Scots and South African Perspectives]. Edinburgh Law Review, 11, 289. Stijns, S. (2005). Voorwoord. In I. Samoy (Ed.), Middellijke vertegenwoordiging (p. vii-xi). Antwerpen: Intersentia. Stijns, S. (Ed.). (2007). Verbintenissenrecht (Themis-cahier, vormingsonderdeel 5). Brugge: die Keure. (93 p.) Stijns, S. & Vuye, H. (2007). Burenhinder: een toepassing van het gelijkheidsbeginsel, dan wel van de evenwichtsleer? Bedenkingen in het licht van de verantwoordigngsverplichting van het Hof van Cassatie. In W. Pintens, A. Alen, E. Dirix & P. Senaeve (Eds.), Vigilantibus ius scriptum. Feestbundel voor Hugo Vandenberghe (p. 289-303). Brugge: die Keure. Storme, M.E. (2005). Lizin ontsnapt onterecht aan politieke verantwoordelijkheid. Juristenkrant, 106 (23-03-2005), 4. Storme, M.E. et al. (2005). Hoe relatief is het recht? Relativiteit in het recht. (<http://www.storme.be/relativiteit.html>). Stuyck, J. (2007). Cliënt maakt best duidelijke afspraken over ereloon. Juristenkrant, 147, 9. Stuyck, J. (2007). Wet handelspraktijken blijft hopeloos verouderd. Juristenkrant, 154, 15. Stuyck, J. (2007). [Bespreking van het boek The Harmonisation of European Contract Law: Implications for European Private Laws, Business and Legal Practice]. C.M.L.Rev., 44, 528-531. Tamboer, S. (2007). Boom Basics Consumentenkoop. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (101 p.) Tjittes, R.P.J.L. (2006). Naschrift bij C.H.M. Vlaanderen. Vermogensrechtelijke annotaties, 2, 148-150. 58 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Vries, G.J.P. de (2006). [Bespreking van het boek Contractdwang]. NTBR, 4, 137-139. Vries, G.J.P. de (2007). [Bespreking van het boek Algemene Voorwaarden]. Praktisch Procederen, 9(5), 147-149. ANNOTATIES Busch, D. (2006). Noot bij: HR (13-10-2006), (Stichting Vie d’Or/DNB). JOR 2006-295, p. 2181-2185. Cauffman, C. (2005). Noot bij: Antwerpen (15-03-2004), (De tegenstelbaarheid aan derden van een conventioneel retentierecht). N.J.W., p. 686-689. Cauffman, C. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (14-10-2004), (Verval van een verbintenis ten gevolge van het verdwijnen van haar voorwerp: een algemeen rechtsbeginsel). R.W. 2005, p. 860-863. Cauffman, C. (2005). Noot bij: Vrederechter Zelzate (09-12-2004), (De tussenkomst van een takelfirma op vraag van de politie: een toepassingsgeval van de zaakwaarneming?). T.B.B.R., p. 531-534. Cauffman, C. (2006). Noot bij: Hof van Cassatie (14-10-2004), (Het verval van een verbintenis ten gevolge van het verdwijnen van haar voorwerp: een algemeen rechtsbeginsel). R.W. 2006-22, p. 860-863. Cauffman, C., Luts, L. & Santini, L. (2006). Noot bij: Kh. Tongeren (17-052005), (Zelfmoord in het verzekeringsrecht. Over het opzettelijk karakter van zelfmoord ten aanzien van het verzkeringsrecht en de tegenstelbaarheid, de geldigheid en de toepasselijkheid van de contractuele vervalclausule van onmiskenbaar roekeloze of gevaarlijke daden). DAOR-80, p. 449-458. Cauffman, C. (2007). Noot bij: Cassatie (23-03-2006), (Vers un endiguement du pouvoir modérateur du juge en cas de nullité). RCJB, p. 428-446. Deurvorst, T.E. (2007). Noot bij: Rb. Breda (25-10-2006), (Autodesk/Aztec). Computerrecht 2007-47, p. 113-120. Deurvorst, T.E. (2007). Noot bij: HR (08-12-2006), (Sjopspel). AMI 2007-11, p. 89-92. Hesen, G.G. & Hardy, R.R.R. (2006). Noot bij: Gerecht van Eerste Aanleg (1307-2006), T-464/04, (Independent Music Publishers and Labels Association (IMPALA, International Association)/Commissie). Markt & Mededinging 2006-8, p. 250-254. Hesselink, M.W. (2006). Noot bij: ECR (01-04-2004), (Case 237/02[2004]. ECJ-Freiburger Kommunalbauten v Hofstetter). ERCL 2006-3, p. 366-375. 59 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Loos, M.B.M. (2006). Noot bij: Rb. Dordrecht (02-02-2005), (Gebondenheid van de verkoper bij mondelinge overeenstemming bij de koop van een woning door een consument). TvC 2006-1, p. 19-22. Loos, M.B.M. (2006). Noot bij: Geschillencommissie Thuiswinkel (22-112005), TvC 2006-5, p. 170-171. Loos, M.B.M. (2006). Noot bij: Geschillencommissie Thuiswinkel (22-11-2005 en 11-04-2005), TvC 2006-5, p. 171-173. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: HvJEG (26-10-2006), (EJC-Mostaza). ERCL 2007-4, p. 439-445. Mak, C. (2007). Noot bij: HvJEG (07-09-2006), 81/05, (ECJ-Cordero Alonso v Fogasa). ERCL 2007-4, p. 432-438. Perron, C.E. du (2005). Noot bij: HR (11-07-2003), 103, NJ, p. 957-959. Perron, C.E. du (2005). Noot bij: HR (20-02-2004), 493, NJ, p. 4309-4312. Perron, C.E. du (2005). Noot bij: HR (27-02-2004), 498, NJ, p. 4386-4387. Perron, C.E. du (2005). Noot bij: HR (01-10-2004), 499, NJ, p. 4397-4398. Perron, C.E. du (2005). Noot bij: HR (12-11-2004), 500, NJ, p. 4412-4413. Rauws, W.J.M. (2005). Noot bij: Arbitragehof (14-01-2004), (Leefloonwet op de rooster van de Liga van de Mensenrechten). R.W. 2005-28, p. 1099-1100. Rauws, W.J.M. (2006). Noot bij: Arbitragehof (11-05-2005), (De immuniteitsregeling bij professionele arbeidsongeschiktheid en terbeschikkingstelling van werknemers). R.W. 2006-2, p. 54-55. Rauws, W.J.M. (2007). Noot bij: Cass. (18-09-2006), (Variaties op het loonbegrip in de jaarlijkse vakantiewetgeving volgens het Hof van Cassatie). R.W. 2007, p. 273-275. Rauws, W.J.M. (2007). Noot bij: Cass. (14-11-2005), (Wetsontduiking en de subjectieve wil een dwingende wetsbepaling of een bepaling van openbare orde te omzeilen). R.W. 2007, p. 486-487. Rauws, W.J.M. (2007). Noot bij: Cass. (30-10-2006), (Het begrip technische bedrijfseenheid in de Programmawet van 30 december 1988). R.W. 2007, p. 1678-1679. Rutgers, J.W. (2005). Noot bij: ECJ (27-06-2000 en 21-11-2002), (Cases ECJOcéano Grupo/Cofidis). ERCL 2005-1, p. 87-96. 60 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Samoy, I. (2005). Noot bij: Brussel (04-06-2002), (Een notaris vraagt een bodemonderzoek aan in het kader van een verkoop. Wie betaalt de rekening?). Not. Fisc. M., p. 327-329. Samoy, I. & Vanderschot, K. (2006). Noot bij: Hof van Beroep Antwerpen (2009-2004), (Nietigheid van ongeoorloofde schadebedingen in het gemeen recht: welles nietes?). R.W. 2006-19, p. 797-801. Samoy, I. (2007). Noot bij: Cassatie (06-02-2006), (Over de mogelijkheid van plaatsvervanging bij lastgeving: lastgeving is al lang geen vriendendienst meer...). T.B.B.R., p. 103-104. Schaick, A.C. van (2005). Dutch case note to OGH 6 December 2001 (Wirkliche Uebergabe bei Schenkung und Besitzkonstitut). European Review of Private Law, p. 204-207. Schaub, M.Y. (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam, sector kanton (19-01-2006), (Informatieplichten). TvC 2007-1, p. 27-29. Schaub, M.Y. (2007). Noot bij: Rb. Arnhem (26-06-2006), TvC 2007-6, p. 214216. Schelhaas, H. (2005). Noot bij: HR (03-12-2004), (Ohra/Epon). NTBR 2005-3, p. 134-135. Schelhaas, H. (2005). Noot bij: HR (10-12-2004), (Het startpunt van de subjectieve verjaringstermijn bij een vordering uit onverschuldige betaling en onrechtmatige daad). NTBR 2005-10, p. 56-61. Schelhaas, H. (2005). Noot bij: HR (12-11-2004), (Aansprakelijkheid voor kinderen). TVP 2005-1, p. 26-30. Schelhaas, H. (2006). Noot bij: HR (24-03-2006), (Matiging versus vernietigbaarheid van een contractuele boete). NTBR 2006-6, p. 249-255. Stuyck, J. (2007). Noot bij: Mons (20-03-2006), (Des lunettes à prix réduits pour le législateur). D.C.C.R., p. 43-45. Vries, G.J.P. de (2005). Noot bij: BGH (17-07-2003), (Dutch case note (BGH: 17 juli 2003)). ERPL 2005-1, p. 40-44. Vries, G.J.P. de (2005). Noot bij: HR (22-10-2004), (De ingebrekestellingseis onder druk). VrA 2005-1, p. 96-107. Wéry, P. (2005). Noot bij: Cour de Cassation (25-04-2003), (Brèves observations à propos des sanctions des clauses illicites). T.B.B.R., p. 47-48. 61 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Wéry, P. (2005). Noot bij: Mons (13-01-2005), (L'interprétation contra proferentem). JLMB, p. 1050-1053. Wéry, P. (2006). Noot bij: Cour de Cassation (21-11-2003), (L'exception d’inexécution dans la jurisprudence de la Cour de cassation). RGDC, p. 40-43. Wéry, P. (2007). Noot bij Liège (19-04-2005). (Le caractère impressionnant et illicite des menaces constitutives de violence dans la conclusion des actes juridiques). Revue trimestrielle de droit familial, 840-847. Wéry, P. (2007). Noot bij: Cass. (06-01-2005), (Le caractère ‘volontaire’ de la gestion d'affaires et des quasi-contrats). RCJB, p. 181-238. Wéry, P. (2007). Noot bij: C. trav. Liège (section Namur) (14-04-2005), (Actes équipollents à rupture du contrat de travail et exécution en nature de l'obligation contractuelle). RGDC, p. 92-95. Wéry, P. (2007). Noot bij: Cass. (26-05-2006), (La nullité des contrats d'organisation de voyages et d'intermédiaire de voyages pour méconnaissance des formalités légales). RGDC, p. 479-482. Wéry, P. (2007). Noot bij: Cass. (26-05-2006), (La nullité du contrat d'organisation de voyages et du contrat d'intermédiaire de voyages pour inobservation des formalités légales). DCCR, p. 202-204. Wéry, P. (2007). Noot bij: JP Charleroi (25-10-2006), (Le pouvoir du juge de soulever d'office la violation de l'article 32, 15 de la loi du 14 juillet 1991). JLMB, p. 201-204. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Allemeersch, B. (2006). Toetsing van de geoorloofdheid van een overeenkomst: procesrechtelijke aspecten. In X (Ed.), Liber Alumnorum KULAK (p. 35-48). Brugge: die Keure. Bartels, S.E. & Giesen, I. (2007). The Principles of European Law on Service Contracts: the Rules on Medical Treatment in a Future Europe compared to the rules in the Netherlands. In K. Boele-Woelki & F.W. Grosheide (Eds.), The Future of European Contract Law. Liber Amicorum E.H. Hondius (p. 169-181). Alphen aan den Rijn: Wolters Kluwer Law & Business. Cousy, H., Tilleman, B., Verbeke, A. & Thévenoz, L. (Eds.). (2006). Droit des contrats: France, Suisse, Belgique (Contrats & Patrimoine). Bruxelles: De Boeck & Larcier. (336 p.) 62 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Curry-Sumner, I. (2007). An age-old dilemma: is it time for a ‘revolutionary approach?’ A Commentary on Harding v. Wealands. In P. Sarcevic & P. Volken (Eds.), Yearbook of Private International Law (p. 85-96). Munich: Sellier. European Law Publishers. Dirix, E. (2007). Privaatrecht en multiculturaliteit. rede uitgesproken bij de aanvaarding van de Francqui-leerstoel aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Vrije Universiteit Brussel (27 februari 2007). Antwerpen: Intersentia. Ernes, A.L.H. (2005). De positie van de tussenpersoon jegens een derde; instaan voor bestaan en omvang van een volmacht. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 2, 73-80. Ernes, A.L.H. (2006). Opdracht. In B. Wessels, A.J. Verheij et al. (Eds.), Bijzondere overeenkomsten (Studiereeks Burgerlijk Recht, 6) (p. 81-97). Deventer: Kluwer. Ernes, A.L.H. (2006). Volmacht. In C. Bollen, R.J.Q Klomp & H.N. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Burgerlijk recht geschetst, 5) (p. 39-55). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Heirbaut, D. (2005). Comparative law and Zimmermann's new ius commune: a life line or a death sentence for legal history? Some reflections on the use of legal history for comparative law and vice versa. In R. Van den Bergh et al. (Eds.), Ex iusta causa traditum: essays in honour of Eric H. Pool (Fundamina) (p. 136-153). Pretoria: University of South Africa. Hendrikse, M.L., Jongeneel, R.H.C. & Wessels, B. (Eds.). (2006). Algemene Voorwaarden (Recht en Praktijk, 143). (4de druk). Deventer: Kluwer. (XXVI + 717 p.) Heutger, V. (2005). The Commission's revised proposal for a new EU Consumer Credit Law – Strengthening cross-border trade? Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 94-99. Heutger, V. (2005). UNIDROIT Principles of International Commercial Contracts, Die Aktualität der «UNIDROIT Prinzipien» – zur Neuauflage 2004. European Review of Private Law, 13(1), 83-90. Heutger, V. (2005). [Bespreking van het boek Het kopijrecht, 16de tot 19de eeuw]. Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte, 122, 730-732. Heutger, V. (2005). Reaktion auf das Grünbuch zur Finanzdienstleistungspolitik (2005-2010). Http://forum.europa.eu.int/Public/irc/markt/markt_consul tations/library?l=/financial_services/financial_2005-2010&vm=detailed&sb=Ti tle. 63 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Milo, J.M. (2005). Overeenkomst van opdracht, arbeidsovereenkomst, aanneming van werk. Asser Actueel, 1, 9. Milo, J.M. (2005). Overeenkomst van opdracht, arbeidsovereenkomst, aanneming van werk. Asser Actueel, 2, 33-34. Milo, J.M. (2005). Overeenkomst van opdracht, arbeidsovereenkomst, aanneming van werk. Asser Actueel, 3, 56-57. Tilleman, B. & Verbeke, A. (2005). Bijzondere overeenkomsten in kort bestek (tweede en uitgebreide editie). Antwerpen: Intersentia. (XXXIV + 312 p.) Veen, M. van der, Janssen-Jansen, L. & Salet, W.G.M. (2007). Planning by contracts? Principles, rationalities and consequences of public contracting. In F.D. Moccia, L. de Leo & G.G.E. Coppola (Eds.), Planning for the risk society: Dealing with uncertainty, challenging the future (p. 1-11). Napels: Aesop. OVERIGE PUBLICATIES Bergh, R. van den, Hallebeek, J., Winkel, L.C. et al. (Eds.). (2005). Ex iusta causa traditum. Essays in honour of Eric H. Pool (Fundamina). Pretoria: University of South Africa. (xvii + 441 p.) Bergh, R. Van den (2006). Schadevorderingen wegens schending van het mededingingsrecht in het spanningsveld tussen compensatie en optimale afschrikking. Markt & Mededinging, 143-151. Bergh, R. Van den & Montangie, Y. (2006). Competition in Professional Services Markets: Are Latin Notaries Different? Journal of Competition Law and Economics, 189-214. Bollen, C.J.M. & Hartlief, T. (2006). Borgtocht. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek Consumentenrecht (p. 219-242). Zutphen: Paris. Cauffman, C. (2005). Bronnen van verbintenissen. In Commentaar verbintenissen (losbladig). Mechelen: Kluwer. Cauffman, C. & Verbeke, A. (2005). Een jaar Wet Consumentenkoop. In B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Bijzondere Overeenkomsten (p. 27-58). Antwerpen: Intersentia. Cauffman, C. (2006). Discriminatie bij bijzondere overeenkomsten. Rechtskundig Weekblad, 7(70), 287-309. Cauffman, C. (2006). Is er plaats voor de plaatsvervulling van de verwerpende erfgenaam? Rechtskundig Weekblad, 32(69), 1241-1250. 64 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Grosheide, F.W. (2006). Onder vrienden is alles gemeenschappelijk – Over vriendschap als bron van gemeenschappelijk eigendom. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 2, 49-54. Hage, J.C. (2005). Comparing Alternatives in the Law. Artificial Intelligence and Law, 12, 181-225. Hage, J.C. (2005). The Logic of Analogy in the Law. Argumenten, 78(2), 401415. Hallebeek, J. & Bergh, A.J. van den (2005). De drie Hoofdgeschillen van Het Zwarte Boek (Publicatieserie Stichting Oud-Katholiek Seminarie, 38). Amers foort/Sliedrecht: Stichting Oud-Katholiek Seminarie/Merweboek. (72 p.) Hallebeek, J. (2005). Church asylum in late Antiquity: Concession by the Emperor or competence of the Church? In E.C. Coppens (Ed.), Secundum Ius: Opstellen aangeboden aan prof. mr. P.L. Nève (Rechtshistorische reeks van het Gerard Noodt Instituut, 49) (p. 163-182). Nijmegen: GNI. Hallebeek, J. (2005). Observaciones sobre el sentido de los conceptos romanos servitus y servus en el mundo medieval. In Bergh, R. van den, Hallebeek, J., Winkel, L.C. et al. (Eds.), Ex Iusta Causa Traditum, Festschrift für Eric Pool (Fundamina) (p. 121-135). Pretoria: University of South Africa. Hallebeek, J. (2005). Bericht über die kirchenrechtsgeschichtliche Forschung im Gebiet der Niederlande und Belgiens. Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte, (Kan.abt.)(22), 421-445. Hallebeek, J. (2005). LVIIIste zitting van de ‘Société Internationale ‘Fernand de Visscher’ pour l'Histoire des Droits de l'Antiquité’ te Angra dos Reis/São Paulo (20-25 september 2004). Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 73, 225226. Hallebeek, J. (2006). Some remarks concerning the Disputationum libri XXI of Tryphoninus. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 74, 149-157. Hallebeek, J. (2007). Papal prohibitions midway between rigor and laxity. On the issue of depicting the Holy Trinity,. In W. van Asselt (Ed.), Iconoclasm and Iconoclash. Struggle for Religious Identity (Jewish and Christian perspectives series, 14) (p. 353-383). Leiden-Boston: Brill. Hartkamp, A.S. (2005). Mr. C. Asser's handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht (Asser serie 4: Verbintenissenrecht) (Dl. II. Algemene leer der overeenkomsten) (12de druk bew. door A.S. Hartkamp). Deventer: Kluwer. 65 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Herbots, J. (2007). Horace Rumpole et ses confreres face aux Principes de droit de la responsabilité civile européen. In Feestbundel Hugo Vandenberghe (p. 151-165). Brugge: die Keure. Hondius, E.H. (2005). Juristenportretten: raadsheren moeten voor het voetlicht. In R.J.C. Flach et al. (Eds.), Rutgers-bundel, Opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 157-165). Deventer: Kluwer. Hondius, E.H. (2005). A snuff, sir? Et ego in Arcadia – op sabbatical in Cambridge. Ars Aequi, 1, 16-20. Hondius, E.H. (2005). Entartete Musik. Ars Aequi, 2, 71. Hondius, E.H. (2005). Omzien in verwondering. Ars Aequi, 3, 129. Hondius, E.H. (2005). Wild Bill. Ars Aequi, 4, 213. Hondius, E.H. (2005). Hamburg: privaatrechtelijk paradijsje aan de Aussenalster. Ars Aequi, 5, 330-334. Hondius, E.H. (2005). Juridisch argumenteren. Ars Aequi, 6, 445. Hondius, E.H. (2005). Ars longa, vita longa. Ars Aequi, 9, 665. Hondius, E.H. (2005). Parijse notities. Ars Aequi, 10, 802-806. Hondius, E.H. (2005). Plagiaat. Ars Aequi, 11, 917. Hondius, E.H. (2005). Hoor en wederhoor. Ars Aequi, 12, 991. Hondius, E.H. (2005). De toegevoegde waarde van publicatie van rechtspraak. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 37-38. Hondius, E.H. (2006). Towards a European small claims procedure. In L. Thévenoz & N. Reich (Eds.), Droit de la consommation/Liber amicorum Bernd Stauder (p. 131-146). Baden-Baden/Genève: Nomos/Schulthess. Hondius, E.H. (2006). Levensbericht Peter Birks. In KNAW (Ed.), Levensberichten en herdenkingen 2006 (p. 16-21). Amsterdam: Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Hondius, E.H. (2006). Jugoistocna Evropa i Evropsko privatno pravo. Evropski Pravnik/European Lawyer Journal, 15-30. Hondius, E.H. (2006). Naar een Nederlandse small claims procedure? Nederlands Juristenblad, 197-202. Hondius, E.H. (2006). Entartetes Recht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 17. 66 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Hondius, E.H. (2006). Ranking. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 101. Hondius, E.H. (2006). Terugwerkende kracht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 3, 173. Hondius, E.H. (2006). Pleiten pleite? Ars Aequi: juridisch studentenblad, 251. Hondius, E.H. (2006). Wie was toch Suijling? Ars Aequi: juridisch studentenblad, 5, 333. Hondius, E.H. (2006). Kopstukken. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 409. Hondius, E.H. (2006). Onder professoren/over wetenschappelijke integriteit. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 471. Hondius, E.H. (2006). Over wetenschappelijke integriteit II. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 571. Hondius, E.H. (2006). Pronken met andermans veren. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 702. Hondius, E.H. (2006). Entartete Opernfreude. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 875. Hondius, E.H. (2007). Kritiek, maar met mate. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 19-20. Hondius, E.H. (2007). Don Quichotte en de nepauteurs. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 118. Hondius, E.H. (2007). De eenheid van het burgerlijk recht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 129. Hondius, E.H. (2007). Paard en recht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 200. Hondius, E.H. (2007). Unter Professoren. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 301. Hondius, E.H. (2007). De feestbundel: vloek of zegen? Ars Aequi: juridisch studentenblad, 421. Hondius, E.H. (2007). De vrouwen van Radboud. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 495. Hondius, E.H. (2007). Civielrechtelijke plaatsopneming. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 572-573. Hondius, E.H. (2007). De scriptie. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 739740. 67 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hondius, E.H. (2007). Hand in hand kameraden: schade verhalen op voetbalvandalen. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 652. Hondius, E.H. (2007). Wat is kunst: voer voor juristen. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 941. Jansen, C.E.C. (2006). Beter aanbesteden in de bouw. Regels bieden ruimte voor kwaliteit, efficiency en innovatie (wetenschappelijke studie). Gouda: Regieraad Bouw. (61 p.) Jansen, C.E.C. (2006). Algemene voorwaarden en de bouw. In M.L. Hendrikse, R.H.C. Jongeneel & B. Wessel (Eds.), Algemene Voorwaarden (Recht en Praktijk, 143) (p. 561-580). Deventer: Kluwer. Jansen, C.E.C. (2006). Eigen schuld in het contractenrecht: mogelijke inconsistentie met regels omtrent prijsaanpassing bij de aanneming van werk. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 29, 202-212. Jansen, C.E.C. & Manunza, E.R. (2006). (On)gewenste ontwikkelingen in het aanbestedingsrecht? Nederlands Juristenblad, 1038-1043. Jansen, C.E.C. & Manunza, E.R. (2006). Onbegrip over kort geding bij aanbestedingsgeschil. Cobouw. [Online]. Available from: <http://www.cobouw.nl> [10-05-2006]. Jansen, C.E.C., Bregman, A.G., Chao-Duivis, M.A.B. & Koning, A.Z.R. (Eds.). (2007). Institutioneel kader: de invloed van regels op de organisatie, het verloop en de resultaten van bouwprocessen. Gouda: PSIBouw. (462 p.) Jansen, C.E.C. (2007). Grenzen aan de ontvankelijkheid van de ongeldige inschrijver. Tijdschrift Aanbestedingsrecht, 333-341. Klomp, R.J.Q. (2005). Privaatrechtelijk perspectief; Over het nut van algemene voorwaarden en een levenslang museumverbod. In F. Kuitenbouwer & T. Schiphof (Eds.), Kunstvandalisme; Het recht en een taboe van ons openbaar kunstbezit (p. 11-22). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Klomp, R.J.Q., Helstone, A. & Loor, E. (2005). Model bezoekersvoorwaarden (Bijlage). In F. Kuitenbouwer & T. Schiphof (Eds.), Kunstvandalisme; Het recht en een taboe van ons openbaar kunstbezit (p. 119-127). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Klomp, R.J.Q. (2006). Literaire parodie. In F.W. Grosheide (Ed.), Parodie: parodie en kunstcitaat: monografie van de uitgewerkte en geactualiseerde voordrachten die zijn gehouden tijdens de bijeenkomst van Vereniging voor Auteursrecht 30 januari 2004 (p. 53-82). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Klomp, R.J.Q. (2005). Volgrecht; De implementatie van Richtlijn 2001/84/EG. Maandblad voor vermogensrecht, 204-206. 68 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Klomp, R.J.Q. (2006). Het recht van de kunstenaar bij doorverkoop van een kunstwerk; Implementatie van Richtlijn 200 1/84/EG. Praktisch Procederen, 5, 173-175. Klomp, R.J.Q. (2007). Volgrecht; Richtlijn 2001/84/EG en het Nederlandse auteursrecht (Special bij Juridisch Zakboek 2007/13). Den Haag: Sdu. (62 p.) Klomp, R.J.Q., Joustra, C.A. & Wiewel, P.G. (2007). Ter introductie. In C.A. Joustra, R.J.Q. Klomp & P.G. Wiewel (Eds.), Beklaagde hoven: klachtenregeling in de rechterlijke organisatie (Prinsengrachtreeks, 2007/2) (p. 1-5). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Loos, M.B.M. (2006). Binding van de verkoper bij de ‘consumentenkoop’ van woningen aan de mondelinge wilsovereenstemming: drie jaar ervaring maar nog altijd geen duidelijkheid. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 6, 179-181. Loos, M.B.M. (2006). Grenzeloos kopen. Consumentengids mei 2006. Loos, M.B.M. (2007). Reactie op het Consultatiedocument 2007 van de Consumentenautoriteit. [Online] Den Haag: Consumentenautoriteit. Available from: <http://www.consumentenautoriteit.nl/ca/content.jsp?objectid=12434> [10-102007]. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Rb. Leeuwarden, sector Kanton, locatie Leeuwarden (21-07-2006), (Bewijslast en bewijsrisico bij de wettelijke en commerciële garantie). TvC 2007-1, p. 30-31. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (15-06-2006), TvC 2007-3, p. 83-85. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Vzngr. Rb. Breda (31-01-2007), (Bewijslast en bewijsrisico bij de wettelijke en commerciële garantie). TvC 2007-3, p. 86-89. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Geschillencommissie Thuiswinkel (07-112006), TvC 2007-3, p. 89-90. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Rb. Utrecht (12-07-2006), (Bewijslast en bewijsrisico bij de wettelijke en commerciële garantie). TvC 2007-4, p. 129-130. Loos, M.B.M. (2007). Noot bij: Geschillencommissie Voertuigen (15-02-2006) (Bewijslast en bewijsrisico bij de wettelijke en commerciële garantie). TvC 2007-4, p. 130-133. Loos, M.B.M. & Biggelaar, P.J.M. van (2007). Concentratie rechtsbijstand in massaschade loont. Nederlands Juristenblad, 41, 2625-2632. 69 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Oderkerk, A.E. (2007). The CFR and the Method(s) of Comparative Legal Research. European review of contract law, 3(3), 315-331. Ogus, A.I. & Zhang, Q. (2006). Licensing Procedures in Developing Countries: Should They Be Part of the Set-Up Process. International Journal of Public Administration, 29, 1091-1108. Rauws, W.J.M. (2005). Aansprakelijkheids-en tuchtregeling voor contractuelen bij de overheid. In M. De Vos & I. Plets (Eds.), Contractuele tewerkstelling in de overheid (p. 129-168). Brugge: die Keure. Rauws, W.J.M. (2005). Enige beschouwingen over de bedongen arbeid in Nederlands-Belgisch perspectief. In A. Van Oevelen (Ed.), De bedongen arbeid. Notie en relatie tot de goede trouw en goed werkgeverschap (p. 71-98). Antwerpen: Intersentia. Rauws, W.J.M. (2005). Loon is (slechts) een (gekwalificeerde) geldschuld. In D. Simoens et al. (Eds.), Sociale zekerheden in vraagvorm; Liber Amicorum Jef Van Langendonck (p. 361-371). Antwerpen: Intersentia. Rauws, W.J.M., Humblet, P., Janvier, R. & Rigaux, M. (2006). Synopsis van het Belgisch arbeidsrecht (3de druk). Antwerpen: Intersentia. (xxxiii + 426 p.) Rauws, W.J.M. (2006). Collective bargaining at the enterprise level: some comparative observations. In M. Rigaux & J. Rombouts (Eds.), The Essence of Social Dialogue in (South East) Europe (p. 333-348). Antwerp: Intersentia. Rauws, W.J.M. (2006). De geldigheid van de collectieve arbeidsovereenkomst. In G. Cox, M. Rigaux & J. Rombouts (Eds.), Collectief onderhandelen (p. 127149). Mechelen: Kluwer rechtswetenschappen. Rauws, W.J.M. (2006). Enige collectiefrechtelijke problemen bij herstructurering van ondernemingen. In W. Rauws & J. Peeters (Eds.), Herstructurering doorheen het (arbeids)recht (p. 143-180). Antwerpen: Intersentia. Rauws, W.J.M. (2006). Loonbetaling bij ziekte. Een comparatieve kanttekening over het Belgische en Nederlands recht. In S. Klosse (Ed.), Arbeid en gezondheid. Schipperen tussen verantwoordelijkheid en bescherming (p. 289-298). Maastricht: Universitaire Pers Maastricht. Rauws, W.J.M. (2006). De kwalificatie van de (arbeids)overeenkomst. Journal des Tribunaux du Travail, 93-101. Rauws, W.J.M. (2007). De verjaring in het arbeidsrecht. In Centrum voor Beroepsvervolmaking in de Rechten, Universiteit Antwerpen (Ed.), De verjaring (p. 1-31). Antwerpen: Intersentia. 70 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Rauws, W.J.M. & Nevens, K. (2007). De recente uitspraak van het Hof van Cassatie in het sociale zekerheidsrecht. In R. Janvier, A. van Regenmortel & V. Vervliet (Eds.), Actuele problemen van het sociale zekerheidsrecht (Recht en sociale zekerheid) (3de editie, 12) (p. 95-182). Brugge: die Keure. Rauws, W.J.M. (2007). De sociale verantwoordelijkheid van de ondernemingen: een juridische analyse. Tijdschrift voor Sociaal Recht, 199-216. Rinkes, J.G.J. & Wechem, T.H.M. van (2005). Financiele dienstverlening. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 73-77. Rinkes, J.G.J. & Wechem, T.H.M. van (2005). Doeltreffend, evenredig en afschrikwekkend? Aangescherpte maatregelen bij vernieuwde regeling productveiligheid. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 209-211. Rutgers, J.W., Flach, R.J.C., Klap-de Nooyer, L.M. & Wesseling-van Gent, E.M. (Eds.). (2005). Amice: Rutgers-bundel: opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers, ter gelegenheid van zijn afscheid van de Rijksuniversiteit Groningen (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties). Deventer: Kluwer. (xi + 394 p.) Samoy, I. & Thiery, Y. (2006). De wet van 25 februari 2003 ter bestrijding van discriminatie: een eerste kennismaking. In S. Stijns & P. Wéry (Eds.), Antidiscriminatiewet en contracten (p. 1-16). Brugge: die Keure. Samoy, I. & Sagaert, V. (2007). De Wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van kosten en erelonen van een advocaat. Rechtskundig Weekblad, 674-698. Samoy, I. & Sagaert, V. (2007). De wetsvoorstellen inzake de verhaalbaarheid van erelonen van de advocaat: oproep om de Wet Betalingsachterstand niet uit het oog te ver. Rechtskundig Weekblad, 1137-1139. Schaick, A.C. van (2005). Dief wordt vaak geen eigenaar. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6617, 289-290. Schaick, A.C. van (2005). Verbergende dieven usucapiëren niet, Naschrift bij reacties van J.E. Jansen en A.F. Salomons op ‘Dief wordt vaak geen eigenaar’. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6639, 806-808. Schaick, A.C. van (2006). Bewijsovereenkomsten en geheimhoudingsafspraken. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 18, 131-136. Schaub, M.Y. (2006). Digitale muziek, DRM en de thuiskopie: biedt het consumentenrecht uitkomst? Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 2, 38-47. 71 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schelhaas, H. (2005). Productaansprakelijkheid en Europees Privaatrecht: het Duitse ontploffende mineraalwaterflesje. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, 204-209. Stijns, S. (2005). Leerboek Verbintenissenrecht, Boek I. Brugge: die Keure. (268 p.) Stijns, S. (2007). Leerboek Verbintenissenrecht, Boek 3. Brugge: die Keure. (81 p.) Stijns, S. & Vanderschot, K. (Eds.). (2006). Contractuele clausules rond de (niet-)uitvoering en de beëindiging van contracten. Antwerpen: Intersentia. (xvi + 333 p.) Stijns, S. & Wéry, P. (Eds.). (2006). La loi antidiscrimination et les contrats/ Antidiscriminatiewet en contracten. Bruxelles: la Charte. (315 p.) Stijns, S. (2007). Leerboek Verbintenissenrecht (Boek 3). Brugge: die Keure. (81 p.) Storme, M.E. et al. (2005). Manifest voor een zelfstandig Vlaanderen in Europa. Brussel: Denkgroep in de Warande. (252 p.) Storme, M.E. (2005). Het vrije woord en de ideologie van de multiculturele samenleving. Ethische Perspectieven, 3, 207-215. Storme, M.E. (2005). De fundamenteelste vrijheid: de vrijheid om te discrimineren. Teksten, kommentaren en studies, 118, 3-14. Storme, M.E. (2005). De fundamenteelste vrijheid: de vrijheid om te discrimineren. Vivat Academia, 126, 3-27. Storme, M.E. (05-02-2005). De fundamentele vrijheid om te discrimineren. De Standaard. Stuyck, J., Devroe, W. & Wytinck, P. (Eds.). (2007). De nieuwe Belgische mededingingswet 2006. Mechelen: Kluwer. (xiii + 260 p.) Stuyck, J. (2007). Restrictieve mededingingspraktijken. In W. Devroe, J. Stuyck & P. Wytinck (Eds.), De nieuwe Belgische Mededingingswet 2006 (p. 21-62). Nijmegen: Kluwer. Stuyck, J., Devroe, W. & Wytinck, P. (2007). Institutionele aspecten en samenwerking tussen toezichthouders. In J. Stuyck, W. Devroe & P. Wytinck (Eds.), De nieuwe Belgische mededingingswet 2006 (p. 127-186). Mechelen: Kluwer. 72 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Stuyck, J. & Dyck, T. van (2007). Des ‘class actions’ en Europe? Diversités culturelles entre Etats membres et limites d'une intervention de l'Union européenne. In Y. Blais (Ed.), Le droit de la consommation sous influences (p. 6392). Québec: Cand. Tjittes, R.P.J.L. (2005). Hoe verkeerd doen de civielrechtelijke wetenschap en rechtspraak het eigenlijk? Nederlands Juristenblad, 36, 1879-1884. Tjittes, R.P.J.L. (2005). Lekenrechtspraak. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 279-281. Tjittes, R.P.J.L. (2005). Lekenrechtspraak. JustitieMagazine, 10. Veenstra, H.M. (2007). Uitleg van een collectieve regeling tot vergoeding van massaschade. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 1, 2-8. Winkel, L.C. et al. (Eds.). (2005). Privatisering van Veiligheid/Privatisation of Security, Opstellen uitgegeven ter gelegenheid van het 8e lustrum van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Erasmus Universiteit Rotterdam (Onderzoekschool Maatschappelijke Veiligheid, 9). Den Haag: Boom Juridisch uitgevers. (223 p.) Winkel, L.C. (2005). A Never Ending History: varia over de indelingen van verbintenissen en van contracten. In G. ten Berge et al. (Eds.), Inter Alia, Opstellen en andere bijdragen aangeboden aan Dr. Marijke van de Vrugt (p. 205-210). Utrecht: Universiteit Utrecht. Winkel, L.C. (2005). Introduction. In L.C. Winkel et al. (Eds.), Privatisering van Veiligheid/Privatisation of Security, Opstellen uitgegeven ter gelegenheid van het 8e lustrum van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Erasmus Universiteit Rotterdam (Onderzoekschool Maatschappelijke Veiligheid, 9) (p. 1-3). Den Haag: Boom Juridisch uitgevers. Winkel, L.C. (2005). Quintus Mucius Scaevola once again. In J. Hallebeek, L.C. Winkel et al. (Eds.), Ex iusta causa traditum, Essays in Honour of Eric Pool (Fundamina) (p. 425-433). Pretoria: University of South Africa. Winkel, L.C. (2005). La Technique législative des Sévères. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 399-402. Winkel, L.C. (2005). [Bespreking van het boek Historiae Iuris Antiqui, Gesammelte Schriften]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 168-169. Winkel, L.C. (2005). [Bespreking van het boek Institut und Prinzip, Siedlungsgeschichtliche Grundlagen, philosophische Einflüsse und das Fortwirken der beiden republikanischen Konzeptionen in den kaiserzeitlichen Rechtsschulen]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 405-406. 73 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Winkel, L.C. (2005). [Bespreking van het boek International Law in Antiquity]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 403-405. Winkel, L.C. (2005). [Bespreking van het boek Scritti scelti di diritto romano, Servi filii nuptiae]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 406-407. Winkel, L.C. (2005). [Bespreking van het boek The Broken Chain of Being: James Brown Scott and the Origins of Modern International Law]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIII, 436-438. Winkel, L.C. (2006). Ratio decidendi? Legal Reasoning in Roman Law. In W.H. Bryson & S. Dauchy (Eds.), Ratio decidendi, Guiding Principles of Judicial Decisions, Vol. I: Case: Law [=Comparative Studies in Continental and Anglo-American Legal History 25/1] (p. 9-24). Berlin: Duncker & Humblot. Winkel, L.C. (2006). Romeins recht tussen casuïstiek en systeem. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 55(6), 403-408. Winkel, L.C. (2006). [Bespreking van het boek Rechtsgeschichtliche Bibelkunde]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIV, 159. Winkel, L.C. (2006). [Bespreking van het boek Operis novi nuntiatio juris publici tuendi gratia]. Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte, 124, 509-511. Winkel, L.C. (2006). [Bespreking van het boek L'histoire du droit entre philosophie et histoire des idées]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXIV, 213214. Winkel, L.C. (2007). Cujas (Cujacius) Jacques. In P. Arabeyre, J.L. Halpérin & J. Krynen (Eds.), Dictionnaire historique des juristes français (p. 220-222). Paris: PUF. Winkel, L.C. (2007). Time, restitution and the law. In R. de Lange (Ed.), Aspects of Transitional Justice and Human Rights (p. 79-86). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Winkel, L.C., Spruit, J.E. & Forrez, R. (2007). Vertaling Codex Justinianus boek 7 in: Corpus Iuris Civilis, Tekst en Vertaling. In VIII: Codex Justinianus 4-8 (p. 659-839). Amsterdam: KNAW, Afd. Edita. Winkel, L.C. (2007). LXe Session de la Société ‘Fernand de Visscher’ pour l'histoire des droits de l'Antiquité à Komotini. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXV, 110-112. Winkel, L.C. (2007). Das Vorabentscheidungsverfahren beim Europäischen Gerichtshof und dessen historische Vorbilder. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXV, 231-237. 74 Algemeen verbintenissen- en contractenrecht Winkel, L.C. (2007). Francesco de Vitoria on just war and on the legal position of Burgundy. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXV, 355-362. Winkel, L.C. (2007). [Bespreking van het boek Le nouveau testament et les droits de l'Antiquité, présenté et annoté par Marie-Bernadette Bruguière]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXV, 409-410. Winkel, L.C. (2007). [Bespreking van de boeken ‘Gesetz’ und ‘Naturgesetz’ in der frühen Neuzeut & Recht als Wissenschaft, Geschichte der juristischen Methode vom Humanismus bis zur historischen Schule (1500-1850)]. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, LXXV, 416-417. Winkel, L.C. (2007). [Bespreking van het boek The 'Nazification' and 'Denazification' of the Courts in Belgium, Luxembourg and the Netherlands]. Trema, 10, 444-445. 75 EUROPEES PERSONEN-, FAMILIE- EN ERFRECHT A. VOLLEDIGE TITEL Europees Personen-, familie- en erfrecht B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Mw. Prof.Dr. K. Boele-Woelki (UU) 01-01-95 onderzoeksleiders Mw. Prof.Dr. M.V. Antokolskaia (VU) Mw. Prof.Dr. C. Forder LL.M. (UM) Dhr. Prof.Mr. G.R. de Groot (UM) Dhr. Prof.Dr. P. Senaeve (KUL) 01-02-07 01-01-97 01-01-95 01-01-97 senior onderzoekers Mw. Prof.Dr. M.V. Antokolskaia (VU) Mw.Mr. P.M.M. Mostermans (UU) Mw. Prof.Mr. B. Reinhartz (UvA) Mw. Mr. S.W.E. Rutten (UM) Mw. Mr. W.M. Schrama (UU) Dhr. Prof.Dr. A. Verbeke (KUL) 01-01-99 01-02-00 01-04-05 01-01-97 01-09-97 01-03-03 onderzoekers Mw. Mr. B Braat (UU) Mw. Mr. L. Coenraad (VU) Dhr. I. Curry-Sumner (UU) Mw. Mr. Drs. A.E. Oderkerk (UvA) Dhr. Dr. K. Uytterhoeven Mw. Mr. M. Vonk (UU) 01-09-98 01-10-04 15-12-05 01-04-99 01-09-97 20-12-07 promovendi Dhr. Mr. R. Blauwhoff (UU) Mw. Mr.Drs. M.I. Jaarsma (UU) Mw. Ch. Jeppesen (UU) 01-04-05 01-10-03 01-03-02 Einde 31-05-07 31-01-07 31-05-07 31-05-06 77 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Mw. Mr. M. Jonker (UU) Mw. Mr. P. Kruiniger (UM) Mw. Mr. M. Lenaerts (UM) Mw. Mr. P. Lokin (UU) Dhr. Mr. K. Saarloos (UM) Dhr. Mr. F. Schonewille (UU) Mw. Mr. N. Spalter (VU) Dhr. I. Curry-Sumner (UU) Mw. Mr. M. Vonk (UU) Mw. Mr. N. de Vries (UU) Dhr. E. Vrinds (UM) D. 01-02-07 01-10-07 01-10-06 01-10-07 01-10-04 01-02-06 01-02-07 01-03-02 01-10-02 01-02-07 01-05-04 14-12-05 19-12-07 31-08-06 TREFWOORDEN Familierecht, erfrecht, nationaliteitsrecht, unificatie, harmonisatie E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Oorspronkelijke probleemstelling en doelstellingen Binnen de EU is er tot op heden geen sprake geweest van institutionele of internationaal gecoördineerde onderlinge afstemming van het familierecht van de lidstaten. De vaak grote onderlinge verschillen tussen de nationale wetgevingen vormen binnen een Europa zonder grenzen een ernstige belemmering om tot een daadwerkelijke Europese identiteit te geraken. De economische en politieke integratie zal uiteindelijk een integratie of althans een behoorlijke mate van onderlinge afstemming van het familierecht noodzakelijk maken. Bij het vooralsnog ontbreken van een institutioneel kader binnen de EU om de convergentie van het familierecht te initiëren, laat staan af te dwingen, is het aan de wetenschap om een fundament te leggen door aan de hand van structureel en fundamenteel rechtsvergelijkend onderzoek de verschillen en overeenkomsten bloot te leggen en aldus inzichtelijk te maken, en om vervolgens voorstellen uit te werken voor normen of beginselen van Europees familierecht. De verschillen en overeenkomsten in de nationale wetgevingen worden door middel van de rechtsvergelijkende methode gepresenteerd. Op basis daarvan kunnen beginselen van Europees familierecht worden geformuleerd, hetzij in de vorm van een ‘Restatement’ naar Amerikaans model, hetzij in de vorm van meer uitgewerkte ‘Principles of European Family Law’ op de voet van de door UNI-DROIT in 1994 geformuleerde ‘Principles of International Commercial Contracts’ en de door de in de commissie-Lando werkzame rechtsvergelijkers uitgewerkte ‘Principles of European Contract Law’. Het onderdeel geeft aanzet voor een daadwerkelijke convergentie van het familierecht in Europa en geeft mede uitwerking aan de resolutie van het Europese 78 Europees personen-, familie- en erfrecht Parlement van 29 oktober 1993, nr C 315/654, waarin aan de Commissie is verzocht een rechtsvergelijkend onderzoek te doen naar de wetgevingen van de lidstaten op het gebied van huwelijken, echtscheidingen, de toewijzing van kinderen en het familierecht in het algemeen, teneinde de lidstaten aan te bevelen nationale en/of internationale bepalingen uit te werken die nodig zijn om (o.a.) zowel de bescherming als de toepassing van de rechten van kinderen en ouders te verzekeren. II. Onderzoeksthema's De bevordering van convergentie van het familierecht binnen de EU-lidstaten door het ontwikkelen en formuleren van Europese normen aan de hand van rechtsvergelijking en van verdragsnormen wordt op de volgende gebieden onderzocht: 1. Vermogensrechtelijke aspecten samenlevingsvormen 2. Rechten en bescherming van minderjarigen 3. Personeel statuut (waaronder naam, nationaliteit, afstamming, huwelijk, echtscheiding) 4. Positie van erfgenamen 5. Invloed van Europese normen op het familierecht F. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN OVER VERSLAGPERIODE Dit verslag bevat twee onderdelen: deel I over gezamenlijke activiteiten; deel II over activiteiten die in de instellingen afzonderlijk hebben plaatsgehad, maar die wel binnen het terrein van de Ius Commune vallen. I. Deel I: Gezamenlijke activiteiten Collaboratie Alain Verbeke (Leuven) en Caroline Forder (Maastricht) Op 8 en 9 november 2003 is in het kader van Ius Commune een workshop in Maastricht georganiseerd over de juridische regeling van partnerrelaties: Gehuwd of niet: maakt het iets uit? Voor deze workshop is een subsidie door de SaRo-NWO commissie toegekend. Dit project werd voortgezet: in 2005 hebben twee studiemiddagen plaats gevonden: één in Maastricht (16 september 2005) en één in Leuven (14 oktober 2005) en is een boek met dezelfde titel, onder redactie van Forder en Verbeke, bij uitgeverij Intersentia uitgebracht (C. Forder & A. Verbeke (eds.), Gehuwd of niet: maakt het iets uit?, Ius Commune Europaeumreeks nr. 55, Antwerpen, Intersentia, 2005, 673 p.). Bij dit project is ook W. Schrama (UU) betrokken. Er wordt nu gewerkt aan Engelstalige artikelen en aan andere projecten die uit dit project voortvloeien. 79 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Collaboratie alle onderzoekers Tijdens het ius commune congres te Edinburgh op 1 en 2 december 2005 werd een workshop verzorgd door Richard Blauwhoff, Kees Saarloos en Kenneth Norrie (University of Strathclyde). Tijdens het ius commune congres te Utrecht op 30 november en 1 december 2006 werd een workshop verzorgd door Wendy Schrama, Ian Curry-Sumner en Miranda Iansen (sociologie UU), Patrick Senaeve, Krystoff Uytterhoeven en Gerard René de Groot over het gelijkgeslachtelijke huwelijk en het geregistreerd partnerschap. Tijdens het ius commune congres in Luik op 29 en 30 november 2007 stond de workshop in het teken van de herziening van het echtscheidingsrecht in België en Nederland. Inleidingen werden verzorgd door Lieke Coenraad (VU), Merel Jonker (UU), Naomi Spalter (VU), Yves-Henri Leleu (Luik) en Frederik Swennen (Antwerpen). II. Deel II: Activiteiten die niet gezamenlijk zijn, maar die binnen het gebied Ius Commune vallen Amsterdam 2005 In 2005 is aan de VU het onderzoeksprogramma ‘Divorce and its consequences’ van start gegaan. In het kader van dit programma heeft Masha Antokolskaia op 29 augustus 2005 een studiedag georganiseerd: Herziening van het echtscheidingsrecht. Administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap. Tijdens deze studiedag stonden de wetsvoorstellen Donner en Luchtenveld centraal. De deelnemers waren afkomstig uit wetenschap (waaronder Masha Antokolskaia), politiek (toenmalig VVD-kamerlid Luchtenveld was een van de inleiders) en rechtspraktijk. De studiedag heeft geresulteerd in een congresbundel: M.V. Antokolskaia (red.), Herziening van het echtscheidingsrecht. Administratieve echtscheiding, medtaion, voortgezet ouderschap, SWP, Amsterdam, 2006, 303 p. Het onderzoeksprogramma heeft in 2005 voorts geresulteerd in een aantal publicaties van de hand van Masha Antokolskaia. Voorts heeft zij een keynote speeches verzorgd tijdens de 12e Wereldconferentie van de International Society of Family Law, 19-23 juli 2005, Salt Lake City, VS en tijdens de internatioanle conferentie ‘Gezin en recht: 10 jaar van het Familiewetboek van de Russische Federatie’, 5-7 december 2005, Moskou, Rusland. 80 Europees personen-, familie- en erfrecht 2006 Vanaf 2006 participeren, naast Masha Antokolskaia, ook Lieke Coenraad en Naomi Spalter in het VU-onderzoeksprogramma ‘Divorce and its consequences’. In de zomer van 2006 heeft het WODC (Ministerie van Justitie) opdracht gegeven tot het verrichten van een rechtsvergelijkend onderzoek (Nederland, Oostenrijk, Portugal, Servië en Slovenië) naar het opleggen van de verplichting om een ouderschapsplan op te stellen aan scheidende ouders in informele relaties. Dit onderzoek is door Masha Antokolskaia en Lieke Coenraad uitgevoerd: M.V. Antokolskaia en L.M. Coenraad, Afspraken met betrekking tot kinderen bij scheiding van ongehuwde/niet-geregistreerde ouders. Een rechtsvergelijkend onderzoek in opdracht van het Ministerie van Justitie, Vrije Universiteit Amsterdam 2006, 51 p. Zie: <http://www.wodc.nl/onderwerpen/geografischge bied/europa/view.ashx>. Ook gepubliceerd als bijlage bij Kamerstukken II 2006-2007, 30 800 VI, nr. 71. Naomi Spalter is begonnen met haar promotieonderzoek De grondslagen van partneralimentatie. Het onderzoeksprogramma heeft in 2006 voorts geresulteerd in een aantal publicaties van de hand van Masha Antokolskaia en Lieke Coenraad. Voorts heeft Masha Antokolskaia voordrachten verzorgd tijdens een seminar over adoptie georganiseerd door de Raad van Europa, 19-20 oktober 2006, Moskou, Rusland en tijdens the 18th Conference of Central European Notaries Public, 23-25 november 2006, Keszthely, Hongarije. 2007 In het kader van haar promotieonderzoek heeft Naomi Spalter een aanvraag voor een subsidie bij NWO (open competitie) voorbereid, die zij februari 2008 zal indienen bij NWO. In 2007 heeft het WODC (Ministerie van Justitie) opdracht gegeven tot het verrichten van een rechtsvergelijkend onderzoek (Nederland, Duitsland, Engeland, Frankrijk) naar internationale kinderontvoering. In de tweede helft van 2007 zijn Masha Antokolskaia en Geeske Ruitenberg met de uitvoering van dit onderzoek begonnen en zij zullen dit aanvang 2008 afronden. Het onderzoeksprogramma heeft in 2007 voorts geresulteerd in een aantal publicaties van de hand van Masha Antokolskaia, Lieke Coenraad en Naomi Spalter. Voorts hebben Masha Antokolskaia (keynote speech) en Lieke Coenraad voordrachten verzorgd tijdens de slotconferentie van het WELLCHI project How can the well-being of children in a knowledge-based society be ameliorated? Convergence and divergence patterns in a European perspective, 7-10 februari 2007, Barcelona, Spanje. 81 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Maastricht In Maastricht is in het najaar 2005 een onderzoek uitgevoerd over de internationale verdragsbepalingen (mensenrechten en kinderrecht) die van toepassing zijn op maatregelen van kinderbescherming. Door de algemene toepassing van de internationale verdragsbepalingen in Europa blijkt uit dit onderzoek welke bepalingen van toepassing zijn door heel Europa. Er is ook aandacht geweest voor de knelpunten van het streven naar een ‘common core’ (zelfs als deze maar een minimum norm bevat), zoals de moeilijkheid om landen als Rusland onder de internationale normen te brengen. Dit onderzoek is in een keynote speech in een internationale conferentie over kinderbescherming gepresenteerd (Amsterdam 30 november-4 december 2005), alsmede in een publicatie in International Family Law. In de verslagperiode is door de Maastrichtse onderzoeksgroep in het bijzonder aandacht besteed aan consequenties die het Europese recht heeft, respectievelijk dient te hebben voor het personen- en familierechtelijke conflictenrecht van de lidstaten van de Europese Unie. Speciaal punt van aandacht was in deze samenhang de groeiende multiculturaliteit in Europa, in het bijzonder de positie van in Europa wonende moslims. Op het gebied van het nationaliteitsrecht is gewerkt aan vergelijkende studies van de verwervings- en verliesgronden van de nationaliteit, waarbij in het bijzonder aandacht werd besteed aan de gevolgen van de Europese integratie voor de regeling van de nationaliteit Utrecht 2005 In 2005 heeft Wendy Schrama haar aanvraag voor een VENI subsidie bij NWO voorbereid. Deze aanvraag was succesvol en het onderzoek naar ‘Familierelaties terecht (niet) in het recht?’ zal in 2006-2009 worden uitgevoerd. In het kader van de werkzaamheden van de Commission on European Family Law vond een viertal bijeenkomsten plaats, die door Katharina Boele-Woelki (voorzitter) en Bente Braat (secretaris) samen met drie andere leden van de CEFL (Walter Pintens, Frédérique Ferrand en Maarit Jänterä-Jareborg) werden georganiseerd: Leuven (10-13 februari), Lyon (7-10 april), Utrecht (14-18 september) en Uppsala (8-11 december). Tijdens alle bijeenkomsten werd gewerkt aan de totstandkoming van de Principles of European Family Law regarding Parental Responsibilities, die eind 2006 zullen worden gepubliceerd. De activiteiten van de CEFl werden in 2005 door de Europese commissie gefinancierd onder het Framework Programme of Judicial Cooperation in Civil Matters alsmede de organiserende universiteiten. In november 2005 heeft het WODC (Ministerie van Justitie) aan een onderzoeksgroep van het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht (Katharina Boele82 Europees personen-, familie- en erfrecht Woelki, Ian Curry-Sumner, Miranda Jansen (Sociologie, UU) en Wendy Schrama) opdracht gegeven om de Wet openstelling huwelijk en de Wet inzake invoering van het geregistreerd partnerschap te evalueren. Dit onderzoek is in de verslagperiode gestart en wordt per 1 november 2006 afgesloten. Het onderzoek bestaat uit een nationaal-juridisch deel, een internationaal deel en een sociologisch deel. De onderzoekers (Blauwhoff, Boele-Woelki, Braat, Jeppesen-De Boer, Schrama en Vonk) maken deel uit van de Utrechtse multidisciplinaire samenwerking op het terrein van familierelaties. Deze samenwerking is in 2003 van start gegaan en omvat de disciplines: rechten, economie, pedagogiek, sociologie, gender studies en medische ethiek). 2006 Het onderzoek heeft zich in Utrecht in 2006 verder ontwikkeld langs de eerder uitgezette lijnen van interdisciplinair onderzoek en het tot stand brengen en versterken van verdergaande samenwerking met andere disciplines, waarbij het centrale thema het internationale familierecht is. Drie pijlers zijn in het overkoepelende onderzoek in 2006 te onderscheiden. In de eerste plaats heeft het onderzoeksprogramma ‘Divorce in Europe’ een belangrijke functie vervuld waarbij het onderzoek geconcentreerd is op (internationale) echtscheiding in een rechtsvergelijkende en Europese context. In de tweede pijler is sprake van interne consistentie waar het gaat om het promotie onderzoek naar de rechtspositie van ouders en kinderen. Het grote onderzoek naar de evaluatie van de Wet openstelling huwelijk en de wet geregistreerd partnerschap past goed in het aandachtsgebied inzake informele relatievormen in nationale en internationale verhoudingen. In november 2006 heeft de onderzoeksgroep bestaande uit Katharina Boele-Woelki, Ian Curry-Sumner, Miranda Jansen (Sociologie, UU) en Wendy Schrama het evaluatierapport voltooid. Dit onderzoek werd in opdracht van het WODC uitgevoerd. Het rapport is gepubliceerd in de serie Ars Notariatus no. 134 (Huwelijk of geregistreerd partnerschap?) Het onderzoek bestaat uit een nationaal-juridisch deel, een internationaal deel en een sociologisch deel. In het kader van de werkzaamheden van de Commission on European Family Law vond een tweetal bijeenkomsten plaats, die door Katharina Boele-Woelki (voorzitter) en Bente Braat (secretaris) samen met twee andere leden van de CEFL (Dieter Martiny en Walter Pintens) in 2006 werden georganiseerd: Frankfurt/Oder (16-19 maart) en Brussel (23-26 november). Tijdens deze bijeenkomsten werd gewerkt aan de totstandkoming van de Principles of European Family Law regarding Parental Responsibilities, die in maart 2007 werden gepubliceerd. De activiteiten van de CEFl werden in 2006 door de organiserende universiteiten van de CEFL (Barcelona, Cardiff, Frankfurt/Oder, Leuven, Lyon, Uppsala en Utrecht) . 83 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Voor het in juli 2006 in Utrecht gehouden congres van de International Academy of Comparative Law waren Boele-Woelki (voorzitter) en Curry-Sumner leden van het organiserend comité. 2007 Interdisciplinair onderzoek en het versterken en uitbreiden van samenwerking met andere disciplines zijn ook in 2007 belangrijke speerpunten van de Utrechtse onderzoekers geweest. Het onderzoek op het terrein van het internationale en Europese familierecht heeft zich in 2007 toegespitst op drie pijlers: (1) In de eerste plaats is het onderzoeksprogramma ‘Maintenance in Europe’ opgestart dat zich concentreert op (internationale) alimentatie in een rechtsvergelijkende en Europese context (Curry-Sumner, Jonker, Schrama). (2) In de tweede pijler is sprake van interne consistentie waar het gaat om rechtsvergelijkend onderzoek naar de rechtspositie van ouders en kinderen (promotieonderzoek van Blauwhoff, Jepessen-De Boer, Jonker, Vonk en De Vries, onderzoek van Van der Linden en het onderzoek van Boele-Woelki in het kader van de Commission on European Family Law (CEFL) over ouderlijke verantwoordelijkheid). (3) Het multidisciplinaire onderzoek naar de evaluatie van de Wet openstelling huwelijk en de wet geregistreerd partnerschap dat in 2007 is gepubliceerd, past goed in het derde aandachtsgebied inzake de betekenis van informele relatievormen in nationale en internationale verhoudingen, waartoe naast het onderzoek van Schonewille en het VENI-onderzoek van Schrama (publicatie in RM-Themis), ook het ipr-onderzoek (Boele-Woelki en Mostermans) gerekend kan worden. Boele-Woelki heeft hierover in Washington, Cape Town, Oslo en Trier (ERA) presentaties verzorgd. Schrama heeft in het kader van informele relaties in Ars Aequi een artikel over de multidisciplinaire onderzoeksmethode geschreven. Op 9 februari 2007 werd met een symposium het Utrecht Centre for European Research into Family Law (UCERF) opgericht dat onderzoek op het terrein van het familie- en erfrecht vanuit een rechtsvergelijkende, internationale en multidisciplinaire benadering bundelt. Het kenniscentrum besteedt naast het onderzoek ook aandacht aan activiteiten op de terreinen onderwijs en maatschappelijke dienstverlening. UCERF verenigt alle onderzoekers van het departement rechtsgeleerdheid die zich in het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht met het familierecht bezig houden. Naast deskundigheid van het Nederlandse, Europese en internationale familierecht (internationaal privaatrecht) bestaat bijzondere expertise op het terrein van het Antilliaanse, Duitse, Engelse, Franse, Portugese, Scandinavische en Zwitserse familierecht alsmede het Islamitische familierecht. Het onderzoek van de promovendi Blauwhoff, Jonker, Lokin, Schonewille en De Vries is volgens planning verlopen, hetgeen ook heeft geresulteerd in een aantal artikelen en bijdragen aan conferenties. De promotie van Vonk heeft plaatsgevonden op 19 december 2007. 84 Europees personen-, familie- en erfrecht Op 18 december 2007 werd bekend dat Ian Curry-Sumner voor zijn onderzoek ‘Transnational recovery of child maintenance in Europe’ een VENI beurs voor de komende vier jaar van NWO ontvangt. Daarmee behoren tot de Utrechtse onderzoeksgroep twee VENI-onderzoekers, hetgeen in vergelijking met andere onderzoeksgroepen uitzonderlijk is. In 2007 is ook de universitaire samenwerking voortgezet binnen Familierelaties, een interdisciplinair samenwerkingsverband binnen de Universiteit Utrecht met onderzoekers uit de juridische, sociaal-wetenschappelijke en ethische discipline met als thema familierelaties, waarbij een tweede onderzoeksprogramma is vastgesteld voor de periode 2008 -2012. In dit vervolgprogramma dat in het Utrechtse universitaire focus en massa programma ‘Coordinating Societal Change’ een belangrijke rol zal spelen zal de samenwerking o.a. binnen de faculteit REBO meer gestalte krijgen. Met belastingrecht (Michielse), strafrecht (Kelk, Wijers) en economie (Schippers) zijn een drietal nieuwe promotieprojecten opgezet en ook sociaal-geografen zullen in het nieuwe programma participeren. In het kader van de Commission on European Family Law (CEFL) hebben Boele-Woelki en Curry-Sumner de 3e CEFL conferentie die van 6-9 juni in Oslo heeft plaatsgevonden in samenwerking met Tone Sverdrup en Peter Lødrup (Universiteit van Oslo) georganiseerd. In 2007 werd door de CEFL de derde questionnaire voor de vermogensrechtelijke relaties tussen echtgenoten opgesteld. De succesvolle internationale samenwerking binnen de CEFL heeft tenslotte in 2007 geresulteerd in een nominatie voor de prestigieuze Descartes-onderzoeksprijs 2007 voor transnationale samenwerking. Daarmee behoort de CEFL tot de 10 beste onderzoeksgroepen in Europa waarbij deze commissie concurreert met alle disciplines. G. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 1,70 0,96 0,63 4,25 1,70 0,96 1,15 3,78 1,47 0,96 1,15 5,80 H. VOORTZETTING De Utrechtse onderzoekers zullen uitvoering geven aan het onderzoek op het terrein van alimentatie (vaststelling en inning) in Europa. Eind maart 2008 zal een door NWO en de British Council For Research gefinancierd expertmeeting 85 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 In Utrecht onder leiding van Ian Curry-Sumner plaatsvinden. Zijn VENI onderzoek naar de transnationale inning van alimentatie in Europa zal op deze bijeenkomst worden toegelicht. Ook Merel Jonker zal haar onderzoek naar het Scandinavische alimentatiesysteem voortzetten en hierover publiceren. De tweede activiteit is het 2e UCERF symposium dat op 18 april 2008 in Utrecht plaatsvindt. Op het programma staan bijdragen over het huwelijksvermogensrecht, duo-moederschap, zorg voor ouderen, islamitisch familierecht en internationale kinderontvoering. De bijdragen worden vooraf in de UCERF reeks gepubliceerd. De derde activiteit vormt een expert meeting over ‘Current debates in family law around the globe’ onder leiding van Katharina Boele-Woelki dat op 28 juni 2008 in Utrecht zal plaatsvinden. 15 familierechtdeskundigen zullen over hun bijdrage die voorafgaand aan de bijeenkomst in de Utrecht Law Review zullen verschijnen rapporteren. In de komende jaren zal de Maastrichtse onderzoeksgroep zwaartepuntmatig aandacht besteden aan de consequenties van het Europese recht voor het personen- en familierechtelijke conflictenrecht in de Europese Unie. Daarbij zal gedetailleerde aandacht gegeven worden aan Europese rechtspraak en (ontwerp) regelgeving. Speciale aandacht zal daarbij uitgaan naar de gevolgen van het Europese recht voor het internationale namenrecht (Gerard-René de Groot/ Susan Rutten) en het internationale afstammingsrecht (Saarloos) Bijzonder punt van aandacht is voorts de positie van in Europa wonende moslims (Susan Rutten en Pauline Kruininger). Op het gebied van het nationaliteitsrecht wordt verder gewerkt aan vergelijkende studies over de verwervings- en verliesgronden van de nationaliteit, in het bijzonder in de Lid Staten van de Europese Unie. Daarbij zal in het bijzonder aandacht worden besteed aan recente ontwikkelingen, mede in het licht van het Europees Verdrag inzake Nationaliteit. Speciale attentie zal de sterk wijzigende houding ten opzichte van gevallen van meervoudige nationaliteit hebben, alsmede de regels ter voorkoming van staatloosheid. Nader onderzoek. zal worden gedaan over de gevolgen van het Europese burgerschap voor de regeling van de nationaliteit in de Lid Staten. Te verwachten is dat het Europese Hof van Justitie in 2008 opnieuw over het internationale namenrecht een uitspraak zal doen (Grunkin-Paul II). Mocht het Hof tot de conclusie komen, dat het Duitse IPR niet door de Europese beugel kan, dan zal in Maastricht voor de gehele onderzoeksgroep een expert-zitting worden georganiseerd over de consequenties van de uitspraak. Daarnaast zal voor de workshop op het ius commune congres in Amsterdam in 2008 opnieuw naar een actueel thema worden gezocht dat gezamenlijk zal worden bediscussieerd. De onderzoeksgroep zal vanaf 2008 de collega's van de universiteit Luik bij haar activiteiten betrekken. Yves-Henri Leleu en Patrick Wautelet hebben eer86 Europees personen-, familie- en erfrecht der hun bereidheid daartoe getoond. Er wordt op een vruchtbare samenwerking met hen en hun onderzoekers gerekend. I. KERNPUBLICATIES Toelichting op de keuze van de kernpublicaties: Het boek van Masha Antokolskaia waarvoor zij vijf jaar lang door de KNAW tijdens haar aanstelling in Utrecht als KNAW fellow werd gefinancierd vormt de grondslag van het gehele onderzoeksprogramma. De historische benadering van een aantal belangrijke instituten in het familierecht is van fundamentele betekenis voor verder onderzoek op dit terrein. Het boek geeft inzicht in de ontwikkeling van een groot aantal Europese rechtsstelsels. Het bevat een grote bron aan informatie. Daarnaast is sprake van een scherpe en diepgaande analyse. De grote lijnen worden bloot gelegd. Het boek nodigt uit tot nadere reflectie over hoe het familierecht zich in de toekomst zal gaan ontwikkelen. Het boek van Katharina Boele-Woelki, dat zij in samenwerking met zes andere professoren uit Europa heeft geschreven, bevat de Beginselen van de Commission on European Family Law (CEFL) voor de Ouderlijke Verantwoordelijkheid. Het eindresultaat is gebaseerd op omvangrijk rechtsvergelijkend onderzoek waarbij 22 familierechtssystemen in Europa werden betrokken alsmede alle relevante internationale en Europese instrumenten. Het boek toont aan dat ten eerste sprake is van spontane harmonisatie vanwege de vele internationale en Europese verdragen, verordeningen, aanbevelingen etc. op dit terrein. Ten tweede wordt duidelijk dat in de Europese stelsels in nagenoeg alle gevallen overeenstemmende oplossingen zijn te vinden. Daarop zijn de beginselen van de CEFL gebaseerd. Voor gevallen waar in de nationale systemen nog geen regelgeving is vastgesteld, zoals verblijfs-co-ouderschap en relocatie, stellen de Beginselen inzake Ouderlijke Verantwoordelijkheid nieuwe regels voor. De Beginselen zijn een referentiekader dat bij de harmonisatie van het familierecht in Europa kan worden gebruikt. Antokolskaia, M.V. (2006). Harmonisation of Family Law in Europe: A Historical Perspective: a tale of two millennia (European Family Law Series, 13). Antwerp: Intersentia. (XXVIII + 565 p.) Boele-Woelki, (2007). Principles of European Family Law Regarding Parental Responsibilities (European Family Law Series, 16). Antwerp: Intersentia. (332 p.) (in cooperation with: K., Ferrand, F., Gonzàlez Beilfuss, C., JänteräJareborg, M., Lowe, N., Martiny, D. & Pintens, W.) 87 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Boele-Woelki, K. (2005). The working method of the Commission on European Family Law. In K. Boele-Woelki (Ed.), Common Core and Better Law in European Family Law (European Family Law Series, 10) (p. 14-38). Antwerp: Intersentia. Forder, C.J. & Verbeke, A. (Eds.). (2005). Gehuwd of niet: maakt het iets uit? (Ius Commune Europaeum, 55). Antwerpen: Intersentia. (XXII + 649 p.) Schrama, W.M. (2007). Is het Nederlandse afstammingsrecht in strijd met het gelijkheidsbeginsel? Over kinderen en badwater. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 3, 86-94. Vonk, M. (2007). Children and their parents: A comparative study of the legal position of children with regard to their intentional and biological parents in English and Dutch law. (European Family Law Series, 19). Antwerp: Intersentia. (xx + 304 p.) K. DISSERTATIES Curry-Sumner, I. (14 december 2005). All's well that ends registered? The substantive and private international law aspects of non-marital registered relationships in Europe. UU Utrecht (XXV + 600 p.) (Antwerp: Intersentia). Prom.: Prof. K. Boele-Woelki. Vonk, M. (19 december 2007). Children and their parents: A comparative study of the legal position of children with regard to their intentional and biological parents in English and Dutch law. Universiteit van Utrecht (xx + 304 p.) (Antwerp: Intersentia (European Family Law Series19)). Prom.: Prof. K. Boele-Woelki. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Antokolskaia, M.V. (2005). Het project van het Europees Burgerlijk Wetboek en de problemen van harmonisatie van het familierecht. In M. Mclean (Ed.), Ejegodnik sravnitelnogo pravovedenia (p. 5-34). Moskou: Norma. Antokolskaia, M.V. (2005). Family Values and the Harmonisation of Family Law. In M. Mclean (Ed.), Family Law and Family Values (p. 295-310). Oxford: Hart Publishing. 88 Europees personen-, familie- en erfrecht Antokolskaia, M.V. (2005). De voorstellen tot hervorming van het echtscheidingsrecht: naar de vorm modern, naar de inhoud een stap terug. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6636, 737-744. Antokolskaia, M.V. (2005). The ‘Better Law’ Approach and the Harmonisation of Family Law. European Journal of Law Reform, 6(1/2), 159-179. Antokolskaia, M.V. (2006). Nederlands echtscheidingsrecht en the CEFL Principles on Divorce (Inaugurele rede Vrije Universiteit Amsterdam, 30 september 2006). Amsterdam: Vrije Universiteit. (21 p.) Antokolskaia, M.V. (2006). Inleiding. In M. Antokolskaia (Ed.), Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK) (p. 7-19). Amsterdam: SWP. Antokolskaia, M.V. (2006). Administratieve echtscheiding vanuit nationaal en internationaal perspectief. In M. Antokolskaia (Ed.), Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK) (p. 32-68). Amsterdam: SWP. Antokolskaia, M.V. (2006). The Search for Common Core of Divorce Law: State Intervention v. Spouses’ Autonomy. In M. Martin-Casals & J. Rabot (Eds.), The Role of Self-Determination in the Modernisation of Family Law in Europe (p. 33-59). Girona: Documenta Universitaria. Antokolskaia, M.V. (2006). Convergence of Divorce Law in Europe. Child and Family Law Quarterly, 18(3), 307-330. Antokolskaia, M.V. (2006). Nederlands echtscheidingsrecht en the CEFL Principles on Divorce. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 262-269. Antokolskaia, M.V. (2006). The ‘Better Law’ Approach and the Harmonisation of Family Law. European Journal of Law Reform, 6(1/2), 159-179. Antokolskaia, M.V. (2007). Comparative Family Law: Moving with the Times? In D. Nelken & E. Orücü (Eds.), Comparative Legal Studies: A Handbook (p. 241-263). Oxford: Hart Publishing. Antokolskaia, M.V. (2007). Convergence of Divorce Laws in Europe. In L. Waldle & C. Williams (Eds.), Family Law: Balancing Interests and Pursuing Priorities (p. 523-533). Buffalo/New York: Hein. Antokolskaia, M.V. (2007). Introduction. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Convergence and Divergence of Family Law in Europe (European Family Law Series, 18) (p. 1-11). Antwerp: Intersentia. 89 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Antokolskaia, M.V. (2007). Harmonisation of Family Law in Europe: A Historical Perspective. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Convergence and Divergence of Family Law in Europe (European Family Law Series, 18) (p. 11-25). Antwerp: Intersentia. Antokolskaia, M.V. (2007). Objectives and Values of Substantive Family Law. In J. Meeusen et al. (Eds.), International Family Law for the European Union (p. 49-69). Antwerp: Intersentia. Antokolskaia, M.V. (2007). Nederlandse avonturen met het echtscheidingsrecht, redactioneel. Tijdschrift voor Privaatrecht, 761-770. Blauwhoff, R. (2005). ‘Motherless’ paternity tests in Europe. International Family Law, 3, 146-156. Blauwhoff, R. (2005). ‘Motherless’ paternity tests and minors in Europe. International Family Law, 4, 146-157. Blauwhoff, R. (2006). A determinação e a impugnação da paternidade na Holanda. Lex Familiae, Revista Portuguesa de Direito da Família, 5, 19-30. Blauwhoff, R. (2006). Procesrechtelijke kunstgrepen bij de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 5, 132138. Boele-Woelki, K. (2005). Parental responsibilities – CEFL's initial results. In K. Boele-Woelki (Ed.), Common Core and Better Law in European Family Law (European Family Law Series, 10) (p. 141-168). Antwerp: Intersentia. Boele-Woelki, K. (2005). Comisión de Derecho de Familia Europeo: Formulando Principios en el ámbito de divorcio y alimentos entre cónyuges divorciados. In Àrea de Dret Civil, UdG (Ed.), Nous reptes del Dret de família. Materials de les Tretzenes Jornades de Dret Català a Tossa (p. 39-60). Boele-Woelki, K. & Schrama, W.M. (2005). Die nichteheliche Lebensgemeinschaft im niederländischen Recht. In N. Yassari & J.M. Scherpe (Eds.), Die Rechtsstellung nichtehelicher Lebensgemeinschaften = The legal status of cohabitants (Beiträge zum ausländischen und internationalen Privatrecht, 81) (p. 307-374). Tübingen: Mohr Siebeck. Boele-Woelki, K., Schrama, W.M. & Vonk, M. (2005). Parental responsibilities in The Netherlands. In K. Boele-Woelki, B. Braat & I. Curry-Sumner (Eds.), European Family Law in Action, Volume III: Parental Responsibilities (European Family Law Series, 9). Antwerp: Intersentia. Boele-Woelki, K. (2005). La famille et le droit international – introduction. International law FORUM du droit international, 3(10), 146-152. 90 Europees personen-, familie- en erfrecht Boele-Woelki, K. (2005). The Principles of European Family Law: Its Aims and Prospects. Utrecht Law Review, 2, 160-168. [Online]. Available from: <http://www.utrechtlawreview.org/publish/articles/000012/article.pdf> [01-122005]. Boele-Woelki, K. & Mom, A. (2006). De erkenning van administratieve echtscheidingen in Europa. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK) (p. 218-247). Amsterdam: SWP. Boele-Woelki, K. (2006). The European agenda: an overview of the current situation in the field of private international law and substantive law. International Family Law, 149-154. Boele-Woelki, K. (2006). Os princípos do direito da familia europeu: os seus objectivos e as suas perspectivas. Lex Familiae, Revista Portuguesa de Direito da Família, 5, 5-17. Boele-Woelki, K. & Martiny, D. (2006). Die Prinzipien zum Europäischen Familienrecht betreffend Ehescheidung und nachehelicher Unterhalt. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 1, 6-20. Boele-Woelki, K. & Mom, A. (2006). Europäisierung des Unterhaltsrechts: Vereinheitlichung des Kollisionsrechts und Angleichung des materiellen Rechts. Familie, Partnerschaft, Recht, Heft 6, 232-237. Boele-Woelki, K. (2007). Building on Convergence and Coping with Divergence in the CEFL Principles on European Family Law. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Convergence and Divergence in European Family Law (European Family Law Series, 18) (p. 253-269). Antwerp: Intersentia. Boele-Woelki, K. & Gonzàlez Beilfuss, C. (2007). The Impact and Application of the Brussels II bis Regulation in the Member States: Comparative Synthesis. In K. Boele-Woelki & C. Gonzàlez Beilfuss (Eds.), Brussels IIbis: Its Impact and Application in the Member States (European Family Law Series, 14) (p. 23-40). Antwerp: Intersentia. Boele-Woelki, K., Curry-Sumner, I., Jansen, M. & Schrama, W.M. (2007). Huwelijk of geregistreerd partnerschap? Een evaluatie van de Wet openstelling huwelijk en de wet geregistreerd partnerschap (Ars Notariatus, 134). Deventer: Kluwer. (346 p.) Boele-Woelki, K., Curry-Sumner, I., Jansen, M. & Schrama, W.M. (2007). The Evaluation of Same-Sex Marriages and Registered Partnerships in the Netherlands. In P. Sarcevic, P. Volken & A. Bonomi (Eds.), Yearbook of Private International Law (p. 27-37). Munich: Sellier European Law Publishers. 91 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Boele-Woelki, K. & Martiny, D. (2007). The CEFL and its Principles of European Family Law Regarding Parental Responsibilities. ERA-Forum: scripta iuris europaei, 125-143. Bollen, C.J.M. & de Groot, G.R. (2005). Nationality law of the Kingdom of the Netherlands in international perspective. In L.A.M.N. Barnhoorn et al. (Eds.), Netherlands Yearbook of International Law (p. 205-250). The Hague: T.M.C. Asser Press. Braat, B. (2005). Wetsvoorstel 268 867 in rechtsvergelijkend perspectief. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6617, 290-300. Braat, B. (2006). Les régimes matrimoniaux aux Pays-Bas. In A. Bonomi & M. Steiner (Eds.), Les régimes matrimoniaux en droit comparé et en droit international privé: actes du Colloque de Lausanne du 30 septembre 2005 (Comparativa, 76) (p. 177-200). Genève: Librairie Droz. Braat, B. (2007). Matrimonial property law: diversity of forms, equivalence in substance. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Convergence and Divergence in European Family Law (European Family Law Series, 18) (p. 237-250). Antwerp: Intersentia. Braat, B. (2007). Enkele ontwikkelingen in het Franse familierecht. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 12, 322-327. Cappon, C.M. & Reinhartz, B. (2006). Rechtszekerheid en doelmatigheid in het testamentair erfrecht. De opstelling en afwikkeling van testamenten in Nederland, Frankrijk, België en Duitsland mede bezien in historisch perspectief. In A.F. Salomons & G.J.P. de Vries (Eds.), Pro forma? Essays on the role of Formal Rules and Formal Requirements in Private Law (p. 235-273). The Hague: Boom Juridische uitgevers. Coenraad, L.M. (2005). Mediation und die Scheidungsproblematik in den Niederlanden, Analyse einer Diskussion der Scheidungsmediation. Die Praxis des Familienrechts, 2, 250-261. Coenraad, L.M. (2006). A harmonised divorce mediation procedure in Europe? The desirability and feasibility of harmonising the procedure of divorce mediation. In M. Martin-Casals & J. Ribot (Eds.), The role of self-determination in the modernisation of family law in Europe, Book of the 2003 European Regional Conference of the International Society of Family Law (p. 15-31). Girona: Documenta Universitaria. Coenraad, L.M. (2006). Procederen over het voortgezet ouderschap, Te weinig aandacht voor het procesrecht in het Wetsvoorstel Luchtenveld. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK) (p. 69-98). Amsterdam: SWP. 92 Europees personen-, familie- en erfrecht Coenraad, L.M. & Antokolskaia, M.V. (2006). Afspraken met betrekking tot kinderen bij scheiding van ongehuwde/niet-geregistreerde ouders. Een rechtsvergelijkend onderzoek in opdracht van het Ministerie van Justitie. Den Haag/ Amsterdam: WODC/VU. [Online] Available from: <http://www.wodc.nl/on derzoeken/scheiding_van_ongehuwde_ouders_1501_asp?soort=publicatie&tab =pub> [15-09-2006]. Curry-Sumner, I. (2005). General Patterns in Registration Schemes for Unmarried Couples and the Implications for Ireland. Irish Journal of Family Law, 3, 187-195. Curry-Sumner, I. (2005). Uniform patterns regarding same-sex relationships. International law FORUM du droit international, 3, 9-14. Curry-Sumner, I. (2006). Private international law aspects of homosexual couples: The Netherlands Report. In S. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Report to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 147-175). Antwerp: Intersentia. Curry-Sumner, I. (2006). It's marriage Jim but not as we know it. Is the ban on same-sex marriage in the United Kingdom justified? Irish Journal of Family Law, 1, 2-10. Curry-Sumner, I. & Vonk, M. (2006). Adoptie door paren van hetzelfde geslacht: wie probeert de wet te beschermen? Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 2, 39-44. Curry-Sumner, I. (2007). Transnational recovery of child maintenance in Europe: The future is bright, the future is central authorities. [CD-ROM] Days of Public Law. Collection of Articles. Brno: Masaryk University. Forder, C.J. (2005). Family Rights and Immigration Law: a European Perspective. In H. Schneider (Ed.), Migration, Integration and Citizenship, A challenge for Europe's future (vol. II) (p. 71-108). Maastricht: Forum Maastricht. Forder, C.J. (2005). Over de kern en de grensgevallen van het familierecht. In V. Van den Eeckhout, C.J. Forder, E. Hooghiemstra, E. Nicolaï & S.K. van Walsum (Eds.), Transnationale gezinnen in Nederland (p. 21-116). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Forder, C.J. & Verbeke, A. (2005). Inleiding. In C.J. Forder & A. Verbeke (Eds.), Gehuwd of niet: Maakt het iets uit? (Ius Commune Europaeum, 55) (p. 1-99). Antwerpen: Intersentia. Forder, C.J. & Verbeke, A. (2005). Geen woorden maar daden. In C.J. Forder & A. Verbeke (Eds.), Gehuwd of niet: Maakt het iets uit? (Ius Commune Europaeum, 55) (p. 489-647). Antwerpen: Intersentia. 93 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Forder, C.J. (2005). Bescherming van het ongeboren leven (protection of unborn life). Nederlands Juristenblad, 686-688. Forder, C.J. (2005). Kroniek van het personen en familierecht. Nederlands Juristenblad, 1663-1669. Forder, C.J. (2005). De verplichting van een ouder om in het levenonderhoud van haar of zijn kind te voorzien. Nederlands Juristenblad, 2198-2198. Forder, C.J. & Curry-Sumner, I. (2006). The Dutch Family Law Chronicles: continued parenthood notwithstanding divorce. In A. Bainham & B. Rwezaura (Eds.), International Survey of Family Law 2006 (p. 261-304). Bristol: Jordans Publishing. Forder, C.J. (2006). Child protection: Human and Children's Rights. International Family Law, 88-96. Forder, C.J. (2006). Vermogensrechtelijke perikelen in het huwelijk onder de bezem. Nederlands Juristenblad, 1, 15-18. Forder, C.J. (2006). Een nieuwe ontwikkelingsfase van het jeugdrecht. Nederlands Juristenblad, 45(45), 2602-2605. Forder, C.J. (2006). Ongehuwd samenwonen en vermogensrecht: een waaier van mogelijkheden. Tijdschrift Estate Planning, 331-365. Forder, C.J. & Curry-Sumner, I. (2006). The Dutch Family Law Chronicles: continued parenthood notwithstanding divorce. In A. Bainham (Ed.), International Survey of Family Law 2006 (p. 261-304). Bristol: Jordans Publishing. Forder, C.J. & Saarloos, K. (2007). The Establishment of Parenthood: a Story of Succesful Convergence? In M. Antokolskaya (Ed.), Convergence and Divergence of Family Law in Europe (European Family Law Series, 18) (p. 169235). Antwerp: Intersentia. Groot, G.R. de (2005). Towards a European nationality law. In H. Schneider (Ed.), Migration, integration and citizenship, A challenge for Europe's future (p. 13-54). Maastricht: Forum Maastricht. Groot, G.R. de (2005). Conditions for acquisition of nationality by operation of law or by lodging a declaration of option. In H. Schneider (Ed.), Migration, integration and citizenship, A challenge for Europe's future (p. 187-224). Maastricht: Forum Maastricht. 94 Europees personen-, familie- en erfrecht Groot, G.R. de (2005). De geschiedenis van het Nederlandse nationaliteitsrecht in de negentiende eeuw. In A.M.J.A. Berkvens & Th.J. van Rensch (Eds.), Wordt voor recht gehalden, Opstellen ter gelegenheid van vijfentwintig jaar Werkgroep Limburgse Rechtsgeschiedenis (p. 375-420). Maastricht: Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap. Groot, G.R. de (2005). The access to European citizenship for third country spouses of a European citizen. In C. Biquet-Mathieu (Ed.), Liber amicorum Paul Delnoy (p. 93-133). Brussels: Larcier. Groot, G.R. de (2005). Het ontnemen van het Nederlanderschap wegens terroristische activiteiten. In P. van der Grinten & T. Heukels (Eds.), Crossing borders, Essays in European and Private International Law, Nationality Law and Islamic Law in Honour of Frans van der Velden (p. 215-230). Deventer: Kluwer. Groot, G.R. de (2005). Een onwenselijk wetsontwerp ter wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Kritische beschouwingen over wetsontwerp 30 166 (R 1795). Journaal Vreemdelingenrecht, 439-449. Groot, G.R. de (2005). Waar is het land van hun jeugd? Opmerkingen over de interpretatie van artikel 15 lid 2 en artikel 26 lid 1 van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Migrantenrecht, 248-252. Groot, G.R. de & Vrinds, E.P.J. (2005). De invloed van ouders in het nationaliteitsrecht. Migrantenrecht, 40-51. Groot, G.R. de (2006). Nationality. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative law (p. 476-492). Cheltenham: Edward Elgar. Groot, G.R. de (2006). Identiteitsfraude en het Nederlanderschap van vóór 1 april 2003 genaturaliseerde personen. In Groenboek, Drie opstellen aangeboden aan Bart Groen (p. 42-60). Maastricht: Universiteit Maastricht. Groot, G.R. de (2006). The relationship between the general legal nationality of a person and his ‘sporting nationality’. In D. Oswald (Ed.), La nationalité dans le sport. Enjeux et problèmes. Actes du Congrès des 10 et 11 novembre 2005 (p. 147-169). Neuchâtel: Editions CIES. Groot, G.R. de (2006). Een pleidooi voor meervoudige nationaliteit. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 73-86). Antwerpen: Intersentia. Groot, G.R. de & Schneider, H.E.G.S. (2006). Die zunehmende Akzeptanz von Fällen mehrfacher Staatsangehörigkeit in West-Europa. In H. Menckhaus & F. Sato (Eds.), Japanischer Brücken-bauer zum deutschen Rechtskreis, Festschrift für Koresuke Yamauchi zum 60. Geburtstag (p. 65-80). Berlin: Duncker & Humblot. 95 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Groot, G.R. de (2006). Een pleidooi voor meervoudige nationaliteit. Migrantenrecht, 100-105. Groot, G.R. de (2006). Het optierecht van in Nederland geboren staatloze kinderen op het Nederlanderschap. Migrantenrecht, 9, 312-318. Groot, G.R. de (2006). Sports and unfair competition via nationality law. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 161-171. Groot, G.R. de (2006). The relationship between the general legal nationality of a person and his ‘sporting nationality’. International Sports Law Journal, 1-2, 3-9. Groot, G.R. de & Kuipers, J.-J. (2006). Sport en nationaliteit. Opmerkingen over de relatie tussen de algemene juridische nationaliteit van een persoon en zijn ‘sportnationaliteit’. Migrantenrecht, 141-149. Groot, G.R. de (2007). Achtentwintig Nederlanders, Bewerkte adviezen en casus over de toepassing van de Nederlandse nationaliteitswetgeving. Den Haag: Elsevier Overheid. (320 p.) Groot, G.R. de (2007). Nationaliteit en rechtszekerheid. Verkorte versie van de rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar aan de Universiteit van Aruba op 28 september 2007. Tijdschrift voor Antilliaans RechtJusticia, 2007, 230-244. Groot, G.R. de & Schneider, H.E.G.S. (2007). Erschlichene Einbürgerungen, Identitätsbetrug und Entzug der Staatsangehörigkeit in Deutschland und den Niederlanden. In E. Klein, S.U. Pieper & G. Ress (Eds.), Rechtsstaatliche Ordnung Europas – Gedächtnisschrift für Albert Bleckmann (p. 79-102). Köln: Carl Heymanns Verlag. Groot, G.R. de (2007). Private international law aspects of homosexuals couples. In K. Boele-Woelki & S. van Erp (Eds.), General reports of the XVIIth Congress of the International Academy of Comparative Law (p. 325-362). Utrecht: Eleven International Publishing. Groot, G.R. de (2007). Identiteitsfraude en het Nederlanderschap van vóór 1 april 2003 genaturaliseerde personen. Nederlands Juristenblad, 82(2), 74-80. Groot, G.R. de (2007). Staatloosheid: Lessen uit Spanje. Aantekeningen over: Aurelia Alvarez Rodríguez y Observatorio Permanente de la Inmigración, Nacionalidad de los hijos de extranjeros nacidos en España. Migrantenrecht, 115-116. 96 Europees personen-, familie- en erfrecht Israël, J. & Saarloos, K. (2007). Europees internationaal privaat- en procesrecht. In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburg & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht (Serie Onderneming en Recht, 42-II) (p. 629-698). Deventer: Kluwer. Jeppesen de Boer, C.G. (2005). Administratieve echtscheiding in Denemarken. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 10, 231-235. Jeppesen de Boer, C.G. & Kronborg, A. (2006). Tensions between legal, biological conceptions of parentage. In I. Schwenzer (Ed.), Tensions between Legal, Biological and Social Conceptions of parentage (European Family Law Series, 15) (p. 141-157). Antwerp: Intersentia. Mostermans, P.M.M. (2006). Echtscheiding (Praktijkreeks IPR, 5). (3de volledig herziene druk). Deventer: Kluwer. (XV + 169 p.) Mostermans, P.M.M. (2007). The Impact and Application of the Brussels II bis Regulation in The Netherlands. In K. Boele-Woelki & C. Gonzàlez Beilfuss (Eds.), Brussels IIbis: Its Impact and Application in the Member States (European Family Law Series, 14) (p. 217-235). Antwerp: Intersentia. Oderkerk, A.E. (2005). Olanda. In F.B. Brunetta d'Usseaux (Ed.), Il diritto di famiglia nell'unione europea – Formazione, vita e crisi della coppia (p. 213251). Padova: Cedam. Oderkerk, A.E. (2005). Tussen formele en materiële rechtvaardigheid. Een analyse van de law in action naar aanleiding van de wijziging van artikel 4 (oud) Rijkswet op het Nederlanderschap. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 23(4), 389-396. Oderkerk, A.E. (2006). Het Groenboek inzake het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken: een beschrijving en analyse van het Groenboek en de daarop gegeven reacties van belanghebbenden. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 2, 119-128. Reinhartz, B. et al. (2005). Hoofdstukken IX t/m XIII (behoudens nr. 139 en 140). In W.G. Huijgen et al. (Eds.), Compendium erfrecht (p. 132-266). Deventer: Kluwer. Reinhartz, B. (2005). Haken en ogen aan het voorstel tot wijziging van de bestuursregeling in het huwelijksvermogensrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6614, 231-233. Reinhartz, B. (2005). Van oude menschen... Oftewel: van je kinderen moet je het maar hebben. Nieuw Erfrecht, 6(5), 81-85. 97 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Reinhartz, B. (2006). Recent Changes in the Law of Succession in the Netherlands. In J.H.M. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Reports to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 5981). Antwerp: Intersentia. Reinhartz, B. (2006). De nieuwe voorstellen ter aanpassing van de wettelijke gemeenschap van goederen. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 1(28), 314. Reinhartz, B. (2006). Internationaal privaatrechtelijke aspecten van de schenking in Nederland en België. Kwartaalbericht Estate Planning, 3, 14-20. Reinhartz, B.E. (2007). Recent Changes in the Law of Succession in the Netherlands: On the Road towards a European Law of Succession? Electronic Journal of Comparative Law, 11, 1-18. Rutten, S.W.E. (2005). Verzoening. Islamitisch recht in West-Europa. Maastricht: Datawyse/Univer-sitaire Pers. (175 p.) Rutten, S.W.E. (2005). Cultuur en familierecht in eigen kring. In Multiculturaliteit in het recht. Preadvies voor de Nederlandse Vereniging voor Rechtsvergelijking (Geschriften van de Nederlandse Vereniging voor Rechtsvergelijking, 66) (p. 39-94). Deventer: Kluwer. Rutten, S.W.E. (2005). Familiewaarden van buiten, in de rechtszaal naar binnen. Trema: tijdschrift voor de rechterlijke macht, 266-272. Rutten, S.W.E. (2005). Perpetuatio fori in ouderlijk gezagskwesties. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 1, 11-19. Rutten, S.W.E. & Foblets, M.-C. (2006). De toelaatbaarheid van de verstoting: recente ontwikkelingen in Nederlands, Frans en Belgisch internationaal privaatrecht. In P. van der Grinten & T. Heukels (Eds.), Crossing borders: essays in European and private international law, nationality law and islamic law in honour of Frans van der Velden (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 195-213). Deventer: Kluwer. Rutten, S.W.E. (2007). De bruidsgave: op zoek naar goud. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 2, 101-115. Rutten, S.W.E. & Saarloos, K. (2007). De erkenning van de kafala in het IPR en het vreemdelingenrecht. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 12, 300309. Rutten, S.W.E. (2007). SHARIAH-testamenten. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6705, 305-313. 98 Europees personen-, familie- en erfrecht Saarloos, K. (2006). Bezit van staat of het wormvormig aanhangsel van het Nederlandse afstammingsrecht? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6654, 123-129. Saarloos, K. (2006). Nederlanderschap en postume procreatie in het buitenland – Opmerkingen over de toepassing van de openbare orde exceptie in de WCA. Migrantenrecht, 9, 319-323. Saarloos, K. (2007). Duo-moederschap in Nederland. Op de grens van afstamming en adoptie. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 6, 142-148. Schonewille, F. (2005). Pech für Gretchen, oder nicht? Contractsvrijheid tussen (ex-)echtgenoten in Duitsland. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 10, 249-258. Schonewille, F. (2006). Een scheidingsbemiddelaar is altijd een mediator, een mediator niet altijd een scheidingsbemiddelaar. Mediation in het nieuwe echtscheidingsrecht. In M.V. Antokolskaia (Ed.), Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK) (p. 115-154). Amsterdam: SWP. Schonewille, F. (2006). Wikiwetgeving? In P. Sliepenbeek et al. (Eds.), What's in a family Liber Amicorum mr. J.W. Wladimiroff-Nater (p. 27-34). Den Haag: Sdu. Schonewille, F. (2006). Rechtspolitieke rede aan de open groeve (?) van wetsvoorstel 28 867. Echtscheidingsbulletin, 1, 19-24. Schonewille, F. (2007). Inleiding, kosten van de huishouding. In F. Schonewille (Ed.), Relatievermogensrecht Geschetst (p. 1-8). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Schonewille, F. (2007). Geregistreerd partnerschap. In F. Schonewille (Ed.), Relatievermogensrecht Geschetst (p. 151-154). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Schonewille, F. (2007). De voorhuwelijkse alimentatieovereenkomst revisited. Of: het belang van het opnemen van een considerans in huwelijkse voorwaarden. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 161-168. Schonewille, F. (2007). Kunnen huwelijkse voorwaarden een ouderschapsplan bevatten? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 604-607. Schrama, W.M. (2005). General lessons for Europe based on a comparison of the legal status of non-marital cohabitants in The Netherlands and Germany. In K. Boele-Woelki (Ed.), Common Core and Better Law in European Family Law (European Family Law Series, 10) (p. 257-281). Antwerp: Intersentia. 99 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schrama, W.M. (2005). Vermogensrechtelijke aspecten van de niet-huwelijkse samenleving: de moeizame verhouding tussen de affectieve relatie en het (vermogens-)recht. In C. Forder & A. Verbeke (Eds.), Gehuwd of niet: maakt het iets uit? (Ius Commune Europaeum, 55) (p. 65-89). Antwerpen: Intersentia. Schrama, W.M. (2006). Ongehuwd samenleven: het stiefkind van het familierecht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 10, 724-726. Schrama, W.M. (2007). Relatievermogensrecht voor ongehuwde samenlevers. In F. Schonewille (Ed.), Relatievermogensrecht Geschetst (p. 161-180). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Schrama, W.M. (2007). Een multidisciplinaire benadering van het ongehuwd samenleven, Meerwaarde en minpunten van de combinatie van juridisch en sociaalwetenschappelijke onderzoek. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 11, 869-876. Senaeve, P. & Aerts, C. (Eds.). (2006). Onderhoudsgeld tijdens de echtscheidingsprocedure en na echtscheiding op grond van bepaalde feiten. Civielrechtelijke en fiscaalrechtelijke aspecten. Antwerpen: Intersentia. (136 p.) Senaeve, P. & Swennen, F. (Eds.). (2006). De hervorming van de interne en de interlandelijke adoptie. Commentaar op de Wetten van 13 maart en 24 april 2003 en het Decreet van 15 juli 2005. Antwerpen: Intersentia. (442 p.) Senaeve, P. (2006). De bevoegdheid en de rechtspleging inzake interne adopties. In P. Senaeve & F. Swennen (Eds.), De hervorming van de interne en de internationale adoptie. Commentaar op de Wetten van 13 maart en 24 april 2003 en het Decreet van 15 juli 2005 (p. 213-250). Antwerpen: Intersentia. Senaeve, P. & Vanbockrijck, H. (2006). De Wet van 18 juli 2006 op het verblijfsco-ouderschap, de blijvende saisine van de jeugdrechtbank en de tenuitvoerlegging van uitspraken aangaande verblijf en omgang. Echtscheidingsjournaal, 117-143. Senaeve, P. (2007). De fiscale wetgever in het spoor van de civiele wetgever: het geval van het gezagsco-ouderschap en het verblijfsco-ouderschap. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 337-341). Herentals: Knops Publishing. Senaeve, P. (2007). De hervorming van het afstammingsrecht door de Wetten van 1 juli 2006 en 27 december 2006. In L. Weyts & Ch. Castelein (Eds.), Notariële blikvangers (p. 129-156). Antwerpen: Intersentia. 100 Europees personen-, familie- en erfrecht Senaeve, P. (2007). De regeling aangaande de minderjarige kinderen in de overeenkomst echtscheiding door onderlinge toestemming. In C. Castelein, A. Verbeke & L. Weyts (Eds.), Notariële clausules. Liber Amicorum Professor Johan Verstraete (p. 323-332). Antwerpen: Intersentia. Senaeve, P. (2007). De wettelijke moederlijke afstamming. In P. Senaeve, F. Swennen & G. Verschelden (Eds.), De hervorming van het afstammingsrecht. Commentaar op de Wetten van 1 juli 2006, 27 december 2006 en 6 juli 2007 (p. 1-8). Antwerpen: Intersentia. Senaeve, P. (2007). De vaderlijke afstamming binnen het huwelijk. In P. Senaeve, F. Swennen & G. Verschelden (Eds.), De hervorming van het afstammingsrecht. Commentaar op de Wetten van 1 juli 2006, 27 december 2006 en 6 juli 2007 (p. 9-85). Antwerpen: Intersentia. Senaeve, P. (2007). Van concubinaat naar wettelijke samenwoning en verder. In W. Pintens, A. Alen, E. Dirix & P. Senaeve (Eds.), Vigilantibus ius scriptum. Feestbundel voor Hugo Vandenberghe (p. 275-288). Brugge: die Keure. Senaeve, P. (2007). De hervorming van het afstammingsrecht door de wetten van 1 juli 2006 en van 27 december 2006 (deel 1). Tijdschrift voor Familierecht, 62-80. Spalter, N. (2007). Gevangen in het huwelijk. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 29(2), 37-43. Uytterhoeven, K. & Robert, T. (2005). Naar de invoering van een schuldloze echtscheiding in België. Het bos en de bomen... Echtscheidingsjournaal, 78-84. Uytterhoeven, K. (2007). Het materiële echtscheidingsrecht en familiaal procesrecht: een (artificieel) gescheiden siamese tweeling? Tijdschrift voor Familierecht, 61-62. Vonk, M. (2005). Enige overdenkingen bij de voorgestelde wijziging van 1:253o en de positie van de opvoeder niet-ouder. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 2, 34-39. Vonk, M. (2006). Tensions between legal, biological and social conceptions of parenthood in Dutch Family Law. In S. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Report to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 83-108). Antwerp: Intersentia. Vonk, M. (2007). Parent-child relationships in Dutch family law. In I. Schwenzer (Ed.), Tensions between legal, biological and social conceptions of parentage (European Family Law Series, 15) (p. 279-307). Antwerp: Intersentia. 101 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 VAKPUBLICATIES Antokolskaia, M.V. (2005). De voorstellen tot hervorming van het echtscheidingsrecht: naar de vorm modern, naar de inhoud een stap terug. Naschrift. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6648, 1048-1050. Antokolskaia, M.V. (Ed.). (2006). Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap (ACK). Amsterdam: SWP. (303 p.) Antokolskaia, M.V., Dettmeijer-Vermeulen, C., Jansen, S., Meuwese, S. & Vlaardingerbroek, P. (Eds.). (2007). 100 Years of Child Protection. Nijmegen: Wolf Legal Publishers. (276 p.) Antokolskaia, M.V. (Ed.). (2007). Convergence and Divergence of Family Law in Europe (European Family Law Series, 18). Antwerp: Intersentia. (282 p.) Boele-Woelki, K. (Ed.). (2005). Common Core and Better Law in European Family Law (European Family Law Series, 10). Antwerp: Intersentia. (372 p.) Boele-Woelki, K., Braat, B. & Curry-Sumner, I. (Eds.). (2005). European Family Law in Action, Volume III: Parental Responsibilities (European Family Law Series, 9). Antwerp: Intersentia. (821 p.) Boele-Woelki, K. (2005). Erkenning van het homohuwelijk op de Nederlandse Antillen en Aruba. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 10, 221. Boele-Woelki, K. (2005). Geplante Änderungen im niederländischen Familienrecht. Zeitschrift für das gesamte Familienrecht, 1632-1633. Boele-Woelki, K. (2005). Internationaal privaatrecht, Twee sporen: EET-Verordening en voorstel EBB- Verordening, Voorstel EG-Richtlijn betreffende bemiddeling, Nog geen interlandelijke adoptie door een paar van hetzelfde geslacht, Toelating van mannelijke en vrouwelijke verbuigingen in het namenrecht. Ars Aequi Katern, 94, 5179-5181. Boele-Woelki, K. (2005). Internationaal privaatrecht, Twee Groenboeken: erfopvolging en testamenten en echtscheiding, Uitvoeringswet internationale kinderbescherming. Ars Aequi Katern, 95, 5245-5247. Boele-Woelki, K. (2005). Internationaal Privaatrecht Uitvoeringswet EET Verordening, Particulier of beroepsmatig gebruik van een goed, Buitenlandse erkenning door gehuwde Nederlander in strijd met openbare orde, Wrongful birth. Ars Aequi Katern, 96, 5312-5314. 102 Europees personen-, familie- en erfrecht Boele-Woelki, K. (2005). Internationaal privaatrecht, Het Haags Verdrag inzake forumkeuze, Parallelverdragen tussen de EU en Denemarken, Administratieve echtscheiding, Gedwongen huwelijken. Ars Aequi Katern, 97, 53705372. Boele-Woelki, K. (2005). [Bespreking van het boek Code de droit international privé 2004. Édition à jour au 1er septembre 2004]. ERPL, 217. Boele-Woelki, K. (2006). Internationaal privaatrecht: verordeningen, verdragen & wetten 2006/2008 (Ars Aequi wetseditie). (6de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (465 p.) Boele-Woelki, K. (2006). Een nieuwe discipline: familiewetenschappen. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 4, 97. Boele-Woelki, K. (2006). Internationaal privaatrecht. In aantocht: De Verordening betreffende het recht dat van toepassing is op contractuele verbintenissen (Rome I). alsmede de Verordening betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen; Nederlandse antwoorden op de Groenboeken erfrecht en echtscheiding; Uitleg Betekeningsverordening door Hof van Justitie; Duits commentaar op het IPR. Ars Aequi Katern, 98, 5440-5442. Boele-Woelki, K. (2006). Internationaal privaatrecht. Uitvoering van het Haagse Kinderontvoeringsverdrag vanuit Nederlands perspectief; Nieuw Verdrag van Lugano: exclusieve bevoegdheid EG. Prorogatie van rechtsmacht in scheidingszaken gewenst. Verwerping nalatenschap namens minderjarige is een kinderbeschermingsmaatregel. Waarmerking als EET: wanneer is sprake van een onbetwiste vordering? Ars Aequi Katern, 99, 5502-5505. Boele-Woelki, K. (2006). Internationaal privaatrecht. Meer zichtbaarheid van de Haagse Conferentie voor IPR in kinderontvoeringszaken. Schadevorderingen wegens schending van de communautaire antitrustregels. Ontbreken begunstigingsregel in art. 6 WC. Afstamming in strijd met art. 8 EVRM. Ars Aequi Katern, 100, 5574-5576. Boele-Woelki, K. (2006). Internationaal privaatrecht. Vervanging van de Brussel IIbis Verordening. Groenboek huwelijksvermogensrecht. Woonplaats en gewone verblijfplaats zijn niet identiek. Ars Aequi Katern, 101, 5643-5645. Boele-Woelki, K. (2006). Verblijfs-co-ouderschap: regel of uitzondering? Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 12, 303. Boele-Woelki, K. & Gonzàlez Beilfuss, C. (Eds.). (2007). Brussels II bis: Its Impact and Application in the Member States (European Family Law Series, 14). Antwerp: Intersentia. (322 p.) 103 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Boele-Woelki, K. (2007). Toelichting op UCERF. Actuele ontwikkelingen in het familierecht (UCERF, 1). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (9-15 p.) Boele-Woelki, K. (2007). Huwelijk of geregistreerd partnerschap? Actuele ontwikkelingen in het familierecht (UCERF, 1). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (71-76 p.) Boele-Woelki, K. (2007). Editorial XVIIth World Conference on Comparative Law. European Journal of Law Reform, 1-2. Boele-Woelki, K. (2007). Forum- en rechtskeuze in de nieuwe familierechtelijke verordeningen. Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 12, 297. Boele-Woelki, K., Curry-Sumner, I., Jansen, M. & Schrama, W.M. (2007). Het geregistreerd partnerschap de rechtsorde uit. Of juist niet? Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht, 60-65. Boele-Woelki, K. (2007). Internationaal privaatrecht, Europese betalingsbevelprocedure, Flash Eurobarometer: Family Law, Erkenning van geformaliseerde relaties van paren van gelijk geslacht in het buitenland, Dubbele forum- en rechtskeuze. Ars Aequi Katern, 102, 5710-5712. Boele-Woelki, K. (2007). Internationaal privaatrecht, Nieuw (ontwerp-) verdrag van Lugano, Parallelverdragen met Denemarken, Toestemming tot erkenning door Marokkaanse moeder, Alimentatie ten behoeve van een in de VS verblijvend kind, Art. 2 Verdrag van Istanbul inzake naamsverandering in strijd met art. 12 EG Verdrag, Nauwste verbondenheid van een overeenkomst. Ars Aequi Katern, 103, 5775-5777. Boele-Woelki, K. (2007). Internationaal privaatrecht, Rome II, Europese procedure voor geringe geldvorderingen, Verscheidenheid van leveringsplaatsen binnen één lidstaat, Bevoegdheid op grond van art. 2 en art. 9 sub c Rv, Cautio iudicatum solvi, Flitsscheiding erkend in België. Ars Aequi Katern, 105, 59035905. Boele-Woelki, K. (2007). Keynote addresses at the XVIIth IACL Congress. European Journal of Law Reform, 8(1), 171. Boele-Woelki, K. (2007). Stellungnahme zur Unterhaltsverordnung und Scheidungsverordnung anlässlich der gemeinsamen öffentlichen Anhörung der EPAusschüsse LIBE und JURI zur europäischen Zusammenarbeit im Familienrecht – Unterhaltsverpflichtungen – Scheidung und Trennung. [Online] Available from: <http://www.djb.de/Kommissionen/kommission-zivil-familien-underbrecht/St07-19-EU-Scheidung-Unterhalt> [11-09-2007]. Coenraad, L.M. (2006). Scheiden: administratief of rechterlijk? Het wetsvoorstel Luchtenveld is nog niet rijp. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 1, 1-5. 104 Europees personen-, familie- en erfrecht Coenraad, L.M. (2007). Kroniek Algemene beginselen. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 122-127. Coenraad, L.M. & Antokolskaia, M.V. (2007). Joint Parental Responsibilities and Compulsory Arrangements with Regard to Children upon Divorce (Wellchi's Collection of Working Papers). Barcelona: Wellchi Network Wellbeing of Children. (15 p.) Curry-Sumner, I. & Warendorf, H. (2005). Book I of the Netherlands Antilles Civil Code. Family Law and the Law of Persons. Antwerp: Intersentia. (XXVI + 202 p.) Curry-Sumner, I. & Warendorf, H. (2005). Inheritance Law Legislation of the Netherlands (European Family Law Series, 8). Antwerp: Intersentia. (xii + 108 p.) Forder, C.J. (2005). Basisvoorwaarden ter discussie: transnationale gezinnen versus andere gezinnen. In E. Hooghiemstra & M. Wijers (Eds.), Allochtone Gezinnen, juridische positie (p. 16-36). Den Haag: Nederlandse Gezinsraad. Forder, C.J. & Verbeke, A. (2005). Voorwoord. In C.J. Forder & A. Verbeke (Eds.), Gehuwd of niet: Maakt het iets uit? (Ius Commune Europaeum, 55) (p. v-vi). Antwerpen: Intersentia. Forder, C.J. (2006). Personen- en familierecht (onderdeel van Hoofdstuk 3 ‘Privaatrecht’). In J.C. Hage et al. (Eds.), Recht, vaardig en zeker. Een inleiding in het recht (Boom juridische studieboeken) (3de [gew.] druk) (p. 101-117). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Forder, C.J. (2006). Kroniek van het personen- en familierecht. Nederlands Juristenblad, 31, 1791-1800. Groot, G.R. de (2005). Bewerking onderdeel Nationaliteitsrecht. In Personenen Familierecht (losbladig). (160 p.) Deventer: Kluwer. Groot, G.R. de (2005). De naam: een kwestie van identiteit! Burgerzaken en recht, 10-13. Groot, G.R. de (2005). Woonplaats. Personen- en Familierecht, 2005-5, 42-42. Groot, G.R. de (2006). Rijkswet op het Nederlanderschap 2007/2008, met Uitvoeringsbesluiten en de Handleiding voor de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Den Haag: Elsevier Overheid. (711 p.) Groot, G.R. de (Ed.). (2007). Jurisprudentie nationaliteitsrecht 2008/2009. Den Haag: Elsevier Overheid. (833 p.) 105 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Groot, G.R. de (2007). A clarification of the fundamental rights implications of stateless and erased persons. Briefing paper European parliament. Brussels: European Parliament. (26 p.) Groot, G.R. de & Laer, C.J.P. van (2007). The dubious quality of legal dictionaries. In M. Thelen & B. Lewandowska-Tomaszczyk (Eds.), Translation and Meaning (Translation and Meaning, 7) (p. 173-187). Maastricht: University Press. Reinhartz, B. et al. (Eds.). (2005). 100 jaar notarieel toezicht (Ars notariatus, 130). Amsterdam/Deven ter: Stichting tot Bevordering der Notariële Wetenschap/Kluwer. (V + 64 p.) Reinhartz, B. (2005). Verdere mogelijkheden bij tweetrapsmakingen? Nieuw Erfrecht, 6(2), 36. Reinhartz, B. (2005). [Bespreking van het boek Huwelijksgoederen- en erfrecht, tweede gedeelte]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 166(2), 85-91. Reinhartz, B. (2006). Actualisering Boek 4 titel 6 BW. In Gr. van der Burght (Ed.), Erfrecht (losbladige uitgave, supplement 6) (p. 183-1 – 233-2-6). Deventer: Kluwer. Reinhartz, B., Kolkman, W.D., Verstappen, L.C.A. & Vijfeijken, I.J.F.A. (Eds.). (2006). Erfrecht: de tekst van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek en aanverwante wetten voorzien van commentaar (Tekst & commentaar). (2de druk). Deventer: Kluwer. (XVI + 1217 p.) Reinhartz, B. (2006). 14: Haags testamentsvormenverdrag 1961, 15: Haags erfrechtverdrag 1989, 16: Wet conflictenrecht erfopvolging. In W.D. Kolkman, B.E. Reinhartz, L.C.A. Verstappen & I.J.F.A. Vijfeijken (Eds.), Erfrecht: de tekst van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek en aanverwante wetten voorzien van commentaar (Tekst & commentaar) (p. 1083-1119). (2de druk). Deventer: Kluwer. Reinhartz, B. (2006). Boek 4 Titel 5, afd. 1, 2, 3 en 4 (art. 4:115-135). In W.D. Kolkman, B.E. Reinhartz, L.C.A. Verstappen & I.J.F.A. Vijfeijken (Eds.), Erfrecht: de tekst van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek en aanverwante wetten voorzien van commentaar (Tekst & commentaar) (p. 143-168). (2de druk). Deventer: Kluwer. Reinhartz, B. (2006). Recente ontwikkelingen betreffende gezag en omgang. Juridische Berichten voor het Notariaat, 16(1(16)), 7-10. Reinhartz, B. (2006). Recente ontwikkelingen betreffende afstamming. Juridische Berichten voor het Notariaat, 16(3(15)), 11-12. 106 Europees personen-, familie- en erfrecht Reinhartz, B. (2006). Rechtspraakoverzicht met betrekking tot art. 1:88 BW. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6685, 755-758. Reinhartz, B.E. (2007). Valt een geërfde woning in Polen in de Nederlandse gemeenschap van goederen? Juridische Berichten voor het Notariaat, 17, 9-10. Rutten, S.W.E. (2006). [Bespreking van het boek Echtscheiding]. FJR, 320321. Saarloos, K. (2007). Ontdooid Zaad. In G.R. de Groot (Ed.), Achtentwintig Nederlanders? Bewerkte adviezen en casus over de toepassing van de Nederlandse nationaliteitswetgeving (p. 273-282). Den Haag: Elsevier Overheid. Schonewille, F., Holtman, R. & Lekkerkerker, G. (2006). Rechtspraak Beroepsuitoefening Notaris. Den Haag: Sdu. (137 p.) Schonewille, F. (Ed.). (2007). Relatievermogensrecht Geschetst. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (212 p.) Schonewille, F. (2007). Minor Mediation aan Universiteit Utrecht. Forum voor Conflictmanagement, 2, 73-74. Senaeve, P. (2005). Harmonisatie van het familierecht binnen Europa: noodzaak en/of utopie? In Lustrumboek 40 jaar Jura Falconis (p. 117-134). Brussel: Larcier. Senaeve, P. (2006). Compendium van het Personen- en Familierecht. Boekdeel 1: Personenrecht. Leuven/Voorburg: Acco. (293 p.) Senaeve, P. (2006). Compendium van het Personen- en Familierecht. Boekdeel 2: Familierecht. Leuven/Voorburg: Acco. (242 p.) Senaeve, P. (2006). Compendium van het Personen- en Familierecht. Boekdeel 3: Familierecht (vervolg). Leuven/Voorburg: Acco. (242 p.) Senaeve, P., Swennen, F. & Verschelden, G. (Eds.). (2007). De hervorming van het afstammingsrecht. Commentaar op de Wetten van 1 juli 2006, 27 december 2006 en 6 juli 2007. Antwerpen: Intersentia. (444 p.) Senaeve, P., Swennen, F. & Verschelden, G. (Eds.). (2007). Verblijfscoouderschap. Uitvoering en sanctionering van verblijfs- en omgangsregelingen. Adoptie door personen van hetzelfde geslacht. Commentaar op de Wetten van 18 juli 2006 en 18 mei 2006. Antwerpen: Intersentia. (267 p.) Senaeve, P., Pintens, W., Alen, A. & Dirix, E. (Eds.). (2007). Vigilantibus ius scriptum. Feestbundel voor Hugo Vandenberghe. Brugge: die Keure. (472 p.) 107 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Senaeve, P. (2007). Onderhoudsplicht van de ouders. In L. van Hoestenberghe & R. Verstegen (Eds.), Studentenrecht. Juridische en sociale gids voor het hoger onderwijs (p. 483-500). Leuven: Acco. Senaeve, P. (2007). Editoriaal. Tijdschrift voor Familierecht, 1. Vonk, M. (2005). De ene donor is de andere niet. Nederlands Juristenblad, 12, 634. Vonk, M. (2006). Voorkinderen en gezamenlijk gezag door huwelijk. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6671, 457-459. Vonk, M. (2007). Kinderen, co-moeders en het afstammingsrecht. Nederlands Juristenblad, 425, 448-449. Vonk, M. (2007). Kroniek personen- en familierecht. Nederlands Juristenblad, 1832, 2277-2285. ANNOTATIES Forder, C.J. (2005). Noot bij: Schweizerisches Bundesgericht (16-10-2003), (Zum Anspruch des Scheinvaters auf Erstattung geleisteten Kindesunterhalts gegen den leiblichen Vater aus ungerechtfertigter Bereicherung). ERPL 200513, p. 868-878. Forder, C.J. & Whittingham, J.R.D. (2006). Noot bij: EHRM (07-03-2006), (Besluitvorming door (ex-)partners om wel of niet ouder te worden (Evans/ V.K.)). NJCM-bulletin 2006-6, p. 874-880. Groot, G.R. de (2005). Noten onder HR 3 september 2004; Raad van State 3 februari 2004; RvSt 25 juni 2003; RvSt 18 augustus 2004; RvSt 25 augustus 2004. In P.E. Minderhoud & K.M. Zwaan (Eds.), Rechtspraak Vreemdelingenrecht 2004 (p. 150-159 en p. 165-170). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Groot, G.R. de (2005). Noot bij: Afdeling Bestuursrechtspraak (28-04-2005), Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 1400-1403. Groot, G.R. de (2005). Noot bij: Rb. 's-Gravenhage (28-04-2005), Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 1461-1464. Groot, G.R. de (2005). Noot bij: Afdeling rechtspraak Raad van State (20-062005), 276, JB, p. 1353-1358. Groot, G.R. de (2006). Noten onder HR 11 november 2005, Rb. 's-Gravenhage 28 april 2005, Rb. Rotterdam 9 december 2005, Hof Arnhem 14 juni 2005, Hof ’s-Hertogenbosch 27 oktober 2005. In H. Battjes & K.M. Zwaan (Eds.), Rechtspraak Vreemdelingenrecht 2005 (p. 193-209). Nijmegen: Ars Aequi Libri. 108 Europees personen-, familie- en erfrecht Groot, G.R. de (2007). Noten onder Europees Hof van Justitie 12 september 2006 (Eman), HR 28 april 2006 (Vietnamese erkenning), HR 30 juni 2006 (identiteitsfraude bij natura). Ars Aequi: juridisch studentenblad, 495-523. Groot, G.R. de (2007). Noot bij: ARvS (13-06-2007), 439, Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 1712-1717. Groot, G.R. de (2007). Noot bij: HR (30-06-2006), NJ 2007-551, p. 5665-5667. Oderkerk, A.E. (2005). Noot bij: Rb. Haarlem en Rb. Groningen (26-10-2004), 58 en 59, (Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap). JPF 2005-4, p. 284287. Oderkerk, A.E. (2005). Noot bij: Gerechtshof Amsterdam en Gerechtshof Arnhem (14-06-2005), 71, (Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. Nationaliteit). JPF 2005-5, p. 334-337. Oderkerk, A.E. (2005). Noot bij: Rb. Roermond (25-05-2005), 71, (Reikwijdte art. 21 Haags Kinderontvoeringsverdrag. aard en doel Haags Kinderontvoeringsverdrag (art. 1 HKOV). Taak Centrale Autoriteit). JPF 2005-6, p. 455457. Oderkerk, A.E. (2005). Noot bij: HR (27-05-2005), 111, (Buitenlandse erkenning door gehuwde Nederlandse man in strijd met openbare orde). JPF 2005-7, p. 526-527. Oderkerk, A.E. (2006). Noot bij: Gerechtshof Leeuwarden (16-12-2005), 18, (Erkenning door gehuwde man; alleen toegestaan voorafgaande aan een voorgenomen erkenning). JPF 2006-1, p. 89. Oderkerk, A.E. (2006). Noot bij: Gerechtshof Amsterdam (09-02-2006), 71, (Internationaal privaatrecht. Gerechtelijke vaststelling vaderschap. Toepassing art. 6 Wet conflictenrecht afstamming in strijd met art. 8 EVRM en de openbare orde). JPF 2006-4, p. 361-363. Oderkerk, A.E. (2006). Noot bij: Rb. Den Haag (05-10-2005) en Utrecht (0803-2006), 72/73, (Erkenning zwakke Ethiopische adoptie. Omzetting in een adoptie naar Nederlands recht. Erkenning Marokkaanse kafala als adoptie niet mogelijk). JPF 2006-4, p. 369-370. Oderkerk, A.E. (2006). Noot bij: HR (28-04-2006), 102, (Erkenning buitenlandse erkenning door gehuwde Nederlandse man). JPF 2006-6, p. 488-490. Oderkerk, A.E. (2006). Noot bij: HR (01-09-2006), 136, (Internationale echtscheiding: bevoegdheid rechter. Verordeningsautonome uitleg begrip ‘gewone verblijfplaats’. Forum necessitatis). JPF 2006-8, p. 637-638. 109 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: HR (01-12-2006), 35, (Internationale kinderontvoering). JPF 2007-2, p. 223. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: HR (26-01-2007), 45, (Vaststelling Nederlanderschap). JPF 2007-3, p. 263-265. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (21-12-2006), 47, (Interregionaal Privaatrecht). JPF 2007-3, p. 268-269. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Gerechtshof 's-Hertogenbosch (15-11-2006), 52, (Internationale kinderontvoering). JPF 2007-3, p. 287. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Gerechtshof 's-Gravenhage (24-01-2007), 63, (Internationaal Privaatrecht. Toepasselijk recht op het verzoek tot partner- c.q. kinderalimentatie. Toepasselijkheid van de Nederlandse indexeringsregeling). JPF 2007-4, p. 356-358. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: HR (13-04-2007), 73, (Interregionaal Privaatrecht). JPF 2007-5, p. 410. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (03-04-2004), 83, (Gerechtelijke vaststelling vaderschap). JPF 2007-5, p. 450-451. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (13-07-2007), 103, (Interlandelijke adoptie). JPF 2007-6, p. 539. Oderkerk, A.E. (2007). Noot bij: Rb. Almelo (21-02-2007), 122, (Klemcriterium). JPF 2007-7, p. 605. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Gerechtshof Arnhem (20-07-2004), 25, (De begrippen ‘zuivere inkomsten’ en ‘winst uit onderneming’ in huwelijkse voorwaarden). JPF 2005-2, p. 115-116. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Rb. Den Haag (29-11-2004), 25, (Inschrijfbaarheid Eingetragene Lebenspartnerschaft in de burgerlijke stand in Nederland). JPF 2005-2, p. 123. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Rb. Arnhem (29-11-2004), 28, (Voorschot op verdeling huwelijksgemeenschap om te kunnen schenken aan kinderen door onderbewindgestelde echtgenoot). JPF 2005-2, p. 133-134. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Voorzitter Rb. Haarlem (28-01-2005), 129, (Dwaling bij echtscheidingsconvenant). JPF 2005-3, p. 173-175. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Rb. Zwolle (03-01-2005), 42, (Bevoegdheid en toepasselijk recht bij machtiging tot verwerping nalatenschap van kinderen in Duitsland). JPF 2005-3, p. 194. 110 Europees personen-, familie- en erfrecht Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Gerechtshof Den Bosch (29-03-2005), (Vererving van pensioenachtige voorzieningen, kwalificatie FOR-dotatie). JPF 20054, p. 227-228. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Gerechtshof Den Haag (13-04-2005), 318, (Afwikkeling huwelijkse voorwaarden). JPF 2005-5, p. 317. Reinhartz, B. (2005). Noot bij: Rb. Maastricht (06-04-2005), 129, (Peildatum bij eerste huwelijksdomicilie in het IPR-huwelijksvermogensrecht). JPF 20058, p. 602-603. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Rb. Amsterdam (07-12-2005), LJN AU8009, 24, (HR 8-7-2005, NJ 2006, 96; HR 13-1-2006, NJ 2006, 61; HR 20-1-2006, NJ 2006, 79). JPF 2006-2, p. 133-135. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Hof Arnhem (12-07-2005), 27, (IPR-toestemmingsvereiste bij borgtocht, rol van 11 EVO). JPF 2006-2(2), p. 156-157. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Hof Leeuwarden/Rb. Leeuwarden (18-01-2006), 37/38, (Alimentatie: hoeveel moet de debiteur over kunnen houden om te leven?). JPF 2006-2(2), p. 197-199. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (03-11-2005), 40, (Weigeringsgrond bij teruggeleiding ontvoerd kind (art. 13 Haags kinderontvoeringsverdrag 1980)). JPF 2006-2(2), p. 204-205. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Rb. Maastricht (15-03-2006), 47, (Toestemming echtgenoot die in Nederland woont). JPF 2006-2(3), p. 237-238. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Rb. Den Haag (02-12-2006), 51, (Verknochte schulden). JPF 2006-2(3), p. 275-276. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Rb. Zutphen (22-03-2006), 85, (Verknochtheid overbruggingsuitkering PGGM). JPF 2006-2(5), p. 414-415. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Rb. Alkmaar (31-05-2006), 101, (Beëindiging IPR-partneralimentatie). JPF 2006-2 (6), p. 477-479. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (13-07-2006), 119, (Kinderalimentatie: behoefte en draagkracht). JPF 2006-2 (7), p. 557-558. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: Hof Den Bosch (09-05-2006), 135, (IPR huwelijksvermogensrecht: valt Pools geërfd huis in Nederlandse huwelijksgemeenschap?). JPF 2006-2 (7), p. 632-633. Reinhartz, B. (2006). Noot bij: HR, NJ 2006, 584 (21-04-2006), 141, (Toestemmingsvereiste zaaddonor met family life bij adoptie). JPF 2006-2 (7), p. 672673. 111 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Reinhartz, B.E. (2007). Noot bij: HR (20-10-2006), (Over dwaling toepasselijkheid huwelijksvermogensrecht; billijkheidscorrectie). JPF 2007-4, p. 48-50. Rutten, S.W.E. (2007). Noot bij: HR (15-09-2006), JBPr 2007-27, p. 192-203. Senaeve, P. (2005). Noot bij: Arbitragehof (20-10-2004), (Wet op het homohuwelijk niet strijdig bevonden met de grondwet). E.J., p. 25-30. Senaeve, P. (2006). Noot bij: Cass. (20-02-2006), (Over dringende voorlopige maatregelen en voorlopige maatregelen). E.J., p. 38-41. Senaeve, P. (2006). Noot bij: Arbitragehof (14-09-2006), (De schorsing van de verjaring (enkel) tussen gehuwde personen getoetst aan het gelijkheidsbeginsel). E.J., p. 98-100. Senaeve, P. (2006). Noot bij: Cass. (29-05-2006), (Art. 223 B.W.: vervolg en (nog) geen einde). E.J., p. 115-116. Senaeve, P. (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (15-09-2006), (De volstrekte bevoegdheid aangaande vorderingen tot het bekomen van een provisionele onderhoudsuitkering na echtscheiding). Tijdschrift voor Familierecht, p. 56-59. OVERIGE PUBLICATIES Coenraad, L.M. (2005). [Bespreking van het boek Il crimen calumniae. Contributo allo studio del processo criminale romano]. Zeitschrift der SavignyStiftung für Rechtsgeschichte, 402-404. Groot, G.R. de (2006). Legal Translation. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative law (p. 423-433). Cheltenham: Edward Elgar. Groot, G.R. de (2006). Legal education and the legal profession. In J. Chorus, P.-H. Gerver & E.H. Hondius (Eds.), Introduction to Dutch law for foreign lawyers (p. 63-68). Deventer: Kluwer. Groot, G.R. de & Laer, C.J.P. van (2006). Bilingual and multilingual legal dictionaries within the European Union. [Online] Available from: <http://arno. unimaas.nl/show.cgi?did=6364> [01-01-2006]. Groot, G.R. de (2006). The dubious quality of legal dictionaries. International Journal of Legal Information, 34, 65-86. Groot, G.R. de (2007). Ars Aequi Prijs 2006. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 737-738. Schrama, W.M. (2006). Waarom moet een verdachte naar het stadhuis gaan? Een pleidooi voor aanpassing van het straf(proces)recht aan het ongehuwd samenleven. Nederlands Juristenblad, 5, 257-260. 112 GOEDERENRECHT A. VOLLEDIGE TITEL Goederenrecht B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Dhr. Prof.Mr. J.H.M. van Erp (UM) 01-01-99 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Dr. E. Dirix (KUL) Dhr. Mr. J.M. Milo (UU) Dhr. Prof.Dr. V. Sagaert (KUL/UA) 01-01-95 01-01-99 01-04-05 senior onderzoekers Dhr. Prof.Mr. S.E. Bartels (UU) Dhr. Prof.Dr. E. Dirix (KUL) Dhr. Mr. J.E. Fesevur (UU) Dhr. Prof.Mr. H.W. Heyman (UU) Mw. Prof.Mr. J. de Jong (TU Delft) Dhr. Prof.Mr. A.F. Salomons (UvA) Dhr. Prof.Dr. M.E. Storme (KUL) 01-02-00 01-04-05 01-10-00 01-10-00 01-10-05 01-10-99 01-06-00 onderzoekers Mw. Mr. Y.E.M. Beukers (UU) Mw. Mr. T. Bos (UvA) Dhr. Mr. M. Haentjens (UvA) Mw. Mr. N. van Oostrom-Streep (UU) Dhr. Mr. Dr. H.D. Ploeger (TU Delft) Dhr. Prof.Dr. V. Sagaert (KUL/UA) Dhr. Mr. L. van Vliet (UM) Dhr. Mr.Dr.ir. J.A. Zevenbergen (TU Delft) 01-01-00 01-10-05 28-09-07 22-12-06 01-10-02 01-06-00 01-01-95 01-10-05 Einde 31-03-05 31-01-06 31-05-07 30-09-05 31-03-05 113 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Begin promovendi Dhr. Mr. B. Akkermans (UM) Dhr. R. Fransis (KUL) Mw. Mr. S. de Groot (UvA) Dhr. Mr. M. Haentjens (UvA) Dhr. Mr. B.P. Honnebier (UU) Mw. G.E. Mercangöz-Ploeger (UU) Mw. Mr. N. van Oostrom-Streep (UU) Dhr. Mr. P.C. Slangen (OU) Mw. M. De Theije (KUL) Dhr. Mr. R. de Weijs (UvA) Mw. Mr. E. Wolfert (VU) 01-05-04 01-02-07 01-10-02 1-5-2004 01-10-00 01-10-04 01-10-02 01-03-03 01-04-05 01-10-05 01-06-02 Emeritus lid Dhr. Prof.Mr. H.W. Heyman (UU) 01-06-07 D. Einde 27-09-07 21-12-06 31-01-07 06-12-07 TREFWOORDEN Goederenrecht, zakenrecht, property law, zekerheidsrechten, real (security) rights, trusts E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Leiderschap en managementstijl In het goederenrecht bestaat er weliswaar een zich ontwikkelend Ius Commune (gedeelde historische wortels, alsmede gemeenschappelijke rechtspolitieke uitgangspunten, fundamentele beginselen, begrippen en regels), dat mede tot uitdrukking komt in Europees goederenrecht, maar om het Ius Commune verder te exploreren en te ontwikkelen dient op rechtsvergelijkend vlak nog altijd fundamenteel onderzoek te worden verricht. Gezien de complexiteit van dit rechtsgebied, waar civil law en common law (Engeland/Wales en Ierland) een grote divergentie vertonen, terwijl ook binnen de Europees-continentale rechtsstelsels (civil law) duidelijk herkenbare verschillen in tradities bestaan (Frankrijk, Duitsland, de Scandinavische landen, de nieuwe EU lidstaten en de zogenaamde gemengde rechtsstelsels van Schotland, Malta en Cyprus), is goede samenwerking van een zeer groot belang. De programmaleiding probeert dan ook door samenwerking een productief onderzoeksklimaat te creëren, waarin onderzoekers, de gelegenheid hebben hun ideeën en onderzoeksresultaten met elkaar te bespreken en aan derden kenbaar te maken. De programmaleiding neemt doorgaans het initiatief voor het organiseren van bijeenkomsten, zowel in het kader van de door de onderzoekschool georgani114 Goederenrecht seerde activiteiten als daarbuiten. Op het jaarlijkse Ius Commune congres wordt altijd een bijeenkomst van twee dagdelen besteed aan het goederenrechtelijk onderzoek. Tijdens deze bijeenkomsten wordt, aan de hand van het thema van de conferentie, goederenrechtelijk onderzoek gepresenteerd. Daarnaast bestaat er, en dit is de uitdrukkelijke opzet van de programmaleiding, voldoende ruimte voor het bespreken van lopend onderzoek. In dit laatste onderdeel wordt met name voorrang gegeven aan promovendi, om ook deze groep onderzoekers bij het onderzoek goederenrecht in de onderzoekschool te betrekken. Naast de door de onderzoeksschool georganiseerde activiteiten besteedt de programmaleiding ook aandacht aan het organiseren van eigen activiteiten, zoals het organiseren van congressen en bijeenkomsten voor discussies over een bepaald goederenrechtelijk thema. Ook op facultair niveau organiseren de programmaleiders bijeenkomsten. Over het algemeen vindt participatie aan alle van deze bijeenkomsten plaats door de leden van de onderzoeksgroep, maar zeker ook van daarbuiten. Vanuit Maastricht wordt het programma gecoördineerd (Van Erp) in voortdurend overleg met de programmaleiders uit Amsterdam (Salomons), Leuven (Dirix/Sagaert) en Utrecht (Milo). De lijnen naar de overige onderzoekers zijn kort en informeel. Regelmatig worden bovengenoemde bijeenkomsten dan ook samen met deze overige onderzoekers georganiseerd. Daarnaast vindt ook overleg plaats met participerende seniorleden uit Edinburgh (Reid/Gretton), Delft (De Jong) en Stellenbosch (De Waal/Van der Walt/Van der Merwe). Inmiddels wordt ook samengewerkt met Schulze (directeur Centrum für Europäisches Privatrecht, Münster) en Lecocq (Luik). De samenwerking met Schulze betreft in het bijzonder deelname aan bijeenkomsten, waarin onder meer de vraag centraal staat of het Common Frame of Reference (een eerste aanzet om te komen tot een model voor een Europees BW) ook regels dient te bevatten met betrekking tot het goederenrecht en of daartoe voldoende aanknopingspunten zijn te vinden in het acquis communautaire. Verder wordt beoogd om aldus de inbreng vanuit het Duitse recht te versterken. De samenwerking met Lecocq is erop gericht de inbreng vanuit het Belgische (en Franse) recht te versterken. De sfeer op al deze bijeenkomsten wordt gekenmerkt door wederzijds enthousiasmeren, elkaar stimuleren en, daarmee direct samenhangend, grote betrokkenheid van de onderzoekers bij elkaars onderzoek en de bereidheid (ook in teamverband) met elkaar samen te werken. II. Programmaopzet Naar aanleiding van de mid-term peer review over 2003-2004 en de commentaar van de commissie in deze, heeft de onderzoeksleiding getracht het onderzoek binnen de onderzoeksgroep opnieuw te structureren. Hierbij is niet alleen plaats gegeven aan klassiek rechtsvergelijkend onderzoek maar is ook getracht dit rechtsvergelijkend onderzoek beter in het perspectief van de doelstellingen 115 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 van het programma goederenrecht en de doelstellingen van de onderzoekschool te plaatsen. Met betrekking tot de omvang van de onderzoeksgroep is aansluiting gezocht bij de Technische Universiteit Delft, waarvan drie leden tot de onderzoeksgroep zijn toegetreden (De Jong, Zevenbergen en Ploeger). Met deze toetreding is getracht een belangrijk kritiekpunt van de peer review commissie over massa van de onderzoeksgroep en de continuïteit van het onderzoek tegemoet te komen. Verder is op deze wijze een lacune in het programma opgevuld, omdat deze onderzoekers zich in het bijzonder richten op recht betreffende onroerende zaken en systemen van landregistratie. Het onderzoek van de onderzoeksgroep goederenrecht beoogt inzicht te verkrijgen in de mogelijkheid en de wenselijkheid van harmonisatie en/of unificatie van het goederenrecht in Europa. Om dit te bereiken is naast uitgebreide rechtsvergelijkende, ook internationaal privaatrechtelijke, Europeesrechtelijke en internationaalrechtelijke kennis vereist. Het goederenrecht bestaat veelal uit regels van dwingend recht waarvan de kern met name om historische redenen de inhoud heeft, zoals wij deze nu kennen. Het onderzoek in het goederenrecht is traditioneel met name nationaal georiënteerd en dit geldt zowel voor de Europees-continentale systemen als de common law. Dit hangt samen met het dwingende karakter van de goederenrechtelijke regels, het systeemdenken dat aan die regels ten grondslag ligt en de grote behoefte die er in het goederenrecht bestaat aan rechtszekerheid en voorspelbaarheid. Dit uitgangspunt komt onder andere tot uitdrukking in het internationale goederenrecht – het internationale privaatrecht met betrekking tot het goederenrecht – via de welhaast universele toepassing van de zogenaamde situs-regel, ofwel het beginsel van de lex rei sitae: van toepassing is het recht van de Staat waar de zaak zich bevindt. De doelstelling van het Ius Commune onderzoek goederenrecht is om via rechtsvergelijking de traditionele benadering van het goederenrecht te doorbreken en te zoeken naar transsystematische gemeenschappelijke uitgangspunten en benaderingen van het goederenrecht. Er wordt gezocht naar de dynamiek in het goederenrecht op snijvlakken (nationaal en vergelijkend) goederen-/verbintenissenrecht, Europees en internationaal recht, alsmede internationaal privaatrecht. In deze aanpak is tevens ruimte voor het aangeven en bespreken van de verschillen in uitgangspunten en benaderingen. Met andere woorden: er wordt zowel onderzoek gedaan naar convergentie als divergentie. Via verschillende initiatieven wordt tevens gezocht naar nieuwe methoden om de onderzoeksresultaten te presenteren. Niet alleen via conferenties, bundels, boeken en artikelen, maar ook via het Ius Commune casebook Property Law wordt gezocht naar deze nieuwe methoden. Het onderzoek van de onderzoeksgroep goederenrecht verloopt langs drie onderzoekslijnen: 116 Goederenrecht 1. Alle stelsels van goederenrecht in Europa maken gebruik van gemeenschappelijke uitgangspunten en beginselen. De bestudering van deze beginselen, in het Engels principles, lijdt tot een beter begrip van de structuur en dogmatische keuzes van een goederenrechtelijk stelsel. Op deze manier worden de traditionele verschillen tussen civil law en common law systemen op een andere, vernieuwende, manier in kaart gebracht. Dit deel richt zich met name op gemeenschappelijke benaderingen. Qua onderzoek in de onderzoeksgroep is in dit kader te denken aan de Zesde Van Gerven Lezing, gehouden in December 2006 door Van Erp en het onderzoek van Akkermans naar het numerus clausus beginsel in het Europese goederenrecht. 2. De stelsels van goederenrecht in Europa zijn op verschillende manieren in te delen. Niet alleen volgens het traditionele onderscheid tussen civil law en common law, maar er bestaan ook duidelijke verschillen tussen de civil law stelsels onderling. Men denke aan het Duitse abstracte traditie stelsel van overdracht ten opzichte van het Franse consensuele stelsel. Dit deel van het onderzoeksprogramma goederenrecht concentreert zich met name op deze technische verschillen en vormt zo een belangrijke bijdrage aan het in kaart brengen van de problemen rond de totstandkoming van een Europees goederenrecht. In het kader van dit onderzoek worden ook, vanuit het gezichtspunt van het Nederlandse en Belgische goederenrecht, vergelijkingen met andere Europese stelsels, het Noord-Amerikaanse recht (in het bijzonder de V.S., maar ook Canada) en het Zuid-Afrikaanse recht gemaakt. 3. Naast de nationale ontwikkelingen wordt ook aandacht besteed aan de internationale ontwikkelingen op het gebied van het goederenrecht. Voorbeelden van ontwikkelingen binnen de Europese Unie zijn: de Richtlijn Betalingsachterstanden; de Richtlijn Financiële Zekerheidsovereenkomsten; de Europese Insolventieverordening en het werk van de Europese Commissie aan de eenmaking van de hypothekenmarkt in Europa. Daarnaast wordt ook aandacht besteed aan internationaalrechtelijke ontwikkelingen, bijvoorbeeld het Verdrag van Kaapstand inzake mobiel materieel (vliegtuigen, spoorwegrijtuigen) en de Haagse Trust Conventie. Ten slotte wordt ook de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie en van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens inzake goederenrecht nauwlettend gevolgd. Dit deel van het Ius Commune goederenrechtelijk onderzoek besteedt aandacht aan deze internationale, maar ook aan de verhouding tussen genoemde ontwikkelingen en het nationale recht. Op onderzoeksgebied valt hierbij te denken aan de conferentie ‘CFR and Property Law’, die in juni 2007 in Maastricht werd georganiseerd, over de plaats van het goederenrecht binnen het Common Frame of Reference. Naast deze onderzoekslijnen loopt sinds 2004 het werk aan het academische Ius Commune Casebook for the Common Law of Europe, Property Law. In dit 117 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 casebook, dat voor het eerst materiaal en bronnen uit verschillende stelsels van goederenrecht door langdurig en intensief gezamenlijk onderzoek bij elkaar brengt, wordt via een presentatie van het goederenrecht, gebaseerd op de drie hierboven genoemde onderzoekslijnen, de lezer ingeleid in het vergelijkende en Europese goederenrecht. Vanuit de onderzoeksgroep nemen Van Erp (tevens director), Milo, Sagaert, Van Vliet en Akkermans deel aan dit project. III. Actualisering Binnen het programma goederenrecht zijn, met name onder invloed van Europese ontwikkelingen, in de laatste twee jaar op elk van de drie onderzoekslijnen nieuwe accenten aangebracht. 1. Naar aanleiding van het werk van met name Van Erp in NTBR (De osmose van Nederlands en Europees Goederenrecht), het Oxford Handbook of Comparative Law, de zesde Walter van Gerven lezing en in een (zeer binnenkort te verschijnen) bijdrage aan het Festschrift voor Konstantin Kerameus over de toenemende invloed van het Europese recht op fundamentele beginselen van het goederenrecht (te weten: numerus clausus, publiciteit en specificiteit) is meer nadruk komen te liggen op het verder verdiepen van de kennis over deze drie fundamentele beginselen van goederenrecht. Het onderzoek in deze onderzoekslijn heeft daarmee een nieuwe focus gekregen. Het proefschrift van Akkermans over het numerus clausus beginsel in het Europese goederenrecht is in 2007 tot een afronding gekomen en zal in 2008 verdedigd en gepubliceerd worden. 2. Als gevolg van het werk aan het Common Frame of Reference (CFR) door de Study Group on a European Civil Code en de Research Group on EC Private Law (Acquis Group), waarin ook aandacht wordt besteed aan delen van het goederenrecht en het onderzoek naar het common core van het Europese privaatrecht (waaronder het goederenrecht) door de Trento groep, is de noodzaak voor thematische rechtsvergelijking in deze onderzoekslijn tevens sterker geworden. Daarnaast zijn er ook andere Europese ontwikkelingen die rechtsvergelijking in deze onderzoekslijn gestuurd hebben. Voorbeelden hiervan zijn de nationale rapporten van Salomons en Sagaert voor respectievelijk het Nederlandse en het Belgische recht inzake de regels betreffende overdracht van roerende zaken in het kader van het CFR project van de Study Group on a European Civil Code, het werk van Van Vliet, Sagaert en Van Erp aan de implementatie van de financiële zekerheidsovereenkomst en het werk van Ploeger aan het door de Europese Commissie omarmde European Land Information System (Europese koppeling van nationale registratiesystemen) en Euro-Title (een overkoepelend systeem van landregistratie) en het werk van Van Erp, Sagaert, Van Vliet en Akkermans aan de conferentie ‘CFR and Property Law’ gehouden in juni 2007 in Maastricht. 118 Goederenrecht 3. In de derde onderzoekslijn wordt het onderzoek bijna geheel gestuurd door huidige ontwikkelingen. Niet alleen het sluiten van het Verdrag van Kaapstad, maar ook de toename aan Europese wetgeving met een effect op het goederenrecht hebben veel aandacht gekregen. Daarnaast worden in het kader van Artikel 1 Eerste Protocol EVRM door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens niet alleen uiterst belangrijke uitspraken gedaan over de bescherming van het recht van eigendom in brede zin, maar zijn inmiddels ook twee fundamentele uitspraken gedaan over de verjaringsregels in het Engelse recht in de zaak Pye. Met name Milo heeft zich van het begin af aan als een expert op dit terrein ontwikkeld. Ook Sagaert en Ploeger (Delft) publiceerden over deze problematiek. Onderzoek en publicaties in deze richting betreffen de analyse van de uitspraak van het Europese Hof, maar ook de implicaties hiervan op de nationale stelsels van goederenrecht. Ook de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie wordt voor het goederenrecht steeds belangrijker. Hieraan wordt dan ook eveneens steeds meer aandacht besteed. IV. Methodiek De onderzoeksgroep goederenrecht probeert het onderzoek op een vernieuwende manier te benaderen. Hierbij is het belangrijk te vermelden dat zowel klassieke (‘horizontale’) rechtsvergelijking van bestaande nationale rechtssystemen als ‘verticale’ rechtsvergelijking, zowel in historisch als in internationaal en (supranationaal) Europeesrechtelijk perspectief, worden geacht bij te dragen aan de doelstellingen van het programma goederenrecht binnen de onderzoekschool. Afhankelijk van het onderwerp worden ook andere vakgebieden bij het onderzoek betrokken. Voorbeelden zijn rechtseconomische uitgangspunten over het gesloten stelsel van goederenrecht (Van Erp/Sagaert/Akkermans), maar ook onderwerpen uit het Europese recht of uit het recht van de Europese Unie. Goederenrecht is in hoge mate bepaald door historische ontwikkelingen. Met name in het onderzoek in de eerste en tweede onderzoekslijn (zie II.1 en II.2) wordt daarom aandacht besteed aan de historische ontwikkeling van het goederenrecht als verklaringsmodel voor de totstandkoming van de goederenrechtelijke stelsels. Het is ook in deze gebieden waarin interdisciplinair onderzoek, met name rechtseconomisch, zijn plaats vindt. In het kader van de derde onderzoekslijn (II.3) wordt aandacht besteed aan algemene beginselen van mensenrechten (Art. 1 1e protocol EVRM) en de doorwerking in het goederenrecht van het recht van de Europese Unie. Daarbij gaat het niet alleen om richtlijnen en verordeningen, maar ook om de beginselen van de interne markt (de ‘vier vrijheden’) en de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. Dit zal ertoe leiden dat vaker zal worden samengewerkt met des119 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 kundigen op het gebied van het Europese recht en dat de onderzoeksgroep meer interdisciplinair bezig zal moeten zijn. V. Beoogde resultaten Het onderzoek beoogt inzicht te verkrijgen in mogelijkheid en wenselijkheid van Europese harmonisatie van (delen van) het goederenrecht. Binnen deze meest overkoepelende doelstelling tracht het onderzoek inzicht te verkrijgen in de mate waarin nationaal goederenrecht in staat is in te spelen op veranderingen, te weten, of het nationale goederenrecht in staat is zowel de internationale rechtspraktijk als supranationale regelingen te accommoderen. Het is hiervoor belangrijk dat de leden van de onderzoeksgroep niet alleen op nationaal niveau, maar met name ook op een internationaal niveau een voortrekkersrol vervullen. Vele publicaties van de onderzoeksgroep zijn daarom in het Engels. Daarnaast wordt, door het geven van lezingen en het participeren in verschillende internationale werkgroepen getracht de verspreiding van de kennis over het rechtsvergelijkende en Europese goederenrecht te bevorderen. Zo is Van Erp, in zijn hoedanigheid van raadsheer-plaatsvervanger bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, als stakeholder lid van het Common Frame of Reference (CFR) netwerk van praktijkjuristen en specialisten, die op verzoek van de Europese Commissie het door de Study Group on a European Civil Code en de Research Group on EC Private Law (Acquis Group) samengestelde CFR beoordelen op praktische hanteerbaarheid. Verder is Van Erp extern deskundige voor Europees privaatrecht geweest bij de voorbereiding van het Internationaal Beleidskader van het Nederlandse Ministerie van Justitie. Ook is hij als adviseur nauw betrokken bij de hercodificatie van het burgerlijk recht in Polen, in het bijzonder die delen van het BW die betrekking hebben op het goederenrecht. Dit advieswerk is het uitvloeisel van een samenwerkingsproject tussen het Nederlandse en het Poolse Ministerie van Justitie en de Poolse Wetgevingscommissie. Programmaleiders Salomons en Sagaert zijn van hun kant als rapporteurs betrokken bij het CFR-project over Transfer of Movables. VI. Effecten van samenwerking De effecten van samenwerking zijn groot. Zij zijn concreet te vinden in de gezamenlijke onderzoeksprojecten, in gezamenlijke publicaties, maar ook in wederzijdse participatie in onderwijs. De effecten zijn merkbaar in opleiding en onderzoek van promovendi, waarbij met meer efficiëntie en diepgang goederenrechtelijke rechtsvergelijking kan worden bedreven; dat geldt ook voor het onderzoek van gepromoveerde onderzoekers. Promovendi wordt gestimuleerd om hun werk ook voor te leggen aan andere leden van de onderzoeksschool/onderzoeksgroep dan de promotor. Zo hebben Sagaert en Van Erp samengewerkt met haar promotor Storme bij de begeleiding van het proefschriftonderzoek van Lebon, ook al was zij formeel gezien 120 Goederenrecht geen lid van de onderzoeksgroep. Haar onderzoek en haar bijdrage aan het Casebook Property Law vond om die reden in feite onder de vlag van de onderzoeksgroep plaats, hetgeen ertoe leidde dat ook dit proefschrift beschouwd kan worden als resultaat van de samenwerking binnen de onderzoeksgroep. Er wordt met enige regelmaat gezamenlijk gepubliceerd en er wordt met name samengewerkt in internationale werkgroepen op het terrein van het goederenrecht, waar vaak verschillende leden van de onderzoeksgroep, gezien hun expertise, deel van uitmaken. Als voorbeeld hiervoor kan de werkgroep worden genoemd die het Ius Commune Casebook Property Law samenstelt (Van Erp/ Milo/Sagaert/Van Vliet/Lebon/Akkermans). De andere leden van deze werkgroep zijn Hinteregger (Graz), Swadling (Brasenose College, Oxford) en Braun (St. John's College, Oxford). Met betrekking tot de opleiding van de onderzoekers kan nog worden opgemerkt dat de aan de onderzoeksschool verbonden promovendi deelnemen aan een gezamenlijke opleiding, gericht op hun academische scholing als onderzoeker. Vanuit het programma goederenrecht werd in de verslagjaren aan die opleiding deelgenomen door Akkermans (Maastricht), Anderson, Maslin en Mcleod (Edinburgh). Akkermans (promovendus goederenrecht) was voorzitter van de promovendiraad en als zodanig adviseur van het bestuur van de onderzoekschool. Hij richtte zich onder meer sterk op handhaving van de kwaliteit van de onderzoekersopleiding. VII. Relatie tot de onderzoekschool Het programma goederenrecht betreft een rechtsgebied waar de integratie van het recht nog niet ver gevorderd is, alhoewel deze vanuit de Europese praktijk, in het bijzonder waar het zekerheidsrechten betreft, wel als gewenst wordt ervaren. Slechts op enkele aspecten heeft de Europese of internationale wetgever harmoniserende wetgeving tot stand gebracht. Hoewel in toenemende mate het goederenrecht bij de integratie van het recht in, met name, de Europese Unie wordt betrokken (bijvoorbeeld in het CFR project), is voorbereidend en harmonisatie/unificatie faciliterend rechtsvergelijkend onderzoek nog steeds noodzakelijk. Door middel van de uitgezette onderzoekslijnen beoogt het programma goederenrecht op een constructieve wijze langdurig bij te kunnen dragen aan integratie van het recht binnen Europa om aldus een belangrijke doelstelling van de onderzoeksschool te kunnen realiseren. Het goederenrecht is van aanvang af een onderzoeksobject geweest van de onderzoeksschool. Het programma zal dan ook in de toekomst worden voortgezet. Met name gezien de te verwachten toename in de betrokkenheid van het goederenrecht aan het Europese integratieproces zullen de uitgezette onderzoekslijnen moeten kunnen blijven bijdragen aan de doelstellingen van de onderzoeksschool. Verder is de onderzoeksgroep versterkt en wordt de samenwerking met niet-leden verder uitgebouwd, 121 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 mede naar aanleiding van de door de mid-term peer review commissie uitgesproken zorg over de continuïteit van de onderzoeksgroep. VIII. Academische reputatie De academische reputatie van de onderzoeksgroep komt op verschillende wijzen tot uitdrukking. Leden van de onderzoeksgroep vervullen maatschappelijk en juridisch belangrijke functies, zoals: Raadsheer in het Belgische Hof van Cassatie en voorzitter van de Belgische Vereniging voor Rechtsvergelijking (Dirix); voorzitter Nederlandse Vereniging voor Rechtsvergelijking, medeorganisator van het XVIIe vierjaarlijkse International Congress of Comparative Law onder auspiciën van de Académie Internationale de Droit Comparé (AIDC, gevestigd te Parijs) in 2006 gehouden te Utrecht (Van Erp); TPR Leerstoel Utrecht (Sagaert). De onderzoeksleiders zijn vaak redacteur van vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften. (Van Erp, medeoprichter en hoofdredacteur van het Electronic Journal of Comparative Law: <www.ejcl.org>; Dirix, redacteur Rechtskundig Weekblad; Sagaert, redacteur Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht). Van Erp is verder gevraagd om managing editor te worden van een nieuw op te rechten gedrukt en elektronisch Europees tijdschrift op het gebied van het Europese goederenrecht, de European Review of Property Law. Verder is Van Erp bezig met het oprichten van een internationale vereniging voor Europees goederenrecht; de bedeling is dat het orgaan van deze vereniging het al genoemde tijdschrift zal zijn. Daarnaast participeren de leden van de onderzoeksgroep volop in het goederenrechtelijke onderzoek zowel op nationaal als internationaal niveau; bij dat laatste dient vermelding de participatie van leden van de onderzoeksgroep in internationale onderzoeksprojecten (Ius Commune Casebooks for the Common Law of Europe; Trento Common Core Project, CFR Project: Study Group on a European Civil Code, Transfer of Movables). In 2005 en 2006 was Van Erp Marie Curie Fellow aan het Zentrum für Europäische Rechtspolitik, in 2005 tevens Lehrbeauftragter für Sachenrecht, aan de Universiteit Bremen, met als onderzoeksopdrachten rechtsvergelijkend onderzoek inzake het recht betreffende persoonlijke zekerheden (borgtocht) en doorwerking van grondrechten in het privaatrecht, waaronder goederenrecht. In 2006 was Sagaert hoogleraar aan de Universiteit Utrecht in het kader van de Wisselleerstoelwisselleerstoel van het Tijdschrift voor Privaatrecht en was Van Vliet gastdocent in Aberdeen. De senioronderzoekers uit Edinburgh en Stellenbosch, met wie nauw wordt samengewerkt, hebben een grote reputatie. Reid was resp. Gretton is (beiden Edinburgh) Law Commissioner voor Schotland en in die hoedanigheid direct verantwoordelijk voor de grote wetgevende projecten in Schotland op het gebied van het goederenrecht. Zo is Reid de ontwerper van de wet waarbij in Schotland het feodale stelsel is afgeschaft en vervangen door een op de civil 122 Goederenrecht law gebaseerd eigendomsbegrip. Van der Walt (Stellenbosch) richt zich op de herziening van de positie van landgebruikers in Zuid-Afrika. De academische reputatie van de onderzoeksgroep blijkt bovendien uit de participatie (voor en tijdens de verslagperiode) door gerenommeerde buitenlandse juristen als spreker tijdens studiedagen en deelnemer aan onderzoeksprojecten van de onderzoeksgroep. Te noemen vallen: Ancel (Saint-Etienne), Cabrillac (Mont Pellier), Cantin Cumyn (McGill University, Montreal), Casman (Brussel), Crocq (Paris II), Lord Eassie (voorzitter Schotse Law Commission), French (University of California, Los Angeles: UCLA, tevens Reporter Restatement of the Law 3rd., Property, Servitudes), Hinteregger (Graz), Lord Mance (House of Lords), Nasarre Aznar (Tarragona), Navas Navarro (Universitat Autònoma de Barcelona). Parchomovsky (University of Pennsylvania), Randou (Lille II), Ritaine-Cashin (directeur Institut Suisse de Droit Comparé, Lausanne), Stöcker (Verband Deutsdcher Pfandbriefbanken, Berlijn), Swadling (Brasenose College, Oxford), Manfred Wolf (Frankfurt a/M) en Yiannopoulos (Tulane Law School, New Orleans). IX. Onderzoeksfaciliteiten, middelentoewijzing Conferenties en andere bijeenkomsten die binnen dit programma worden georganiseerd worden primair door de verschillende faculteiten ondersteund. Waar nodig kan worden teruggevallen op financiële steun van de penvoerder van de onderzoeksschool (Maastricht). Daarnaast werd in het kader van de subsidiesubsidiemogelijkheden voor bijeenkomsten van experts subsidie verkregen van NWO en de KNAW voor de conferentie Towards a Unified System of Land Burdens?, gehouden in mei 2005. Onderzoekers binnen het programma maken vanzelfsprekend geregeld gebruik van de bibliotheken (inclusief IT faciliteiten en toegang tot databanken) van aan de onderzoeksschool deelnemende instellingen. Onderzoek wordt vaak gecombineerd met deelname aan bijv. een conferentie of een bijeenkomst van het casebook team ‘Property Law’. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 2,51 0,76 0,99 4,10 2,58 1,04 0,84 4,80 2,35 1,02 0,84 3,97 123 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN I. Algemeen In de verslagjaren is geprobeerd een vertaalslag te maken van het klassieke rechtsvergelijkend onderzoek naar de toepassing van dit rechtsvergelijkend onderzoek in een Europese en internationale context. Hiermee komen de doelstellingen van het programma goederenrecht beter tot hun recht en is te verklaren wat voor onderzoek er in de vorige verslagperiode gedaan is. Waar in de vorige verslagperiode gezocht werd naar historische en rechtsvergelijkende grondslagen van het goederenrecht worden deze inmiddels in het kader van de Europese integratie geplaatst. Niet alleen in de publicaties, maar ook in de door de onderzoeksgroep georganiseerde gezamenlijke activiteiten, wordt daarom steeds vaker aandacht besteed aan de toekomstige ontwikkelingen en de vraag gesteld hoe een toekomstig Europees goederenrechtelijke Ius Commune eruit zou moeten resp. kunnen zien. Met betrekking tot de drie onderzoekslijnen zijn in de eerste onderzoekslijn met name in publicaties de fundamentele grondslagen van het goederenrecht verkend. Hier gaat het niet alleen om studies naar fundamentele grondslagen per se, maar ook naar de effecten van Europese integratie op het nationale recht. Vaak is het de inwerking van het Europese en het internationale recht, welke door veel nationale goederenrechtjuristen nog steeds als invloed ‘van buiten’ wordt gezien, die aanleiding is om fundamentele vragen met betrekking tot de uitgangspunten en het functioneren van het nationale recht te stellen. De beide kernpublicaties (Van Erp/Sagaert) hebben op deze eerste onderzoekslijn betrekking. Onderzoeksresultaten zijn verder vooral in de tweede en derde onderzoekslijn gepresenteerd en er is tot meer vergaande samenwerking gekomen. Hierbij gaat het onder meer om gebruiksrechten op grond, zekerheidsrechten op grond en zekerheidsrechten op roerende zaken en vorderingen. Zie de hieronder genoemde publicaties van Salomons, Van Erp en Van Vliet. Het is met name op het terrein van de zekerheidsrechten dat de Europese wetgever opeens in beweging lijkt te zijn gekomen. II. Gemeenschappelijke Activiteiten ¾ Op 20 Mei 2005 vond in Maastricht de conferentie Towards a Unified System of Land Burdens? Can civil law systems learn from the Anglo-American experience? plaats. Sprekers waren French (UCLA), Parchomovsky (Pennsylvania), Reid (Edinburgh), Swadling (Oxford), Ploeger (Delft), Sagaert (Leuven), Van Erp (Maastricht), Van Vliet (Maastricht) en Akkermans (Maastricht). Doel van deze conferentie was te zoeken naar gemeenschappelijke benaderingen bij erfdienstbaarheden en andere goederenrechtelijke gebruiksrechten op grond. Zie voor de publicatie onder. 124 Goederenrecht ¾ Op 29 september 2005 werd in Utrecht het symposium De Toekomst van het Goederenrecht gehouden. Sprekers hier waren onder meer Heyman (Utrecht), Van Maanen (Maastricht), Bartels (Nijmegen/Utrecht) en Snijders (Amsterdam). Doel van deze bijeenkomst was om de Europese ontwikkelingen met betrekking tot het goederenrecht in kaart te brengen. Thema's die werden aangesneden waren onder andere het Europese Gemeenschapsrecht en Artikel 1 Eerste Protocol EVRM. ¾ Op 6 oktober 2005 werd in Utrecht een symposium over het goederenrecht georganiseerd ter gelegenheid van het afscheid van Hans Heyman. Sprekers op dit symposium waren Kortmann (Nijmegen), Bartels (Utrecht) en Sagaert (Leuven). De aandacht tijdens dit symposium ging uit naar het werk van Heyman op het terrein van het goederenrecht, het recht betreffende zakelijke rechten op onroerende zaken, zowel in nationaal, als in rechtsvergelijkend perspectief. ¾ Op 2 december 2005 organiseerde Van Erp (Maastricht) tijdens het jaarlijkse Ius Commune congres in Edinburgh, Schotland, een workshop over de Richtlijn Financiële Zekerheidsovereenkomsten onder de titel The Financial Collateral Directive as an example of the impact of European law on national systems of property law. Sprekers waren onder anderen Gretton (Edinburgh), De Theije (Leuven), Van Vliet (Maastricht), Sagaert (Leuven) en Hage (Maastricht). Het doel van deze bijeenkomst was om de zeer uiteenlopende implementatie van de richtlijn te bespreken. ¾ Op 1 december 2006 organiseerde De Jong (Delft) tijdens het jaarlijkse Ius Commune congres te Utrecht een workshop over Euro-Title en Euromortgage. Sprekers tijdens deze bijeenkomst waren Van Velten (Amsterdam), Ploeger (Delft) en Zevenbergen (Delft). Doel van deze bijeenkomst was om, nu het lijkt dat het Europese recht zich gaat uitbreiden naar de markt in onroerende zaken en met name zekerheden op onroerende zaken, aandacht te besteden aan deze Europese ontwikkelingen. De Euro-Title, een academisch project om te komen tot een meer eenvoudige overdracht van onroerende zaken in Europa, werd hier gepresenteerd. ¾ Op 8 juni 2007 organiseerden Van Erp, Van Vliet en Akkermans (Maastricht) een conferentie over het gemeenschappelijk referentiekader (CFR) en goederenrecht onder de titel CFR and Property Law. Sprekers tijdens deze conferentie waren Lord Mance (House of Lords), Swadling (Oxford), Ritaine-Cashin (Lausanne), Sagaert (Leuven), Van Erp (Maastricht), Stöcker (Berlijn), Nasarre Aznar (Tarragona) en Ploeger (Delft). Doel van deze conferentie was om de meest recente ontwikkelingen op het terrein van het Europese goederenrecht te belichten. Publicatie van de bijdragen van de sprekers is voorzien in 2008. 125 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ¾ Op 21 september 2007 organiseerde Sagaert (Leuven) een studiedag over de hervormingen in het Franse privaatrecht, met name het zekerhedenrecht en trustrecht in Frankrijk. Titel van deze bijeenkomst was La réforme du droit privé en France, un modèle pour le droit privé Européen? Sprekers waren Randou (Lille II), Casman (Brussel), Crocq (Paris II), Van Erp (Maastricht), Ancel (Saint-Etienne), Dirix (Leuven), Cabrillac (Montpellier), Stijns (Leuven) en Sagaert (Leuven). Doel van deze conferentie, die geheel in het Frans werd gehouden, was om meer en beter inzicht te krijgen in de hervormingen van het Franse privaatrecht en de betekenis en rol van deze hervormingen voor de ontwikkeling van het Europese privaatrecht. ¾ Op vrijdag 9 november 2007 organiseerde Milo (Utrecht) een symposium over Uitleg in het goederenrecht. Sprekers waren onder anderen prof.dr. S.E. Bartels (Universiteit Utrecht, voorzitter), Van der Beek (Universiteit Utrecht, Utrecht School of Economics), Beekhoven van den Boezem (ING Bank), Breedveld-de Voogd (Leiden), Jarigsma (Loyens & Loeff advocaten), Milo (Universiteit Utrecht), Sagaert (Leuven), Struycken (Utrecht, tevens advocaat bij NautaDutilh). ¾ Tijdens het jaarlijkse Ius Commune Congres op 30 november 2007 in Luik organiseerden Sagaert (Leuven) en Lecocq (Luik) een workshop over Judicial Control and Party Autonomy in Property Law. Sprekers waren onder anderen Navas Navarro (Barcelona), Fransis (Leuven), Akkermans (Maastricht), Muylle (Leuven), Reid (Edinburgh), Milo (Utrecht) en Nguyen Dinh (Luik) H. VOORTZETTING Het programma wordt voortgezet waarbij in toenemende mate fundamentele beginselen van goederenrecht de aandacht zullen krijgen. Tevens worden de ontwikkelingen op een Europees niveau dermate concreet dat ook hieraan meer aandacht zal moeten worden besteed. In het bijzonder kan gedacht worden aan het CFR (overdracht van vorderingen en roerende zaken, zekerheden met betrekking tot vorderingen en roerende zaken, en trusts) en de voorstellen met betrekking tot het scheppen van een geïntegreerde markt voor hypotheken (met voorstellen om te komen tot een ‘euromortgage’). Niet alleen het primaire en secondaire gemeenschapsrecht zal meer aandacht dienen te krijgen, maar ook de in belang toenemende rechtspraak van het Europese Hof van Justitie inzake de interne markt en de toepassing van de vier Europese vrijheden (vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal) en het Europese mededingingsrecht, alsmede de rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens inzake artikel 1 Eerste Protocol EVRM. Met betrekking tot fundamentele beginselen van het goederenrecht zal vooral ook de verhouding tot het verbintenissenrecht, niet in klassieke zin, maar in het Europese privaatrecht, aan de orde komen. Verder wordt steeds duidelijker dat harmonisatie van goederenrecht ook indirect kan plaatsvinden, namelijk via het i.p.r. (gedwongen erken126 Goederenrecht ning van in het nationale recht onbekende rechtsfiguren, zoals in continentaalEuropese rechtsstelsels de common law trust). Ook het snijvlak materieel recht, i.p.r. en Europees/internationaal recht zal daarom voor wat betreft het goederenrecht nader moeten worden geanalyseerd en doordacht. Het werk aan het Ius Commune Casebook Property Law, waar sinds 2003 aan wordt gewerkt, komt in 2008 tot een einde. Publicatie is voorzien in het najaar van 2008. Ter gelegenheid van de afronding en presentatie van dit casebook wordt gewerkt aan de organisatie van meerdere conferenties in 2008 en 2009 over het thema Europees goederenrecht. Organisatie van deze conferenties is in handen van Van Erp en Akkermans (beiden Maastricht). Verder bestaan concrete plannen om nieuwe conferenties en expert meetings te organiseren, met als onderwerp onder meer het Europese trustrecht. Met betrekking tot het trustrecht zal de organisatie in handen zijn van Akkermans (Maastricht), Braun (St. John's College, Oxford) en De Waal (Stellenbosch). In 2008 zullen verder Akkermans (Maastricht) en De Groot (Amsterdam) promoveren. Ten slotte zal in 2008 een Europees/internationaal tijdschrift European Review of Property Law worden opgericht, evenals een vereniging voor Europees goederenrecht. Initiatiefnemers zijn Salomons (Amsterdam) en Van Erp (Maastricht). I. KERNPUBLICATIES Als kernpublicaties worden opgevoerd de Walter van Gerven lezing van S. van Erp en de inaugurale rede van V. Sagaert. Wat betreft de Van Gerven lecture: deze heeft betrekking op fundamentele vragen van Europees goederenrecht. In zijn inaugurele rede bespreekt Sagaert de grondslagen van goederenrechtssystemen (‘Het goederenrecht als open systeem van verbintenissen? Poging tot een nieuwe kwalificatie van de vermogensrechten’) Sagaert, V. (2005). Het goederenrecht als open systeem van verbintenissen? Poging tot een nieuwe kwalificatie van de vermogensrechten. Tijdschrift voor Privaatrecht, 42(3), 983-1086. Erp, J.H.M. van (2006). European and national property law: Osmosis or growing antagonism? (Walter van Gerven Lectures, 6). Groningen: Europa Law Publishing. (25 p.) J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Erp, J.H.M. van (2005). Surety agreements and the principle of accessority – Personal security in the light of a European property law principle. European Review of Private Law, 13, 309-331. 127 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Dirix, E. (2006). Effect of Security Rights vis à vis Third Persons. In U. Drobnig, H.J. Snijders & E.-J. Zippro (Eds.), Divergences of Property Law, an obstacle to the Internal Market? (p. 69-93). Munich: Sellier European Law Publisher. Milo, J.M. (2007). Constitutionele en rechtsvergelijkende proportionaliteit in het goederenrecht. De invloed van artikel 1 Eerste Protocol EVRM. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 2, 46-55. Salomons, A.F. (2007). Deformalisation of Assignment Law and the position of the debtor in European Property Law. European Review of Private Law, 5, 639657. K. DISSERTATIES Oostrom-Streep, N. (21 december 2006). De kwalitatieve verplichting. UU Universiteit Utrecht (291 p.) (Den Haag: Boom Juridische uitgevers). Prom./coprom.: Prof. H.W. Heyman. Haentjens, M. (27 september 2007). Harmonisation of Securities Law, Custody and Transfer of Securities in European Private Law. Universiteit van Amsterdam (413 p.) (Alphen aan den Rhijn: Kluwer Law International). Prom./coprom.: Prof. C.E. Du Perron & Prof.Mr. A.F. Salomons. Wolfert, E.C.M. (6 december 2007). De kwaliteitsrekening. VU (ix + 225 p.) (Deventer: Kluwer). Prom./coprom.: Prof. C.C. van Dam & W.H.M. Reehuis. Lebon, C. (1 juni 2007). Het zakenrechtelijk statuut van schuldvorderingen, Katholieke Universiteit Leuven (700 p.) (Antwerpen: Intersentia), Prom.: Prof. M.E. Storme. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Adriaansens, C.A. & Sagaert, V. (Eds.). (2007). Ondergrondse constructies (Ius Commune Europaeum, 67). Antwerpen: Intersentia. (196 p.) Akkermans, B. (2006). The New Dutch Civil Code: the Borderline between Property and Contract. In S. van Erp & B. Akkermans (Eds.), Towards a Unified System of Land Burdens? (Ius Commune Europaeum, 59) (p. 163-183). Antwerp: Intersentia. Bartels, S.E. (2006). Grenzen van de contractsvrijheid na de implementatie van de Europese richtlijn ‘betalingsachterstand bij handelstransacties’. In M.H. Wissink & T.H.M. van Wechem (Eds.), Betalingsachterstanden bij handelstransacties (CRBS-reeks, 12) (p. 68-80). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. 128 Goederenrecht Bartels, S.E. (2006). Ook bij faillissement van de cliënt is de notaris ten aanzien van de notariële kwaliteitsrekening exclusief bevoegd. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6687, 794-796. Bartels, S.E. (2006). De Vormerkung drie jaar van kracht. Bouwrecht, 12, 1068-1077. Bartels, S.E. & Heyman, H.W. (2006). Is een huis bestanddeel van de grond; een rechtsgeleerde dialoog tussen H.W. Heyman en S.E. Bartels. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 7, 271-275. Bartels, S.E. & Heyman, H.W. (2006). Overbruggingshypotheek en Vormerkung. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6654, 121-123. Bartels, S.E. & Timmerman, L. (2006). Eén hypotheekrecht op meerdere goederen, kan dat? Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 3, 94-100. Bartels, S.E. (2007). Eigendomsvoorbehoud en zaakvorming. In N.E.D. Faber, C.J.H. Jansen & N.S.G.J. Vermunt (Eds.), Fiduciaire verhoudingen, Libellus Amicorum Prof.mr. S.C.J.J. Kortmann (Serie onderneming en recht, 41) (p. 320). Deventer: Kluwer. Bos, T.M. (2005). Grensoverschrijdende insolventieprocedures en (de aansprakelijkheid van bestuurders van) pseudo-buitenlandse vennootschappen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6638, 773-782. Bos, T.M. (2006). The interaction of Form and Substance in the European Regulation on Insolvency Proceedings. In A.F. Salomons & G.J.P. de Vries (Eds.), Pro forma? Essays on the role of Formal Rules and Formal Requirements in Private Law (p. 47-67). The Hague: Boom Juridische uitgevers. Bos, T.M. (2006). Diffusie van het Europees insolventierecht en de rol van sociale partners. Nederlands Tijdschrift voor Sociaal Recht, 21(4), 122-128. Cousy, H., Dirix, E. et al. (Eds.). (2006). Curatoren en vereffenaars: actuele ontwikkelingen. Antwerpen: Intersentia. (xxxvii + 1029 p.) Dirix, E. (2005). Herwerking: René Dekkers, Handboek Burgerlijk Recht, II. Antwerpen: Intersentia. (589 p.) Dirix, E. (2005). Het nut van de Nederlandse ervaringen voor België. In D. Heirbaut & G. Martyn (Eds.), Napoleons nalatenschap: tweehonderd jaar Burgerlijk Wetboek in België (p. 365-376). Mechelen: Kluwer. Dirix, E. (2005). Posities van schuldeisers en hun zekerheidsrechten in de kering. In Jura Falconis (Ed.), Lustrumboek 40 Jaar Jura Falconis (p. 35-50). Brussel: Larcier. 129 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Dirix, E. (2005). Historische verkenningen in het faillissementsrecht. Rechtskundig Weekblad, 212-216. Dirix, E. & Peeters, I. (2005). De hypotheek ‘voor rekening’ – een juridische bouwsteen voor de financiering van grote projecten. Rechtskundig Weekblad, 837-839. Dirix, E. & Leleu, Y.-H. (Eds.). (2006). The Belgian reports at the Congress of Utrecht of the International Academy of Comparative Law // Rapports belges au Congrès de l'Académie Internationale de Droit comparé à Utrecht/De Belgische rapporten voor het Congres van de Académie Internationale de Droit comparé te Utrecht. Brussels: Bruylant. (838 p.) Dirix, E. & Sagaert, V. (2006). De Europese Insolventieverordening. In E. Dirix (Ed.), Faillissement en Gerechtelijk Akkoord. Antwerpen: Kluwer Rechtswetenschappen. Dirix, E. (2006). Historische verkenningen in het faillissementsrecht. Rechtskundig Weekblad, 212-216. Dirix, E. & Sagaert, V. (2006). Cross-Border Insolvency in Belgian Private International Law. International Insolvency Review, 57-69. Dirix, E. (2007). Belgian report. In E.-M. Kieninger & H. Sigman (Eds.), Cross-Border Security over Tangibles (p. 221-241). Munich: Sellier European Law Publisher. Dirix, E. (2007). Functionele analyse van zekerheidsrechten. In Liber amicorum H. Vandenberghe (p. 119-128). Brugge: die Keure. Dirix, E. (2007). Verhaalsrechten van zekerheidschuldeisers en de Europese rechtscultuur. In N.E.D. Faber, C.J.H. Jansen & N.S.G.J. Vermunt (Eds.), Fiduciaire verhoudingen, Libellus amicorum prof.mr. S.C.J.J. Kortmann (Onderneming en Recht, 41) (p. 21-31). Deventer: Kluwer. Dirix, E. (2007). De kosteloze borg. Rechtskundig Weekblad, 218-223. Erp, J.H.M. van (2005). Naar een ingrijpende herziening van het Franse goederenrecht vanuit een ‘vision d'ensemble’. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 22, 350-353. Erp, J.H.M. van (2005). Naschrift. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6615, 252-255. Erp, J.H.M. van & Akkermans, B. (Eds.). (2006). Towards a Unified System of Land Burdens? (Ius Commune Europaeum, 59). Antwerp: Intersentia. (183 + xii p.) 130 Goederenrecht Erp, J.H.M. van (2006). Servitudes: The borderline between contact and (virtual) property. In Towards a unified system of land burdens? (Ius Commune Europaeum, 59) (p. 1-9). Antwerp: Intersentia. Erp, J.H.M. van (2006). Personal and real security. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 517-529). Cheltenham: Edward Elgar. Erp, J.H.M. van (2006). Comparative property law. In M. Reimann & R. Zimmermann (Eds.), The Oxford Handbook of Comparative Law (p. 10431070). Oxford: Oxford University Press. Erp, J.H.M. van (2006). Nieuw Frans zekerhedenrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6674, 537-538. Erp, J.H.M. van (2006). Naschrift bij ‘Reactie op “Nieuw Frans zekerhedenrecht”’. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6691, 868. Erp, J.H.M. van & Ioriatti, E. (2007). La tutela della proprietà nel codice civile dei Paesi Bassi (Nieuw Burgerlijk Wetboek). Milaan: Led on Line [Online]. Available from: <http://www.ledonline.it/rivistadirittoromano/bacheca/ioriatti. pdf> [01-10-2007]. (24 p.) Erp, J.H.M. van (2007). New developments in succession law. In K. BoeleWoelki & J.H.M. van Erp (Eds.), General reports of the XVIIth congress of the International Academy of Comparative Law/Rapports Généraux du XViie congrès de l'Académie Internationale de Droit Comparé (p. 73-94). Bruxelles/ Utrecht: Bruylant/Eleven International Publishing. Erp, J.H.M. van (2007). Protection of non-professional sureties under Dutch law: A fragmented approach. In A.C. Ciacchi (Ed.), Protection of non-professional sureties in Europe: formal and substantive disparity (p. 141-153). Baden-Baden: Nomos. Groot, S. de (2007). Fiduciary Transfer and Ownership. In W. Faber & B. Lurger (Eds.), Rules for the Transfer of Movables. A Candidate for European Harmonisation of national Reforms? (European Legal Studies) (p. 161-173). Munich: Sellier European Law Publishers. Haentjens, M. (2006). The Law Applicable to Indirectly Held Securities. The Plumbing of International Securities Transactions (Allen & Overy onderzoeksreeks, 3). The Hague: Sdu. (119 p.) Hamers, J.J.A. & Vliet, L.P.W. van (2005). De personenvennootschappen naar titel 7:13 BW. Doetinchem: Reed Business Information. (199 p.) Honnebier, B.P. (2005). The Cape Town Convention and the Aircraft Equipment Protocol: protecting the registered secured interests of airline lessees. Air and Space Law, xxx(1), 27-36. 131 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Honnebier, B.P. (2005). The fully-computerized International Registry for security interests in aircraft and the Aircraft Protocol that will become effective towards the beginning of 2006. Journal of air law and commerce, 1, 63-83. Jong, J. de & Spaans, M. (2005). A new approach to spatial planning projects in the Netherlands: trade-offs at regional level as a source of inspiration. In J. Jiang, L. de Bonis et al. (Eds.), 49th IFHP World Congress Urban Futures: continuities and discontinuities (p. 1-18). The Hague: IFHP. Jong, J. de (2005). Eigendom, bouwrecht en concurrentiebevordering op ontwikkelingslocaties. Bouwrecht, 6, 499-504. Jong, J. de & Vries, H.J. de (2005). Digitale ruimtelijke plannen en het recht. Bouwrecht, 8, 663-673. Jong, J. de (2007). Blijft erfpacht de moeite waard? Publiekrechtelijke randvoorwaarden van het erfpachtstelsel. In K. Voors (Ed.), RFPCHT – 111 Jaar Erfpacht Amsterdam (p. 199-213). Amsterdam: Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam. Milo, J.M. (2005). Aengaende Civiele Saken van gedaent-Gevin. In G. ten Berge et al. (Eds.), Inter Alia. Opstellen en andere bijdragen aangeboden aan Dr. Marijke van de Vrugt ter gelegenheid van haar afscheid op 1 september 2005 (p. 141-147). Utrecht: Universiteit Utrecht. Milo, J.M. (2005). Sharp v. Thomson en Burnett's Trustees v Grainger: convergentie van civil law en common law goederenrecht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 4, 152-160. Milo, J.M. (2006). Property and Real Rights. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 587-602). Cheltenham: Edward Elgar. Milo, J.M. (2006). Assignment of claims. In D. Busch et al. (Eds.), The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3) (p. 79-104). The Hague: Kluwer Law International. Milo, J.M. & Vliet, L.P.W. van (2006). Chapter 11. Assignment of Claims, general introduction. In D. Busch et al. (Eds.), The principles of European Contract Law (Part III) and Dutch Law, A Commentary II (p. 77-78). The Hague: Kluwer Law International. Milo, J.M. (2006). Over de constitutionaliteit van adverse possession, bevrijdende en verkrijgende verjaring en goederenrecht in het algemeen. Vermogensrechtelijke annotaties, 1, 72-88. 132 Goederenrecht Milo, J.M. (2007). La Recepción del Trust en Los Países Bajos (The reception of the trust in the Netherlands). In E. Arroy i Amayuelas (Ed.), El Trust en el Derecho civil (p. 203-225). Barcelona: Bosch. Milo, J.M. (2007). Timeshare in het Nederlandse recht. In A.S. Hartkamp (Ed.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht II (Serie onderneming en recht, 42-II) (p. 193-215). Deventer: Kluwer. Milo, J.M. (2007). Pye in de grote Kamer te Straatsburg: Adverse possession en privaatrecht naar de constitutionele marge van nationale autonomie. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 9, 368-372. Milo, J.M. (2007). On the constitutional proportionality of property law in the Netherlands. European Review of Private Law, 2, 251-263. Oostrom-Streep, N. (2005). De kwalitatieve verplichting als twee-eenheid? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6638, 786-788. Oostrom-Streep, N. (2006). De kwalitatieve verplichting na executoriale verkoop. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6666, 379-383. Ploeger, H.D. (2005). De eigendomsbescherming van artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM en het Nederlandse burgerlijk recht: het nationale civielrechtelijke perspectief. In T. Barkhuysen et al. (Eds.), De eigendomsbescherming van artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM en het Nederlandse burgerlijk recht (p. 105-120). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. (2005). De grenzen van superficies solo credit. In W.G. Huijgen (Ed.), 2000 jaar eigendom en beperkte rechten (p. 33-52). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. et al. (2005). Analysis of 3D property situations in the USA. In A. Abdelaal et al. (Eds.), Proceedings of the FIG Working Week 2005 and 8th International Conference on the Global Spatial Data Infrastructure (GSDI-8) ‘From Pharaohs to Geoinformatics’ (p. 1-17). Frederiksberg: FIG. Ploeger, H.D., Zevenbergen, J.A. et al. (2005). Un modelo estandar para el ambito catastral (A modular standard for the cadastral domain). In I. Duyran Boo (Ed.), CT Catastro (p. 33-54). Madrid: Direccion General del Catastro. Ploeger, H.D. (2005). Kabels en leidingen: recht op netwerk en grond. Een kritische blik op de verticale natrekking. Bouwrecht, 1, 7-14. Ploeger, H.D. & Stoter, J. (2005). 3D Kadaster en volume-percelen. Ruimtelijke verdeling van vastgoed. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6609, 113-118. 133 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Ploeger, H.D. & Stoter, J. (2005). Cadastral registration of 3D property situations; Improving cadastral registration in threedimensional (3D) property situations. Notarius International, 10(1-2), 9-18. Ploeger, H.D., Kap, A.P., Loenen, B. van & Stoter, J. (2005). Kabels en leidingen: de chaos in de bodem. Nederlands Juristenblad, 23, 1186-1191. Ploeger, H.D., Loenen, B. van & Nasarre-Aznar, S. (2005). EuroTitle: land registry standard; paving the way to a common property market. GIM International, 19(12), 34-37. Ploeger, H.D., Mijnssen, F.H.J. et al. (2006). Mr. C. Asser's handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht, goederenrecht, algemeen goederenrecht (15de druk) (Asser Serie Goederenrecht). Deventer: Kluwer. (XXXVI + 604 p.) Ploeger, H.D. & Groetelaers, D.A. (2006). My home is my castle: article 1, protocol 1 and article 8 ECHR. In B. Cernic Mali (Ed.), ENHR conference 2006: Housing in an expanding Europe. Theory, policy, implementation and participation (p. 1-17). Ljubljana, Slovenia: Urban Planning Institute of the Republic of Slovenia. Ploeger, H.D., Oosterom, P.J.M. van et al. (2006). Aspects of a 4D cadastre: a first exploration. In M. Villikka (Ed.), Shaping the Change: XXIII International FIG congress (p. 1-23). Frederiksberg: FIG Office. Ploeger, H.D. & Loenen, B. van (2006). EuroTitle: onmisbaar voor Europese vastgoedmarkt. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6677, 593-594. Ploeger, H.D. (2007). Registratie van kabels en leidingen in het Nederlandse recht. In C. Adriaansens & V. Sagaert (Eds.), Ondergrondse constructies in het Belgische en Nederlandse recht (p. 151-164). Antwerpen: Intersentia. Ploeger, H.D. & Loenen, B. van (2007). Security in real estate titles: prerequisite for an European housing market. In P. Boelhouwer, D. Groetelaers & E. Vogels (Eds.), ENHR Sustainable Urban Areas (p. 1-12). Delft: ENHR/ Onderzoeksinstituut OTB. Ploeger, H.D. & Groetelaers, D.A. (2007). Juritecture of the built environment: a different view on legal design for multiple use of land. Structural Survey, 25(3), 293-305. Ploeger, H.D. & Groetelaers, D.A. (2007). The importance of the fundamental right to property for the practice of planning: an introduction to the case law of the European Court of Human Rights on article 1, protocol 1. European Planning Studies, 15(10), 1423-1438. 134 Goederenrecht Sagaert, V. (2005). Het onderscheid tussen persoonlijke en zakelijke vorderingen. Het verjaringsregime van zakelijke vorderingen nader geanalyseerd. In I. Claeys (Ed.), Verjaring in het privaatrecht (p. 1-30). Mechelen: Kluwer. Sagaert, V. (2005). Het tontinebeding door de bril van het goederenrecht. In B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Actualia Vermogensrecht. Liber Alumnorum Kulak (p. 145-167). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2005). Kwalitatieve verbintenissen in het Belgische en Nederlandse recht. In J. Smits & S. Stijns (Eds.), De inhoud en de werking van de overeenkomst naar Belgisch en Nederlands recht (Ius Commune Europaeum, 50) (p. 341-363). Antwerpen: Intersentia. Sagaert, V. (2005). Nieuwe perspectieven op het eigendomsrecht na tweehonderd jaar Burgerlijk Wetboek. In B. Tilleman & P. Lecocq (Eds.), Zakenrecht (p. 43-85). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2005). De rol van zaakvervanging in het testamentaire erfrecht. Notariaat: notarieel en fiscaal maandblad, 181-190. Sagaert, V. & Seeldrayers, H. (2005). De Wet Financiële Zekerheden. Rechtskundig Weekblad, 1521-1550. Sagaert, V. (2006). Het verbod van erfstellingen over de hand voorbijgestreefd? Naar een moderne invulling van de beschikkingsbevoegdheid in het vermogensrecht. In F. Swennen & R. Barbaix (Eds.), Over Erven. Liber amicorum Mieken Puelinckx-Coene (p. 387-409). Mechelen: Kluwer. Sagaert, V. (2006). Het eigendomsrecht als volwaardig zekerheidsinstrument? In E. Alofs (Ed.), Insolventierecht: XXXIe postuniversitaire cyclus Willy Delva 2004-05 (p. 189-230). Mechelen: Kluwer. Sagaert, V. (2006). The fragmented system of land burdens in French and Belgian law. In S. van Erp & B. Akkermans (Eds.), Towards a unified system of land burdens? (Ius Commune Europaeum, 59) (p. 31-52). Antwerp: Intersentia. Sagaert, V. & Seeldrayers, H. (2006). De Wet Financiële Zekerheden ontleed. In C.B.R. Jaarboek 2005-06 (p. 409-473). Antwerpen: Maklu. Sagaert, V., Kieninger, E.M. & Sigman, H.C. (2006). De cessie van schuldvorderingen in het voorstel van Rome I Verordening: een kritische analyse? Financieel Forum – Bank en Financiewezen/Forum Financier – Revue Bancaire et Financière, 336-347. Sagaert, V. (2007). Ondergrondse constructies in het Belgische goederenrecht. In C. Adriaansen & V. Sagaert (Eds.), Ondergrondse constructies (Ius Commune Europaeum, 67) (p. 1-30). Antwerpen: Intersentia. 135 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Sagaert, V. (2007). Bij wijze van uitgeleide: quo vadis met ondergrondse constructies? In C. Adriaansen & V. Sagaert (Eds.), Ondergrondse constructies (p. 197-200). Antwerpen: Intersentia. Sagaert, V. (2007). Cessie van kredietovereenkomsten en van vorderingen uit kredietovereenkomst. In E. Terryn (Ed.), Handboek consumentenkrediet (p. 313-333). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2007). The protection of non-professional sureties in Belgian law. In A. Colombi-Ciacchi (Ed.), Protection of non-professional sureties in Europe: formal and substantive disparity (p. 121-139). Baden-Baden: Nomos. Sagaert, V. (2007). Rechtszekerheid bij de handel in kunstvoorwerpen. Een wankel evenwicht tussen patrimoniumbescherming en bezitsbescherming. In F. Swennen (Ed.), Kunst en recht (p. 57-72). Antwerpen: Intersentia. Sagaert, V. (2007). The French can not tame the trust. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, p. 185. Salomons, A.F. (2005). Dief wordt doorgaans wel bezitter. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6639, 803-806. Salomons, A.F. (2006). Deformalisation of Assignment law and the position of the debtor on European Property law. In A.F. Salomons & G.J.P. de Vries (Eds.), Pro forma? Essays on the role of Formal Rules and Formal Requirements in Private Law (Amsterdams Instituut voor Privaatrecht, 3) (p. 275-291). The Hague: Boom Juridische uitgevers. Salomons, A.F. (2007). Richtlijn 93/7/EEG betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht. In A.S. Hartkamp, C.H. Sieburg & L.A.D. Keus (Eds.), De invloed van het Europese recht op het Nederlandse privaatrecht. Serie Onderneming en Recht deel 42-II (Onderneming en Recht, 42-II) (p. 153-177). Deventer: Kluwer. Salomons, A.F. & Vries, G.J.P. de (Eds.). (2006). Pro forma?: Opstellen over de rol van formele regels en vormvoorschriften in het privaatrecht (Amsterdams Instituut voor Privaatrecht, 3). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (IX + 291 p.) Storme, M.E. (2005). De gevolgen van een handhavingsarrest van het Arbitragehof voor hangende gedingen. Tijdschrift voor Privaatrecht, 2004-3, 13451349. Storme, M.E. (2005). De goede trouw vereist om een voorrecht van de commissionair, retentierecht of ander vuistpandrecht te verkrijgen ondanks de onbevoegdheid van de pandgever. Rechtskundig Weekblad, 1179-1183. 136 Goederenrecht Storme, M.E. (2006). Paritas creditorum, voorrang en roerende zekerheden, deel I tot III van het preadvies voor de Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht in België en Nederland, Jaarvergadering 2006, sectie privaatrecht. Tijdschrift voor Privaatrecht, 2, 939-1100. Storme, M.E. (2007). Juridische stellagebouw die het zicht op Europa belet, geïllustreerd aan de hand van de bezitsverschaffing van financiële activa (de redactie privaat). Tijdschrift voor Privaatrecht, 3, 1249-1262. Theije, M. de (2005). De wet van 14 juni 2004 betreffende de onbeslagbare en onoverdraagbare tegoeden op zichtrekening. Rechtskundig Weekblad, 5, 721725. Theije, M. de (2005). Wijzigingen op het vlak van schuldvergelijking (Wet financiële zekerheden en de Programmawet 27 december 2004). Fare Actua, 2, 12-15. Vliet, L.P.W. van (2005). De financiëlezekerheidsovereenkomst, een tussenbalans. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, 190-204. Vliet, L.P.W. van (2006). Transfer of movable property. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 730-737). Cheltenham/UK and Northampton, MA/USA: Edward Elgar. Vliet, L.P.W. van (2006). Acquisition of a servitude by prescription in Dutch law. In S. van Erp & B. Akkermans (Eds.), Towards a Unified System of Land Burdens? (Ius Commune Europaeum, 56) (p. 53-61). Antwerp: Intersentia. Vliet, L.P.W. van (2006). Chapter 11, Assignment of Claims, Sections 3 and 4. In D. Busch, E.H. Hondius, H.J. van Kooten & H.N. Schelhaas (Eds.), The Principles of European Contract Law (PartIII) and Dutch Law, A Commentary II (p. 105-129). The Hague: Kluwer Law International. Vliet, L.P.W. van (2006). Goede trouw bij de koop van tweedehands auto's in rechtsvergelijkend perspectief. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, 191-198. Weijs, R.J. de (2006). Overwaardearrangementen, de actio Pauliana en de verdeling van zure vruchten. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6652, 82-88. Weijs, R.J. de (2006). Pauliana en onrechtmatige daad: Wederzijdse gevangenen? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6686, 761-770. 137 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Wolfert, E.C.M. (2005). Art. 3:84 lid 3 en vruchtgebruik gelegateerd onder de ontbindende voorwaarde van faillissement van de legataris of het ten aanzien van hem van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling (Privaatrecht Actueel). Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6624, 455456. Zevenbergen, J.A. et al. (2005). Further progress in the development of the core cadastral domain model. In A. Abdelaal et al. (Eds.), Proceedings of the FIG Working Week 2005 and 8th International Conference on the Global Spatial Data Infrastructure (GSDI-8) ‘From Pharaohs to Geoinformatics’ (p. 1-28). Frederiksberg: FIG. Zevenbergen, J.A. (2006). Slowly towards trustworthy land records of preexiting land rights. In T. Gollwitzer, K. Hillinger & M. Villikka (Eds.), Shaping the Change; XXIII international FIG congress (p. 1-12). Denmark: FIG Office. Zevenbergen, J.A. & Loenen, B. van (2006). One access policy for high-quality geographic information: results from a US – EU comparative study. In H. Onsrud & A. Stevens (Eds.), Proceedings of the GSDI-9 conference 2006 (p. 114). Chile: GSDI Association. Zevenbergen, J.A., Lemmen, C.H.J. et al. (2006). Further progress in the development of the core cadastral domain model. In J. Kalf (Ed.), Land administration: the path towards tenure security, poverty alleviation and sustainable development (p. 97-125). Enschede: ITC. Zevenbergen, J.A., Lemmen, C.H.J. et al. (2006). Further progress in the development of the core cadastral domain model. In C.H.J. Lemmen & P. van der Molen (Eds.), Innovative technology for land administration (p. 81-106). Frederiksberg: FIG. Zevenbergen, J.A. (2006). Trustworthiness of Land Records – The basis of Land Administration Systems. GIS Development Asia Pacific, 10(06), 30-33. Zevenbergen, J.A., Hespanha, J.P. et al. (2006). A modular standard for the cadastral domain: applications to the Portuguese cadastre. Computers, environment and urban systems, 30(5), 562-584. Zevenbergen, J.A., Oosterom, P.J.M. van, Ploeger, H.D. et al. (2006). The core cadastral domain model. Computers, environment and urban systems, 30(5), 627-660. Zevenbergen, J.A., Frank, A. & Stubkjaer, E. (Eds.). (2007). Real Property Transactions – Procedures, transaction costs and models. Amsterdam: IOS Press. (279 p.) 138 Goederenrecht Zevenbergen, J.A. & Asperen, P.C.M. van (2007). Can lessons be learnt from improving tenure security in informal settlements? In P. Boelhouwer, D. Groetelaers & E. Vogels (Eds.), ENHR Sustainable Urban Areas (p. 1-13). Delft: ENHR/Onderzoeksinstituut OTB. Zevenbergen, J.A., Ferlan, M. & Mattson, H. (2007). Pre-emption rights compared – The Netherlands, Slovenia and Sweden. In J.A. Zevenbergen, A. Frank & E. Stubkjaer (Eds.), Real Property Transactions – Procedures, transaction costs and models (p. 261-278). Amsterdam: IOS Press. Zevenbergen, J.A., Stubkjaer, E. & Frank, A. (2007). Modelling real property transactions – An overview. In J.A. Zevenbergen, A. Frank & E. Stubkjaer (Eds.), Real Property Transactions – Procedures, transaction costs and models (p. 3-24). Amsterdam: IOS Press. VAKPUBLICATIES Akkermans, B. (2005). De trust. Beschouwingen over invoering van de trust in het Nederlandse recht [Bespreking van het boek De trust. Beschouwingen over invoering van de trust in het Nederlandse Recht]. Electronic Journal of Comparative Law, 9.2. Bartels, S.E. (2005). Bewerking Losbladige Vermogensrecht, art. 3:16 t/m 3:31. Deventer: Kluwer. Bartels, S.E. (2006). Bewerking vermogensrecht artt. 3:16 t/m 3:31 BW (losbladig). Deventer: Kluwer. Bartels, S.E. (2006). Chapter 12, Substitution of New Debtor: Transfer of Contract. In D. Busch, E.H. Hondius, H. Schelhaas & H. van Kooten (Eds.), The principles of European contract law (part III) and Dutch law: a commentary II (Principles of European contract law, 3) (p. 131-144). The Hague: Kluwer Law International. Bartels, S.E. & Vermunt, N. (2006). Rapport pour les Pays-Bas. In L. Aynès (Ed.), Étude comparative et prospective du crédit bancaire (Études du Centre de recherche sur le droit des affaires) (p. 197-340). Paris: Litec. Bartels, S.E. (2006). Rechtspraak Goederenrecht 2005. Onderneming & Financiering, 2-6. Bartels, S.E. (2006). Koop van vastgoed en de Commissie Hammerstein. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 3, 89. Bartels, S.E. & Nielen, W.J.B. van (2006). Kroniek van 5 jaar insolventierecht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, 177-190. 139 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Bartels, S.E. (2007). Artt. 3:1-3:31 en 3:227-3:259. In A.C. van Schaick, C.E. du Perron & T. Hartlief (Eds.), Burgerlijk wetboek, Boeken 3, 5 en 6 (Wet & Rechtspraak). Deventer: Kluwer. Bartels, S.E. (2007). Een nog steeds niet beantwoorde vraag over derdenbeslag en onverschuldigde betaling. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 3, 87. Boele-Woelki, K. & Erp, J.H.M. van (Eds.). (2007). General Reports of the XVIIth Congress of the International Academy of Comparative Law/Rapports Généraux du XViie Congrès de l'Académie Internationale de Droit Comparé. Bruxelles/Utrecht: Bruylant/Eleven International Publishing. (xvi + 1037 p.) Bos, T.M. (2007). [Bespreking van het boek Crossing Borders: Essays in European and Private International Law in Honour of Frans van der Velden]. Netherlands International Law Review, 1, 168-173. Cousy, H. & Dirix, E. (Eds.). (2006). Insolventierecht (Themis Cahiers). Brugge: die Keure. (93 p.) Dirix, E. et al. (2005). Handels- en economisch recht in hoofdlijnen (7de editie). Antwerpen: Intersentia. (479 p.) Dirix, E., Orshoven, P. Van & Tilleman, B. (Eds.). (2005). De Valks Juridisch Woordenboek (2de editie). Antwerpen: Intersentia. (469 p.) Dirix, E. (2005). Kroniek Belgisch insolventierecht. Tijdschrift voor Insolventierecht: Onderneming, Financiering, Reorganisatie, 99-106. Dirix, E. & Corte, R. de (2006). Zekerheidsrechten (Beginselen van Belgisch privaatrecht, 12). Mechelen: Kluwer. (XXIV + 519 p.) Dirix, E. (2006). Recente arresten faillissement, gerechtelijk akkoord en zekerheden. In H. Cousy & E. Dirix (Eds.), Themis-Insolventierecht (p. 45-72). Brugge: die Keure. Dirix, E. (2007). Controle door de pandhouder van een schuldvordering en de Wet Financiële Zekerheden. Rechtskundig Weekblad, 7, 1337-1338. Erp, J.H.M. van (2005). Editorial – European private law: A European standing committee on legal terminology as a next step. Electronic Journal of Comparative Law, 9(2). Erp, J.H.M. van (2005). Editorial – Principles of European property law: A pragmatic choice between convergence and divergence. Electronic Journal of Comparative Law, 9(4). 140 Goederenrecht Erp, J.H.M. van (2005). Vorwort – A new approach to the study of law in Europe. Hanse Law Review, 1(1), 1-3. Erp, J.H.M. van & Vliet, L.P.W. van (Eds.). (2006). Netherlands reports to the seventeenth International Congress of Comparative Law. Antwerp: Intersentia. (XIII + 542 p.) Erp, J.H.M. van & Jacobs, B.C.M. (2006). Middenstandskrediet, bankwezen en het geruchtmakende faillissement van de Credietvereeniging ‘De Hanzebank’ te 's-Hertogenbosch. In E.J.F.M.C. Broers, B.C.M. Jacobs & R.C.H. Lesaffer (Eds.), Ius Brabanticum, Ius Commune, Ius Gentium. Opstellen aangeboden aan prof. mr. J.P.A. Coopmans ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag (p. 33-59). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Erp, J.H.M. van (2006). Sale does not break a lease. ‘Cour de cassation, ass. plén., arrêt No. 520 du 6 décembre 2004 – Le contrat de cautionnement qui garantit le paiement des loyers d'un immeuble donné à bail se transmet-il de plein droit, en cas de vente de cet immeuble, au nouveau propriétaire’. European Review of Private Law, 63-69. Erp, J.H.M. van & Vaquer, A. (Eds.). (2007). Introduction to Spanish patrimonial law. Granada: Dykinson. (xx + 362 p.) Erp, J.H.M. van (2007). Comparative Private Law in Practice: The Process of Law Reform. In E. Örücü & D. Nelken (Eds.), Comparative Law. A Handbook (p. 399-409). Oxford/Portland: Hart Publishers. Erp, J.H.M. van (2007). Wstepne uwagi poswiecone instytucjom dzierzawy wieczystej i prawa zabudowy w prawie niderlandzkim. In Z. Radwanskiego (Ed.), Zielona Ksiega. Optymalna wizja Kodeksu cywilnego w Rzeczypospolitej Polskiej (p. 335-342). Warsaw: Ministerstwo Sprawiedliwosci. Erp, J.H.M. van (2007). The new Dutch law of succession. In K.G.C. Reid, M.J. de Waal & R. Zimmerman (Eds.), Exploring the law of succession. Studies national, historical and comparative (Edinburgh studies in law, 5) (p. 193208). Edinburgh: Edinburgh University Press. Erp, J.H.M. van (2007). Editorial – (D)CFR, Consumer Acquis, Property Law and Euromortgage: The benefits of Unification, the Dangers of Fragmentation and the Unwanted Effect of Legal Transplants. Electronic Journal of Comparative Law, 11(4). [Online]. Available from: <http://www.ejcl.org/114/issue 114.html> [01-01-2007]. Groot, S. de (2007). Bewerking titel 5.1 Eigendom in het Algemeen. In Zakelijke Rechten (Kluwer losbladige groene serie). Deventer: Kluwer. 141 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Haentjens, M. (2007). Commentaar Wet giraal effectenverkeer. In R. Batten, K. Frielink, E.P.M. Joosen, G.T.M.J. Raaijmakers, R.P. Raas & H.M. Vletter-van Dort (Eds.), Commentaar Financieel Recht, Deel I – Wet op het financieel toezicht en Wet giraal effectenverkeer (p. 1021-1112). Den Haag: Sdu. Honnebier, B.P. (2005). [Bespreking van het boek Official Commentary to the Convention on International Interests in Mobile Equipment and Aircraft Equipment Protocol]. The International and Comparative Law Quarterly, 1, 268-273. Honnebier, B.P. (2006). De Cape Town Convention, het Aircraft Equipment Protocol en het International Registry zijn sinds 1 maart 2006 operationeel. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6661, 1-2. Honnebier, B.P. (2006). New protocols and the financing of aircraft engines, American Bar Association. Air and Space Law, 21(1), 15-16 en 26. Janssen-Jansen, L., Spaans, M. & Veen, M. van der (2007). The Netherlands: TDR-like initiatives for exchanging developments. In L. Janssen-Jansen, R. Alterman, H.E. van Rij & W.G.M. Salet (Eds.), International Academic Forum on Planning, Law and Property Rights (p. 1-18). Amsterdam: Aesop. Jong, J. de, Zevenbergen, J.A. & Loenen, B. van (2005). Toegang tot overheidsinformatie blijft onnodig zaak van professionele elite. Vastgoedinformatie Matrix, 13(4), 28-30. Milo, J.M. (2006). Rechtsvraag (327) goederenrecht. Factormaatschappij Alpha. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 4, 320. Milo, J.M. (2006). Beantwoording rechtsvraag (327). Factormaatschappij Alpha. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 10, 768-770. Milo, J.M. (2006). Recent case law, The Netherlands. European Review of Private Law, 2, 239-281. Milo, J.M. (2006). Recent case law, The Netherlands. European Review of Private Law, 4, 577-617. Milo, J.M. (2005). [Bespreking van het boek Land and Freedom. Law, property rights and the British Diaspora]. ERPL, 1, 78-81. Milo, J.M. (2005). [Bespreking van het boek Land Law in a Comparative Perspective]. ERPL, 3, 273-274. Oostrom-Streep, N. (2006). Moet de notaris nu we1 of niet dienst weigeren bij dreigende wanprestatie van een der partijen? De meest recente stand van zaken. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6675, 565-567. 142 Goederenrecht Oostrom-Streep, N. (2007). Artt. 3:259-270. In A.C. van Schaick, T. Hartlief & C.E. du Perron (Eds.), Burgerlijk wetboek, boeken 3, 5 en 6 (Wet en rechtspraak). Deventer: Kluwer. Oostrom-Streep, N. (2007). Verplichtingen tot dulden en niet-doen versus die tot een doen, ofwel: is het Nebula-arrest nu echt zo verrassend? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6720, 667-670. Oostrom-Streep, N. (2007). Proefschrift: drie stellingen. De kwalitatieve verplichting. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6726, 857859. Ploeger, H.D. (2005). Zakelijke rechten. Eigendom van onroerende zaken (titel 5.3), supplement 33. In W.M. Kleijn & A.A. Velten (Eds.), Zakelijke rechten (p. 22-1-36-2). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D., Oosterom, P.J.M. van & Stoter, J. (2005). Volumepercelen in de kadastrale registratie. Geo-info, 2(2), 84-89. Ploeger, H.D. (2006). Schenking. In W.D. Kolkman, B.E. Reinhartz et al. (Eds.), Erfrecht, tekst & commentaar (p. 453-469). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. (2007). Eigendom van onroerende zaken. In A.C. van Schaick, T. Hartlief & C.E. du Perron (Eds.), Wet en rechtspraak burgerlijk wetboek, boeken 3, 5 en 6 (p. 294-300). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. (2007). Schenking. In J.H. Nieuwenhuis, C.J.J.M. Stolker & W.L. Valk (Eds.), Burgerlijk wetboek; tekst & commentaar (p. 2849-2864). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. & Groetelaers, D.A. (2007). Privaatrecht: ook hier geldt ‘meten is weten’. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 24(7), 306-307. Ploeger, H.D. & Stoter, J. (2007). Eigendom van netwerken en het kadaster; Eerste stap in 3D eigendomsregistratie. Bouwrecht, 44(12), 1019-1025. Sagaert, V. (2005). Eigendom, burenhinder en afstanden tussen buren. In B. Hubeau & F. Voets (Eds.), Ruimtelijke Ordening voor Beginners (p. 186-201). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2005). Belgisch rapporteur van ‘Recent Case law’; bespreking van Cass. 22 april 2005, Cass. 11 maart 2004, Cass. 18 maart 2004; Cass. 23 september 2004; Cass. 29 oktober 2004 (met rapporteurs uit andere Europese landen). European Review of Private Law, 225-263. 143 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Sagaert, V. (2005). Belgisch rapporteur van ‘Recent Case law’; bespreking van Cass. 23 september 2004, 3 februari 2005, Cass. 13 januari 2005 en Cass. 7 januari 2005 (met rapporteurs uit andere landen). European Review of Private Law, 553-592. Sagaert, V. (2005). Belgisch rapporteur van ‘Recent Case law’; bespreking van Cass. 19 mei 2005, Cass. 20 juni 2005, 23 mei 2005, Cass. 23 juni 2005, Cass. 11 februari 2005 (met rapporteurs uit andere landen). European Review of Private Law, 889-934. Sagaert, V. (2006). Aandachtspunten van de verschoonbaarheid bij faillissement en de collectieve schuldenregeling. In Belgische Federatie van Notarissen (Ed.), Enkele aandachtspunten voor het notariaat. Verslagboek congres 28 september 2006 (p. 1-32). Brussel: Belgische Federatie van Notarissen. Sagaert, V. (2006). Actuele ontwikkelingen inzake erfdienstbaarheden. In H. Vandenberghe (Ed.), Themis. Zakenrecht (p. 57-87). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2006). Belgian law. In G. Moss & B. Wessels (Eds.), EU banking and insurance insolvency (p. 171-188). Oxford: Oxford University Press. Sagaert, V. (2006). Het voorrecht van de niet-betaalde verhuurder en huurwaarborg. In M. Dambre et al. (Eds.), Handboek algemeen huurrecht (Huurrecht) (p. 380-398). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2006). Huurrecht en goederenrecht. In M. Dambre et al. (Eds.), Handboek algemeen huurrecht (Huurrecht) (p. 48-61). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2006). Praktische knelpunten van de Wet Financiële Zekerheden. In E. Dirix & H. Cousy (Eds.), Themis. Insolventierecht (p. 77-97). Brugge: die Keure. Sagaert, V., Lecocq, P. & Vanbrabant, B. (2006). La notion de biens. In E. Dirix & Y.-H. Leleu (Eds.), Rapports belges pour l'Académie Internationale de Droit Comparé à Utrecht (p. 177-224). Bruxelles: Bruylant. Sagaert, V. (2006). Recent Case law. Bespreking van Cass. 23 juni 2005, Cass. 30 juni 2005, Cass. 12 oktober 2005, Cass. 1 december 2005. European Review of Private Law, 577-617. Sagaert, V., Tilleman, B. & Verbeke, A. (2007). Vermogensrecht in kort bestek. Antwerpen: Intersentia. (485 p.) Sagaert, V. (2007). De onteigening op nieuwe paden. In Liber amicorum Hugo Vandenberghe (p. 257-273). Brugge: die Keure. 144 Goederenrecht Sagaert, V. (2007). Wat als het vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking. In S. Stijns (Ed.), Themis Verbintenissenrecht (p. 71-94). Brugge: die Keure. Sagaert, V. (2007). De verkrijgende verjaring van onroerende goederen herbezocht. Een aanzet tot het debat over het verjaringsrecht. Rechtskundig Weekblad, 1582-1597. Salomons, A.F. (2006). Transfer of title concerning movables. part IV. National report: The Netherlands (Salzburger Studien zum Europäischen Privatrecht, 21). Frankfurt am Main: Peter Lang. (102 p.) Salomons, A.F. (2006). De onderzoeksplicht van de verkrijger van een tweedehands auto. N.a.v. HR 7 oktober 2005, RvdW 2005, 112 (Coppes/Van de Kolk). Vermogensrechtelijke annotaties, 3(3), 101-124. Salomons, A.F. (2007). Nieuwe regels omtrent de eigendom van roerende monumenten ingevolge de Wet op de Archeologische Monumentenzorg. Over archeologische bodemvondsten, schatvinding, toe-eigening, verkrijgende verjaring en de positie van de grondeigenaar. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6718, 613-620. Salomons, A.F. (2007). [Bespreking van het boek Vergissingen in het goederenrecht]. WPNR, 6714, 544-548. Vliet, L.P.W. van (2006). The boundaries of property rights: Netherlands national report 2006. In S. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Report to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 109123). Antwerp: Intersentia. Weijs, R.J. de & Huurdeman, N.J. (2007). Kortsluiting in schuldeiserbescherming: Over de onwenselijkheid van gelijkschakeling van de criteria van art. 47 Fw en art. 54 Fw. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6713, 511-518. Weijs, R.J. de (2007). Naar een flexibele benadering van de wetenschap van benadeling onder de Pauliana. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6726, 848-857. Zevenbergen, J.A. & Rij, H.E. (2005). Het ontwerp Wet inrichting landelijk gebied (Wilg), een eerste verkenning. Agrarisch Recht, 65(11), 676-692. Zevenbergen, J.A. & Abdulharis, R. (2006). Evaluating effectiveness of land administration in post disaster areas: the case of Banda Aceh, Indonesia. In A. Kadir Taib et al. (Eds.), Proceedings of the International Symposium on Geoinformation 2006 (p. 1-10). Shah Alam: Universiti Teknologi MARA (UiTM). 145 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Zevenbergen, J.A., Deininger, K. & Ali, D.A. (2006). Assessing the certification process of Ethiopia's rural lands. In At the frontier of land issues: social embeddedness of rights and public policy (p. 1A.2-1A.15). Montpellier: IRD, IAMM/CICHEAM, ENSAM. Zevenbergen, J.A. (2007). Beheer gemeentelijke Wkpb-administratie – Handreiking en lesmateriaal voor zelfstudie. Den Haag: Ministerie VROM en VNG. (117 p.) Zevenbergen, J.A., Abdulharis, R., Sarah, K., Hendriatiningsih, S. & Hernandi, A. (2007). Identification of customary area and land parcelling thereon: case of Kasepuhan Banten Kidul, Indonesia. In P. Boelhouwer, D. Groetelaers & E. Vogels (Eds.), ENHR Sustainable Urban Areas (p. 1-11). Delft: ENHR/ Onderzoeksintsituut OTB. Zevenbergen, J.A. & Asperen, P.C.M. van (2007). Improving tenure security in peri-urban areas through innovative land administration. In C. Kibirango (Ed.), Housing and Livelihoods (p. 1-18). Uganda: ISU/CASLE. Zevenbergen, J.A. (2007). De Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, ‘Lang verwacht, toch gekomen’. Bouwrecht, 44(7), 560-572. ANNOTATIES Bartels, S.E. (2005). Bijzondere lasten en beperkingen bij verkoop en levering van vastgoed. Vermogensrechtelijke annotaties, 29-39. Bartels, S.E. (2006). Noot bij: Gerechtshof Leeuwarden (26-10-2005), (Van der Spek q.q./Graphic Lease). JOR 2006-54. Bartels, S.E. (2007). Noot bij: HR (22-06-2007), (Actieve inning van stil verpande vordering door de curator (ING/Verdonk q.q.)). AA, p. 972-976. Bartels, S.E. (2007). Noot bij: Voorzieningenrechter Rb. 's-Gravenhage (24-082007), JOR 2007-286. Bartels, S.E. (2007). Noot bij: Gerechtshof Leeuwarden (18-10-2006), (Wals/ Wals). JBPr 2007-17. Bartels, S.E. & Kortmann, S.C.J.J. (2007). Noot bij: HR (03-11-2006), (Nebula). JOR 2007-76. Bos, T.M. (2005). Noot bij: HR (03-12-2004), (Meerderjarigenadoptie). JPF 2005-4, p. 263-265. Bos, T.M. (2007). Noot bij: Rb. Amsterdam (27-12-2006), (Van Hees q.q./ MOC AG; Toepasselijk bewijsrecht). JBPr 2007-2, p. 313-314. 146 Goederenrecht Dirix, E. (2005). Noot bij: Hof Gent (16-06-2003), (Pand handelszaak en publiciteit). R.W., p. 899-901. Dirix, E. (2005). Noot bij: Hof Gent (29-05-2002), (Grensconflicten tussen beslag en faillissement). R.W, p. 1265-1266. Fransis, R. (2007). Noot bij: Cass. (15-06-2006), (Beslag onder derden in handen van de bank en lopende verrichtingen op bankrekeningen). R.W. 20072008, p. 232-235. Jong, J. de (2006). Noot bij: HR (24-12-2004), (Kettingbeding Amsterdam). Bouwrecht 2006-43(3), p. 271-273. Milo, J.M. (2006). Noot bij: EHRM (15-11-2005), EHRC 2006-1, nr. 4, p. 3852. Milo, J.M. (2007). Noot bij: EHRM (30-08-2007), (J.A. Pye tegen het Verenigd Koninkrijk). EHRC 2007-11, p. 1195-1196 & p. 1210-1214. Oostrom-Streep, N. (2007). Noot bij: Hof 's-Hertogenbosch (26-09-2006), JOR 2007-134. Ploeger, H.D. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (01-09-2005), (Verticale natrekking en kabelschade). Bouwrecht 2006-43(7), p. 674-678. Sagaert, V. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (19-12-2002), (Onverschuldigde betaling via bankoverschrijving: wie betaalt het gelag?). T.B.B.R., p. 398-404. Sagaert, V. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (03-06-2004), (De vereniging van mede-eigenaars in een groep van appartementsgebouwen). R.W., p. 144146. Sagaert, V. (2006). Noot bij: EHRM (15-11-2005), (Prescription in French and Belgian property law after the Pye-judgment). ERPL, p. 265-272. Sagaert, V. (2006). Noot bij: Cass. (01-06-2006), (Schuldvergelijking en gerechtelijk akkoord: continuïteit creëert connexiteit). R.W. 2006, p. 565-567. Sagaert, V. (2006). Noot bij: Cass. (13-05-2005), (De overdracht van de onderneming in het gerechtelijk akkoord: naar een veralgemeende hypothecaire zuivering bij samenloopprocedures?). R.W. 2006-29, p. 1139-1141. Sagaert, V. (2007). Noot bij: Cassatie (18-05-2007), (Opstal en openbaar domein: een doorbraak). R.W. 2007, p. 737-740. Sagaert, V. (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (02-02-2007), (Het Hof van Cassatie geeft groen licht voor het minnelijk kantonnement). R.W. 2007, p. 1680-1683. 147 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Storme, M.E. & Jansen, R. (2007). Noot bij: Cass. (27-12-2006), (Zakenrechtelijke perikelen bij de verkoop van een aandeel in mede-eigendom: Molenaers revisited). T.B.B.R., p. 373-378. Theije, M. de (2005). Noot bij: Bundesgerichtshof (17-07-2003), (Set-off and retroactivity). ERPL, p. 61-65. Theije, M. de (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (27-05-2004 en 23-09-2004), C020424F + C020469F (De rechtstreekse vordering van de onderaannemer nader bekeken). TBO, p. 66-69. Theije, M. de (2005). Noot bij: Rb. Brussel (13-05-2005), (Fiscale schuldvergelijking). R.W. 2005-6, p. 1070-1072. Theije, M. de (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (18-03-2004), (Verhaalbaarheid van interesten op batig saldo na faillissement van een vennootschap). R.W. 2005-5, p. 1102-1105. Zevenbergen, J.A. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (30-06-2005 en 11-062002), Agrarisch Recht 2006-66 (11), p. 658-663. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Allemeersch, B. & Verbeke, A. (2005). Commercial Trusts – Belgian Reports. In U. Mattei & L. Smith (Eds.), Commercial Trusts in European Private Law. Cambridge: Cambridge University Press. Bergh, R. Van den (2005). Competition in Professional Services Markets: Are Latin Notaries different? (Siena Memos and Papers on Law and Economics, 40/05). Siena: Siena University [Online]. Available from: <http://www.unisi.it/ lawandeconomics/working.html> [01-11-2005]. (20 p.) Cousy, H. (2006). Beginselen van insolventierecht: enkele beschouwingen ter inleiding en duiding. In H. Cousy, E. Dirix et al. (Eds.), Curatoren en vereffenaars: actuele ontwikkelingen (p. 3-25). Antwerpen: Intersentia. Maanen, G.E. van, Reehuis, W.H.M., Heisterkamp, A.H.T. & Jong, G.T. de (2006). Het Nederlands burgerlijk recht. Deel 3 Goederenrecht. Deventer: Kluwer. (823 p.) Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 10.1. In G.E. van Maanen, W.H.M. Reehuis, A.H.T. Heisterkamp & G.T. de Jong (Eds.), Het Nederlands burgerlijk recht. Deel 3 Goederenrecht (p. 377-403). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 10.3. In G.E. van Maanen, W.H.M. Reehuis, A.H.T. Heisterkamp & G.T. de Jong (Eds.), Het Nederlands burgerlijk recht. Deel 3 Goederenrecht (p. 419-437). Deventer: Kluwer. 148 Goederenrecht Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 13. In G.E. van Maanen, W.H.M. Reehuis, A.H.T. Heisterkamp & G.T. de Jong (Eds.), Het Nederlands burgerlijk recht. Deel 3 Goederenrecht (p. 537-557). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2006). Is een gebouw bestanddeel van de grond? Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 228-231. Maanen, G.E. van (2006). [Bespreking van het boek De actio negatoria. Een studie naar de rechtsvorderlijke zijde van het eigendomsrecht]. NTBR, 7, 293294. OVERIGE PUBLICATIES Dirix, E. (2006). Recht en literatuur. Limburgs Rechtsleven, 1-28. Erp, J.H.M. van (Ed.). (2006). Nederlandse rechtsbegrippen vertaald: Frans, Engels, Duits (3de gew. druk). Den Haag: T.M.C. Asser Press. (XIV + 89 p.) Erp, J.H.M. van (2006). Voorwoord. In J.H.M. van Erp (Ed.), Nederlandse rechtsbegrippen vertaald: Frans, Engels, Duits (p. v-vii). (3de gew. druk). Den Haag: T.M.C. Asser Press. Erp, J.H.M. van (2007). Foreword/Préface. In K. Boele-Woelki & J.H.M. van Erp (Eds.), General reports of the XVIIth congress of the International Academy of Comparative Law/Rapports Généraux du XViie congrès de l'Académie Internationale de Droit Comparé (p. xiii-xvi). Bruxelles/Utrecht: Bruylant/ Eleven International Publishing. Erp, J.H.M. van (2007). Editorial – Dutch Reports to the XVIIth International Congress of Comparative Law. Electronic Journal of Comparative Law, 11(1). [Online]. Available from: <http://www.ejcl.org/111/editor111.html> [01-012007]. Erp, J.H.M. van (2007). Editorial – General Reports to the XVIIth International Congress of Comparative Law. Electronic Journal of Comparative Law, 11(3). [Online]. Available from: <http://www.ejcl.org/113/editor113.html> [01-012007]. Honnebier, B.P. (2005). Reeds vijftig jaar is binnen het Koninkrijk het luchtvervoer kostbaar. Er bestaat een grote behoefte aan minder dure vliegtuigen en tickets. In A. van Romondt et al. (Eds.), Gedenkboek 50 jaar statuut: een Koninkrijksbundel (p. 167-183). Zutphen: Walburg Pers. Honnebier, B.P. (2006). Servisch Juridisch Opleidingsinstituut zoekt samenwerking met de Nederlandse universiteiten en commerciële rechtspraktijk. Nederlands Juristenblad, 19, 1085. 149 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Jong, J. de & Welle Donker, F.M. (2007). To free or not to free... RGI-117 Geodata, van vertrekking naar toegang. Verkenning van voorwaarden en prijs. In Y. Pluijmers (Ed.), Proceedings werkconferentie, projectresultaten 2006 (p. 101-126). Rotterdam: Bedrijvenplatform Geo-informatie. Jong, J. de & Bueren, E. van (2007). Establishing sustainability: policy and Land Development. Building Research and Information, 35(5), 543-556. Jong, J. de (2007). Het exploitatieplan. Bouwrecht, 44(3), 187-189. Jong, J. de & Welle Donker, F.M. (2007). Vrijgeven van overheidsdata: belemmeringen en maatregelen. Geo-info, 9(4), 342-347. Loenen, B. van & Jong, J. de (2007). Institutions matter; The impact of institutional choices relative to access policy and data quality on the development of geographic information infrastructures. In H. Onsrud (Ed.), Research and theory in advancing spatial data infrastructure concepts (p. 215-229). Redlands CA USA: ESRI Press. Loenen, B. van & Jong, J. de (2007). SDIs and privacy: conflicting interests of the spatially enabled society. In A. Rajabifard (Ed.), Towards a spatially enabled society (p. 271-284). Melbourne: University of Melbourne. Loenen, B. van, Groetelaers, D.A., Zevenbergen, J.A. & Jong, J. de (2007). Privacy versus national security: The impact of privacy law on the use of location technology for national security purposes. In S.I. Fabrikant & M. Wachowicz (Eds.), The European Information Society: Leading the way with Geo-Information (p. 135-152). Berlin: Springer. Loenen, B. van & Zevenbergen, J.A. (2007). Privacy (regimes) do not threaten location technology development. In B. Köning-Ries (Ed.), The 8th International Conference on Mobile Data Management (MDM'07) Workshop Proceeding (p. 1-5). Mannheim: Universitat Mannheim. Ploeger, H.D. (2005). Boek 7, Titel 3, Schenking. In J.H. Nieuwenhuis et al. (Eds.), Burgerlijk Wetboek, tekst en commentaar (p. 2671-2686). Deventer: Kluwer. Ploeger, H.D. & Groetelaers, D.A. (2006). Informal settlements and fundamental rights. In T. Gollwitzer, K. Hillinger & M. Villikka (Eds.), Shaping the Change; XXIII international FIG congress (p. 1-11). Denmark: FIG Office. Theije, M. de (2005). Compensatie. Algemeen. In Artikelsgewijze commentaar voorrechten en hypotheken (losbladig). Mechelen: Kluwer. 150 Goederenrecht Zevenbergen, J.A., Abdulharis, R. & Loenen, B. van (2005). Legal aspects of access to Geo-information within Indonesian spatial data infrastructure. In J. Jiang (Ed.), The International Archives of ISPRS. Lemeer: ISPRS working groups – WG IV/1. Zevenbergen, J.A. & Abdulharis, R. (2006). Reinventing land administration at post disaster areas: case of Banda Aceh. In S.K. Pathna et al. (Eds.), Remote sensing and GIS techniques for monitoring and prediction of disasters; 2nd International Symposium on Geo-information for disaster management (p. 1-6). Ahmedabad, India: Space Application Centre. Zevenbergen, J.A. & Asperen, P.C.M. van (2006). Towards effective pro-poor tools for land administration in Sub-Saharan Africa. In T. Gollwitzer, K. Hillinger & M. Villikka (Eds.), Shaping the Change; XXIII international FIG congress (p. 1-15). Denmark: FIG Office. Zevenbergen, J.A. (2007). Toelichting op de Wet Inrichting landelijk gebied (WILG). In Wetgeving Landelijk Gebied (p. 1-62). Deventer: Kluwer. Zevenbergen, J.A., Giff, G.A. & Loenen, B. van (2007). Policies supporting sharing and reuse of GI in Norway and the UK: are they within the spirit of recent EU directives? In K. Fullerton & E. Paukenerova (Eds.), 13th EC GI&GIS Workshop: Inspire time: ESDI for the environment (p. 107-111). Ispra: European Commission Joint Research Centre. Zevenbergen, J.A. & Welle Donker, F.M. (2007). Value added GI services: Respective roles of private and public sector players. In K. Fullerton & E. Paukenerova (Eds.), 13th EC GI&GIS Workshop: Inspire time: ESDI for the environment (p. 53-56). Ispra: European Commission Joint Research Centre. 151 AANSPRAKELIJKHEID EN VERZEKERING A. VOLLEDIGE TITEL Aansprakelijkheid en verzekering B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleiders Dhr. Prof.Dr. M.G. Faure LL.M. (UM) Dhr. Prof.Mr. T. Hartlief (UM) 01-01-95 01-10-99 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Mr. A. Akkermans (VU) Dhr. Prof.Dr. H. Cousy (KUL) Dhr. Prof.Mr. I. Giesen (UU) Dhr. Prof.Mr. G.E. van Maanen (UM) 01-10-99 01-01-95 01-10-04 01-01-95 senior onderzoekers Dhr. Prof.Mr. W. van Boom (EUR) Dhr. Mr. E.H.P. Brans (VU) Dhr. Prof.Mr. C.C. van Dam (UU) Dhr. Dr. N. Frenk (VU) Mw. Prof.Mr. S. Klosse (UM) Dhr. Prof.Mr. S.D. Lindenbergh (EUR) Dhr. Mr. S.Y.Th. Meyer (VU) Dhr. Prof.Dr. J. Neethling (UNISA) Dhr. Prof.Dr. H. Nys (KUL/UM)* Mw. Prof.Dr. G. Schamps (UCL) Mw. Dr. C. van Schoubroeck (KUL) Dhr. Dr. R. Schwitters (UvA) Dhr. Prof.Mr. J. Spier (UM) Dhr. Dr. A. Van (VU) Dhr. Mr. A.J. Verheij (UU) 01-10-05 01-06-99 01-09-98 01-03-02 01-10-04 01-02-07 01-09-98 01-04-05 01-02-06 01-04-05 01-01-95 01-10-07 01-10-99 01-03-02 01-09-98 onderzoekers Dhr. Dr. M. van Dam 01-10-99 Einde 30-09-06 31-03-05 153 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Mw. Mr. H. Eijk-van Graveland (UU) Mw. Mr. E.F.D. Engelhard (UU) Dhr. Prof.Mr. Ph.H.J.G. van Huizen (UU) Dhr. Drs. N.J. Philipsen (UM)* Mw. Mr.Drs. M.S.A. Vegter (VU) Dhr. Dr. T. Vanden Borre Begin 01-01-97 04-10-03 01-01-95 01-02-06 27-09-05 01-07-01 promovendi Mw. V. Bruggeman (UM) Mw. Mr. J. van de Bunt (UL) Mw. Mr. L. Deben (LUC/UM) Dhr. Mr. E. van Dongen (UM) Dhr. D. Droshout (KUL/UM) Mw. Mr. T.A. Hekster (VU) Mw. Mr. L. Hendrix (VU) Dhr. Mr.Ing. N.J. Margetson (UvA) Mw. Mr. R. Rijnhout (UU) Dhr. Mr. L. Smeehuijzen (VU) Dhr. Mr. F. Sobczak (UM) Mw. Mr. M. Stouten (UU) Mw. Mr.Drs. M.S.A. Vegter (VU) 01-10-05 01-02-02 01-10-03 01-10-07 01-05-04 01-01-01 01-02-07 01-10-05 01-10-07 01-02-07 01-10-07 01-10-07 01-06-00 * Einde 31-05-06 31-03-05 21-12-07 26-09-05 Participeerde voorheen in het opgeheven programma ‘Consumentenrecht’ D. TREFWOORDEN Aansprakelijkheid, Schadevergoeding, Verzekering E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Leiderschap, managementstijl & communicatie Het programma wordt geleid door twee aan de Universiteit Maastricht verbonden onderzoeksleiders, Michael Faure en Ton Hartlief, die de coördinatie van de werkzaamheden binnen het programma voor hun rekening nemen. Zij onderhouden regelmatig contacten met de andere onderzoeksleiders. In beginsel is er één onderzoeksleider per betrokken instelling. Het betreft Arno Akkermans voor de Vrije Universiteit Amsterdam, Herman Cousy voor de Katholieke Universiteit Leuven, Gerrit van Maanen (eveneens Universiteit Maastricht) en sedert (2005) zijn overgang van Tilburg naar Utrecht eveneens Ivo Giesen (Universiteit Utrecht). 154 Aansprakelijkheid en verzekering Vanuit de coördinatoren wordt regelmatig via e-mailcorrespondentie met andere onderzoeksleiders overlegd over te ondernemen activiteiten, bijvoorbeeld gezamenlijke congressen of de te organiseren workshop op de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Daarnaast vinden regelmatig workshops plaats waaraan een groot deel van de bij het programma betrokken onderzoekers deelnemen. Alle onderzoekers binnen het programma treffen elkaar derhalve minstens éénmaal per jaar tijdens de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Daarnaast wordt ook in het kader van vele onderzoeksprojecten samengewerkt, in welk kader ook workshops en congressen worden georganiseerd. II. Programmaopzet Het gezamenlijk onderzoek dat in het kader van deze onderzoeksgroep wordt verricht richt zich op het blootleggen van de grondslagen van aansprakelijkheid en verzekering. De groep kenmerkt zich qua methodologie door enerzijds een gerichtheid op zowel positiefrechtelijk als fundamenteel onderzoek en anderzijds rechtsvergelijkend en multidisciplinair onderzoek. Het positiefrechtelijk fundamenteel onderzoek richt zich meer bepaald op de vraag naar de doelstellingen van aansprakelijkheid en verzekering en naar de relatie tussen aansprakelijkheid en verzekering. Daarin staat bijvoorbeeld de vraag centraal in hoeverre een uitbreidende aansprakelijkheidslast van invloed is op de verzekerbaarheid van bepaalde risico's. Omgekeerd wordt ook de vraag gesteld in hoeverre verzekerbaarheid een criterium dient te zijn bij het afbakenen van de grenzen van de aansprakelijkheid. Ten dele wordt, ter invulling van die vraag, positiefrechtelijk onderzoek verricht waarin de aandacht uitgaat naar ontwikkelingen in het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht, mede in het licht van ontwikkelingen in het buitenland en in Europa. Daarnaast wordt ook kritisch gereflecteerd op de rol van het aansprakelijkheidsrecht als compensatiemechanisme, mede in het licht van andere vergoedingssystemen (aansprakelijkheidsverzekering, directe verzekering, sociale zekerheid, compensatiefondsen). Het rechtsvergelijkend onderzoek heeft onder meer tot doel te pogen de grondslagen van het aansprakelijkheidsrecht in Europa bloot te leggen. Bij dat streven participeren de onderzoekers in verschillende Europese gremia die een gelijkaardige doelstelling hebben. Zo wordt door leden van de groep geparticipeerd in de European Group on Tort and Insurance Law, het project over the European civil code en het case-books project. De multidisciplinaire benaderingswijze bestaat in de eerste plaats in een samenwerking met rechtseconomen en verzekeringseconomen. De gedachte is dat een goed inzicht in verzekerbaarheid van aansprakelijkheid uitsluitend verkregen kan worden door ook de rechtseconomie bij de analyse te betrekken. Daarnaast wordt sinds kort ook voorzichtig bezien in hoeverre de cognitieve psychologie een inspiratiebron kan zijn voor een juiste wijze van omgaan met het aansprakelijkheidsrecht (vgl. 155 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 vooral de Utrechtse oratie van Giesen en, doch in mindere mate, de Rotterdamse oratie van Van Boom). De onderzoeksgroep streeft bovendien ook naar het verwerven van middelen vooral uit de tweede geldstroom, maar ten dele ook uit de derde geldstroom. Bij dat laatste staat de onderzoeksgroep echter steeds voor ogen dat het derdegeldstroomonderzoek ondersteunend dient te zijn voor het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek. Vereist is dan ook steeds dat onderzoeksresultaten, ook wanneer deze door externe financiering tot stand kwamen, van zodanige kwaliteit zijn dat publicatie kan plaatsvinden. De onderzoeksgroep participeert in een groot aantal tweede- en derdegeldstroomprojecten. De onderzoeksgroep is voornemens om gezamenlijk met de partners uit de onderzoekschool de uitvoering van het onderzoeksprogramma voort te zetten. In concreto betekent dit dat de aandacht zal blijven uitgaan naar congresorganisatie, gezamenlijke publicaties en publicatie van onderzoeksresultaten in peer-reviewed tijdschriften. Ook zal steeds gepoogd worden via tweede- en derdegeldstroomonderzoek extra middelen te werven. De maatschappelijke relevantie van het binnen de onderzoeksgroep uitgevoerde onderzoek behoeft nauwelijks enige toelichting. De onderzoeksgroep houdt zich bezig met rechtseconomisch (multidisciplinair) en rechtsvergelijkend onderzoek waarbij, conform de centrale probleemstelling van het programma, wordt onderzocht hoe aansprakelijkheid en verzekering kunnen worden ingezet ter preventie van ongevallen en hoe een optimale compensatie kan worden geboden aan slachtoffers van ongevallen. Door dit vergelijkend onderzoek wordt nagegaan welke de gemeenschappelijke grondslagen zijn van het aansprakelijkheidsrecht in Europa. Tegelijk wordt onderzocht in hoeverre een uitdijend aansprakelijkheidsrecht de verzekerbaarheid in gevaar brengt en of op zoek moet worden gegaan naar alternatieve mechanismen om compensatie aan slachtoffers van ongevallen te bieden. Die vragen zijn, mede gelet op enkele tragische voorvallen in de recente actualiteit, zeker maatschappelijk relevant. III. Beoogde resultaten Uit de hierboven beschreven programmaopzet volgt duidelijk dat de onderzoekers binnen dit programma aansprakelijkheid en verzekering beogen via zowel positiefrechtelijk fundamenteel onderzoek als via rechtsvergelijkend en multidisciplinair onderzoek de grondslagen van aansprakelijkheid en verzekering bloot te leggen. Deels wordt als resultaat beoogd beter inzicht te krijgen in de rol van instrumenten zoals aansprakelijkheid en verzekering bij de preventie van verschillende soorten ongevallen; daarbij wordt ook specifiek aandacht besteed aan de onderscheiden rol van aansprakelijkheid en verzekering als compensatiemechanisme naast andere vergoedingsmechanismen zoals sociale zekerheid en compensatiefondsen. Deels wordt ook beoogd door het onderzoek beter inzicht te krijgen in onderscheiden in aansprakelijkheid en verzekerings156 Aansprakelijkheid en verzekering recht in verscheidene Europese rechtsstelsels en tenslotte wordt eveneens beoogd inzicht te verkrijgen in de vraag in welke mate een harmonisatie of minstens betere afstemming van het aansprakelijkheidsrecht binnen Europa in ontwikkeling is en in welke mate zulks als wenselijk kan worden gekwalificeerd. IV. Relatie tot de onderzoeksschool Er kan zowel een inhoudelijke als een praktische relatie tussen dit programma en de onderzoeksschool Ius Commune worden blootgelegd. Op praktisch vlak zijn de lijnen met de wetenschappelijke leiding van de Ius Commune onderzoeksschool uiteraard bijzonder kort aangezien een van de coördinatoren van het programma aansprakelijkheid en verzekering tevens wetenschappelijk directeur van de Ius Commune onderzoekschool is. Dit garandeert een soepele en vlotte doorstroming van informatie vanuit de wetenschappelijke leiding van de Ius Commune onderzoekschool naar het programma en vice versa. Op inhoudelijk vlak moge duidelijk zijn dat dit programma, zoals zojuist omschreven in de opzet, een bijdrage levert aan de centrale probleemstelling van de Ius Commune onderzoeksschool. Immers, centraal in de onderzoeksschool staat de vraag welke de rol is van het recht bij internationale integratieprocessen. Precies die vraag wordt binnen dit programma onderzocht op het specifieke terrein van het aansprakelijkheidsrecht en, in verband daarmee, de beschikbare verzekeringsdekking. Die fundamentele Ius Commune vraag wordt echter niet alleen vanuit de traditionele rechtsvergelijking bekeken (onder meer door de noodzaak van harmonisatie kritisch te bestuderen), doch tevens wordt fundamenteel onderzoek verricht naar de grondslagen van het aansprakelijkheidsrecht, ook in relatie tot andere instrumenten die parallel met het aansprakelijkheidsrecht kunnen worden ingezet ter vergoeding van slachtoffers. V. Academische reputatie Vele onderzoekers uit de onderzoeksgroep participeren in internationale samenwerkingsverbanden. Hieronder zal bijvoorbeeld worden gewezen op de participatie van leden van de groep in de European Group on Tort Law. Ook in andere verbanden wordt samengewerkt zoals de Trento Group (meer bepaald is Giesen namens Nederland nationaal rapporteur voor het onderdeel personal injury compensation). Uit de publicatielijsten blijkt tevens dat vele leden van de onderzoeksgroep publiceren in multidisciplinaire en ook internationale tijdschriften met een systeem van peer review. Daarnaast zijn ook vele leden van de onderzoeksgroep (vooral de onderzoeksleiders) betrokken bij redactie van tijdschriften en worden zij ook herhaaldelijk gevraagd om contractonderzoek uit te voeren, hetzij voor de overheid (bijvoorbeeld het Ministerie van Justitie), hetzij voor betrokken maatschappelijke actoren (zoals het Verbond van Verzekeraars of de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg). Zulks kan als een indicatie van de reputatie van het programma worden beschouwd. 157 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Wat de indicaties van de reputatie van de onderzoeksgroep betreft kan in de eerste plaats worden gewezen op de wervende kracht van de onderzoeksgroep op het vlak van tweede- en derdegeldstroomonderzoek. De onderzoeksgroep is in staat gebleken enkele grote projecten (vanuit SaRO en ZON) aan te trekken. Daarenboven is de onderzoeksgroep ook in staat gebleken internationaal (vooral bij de Europese Commissie en de OESO) een wervende kracht op potentiële opdrachtverstrekkers uit te oefenen, hetgeen als een indicatie van reputatie kan worden gezien. VI. Effecten van de samenwerking De samenwerking heeft binnen dit programma de facto geleid tot vele projecten, gezamenlijke boeken en bundels, evenals conferenties die zonder de samenwerking in het kader van de Ius Commune onderzoekschool niet tot stand zouden zijn gekomen. Bijna jaarlijks wordt een gezamenlijke bundel gepubliceerd en de samenwerking in het kader van eerst het SaRO-project en vervolgens het door NWO gefinancierde Shifts in Governance-programma maken duidelijk dat ten gevolge van de samenwerking onderzoeksresultaten zijn gegenereerd die ook tot onderzoeksverbanden met anderen leiden. Bijvoorbeeld de beide genoemde (door NWO gefinancierde) projecten (SaRO en Shifts in Governance) werden uitgevoerd in samenwerking met de Universiteit van Tilburg. Bovendien kan nogmaals gewezen worden op de samenwerking met de European Group on Tort Law en het European Centre of Tort and Insurance Law (in Wenen). F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 2,85 0,20 0,60 0,23 1,20 2,95 0,20 0,43 0,30 1,20 3,13 0,30 0,20 0,30 3,43 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN I. Shifts in Governance Deels als voortzetting van het SaRO-programma participeerden verscheidene onderzoekers van het programma (onder meer Engelhard, Philipsen, Faure, Hartlief en Van Maanen) in een nieuw programma dat in samenwerking met de Universiteit van Tilburg (later: Erasmus Universiteit Rotterdam) is ontwikkeld onder het motto ‘Shifts in Governance’. Dit NWO-gefinancierd programma draagt als titel ‘The shift from civil law to public funding and backward’ en werd gecoördineerd door Willem van Boom (thans EUR) in samenwerking met 158 Aansprakelijkheid en verzekering Michael G. Faure (Maastricht). Het project had een looptijd van drie jaren en is van start gegaan op 1 april 2004 en liep dus tot 1 april 2007. Er vonden regelmatig workshops plaats en tweemaal werd ook een internationale conferentie gehouden, waarbij ook de andere onderzoekers van het programma worden betrokken. In de kern bestudeerde het programma Shifts in Governance in welke mate een verschuiving tussen private en publieke financieringssystemen heeft plaatsgevonden en wordt derhalve de relatie tussen het aansprakelijkheidsrecht, verzekering en andere financieringssystemen (zoals sociale zekerheid en compensatiesystemen) bestudeerd. Dit gebeurt op de volgende terreinen: - arbeidsongevallen en beroepsziekten; - milieu; - medische aansprakelijkheid en medische experimenten; - rampen en terrorisme. De belangrijkste resultaten van dit programma werden gepubliceerd in: ¾ Van Boom, W.H. en Faure, M. (eds.), Shifts in compensation between private and public systems, Wien New York: Springer, 2007. ¾ Faure, M. en Verheij, A. (eds.), Shifts in compensation for environmental damage, Wien New York: Springer, 2007. ¾ Klosse, S. en Hartlief, T. (eds.), Shifts in compensating work-related injuries and diseases, Wien New York: Springer, 2007. II. Gemeenschappelijke activiteiten en publicaties Verscheidene gezamenlijke publicaties en onderzoeksactiviteiten vonden de afgelopen jaren plaats. Wij wijzen ondermeer op: ¾ European Group on Tort Law (eds.), Principles of European Tort Law. Text and commentary, Wien New York: Springer, 2005. ¾ Faure, M. and Hartlief, T. (eds.), Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach, Wenen, Springer, 2006. ¾ Faure, M. and Hartlief, T., (red.), Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2006. ¾ Verscheidene leden van de onderzoekschool (en van dit programma Aansprakelijkheid en verzekering) hebben bijgedragen aan: Van Tiggelen-van 159 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 der Velde, N., Kamphuisen, J.G.C. en Lauwerier, B.K.M. (red.), Liber Amicorum Prof.Mr. J.H. Wansink, Deventer, Kluwer, 2006 (met bijdragen van onder meer Van Boom, Cousy, Faure en Hartlief en Van Schoubrouck. ¾ Op 20-21 januari 2005 werd een conferentie georganiseerd te Maastricht onder de titel Financial compensation for victims of catastrophes. Deze conferentie vormde de voortzetting van een contractonderzoek (zie infra onder 4) over de financiële vergoeding voor slachtoffers van rampen. Aan deze conferentie werd door vele onderzoekers in het programma deelgenomen. ¾ Tijdens het jaarlijks Ius Commune congres te Edinburgh op 1 december 2005 vond een workshop plaats met als thema Liability of Supervisors. ¾ Er vond een congres plaats in Leuven met als thema The Principles of European Tort Law, op 19 mei 2006. ¾ Tijdens de Ius Commune jaarvergadering te Utrecht op 30 november 2006 werd een workshop gehouden met als thema Rechtsvorming, aansprakelijkheid en verzekering in Ius Commune perspectief. Diverse onderzoekers bespraken dat thema vanuit een eigen perspectief, waarbij Giesen bijvoorbeeld reeds enkele voorlopige resultaten van zijn onderzoek voor diens latere NJV-preadvies inzake ‘Alternatieve regelgeving’ (verdedigd te Haarlem op 8 juni 2007) besprak en ter discussie voorlegde aan de groep. ¾ Op 13 juni 2007 werd er ter ere van de inaugurale rede van W.V.H. Rogers aan de UU als Wiarda-gasthoogleraar 2006 op het terrein van het ‘European Tort Law’ een expert meeting gehouden over Third Parties Losses in a Comparative Perspective onder leiding van dagvoorzitter Spier, met bijdragen van de onderzoekers Van Boom, Van Dam, Engelhard en Giesen. Dit resulteerde tevens in een gezamenlijke publicatie in de Utrecht Law Review eind 2007. ¾ Tijdens de Ius Commune jaarvergadering te Luik op 30 november 2007 werd een workshop gehouden met als thema The role of experts in establishing the amount of damage. De resultaten daarvan zullen in een themanummer van het Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht (NTBR) worden gepubliceerd en daarnaast zal ook een bundel tot stand komen onder redactie van S. Lindenbergh en G. Van Maanen. ¾ In 2007 werd door de onderzoekers van de Ius Commune Onderzoekschool geparticipeerd in een project over de rol van gedragswetenschappen in het privaatrecht (onder leiding van I. Giesen, A.J. Verheij en W.H. van Boom). Vanuit de onderzoekschool werd, naast die drie redacteuren, onder meer geparticipeerd door M. Faure, E. Engelhard en S. Lindenbergh. In de eerste helft van 2008 zullen de resultaten van een en ander in boekvorm verschij160 Aansprakelijkheid en verzekering nen (bij BJu). Het project markeert de multidisciplinaire benadering die binnen de onderzoeksschool meer en meer in zwang is geraakt. III. Contractonderzoek Rechtsvergelijkend onderzoek van griffierechtenstelsels Het WODC-onderzoek gaat na op welke wijze de wetgeving in het buitenland voorziet in een bijdrage van procederende partijen aan de kosten van de rechtspraak die door de overheid voor haar rekening wordt genomen in zaken van niet-strafrechtelijke aard. Het onderzoek wordt uitgevoerd met het oog op het verschaffen van inzicht in de relatie tussen bekostiging van de rechtspraak door bijdragen van partijen enerzijds en anderzijds: a. de hoogte van die kosten die voor rekening van de overheid blijven; b. het beroep dat op door de overheid aan zich getrokken geschilbeslechting wordt gedaan; c. de kosten die voor rekening van partijen blijven; d. de wijze waarop partijen de voor hun rekening blijvende kosten opbrengen; e. de eisen die aan de toegang tot de rechtspraak worden gesteld door art. 6 EVRM. Het rapport is beschikbaar via: <http://www.wodc.nl/images/ob242_volledige_ tekst_tcm44-59748.pdf>. Internationale Vergelijking van Beloningssystemen in Juridische Beroepen Ten gevolge van een discussie in Nederland of het actuele beloningssysteem voor juridische beroepen en, strikter genomen of een resultaat gerelateerd beloningssysteem wenselijker zou zijn, concentreert dit WODC-onderzoeksproject zich op de situatie in andere landen: verbieden zij het resultaat gerelateerd beloningssysteem of tolereren zij het, en als dat zo is onder welke voorwaarden? De kern van het onderzoek richt zich op de internationale vergelijking van beloningssystemen in juridische beroepen in 7 landen: Ierland, Verenigd Koninkrijk, Griekenland, Duitsland, België, Frankrijk en Denemarken. Het doel van dit project is de situatie te exploreren met betrekking tot dit resultaat gerelateerde beloningssysteem in de bovengenoemde landen en de mogelijke gevolgen voor het debat in Nederland. Het rapport is beschikbaar via: <http://www.wodc.nl/images/1347_volledige_ tekst_tcm44-59425.pdf>. Honoraria van Belangenbehartigers in Letselschadezaken Onderzoek in opdracht van de Stichting Personenschade Instituut van Verzekeraars (PIV). Onderzoekers: M. Faure, N. Philipsen, F. Fernhout. Onderzocht is hoe de Buitenrechtelijke Kosten (BGK) zijn geëvolueerd van 2001-2006, onder meer in vergelijking met andere parameters, zoals het indexcijfer. Op basis van een onderzoek van meer dan duizend dossiers is onder 161 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 meer inzicht verkregen in de relatie tussen het bedrag aan BGK en de totale schadevergoeding. Aansprakelijkheid van toezichthouders Cees van Dam deed in 2006 in opdracht van het WODC onderzoek naar de aansprakelijkheid van toezichthouders in Nederland en de landen om ons heen, inclusief de EU en het stelsel van het EVRM. Meer bepaald werd onderzocht in hoeverre het huidige Nederlandse systeem van aansprakelijkheid op dit vlak momenteel voldoende functioneert en of wijzigingen daarin nodig zouden zijn. Van Dam concludeert onder andere dat de huidige regels prima geschikt zijn om deze nieuwe vorm van aansprakelijkheid te reguleren en dat een immuniteit van toezichthouders niet aan de orde is. Het rapport is beschikbaar via: deel 1: <http://www.wodc.nl/images/1189_deel1_volledige%20tekst_tcm4459297.pdf>. deel 2: <http://www.wodc.nl/images/1189_deel2_volledige%20tekst_tcm4459298.pdf>. IV. Samenwerking met de European Group on Tort Law, ECTIL en Cambridge Verscheidene leden van de onderzoekschool (Akkermans, Van Boom, Cousy, Faure, Giesen, Hartlief) nemen deel aan activiteiten in het kader van het European Centre of Tort and Insurance Law en het daaraan gelieerde Research Unit for European Tort Law en participeren in de publicaties van het centre. Zo participeerden Van Boom, Cousy en Faure aan de publicatie van P. Widmer over Unification of Tort Law: Fault (The Hague, Kluwer Law International, 2005) en participeerden verschillende leden (waaronder Faure en Spier) aan het door G. Wagner geredigeerde boek Tort Law and Liability Insurance (Wien New York: Springer, 2005). Ook werd door verschillende leden (onder meer van Boom) bijgedragen aan de ECTIL publicatie onder redactie van MartinCasals over Children in Tort Law: part I: Children as Tort Feasors (Wien New York: Springer, 2006). Bovendien participeerden Van Boom en Giesen in het vanuit het ECTIL opgezette Digest project (gericht op de Engelstalige ontsluiting van nationale rechtspraak uit diverse Europese landen over thema's uit het aansprakelijkheidsrecht), waarvan het eerste deel over condicio sine qua non in 2007 verscheen. Tevens werd in 2006 een begin gemaakt met een samenwerking met Cambridge in een project over European Legal Development (o.l.v. John Bell en David Ibbetson) dat speciaal focust op het aansprakelijkheidsrecht en de ontwikkeling van ‘fault’ tussen 1850 en 2000 (Giesen, Hondius, Verheij, Van Dam, Van Maanen en Engelhard). 162 Aansprakelijkheid en verzekering Verscheidene onderzoekers participeerden ook in het door van Boom geïnitieerde project over tort law and regulatory law. In dat kader werd een conferentie bij Ectil in Wenen georganiseerd en in 2007 een bundel gepubliceerd met verscheidene bijdragen van onderzoekers van de school. H. VOORTZETTING Waar het oorspronkelijke programma voornamelijk de nadruk legde op het klassieke aansprakelijkheidsrecht en verzekering is, na de actualisering van het programma en aanpassing van de methodologische benadering, een lichte inhoudelijke bijstelling waar te nemen: - waar in een eerste periode voornamelijk rechtsvergelijkend aan aansprakelijkheidsrecht werd gedaan, waarbij de verschillen tussen aansprakelijkheidssystemen in Europa in kaart werden gebracht onderzoekt de onderzoeksgroep nu in toenemende mate ook kritisch in hoeverre een harmonisatie van aansprakelijkheidsrecht in Europa daadwerkelijk tot stand moet; dit kritische verkennen van de grenzen van harmonisatie zal ook de komende jaren verder worden gezet; - aanvankelijk werd ook vooral onderzoek gedaan naar de functie van het aansprakelijkheidsrecht, ook in relatie tot de mogelijke verzekerbaarheid. Dat onderzoek van verschillende leden van de onderzoeksgroep heeft echter tot de vraag geleid of er geen aanleiding is tot een fundamentele heroriëntering van het aansprakelijkheidsrecht: een oproep waaraan door de onderzoeksgroep gehoor zal worden gegeven (zo is er in Utrecht een aio-project van start gegaan over het nut en de noodzaak van een fundamentele herziening van het schadevergoedingsrecht voor derden); - waar oorspronkelijk voornamelijk aandacht werd besteed aan de wisselwerking tussen aansprakelijkheid en verzekering (bijvoorbeeld door onderzoek naar regres, maar ook naar de verzekerbaarheid van aansprakelijkheid) wordt thans ook in toenemende mate aandacht besteed aan de relatie tussen het aansprakelijkheidsrecht en andere vergoedingssystemen, zoals het sociale zekerheidsrecht, maar ook compensatiefondsen. Specifiek bij nieuwe risico's en grootschalige schadegevallen zoals rampen rijst de vraag naar de specifieke functie van het aansprakelijkheidsrecht vergeleken met andere compensatiesystemen. Juist daarom zoekt de onderzoeksgroep steeds meer samenwerking met sociale zekerheidsjuristen; - deze multidisciplinaire is ook voortgezet bij de zoektocht naar de functies van het aansprakelijkheidsrecht. Bijvoorbeeld bij het zoeken naar de rol van het aansprakelijkheidsrecht bij de verwerking van persoonlijk leed wordt ondermeer door samenwerking met psychologen nagegaan welke gevolgen een schadegeval voor een slachtoffer heeft en in welke mate het aansprakelijkheidsrecht daaraan tegemoet kan komen. In dit verband kan ook worden 163 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 gewezen op het door Akkermans en collegae uitgevoerde onderzoek, waarbij de behoeften van slachtoffers werden geïnventariseerd; Dit maakt duidelijk dat ook een samenwerking met medici en meer bepaald een onderzoek naar de medische expertise noodzakelijk is. In toenemende mate wordt dan ook aandacht besteed aan de rol van deskundigen voor de beoordeling van aansprakelijkheid en verzekering. Traditioneel werd dit door vele leden van de onderzoeksgroep reeds onderzocht in het kader van causaliteitsvragen, toch thans wordt ook in ruimer kader aan de (medische) expertise aandacht besteed. I. KERNPUBLICATIES De gekozen kernpublicaties bieden een beeld van het type onderzoek dat binnen de onderzoeksgroep wordt verricht. De bundels bevatten bijdragen van verschillende leden uit de onderzoeksgroep vanuit de diverse faculteiten. Daarenboven behandelen de bundels belangrijke thema's vanuit een grensverleggend perspectief. Faure, M.G. & Hartlief, T. (Eds.). (2006). Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach. Wien New York: Springer. (466 + xvi p.) Boom, W.H. van & Faure, M.G. (Eds.). (2007). Shifts in Compensation between Private and Public Systems (Tort and Insurance Law, 22). Wien New York: Springer. (vii + 246 p.) J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Giesen, I. (2005). Toezicht en aansprakelijkheid. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de rechtvaardiging voor de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van toezichthouders ten opzichte van derden (Recht en Praktijk, 132). Deventer: Kluwer. (XII + 251 p.) Boom, W.H. van (2006). Efficacious Enforcement in Contract and Tort (Inaugurele rede Erasmus Universiteit, 21 april 2006). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (63 p.) Dam, C.C. van (2006). European Tort Law. Oxford: Oxford University Press. (LVIII + 538 p.) Hartlief, T. & Klosse, S. (Eds.). (2007). Shifts in compensating work-related injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20). Wien New York: Springer Verlag. (ix + 236 p.) 164 Aansprakelijkheid en verzekering K. DISSERTATIES Vegter, M.S.A. (26 september 2005). Vergoeding van psychisch letsel door de werkgever. Vrije Universiteit (756 p.) (Den Haag: Sdu). Prom./coprom.: Prof. A. Akkermans & Prof. G.J.J. Heerma van Voss. Deben, L. (21 december 2007). De optimale inrichting van de verkeersboete in België en Nederland vanuit een strafrechtelijk en bestuursrechtelijk perspectief. Een juridische en rechtseconomische analyse (xxi + 405 p.) (Antwerpen: Intersentia). Prom/coprom.: Prof. M.G. Faure & Prof. L. Vereeck. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Akkermans, A. (2005). Proportional liability in cases of lung cancer. In S.P. McGriffen (Ed.), The Polluter pays. Notes from the international conference on asbestos held in Amsterdam in May, 2004 (p. 131-134). Hoorn: Comité Asbestslachtoffers. Akkermans, A. (2005). Verbeterde vraagstelling voor medische expertises. Een inventarisatie van knelpunten, verbeteringen en mogelijke verdere aanpak. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 2005-3, 69-80. Akkermans, A., Van, A.J. & Elferink, M.H. (2005). Verbetering van het medische traject: De activiteiten van de Projectgroep medische deskundigen in de rechtspleging en de IWMD. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 4, 116-121. Akkermans, A. (2006). Verbetering van het medische traject. In J. Smit (Ed.), Kwaliteitsverbetering van het letselschadetraject: inleidingen gehouden op het symposium van de Vereniging van Letselschade Advocaten 2006 (Letselschadereeks, 17) (p. 53-65). Den Haag: Sdu. Akkermans, A. & Orsouw, E.M. van (2006). Nu is het er dan toch echt: het nieuwe verzekeringsrecht. In M.M. MacLean (Ed.), Nieuw verzekeringsrecht. De wettelijke regeling per 1 januari 2006 (p. 14-32). Amsterdam: Kennedy Van der Laan. Akkermans, A.J. (2007). Meer aandacht voor emotionele dimensie komt herstel van het slachtoffer ten goede. PIV-Bulletin, 7, 1-6. Akkermans, A.J. & Groot, G. (2007). Schadevaststelling, bewijslastverdeling en deskundigenbericht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 501-509. 165 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Akkermans, A.J. & Hendrix, L.G.J. (2007). Causaliteitsonzekerheid bij informed consent. Beschouwingen naar aanleiding van Chester v. Afshar. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, 7, 498-515. Akkermans, A.J. & Wees, K.A.P.C. (2007). Het letselschadeproces in therapeutisch perspectief. Hoe door verwaarlozing van zijn emotionele dimensie het afwikkelingsproces van letselschade tekortschiet in het nastreven van de eigen doeleinden. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 4, 103-118. Akkermans, A.J., Wees, K.A.P.C., Huver, R.M.E. & Elbers, N.A. (2007). Meer dan geld alleen. Resultaten van een onderzoek naar behoeften, verwachtingen en ervaringen van slachtoffers en hun naasten met betrekking tot het civiele aansprakelijkheidsrecht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 56, 852-861. Boom, W. van (2005). Fault under Dutch Law. In P. Widmer (Ed.), Unification of Tort Law: Fault (p. 167-178). The Hague: Kluwer Law International. Boom, W. van (2005). 29 955: een klein wetsvoorstel dat grote ergernis teweeg brengt. Nederlands Juristenblad, 12, 635-636. Boom, W. van (2005). Een uiting van maatschappelijke betrokkenheid. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 2(11), 60-67. Boom, W. van (2005). Some remarks on the Decline of Rylands v Fletcher and the Disparity of European Strict Liability Regimes. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 3, 618-637. Boom, W.H. van et al. (Eds.). (2006). Eenvormig bedrijfsrecht: realiteit of utopie? (Rotterdam Institute of Private Law, 1). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (VIII + 380 p.) Boom, W.H. van (2006). Children as victims under Dutch law. In M. MartínCasals (Ed.), Children in Tort Law Part II: Children as Victims (Tort and insurance law, 17 and 18) (p. 175-189). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van (2006). Children as tortfeasors under Dutch law. In M. Martín-Casals (Ed.), Children in Tort Law: Part I: Children as Tortfeasors (Tort and insurance law, 17 and 18) (p. 291-309). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van (2006). Compensatie bij geboorteschade – verschuivingen van aansprakelijkheid naar alternatieve vergoedingsarrangementen. In M. Buijsen (Ed.), Onrechtmatig leven? Opstellen naar aanleiding van Baby Kelly (p. 181230). Nijmegen: Valkhof Pers. Boom, W.H. van (2006). Compensating and preventing damage: is there any future left for tort law? In H. Tiberg (Ed.), Essays on tort, insurance, law and society in honour of Bill W. Dufwa (p. 287-293). Stockholm: Jure Förlag AB. 166 Aansprakelijkheid en verzekering Boom, W.H. van (2006). Oublié d’assurer, obligé de compenser? Enige opmerkingen over aansprakelijkheid van de werkgever wegens het niet verzekeren van zijn werknemer. In N. van Tiggele-van der Velde et al. (Eds.), De Wansink-bundel: van draden en daden: liber amicorum prof. mr. J.H. Wansink (Serie verzekeringsrecht) (p. 61-72). Deventer: Kluwer. Boom, W.H. van & Doorn, C.J.M. van (2006). Productaansprakelijkheid en productveiligheid. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (p. 261-280). Zutphen: Paris. Boom, W.H. van & Kottenhagen, R.J.P. (2006). De Richtlijn oneerlijke bedingen en haar plaats in het Nederlandse recht. In W. van Boom et al. (Eds.), Eenvormig bedrijfsrecht: realiteit of utopie? (Rotterdam Institute of Private Law, 1) (p. 181-230). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Boom, W.H. van (2006). Compensatie voor geboorteschade – van aansprakelijkheid naar ‘no-fault’? Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 1, 8-24. Boom, W.H. van (2006). Financiële toezichtwetgeving en nietige overeenkomsten. Vermogensrechtelijke annotaties, 1, 1-36. Boom, W.H. van, Lindenbergh, S.D. & Pape, S.B. (Eds.). (2007). Privaatrecht ondersteund – Doelen, baten, kosten en effecten van bijzondere ondersteuning door de overheid van privaatrechtelijke handhaving. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (239 p.) Boom, W.H. van, Lukas, M. & Kissling, C. (Eds.). (2007). Tort and Regulatory Law (Tort and Insurance Law, 19). Wien New York: Springer. (xi + 477 p.) Boom, W.H. van (2007). On the Intersection between Tort Law and Regulatory Law – A Comparative Analysis. In W.H. van Boom, M. Lukas & C. Kissling (Eds.), Tort and Regulatory Law (Tort and Insurance Law, 19) (p. 419-448). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van & Faure, M.G. (2007). Introducing Shifts in Compensation between Private and Public Systems. In W.H. van Boom & M. Faure (Eds.), Shifts in Compensation between Private and Public Systems (Tort and Insurance Law, 22) (p. 1-27). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van & Faure, M.G. (2007). Concluding Remarks. In W.H. van Boom & M. Faure (Eds.), Shifts in Compensation between Private and Public Systems (Tort and Insurance Law, 22) (p. 219-236). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van & Pinna, A. (2007). Shifts from Liability to Solidarity: The Example of Compensation of Birth Defects. In W.H. van Boom & M.G. Faure (Eds.), Shifts in Compensation between Private and Public Systems (Tort and Insurance Law, 22) (p. 143-180). Wien New York: Springer. 167 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Boom, W.H. van, Lindenbergh, S.D. & Pape, S.B. (2007). Inleiding. In W.H. van Boom, S.D. Lindenbergh & S.B. Pape (Eds.), Privaatrecht ondersteund – Doelen, baten, kosten en effecten van bijzondere ondersteuning door de overheid van privaatrechtelijke handhaving (p. 1-12). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Boom, W.H. van (2007). Effectuerend handhaven in het privaatrecht. Nederlands Juristenblad, 16, 982-991. Boom, W.H. van, Doorn, C.J.M. van, Pape, S.B., Sujecki, B. & Tuil, M.L. (2007). Informatie en financiële dienstverlening aan consumenten. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 3, 75-82. Borry, P., Nys, H. & Dierickx, K. (2007). Carrier testing in minors: conflicting views. Nature Review Genetics, 8, 828. Borry, P., Goffin, T., Nys, H. & Dierickx, K. (2007). Attitudes regarding carrier testing in incompetent children. A survey of European clinical geneticists. European Journal of Human Genetics, 15, 1211-1217. Borry, P., Stultiëns, L., Nys, H. & Dierickx, K. (2007). Attitudes towards predictive genetic testing in minors for familial breast cancer: a systematic review. Critical Reviews in Oncology Hematology, 64, 173-181. Brans, E.H.P. (2005). De EU-richtlijn Milieuaansprakelijkheid. In R. Mellenbergh & R. Uylenburgh (Eds.), Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur (p. 33-56). Groningen: Europa Law Publishing. Brans, E.H.P. (2005). Liability for Damage to Public Natural Resources under the 2004 EC Environmental Liability Directive. European Environmental Law Review, 90-109. Brans, E.H.P. (2006). De positie van de vervuiler onder de vernieuwde Wet bodembescherming. Tijdschrift voor Milieuschade en Aansprakelijkheid, 2, 4345. Brans, E.H.P. (2007). Het wetsvoorstel tot implementatie van de EU richtlijn Milieuaansprakelijkheid (2004/35/EG). Milieu en Recht, 34(9), 536-545. Bruggeman, V., Faure, M.G. & Hartlief, T. (2007). Verplichte verzekering in België. Bulletin des Assurances. Tijdschrift voor Verzekeringen, 361, 387-402. Callens, S., Volbragt, I. & Nys, H. (2007). Legal thoughts on the implications of cost-reducing guidelines for the quality of health care. Health Policy, 83, 422-431. 168 Aansprakelijkheid en verzekering Cousy, H. (2005). Het regres van de eindverkoper en andere aansprakelijkheidsvorderingen. In S. Stijns & J. Stuyck (Eds.), Het nieuwe kooprecht. De wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen (p. 129-145). Antwerpen: Intersentia. Cousy, H. (2005). Het voorzorgsbeginsel: een confrontatie van recht, wetenschap, technologie en verzekering. In Lustrumboek 40 jaar Jura Falconis (Jura Falconis Libri) (p. 1-12). Brussel: Larcier. Cousy, H. & Droshout, D. (2005). Fault under Belgian Law. In P. Widmer (Ed.), Unification of Tort Law (Principles of European tort law, 10) (p. 27-51). The Hague: Kluwer Law International. Cousy, H. (2006). Drei Bemerkungen zu gegenwärtigen Tendenzen des europäischen Versicherungsvertragsrechts. In E. Lorenz (Ed.), Karlsruher Forum 2005: Schuldrechtsmodernisierung – Erfahrungen seit dem 1. Januar 2002 (VersR-Schriftenreihe, 34) (p. 218-223). Karlsruhe: Verlag Versicherungswirtschaft GmbH. Cousy, H. (2006). Insurance Law. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 312-324). Cheltenham: Edward Elgar. Cousy, H. (2006). Le droit des assurances en Belgique ou la question de savoir si le beau ou le mauvais temps à Paris influence toujours celui de Bruxelles (en tant que capitale de la Belgique). In H. Cousy, B. Tilleman, A. Verbeke & L. Thévenoz (Eds.), Droit des contrats: France, Suisse, Belgique (Contrats & Patrimoine) (p. 313-333). Bruxelles: De Boeck & Larcier. Cousy, H. (2006). The future of insurance contract law: towards a ‘rapprochement’ of insurance contract law and the rules of conduct in financial services. In New Trends in the Law of Insurance Contracts, International Congress of Athens. (p. 12-20). Athens: A.N. Sakkoulas Editions. Cousy, H. (2006). ‘L'arroseur arrosé’ ou quelques considérations sur la responsabilité civile des autorités de surveillance du secteur financier. In M. Asselain, J.-L. Aubert & C. Belleau (Eds.), Responsabilité civile et assurances Etudes offertes à Hubert Groutel (Litec – JurisClasseur) (p. 105-117). Paris: Litec/ LexisNexis. Cousy, H. (2006). Le spleen de Paris and The Art of Harmonisation and Restatement. In H. Tiberg (Ed.), Essays on Tort, Insurance, Law and Society in honour of Bill W. Dufwa (p. 355-365). Stockholm: Jure Förlag AB. Cousy, H. & Schoubroeck, C. van (2006). The influence of scientific and technological innovations on personal insurance (Belgian report). XII AIDA World Conference on Insurance Law: Buenos Aires (2006, oktober 16 – 2006, oktober 19). Available from: <http://www.aidaargentina.com.ar> [31-10-2006]. 169 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cousy, H. (2006). El principio de precaución y sus relaciones con el derecho de seguros. Ibero-Latinoamericana de Seguro, 23, 11-31. Cousy, H. & Schoubroeck, C. Van (Eds.). (2007). Discriminatie in verzekering – Discrimination et Assurance. Antwerpen/Brussel: Maklu Uitgevers/Academia Bruylant. (294 p.) Cousy, H., (2007). Het herkwalificatiedebat vanuit verzekeringstechnische hoek bekeken. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 71-79). Herentals: Knops Publishing. Cousy, H. (2007). Pikante details over een beruchte driehoeksverhouding: de rechtstreekse vordering in de aansprakelijkheidsverzekering. In Aansprakelijkheid, aansprakelijkheidsverzekering en andere schadevergoedingssystemen, 2006-2007 (Gandaius – Postuniversitaire Cyclus Willy Delva) (p. 417-455). Mechelen: Kluwer Rechtswetenschappen. Cousy, H. & Droshout, D. (2007). De ‘Principles of European Tort Law’ (PETL) – Proeve van een Nederlandstalige versie. In A. Alen, E. Dirix, W. Pintens & P. Senaeve (Eds.), Feestbundel Hugo Vandenberghe (p. 71-89). Brugge: die Keure. Cousy, H. (2007). El fin del seguro? Consideraciones sobre el seguro privado y sus fronteras. Foro de Derecho Mercantil: Revista Internacional, 14, 7-29. Cousy, H. (2007). Gedragsnormen: een nieuwe rechtsbron in het financiële recht. Le droit des affaires // Het ondernemingsrecht, 82, 253-257. Cousy, H. (2007). Komt er dan toch een Europese harmonisatie van het verzekeringscontractenrecht? Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 8, 741746. Dam, C.C. van (2005). Dutch Case Law on the EU Product Liability Directive. In D. Fairgrieve (Ed.), Product Liability in Comparative Perspective (p. 126137). Cambridge: Cambridge University Press. Dam, C.C. van (2005). De directe actie in het nieuwe verzekeringsrecht. Verkeersrecht: Juridisch Maandblad Betreffende het Wegverkeer, 53, 101-106. Dam, C.C. van (2006). Aansprakelijkheid van Toezichthouders. Een analyse van de aansprakelijkheidsrisico's voor toezichthouders wegens inadequaat handhavingstoezicht en enige aanbevelingen voor toekomstig beleid. London: British Institute of International and Comparative Law. (309 p.) Dam, C.C. van (2006). Toezicht. Interventie bij het preadvies van prof. mr A.A. van Rossum (10 juni 2005). In Handelingen Nederlandse Juristen-Vereniging, 135(2). (p. 25-28). Deventer: Kluwer. 170 Aansprakelijkheid en verzekering Dam, C.C. van (2006). Het nieuwe verzekeringsrecht en het Indemniteitsbeginsel. Verkeersrecht: Juridisch Maandblad Betreffende het Wegverkeer, 5, 133-136. Dam, C.C. van, Sterk, C.H.W.M. & Wassenaer, G.M. van (2006). 100 Jaar Wegenverkeerswetgeving. De invloed van verkeersarresten op het algemene aansprakelijkheidsrecht. Verkeersrecht: Juridisch Maandblad Betreffende het Wegverkeer, 11, 347-354. Dam, C.C. van (Ed.). (2007). Aansprakelijkheid van de wegbeheerder. Den Haag: ANWB. (224 p.) Dam, C.C. van (2007). De gemiddelde consument in Europa: een pluriforme verschijning. In D. Busch & H.N. Schelhaas (Eds.), Vergelijkender Wijs (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 59-73). Deventer: Kluwer. Dam, C.C. van (2007). European Tort Law and the Many Cultures of Europe. In T. Wilhelmsson, E. Paunio & A. Pohjolainen (Eds.), Private Law and the Many Cultures of Europe (p. 57-80). The Hague: Kluwer Law International. Dam, C.C. van (2007). Inleiding. In C.C. van Dam (Ed.), Aansprakelijkheid van de wegbeheerder (p. 9-12). Den Haag: ANWB. Dam, C.C. van & Budaite, E. (2007). The Statutory Frameworks and General Rules on Unfair Commercial Practices in the 25 EU Member States on the Eve of Harmonisation. In C. Twigg-Flesner, D. Parry, G. Howells & A. Nordhausen (Eds.), The Yearbook of Consumer Law 2008 (p. 107-139). Aldershot: Ashgate. Dam, C.C. van (2007). Aansprakelijkheid van de Europese Commissie en de NMa voor falend toezicht op fusies en overnames. Naar aanleiding van GEA 11 juli 2007, Zaak T-351/03 (Schneider Electric/Commissie). Nederlands tijdschrift voor Europees recht, 272-283. Dam, C.C. van (2007). Aansprakelijkheid van de wegbeheerder in Engeland, Frankrijk en Duitsland. Verkeersrecht, 55, 404-407. Dam, C.C. van, Engelhard, E.F.D. & Giesen, I. (2007). Third Party Losses in a Comparative Perspective – Three Short Lectures in Honour of W.H.V. Rogers. Utrecht Law Review, 3(2), 70-100. [Online]. Available from: <http://www. utrechtlawreview.org/publish/articles/000046/article.pdf> [01-06-2007]. De Bauw, M., Decock, G., D'Hanis, H., Janssens, V., Nys, H., Peeters, E., Vancorenland, K. & Vandemoortel, J. (2007). Recht voor Verpleegkundigen en Vroedvrouwen. Mechelen: Kluwer. (501 p.) Deben, L. & Vereeck, L.M.C. (2007). Naar een nieuw sanctioneringsmodel in het verkeer: welke weg inslaan? Verkeer, aansprakelijkheid en verzekering, 1, 1-7. 171 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Engelhard, E.F.D. (2006). Kroniek Schadevergoedingsrecht. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 14-28. Engelhard, E.F.D. (2007). Shifts of Work-Related Injury Compensation. Background Analysis: The Concurrence of Compensation Schemes. In T. Hartlief & S. Klosse (Eds.), Shifts in compensating work-related injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20) (p. 9-82). Wien New York: Springer Verlag. Faure, M.G. (2005). Economic Analysis of Fault. In P. Widmer (Ed.), Unification of Tort Law: Fault (p. 311-330). The Hague: Kluwer Law International. Faure, M.G. (2005). Financial compensation in case of catastrophes: a European law and economics perspective. In H. Koziol & B.C. Steininger (Eds.), European Tort Law 2004 (p. 2-27). Wien New York: Springer. Faure, M.G. (2005). Risicodifferentiatie als eis van maatschappelijk verantwoord ondernemen. In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Noodzaak, plicht of wenselijkheid van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Een multi-disciplinaire verkenning (p. 153-168). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. (2005). The view from law and economics. In G. Wagner (Ed.), Tort Law and Liability Insurance (p. 239-273). Wien New York: Springer. Faure, M.G. (2005). Solidariteit en individualisering in private verzekering en sociale zekerheid. Nederlands Juristenblad, 1786-1791. Faure, M.G. & Hartlief, T. (Eds.). (2006). Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (180 + xvii p.) Faure, M.G. (2006). Accident Compensation. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 1-17). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. (2006). Solidarity versus Differentiation in Insurance Contracts. In H. Tiberg et al. (Eds.), Essays on Tort, Insurance, Law and Society in Honor of Bill W. Dufwa (p. 445-456). Stockholm: Jure Förlag. Faure, M.G. (2006). Comparative and Policy Conclusions. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach (p. 389-452). Wien New York: Springer. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Introduction. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach (p. 1-6). Wien New York: Springer. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). The Netherlands. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financial Compensation for Victims of Catastrophes. A Comparative Legal Approach (p. 195-226). Wien New York: Springer. 172 Aansprakelijkheid en verzekering Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Inleiding. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland (p. 1-7). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Rechtsvergelijking. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland (p. 81121). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Analyse. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland (p. 123-158). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Compensatie voor Beroepsziekten en de Zorg voor betere Arbeidsomstandigheden. In S. Klosse et al. (Eds.), Arbeid en Gezondheid. Schipperen tussen Verantwoordelijkheid en Bescherming. Had Geers het geweten! (p. 179-196). Maastricht: UPM. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Samenvatting en aanbevelingen. In M. Faure & T. Hartlief (Eds.), Financiële voorzieningen na rampen in het buitenland (p. 159-171). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). The Netherlands. In H. Koziol & B.C. Steininger (Eds.), European Tort Law (p. 414-443). Wien New York: Springer. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Verplichte verzekering. In N. VantiggeleVan der Velde, J.G.C. Kamphuizen & B.K.M. Lauwerier (Eds.), De Wansink bundel. Van draden en daden (p. 223-246). Deventer: Kluwer. Faure, M.G. (2006). Economic Criteria for Compulsory Insurance. Geneva Papers on Risk and Insurance Theory, 31, 149-168. Faure, M.G. & Bergh, R. van den (2006). Compulsory Insurance of loss to property caused by natural disasters: competition or solidarity? World Competition, 29(1), 25-54. Faure, M.G., Fenn, P. & Young, R. (2006). Defenses in negligence: implications for tort feasor care. International Review of Law and Economics, 26, 6787. Faure, M.G., Hartlief, T. & Philipsen, N.J. (2006). Funding of personal injury litigation and claims culture: Evidence from the Netherlands. Utrecht Law Review, 2(2), 1-21. Faure, M.G. (2007). Economic Analysis of Tort and Regulatory Law. In W.H. van Boom, M. Lukas & C. Kissling (Eds.), Tort and Regulatory Law (Tort and Insurance Law, 19) (p. 399-415). Wien New York: Springer. 173 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Faure, M.G. (2007). Verzekeringen. In W.C.T. Weterings (Ed.), De economische analyse van het recht (p. 109-117). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. (2007). Strafrecht. In W.C.T. Weterings (Ed.), De economische analyse van het recht (p. 141-155). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Bruggeman, V. (2007). Causal Uncertainty and Proportional Liability. In L. Tichy (Ed.), Causation in Law (p. 105-121). Praag: Univerzita Carlova. Faure, M.G. (2007). Compensation for Occupational Diseases and the Importance of Prevention: A Law and Economics Perspective. European Journal of Social Security, 9, 127-168. Faure, M.G. (2007). Is Risk Differentiation on European Insurance Markets in Danger. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 14, 83-100. Faure, M.G., Young, R. & Fenn, P. (2007). Multiple Tortfeasors: An Economic Analysis. International Review of Law and Economics, 3(1), 111-132. Frenk, N (2005). De wet collectieve afwikkeling massaschade en de aandelenlease-affaire. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6630, 593594. Frenk, N (2005). Subrogatie in het nieuwe verzekeringsrecht (art. 7:962 BW). Verkeersrecht: Juridisch Maandblad Betreffende het Wegverkeer, 265-268. Frenk, N (2005). Vie d’Or, aandelenlease en de reikwijdte van het collectief actierecht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 296-300. Frenk, N (2005). Ziekenfonds of particulier? Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 443-445. Frenk, N (2005). Voortschrijdend inzicht? (Reactie op het artikel van S.D. Lindenbergh, NJB 2005, p. 841 e.v.). Nederlands Juristenblad, 1295-1296. Frenk, N. (2006). Naar echte eigen schuld? Over toerekening aan de benadeelde in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. (Inaugurele rede Vrije Universiteit Amsterdam, 10 februari 2006). Amstelveen: deLex. Frenk, N. (2006). Aansprakelijkheid, verzekering en verjaring. In N. Van Tiggele-van der Velde, J.G.C. Kamphuisen & B.K.M. Lauwerier (Eds.), De Wansink-bundel: van draden en daden: liber amicorum prof. mr. J.H. Wansink (Verzekeringsrecht) (p. 247-259). Deventer: Kluwer. Frenk, N. (2006). Hoofdstuk 22. Collectieve acties. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek Consumentenrecht (p. 449-470). Zutphen: Paris. 174 Aansprakelijkheid en verzekering Frenk, N. (2006). Naar echte eigen schuld? Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 41-47. Frenk, N. (2006). Utopische wetgeving en verzekerbaarheid. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 108-117. Frenk, N. (2006). Definitieve afwikkeling van de DES-zaak in zicht. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 149-153. Frenk, N. (2006). Het nieuwe verzekeringsrecht: invloed op en afstemming met het pensioenrecht. Tijdschrift voor Pensioenvraagstukken, 123-128. Frenk, N. & Salomons, F.R. (2006). De directe actie: verbetering van de mogelijkheden van slachtoffers om hun schade vergoed te krijgen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6658, 200-209. Frenk, N. & Salomons, F.R. (2006). Het nieuwe verzekeringsrecht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 380-384 & 439-443. Gastmans, C., Dierickx, K., Nys, H. & Schotsmans, P. (Eds.). (2007). New Pathways for European Bioethics. Antwerp: Intersentia. (224 p.) Giesen, I. (2005). Handle with care! De waarschuwingsplicht in het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht. (Inaugurele rede Universiteit Utrecht, 9 november 2005) Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (97 p.) Giesen, I. (2006). De argumenten voor of tegen aansprakelijkheid van toezichthouders. Referentie bij het preadvies van Prof.Mr. A.A. van Rossum. In Verslag van de op 10 juni 2005 te Den Haag gehouden algemene vergadering over: Toezicht (Handelingen Nederlandse Juristen-Vereniging, 2005-2) (p. 1924). Deventer: Kluwer. Giesen, I. (2006). De psychologie achter de waarschuwing: Handle with care! Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 1, 3-8. Giesen, I. (2006). Proportioneel vermogensrecht: deining aan de Haagse kust. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6680, 645-646. Giesen, I. (2006). Regulating Regulators through Liability: the Case for Applying Normal Tort Rules on Supervisors. Utrecht Law Review, 2(1). [Online]. Available from: <http://www.utrechtlawreview.org> [01-06-2006]. Giesen, I. (2007). Alternatieve regelgeving en privaatrecht (Monografieën privaatrecht, 8). Deventer: Kluwer. (IX + 178 p.) Giesen, I. (2007). De rol van de rechter bij massaschade: maatwerk of partijautonomie. Nederlands Juristenblad, 41, 2613-2614. 175 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Giesen, I. (2007). PETL: de ‘Europese’ omkering van de bewijslast. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 6, 271-276. Giesen, I. & Emaus, J. (2007). Limitering van aansprakelijkheid in het personenvervoer in het licht van artikel 1 Eerste Protocol EVRM. Verkeersrecht, 369-375. Hartlief, T. (2005). Verzekerbaarheid van aansprakelijkheid in het perspectief van maatschappelijk verantwoord ondernemen. In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Noodzaak. Plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (p. 129-152). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hartlief, T. (2005). De Hoge Raad en de aansprakelijkheid voor hulppersonen. In P.F.A. Bierbooms, H. Pasman & G.M.F. Snijders (Eds.), Aspecten van aansprakelijkheid (p. 149-167). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hartlief, T. (2005). Toezichthouders: vertrouwen of aansprakelijkheid? In Geschonden vertrouwen, Jonge balie congresbundel (p. 53-61). Den Haag: Elsevier. Hartlief, T. (2005). Aansprakelijkheid met terugwerkende kracht, in Krom recht. Ars Aequi, 54, 553-563. Hartlief, T. (2005). Leven in een claimcultuur: wie is er bang voor Amerikaanse toestanden? Nederlands Juristenblad, 80, 830-834. Hartlief, T. (2005). Aansprakelijkheid van toezichthouders: vertrouwen is goed, controle beter? Bespreking van NJV-preadvies van A.A. van Rossum. Nederlands Juristenblad, 80, 1126-1130. Hartlief, T. (2005). Een olifant in het heilige huis van het privaatrecht. Nederlands Juristenblad, 80, 2189-2194. Hartlief, T. (2005). Asbest en aansprakelijkheid: de reikwijdte van de rechtspraak omtrent werkgeversaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 80, 41-49. Hartlief, T. (2005). Prognoses in het personenschaderecht. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 5, 159-167. Hartlief, T. (2005). Bewuste roekeloosheid:consistentie bij begrenzing in het privaatrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6646, 953954. Hartlief, T. (2005). Hollandse Toestanden: de Hoge Raad over ‘wrongful life’. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 22, 232-248. 176 Aansprakelijkheid en verzekering Hartlief, T. (2005). Kroniek aansprakelijkheids- en schadevergoedingsrecht 2004/2005. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 23, 454-470. Hartlief, T. (2006). Interventie op de NJV-vergadering naar aanleiding van preadvies van A.A. van Rossum over Aansprakelijkheid van de toezichthouder. In Handelingen NJV 2005-II (p. 55-59). Deventer: Kluwer. Hartlief, T. (2006). De grillige ontwikkeling van het aansprakelijkheidsrecht met het oog op verzekerbaarheid. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 96-108. Hartlief, T. (2006). Pruisken/Organice: schadevergoeding bij overlijden. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 281-287. Hartlief, T. (2006). Onkruidverdelging bij de lelieteelt: reflexwerking van risicoaansprakelijkheid. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 899-906. Hartlief, T. (2006). Oordelen over juridisch onderzoek anno 2006. Nederlands Juristenblad, 420-423. Hartlief, T. (2006). Wie heeft er recht op vergoeding van personenschade? Enkele opmerkingen over afbakening van de kring van gerechtigheid in het aansprakelijkheids- en schadevergoedingsrecht (themanr. Derdenschade). Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 98-104. Hartlief, T. (2006). Zicht op toezichthoudersaansprakelijkheid na Linda en Vie d’Or. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6688, 799-801. Hartlief, T. (2007). De staat van het privaatrechtelijke gezondheidsrecht, in Gezondheidsrecht: betekenis en positie. In preadvies voor de Vereniging voor Gezondheidsrecht, ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de Vereniging (p. 53-121). Den Haag: Sdu. Hartlief, T. & Klosse, S. (2007). Shifts in compensating work-related injuries and diseases. In T. Hartlief & S. Klosse (Eds.), Shifts in compensating workrelated injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20) (p. 1-9). Wien New York: Springer Verlag. Hartlief, T. & Klosse, S. (2007). Concluding Observations. In T. Hartlief & S. Klosse (Eds.), Shifts in compensating work-related injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20) (p. 221-229). Wien New York: Springer Verlag. Hartlief, T. (2007). Alternatieve regelgeving en privaatrecht, bespreking van NJV-preadvies van I. Giesen. Nederlands Juristenblad, 82, 1288-1294. Hartlief, T. (2007). Over stelselherzieningen en het geloof in wetten. Nederlands Juristenblad, 82, 1569-1570. 177 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hartlief, T. (2007). Ernstig letsel en eigen schuld: billijkheid of smartengeld? Nederlands Juristenblad, 82, 2672-2675. Hartlief, T. (2007). PETL: Basic Norm en Liability Based on Fault. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 7, 49-54. Hartlief, T. (2007). Waar draait het om in het aansprakelijkheidsrecht? Ars Aequi: juridisch studentenblad, 56, 115-117. Hartlief, T. (2007). Royal & Sun Alliance/Universal Pictures: redelijkheid en billijkheid als fundament voor een proportionele benadering. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 56, 358-364. Hekster, T.A. (2005). De aansprakelijkheid van de wegbeheerder van onverharde wegen. Maandblad voor vermogensrecht, 7-8, 149-152. Huizen, Ph.H.J.G. van (2005). Hoofdstuk 13: Verzekerbaar belang. In M.L. Hendrikse, Ph.H.J.G. van Huizen & J.G.J. Rinkes (Eds.), Nieuw Verzekeringsrecht praktisch belicht (Recht en praktijk, 137) (p. 219-228). Deventer: Kluwer. Huizen, Ph.H.J.G. van (2005). Het (verzekerbaar) belang. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 6, 250-254. Huizen, Ph.H.J.G. van (2006). Algemene voorwaarden en logistiek. In M.L. Hendrikse et al. (Eds.), Algemene Voorwaarden (Recht en Praktijk, 143) (p. 607-624). (4de druk). Deventer: Kluwer. Huizen, Ph.H.J.G. van & Kruisinga, S.A. (2006). Een bankgarantie: lees maar, er staat wat er staat. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 137-145). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Klosse, S. (Ed.). (2006). Arbeid en Gezondheid; schipperen tussen verantwoordelijkheid en bescherming. Had Geers het geweten! Maastricht: Universitaire Pers Maastricht. (298 p.) Klosse, S. (2006). Arbeid en Gezondheid, publieke of private verantwoordelijkheid? In S. Klosse (Ed.), Arbeid en Gezondheid; schipperen tussen verantwoordelijkheid en bescherming. Had Geers het geweten! (p. 9-23). Maastricht: Universitaire Pers Maastricht. Klosse, S. (2006). Nieuwe accenten: nieuwe pijlers? In S. Klosse (Ed.), Arbeid en Gezondheid; schipperen tussen verantwoordelijkheid en bescherming. Had Geers het geweten! (p. 259-277). Maastricht: Universitaire Pers Maastricht. Klosse, S. (2005). Van WAO naar WIA: een verantwoorde omslag? Nederlands Tijdschrift voor Sociaal Recht, 2005/7-8, 247-258. 178 Aansprakelijkheid en verzekering Klosse, S. (2006). WIA: prikkel tot werk of tot een toenemend gebruik van het aansprakelijkheidsrecht? Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 5, 139-149. Klosse, S., Bekker, S. & Wilthagen, T. (2007). Making it work: introduction to the Special Issue on the Future of the European Employment Strategy. International Journal of Comparative Labour Law and Industrial Relations, 4, 489-499. Lindenbergh, S.D. (2007). Alles is betrekkelijk. Over de relatie tussen normschending en sanctie in het aansprakelijkheidsrecht. (Inaugurele rede Erasmus Universiteit Rotterdam 15 december 2006). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Lindenbergh, S.D. & Haak, K.F. (Eds.). (2007). Personenschade van de reiziger in Europees perspectief (RIPL series, 2). Den Haag: Sdu. (viii + 160 p.) Lindenbergh, S.D. (2007). Beperking van aansprakelijkheid bij personenschade van de reiziger, techniek en tendens in het gemene vermogensrecht. In K.F. Haak & S.D. Lindenbergh (Eds.), Personenschade van de reiziger in Europees perspectief (p. 37-49). Lindenbergh, S.D. (2007). Damages as a Remedy for Infringements upon Privacy. In K. Ziegler (Ed.), Human Rights and Private Law, Privacy as Autonomy (p. 93-101). Oxford: Hart Publishing. Lindenbergh, S.D. (2007). Principles of European Tort Law: General conditions of Liability, Damage. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 83-87. Lindenbergh, S.D. (2007). Beperking van aansprakelijkheid bij personenschade van de reiziger: techniek en tendens. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 88-93. Lindenbergh, S.D. (2007). Vaststelling van schade en de rol van de deskundige daarbij. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 10, 428-434. Maanen, G.E. van & Engelhard, E.F.D. (2005). Europese Klassieker: Phelps v Hillington Borough Council (2001) 2 AC 619. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 6, 267-273. Maanen, G.E. van (2006). Civiele aansprakelijkheid van toezichthouders. Beperking door relativiteit, marginale toetsing of immuniteit. Lessen uit Vie d’Or voor Bart Groen. In Groenboek. Drie opstellen aangeboden aan Bart Groen (p. 7-21). Maastricht: Universitaire Pers Maastricht. Maanen, G.E. van (2006). Frits Stroink in de Hoge Raad! Waarom het bestuursrecht een volwaardige rechtsgang moet krijgen. In A.W. Heringa et al. (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber amicorum prof. mr. F.A.M. Stroink (p. 71-83). Den Haag: Sdu. 179 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Maanen, G.E. van (2006). Subsidiarity of the action for unjustified enrichment. French Law and Dutch Law: different solutions for the same problem. European Review of Private Law, 14(3), 409-421. Maanen, G.E. van (2006). Civiele letselschadeclaims bij de Centrale Raad van Beroep. Beter af bij de Hoge Raad? Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 57-65. Maanen, G.E. van (2006). Ongerechtvaardigde verrijking. In balans na vijftig jaar. Vermogensrechtelijke annotaties, 1, 37-51. Maanen, G.E. van (2007). Vie d'Or en de ramkoers van de Linda. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 1, 1. Maanen, G.E. van (2007). Boek 8: een (lastige) dochter die op kamers woont. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 3, 113-116. Maanen, G.E. van (2007). Overheidsaansprakelijkheid voor gebrekkig toezicht. Weging van argumenten en juridische technieken naar aanleiding van de Enschedese vuurwerkramp. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 4, 127-141. Margetson, N.J. & Hendrikse, M.L. (2005). Te late premiebetaling/opzegging van de verzekeringsovereenkomst. In M.L. Hendrikse, Ph.H.J.G. van Huizen & J.G.J. Rinkes (Eds.), Nieuw verzekeringsrecht praktisch belicht (Recht en praktijk, 137) (p. 236-240). Deventer: Kluwer. Margetson, N.J. & Hendrikse, M.L. (2005). De ´nautische fout’ exceptie van de Hague Rules. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 5, 480-487. Margetson, N.J., Hendrikse, M.L. & Maters, T.M. (2007). Doorbreking van de bescherming van de CMR-vervoerder. Tijdschrift Vervoer & Recht, 2, 35-51. Neethling, J. (2005). Fault under South African law. In P. Widmer (Ed.), Unification of Tort Law: Fault (Principles of European tort law, 10) (p. 261-285). The Hague: Kluwer Law International. Neethling, J. (2005). Protection of personality rights against invasions by mass media in South Africa. In H. Koziol & A. Warzilek (Eds.), Persönlichkeitsschutz gegenüber Massenmedien/The Protection of Personality Rights against Invasions by Mass Media (p. 261-285). Wien New York: Springer. Neethling, J. (2005). Handhawing en miskenning deur die regspraak van die onderskeid tussen die regte op privaatheid en die liggaam (inbegrepe fisiessinlike gevoelens) as selfstandige persoonlikheidsregte. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 344-349. Neethling, J. (2005). Beskaduwing (‘shadowing’) as onregmatige privaatheidskending. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 521-527. 180 Aansprakelijkheid en verzekering Neethling, J. (2005). Delictual protection of the right to bodily integrity and security of the person against omissions by the state. South African Law Journal, 558-576. Neethling, J. (2005). Die Carmichele-sage kom tot 'n gelukkige einde. Tydskrif vir die Suid-Afrikaanse Reg, 402-409. Neethling, J. (2005). Identical duplication of a rival's product as unlawful competition. South African Mercantile Law Journal, 234-240. Neethling, J. (2005). Personality rights: a comparative overview. Comparative and International Law Journal of Southern Africa, 210-245. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2005). Middellike aanspreeklikheid van die staat vir verkragting deur polisiebeamptes. Tydskrif vir die Suid-Afrikaanse Reg, 595-602. Neethling, J., Potgieter, J.M. & Visser, P.J. (2006). Deliktereg. Durban: Lexis Nexis Butterworths. (xii + 433 p.) Neethling, J. (2006). Personality rights. In J.M. smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 530-547). Cheltenham-Northampton: Edward Elgar. Neethling, J. (2006). Protection under the South African law of delict of the right to physical-psychological integrity against omissions by the state. In H. Tiberg et al. (Eds.), Essays on tort, insurance, law and society in honour of Bill W. Dufwa (p. 809-832). Stockholm: Jure Förlag AB. Neethling, J. (2006). Die betekenis en beskerming van die eer, dignitas en menswaardigheid in gemeenregtelike en grondwetlike sin. In C. Nagel (Ed.), Gedenkbundel vir JMT Labuschagne (p. 85-100). Durban: LexisNexis Butterworths. Neethling, J. (2006). Afwysing van 'n regsplig op polisiebeamptes om die reg op die fisies-psigiese integriteit en sekerheid van die persoon buiteom misdaadsituasies te beskerm. Obiter, 369-378. Neethling, J. (2006). Blacklisting of debtor as credit risk – infringement of debtor's rights to creditworthiness and earning capacity as personal immaterial property rights. South African Mercantile Law Journal, 376-382. Neethling, J. (2006). Commissioner South African Revenue Service v TFN Diamond Cutting Works (Pty) Ltd 2005 5 SA 113 (SCA). De Jure, 186-191. Neethling, J. (2006). Die beskikbaarheid van die actio iniuriarum weens aantasting van die reg op die eer deur middel van die inwerking op grondwetlikverskanste fundamentele regte. Tydskrif vir die Suid-Afrikaanse Reg, 197-205. 181 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Neethling, J. (2006). Owerspel, die vervreemding van gevoelens en die erkenning van die reg op die gevoelslewe as persoonlikheids- en mensereg. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 342-347. Neethling, J. (2006). Die nasciturus-fiksie verdwyn van die delikteregtoneel. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 511-517. Neethling, J. (2006). The conflation of wrongfulness and negligence: Is it always such a bad thing for the law of delict? South African Law Journal, 204214. Neethling, J. (2006). Toward a European ius commune in tort law: A practical experience. Fundamina, 81-98. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2006). Die regsoortuiging van die gemeenskap as selfstandige onregmatigheidskriterium. Tydskrif vir die Suid-Afrikaanse Reg, 609-616. Neethling, J., Potgieter, J.M. & Scott, T.J. (2007). Case Book on the Law of Delict/Vonnisbundel oor die Deliktereg (4th edition). Lansdowne: Juta. (xv + 1061 p.) Neethling, J. (2007). Die deliktuele aanspreeklikheid van ouditeurs teenoor derdes. De Jure, 174-182. Neethling, J. (2007). Laster: Relevansie tot relatiewe privilegie, en verantwoordelikheid vir herpublikasie? De Jure, 193-199. Neethling, J. (2007). Die Hoogste Hof van Appèl verleen erkenning aan die reg op identiteit as persoonlikheids- en fundamentele reg. Tydskrif vir die SuidAfrikaanse Reg, 834-838. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2007). In (self-)defence of the distinction between wrongfulness and negligence. South African Law Journal, 280-284. Neethling, J. (2007). The passing-off action: requirements and protected interests – a conceptual and critical analysis. South African Law Journal, 459469. Neethling, J. (2007). Raakpunte tussen die Suid-Afrikaanse en Duitse grondwetlike beskerming van menswaardigheid – enkele riglyne vir die ontplooiing van ons reg. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 489-496. Neethling, J. (2007). Risk-creation and the vicarious liability of employers. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 527-539. 182 Aansprakelijkheid en verzekering Neethling, J. (2007). The protection of false defamatory publications by the mass media: Recent developments in South Africa against the background of Australian, New Zealand and English law. Comparative and International Law Journal of Southern Africa, 103-123. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2007). Wrongfulness and negligence in the law of delict: a Babylonian confusion? Tydskrif vir hedendaagse RomeinsHollandse reg, 120-130. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2007). Middellike aanspreeklikheid vir 'n opsetlike delik. Tydskrif vir die Suid-Afrikaanse Reg, 616-622. Neethling, J. & Potgieter, J.M. (2007). Noodtoestand: regverdigings- en skulduitsluitingsgrond. Tydskrif vir hedendaagse Romeins-Hollandse reg, 668-672. Nys, H. (2005). Medisch recht. Leuven: Acco. (180 p.) Nys, H. (2005). Organ transplantation. In J.K.M. Gevers, E.H. Hondius & J.H. Hubben (Eds.), Health Law, Human Rights and the Biomedicine Convention (p. 219-230). The Hague: Koninklijke Brill. Nys, H. (2005). The Belgian Law of August 22, 2002 concerning the rights of patients. In Yearbook of European Medical Law (p. 91-100). Lidingö: The Institute of medical Law. Nys, H. (2005). Beroepsgeheim van de verpleegkundigen en vroedvrouwen. In M. De Bouw (Ed.), Recht voor verpleegkundigen en vroedvrouwen (p. 192196). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2005). Wettelijke hulpverleningsplicht. In M. De Bouw (Ed.), Recht voor verpleegkundigen en vroedvrouwen (p. 196-199). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2005). Toedienen van verdovende middelen. In M. De Bouw (Ed.), Recht voor verpleegkundigen en vroedvrouwen (p. 202-206). Mechelen: Kluwer. Nys, H. & Adams, M. (2005). Euthanasia in the low countries. Comparative reflections on the Belgian and Dutch euthanasia act. In P. Schotsmans & T. Meulenberghs (Eds.), Euthanasia and palliative care in the Low Countries (Ethical Perspectives Monograph Series) (p. 5-33). Leuven: Peeters. Nys, H. (2005). Physician assisted suicide in belgian law. European Journal of Health Law, 39-42. Nys, H. (2005). Wrongful life: enkele beschouwingen tegen de actergrond van de franse rechtspraak. Gezondheidszorg jurisprudentie, 69-72. 183 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Nys, H., Dute, J.C.J., Welie, S.P.K. & Wijmen van, F.C.B. (2005). Patient incompetence and substitute decision-making: an analysis of the role of the health care professional in Dutch law. Health Policy, 73, 21-40. Nys, H., Callens, S. & Volbragt, I. (2006). Kostenbesparende richtlijnen, kwaliteitsvolle zorg en medische aansprakelijkheid. Antwerpen: Intersentia. (293 p.) Nys, H., Callens, S. & Volbragt, I. (2006). Impact of cost containment measures on medical liability. Journal of Evaluation in Clinical Practice, 595-600. Nys, H., Callens, S. & Volbragt, I. (2006). Legal thoughts on the implications of cost-reducing guidelines for the quality of health care. Health Policy, 422431. Nys, H. & Stultiëns, L. (2006). De rechten van de patiënt. Verslag van een onderzoek naar de rechten van de patiënt in België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Achtergrondstudie (Ext. rep. 3). Den Haag: Staat van de Gezondheidszorg. (100 p.) Nys, H. & Wuyts, T. (2007). De wet betreffende de medisch begeleide voortplanting. Antwerpen: Intersentia. (117 p.) Nys, H. (2007). Belang van het Biogeneeskunde-Verdrag van de Raad van Europa voor de ontwikkeling van het medisch recht in Europa. In W. Pintens, A. Alen, E. Dirix & P. Senaeve (Eds.), Vigilantibus Ius Scriptum, Feestbundel voor Hugo Vandenberghe (p. 223-236). Brugge: die Keure. Nys, H. (2007). De ontwikkelingen in het medisch recht in 2006. In Recht in Beweging. 14de VRG-Alumnidag (p. 179-196). Antwerpen: Maklu. Nys, H. (2007). European biolaw in the making: the example of the rules governing the removal of organs from deceased persons in the EU Member States. In C. Gastmans, K. Dierickx, H. Nys & P. Schotsmans (Eds.), New Pathways for European Bioethics (p. 161-178). Antwerp: Intersentia. Nys, H. (2007). Physician involvement in a patients death: a continental European perspective. In T.S. Jost (Ed.), Readings in comparative health law and bioethics (p. 279-324). Durham: Carolina Academic Press. Nys, H. & Hansen, B. (2007). Belgien. In A. Eser et al. (Eds.), International perspectives on the status and protection of the extracorporeal embryo (p. 935). Baden-Baden: Nomos. Nys, H. (2007). Euthanasie: de toekomst van het Belgisch model. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, 31, 199-203. 184 Aansprakelijkheid en verzekering Nys, H., Stultiëns, L., Borry, P., Goffin, T. & Dierickx, K. (2007). Patient rights in EU member States after the ratification of the Convention on Human Rights and Biomedicine. Health Policy, 80, 223-235. Philipsen, N.J., Adriaansen, C.A. & Maks, J.A.H. (2005). A Law and Economic Approach of the Regulatory Framework for Architects in the Netherlands. In E. Crals & L. Vereeck (Eds.), Regulation of Architects in Belgium and the Netherlands, A Law and Economics Approach (p. 47-78). Leuven: Lannoo Campus. Philipsen, N.J. & Maks, J.A.H. (2005). An economic analysis of the regulation of professions. In E. Crals & L. Vereeck (Eds.), Regulation of architects in Belgium and the Netherlands (p. 11-45). Leuven: Lannoo Campus. Philipsen, N.J. (2005). Vrije beroepen, concurrentie en regeling in Nederland: zijn we op de goede weg? Sociaal-economische Wetgeving: Tijdschrift voor Europees en economisch recht, 53(2), 54-59. Philipsen, N.J. (2007). Industrial Accidents and Occupational Diseases: Some Empirical Findings for the Netherlands, Belgium, Germany & Great Britain. In T. Hartlief & S. Klosse (Eds.), Shifts in compensating work-related injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20) (p. 159-196). Wien New York: Springer Verlag. Philipsen, N.J. (2007). Prevention and Compensation of Work Injury in the United States: An Overview of Existing Empirical Evidence. In T. Hartlief & S. Klosse (Eds.), Shifts in compensating work-related injuries and diseases (Tort and Insurance Law, 20) (p. 197-220). Wien New York: Springer Verlag. Philipsen, N.J. (2007). The Law and Economics of Professional Regulation: What Does the Theory Teach China? In Th. Eger, M.G. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of law in China (p. 112-150). Cheltenham: Edward Elgar. Rijnhout, R. & Vermaat, M.F. (2007). De toepassing van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning: wie zal betalen? De gemeente of de dader? Tijdschrift voor Privaatrecht, 74-80. Schamps, G. (2005). Le principe de précaution justifie-t-il une nouvelle responsabilité de droit civil belge? D’autres alternatives existent. In A. Wijffels (Ed.), Le Code civil entre ius commune et droit privé européen (p. 517-542). Bruxelles: Bruylant. Schamps, G. (2005). The precautionairy principle versus a General Principle for Compensation of Victims of Dangerous Activities in Belgian Law. In H. Koziol & B.C. Steininger (Eds.), European Tort Law 2004 (p. 121-139). Wien New York: Springer. 185 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schamps, G. (2006). L'application des droits du patient aux détenus et aux malades mentaux. In F. Digneffe & T. Moreau (Eds.), La responsabilité et la responsabilisation dans la justice pénale, Actes du colloque du 75ème anniversaire de l'Ecole de criminologie de l’U.C.L (Perspectives criminologiques) (p. 55-64). Bruxelles: Larcier. Schamps, G. (2006). Les nouveaux rôles et responsabilités du médecin. Rapport de synthèse. In F. Bellivier & C. Noiville (Eds.), Nouvelles frontières de la santé, nouveaux rôles et responsabilités du médecin (Thèmes & commentaires. Actes) (p. 229-236). Paris: Dalloz. Schamps, G. & Overstraeten, M. van (2007). Sport et politique de santé en Belgique: aperçu d'une problématique aux multiples facettes. In S. Depré (Ed.), Le sport dopé par l'État. Vers un droit public du sport? Actes du colloque organisé le 17 mars 2006 par le Département de droit public de l'Université catholique de Louvain (p. 205-246). Bruxelles: Bruylant. Schoubroeck, C. Van & Graeve, A. De (2005). Rechtsbijstandsverzekering: stand van zaken en actualia. In CBR (Ed.), CBR Jaarboek 2004-2005 (p. 499574). Antwerpen: Maklu Uitgevers. Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2005). Fairness and equity in insurance classification. Etudes et Dossiers (Ext. rep. 299). Geneva: Geneva Association. Schoubroeck, C. van (2005). Over opzettelijk veroorzaakte schadegevallen en verzekering. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 819-829. Schoubroeck, C. Van (2006). Over grenzen heen: het Belgisch internationaal privaatrecht inzake verzekeringen. In N. van Tiggele-van der Velde, J.G.C. Kamphuisen & B.K.M. Lauwerier (Eds.), De Wansink-bundel Van draden en daden. Liber amicorum Prof. Mr. J. H. Wansink (Verzekeringsrecht) (p. 389412). Deventer: Kluwer. Schoubroeck, C. Van (2006). Rome II and liability insurance: some missed opportunities? In H. Tiberg et al. (Eds.), Essays on Tort, Insurance, Law and Society in Honour of Bill. W. Dufwa (p. 1015-1027). Stockholm: Jure Förlag AB. Schoubroeck, C. Van & Graeve, A. de (2006). Artikel 29bis WAM-wet. In A. van Oevelen et al. (Eds.), Bijzondere overeenkomsten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer (p. 1-68). Deventer: Kluwer. Schoubroeck, C. Van & Graeve, A. De (2006). Artikel 29bis WAM-wet. In H. Cousy, L. Schuermans & C. van Schoubroeck (Eds.), Verzekeringen. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer (p. 1-68). Mechelen: Kluwer. 186 Aansprakelijkheid en verzekering Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2006). Juridische grenzen aan classificatie in verzekeringen. In C. van Schoubroeck & H. Cousy (Eds.), Discriminatie in verzekering – Discrimination et Assurance (p. 137-205). Antwerpen: Maklu Uitgevers. Schoubroeck, C. Van (2006). Nieuw verzekeringsrecht door de bril van de Belgische ervaring met de Wet op de landverzekeringsovereenkomst. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 3, 82-91. Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2006). Discriminatie en verzekering, Preadvies 42ste Wetenschappelijk Congres van de Vlaamse Juristenvereniging over Discriminatie en het recht. Rechtskundig Weekblad, 263-286. Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2006). Fairness and Equality in Insurance Classification. Geneva Papers on Risk and Insurance Theory, 190-211. Schoubroeck, C. Van (2007). L'assurance d'un constructeur français édifiant sur le sol belge. In J. Senechal (Ed.), Journée franco-belge sur les opérations transfrontalières de construction. Regards sur la liberté de prestation de service (Collection Contrats & Patrimoine) (p. 53-68). Bruxelles: Larcier. Schoubroeck, C. Van (2007). Vergoeding van verkeersongevallen ongeacht aansprakelijkheid. In Gandaius (Ed.), Aansprakelijkheid, aansprakelijkheidsverzekering en andere vergoedingssystemen, XXXIIIste Postuniversitaire cyclus Willy Delva (p. 519-596). Mechelen: Kluwer. Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2007). Juridische grenzen aan classificatie in verzekeringen. In C. van Schoubroeck & H. Cousy (Eds.), Discriminatie in verzekering – Discrimination et Assurance (p. 137-205). Antwerpen/Brussel: Maklu Uitgevers/Academia Bruylant. Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2007). Discrimination law within the economic sphere of insurance classification. In C. van Schoubroeck & H. Cousy (Eds.), Discriminatie in verzekering – Discrimination et Assurance (p. 207-237). Antwerpen/Brussel: Maklu Uitgevers/Academia Bruylant. Schoubroeck, C. Van & Schuermans, L. (2007). Alle bouwplaatsrisico's in a nutshell. Bulletin des Assurances. Tijdschrift voor Verzekeringen, 151-178. Spier, J. (2005). General Introduction and Causation. In European Group on Tort Law (Ed.), Principles of European Tort Law. Text and Commentary (p. 12-18-43-63). Wien New York: Springer. Spier, J. (2005). The need for More and Detailed Information. In G. Wagner (Ed.), Tort Law and Liability Insurance (Tort and Insurance Law, 16) (p. 201205). Wien New York: Springer. 187 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Spier, J. (2005). Het advies van de adviseur. In Handelingen Nederlandse Juristen-Vereniging, 2, (p. 34-37). Deventer: Kluwer Spier, J. (2006). The Devil and the Deep Blue Sea, Liability for mismanagement and fraud and a call for a serious debate on truly fundamental issues. In H. Tiberg et al. (Eds.), Essays on Tort, Insurance, Law and Society in honour of Bill W. Dufwa (Deel II) (p. 1063-1074). Stockholm: Jure Förlag. Spier, J. (2006). Legal aspects of global climate change and sustainable development. [Online] Available from: <http://www.indret.com/pdf/346_en. pdf> [24-04-2006]. Spier, J. (2007). Inconvenient Questions: Causation and the Eradication of Poverty and Climate Change. In L. Tichý (Ed.), Causation in Law (p. 69-77). Praag: Univerzita Karlova V Praze Pradvnická Fakulta. Spier, J. (2007). Civielrechtelijke aansprakelijkheid voor klimaatverandering, doemscenario's voor onverantwoordelijke bedrijven en overheden. In N. Teesing (Ed.), Klimaatverandering en de rol van het milieurecht (Publicatie van de Vereniging voor Milieurecht) (p. 39-45). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Spier, J. (2007). Wer baut auf Wind, baut auf Satans Erbarmen. Nederlands Juristenblad, 2872. Stouten, M. (2007). Meldplicht witwaspraktijken niet in strijd met artikel 6 EVRM. Nederlands Juristenblad, 82(38), 2432-2437. Stultiëns, L., Goffin, T., Borry, P., Dierickx, K. & Nys, H. (2007). Minors and informed consent: a comparative approach. European Journal of Health Law, 14, 21-46. Van, A.J. (2006). De kosten van het (voorlopig) deskundigenbericht. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 2, 33-37. Van, A.J. (2007). Het medisch traject. In J. Wildeboer & S. Brinkhorst (Eds.), Handboek Personenschade (hoofdstuk 4210) (p. 1-154). Deventer: Kluwer. Vegter, M.S.A. (2005). Aansprakelijkheid voor psychisch letsel op de voet van artikel 7:658 BW. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 2, 49-53. Vegter, M.S.A. (2005). Vergoeding van psychisch letsel op de voet van artikel 7:658 BW. Sociaal Recht, 6, 224-228. Vegter, M.S.A. (2005). Aansprakelijkheid werkgever op grond van art. 7:611 BW voor verkeersongeval buiten werktijd (deel II). Sociaal Recht, 9, 308-311. 188 Aansprakelijkheid en verzekering Vegter, M.S.A. (2006). Werkgeversaansprakelijkheid voor psychisch letsel op grond van art. 7:658 BW. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6653, 101-109. Vegter, M.S.A. (2006). Proportionele aansprakelijkheid bij longkanker. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 5, 167-171. Vegter, M.S.A. (2007). Werkgeversaansprakelijkheid. In J. Wildeboer & S. Brinkhorst (Eds.), Handboek personenschade. Deventer: Kluwer. Vegter, M.S.A. (2007). Inleiding, ontwikkelingen op het gebied van de arbeidstijden, ontwikkeling op het gebied van de arbeidsomstandigheden, seksuele intimidatie, eenzijdige wijziging arbeidsovereenkomst. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 1, 3-12. Vegter, M.S.A. (2007). Privacy op de werkplek. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 7, 3-8. Vegter, M.S.A. (2007). Zorg nodig voor de ‘35-minners’. Sociaal Recht, 5, 147-148. Vegter, M.S.A. (2007). Recht op doorwerken na het vijfenzestigste levensjaar. Sociaal Recht, 6, 199-204. Vegter, M.S.A. (2007). Ontslag wegens drugsgebruik in de vrije tijd (en niet willen ‘afkicken’). Sociaal Recht, 12, 404-406. Verheij, A.J. (Ed.). (2005). Onrechtmatige daad, Monografieën Privaatrecht. Deventer: Kluwer. (197 p.). Verheij, A.J. (2005). Onevenwichtig schadevergoedingsrecht m.b.t. de positie van derden: oproep aan de Minister van Justitie voor een meer systematische en empirisch onderbouwde aanpak. Tijdschrift Vervoer & Recht, 205-210. Verheij, A.J. (2005). Wrongful life: een goede uitspraak. Gezondheidszorg jurisprudentie, 73-79. Verheij, A.J. & Wessels, B. (Eds.). (2006). Bijzondere overeenkomsten (Studiereeks burgerlijk recht, 6). Deventer: Kluwer. (XXIX + 333 p.) Verheij, A.J. (2006). Hoofdstuk 9. Bewaarneming. In A.J. Verheij & B. Wessels (Eds.), Bijzondere overeenkomsten (Studiereeks burgerlijk recht, 6) (p. 169-183). Deventer: Kluwer. Verheij, A.J. (2006). Hoofdstuk 13. Vaststellingsovereenkomst. In A.J. Verheij & B. Wessels (Eds.), Bijzondere overeenkomsten (Studiereeks burgerlijk recht, 6) (p. 273-295). Deventer: Kluwer. 189 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Verheij, A.J. (2007). Shifts in Governance: Soil Pollution. In M. Faure & A.J. Verheij (Eds.), Shifts in compensation for environmental damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 9-71). Wien New York: Springer. Verheij, A.J. (2007). Shifts in Governance: Oil Pollution. In M. Faure & A.J. Verheij (Eds.), Shifts in compensation for environmental damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 133-195). Wien New York: Springer. VAKPUBLICATIES Akkermans, A. (Ed.). (2006). Privaatrecht als opdracht. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (XX + 490 p.) Akkermans, A.J., Huver, R.M.E., Wees, K.A.P.C. & Elbers, N.A. (2007). Slachtoffers en aansprakelijkheid. Een onderzoek naar behoeften, verwachtingen en ervaringen van slachtoffers en hun naasten met betrekking tot het civiele aansprakelijkheidsrecht. Deel I: Terreinverkenning. Den Haag: WODC. (116 p.) Akkermans, A.J. & Wees, K.A.P.C. (2007). Therapeutic Jurisprudence: de studie van de gezondheidseffecten van het recht. Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, 4, 139-141. Boom, W. van (2005). Een gewaarschuwd mens. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 5, 173-174. Boom, W.H. van (2006). Redactioneel. Wet Handhaving Consumentenbescherming: de ConsumentenAutoriteit staat voor de deur. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 2, 37. Boom, W.H. van (2006). Redactioneel. Innovatieve handhaving in het vermogensrecht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 4(16), 121. Boom, W.H. van (2007). Tekst en Toelichting Wet Handhaving Consumentenbescherming. Den Haag: Sdu. (325 p.) Boom, W.H. van & Giesen, I. (2007). The Netherlands. In B. Wininger, H. Koziol, B.A. Koch & R. Zimmerman (Eds.), Essential Cases on Natural Causation (Digest of European Tort Law, 1) (p. 32-35; 119-122; 179-180; 214216; 292-295; 370-371; 405-409; 487; 513-514; 561-564; 601). Wien New York: Springer. Boom, W.H. van (2007). Privaatrecht: we stellen te veel en vragen te weinig. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 4(15), 137. Boom, W.H. van (2007). Privaatrecht: we stellen te veel en vragen te weinig. (naschrift op reactie). Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 7(42), 307. 190 Aansprakelijkheid en verzekering Cousy, H. & Schoubroeck, C. Van (2005). Wetgeving Verzekeringen 2006. Mechelen: Kluwer. (1099 p.) Cousy, H. & Geens, K. (2005). Een algemeen overzicht van de wet van 2 augustus 2002 en de hervorming van het toezicht op de financiële sector. In Jan Ronse Instituut (Ed.), Financiële wetgeving: de tussenstand 2004 (Rechtspersonen- en vennootschapsrecht, 18) (p. 11-35). Kalmhout: Biblo. Cousy, H. & Schoubroeck, C. van (2006). Wetgeving Verzekeringen 2007. Mechelen: Kluwer. (1161 p.) Dam, C.C. van & Budaite, E. (2005). Unfair Commercial Practices. An Analysis of the Existing National Laws on Unfair Commercial Practices Between Business and Consumers in the New Member States. London: British Institute of International and Comparative Law. Dam, C.C. van (2007). European Tort Law (reprint). Oxford: Oxford University Press. (538 p.) Dam, C.C. van, Hijma, J., Schendel, W.A.M. van & Valk, W.L. (Eds.). (2007). Rechtshandeling en overeenkomst (Studiereeks burgerlijk recht, 3). (5de druk). Deventer: Kluwer. (XXXI + 375 p.) Dam, C.C. van (2007). Hoofdstuk 4: Gronden van nietigheid en vernietigbaarheid. In J. Hijma, C.C. van Dam, W.M.A. van Schendel & W.L. Valk (Eds.), Rechtshandeling en overeenkomst (Studiereeks Burgerlijk Recht, 3) (p. 137-215). (5de druk). Deventer: Kluwer. Dam, C.C. van (2007). Hoofdstuk 5: Gevolgen van nietigheid en vernietigbaarheid. In J. Hijma, C.C. van Dam, W.M.A. van Schendel & W.L. Valk (Eds.), Rechtshandeling en overeenkomst (Studiereeks Burgerlijk Recht, 3). (p. 216-245). (5de druk)Deventer: Kluwer. Dam, C.C. van (2007). Boekaankondiging: Letsel door ongevallen en geweld. Kerncijfers (Stichting Consument en Veiligheid, 2007). Verkeersrecht, 55(6), 173-174. Dam, C.C. van (2007). Boekaankondiging: C.C. van Dam e.a. (red.), Aansprakelijkheid van de wegbeheerder (Den Haag: ANWB, 2007). Verkeersrecht, 55(12), 407-408. Deben, L. (2005). De economische analyse van de motorvoertuigverzekering in België. RA-2005-69. Diepenbeek: Steunpunt Verkeersveiligheid. 191 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Droshout, D. & Schoubroeck, C. van (2007). Belgian Report on the Compensation of Personal Injuries Caused during a Road Car Accident Due to the Conduct of an Untraced Driver or a Motor Vehicle (between 31 December 1987 and 3 December 2003). London: British Institute of International and Comparative Law. Engelhard, E.F.D. (2006). Gehele harmonisatie van het aansprakelijkheidsrecht is onzin! Ars Aequi, 227-229. Engelhard, E.F.D. (2007). Kroniek Schadevergoedingsrecht. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 1, 14-28. Engelhard, E.F.D. (2007). Kroniek Regres. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 5, 241-249. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2005). The Netherlands. In H. Koziol & B.C. Steininger (Eds.), European Tort Law 2004 (p. 420-450). Wien New York: Springer. Faure, M.G. (2005). Vergoeding van slachtoffers van rampen in het buitenland. Nieuwsbrief Crisisbeheersing, 8-10. Faure, M.G. (2006). De WTS op de schop? Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 65. Faure, M.G. (2006). Risk Differentiation Endangered by Recent Policy Trends? Geneva Association Information Newsletter, 53, 1-3. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2007). The Netherlands. In H. Koziol & B.C. Steininger (Eds.), European Tort Law 2006 (Tort and Insurance Law Yearbook) (p. 338-360). Wien New York: Springer. Frenk, N. (2006). De loslippige arts. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 137. Giesen, I. (2006). Golvende rechtsontwikkeling. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 1, 1. Giesen, I. & Maanen, G.E. van (2006). Civielrechtelijke aansprakelijkheid van toezichthouders, geen immuniteit!, Rubriek ‘Van Twee Kanten’. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 2, 65. Giesen, I. (2007). [Bespreking van het boek European Tort Law]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 5, 219-222. Giesen, I. & Lindenbergh, S.D. (2007). Europese beginselen als bron van inspiratie. Redactioneel. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 2, 47. 192 Aansprakelijkheid en verzekering Hartlief, T. (2005). Leven in een claimcultuur: wie is er bang voor Amerikaanse toestanden. In Universiteit Maastricht (Ed.), Redes gehouden ter gelegenheid van de opening van het Academisch Jaar 2004/2005 en de 29e Dies Natalis (p. 29-50). Maastricht: Universiteit Maastricht. Hartlief, T. (2005). Naschrift bij reactie Giard op Leven in een claimcultuur: wie is er bang voor Amerikaanse Toestanden? Nederlands Juristenblad, 80, 1402-1402. Hartlief, T. & Tjittes, R.P.J.L. (2005). Kroniek van het vermogensrecht. Nederlands Juristenblad, 31, 1605-1612. Hartlief, T. (2006). Hoofdstuk 5. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 150-166). Deventer: Kluwer Juridische uitgevers. Hartlief, T. (2006). Hoofdstuk 9. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 212-292). Deventer: Kluwer Juridische uitgevers. Hartlief, T. (2006). Hoofdstuk 10. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 293-297). Deventer: Kluwer Juridische uitgevers. Hartlief, T. (2006). De tijd zal ons niets leren. Nederlands Juristenblad, 831. Hartlief, T. (2006). Jeugdcriminaliteit: de vernieler betaalt. Nederlands Juristenblad, 1191. Hartlief, T. (2006). Het belang van een rechte rug. Nederlands Juristenblad, 1617. Hartlief, T. (2006). Voorwaarts met het aansprakelijkheidsrecht. Nederlands Juristenblad, 2521. Hartlief, T. (2006). De maatschappelijk verantwoord handelende verzekeraar en problemen van verzekerbaarheid. Economenblad, 18-21. Hartlief, T. (2006). Kroniek aansprakelijkheids- en schadevergoedingsrecht. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 435-445. Hartlief, T. (2007). De rechtsstaat in het defensief. Nederlands Juristenblad, 82, 379. Hartlief, T. (2007). Gij zult handhaven! Nederlands Juristenblad, 82, 915. Hartlief, T. (2007). Hoe soft is ons contractenrecht? Nederlands Juristenblad, 82, 2067. 193 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hartlief, T. (2007). De twee werelden van massaschade. Nederlands Juristenblad, 82, 2595-2596. Hartlief, T. (2007). Massaschade in Nederland. Een ramp? Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 7, 207. Hartlief, T., Drion, P.J.M. & Wechem, T.H.M. van (2007). Naschrift bij Mendel, M.M., Wonderlijke opwinding over een proportionele benadering door de Hoge Raad. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 7, 173-174. Hekster, T.A. (2005). Recht op uitkering bij growshops. Verzekeringsblad, 2005/20, 1190-1191. Hekster, T.A. (2006). Nieuwe verjaringsgevaren. Verzekeringsblad, 2, 20-21. Hekster, T.A. (2006). Oppassen met look-a-likes!. Verzekeringsblad, 9, 33-34. Hekster, T.A. (2006). Aansprakelijkheid voor ongevallen tijdens vakantie. Verzekeringsblad, 13, 32-33. Hekster, T.A. (2006). Aansprakelijkheid werkgevers voor OPS. Verzekeringsblad, 15, 25-27. Hekster, T.A. (2006). Het einde van algemene vervaltermijnen in het nieuwe verzekeringsrecht. PIV-Bulletin, 1, 6-10. Huizen, Ph.H.J.G. van, Rinkes, J.G.J. & Hendrikse, M.L. (Eds.). (2005). Nieuw Verzekeringsrecht praktisch belicht (Recht en praktijk, 137). Kluwer: Deventer. (xx + 368 p.) Huizen, Ph.H.J.G. van (2006). Inleiding Handelsrecht. (5de druk). Deventer: Kluwer. (VII + 228 p.) Huizen, Ph.H.J.G. van, Wezeman, J.B. & Eijk-Graveland, J.C. van (2006). Grondslagen van het verzekeringsrecht: naar nieuw recht, editie 2006-2007. (4de herz. druk). Den Haag: Sdu. (XI + 286 p.) Maanen, G.E. van & Lange, R. de (2005). Onrechtmatige overheidsdaad. Rechtsbescherming door de burgelijke rechter. (Monografieën Privaatrecht, 3). (4de druk). Deventer: Kluwer. (205 p.) Maanen, G.E. van (2005). Het erkenningsbeginsel (redactioneel). Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 5, 189. Maanen, G.E. van (2005). [Bespreking van het boek Toezicht en aansprakelijkheid. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de rechtvaardiging voor de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van toezichthouders ten opzichte van derden]. NTBR, 8, 415-419. 194 Aansprakelijkheid en verzekering Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 1. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 1-7 en-1617). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 2. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 18-88). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2006). Hoofdstuk 6. In J. Spier et al. (Eds.), Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks Burgerlijk Recht, 5) (p. 167-174). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2006). Civielrechtelijke aansprakelijkheid van toezichthouders of immuniteit? Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 64-65. Maanen, G.E. van (2006). Een rechtseconomisch perspectief op … vallende bloempotten! Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 22, 153. Maanen, G.E. van (2006). Rechtseconomie, rechtswetenschap en vallende bloempotten. Een kort weerwoord aan Visscher en Van den Bergh. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 7, 309-310. Maanen, G.E. van (2006). [Bespreking van het boek J.C. Bloem, meesterdichter]. Pro memorie: bijdragen tot de rechtsgeschiedenis der Nederlanden, 8(2), 345-346. Margetson, N.J. (2005). Bewijslast verdeling in geval van schade door RSI: een duivels dilemma. Praktisch Procederen, 5, 153-159. Nys, H. (2005). De wet van 7 mei 2004 inzake experimenten op de menselijke persoon. In Recht in Beweging; 12de VRG Alumnidag 2005 (p. 279-300). Antwerpen: Maklu. Nys, H. (2005). Algemene Inleiding. In M. De Bouw (Ed.), Recht voor verpleegkundigen en vroedvrouwen (p. 1-28). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2005). Gezondheidsrecht. In M. De Bouw (Ed.), Recht voor verpleegkundigen en vroedvrouwen (p. 369-416). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2005). Report on medical liability in Council of europe Member States. A comparative study and recommendations. Strasbourg: European Committee on Legal Co-operation. Nys, H., Ende, J. van den, Casteren, J. van, Devroey, D. & Sasse, A. (2005). HIV-tests zonder toestemming van de patiënt. De Huisarts in Nederland, 34(2), 1-2. 195 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Nys, H. (2006). Patient Safety and Liability. Scenarios, legal responsibilities and outlining difficulties. Hospital, 8(2), 34. Nys, H. (2006). Presymptomatic and predictive genetic testing in minors: a systematic review of guidelines and position papers. Clinical Genetics, 374381. Nys, H. & Goffin, T. (2007). Wetboek medisch recht. Antwerpen: Maklu. (597 p.) Nys, H. (2007). Algemene Inleiding. In M. De Bauw, G. Decock, H. D'Hanis, V. Janssens, H. Nys, E. Peeters, K. Vancorenland & J. Vandemoortel (Eds.), Recht voor Verpleegkundigen en Vroedvrouwen (p. 1-30). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2007). Gezondheidsrecht. In M. De Bauw, G. Decock, H. D'Hanis, H. Nys, E. Peeters, K. Vancorenland & J. Vandemoortel (Eds.), Recht voor Verpleegkundigen en Vroedvrouwen (p. 381-426). Mechelen: Kluwer. Nys, H. & Peeters, E. (2007). Bijzondere kwesties in verband met de uitoefening van het beroep. In M. De Bauw, G. Decock, H. D'Hanis, V. Janssens, H. Nys, E. Peeters, K. Vancorenland & J. Vandemoortel (Eds.), Recht voor Verpleegkundigen en Vroedvrouwen (p. 192-216). Mechelen: Kluwer. Nys, H. (2007). De ontwikkeling van het gezondheidsrecht in 2005 en 2006. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, 12, 104-129. Schoubroeck, C. Van (2005). Cursus Inleiding tot het Verzekeringsrecht, GAS verzekeringen en Handelsingenieur Richting Verzekeringswezen. Leuven: KU Leuven. (203 p.) Schoubroeck, C. van (2005). Nota's bij de cursus juridische basisbegrippen, onderdelen Aansprakelijkheidsrecht, Verzekeringsrecht en Beroepsaansprakelijk – en verzekering van tandheelkundige experten, GGS Orale gezondheidszorg. Leuven: KU Leuven. (170 p.) Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2005). Discriminatie in verzekering. In H. Cousy & H. Vandenberghe (Eds.), Aansprakelijkheids – en verzekeringsrecht (Vormingsonderndeel, 30) (p. 27-46). Brugge: die Keure. Schoubroeck, C. Van (2005). [Bespreking van het boek De overeenkomst van levensverzekering]. R.W., 1120-1120. Schoubroeck, C. Van (2006). Bewijslast van ‘uitsluitingen’ in verzekeringen: nieuwe ontwikkelingen? Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 2006, 774777. Schoubroeck, C. Van (2006). Internationaal privaatrecht inzake verzekeringen en IPR. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 703-718. 196 Aansprakelijkheid en verzekering Schoubroeck, C. Van & Thiery, Y. (2007). Statistiek en dat beetje meer: bewijs van het juridisch geoorloofd segmenteren. In Zakboekje 2006 (Ed.), Ombudsdienst voor verzekeringen (p. 3/92-3/95). Brussel: Graphic Group van Damme. Spier, J. (Ed.). (2006). Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding (Studiereeks burgerlijk recht, 5). Deventer: Kluwer. (XXXI + 403 p.) Van, A.J. (2007). Redactioneel. Letsel & Schade, 3, 164-165. Vegter, M.S.A. (2005). Vergoeding voor psychisch letsel op grond van artikel 7:658 BW. Bedrijfsjuridische Berichten, 14, 155-158. Vegter, M.S.A. (2005). Eigen schuld bij veroorzaken schade aan bedrijfsauto. Bedrijfsjuridische Berichten, 25, 261-263. Vegter, M.S.A. (2005). IPR-aspecten, aansprakelijkheid en schade. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 3-7. Vegter, M.S.A. (2005). Loondoorbetalingsverplichting bij ziekte en reïntegratiekosten; verzwijgen medische kwaal bij sollicitatie. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 3-8. Vegter, M.S.A. (2005). Leeftijdsdiscriminatie en eenzijdige wijziging arbeidsovereenkomst. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 3-10. Vegter, M.S.A. (2005). Reikwijdte artikel 7:658 lid 4 BW, werkgeversaansprakelijkheid voor psychisch letsel; zorgverlof, ouderschapsverlof en arbeidsduurvermindering. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 3-10. Vegter, M.S.A. (2006). Juridische perikelen rond zwangerschap(sverlof), gelijke beloning, onderscheid naar leeftijd in de kantonrechtersformule, werkgeversaansprakelijkheid voor beroepsziekten. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 7, 3-10. Vegter, M.S.A. (2006). Verzuimbeleid beperkt schadeclaims psychisch letsel. Personeelsbeleid, 3, 52-55. Vegter, M.S.A. (2006). Bewuste roekeloosheid bij het veroorzaken van schade aan bedrijfsauto. Sociaal Recht, 3, 99-102. Vegter, M.S.A. (2006). Proportionele aansprakelijkheid bij longkanker. Sociaal Recht, 6, 196-198. Vegter, M.S.A. (2006). Inlener niet aansprakelijk voor verkeersongeval onder werktijd. Sociaal Recht, 11, 330-332. 197 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Verheij, A.J. (2006). Wettelijke verplichtingen tot schadevergoeding. In C.J.M. Bollen, R.J.Q. Klomp & H. Schelhaas (Eds.), Verbintenissenrecht geschetst (Ars Aequi geschetst. Burgerlijk recht, 5) (p. 205-218). (2de druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Verheij, A.J. (2006). Wijsheid uit het Oosten (redactioneel). Letsel & Schade, 3-5. Verheij, A.J. (2007). Kroniek werkgeversaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 68-74. ANNOTATIES Akkermans, A. (2005). Noot bij: Rb. Breda (13-10-2004), 127820/HA ZA 032128, (Regres ziekenfonds. Groepsaansprakelijkheid). JA 2005-2, p. 13-14. Akkermans, A. (2006). Noot bij: Rb. Zwolle-Lelystad (19-10-2005), (Regres. Groepsaansprakelijkheid). JA 2006-4, p. 437-438. Akkermans, A.J. (2007). Noot bij: English House of Lords (14-10-2004), (Informed Consent and the Requirement of Causation, Chester v. Afshar). ERPL 2007-3, p. 433-442. Boom, W. van (2005). Noot bij: HR (17-12-2004), ((Onder)aannemer uit onrechtmatige daad aansprakelijk voor mesothelioom van werknemer opdrachtgever (hoofdaannemer)). JA 2005-2 (14), p. 139-141. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (14-10-2005), C04/200HR, (Bewuste roekeloosheid werknemer bij schade aan werkgever (City Tax BV/De Boer)). JA 2006-1, nr. 10, p. 103-106. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (11-11-2005), C04/253HR, (Amputatiegevaar en zorgplicht werkgever). JA 2006-1, nr. 11, p. 115-119. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (16-12-2005), C04/276HR, (Organice). JA 2006-1, nr. 21, p. 197-199. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (13-10-2006), C04/279HR, (Verzekeringskamer/Stichting Vie d’Or). JA 2006-10, nr 142, p. 1148-1159. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (02-12-2005), C04/353HR, (Bewuste roekeloosheid werknemer bij hypoglykemie). JA 2006-1, nr. 12, p. 130-133. Boom, W.H. van (2006). Noot bij: HR (07-04-2006), C05/004HR, (Der Bildtpollen Aanwas). JA 2006-6, nr. 83, p. 688-691. 198 Aansprakelijkheid en verzekering Boom, W.H. van & Giard, R.W.M. (2006). Noot bij: HR (25-11-2005), JA 2006, (De empirische dimensies van zorgplicht. Kanttekeningen bij het Skeeler-arrest). NTBR 2006-nr. 8, p. 360-368. Boom, W.H. van (2007). Noot bij: HR (28-04-2006), (LJN: AV0653 Mr. Huijzer q.q./Rabobank West-Kennemerland (Far Beheer BV)); betaling van bankrekening gedaan door gefailleerde na faillietverklaring maar voor publicatie in Staatscourant). AA 2007-1, p. 53-57. Boom, W.H. van (2007). Noot bij: HR (02-02-2007), 43, (C05/297HR). JA 2007-3, p. 447-448. Boom, W.H. van (2007). Noot bij: HR (08-06-2007), 123, (R05/147HR (Stichting Monumentenzorg Curacao/Scharloo)). JA, p. 1057-1058. Boom, W.H. van (2007). Noot bij: HvJEG (26-10-2006), (C-168/05 (Elisa María Mostaza Claro/Centro Móvil Milenium SL)). TvC 2007-2, p. 56-61. Frenk, N. (2006). Noot bij: HR (23-12-2005), (Fortis/Stichting Volendam). JA 2006-40, p. 374-377. Hartlief, T. (2005). Noot bij: De HR en het verzuimvereiste (RvdW 2004) (2210-2004), (Het Atlantic Hotel). AA 2005-54, p. 261-269. Hartlief, T. (2005). Noot bij: HR (12-08-2005), (Aansprakelijkheid ter zake van afgebroken onderhandelingen: terughoudendheid troef). AA 2005-54, p. 10271034. Hekster, T.A. (2005). Het arrest Hartmann/Princess Juliana International Airport: gevaar en zeggenschap. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 2005/4, 141-144. Hekster, T.A. (2005). Noot bij: HR (28-01-2005), (Toerekening van schade bij de Rally Dakar). VB 2005-4, p. 154-155. Hekster, T.A. (2005). Noot bij: HR (18-03-2005), (De werkgever in de rol van verzekeringsadviseur). VB 2005-8, p. 400-401. Hekster, T.A. (2005). Noot bij: HR (20-05-2005), (Aansprakelijkheid van de werkgever voor RSI-klachten). VB 2005-12, p. 646-647. Hekster, T.A. (2005). Noot bij: HR (11-03-2005), (Aansprakelijkheid van de werkgever voor psychische schade van werknemers). VB 2005-16, p. 888-889. Hekster, T.A. (2005). Noot bij: HR (25-11-2005), (Aansprakelijkheid organisator Skeelercursus). VB 2005-24, p. 1476-1477. 199 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hekster, T.A. (2006). Noot bij: Rb. Utrecht (13-09-2006), (Gebrekkige opstal. Glazen afscheidingswand). JA 2006-10, p. 1290-1293. Hekster, T.A. (2006). Noot bij: HR (23-06-2006), NJ 2006-354, p. 3362-3377. Hekster, T.A. (2006). Noot bij: Hof Den Haag (12-05-2006), (Wie betaalt de verkeersboete: werkgever of werknemer?). VB 2006-11, p. 28-29. Hekster, T.A. (2006). Noot bij: HR (20-10-2006), (Subrogatie en wettelijke rente). VB 2006-21, p. 30-35. Hekster, T.A. (2006). Noot bij: HR (17-11-2006), (Verhaal bij samenlopende verzekeringen). VB 2006-23, p. 52-56. Lindenbergh, S.D. (2007). Noot bij: Rb Amsterdam (25-04-2007), (Schade aan reputatie (De Jong en Wittermans/De Hond)). Mediaforum 2007-17, p. 162166. Lindenbergh, S.D. (2007). Noot bij: HR (13-04-2007), (De relativiteit van de toelating als vluchteling). AA, p. 777-784. Lindenbergh, S.D. (2007). Noot bij: HR (27-04-2007), (De zorgplicht van de werkgever in verhouding tot arbeidsomstandighedenregelgeving). MvV 2007, p. 122-126. Lindenbergh, S.D. & Dijkshoorn, W. (2007). Noot bij: HR (21-09-2007), (Buitengerechtelijke kosten en ‘eigen schuld’ (Manege Bergemo)). MvV 2007, p. 252-256. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (25-03-2005), JA 2005-45, p. 443-446. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (21-01-2005), (Anticiperen op toekomstige regelgeving). JB 2005-57, p. 283-284. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (21-10-2005), JB 2005-318, p. 15381550. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (26-09-2003), (Waterschap Zeeuwse eilanden/Royal Ned.). NTBR 2005-1, p. 39-40. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (25-06-2004), 89, (Dupomex/ Duijvelaar). NTBR 2005-2, p. 83-85. Maanen, G.E. van (2005). Noot bij: HR (23-09-2005), NTBR 2005-85, p. 525527. Maanen, G.E. van (2006). Noot bij: EHRM (11-07-2006), (Keegan). EHRC 2006-119, p. 1121-1129. 200 Aansprakelijkheid en verzekering Maanen, G.E. van (2006). Noot bij: ABRvS (11-01-2006), (Marokkaanse echtscheiding: schadevergoeding). JB 2006-55, p. 277-283. Maanen, G.E. van (2006). Noot bij: HR (30-09-2005), (‘De groene specht’: een standaardarrest over ongerechtvaardigde verrijking). NTBR 2006-1, p. 26-30. Maanen, G.E. van (2006). Noot bij: HR (21-10-2005), (De bouwvergunning vrijwaart nog steeds niet tegen aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad (hoewel dat soms wel zou moeten)). NTBR 2006-2, p. 78-80. Maanen, G.E. van (2007). Noot bij: HR (23-02-2007), (Ontslagen bankdirecteur, formele rechtskracht). JA 2007-69, p. 635-659. Maanen, G.E. van (2007). Noot bij: HR (13-04-2007), (Iranse vluchteling). JA 2007-93, p. 814-831. Maanen, G.E. van (2007). Noot bij: HR (23-02-2007), (ontslagen bankdirecteur). JB 2007-66, p. 359-362. Maanen, G.E. van (2007). Noot bij: HR (13-04-2007), (Overheidsaansprakelijkheid, relativiteitsvereiste). JB 2007-100, p. 511-516. Nys, H. (2005). Noot bij: Cass. (16-12-2004), (De informatieplicht van de arts: aan wie behoort de bewijslast). R.W. 2004, p. 1554. Schoubroeck, C. van (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (06-02-2006), T.B.H., p. 1062. Schoubroeck, C. van (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (10-12-2004), T.B.H., p. 1065. Schoubroeck, C. van (2005). Noot bij: Antwerpen (24-12-2003), T.B.H., p. 1079. Schoubroeck, C. van (2005). Noot bij: Pol. Brugge (30-05-2005), T.B.H., p. 1095. Schoubroeck, C. van (2006). Noot bij: Cass. (19-05-2005). T.B.H. 2006-7, p. 751. Schoubroeck, C. van (2006). Noot bij: Cass. (07-10-2005), (Wil van de benadeelde om vergoeding te bekomen, stuit verjaring rechtstreekse vordering). T.B.H. 2006-7, p. 754-756. Schoubroeck, C. Van (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (07-12-2006), (Beroep – Artikel 88 tweede lid Wet Landverzekeringsovereenkomst – Vereiste van een kennisgeving – Modaliteiten). T.B.H. 2007-5, p. 513-514. 201 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Schoubroeck, C. Van (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (05-01-2006), (Vragen bij de dwingende bepaling van de opzegging van verzekeringsovereenkomsten). T.B.H. 2007-8, p. 776-777. Schoubroeck, C. Van (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (12-01-2007), (Algemeen geformuleerde zorgvuldigheidsplicht niet sanctioneren door verval van dekking). T.B.H. 2007-8, p. 791-793. Schoubroeck, C. Van (2007). Noot bij: Hof van Cassatie (13-04-2007), (De verzekeraar moet bewijzen dat aan de voorwaarden van de uitsluiting van dekking is voldaan). T.B.H. 2007-8, p. 802. Stouten, M. (2007). Noot bij: HJvEG (26-06-2007), AB 2007-369, p. 19611970. Van, A.J. (2005). Noot bij: Rb. Amsterdam (20-09-2004), (De kosten van het deskundigenbericht). Letsel & Schade 2005-4, p. 19-21. Van, A.J. (2006). Noot bij: Rb. Arnhem (15-02-2006), LJN AW1836, JA 200674, p. 596-597. Van, A.J. (2007). Noot bij: Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (19-07-2007), TVP 2007-3, p. 94-97. Vegter, M.S.A. (2005). Noot bij: HR (20-05-2005), 65, JA, p. 589-592. Verheij, A.J. (2006). Noot bij: HR (16-12-2005), AV&S, p. 129-132. Verheij, A.J. (2007). Noot bij: HR (24-11-2006), 1106, TVP 2007, p. 23-26. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Hendrikse, M.L. (2005). Enkele kritische opmerkingen over de verjaringsregeling in het nieuwe verzekeringsrecht. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 4, 176-178. Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (2005). Geschillenbeslechting in het verzekeringsrecht. In M.L. Hendrikse, Ph.H.J.G. van Huizen & J.G.J. Rinkes (Eds.), Nieuw verzekeringsrecht praktisch belicht (Recht en praktijk, 137) (p. 69-87). Deventer: Kluwer. Hendrikse, M.L. (2006). Algemene voorwaarden en verzekeringen. In M.L. Hendrikse, R.H.C. Jongeneel & B. Wessels (Eds.), Algemene voorwaarden (Recht en Praktijk, 143) (4de druk). (p. 581-605). Deventer: Kluwer. Hendrikse, M.L. (2006). De invloed van Titel 7.17 op enkele veel voorkomende clausules in verzekeringsvoorwaarden. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 3, 74-80. 202 Aansprakelijkheid en verzekering Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (Eds.). (2007). Insurance and Europe. Zutphen: Paris. (102 p.) Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (2007). Europe and insurance: The Consumer Perspective. In M.L. Hendrikse & J.G.J. Rinkes (Eds.), Insurance and Europe (p. 11-39). Zutphen: Paris. Hendrikse, M.L. (2007). [Bespreking van het boek Risicoverzwaring bij schadeverzekeringen (diss. RUN)]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 2, 76-82. Hendrikse, M.L. (2007). Risicoverzwaring in het verzekeringsrecht: een weerbarstig leerstuk. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 241-259. Hendrikse, M.L., Martius, H.P.A.J. & Rinkes, J.G.J. (2007). Kroniek Verzekeringsrecht 2006. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 8, 342-352. Hondius, E.H. (2005). The Kelly case – compensation for undue damage for wrongful treatment. In J.K.M. Gevers, E.H. Hondius & J.H. Hubben (Eds.), Health law, human rights and the Biomedicine Convention. Essays in honour of Henriëtte Roscam Abbing (International studies in human rights, 85) (p. 105116). Leiden: Nijhoff. Hondius, E.H., Gevers, J.K.M. & Hubben, J.H. (Eds.). (2005). Health law, human rights and the Biomedicine Convention. Essays in honour of Henriëtte Roscam Abbing (International studies in human rights, 85). Leiden: Nijhoff. Hondius, E.H. (2007). [Bespreking van het boek Aansprakelijkheid van artsen, diss. Leiden]. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, 176-177. Martius, H.P.A.J. (2006). Het nieuwe sommenverzekeringsrecht: Begunstiging met en overdracht van en vestiging van beperkte rechten op het recht van uitkering nader beschouwd (I). Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6681, 673-675. Martius, H.P.A.J. (2006). Het nieuwe sommenverzekeringsrecht: Begunstiging met en overdracht van en vestiging van beperkte rechten op het recht van uitkering nader beschouwd (II). Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6682, 693-695. Martius, H.P.A.J. (2006). Het nieuwe sommenverzekeringsrecht: Begunstiging met en overdracht van en vestiging van beperkte rechten op het recht van uitkering nader beschouwd (III). Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6683, 718-720. Martius, H.P.A.J. (2006). Verslag, Nota & Eindbehandeling in de Eerste Kamer: Enige onduidelijkheden aangaande het nieuwe verzekeringsrecht (Titel 7.17 BW) op de valreep weggewerkt (Deel I). Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 1, 17-20. 203 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Martius, H.P.A.J. (2006). Verslag, Nota & Eindbehandeling in de Eerste Kamer: Enige onduidelijkheden aangaande het nieuwe verzekeringsrecht (Titel 7.17 BW) op de valreep weggewerkt (Deel II). Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 5, 191-193. Rinkes, J.G.J. (2005). Te late premiebetaling. In M.L. Hendrikse, Ph.H.J.G. van Huizen & J.G.J. Rinkes (Eds.), Nieuw verzekeringsrecht praktisch belicht (Recht en Praktijk, 137) (p. 157-174). Deventer: Kluwer. Veen, M. van der, Spaans, M. & Janssen-Jansen, L. (2007). The concept of non-financial compensation: what is it, which forms are distinguished and what can it mean in spatial terms? In P. Boelhouwer, D. Groetelaers & E. Vogels (Eds.), ENHR Sustainable Urban Areas (p. 1-17). Delft: ENHR/Onderzoeksinstituut OTB. OVERIGE PUBLICATIES Cousy, H. (2005). Pensioenfondsen tussen specificiteit en convergentie. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 8, 830-838. Deben, L. (2005). De nieuwe Belgische Verkeersveiligheidswet: Veiliger verkeer? Verkeersrecht: Juridisch Maandblad Betreffende het Wegverkeer, 200505, 137-144. Deben, L. (2005). De optimale juridische omstandigheden voor de bestuurlijke boete. RA-2005-58. Diepenbeek: Steunpunt Verkeersveiligheid. Deben, L. (2005). Welvaartsimplicaties van overheidsoptreden, De public interest benadering. RA 2005-62. Diepenbeek: Steunpunt Verkeersveiligheid. Deben, L. (2006). Een administratieve kostenschatting van de Belgische en de Nederlandse verkeersboete. RA-2006-62. Diepenbeek: Steunpunt Verkeersveiligheid. Deben, L. (2006). Verkeershandhaving door de bestuurlijke boete; Een rechtseconomische benadering. RA-2006-81. Diepenbeek: Steunpunt Verkeersveiligheid. Deben, L. & Vereeck, L.M.C. (2006). Verkeersovertredingen: De belangrijkste veranderingen met betrekking tot verkeersovertredingen na 31.03.2006. Verkeer, aansprakelijkheid en verzekering, 482-487. Faure, M.G., Bowles, R. & Garupa, N. (2005). Forfeiture of illegal gain: an economic perspective. Oxford Journal of Legal Studies, 25, 2, 275-295. Giesen, I. (2005). De donkere kamer van Vranken... Nederlands Juristenblad, 36, 1889-1890. 204 Aansprakelijkheid en verzekering Giesen, I. (2005). Geen huisje zo heilig of er past wel een sloophamer bij... Nederlands Juristenblad, 42, 2200-2201. Bartels, S.E. & Giesen, I. (2006). Wisseling van de wacht in standaardrechtspraak. Aan de hand van Haviltex, Fox en het Bloemendaalse slooppand. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 59-71). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hendrikse, M.L., Margetson, N.J. & Maters, T.M. (2005). Doorbreking van de bescherming van de CMR-vervoerder (art 29 CMR). In M.L. Hendrikse & Ph.H.J.G. van Huizen (Eds.), CMR: Internationaal vervoer van goederen over de weg: een praktische en rechtsvergelijkende benadering (NTHR-reeks, 3) (p. 189-213). Zutphen: Paris. Huizen, Ph.H.J.G. van (2005). Transparantie van pensioenrechtelijke verhoudingen met als ondertitel het Pensioenfonds als Vermogensbeheerder. Tijdschrift voor Pensioenvraagstukken, 2, 47-53. Huizen, Ph.H.J.G. van (2005). Hoofdstuk 8: Algemene CMR-schadevergoedingsregeling (art. 23-27 CMR). In M.L. Hendrikse & Ph.H.J.G. van Huizen (Eds.), CMR: Internationaal vervoer van goederen over de weg: een praktische en rechtsvergelijkende benadering (NTHR-reeks, 3) (p. 163-178). Zutphen: Paris. Huizen, Ph.H.J.G. van & Hendrikse, M.L. (Eds.). (2005). CMR: Internationaal vervoer van goederen over de weg: een praktische en rechtsvergelijkende benadering (NTHR-reeks, 3). Zutphen: Paris. (322 p.). Huizen, Ph.H.J.G. van (2007). Enkele beschouwingen rondom Art. 29 CMR. European Transport Law, 42(3), 339-353. Klosse, S. (2005). The European Employment Strategy: which way forward? International Journal of Comparative Labour Law and Industrial Relations, 21, 5-37. Klosse, S. (2005). Van de regen in de drup? Arbeid integraal, 2005/3, 5-23. Klosse, S. (2005). Maatschappelijk verantwoord ondernemen: ontbrekende schakel in het Europese werkgelegenheidsbeleid? In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Noodzaak, plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (p. 77-109). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Klosse, S. (2005). Sociale zekerheid: (grond)recht van het kind. In J. Berghman, S. Klosse & G.J. Vonk (Eds.), Kind in de sociale zekerheid: verwend of verdrukt (p. 136-164). Amstelveen: SVB. 205 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Klosse, S., Berghman, J. & Vonk, G.J. (Eds.). (2005). Kind in de sociale zekerheid: verwend of verdrukt? Amstelveen: SVB. (244 p.). Klosse, S. & Heerma van Voss, G.J.J. (2006). Arbeidsrechtelijke sociale zekerheid: wat is dat eigenlijk? In M. Herweijer, G.J. Vonk & W.A. Zondag (Eds.), Sociale Zekerheid voor het oog van de meester (p. 159-175). Deventer: Kluwer. Maanen, G.E. van (2007). De taak van de regtswetenschap en de plaats van de hooge raad (redactioneel). Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 6, 221. Margetson, N.J. (2005). De verzoekschriftprocedure in eerste aanleg. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (p. 333-364). Deventer: Kluwer. Margetson, N.J. & Hendrikse, M.L. (2005). A comparative law study of the relationship between the obligations of sea carriers and the exceptions. European Transport Law, 2, 161-173. Margetson, N.J. & Margetson, N.H. (2005). House of Lords, 25 november 2004, ‘Jordan II’: FIOST-clausule is niet in strijd met artikel 3 lid 22 Hague (Visby) Rules. Tijdschrift Vervoer & Recht, 2, 58-60. Nys, H. (2006). Patient Rights in the EU – Czech Republic (European EthicalLegal Papers, 1). Leuven: Katholieke Universiteit Leuven. (46 p.) Nys, H. (2006). Levensbeëindiging en dementie. Wat is juridisch mogelijk? Wat is juridisch wenselijk? In L. van Gorp (Ed.), Kleur geven aan de grijze massa. Ethische vragen over dementie & euthanasie (p. 57-66). Antwerpen/ Apeldoorn: Garant. Nys, H. (2006). Zet de Belgische Euthanasiewet de mensenrechten onder druk? De Belgische Euthanasiewet tussen zelfbeschikking en gewetensvrijheid. In De euthanasiewet: grondrechten onder druk? (p. 102-129). Budel: Uitgeverij Damon. Nys, H. & Exter, A. den (2006). Europa en de gezondheidszorg. In H. Hermans & M. Buijsen (Eds.), Recht en Gezondheidszorg (p. 277-303). Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. Nys, H. (2006). Towards an International Treaty on Human Rights and Biomedicine? Some reflections inspired by UNESCO's Universal Declaration on Bioethics and Human Rights. European Journal of Health Law, 1, 5-8. Nys, H. (2006). Recent Developments of health Law in Belgium. European Journal of Health Law, 2, 95-101. 206 Aansprakelijkheid en verzekering Nys, H. (2006). Enkele beschouwingen over de ethiek van het kankeronderzoek. Tijdschrift voor Geneeskunde, 14-15 en 1062-1066. Nys, H. (2006). Levensbeëindiging en dementie. Wat is juridisch mogelijk? Wat is juridisch wenselijk? Tijdschrift voor Geneeskunde, 23, 1687-1693. Nys, H. (2007). Legal rules in the Member States and existing initiatives/ activities, in European Parliament, Policy Department, Economic and Scientific Policy, Organ Donation and Transplantation: Policy options at EU level, Briefings, Dialogue and Report. In Policy options at EU level, Briefings, Dialogue and Report (p. 17-19). [Online]. Available from: <http://www.consorzioco me ta.it/organdonation> [27-11-2007]. Schamps, G. (2006). L'incidence pour les proches des réglementations relatives aux droits du patient et à l'euthanasie en droit belge. In Actes du 16e Congrès mondial de droit médical, Toulouse, 7-11 août 2006 (p. 1375-1382). Bordeaux: Les Études Hospitalières. Schamps, G. (2006). La reglamentacion belga relativa al fin de la vida: Los cuidados paliativos. La Eutanasia. Revista de Derecho Comparado, 119-144. Schamps, G. (2006). La réglementation belge relative à la fin de vie: l'euthanasie – les soins palliatifs. Revue générale de droit médical, 20, 209-291. Schoubroeck, C. Van (2006). Artikel 106. In J. Erauw et al. (Eds.), Het wetboek internationaal privaatrecht becommentarieerd – Le Code de droit international privé commenté (p. 549-555). Antwerpen/Bruxelles: Intersentia/Bruylant. Vegter, M.S.A. (2005). Ontslag op staande voet wegens schending controlevoorschriften bij ziekte. Bedrijfsjuridische Berichten, 10, 108-110. Vegter, M.S.A. (2006). Arbeidsongeschiktheid, concurrentiebeding en relatiebeding. Jurisprudentie Arbeidsrecht Verklaard, 3, 3-10. Vegter, M.S.A. (2006). Toepassing CAO na overgang van onderneming. Bedrijfsjuridische Berichten, 10, 85-88. Vegter, M.S.A. (2006). Verlenging stageperiode advocaten: nog steeds geen gelijke behandeling m/v. Nederlands Juristenblad, 27, 1499-1500. 207 GRENSOVERSCHRIJDEND MILIEURECHT A. VOLLEDIGE TITEL Grensoverschrijdend milieurecht B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Dhr. Prof.Dr. M.G. Faure LL.M. (UM) 01-01-95 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Dr. K. Deketelaere (KUL) Dhr. Prof.Dr. M.M.L.L. Pâques (UL) Mw. Dr. M. Peeters (UM) Mw. Prof.Mr. R. Uylenburg (UvA) 01-01-95 01-01-99 01-02-07 01-05-04 senior onderzoekers Dhr. Prof.Mr. G. Betlem (Southampton) Dhr. Dr. T. Vanden Borre Dhr. Prof.Dr. G. van Calster (KUL) Dhr. Dr. M.A. Heldeweg (UT) Mw. Dr. M. Peeters (UM) Dhr. Prof.Mr. Th. de Roos (UvT) Dhr. Prof.Mr. B. Schueler (UvA) Dhr. Mr. R.J.G.H. Seerden (UM) Dhr. Prof.Mr. H. Somsen (UvT) Mw. Prof.Dr. E.I.L. Vos (UM) 01-09-98 01-04-05 01-01-95 01-06-06 01-06-02 01-01-95 01-05-04 01-06-00 01-05-04 01-10-04 onderzoekers Dhr. M. Delnoy Dhr. Drs. F.T. Groenewegen (UvA) Dhr. W.G.A. Hazewindus (UvA) Dhr. Dr. G.M.A. van der Heijden (UvA) Dhr. Dr. A. Klap (UvA) Dhr. Prof.Mr. N. S.J. Koeman (UvA) Dhr. Prof.Mr. W. Konijnenbelt (UvA) 10-11-06 14-04-06 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-05-04 Einde 31-01-07 31-05-06 30-09-06 31-05-07 30-09-06 31-01-06 31-01-07 30-09-06 30-09-06 209 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Mw. Mr. V. van 't Lam (UvA) Dhr. Prof.Mr. G.J. Lammers Mw. M. Matthee Dhr. Dr. R. Neerhof (UM) Dhr. Dr. D. Roef (UM) Mw. Prof.Mr. H.G. Sevenster (UvA) Dhr. B. Vanheusden (Hasselt) Mw. Mr. M.J.C. Visser (UvA) Mw. Mr.Drs. E.M. Vogelezang-Stoute (UvA) Dhr. Dr. F. Wendler (UM) promovendi Mw. Mr. J. Bazelmans (UvA) Mw. Mr. M.N. Boeve (UvA) Dhr. J. De Cendra de Larragán (UM) Dhr. K. de Cock (KUL) Dhr. M. Delnoy (UL) Dhr. S.N.A. Dimitrov, LL.M. (UvA) Dhr. Mr. T.F.M. Etty (VU) Mw. Mr. F.M. Fleurke (UvA) Dhr. Drs. F.T. Groenewegen (UvA) Mw. M. Haritz (UM) Dhr. Mr. J. Heyman (KUL) Dhr. Mr. J.M.P Janssen (UvA) Mw. Mr. Drs. K.A.W.M. de Jong (UvA) Mw. Mr. K. Kliphuis (UvA) Mw. S. Leprince (UL) Mw. I. Martens (KUL) Mw. M. Matthee Dhr. Mr. R. Mellenbergh (UvA) Mw. Mr. M. Oomens (UvA) Mw. Mr. A.M.C. Polman (UvA) Mw. Mr. S.T. Ramnewash-Oemrawsingh (UvA) Mw. K. de Smedt (UM/LUC) Mw. Mr. L. Smorenburg-van Middelkoop (UvA) Dhr. J. de Staercke (KUL) Dhr. Mr. P. Stamoulis Dhr. Mr. S. Ubachs Dhr. B. Vanheusden (Hasselt) Mw. H. Wang (KUL) Mw. Mr. M.N. van Waterschoot (UvA) 210 Begin 01-10-05 01-05-04 27-10-07 01-02-07 01-01-95 01-05-04 11-05-07 01-01-95 01-05-04 01-10-05 01-02-06 01-05-04 01-04-05 01-10-03 01-01-99 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-10-05 01-01-95 01-05-04 01-05-04 01-02-06 01-01-99 01-10-99 01-02-06 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-05-04 01-06-02 01-05-04 01-10-03 01-10-04 01-07-01 01-10-03 01-05-04 01-05-04 Einde 31-01-07 31-05-06 30-09-07 09-11-06 13-04-06 31-05-07 30-09-06 31-05-07 26-10-07 30-09-07 22-06-06 30-09-06 10-05-07 30-09-06 Grensoverschrijdend milieurecht Dhr. P.E. Wenneras LL.M. (UvA) Dhr. M. Wibisana (UM) Dhr. J. Zander (UM) D. Begin 01-05-04 01-10-03 01-10-03 Einde 26-10-06 TREFWOORDEN Harmonisatie, Instrumenten, Risico, Klimaat, Biotechnologie E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Leiderschap, managementstijl & communicatie Het programma wordt gecoördineerd vanuit een aan de Universiteit Maastricht verbonden onderzoeksleider, Michael Faure. Hij neemt in overleg met de andere onderzoeksleiders de coördinatie van de werkzaamheden binnen het programma voor zijn rekening. De gezamenlijke onderzoeksleiders van de Universiteiten van Amsterdam, Leuven en Maastricht onderhouden regelmatig contact met elkaar. In beginsel is er één onderzoeksleider per betrokken instelling. Het betreft Rosa Uylenburg voor het Centrum voor Milieurecht van de Vrije Universiteit Amsterdam, Kurt Deketelaere voor het Instituut voor Milieu en Energierecht van de Katholieke Universiteit Leuven en Marjan Peeters voor METRO van de Universiteit Maastricht. Echter, gelet op de zeer nauwe samenwerking met het pionierprogramma rond de juridische aspecten van Biotechnologie van Prof. Han Somsen (Amsterdam) evenals met het Programma over recht en risico van Prof. Ellen Vos (Maastricht) worden ook zij steeds bij de besluitvorming binnen het programma betrokken, zonder dat het in deze fase noodzakelijk leek het aantal formele onderzoeksleiders uit te breiden. De facto leiden respectievelijk Somsen en Vos hun eigen onderzoeksgroepen rond biotechnologie en recht respectievelijk recht en risico evenwel zonder dat deze formeel als deelprogramma zijn opgevoerd. De facto bestaat het programma uit onderzoek dat wordt uitgevoerd binnen drie op het milieurecht gerichte instituten, respectievelijk het Instituut voor Milieu en Energierecht van de Katholieke Universiteit Leuven, het Maastrichts Europees Instituut voor Transnationaal Rechtswetenschappelijk Onderzoek (METRO) van de Universiteit Maastricht (dat tevens een sterke milieurechtelijke inslag heeft) en Centrum voor Milieurecht van de Universiteit Amsterdam. Niet al het binnen deze separate instituten uitgevoerde onderzoek werd in de onderzoekschool ingebracht. Dat is evident uitsluitend het geval voor zover het gaat om onderzoek dat bijdraagt aan de uitvoering van het Ius Commune programma. Er wordt regelmatig email correspondentie gehouden met de andere onderzoeksleiders. Op basis daarvan vindt overleg plaats ondermeer over te onder211 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 nemen activiteiten, bijvoorbeeld over gezamenlijke congressen of over de te organiseren workshop op de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Naast de jaarlijkse Ius Commune conferentie vinden ook regelmatige workshops plaats waaraan een groot deel van de betrokken onderzoekers deelneemt. Dit betekent dat alle onderzoekers binnen het programma elkaar ten minste eenmaal per jaar treffen tijdens de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Daarnaast wordt ook in het kader van vele onderzoeksprojecten samengewerkt. Zo participeren (zie hieronder) de onderzoekers in dit programma ook gezamenlijk in verscheidene contractonderzoeksprojecten en is ook beslist om voortaan dit gezamenlijk onderzoek extern als eenheid te presenteren in het instituut ICCEL (Ius Commune Centre for Environmental Law). Dit zal hieronder eveneens worden toegelicht. Participanten binnen dit programmaonderdeel van de Ius Commune onderzoeksschool zijn nog steeds de oorspronkelijke partners Maastricht en Leuven, inmiddels aangevuld, zoals aangegeven, met Luik en de Universiteit van Amsterdam. In die verscheidene faculteiten is het milieurechtelijk onderzoek in verschillende centra georganiseerd en het zijn dan ook de onderzoekers van die centra die samen het programma grensoverschrijdend milieurecht uitvoeren. Het gaat daarbij wat Leuven betreft om het Instituut voor Milieu- en Energierecht (IMER), voor Maastricht het Maastrichts Europees Instituut voor Transnationaal Rechtswetenschappelijk Onderzoek (METRO), voor Amsterdam het Centrum voor Milieurecht en voor Luik de leerstoel administratief en milieurecht van Professor Michel Pâques. De Universiteit Utrecht is weliswaar oorspronkelijk partner bij de Ius Commune onderzoeksschool, doch de milieujuristen van Utrecht participeerden in een andere onderzoeksschool en waren derhalve niet bij dit programmaonderdeel betrokken. II. Programmaopzet a. Thema: grensoverschrijdend milieurecht Zoals aangegeven blijft het centrale thema van dit programma nog steeds het grensoverschrijdend milieurecht. Wat dat betreft wordt verder uitvoering gegeven aan de oorspronkelijke programmaopzet zoals deze in 1997 werd vastgelegd. Centraal idee is en blijft derhalve dat via rechtsvergelijkend onderzoek kan worden blootgelegd wat de beginselen zijn die gemeenschappelijk zijn aan verscheidene milieurechtsstelsels in Europa (en daarbuiten), zodat op die wijze een bijdrage kan worden geleverd aan de zoektocht naar een ‘milieurechtcultuur in Europa’. Daarenboven wordt ook onderzocht welke de consequenties zijn van het vaststellen van die overeenkomsten of verschillen met het oog op de vraag of welk niveau (lokaal, nationaal of Europees) milieuregulering tot stand dient te komen. Ook blijft centrale vraag voor de onderzoeksgroep welke 212 Grensoverschrijdend milieurecht waaier van milieujuridische instrumenten op een optimale wijze (al dan niet in combinatie) dienen te worden ingezet ter bestrijding van (grensoverschrijdende) milieuverstoring. b. Methodologie Centraal binnen dit programma blijft uiteraard, gelet op de plaats binnen de onderzoeksschool, dat methoden worden gebruikt om een milieurechtelijke Ius Commune te ontdekken. Dat betekent uiteraard in de eerste plaats dat de klassieke milieurechtelijke rechtsvergelijking wordt toegepast waarbij verschillende stelsels met elkaar worden vergeleken, verschillen worden geanalyseerd en kritisch worden bestudeerd. Echter, vanuit de vaststelling vanuit die overeenkomsten of die verschillen wordt vervolgens ook kritisch stilgestaan bij de vraag wat de onderscheiden rol is van verschillende bestuursniveaus (lokaal, nationaal, Europees of internationaal) bij de aanpak van (grensoverschrijdende) milieuproblemen. Derhalve zal bijvoorbeeld in de context van de regulering van klimaatverandering niet alleen aandacht worden besteed aan de optimale juridische instrumenten, maar ook aan de vraag op welk niveau deze op optimale wijze kunnen worden ingezet. Echter, bij die zoektocht wordt niet alleen van rechtsvergelijking gebruik gemaakt, maar ook van de nationale milieurechtelijke dogmatiek. Inderdaad, een accurate bestudering van het nationaal milieurecht is bijvoorbeeld reeds van belang om aangewezen instrumenten te identificeren die kunnen worden ingezet bij de bestrijding van grensoverschrijdende milieuverstoring. Daarnaast kan fundamenteel onderzoek naar nationaal milieurecht ook een bijdrage leveren aan de totstandkoming van een milieurechtelijk Ius Commune. Immers, voor zover in een onderzoek naar nationaal milieurecht ook fundamentele vragen worden gesteld over de optimale wijze waarop bepaalde instrumenten (al dan niet in combinatie) het meest effectief zullen zijn om bepaalde milieurechtelijke doelen te bereiken wordt ook een bijdrage geleverd aan het milieurechtelijk Ius Commune gedachtegoed. Bij deze kritische zoektocht naar een optimaal milieurecht spelen onder meer milieurechtelijke beginselen een belangrijke rol. Een vraag die desbetreffend onder meer ook rijst is in welke mate vanuit die beginselen ook een codificerend of harmoniserend effect uitgaat. Bijvoorbeeld bij een onderzoek naar de wijze waarop in de Nederlandse jurisprudentie of bestuurspraktijk met het voorzorgsbeginsel wordt omgegaan kunnen ook belangrijke inzichten worden verworven over de wijze waarop in het algemeen door rechter of bestuur wordt omgegaan met besluitvorming op milieurechtelijk vlak onder onzekerheid. Hoewel de aanpak van de meeste onderzoekers primair (milieu)juridisch zal zijn moge duidelijk zijn dat enkele van het in het kader van dit programma bestuurde vragen enkel beantwoord kunnen worden met behulp van het inroepen van andere disciplines. Bijvoorbeeld de vraag naar het optimaal gebruik van verschillende instrumenten ter reductie van milieuschade of klimaatverandering (milieubelastingen, emissiehandel of vergunningen) kan worden verrijkt door inzichten vanuit de milieu(rechts)economie. Zo kan ook het debat over de vraag 213 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 welke vorm van milieuregulering op welk bestuursniveau tot stand dient te komen worden verrijkt door bestuurskundige, politieke theorieën en inzichten vanuit het economisch federalisme. Maar ook de wijze waarop het recht met onzekere risico's omgaat, die bijvoorbeeld door nieuwe (bio)technologieën worden gecreëerd overstijgt vaak het zuiver juridische. Sociologen (waaronder uiteraard Beck), maar ook politicologen en psychologen hebben belangrijke inzichten geleverd, onder meer over de wijze waarop onzekere risico's door burgers worden gepercipieerd. c. Thema's Het moge duidelijk zijn dat een grote groep Ius Commune milieujuristen zich met de hierboven omschreven vragen zullen gaan bezighouden. Enkele onderzoekslijnen kunnen indicatief in een aantal themata worden samengevat. Daarbij staat echter voorop dat deze themata slechts indicatief worden aangegeven voor onderzoekslijnen waarrond bepaalde onderzoekers werken, doch zeker niet limitatief zijn. Het milieurecht is zodanig dynamisch en de maatschappelijke vragen waarop het beantwoordt evolueren zo snel en zijn tevens vaak multidisciplinair, zodat die problemen zich niet binnen strikte themata laten vallen. Slechts om een beeld te schetsen van enkele onderzoeken waarmee de onderzoekers zich in het kader van dit programma grensoverschrijdend milieurecht zullen bezighouden kunnen de volgende themata worden genoemd: Harmonisatie en integratie van het milieurecht De vraag naar de harmonisatie en integratie is een logisch voortvloeisel van het reeds ingezette onderzoek waarbij met behulp van rechtsvergelijking verschillen en overeenkomsten tussen het milieurecht van bepaalde staten werden blootgelegd. De vervolgvraag die onder meer aan bod komt is of de vaststelling van die verschillen nu noodzakelijkerwijze moet betekenen dat een harmonisatie van milieurecht zou moeten worden nagestreefd. Ook kan in dit verband uiteraard worden gedacht aan de vraag welk type milieurechtelijke regulering op welk niveau (lokaal, nationaal, Europees of internationaal) tot stand zou moeten komen. Gerelateerd daaraan is uiteraard de vraag naar de interne en externe integratie. Voor vele rechtsstelsels betekent dit niet alleen een vormelijk aspect, meer bepaald hoe milieuregulering het best kan worden vormgegeven (via een milieucodex, algemene milieuwet of sectorale wetgeving), maar rijzen ook belangrijke afstemmingsvragen (onder meer met natuurbehoud, ruimtelijke ordening en dergelijke). De vraag naar de externe integratie is uiteraard een fundamenteel punt over de rol van milieurecht en milieubeleid vis-à-vis andere beleidsdomeinen. Voor de goede orde wensen de onderzoekers wel te benadrukken dat bij die integratie, zoals nu ook reeds is vermeld, vanzelfsprekend ook het ruimtelijk ordeningsrecht kan worden toegevoegd. 214 Grensoverschrijdend milieurecht Milieurecht: grondslagen en beginselen Zoals reeds aangegeven is juist binnen het programma grensoverschrijdend milieurecht het van groot belang aandacht te besteden aan de milieubeginselen en meer bepaald aan de vraag of daar vanuit een harmoniserend effect ontstaat. Een van de beginselen die desbetreffend hoog op de agenda staat is uiteraard het voorzorgsbeginsel, ook al omdat dit als leidraad wordt geboden bij de wijze waarop het recht met onzekere risico's zou moeten omgaan. Ook rijst in dit verband de vraag hoe milieuregulering gestalte dient te krijgen met respect voor rechtsstatelijke beginselen. In dat verband dient in Ius Commune kader natuurlijk ook aan de relatie tussen milieu en mensenrechten aandacht te worden besteed en ook aan het bekende debat of milieubescherming zelf als een mensenrecht dient te worden gekwalificeerd. Kortom, een vraag die uiteraard centraal dient te staan is de fundamentele kwestie op welke grondslagen en beginselen milieurecht en milieubeleid zijn gebaseerd. Dit is een vraag, zo moge duidelijk zijn, die rechtstreeks binnen het Ius Commune gedachtegoed kadert. Recht en risico Risico en de wijze waarop we ermee omspringen, maakt deel uit van het dagelijks leven. Risicobeheersing staat volop in de belangstelling. Dit is in het bijzonder het gevolg van recente voedselschandalen, zoals de BSE crisis, de rampen in Enschede en Volendam, de dioxinecrisis, de mogelijke schadelijke effecten van genetisch gemodificeerde organismen, chemicaliën en biotechnologie en het stralingsgevaar van GSM-masten of de mobiele telefoon. Ook recentelijk zijn we weer opgeschrikt door de berichten dat o.a. frites en chips mogelijkerwijs een kankerverwekkende stof, acrylamide, kunnen bevatten. In al deze gevallen rijst de vraag hoe het recht en de regelgever met risico's moet omgegaan. Regelgevers besluiten op basis van een wetenschappelijke evaluatie van risico's verbonden aan bepaalde productieprocessen, producten of stoffen (risicobeoordeling), welke risico's aanvaardbaar worden geacht (risicobeheersing) en welke procedures hierbij moeten worden gevolgd. Tevens rijst hier de vraag of en op welke wijze belanghebbenden en het publiek bij de besluitvorming moeten worden betrokken. Dergelijke beslissingen brengen vaak complexe technische oordelen met zich mee en vereisen een kosten- en batenanalyse. Beoordeling en beheersing van risico's omvatten bovendien zowel juridische, politieke, economische, sociologische en ethische aspecten. Het programma ‘Recht en risico’ beoogt derhalve enkele van de bovengenoemde aspecten van deze problematiek zoals hierboven in grote lijnen uiteengezet te bestuderen en een vergelijking te trekken ten aanzien van de verschillende stelsels (nationaal, Europees en internationaal). Klimaat in relatie tot energie De komende jaren zullen juristen zich ongetwijfeld meer dan tot nu toe het geval was bezig houden met de vraag hoe het recht een bijdrage kan leveren aan 215 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 de reductie van klimaatverandering. Tot nu toe leek dit een terrein te zijn dat voornamelijk door economen werd bestreken en waar dan ook met veel enthousiasme economische instrumenten naar voren werden geschoven. Te weinig ging de aandacht uit naar de juridische haalbaarheid daarvan. Binnen dit kader rijst onder meer de vraag hoe onder meer emissiehandelssystemen (vaak gepropageerd als optimale mechanismen in een efficiënt klimaatbeleid) ook juridisch gestalte zouden kunnen krijgen. Dit roept wederom de vraag op naar het optimaal niveau van regulering en de wijze waarop bijvoorbeeld internationale verplichtingen nationaal of Europees moeten worden vertaald, maar ook rijst de vraag hoe maatregelen ter reductie van klimaatverandering ook daadwerkelijk kunnen worden gehandhaafd. Het moge duidelijk zijn dat de klimaatproblematiek sterk verbonden is met het energierecht. Derhalve wordt voorgesteld dit klimaatthema uit te breiden tot de energierechtproblematiek. Op dat terrein bestaat overigens een sterke expertise binnen de school. III. Beoogde resultaten Uit de hierboven beschreven programmaopzet, methodologie en omschrijving van de te onderzoeken thema's volgt duidelijk dat de onderzoekers binnen dit programma grensoverschrijdend milieurecht beogen om zowel via positiefrechtelijk fundamenteel onderzoek als via rechtsvergelijkend en multidisciplinair onderzoek de grondslagen van milieurecht bloot te leggen. Deels wordt daarbij als resultaat beoogd beter inzicht te krijgen in grondslagen en beginselen van milieuregulering, de rol van integratie in het milieurecht en het comparatieve voordeel van verschillende instrumenten. Tegelijk wordt ook beoogd aan te geven of, na analyse van de verschillen in het milieurecht in de verschillende lidstaten, ook noodzaak is aan harmonisatie en in welke mate. Tegelijk wordt ook op specifieke terreinen als resultaat beoogd aan te geven op welke wijze het recht bijvoorbeeld dient om te gaan met onzekere risico's, hoe het recht een adequate bescherming kan bieden tegen klimaatverandering en hoe juridische instrumenten kunnen worden ingezet ter bescherming van mens en milieu tegen eventuele gevaren (en mogelijkheden) die vanuit de biotechnologie zouden kunnen rijzen. Deels wordt derhalve door het onderzoek van de groep ook beoogd een beter inzicht te krijgen in de onderscheiden in het milieurecht in verscheidene Europese rechtstelsels. Echter, het onderzoek van de groep gaat duidelijk ook verder. Nadat dit inzicht is verkregen, wordt ook aandacht besteed aan de vraag in welke mate een harmonisatie, integratie of andere vorm van afstemming/ coördinatie van het milieurecht, dan wel van verschillende instrumenten binnen een Europa in ontwikkeling is en in welke mate zulks als wenselijk kan worden gekwalificeerd. Bijzondere aandacht wordt ook besteed aan de vraag in welke mate het milieurecht (en zijn verschillende instrumenten) op een specifiek niveau (nationaal, Europees, Mondiaal) dient te worden ingezet en welke de con216 Grensoverschrijdend milieurecht sequenties zijn van het inzetten van instrumenten op deze verschillende niveaus, bijvoorbeeld op een terrein als klimaatverandering. Derhalve wordt tevens ook beoogd een beter inzicht te krijgen wat het vage concept ‘multilevel governance’ in concreto betekent voor het terrein van het milieurecht waar juist een sterke wisselwerking bestaat tussen de verschillende reguleringsniveaus (lokaal, nationaal, Europees en mondiaal). IV. Relatie tot de onderzoekschool Er bestaan zowel inhoudelijke als heldere praktische banden tussen dit programma en de onderzoekschool Ius Commune. Op praktisch vlak zijn de banden met de wetenschappelijke leiding van de Ius Commune Onderzoekschool uiteraard bijzonder kort. Er bestaat een personele unie tussen de coördinator van het programma grensoverschrijdend milieurecht en de wetenschappelijk directeur van de Ius Commune Onderzoekschool. Daardoor vindt steeds een soepele en vlotte doorstroming plaats van informatie vanuit de wetenschappelijke leiding van de Ius Commune Onderzoekschool naar het programma grensoverschrijdend milieurecht en vice versa. Op inhoudelijk vlak werd hierboven reeds aangegeven dat het programma duidelijk een bijdrage levert aan de centrale onderzoeksvraag van de Ius Commune Onderzoekschool. Centraal in de onderzoekschool staat immers de vraag welke de rol is van het recht bij internationale integratieprocessen. Die vraag wordt zowel ten aanzien van verschillende instrumenten als ten aanzien van vragen naar beginselen en integratie van milieurecht, als ook met betrekking tot de vraag hoe het recht met onzekere risico's en gevolgen van biotechnologie dient om te gaan, via rechtsvergelijkend en multidisciplinair onderzoek aangepakt. Precies die vraag naar de rol van het recht bij integrale integratieprocessen staat dan ook centraal binnen dit programma, maar dan wel op het specifieke terrein van het milieurecht. Deze fundamentele Ius Commune vraag naar de integratie wordt, zoals bij de methodologie werd aangegeven, niet allen vanuit de traditionele rechtsvergelijking bekeken (en tevens door de rol van het milieurecht op verschillende reguleringsniveaus te analyseren), maar tegelijk wordt ook fundamenteel onderzoek gedaan naar de grondslagen van het milieurecht en naar vermogen van verschillende juridische instrumenten bijvoorbeeld om problemen zoals biotechnologie, klimaatverandering en onzekere risico's adequaat te benaderen. V. Academische reputatie Vele onderzoekers uit de onderzoeksgroep participeren in nationale en internationale onderzoeksverbanden, hetgeen zeker als een bewijs van academische reputatie kan worden beschouwd. Uit de publicatie lijsten blijkt tevens dat vele leden van de onderzoeksgroep publiceren in multidisciplinaire en tevens internationale tijdschriften die een systeem van peer review volgen. Ook zijn vele van de onderzoeksgroep (vooral de onderzoeksleiders) betrokken bij de redactie 217 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 van tijdschriften. Uit het overzicht van het contractonderzoek (zie hieronder) blijkt tevens dat de onderzoekers herhaaldelijk worden gevraagd om contractonderzoek uit te voeren, bijvoorbeeld voor verscheidene overheden (zoals de Vlaamse Overheid, Nederlandse Ministerie van VROM, Evaluatiecommissie Wet Milieubeheer, EG en OECD), maar tevens voor belangrijke betrokken maatschappelijke actoren (zoals een consortium van grote ondernemingen dat een contractonderzoek over emissiehandel en concurrentie heeft uitbesteed aan onderzoekers binnen de groep). Daarenboven kan op het succes van leden van de onderzoeksgroep op het terrein van de werving van tweede geldstroom onderzoek worden gewezen. Het programma over recht en biotechnologie van Prof. Somsen genoot een pionier subsidie van NWO; Prof. Ellen Vos kreeg met onderzoek over recht en risico een Vernieuwingsimpuls subsidie van NWO en participeert tevens in projecten die worden uitgevoerd in het kader van het zesde kaderprogramma van de Europese Commissie en daarenboven kende NWO recent aan zowel Faure, Peeters als Vos subsidies toe voor vierjarige promotieprojecten. Het succes van de drie participerende centra (Centrum voor Milieurecht te Amsterdam, METRO te Maastricht en het Instituut voor Milieu en Energierecht te Leuven) op het terrein van zowel tweede als derde geldstroom onderzoek kan als een indicatie van reputatie van de onderscheiden onderzoekers worden beschouwd. Daarenboven moet worden aangestipt dat binnen veel deze projecten juist wederom wordt samengewerkt en derhalve ook onderzoekers van de andere instituten actief bij de uitvoering van het onderzoek worden betrokken. VI. Effecten van de samenwerking Zoals uit een bespreking van de inhoudelijke resultaten zal blijken heeft de samenwerking binnen dit programma de facto geleid tot vele gezamenlijk uitgevoerde projecten, publicaties en conferenties. Helder is dat deze gezamenlijke resultaten zonder de samenwerking in het kader van de Ius Commune Onderzoekschool niet tot stand zouden zijn gekomen. Vooral op het terrein van contractonderzoek en projectuitvoering wordt door de verschillende partners actief samengewerkt. Daarbij moet in het bijzonder worden gewezen op het project Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (STEM) waarbij onder andere door het Centrum voor Milieurecht en het instituut METRO een onderzoeksprogramma met een looptijd van vier jaar (2005-2008) wordt uitgevoerd ter evaluatie van milieuwetgeving. Ook werd een project uitgvoerd in opdracht van het Ministerie van VROM (naar de ontwikkeling van milieuwetgeving in Indonesië) waarbij telkens participatie was vanuit de Katholieke Universiteit Leuven. De effecten van de gezamenlijke publicaties en bijeenkomsten kan worden geilllustreerd aan de hand van een recent door de partners samen als onderzoeksgroep ‘Grensoverschrijdend milieurecht’, georganiseerde internationale conferentie over de juridische aspecten van het climate change regime. Tijdens die bijeenkomst zijn, in het bijzonder door de medewerking van participanten van 218 Grensoverschrijdend milieurecht dit programma van de Onderzoekschool Ius Commune, wetenschappelijk zeer waardevolle inzichten verkregen in de vormgeving en werking van de instrumenten, die zien op beperking van klimaatverandering (waarbij zowel juridische als rechtseconomische aspecten aan de orde kwamen), alsmede in de manier waarop binnen verschillende landen deze instrumenten worden ingezet. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 2,10 0,90 1,05 0,70 14,81 1,97 0,97 1,37 1,10 15,49 1,58 0,90 0,73 1,01 13,47 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN I. Bijeenkomsten Verscheidene bijeenkomsten van de programmaleiders hebben plaatsgevonden. ¾ Zo zijn de programmaleiders op 20 februari 2006 samengekomen te Amsterdam. Daar werd onder meer naar aanleiding van de visitatie vergadert over een bijstelling van het programma. ¾ Op 22 maart 2007 is te Maastricht door de programmaleiders overleg gevoerd, waarbij initiatieven zijn genomen inzake verscheidene onderzoeksprojecten. ¾ Organisatie van workshop Uncertain Risks Regulated te Maastricht (samen met prof. M. Everson, Birbeck College, University College London op 11 en 12 februari 2005. ¾ Tijdens de Ius Commune jaarvergadering te Edinburgh op 1 december 2005 vond een workshop plaats rond het thema ‘Legal instruments after the entry into force of the Kyoto Protocol: problems and challenges’. Tijdens deze bijeenkomst is de implementatie van de Europese richtlijn inzake de handel in broeikasgasemissierechten in het Verenigd Koninkrijk, België en Nederland vergeleken. ¾ Tijdens een bijeenkomst van de onderzoeksgroep in Amsterdam (in het gebouw van de KNAW) op 20 februari 2006 vond een workshop plaats met als theme ‘Regulation of air quality in the Netherlands, Belgium and Europe’. Tijdens deze workshop werden papers gepresenteerd door deelnemers aan het programma. 219 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ¾ Tijdens de Ius Commune jaarvergadering te Utrecht op 30 november 2006 werd een workshop gehouden met als thema ‘rechtsvorming door de milieurechter’. Tijdens deze bijeenkomst werd door verschillende leden van de onderzoeksgroep inleidingen gehouden inzake (specifieke aspecten van) de rechtsvorming door het Hof van Justitie van de EG, de Nederlandse bestuursrechter en de nationale rechters in het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Nederland onderling vergeleken. ¾ Tijdens de Ius Commune jaarvergadering te Luik op 29 november 2007 vond een workshop plaats rond het thema ‘Environmental law in the courts’. Tijdens deze workshop werd door de onderzoekers van het programma grensoverschrijdend milieurecht, rechtspraak inzake verschillende thema's, van het Europese Hof van Justitie, van Amerikaanse rechters en de Nederlandse bestuursrecehter besproken. ¾ Lunch seminars Risk and Regulation 2005-2007: - 16 februari 2005: Meeting of the Research Group on Risk Regulation 16 maart 2005: Meeting of the Research Group on Risk Regulation: discussion on Article Science for the Post-Normal Age, by J. Ravetz and S. Funtowicz - 27 april 2005: Alexei Herwig (University of Bremen) GMOs at the WTO – A Postmodern Analysis - 18 mei 2005: Andrew Stirling (SPRU – Science & Technology Policy Research, Freeman Centre, University of Sussex), Science, Precaution and Participation in the Governance of Technology Choice - 7 september 2005: Meeting of the Research Group on Risk Regulation - 26 oktober 2005, J. Decendra (University of Maastricht), Distributional Choices of Climate Change Policy: In Search of a Legal Framework - 16 november 2005: Prof. A. Ogus (University of Manchester) CostEffectiveness: The Neglected Paradigm - 7 december 2005: Andri Wibisana (University of Maastricht), The Precautionary Principle from a Law and Economics Perspective - 25 januari 2006, A. Funke (University of Maastricht) Basic Problems of the Authorization of Chemicals of High Concern in the Draft REACh Regulation - 15 februari 2006, Anne-Maree Farrell (University of Lancaster) The Politics of Blood: Ethics, Risk and Regulation in the European Union - 15 maart 2006, M. Haritz (University of Maastricht) The Application of the PP and Liability Law with Respect to Climate Change 220 Grensoverschrijdend milieurecht - 19 april 2006, P. Van den Bossche (University of Maastricht) Much Ado About Little – Preliminary Conclusions of the WTO Panel in the Biotech Products dispute over the SPS Agreement - 17 mei 2006, V. Bruggeman (University of Maastricht) Financial compensation for victims of catastrophes - 7 juni 2006, C. Ni Ghiollarnáth (University of Maastricht) Trade Law and Climate Change 4 oktober 2006, A. Wibisana (University of Maastricht) The Precautionary Principle and Climate Change Policy: A Law and Economic Analysis 14 december 2006, M. Mathee (University of Maastricht) The Codex Alimentarius Commission and its Standards - 7 maart 2007, Frank Wendler (University of Maastricht) Debating the Legitimacy of Governance through Independent EU Agencies: The Case of the European Food Safety Authority - 4 april 2007, Miriam Haritz (University of Maastricht) Risk News - 31 mei 2007, Joakim Zander (University of Maastricht) Risk Regulation in Practice: The Commission and Infringement Cases in the Area of Free Movement of Goods - 19 november 2007, Marjolein van Asselt (University of Maastricht), Wrestling with Uncertainty: EU Regulation of GMO's - 6 december 2007, Pieter Jan Kuypers (Legal Service European Commission) EU Trade Law and Governance II. Gezamenlijke publicaties Participatie door verscheidene leden van de onderzoeksgroep aan: ¾ Mellenbergh, R.& Uylenburg, R. (red.), Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur. De betekenis van de richtlijn milieuaansprakelijkheid voor Nederland, Groningen, Europa Law Publishing, 2005. ¾ Peeters, M. & Deketelaere, K. (eds.), EU Climate Change Policy, The Challenge of New Regulatory Initiatives, Cheltenham, Edward Elgar, 2006 en ¾ Faure, M. & Niessen, N. (eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience, Cheltenham, Edward Elgar, 2006. ¾ Vos, E. & Wendler, F. (eds.), Food Safety Regulation in Europe. A Comparative Institutional Analysis (Ius Commune Europaeum, 62) Antwerp: Intersentia, 2006. 221 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ¾ Faure, M. & Verhey, A. (eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage, Wenen, Springer, 2007. III. Deelname aan door de EU gefinancierde onderzoeksprogramma's (6de kader programma) ¾ Deelname van Prof. Vos aan het onderzoeksprogramma Promoting food safety through a new integrated risk analysis approach for foods (<http:// www. safefoods.nl>), gefinancierd door de Europese Commissie in het kader van het 6de kaderprogramma. ¾ Deelname van Prof. Vos aan het onderzoeksprogramma Trustnet-in-Action (<http://www.trustnetinaction.com>), gefinancierd door de Europese Commissie in het kader van het 6de kaderprogramma. ¾ Deelname van Prof. Vos aan het onderzoeksprogramma CONNEX, connecting excellence and European governance, gecoördineerd door de University of Manheim (<http://www.mzes.unimanheim.de/projekte/connex>), gefinancierd door de Europese Commissie in het kader van het 6de kaderprogramma. IV. Contractonderzoek ¾ Uitvoering van onderzoeksproject voor het Ministerie van VROM naar de ontwikkeling van milieuwetgeving in Indonesië (door onder meer Faure, Peeters en Niessen van Maastricht) met participatie van onder meer Deketelaere (Leuven). ¾ Uitvoering van een onderzoeksprogramma met een looptijd van vier jaar in opdracht van het Ministerie van VROM betreffende de evaluatie van milieuwetgeving door onder andere het Centrum voor Milieurecht (Amsterdam) en METRO (Maastricht), met betrokkenheid van het Instituut voor Milieuen Energierecht te Leuven. Het betreft een groot opgezet multidisciplinair onderzoek onder de noemer STEM (Structurele Evaluatie Milieuwetgeving). Binnen deze STEM-reeks zijn inmiddels dertien onderzoeksrapporten gepubliceerd, naar aanleiding waarvan verschillende wetenschappelijke artikelen zijn verzorgd. H. VOORTZETTING Bij de aanvang van de Ius Commune onderzoeksschool in 1997 was het grensoverschrijdend milieurecht onmiddellijk onderdeel van de Ius Commune onderzoeksschool. Destijds was de programmaopzet gericht op de vraag op welke wijze rechtsregels kunnen worden ingezet om milieuschade te voorkomen of te reduceren, rekening houdende met rechtsstatelijke eisen in een democratische samenleving. Daarbij werd ook gepoogd om een gezamenlijke ‘milieurechts222 Grensoverschrijdend milieurecht cultuur’ bloot te leggen en werd de organisatie en effectiviteit van de bestrijding van grensoverschrijdende milieuvervuiling in Europees- en verdragsrechtelijk kader onderzocht. Aandacht ging in deze oorspronkelijke programmaopzet ook uit naar de verschillende instrumenten (aansprakelijkheid, regulering, strafrecht) die ter bestrijding van milieuverstoring konden worden ingezet. Er is echter aanleiding om deze oorspronkelijke programmaopzet te herzien, althans aan te passen. Die noodzaak tot aanpassing komt uit verschillende ontwikkelingen voort: In de eerste plaats zijn de programmapunten zoals die destijds in de opzet in 1997 werden verwoord, bijvoorbeeld met betrekking tot het schetsen van een Europeesrechtelijk kader en het onderzoek naar de optimale structuur van het milieustrafrecht, in belangrijke mate vervuld. De aandacht van de onderzoeksgroep heeft zich verder ontwikkeld waardoor, nog steeds voortbouwend op de rode draad naar de rol van het recht bij grensoverschrijdende milieuverontreiniging, nieuwe vragen zich aandienden. Zo hield de laatste jaren een deel van de onderzoeksgroep zich in belangrijke mate bezig met de juridische aspecten van de bestrijding van klimaatverandering en ging de aandacht ook steeds meer uit naar de vraag hoe het recht dient om te gaan met toenemende risico's waaraan men is blootgesteld, bijvoorbeeld ook door het gebruik van biotechnologie. In de tweede plaats werd onder meer naar aanleiding van de visitatie van het Maastrichtse onderdeel van ‘grensoverschrijdend milieurecht’ door de visitatiecommissie opgemerkt dat in een eerste periode veel rechtsvergelijkend onderzoek is uitgevoerd waarbij verschillen en grondslagen tussen de rechtsstelsels weren blootgelegd, maar vervolgens ook de vraag dient te worden aangesneden welke consequenties aan die vaststelling dienen te worden verbonden. De facto heeft de onderzoeksgroep juist die belangrijke vraag de laatste jaren ook reeds aangesneden, meer bepaald in onderzoek naar de integratie van verschillende juridische systemen ter bescherming van het leefmilieu en in onderzoek naar de onderscheiden rol van verschillende bestuursniveaus (lokaal, nationaal en Europees) bij de bescherming van het leefmilieu. Het lijkt derhalve aangewezen ook op dat punt de oorspronkelijke programmaopzet aan te passen aan die nieuwe ontwikkeling. In de derde plaats is sedert 1997 de onderzoeksgroep uitgebreid door toetreding van de milieujuristen van de Universiteit Luik rond de leerstoel van professor Michel Pâques en is in 2003 de Universiteit van Amsterdam tot de onderzoeksschool toegetreden. Met name de toetreding van de onderzoekers van het Centrum voor Milieurecht van de Universiteit van Amsterdam maakt een heroriëntering van het programma noodzakelijk. Hierboven (zie II.c) werd dan ook de hernieuwde programma opzet gepresenteerd, evenals de nieuwe thema's waarop het onderzoek van de groep zich vandaag richt. 223 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Die geboden voorbeelden van thema's mogen ook duidelijk maken dat de vernieuwde programma opzet van de groep enerzijds voortbouwt op de ingeslagen weg door klassieke, doch nog steeds relevante en actuele thema's, zoals regulering en instrumenten centraal te stellen, doch door anderzijds ook te vernieuwen. Bijvoorbeeld door de aandacht nu te richten op integratievragen, klimaatverandering en de wijze waarop het recht omgaat met onzekere risico's die onder meer door nieuwe (bio)technologieën wordt gecreëerd hoopt het programma ook op vernieuwende wijze bij te dragen aan een substantiële verbetering van het kennisniveau op dit terrein. I. KERNPUBLICATIES De gekozen kernpublicaties bieden een beeld van het type onderzoek dat binnen de onderzoeksgroep wordt verricht. De bundels bevatten bijdragen van verschillende leden uit de onderzoeksgroep vanuit de diverse faculteiten. Daarenboven behandelen de bundels belangrijke thema's vanuit een grensverleggend perspectief. Peeters, M.G.W.M. & Deketelaere, K. (Eds.). (2006). EU Climate Change Policy: The Challenge of New Regulatory Initiatives. Cheltenham: Edward Elgar. (334 p.) Faure, M.G. & Verheij, A.J. (Eds.). (2007). Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21). Wien New York: Springer. (x + 338 p.) J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Vos, E.I.L. & Asselt, M.B.A. van (2005). The precautionary Principle in Times of Intermingled Uncertainty and Risk: Some Regulatory Complexities. Water Science and Technology, 52(6), 35-41. Calster, G. van (2006). Regulating nanotechnology in the European Union. Nanotechnology Law & Business, 359-372. Wenneras, P.E. (2006). EC environmental law in national and community courts. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam (258 p.) Faure, M.G. & Nollkaemper, P.A. (2007). International Liability as an Instrument to Prevent and Compensate for Climate Change. Stanford Journal of International Law, 26A/(23A), 123-179. 224 Grensoverschrijdend milieurecht K. DISSERTATIES Lam, V. van 't (08 juni 2005). Het begrip inrichting in de Wet milieubeheer. Moet het begrip inrichting worden behouden als aangrijpingspunt van de regulering in hoofdstuk 8 Wm? Universiteit Utrecht (XIX + 414 p.) (Den Haag: Boom Juridische uitgevers). Prom./coprom.: Prof. F.C.M.A. Michiels & Prof. G.T.J.M. Jurgens. Groenewegen, F.T. (13 april 2006). Wetsinterpretatie en rechtsvorming: een rechtstheoretisch onderzoek naar wetsinterpretatie en rechtsvorming door de rechter in het bestuursrecht en het privaatrecht. Universiteit van Amsterdam (XII + 234 p.) (Den Haag: Boom Juridische uitgevers). Prom.: Prof. P.W. Brouwer. Polman, A.M.C. (26 juni 2006). Luchtvaart en milieu: een onderzoek naar drie instrumenten voor de regulering van de milieuproblematiek rond luchtvaart- en vergelijkbare terreinen Universiteit van Amsterdam (XVI + 279 p.) (Groningen: Europa Law Publishing). Prom./coprom.: Prof. N.S.J. Koeman & Prof. R. Uylenburg. Wenneras, P.E. (26 oktober 2006). EC environmental law in national and community courts. Universiteit van Amsterdam (258 p.) (Amsterdam: Universiteit van Amsterdam). Prom.: Prof. R. Uylenburg. Delnoy, M. (9 november 2006) Contribution à la restructuration du droit de la participation du public en droit de l'urbanisme et de l'environnement. Université de Liège. Prom.: Prof. M. Pâques. Vanheusden, B. (10 mei 2007). Brownfields redevelopment: naar een duurzame stadsontwikkeling. Rechtsvergelijkende analyse betreffende de sanering van sites. K.U. Leuven (485 p.). Prom./coprom.: Prof. K. Deketelaere & A. Draye. Matthee, M. (26 oktober 2007). The Codex Alimentarius Commission and its standards. Universiteit Maastricht (370 p.) (The Hague: T.M.C. Asser Press). Prom.: Prof.Mr. E.I.L. Vos. Cock, K. de (30 oktober 2007). Milieueffectenrapportering als instrument van milieubeleid en -recht binnen de EU: onderzoek van de project-mer-, plan-meren habitatrichtlijn met het oog op een versterking van de juridische bescherming van het leefmilieu. Katholieke Universiteit Leuven. Prom. Prof. K. Deketelaere Smedt, K., de (19 december 2007). Environmental Liability in a Federal System. A Law and Economics Analysis. Universiteit Maastricht (xv +361 p.) (Antwerp: Intersentia). Prom./coprom.: Prof. M.G. Faure & Prof. L.M.C. Vereeck. 225 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Weishaar, S.E. (20 december 2007). Law and Economics analysis of the European Green House Gas Emissions Trading System: allocation and competition. Universiteit Maastricht (xiii + 248 p.). Prom./coprom.: Prof. M.G. Faure & Dr. M.G.W.M. Peeters. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Bazelmans, J.M. (2006). CDM en JI binnen het Europese emissiehandelssysteem. In J.R. van Angeren (Eds.), Klimaatverandering en rechtsontwikkeling anno 2005: preadviezen en verslag van de 89e ledenvergadering van de Vereniging voor Milieurecht op 30 september 2005 (Publicatie van de Vereniging voor Milieurecht, 2006-4) (p. 93-128). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Bazelmans, J.M. (2007). Implementatie van het Clean development Mechanism in Nederland. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 279-292). Groningen: Europa Law Publishing. Bazelmans, J.M., Janssen, J.M.P., Sevenster, H.G. & Smorenburg-van Middelkoop, L. (2007). ‘European Community’ in ‘Reports from International Organizations and Bodies’. In O.K. Fauchald & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (p. 700-712). Oxford: Oxford University Press. Betlem, G. (2005). De rol en betekenis van ‘exploitant-aansprakelijkheid’. Tijdschrift voor Milieu Aansprakelijkheid, 171-176. Betlem, G. (2005). Scope and Defences of the 2004 Environmental Liability Directive: Who is Liable for What? ERA-Forum: scripta iuris europaei, 376388. Betlem, G. (2005). Torts, A European Ius Commune and the Private Enforcement of Community Law. Cambridge Law Journal, 126-148. Betlem, G. & Brans, E.H.P. (Eds.). (2006). Environmental Liability in the EU. The 2004 Directive compared with US and Member State Law. London: Cameron May. (431 p.) Betlem, G. (2006). Transnational Operator Liability. In G. Betlem & E.H.P. Brans (Eds.), Environmental Liability in the EU. The 2004 Directive compared with US and Member State Law (p. 149-188). London: Cameron May. 226 Grensoverschrijdend milieurecht Betlem, G. & Brans, E.H.P. (2006). Environmental Liability in the EU: an introduction. In G. Betlem & E.H.P. Brans (Eds.), Environmental Liability in the EU. The 2004 Directive compared with US and Member State Law (p. 1729). London: Cameron May. Betlem, G. & Bernasconi, Chr. (2006). European Private International Law, the Environment and Obstacles for Public Authorities. Law Quarterly Review, 122, 123-150. Betlem, G. (2007). Beyond Francovich: Completing the Unified Member State and EU Liability Regime. A Comment on the Jan Jans Contribution. In D. Obradovic & N. Lavranos (Eds.), Interface between EU Law and National Law (p. 299-309). Groningen: Europa Law Publishing. Betlem, G. (2007). Public and Private Transnational Enforcement of EU Consumer Law. In W. van Boom & M. Loos (Eds.), Collective Enforcement of Consumer Law (p. 37-62). Groningen: Europa Law Publishing. Betlem, G. (2007). Richtlijnconforme Interpretatie. In S.A. Hartkamp (Ed.), De invloed van het Europese recht op het Nederlands privaatrecht (p. 97-132). Deventer: Kluwer. Boeve, M.N. & Koeman, N.S.J. (2005). Milieukwaliteitsnormen in het bestemmingsplan onder de nieuwe Wro. Milieu en Recht, 7, 415-419. Boeve, M.N. (2005). De Interimwet stad-en-milieubenadering. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 3, 74-82. Boeve, M.N. & Bazelmans, J.M. (Eds.). (2006). Milieueffectrapportage naar huidig en toekomstig recht. Groningen: Europa Law Publishing. (VI + 70 p.) Boeve, M.N. & Lam, V. van 't (Eds.). (2006). Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht). Groningen: Europa Law Publishing. (XVIII + 294 p.) Boeve, M.N. (2006). Hoofdstuk 4 (par. 1, 2, 5, 6 en 8). In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (p. 83-110 & p. 117-128). Groningen: Europa Law Publishing. Boeve, M.N. (2006). Hoofdstuk 6 (par. 1, 2, 3 en 4). In M.N. Boeve, V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 221-237). Groningen: Europa Law Publishing. Boeve, M.N. & Lam, V. van 't (2006). Hoofdstuk 5 (par. 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 10). In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 131-181 & p. 216-218). Groningen: Europa Law Publishing. 227 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Boeve, M.N. & Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Andere milieuhygiënische wetgeving. In N.S.J. Koeman, C.W. Backes & P.C. Gilhuis (Eds.), Milieurecht (p. 430-481). (6de druk). Deventer: Kluwer. Boeve, M.N. (2007). Salderen en compenseren: Nederland onder de stolp. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin. 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 33-47). Groningen: Europa Law Publishing. Borre, T. van den & Delvaux, B. (2005). Recente ontwikkeling in het federale energiebeleid- en recht: Over de Elia-heffing, bijzondere ministerraden en de toekomst. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Energierecht 2004 (p. 39-90). Antwerpen: Intersentia. Borre, T. Vanden (Ed.). (2006). De vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt: de federale wetgeving in een stroomversnelling? (Energie & Recht, 8). Antwerpen: Intersentia. (xviii + 407 p.) Borre, T. Vanden (2006). Overzicht van de evolutie van de vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt in België. In T. Vanden Borre (Ed.), De vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt: de federale wetgeving in een stroomversnelling? (Energie & Recht, 8) (p. 1-50). Antwerpen: Intersentia. Borre, T. Vanden (2006). De federale ombudsdienst voor elektriciteit en gas: naar een nieuw artikel 27. In T. Vanden Borre (Ed.), De vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt: de federale wetgeving in een stroomversnelling?, (Energie & Recht, 8) (p. 127-168). Antwerpen: Intersentia. Borre, T. Vanden (2006). Deel V. Administratief recht. Afdeling 3. Kernenergie. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 11441163). Brugge: die Keure. Borre, T. Vanden (2006). Deel VII. Aansprakelijkheidsrecht. Hoofdstuk 3. Herstel van milieuschade op basis van objectieve aansprakelijkheid. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1327-1368). Brugge: die Keure. Borre, T. Vanden (2006). Deel XI. Gerechtelijk recht. Hoofdstuk 5. Capita selecta energieprocesrecht. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1539-1546). Brugge: die Keure. Borre, T. Vanden & Roobrouck, N. (2006). Internationale energieverdragen. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 171-205). Brugge: die Keure. Borre, T. Vanden (2006). De contouren van een nieuw Europees energiebeleid: ! of ? Milieu- en Energierecht, 4, 235-252. 228 Grensoverschrijdend milieurecht Borre, T. Vanden (2007). Shifts in governance in compensation for nuclear damage, 20 years after Chernobyl. In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 261-311). Wien New York: Springer. Borre, T. Vanden (2007). Via nieuwe en fragmentarische maatregelen in het federale energiebeleid naar een globale visie? In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Energierecht 2005-2006 (p. 33-138). Antwerpen: Intersentia. Bruggeman, V. & Cendra de Larragán, J. de (2007). Energy Law in Spain. (International Encyclopaedia of Laws) The Hague: Kluwer Law International. (322 p.) Calster, G. van (2005). Developments in EC waste law policy – 2003. In E. Thijs & H. Somsen (Eds.), Yearbook of European Environmental Law – 2003 (p. 395-419). Oxford: Oxford University Press. Calster, G. van (2005). Developments in European Court of Justice case-law – 2003. In J. Werksman & G. Ulfstein (Eds.), Yearbook of European Environmental Law – 2003 (p. 609-630). Oxford: Oxford University Press. Calster, G. van (2005). European Union law and policy on soil remediation and brownfields redevelopment. In Aglietto Studio (Ed.), Gestioni di site Contaminati (p. 585-601). Rome: Osservatorio Siti Contaminati. Calster, G. van & Eeckhoutte, D. van (2005). De doorwerking van het internationaal milieurecht in de Belgische rechtsorde. Rechtskundig Weekblad, 6, 361381. Calster, G. van & Vandenberghe, W. (2005). Something for everyone in the Judgement of the European Court of Justice in the German Bottles saga. Review of European Community and International Environmental Law, 73-78. Calster, G. van (2006). Handbook of EU Waste Law. Richmond: Richmond Law & Tax Publishers. (156 p.) Calster, G. van (2006). Developments in EC Waste Law and Policy. In T. Etty & H. Somsen (Eds.), Yearbook of European Environmental Law (p. 339-362). Oxford: Oxford University Press. Calster, G. van (2006). If it ain't broke, don't fix it? Commission efforts to manage the definitions of waste, recycling and recovery. In J.P. Hannequart (Ed.), Compendium on European waste policy (p. 115-119 and 129-130). Brussels: Association of Cities and Regions. 229 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Calster, G. van (2006). Labels and consumer information: Within the law, or bypassing it. In M. Pallemaerts (Ed.), EU and WTO Law: how tight is the legal straightjacket for environmental product regulation (p. 135-140). Brussels: VUB Press. Calster, G. van & Bruggeman, V. (2006). Europees Milieurecht. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 207-278). Brugge: die Keure. Calster, G. van & Deridder, L. (2006). De toekomst van de historische contracten na het arrest van het Europees Hof van 7 juni 2005. In T. Vanden Borre (Ed.), De vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt: de federale wetgeving in een stroomversnelling? (Energie & Recht, 8) (p. 169-187). Antwerpen: Intersentia. Calster, G. van & Eeckhoutte, D. van (2006). De doorwerking van het internationale milieurecht in de Belgische rechtsorde. In J. Wouters & D. van Eeckhoutte (Eds.), Doorwerking van internationaal recht in de Belgische rechtsorde (p. 479-521). Antwerpen: Intersentia. Calster, G. van & Schurmans, M. (2006). Noise. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 877-900). Brugge: die Keure. Calster, G. van (2006). Governance structures for nanotechnology regulation in the EU. Environmental Law Reporter, 10953-10957. Calster, G. van, Deketelaere, K. & Delvaux, B. (Eds.). (2007). Energy and Environmental Law 2006. Leuven: Acco. (338 p.) Calster, G. van (2007). K3: Klimaat, Kyoto, Klaagzang – Over (indirecte) belastingen en de Wereldhandelsorganisatie. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 279-284). Herentals: Knops Publishing. Calster, G. van & Bowman, D. (2007). Reflecting on REACH: Global Implications of the European union's Chemicals Regulation. Nanotechnology Law & Business, 4(3), 375-384. Cendra de Larragán, J. de (2006). Can Emission Trading Schemes be Coupled with Border Tax Adjustments? An Analysis vis-à-vis WTO Law. Review of European Community and International Environmental Law, 15(2), 131-145. De Cendra de Larragán, J. de (2007). The Linking Directive and Russia. In M. Rodi (Ed.), Implementing the Kyoto Protocol-Chances and Challenges for Transition Countries (p. 59-85). Berlin: Lexxion Verlagsgesellschaft. Cock, K. de (2005). Milieueffectenbeoordeling binnen de grenzen van het gelijkheidsbeginsel. Milieu- en Energierecht, 1, 4-19. 230 Grensoverschrijdend milieurecht Deketelaere, K. (Ed.). (2005). Jaarboek Energierecht 2004. Antwerpen: Intersentia. (xvi + 333 p.) Deketelaere, K. (Ed.). (2005). Feestbundel Milieurecht (LeuVeM. Milieurechtstandpunten, 20). Brugge: die Keure. (253 p.) Deketelaere, K., Ashiabor, H., Kreiser, L. & Milne, J. (Eds.). (2005). Critical Issues in Environmental Taxation: International and Comparative Perspectives (volume II). London: Richmond Law & Tax. (597 p.) Deketelaere, K. & Calster, G. van (Eds.). (2005). Energy and environmental law-2005. Leuven: Acco. (750 p.) Deketelaere, K. (2005). EC Transport Policy and Environment and Energy Taxation. In K. Deketelaere et al. (Eds.), Critical Issues in Environmental Taxation: International and Comparative Perspectives (volume II) (p. 99-134). London: Richmond Law & Tax. Deketelaere, K., Bradbrook, A. & Ottinger, R. (2005). ‘Renewables’ (special issue Editors). Journal of Energy and Natural Resources Law, 91-246. Deketelaere, K. (Ed.). (2006). Handboek Milieu- en Energierecht. Brugge: die Keure. (XLIII + 1801 p.) Deketelaere, K., Cavaliere, A., Milne, J., Ashiabor, H. & Kreiser, L. (Eds.). (2006). Critical Issues in Environmental Taxation – Volume III: International and Comparative Perspectives. London: Richmond Tax & Law. (730 p.) Deketelaere, K. (2006). Slotbeschouwingen: rechtszekerheid in het milieu- en energierecht. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1691-1697). Brugge: die Keure. Deketelaere, K. & Delvaux, B. (2006). Energieconvenanten. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1605-1611). Brugge: die Keure. Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2006). Deel I. Milieu, energie, beleid en recht. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1-86). Brugge: die Keure. Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2007). Recente ontwikkelingen inzake milieu- en energierecht. In M. Boes (Ed.), Administratief Recht (p. 5-30). Brugge: Themis. Delnoy, M. (2005). Définition, notions de base, raison d’être et sources juridiques des procédures de participation du public. In B. Jadot (Ed.), La participation du public au processus de décision en matière d’environnement et d’urbanisme (p. 7-30). Bruxelles: Bruylant. 231 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Delnoy, M. (2005). Faut-il codifier les règles relatives aux enquêtes publiques en matière d’urbanisme et d’environnement? Aménagement-Environnement, 43-49. Delnoy, M. (2006). Le CWATUP. Liège: Edi.pro. (302 p.) Dimitrov, S. (2007). Grensoverschrijdende toegang tot de rechter in milieuzaken. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 119-128). Groningen: Europa Law Publishing. Etty, T. & Somsen, H. (Eds.). (2005). The Yearbook of European Environmental Law (volume 4). Oxford: Oxford University Press. (775 p.) Etty, T. & Somsen, H. (Eds.). (2005). The Yearbook of European Environmental Law (volume 5). Oxford: Oxford University Press. (576 p.) Etty, T. (2006). Biotechnology: Current Survey (2004) of Substantive European Community Environmental Law. In T. Etty & H. Somsen (Eds.), Yearbook of European Environmental Law (p. 245-287). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2006). International Biotechnology Law and Policy: Year in Review (2004). In J. Werksman & O.K. Fauchald (Eds.), The Yearbook of International Environmental Law (p. 347-364). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2006). Genetisch Gemodificeerde Organismen op de Europese Gemeenschapsmarkt en in het Nederlandse Milieu: Een Overzicht van het Juridische Kader voor de Doelbewuste Introductie van GGO's. Milieu en Recht, 32(2), 68-76. Etty, T. & Somsen, H. (Eds.). (2007). Yearbook of European Environmental Law. Volume 7. Oxford: Oxford University Press. (650 p.) Etty, T. (2007). Biotechnology: Current Survey (2005) of Substantive EC Environmental Law. In T.F.M. Etty & H. Somsen (Eds.), The Yearbook of European Environmental Law (volume 7) (p. 291-339). Oxford: Oxford University Press. Faure, M.G. & Heine, G. (Eds.). (2005). Criminal Enforcement of Environmental Law in the European Union. The Hague: Kluwer Law International. (187 p.) Faure, M.G. (2005). De Europese richtlijn milieuaansprakelijkheid: kritische inleidende bedenkingen. In R. Mellenbergh & R. Uylenburg (Eds.), Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur (p. 1-20). Groningen: Europa Law Publishing. 232 Grensoverschrijdend milieurecht Faure, M.G. & Vanheule, J. (2005). Afscheid van de zorgplichtbepalingen in het milieustrafrecht? In F. Verbruggen et al. (Eds.), Strafrecht als roeping. Liber Amicorum Lieven Dupont (p. 79-114). Leuven: Universitaire Pers Leuven. Faure, M.G. (2005). Vers un nouveau modèle de protection de l'environment par le droit pénal. Revue Européenne de Droit de l'Environnement, 3-19. Faure, M.G. & Wang, H. (2005). Compensation for Oil Pollution Damage: China versus the International Regime. Asia Pacific Journal of Environmental Law, 9(1), 11-37. Faure, M.G. & Hu, J. (Eds.). (2006). Prevention and Compensation of Marine Pollution Damage. Recent Developments in Europe, China and the U.S. Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. (359 + xxiv p.) Faure, M.G. & Niessen, N.J.A.P.B. (Eds.). (2006). Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience. Cheltenham: Edward Elgar. (337 + xv p.) Faure, M.G. (2006). Naar een effectief milieurecht voor ontwikkelingslanden? In A.W. Heringa et al. (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 259-272). Den Haag: Sdu. Faure, M.G. (2006). Towards a New Model of Criminilization of Environmental Pollution: the Case of Indonesia. In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 188-217). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. & Borre, T. Vanden (2006). Strafrecht. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek Milieu- en Energierecht (p. 1237-1326). Brugge: die Keure. Faure, M.G. & Hartlief, T. (2006). Naar een meer effectieve vergoeding voor slachtoffers van rampen? In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 281-310). Antwerpen: Intersentia. Faure, M.G. & Hu, J. (2006). Foreword. In M. Faure & J. Hu (Eds.), Prevention and Compensation of Marine Pollution Damage. Recent Developments in Europe, China and the U.S (p. i-viii). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. Faure, M.G. & Hu, J. (2006). Comparative Conclusions. In Faure, M.G. & Hu, J. (Eds.), Prevention and Compensation of Marine Pollution Damage. Recent Developments in Europe, China and the U.S. (p. 351-358). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. 233 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Faure, M.G. & Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Introduction. In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 1-8). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. & Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Towards Effective Environmental Legislation in Indonesia? In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 263-288). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. & Wang, H. (2006). Financial Caps for Oil Pollution Damage: China and the International Conventions. In M. Faure & J. Hu (Eds.), Prevention and Compensation of Marine Pollution Damage. Recent Developments in Europe, China and the U.S. (p. 317-347). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. Faure, M.G. Peeters, M.G.W.M. & Wibisana, A. (2006). Economic Instruments: suited to developing countries? In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 218-262). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. & Wang, H. (2006). Economic Analysis of Compensation for Oil Pollution Damage. Journal of Maritime Law and Commerce, 37, 179-217. Faure, M.G. (2007). L'analyse économique du droit de l'environnement. Bruxelles: Bruylant. (362 p.) Faure, M.G., Eger, Th. & Naigen, Z. (Eds.). (2007). Economic Analysis of Law in China. Cheltenham: Edward Elgar. (xix + 324 p.) Faure, M.G. (2007). A Shift toward Alternative Compensation Mechanisms for Environmental Damage? In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 73-102). Wien New York: Springer. Faure, M.G., Eger, Th. & Naigen, Z. (2007). Preface. In Th. Eger, M.G. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of law in China (p. xii-xix). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G., Eger, Th. & Naigen, Z. (2007). Conclusions. In Th. Eger, M.G. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of law in China (p. 307-310). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. & Roos, Th.A. de (2007). Schatting van het voordeel en aftrek van kosten bij de oplegging van de ontnemingsmaatregel. In A. de Lange & M.J.C. Visser (Eds.), Milieustrafrecht; Onderzoek en aanbevelingen voor theorie en praktijk (p. 295-312). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. 234 Grensoverschrijdend milieurecht Faure, M.G. & Verheij, A.J. (2007). Introduction. In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 1-8). Wien New York: Springer. Faure, M.G. & Verheij, A.J. (2007). Concluding Observations. In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 313-333). Wien New York: Springer. Faure, M.G. & Visser, M.J.C. (2007). Ideaaltypisch milieustrafrecht; Opbouw, inhoud en structuur van noodzakelijke delicten. In A. de Lange & M.J.C. Visser (Eds.), Milieustrafrecht; Onderzoek en aanbevelingen voor theorie en praktijk (p. 35-62). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Faure, M.G. & Wang, H. (2007). Economic Analysis of Compensation for Oil Pollution Damage in China. In Th. Eger, M. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of Law in China (p. 272-303). Cheltenham: Edward Elgar. Faure, M.G. (2007). Milieustrafrecht in rechtseconomisch perspectief. Strafblad, 5(6), 458-477. Faure, M.G. (2007). Financial Compensation for Victims of Catastrophes: A Law and Economics Perspective. Law and Policy, 29, 339-367. Faure, M.G. (2007). Insurability of Damage caused by Climate Change: A Commentary. Penn State International Law Review, 155, 1875-1900. Heijden, G.M.A. van der (2006). Europees recht, hindermacht of empowerment? Werken met milieurecht bij gebiedsinrichting in Gelderland. In B. Waterhout & L. Janssen-Jansen (Eds.), Grenzenloze Ruimte, regionale gebiedsgerichte ontwikkelingsplanologie in een Europees perspectief (Reeks planologie, 7) (p. 87-99). Den Haag: Sdu. Janssen, J.M.P. & Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (2006). Hoofdstuk 2. Doorwerking van internationaal en Europees recht. In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 37-68). Groningen: Europa Law Publishing. Janssen, J.M.P. & Uylenburg, R. (Eds.). (2007). Natuurbeschermingsrecht in uitvoering. Groningen: Europa Law Publishing. (90 p.) Janssen, J.M.P. & Sevenster, H.G. (2007). Milieurecht: een proeftuin van Europees recht. In M.V:C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 203-218). Groningen: Europa Law Publishing. Janssen, J.M.P. (2007). Aarhus-Verordening toch bruikbaar voor NGO's. Tijdschrift voor Milieu en Recht, 5, 262-269. 235 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Koeman, N.S.J., Backes, C.W. & Gilhuis, P.C. (Eds.). (2006). Milieurecht. Deventer: Kluwer. (XXIV + 585 p.) Koeman, N.S.J. & Backes, C.W. (2006). Milieu-effectrapportage. In Ch.W. Backes, P.C. Gilhuis & N.S.J. Koeman (Eds.), Milieurecht (p. 125-145). Deventer: Kluwer (6de druk). Koeman, N.S.J. (2006). Milieuprivaatrecht. In Ch.W. Backes, P.C. Gilhuis & N.S.J. Koeman (Eds.), Milieurecht (p. 511-547). Deventer: Kluwer (6de druk). Koeman, N.S.J. (2006). De bestuurlijke lus in het Voorontwerp herziening bestuursprocesrecht. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 269-272. Koeman, N.S.J. (2006). Luchtkwaliteit en nieuwe projecten; op zoek naar europeesrechtelijk aanvaardbare ontkoppelingsmogelijkheden. Milieu en Recht, 5, 280-284. Koeman, N.S.J. (2007). De jurisprudentie inzake de bescherming van gebieden. In J.M.P. Janssen & R. Uylenburg (Eds.), Natuurbeschermingsrecht in uitvoering (p. 33-48). Groningen: Europa Law Publishing. Koeman, N.S.J. (2007). Rechtsbescherming in het omgevingsrecht. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 97-103). Groningen: Europa Law Publishing. Konijnenbelt, W. (2005). Le droit des citoyens à avoir accès à l'eau, au gaz et à l'électricité doit-il être garanti par la Constitution? In le Centre de Recherches & Administratives (Eds.), Annuaire européen d’administration publique, No XXVII (2004) (p. 133-142). Paris: Centre National de la Recherche Scientifique. Konijnenbelt, W. (2005). L'administration et l'énergie aux Pays-Bas. In le Centre de Recherches & Administratives (Eds.), Annuaire européen d’administration publique, No XXVII (2004) (p. 329-339). Paris: Centre National de la Recherche Scientifique. Lam, V. van 't (2007). De gevolgen van de Wabo voor het begrip inrichting. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin. 20 jaar Centrum voor Milieurecht. (p. 5-19). Groningen: Europa Law Publishing. A. de Lange & M.J.C. Visser (Eds.). (2007). Milieustrafrecht: Onderzoek een aanbevelingen voor theorie en praktijk. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (312 p.) Lange, A. de & Visser, M.J.C. (2007). Milieustrafrecht; een rechtsgebied in onderzoek en in beweging. In M.J.C. Visser & A. de Lange (Eds.), Milieustrafrecht; Onderzoek en aanbevelingen voor theorie en praktijk (p. 35-62). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. 236 Grensoverschrijdend milieurecht Lange, A. de & Visser, M.J.C. (2007). Europese wetgevingsinitiatieven op het gebied van het milieustrafrecht. Milieu en Recht, 270-275. Lefevere, J.G.J. (2005). Linking Emissions Trading Schemes: the EU ETS and the ‘Linking Directive’. In Freestone D. & Streck C. (Eds.), Legal Aspects of Implementing the Kyoto Protocol Mechanisms (p. 511-536). Oxford: Oxford University Press. Lefevere, J.G.J. (2005). The EU Greenhouse Gas Emissions Trading: A Background. In Bothe M. & Rehbinder E. (Eds.), Climate Change Policy (p. 103130). Utrecht: Eleven International Publishing. Lefevere, J.G.J. (2005). The EU Greenhouse Gas Emissions Allowance trading Scheme. In Bothe M. & Rehbinder E. (Eds.), Climate Change Policy (p. 259308). Utrecht: Eleven International Publishing. Lefevere, J.G.J. (2005). Part II: the EU Greenhouse Gas Emission Allowance Trading Scheme. In Yamin F. (Ed.), Climate Change and Carbon Markets-A Handbook of Emission Reduction Mechanisms (p. 75-150). London: Earthscan. Matthee, M. (2006). Co-ordination as Means to promote a Coherent System of Intergovernmental Institutions dealing with Food Security. In A. Mahiou & F. Snyder (Eds.), La Securite alimentaire, Academie de Droit International de la Haye (p. 675-702). Den Haag: Nyhoff. Mellenbergh, R. & Uylenburg, R. (Eds.). (2005). Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur, de nieuwe Richtlijn milieuaansprakelijkheid. Groningen: Europa Law Publishing. (187 p.) Mellenbergh, R. (2005). De curator en de naleving van de milieuvergunning. Nederlands Juristenblad, 15, 784-789. Mellenbergh, R. (2006). Soil Protection Law and Reclaiming Soil Decontamination Costs in the Netherlands. Journal for European environmental & planning law, 3, 240-249. Mellenbergh, R. & Schueler, B.J. (2006). De mogelijkheden tot afschaffing of beperking van het zelfrealisatiebeginsel. De reikwijdte van art. 1 Eerste Protocol EVRM en een vergelijking met de situatie in de VS. Bouwrecht, 10, 885896. Mellenbergh, R. (2007). De privaatrechtelijke aspecten van de Wet bodembescherming: noodzakelijk of slechts van tijdelijk aard? In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 141-151). Groningen: Europa Law Publishing. 237 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Neerhof, A.R. (2007). Aansprakelijkheden en draagplichten als een vergunninghouder conform de vergunning handelt: wie is de pineut? Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 16, 138-148. Pâques, M.M.L.L. (Ed.). (2005). Le droit de propriété et Natura 2000 – Natura 2000 and property rights. Bruxelles: Bruylant. (248 p.) Pâques, M.M.L.L. (2005). Interdiction, autorisation, dérogation. In Chr. Bicquet-Mathieu et al. (Eds.), Liber Amicorum Paul Delnoy (p. 1037-1044). Bruxelles: Larcier. Pâques, M.M.L.L. (2005). La nature juridique du quota d’émission de gaz à effet de serre. In F. Maes & A. Verbeke (Eds.), L'échange des droits de pollution comme instrument de gestion du climat/Verhandelbare emissie rechten als klimaatbeleidsinstrument (p. 43-69). Bruxelles: la Charte. Pâques, M.M.L.L. (2005). Le droit de propriété et Natura 2000. Rapport de synthèse. In M.M.L.L. Pâques (Ed.), Le droit de propriété et Natura 2000 – Natura 2000 and property rights (p. 15-38). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. (2005). Natura 2000 and property rights. In M.M.L.L. Pâques (Ed.), Le droit de propriété et Natura 2000 – Natura 2000 and property rights (p. 39-59). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. (2005). Pouvoir de classer, effet direct et Natura 2000. Sources, formes et cohérence de contraintes administratives actuelles. In P. Lecocq, B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Le droit des biens/Zakenrecht (p. 415-457). Bruxelles: la Charte. Pâques, M.M.L.L. (2005). Droit de l'Homme au respect des biens – Redistributions foncières à l'Est. Association des Etudes Foncières, 113, 12. Pâques, M.M.L.L., Neuray, J.-F. & Boes, M. (2006). Rapport belge au Colloque de l'Association internationale de droit de l'urbanisme. Cahiers du Gridauh. Paris: La Documentation Française. Pâques, M.M.L.L. (2006). Affectation, urbanisme et domaine public. In Mélanges en l'honneur d'Henri Jacquot (p. 431-446). Orléans: Presses Universitaires d’Orléans. Pâques, M.M.L.L. (2006). L'environnement comme droit de l'homme. In M.C. Soriano (Ed.), Les droits de l'homme dans les politiques de l'Union européenne et les droits de l'homme (p. 163-222). Bruxelles: Larcier. Pâques, M.M.L.L. (2006). L'emission trading à la Cour d’arbitrage, Commentaire de C.A., 92/2006. Aménagement-Environnement, 4, 181-190. 238 Grensoverschrijdend milieurecht Pâques, M.M.L.L. (2006). L'environnement, un certain droit de l'homme. Administration publique, 38-66. Pâques, M.M.L.L. (2006). Le mirmillon et le rétiaire ou comment concilier la domanialité publique et l'urbanisme. Revue de la Faculté de droit de l'Université de Liège, 1-2, 269-287. Pâques, M.M.L.L. & Leleu, Y.-H. (2006). Exonérations légales de responsabilité civile et droit fondamental au respect des biens. Journal des Tribunaux, 277-284. Pâques, M.M.L.L. (Ed.). (2007). Le principe de précaution en droit administratif – Precautionary Principle and Administrative Law. Bruxelles: Bruylant. (308 p.) Pâques, M.M.L.L. (Ed.). (2007). Questions choisies de droit de l'urbanisme et de l'environnement. Liège: Anthémis. (318 p.) Pâques, M.M.L.L. (2007). L'arrêt Van de Walle, les sols contaminés et les déchets, Commentaire de l'arrêt de la Cour de Justice des Communautés européennes du 7 septembre 2004, Aff. C-1/03. In Assainissement et gestion des sols pollués: un cadre légal nouveau (p. 51-79). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. (2007). Propriété, équilibre et valeurs. In F. Delpérée (Ed.), Mélanges (p. 1137-1152). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. (2007). Sécurité juridique et risque environnemental. In L. Boy, J. Racine & F. Siiriainen (Eds.), Sécurité juridique et droit économique (p. 495-540). Bruxelles: Larcier. Peeters, M.G.W.M. (2005). The concept of precaution as shaped by the courts. In F. Stroink & van.der E. Linden (Eds.), Judicial lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europeaum, 52) (p. 57-80). Antwerp: Intersentia. Peeters, M.G.W.M. (2005). Broeikasgasemissiehandel in de Wet Milieubeheer: een introductie op dit groene instrument. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 2005-3, 83-91. Peeters, M.G.W.M. (2006). Broeikasgasemissiehandel in de EU: prille ervaringen met dit unieke instrument. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 259-279). Antwerpen: Intersentia. Peeters, M.G.W.M. (2006). Elaborating on integration of environmental legislation: the case of Indonesia. In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 92-126). Cheltenham: Edward Elgar. 239 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Peeters, M.G.W.M. (2006). Enforcement of the EU greenhouse gas emissions trading scheme. In M. Peeters & K. Deketelaere (Eds.), EU Climate Change Policy: The Challenge of New Regulatory Initiatives (p. 169-187). Cheltenham: Edward Elgar. Peeters, M.G.W.M. (2006). Het voorzorgsbeginsel en de rechtsvormende taak van de (Nederlandse) bestuursrechter. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 185-198). Den Haag: Sdu. Peeters, M.G.W.M. (2006). Inleiding op het preadvies: Klimaatverandering en rechtsontwikkeling anno 2005. In Preadvies voor de Vereniging voor Milieurecht (p. 17-26). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Peeters, M.G.W.M. (2006). Europees klimaatbeleid: verplichtingen, bevoegdheden, maatregelen en verantwoording. In Preadvies voor de Vereniging voor Milieurecht (p. 51-92). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Peeters, M.G.W.M. & Deketelaere, K. (2006). Key challenges of EU climate change policy: competences, measures and compliance. In M. Peeters & K. Deketelaere (Eds.), EU Climate Change Policy: The Challenge of New Regulatory Initiatives (p. 3-21). Cheltenham: Edward Elgar. Peeters, M.G.W.M. (2006). Inspection and market-based regulation through emissions trading: the striking reliance on self-monitoring, self-reporting and verification. Utrecht Law Review, 2(1), 177-195. [Online]. Available from: <http://www.uu.nl/uupublish/homerechtsgeleer/onderzoek/utrechtlawreview/38 361main.html> [01-06-2006]. Peeters, M.G.W.M. & Amorij, S. (2006). Saldering en marktwerking in het luchtkwaliteitsbeleid van de VS: een inspiratiebron voor Nederland en de EU. Milieu en Recht, 5, 285-290. Peeters, M.G.W.M. & Woerd, F. van der (2006). Financial security obligations to prevent orphan damage: some preliminary experiences from the Netherlands. Environmental Liability, 14(6), 217-225. Peeters, M.G.W.M. (2007). EU Climate Change Policy: Critical Issues and Challenges for the future. In O.K. Fauchald & D. Hunter (Eds.), International Yearbook of Environmental Law (16) (p. 179-210). Peeters, M.G.W.M., Weishaar, S. & Cendra de Larragán, J. de (2007). A Governance Perspective on the Choice between ‘Cap and Trade’ and ‘Credit and Trade’ for an Emissions Trading Regime. European Environmental Law Review, 7, 191-202. 240 Grensoverschrijdend milieurecht Peeters, M.G.W.M. (2007). Broeikasgasemissiehandel in Europa. Op zoek naar een optimale verdelingsmethode. Nederlands Juristenblad, 45/46, 2893-2902. Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (2005). European Community. In G. Ulfstein & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (volume 14) (p. 661-676). New York: Oxford University Press. Schueler, B.J. (2005). De aansprakelijkheid van de overheid als gevolg van de Richtlijn Milieuaansprakelijkheid. In R. Mellenbergh & R. Uylenburgh (Eds.), Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur, de nieuwe Richtlijn milieuaansprakelijkheid (p. 59-74). Groningen: Europa Law Publishing. Schueler, B.J. (2005). Hoe ver strekt de rechtsbescherming in het omgevingsrecht? Over subjectivering in het bestuursprocesrecht. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 114-123. Sevenster, H.G., Smorenburg-van Middelkoop, L. & Wennerås, P. (2006). European Community. In J. Werksman & O.K. Fauchald (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (p. 602-615). Oxford: Oxford University Press. Smedt, K. De (2007). Shifts in Compensation for Environmental Damage: From Member States to Europe. In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 103-131). Wien New York: Springer Verlag. Somsen, H. (2005). Some Reflections on EU Biotechnology Regulation: Lessons Derived from Thirty Years of EC Environmental Law. In R. Macrory (Ed.), Reflections on Thirty years of EU Environmental Law; a high level of protection? (The Avosetta series, 7) (p. 325-348). Groningen: Europa Law Publishing. Somsen, H. (2006). Regulering van Humane Genetica in het Neo-Eugenetische Tijdperk (Inaugurele rede Universiteit van Tilburg, 10 november 2006). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. (59 p.) Staercke, J. de (2005). Integrale milieuvoorwaarden terug naar af? In Feestbundel milieurecht (Milieustandpunten, 20) (p. 34-36). Brugge: die Keure. Staercke, J. de (Ed.). (2007). Juridisch statuut van overheidsgoederen (Notarieel bestuursrecht). Brussel: Larcier. (104 p.) Uylenburg, R. (2006). Hoofdstuk 1. In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 3-34). Groningen: Europa Law Publishing. 241 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Uylenburg, R. (2006). Hoofdstuk 5, par. 7 en 8. In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 186-214). Groningen: Europa Law Publishing. Uylenburg, R. (2006). De omgevingsvergunning en het specialiteitsbeginsel. In K.J. de Graaf et al. (Eds.), Op tegenspraak: opstellen voor prof. mr L.J.A. Damen (p. 155-166). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Uylenburg, R. & Visser, M.J.C. (2006). Handhaving van milieurecht. In N.S.J Koeman, C.W. Backes & P.C. Gilhuis (Eds.), Milieurecht (p. 262-306). (6de druk). Deventer: Kluwer. Uylenburg, R. & Wit, W. de (2006). Financiële instrumenten en emissiehandel. In N.S.J Koeman, C.W. Backes & P.C. Gilhuis (Eds.), Milieurecht (p. 223261). (6de druk). Deventer: Kluwer. Uylenburg, R. (2006). De Natuurbeschermingswet 1998 in uitvoering. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 3, 85-92. Uylenburg, R. & (2006). De goedkeuring van een faunabeheerplan vatbaar voor bezwaar en beroep? Ars Aequi: juridisch studentenblad, juni, 420-425. Uylenburg, R. & Hazewindus, W.G.A. (2006). Rechtsbescherming tegen de omgevingsvergunning. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 4, 147-150. Uylenburg, R. & Aalders, M. (Eds.). (2007). Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (v-xiii p.) Groningen: Europa Law Publishing. (v + 335 p.) Uylenburg, R. (2007). Welk juridisch instrument beschermt onze omgeving? In R. Uylenburg & M. Aalders (Eds.), Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht (p. 21-31). Groningen: Europa Law Publishing. Uylenburg, R. (2007). De natuur door de wet beschermd? In R. Uylenburg & J.M.P. Janssen (Eds.), Natuurbeschermingsrecht in uitvoering (p. 11-20). Groningen: Europa Law Publishing. Uylenburg, R. (2007). De omgevingsvergunning en de grenzen aan integratie. In A. Carette (Ed.), Aan de grens van de milieuvergunning, Verslag van een congres georganiseerd door de Vlaamse Vereniging voor Omgevingsrecht in samenwerking met de Vereniging voor Milieurecht op 31 mei 2007 (p. 43-59). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Vanheusden, B. (2005). The sustainability of brownfield redevelopment incentives. In X (Ed.), Strategies, Science and Law for the Conservation of the World Soil Resources (p. 239-249). Selfoss: AUI Publications. 242 Grensoverschrijdend milieurecht Vanheusden, B. (2005). Het Vlaamse waterbodembeleid: juridische aspecten bij schade door overstromingen en de verspreiding van verontreinigde specie. Milieu- en Energierecht, 84-97. Vanheusden, B., Thornton, G. & Nathanail, P. (2005). Are Incentives for Brownfield Regeneration Sustainable? A Comparative Survey. Journal for European environmental & planning law, 350-374. Vanheusden, B. et al. (2006). De relevantie van milieurechtvaardigheid of environmental justice voor het juridische kader in het Vlaams Gewest. Toetsing aan de hand van een eerste praktijkstudie. Milieu- en Energierecht, 1, 40-55. Vanheusden, B. (2007). Brownfields Redevelopment in the European Union. Boston College Environmental Affairs Law Review, 34(3), 559-575. Vanheusden, B. (2007). Het decreet betreffende de brownfieldconvenanten als een eerste zelfstandig brownfielddecreet. Milieu- en Energierecht, 75-87. Visser, M.J.C. (2007). Zorgplichtbepalingen in het milieustrafrecht. In A. de Lange & M.J.C. Visser (Eds.), Milieustrafrecht; Onderzoek en aanbevelingen voor theorie en praktijk (p. 89-110). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Visser, M.J.C. (2007). Van vergunning naar amvb: enkele strafrechtelijke consequenties. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin (p. 181-197). Groningen: Europa Law Publishing. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Belanghebbenden bij toelatingsbesluiten voor bestrijdingsmiddelen: ook toepassers en omwonenden? In K. de Graaf, A.T. Marseille & H.B. Winter (Eds.), Op tegenspraak. Opstellen voor prof.mr. L.J.A. Damen (p. 273-283). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Hoofdstukken, 1, 4, 5 en 6. In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 167-173 en 240-249). Groningen: Europa Law Publishing. Vogelezang-Stoute, E.M. (2007). De regulering van milieugevaarlijke stoffen: REACH en het substitutiebeginsel. In M.V.C. Aalders & R. Uylenburg (Eds.), Het milieurecht als proeftuin. 20 jaar Centrum voor Milieurecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 265-275). Groningen: Europa Law Publishing. Vogelezang-Stoute, E.M. (2007). De Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden: beschermingsdoelstelling buiten beeld? Milieu en Recht, 10(34), 606614. Vogelezang-Stoute, E.M. & Rijswick, H.F.M.W. van (2007). De Kaderrichtlijn water en gewasbeschermingsmiddelen. [Online] Utrecht: Centrum voor Omgevingsrecht en Beleid/NILOS. (200 p.) Available from: <http://www.jur.uva.nl/ cvm/actueel.cfm> [01-11-2007]. 243 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Vogelezang-Stoute, E.M., Schueler, B.J., Drewes, J.K., Groenewegen, F.T., Hazewindus, W.G.A., Klap, A., Lam, V. van 't & Olivier, B.K. (2007). Derde evaluatie van de Algemene wet bestuursrecht 2006: Definitieve geschilbeslechting door de bestuursrechter. [Online] Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Available from: <http://www.jur.uva.nl/cvm/actueel.cfm> [22-01-2007]. Vos, E.I.L. (2005). Van BSE tot Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid: het Europese recept voor voedselveiligheid en consumentenvertrouwen. Sociaal-economische Wetgeving: Tijdschrift voor Europees en economisch recht, 117-127. Vos, E.I.L. & Wendler, F.A. (Eds.). (2006). Food Safety Regulation in Europe. A Comparative Institutional Analysis (Ius Commune Europaeum, 62). Antwerp: Intersentia. (xxviii + 469 p.) Vos, E.I.L. (2006). Grensoverschrijdende levensmiddelen: de ‘spaghetti wetgeving’ opgerold. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 225-244). Antwerpen: Intersentia. Vos, E.I.L. & Wendler, F.A. (2006). Food Safety Regulation at the EU Level. In E. Vos & F. Wendler (Eds.), Food Safety Regulation in Europe. A Comparative Institutional Analysis (Ius Commune Europaeum, 62) (p. 65-138). Antwerp: Intersentia. Vos, E.I.L. & Asselt, M.B.A. van (2006). Precautionary Principle and the Uncertainty Paradox. Journal of risk research, 19(4), 313-336. Wang, H. (2006). Recent Developments in the EU Marine Oil Pollution Regime. In M. Faure & J. Hu (Eds.), Prevention and Compensation of Marine Pollution Damage – Recent Developments in Europe, China and the U.S. (p. 124). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. Wang, H. (2007). Marine Pollution – Vessel Source Pollution. In O.K. Fauchald & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law 2005 (p. 414-422). Oxford: Oxford University Press. Wang, H. (2007). Shifts in Governance in the International Regime of Marine Oil Pollution Compensation: A Legal History Perspective. In M. Faure & A. Verheij (Eds.), Shifts in Compensation for Environmental Damage (Tort and Insurance Law, 21) (p. 197-242). Wien New York: Springer. Wendler, F.A. & Dressel, K. (2006). Food Safety Regulation in Germany. In E. Vos & F. Wendler (Eds.), Food Safety Regulation in Europe. A Comparative Institutional Analysis (Ius Commune Europaeum, 62) (p. 287-330). Antwerp: Intersentia. 244 Grensoverschrijdend milieurecht Wenneras, P.E. (2005). Permit Defences in Environmental Liability Regimes: Subsidizing Environmental Damage in the EC. In Yearbook of European Environmental Law (p. 149-180). Oxford: Oxford University Press. VAKPUBLICATIES Betlem, G., Bernasconi, Chr. & Gavounelli, M. (2006). Final Report of the International Law Association's Committee on Transnational Enforcement of International Environmental Law (Toronto). London: International Law Association. Available from: <http://www.ila-hq.org/html/layout_committee.htm> [01-06-2006]. Betlem, G. (2007). Public and Private Transnational Enforcement of EU Consumer Law. European Business Law Review, 683-708. Betlem, G. (2007). Francovich Follow-Up. A Survey of Cases on State Liability for Breach of European Community Law. [Online] Available from: <www. francovich.eu> [01-05-2007]. Boeve, M.N., Heijden, G.M.A. van der & Verweij, W. (2005). Beyond Compliance, beyond covenants. In S. van der Burg, G. Spaargaren & H. Waaijers (Eds.), Wetenschap met beleid, beleid met wetenschap (Verslagen SWOME Marktdag) (p. 46-50). Wageningen: Universiteit Wageningen. Boeve, M.N. & Janssen, J.M.P. (2005). Country report – The Netherlands, Appropriate assessments under the Habitats Directive. Journal for European environmental & planning law, 4, 340-341. Boeve, M.N. & Janssen, J.M.P. (2005). The comparative Survey – The Netherlands. Seven Questions on national waste law. Journal for European environmental & planning law, 6, 549-551. Boeve, M.N. & Koeman, N.S.J. (2005). Gemeentelijke milieukwaliteitsnormen in het bestemmingsplan. Amsterdam: Centrum voor Milieurecht. (21 p.) Boeve, M.N. (2006). Commentaar hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 Wet milieubeheer. In N.S.J. Koeman & R. Uylenburg (Eds.), Milieurecht, Tekst & Commentaar (Tekst & commentaar) (p. 46-98). (2de druk). Deventer: Kluwer. Boeve, M.N. & Lam, V. van 't (2006). Hoofdstuk 1, par. 2. In M.N. Boeve & V. van 't Lam (Eds.), Omgevingsrecht (Centrum voor Milieurecht) (p. 5-7). Groningen: Europa Law Publishing. Boeve, M.N. (2006). Algemene regels voor inrichtingen en de omgeving. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 1, 1. 245 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Boeve, M.N. & Janssen, J.M.P. (2006). The Comparative Survey. Three questions on Air Quality Regulation – The Netherlands. Journal for European environmental & planning law, 3(4), 369-371. Boeve, M.N. & Smorenburg-van Middelkoop, L. (2006). The Comparative Survey. Four Questions on Compliance with EC Environmental Law – The Netherlands. Journal for European environmental & planning law, 3(5), 472473. Boeve, M.N. (2007). De Afdeling bestuursrechtspraak in de zomer. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 3, 44-78. Boeve, M.N. & Uylenburg, R. (2007). Publiekrechtelijke beperkingen die het bouwinitiatief kunnen belemmeren. Onderdelen Milieuvergunning, Algemene maatregelen voor bestuur en hinder voor de leefomgeving. In A.G. Bregman, M.A.B. Chao-Duivis, C.E.C. Jansen & A.Z.R. Koning (Eds.), PSIB Masterstudie. Institutioneel kader: de invloed van regels op de organisatie, het verloop en de resultaten van bouwprocessen (p. 52-265). Den Haag: Sdu. Calster, G. van (2005). Overzicht Europees Afvalrecht 2004. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Milieurecht 2004 (p. 123-161). Brugge: die Keure. Calster, G. van (2005). Rentmeesterschap, religie en het leefmilieu – opzoek naar wat ons bindt, niet wat ons scheidt. In K. Deketelaere (Ed.), Feestbundel Milieurecht (p. 91-94). Brugge: die Keure. Calster, G. van (2005). [Bespreking van het boek Principles of European Environmental Law]. C.M.L.Rev., 1793-1794. Calster, G. van & Vandenberghe, W. (2006). Overzicht Europees Afvalrecht 2005. Milieu- en Energierecht, 3-20. Calster, G. van (2007). Capita selecta van het Europees milieurecht in 2006. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Milieurecht 2005-2006 (p. 1-26). Brugge: die Keure. Calster, G. van & Vandenberghe, W. (2007). Developments in European Court of Justice case-law – 2005. In J. Werksman & O. Fauchald (Eds.), Yearbook of International Environmental Law – 2005 (p. 712-722). Oxford: Oxford University Press. Calster, G. van (2007). The World Trade Organisation Panel report on Brazil Tyres: Advanced waste management theory entering the organisation? European Environmental Law Review, 304-308. Calster, G. van & Bowman, D. (2007). Does REACH go too far? Nature Nanotechnology, 2, 525-526. 246 Grensoverschrijdend milieurecht Cendra de Larragán, J. de (2007). [Bespreking van het boek Climate Change, Kyoto Protocol and the Forest Sector: Afforestation/Reforestation Clean Development Mechanism in Asia]. RECIEL, 16(2), 57-58. Cock, K. de (2005). De ‘Rock Bottom’ van het milieubeleid en -recht: het integratieconcept. In K. Deketelaere (Ed.), Feestbundel Milieurecht (LeuVeM Milieurechtstandpunten, 20) (p. 7-9). Brugge: die Keure. Cock, K. de (2005). Recente arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in milieuzaken (Grote Kamer); Öneryildiz t. Turkije (30-112004); Moreno Gomez t. Spanje (16-11-2004); Taskin e.a. t. Turkije (10-112004). Milieu- en Energierecht, 1, 31-40. Cock, K. de (2005). Recente arresten van het Arbitragehof in milieuzaken oktober 2004-januari 2005 (Arbitragehof 28-10-2004, 168/2004 en 19-01-2005, 11/2005). Milieu- en Energierecht, 1, 52-54. Cock, K. de (2005). Arresten van de Raad van State in milieuzaken septemberdecember 2004 (milieuvergunningen, bodemsanering en domeinconcessie). Milieu- en Energierecht, 1, 55-60. Cock, K. de (2005). Arresten van het arrest van het Hof van Cassatie in milieuzaken (22-02-2005, P041346N). Milieu- en Energierecht, 2, 135. Cock, K. de (2005). Arresten van de Raad van State in milieuzaken januari/maart 2005 (milieuvergunningen, erkenningen, mestdecreet en stopzettingsmaatregelen). Milieu- en Energierecht, 2, 141-149. Cock, K. de (2005). Arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (09-06-2005, 55723/00, Fadeyeva tegen Rusland). Milieu- en Energierecht, 3, 220-224. Cock, K. de (2005). Arresten van het Arbitragehof in Milieuzaken (01-06-2005, 101/2005. Milieu- en Energierecht, 3, 227-228. Cock, K. de (2005). Arresten van de Raad van State in milieuzaken april-mei 2005 (milieuvergunning – handhaving). Milieu- en Energierecht, 3, 229-231. Cock, K. de (2005). Arresten van de Raad van State in milieuzaken juniseptember 2005 (milieuvergunning – erkenning). Milieu- en Energierecht, 4, 308-311. Cock, K. de (2006). Arresten van het Hof van Cassatie in milieuzaken. Milieuen Energierecht, 1, 60. Cock, K. de (2006). Arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in milieuzaken. Milieu- en Energierecht, 2, 125-126. 247 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cock, K. de (2006). Arresten van het Arbitragehof in milieuzaken. Milieu- en Energierecht, 1, 61-62. Cock, K. de (2006). Arresten van de Raad van State in milieuzaken oktoberdecember 2005. Milieu- en Energierecht, 1, 63-68. Cock, K. de (2006). Arresten van het Hof van Cassatie in milieuzaken. Milieuen Energierecht, 2, 127-129. Cock, K. de (2006). Arresten van de Raad van State in milieuzaken januari 2006-maart 2006. Milieu- en Energierecht, 2, 130-133. Cock, K. de (2006). Arresten van het Arbitragehof in milieu- en energiezaken. Milieu- en Energierecht, 3, 213-217. Cock, K. de (2006). Arresten van de Raad van State in milieuzaken april 2006juni 2006. Milieu- en Energierecht, 3, 218. Cock, K. de (2006). Arresten van het Arbitragehof in milieuzaken. Milieu- en Energierecht, 4, 275-279. Deketelaere, K. & Deketelaere, M. (Eds.). (2005). Jaarboek Milieurecht 2004 (LeuVeM, 19). Brugge: die Keure. (361 p.) Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2005). Belgium. In G. Ulfstein & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (p. 509-519). Oxford: Oxford University Press. Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2005). Belgium. In T. Etty & J. Somsen (Eds.), The Yearbook of European Environmental Law (volume 4) (p. 537556). Oxford: Oxford University Press. Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2006). Belgium. In O.K. Fauchald & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (p. 460-470). Oxford: Oxford University Press. Deketelaere, K. & Vanheusden, B. (2007). Belgium. In O.K. Fauchald & J. Werksman (Eds.), Yearbook of International Environmental Law (p. 631-636). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2005). Current Survey (2002) of Substantive European Community Environmental Law: Biotechnology. In T. Etty & J. Somsen (Eds.), The Yearbook of European Environmental Law (volume 4) (p. 395-410). Oxford: Oxford University Press. 248 Grensoverschrijdend milieurecht Etty, T. (2005). Current Survey (2003) of Substantive European Community Environmental Law: Biotechnology. In T. Etty & J. Somsen (Eds.), The Yearbook of European Environmental Law (volume 5) (p. 287-326). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2006). Reviews of Books. In T. Etty & H. Somsen (Eds.), Yearbook of European Environmental Law (p. 429-463). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2007). Reviews of Books and Highlights of Recent Publications on Environmental Law. In T.F.M. Etty & H. Somsen (Eds.), Yearbook of European Environmental Law (volume 7) (p. 481-538). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. (2007). International Biotechnology Law and Policy: Year in Review (2005). In J. Werksman & O.K. Fauchald (Eds.), The Yearbook of International Environmental Law (16) (p. 497-514). Oxford: Oxford University Press. Etty, T. & Somsen, H. (2007). Editors’ Preface. In T.F.M. Etty & H. Somsen (Eds.), The Yearbook of European Environmental Law (volume 7) (p. vii-ix). Oxford: Oxford University Press. Faure, M.G. (2005). Vijftien jaar milieustrafrecht. In K. Deketelaere (Ed.), Feestbundel milieurecht. Leuvem 20 (p. 45-50). Brugge: die Keure. Faure, M.G., Koopmans, I.M. & Visser, M.J.C. (2005). Milieustrafrecht. Delikt en Delinkwent, 325-334. Faure, M.G., Peeters, M.G.W.M. & Huitema, P. (2005). Implementatie van de richtlijn milieuaansprakelijkheid. Een verkenning naar de bevoegde instantie(s) in Nederland. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/1). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (77 p.) Available from: <http://www.evaluatie milieuwetgeving.nl/Download/22631.aspx> [13-04-05]. Faure, M.G. (2007). Klimaatverandering als uitdaging voor juristen. Nederlands Juristenblad, 45/46, 2858-2860. Heijden, G.M.A. van der & Slob, A. (2005). Meervoudig ruimtegebrek, Enkelvoudig Recht (XPIN -reeks, 8). Delft: Eburon. (143 p.) Heijden, G.M.A. van der (2006). How business changes government in times of information technology. In A.-V. Anttiroiko, M. Malkia & H. Waaijers (Eds.), Encyclopedia of Digital Government. (p. 928-932). Hershey (PA): The Idea Group Publishers. Heijden, G.M.A. van der & Meiresonne, A. (12-01-2006). Overheid: vertrouw uw burgers eens. Nrc-Handelsblad, p. 8 249 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Heldeweg, M.A. et al. (2006). Tarifering bestuurlijke en strafrechtelijke boetes, juridische bijdrage aan het onderzoek door APE. (project 1295). Den Haag: WODC. (x + 189 p.) Heyman, J. & Smout, L. (2005). Milieuwetboek Afval & Water: band 1. Basiswetgeving/band 2. Water/band 3. Vast afval (16de uitgave). Mechelen: Wolters Kluwer Belgium. (1503 p.) Heyman, J. & Smout, L. (2005). Milieuwetboek Vlarem I (13de uitgave). Mechelen: Wolters Kluwer Belgium. (437 p.) Heyman, J. & Smout, L. (2005). Milieuwetboek Vlarem II: band 1. Vlarem II/band 2. Bijlagen/band 3. Codes van goede praktijk (11de uitgave). Mechelen: Wolters Kluwer Belgium. (xxxv + 1641 p.) Heyman, J., Annaert, L., Somers, W., Vancleynbreugel, W. & Verhoeven, A. (2005). Milieurecht in kort bestek (4de uitgave). Brugge: die Keure. (225 p.) Janssen, J.M.P., Sevenster, H.G. & Smorenburg-van Middelkoop, L. (2005). Verkenning Argumentatielijnen Derogaties Kaderrichtlijn Water – Juridisch Kader voor het gebruik van art. 4 lid 3-7 Kaderrichtlijn Water. uitgevoerd door: Arcadis, Instituut voor Milieuvraagstukken, Centrum voor Mileurecht, Syncera Water BV. Amsterdam. Janssen, J.M.P. (2005). Recent Developments in EU Environmental Policy and Law. Journal for European environmental & planning law, 1, 72-74. Janssen, J.M.P. (2005). Recent Developments in EU Environmental Policy and Law. Journal for European environmental & planning law, 4, 328-330. Koeman, N.S.J. & Uylenburg, R. (Eds.). (2006). Milieurecht, Tekst & Commentaar (Tekst & commentaar) (2de druk). Deventer: Kluwer. (951 p.) Lam, V. van 't (2005). Het begrip inrichting en zeggenschap. StAB, Jurisprudentietijdschrift op het gebied van ruimtelijke ordening, milieubeheer en water, 4, 10-14. Lam, V. van 't (2006). Bijdragen aan artikel 1.1 en aan artikelen hoofdstuk 8 Wm. In P.C. Knol, G.J. Zwenne & A.H.J. Schmidt, T&C Milieuwetgeving (p. 7-35 en 211-225). Deventer: Kluwer. Lam, V. van 't (2006). Modernisering algemene regels Wet milieubeheer. Verslag van de VMR-studiemiddag op 9 maart 2006. Milieu en Recht, 4, 222-224. Lam, V. van 't (2007). Het belanghebbende begrip en de onderdelenfuik in het milieurecht: recente ontwikkelingen. StAB, Jurisprudentietijdschrift op het gebied van ruimtelijke ordening, milieubeheer en water, 2, 9-13. 250 Grensoverschrijdend milieurecht Lam, V. van 't (2007). Over integratie en coördinatie van vergunningstelsels, Verslag van de VAR-studiemiddag op 7 december 2006. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 2, 61-63. Mellenbergh, R. (2005). Verslag van de paneldiscussie. In R. Mellenbergh & R. Uylenburgh (Eds.), Aansprakelijkheid voor schade aan de natuur, de nieuwe Richtlijn milieuaansprakelijkheid (p. 153-163). Groningen: Europa Law Publishing. Mellenbergh, R. (2006). Comparative Survey, Soil Protection. Journal for European environmental & planning law, 3, 285-286. Oosterhuis, F., Uylenburg, R. & Peeters, M.G.W.M. (2007). Het beoordelingskader van de IPPC-richtlijn, Implementatie, interpretatie en toepassing. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2007/1). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (99 p.). Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetge ving.nl/Download/42409.aspx> [24-01-2008]. Pâques, M.M.L.L. (2005). Droit public élémentaire en quinze leçons. Bruxelles: De Boeck & Larcier. (428 p.) Pâques, M.M.L.L. (2007). Dérogations et procédures centralisées (127, 110 etc.). Les plans de secteur wallons font-ils obstacle au développement régional? In M. Pâques (Ed.), Questions choisies de droit de l'urbanisme et de l'environnement (p. 59-77). Liège: Anthémis. Pâques, M.M.L.L. (2007). Evolution récente de quelques principes du droit de l'environnement et de l'urbanisme. In M. Pâques (Ed.), Questions choisies de droit de l'urbanisme et de l'environnement (p. 109-131). Liège: Anthémis. Pâques, M.M.L.L. (2007). La précaution en droit administratif: Rapport international de synthèse. In General Reports-Rapports généraux, XVIIe Congrès de l'Académie internationale de droit comparé (p. 809-834). Utrecht: Eleven International Publishing. Pâques, M.M.L.L. (2007). Police administrative et sanction administrative. In R. Andersen, D. Déom & D. Renders (Eds.), Les sanctions administratives (p. 681-701). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. (2007). Le recours en annulation. In Administration publique Trimestriel (p. 202-217). Bruxelles: Bruylant. Pâques, M.M.L.L. & Olivier, M. (2007). La Belgique institutionnelle, quelques points de repère. In B. Bayenet, H. Capron & Ph. Liégeois (Eds.), L'espace Wallonie-Bruxelles – Voyage au bout de la Belgique (p. 55-77). Bruxelles: De Boeck. 251 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Peeters, M.G.W.M. (2005). Artikelsgewijs Commentaar op: Hoofdstuk 16 (2005), inleiding en commentaar tot en met 16.22. In R.C. Bakx, Th.G. Drupsteen, P.C. Gilhuis & F.C.M.A. Michiels (Eds.), Commentaar Wet milieubeheer (p. WMB33-65). Den Haag: Elsevier Juridisch. Peeters, M.G.W.M. (2005). The Netherlands. Environmental Liability, 13(2), 25-27. Peeters, M.G.W.M. (2005). The Netherlands. Environmental Liability, 13(4), 56-58. Peeters, M.G.W.M. (2005). [Bespreking van het boek John T Houghton, Global Warning: The Complete Briefing, Cambridge: Cambridge University Press, 2004]. Yearbook of European Environmental Law (volume 5), 515-518. Peeters, M.G.W.M., Braek, D in de & Huitema, D. (2005). Onzekere milieurisico's. Een onderzoek naar de wijze van omgaan met onzekere milieurisico's door de wetgever, bestuur en de rechter. Deel 1: inleidend rapport. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/2). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (77 p.) Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetgeving.nl/ Download/22632.aspx> [14-07-05]. Peeters, M.G.W.M., Ballegooie, F. van, Braek, G. in de & Grijp, N. van der (2006). Onzekere milieurisico's. Een onderzoek naar de wijze van omgaan met onzekere milieurisico’s door de wetgever, het bestuur en de rechter. Deel 2: Praktijkonderzoek. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/5). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (88 p.) Available from: <http://www. evaluatiemilieuwetgeving.nl/Download/22635.aspx> [15-03-06]. Peeters, M.G.W.M. & Oosterhuis, F. (2006). De verdeling van broeikasgasemissierechten in de EU bezien in het licht van concurrentieverhoudingen [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/7). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (88 p.) Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetge ving.nl/Download/22637.aspx> [15-03-06] Peeters, M.G.W.M. & Oosterhuis, F. (2006). Bijdrage aan de startnotitie evaluatie emissiehandel [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2006/1). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (54 p.) Available from: <http://www.eva luatiemilieuwetgeving.nl/Download/22638.aspx> [22-08-06]. Peeters, M.G.W.M., Woerd, F. van der & Braek, G. in de (2006). Evaluatie van het Besluit financiële zekerheid. Kwalitatieve ervaringen 2003-2006. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2006/2). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (80 p.) Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetgeving.nl/ Download/22639.aspx> [02-11-06]. Peeters, M.G.W.M. (2007). Hooggerechtshof keert het tij. Milieu en Recht, 5, 261. 252 Grensoverschrijdend milieurecht Peeters, M.G.W.M. (2007). De VMR uitgedaagd door klimaatverandering: een open vizier voor innovatieve voorstellen. In N. Teesing (Ed.), Klimaatverandering en de rol van het milieurecht (Publicatie van de Vereniging voor Milieurecht) (p. 93-100). Peeters, M.G.W.M. (2007). Broeikasgasemissiehandel in Europa: op zoek naar een optimale verdelingsmethode. Nederlands Juristenblad, 45/46, 2893-2902. Peeters, M.G.W.M. (2007). [Bespreking van het boek Tien jaar StAB. Een onderzoek naar het functioneren van de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak in het recente verleden en haar rol in de nabije toekomst]. M en R, 1, 95-96. Peeters, M.G.W.M. (2007). [Bespreking van het boek Environmental liability in the EU. The 2004 Directive compared with US and Member State Law]. Tijdschrift voor Milieu en Recht, 1, 26-27. Peeters, M.G.W.M., Niessen, N.J.A.P.B. & Huitema, D. (2007). Onzekere risico's. Deel 3: Buitenlandse inspiratie voor besluitvorming in Nederland. [Online] Stem project (Ext. rep. 2006/5). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (112 p.). Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetge ving.nl/Download/29975.aspx> [14-09-2007]. Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (Ed.). (2005). IPPC: in wetgeving en praktijk (Publicaties van de Vereniging voor milieurecht). Den-Haag: Boom Juridische uitgevers. (99 p.) Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (Ed.). (2006). Waarborgen in het milieurecht; actuele ontwikkelingen in besluitvormingsprocedures en rechtsbescherming, Verslag van de 87e ledenvergadering van de Vereniging voor Milieurecht op 1 maart 2005 (Publicaties van de Vereniging voor Milieurecht, 2006-2). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (59 p.) Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (Ed.). (2006). Externe veiligheid, Verslag van de 88e ledenvergadering van de Vereniging voor Milieurecht op 29 juni 2005 (Publicaties van de Vereniging voor Milieurecht, 2006-3). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (72 p.) Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (Ed.). (2006). Regeling inzake luchtkwaliteit; Nederland op slot?, Verslag van de 86e ledenvergadering van de Vereniging voor Milieurecht op 2 december 2004 (Publicaties van de Vereniging voor Milieurecht, 2006-1). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (83 p.) Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. & Kramer, T.P. de (Eds.). (2006). Klimaatverandering en rechtsontwikkeling anno 2005, Preadviezen en verslag van de 89e ledenvergadering van de Vereniging voor Milieurecht op 30 september 2005 (Publicaties van de Vereniging voor Milieurecht, 2006-4). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (304 p.) 253 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (2006). Klimaatverandering en rechtsontwikkeling anno 2005. Milieu en Recht, 3, 153-155. Sevenster, H.G. (2005). Redactioneel. Tijdschrift voor Omgevingsrecht, 4, 113. Smorenburg-van Middelkoop, L. (2007). The Netherlands: in Five Questions on National Implementation of the Principles of EC Environmental Law – The Comparative Survey. Journal for European environmental & planning law, 54, 330-336. Somsen, H. (18-11-2006). Overheid en publiek zijn zich nog te weinig bewust van het gevaar van de genocratie. Nrc-Handelsblad, p. 17. Staercke, J. de (2005). Overzicht energiewetgeving 2004. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Energierecht 2004 (p. 305-327). Antwerpen: Intersentia. Staercke, J. de (2005). Overzicht milieuwetgeving 2004. In K. Deketelaere & M. Deketelaere (Eds.), Jaarboek Milieurecht 2004 (LeuVeM, 19) (p. 273-361). Brugge: die Keure. Staercke, J. de & Vanhove, K. (2005). Overzicht rechtsleer 2004. In K. Deketelaere & A. Verbeke (Eds.), Jaarboek Bouwrecht 2003-04 (p. 233-253). Brugge: die Keure. Staercke, J. de (2005). Overzicht van wetgeving. Milieu- en Energierecht, 2005-1, 61-75. Staercke, J. de (2005). Overzicht van wetgeving. Milieu- en Energierecht, 2005-2, 150-157. Staercke, J. de (2005). Overzicht van wetgeving. Milieu- en Energierecht, 2005-3, 232-237. Staercke, J. de (2005). Overzicht van wetgeving. Milieu- en Energierecht, 2005-4, 312-329. Staercke, J. de (2006). Sport & Overheidsopdrachten: een inleiding (deel IV). Nieuwsbrief Sport & Recht, 1160-1161. Staercke, J. de (2006). Naar een Algemene wet bestuursrecht in België? Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 3-13. Uylenburg, R. & Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Toegang tot het milieurecht. Een inleiding voor niet-juristen. Deventer: Kluwer. (xv + 338 p.) Uylenburg, R. (2005). Natuurbeschermingswetgeving af? Milieu en Recht, 10, 613. 254 Grensoverschrijdend milieurecht Uylenburg, R. (2005). Omgevingsvergunning; Gevolgen van het invoeren van beroep in twee instanties. Onderzoek Omgevingsvergunning (Ext. rep. 2). Den Haag: VROM. Uylenburg, R., Ballegooije, F. van & Grijp, N. van der (2005). Decentraliseren of dereguleren?, Milieuregulering door decentrale overheden bij deregulering van VROM-wetgeving. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/3). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (26 p.) Available from: <http://www. evaluatiemilieuwetgeving.nl/Download/22633.aspx> [13-04-05]. Uylenburg, R., Vogelezang-Stoute, E.M., Bos-Gorter, L. & Woerd, F. van der (2005). Het milieujaarverslag – Zes jaar later. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/4). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (108 p.) Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetgeving.nl/Download/22634.aspx> [09-09-05]. Uylenburg, R. (2006). Commentaar bij afd. 8.1.2, afd. 8.3 en titel 8.2, hoofdstuk 12, hoofdstuk 14, hoofdstuk 19, hoofdstuk 22 Wet milieubeheer (p. 593598). In N.S.J. Koeman & R. Uylenburg (Eds.), Milieurecht, Tekst & Commentaar (Tekst & commentaar) (p. 361-372-557-567). (2de druk). Deventer: Kluwer. Uylenburg, R. & Lam, V. van 't (2006). Modernisering van VROM-Pseudowetgeving. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2005/6). Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (126 p.) Available from: <http://www.evaluatiemi lieuwetgeving.nl/Download/8952.aspx> [15-03-2006]. Uylenburg, R., Lam, V. van 't & Boer, J. (2007). Bodembescherming via ruimtelijke ordening-, milieu- en waterspoor. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2006/3) Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (188 p.). Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetgeving.nl/Download/29032.aspx [09-082007]. Uylenburg, R., Vogelezang-Stoute, E.M., Neerhof, A.R. & Grijp, N. van der (2007). Evaluatie Kernenergiewet. [Online] STEM publicatie (Ext. rep. 2006/4) Arnhem: Structurele Evaluatie Milieuwetgeving (220 p.). Available from: <http://www.evaluatiemilieuwetgeving.nl/Download/29930.aspx> [12-092007]. Uylenburg, R. (2007). Ecologische hoofdstructuur vereist daadkracht. Milieu en Recht, 34, 69. Uylenburg, R. & Aalders, M. (2007). Redactioneel. In R. Uylenburg & M. Aalders (Eds.) Het milieurecht als proeftuin, 20 jaar Centrum voor Milieurecht. (v + xiii). Groningen: Europa Law Publishing. 255 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Uylenburg, R. & Larmuseau, I. (2007). Voorwoord. In A. Carette (Ed.), Aan de grens van de milieuvergunning, Verslag van een congres georganiseerd door de Vlaamse Vereniging voor Omgevingsrecht in samenwerking met de Vereniging voor Milieurecht op 31 mei 2007 (p. 11-12). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Vanheusden, B. (2005). Overzicht van rechtsleer 2004. In K. Deketelaere & M. Deketelaere (Eds.), Jaarboek Milieurecht 2004 (LeuVeM Milieurechtstandpunten, 19) (p. 243-272). Brugge: die Keure. Vanheusden, B. (2005). Overzicht van rechtsleer 2004. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Energierecht 2004 (p. 329-333). Antwerpen: Intersentia. Vanheusden, B. (2005). Overzicht van rechtsleer (16-06-2005 – 12-09-2005); Milieu- en Energierecht, 76-79, 158-165, 238-240 en 330-334. Vanheusden, B. (2005). Country Report Belgium. European Environmental Law Review, 90-93 en 276-279. Vanheusden, B. (2006). Country Report Belgium. European Environmental Law Review, 15(5), 126-128. Vanheusden, B. (2006). Overzicht van rechtsleer. Milieu- en Energierecht, 1, 82-86. Vanheusden, B. (2006). Overzicht van rechtsleer. Milieu- en Energierecht, 2, 151-156. Vanheusden, B. (2006). Overzicht van rechtsleer. Milieu- en Energierecht, 3, 230-231. Vanheusden, B. (2006). The Comparative Survey. Five Questions on Soil Protection. Belgium. Journal for European environmental & planning law, 3(3), 276-280. Vanheusden, B. (2006). The Comparative Survey. Three Questions on Air Quality Regulation. Belgium. Journal for European environmental & planning law, 3(4), 361-362. Vanheusden, B. (2006). The Comparative Survey. Four Questions on Compliance with EC Environmental Law. Belgium. Journal for European environmental & planning law, 3(5), 462-464. Vanheusden, B. (2007). Overzicht van rechtsleer 2005-2006. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Milieurecht 2005-2006 (Milieurechtstandpunten, 21) (p. 183237). Brugge: die Keure. 256 Grensoverschrijdend milieurecht Vanheusden, B. (2007). Overzicht van rechtsleer 2005-2006. In K. Deketelaere (Ed.), Jaarboek Energierecht 2005-2006 (p. 273-281). Antwerpen: Intersentia. Vanheusden, B. (2007). The Comparative Survey. Five Questions on National Implementation of the Principles of EC Environmental Law. Journal for European environmental & planning law, 325-327. Vanheusden, B. (2007). Country Report Belgium. European Environmental Law Review, 135-140. Vanheusden, B. (2007). Overzicht van rechtsleer. Milieu- en Energierecht, 6471. Vanheusden, B. (2007). Overzicht van rechtsleer. Milieu- en Energierecht, 199206. Visser, M.J.C. & Geertsma, J. (2006). Going to work in the Netherlands. Beware of Fines. The In-House Lawyer, 80-81. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Commentaar bij delen van de hoofdstukken 1 en 2 Wm. In N.S.J. Koeman & R. Uylenburg (Eds.), Milieurecht. Tekst & Commentaar (Tekst & commentaar, 2de druk) (p. 23-45). Deventer: Kluwer. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). REACH en de invulling van hoofdstuk 9 Wet milieubeheer. Juridische kansen en knelpunten van het wetsvoorstel Uitvoeringswet REACH met het oog op de bescherming van mens en milieu. Utrecht: Stichting Natuur en Milieu. Available from: <http://www.SNM.nl> [01-092006]. Vogelezang-Stoute, E.M. & Uylenburg, R. (2006). Het begrippenkader van de Wms vergeleken met dat van de Wm. Een onderzoek naar de begrippen ‘ongewenste effecten’, ‘gevaar’, ‘risico’, ‘nadelige gevolgen’ en ‘bescherming van het milieu’. Onderzoeksreeks milieuwetgeving (Ext. rep. 2006/1). Den Haag: VROM. Available from: <http://www.minvrom.nl> [01-07-2006]. Vos, E.I.L., Ni Ghiollarnath, C. & Wendler, F.A. (2005). A review of institutional arrangements for European Union Food safety. <http://www.safefoods. nl> Europese Commissie. Zander, J. (2006). [Bespreking van de boeken EU Environmental Law. Challenges, Change and Decision-Making & The Philosophical Foundations of Environmental Law. Property, Rights and Nature]. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 13(1), 144-152. 257 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ANNOTATIES Betlem, G. (2007). Noot bij: United States Court of Appeals, Ninth Circuit (0307-2006), (Trail Smelter II: Transnational Application of CERCLA – Pakootas v. Teck Cominco Metals Ltd., 452 F.3rd 1066 (9th Cir. 2006)). Journal of Environmental Law 2007-19, p. 389-397. Calster, G. van (2005). Noot bij HvJ (14-12-2004), (Radlberger t Land BadenWurttemberg). MER 2005-1, p. 41-44. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (18-11-2004), (Commission v Greece). MER 2005-1, p. 44-45. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (11-11-2004), (Criminal proceedings against Antonio Niselli). MER 2005-1, p. 45-46. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (16-12-2004), (EU-Wood-Trading GmbH v Sonderabfallmanagement Gesellschaft Rheinland-Pfzalz mbH). MER 2005-1, p. 46-48. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (07-10-2004), (Commission v Italy). MER 2005-1, p. 48-49. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (19-10-2004), (Siomab NV v BIM). MER 2005-1, p. 49. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (14-10-2004), (Commission v Netherlands). MER 2005-1, p. 49-50. Calster, G. van (2005). Noot bij: Opinion Colomer AG (30-11-2004), (Deponiezweckverband Eiterkopfe v Land Rheinland-Pfalz). MER 2005-1, p. 50. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (13-01-2005), (Societa Italiana Dragaggi SpA ea v Ministerio delle Infrastrutture e dei Transporti ea). MER 2005-1, p. 50. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (18-01-2004), (Ferriere Nord v Commission). MER 2005-1, p. 50-51. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (11-01-2005), (Stadt Halle). MER 2005-1, p. 51. Calster, G. van (2005). Noot bij: Ger. (16-02-2005), (Fost Plus v Commission). MER 2005-2, p. 130. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (14-04-2005), (Deponierezweckverband Eiterkopfe v Land Rheinland-Pfalz). MER 2005-2, p. 130-131. 258 Grensoverschrijdend milieurecht Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (14-04-2005), (AEM SPA ea t Autorita per l'energia elettrica e per il gas ea). MER 2005-2, p. 131. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (12-04-2005), (Commission v United Kingdom). MER 2005-2, p. 131. Calster, G. van (2005). Noot bij: Opinion Geelhoed AG (03-03-2005), (Commission v Belgium). MER 2005-2, p. 131-133. Calster, G. van (2005). Noot bij: Opinion Geelhoed AG (05-04-2005), (The Queen ex parte Alliance for natural health ea t Secretary of State for Health ea). MER 2005-2, p. 133-134. Calster, G. van (2005). Noot bij: Opinion Kokott AG (27-01-2005), (Pierre Hosieaux). MER 2005-2, p. 134. Calster, G. van (2005). Noot bij: HvJ (26-05-2005), (Ministero della Salute tegen Codacons). MER 2005-3, p. 225-226. De Cock, K. (2007). Noot bij: Grondwettelijk Hof (26-04-2007), 70, MER 2007-4. De Cock, K. (2007). Noot bij: Grondwettelijk Hof (20-06-2007), 87, MER 2007-4. Delnoy, M. (2006). Noot bij: Cour européene des droits de l'homme (11-102005), (N.A. et autres c/ Turquie). Am-Env. 2006-2, p. 73. Delnoy, M. (2006). Noot bij: Conseil d’État (08-08-2006), 161.726, (Cox et SPRL Topos). Am-Env. 2006-1, p. 33. Delnoy, M. (2007). Noot bij: Conseil d'État (13-06-2006), 160.013, (Jeanmart et crts.). Am-Env. 2007-1, p. 24. Delnoy, M. (2007). Noot bij: Conseil d'État (30-07-2004), 134.174, (Masy et Louis). Am-Env. 2007-1, p. 24. Etty, T. (2006). Noot bij: ABRvS (21-12-2005), 200501919/1, (Stichting Greenpeace t. Staatssecretaris VROM – Veldproef Vergunning Genetisch Gemodificeerde Appelbomen). M en R 2006-2, p. 129-133. Groenewegen, F.T. (2004). Noot bij: HR (03-09-2004), Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 44. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (12-02-2004), Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 47. 259 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (20-02-2004), Jurisprudentie Vreemdelingenrecht, p. 48. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: Voorzieningenrechter Den Haag (12-082004), NAV, p. 13. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: Vz ABRvS (19-11-2004), NAV, p. 44. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (10-12-2004), NAV, p. 62. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (23-02-2005), NAV, p. 80. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (29-03-2005), NAV, p. 139. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (24-03-2005), NAV, p. 140. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (12-05-2005), NAV, p. 168. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (27-06-2005), NAV, p. 191. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: Rb. Zwolle (01-07-2005), NAV, p. 195. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (14-07-2005), NAV, p. 215. Groenewegen, F.T. (2005). Noot bij: ABRvS (31-08-2005), NAV, p. 388. Janssen, J.M.P. (2006). Noot bij: HvJEG (13-10-2005), (Parking Brixen GmbH t. Gemeinde Brixen, Stadtwerke Brixen AG). SEW 2006-4, p. 170-174. Janssen, J.M.P. & Sevenster, H.G. (2006). Noot bij: HvJEG (14-04-2005), (Deponiezweckverband Eiterköpfe t. Land Rheinland Pfalz). SEW 2006-3, p. 117-121. Klap, A. (2005). Noot bij: ABRvS (28-07-2004), 23, De Gemeentestem 20057223, p. 75-77. Klap, A. (2005). Noot bij: ABRvS (27-04-2005), 192, De Gemeentestem 20057242, p. 692-695. Lam, V. van 't (2005). Noot bij :ABRvS (01-06-2005), 75 en 76, M en R 20057, p. 470-471. Lam, V. van 't (2005). Noot bij: ABRvS (29-06-2005 en 02-03-2005), M en R 2005-10, p. 666-667. Lam, V. van 't (2005). Noot bij: ABRvS (14-09-2005), 200503495/1, StAB 2005-4, p. 40-41. 260 Grensoverschrijdend milieurecht Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (15-12-2005), M en R 2006-4, p. 258259. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (07-12-2005), M en R 2006-4, p. 259261. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (01-02-2006), (Verzamelnoot beginselplicht tot handhaving onder 69). M en R 2006-7, p. 464-465. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: Vz. ABRvS (28-12-2005), M en R 2006-7, p. 465-468. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (23-08-2006), (Belanghebbende milieuorganisatie). M en R 2006-9, p. 585-586. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (16-08-2006), (Belanghebbende milieuvergunning). M en R 2006-9, p. 586-585. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (11-10-2006), (Niet op naam gestelde kennisgeving). M en R 2006-10, p. 641-644. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (12-07-2006), (Ongewone voorvallen). StAB 2006-119, p. 16-18. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (17-05-2006), (Eén inrichting; nabijheid van de weg). StAB 2006-86, p. 26-29. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (18-01-2006), StAB 2006-46, p. 30-34. Lam, V. van 't (2006). Noot bij: ABRvS (30-11-2005), (BLK 2005; 5). StAB 2006-11, p. 34-39. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (01-11-2006), (Hoogte/dwangsom). StAB 2007-5. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (02-05-2007), (Beslissen/wijzigen aanvraag). StAB 2007-37. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (25-07-2007), (In werking treding bouwvergunning/milieuverguning). StAB 2007-121. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (01-11-2006), (Artikel 6:13 Awb verzamelnoot onder 9). M en R 2007-8, p. 55-57. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (08-11-2006), (Artikel 6:13 Awb). M en R 2007-9, p. 55-57. 261 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (18-04-2007), (Onderdelenfuikfuik niet in strijd met artikel 6 EVRM). M en R 2007-94, p. 522-523. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (20-06-2007), M en R 2007-104, p. 582-583. Lam, V. van 't (2007). Noot bij: ABRvS (16-05-2007), (Geen onderdeel). M en R 2007-105, p. 582-583. Martens, I. (2005). Noot bij: Arbitragehof (30-06-2004), (De verplichte verkoop van sociale huurwoningen: een ongeoorloofde vorm van ontzetting uit de eigendom?). R.A.B.G., p. 398-406. Mellenbergh, R. (2007). Noot bij: ABRvS (09-05-2007), (Thielen/Gemeente Maasdriel). TvI 2007-34, p. 175-178. Neerhof, A.R. (2007). Noot bij: ABRvS (19-07-2006), 23, (Art. 2:4 Awb. Verbod van vooringenomenheid). Gst. 2007-7268, p. 97-99. Neerhof, A.R. (2007). Noot bij: ABRvS (27-07-2005), 30, (Art. 49 WRO. Planschadevergoeding, voorzienbaarheid). Gst. 2007-7269, p. 129-133. Neerhof, A.R. (2007). Noot bij: ABRvS (08-11-2006), 67, (Nadeelcompensatie. Egalité-beginsel). Gst. 2007-7274, p. 303-306. Neerhof, A.R. (2007). Noot bij: ABRvS (21-12-2005), 75, (Nadeelcompensatie. Reikwijdte égalité-beginsel). Gst. 2007-7275, p. 337-342. Pâques, M.M.L.L. (2005). Noot bij: Conseil d'Etat (18-08-2004), 134321, (Urbanisme et police générale). Am-Env. 2005-1, p. 62-66. Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: ABRvS (27-10-2004), 200304823/1, (Kernenergiewet; kennisgevingsplicht omwonenden, art. 13.4 Wm). JB 2005-2, p. 44-46. Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: ABRvS (29-12-2004), 200406939/2, (emissiehandel; nationaal toewijzingsplan; besluitbegrip). JB 2005-46, p. 205209. Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: ABRvS (19-01-2005), 200403464/1, (bevoegdhedengeschil). JB 2005-77, p. 364-365. Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: ABRvS (16-02-2005), 200308882/1, (In acht nemen van luchtkwaliteitsnormen; onderzoek gebrekkig en aanvullend onderzoek niet toelaatbaar). JB 2005-6, p. 569-571. 262 Grensoverschrijdend milieurecht Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: ABRvS (08-04-2005), 20040926/1, (Tussenuitspraak; Toewijzingsbesluit broeikasgasrechten; Collectieve belangen; Exceptieve toetsing; Inrichtingbegrip). JB 2005-129, p. 629-633. Peeters, M.G.W.M. (2005). Noot bij: AB (09-09-2005), 20040926/1, (toewijzingsbesluit broeikasgasrechten). JB 2005-291, p. 1425-1428. Peeters, M.G.W.M. (2006). Noot bij: ABRvS (07-12-2005), (Ontheffing voor zoeken en rapen kievitseieren; rechtstreekse werking; voorzorgsbeginsel). JB 2006-29, p. 177-178. Peeters, M.G.W.M. (2006). Noot bij: ABRvS (14-12-2005), (Hangende het beroep ingebracht onderzoek: in stand laten rechtsgevolgen besluit; besluit luchtkwaliteit)). JB 2006-51, p. 266-267. Peeters, M.G.W.M. (2006). Noot bij: ABRvS (22-03-2006), (Import en gebruik mossel en oesterzaad: vrij verkeer van goederen en habitatrichtlijn (voorrang habitatrichtlijnregime: onderzoek naar significante gevolgen)). JB 2006-126, p. 602-604. Peeters, M.G.W.M. (2006). Noot bij: HR (21-04-2006), (Gelijkheidsbeginsel als beginsel van behoorlijke wetgeving: onzelfstandig begrip (inrichting)). JB 2006-139, p. 737-738. Peeters, M.G.W.M. (2007). Noot bij: EHRM 2 November 2006 nr 59909/00, Case of Giacomelli v Italy, EHRC 2007-7, p. 73-74. Peeters, M.G.W.M. (2007). Noot bij: AB RvS 27 december 2006, nr. 200603728/1, LJAN AZ5206, JB 2007-30, p. 191-193. Ramnewash-Oemrawsingh, S.T. (2005). Noot bij: Europees Hof voor de Rechten van de Mens (16-11-2004), (Moreno Gómez v. Spain). Milieujurisprudentie 2005-5. Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijsleven (22-07-2004), 44, (AWB 03/443). M en R 2005-4, p. 255. Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijfsleven (06-02-2004), 45, (AWB 03/1068). M en R 2005-4, p. 259-260. Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijfsleven (11-11-2005), 55, (AWB 03/112). M en R 2005-5, p. 327. Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijfsleven (19-04-2005), 65, (AWB 04/300). M en R 2005-6, p. 400. Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: HR (12-04-2005), 68, (nr. 02455/ 04E). M en R 2005-7, p. 449-450. 263 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Vogelezang-Stoute, E.M. (2005). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijfsleven 19-08-2005 en (04-10-2005), 104 en 105, (AWB 04/37 en AWB 04/38). M en R 2005-10, p. 679-680. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Noot bij: HvJEG (15-07-2004), (Biocidenrichtlijn: blokjes rode cederhout). M en R 2006-1, p. 36. Vogelezang-Stoute, E.M. & Janssen, J.M.P. (2006). Noot bij: HvJEG (15-092005), (Cindu Chemicals e.a. t. College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen). M en R 2006-2, p. 110-112. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Noot bij: CBB (26-05-2005), (Toelating koperhoudende anti-foulings). M en R 2006-3, p. 202-203. Vogelezang-Stoute, E.M. (2006). Noot bij: HvJEG (14-09-2006), (Overgangsrecht gewasbeschermingsmiddelen; ontheffingsregeling). M en R 2006-9, p. 562-564. Vogelezang-Stoute, E.M. (2007). Noot bij: CBB (04-05-2007), (Art. 16aa en art. 25d Besrijdingsmiddelenwet in strijd met het overgangsrecht van de richtlijnen 91/414 en 98/8. AWB 04/876 en AWB 04/185). M en R 2007-10, p. 667668. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Addink, G.H. (2006). Afvalstoffen. In Ch.W. Backes, P.C. Gilhuis & N.S.J. Koeman (Eds.), Milieurecht (p. 181-222). Deventer: Kluwer (6de druk). Bruggeman, V. (2005). Health and Environmental Risks of Genetic Engineering in Food. In G. van Calster & K. Deketelaere (Eds.), Energy and Environmental Law – 2005 (p. 74-107). Leuven: IMER. Bruggeman, V. (2005). Legal Aspects of Wind Energy in Belgium and the Netherlands. In G. van Calster & K. Deketelaere (Eds.), Energy and Environmental Law – 2005 (p. 506-540). Leuven: IMER. Bruggeman, V. (2005). Floods and the law: Watershed or Swamp? Water Quantity Policy and Special Planning Policy in an International, European and Comparative Context. In G. van Calster & K. Deketelaere (Eds.), Energy and Environmental Law – 2005 (p. 660-717). Leuven: IMER. Bruggeman, V. & Delvaux, B. (2006). EU Energy Policy and Legislation under Pressure since the UNFCCC and the Kyoto Protocol? In K. Deketelaere & M. Peeters (Eds.), EU Climate Change Policy. The Challenge of New Regulatory Initiatives (p. 223-239). Cheltenham: Edward Elgar. Jans, J.H. (2006). Europees milieurecht. In Ch.W. Backes, P.C. Gilhuis & N.S.J. Koeman (Eds.), Milieurecht (p. 66-92). Deventer: Kluwer (6de druk). 264 Grensoverschrijdend milieurecht Nollkaemper, P.A. (2007). Internationale aansprakelijkheid voor klimaatverandering. Nederlands Juristenblad, 45/46, 2873-2879. OVERIGE PUBLICATIES Boes, M. & Staercke, J. de (Eds.). (2007). Notarieel bestuursrecht. Leuven: Acco. (247 p.) Calster, G. van & Vandenberghe, W. (2006). Misbruik van machtspositie en concentratiecontrole. In Y. Montangie & F. Camerlinckx (Eds.), Mededingingsrecht in kort bestek (Recht in kort bestek, 6) (p. 81-102). Antwerpen: Intersentia. Deketelaere, K. (2005). The Themis-School for Continuing Legal Education: a ‘service agreement’ for lawyers in Flanders. European Journal of Legal Education, 53-58. Deketelaere, K. & Jonckheere, M. (Eds.). (2006). Jaarboek Lokale en Regionale Belastingen 2005-2006. Brugge: die Keure. (410 p.) Delnoy, M. (2005). Les obligations juridiques de cohérence du droit ou comment le droit se protège contre lui-même. In Chr. Biquet-Mathieu et al. (Eds.), Liber Amicorum Paul Delnoy (p. 923-936). Bruxelles: Larcier. Etty, T. (2007). Coexistence: The Missing Link in the EU Legislative Framework. (5 p.) [Online]: Available from: <http://www.gmo-free-regions.org/con ference-2007/proceedings.html> [01-11-2007]. Etty, T. (2007). Legal Brief – On Coexistence: Best National Practices for Regulating the Cultivation of GMOs in Europe. (25 p.) [Online]: Available from: <www.Greenpeace.org> [01-11-2007]. Faure, M.G. & Peeters, M.G.W.M. (Eds.). (2006). Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58). Antwerpen: Intersentia. (346 + xxii p.) Faure, M.G. & Peeters, M.G.W.M. (2006). Woord vooraf. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. v-xiii). Antwerpen: Intersentia. Faure, M.G. & Peeters, M.G.W.M. (2006). Concluderende samenvatting. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 333-346). Antwerpen: Intersentia. Groenewegen, F.T. (2005). In hoeverre schrijft het evenredigheidsbeginsel iets voor? In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 13-22). Deventer: Kluwer. 265 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Heijden, G.M.A. van der (2005). Recombinatie van overheid en samenleving (XPIN-reeks, 7). Delft: Eburon. Heijden, G.M.A. van der et al. (2005). Nieuwe vormen van samenwerken in wonen, zorg en dienstverlening. Delft: Eburon. Heijden, G.M.A. van der (2005). Haal meer uit je kiesrecht. Idee: tijdschrift van het Wetenschappelijk Bureau van D66, 26(4), 37-38. Heijden, G.M.A. van der (2005). Meervoudig ruimtegebruik als eis van recht. Nova Terra: kwartaaluitgave over meervoudig ruimtegebruik, 5, 42-44. Heijden, G.M.A. van der (2006). Governance als eis van recht. In M.A. Heldeweg (Ed.), Rechtsvorming en governance (Publikaties van de Staatsrechtkring. Staatsrechtconferenties, 10) (p. 115-128). Alphen aan den Rijn: Kluwer. Heijden, G.M.A. van der (2006). Bestuur door de burger, bestuurskunde voor de burger. In M. Hajer, J. Grin & H. Waaijers (Eds.), Meervoudige democratie: een andere kijk op bestuurlijke vernieuwing (p. 148-160). Amsterdam: Aksant. Heijden, G.M.A. van der, Schrijver, J.F. & Wiel, A.F. van der (2006). Nieuwe Haagse manieren. In A. de Rooij (Ed.), Krachtenfusie in de inrichting van Nederland, Fysica van Samenwerking II (p. 49-60). Diemen: Veen Magazines. Klap, A. (2005). De betekenis van het evenredigheidsbeginsel voor de bestuursrechtelijke handhaving. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 187-210). Deventer: Kluwer. Klap, A. (2005). Het legaliteitsbeginsel in het bestuursrecht: harde eis of nastrevenswaardig doel? In A.W. Hins, A.J. Nieuwenhuis & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 71-76). Deventer: Kluwer. Klap, A. (2005). Een dwangsom op het overschrijden van beslistermijnen. Staatscourant, 14-01-2005, 5. Klap, A. (2005). Over de (afschaffing van) goedkeuring van bestemmingsplannen. Staatscourant, 25-02-2005, 5. Klap, A. (2005). Ruimtelijke ordening privaatrechtelijk geregeld. Staatscourant, 15-04-2005, 5. Klap, A. (2005). Proceskosten bij niet tijdig beslissen. Staatscourant, 16-092005, 5. Klap, A. (2005). Bestuursrechtelijke implicaties van de SGP-uitspraak. Staatscourant, 28-10-2005, 5. 266 Grensoverschrijdend milieurecht Koeman, N.S.J. (2007). Enkele bestuursrechtelijke aspecten van het ondergronds bouwen in Nederland. In C. Adriaansen & V. Sagaert (Eds.), Ondergrondse constructies (Ius Commune Europaeum, 67) (p. 187-192). Antwerpen: Intersentia. Koeman, N.S.J. (2007). Oude Meesters – P. Scholten: Algemeen Deel in de Asser-serie. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 2, 68-69. Koeman, N.S.J. (2007). Verwachting – Een nieuwe rol voor de bestuursrechter. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 5, 167-168. Koeman, N.S.J. (2007). De voorzichtige terugtred van de bezwaarschriftprocedure. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 10, 385-386. Konijnenbelt, W., Male, R.M. van & Wijk, H.D. van (2005). Hoofdstukken van bestuursrecht (13de druk). Den Haag: Elsevier Juridisch. (xvi + 876 p.) Konijnenbelt, W. & Verschuren, M.M. (2005). Algemene wet bestuursrecht, tekstuitgave 2005/2006. Deventer: Kluwer. (290 p.) Konijnenbelt, W. (2005). Systematiek van de wet. In N.S.J. Koeman et al. (Eds.), Handboek algemene wet bestuursrecht (Losbladig) (p. II-4 en 1-4). Alphen aan den Rijn: Samsom. Konijnenbelt, W. (2005). Verhouding tot decentralisatie. In N.S.J. Koeman et al. (Eds.), Handboek algemene wet bestuursrecht (Losbladig) (p. II-6.4 en 110). Alphen aan den Rijn: Samsom. Konijnenbelt, W. (2005). Alles in één keer goed. De Gemeentestem, 7228(72), 256. Konijnenbelt, W. (2005). Offensief tegen de saaiheid. De Gemeentestem, 7238(163), 596. Konijnenbelt, W. (2005). Leve de last onder bestuursdwang! Nederlands Juristenblad, 1518-1520. Konijnenbelt, W. (2005). Parlement en ambtenaren. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 16, 122-123. Konijnenbelt, W. (2005). Vegtings Algemeen Administratiefrecht. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 48, 340-342. Lammers, J.G. & Kiss, A.Ch. (2006). Hague Yearbook of International Law 2005/ Annuaire de La Haye de Droit International. Den Haag: Martinus Nijhoff Publishers. (XX + 208 p.) 267 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Mellenbergh, R. & Boddenberg, R.E. (2006). Onduidelijkheden omtrent de aard van het retentierecht: de (on)mogelijkheid van overgang van het retentierecht bij cessie. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 4, 145-151. Neerhof, A.R. (2007). Over onrechtmatigheid van toezichts- of handhavingsfalen, mensenrechten en aansprakelijkheid. Overheid en Aansprakelijkheid, 6, 184-200. Pâques, M.M.L.L. (2005). Propriété, privations et servitudes de droit public. Quels biens, quel équilibre, quelle compensation? Morceaux choisis. In P. Lecocq & P. Lewalle (Eds.), Contrainte, limitation et atteinte à la propriété (p. 115-172). Bruxelles: Larcier. Pâques, M.M.L.L. (2007). De l'autorisation administrative. In M. Prieur (Ed.), Mélanges en l'honneur du doyen (p. 637-659). Paris: Dalloz. Pâques, M.M.L.L. (2007). Liberté académique et Cour d'abitrage. In Liber amicorum Paul Martens (p. 389-408). Bruxelles: Larcier. Pâques, M.M.L.L. & Donnay, L. (2007). Juridiction ordinaire et juridiction administrative en droit belge. Publiekrechtelijke Kronieken/Chroniques de droit public, 73-93. Schueler, B.J. (2005). Schadevergoeding en de Awb. Aansprakelijkheid voor appellabele besluiten (Monografieën Algemene wet bestuursrecht, B-serie: 7). Deventer: Kluwer. (283 p.) Schueler, B.J. & Meijer, B.W. (Eds.). (2005). Overheidsaansprakelijkheid begrensd? Ontwikkelingen rond het relativiteitsvereiste. Amsterdam: Houthoff Buruma. (79 p.) Schueler, B.J. (2005). Aansprakelijkheid van gemeenten voor gebrekkige bouwwerken. In Privaat- en publiekrechtelijke aansprakelijkheid voor gebrekkige bouwwerken (Publikatie van de Vereniging voor Bouwrecht, 33) (p. 61129). Amsterdam: Weka Uitgeverij. Schueler, B.J. (2005). Hoe ver zat Struycken er naast? In A.J. Nieuwenhuis, A.W. Hins & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 134-144). Deventer: Kluwer. Schueler, B.J. (2005). Hoofdstuk 4.4: Overeenkomsten. In L.J.A. Daemen et al. (Eds.), Bestuursrecht 1. Systeem, bevoegdheid, bevoegdheidsuitoefening, handhaving (Boom juridische studieboeken) (2de druk) (p. 234-242). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schueler, B.J. (2005). Proportionaliteit en gelijkheid voor de publieke lasten. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 166-186). Deventer: Kluwer. 268 Grensoverschrijdend milieurecht Schueler, B.J. (2005). Inleiding. In B.J. Schueler & B.W. Meijer (Eds.), Overheidsaansprakelijkheid begrensd? Ontwikkelingen rond het relativiteitsvereiste (p. 1-9). Amsterdam: Houthoff Buruma. Schueler, B.J. (2006). Hoofdstuk 3.5: Nieuwe besluiten hangende bezwaar en beroep. In L.J.A. Daemen et al. (Eds.), Bestuursrecht, Deel 2, Rechtsbescherming tegen de overheid, bestuursprocesrecht (Boom juridische studieboeken) (p. 128-136). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schueler, B.J. (2006). Hoofdstuk 6: Beroep bij de rechter. In L.J.A. Daemen et al. (Eds.), Bestuursrecht, Deel 2, Rechtsbescherming tegen de overheid, bestuursprocesrecht (Boom juridische studieboeken, 2de druk) (p. 193-268). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schueler, B.J. (2006). Hoofdstuk 6: Hoger beroep. In L.J.A. Daemen et al. (Eds.), Bestuursrecht, Deel 2, Rechtsbescherming tegen de overheid, bestuursprocesrecht (Boom juridische studieboeken) (p. 269-286). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Schueler, B.J. (2005). Aansprakelijkheid van de gemeente voor onrechtmatig verleende bouwvergunningen. Bouwrecht, 42(3), 177-183. Schueler, B.J. (2005). Geldschulden tussen publiekrecht en privaatrecht. Schadebesluiten onder de vierde tranche. Overheid en Aansprakelijkheid, 4(1), 2-9. Staercke, J. de & Boes, M. (2005). Notarieel bestuursrecht. Leuven: Acco. (241 p.) Staercke, J. de (2005). Sport & Overheidsopdrachten: een inleiding (deel II). Nieuwsbrief Sport & Recht, 1006-1008. Staercke, J. de (2005). Sport & Overheidsopdrachten: een inleiding (deel III). Nieuwsbrief Sport & Recht, 1022-1024. Staercke, J. de (2005). De valorisatie van het openbaar domein. Tijdschrift voor Bouwrecht, 186-200. Staercke, J. de (2006). Domeingoederenrecht. Antwerpen: Intersentia. (xxi + 278 p.) Staercke, J. de & Boes, M. (2006). Notarieel bestuursrecht. Leuven: Acco. (247 p.) Staercke, J. de (2006). Algemene beginselen van behoorlijk bestuur. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek milieu- en energierecht (p. 370-389). Brugge: die Keure. 269 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Staercke, J. de (2006). Administratieve sancties. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek milieu- en energierecht (p. 389-397). Brugge: die Keure. Staercke, J. de (2006). Administratief beroep. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek milieu- en energierecht (p. 397). Brugge: die Keure. Staercke, J. de (2006). Doorwerking, het bestuur en de Raad van State. In D. van Eeckhoutte & J. Wouters (Eds.), Doorwerking van internationaal recht in de Belgische rechtsorde: recente ontwikkelingen in een rechtstakoverschrijdend perspectief (p. 295-313). Antwerpen: Intersentia. Staercke, J. de (2006). Openbaar domein en PPS. In K. Deketelaere, A. Verbeke & K. Vanhove (Eds.), Jaarboek Bouwrecht 2005-06 (p. 35-68). Brugge/Antwerpen: die Keure/Intersentia. Staercke, J. de (2007). Wegenrecht (Administratieve Rechtsbibliotheek, 13). Brugge: die Keure. (334 p.) Vanheusden, B. (2005). De belasting ter bestrijding van niet-uitgebate bedrijfsruimten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 15-28. Vanheusden, B. (2005). Manifest voor een verdrag inzake milieuschade veroorzaakt door gewapende conflicten. In Feestbundel Milieurecht (LeuVeM Milieurechtstandpunten, 20) (p. 105-107). Brugge: die Keure. 270 RECHTSPERSONEN IN EUROPA A. VOLLEDIGE TITEL Rechtspersonen in Europa B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Dhr. Prof.Mr. C.A. Schwarz (UM) 01-01-95 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Dr. K. Geens (KUL) Dhr. Prof.Mr. H.J. de Kluiver (UvA) 01-01-95 01-01-95 senior onderzoekers Dhr. Prof.Mr. A.F.M. Dorresteijn (UU) Dhr. Prof.Mr. G. Raaijmakers (UM) Dhr. Mr. S.F.G. Rammeloo (UM) Dhr. Prof.Mr. B.T.M. Steins Bisschop (Nyenrode-UM) Dhr. Prof.Dr. B. Tilleman (KUL) 01-10-04 01-01-95 onderzoekers Mw. M. Denef Dhr. Mr. J.J.A. Hamers (UM) Dhr. F. Hellemans Dhr. Mr. J. Israel (UM) Mw. Mr. M. Koelemeijer (UM) Mw. Mr. M.S. Koppert-van Beek (UU) Mw. Dr. N. Kornet (UM)* Mw. Mr. S.A. Kruisinga (UU) Mw. Dr. M. Olaerts (UM) Dhr. R. Tas (KUB) 01-01-03 01-10-00 01-01-95 01-05-04 01-01-95 01-10-00 29-09-06 01-10-00 24-11-07 01-01-95 promovendi Mw. Mr. M. Bijl (UU) 01-10-07 Einde 01-01-95 01-04-05 01-01-95 30-09-05 271 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Dhr. Mr. E.C. Bos (UM) Mw. Mr. S.M. van den Braak (UU) Mw. Mr. L. Enneking (UU) Mw. Mr. A.J.M. Klein Wassink (UU) Dhr. Mr. A. Krans (UU) Mw. Mr. I. Meijer-Wagenaar (UU) Mw. Mr. M. Olaerts (UM) Dhr. J. Vananroye (KUL) Begin 01-07-01 01-10-00 01-05-06 01-10-00 01-10-04 01-10-02 01-10-03 01-06-00 emeritus lid Dhr. Prof.Mr. P. van Schilfgaarde (UU) 01-01-95 * Einde 16-12-05 23-11-07 Participeerde voorheen in het programma ‘Algemeen verbintenissen- en contractenrecht’ D. TREFWOORDEN Harmonisatie, Implementatie, Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO), Machtsverhoudingen in kapitaalvennootschappen E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Leiderschap, managementstijl en communicatie Het programma Rechtspersonen in Europa wordt geleid door de coördinerend onderzoeksleider, tezamen met de onderzoeksleiders, verbonden aan de participerende instellingen. De contacten tussen coördinator, onderzoeksleiders, senior onderzoekers en onderzoekers kennen een hoge frequentie, waarbij de betrokkenheid van andere dan onderzoeksleiders bij vormgeving en management van het project groot is. De intensiteit van feitelijke samenwerking binnen het project leidt tot een bottom-up management structuur, waarbij het management veeleer een coachend- dan een sturend karakter draagt. De coördinerend onderzoeksleider zorgt er voor dat bijstellingen in onderzoeksfocus en -aanpak helder worden gepresenteerd aan de onderzoeksgemeenschap, welke presentatie ten minste één maal per jaar ter discussie wordt voorgelegd op het projecttreffen tijdens het jaarcongres. 272 Rechtspersonen in Europa II. Programmaopzet a. Oorspronkelijke probleemstelling en doelstellingen De in oorsprong geconcipieerde programmaopzet is nog steeds goed herkenbaar in de huidige opzet. De toenmalige structuur focuste, zoals nog steeds, vooral op problemen van harmonisatie en implementatie. Ten opzichte van de eerste versie is het onderzoeksaccent minder komen te liggen op het (Europees) recht der vrijwillige organisaties (verenigingen en stichtingenrecht), zij het dat in de komende onderzoeksperiode dit topic weer hoog op de onderzoeksagenda staat in het kader van het geplande onderzoek naar groepsacties en de positie van ‘maatschappelijke organisaties’ (NGO's) en hun aangeslotenen in het kader van mogelijke beïnvloeding van maatschappelijk verantwoord ondernemingsbeleid. De onderzoeksagenda is in significante mate beïnvloed door de Europese en zelfs mondiale discussie over Corporate Governance, waarbij vooral wordt gefocusseerd op aspecten van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Bijstelling van de onderzoeksagenda heeft enerzijds te maken met de urgentie van het onderwerp en anderzijds met het feit dat het Nederlands Verenigingen- en Stichtingenrecht, ook in vergelijkend perspectief, in hoge mate is uitgekristalliseerd, terwijl Europese initiatieven te komen tot bovenstatelijke regulering al geruime tijd geen sprankeling vertonen. b. Actualisering; huidige programmaopzet Als boven opgemerkt speelt de actualisering van de onderzoeksagenda vooral op het stuk van Corporate Governance, en meer in het bijzonder Corporate Social Responsibility. De kern van de agenda is gehandhaafd en vormt ook in de toekomst het uitgangspunt van onderzoek binnen dit project. Het onderzoeksprogramma valt thans uiteen in een viertal grotere onderzoekslijnen, die hieronder kort zullen worden beschreven. Het betreft (1) formele harmonisatie van het ondernemingsrecht, (2) materiële harmonisatie, (3) Corporate Governance en (4) Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). 1. Aspecten van formele harmonisatie Eén van de belangrijkste onderzoekslijnen in dit programma is de bestudering van de wijze van implementatie van Europese regelgeving op het terrein van het ondernemingsrecht in ruime zin in de nationale rechtstelsels van de lidstaten. Onverminderd dwingen de stormachtige ontwikkelingen op dit dynamisch rechtsgebied tot definiëring van gemeenschappelijke grondslagen en algemene beginselen in en tussen de verschillende rechtssystemen. Het harmonisatieproces op het terrein van het vennootschapsrecht is sinds de eerste harmonisatierichtlijn, die in 1968 het licht zag, krachtig op gang gekomen. In deze ontwikkeling zijn ook duidelijke tendensen waarneembaar om de eigen rechtscultuur van lidstaten, ook op dit gebied van het recht, te beschermen, waarbij gebruik 273 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 gemaakt wordt van de vrijheid tot nationale inkleuring van Europese uitgangspunten, die de richtlijnen regelmatig bieden. Ook vanuit deze invalshoek manifesteert zich de noodzaak onderzoek te doen naar gemeenschappelijkheid van rechtsculturen en rechtsbeginselen. In dit kader valt veel interessants waar te nemen. Zo kan bemerkt worden dat er landen zijn die van nature een terughoudende positie innemen wanneer het gaat om aanpassing van nationaal recht, terwijl andere landen steeds een gulle houding innemen waar het betreft de wijze van implementatie van richtlijnuitgangspunten. Een fraai voorbeeld wordt getroffen in de wijze van implementatie van het verbod van financiële assistentie zijdens de vennootschap bij verkrijging van aandelen in haar kapitaal door derden, zoals dat in de tweede richtlijn handelend over kapitaalbescherming is opgenomen. De richtlijn spreekt in artikel 23 van het verkrijgen van aandelen. In Nederland, waar een traditie van brede implementatie van richtlijnen op het terrein van het ondernemingsrecht bestaat, oordeelt men dat, gegeven de ratio van de regeling (kapitaalrealiteit), ook het nemen van nieuwe aandelen bij een emissie onder het bereik van het verbod dient te vallen, en zo wordt, in de Nederlandse wetgeving, financiële assistentie door de vennootschap verboden bij het nemen of verkrijgen van aandelen door derden. Andere landen, zoals Frankrijk, voorzagen de problemen die het verbod in de praktijk met zich zou meebrengen, bijvoorbeeld in termen van het realiseren van overnames, en gaan over tot een stringente tekstuele uitleg en beperkte implementatie, zodat aldaar het nemen van aandelen niet wordt geraakt door het verbod. Over deze boeiende thema's handelden de workshops ondernemingsrecht op de Ius Commune congressen van 2005, 2006 en 2007, waar presentaties werden verzorgd door een groot aantal onderzoekers van de participerende instellingen alsook andere Universiteiten als Leiden, uitmondend in een stevig aantal publicaties en initiatieven als het project ‘Fusie en Overname’, een serie van 15 boeken over het M&A-proces, uitgegeven door Uitgeverij Paris te Deventer onder redactie van Steins Bisschop (Nyenrode/Maastricht) en Schwarz (Maastricht), in welke serie inmiddels 10 delen verschenen, en het project European Company Law, waarover hieronder meer. De Maastrichtse promotie van Martha Meinema binnen het deelproject (Dwingend recht voor de besloten vennootschap. Een beschouwing over de contractsvrijheid van aandeelhouders in rechtsvergelijkend perspectief, Deventer: Kluwer, 2003, promotores Schwarz en De Kluiver) heeft het denken over het hanteren van dwingendrechtelijk vennootschapsrecht in Nederland krachtig beïnvloed. Inmiddels heeft de politieke wens om te komen tot flexibilisering van het BV-recht geleid tot indiening van een Wetsontwerp Flexibilisering en Vereenvoudiging van het BV recht, op basis van het expert-rapport van de Commissie De Kluiver (2004). Deze operatie, onder meer gericht op een genuanceerder toepassing van het Richtlijnenstelsel van kapitaalbescherming (2e EG-Richtlijn en de aanpassing daarvan in de SLIM-operatie) op vennootschappen met een besloten karakter, heeft binnen het onderzoeksprogramma geleid tot stevige Europees- en transnationaal georiënteerd onderzoeksresultaten. Een andere, in dit kader boeiende, observatie is het feit dat een min of meer volledige harmo274 Rechtspersonen in Europa nisatie slechts bereikt lijkt te kunnen worden wanneer het gaat over onderwerpen die geen nationaal historische of culturele lading hebben, terwijl harmonisatie rond gevoeliger thema's in de praktijk toch buitengewoon lastig blijkt te zijn, hetgeen leidt tot een relatief grote vrijheid voor nationale wetgevers om de eigen karakteristieken van het nationale recht te laten doorklinken bij implementatie van het richtlijnenrecht. Zo bleek het jaarrekeningenrecht eenvoudig en in ver gaande mate harmoniseerbaar, terwijl zulks bijvoorbeeld absoluut niet geldt voor onderwerpen als overname van kapitaalvennootschappen tegen de wens van het zittend bestuur in. In dit kader werd, in samenwerking met collegae van de Utrechtse en Leidse zusterfaculteiten werd het initiatief genomen tot de start van een ‘losdelige’ serie European Company Law, in welke serie vennootschapsrechtelijke onderwerpen in Europees vergelijkend perspectief zullen worden behandeld, waarbij het accent in belangrijke mate zal komen te liggen op bestudering van de wijze van implementatie van richtlijnenrecht binnen de verschillende lidstaten. Op dit moment is het eerste deel in deze serie verschenen getiteld European Company Law in Accelerated Progress (red. S.M. Bartman), een bundel gepubliceerd naar aanleiding van een onder auspiciën van de Onderzoekschool georganiseerd congres te Leiden (23 september 2005). Aan dit congres namen diverse senior onderzoekers uit het project deel, waaronder Dorresteijn, Lennarts en Schwarz, die hun bevindingen ook in bedoelde bundel publiceerden. De serie wordt uitgegeven door Kluwer International. De redactie wordt gevormd door Prof. A. Dorresteijn (UU), Prof. S. Bartman (UL) en Prof. C.A. Schwarz (UM). De samenwerking in dit kader is vormgegeven binnen het Center for European Company Law. Door dit Center zullen tweejaarlijks internationale congressen worden georganiseerd aan de participerende instellingen. Op 22 november 2007 vond in Utrecht het tweede congres plaats rond het thema grensoverschrijdende fusies en splitsingen in Europa. In 2009 zal het congres worden georganiseerd in Maastricht. Congressen vinden plaats onder auspiciën van de Onderzoekschool. Ook binnen het verband van dit Center for European Company Law wordt, in samenwerking met Kluwer International, de uitgave verzorgd van het Engelstalig tijdschrift European Company Law. Dorresteijn en Schwarz maken deel uit van de Scientific Editorial Board, waarin ook door andere participanten in dit deelproject wordt gepubliceerd. 2. Aspecten van materiële harmonisatie Naast harmonisatie van vennootschapsrecht in formele zin, heeft de internationaliserende praktijk ook een zeker harmoniserend effect, in welk kader verschillende uitgangspunten in het juridisch denken tot buitengemeen boeiende vraagstukken kan leiden. Men denke bijvoorbeeld aan de problemen die de verschillende opvattingen over het karakter van de rechtspersoon met zich brengen. In bijvoorbeeld de Angelsaksische wereld wordt de rechtspersoon gezien als (de resultante van) een overeenkomst, terwijl in andere landen als bijvoorbeeld Nederland een institutionele zienswijze wordt gehanteerd, waarin de rechtspersoon bij de oprichting als instituut ontstaat en is losgezongen van 275 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 oprichters of aandeelhouders. In die laatste opvatting wordt de rechtspersoon veelal dwingendrechtelijke regelingen geregeerd en is er, bijvoorbeeld, nauwelijks ruimte voor overeenkomsten tussen aandeelhouders, dat terwijl in de contractuele opvatting de basering van de rechtspersoon op (deel)overeenkomsten het uitgangspunt is. Juist de rechtsvergelijkende verdieping schept hier fraaie vergezichten, die niet alleen wetenschappelijk hoogst interessant zijn, maar ook voor de praktijk van groot belang zijn. Men denke bijvoorbeeld aan mogelijke acceptatie van ‘Incorporation by reference’ in de Nederlandse vennootschapspraktijk. Een omgekeerde tendens is overigens waarneembaar in het thans voorliggend wetsvoorstel betrekkelijk de flexibilisering en vereenvoudiging van het BV-recht. Een belangrijk element in dit voorstel is het ontkoppelen van het kapitaalbeschermingsrecht van de 2e EG richtlijn en de wettelijke regeling voor de BV, alsook de eind 2007 vorm gevonden hebbende plannen te komen tot afzwakking van het kapitaalbeschermingsniveau ook voor de publieke vennootschap. Op het terrein van de flexibilisering van het BV-recht wordt binnen het project rechtsvergelijkend onderzoek gedaan. In dit kader wordt in 2008 de promotie aan de UM verwacht van de buitenpromovendus Pierre Glotzbach, een in Duitsland werkzaam advocaat op ondernemingsrechtelijk terrein. Dit onderzoek wordt verricht onder begeleiding van C. Schwarz en J.J.A. Hamers, beiden verbonden aan de Universiteit Maastricht 3. Corporate Governance Daarnaast richt de onderzoeksgroep zich niet alleen op bestudering van het recht binnen de EG, maar wordt ook sterk gekeken naar het Amerikaans recht, dat het Europees vennootschapsrecht steeds krachtiger doordesemt, en dan wordt niet alleen gedoeld op het Engels vennootschapsrecht, maar ook op continentaal Europese rechtstelsels. Zo kennen wij bijvoorbeeld sinds kort het ‘record-date-system’ in het Nederlands vennootschapsrecht en spelen Amerikaanse uitgangspunten een belangrijke rol in belangwekkende discussies als die over corporate governance en het creëren van een ‘level-playing field’ op het terrein van de overnemingenmarkt, thema's waarover binnen de onderzoeksgroep zeer regelmatig is gediscussieerd en gepubliceerd. In dit kader moet ook gewezen worden op de recente turbulentie op de overnemingenmarkt in continentaal Europese en vooral ook Nederlandse context, mede in verband met de verlate implementatie van de 13e EG Harmonisatierichtlijn Vennootschapsrecht ‘on Mergers and Take-Overs’ in het Nederlandse recht. Thans zien we aldaar hetgeen zich in de VS reeds sinds lang voordoet, nl. activistisch aandeelhouderschap en de neiging tot straffe beïnvloeding van het bestuursbeleid binnen kapitaalvennootschappen, bijvoorbeeld op het stuk van de binnen de vennootschap gekozen strategie. Onderzoek binnen de onderzoeksgroep verricht toont aan dat er enerzijds sprake is van een feitelijke ontkrachting van de verschillen tussen het Rijnlands- en het Angelsaksisch bestuursmodel. Bij rechtsvergelijkende studie blijkt één van de triggers te zijn gelegen in het feit dat in geheel Europa de oplossing voor verbetering van de corporate governance wordt gezocht in versterking van de vennootschappelijke positie van de aandeelhouder, in hoge mate vanuit de gedachte dat het toekennen van reële zeggensmacht de interesse 276 Rechtspersonen in Europa tot uitoefening van aandeelhoudersrechten zal stimuleren. Een voorzichtige aanname is dat dit in het algemeen niet het resultaat blijkt te zijn en dat hedge funds en andere activisten de versterking van de aandeelhouderspositie gebruiken terwijl overigens het aandeelhoudersabsenteïsme groot blijft. Aan dit onderwerp werd in 2007 een themanummer van het eerdergenoemd tijdschrift European Company Law gewijd, in welk kader C. Schwarz als redacteur optrad. De benoeming van de deeltijdhoogleraar Prof. Steins Bisschop als Hoogleraar Ondernemingsrecht, i.h.b. Corporate Governance aan de Maastrichtse Faculteit per 1 juli 2007, zal het onderzoek op dit terrein zeker versterken. Prof. Steins Bisschop maakt overigens al enige tijd deel uit van onderhavige Ius Commune Onderzoeksgroep. Tenslotte zijn in het kader van materiële harmonisatie Europees rechtelijke ontwikkelingen op het terrein van het ‘Ondernemingsrechtelijk IPR in Europa’ van groot belang. Met name dient hier te worden gewezen op de recente baanbrekende jurisprudentie op het terrein van vestigingsvrijheid van rechtspersonen in Europa van het Europees Hof en de consequenties daarvan voor de internationaal privaatrechtelijke benadering van buitenlandse rechtspersonen in de verschillende Europese jurisdicties. De manifeste vrijheid van vestiging van rechtspersonen binnen Europa uit die jurisprudentie voortvloeiend heeft geleid tot toenemende concurrentie van rechtssystemen. Deze nieuwe, Darwinistische wijze van benadering van rechtssystemen biedt een ander referentiekader bij beoordeling van rechtsontwikkelingen op het stuk van het ondernemingsrecht. 4. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Tenslotte heeft de onderzoekssamenwerking sinds 2003 geleid tot het inzetten van een nieuwe onderzoekslijn binnen dit deelproject. De discussie over Corporate Governance zoals die binnen Europa wordt gevoerd, besteedt, zo meenden de initiatiefnemers, te weinig aandacht aan het element van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) c.q. Corporate Social Responsibility (CSR). In 2005 verscheen de bundel Maatschappelijk verantwoord ondernemen; Corporate Social Responsibility in a Transnational Perspective, onder redactie van Hamers, Schwarz en Steins Bisschop alsmede, vervolgens, een stevig aantal publicaties rond dit thema in nationale en internationale tijdschriften, mede mogelijk gemaakt door een krachtige onderzoekssubsidie van het Ministerie van Economische Zaken. De onderzoekssamenwerking binnen het multidisciplinair onderzoeksteam, onder leiding van Prof. Jaqueline Cramer, heeft geleid tot een sterke verbreding van de onderzoeksscope op dit vakgebied. Thans wordt gewerkt aan een onderzoeksvoorstel dat zich zal richten op de rechtseconomische analyse van het verschijnsel CSR (Faure/Schwarz). Overigens heeft deze onderzoeksactiviteit geleid tot de ontwikkeling van een Mastervak Corporate Social Responsibility en wordt thans gewerkt aan postdoctorale onderwijsactiviteiten in deze sfeer. 277 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 De leiding van de onderzoeksgroep is voornemens de lijn van onderzoek naar normering van MVO ook in de komende jaren te volgen. Op dit moment wordt financiering gezocht voor een rechtseconomisch getint promotieproject op het terrein van MVO (Faure/Schwarz). c. Methodiek en beoogde resultaten De insteek van het onderzoeksprogramma blijft gericht op, zowel door positiefrechtelijk fundamenteel onderzoek als via rechtsvergelijking onderzoek, de grondslagen van (aspecten van) het nationaal en transnationaal ondernemingsrecht. Deze methodes worden eveneens benut in het kader van het onderzoek naar Corporate Governance, meer in het bijzonder naar Corporate Social Responsibility, bij welk laatste onderdeel ook een krachtig accent wordt gelegd op de multidisciplinaire benadering. Met zeer grote regelmaat worden cursussen en lezingen verzorgd op het onderzoeksterrein. d. Relatie tot de onderzoekschool Het streven is in dit deelproject een bijdrage te leveren aan de centrale probleemstelling van de Onderzoekschool Ius Commune. Naast het verrichten van onderzoek als geprogrammeerd, vinden met zekere regelmaat projectgrenzen overschrijdende onderzoeksactiviteiten plaats, bijvoorbeeld op het terrein van het milieurecht in relatie tot de aansprakelijkheid van bestuurders. De relatie met de centrale leiding van de onderzoekschool is sterk ontwikkeld, ook veroorzaakt door het feit dat de coördinerend onderzoeksleider van het project tevens voorzitter is van het bestuur van de onderzoekschool, en uit dien hoofde veel in contact staat en samenwerkt met de directeur van de onderzoekschool en met de overige coördinerend onderzoeksleiders. Inmiddels werden onderzoeken op het stuk van het vergelijkend goederenrecht in relatie tot de eigendom van, en vruchtgebruik op aandelen (E. Bos, Vruchtgebruik op aandelen, diss. Maastricht 2005) alsook op het stuk van de rol van vennootschappelijke organen in het licht van dreigende insolventie (M. Olaerts, diss. Maastricht 2007) afgerond en wordt getracht nieuw onderzoek gefinancierd te krijgen op het stuk van de nieuwe machtsverhoudingen in kapitaalvennootschappen, alsook op het terrein van MVO/CSR, mede in relatie tot uitgangspunten van rechtseconomie. In het Maastrichts segment van dit deelproject is in ieder geval in 2008 de promotie voorzien van de buitenpromovendus Glotzbach met een rechtsvergelijkende dissertatie over flexibilisering van vennootschapsrecht in Europa. De onderzoeksgroep tracht een stevige positie te verwerven in de nationale en internationale discussies rond de ontwikkeling van het nationaal en Europees Ondernemingsrecht. Vanuit dit streven is het verheugend dat vertegenwoordigers uit de onderzoeksgroep regelmatig in werkgroepen en begeleidingscommissies van onderzoeksactiviteiten (WODC) worden betrokken dan wel worden verzocht om key notes op toonaangevende congressen te verzorgen en preadviezen te schrijven. 278 Rechtspersonen in Europa e. Academische reputatie en effecten van de samenwerking Het effect van samenwerking binnen de onderzoekschool is krachtenbundeling rond goed geformuleerde projecten en de daaruit voortvloeiende intense samenwerking tussen onderzoekers, als vanzelve het focus verleggend naar vakgebied overschrijdend- en multidisciplinair onderzoek. Hoewel de projectgroep Rechtspersonen in Europa een relatief geringe omvang heeft, is de output in termen van kwaliteit en omvang, zeer bevredigend. De academische erkenning komt tot uitdrukking in de uitnodigingen aan diverse onderzoekers binnen het verband om deel te nemen aan nationale- en internationale congressen, om toe te treden tot redacties van boekenseries en tijdschriften, om bijdragen te leveren aan bundels in buiten de onderzoekschool gelegen kaders, alsook tot het zitting nemen in beleidbepalende commissies c.q. het schrijven van preadviezen. De betrokkenheid van leden van de groep op thema's als Flexibilisering van het BV-recht, activistisch aandeelhouderschap alsook misbruik van rechtspersonen en IPR-Ondernemingsrecht is zeer groot. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 0,98 0,84 1,74 2,00 1,00 0,84 1,44 1,87 1,00 0,84 1,20 2,67 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN De lijst van publicaties als bijgevoegd geeft een goede indruk van de activiteiten van de onderzoeksgroep. Hoewel het hier gaat om een relatief kleine onderzoeksgroep is de output, vooral in termen van afgerond dissertatie door de jaren heen steeds zeer bevredigend geweest, ook al blijkt het lastig om (promotie)onderzoeksprojecten gefinancierd te krijgen. Begin 2003 ontving de onderzoeksgroep een subsidie van de Stichting Boskalis op basis van een onderzoeksvoorstel rond het thema Reorganisatie en doorstart (Schwarz/Steins Bisschop). Deze subsidie (€. 50.000,-), die door de Juridische Faculteit UM werd gematched, maakte de start van het Promotieproject over Reorganisatie en Doorstart (Olaerts) voor een periode van 4 jaren mogelijk. Dit onderzoek werd in 2007 succesvol afgerond met een dissertatie van de hand van Olaerts, die aan de onderzoeksgroep (en de faculteit) verbonden zal blijven. Het in 2004 met een subsidie van € 220.000,- zijdens EZ gehonoreerde project ‘MVO, juridisering van een relatief vaag normenkader’ (Schwarz/Steins Bisschop) heeft geleid tot een groot aantal publicaties op dit terrein en vormde het startpunt van een nieuwe onderzoekslijn die de komende jaren de aandacht zal blijven houden. Verheugend is het feit dat de senior onderzoeker Steins Bisschop, per septem279 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ber 2007 (ook) als deeltijdhoogleraar aan de Maastrichtse faculteit kon worden benoemd op de leerstoel internationaal ondernemingsrecht. Inmiddels is een aanvullend projectvoorstel geformuleerd, binnen welk kader vooral ook samenwerking met onderzoekers uit de wereld van het publieke- en internationale recht wordt gezocht, deels binnen de onderzoekschool Ius Commune, deels binnen de onderzoekschool Rechten van de Mens (UM/Utrecht). Thans worden de inmiddels opgebouwde contacten met EZ en Justitie, alsook met partijen in het bedrijfsleven aangewend in het kader van het zoeken naar aanvullende subsidiebronnen voor onderzoek op dit terrein. In de verslagperiode werd, als opgemerkt, regelmatig geparticipeerd in nationale en internationale conferenties en werden op grote schaal lezingen verzorgd op congressen alsook op bijeenkomsten met praktizijns als advocaten, notarissen, fiscaal adviseurs en accountants. Regelmatig leidde deze key notes ook tot publicaties.. Als gezegd werd tevens een groot aantal lezingen verzorgd rond de thematiek van MVO en CSR, onder meer bij Houthoff, Baker/Mckenzie, Nauta, AKD Prinssen van Wijmen, SRA-conferenties, NeVOAA-bijeenkomsten etc. H. VOORTZETTING De actuele onderzoeksprogrammering is hierboven toegelicht. I. KERNPUBLICATIES De geselcteerde publicaties geven een goed beeld van de onderzoeksoutput binnen het programma en zijn prikkelend waar het betreft de onderzoeksrichting van de onderzoeksgroep Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (Eds.). (2005). Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: Corporate Social Responsibility in a Transnational Perspective (Ius Commune Europaeum, 53). Antwerpen: Intersentia. (xii + 147 p.) Raaijmakers, G.T.M.J. (2007). Achter de schermen van beursaandeelhouders onderdeel Synthetische belangen in Nederlandse beursvennootschappen. Preadvies Vereeniging Handelsrecht. Deventer: Kluwer. (72 p.) J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Dorresteijn, A.F.M. & Groot, C. de (2006). Corporate Governance Codes: Origins and Perspectives. In S.M. Bartman (Ed.), European Company Law in Accelerated Progress (European Company Law Series, 1) (p. 31-57). The Hague: Kluwer Law International. 280 Rechtspersonen in Europa Geens, K. (2006). De nieuwe harmonisatiedynamiek van het vennootschapsrecht: een ‘eerste klas’ begrafenis van het Europees vennootschapsrecht na vijftig jaar? Tijdschrift voor Rechtspersoon en Vennootschap, 2, 75-89. Rammeloo, S.F.G. (2006). Via Romana. Van EVO naar Rome I – Nieuw Europees IPR dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 239-253. Schwarz, C.A. (2006). The Provision of Equity Capital to Companies and Partnerships; A Comparison between the Law and Economics and the Comparative European Law Perspectives. In S.M. Bartman (Ed.), European Company Law in Accelerated Progress (European Company Law Series, 1) (p. 95-106). The Hague: Kluwer Law International. K. DISSERTATIES Bos, E.C. (16 december 2005). Vruchtgebruik op aandelen: over de grenzen van goederenrecht, erfrecht en vennootschapsrecht. Universiteit Maastricht (xviii + 222 p.) (Deventer: Kluwer). Prom./coprom.: Prof. C.A. Schwarz & Mr. J.J.A. Hamers. Olaerts, M. (23 november 2007). Vennootschappelijke beleidsbepaling in geval van financiële moeilijkheden; de positie van bestuurders en aandeelhouders. Ius Commune Europeum, 69). Universiteit Maastricht (xiv + 409 p.) (Antwerpen: Intersentia). Prom./coprom.: Prof. C.A. Schwarz, Dr. J.J.A. Hamers & Prof. B.T.M. Steins Bisschop. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Bijl, M.C. & Bitter, J.W. (2007). Dwaling en het Weens koopgedrag. Maandblad voor vermogensrecht, 195-200. Braak, S.M. van den & Dorresteijn, A.F.M. (2005). Het ondernemingsrecht in een stroomversnelling. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 118. Braak, S.M. van den (2006). Vestigingsvrijheid en misbruik van de (buitenlandse) vennootschap. Ondernemingsrecht, 5, 174-181. Braak, S.M. van den & Lennarts, M.L. (2006). Voorstellen tot herziening van het Duitse GmbH-recht: het MoMiG. Ondernemingsrecht, 17, 633-638. Braak, S.M. van den (2007). Grensoverschrijdende omzetting van rechtspersonen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6721, 688-693. 281 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Denef, M., Hellemans, F., Tas, R., Tilleman, B. et al. (2005). VZW en stichting. Brugge: die Keure. (683 p.) Denef, M. (2005). De Nieuwe VZW-wetgeving 2002-2004: recapitulatie en eerste toepassingsproblemen. In Vennootschaps- en financieel recht (Themis Cahiers) (p. 5-26). Dorresteijn, A.F.M. (2005). Een nieuwe wettelijke regeling van het tegenstrijdig belang? Onderneming & Financiering, 65, 24-30. Dorresteijn, A.F.M. & Bartman, S.M. (2006). Van het concern. (6de druk). Deventer: Kluwer. (X + 365 p.) Dorresteijn, A.F.M. (2006). Naschrift: ‘Kwalitatief tegenstrijdig belang en art. 2: 146 (256) BW’. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6649, 19. Enneking, L.F.H. (2007). Corporate social responsibility: tot aan de grens en niet verder? – Over de regulering vanuit Nederland van de activiteiten van Nederlandse multinationale concerns in gastlanden; foreign direct liability and beyond. Universiteit Utrecht: Wetenschapswinkel Rechten. (187 p.) Geens, K. (2005). Corporate governance in niet-beursgenoteerde ondernemingen? In M. Debaene et al. (Eds.), Lustrumboek 40 jaar Jura Falconis (p. 69-79). Brussel: De Boeck & Larcier nv. Geens, K. (2005). Herinneringen uit de doos van Lieven. In F. Verbruggen & L. Dupont (Eds.), Strafrecht als roeping: Liber amicorum Lieven Dupont (p. 1143-1149). Leuven: Universitaire Pers Leuven. Geens, K. (2005). Voorwoord. In Jan Ronse Instituut (Ed.), Financiële wetgeving: de tussenstand 2004 (Rechtspersonen- en vennootschapsrecht, 18) (p. 910). Kalmhout: Biblo. Geens, K. (2005). Insider trading en andere vormen van marktmisbruik. In Jan Ronse Instituut (Ed.), Financiële wetgeving: de tussenstand 2004 (Rechtspersonen- en vennootschapsrecht, 18) (p. 384-462). Kalmhout: Biblo. Geens, K. (2005). Voorkennis en financiële informatie na de wet van 2 augustus 2002. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 49-75. Geens, K. et al. (2006). De Familiale onderneming. Publiek of Privaat? (Jura Falconis Libri). Brussel: Larcier. (142 p.) Geens, K. & Clottens, C. (2006). Belgian monography on Corporations and Partnerships, 2006 (International Encyclopaedia of Laws on Corporations and Partnerships). The Hague/London/Boston: Kluwer Law International. (198 p.) 282 Rechtspersonen in Europa Geens, K. (2006). De agency-problemen van een vennootschap tegen het licht gehouden van de familiale eigenaar, De familiale onderneming en het vennootschapsrecht. Jura Falconis, 321-331. Geens, K. (2007). De aansprakelijkheid van bestuurders en zaakvoerders in kort bestek. In Het ondernemingsrisico – Actualiteit inzake aansprakelijkheid van vennootschappen en hun bestuurders (Verslagboek uitgegeven door het VBO van de studiedag d.d. 29 november 2006 over Aansprakelijkheid van bestuurders). (p. 7-22). Brussel: Bruylant Geens, K. & Wyckaert, M. (2007). Les espaces de liberté contractuelle dans le droit des sociétés à responsabilité limitée: entre rapprochement et palliation. In Commission Royale Droit et Vie des Affaires (Ed.), Les espaces de liberté en droit des affaires (p. 139-190). Bruxelles: Bruylant. Geens, K. (2007). 200 Jaar vennootschapsrecht in vogelvlucht. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, spec. nr., 91-138. Geens, K. (2007). 200 Jaar vennootschapsrecht in perspectief: quo vadis ius societatum? Tijdschrift voor Privaatrecht, 1, 73-140. Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (Eds.). (2005). Noodzaak, plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen; een multidisciplinaire verkenning. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (XIII + 250 p.) Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen; Juridisering van een relatief vaag normenkader. In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Noodzaak, plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen; een multidisciplinaire verkenning (p. 1-13). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Corporate Social Responsibility, trends in the Netherlands and Europe. In J. Jonker et al. (Eds.), Making a difference, the Dutch National Research Program on Corporate Social Responsibility (p. 169-188). The Hague: Ministry of Economic Affairs. Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Corporate Social Responsibility; Trends in The Netherlands and Europe. In J.J.A Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: Corporate Social Responsibility in a Transnational Perspective (Ius Commune Europaeum, 53) (p. 1-20). Antwerpen: Intersentia. 283 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hamers, J.J.A. & Vliet, L.P.W. van (2007). Inleiding personenvennootschappen (Boom Juridische Studieboeken). (3de druk). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (226 p.) Hamers, J.J.A. (2007). Titel 7.13 (Vennootschap): de status-quo. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 3, 86-90. Hellemans, F. & Meulyzer, S. (2006). De afschaffing van effecten aan toonder. In L. Maes, H. De Cnijf & L. De Broeck (Eds.), Fiscaal Praktijkboek Directe Belastingen 2006-2007 (p. 271-288). Mechelen: Kluwer. Hellemans, F. (2006). De IAS/IFRS-normen en de nieuwe Audit-Richtlijn. Tijdschrift voor Rechtspersoon en Vennootschap, 631-658. Hellemans, F., Hinnekens, Ph. & Gils, M. Van (2006). Fiscale implicaties afschaffing effecten aan toonder. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 16-32. Israel, J. (2005). De werknemer en secundair faillissement. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 384-387. Israel, J. (2006). Grensoverschrijdend insolventierecht ((Re)organisatie, fusie en overname). Zutphen: Paris. (181 p.) Israel, J. (2006). Perpetuatio fori in de Insolventieverordening. Tijdschrift@ipr. be, 70-75. Kluiver, H.J. de (2005). Vereenvoudiging en flexibilisering van het Nederlandse BV-recht. In P. van Schilfgaarde (Ed.), Vereenvoudiging en flexibilisering van het Nederlandse BV-recht (p. 119-144). Deventer: Kluwer. Kluiver, H.J. de & Rammeloo, S.F.G. (2005). Die börsennotierte niederländische Naamloze Vennootschap (N.V.). In H. Hirte & T. Bücker (Eds.), Grenzüberschreitende Gesellschaften. Praxishandbuch fur ausländische Kapitalgesellschaften mit Sitz im Inland (p. 218-240). Köln/Berlin/München: Carl Heymanns Verlag. Kluiver, H.J. de (2005). Verboden rechtspersonen: betekenis en beperkingen van een privaatrechtelijk perspectief. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 641-650. Kluiver, H.J. de (2005). Familievennootschappen en (nieuw) vennootschapsrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6647, 985-993. Kluiver, H.J. de (2006). Capital and Capital protection in The Netherlands: A Doctrine in Flux. In M. Lutter (Ed.), Das Kapital der Aktiengesellschaft in Europa (p. 558-581). Berlin: De Gruyter Recht. 284 Rechtspersonen in Europa Kluiver, H.J. de (2006). Gelijkheid in Vereniging. In Gelijke behandeling: Oordelen en Commentaar 2005 (p. 167-180). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Kluiver, H.J. de (2006). Noodzaakfinanciering en de rol van de rechter. In G. van Solinge (Ed.), De financiering van de onderneming: voordrachten en discussieverslag van het gelijknamige congres op vrijdag 11 en zaterdag 12 november 2005 (Serie vanwege het Van der Heijden Instituut te Nijmegen, 88) (p. 31-49). Deventer: Kluwer. Kluiver, H.J. de (2006). Reverse-takeover: over het belang van de rechterlijke toetsing, onafhankelijke advisering, fairness opinions en alternatieve beurzen. In S.C.J.J. Kortmann (Ed.), 10 jaar JOR Alsnog geannoteerd (p. 35-41). Den Haag: Sdu. Kluiver, H.J. de & Rammeloo, S.F.G. (2006). Die niederländische Besloten Vennootschap (B.V.) und Naamloze Vennootschap (N.V.). In H. Hirte & T. Bücker (Eds.), Grenzüberschreitende Gesellschaften. Praxishandbuch fur ausländische Kapitalgesellschaften mit Sitz im Inland (p. 206-240). Köln/Berlin/ München: Carl Heymanns Verlag. Kluiver, H.J. de & Rammeloo, S.F.G. (2006). Die börsennotierte niederländische Naamloze Vennootschap (N.V.). In H. Hirte & T. Bücker (Eds.), Grenzüberschreitende Gesellschaften. Praxishandbuch fur ausländische Kapitalgesellschaften mit Sitz im Inland (p. 241-261). Köln/Berlin/München: Carl Heymanns Verlag. Kluiver, H.J. de (2006). Towards a simpler and More Flexible Law of Private Companies. European Company and Financial Law Review, 45-68. Kluiver, H.J. de (2006). Vermogensbescherming bij de B.V.: modernisering in internationaal perspectief. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6676, 571-579. Kluiver, H.J. de & Rammeloo, S.F.G. (2006). Capital and capital protection in the Netherlands: A dotrine in flux. Zeitschrift fur Unternehmens- und Gesellschaftsrecht, 17, 655-678. Kluiver, H.J. de & Rammeloo, S.F.G. (2006). Capital and capital protection in the Netherlands: A doctrine in flux. European Company and Financial Law Review, 1, 558-581. Kluiver, H.J. de (2007). Private Ordering and Buy-Out Remedies Within Private Company Law: Towards a New Balance Between Fairness and Welfare? European Business Organization Law Review, 8, 103-119. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). The reform of capital protection law in the Netherlands, European Company law. European Company Law, 3, 198-201. 285 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Koppert-van Beek, M.S. van (2006). Vertegenwoordiging van een vennootschap bij besluit. Contracteren, 1, 4-9. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). The New Dutch Partnership Act. European Company Law, 4(6), 265-269. Koppert-van Beek, M.S. van & Zaman, D.F.M.M. (2007). Het overgangsrecht inzake titel 7.13 Burgerlijk Wetboek. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6723, 765-773. Kornet, N. (2007). De aanvulling van leemten in het Weens Koopverdrag. Maandblad voor vermogensrecht, 7, 150-156. Krans, A. van der (2005). Sense and Simplicity. Onderneming & Financiering, 65, 3-10. Krans, A. van der (2005). Terrorism and financial supervision. Utrecht Law Review, 1-15. Krans, A. van der (2006). The Virtual Shareholders Meeting: How to Make it Work? In S. Kierkegaard (Ed.), Business, Law and Technology: Present and Emerging Trends (p. 456-464). Copenhagen: IAITL. Krans, A. van der (2007). De Virtuele Aandeelhoudersvergadering. Ondernemingsrecht, 7, 277-282. Krans, A. van der & Bestebreurtje, M. (2007). Het Effectenlease- Debacle. Onderneming & Financiering, 75, 39-50. Krans, A. van der (2007). The Virtual Shareholders Meeting: How to make it work? Journal of International Commercial Law and Technology, 1, 32-37. [Online]. Available from: <http://www.jictl.com> [01-01-2007]. Kruisinga, S.A. (2006). Battle of forms. In M.L. Hendrikse, R.H.C. Jongeneel & B. Wessels (Eds.), Algemene Voorwaarden (Recht en Praktijk, 143) (p. 3145). (4de druk). Deventer: Kluwer. Kruisinga, S.A. & Bertrams, R.I.V.F. (2007). Overeenkomsten in het internationaal privaatrecht en het Weens Koopverdrag (Serie Praktijkhandleidingen). (3de druk). Deventer: Kluwer. (XX + 358 p.) Kruisinga, S.A. (2007). De aansprakelijkheid van de verkoper in de CISG voor het in acht nemen van buitenlandse regelgeving. Maandblad voor vermogensrecht, 7/8, 156-160. 286 Rechtspersonen in Europa Meijer-Wagenaar, I. (2006). Over beloningen van bestuurders: art. 2:135 BW en de relatie met het arbeidsrecht, Art. 2:135 BW en de relatie met het arbeidsrecht. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6682, 681688. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Securities lending en corporate governance. In S.H.M.A. Dumoulin et al. (Eds.), Tussen Themis en Mercurius (Lustrumbundel Nederlands Genootschap Bedrijfsjuristen) (p. 241-255). Deventer: Kluwer. Raaijmakers, G.T.M.J. & Maatman, R.H. (2005). Pensioenfondsen en Socially Responsible Investing. In J.J. Hamers et al. (Eds.), Noodzaak, plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (p. 207-220). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Beleggers, aandeelhouders en de AVA. Ondernemingsrecht, 4, 106-112. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Bestrijding van terrorismefinanciering. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6633, 671-675. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Garanties in het contractenrecht. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 3, 124-138. Raaijmakers, G.T.M.J. (2006). De Wft: in één keer goed? Ondernemingsrecht, 131. Raaijmakers, G.T.M.J. & Maatman, R.H. (2006). Hegde funds in het ondernemingsrecht: virus of vaccin? Ondernemingsrecht, 256-262. Raaijmakers, G.T.M.J. (2007). Achter de schermen van beursaandeelhouders, onderdeel Synthetische belangen in Nederlandse beursvennootschappen (Preadvies Vereeniging Handelsrecht). Deventer: Kluwer. (72 p.) Raaijmakers, G.T.M.J. (2007). De commissie beloond. In I.P. Asscher-Vonk, A. van Hees, R.H. Maatman & B.J. Schoordijk (Eds.), Onderneming en integriteit (Serie Onderneming & Recht, 39) (p. 35-54). Deventer: Kluwer. Raaijmakers, G.T.M.J. & Wessels, B. (2007). Fiscale garanties civielrechtelijk beschouwd. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 94-102. Rammeloo, S.F.G. & Kluiver, H.J. de (2005). Die niederländische Besloten Vennootschap (B.V.) und Naamloze Vennootschap (N.V.). In H. Hirte & T. Bücker (Eds.), Grenzüberschreitende Gesellschaften, Praxishandbuch fur ausländische Kapitalgesellschaften mit Sitz im Inland (p. 178-217). Koln/ Berlin/ München: Carl Heymanns Verlag. 287 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Rammeloo, S.F.G. (2006). The EC Commission's Action plan – A Proposal to amend the 2nd EC Company Law Directive. Law Competition in a Globalising World? Maastricht Journal of European and Comparative Law, 3-7. Rammeloo, S.F.G. (2007). ‘Flex-BV’, ‘Blitz-GmbH’, Private Limited Company, of toch maar wachten op de European Private Company (EPC)? Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 1, 1-10. Rammeloo, S.F.G. (2007). Past, Present (and Future?) of the German Volkswagengesetz under the EC Treaty. European Company Law, 118-122. Schwarz, C.A. (2005). Artikelsgewijs commentaar op de artt. 107a, 114a. 118a Boek 2 BW, nieuwe tekst (Losbladige Rechtspersonen). Deventer: Kluwer. (16 p.) Schwarz, C.A. (2005). De algemene vergadering van aandeelhouders, ingrijpende bewerking van het artikelsgewijs commentaar Titel 4 Boek 2 BW (Losbladige Rechtspersonen). Deventer: Kluwer. (128 p.) Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Enkele aspecten van kapitaalbeschermingsrecht; directe en middellijke neming en inkoop van eigen aandelen. In S.Y.Th. Meijer (Ed.), Bedrijfsovername (p. 121-143). Deventer: Kluwer. Schwarz, C.A. & Hamers, J.J.A. (2005). Het einde van de verplichte blokkeringsregeling bij de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. O&F: Onderneming & Financiering, 65, 11-18. Schwarz, C.A. (2006). Ingrijpende bewerking Titel 5-Afd. 4 Boek 2 BW. De algemene vergadering van aandeelhouders (BV) (Losbladige Rechtspersonen). Deventer: Kluwer. (55 p.) Schwarz, C.A. (2006). Commentaar op de artikelen 12 en 13 van Boek 2 BW. In M.J. van Ginniken, M.J. Kroeze, J.M. Vletter-van Dort, J.B. Wezeman & D.F.M.M. Zaman (Eds.), Sdu Commentaar Ondernemingsrecht (p. 53-57). Den Haag: Sdu. Schwarz, C.A. (2006). Democratie en vergaderorde. Een vakgebied overschrijdende verkenning van de regeling van de orde van de aandeelhoudersvergadering en de plenaire vergadering van de Tweede Kamer. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum F.A.M. Stroink (p. 213-227). Den Haag: Sdu. Schwarz, C.A. (2006). Wie bepaalt, betaalt: de positie van kapitaalverschaffers in (personen)vennootschappelijk verband in rechtsvergelijkend perspectief bezien. In M.J. Kroeze et al. (Eds.), Verantwoording: aan Hans Beckman (p. 447-462). Deventer: Kluwer. 288 Rechtspersonen in Europa Schwarz, C.A. (2006). Zeggenschap en aandelen, certificeren of niet. In R.H. Flören & S.F. Jansen (Eds.), Management in het familiebedrijf (p. 113-124). Deventer: Kluwer. Schwarz, C.A. (2006). Invoering van het structuurregime en de mogelijkheid om daarbij af te wijken van het wettelijk voorziene model. Ondernemingsrecht, 424-427. Schwarz, C.A. (2007). Bijdragen aan Commentaar Ondernemingsrecht. In M.J. van Ginneken (Ed.), Commentaar Ondernemingsrecht. Den Haag: Sdu. Schwarz, C.A. (2007). Curbing activist shareholders. European Company Law, 48-50. Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2007). Piercing the Myth of Management Control; The Ius Commune of the shareholders and Stakeholders' Models. European Company Law, 4, 58-65. Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Reactie op het commentaar van mw. M. van der Put; Bindenheidsdiscussie in het vennootschapsrecht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 1, 27-29. Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Actualiteiten corporate governance: Regels, regels en nog meer regels. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2, 61-64. Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Actualiteiten corporate governance. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 3, 102-104. Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Actualiteiten corporate governance. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 5, 181-187. Steins Bisschop, B.T.M. (2006). Beloningsystemen; de ongerechtvaardigde hypothese van parallelle belangen tussen aandeelhouders en bestuurders. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2, 50-59. Steins Bisschop, B.T.M. (2006). Rumoer in de polder. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 6, 210-218. Steins Bisschop, B.T.M. (2006). Duivels dilemma. Fusie en Overname, 2, 32. Steins Bisschop, B.T.M. (2007). ABN Amro verloren? Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2, 96-99. Tas, R. (2005). De ontbinding en de vereffening van de vzw. In VZW en Stichting (p. 411-459). Brugge: die Keure. Tas, R. (2005). Fusies en splitsingen van vzw's. In VZW en Stichting (p. 461489). Brugge: die Keure. 289 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Tas, R. (2005). De omzetting van de vzw in een vso. In VZW en Stichting (p. 491-506). Brugge: die Keure. Tilleman, B. & Verbeke, A. (Eds.). (2005). Bijzondere Overeenkomsten. Antwerpen: Intersentia. (122 p.) Tilleman, B. & Verbeke, A. (2006). Bijzondere overeenkomsten in kort bestek. (Recht in kort bestek, 3) Antwerpen: Intersentia. (320 p.) Tilleman, B. & Verbeke, A. (2006). Vrijwaring voor verborgen gebreken naar gemeen recht geïllustreerd aan de hand van de rechtspraak (1995-2005). In B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Bijzondere overeenkomsten in kort bestek (Recht in kort bestek, 3) (p. 5-25). Antwerpen: Intersentia. Vananroye, J. (2006). Curator, individuele schuldeiser en bestuursaansprakelijkheid. In H. Braeckmans, H. Cousy et al. (Eds.), Curatoren en vereffenaars: actuele ontwikkelingen (p. 261-302). Antwerpen: Intersentia. Vananroye, J. & Wauters, M. (2006). België: de afschaffing van effecten aan toonder. Ondernemingsrecht, 556-558. VAKPUBLICATIES Braak, S.M. van den (2005). De ‘vereenvoudigde’ procedure voor benoeming en ontslag van bestuurders en commissarissen van een BV. Onderneming & Financiering, 65, 59-66. Braak, S.M. van den (2006). Internationaal rechtspersonenrecht – Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen. In M.J. van Ginneken et al. (Eds.), Sdu commentaar ondernemingsrecht (p. 1796-1813). Den Haag: Sdu. Dorresteijn, A.F.M. (2006). Minder kapitaal, meer aansprakelijkheid? Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6676, 590-591. Dorresteijn, A.F.M. (2007). De Europese dimensie van het ondernemingsrecht. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 81(12), 638-650. Geens, K. (2005). Ten geleide. In K. Geens (Ed.), VWZ en Stichting (p. V-VII). Brugge: die Keure. Geens, K. (2005). Plechtige gelegenheidstoespraak naar aanleiding van de vijfde verjaardag van het Instituut voor bedrijfsjuristen. Cahier du Juriste, 2005/3, 66-68. Geens, K. & Jenné, F. (2006). De behandeling van werknemersaandelen en – opties in geval van openbaar bod op de effecten van de werkgever. In H. Simonart et al. (Eds.), Liber amicorum Jacques Malherbe (p. 513-534). Brussel: Bruylant. 290 Rechtspersonen in Europa Geens, K. & Parisis, G. (2006). Droits et devoirs administrateurs en matière d’information financière. In Barreau de Bruxelles (Ed.), Actualités en droit des sociétés (p. 1-32). Bruxelles: ULB Faculté de Droit. Hamers, J.J.A. & Schwarz, C.A. (2005). Naamloze en besloten vennootschap. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (130 p.) Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Voorwoord. In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: Corporate Social Responsibility in a Transnational Perspective (Ius Commune Europaeum, 53) (p. I-III). Antwerpen: Intersentia. Hamers, J.J.A., Schwarz, C.A. & Steins Bisschop, B.T.M. (2005). Voorwoord. In J.J.A. Hamers, C.A. Schwarz & B.T.M. Steins Bisschop (Eds.), Noodzaak, plicht of wenselijkheid van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen; een multidisciplinaire verkenning (p. i-iii). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Hamers, J.J.A. & Schwarz, C.A. (2005). Vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht: Het Waterloo voor de verplichte blokkering bij de besloten vennootschap. Jibulletin, 17-22. Hamers, J.J.A. & Schwarz, C.A. (Eds.). (2007). Naamloze en besloten vennootschap. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (153 p.) Hellemans, F. & Meulyzer, S. (2006). Exit effecten aan toonder: hoe verloopt het concreet? Balans: nieuwsbrief voor accountancy en financieel management, 535, 1-8. Kluiver, H.J. de (2005). Inleiding Bedrijfsopvolging. In Bedrijfsopvolging, Civielrechtelijke en fiscaalrechtelijke aspecten (Preadvies KNB) (p. 19-24). Den Haag: Sdu. Kluiver, H.J. de (2005). Tegenstrijdig belang en het aangaan van arbeidsovereenkomsten met bestuurders. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 521-522. Koppert-van Beek, M.S. van (2005). Actualiteiten rondom de oprichting van een B.V. Juridisch up to date, 2, 23-27. Koppert-van Beek, M.S. van (2005). Ontbinding. Het einde of het begin van het einde van het bestaan van een rechtspersoon... Juridisch up to date, 9, 14-16. Koppert-van Beek, M.S. van (2005). De geschillenregeling. Over hoe de rechter een moeizame wettelijke procedure op een onderdeel pragmatisch wil toepassen. Juridisch up to date, 10, 14-17. 291 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Koppert-van Beek, M.S. van (2005). Besluitvorming en vertegenwoordiging bij kapitaalvennootschappen. Juridisch up to date, 20, 10-12. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). SDU Commentaar Ondernemingsrecht (370-372). Den Haag: Sdu. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). SDU Commentaar Ondernemingsrecht (359-365). Den Haag: Sdu. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). SDU Commentaar Ondernemingsrecht (690-696). Den Haag: Sdu. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). SDU Commentaar Ondernemingsrecht (701-703). Den Haag: Sdu. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). De kosten van een enquête. Wil iemand de onderzoekers betalen? Juridisch up to date, 9, 19-23. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). Het SEVIC-arrest en de mogelijkheid tot grensoverschrijdende fusie. Juridisch up to date, 14, 15-17. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). Aspecten van ontbinding. Juridisch up to date, 23, 10-13. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Storting op aandelen revisited. Juridisch up to date, 2, 19-23. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Affectio Societatis? Over de gelijkwaardige positie van vennoten. Juridisch up to date, 7, 11-13. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Afgeleide schade. Kan een aandeelhouder een bestuurder aansprakelijk stellen voor waardevermindering van aandelen? Juridisch up to date, 12, 16-18. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Materiële toetsing van tegenstrijdig belang. Juridisch up to date, 18, 18-20. Kruisinga, S.A. (2005). De battle of the forms in internationaal perspectief: een eerlijke strijd? Een vergelijkende beschouwing over de battle of the forms in het Weens Koopverdrag. Contracteren, 4-9. Kruisinga, S.A. (2005). Performance bond, a bond to perform? Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 81-82. Kruisinga, S.A. (2006). Weens Koopverdrag (CISG). In A.P.A. de KlerkLeenen & B. Wessels (Eds.), Bijzondere overeenkomsten (De Groene Serie). (losbladig). Deventer: Kluwer. 292 Rechtspersonen in Europa Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 1, 24-25. Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 2, 60. Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 3, 115. Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 4, 154-155. Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 5, 201. Kruisinga, S.A. (2006). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 6, 237-238. Kruisinga, S.A., Schoolderman, F.L.C. & Willem, C. (2006). Vis International Commercial Arbitration Moot: van Utrecht tot Wenen. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 8, 764-767. Kruisinga, S.A. (2007). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 1, 33-34. Kruisinga, S.A. (2007). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 2, 97-98. Kruisinga, S.A. (2007). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 4, 178-179. Kruisinga, S.A. (2007). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 5, 209-211. Kruisinga, S.A. (2007). Commercialia Handelskoop. Nederlands Tijdschrift voor Handelsrecht, 6, 258. Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/1, 30-32. Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/2, 65-67. Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/3, 105-106. Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/4, 141-142. 293 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/5, 188-189. Olaerts, M. (2005). Regelgevings- en beleidsoverzicht civiel recht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 2005/6, 233-234. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Wettenbundel Vennootschaps- en effectenrecht 2004/2005. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (1026 p.) Raaijmakers, G.T.M.J. (Ed.). (2005). European Regulation of Company and Securities Law (2005/2007). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Garanties in de overnamepraktijk. In S.Y.Th. Meijer (Ed.), Bedrijfsovername (p. 77-102). Deventer: Kluwer. Raaijmakers, G.T.M.J. (2005). Hoofdstuk 5 (effectenrecht). In W.J. Slagter (Ed.), Compendium Ondernemingsrecht (p. 253-286). Deventer: Kluwer. Raaijmakers, G.T.M.J. & Maatman, R.H. (2005). Het RNA-arrest en beschermingsconstructies. In Bauer R. et al. (Eds.), Vergezichten (Afscheidsbundel J.M.G. Frijns) (p. 327-330). Driebergen: Riskmatrix. Raaijmakers, G.T.M.J. (2006). Actuele ontwikkelingen over aandeelhoudersinvloed. Tijdschrift voor Financieel Recht, 4-8. Raaijmakers, G.T.M.J. (2006). Transparantie is geen tovermiddel. Zout, 72-75. Raaijmakers, G.T.M.J., Munsters, R. & Maatman, R.H. (01-03-2006). Geen Amerikaanse governance-toestanden. Financieel Dagblad, p. 11. Schwarz, C.A. (2005). De CV sterft uit. O&F: Onderneming & Financiering, 2. Schwarz, C.A. (2005). Juridische fusie Rechtvaardig? O&F: Onderneming & Financiering, 2. Schwarz, C.A. (2005). Slecht voorbeeld doet slecht volgen. O&F: Onderneming & Financiering, 2. Schwarz, C.A. & Loos, E. (2005). Euronext als agency, Verslag van een gesprek met Warringa en Benschop over de positie van Euronext. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 23-26. Schwarz, C.A. (2006). BV-recht niet doordacht. Reed Business Information, 3. Schwarz, C.A. (21-06-2007). Commanditaire Vennootschap Exit. Financieel Dagblad, p. 20. 294 Rechtspersonen in Europa Steins Bisschop, B.T.M. (2007). ABN Amro In Play? Fusie en Overname, 5, 36. Steins Bisschop, B.T.M. (2007). MVO uit de sfeer van vrijblijvendheid. Management Executive, april/mei, 6-9. ANNOTATIES Braak, S.M. van den (2006). Noot bij: HvJEG (28-09-2006), RO 2006-1, p. 111. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (25-10-2006), (Yates International LLC). RO 2007-11, p. 73-74. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (29-11-2006), (Ashford Computers Ltd). RO 2007-20, p. 138-139. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Ktr. Amsterdam (29-01-2007), (BKC GmbH). RO 2007-37, p. 290-291. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: HR (16-03-2007), (Free Lance Sprinter Service). RO 2007-41, p. 325-327. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Rb. Amsterdam (11-04-2007), (Hells Angels). RO 2007-56, p. 441-443. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Rb. Alkmaar (23-08-2007), (Stichting De Nollen). RO 2007-79, p. 589-590. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (15-08-2007), (Faimount/ Capricorn). RO 2007-80, p. 594-596. Braak, S.M. van den (2007). Noot bij: HvJEG (23-10-2007), (Volkswagen). RO 2007-92, p. 723-725. Israel, J. (2006). Noot bij: Rb. Den Bosch (31-10-2005), (Appell/Essent). TvI, p. 23-25. Israel, J. (2006). Noot bij: Rb. Amsterdam (17-08-2006), 12, (BNP Paribas/ Yukos Oil). JOR, p. 303. Koppert-van Beek, M.S. van (2006). Noot bij: Rb. Arnhem (14-12-2005), RO 2006-11, p. 72-77. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Rb. Almelo (04-01-2007), RO 2007-28, p. 231-236. 295 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (28-02-2007), (Van Wijnen). RO 2007-44, p. 352-355. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Rb. Arnhem (11-04-2007), (Pondac). RO 2007-57, p. 449-452. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Rb. Dordrecht (16-05-2007), (Web Circle). RO 2007-61, p. 401-406. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (05-06-2007), (Boni Markten). RO 2007-71, p. 520-526. Koppert-van Beek, M.S. van (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (01-02-2007), (Waterman DeVille/Depaus). RO 2007-77, p. 581-585. Kruisinga, S.A. (2006). Noot bij: Bundesgerichtshof (02-03-2005), (Non-conformiteit en dioxine). NTHR, p. 92-94. Kruisinga, S.A. (2006). Noot bij: Hof Leeuwarden (23-08-2006), RO 2006-10, p. 68-72. Tas, R. (2005). Noot bij: Kh. Hasselt (23-11-2004), (De nietigheidssanctie bij een onrechtmatige verkrijging van eigen aandelen). TRV, p. 49-51. Vananroye, J. (2006). Noot bij: Cass. (29-10-2004), (Boedelvordering of individuele vordering op basis van een rechtmatig vertrouwen omtrent de activa van de gefailleerde?). TRV, p. 557-560. Vananroye, J. & Wilde, A. de (2006). Noot bij: Cass. (04-02-2005), (Verantwoordt het groepsbelang dat kosten gemaakt voor de verkoop van goederen van een moedervennootschap een boedelschuld van de gefailleerde moedervennootschap vormen). TRV, p. 606-611. Vananroye, J. (2007). Noot bij: Vz. Kh. Hasselt (27-05-2005), (De vordering tot uittreding of uitsluiting na de ontbinding of het faillissement van de vennootschap). TRV, p. 295-304. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Bartels, S.E. & Oostwouder, W.J. (2005). Reactie op Consultatiedocument van het Ministerie van Financiën inzake de Wet financieel toezicht en civiel recht. Available from: <http://www.minfin.nl/default.asp?CMS_ITEM=MFCWD97 C3F3D2C36F4E50A32EF5AD25377D07X12X44756X34> [01-09-2005]. 296 FISCALE VRAAGSTUKKEN IN DE INTERNE MARKT (GEASSOCIEERD PROGRAMMA) A. VOLLEDIGE TITEL Fiscale vraagstukken in de interne markt B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin onderzoeksleider Dhr. Prof.Dr. R. Prokisch (UM) 01-07-01 senior onderzoekers Dhr. Prof.Mr. A.H.R.M. Denie (UM) Dhr. Prof.Mr. Dr. R.H.C. Luja (UM) Dhr. Prof.Dr. F. Vanistendael (KUL) Mw. Mr. M. Weerepas (UM) 01-01-95 01-06-06 01-01-95 01-09-98 onderzoekers Mw. Mr. A. Bollen (UM) Dhr. Dr. B. Janssen (OU) Dhr. Prof.Mr. Dr. R.H.C. Luja (UM) Dhr. Prof.Dr. W. Vermeend (UM) 01-10-04 01-10-05 23-01-03 01-10-06 promovendi Dhr. A. Cools Mw. Mr. A. Faber Mw. Mr. N.H.A. Gorissen (UM) Mw. Mr. K. Lubina (UM) Dhr. G. Moschetti (Padua) Mw. C. Ní Ghiollarnáth, LL.M (UM) Dhr. Mr. Drs. M. Schaper (UM) 01-02-07 01-02-06 01-10-03 01-10-03 01-02-07 01-02-06 01-02-07 Einde 31-05-06 30-09-06 De navolgende personen zullen in de loop van 2008 aan de onderzoeksgroep worden toegevoegd: 297 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 senior onderzoekers: Dhr. Prof. Dr. Luc de Broe (KUL) Dhr. Prof. Dr. Axel Cordewener (KUL) onderzoeker Mw. Dr. I.J. Mosquera Valderrama (UU) promovendus Dhr. Mr. M. de Wilde (UU) D. TREFWOORDEN Belastingrecht in Europees en internationaal verband, fiscale rechtsvergelijking, discriminatieverboden, harmonisatie van belastingstelsels, belastingconcurrentie E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Programmaopzet Het programma ‘Fiscale vraagstukken’ staat centraal in de onderzoeksschool ‘Ius Commune’. De afgelopen jaren zijn verschillende ontwikkelingen zichtbaar geworden op het gebied van integratie van belastingrecht op internationaal en Europees niveau. Wij zien het als onze taak deze ontwikkelingen kritisch te begeleiden. Het programma heeft zich in de relatief korte tijd van zijn bestaan goed verder ontwikkeld en leidt nu jaarlijks tot opmerkelijke resultaten. Het programma had in de afgelopen twee jaar meerdere zwaartepunten. De oratie van prof. Prokisch met de titel ‘About the Future Fiscal Constitution of the United States of Europe’ (december 2002) is in zoverre ook binnen het onderzoeksprogramma te begrijpen. Ze laat zien dat onze onderzoeksinteresse niet alleen naar belastingrechtsvragen gaat, maar interdisciplinair is opgezet. Voor de multidisciplinaire benadering zij ook verwezen naar F. Vanistendaels belangrijke artikel: ‘A la recherche d’un modèle de l'enseignement du droit: utopie … ou but à atteindre?’, in: Liber Amicorum Guy Horsmans, Bruxelles: Bruylant 2004, p. 1125-1138. Wij organiseren elk jaar tijdens het Ius Commune Congres een workshop. De workshop dient niet alleen voor wetenschappelijke discussies maar is ook een samenkomst waar wij informatie uitwisselen over lopende onderzoeksprojecten en nieuwe afspraken maken. Daarnaast ontmoeten wij elkaar door het jaar heen bij verschillende gelegenheden, zoals b.v. tijdens de fiscaalrechtelijke mootcourt in Leuven. De onderzoeksgroep publiceert in vier talen: Engels, Frans, Duits en Nederlands. 298 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) II. Programma gedetailleerd a. Invloed van het Europees recht op het nationale belastingrecht Gezien het feit dat het Europees recht ten dele door rechtsregeling, maar nog meer door de rechtspraak van het Hof van Justitie invloed krijgt op het nationale belastingrecht, zien wij het als een van onze voornaamste taken aan deze ontwikkelingen aandacht te besteden. In het jaar 2007 stond de nieuwe bewerking van het standaardwerk over belastingverdragen op de voorgrond (Lehner/Vogel, DBA, 5. Aufl. 2008, BeckVerlag München). De nieuwe bewerking was sterk beïnvloed door de grotere inachtneming van Europees recht. Het commentaar is een coproductie van verschillende auteurs onder leiding van de ‘Forschungsstelle für internationales Steuerrecht an der Universität München’. In het geheel moesten door Prof. Prokisch meerdere artikelen worden behandeld. In detail ging het o.a. om: emigratie van ondernemingen in Europa, belasting van samenwerkingsverbanden, misbruik op het gebied van belastingrecht met Europese of internationale raakvlakken, belasting van vervreemdingswinsten, verhuizing van individuen naar andere lidstaten met het (neven)doel belastingen te sparen, de belasting van zelfstandig werkende personen in internationaal verband, belasting van internationaal werkzame werknemers en grensarbeiders, belastingvragen in samenhang met hoogleraren en studenten, belastingen van pensioenen in Europa, bijzondere vraagstukken in verband met activiteiten van bestuurders en commissarissen. Met betrekking tot de belasting van commissarissen en bestuurders wordt door de promovendus Andy Cools aan een omvattend proefschrift gewerkt. Het onderzoek is al ver gevorderd en wij verwachten dat hij zijn proefschrift nog in 2008 kan verdedigen. Prof. Prokisch heeft met hetzelfde onderwerp aan een congres in Wenen deelgenomen en daar een paper over het probleem gepresenteerd. De paper wordt in de congresbundel 2008 gepubliceerd. Verder zijn wij bezig met alle vragen die op Europees gebied voorkomen. De promovendus M. Schaper werkt aan een proefschrift over ‘Fiscal Distortions in the Internal Market’. Gezien het feit dat de verhouding tussen de discriminatieverboden en soevereiniteit van de lidstaten nog weinig theoretisch doordacht is, wil M. Schaper criteria ontwikkelen die de scheiding duidelijker en de toetsing helder maken. Een andere promovendus, Giovanni Moscetti, werkt aan een proefschrift over het proportionaliteitsbeginsel in de belastingrechtspraak van het Europese Hof. Het beginsel wordt meer en meer toegepast door het Hof, maar helaas zonder theoretisch onderbouwde theorie. Ook rijst de vraag hoe het proportionaliteitsbeginsel in de toekomst zal worden toegepast en welke consequenties dit zal hebben voor de nationale belastingstelsels. 299 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Een ander zwaartepunt van onderzoek is de zogenoemde ‘Common Consolidated Tax Base’. In 2007 hebben M. Schaper en Prof. Prokisch een artikel over de internationale aspecten geschreven die in 2008 wordt gepubliceerd. Over hetzelfde onderwerp heeft Prof. Prokisch een lezing gehouden naar aanleiding van een high-level-congres in Berlijn. Wij willen het onderwerp ook in de toekomst vervolgen en schrijven tegenwoordig een onderzoeksvoorstel met de hoop om het onderzoek gefinancierd te krijgen. Sinds 2007 is Prof. Prokisch lid van een werkgroep die van de Europese Commissie de opdracht heeft gekregen het uitgavenbeleid van de Europese Unie te onderzoeken en voorstellen te maken voor toekomstige prioriteiten gezien de beperkte middelen waarover de EU kan beschikken. Het onderzoek wordt in 2008 gepubliceerd. b. Economie en belastingen In de laatste jaren hebben wij bewust ons onderzoeksbeleid uitgebreid met economische vraagstukken en daarom ook twee economen (Janssen en Vermeend) in het programma opgenomen. Prof. Vermeend heeft het op zich genomen een handboek over belastingen uit economisch oogpunt te schrijven. Wij vertrouwen erop dat dit boek in de toekomst een academisch standaardwerk zal zijn en dat daardoor het onderzoeksprogramma wereldwijd aandacht zal trekken. Het boek (Willem Vermeend/Rick van der Ploeg/Jan Willem Timmer, Taxes and the Economy, Edward Elgar Publishers, Cheltenham(UK)/Northhampton (USA), 2008, 479 p.) komt in maart 2008 op de markt. Parallel werkt Dr. B. Janssen aan de vergelijking van belastingtarieven, vooral op het gebied van vennootschapsbelasting en vraagstukken in samenhang met de relatie tussen financieel accounting en tax accounting. Bij gelegenheid van ons symposium 2006 heeft hij een lezing verzorgd. c. Rechtsvergelijking: fiscale concurrentie en staatssteun in Europa Prof. Luja and Ms Ní Ghiollarnáth focus their research on comparative tax law. In particular, their field of expertise concentrates on special tax regimes in the context of European State Aid regulation, the World Trade Organization's Subsidies Agreement and OECD policies on harmful tax competition. Prof. Luja has written extensively on the treatment of direct tax incentives in European countries vis-à-vis EU State Aid regulation and he is one of the leading European experts in this field. In his 2006 lecture at the occasion of accepting his appointment to the chair of comparative tax law, Prof. Luja addressed new areas of comparative research in the field of regulating tax incentives in federal countries like the USA and multi-state unions like the EU. Future research will also include the position of national tax incentives within the proposed European common consolidated tax base. 300 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) As of 2004/2005 Prof. Luja has been a visiting professor at Europe's leading tax institutions, among the International Tax Center Leiden, the IBFD International Tax Academy in Amsterdam, and, in 2007/2008, at the Vienna Postgraduate program in International Tax Law. On behalf of the Academy of Legislation in The Hague, he has also lectured on fiscal state aid at the Dutch Ministry of Finance. He also contributed to the legislative debate about major changes in the Dutch Corporation Tax system as of 2007. In addition, Prof. Luja has given a series of lectures abroad about fiscal state aid and international trade law regulation and he was invited to write the 2007 report on this subject for the annual conference of the European Association of Tax Law Professors (EATLP). Recent publications have focused on the state aid position of investment fund regimes and fiscal autonomy. Ms Ní Ghiollarnáth is in the process of writing a thesis about promoting energy efficiency by means of direct tax incentives in the EU, Canada and New Zealand. While most research in the field of ecological taxation focuses on indirect taxation (levies on fuel, CO2 etc.), this project focuses on using national income tax and corporation tax systems to promote environmental-friendly investment in green energy and reduction of energy-consumption, set off against Kyoto objectives and restrictions imposed by EU State Aid provisions and WTO obligations. Apart from continuing the aforementioned research, future PhD-research is planned regarding national road tax policies and car tax incentives within the EU and their problematic effect on EU mobility, set in the context of EU state aid restrictions on promoting environmental friendly cars and on providing financial compensation to local/national businesses. While most of this comparative research focuses on the state aid aspects of tax, other comparative issues may be addressed as well should they contribute to the political or academic debate. In this context, Ms N. Gorissen is finishing up a thesis in Dutch on the topic of legitimate expectations in tax law (‘Het vertrouwensbeginsel in het belastingrecht’). This thesis will address the topic from a comparative perspective, involving the national legal systems of the Netherlands, Belgium and Germany as well as relevant aspects of EU law. Ms Gorissen will be defending her thesis in 2008. Ms Mosquera Valderrama has defended her comparative thesis on leasing and legal culture at the University of Groningen in 2007 prior to moving to Utrecht University and her accession to the research group. d. Omzetbelasting De omzetbelasting is de Europees belasting par excellence. De grondslagen zijn omvangrijk geharmoniseerd en het nationale recht is sterk afhankelijk van het Europees recht en de rechtsspraak van het Hof van Justitie EG. In het kader van 301 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Ius Commune trachten wij deze afhankelijkheden nader te belichten hetgeen tot 2005 tot een groot aantal publicaties leidde (o.m. het proefschrift van mw. Stevens, Het verrichten van diensten onder bezwarende titel en het boek BTW en EG-transacties, waarvan Prof. A.H.R.M. Denie, hoofdredacteur/redacteur was en mrs. Linssen en Nieuwenhuizen (UvA) mede-auteurs). Thans is door persoonlijke omstandigheden en zakelijke keuzes in de periode 2005-2007 de produktie terug gevallen. Voor 2008 en volgende jaren kan men uitzien naar een herstel van de productie in publicaties. Het proefschrift met de werktitel De doorwerking van de Gemeenschap bindende beginselen in de BTW komt begin 2008 in de eindfase en bij normaal verloop starten twee , mede ‘derde gefinancierde’ nieuwe onderzoeken met publikatieresultaten. Prof. Denie is regelmatig spreker en/of voorzitter van workshops en conferenties. e. Vergelijkende belasting van inkomsten uit arbeid (incl. grensarbeiders en pensioenen) Het project grensoverschrijdende arbeid is al sinds jaren één van onze kernprogramma's. Omdat in de Euregio de problematiek van grensarbeiders een grote rol speelt hebben alle ontwikkelingen op dit gebied sterk onze aandacht. Hiermee zijn vooral Dr. Weerepas en Prof. Prokisch bezig. Naast belastingheffing vindt over het inkomen premieheffing plaats. De discussie of de volksverzekeringen moeten worden gefiscaliseerd komt steeds weer op. Fiscalisering wil zeggen: het opnemen van de premies volksverzekeringen in de belastingen met als gevolg dat er geen premies volksverzekeringen meer zijn. Deze fiscalisering heeft voor- en nadelen. De fiscalisering heeft effecten op het niveau van de overheid en op het niveau van de individuele burger en het bedrijfsleven. Ook in het grensoverschrijdende arbeidsverkeer heeft de fiscalisering effecten. Een interessant onderzoek is de vraag wat de mogelijke gevolgen van de fiscalisering van de volksverzekeringen op nationaal en internationaal/Europees niveau zijn. Een NWO-voorstel (open ronde) zal worden ingediend. Dit voorstel is in een vergevorderd stadium. Sinds 2003 stond het onderwerp pensioenen op de voorgrond. Prof. Prokisch heeft uitgebreid onderzoek gedaan. De resultaten zijn opgenomen in het commentaar op belastingverdragen. Dr. M. Weerepas heeft zich bezig gehouden met de vragen van onverzekerde situaties in Europa. En Dr. A. BollenVandenboorn heeft haar proefschrift De fiscale aspecten van pensioendeling bij echtscheiding, Amersfoort 2004, SDU voorgelegd. Het onderzoek in de periode 2005 t/m 2007 heeft enerzijds betrekking gehad op haar promotieonderzoek, met dien verstande dat ze in haar publicaties aandacht heeft gegeven aan de problematiek van pensioendeling over de grenzen heen. Anderzijds heeft haar onderzoek zich gericht op nieuwe ontwikkelingen op het terrein van de toekomstvoorzieningen, waarbij de levensloopregeling een 302 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) nieuwkomer is. In haar onderzoek is daarbij ook aandacht besteed aan de internationale complicaties die optreden door de invoering van deze regeling. Doelstelling voor de toekomst is publicatie van het boek Pensioen in de loonsfeer in 2009. Naast de nationaalrechtelijke aspecten van pensioen in de loonsfeer, zijn er veel internationale en Europeesrechtelijke consequenties verbonden aan de opbouw en uitkering van pensioen. Niet alleen van belang zijn de consequenties van het wonen in het ene land en het opbouwen en ontvangen van pensioen in het andere land, nog complexer is de materie rondom de waardeoverdracht van pensioen. Aan deze complexe materie ligt de vraag ten grondslag op welke wijze de overige Europese landen hun pensioenstelsels hebben vormgegeven. Indien duidelijk is hoe de diverse pensioenstelsels zijn vormgegeven, kan ook ingegaan worden op de problematiek rondom de waardeoverdracht. Bij het beantwoorden van deze vragen, zal tevens rekening gehouden worden met de opvattingen van de Europese commissie omtrent dit onderwerp. De Europese Commissie probeert steeds meer een sturing te geven, om de landen op een lijn te krijgen voor de organisatie van hun pensioenstelsels. III. Beoogde resultaten Ondanks het feit dat de omstandigheden in de afgelopen jaren voor het programma niet optimaal waren (Prof. Vanistendael was gepensioneerd en de opvolgers waren nog niet bepaald, in Utrecht duurde het veel langer dan gedacht tot de hoogleraarplaats belastingrecht was ingevuld, etc.) kunnen wij toch met trots op een groot aantal uitstekende publicaties terugkijken. Verder willen wij in de toekomst de betere omstandigheden benutten om tot een groter aantal publicaties te komen, ten dele ook in samenwerking met de verbonden universiteiten. IV. Academische reputatie De (senior)onderzoekers van het onderzoeksprogramma ‘Fiscale vraagstukken’ staan binnen academische kringen hoog aangeschreven voor hun expertise op het terrein van het (Europese) belastingrecht. Zij genieten onder fiscalisten wereldwijde bekendheid. Het moet onze taak zijn deze reputatie te behouden en binnen het kader van het programma nog verder te ontwikkelen ten behoeve van de onderzoeksgroep. 303 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 1,15 1,16 1,70 1,41 1,12 3,12 1,53 0,95 3,05 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN Werd hierboven toegelicht. H. VOORTZETTING Wij zijn in de situatie van ommekeer. Lange tijd waren wij een kleine onderzoeksgroep, dit gaat nu veranderen. Leuven breidt het belastingrecht uit en Utrecht is al een paar jaar bezig met de opbouw van een grotere vakgroep en een eigen belastingrechtopleiding. Verder hebben enige onderzoekers uit Edinburgh en Luik aangegeven dat ze graag lid willen worden. Dat betekent dat er in toekomst meer draagvlak voor samenwerking zou zijn. Tussen Amsterdam en Maastricht geeft het al een samenwerkingsproject om een handboek over het Nederlandse internationale belastingrecht te schrijven. Verder willen wij in toekomst samen jaarlijks een congres organiseren, vooral op het gebied van Europees belastingrecht. Een ander project dat nog in 2008 wordt afgesloten is een handboek over alle belastingvragen van universiteiten die internationale verbindingen hebben. I. KERNPUBLICATIES Beide zijn publicaties die uit heb belastingrecht internationaal en Europees niet meer weg te denken zijn en het goede imago van het programma bevestigen. Vermeend, W., Van der Ploeg, R. & Timmer, J.W. (2008), Taxes and the Economy, Cheltenham (UK)/Northhampton (USA): Edward Elgar, 2008, 479 p. Prokisch, R. (2008). Artikel 1, 15, 16 OECD Model Convention, in: K. Vogel & M. Lehner (Eds.). Doppelbesteuerungsabkommen Kommentar, München: C.H. Beck. J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Luja, R.H.C. (2005). The WTO Subsidies regime: Are there lessons to be learned from recent EC State Aid issues? In W. Lang et al. (Eds.), WTO and Direct Taxation (p. 103-114). Wien: Linde Verlag. 304 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Vanistendael, F. (2006). The ECJ at the Crossroads: Balancing tax sovereignty against the Imperatives of the single market. European Taxation, 46(9), 413420. Weerepas, M.J.G.A.M. & Pennings, F. (2006). Towards a convergence of coordination in social security and tax law? Ec Tax Review, 4, 215-225. Prokisch, R.G. (2005). Grenzüberschreitende Verlustberücksichtigung. In R. von Groll (Ed.), Verluste im Steurrecht, Deutsche Steuerjuristische Gesellschaft Band 28 (p. 229-253). Köln: Otto Schmidt Verlag. Prokisch, R.G. (2005), Grenzüberschreitende Verlustberücksichtigung, in: R. von Groll (Ed.), Verluste im Steuerrecht, Deutsche Steuerjuristische Gesellschaft Band 28 (p. 275-298). Köln: Otto Schmidt Verlag K. DISSERTATIES In de verslagperiode hebben er geen dissertaties plaatsgevonden. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2005). Fiscale aspecten ingevolge de WVPS, alsmede de uitsluiting van pensioendeling. Pensioen & Praktijk, 11, 5-8. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2006). Levensloopregeling in vogelvlucht. Tijdschrift voor ondernemingsbestuur, 5, 187-194. Denie, A.H.R.M. (2005). Steekproef stuit op stelsel. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6622, 627-636. Janssen, B. (2005). Corporate effective tax rates in the Netherlands. De Economist, 153(1), 47-66. Janssen, B. (2005). Effectieve belastingdruk op grote(re) Nederlandse ondernemingen. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 4(79), 162-167. Janssen, B., Vandenbussche, H. & Crabbe, K. (2005). Is there regional tax competition? Firm level evidence for Belgium. De Economist, 153(3), 257-276. Janssen, B. (2007). Goodwill en onderhanden werk, commercieel en fiscaal bezien. In R.C.M. Brouwers (Ed.), Balanceren tussen commercieel en fiscaal (Maastrichtse Fiscale Symposia, 16) (p. 39-48). Deventer: Kluwer. 305 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Lubina, K. (2007). Human remains in the KIT Tropenmuseum collection – Summary of meting of experts. In van David Duuren (Ed.), Physical anthropology reconsidered: Human remains at the Tropenmuseum (p. 83-95). Amsterdam: KIT Publishers. Luja, R.H.C. (2005). Omzetbelasting, boetes en staatssteun. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6607, 54-59. Luja, R.H.C. (2005). Renseignering onder de Spaarrenterichtlijn. Tijdschrift voor Formeel Belastingrecht, 1, 17-21. Luja, R.H.C. (2005). State Aid Reform 2005/09: Regional Fiscal Autonomy and Effective Recovery. European Taxation, 45(12), 566-570. Luja, R.H.C. (2006). Stimulerende belastingsheffing. (inaugurele reden Universiteit Maastricht, 20 oktober 2006). Maastricht: Universiteit Maastricht. Luja, R.H.C. (2006). Boxen, beleggingsinstellingen en staatssteun. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6679, 819-822. Luja, R.H.C. (2006). Investment Funds, Tax Planning and State Aid. European Taxation, 12, 565-569. Luja, R.H.C. (2006). Stichtingen, terugvordering en staatssteun in de VS. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6661, 256-261. Luja, R.H.C. (2007). Grensoverschrijdende criminaliteit en kostenaftrek: een principiële keuze? Weekblad voor Fiscaal Recht, 1291-1296. Luja, R.H.C. (2007). Should Fiscal State Aid Go Global? Ec Tax Review, 5, 231-235. Moschetti, G. (2007). Integrabilità della dichiarazione dei redditi non indicante i costi con imprese site in ‘paradisi fiscali’ e problematiche relative al soggetto responsabile di violazioni iva. In Rivista di Giurisprudenza ed Economia d’Azienda (p. 215-227). Roma: Aracne Editrice. Prokisch, R.G. (2005). Break-out Sitzung IIa: Umstrukturierung nach Erwerb eines Unternehmens. Internationales Steuerrecht, 557-557. Prokisch, R.G. (2005). Steuerfragen des internationalen Unternehmenserwerbs, Deutscher Nationalbericht zum Thema II IFA-Kongress Buenos-Aires 2005. Cahiers de Droit Fiscal International, 90b, 275-298. Prokisch, R.G. (Ed.). (2006). VPB 2007 in het perspectief van Europa (Maastrichtse fiscale symposia, 15). Alphen aan den Rijn: Kluwer. (79 p.) 306 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Prokisch, R.G. (2006). Grensoverschrijdende bedrijventerreinen – Het derde aanvullend protocol bij het Duits-Nederlandse Belastingverdrag van 1959. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 193-203). Antwerpen: Intersentia. Prokisch, R.G. (2006). Grensoverschrijdende bedrijventerreinen – Het derde aanvullend protocol bij het Duits-Nederlandse Belastingverdrag van 1959. Forfaitair, 170, 9-15. Prokisch, R.G. (2006). Steuerrecht – Grenzüberschreitende Gewerbegebiete – Das Ergänzungsprotokoll zum DBA Deutschland-Niederlande 1959. Internationale Wirtschafts-Briefe, 20, 963-974. Vanistendael, F. (2005). Het eeuwige (?) tekort van de sociale zekerheid. In D. Simoens, D. Pieters, J. Put, P. Schoukens & Y. Stevens (Eds.), Sociale zekerheden in vraagvorm (p. 503-528). Antwerpen: Intersentia. Vanistendael, F. (2005). A comparative and economic approach to equality in European Taxation. In R. Gocke & F. Wassermeyer (Eds.), Körperschaftsteurer, Internationales steuerrecht und Doppelbesteuerung: Festschrift fur Franz Wassermeyer zum 65. Geburtstag (p. 523-541). München: Beck. Vanistendael, F. (2005). The interest savings directive: European hide and seek. In H.P.A.M. van Arendonk & M. Ellis (Eds.), A tax globalist: the search for the borders of international taxation: essays in honour of Maarten J. Ellis (p. 326355). Amsterdam: IBFP. Vanistendael, F. (2005). Marché interne et souveraineté fiscale. In Liber Amicorum Cyrille David (p. 255-268). Paris: Panthéon-Sorbonne. Vanistendael, F. (2005). Murai the tax Samurai from Kansai. In Liber Amicorum tadashi Murai (p. 18-23). Kansai: The Institute of Legal Studies Kansai University. Vanistendael, F. (2005). BA+MA=(3+2=5+0=4+1)x 60 ECTS. Slovenian Law Review, II/1-2, 183-195. Vanistendael, F. (Ed.). (2006). Fiscaal recht (Themis, Vormingsonderdeel 35). Brugge: die Keure. Vanistendael, F. (2006). BA+MA = (3+2=5+0=4+1) x60 ECTS > (3+1) x 60 ECTS. In H. Simonart et al. (Eds.), Liber Amicorum Jacques Malherbe (p. 1087-1102). Bruxelles: Bruylant. Vanistendael, F. (2006). Belastingvermijding, belastingontduiking en het witwassen van zwart geld. In B. Raymaekers & G. van Riel (Eds.), Weten in woorden en daden (XXI: lessen voor de eenentwintigste eeuw, 12) (p. 179203). Leuven: Universitaire Pers Leuven. 307 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Vanistendael, F. (2006). Chapter V: General Report on the fundamental freedoms and national sovereignty in the European Union. In International Bureau of Fiscal Documentation (Ed.), EU Freedoms and Taxation, Report on the annual meeting of the European Association of Tax Law Professors, Paris, June 2004 (p. 167-220). Amsterdam: International Bureau of Fiscal Documentation. Vanistendael, F. (2006). Marché interne et souveraineté fiscale. In Regards critiques et perspectives sur le droit et la fiscalité. Liber Amicorum Cyrille David (p. 255-277). Paris: L.G.D.J. (Université Paris (Panthéon-Sorbonne)). Vanistendael, F. (2006). Het Europese Hof van Justitie: op het rechte pad of op fiscale dwaalwegen. In H.M.N. Schonis (Ed.), Gedreven, eigenzinnig, creatief en honkvast. Schonis-bundel: opstellen aangeboden aan Prof. mr. H.M.N. Schonis ter gelegenheid van zijn afscheid als hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen (p. 305-333). Deventer: Kluwer. Vanistendael, F. (2006). Wanneer wordt fiscale autonomie fiscale soevereiniteit, voor de toepassing van staatssteun? In D.A. Albregtse & P. Kavelaars (Eds.), Maatschappelijk heffen 1, De wetenschap. Liber Amicorum L. Stevens (p. 591-611). Deventer: Kluwer. Vanistendael, F. & Isenbaert, M. (2006). De rechtspraak van het Europese Hof van Justitie en de nieuwe en gewijzigde fiscale E.U. Richtlijnen: revolutie in het nationale belastingrecht. In F. Vanistendael (Ed.), Fiscaal recht (Themis, Vormingsonderdeel 35) (p. 57-87). Brugge: die Keure. Vanistendael, F. & Vanderkerken, C. (2006). Verscherping van de fraudebestrijding en invloed van de witwaswetgeving. In F. Vanistendael (Ed.), Fiscaal recht (Themis, Vormingsonderdeel 35) (p. 31-56). Brugge: die Keure. Vanistendael, F. (2007). De weerslag van recente arresten van het Europees Hof van Justitie op het Belgische belastingrecht. In VRG Alumni (Ed.), Recht in beweging (VRG Alumnidag 2007) (p. 71-86). Antwerpen: Maklu. Vanistendael, F. (2007). Denkavit Internationaal: The Balance between Fiscal Sovereignty and the Fundamental Freedoms? European Taxation, 5, 210-213. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Voorwaarden vrijwillige verzekering in strijd met art. 39 EG. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6645, 1495-1465. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). De 30%-regeling, nadere duidelijkheid over het begrip inkomende werknemer en zijn inhoudingsplichtige. NTFR-B, 3, 1-6. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). Grensoverschrijdende verzekeringsplicht: voldoende duidelijk? NTFR-B, 5, 8-12. 308 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Weerepas, M.J.G.A.M. & Essers, G.J.C. (2007). Premieheffing AWBZ en Zvw over buitenlandse pensioenen; het arrest-Nikula. Weekblad voor Fiscaal Recht, 6716, 429-437. VAKPUBLICATIES Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2005). Fiscale aspecten ingevolge de WVPS, alsmede de uitsluiting van pensioendeling. Pensioen & Praktijk, 11, 5-8. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2005). Pensioendeling bij echtscheiding vanuit een (inter)nationaal perspectief. VP-bulletin, 10, 2-6. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2005). Wet conflictenrecht geregistreerd partnerschap en consequenties rondom pensioenverevening. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 9, 7-9. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2006). Internationale aspecten van de levensloopregeling. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 12, 13-15. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). NDFR update art. 6.1 t/m 6.8, 6.13 t/m 6.15. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-012007]. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). NDFR update art. 6.1, 6.2, 6.3, 6.5, 6.13. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-03-2007]. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). NDFR update art. 6.1 t/m 6.8, 6.13 t/m 6.15. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-062007]. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). NDFR update art. 6.1 t/m 6.8, 6.13 t/m 6.15. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-102007]. Cools, A. (2007). Tak 26 contracten: niet in mindering van berekeningsbasis notionele interestaftrek. Fiscale Actualiteit, 5, 1-3. Cools, A. (2007). Vrijstelling successierechten familiale ondernemingen: tewerkstellingsvoorwaarde strijdig met Europees recht? Fiscale Actualiteit, 8, 11. Cools, A. (2007). Het werkgeversbegrip bij internationale uitzendarbeid met focus op het nieuwe dubbelbelastingverdrag tussen België en Nederland. Tijdschrift voor fiscaal recht, 322, 3. Cools, A. & Wanten, D. (2007). Hoge Raad velt nieuw arrest over driehoekssituatie. Fiscoloog Internationaal, 285, 6. 309 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Denie, A.H.R.M. (2005). BTW-reparatie, l'histoire se répète. Forfaitair, 18 (156), 26-29. Denie, A.H.R.M. (2005). Dubbele rechtsbescherming en rechtsmanco. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 10, 9-10. Gorissen, N.H.A. (2007). Betalen voor informatie in Duitsland. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 13, 13-14. Gorissen, N.H.A. (2007). Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht IB 2001: digitale uitgave met artikelsgewijs commentaar (update januari). Amersfoort: Sdu. Gorissen, N.H.A. (2007). Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht IB 2001, digitale uitgave met artikelsgewijs commentaar (update juni). Amersfoort: Sdu. Luja, R.H.C. (2005). Premieuitbetaling en toeslaginning? Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 2005/10, 7. Luja, R.H.C. (2005). Fax Fataal: rechtstreeks beroep tegen de primaire aanslag. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 2005/10, 11. Luja, R.H.C. (2007). Duidelijk, stellig en onder voorbehoud (column). Forfaitair, 174, 2. Luja, R.H.C. (2007). Dynamiek in belastingheffing anno 2007. First Almanak, 44-48. Luja, R.H.C. (2007). Is een administratieve boete voor de adviseur ernstig bezwarend? Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 13, 12-13. Luja, R.H.C. (2007). Tax related difficulties of state aid rules European Association of Tax Law Professors (EATLP) Helsinki Conference Report. [Online] Helsinki: EATLP. Available from: <http://www.eatlp.org/uploads/Public/Luja %20EATLPHelsinki2007Conferencev2.pdf> [01-01-2007]. Luja, R.H.C. (15-02-2007). Omstreden start Europees onderzoek naar groepsrentebox. Het Financiele Dagblad, p. 9. Schaper, M.G.H. (2007). Balanceren tussen Commercieel en Fiscaal. Weekblad voor Fiscaal Recht, 136, 184-187. Schaper, M.G.H. (2007). Coalition Government Presents Tax Plans. Tax Notes International, 45, 651-652. Schaper, M.G.H. (2007). De Woonplaats van de Natuurlijke Persoon in art. 4 AWR. Firm, 14, 7-11. 310 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Schaper, M.G.H. (2007). Eigenheimzulage ook voor Grensarbeider? Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 13, 20-22. Vanistendael, F. (2005). A rejoinder to Manuel Pires: What if there is no tax Coca Cola? Ec Tax Review, 59-60. Vanistendael, F. (2005). Cohesion, the Phoenix rises from his ashes. Ec Tax Review, 4, 208-222. Vanistendael, F. (2005). Een nieuwe aanmerkelijke belangheffing. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 1, 1-3. Vanistendael, F. (2005). De wettelijkheid van de herkwalificatie van akten of fraus legis leer in het belastingrecht. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 2, 1-3. Vanistendael, F. (2005). De eenvoud zelve. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 3, 1. Vanistendael, F. (2005). Belastingaftrek op risicokapitaal, de goede weg gekozen? Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 4, 1. Vanistendael, F. (2005). De rekening van het kind, het kind van de rekening? Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 4, 1-2. Vanistendael, F. (2005). Vlaktaks: droom of werkelijkheid. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 6-7, 1-2. Vanistendael, F. (2005). Europees belastingrecht op zijn keerpunt. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 8-9, 1-4. Vanistendael, F. (2005). IFA-Brussel, 2008. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 10, 1-2. Vanistendael, F. (2005). Werken tot de dood er op volgt. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 11, 1-2. Vanistendael, F. (2006). Après nous le déluge. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 12, 1-2. Vanistendael, F. (2005). De begroting, een evenwicht zoals de toren van Pisa. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 12, 1-3. Vanistendael, F. (2005). Editorial – Sorbonne-Bologna, are we on right track? European Journal of Legal Education, 1, 2-2. Vanistendael, F. (2006). Halifax and Cadbury Schweppes: one single European theory of abuse in tax law? Ec Tax Review, 15(4), 192-195. 311 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Vanistendael, F. (2006). Artikel 344, § 1: Cassatie stelt orde op zaken. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 1, 1-2. Vanistendael, F. (2006). M&S&D of the processie van Echternach. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 2, 1-2. Vanistendael, F. (2006). B.T.W. op diensten. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 3, 1-2. Vanistendael, F. (2006). Is er iets loos met de belastingadministratie? Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 4, 1-2. Vanistendael, F. (2006). Kroniek van een aangekondigde vermogensbelasting. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 5, 1-3. Vanistendael, F. (2006). Politieke windstilte bij de gemeentebelastingen. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 6-7, 1-2. Vanistendael, F. (2006). Halifax en de nieuwe anti-ontwijkingsbepaling inzake BTW. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 7-8, 1-3. Vanistendael, F. (2006). Onteigenende belasting op pensioenen. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 9-10, 1. Vanistendael, F. (2006). To rule or not to rule, that is the question. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 11, 1-3. Vanistendael, F. (2007). Common (tax) law of the ECJ. Ec Tax Review, 6, 250251. Vanistendael, F. (2007). Fraudebestrijding per protocol. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 1, 1. Vanistendael, F. (2007). In cauda curiae venenum. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 2, 1-3. Vanistendael, F. (2007). De fiscale staatshervorming. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 3, 1-3. Vanistendael, F. (2007). Vereenvoudiging! Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 4, 12. Vanistendael, F. (2007). Een fiscaal regeerprogramma. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 6-7, 1-3. Vanistendael, F. (2007). Fiscale spionage. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 8-9, 12. 312 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Vanistendael, F. (2007). De social-fiscale staatshervorming. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 10, 1-3. Vanistendael, F. (2007). Goed Bestuur? Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 11, 1-2. Vanistendael, F. (2007). Fiscale verantwoordelijkheid. Algemeen Fiscaal Tijdschrift, 12, 1-2. Vermeend, W.A.F.G. et al. (Eds.). (2007). Taxes and the Economy. A survey on the impact of taxes on growth, employment, investment, consumption and the environment. London: Edward Elgar publishing. (650 p.) Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Art. 2.6 Wet IB 2001: keuzerecht voor in het buitenland wonende deskundigen, Art. 2.8 Wet IB 2001: verschuldigde inkomstenbelasting op gewone aanslag, Art. 2.9 Wet IB 2001: conserverende aanslag. In R.E.C.M. Niessen (Ed.), Nederlandse Documentatie Fiscaal recht (28 p.). Amersfoort: Sdu Fiscale en Financiële Uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Art. 2.8 Wet IB 2001: verschuldigde inkomstenbelasting op gewone aanslag, Art. 2.9 Wet IB 2001: conserverende aanslag. In R.E.C.M. Niessen (Ed.), Nederlandse Documentatie Fiscaal recht (31 p.). Amersfoort: Sdu Fiscale en Financiële Uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Module Inleiding Internationaal Belastingrecht, Rechtenonline Cali-module nr. 6. In Kluwer Collegebundel (CD-rom onderwijsmateriaal). Deventer: Kluwer. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Beperkte verzekering en art. 13, lid 2, onderdeel f, Vo. 1408/71. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 2, 11. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Discussie fiscalisering volksverzekeringen weer opgelaaid? Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 9, 9-10. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Vrijwillige verzekering in strijd met art. 39 EG. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 10, 6-7. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). NDFR Herziening art. 6, leden 2-4 Wet LB 1964, Buitenlandse inhoudingsplichtige. (30 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-06-2006]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Herziening art. 2.6 Wet IB 2001, Keuzerecht voor in het buitenland geworven deskundigen. In Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht (8 p.). Amersfoort: Sdu Financiële en Fiscale uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Herziening art. 9.1 Wet IB 2001, Heffing bij wege van aanslag of conserverende aanslag. In Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht (10 p.). Amersfoort: Sdu Financiële en Fiscale uitgevers. 313 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Herziening art. 9.1 en 9.2 Wet IB 2001, Heffing bij wege van aanslag of conserverende aanslag c.q. voorheffingen. In Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht (14 p.). Amersfoort: Sdu Financiële en Fiscale uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Wet op de loonbelasting 1964, Buitenlandse inhoudingsplichtige. Art 6, leden 2-4 Wet LB 1964. In Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht (28 p.). Amersfoort: Sdu Financiële en Fiscale uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Wet op de loonbelasting 1964, Buitenlandse werknemer. Art. 2, leden 3-5 Wet LB 196. In Nederlandse Documentatie Fiscaal Recht (28 p.). Amersfoort: Sdu Financiële en Fiscale uitgevers. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Vrijwillig vrijwillige verzekering. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 11, 12-13. Weerepas, M.J.G.A.M. (2006). Effectueren heffingskortingen bij in het buitenland werkende partners. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 12, 11-12. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). Geen belastingplichtige, geen aanslag. Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio), 13, 4-6. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2, leden 3-5 Wet LB 1964, Buitenlandse werknemer. (28 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-01-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 6, leden 2-4 Wet LB 1964, Buitenlandse inhoudingsplichtige. (30 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: www.ndfr.nl [01-01-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2.11a, 2.12 en 2.18 Wet IB 2001, Verrekening belastingkorting algemeen belang. (5 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-03-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2.6, 2.7 en 2.8 Wet IB 2001, keuze- recht in buitenland geworven deskundigen, verschuldigde inkomstenbelasting, en gewone aanslag. (17 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-03-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 9.3 en 9.4 Wet IB 2001, voorlopige aanslag, en wel of geen aanslag. (9 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-03-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 9.1 en 9.2 Wet IB 2001, Heffing bij wege van aanslag of conserverende aanslag en voorheffingen. (15 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-052007]. 314 Fiscale vraagstukken in de interne markt (geassocieerd programma) Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2, leden 3-5 Wet LB 1964, Buitenlandse werknemer. (28 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-06-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2.6, Keuzerecht in het buitenland geworven deskundigen. (8 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-06-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2, leden 3-5 Wet LB 1964, Buitenlandse werknemer. (28 p.) Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-09-2007]. Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 9.1 en 9.2 Wet IB 2001, Heffing bij wege van aanslag of conserverende aanslag en voorheffingen. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-09-2007]. (15 p.) Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 9.4 Wet IB 2001, Wel of geen aanslag. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-09-2007]. (10 p.) Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2, leden 3-5 Wet LB 1964, Buitenlandse werknemer. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-11-2007]. (28 p.) Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). NDFR Herziening art. 2.10 en 2.15 Wet IB 2001, Tarief inkomen uit werk en woning. Amersfoort: Sdu [Online]. Available from: <http://www.ndfr.nl> [01-11-2007]. (10 p.) Weerepas, M.J.G.A.M. (2007). Herziening Fiscaal Zakboek, onderdeel Premieheffing. In Herziening Fiscaal Zakboek. Deventer: Kluwer. ANNOTATIES Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). Noot bij: HR (08-06-2007 en 08-062007). NTFR 2007-24, p. 1025-1026. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). Noot bij: HR (10-02-2006), 40 666, (Privaatrechtelijke dienstbetrekking tussen belanghebbende en leden van een leefgemeenschap). FED 2007-19 (88), p. 12-15. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). Noot bij: HR (14-04-2006), 41 898, (Pand in gemengd gebruik, afschrijvingskosten kunnen niet aangemerkt worden als ondernemingskosten). FED 2007-15 (65), p. 17-19. Bollen-Vandenboorn, A.H.H. (2007). Noot bij: HR (08-09-2006), 41 273, (Moment van betaling door deelgenoot bepalend voor tijdstip van aftrek). FED 2007-15 (66), p. 19-22. 315 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Luja, R.H.C. (2005). Noot bij: HR 39.768 (25-02-2005), (Cadeaus op kosten van de zaak). Maas & Roer (Fiscale Berichten Uit de Euregio) 2005-9, p. 5. Weerepas, M.J.G.A.M. (2005). Noot bij: HR (10-12-2004), 38 138, (Bestuurder in het verdrag Nederland-Frankrijk). FED 2005-116, p. 18-26. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Cousy, H., Devroe, W., Geens, K., Stuyck, J., Tilleman, B. & Orshoven, P. Van (Eds.). (2007). Liber Amicorum Frans Vanistendael. Herentals: Knops Publishing. (xx + 580 p.) Devroe, W. & Bafort, M. (2005). Codex Fiscaal recht. Leuven: Acco. Devroe, W. (2005). Tax Amnesty and Community Law. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 217-225. Devroe, W. (2005). Overheden en BTW: valt het doek over het BTW-Wetboek en uitvoeringsbesluit nr. 26. Rechtspraak Antwerpen Brussel Gent, 989-1009. Devroe, W. & Plets, N. (2006). Codex Fiscaal recht (4de herziene uitgave). Leuven: Acco. (327 + 18 p.) Devroe, W. & Plets, N. (2006). Fiscaal recht. Deel 1. Leuven: Acco. (iv + 54 p.) Devroe, W. & Plets, N. (2006). Fiscaal recht. Deel 2. Leuven: Acco. (112 p.) Orshoven, P. Van, Haelterman, A. & Maes, L. (Eds.). (2005). Codex fiscaal recht 2005-2006. Brugge: die Keure. (1304 p.) Orshoven, P. Van, Haelterman, A. & Maes, L. (Eds.). (2006). Codex fiscaal recht 2007-2008. Brugge: die Keure. (1332 p.) Orshoven, P. Van, Haelterman, A. & Maes, L. (Eds.). (2007). Inkomstenbelastingen. WIB – 2007. Brugge: die Keure. (815 p.) OVERIGE PUBLICATIES Luja, R.H.C. (2006). Interventie rapport Staatssteun op het grensvlak van bestuursrecht, Europees recht en fiscaal recht. In Vereniging van Bestuursrecht (Ed.), Verslag van de algemene vergadering gehouden op 20 mei 2005 (VAR, 135) (p. 31-34 en 36). 316 GRONDSLAGEN EN BEGINSELEN VAN BURGERLIJK PROCESRECHT IN EUROPA A. VOLLEDIGE TITEL Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin onderzoeksleiders Dhr. Prof.Mr. A.W. Jongbloed (UU) Dhr. Prof.Mr. C.H. van Rhee (UM) Dhr. Prof.Dr. P. van Orshoven (KUL) 01-02-00 01-01-99 01-01-01 senior onderzoekers Dhr. Prof.Dr. A.M.J.A. Berkvens (UM)* Mw. Mr. M. Freudenthal (UU) Dhr. Prof.Mr. I. Giesen (UU) Dhr. Prof.Mr. H.A. Groen (UM) Dhr. Prof.Dr. P. Oberhammer (Zürich) Dhr. Prof. A. Uzelac (Zagreb) 01-10-06 01-01-01 01-10-06 01-04-05 01-10-07 01-10-07 onderzoekers Dhr. Dr. B. Allemeersch (KUL) Mw. Mr. Dr. A. Ernes (OU)* Dhr. Dr. F. Fernhout (UM) Dhr. Mr.Drs. M.L. Hendrikse (UvA) Mw. Mr. A.A.H. van Hoek (UU) Mw. Dr. S. Lust (KUL) Dhr. Dr. K. Wagner 23-06-06 01-06-02 01-02-07 01-04-05 01-10-00 01-10-04 29-09-06 promovendi Dhr. B. Allemeersch (KUL) Dhr. P. Schollen (KUL) Dhr. B. Sujecki (EUR) Dhr. Mr. R. Verkerk (UM) 01-01-01 01-10-04 01-10-02 01-10-04 Einde 31-03-05 30-09-07 30-09-07 22-06-06 27-08-07 317 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Dhr. Mr. R. Verkijk (UM) Dhr. K. Wagner (KUL) * Begin Einde 01-10-04 01-10-04 28-09-06 Participeerde voorheen in het programma ‘Grondslagen van het privaatrecht’ D. TREFWOORDEN Burgerlijk procesrecht, grondslagen burgerlijk procesrecht, beginselen burgerlijk procesrecht, rechtsvergelijking, harmonisering E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Achtergronden Oriëntatie op ‘Europa’ is voor degenen die zich binnen Europese landen met burgerlijk procesrecht bezighouden nog slechts van betrekkelijk recente datum. Evenals voor het materiële privaatrecht geldt voor het burgerlijk procesrecht dat dit ‘als zodanig’ van oudsher geen voorwerp was van op toenadering of eenmaking gericht beleid van Europese instellingen zoals de Raad van Europa, de Europese (Economische) Gemeenschap en de Europese Unie. De belangstelling voor dit rechtsgebied, voor zover aanwezig, was meer van indirecte aard, dat wil zeggen ondergeschikt aan andere beleidsdoelen. Desondanks kan er thans binnen Europa gewezen worden op veel initiatieven die voor het harmoniseringsvraagstuk van direct belang zijn. De Raad van Europa heeft zich op het terrein van het burgerlijk procesrecht (meer gebruikelijk is hier de wat bredere aanduiding ‘civil justice’) niet onbetuigd gelaten. Een aantal belangrijke ‘Aanbevelingen’ van de Raad van Ministers met betrekking tot ‘civil justice’ heeft de afgelopen decennia het licht gezien. Van concrete resultaten van al dit werk in de zin van toenadering of eenmaking van burgerlijk procesrecht is echter vooralsnog weinig gebleken. Momenteel kan overigens wel worden gewezen op verschillende initiatieven op het terrein van civil justice binnen de CEPEJ van de Raad van Europa. Ook de Wereldbank is op mondiaal niveau actief op dit terrein. Meer invloed heeft artikel 6 EVRM en de daarop gebaseerde rechtspraak van het EHRM en van nationale rechters gehad. Hoewel het doel van artikel 6 niet harmonisering van procesrecht is maar het vestigen en garanderen van toegang van burgers tot behoorlijke rechtspraak, kan gesteld worden dat van dit artikel desalniettemin een zekere harmoniserende werking is uitgegaan. 318 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa In het kader van de Europese Gemeenschap en de Europese Unie zijn met betrekking tot eenmaking van burgerlijk procesrecht belangrijke vorderingen geboekt, oorspronkelijk vooral in de vorm van verdragen, thans in de vorm van verordeningen. Gewezen kan worden op, bijvoorbeeld, Brussel I en IIbis, de EG-Betekeningsverordening, de EG-Bewijsverordening en de Verordening betreffende een Europese executoriale titel. Overziet men de resultaten van de inspanningen binnen het kader van de Europese Gemeenschap en de Europese Unie, dan moet worden vastgesteld dat zij alle, anders dan de resultaten van de inspanningen in het kader van de Raad van Europa, voornamelijk betrekking hebben op rechtsregels voor burgerlijke zaken met grensoverschrijdende aspecten en dat zij binnen dit gebied alleen enkele belangrijke onderwerpen regelen (rechtsmacht, erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse beslissingen, betekening van stukken in het buitenland). Deze beperking lag (ligt) besloten in de oriëntatie van deze instellingen op de interne markt, die eveneens het zich zuiver binnen een lidstaat afspelende rechtsverkeer in beginsel ongemoeid laat. Onder artikel 65 van het EG-verdrag zoals ingevoegd door het op 1 mei 1999 in werking getreden Verdrag van Amsterdam (zie thans ook de artikelen III-158 and III-170 van de voorgestelde doch verworpen Europese Grondwet) zijn de zaken iets anders komen te liggen. Dit artikel is opgenomen in Titel IIIA onder andere over ‘Vrij verkeer van personen’ en is gewijd aan ‘maatregelen op het gebied van justitiële samenwerking in burgerlijke zaken die grensoverschrijdende gevolgen hebben’, althans, voor zover deze maatregelen noodzakelijk zijn voor het behoorlijk functioneren van de interne markt. Nader beschouwd blijkt dit artikel vooral betrekking te hebben op burgerlijk procesrecht, maar dan wel in beginsel beperkt tot de materie die geregeld is in de hierboven genoemde Europese verordeningen plus enkele Haagse verdragen; naast het materiële ipr worden genoemd: betekening in het buitenland, bewijsopname in het buitenland, erkenning en tenuitvoerlegging van vonnissen, en jurisdictie. Door opname in het EG-verdrag (de ‘eerste pijler’) is deze materie nu uitdrukkelijk gemeenschapsbeleid geworden. Het interessantste en tegelijkertijd het meest mysterieuze onderdeel van artikel 65 (nieuw) van het Gemeenschapsverdrag is onderdeel c: (de bedoelde maatregelen omvatten onder meer …) de afschaffing van hinderpalen voor de goede werking van burgerrechtelijke procedures, zo nodig door bevordering van de verenigbaarheid van de in de lidstaten geldende bepalingen van burgerlijke rechtsvordering. Dit lijkt een invitatie, of zelfs een opdracht, te zijn om tot op zekere hoogte ook te gaan werken aan toenadering/eenmaking van interne regels van burgerlijk procesrecht. In aansluiting hierop moet aan het slot van deze beschrijving van achtergronden worden genoemd het belangrijke, in 1994 gepubliceerde rapport van de Working Group for the Approximation of Civil Procedural Law in Europe, ook wel 319 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 bekend als de Commissie Storme. Dit rapport bevat uitgewerkte tekstvoorstellen, met inbegrip van Overwegingen en een Toelichting, voor EG-Richtlijnen voor zestien verschillende onderwerpen van burgerlijk procesrecht. De voorstellen zijn geenszins beperkt tot zaken met een grensoverschrijdend karakter, maar zijn juist in de eerste plaats gericht op toenadering van het interne burgerlijk procesrecht van de lidstaten van de EU. Zij lijken dus te kunnen vallen onder de paraplu van punt c van het nieuwe artikel 65 EG-verdrag. Na een aarzelend begin mogen deze voorstellen zich thans in enige belangstelling van de Commissie verheugen. Deze belangstelling van de Commissie moet waarschijnlijk worden gezien tegen de achtergrond van het hierboven genoemde artikel 65 EG-verdrag. Overigens wordt buiten het kader van de EU, op wereldwijde schaal, gewerkt aan Principles and Rules of Transnational Civil Procedure (het gaat om een project van het American Law Institute en UNIDROIT). Dit project is van belang aangezien geprobeerd wordt regels en beginselen te formuleren die zowel vanuit de civil law tradities als vanuit de common law tradities aanvaardbaar zijn. Dientengevolge kunnen zij ook een bron van inspiratie vormen voor harmoniseringsvoorstellen in Europees verband, waar de procesrechtelijke kloof tussen Engeland & Wales, Noord-Ierland alsmede de Ierse Republiek enerzijds en de civil law landen anderzijds nog altijd bestaat, hoewel er de laatste jaren sprake is van toenadering. Inmiddels zijn de Principles gepubliceerd bij Cambridge University Press. II. Afbakening en doelstelling van het programma Uit het bovenstaande moge blijken dat zowel op wereldwijde schaal als binnen Europa, in het bijzonder binnen de Europese Unie, de belangstelling voor een zekere mate van toenadering of harmonisering van burgerlijk procesrecht groeiende is. De problematiek van de toenadering en harmonisering van burgerlijk procesrecht vormt het centrale onderwerp van het programma Grondslagen en Beginselen van Burgerlijk Procesrecht in Europa. In het kader van het programma wordt door systematisch onderzoek op deelterreinen (bijv. case management, dan wel de spanning tussen ‘public justice’ en ‘private justice’ (ADR, waaronder mediation)) beter zicht verkregen op de overeenkomsten en verschillen die op procesrechtelijk terrein in Europa bestaan, en op deze wijze kan een bijdrage worden geleverd aan de discussie over toenadering dan wel harmonisering van procesrecht. Het programma sluit hiermee uitstekend aan op de missie van de Onderzoeksschool in haar geheel, namelijk bestudering en vormgeving van een Europees Ius Commune. Het onderzoeksprogramma richt zich op de lidstaten van de EU. De geografische begrenzing van het project tot de lidstaten van de Europese Unie is niet een rigide, waterdichte grens, maar heeft veeleer de strekking om voorshands aan te sluiten bij concrete, al bestaande ontwikkelingen in het kader van de Europese Unie. Waar relevant voor de Europese ontwikkelingen zal echter ook 320 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa kennis worden genomen van ontwikkelingen buiten een Europese context, bijvoorbeeld waar het toekomstige lidstaten betreft, dan wel verwante rechtstradities (o.a. Zwitserland, USA, Zuid Afrika). Grondslagen en beginselen staan centraal omdat bij toenadering en harmonisering van procesrecht de aandacht allereerst zal (moeten) uitgaan naar de basisfilosofie op onderdelen van procesrecht in de verschillende lidstaten. Allerlei details in uitwerking mogen niet aanstonds het zicht op de hoofdzaken belemmeren. Vervolgens rijst de vraag wat in deze context onder ‘grondslagen’ en ‘beginselen’ zal moeten worden verstaan. Volgens de onderzoeksgroep is het beter niet van te voren te zoeken naar een alomvattende werkdefinitie, maar het onderzoek te richten op fundamentele vraagstukken van procesrecht die relevant zijn in alle of in de meerderheid van de jurisdicties binnen de Europese Unie. Doel van het onderzoek (en daarmee is ook de missie van de onderzoeksgroep gegeven) is het zichtbaar maken van grondpatronen die bruikbaar zijn voor de toenadering/eenmaking. Het gaat om rechtsvergelijkend onderzoek op basis van de gebruikelijke rechtsvergelijkende methodiek gericht op het identificeren en analyseren van gemeenschappelijke dan wel verwante leerstukken in de procesrechten van de lidstaten van de Europese Unie, en op het blootleggen en nader duiden van gemeenschappelijke evoluties in deze procesrechten (bijvoorbeeld, de versterking van de rol van de rechter in het burgerlijk proces). Ook kan worden gedacht aan het duiden van gemeenschappelijke organisatorische dan wel praktische karaktertrekken van de verschillende Europese stelsels van burgerlijk procesrecht die aan de basis liggen van de nog altijd actuele problematiek van, bijvoorbeeld, de gerechtelijke achterstanden, de hoge kosten van het procederen en de moeizame positie van de materiële waarheid in het burgerlijk geding. Daarbij zijn case-studies die zich op slechts één jurisdictie richten niet uit te sluiten, omdat rechtsvergelijkend onderzoek mede mogelijk wordt gemaakt door het voorhanden zijn van dit soort studies. Wel ligt het voor de hand dat de bedoelde case-studies vervolgens tot uitgangspunt worden genomen bij rechtsvergelijkend onderzoek, zeker als op basis van de bedoelde studies wordt besloten dat de conclusies van belang zijn in een bredere context. Het programma is gericht op de actualiteit en op verwachte toekomstige ontwikkelingen met betrekking tot toenadering of harmonisering van burgerlijk procesrecht. Desalniettemin zal een ruime plaats worden geboden aan rechtshistorisch onderzoek, want er bestaat behoefte aan onderzoek gericht op het combineren van de rechtshistorische gegevens met hedendaags materiaal. De rechtshistorische poot in het onderhavige programma is erop gericht informatie te verschaffen over de achtergronden van bestaande procesrechtelijke regelingen en bovendien actuele verschillen tussen de stelsels van procesrecht in Europa te verklaren. Daarnaast is het naar het oordeel van de programmaleiders van belang dat rechtshistorische bevindingen onder de aandacht van een groter publiek worden gebracht omdat deze bevindingen de discussie over de toe321 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 komst van het burgerlijk procesrecht in Europa mede vorm kunnen geven. Immers, een rechtshistorische benadering betekent dat eigentijdse ontwikkelingen op adequate wijze kunnen worden geduid. Dientengevolge zal binnen het onderhavige programma onderzoek worden gedaan naar bedoelde historische wortels. III. Werkwijze Het onderzoek wordt verricht door een onderzoeksgroep, bestaande uit stafleden die aan de betrokken faculteiten verbonden zijn, aangevuld met geïnteresseerde onderzoekers van buiten deze faculteiten. De onderzoekers van buiten de betrokken faculteiten worden op basis van hun deskundigheid en afhankelijk van het onderzoeksthema aangezocht. Momenteel zijn in het kader van het onderhavige programma reeds een aantal netwerken van onderzoekers in het leven geroepen. In de eerste plaats is er een netwerk van Europese processualisten dat is gecreeerd in het kader van een bij Kluwer Law International uitgegeven boekenserie ‘Civil Procedure in Europe’. Dit betreft een onderzoeksproject dat in 1995 is gestart met als doel het tot stand brengen van een boekenserie waarvan elk deel handelt over een specifiek onderwerp van burgerlijk procesrecht. De lijst van onderwerpen behandeld in het rapport van de Commissie Storme heeft hierbij een belangrijke inspiratiebron gevormd. De serie is in de eerste plaats bedoeld als een brede, up-to-date beschrijving van de desbetreffende onderwerpen van burgerlijk procesrecht zoals geregeld in de lidstaten van de EU, geschreven door nationale experts en per onderwerp (deel) voorzien van een synthese geschreven door een ‘generaal-rapporteur’. Er zijn drie ‘editors’ (Prof. Storme, Prof. Van Rhee, Dr. Meijknecht) en verder is er een redactiecommissie met leden afkomstig uit vrijwel alle landen van de Europese Unie. Het secretariaat van deze serie berust thans bij de Maastrichtse juridische faculteit. Tot nu toe zijn 5 delen in de serie verschenen. In de tweede plaats is er een netwerk van Europese processualisten gecreëerd in het kader van het Casebook Civil Procedure in de reeks Ius Commune Casebooks for the Common Law of Europe. Het Casebook Civil Procedure wordt in het kader van het onderhavige onderzoeksprogramma tot stand gebracht. Vervolgens is er een netwerk van rechtshistorici met procesrechtelijke belangstelling dat is gecreëerd in het kader van een door de Duitse Gerda Henkel Stiftung verleende subsidie. Het onderzoek van dit netwerk van rechtshistorici vindt (mede) plaats in het kader van het onderhavige programma. Uiteindelijk is er ook een netwerk van academici en praktijkjuristen uit de huidige en de toekomstige lidstaten van de EU, die in het kader van een jaarlijkse summer school in Dubrovnik bijeenkomen met als doelstelling recente ontwik322 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa kelingen op het gebied van het burgerlijk procesrecht in Europa te analyseren. Deze summer school wordt mede vanuit het programma vorm gegeven. Aan de summer school neemt ook een aantal geselecteerde studenten deel, waardoor de school een ideale kweekvijver voor promotietalent vormt. De summer school wordt aanbevolen op de website van de CEPEJ van de Raad van Europa. Naar aanleiding van de jaarlijkse bijeenkomst wordt telkens een boek over een thema van procesrecht in Europa gepubliceerd. Het onderzoek zal in beginsel worden uitgevoerd aan de hand van door de onderzoeksgroep opgestelde vragenlijsten of aan de hand van anders gestructureerde aanwijzingen (bijvoorbeeld een uniforme lijst van onderwerpen of een vaste paragraafindeling voor de gevraagde rapportage). Formele landenrapporten, zoals vaak gebruikelijk, zijn niet per se vereist. Het nut ervan kan binnen de onderzoeksgroep van geval tot geval worden bezien. De stafleden van de onderzoeksgroep zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor de verzameling van de gegevens en de verslaglegging. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 0,90 0,45 0,15 3,05 0,94 0,40 0,30 2,75 1,15 0,94 0,40 2,18 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN Concrete samenwerkingsverbanden met bestaande en andere partners Er is een groot aantal vooraanstaande (ook externe) onderzoekers1 bij de diverse onderdelen van het onderzoek betrokken. Wat betreft lopend onderzoek is er bijvoorbeeld de serie Civil Procedure in Europe. Van Rhee zit in de algemene redactie van deze serie, die bij Kluwer Law International verschijnt. Samen met J.A. Jolowicz publiceerde hij het deel over Recourse against Judgments in the European Union, Kluwer Law Interna- 1 Een lijst van externe onderzoekers die betrokken zijn bij het programma kan worden gevonden in C.H. van Rhee (ed.), The Law’s Delay, Antwerpen: Intersentia, 2004, p. XVII-XXII, en C.H. van Rhee (ed.), European Traditions in Civil Procedure, Antwerpen: Intersentia, 2005. Wat betreft het Casebook Civil Procedure: zie <http://www.law.kuleuven.ac.be/casebook/procedu ral.php>. 323 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 tional 1999. Freudenthal trad op als Nederlands rapporteur voor het deel Orders for Payment in the European Union, terwijl M. de Tombe-Grootenhuis dit was voor het deel The Law of Evidence in the European Union. Inmiddels zijn vijf delen in deze serie verschenen. Jongbloed bereidt thans een deel voor over de dwangsom. Het ligt in de bedoeling dat dit deel in 2008 zal verschijnen. Tevens kan worden gewezen op het Casebook Civil Procedure in de serie Ius Commune Casebooks for the Common Law of Europe. Bij dit project, dat onder algemene leiding van Van Rhee en P. Oberhammer (Zürich) wordt uitgevoerd, is een groot aantal wetenschappers uit binnen- en buitenland betrokken. Per onderwerp is er een algemeen rapporteur. Deze algemene rapporteur treedt in contact met nationale rapporteurs voor informatie over de in het Casebook behandelde jurisdicties. Van Rhee is algemeen rapporteur voor het inleidende hoofdstuk, terwijl Giesen algemeen rapporteur is voor case management. Voor Nederland treden Jongbloed en Freudenthal als nationaal rapporteur op, terwijl voor België een beroep kan worden gedaan op Van Orshoven, die bovendien als algemeen rapporteur verantwoordelijk is voor het hoofdstuk Principal Characters. In het kader van het Casebook staan de grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in de Europese Unie centraal. Dit project wordt gefinancierd via middelen die ter beschikking zijn gesteld door de juridische faculteiten van de KULeuven en de Universiteit Maastricht. Van samenwerking is ook sprake geweest in het kader van een door NWO (SARO) gefinancierd project met als titel European Traditions in Civil Procedural Law. Van Rhee en Jongbloed hebben de voor het project benodigde gelden aangevraagd. Zij hebben, zoals ook Van Orshoven, een substantieel deel van het boek dat hieruit voortvloeide geschreven: C.H. van Rhee (ed.), European Traditions in Civil Procedure, Antwerpen: Intersentia, 2005. In het verslagjaar is gesproken met de deelnemers aan dit project om tot een vervolgproject te komen. Een subsidieaanvraag zal in 2007 bij NWO worden ingediend. Van Rhee werkt met subsidie van de Duitse Gerda Henkel Stiftung aan een boek over de geschiedenis van het burgerlijk procesrecht in Europa in de serie Comparative Studies in Continental and Anglo-American Legal History. In december 2006 vond in Maastricht een plenaire vergadering plaats waarbij de deelnemende onderzoekers gedurende twee dagen de tussentijdse resultaten van hun onderzoek presenteerden. Aan het project nemen collega's uit een groot aantal Europese landen en Noord-Amerika deel. Publicatie van het verslagboek is voorzien voor 2008. Samenwerking tussen Edinburgh, Leuven, Maastricht en Utrecht is er ook in het kader van een project betreffende de case-management powers van de rechter (subsidie verstrekt uit middelen breedtestrategie). In Edinburgh heeft in december 2005 ter gelegenheid van het jaarlijkse Ius Commune congres een gezamenlijke workshop plaatsgevonden. Sprekers waren: 324 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa - D. Parrat: Scotland (20th c) - J. Blackie, Scotland (19th c) - P. Van Orshoven/B. Allemeersch: Belgium - A.W. Jongbloed: Netherlands - C.H. van Rhee: European developments (19th and 20th c.) - R. Verkerk and R. Verkijk: Transnational Rules & Principles. De inleidingen zijn begin 2008 in boekvorm gepubliceerd: C.H. van Rhee (ed.), Judicial Case Management and Efficiency in Civil Litigation (Ius Commune Europaeum 70, Intersentia). A.W. Jongbloed organiseerde op 14 oktober 2005 een symposium omtrent incasso in internationaal verband. P. Van Orshoven was bij de organisatie van het congres betrokken. B. Sujecki besprak het gebruik van ICT in incassoprocedures, terwijl M. Freudenthal de Richtlijn betalingsachterstand, het Groenboek en andere internationale aspecten betreffende grensoverschrijdende incasso besprak. Eind 2006 werd een groep van twaalf juristen gevormd die het rapport Uitgebalanceerd van de Commissie fundamentele herbezinning burgerlijk procesrecht aan een kritische beschouwing onderwierpen. Dit rapport heeft een grondige herevaluatie van het Nederlands burgerlijk procesrecht ten doel en plaatst het Nederlandse procesrecht uitdrukkelijk in een Europese context. Van de groep die het rapport evalueerden maakten onder meer Ernes en Jongbloed deel uit. De evaluatie werd vastgelegd in A.W. Jongbloed e.a., Herbalans, beschouwingen omtrent het rapport Uitgebalanceerd, Ars Aequi Libri: Nijmegen, 2007. In december 2006 vond in het kader van het jaarlijkse Ius Commune congres een gezamenlijke workshop plaats, waarbij de onderzoekers zich bogen over een fundamenteel onderwerp, namelijk de doorwerking van de beginselen van procesrecht van art. 6 EVRM in de wetgeving en rechtspraak van verschillende lidstaten van de EU (Nederland, Duitsland, België en Engeland) alsook op EUniveau. Uitgangspunt was een uitspraak van EG Hof van Justitie 28 maart 2000, EHRC 2000/55 (met noot A.W. Heringa), NJ 2003, 626 (Krombach/ Bamberski). Daarbij is ook aan de orde gekomen of er daadwerkelijk een Europese openbare orde in het procesrecht bestaat en, zo ja, in hoeverre hiervan sprake is. De inleidingen van Verkijk en Freudenthal tijdens deze bijeenkomst zijn gepubliceerd in het Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging 2007/3. Ter gelegenheid van dezelfde bijeenkomst trad als inleider op mr. H.W. Wiersma (UvA) over het actuele thema De betekenis van de (EU) elektronische handtekening voor het procesrecht. In het kader van het tweede eeuwfeest van het Franse Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering werd samen met de Universiteit van Gent een congres georganiseerd waar circa 25 sprekers uit binnen- en buitenland hun licht lieten schij325 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 nen over de betekenis van dit wetboek voor het huidige procesrecht in Frankrijk, België, Nederland en in een aantal andere Europese landen. Het congres vormde een vervolg op een gelijkaardige bijeenkomst te Parijs bij het Cour de cassation. De handelingen zullen in 2008 in boekvorm verschijnen bij Kluwer België. Vanaf mei 2006 vindt te Dubrovnik jaarlijks een studieweek plaats waar het burgerlijk procesrecht en de rechterlijke organisatie in rechtsvergelijkend perspectief wordt bestudeerd in samenwerking met vertegenwoordigers van de nieuwe lidstaten van de Europese Unie alsmede met vertegenwoordigers van mogelijk toekomstige lidstaten. Het programma is in samenwerking met het Inter University Centre Dubrovnik, de Nederlandse (MATRA), Britse en Finse ambassade opgezet door course directors Van Rhee en beoogd lid van het programma Prof. A. Uzelac (Zagreb) en heeft geresulteerd in het boek Public and Private Justice: Dispute Resolution in Modern Societies (Intersentia 2007; peer-reviewed). In mei 2007 wordt voor de tweede keer een studieweek georganiseerd, die opnieuw tot een boek aanleiding zal geven. Dit maal wordt de week georganiseerd in samenwerking met vertegenwoordigers van de CEPEJ van de Raad van Europa en vertegenwoordigers van de Wereldbank. De studieweek wordt op de website van de Raad van Europa aanbevolen2 en is bedoeld voor onderzoekers (waaronder ook uitdrukkelijk jonge onderzoekers die een proefschrift voorbereiden of willen gaan voorbereiden op het vlak van het vergelijkend burgerlijk procesrecht en de rechterlijke organisatie). De studieweek wordt uitdrukkelijk in het kader van het onderzoeksprogramma gepositioneerd, hetgeen ook blijkt uit het titelblad en de inleiding van de publicaties die het resultaat zijn van de studieweek. Van Rhee werkt samen met L. Sicking van de Universiteit Leiden aan een uitgave van het procesrechtelijk werk van de Vlaamse Jurist Philips Wielant (16e eeuw). Dit werk is maatgevend geweest voor de ontwikkeling van het burgerlijk procesrecht in de Nederlanden en heeft via de Latijnse vertaling van Joost de Damhouder invloed uitgeoefend op het procesrecht in een groot aantal Europese landen. Publicatie van het boek is voorzien voor 2008 bij de Vlaamse Koninklijke Academie van Wetenschappen. Het project wordt gefinancierd door de Vlaamse Academie. Ook op het gebied van onderwijsmateriaal wordt samengewerkt. Zo redigeerden Hendrikse en Jongbloed ‘Burgerlijk procesrecht praktisch belicht’ (Kluwer Deventer 2005). 2 <http://www.coe.int/t/dg1/legalcooperation/cepej/>. 326 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Tijdens het Ius Commune congres in Luik in november 2007 is een workshop gehouden over motivering. Inleiders waren Prof. W.D.H. Asser, Prof. A. Uzelac, Prof. G. De Leval en Prof. B. De Grootte. De inleidingen zullen worden gepubliceerd in boekvorm, samen met artikelen betreffende motivering van enige andere, reeds aangezochte auteurs. Van samenwerking was in het verslagjaar tenslotte sprake in het kader van promoties. Van Rhee en Jongbloed maakten deel uit van de promotiecommissies van respectievelijk Allemeersch en Wagner te Leuven (promotor Van Orshoven). H. VOORTZETTING De verwachtingen over het onderzoek en de evolutie van het programma in de toekomst In 2007-2008 wordt gestreefd naar verbreding van de (geografische) basis van de onderzoeksgroep. Tevens wordt bezien welke andere Nederlandse en Belgische onderzoekers kunnen toetreden. Ook vinden op dit moment gesprekken plaats met mogelijk geïnteresseerde onderzoekers van juridische faculteiten in het buitenland. In 2007-2008 wordt tevens getracht de samenwerking met proceduralisten uit de nieuwe en toekomstige lidstaten van de EU uit te breiden. Hiervoor zijn door Van Rhee reeds de eerste stappen gezet binnen het kader van de International Association of Procedural Law, waarvan de programmaleiders allen lid zijn. In het kader van de hierboven genoemde studieweek te Dubrovnik wordt bezien in hoeverre de samenwerking met de CEPEJ van de Raad van Europa kan worden bestendigd. Tevens zal in het kader van de studieweek zo mogelijk elk jaar een bundel verschijnen over thema's van burgerlijk procesrecht in Europa. In het kader van het project European Traditions (zie hierboven) worden de mogelijkheden verkend een vervolgproject te starten. Subsidieaanvragen worden in 2008 ingediend. Verder zullen er door de onderzoeksleiders een aantal symposia worden georganiseerd. In dit kader valt te wijzen op het eind 2007 in Utrecht georganiseerde symposium gewijd aan de bindende kracht van rechterlijke beslissingen. In het algemeen zijn de programmaleiders van oordeel dat op de ingeslagen weg dient te worden voortgegaan. Zij streven ernaar in 2008 de veelal zeer omvangrijke lopende projecten zoveel mogelijk af te ronden. Een punt van aandacht vormt het entameren van nieuw promotieonderzoek (na de twee succesvolle promoties in Leuven). De programmaleiders zullen bezien in hoeverre zij hiertoe gezamenlijke subsidieaanvragen kunnen doen. 327 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 I. KERNPUBLICATIES De twee kernpublicaties geven een goed beeld van het binnen het programma uitgevoerde onderzoek. De door Van Rhee geredigeerde bundel betreffende European Traditions is het resultaat van een door NWO gefinancierd project waaraan een groot deel van de in het programma participerende onderzoekers een bijdrage heeft geleverd. Het boek legt de gemeenschappelijke grondslagen van de nationale civiele procesrechten in de verschillende rechtsfamilies binnen Europa bloot en schetst een historische ontwikkelingsgang. De tweede kernpublicatie van de hand van Freudenthal richt zich op het burgerlijk procesrecht zoals dit momenteel binnen de Europese Unie betreffende voornamelijk grensoverschrijdende geschillen wordt vormgegeven. Het betreft hier dus waarlijk ‘Europees procesrecht’ in tegenstelling tot het onderwerp van de eerste kernpublicatie, waar het gaat om de nationale procesrechten in Europa in hun onderlinge context. De twee boeken vormen een tweeluik dat naar het oordeel van de betrokken onderzoekers de realisatie vormt van de doelstellingen van het onderzoeksprogramma. Rhee, C.H. van (Ed.). (2005). European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54). Antwerp: Intersentia. (xvi + 344 p.) Freudenthal, M. (2007). Schets van het Europees civiel procesrecht (Burgerlijk proces & praktijk, 8). Deventer: Kluwer. (298 p.) J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Rhee, C.H. van (2005). The role of exceptions in continental civil procedure. In P. Brand, K. Costello & W.N. Osborough (Eds.), Adventures of the Law. proceedings of the Sixteenth British History Conference, Dublin 2003 (p. 88105). Dublin: Four Courts Press. Uzelac, A. (2007). Public and Private Justice: The Challenges of Rational Assessment of Performance in the Contemporary Justice Systems. In C.H. van Rhee & A. Uzelac (Eds.), Public and Private Justice (p. 7-30). Antwerp: Intersentia. Verkijk, R. (2007). Mandatory mediation. Informal Injustice? Zeitschrift für Zivilprozeß International, 117-136. Rhee, C.H. van (2008). Judicial Case Management and Efficiency in Civil Litigation. Antwerp: Intersentia. (xi + 181 p.) K. DISSERTATIES Allemeersch, B. (22 juni 2006). De macht van de rechter in het burgerlijk proces. Katholieke Universiteit Leuven (539 p.). Prom: Prof. P. Van Orshoven. 328 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Wagner, K. (28 september 2006). Sancties in het burgerlijk procesrecht. Katholieke Universiteit Leuven. Prom.: Prof. P. Van Orshoven. Schollen, P. (27 augustus 2007). De greep van de wetgever op de rechter. Katholieke Universiteit Leuven. Prom. Prof. P. Van Orshoven. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Allemeersch, B., Orshoven, P. Van, Schollen, P., Gayse, B. & Taelman, P. (2005). De nieuwe wet op de bemiddeling. Brugge: die Keure. (94 p.) Allemeersch, B. (2005). Toetsing van de geoorloofdheid van een overeenkomst: procesrechtelijke aspecten. In B. Tilleman & A. Verbeke (Eds.), Actualia Vermogensrecht. Liber Alumnorum Kulak (p. 35-48). Brugge: die Keure. Allemeersch, B. & Schollen, P. (2005). De wet tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek in verband met de bemiddeling. Rechtskundig Weekblad, 14811494. Allemeersch, B. & Schollen, P. (2005). Mediation naar nieuw Belgisch en komend Europees recht. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 41-45. Allemeersch, B. (2006). Commentaar bij de artikelen 1007 tot en met 1016 Gerechtelijk Wetboek. In P. Depuydt et al. (Eds.), Gerechtelijk recht. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer. (losbladig). Mechelen: Kluwer. Allemeersch, B. (2006). De taakverdeling tussen rechter en partijen in het burgerlijk proces. Stand van zaken en actuele ontwikkelingen. In P. van Orshoven (Ed.), Gerechtelijk recht (Cahier Themis 7.)(p. 1-22). Brugge: die Keure. Allemeersch, B. (2007). Taakverdeling in het burgerlijk proces. Antwerpen: Intersentia. (xxviii + 672 p.) Allemeersch, B. (2007). The Belgian perspective on case-management in civil litigation. In A. Pellegrini Grinover & P. Calmon (Eds.), Direito Processual Comparado. XIIIth World Congress of Procedural Law (p. 636-647). Rio de Janeiro: Editora Forense 329 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Berkvens, A.M.J.A. (2005). Zur Abkurtzung unnötiger Processualweitlaufigkeiten, Een bijdrage over de geschiedenis van het Hof van Appel te Thorn 1718-1795. In A.M.J.A. Berkvens & Th.J. van Rensch (Eds.), Wordt voor Recht gehalden. Opstellen ter gelegenheid van vijfentwintig jaar Werkgroep Limburgse Rechtsgeschiedenis (1980-2005) (p. 211-240). Maastricht: Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap. Berkvens, A.M.J.A. (2006). Zur Abkurzung unnötiger Processualweitlaufigkeiten. Een bijdrage over de geschiedenis van het Hof van Appel te Thorn 1718-1795. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 84, 121-148. Coenraad, L.M. & Giesen, I. (2007). Kwaliteitsbevordering in de rechtspleging. Nederlands Juristenblad, 13, 784-793. Ernes, A.L.H. (2007). Gids voor het burgerlijk procesrecht. Den Haag: Elsevier Juridisch. (170 p.) Fernhout, F.J. (2007). Alimentatie betalen akkoord, maar waarom zoveel? Over de motivering van alimentatiebeslissingen. Nederlands Juristenblad, 21162121. Freudenthal, M. (2005). Implementation of the Directive on late payments in the Netherlands. In F. Badosa Coll & E. Arroyo i Amayuelas (Eds.), La armonización del derecho de obligaciones en Europa (p. 409-429). Valencia: Tirant lo Blanch. Freudenthal, M. (2005). Europese betalingsbevelprocedure: op weg naar een Europees burgerlijk procesrecht. Tijdschrift voor Procesrecht en Bewijsrecht, 225-237. Freudenthal, M. & Ooik, R.H. van (2005). Betekenis ‘burgerlijke en handelszaken’ in Europese rechtsmaatregelen. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 4, 381-388. Freudenthal, M. (2006). De Nederlandse rechter en grensoverschrijdende verboden in intellectuele-eigendomszaken. Jurisprudentie Burgerlijk Procesrecht, 1, 5-12. Freudenthal, M. & Velden, F.J.A. van der (2006). De bevoegdheid van de Nederlandse rechter in grensoverschrijdende (octrooi-)zaken met meerdere verweerders. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 273-292). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Freudenthal, M. (2007). Landesbericht Niederlande. In R. Geimer & R. Schütze (Eds.), Internationaler Rechtsverkehr in Zivil- und Handelssachen (Band 5) (p. 1100.1-1100.11). München: C.H. Beck. 330 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Freudenthal, M. (2007). Op weg naar een Europees procesrecht. De Europese betalingsbevelprocedure: een stap vooruit? Nederlands Juristenblad, 157-160. Freudenthal, M. (2007). Openbare orde of algemene processuele beginselen? Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 71-77. Giesen, I. (2005). Fundamentele ontwikkelingen in de rechtspleging. Nederlands Juristenblad, 9, 471-477. Giesen, I. (2006). Stilstand en voortgang in de rechtspleging. Nederlands Juristenblad, 9, 518-526. Giesen, I. (2006). ‘Balans’-lezen. Reflecteren over sanctionering en zelfregulering naar aanleiding van het Eindrapport van de commissie Fundamentele herbezinning Nederlands burgerlijk procesrecht. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 103-109. Giesen, I. & Schelhaas, H. (2006). Samenwerking bij rechtsvorming. De instelling van een Periodiek Overleg van Rechtsvormers (POR). Ars Aequi: juridisch studentenblad, 3, 159-172. Giesen, I. (2007). Alternatieve regelgeving in privaatrechtelijke verhoudingen. In W.J. Witteveen, I. Giesen & J.L. de Wijkerslooth, Alternatieve regelgeving. Handelingen Juristen-Vereniging (p. 67-168). Deventer: Kluwer. Giesen, I. (2007). Onderzoekende arbiters wraken? Meer helderheid dankzij het instrument van de cassatie in het belang der wet. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6722, 735-739. Groen, H.A. Asser, W.D.H, Vranken, J.B.M. & Tzankova, I.N. (2006). Uitgebalanceerd: eindrapport fundamentele herbezinning Nederlands burgerlijk procesrecht. Amsterdam: Boom Juridische uitgevers. (219 p.) Groen, H.A. (2007). New Trends in Pre-action. General Report – Civil Law. In A. Pellegrini Grinover & P. Calmon (Eds.), Direito Processual Comparado (p. 242-256). Rio de Janeiro: Forense. Hendrikse, M.L. & Groot, A.M.F. de (2005). De buitengerechtelijke kosten. Preadvies voor de Vereniging van Incasso-advocaten 2005. Zutphen: Paris. (56 p.) Hendrikse, M.L. & Margetson, N.J. (2006). Division of the burden of proof under the Hague-Visby Rules. Journal of International Maritime Law, 1, 2534. Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (2007). The new Netherlands Financial Services Complaints Tribunal. Complaints settlement in the financial service market (KIFID) in the Netherlands. Zutphen: Paris. (177 p.) 331 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hendrikse, M.L. (2007). Geschillenbeslechting in het consumentenverzekeringsrecht. In Verzekering en Consument (Preadvies voor de Vereniging voor Verzekeringswetenschap 2005) (p. 89-108). Amstelveen: deLex. Jongbloed, A.W. (2005). Can there be a European bailiff?, National Case Study The Netherlands. In M. Andenas, B. Hess & P. Oberhammer (Eds.), Enforcement Agency Practice in Europe (p. 195-213; p. 253-261; p. 379-381). London: British Institute of International and Comparative Law. Jongbloed, A.W. (2005). Naar een reële vergoeding van buitengerechtelijke kosten. In R.J.C. Flach et al. (Eds.), Rutgers-bundel, Opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 177-185). Deventer: Kluwer. Jongbloed, A.W. (2005). The Netherlands (1838-2005). In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 69-95). Antwerp: Intersentia. Jongbloed, A.W. (2005). Sanctionering van bemiddeling en verzoening naar Nederlands recht. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 46-51. Jongbloed, A.W. (2006). Access to Justice, Costs and Legal Aid. In S. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Report to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 223-252). Antwerp: Intersentia. Jongbloed, A.W. (2006). Pays-Bas et le système judiciaire hollandais. In Les professionnels de la signification et de l'exécution en Europe: rencontres Européennes de l'ENEPP (p. 177-187 & p. 277-280). Paris: Collection Passerelle. Jongbloed, A.W. & Struiksma, D. (2006). Bailiffs on the e-Highway. Information & Communications Technology Law, 14, 201-206. Jongbloed, A.W. (2007). De privaatrechtelijke dwangsom (Ars Aequi cahier. Privaatrecht). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (115 p.) Jongbloed, A.W., Ernes, A.L.H. et al. (2007). Herbalans. Beschouwingen naar aanleiding van het rapport Uitgebalanceerd. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (91 p.) Jongbloed, A.W. & Ingen, M.J.W. (2007). Onderhandse executie: 'executoriale verkoop uit de hand' ex art. 3:251 lid 1 BW en met name art. 3:268 lid 2 BW (Ars Notariatus, 135). Deventer: Kluwer. (XIV + 260 p.) Jongbloed, A.W., Nispen, C.J.J.C. van & Meijer, G.J. (2007). Burgerlijk procesrecht. Den Haag: Sdu. (534 p.) Jongbloed, A.W. (2007). Fundamentele herbezinning op koers? Nederlands Juristenblad, 930-931. 332 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Jongbloed, A.W. (2007). Procesrecht op wereldniveau. Het 17e Wereldcongres Rechtsvergelijking. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 9-13. Mostermans, P.M.M. & Hoek, A.A.H. van (2005). Ontwikkelingen in regelgeving en rechtspraak in het IPR-procesrecht (buiten EEX en EVEX). Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie, 6622, 419-427. Orshoven, P. Van (2005). Justitie 2005-2045 of redelijke rechtspraak binnen een redelijke termijn voor een redelijke prijs. Naar Europese en Vlaamse communautarisering. In Jura Falconis (Ed.), Lustrumboek 40 jaar Jura Falconis (Jura Falconis libri) (p. 195-210). Brussel: De Boeck-Larcier. Orshoven, P. Van (2005). Het statuut van de Hoge Raad voor de Justitie. Enkele kanttekeningen. In M. Storme (Ed.), De Hoge Raad voor de Justitie na vier jaar gewogen – Le Conseil Supérieur de la justice, une évaluation après quatre ans (Interuniversitair Centrum voor Gerechtelijk Recht, 3) (p. 12-36). Brugge: die Keure. Orshoven, P. Van (2005). Het recht op hoger beroep. Waarom en waarheen?. In J. Linsmeau & M. Storme (Ed.), Het Gerechtelijk recht: waarom en waarheen? – Finalité et legitimité du droit judiciaire (p. 133-144). Brugge: die Keure. Orshoven, P. Van (2005). The Belgian Judicial Code. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 97102). Antwerp: Intersentia. Orshoven, P. Van (2005). Conciliation and other types of Alternative dispute settlement: Belgium. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 213-215). Antwerp: Intersentia. Orshoven, P. Van (2005). Party interrogation as evidence: Belgium. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 253-254). Antwerp: Intersentia. Oberhammer, P. (2007). 236-242 KO (Internationales Insolvenzrecht). In A. Konecny & G. Schubert (Eds.), Insolvenzgesetze (36 p.). Wien: Springer. Oberhammer, P. (2007). Rechtsöffnung gegen den Gesellschafter einer Kollektivgesellschaft aus Rechtsöffnungstiteln gegen die Gesellschaft? Zugleich ein nebensächlicher Beitrag zur Rechtssubjektivität der Kollektivgesellschaft. In P. Breitschmid, W. Portmann, H. Rey & D.Zobl (Eds.), FS Hans Michael Riemer (p. 243-271). Bern: Stämpfli Verlag. Oberhammer, P. & Slonina, M. (2007). Grenzüberschreitende Gewinnzusagen im europäischen Prozess- und Kollisionsrecht: Gabriel, Engler und die Folgen. In N. Nikas (Ed.), FS Pelayia Yessiou-Faltsi (p. 419-442). Athens/Thessaloniki: Sakkoulas Publications. 333 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Oberhammer, P. (2007). Juristische Prüfungen (in japanischer Sprache). Jahrbuch des Instituts für die yokenjijitukyoiku-Methode an den japanischen Law Schools 5 (p. 163-206). Oberhammer, P., Graf, C. & Slonina, M. (2007). Sachwalterschaft für Deutsche und Schweizer in Österreich – Kollisionsrechtliche Fragen am Übergang vom nationalen Recht zum Haager Erwachsenenschutzübereinkommen. Zeitschrift für Rechtsvergleichung, Internationales Privatrecht und Europarecht, 133-146. Orshoven, P. Van (2005). Powers of the judge: Belgium. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 291-294). Antwerp: Intersentia. Orshoven, P. Van (2006). Herwaardering van de eerste aanleg. In B. Maes (Ed.), Voorstellen tot bijsturing van de burgerlijke rechtspleging (p. 153-164). Brugge: die Keure. Orshoven, P. Van & Wagner, K. (2006). La responsabilité civile, pénale et disciplinaire des magistrats. In E. Dirix & Y.-H. Leleu (Eds.), De Belgische rapporten voor het congres van de «Académie Internationale de Droit Comparé» te Utrecht (p. 325-350). Bruxelles: Bruylant. Orshoven, P. Van & Taelman, P. (Eds.). (2007). De wet van 26 april 2007 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op het bestrijden van de gerechtelijke achterstand doorgelicht. Brugge: die Keure. (189 p.) Orshoven, P. Van (2007). De onmogelijke hervorming van het fiscaal procesrecht III. L. Ballon, H. Cousy, W. Devroe, K. Geens, J. Stuyck, B. Tilleman & P. Van Orshoven (Eds.), Liber Amicorum Frans Vanistendael (p. 479-484). Herentals: Knops Publishing. Orshoven, P. Van (2007). Tussen ‘gelijk hebben’ en ‘gelijk krijgen’. Enkele recente ontwikkelingen in het burgerlijk procesrecht. In B. Allermeesch & K. Wagner (Eds.), Recht in beweging (p. 291-320). Antwerpen: Intersentia. Orshoven, P. Van & Allemeersch, B. (2007). Een wet ... om wat te doen? En (vanaf) wanneer? In P. Taelman & P. van Orshoven (Eds.), De wet van 26 april 2007 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op het bestrijden van de gerechtelijke achterstand doorgelicht (p. 1-14). Brugge: die Keure. Orshoven, P. Van & Allemeersch, B. (2007). Ingereedheidbrenging van de zaak. In P. Taelman & P. van Orshoven (Eds.), De wet van 26 april 2007 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op het bestrijden van de gerechtelijke achterstand doorgelicht (p. 31-86). Brugge: die Keure. 334 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Rhee, C.H. van (2005). Introduction (I). In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 3-32). Antwerp: Intersentia. Rhee, C.H. van (2005). English Civil Procedure until the Civil Procedure rules (1998). In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 129-159). Antwerp: Intersentia. Rhee, C.H. van (2005). Introduction (II). In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 185-193). Antwerp: Intersentia. Rhee, C.H. van (2005). Der Einfluss des Zivilprozessmodells von Franz Klein in den Niederlanden. In Bundesministerium für Justiz (Ed.), Franz Klein Symposion. Dokumentation des Symposions zum 150. Geburtstag von Franz Klein am 6. Mai 2004 im Bundesministerium für Justiz (Schriftenreihe des Bundesministeriums für Justiz, Band 123) (p. 19-36). Wien/Graz: NWV – Neuer Wissenschaftlicher Verlag. Rhee, C.H. van (2006). De ontwikkeling van het burgerlijk procesrecht in het 20ste-eeuwse Europa. Een terugblik. In G. Martyn, D. Heirbaut & R. Opsommer (Eds.), De rechtsgeschiedenis van de twintigste eeuw/The Legal History of the Twenthieth Century (Iuris Scripta Historica, XIX) (p. 153-166). Brussel: Koninklijke Academie WLSK. Rhee, C.H. van (2006). The Influence of the French Code de Procédure Civile (1806) in 19th Century Europe. In L. Cadiet & G. Canivet (Eds.), De la Commémoration d'un code à l'autre: 200 ans de procédure civile en France (p. 129-165). Paris: LexisNexis/Litec. Rhee, C.H. van & Verkerk, R. (2006). Civil Procedure. In J.M. Smits (Ed.), Elgar Encyclopedia of Comparative Law (p. 120-134). Cheltenham: Edward Elgar. Rhee, C.H. van (2007). Lietuvos CPK igyvendinimo Problemos. Nacionaliniai ir Tarptautiniai Aspektai. Vilnius: Teisines Informacijos Centras. (396 p.) Rhee, C.H. van & Uzelac, A. (Eds.). (2007). Public and Private Justice: Dispute Resolution in Modern Societies. Antwerp: Intersentia. (xiv+213 p.) Rhee, C.H. van (2007). Public Justice: Some Historical remarks. In C.H. van Rhee van & A. Uzelac (Eds.), Public and Private Justice: Dispute Resolution in Modern Societies (p. 31-54). Antwerp: Intersentia. Rhee, C.H. van (2007). The Development of Civil Procedural Law in Twentieth Century Europe: A Retrospective View. In A. Pellegrini Grinover & P. Calmon (Eds.), Direito Processual Comparado (p. 623-635). Rio de Janeiro: Editora Forense. 335 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Rhee, C.H. van (2007). The Future of Dutch Civil Procedure. In X. (Ed.), The Recent Tendencies of Development in Civil Procedure Law – between East and West (p. 83-93). Vilnius: Justitia. Rhee, C.H. van (2007). Civil Litigation in Twentieth Century Europe. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 307-319. Rhee, C.H. van (2007). De rol van de burgerlijke rechter in de negentiende eeuw: ‘case management’ avant la lettre in Genève, Nederland en België. Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 2, 189-198. Schollen, P. (2005). Juridische bijstand: voor de burger een recht, voor de advocaat een plicht? Tijdschrift voor Procesrecht en Bewijsrecht, 14-24. Schollen, P. (2006). Maakt de rechter de wet? In P. Popelier & J. Van Nieuwenhove (Eds.), Wie maakt de wet? (p. 149-165). Brugge: die Keure. Sujecki, B. (2005). Die Probleme der elektronischen Durchführung des Europäischen Mahnverfahrens. In E. Schweighofer (Ed.), Effizienz von e-Lösungen in Staat und Gesellschaft, Aktuelle Fragen der Rechtsinformatik (p. 307-314). Stuttgart: Boorberg. Sujecki, B. (2005). Erste Überlegungen zum Europäischen elektronischen Mahnverfahren. Zeitschrift für Medien- und Kommunikationsrecht, 213-217. Sujecki, B. (2005). Europäisches Mahnverfahren nach dem Verordnungsvorschlag der Europäischen Kommission. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 45-49. Sujecki, B. (2005). Europäisches Mahnverfahren: Die Notwendigkeit einer ausschließlichen Gerichtsstandsregelung! – Erwiderung auf Einhaus. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 358-360. Sujecki, B. (2005). Reform des europäischen Zustellungsrechts – Die Zustellungsverordnung und der Vorschlag der Europäischen Kommission zu ihrer Änderung. Zeitschrift für Gemeinschaftsprivatrecht, 192-201. Sujecki, B. (2006). Das Online Mahnverfahren in Deutschland. MultiMedia und Recht, 369-373. Sujecki, B. (2006). De Europese Executoriale Titel – Tijdige tenuitvoerlegging van vermogensrechtelijke beslissingen in de Europese Unie bezien vanuit verschillende internationale instrumenten. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 39-43. Sujecki, B. (2006). Europäisches Mahnverfahren. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 124-148. 336 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Sujecki, B. (2006). Europäisches Mahnverfahren – Geänderter Verordnungsvorschlag. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 330-333. Sujecki, B. (2006). Initial Steps towards an Electronic European Order for Payment Procedure. Computer Law Review International, 111-116. Sujecki, B. (2006). Niederländisches Gesetz zur Durchführung der Verordnung (EG) Nr. 805/2004 zum Europäischen Vollstreckungstitel. Praxis des Internationalen Privat- und Verfahrensrechts, 525-530. Sujecki, B. (2006). Obrót elektroniczny a reforma sadownictwa – przedstawienie rozwiazania holenderskiego. Monitor Prawniczy, 16, 11-13. Sujecki, B. (2006). Zusammenschaltungsverträge in Österreich und den Niederlanden. Medien und Recht International, 103-110. Sujecki, B. & Kramer, X.E. (2006). De Europese betalingsbevelprocedure – een kritische beschouwing. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 365-374. Sujecki, B. (2007). Das Mahnverfahren. Heidelberg: C.F. Müller Verlag. (xxiii + 252 p.) Sujecki, B. (2007). Bestimmung des zuständigen Gerichts gem. Art. 5 Nr. 1 lit. b EuGVO bei mehreren Erfüllungsorten in einem Mitgliedstaat. Europäisches Wirtschafts- & Steuerrecht, 398-402. Sujecki, B. (2007). Verhältnis der Zustellungsalternativen der EuZVO zueinander. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 44-46. Sujecki, B. (2007). Das Annahmeverweigerungsrecht im Europäischen Zustellungsrecht. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 363-366. Sujecki, B. (2007). Das Europäische Mahnverfahren. Neue Juristische Wochenschrift, 1622-1625. Sujecki, B. (2007). Das Übersetzungserfordernis und dessen Heilung nach der Europäischen Zustellungsverordnung. Zeitschrift für Europäisches Privatrecht, 353-367. Sujecki, B. (2007). Kritische Anmerkungen zum gerichtlichen Prüfungsumfang im Europäischen Mahnverfahren. ERA-Forum: scripta iuris europaei, 1, 91105. Sujecki, B. (2007). Möglichkeiten des elektronischen Rechtsverkehrs und deren Umsetzung in den Niederlanden. MultiMedia und Recht, 493-496. Sujecki, B. (2007). Pierwsze kroki w kierunku europejskiego elektronicznego nakazu zaplaty. Monitor Prawniczy, 22, 22-28. 337 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Sujecki, B. (2007). Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de betekening van gerechtelijke stukken in de Europese Unie. Nederlands Internationaal Privaatrecht, 229-240. Sujecki, B. (2007). The German electronic order for payment procedure. Digital Evidence Journal, 71-75. Sujecki, B. & Kramer, X.E. (2007). Fundamentele herbezinning op de betalingsbevelprocedure. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 1-8. Uzelac, A. & Triva, S. (2007). Hrvatsko arbitrazno pravo [Croatian Arbitration Law]. Zagreb: Narodne novine. (xl + 572 p.) Uzelac, A. (2007). (In)Surpassable Barriers to Lustration: Quis custodiet ipsos custodes? In V. Dvorakova & A. Milardovic (Eds.), Lustration and Consolidation of Democracy and the Rule of Law in Central and Eastern Europe (p. 47-64). Zagreb: CPI. Uzelac, A. (2007). Dokazivanje i teret dokazivanja u pravu staroga Rima (Evidence and Burden of Proof in the Old Roman Law). In I. Koprek, A. Dukat & M. Funduk (Eds.), Thesaurus Archigymnasii – Zbornik radova u prigodi 400. godisnjice Klasicne gimnazije u Zagrebu 1607 – 2007 (p. 47-64). Zagreb: Graficki zavod Hrvatske. Uzelac, A. (2007). Number of Arbitrators and Decisions of Arbitral Tribunals. Arbitration International, 23(4), 573-592. Verkerk, R. (2005). Party Interrogation as Evidence, the Netherlands. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 245-252). Antwerp: Intersentia. Verkerk, R. (2005). Powers of the Judge, the Netherlands. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 281-290). Antwerp: Intersentia. Verkerk, R. (2005). Powers of the Judge, England and Wales. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (Ius Commune Europaeum, 54) (p. 307-315). Antwerp: Intersentia. Verkerk, R. (2006). Procesrechtelijke aspecten van het wetsvoorstel handhaving intellectuele eigendom. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 110115. Verkerk, R. & Verkijk, R. (2006). Principles of Transnational Civil Procedure vanuit een Nederlands perspectief. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 30, 212-223. 338 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Verkerk, R. (2007). Procesrechtelijke aspecten van het wetsvoorstel handhaving intellectuele eigendom. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 110115. Verkerk, R. (2007). Procesrechtelijke waarborgen voor een betrouwbaar deskundigenonderzoek. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 24(10), 491500. Verkijk, R. (2005). Conciliation in The Netherlands: An Historical Overview. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (p. 207-212). Antwerp: Intersentia. Verkijk, R. (2005). Conciliation in England and Wales. In C.H. van Rhee (Ed.), European Traditions in Civil Procedure (p. 223-231). Antwerp: Intersentia. Verkijk, R. (2005). Mediation in wetgeving in Nederland. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 13(2), 34-40. Verkijk, R. (2007). From Krombach to McDonald's: the right to legal defence in civil cases in Europe. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 78-81. Verkijk, R. (2007). Wilt u procederen of liever procederen: Advocatenadvies en ADR. Tijdschrift voor mediation en conflictmanagement, 16-31. VAKPUBLICATIES Berkvens, A.M.J.A. (2006). Dingspillen en Goorspraken [Bespreking van het boek De Etstoel van Drenthe. De civiele procedure in de periode van de Republiek der Verenigde Nederlanden]. Mr., 6/7, 76. Fernhout, F.J. (2007). Uit de school geklapt: over de oorsprong van de kinderalimentatietabellen. Tijdschrift voor echtscheidingsrecht, 151. Fernhout, F.J. (2007). Trema-september 2006: een kleine opknapbeurt. EB Tijdschrift voor Echtscheidingsrecht, 51-53. Freudenthal, M. (2005). Europese Executoriale Titel: twijfelachtige aanwinst. Advocatenblad, 302-303. Freudenthal, M. (2005). Nieuwe ontwikkelingen in Europese betekening. Advocatenblad, 745-746. Freudenthal, M. (2005). Geen richtlijnconforme uitleg van art. 6: 120 (oud) BW. Contracteren, 44-47. Freudenthal, M. (2006). [Bespreking van het boek De Europese Executoriale Titel]. MvV, 18-22. 339 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Freudenthal, M. (2007). Europese betalingsbevelprocedure in werking. Advocatenblad, 58-60. Freudenthal, M. (2007). Toetreding van Denemarken tot Europese betekening en executie. Advocatenblad, 351. Freudenthal, M. (2007). Ontwikkelingen met betrekking tot de Betekeningsverordening (BETVo). Executief, 54-57. Freudenthal, M. (2007). Reactie van P. van der Grinten en M. Freudenthal. Nederlands Juristenblad, 1413-1416. Freudenthal, M. (2007). Toetreding van Denemarken tot de Brussel I-Vo en de Betekeningsverordening. Contracteren, 48. Freudenthal, M. & Jongbloed, A.W. (2007). Kroniek burgerlijk procesrecht 2003-2006. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 23-39. Giesen, I., Jongbloed, A.W., Orshoven, P. Van & Rhee, C.H. van (2005). Mediation in Nederland, België en Europa. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 2, 32-33. Giesen, I. (2005). Lessen uit de Delta. Nederlands Juristenblad, 1, 14. Hendrikse, M.L. & Jongbloed, A.W. (Eds.). (2005). Burgerlijk procesrecht praktisch belicht. Deventer: Kluwer. (XXIII + 550 p.) Hendrikse, M.L. & Jongbloed, A.W. (2005). De bevoegdheid van de rechter. Over internationale, absolute, sectorale en relatieve bevoegdheid. In A.W. Jongbloed & M.L. Hendrikse (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (p. 35-57). Deventer: Kluwer. Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (2005). Beginselen van en ontwikkelingen in het Nederlands burgerlijk procesrecht. In A.W. Jongbloed & M.L. Hendrikse (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (p. 1-33). Deventer: Kluwer. Hendrikse, M.L. (2005). Art. 164 lid 2 Rv: een onnodige, wettelijke, bewijsrechtelijke beperking. Praktisch Procederen, 183-184. Hendrikse, M.L. & Jongbloed, A.W. (Eds.). (2007). Burgerlijk Procesrecht praktisch belicht. Deventer: Kluwer. (744 p.) Hendrikse, M.L., Rinkes, J.G.J. & Martius, H.P.A.J. (2007). Parlementaire Geschiedenis. Boek 7, titel 17 BW. Deventer: Kluwer. (368 p.) Hendrikse, M.L. (2007). Beginselen van en ontwikkelingen in het Nederlands burgerlijk procesrecht. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk Procesrecht praktisch belicht (p. 1-44). Deventer: Kluwer. 340 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Hendrikse, M.L. (2007). De bevoegdheid van de rechter. Over internationale, absolute, sectorale en relatieve bevoegdheid. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk Procesrecht praktisch belicht (p. 59-82). Deventer: Kluwer. Hendrikse, M.L. & Rinkes, J.G.J. (2007). Art. 6 EVRM en ADR. Praktisch Procederen, 4, 99-100. Jongbloed, A.W. & Rhee, C.H. van (2005). Ars Aequi Wettenbundel Burgerlijk Procesrecht 2005-2006. Nijmegen: Ars Aequi. (699 p.) Jongbloed, A.W. (2005). Executie- en beslagrecht. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (p. 491-518). Deventer: Kluwer. Jongbloed, A.W. (2005). De gerechtsdeurwaarder; zakenman of functionaris? In WODC (Ed.), Beroepsethiek en marktwerking (Justitiële verkenningen, 3) (p. 135-150). Den Haag: WODC/Boom Juridische uitgevers. Jongbloed, A.W. (2005). Onderhandse executie en wat daarmee samenhangt. In V.J.A.J.C. van Heeswijk et al. (Eds.), De executieveiling, enige aspecten toegelicht (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 9-17). Paris: Zutphen. Jongbloed, A.W. (2005). Opmerkelijke en overbodige rechtsregels. Executief, 1, 8. Jongbloed, A.W. (2005). Wat de gerechtsdeurwaarder betaamt. Executief, 1, 10-12. Jongbloed, A.W. (2005). De tucht van de markt is beperkt. Executief, 7-8, 117118. Jongbloed, A.W. (2005). Is het mogelijk beslag op kredietruimte te leggen? Praktisch Procederen, 1, 16-21. Jongbloed, A.W. (2005). Door het oog van de rechter: Rechters: specialisten of generalisten. Praktisch Procederen, 3, 69-70. Jongbloed, A.W. (2005). Minnelijke incasso in Nederland en de incasso door de gerechtsdeurwaarder. Nieuwsbrief Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders, 1, 2-8. Jongbloed, A.W. & Rhee, C.H. van (2006). Burgerlijk procesrecht 2006/2007 (Ars Aequi wetseditie). (11de herz. druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (701 p.) Jongbloed, A.W. (2006). Burgerlijk procesrecht voor de individuele consument. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (p. 425-448). Zutphen: Paris. 341 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Jongbloed, A.W. (2006). Beslag op zorgtoeslag? Praktisch Procederen, 1, 5-9. Jongbloed, A.W. (2006). Kantonrechtspraak in de 21e eeuw; naar afdoening op maat. Praktisch Procederen, 1, 21-24. Jongbloed, A.W. (2006). Naar een uniform geldend Zwitsers Wetboek van Burgerlijk Procesrecht. Executief, 2, 30-33. Jongbloed, A.W. (2006). Een hoofdpijndossier?, noot bij Openbaar rapport Nationale Ombudsman nr. 20061258 d.d. 31 juli 2006. Executief, 10, 174-179. Jongbloed, A.W. (2006). [Bespreking van het boek Kwaliteitsrekening en afgescheiden vermogen]. Executief, 3, 55-59. Jongbloed, A.W. (2006). Een pleidooi voor een ruimere toewijsbaarheid van de buitengerechtelijke kosten [Bespreking van het boek De buitengerechtelijke kosten: preadvies voor de Vereniging van Incasso-Advocaten 2005]. Praktisch Procederen, 1, 21-24. Jongbloed, A.W. & Schonewille, F. (2006). Is een partij gebonden aan een eerder gemaakte mediationafspraak? Trema: tijdschrift voor de rechterlijke macht, 6, 264-266. Jongbloed, A.W., Nispen, C.J.J.C. van & Meijer, G.J. (2007). Rechtspraak burgerlijk procesrecht (Rechtspraak). Den Haag: Sdu. (XII + 534 p.) Jongbloed, A.W. & Rhee, C.H. van (Eds.). (2007). Burgerlijk Procesrecht 2007/2008 (Ars Aequi wetseditie). (12de herz. druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri (729 p.) Jongbloed, A.W. (2007). Hoofdstuk 3. De bevoegdheid van de rechter; over internationale, absolute, sectorale en relatieve bevoegdheid. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (4de druk). (p. 59-82). Deventer: Kluwer. Jongbloed, A.W. (2007). Hoofdstuk 18. Executie- en beslagrecht. In M.L. Hendrikse & A.W. Jongbloed (Eds.), Burgerlijk procesrecht praktisch belicht (4de druk). (p. 645-675). Deventer: Kluwer. Jongbloed, A.W. (2007). Lijfsdwang en dwangsom. In R.J.B. Boonekamp, A.C. van Schaick & E.M. Wesseling-Van Gent (Eds.), Burgerlijke rechtsvordering: (incl. EEX-verordening) (Wet en rechtspraak) (p. 746-773). Deventer: Kluwer. Jongbloed, A.W. (2007). KiFiD?! [Bespreking van het boek Naar een klachteninstituut financiële dienstverlening. Preadvies voor de Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening]. NTHR, 27-31. 342 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Jongbloed, A.W. (2007). [Bespreking van het boek De exhibitieplicht in kort bestek; een praktische leidraad bij het opstellen en beoordelen van vorderingen tot verstrekken van bescheiden op grond van art. 843a Rv]. Executief, 58-59. Jongbloed, A.W. (2007). [Bespreking van het boek Mediation en de vaststellingsovereenkomst: aantasting en afdwingbaarheid naar Nederlands en Amerikaans recht]. Forum voor Conflictmanagement, 75-79. Jongbloed, A.W. & Ernes, A.L.H. (2007). Elementen uit het rapport Herbalans. Executief, 3, 26-30. Jongbloed, A.W., Ernes, A.L.H. & Hoeden, E. van der (2007). Herbalans: een kritische blik op de fundamentele herbezinning burgerlijk procesrecht. Praktisch Procederen, 4, 101-106. Lust, S. (2006). De bestuursgeschillen. Stand van zaken en actuele ontwikkelingen: de hervorming van de Raad van State. In P. van Orshoven (Ed.), Gerechtelijk recht (Cahier Themis, 7) (p. 83-114). Brugge: die Keure. Lust, S. (2006). Procederen voor het Arbitragehof. Een inleiding. In F. Moeykens (Ed.), De praktijkjurist X (p. 93-176). Gent: Story Publishers. Orshoven, P. Van (2005). Beginselen van gerechtelijk recht. Geïllustreerde leidraad. Leuven: Acco. (XIII + 396 p.) Orshoven, P. Van, Broeckx, K., Laenens, J. & Maes, B. (Eds.) (2005). Gerechtelijk wetboek met bijzondere wetgeving 2005-2006. Brugge: die Keure. (1273 p.) Orshoven, P. Van & Schollen, P. (2006). Advocatenkosten: ook het Arbitragehof kijkt naar de wetgever. Juristenkrant, 26-4-2006, 13. Orshoven, P. Van & Boes, M. (2007). Beginselen van gerechtelijk recht. Geïllustreerde leidraad. Deel I. Leuven: Acco. (v + 175 p.) Orshoven, P. Van & Boes, M. (2007). Beginselen van gerechtelijk recht. Geïllustreerde leidraad. Deel II. Leuven: Acco. (vi + 206 p.) Rhee, C.H. van (2005). [Bespreking van het boek Gedwongen tussenkomst]. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 114-117. Sujecki, B. (2005). Elektronisches Europäisches Mahnverfahren – bald Realität oder doch in ferner Zukunft? Zeitschrift für Medien- und Kommunikationsrecht, XXV-XXVI. Sujecki, B. (2006). Verordnungsvorschlag zur Änderung der Europäischen Zustellungsverordnung – Ein Schritt in die richtige Richtung! Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 1. 343 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Sujecki, B. (2006). Das Europäische Mahnverfahren nach dem Gemeinsamen Standpunkt. Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 609. Sujecki, B. (2006). Europäisches Mahnverfahren: Elektronische Durchführung nach dem geänderten Verordnungsvorschlag. MultiMedia und Recht, 6, VIII. Sujecki, B. (2006). Niederlanden: Pilotprojekt Geldvordering-Online. MultiMedia und Recht, 8, XXIV-XXV. Sujecki, B. (2007). Das Sprachproblem im europäischen Zivilverfahrensrecht – Ein ungelöstes (unlösbares) Problem? Europäische Zeitschrift für Wirtschaftsrecht, 649. Sujecki, B. (2007). Elektronischer Rechtsverkehr im niederländischen Zivilverfahrensrecht. MultiMedia und Recht, 4, XI-XII. Sujecki, B. (2007). [Bespreking van het boek Maßnahmen zur Beschleunigung und Konzentration im neuen spanischen und deutschen Zivilprozess]. ERPL, 905-909. Sujecki, B. (2007). [Bespreking van het boek Europäisches Zivilprozessrecht]. ERPL, 315-318. Verkijk, R. (2005). Mediation, advisering en het nieuwe civiele procesrecht. Advocatenblad, 85(5), 243-245. Verkijk, R. (2005). Wel verschoning, geen helderheid. Advocatenblad, 85(11), 484-486. Verkijk, R. & Kroes, S. (2006). Streven naar de reputatie van probleemoplosser. Verslag themabijeenkomst Advocaat en mediation. Advocatenblad, 86(7), 320. Verkijk, R. (2007). Lichtzinnig procederen. Advocatenblad, 164-168. Wagner, K. (2005). ‘Commentaar bij art. 1456 Ger. W.’, in Commentaar Gerechtelijk Recht. (losbladig). Mechelen: Kluwer. ANNOTATIES Allemeersch, B. (2005). Noot bij: Gent (28-10-2004), (Het begrip ‘geheimen’ bij de toepassing van art. 458 Sw. en art. 36 O.C.M.W.-wet). R.W. 2005, p. 262-264. Allemeersch, B. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (30-10-2003), (Handhaving van een verplichte verzoeningspoging in rechte). R.W. 2005, p. 976-979 en p. 1160. 344 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Allemeersch, B. (2007). Noot bij: Gent 06-092006, Politierechtbank Brugge (15-09-2005) en Kh. Kortrijk (24-06-2004), (De heimelijke opname van een eigen (telefoon)gesprek als bewijs in burgerlijke en commerciële geschillen). DAOR, p. 333. Ernes, A.L.H. (2005). Noot bij: HR (08-10-2004), LJN-nummer AP1083, (Zaaknr.: C03/164 HR). NTBR 2005-1, p. 40-43. Ernes, A.L.H. (2005). Noot bij: HR (03-12-2004), LJN-nummer AR0275, (Zaaknr.: C03/205 HR). NTBR 2005-3, p. 135-136. Ernes, A.L.H. (2005). Noot bij: HR (11-03-2005), LJN-nummer AR7344, (Zaaknr.: C04/012 HR). NTBR 2005-5, p. 225-226. Fernhout, F.J. (2007). Noot bij: EHRM 22-02-2007, 17721/04 (Perlala), EHRC 2007-51, p. 496-497. Fernhout, F.J. (2007). Noot bij: EHRM 22-03-2007, 59519/00 (Staroszczyk), EHRC 2007-63, p. 611-613. Fernhout, F.J. (2007). Noot bij: EHRM 12-07-2007, 68490/01 (Stankov), EHRC 2007-105, p. 1047-1049. Grosheide, F.W. (2005). Wie is van hout? Het persoonlijke gevoel van de rechter. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 9, 423-424. Freudenthal, M. (2005). Noot bij: Rb. Haarlem (20-10-2004) en Rb. Rotterdam (28-04-2004), 57653/FARK 03-1304, (Betekeningsverordening, Betekening per post. Taalvereiste). JBPr 2005-15, p. 91-96. Freudenthal, M. (2005). Noot bij: HvJEG (28-04-2005), C-104/03, (Voorlopig getuigenverhoor. Bewarende maatregelen). JBPr 2005-47, p. 363-377. Freudenthal, M. (2005). Noot bij: Hof Amsterdam (28-07-2005), 670/05 SKG, (Cautio judicatum solvi of zekerheidstelling). JBPr 2005-70, p. 545-550. Freudenthal, M. & Ooik, R.H. van (2005). Noot bij: HR (08-04-2005), LJN: AR7930, (Ontvanger van de Belastingdienst Amsterdam t. verweerder (inzake de EG-Betekeningverordening)). SEW 2005-99, p. 541-546. Freudenthal, M. (2006). Noot bij: HvJEG (08-11-2005), (Strekking en vertaalproblematiek van art. 8 Betekeningsverordening, Leffler/Berlin). JBPr 2006-1, p. 13-26. Freudenthal, M. (2006). Noot bij: HvJEG (09-02-2006), (Betekeningsverordening, geen rangorde tussen wijzen van verzending en betekening, noot bij HvJEG 9 februari 2006, Plumex/Young). JBPr 2006-28, p. 155-162. 345 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Freudenthal, M. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (01-06-2006 en 29-062006), (Betekening krachtens art. 63 Rv en de Betekeningsverordening). JBPr 2006-85, p. 651-660. Jongbloed, A.W. (2005). Noot bij: Openbaar rapport Nationale Ombudsman (23-09-2005), 2005/290, Executief 2005-70, p. 164-167. Jongbloed, A.W. (2005). Noot bij: HR 15-04-2005 en HR (12-08-2005), JBPr 2005-50, p. 387-396. Jongbloed, A.W. (2005). Noot bij: HR 15-04-2005 en HR (12-08-2005), JBPr 2005-55, p. 444-451. Jongbloed, A.W. (2006). Noot bij: Voorzieningenrechter Maastricht (29-072005), JBPr 2006-27, p. 146-152. Jongbloed, A.W. (2006). Noot bij: Hof den Bosch (04-10-2005), JBPr 2006-48, p. 370-376. Jongbloed, A.W. (2006). Noot bij: HR (30-06-2006), JBPr 2006-63, p. 479488. Jongbloed, A.W. (2007). Noot bij: Rb. Rotterdam (08-11-2006), (Geen uitvoerbaar bij voorraadverklaring). JBPr 2007-42, p. 315-318. Jongbloed, A.W. (2007). Noot bij: Gerechtshof Arnhem (13-02-2007), (Dwangsom; proces-verbaal van constatering). JBPr 2007-49, p. 391-397. Jongbloed, A.W. (2007). Noot bij: HR (04-05-2007), (Dwangsom en omgangsregeling). JBPr 2007-63, p. 521-530. Jongbloed, A.W. (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (10-05-2007), (Dwangsom en verjaring). JBPr 2007-81, p. 651-658. Orshoven, P. Van (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (28-09-2001), (Gelukkig zijn niet alle beginselen van het recht algemene rechtsbeginselen) T.B.B.R., 2005, p. 58-59. Sujecki, B. (2007). Noot bij: HvJEG (11-10-2007), Neue Juristische Wochenschrift, p. 3706. Wagner, K. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (04-02-2005), (Het Hof van Cassatie tegen de vervanging van een gerechtsdeurwaarder bij de vaststelling van overspel: geen recht op slaap voor de gerechtsdeurwaarder!), R.W. 200506, p. 1174. 346 Grondslagen en beginselen van burgerlijk procesrecht in Europa Wagner, K. (2005). Noot bij: Hof van Cassatie (26-11-2004), ((1) Kennisgeving bij gerechtsbrief als aanvangspunt van de termijn: Hof van Cassatie contra Arbitragehof! (2) Hoger beroep in kort geding: verschijningstermijn, wijze van inleiding en sancties), R.W. 2004-05, p. 1671. Wagner, K. (2005), Noot bij Brussel (22-06-2004), (De schuldenaarsverklaring bij laattijdige of onnauwkeurige verklaring van de derde beslagene), RABG 2005, p. 306. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Coenraad, L.M. (2005). Kroniek Algemene beginselen. Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, 4, 118-122. Coenraad, L.M. (2007). Een behoorlijke klachtbehandeling, Procedurele aspecten van de klachtenregeling. In C.A. Joustra, R.J.Q. Klomp & P. Wiewel (Eds.), Beklaagde hoven. Klachtenregeling in de rechterlijke organisatie, Prinsengrachtreeks (Prinsengrachtreeks, 2007/2) (p. 29-52). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Grosheide, F.W. (2005). Het recht om niet in rechte betrokken te worden. In R.J.C. Flach et al. (Eds.), Rutgers-bundel, Opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 123-133). Deventer: Kluwer. Margetson, N.J. (2007). De grenzen van de exhibitieplicht. Praktisch Procederen, 143-146. Sagaert, V. (2005). Actuele ontwikkelingen inzake notarieel procesrecht. In L. Weyts & C. Castelein (Eds.), Notariële nieuwigheden (p. 103-137). Leuven: Universitaire Pers. Stiphout, M. van (2005). Consuetudo consuetudine vincitur. In R.J.C. Flach et al. (Eds.), Rutgers-bundel, Opstellen, op 26 april 2005 aangeboden aan Prof. Mr. G.R. Rutgers (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 321-328). Deventer: Kluwer. Storme, M.E. (2007). Algemene beginselen van bewijs in het vermogensrecht. In B. Allemeersch & P. Londers (Eds.), Bewijsrecht (Vlaams Pleitgenootschap Brussel) (p. 1-42). Gent: Larcier. 347 INTELLECTUELE EIGENDOM (GEASSOCIEERD PROGRAMMA) A. VOLLEDIGE TITEL Intellectuele eigendom B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin onderzoeksleiders Dhr. Prof.Mr. F.W. Grosheide (UU) Dhr. Prof.Mr. A.W.J. Kamperman Sanders (UM) 01-01-95 01-01-95 onderzoekers Mw. Prof.Mr. M. de Cock Buning (UU) Mw. Mr.Dr. M.H. Elferink (UU) Mw. Prof. A. Firth (Newcastle) Mw. Dr. G. van Overwalle (KUL)* Dhr. Mr. R. de Vrey (UU) 01-10-03 01-10-07 01-05-06 01-02-00 14-12-05 promovendi Dhr. Mr.Ir. R. Bakels (UM) Mw. Mr. L. Belder (UM) Dhr. Mr. D. Bosscher (UU) Mw. Mr. F. Claessens (UM) Mw. Mr. A. Dahrendorf (UM) Dhr. Mr. J. Koopman (UU) Dhr. Mr. D. Peeperkorn (UU) Mw. Mr. L. Quanjel-Schreurs (OU) Dhr. Mr. R. de Vrey (UU) Mw. E. Van Zimmeren (KUL) 01-05-04 01-05-04 01-10-02 01-03-03 01-10-07 01-10-02 01-05-04 01-02-07 01-05-04 01-06-07 * Einde 13-12-05 Participeerde voorheen in het opgeheven programma ‘Grondslagen van het privaatrecht’ 349 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 D. TREFWOORDEN Intellectuele en Industriële Eigendom; Octrooi-, Auteurs- en Merkenrecht; Oneerlijke Mededinging; Media en Communicatierecht E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Leiderschap, managementstijl & communicatie Het programma wordt geleid door de aan de Universiteit Utrecht verbonden onderzoeksleider Frederik Willem Grosheide en de aan de Universiteit Maastricht verbonden onderzoeksleider Anselm Kamperman Sanders, die de coördinatie van de werkzaamheden binnen het programma voor hun rekening nemen. Vanuit de coördinatoren wordt regelmatig via e-mailcorrespondentie met andere onderzoekers overlegd over te ondernemen activiteiten, bijvoorbeeld gezamenlijke congressen of de te organiseren workshop op de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Daarnaast vinden regelmatig workshops plaats waaraan een groot deel van de bij het programma betrokken onderzoekers deelnemen. Alle onderzoekers binnen het programma treffen zich derhalve minstens éénmaal per jaar tijdens de jaarlijkse Ius Commune conferentie. Daarnaast wordt ook in het kader van vele onderzoeksprojecten samengewerkt, in welk kader ook workshops worden georganiseerd. II. Programmaopzet a. Summary and Contents of the research programme Introduction Ever since its emergence in the late 19th century (Paris Convention 1883; Berne Convention 1886) intellectual property law in today's Information Society is by its very nature international in character. International in this respect means both transnational, reflected in legal instruments such as the TRIPS Agreement 1994 and the WIPO Copyright Treaty 1996, as well as European, evidenced in a host of legislation and court decisions within the EU and ad hoc bonds that surpass the EU such as the European Patent Convention 1975. Whereas both national and international intellectual property law traditionally focus on the economic interests of right owners (producers), in recent years the social and cultural aspects of intellectual property law, and as a consequence the interests of users (consumers and the public interest), have become prominent. This development is reflected in the first place by the ever more active role of UNESCO in this domain. Intellectual property law is now also placed in the perspective of protection, promotion and preservation of the cultural heri350 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) tage of mankind. This development has induced other stakeholders and actors in the field such as WB and IMF, to also take the social and cultural impacts of intellectual property law into account. In this respect the Development Agenda for the World Intellectual Property Organisation 2004, together with the related so-called Geneva Declaration 2004, issued by civil society, can be seen as consolidating developments so far. As a consequence, today's intellectual property law is of a rather global nature. However, the indicated state of affairs, on the international as well as on the European front, has led to a considerable fragmentation of actual intellectual property law. The lack of coherence and consistency of intellectual property law which follows from the indicated developments is the more pressing since the traditional conceptual framework of intellectual property law has also come under strain due to the technological changes which today's society is experiencing. From a European perspective all this is not only detrimental to furthering the internal market within the EU, but also requires a reassessment of the policy issues underlying actual intellectual property law. In this sense the programme takes a pivotal view of the EU's role as an actor in shaping international intellectual property policy, as well as a recipient, conduit and implementer of international intellectual property policy in its Member States. General Approach The research programme aims to acquire a clear view of the feasibility and desirability of the harmonisation and unification of intellectual property law in Europe, more particularly the EU, taking account of the international agendas of WIPO, WTO and UNESCO in this respect. Proper attention will also be given to cultural constraints in general and the effect of the principles of proportionality and subsidiarity in the EU in particular. Intellectual property law in this respect has to be considered in a broad sense, not only referring to the traditional intellectual property law domains of copyright law and patent law but also encompassing communication and media law as well as the protection of cultural expressions and indigenous knowledge and that of cultural property. In that perspective the research will concentrate on the tension between intellectual property law seen from a proprietarian perspective and intellectual property law seen from a human rights perspective. The research programme will contribute by means of Ph.D. theses (see the annexed overview) monographs, articles and conference papers to furthering and elaborating the study of both the foundations and the technical set-up of intellectual property law, all this within the perspective of a possible harmonisation or unification of substantive law. In doing so, the following steps will be taken: selecting, on the basis of an overview of substantive national intellectual property laws in the EU and the US, a number of sub-themes (e.g. copyright contract law, protection of cultural property, cross-border enforcement), that are most appropriate for being taken into account in this respect, bearing in mind the determining factors in the EU such as differences in national legal cultures and legal tech351 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 niques; indicating whether and how harmonisation or unification with regard to the selected sub-themes can be attained, leading to proposals concerning issues where harmonisation or unification appears to be within reach. Seminars will be organised on a regular basis so as to publicly communicate the developments in the research fields. Reporting on the activities of the research group (publications) will take place according to the capabilities of the participating faculties and individual researchers in the programme. Teaching Teaching and dissemination of research is a strong feature of the programme. Many participants in the programme teach and lecture in advanced courses for professionals and post-graduate students in international networks in Europe and Asia, such as the European Intellectual Property Institutes Network and the IEEM Intellectual Property Law School (see under point 5 below). The programme also has strong links with teaching at master level at Utrecht University and Maastricht University. This strengthens the research in this programme in the sense that dissemination, teaching and discussion in the classroom provides the participants in the programme with the opportunity to revisit, re-assess and fine-tune their research. Courses taught in Utrecht and Maastricht: - Intellectuele Eigendom 1 (Industriële eigendom) (UU) The aim of this course is to provide an introduction to Dutch industrial property law from a EU perspective. The course is based upon Dutch national law, EU law (Regulations and Directives) and other European legal instruments (EPC among others), and international law (Paris Convention among others). - Intellectuele Eigendom 2 (Auteursrecht 1) (UU) The aim of this course is to provide an introduction into Dutch Copyright law from a EU perspective. The course is based upon Dutch national copyright law, EU law (Directives), and international law (Berne Convention, WIPO CT among others). - Intellectuele Eigendom 3 (Mediarecht) (UU) The aim of this course is to provide an insight into the structure and cohesion of media and communication law, in particular the private law aspects of the free flow of information. - Intellectuele Eigendom 4 (Octrooirecht) (UU) The aim of this course is to provide a broad insight into patent law, both in the EU context and on a worldwide scale. 352 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) - Intellectuele Eigendom (Comparative Copyright) (UU) The aim of this course is to provide an insight into the world's major copyrights traditions: the European authors' right (droit d’auteur; Urheberrecht) tradition and the Anglo-American (copyright) tradition. The course is based on the study and comparison of Dutch, French, German, English, and American copyright law within the international framework of the Berne Convention, the Universal Copyright Convention, the WIPO Copyright Treaty, the TRIPS Agreement and the Treaty of Rome on Neighbouring Rights. After a general introduction to the historical background, ideology and structure of the different national legal systems, attention will focus on the work of authorship concept (idea/expression dichotomy, publisher's interests) exploitation contracts and databases. - European and International Intellectual Property Law (UM) The aim of this course is to provide a comprehensive overview of industrial and intellectual property rights in a globalised trade environment. As such issues of regional integration and harmonisation of national IPR-law in the EU is juxtaposed with international developments in the WTO and WIPO. Special emphasis is placed on the challenges that globalisation of trade and information infrastructures present for the legitimacy and balance of the IPR-regime. - Intellectual Property and the Information Society (UM) This course is offered as an elective course in the master ‘Infonomics’ of the Maastricht Faculty of Economics and Business Administration, but it is also open to law students. It covers the origin and history of current economic theory on providing incentives to innovation in the information society. Substantive legal aspects of industrial and intellectual property and the management of IPRs is juxtaposed with technological developments in the vibrant market for multimedia, (open source) software, file sharing, domain name grabbing, and placed in the context of competition, management of IPR and electronic commerce. - Media Law (UM) Media Law is offered at the Faculty of Law and is also part of a minor ‘Art and Law’ that is offered in cooperation with the Faculty of Arts and Culture. The course approaches media as a communications phenomenon and touches upon aspects of freedom of expression and plurality of the media, telecom, internet and ICT sectors from the perspective of human rights and sector-specific regulation in the context of European and economic law. - International Intellectual Property Law and Policy (UM) This course if offered in the ‘Track Globalization, Trade and Development’ of the Master Public Policy and Human Development (MPP) of the Maastricht Graduate School of Governance. It provide an introduction to policy aspects of international intellectual property issues and their connection 353 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 with efforts to free world trade (WTO) and of regional integration, such as the European Union, NAFTA, and ASEAN, to create an internal market with a level playing field for the protection of intellectual property and economic development in innovation and creativity. - Masters Intellectual Property Law and Knowledge Management (UM) During 2006-2007 a lot of time has been spent on setting up two full postgraduate master programmes on Intellectual Property Law and Knowledge Management (LL.M/MSc.), which will start from 1 September 2008. The programmes will train graduates at an advanced level to work in legal practice, management in knowledge-intensive industries (e.g. high-tech, biotech, life sciences) and research institutes. Although both degrees will each have their own specialization and focus, they will also have a large number of courses in common, so as to train lawyers and non-lawyers to work together across their respective disciplines. The MSc. programme will furthermore prepare graduates for work as patent attorneys. In this context there will be a strong emphasis on practical technical language training and skills training in respect of patent drafting, interpretation and litigation. The LL.M degree trains its graduates for legal practice or consultancy in the field of intellectual property and knowledge management. The programmes will also prepare graduates for further academic studies and research-oriented career prospects as PhD candidates. Most of all, the programmes offer graduates with a degree in law or related fields and graduates with a degree in science or medicine to jointly learn about the role of intellectual property law in commerce, research and innovation policy, from validation of knowledge and registration of intellectual property, to transfer of technology and the management and commercialization of all human intellectual and industrial creativity. The programmes will be taught by residential and non-residential staff from academia, practice and the judiciary, among them a lot of members of the OZIC IP programme hailing from Maastricht and Utrecht. The prestigious Stockholm Network (<http://www.stockholm-network.org>) has pledged three scholarships of US$9000 each for outstanding postgraduate students wishing to enter these programmes. See <http://www.law.unimaas. nl/masters>, then click ‘Intellectual Property Law and Knowledge Management’ for more information. The inception of these programmes furthermore enables the IP research group to participate in the European Intellectual Property Institutes Network (<http://www.eipin.org>) in the years to come. b. Actualisering Since 2003 a common focus for this research programme on the role of IPR in regional and international integration processes has been found in the relation between intellectual property law and human rights. To highlight this theme a conference resulting in a special issue of the Molengrafica Series was organised on 3-4 July, 2006 ‘The Human Rights Paradox in Intellectual Property Law’ 354 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) (<http://www2.law.uu.nl/priv/cier/CIER%20Conference/index.htm>). On the basis of this focus of the CIER lustrum conference more work was undertaken on the increasing societal awareness of the role and place of IPR in international economic development and the protection of cultural heritage. This was reflected by the substantial input from UU and Maastricht IP researchers to the conference ‘The Protection of Cultural Diversity from and International and European Perspective’, 18-19 March, 2007. Much of 2007 has been spent on collecting and editing of materials from the CIER lustrum conference of 2006. The publication with Edward Elgar is foreseen in an English language CIER series. Parallel to this elaboration on the research theme, a conference was organised in Maastricht around the inaugural lecture of Prof. Kamperman Sanders in 2005, which in part resulted in the publication of volume four in the Heath/Kamperman Sanders edited International Intellectual Property Law Series with Hart Publishing. Volume four is entitled ‘Intellectual Property and Free Trade Agreements’. Currently volumes five and six are being edited. These volumes will equally deal with the core issues of the research programme, covering: ‘Intellectual Property, Spares and Repairs’ and ‘Industrial Property and Pharmaceuticals’. Dutch law was covered by the CIER publication of the second and totally new edition of ‘Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht’, edited by Grosheide and De Cock Buning. The review period also saw the inaugurations of De Cock Buning in 2006 at the UU as extraordinary professor Media en Communicatierecht and Van Englen, also at the UU, in 2007 as extraordinary professor Overdracht en Licentiering van Technologie. Progress has been made in bolstering the numbers and breath of expertise of the research group, especially in the years 2006-2007. More efforts are, however, necessary. Van Engelen will strengthen the ranks of the IP programme in future, and a new PhD candidate, Anke Dahrendorf (UM) has commenced work on a thesis dealing with ‘Intellectual Property Rights in International Trade and Investment: Multilateral versus Bilateral/Regional Options’. It is furthermore foreseen that non-residential staff teaching in the Masters IP and Knowledge Management and the EIPIN network can be brought on board. The inclusion of Prof. Jan Brinkhof, and Bas Pinckaerts, both from the UU, to the IP research group has already been put to the board of the board of the OZIC. III. Beoogde resultaten a. General nature Modern IPR-law is an invention of the 19th century. It gained its actual shape not later than 1883 and 1886 when the Paris Convention and the Berne Convention were established. In those days IPR-law was part of the public debate and figured on the political agenda all over Europe. IPR-law was no longer a limited concept, relevant only to certain interest groups, as it had been for a long time previously. The explosion of mass culture coinciding with a rapid emergence of new technologies had thrust IPR-law into an environment where im355 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 mense political, social, cultural and economic forces were operating. And although it was considered from the outset to be in the public interest that IPRlaw should balance the interests of rights owners and society at large, this objective has not always been attained. Since these early days things did not change very much during the largest part of the 20th century. The same issues still inflamed the public debate and dominated the political agenda, albeit in a more articulate way. An articulation that found its origin mainly in societal and technological developments leading to the transformation of the Industrial Society, into the Information Society. The societal developments that merit attention here are the advent of the welfare state, the increase in cultural participation and the establishment of new forms of entrepreneurial activities. The technological developments once and for all concern the exponential growth of the possibilities to produce IPR-protected material driven and dominated by the computer or biotechnology. From the IPR-point of view, the advent of the information era within the ‘epistemic communities’ of IPR-law is seen as being at the roots of challenges facing IPR law and policy, there being basically three main problems: - problems with respect tot the societal acceptance of the law of IPR (consumerism; enforcement problems; ethics; public interest); problems with regard to legal concepts of the law of IPR (elasticity and consistency of the available legal conceptual terms; problems with regard to existing differences in legal technique. A reply to these challenges is the development of a new field of legal comparative activity: the comparative research-based drafting of European principles on different fields of private law, Dutch as an intellectual property law. Communication and media law comes into play here in as far as the interaction between copyright law and the freedom of expression is concerned. b. Research subject chosen Politico-legal aspects/Legal basis In the last part of the 20th Century it became clear that issues of legal policy lie at the heart of intellectual property law. This goes right to the heart of this domain since it puts under strain the traditional foundations thereof (the subject and object of protection; the scope of protection; limitations and exceptions). This state of affairs can be well illustrated by pointing at the different attitudes and approaches taken towards intellectual property law by WIPO, WTO and UNESCO. In the research programme this perspective is prominently taken in the dissertations and concurring articles and papers by Belder (Cultural Property), Koopman (Traditional Knowledge), Kamperman Sanders (Geographical Indications/ 356 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Antitrust and Research Exemptions/Free Trade Agreements) as well as in the theoretical reflections on the influence of human rights by Grosheide, and the more practice-oriented treatises and monographs by Belder, Brinkhof, De Cock Buning, Firth and Grosheide. Dupont's dissertation on defamation and her article on the freedom of expression equally comes to terms with both politicolegal aspects and aspects of the foundations of the law. Enforcement Law enforcement, the importance of which in the field of intellectual property law is underlined by its recent harmonisation in the EU through a directive, is at issue in a monograph to be written as a joint effort by several researchers from the research programme (Brinkhof, De Cock Buning, Grosheide; Bosscher, Deurvorst, De Vreij). The monograph will be both reflective and descriptive. Applicability and appropriateness The way in which the various sub-domains of intellectual property law are applied is the subject of a loose-leaf treatise, prepared and published by Brinkhof, Grosheide and an editor not belonging to the research group, and to which, together with the editors, other members of the research group will contribute (De Cock Buning, Dupont; Boscher, Deurvorst). Other continuing projects such as an Art Law Case Book by Belder fall into this category. The appropriateness of the law in question, particularly copyright law (how does digitisation fit into the existing dogmatics?), is at stake in De Cock Buning's paper for the 2006 conference of the International Academy of Comparative Law. IV. Relatie tot de onderzoekschool As is clear from the description, this programme contributes to the central theme of the Ius Commune Research School in that it focuses on the role of IPR in regional and international integration processes thus highlighting its social and scientific relevance in relation to: a. EU Although the general law of IPR has not been affected in all sectors of EU legislation, nevertheless there are by now several specific fields of law concerning IPR in which relevant EU legislation applies. The scope of this legislation is constantly developing as part of the gradual evolution of European Community Law. b. International The need, and as a consequence, the social and scientific relevance of the harmonisation and unification of intellectual property law in an international set357 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 ting speaks for itself, taking into account the observations made above. It is particularly reflected in the drafting of inter-governmental and non-governmental legislative instruments such as EC Regulations and Directives or the WIPO Dispute Settlement Regulation as well as the case law of the European Court of Human Rights, the European Court of Justice and the WTO Dispute Settlement Body. Furthermore the programme's innovative aspect is to approach the planning of IPR-law within the perspective of European integration with an integral approach. Ipr-law is seen as a coherent subsection of private law as regards to the underlying principles into which IPR-law is bound. A less frequented and more general view of the various bodies of IPR-law is therefore required. In a more practical context all participating researchers are actively involved in the research programme of the Ius Commune Research School. Seminars have and will be organised on a regular basis so as to inform each other and other researchers about the developments in the research field. Reporting on the activities of the research group (publications) takes place according the capabilities of the faculty, the university and the research school. V. Academische reputatie Many researchers in this programme participate in international networks and publish in English language and peer reviewed journals or book series. Members of the programme have acted as rapporteur for various EC Commission Expert Group reports. Furthermore there is cooperation and active participation in the European Intellectual Property Institutes Network (Queen Mary London, CEIPI Strasbourg, ETH Zurich, Magister Lucentinus Alicante, Max-Planck Institut Munich), the AHRB Copyright Research Network, Birkbeck University School of Law London, the AHRC Research Centre for Studies in Intellectual Property and Technology Law Edinburgh, and the Institute of European Studies of Macau Intellectual Property Law School. Prof. A. Kamperman Sanders acted as Appraiser/Consultant for the EC Multilateral Trade Assistance for Cambodia in 2006, carried out by the Deutsche Gesellschaft für Technische Zusammenarbeit (GTZ); training the sitting judiciary. The inception of the Masters Intellectual Property Law and Knowledge Management (LL.M/MSc.) at the UM raises the profile even further, with the Stockholm Network pledging three grants of US$9000 each for outstanding students wishing to pursue post-graduate studies in IP Law. 358 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) VI. Effecten van de samenwerking As can be seen from the achievements, cooperation has led to many projects, publications and conferences that would otherwise not have been possible, especially where it concerns access to and the ability to build international networks. Prof. F.W. Grosheide is serving as member of the Vaste Adviescommissie Auteursrecht of the Dutch Ministry of Justice, as member of the Geschillencommissie Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (SENA), as member of the Executive Committee of the International Association for the Advancement of Teaching and Research in Intellectual Property (ATRIP) and as a member of the Executive Committee of the Association Littéraire et Artistique Internationale (ALAI), in that capacity contributing to the organisation of several seminars and conferences worldwide. He also serves as member of the board of editors of Intellectuele Eigendom & Reclamerecht. In cooperating with the AHRB Research Center for Studies in Intellectual Property and Technology Law, University of Edinburgh, he has secured contributions from members of this research group to the 2006 CIER conference and the resulting book, and is acting as reviewer for the AHRB digital publication ‘SCRIPT’. He acts as member of an expert group on the Fundamentals of IP Contracts, led by the Max Planck Insitute in Hamburg. Prof. M. de Cock Buning, is member of the executive of the Vereniging voor Auteursrecht and member of the board of editors of Intellectuele Eigendom & Reclamerecht. She was appointed as extraordinary professor Media- en Communicatierecht at Utrecht University in 2006. She acts as Arbiter, Domain name Dispute Resolution at the World Intellectual Property Organisation. In cooperation with the Ministerie OCW, Nederlands Uitgevers Verbond, Publieke Omroep, she is responsible for the Quickscan Crossmediale publiekprivate samenwerking (April 2006). Prof. A. Kamperman Sanders acted as initiator, academic director and convenor of the annual IEEM Intellectual Property Seminar over the course of several years in cooperation with the Institute of European Studies of Macau (IEEM), China. This has enabled participants to the programme to attend and act as speaker at the seminar. A book series published by Kluwer Law International and subsequently Hart Publishing has been firmly established as a result. This cooperation furthermore led to the inception of the IEEM Intellectual Property Law School in 2004. The aim of the IEEM IPLS is to provide advanced postgraduate teaching in European and International Intellectual Property Law, student and researcher exchange between Asia and Europe, and funding for PhD research. To this end the IEEM now acts as sponsor to a chair of European and International Intellectual Property Law at Maastricht University. He is member of the executive of the Vereniging voor Mededingingsrecht, member of the board of editors of Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, and member of the 359 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 advisory board of the Intellectual Property Quarterly. He has repeatedly acted as external reviewer of PhD research proposals/work in progress for researchers of the EIPIN network. The CIER and the Faculty of Law at Maastricht University participated in a consortium on a European Commission project on the effect of software patents. The MERIT (Maastricht Economic Research Institute on Innovation and Technology) was the consortium's administrative beehive. The project was successfully completed in December 2007. The PhD thesis by Bakels on ‘Techniekbegrip in the Octrooirecht’ (to be defended early 2008) is in part a byproduct of this project. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 0,90 0,20 2,75 1,03 0,20 2,75 1,10 0,20 0,05 G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN I. Conferences and Seminars organised 2,75 ¾ ‘Free Trade, Competition and the Enforcement of Intellectual Property Rights in a Global Economy’, Maastricht University, 19-20 May, 2005 (<http://www.unimaas.nl/default.asp?template=werkveld.htm&id=B4LBF4 X57R4O37G55521&taal=nl>). ¾ ‘The Human Rights Paradox in Intellectual Property Law’, Utrecht University, 3-4 July, 2006 (<http://www2.law.uu.nl/priv/cier/CIER%20Con ference/index.htm>). ¾ ‘The Protection of Cultural Diversity from and International and European Perspective´, Maastricht University, 18-19 March, 2007 (<http://protectioncultural-diversity.com/>); with substantial input from UU and Maastricht IP researchers to the conference. ¾ Chair of European and International Intellectual Property Law, Maastricht University, sponsored by the Institute of European Studies of Macau SAR China, (<http://www.ieem.org.mo/courses/ipl/index.html>). 360 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) ¾ 6th Annual IEEM Intellectual Property Law Seminar; International Intellectual Property and Free Trade Agreements: Multilateralism versus Bilateralism, 27-28 June 2005, Macau, China. ¾ 7th Annual IEEM IP Seminar; International Intellectual Property Law: Repairs, Interconnections and Consumer Welfare, 26-27 June 2006, Macau, China; ¾ 8th Annual IEEM IP Seminar; International Intellectual Property and Pharmaceuticals, 25-26 June 2007, Macau, China. ¾ 9th Annual IEEM IP Seminar; International Intellectual Property – Territorial Rights and Global Trade, 25-26 June 2008, Macau, China. II. Contractonderzoek ¾ Asian Development Bank J. Mataram University School of Law Indonesia (PhD research L.M. Hayyan ul Haq). ¾ The CIER (De Cock Buning) participated with the Ministerie OCW, Nederlands Uitgevers Verbond, and the Publieke Omroep, to provide the Quickscan Crossmediale publiek-private samenwerking (April 2006) ¾ The CIER (Brinkhof and Grosheide) and the Faculty of Law at Maastricht University (Bakels and Kamperman Sanders) participated in a consortium on a European Commission project on the effect of software patents. This project was successfully completed in December 2007. H. VOORTZETTING I. General As indicated above a common focus for this research programme on the role of IPR in regional and international integration processes has been found in the relation between intellectual property law and human rights. In 2006 this resulted in a conference on the relation between intellectual property law and human rights law. In this light there is an increasing focus on research involving the formulation of a European answer to the challenges of globalisation. The challenge of globalisation places the EU in the position of an actor in bringing about and recipient of legal norms on free competition, protection and transfer of technology, innovation, intellectual and industrial creativity, traditional knowledge and cultural heritage. 361 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 II. Personnel Prof. Alison Firth of the University of Newcastle joined the research group in an effort to strengthen the Common Law profile of the programme. Further strengthening of this aspect of the research profile is foreseen by the inclusion of the IP group of Edinburgh University. Ms. Lieke Quanjels-Schreurs of the Open University of the Netherlands, and PhD candidate at Utrecht University (promotor Prof. Mr. F.W. Grosheide) also joined the research group. At Maastricht University Ms. A. Dahrendorf started a PhD research project on Intellectual Property Rights in International Trade and Investment: Multilateral versus Bilateral/Regional Options; promotores: Prof. A. Kamperman Sanders and Prof. P. van den Bossche. Ms. E. Van Zimmeren of the KU Leuven joined the research group on a PhD research project Patent Reform at both Sides of the Atlantic: Momentum to Revisit the Balance between Patent and Competition Law; promotor: Prof. Dr. F. Gotzen and Dr. G. van Overwalle. This means that the group is now also incorporating more researchers from the Centrum voor Intellectuele Rechten (CIR) of the KUL. III. Activities The Ninth Annual IEEM IP Seminar will be held in Macau towards the end of June 2008, which will again result in a book. At Maastricht University an initiative to set up new advanced masters Intellectual Property Law and Knowledge Management (LL.M/MSc.) was supported. It is foreseen that various partners, including the CIER UU, will participate in the creation and teaching of this master, of which the start is scheduled for 1 September 2008. This new initiative also paves the way for further cooperation of the research group in the European Intellectual Property Institutes Network that organises seminars and training for PhD researchers and staff. IV. PhDs The following PhD defences are scheduled for 2008: - Reinier Bakels – Universiteit Maastricht (manuscript approved by reading committee, awaiting date for defence in April 2008) - Lucky Belder – Universiteit Utrecht - Fleur Claessens – Universiteit Maastricht - Jerzy Koopman – Universiteit Utrecht. 362 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) I. KERNPUBLICATIES All six publications mentioned under ‘kernpublicaties’ and ‘uitstekende publicaties’ cover the core of the research programme. This concerns the tailoring of intellectual property protection so as to raise its acceptability and usefulness in light of globalisation. Most research undertaken therefore concerns access to information, technology transfer, respect for human rights, and economic and cultural development. The list of publications is testament to this common research objective. The six publications selected provide an overview of what type of work is undertaken by all members concerned, and demonstrate that, despite the fact that the researchers are dispersed over several institutions, there is a common outlook to their work. In order to highlight the international outlook, only English language publications have been selected, especially those that have been either peer-reviewed, or edited by a renowned external academic not belonging to the research group, and/or published by a major academic publisher. The division between ‘kern’ and ‘uitstekend’ is rather arbitrary. For the purpose of this review it was considered that highlighting the work of two young researchers and one relatively new to the research group would be nice. Overwalle, G. van, Zimmeren, E. van et al. (2006). Models for facilitating access to patents on genetic inventions. Nature Review Genetics, 143-148. Koopman, J. (2007). Meeting at and passing by new frontiers: Interfaces between cultural heritage and intellectual property. In W.L. Wetzels (Ed.), Language endangerment and endangered languages (Linguistic and anthropological studies with special emphasis on the languages and cultures of the Andean-Amazonian border area) (CNWS publications, 154) (p. 59-87). Leiden: CNWS Publications. J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Belder, L.P.C. (2007). Cultural Expressions. From Common Source to Public Domain. In New Directions in Copyright Law (New Directions in Copyright Law Series, 4) (p. 35-52). Cheltenham: Edward Elgar. Grosheide, F.W. (2006). Globalisation, Convergence and Divergence in International Copyright Law: A Question of Expediency or of Right? In F. Macmillan (Ed.), New Directions in Copyright Law (Volume 2) (p. 37-60). Cheltenham: Edward Elgar Verbeure, B., Overwalle, G. van et al. (2006). Patent pools and diagnostic testing. Trends in Biotechnology, 3(24), 115-120. 363 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Intellectual Property Treaties and Development. In D. Gervais (Ed.), Intellectual Property, Trade and Development Strategies to Optimize Economic Development in a TRIPS-Plus Era (p. 157170). Oxford: Oxford University Press. K. DISSERTATIES Vrey, R.W. de (13 december 2005). Towards a European Unfair Competition Law: A Clash Between Legal Families. Universiteit Utrecht (400 p.) (Leiden/ Boston: Brill Academic Publishers). Prom./coprom.: Prof. F.W. Grosheide. L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Bakels, R.B. (2005). A New Paradigm in Patent Law: The Vertical Concept of Technology. In F.W. Grosheide & J.J. Brinkhof (Eds.), Articles on Crossing Borders between traditional and actual (p. 349-365). Antwerp: Intersentia. Bakels, R.B. (2005). Wat is een evenwichtige benadering van softwareoctrooien? (What is a Balanced Approach to Software Patents). Computerrecht, 20053, 134-135. Brinkhof, J.J. (2007). Over ‘The Desire for Harmonisation’ en ‘The Avenue To Disunity’. Zit de Nederlandse octrooirechtspraak wel op het juiste spoor? In D.J.G. Visser et al. (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 11-23). Amsterdam: deLex. Cock Buning, M. de (2005). Public domain, room for opportunities or an ever tighter fit? In F.W. Grosheide & J.J. Brinkhof (Eds.), Intellectual property law 2004: articles on crossing borders between traditional and actual (Molengrafica Series, 15) (p. 157-165). Antwerp: Intersentia. Cock Buning, M. de (2005). Auteursrecht en informatievrijheid: over de beperkte toepassing van artikel 10 EVRM. Mediaforum, 4, 157-165. Cock Buning, M. de (2006). De mediamachine als zevenkoppig monster (Inaugurele rede Universiteit Utrecht, 2006, mei 30). Amsterdam: Otto Cramwinckel. (46 p.) Cock Buning, M. de (2006). Creative Commons-licenties in het auteursrecht: common sense? In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 239-246). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. 364 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Cock Buning, M. de (2006). De parodie-exceptie nader beschouwd. In F.W. Grosheide (Ed.), Parodie: parodie en kunstcitaat: monografie van de uitgewerkte en geactualiseerde voordrachten die zijn gehouden tijdens de bijeenkomst van Vereniging voor Auteursrecht 30 januari 2004 (p. 103-121). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Cock Buning, M. de & Grosheide, F.W. (2006). The Digitalizing of Literary and Musical works. In S. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands Report to the Seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 297-322). Antwerp: Intersentia. Cock Buning, M. de & Grosheide, F.W. (Eds.). (2007). Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht, beschouwingen over de juridische aspecten van openbare communicatie en massamedia. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (480 p.) Cock Buning, M. de (2007). Pers. In M. de Cock Buning & F.W. Grosheide (Eds.), Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht, beschouwingen over de juridische aspecten van openbare communicatie en massamedia (p. 81-113). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Cock Buning, M. de (2007). Omroep. In M. de Cock Buning & F.W. Grosheide (Eds.), Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht, beschouwingen over de juridische aspecten van openbare communicatie en massamedia (p. 115-148). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Cock Buning, M. de (2007). Commerciële uitingen. In M. de Cock Buning & F.W. Grosheide (Eds.), Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht, beschouwingen over de juridische aspecten van openbare communicatie en massamedia (p. 297-336). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Cock Buning, M. de & Poelmann-Teijgeler, S. (2007). Europese Verordening voedings- en gezondheidsclaims laat zich lastig verteren. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 271-287. Elferink, M.H. (2007). Auteursrecht op normalisatienormen revisited. In D.J.G. Visser & D.W.F. Verkade (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 79-90). Amsterdam: deLex. Engelen, Th.C.J.A. van (2007). Intellectuele eigendom en internationaal privaatrecht. (Boom Juridische Praktijkboeken). Den Haag: Boom Juridische uitgevers (235 p.) Engelen, Th.C.J.A. van (2007). Tijden veranderen: stil staand ga je achteruit (oratie bij het aanvaarden van het ambt van bijzonder hoogleraar licentiering en overdracht van technologie, 14-11-2007). Firth, A., Cornford, P. & Lea, G. (2006). Trade Marks: Law and Practice. Bristol: Jordan Publishing Ltd.. (387 + II p.) 365 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Firth, A. & Phillips, P. (2006). Border measures at the national level – United Kingdom. In O. Vrins & M. Schneider (Eds.), Enforcement of Intellectual Property Rights through Border Measures – Law and Practice in the EU (p. 1059-1096). Oxford: Oxford University Press. Firth, A. (2007) Seabirds, series and sonar: Claiming registered rights. In G. Westkamp, (Ed.), Emerging Issues in Intellectual Property (p. 160-175) Cheltenham: Edward Elgar. Grosheide, F.W. & Brinkhof, J.J. (Eds.). (2005). Intellectual property law 2004: articles on crossing borders between traditional and actual (Molengrafica Series, 15). Antwerp: Intersentia. Grosheide, F.W. (2005). General Introduction. In F.W. Grosheide & J.J. Brinkhof (Eds.), Intellectual property law 2004: articles on crossing borders between traditional and actual (Molengrafica Series, 15) (p. xi-xiv). Antwerp: Intersentia. Grosheide, F.W. (2005). Hoe slaafs mag men nabootsen? Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 21, 270-272. Grosheide, F.W. & Thole, E. (2005). SPAM: The European and Dutch Way. Journal of the Japan-Netherlands Institute, VIII, 104. Grosheide, F.W. (2006). Vooruitgang in het burgerlijk recht? (Afscheidsrede Universiteit Utrecht, 5 april 2006). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (50 p.) Grosheide, F.W. (2006). Hoofdstuk 16. E-commerce. In E.H. Hondius & G.J. Rijken (Eds.), Handboek consumentenrecht: een overzicht van de rechtspositie van de consument (p. 327-350). Zutphen: Paris. Grosheide, F.W. (2006). Van de brug af gezien. Kroniek van wetgeving, jurisprudentie en literatuur 2005. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 22(2), 57-77. Grosheide, F.W. (2007). Grenzen aan de groei door te snoeien op maat. In D.J.G. Visser et al. (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 111-120). Amsterdam: deLex. Grosheide, F.W. (2007). Hoofdstuk I – Inleiding. In F.W. Grosheide & M. de Cock Buning (Eds.), Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht (p. 17-78). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Grosheide, F.W. (2007). Hoofdstuk VI – Toegang tot informatie. In F.W. Grosheide & M. de Cock Buning (Eds.), Hoofdstukken Communicatie- en Mediarecht (p. 239-296). Nijmegen: Ars Aequi Libri. 366 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Grosheide, F.W. (2007). In search of the public domain during the prehistory of copyright. In Ch. Waelde & H. MacQueen (Eds.), Intellectual Property – The Many Faces of the Public Domain (p. 1-20). Cheltenham: Edward Elgar. Grosheide, F.W. (2007). Preparing a Judicial Rule. In C. Arnaud (Ed.), Regards sur les sources du droit d'auteur: Congrès ALAI, 18-21 septembre 2005, Paris (Exploring the sources of copyright: ALAI congress, September 18-21, 2005, Paris) (p. 480-484). Paris: ALAI. Grosheide, F.W. (2007). Op de grens van auteursrecht en merkenrecht (VvAledenvergadering 27 oktober 2007). Tijdschrift voor Auteurs-, Media- & Informatierecht, 3, 65-66. Kamperman Sanders, A.W.J. (2005). The Development Agenda for Intellectual Property (Inaugurele rede, Universiteit Maastricht, 20 mei 2005). Maastricht: Unigraphic. (36 p.) Kamperman Sanders, A.W.J. & Heath, C. (Eds.). (2005). New Frontiers of Intellectual Property Law IP and Cultural Heritage – Geographical Indications – Enforcement – Overprotection. Oxford: Hart Publishing. (356 p.) Kamperman Sanders, A.W.J. (2005). Future Solutions for Protecting Geographical Indications. In C. Health & A.W.J. Kamperman Sanders (Eds.), New Frontiers of Intellectual Property Law IP and Cultural Heritage – Geographical Indications – Enforcement – Overprotection (p. 133-148). Oxford: Hart Publishing. Kamperman Sanders, A.W.J. (2005). Essential Facilities on the Crossroads of Intellectual Property and Competition Law. In C. Health & A.W.J. Kamperman Sanders (Eds.), New Frontiers of Intellectual Property Law IP and Cultural Heritage – Geographical Indications – Enforcement – Overprotection (p. 245266). Oxford: Hart Publishing. Kamperman Sanders, A.W.J. (2006). Limits to database protection: fair use and scientific research exemptions. Research Policy, 35, 854-874. Kamperman Sanders, A.W.J. & Heath, C. (Eds.) (2007). International Intellectual Property and Free Trade Agreements. Oxford: Hart Publishing. (282 p.) Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Intellectual Property Law and Policy, and Economic development with special reference to China. In T. Eger, M. Faure & Z. Naigen (Eds.), Economic Analysis of Law in China (p. 239-271). Cheltenham: Edward Elgar. 367 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Les obligations en matière d'accès après l'affaire IMS Health – Politique de concurrence rationnelle et logique animalière/Access Obligations after IMS Health – Rational Competition Policy and a bit of Animal Logic. In ALAI (Ed.), Regards sur les sources de droit d'auteur/ Exploring the Sources of Copyright – ALAI Congress September 18-21, 2005 (p. 689-698). Paris: ALAI. Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). The development Agenda for Intellectual Property. In A.W.J. Kamperman Sanders (Ed.), International Intellectual Property and Free Trade Agreements (p. 3-26). Oxford: Hart Publishing. Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Vrij reizen trekt zware wissel op minst ontwikkelden. De afname van technologie- en kennisoverdracht door vrijhandelsakkoorden. In D.J.G. Visser et al. (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 111-120). Amsterdam: deLex. (p. 187-198). Koopman, J. (2005). Bumps and bends in the road to intellectual property for traditional knowledge. On knowledge models, legal orders and the anti-commons in biotechnology. In F.W. Grosheide & J.J. Brinkhof (Eds.), Intellectual property law 2004: articles on crossing borders between traditional and actual (Molengrafica Series, 15) (p. 247-277). Antwerp: Intersentia. Koopman, J. (2005). Octrooiering van biotechnologische uitvindingen en goede zeden: Recht onder vuur! Deel 2. Bijblad bij de Industriële Eigendom, 73(11), 447-455. Koopman, J. (2005). Octrooiering van biotechnologische uitvindingen en goede zeden: Recht onder vuur! Deel 2. Bijblad bij de Industriële Eigendom, 73(12), 503-512. Koopman, J. (2005). Reconciliation of proprietary interests in genetic and knowledge resources: Hurry cautiously. Ecological Economics, 53(4), 523-541. Overwalle, G. van (2005). Legal and Ethical Aspects of Bio-Patenting: Critical Analysis of the EU Biotechnology Directive. In P. Drahos (Ed.), Death of Patents (p. 212-227). Oxon: Lawtext Publishing. Overwalle, G. van (2005). Patentability of human stem cells and cell lines. In Council of Ethics (Ed.), The Ethics of Patenting Human Genes and Stem Cells (p. 47-69). Copenhagen: Council of Ethics. Overwalle, G. van (2005). Patenting Stem Cell Research in Europe and in the United States. In W. Bender, C. Hauskeller & A. Manzei (Eds.), Crossing Borders. Cultural, Religious and Political Differences Concerning Stem Cell Research (p. 519-546). Münster: Agenda Verlag. 368 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Overwalle, G. van (2005). Protecting and Sharing Biodiversity and Traditional Knowledge: Holder and User Tools. Ecological Economics, 53(4), 585-607. Overwalle, G. van (2005). Zonder Trommels en Trompetten. De definitieve omzetting van de EU-Biotechnologierichtlijn in het Belgisch recht. Intellectuele Rechten – Droits Intellectuels, 349-378. Overwalle, G. van & Pattyn, B. (Eds.). (2006). Tussen Markt en Agora. Over het statuut van universitaire kennis. Leuven: Peeters Publishers. (VI + 216 p.) Overwalle, G. van (2006). Octrooien op maat? Naar een evenwicht tussen publieke opdracht en privaat goed. In B. Pattyn & G. van Overwalle (Eds.), Tussen Markt en Agora. Over het statuut van universitaire kennis (p. 181-214). Leuven: Peeters Publishers. Overwalle, G. van (2006). IP Protection for Medicinal and Aromatic Plants. In R. Bogers, L. Craker & D. Lange (Eds.), Medicinal and Aromatic Plants. Agricultural, Commercial, Ecological, Legal, Pharmacological and Social Aspects (p. 121-128). Wageningen: Springer. Overwalle, G. van (2006). De implementatie van de EU-Biotechnologierichtlijn: de Belgische octrooiwet in spreidstand. Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht, 571-576. Overwalle, G. van (2006). The Implementation of the Biotechnology Directive in Belgium and its Aftereffects. The Introduction of a New Research Exemption and a Compulsory License for Public Health. International Review of Intellectual Property and Competition Law, 889-920. Overwalle, G. van (2006). Reconciling Patent Policies and University Mission. Ethical Perspectives, 231-247. Overwalle, G. van & Zimmeren, E. van (2006). Reshaping Belgian Patent Law: The Revision of the Research Exemption and the Introduction of a Compulsory License for Public Health. IIP Forum, 64, 42-69. [Online]. Available from: www.iip.or.jp/e/index.html [01-02-2006]. Overwalle, G. van (Ed.). (2007). Gene Patents and Public Health (Centrum voor intellectuele rechten, 21). Brussels: Bruylant. (241 p.) Overwalle, G. van (2007). The Belgian Compulsory License for Public Health. In G. van Overwalle (Ed.), Gene Patents and Public Health (p. 199-209). Brussel: Bruylant. Overwalle, G. van (2007). Holder and User Perspectives in the Traditional Knowledge Debate: a European View. In Mc. Manis (Ed.), Biodiversity & the Law (p. 355-370). London/Sterling: Earthscan. 369 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Overwalle, G. van (2007). Regulating Protection, Preservation and Technology Transfer of Biodiversity-Based Drugs. Patents, Contracts and Local Working Requirements under the Microscope. In I. Govaere & H. Ullrich (Eds.), Intellectual Property, Public Policy and International Trade (p. 113-141). Brussels: Peter Lang. Overwalle, G. van (2007). Reshaping Bio-Patents: Measures to Restore Trust in the Patent System. In H. Somson (Ed.), Regulatory Challenge of Biotechnology. Human Genetics, Food and Patents (p. 238-256). Cheltenham: Edward Elgar. Overwalle, G. van (2007). Recente ontwikkelingen in het octrooirecht. In Recht in beweging (p. 131-151). Antwerpen: Maklu. Overwalle, G. van (2007). Gene Patents and Public Health. Setting the Scene. In G. van Overwalle (Ed.), Gene Patents and Public Health (p. 11-24). Brussels: Bruylant. Overwalle, G. van (2007). Patent Law in Crisis? Functions and Limits of the Patent System in a Globalised World. Revue de la Faculté de droit de l'Université de Liège, 317-322. Overwalle, G. van & Berthels, N. (2007). Patents and Venus. About oocytes and human embryonic stem cells. In Stem Cells and Women's Health – Cellules souches et santé des femmes – Stamcellen en vrouwengezondheid (p. 148-178). Louvain-la-Neuve: Anthémis/Intersentia. Overwalle, G. van, Zimmeren, E. van, Verbeure, B. & Matthijs, G. (2007). Dealing with Patent Fragmentation in ICT and Genetics: Patent Pools and Clearing Houses. First Monday, 12(6). [Online]. Available from: <http://www. firstmonday.org/issues/issue12_6/vanoverwalle/index.html> [06-06-2007]. Pinckaers, J.C.S. (2007), De techniekrestrictie in het modellenrecht en de relevantie van alternatieven. In D.J.G. Visser et al. (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 257-273). Amsterdam: deLex. Quanjel-Schreurs, L. (2007). Actualisering van de artikelen 16, 17a, 17b, en 18 Auteurswet. In J.J. Brinkhof, F.W. Grosheide & J.H. Spoor (Eds.), Intellectuele eigendom, artikelsgewijs commentaar (IEC) (p. 14-18). Den Haag: Elsevier Juridische Uitgevers. Quanjel-Schreurs, L. (2007). Enkele procesrechtelijke aspecten van cumulatie van auteurs- en merkenrecht. Tijdschrift voor Auteurs-, Media- & Informatierecht, 3, 76-84. 370 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Verbeure, B., Overwalle, G. van et al. (2006). Analysing DNA patents in relation with diagnostic genetic testing. European Journal of Human Genetics, 1(14), 26-33. Vrey, R.W. de (2006). Het waterdicht maken van een Nederlands contract op Angelsaksische wijze. In M. de Cock Buning, E.H. Hondius & J.J. Brinkhof (Eds.), Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide (p. 87-102). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Zimmeren, E. van, Overwalle, G. van et al. (2006). A Clearinghouse for Diagnostic Testing: the Solution to Ensure Access to and Use of Patented Genetic Inventions? Bulletin of the World Health Organization, 352-359. Zimmeren, E. van & Requena, G. (2007). Ex-officio Licensing in the Medical Sector: The French Model. In G. van Overwalle (Ed.), Gene Patents and Public Health (p. 123-147). Brussels: Bruylant. VAKPUBLICATIES Belder, L.P.C. (2007). De 7Up Expositie in het Haags Gemeentemuseum en de geweigerde werken van Sooreh Hera. e-Column, 4. [Online]. Available from: <http://www.cier.nl> [31-12-2007]. Belder, L.P.C. & Smithuijsen, C. (2007). Quickscan UNESCO Conventie ter bescherming en bevordering van de Culturele Diversiteit. Nederlandse UNESCO Commissie. Cock Buning, M. de (2005). De heruitvinding van het auteursrecht. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 272-274. Cock Buning, M. de, Hondius, E.H. & Brinkhof, J.J. (Eds.). (2006). Internationaal contracteren, feestbundel voor Willem Grosheide. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (372 p.) Cock Buning, M. de (2006). Aantekeningen op artt. 6:96 (schadevergoeding bij aantastingaantasting intellectuele eigendom), 103, 104 en 109 (bewerking losbladige Schadevergoeding). Deventer: Kluwer. Cock Buning, M. de (2006). Het tweede Front (bijdrage aan de special: 10 prominenten over 10 jaar Auteursrecht). Copyright Notice, 4, 20. Cock Buning, M. de (2006). Quickscan Crossmediale Publiek Private Samenwerking. [Online] Utrecht: CIER (185 p.) Available from: <http://www.cier. nl> [30-04-2006]. Cock Buning, M. de & Numann, E.J. (2007). De gestage wildgroei van het auteursrecht – een hogesnelheidslijn dreigt te ontsporen. In Een eigen oorspronkelijk karakter, Spoorbundel (p. 25-46). Amsterdam: deLex. 371 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cock Buning, M. de (2007). The History of copyright protection of computer software, the emancipation of a work of technology towards a work of authorship. In Handbook The History of Information Security (p. 121-140). London/ Amsterdam/New York: Reed Elsevier International. Cock Buning, M. de (2007). Second Life. e-Column, 3. [Online]. Available from: <http://www.cier.nl> [30-09-2007]. Cock Buning, M. de (2007). Second Life. Signs, 28, 43-44. Cock Buning, M. de (2007). Van de brug af gezien, Hoofdstuk III Databanken. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 67-68. Cock Buning, M. de (2007). VIZIER: Second Life. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 201-202. Elferink, M.H. (2007). Over normalisatienormen, auteursrecht en flits-aioschap. In F. Mulder (Ed.), Ik zou het zo weer doen. Terugblikken op proefschriften uit het tienjarige bestaan van het E.M. Meijers Instituut (p. 10-12). Leiden: LUP. Grosheide, F.W. (2006). Copyright Licensing Absent a Choice of Law, Copyright under the Rome Convention 1980. In P. van der Grinten & T. Heukels (Eds.), Crossing borders: essays in European and private international law, nationality law and Islamic law in honour of Frans van der Velden (Kluwer rechtswetenschappelijke publicaties) (p. 133-137). Deventer: Kluwer. Grosheide, F.W. (2006). Breinwassen (bijdrage aan de special: 10 prominenten over 10 jaar Auteursrecht). Copyright Notice, 4, 19. Grosheide, F.W. (2006). Noot Trésor-arrest. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 22(6), 313-314. Grosheide, F.W. (2007). Creatief gemeengoed: werk in uitvoering (VIZIER). Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 2, 61-63. Grosheide, F.W. (2007). Van de brug af gezien – Kroniek van wetgeving, jurisprudentie en literatuur 2006. Intellectuele Eigendom & Reclamerecht, 2, 65-66. Grosheide, F.W. (2007). Een recht om te beledigen bestaat dan ook niet. eColumn, 2007/1. [Online]. Available from: <http://www.cier.nl> [01-03-2007]. Koopman, J. (2006). Opinie. Werk aan de octrooirechtelijke winkel. Staatscourant (87), 4 mei. Perspectief; Informatie- en Opinieblad voor de Jeugdbescherming, 7. 372 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Overwalle, G. van (2005). Ethical Implications of Patenting Academic Research-Annual Conference of the Societas Ethica-European Society for Research in Ethics on Research and Responsibility. In Societas Ethica (Ed.), Societas Ethica-Annual Report 2005 (p. 225-235). Salzburg: Societas Ethica. Overwalle, G. van (2005). Genetic Patent Pooling – Creating Synergies among Competitors. Bio World, 18-19. Overwalle, G. van & Schovsbo, J. (2007). Policy Options for the Improvement of the European Patent System. International Review of Intellectual Property and Competition Law, 834-838. Overwalle, G. van, Bedsted, B., Cowan, R., Elsmore, M., Lissoni, F., Lotz, P., Schovsbo, J., Eijk, J. van der (2007). Policy options for the improvement of the European patent system. [Online] Denmark: STOA. Available from: <http://www.europarl.europa.eu/stoa/publications/studies/default_en.htm> [0109-2007]. Pinckaers, J.C.S. (2007). Commentaar bij artikel 2.28 BVIE, Intellectuele Eigendom, artikelsgewijs commentaar (IEC), 1-71. Pinckaers, J.C.S. (2007). Commentaar bij artikel 2.27 BVIE, Intellectuele Eigendom, artikelsgewijs commentaar (IEC), 1-54. Vrey, R.W. de (2006). Vermogensrechtelijke gevolgen van oneerlijke handelspraktijken. Vermogensrechtelijke annotaties, 1, 51-71. ANNOTATIES Cock Buning, M. de (2005). Noot bij: Reclame Code Commissie (30-09-2004), (Biertje). IER, p. 63-64. Cock Buning, M. de (2005). Noot bij: Rb. 's-Gravenhage (02-03-2005), 192880, (Digitale knipselkranten). IER, p. 163. Cock Buning, M. de (2005). Noot bij: Stichting Code Geneesmiddelenreclame (07-01-2005), K04.021, (Kant/Pfizer). IER, p. 253. Cock Buning, M. de (2007). Noot bij: Rb 's-Gravenhage (25-10-2006), (ANWB/Route Mobiel). IER, p. 56-57. Cock Buning, M. de (2007). Noot bij: Gerecht in Eerste Aanleg (06-02-2007), (TDK/BHIM). IER, p. 168-169. Cock Buning, M. de (2007). Noot bij: College van Beroep Reclame Code (19-06-2006), (STAP/Amstel Gold Race). IER, p. 336-338. 373 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Cock Buning, M. de (2007). Noot bij: Rb Breda (23-06-2007), (Yonex/Belgro). IER, p. 388-393. Deurvorst, T. (2007). Noot bij: Rb. Breda (25-10-2006), (Autodesk/Aztec). Computerrecht 2007-47, p. 113-120. Deurvorst, T. (2007). Noot bij: HR (08-12-2006), (Sjopspel). AMI 2007-11, p. 89-92. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Hof Den Bosch (17-01-2007), IER 200720, p. 186. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Hof Den Haag (23-08-2007), IER 2007103, p. 395. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Rb. Assen (01-07-2004), (Bedstede). IEPT 20040701. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Rb. Den Haag (21-09-2006), (Bettacare v. H3 Products). IEPT 20060921. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Rb. Den Haag (11-04-2007), (SBM v. Bluewater). IEPT 20070411. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Rb. Arnhem (08-08-2007), (Rijnconsult en HBDI). IEPT 20070808. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Hof Amsterdam (13-09-2007), (Thuiskopie v. Norma en Irda). IEPT 20070913. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Hof Den Haag (20-09-2007), (Technip Kinetisch stroomschema). IEPT 20070920. Engelen, Th.C.J.A. (2007). Noot bij: Rb. Den Bosch (11-05-2007), (Beemsterkaas-commercial). IEPT 20070511 en Rb. Haarlem (25-05-2007), IEPT 20070525. Grosheide, F.W. (2005). Noot bij: Hof van Justitie (09-11-2004), IER 2005-1, p. 22-23. Grosheide, F.W. (2005). Noot bij: Hof den Bosch (24-06-2003), (Bosta/Van der Linden). IER 2005-5, p. 295. Grosheide, F.W. (2007). Noot bij: Rb. 's-Gravenhage (07-02-2007), (Stokke/ Fikszo). IER 2007-74, p. 265-268. Grosheide, F.W. (2007). Noot bij: Rb. Haarlem (29-06-2007), (Life Safety/ Autovision). IER 2007-77, p. 294-297. 374 Intellectuele eigendom (geassocieerd programma) Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Noot bij: EHRM (11-01-2007), nr. 73049/ 01, (Anheuser-Busch Inc./Portugal). EHRC, 2007-4, p. 433-437. Kamperman Sanders, A.W.J. (2007). Noot bij: Hof Den Bosch (12-06-2007), (Mega Brands/Lego System). IER 2007-5, p. 302. Overwalle, G. van (2005). Noot bij: Rb. van Koophandel Hoei (14 mei 2003 en 18 mei 2004) (Over kwekers, boeren en trieerders: driehoeksverhoudingen in het kwekersrecht onder de loep). I.R. – D.I. 2005-2, p. 161 en p. 168-169. Pinckaers, J.C.S. (2007). Noot bij: Hof 's-Gravenhage (22-03-2007), (Fortis bank/Huiseigenaren). AMI 2007, p. 131-133. Quanjel-Schreurs, L. (2007). Noot bij: HvJEG (20-09-2007), (Benetton/GStar). IER 2007-6, p. 383-385. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Deurvorst, T.E. (2006). Aantekeningen op artt. 6:96 (schadevergoeding bij inbreuk op intellectuele eigendom), 103, 104 en 109 BW. In A.T. Bolt (Ed.), Schadevergoeding (losbladig). Deventer: Kluwer. Deurvorst, T.E. & Fuller, L. (2007). Afslanking van de Intellectuele Eigendom. In D.J.G. Visser et al. (Eds.), Een eigen, oorspronkelijk karakter: opstellen aangeboden aan prof. mr. Jaap H. Spoor (p. 55-64). Amsterdam: deLex. OVERIGE PUBLICATIES Kamperman Sanders, A.W.J. (2006). Liability for Automated Information Systems – The formulation of uniform rules dealing with civil liability for automated information systems. Reob project 41561010 (Ext. rep. subproject 41561011). Den Haag: Beleidsadviescommissie voor Recht en Openbaar Bestuur. 375 IUS COMMUNE EN PUBLIEKRECHT A. ALGEMENE INLEIDING Het programma Ius Commune en publiekrecht is in september 2003 toegetreden tot de onderzoeksschool op basis van een algemene programmatekst (bijlage). Dit programma concentreert zich in algemene zin rond constitutionele processen op nationaal, Europees en internationaal niveau en de constitutionele interacties tussen deze niveaus. Het denken over constitutionele structuren in de Europese Unie en in andere internationale organisaties heeft in de loop der jaren een grote vlucht genomen. Voor een deel lopen ontwikkelingen op deze terreinen parallel met constitutionele processen die in het verleden op nationaalrechtelijk gebied hebben plaatsgevonden. In de westerse wereld zijn gedurende de negentiende en twintigste eeuw op constitutioneel gebied gemeenschappelijke tradities ontstaan ter zake van democratie, grondrechten en de ‘rule of law’. In deze context is de algemene doelstelling van het Ius Commune en publiekrechtprogramma tweeledig. In de eerste plaats wordt door middel van rechtsvergelijkend onderzoek de gemeenschappelijke tradities, beginselen en rechtsfiguren op constitutioneel gebied opgespoord, geanalyseerd en beschreven en wordt vervolgens nagegaan of en zo ja, op welke wijze de toekomstige institutionele vormgeving van de Europese Unie alsmede andere relevante internationale organisaties, op deze tradities kunnen worden gebaseerd. Dit komt onder meer aan de orde als het gaat om de constitutionele verhouding tussen de organen van de Europese Unie, in het bijzonder het Europese Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie. Een belangrijke vraag is hoe deze verhouding vanuit beginselen van democratie en machtenscheiding zich verder moet ontwikkelen en in hoeverre daarbij kan worden voortgebouwd op de gebruikelijke patronen in de parlementaire stelsels van de lidstaten. Vergelijkbare vragen spelen binnen andere internationale organisaties, zoals bijvoorbeeld de VN en de WTO. In de tweede plaats wordt aandacht besteed aan het verschijnsel van de vervlechting van constitutionele structuren. In toenemende mate raken de internationale, Europese en nationale rechtsordes met elkaar verweven. Dat komt ook op constitutioneel gebied tot uitdrukking. Publieke taken worden door de instituties op de diverse niveaus (internationaal, Europees, nationaal) in gezamenlijkheid voorbereid, geregeld en uitgevoerd (‘multilevel governance’). Nationale organen krijgen bevoegdheden toebedeeld op Europees niveau en omgekeerd. De vraag is wat deze vervlechting in constitutioneel opzicht betekent. Welke gevolgen moeten aan de toenemende vervlechting worden verbonden voor de traditionele constitutionele structuren en op welke wijze moet publieke verantwoording worden afgelegd over beslissingen die op deze wijze worden genomen en uitgevoerd? In brede zin is de vraag hoe in een situatie van toene377 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 mende vervlechting van overheden invulling moet worden gegeven aan beginselen van democratie, grondrechten en ‘rule of law’. Het programma Ius Commune en publiekrecht is uitgewerkt in drie deelprogramma's: - Publiekrechtelijke rechtsvergelijking; Constitutionele processen in Europa; Constitutionele processen in de internationale rechtsorde. Over deze drie deelprogramma's zal in het navolgende worden gerapporteerd. De rapportages dienen te worden bezien in het licht van de hiervoor weergegeven, algemene doelstelling van het Ius Commune en publiekrechtprogramma. Gegeven het algemene kader zijn vervolgens binnen elk van de deelprogramma's bijzondere accenten gelegd. B. TOEKOMST De hiervoor weergegeven programmastructuur heeft in het verleden zijn waarde bewezen. Op de hoofdterreinen van het publiekrecht zijn onderzoekers tot goede samenwerking gekomen. Op basis van de huidige structuur is toetreding tot de onderzoeksschool in 2003 verwezenlijkt. Het publiekrecht neemt thans binnen de onderzoekschool een volwaardige plaats in. Tegelijkertijd zijn we langzamerhand in een nieuwe fase beland. De huidige programmatekst sluit niet meer geheel aan bij waar de aangesloten onderzoekers op dit moment feitelijk mee bezig zijn. Op bepaalde terreinen treden andere onderwerpen meer op de voorgrond dan voorheen en ook de samenwerkingsverbanden lopen, ook door personele wisselingen, niet meer volledig langs de lijnen zoals destijds voorzien. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de huidige opzet moet worden bijgesteld. Besloten is om binnen het nieuwe programma Ius Commune en publiekrecht vier deelprogramma's te onderscheiden: 1. 2. 3. 4. Constitutioneel recht. Rechtsbescherming en rechtshandhaving. Economisch publiekrecht. Internationaal publiekrecht. Ten opzichte van de huidige situatie betekent het dat de deelprogramma's Publiekrechtelijke rechtsvergelijking en Constitutionele processen in Europa worden omgevormd tot twee nieuwe deelprogramma's: Constitutioneel recht en Rechtsbescherming en rechtshandhaving. Hierdoor worden globaal gezien de meer constitutioneelrechtelijk respectievelijk de meer bestuursrechtelijk georienteerde onderzoekers in afzonderlijke deelprogramma's ondergebracht. De 378 Ius Commune en Publiekrecht bestaande scheidslijn tussen nationaal en Europees recht komt in de nieuwe structuur te vervallen. Naast de twee genoemde deelprogramma's wordt een apart deelprogramma Economisch publiekrecht ontwikkeld. Net zoals thans het geval is, zal ook in de nieuwe situatie binnen de kaders van het algemene Ius commune-concept tussen de groepen waar nuttig worden samengewerkt. In de loop van 2008 zullen de nieuwe deelprogramma's door de betreffende onderzoeksleiders nader worden uitgewerkt. De titels van de hierboven genoemde programma's betreffen vooralsnog werktitels. Zij geven alleen in globale zin op welk rechtsgebied de onderzoeksactiviteiten zullen worden verricht. In de uiteindelijke programmering zal uiteindelijk een verdere profilering en toespitsing moeten plaatsvinden. 379 PUBLIEKRECHTELIJKE RECHTSVERGELIJKING A. VOLLEDIGE TITEL Ius Commune en Publiekrecht, deelprogramma Publiekrechtelijke rechtsvergelijking B. DEELPROGRAMMA'S Niet van toepassing C. ONDERZOEKSLEDEN PROGRAMMA Begin coördinerend onderzoeksleider Dhr. Prof.Mr. L.F.M. Verhey (UM) 01-07-01 onderzoeksleiders Dhr. Prof.Mr. A.W. Heringa (UM) Dhr. Prof.Mr. H.R.B.M. Kummeling (UU) Dhr. Prof.Mr. J.A. Peters (UvA) Dhr. Prof Mr. F.A.M. Stroink (UM) Dhr. Prof.Mr. R.J.G.M. Widdershoven (UU) 01-02-00 01-06-99 01-10-03 01-02-00 01-06-99 senior onderzoekers Dhr. Mr. G.H. Addink (UU) Dhr. Prof.Dr. L.F.M. Besselink (UU) Dhr. Prof.Dr. B.J.S. Hoetjes (UM) Dhr. Mr. A.M.L. Jansen (UM) Mw. Prof.Mr. G.T.J.M. Jurgens (UU) Dhr. Dr. P.M. Langbroek (UU) Dhr. Prof.Mr. N. Verheij (UM) Mw. Dr. C.M. Zoethout (UvA) Dhr. Dr. T. Zwart (UU) 01-06-99 01-10-03 01-04-05 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-06-99 onderzoekers Mw. Mr. C.L.G.F.H. Albers (UM) Dhr. Prof.Mr. J.B.J.M. ten Berge (UU) Dhr. Mr. J.L.W. Broeksteeg (UM) Mw. Prof.Mr. M.L.H.K. Claes (UvT) Mw. Mr. I. van den Driessche (UM) Dhr. Mr.Dr. A.P.W. Duijkersloot (UU) 01-02-00 01-03-03 01-10-03 01-01-00 16-12-05 01-10-03 Einde 30-06-06 31-12-06 381 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Dhr. Dr. M.A. Heldeweg (UT) Dhr. Mr. A.W. Hins (UvA) Dhr. P. Kiiver (UM) Mw. Mr. E.C.H.J. van der Linden (UM) Mw. Dr. S. Lust (KUL) Mw. Gar Yein Ng (UM) Mw. Mr. N.J.A.P.B. Niessen (UM) Dhr. Mr. A.J. Nieuwenhuis (UvA) Dhr. Mr. J.L. de Reede (UvA) Dhr. Mr. J.H. Reestman (UvA) Dhr. Mr. O. Tans (VU) Dhr. Mr. R.J.G.H. Seerden (UM) Dhr. Mr. J. van der Velde (UM) Dhr. Mr. J.W. de Visser (UU) Dhr. Mr. A.J.Th. Woltjer (UU) Begin 01-10-03 01-10-03 11-11-05 01-02-00 01-03-02 15-03-07 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-05-04 01-06-00 01-10-03 10-03-05 01-10-03 promovendi Dhr. Mr. G. Boogaard (UvA) Dhr. Mr. L. Dragstra (UvA) Mw. Mr. I. van den Driessche (UM) Mw. Mr. E. Geurink (UM) Mw. Mr. M. Gijzen (UM) Mw. Mr. J.A.E. van der Jagt (UU) Mw. Mr. A. Keessen (UU) Dhr. P. Kiiver (UM) Dhr. Mr. A. Knook (UU) Dhr. Mr. P. Kort (UU) Dhr. Mr. S. Loeffen (UM) Dhr. F.F.M. Maiolo (UM)* Mw. Mr. B. van Mourik (UU) Mw. Gar Yein Ng (UU) Mw. Mr. N. Schröder (UU) Mw. Mr. Drs. M. Schuerman (UvA) Dhr. Mr. J.W. de Visser (UU) Mw. Mr. D. Wenders (UM) Dhr. Mr. R. Van de Westelaken (UM) Mw. Mr. F. Wijdekop (UvA) Dhr. Mr. M. Zwiers (UM) 01-06-07 01-10-04 01-10-03 01-10-03 01-07-01 01-10-03 01-10-03 01-10-03 01-10-05 01-10-03 01-02-06 01-10-06 01-02-07 01-10-03 01-10-05 01-04-05 01-10-03 01-10-04 01-02-06 01-10-03 01-10-04 382 Einde 31-05-06 31-12-06 30-09-07 31-01-06 31-01-07 15-12-05 13-12-06 27-10-06 10-11-05 31-09-05 08-03-07 14-03-07 31-01-07 31-01-06 09-03-05 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Begin emeritus lid Dhr. Prof.Mr. J.B.J.M. ten Berge (UU) Dhr. Prof.Mr. F.A.M. Stroink (UM) * D. Einde 01-01-07 01-07-06 Participeerde voorheen in het opgeheven programma ‘Grondslagen van het privaatrecht’ TREFWOORDEN Constitutionalisering, democratie, machtenspreiding, checks and balances, politieke verantwoordelijkheid, publieke verantwoording, good governance, rechtsbescherming, kwaliteit van wetgeving. E. SAMENVATTING PROGRAMMAOPZET I. Doelstellingen, onderzoeksobjecten Het onderdeel Publiekrechtelijke rechtsvergelijking maakt deel uit van het programma Ius Commune en publiekrecht. Het programma als geheel concentreert zich rond constitutionele processen op nationaal, Europees en internationaal niveau en de constitutionele interacties tussen deze niveaus. In de algemene inleiding is met een verwijzing naar de bestaande programmatekst, de algemene doelstelling van het programma Ius Commune en publiekrecht uiteengezet. In het onderdeel Publiekrechtelijke rechtsvergelijking vindt een deel van het bovenstaande onderzoek plaats. De doelstelling van het rechtsvergelijkende onderzoek op publiekrechtelijk onderzoek is tweeledig. Allereerst wordt door middel van rechtsvergelijkend onderzoek nagegaan wat de nationale rechtsstelsels over en weer van elkaar kunnen leren. Vanwege de herkomst en expertise van het overgrote deel van de onderzoekers, ligt daarbij een bijzonder accent op het Nederlandse recht. In de tweede plaats beoogt het rechtsvergelijkend onderzoek bouwstenen op te leveren voor de identificatie van gemeenschappelijke beginselen op constitutioneel gebied welke mede de grondslag kunnen vormen voor de nadere ontwikkeling van de Europese constitutionele rechtsorde. II. Beoogde resultaten; effecten van de samenwerking Beoogd wordt om vanuit de deelnemende faculteiten naast de individuele publicaties te komen tot gezamenlijke activiteiten (congressen, workshops, publicaties). Een belangrijke toegevoegde waarde is dat binnen het Ius Commune en publiekrecht-programma als geheel samenwerking plaatsvindt door beoefenaars van verschillende deeldisciplines: nationaal constitutioneel recht, Europees recht en internationaal recht. Daarnaast is er incidenteel inbreng van andere disciplines dan de rechtswetenschap (politicologie, bestuurskunde). Met deze 383 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 multidisciplinaire benadering wordt de kans op een vruchtbare bestudering van de centrale thematiek van het onderzoeksprogramma vergroot. III. Academische reputatie Vele onderzoekers binnen het onderdeel ‘Publiekrechtelijke rechtsvergelijking’ hebben binnen Nederland een aanzienlijke academische reputatie. Daarnaast participeren onderzoeksleiders en andere onderzoekers in internationale netwerken en samenwerkingsverbanden. Een voorbeeld daarvan is het CONNEXprogramma; een multidisciplinair, door de Europese Commissie gefinancierd netwerk van onderzoekers dat gecoördineerd wordt door de Universiteit Mannheim. Een aantal onderzoekers uit het onderzoeksprogramma heeft via de tweedegeldstroom grotere onderzoeksprojecten gefinancierd gekregen. In 2004 is het SARO-project ‘Political control in a European and Comparative Perspective’ gestart. Het laatste betreft een samenwerkingsproject van de Universiteiten van Amsterdam, Utrecht en Maastricht en staat onder leiding van prof. mr. Luc Verhey (UM), prof. mr. Deirdre Curtin (UU) en prof. mr. Jit Peters (UvA). Ten slotte zijn vele onderzoekers betrokken bij redacties van tijdschriften en wordt een aantal van hen herhaaldelijk gevraagd voor het uitvoeren van derdegeldstroomonderzoek. IV. Organisatie en management De onderdeel Publiekrechtelijke rechtsvergelijking wordt geleid door Luc Verhey (Universiteit Maastricht). Binnen het deelprogramma dragen vanuit de deelnemende faculteiten meerdere onderzoeksleiders de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het programma. Luc Verhey (UM) is tevens coördinerend programmaleider van het Ius Commune en publiekrecht-programma als geheel. Met name via e-mailcorrespondentie wordt regelmatig overlegd tussen de onderzoeksleiders over te ondernemen activiteiten, bijvoorbeeld over de te organiseren workshops tijdens het jaarlijkse Ius Commune congres. F. OPBOUW ONDERZOEKSINPUT WETENSCHAPPELIJK PERSONEEL in fte's 2005 2006 2007 Hoogleraar Universitair hoofddocent Universitair docent Postdocs Junior onderzoekers (AIO/OIO) 2,16 3,25 3,37 10,13 2,18 3,14 3,57 9,99 2,08 2,67 3,47 8,39 384 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking G. INHOUDELIJK OVERZICHT RESULTATEN I. Inleiding Dit overzicht bevat een kort verslag van een aantal activiteiten, zoals gezamenlijke onderzoeksprojecten, congressen, workshops en publicaties. Hierna (PM) worden alle publicaties afzonderlijk vermeld. II. SARO-project ‘Politieke controle in Europa’ Zoals eerder opgemerkt is op 1 januari 2004 gestart het door SARO gefinancierd programma Political control in a European and Comparative Perspective. Het betreft een samenwerkingsproject van de Universiteiten van Amsterdam, Utrecht en Maastricht en staat onder leiding van prof. mr. Luc Verhey (UM), prof. mr. Deirdre Curtin (UU) en prof. mr. Jit Peters (UvA). De centrale probleemstelling van het project is op welke wijze de politieke controle als constitutioneel concept binnen de Europese Unie verder gestalte moet krijgen. Daarbij gaat het vooral om de totstandkoming en verdere ontwikkeling van constitutionele controle- en verantwoordingsmechanismen in de relaties tussen de EU-instellingen en -organen alsmede tussen de Unie en de lidstaten. In het bijzonder is het de bedoeling om, waar mogelijk, door middel van rechtsvergelijkend onderzoek inspiratie te putten uit ervaringen die gedurende vele decennia met concepten als politieke controle en ministeriele verantwoordelijkheid in een aantal lidstaten zijn opgedaan. De aldus geformuleerde probleemstelling wordt uitgewerkt voor drie deelthema's: de rol van nationale parlementen, politieke verantwoordelijkheid en politiek-ambtelijke verhoudingen. In de onderzoeken die onder leiding van Verhey en Peters plaatsvinden zijn in 2005 op grond van ‘position papers’ auteurs uit een groot aantal EU-lidstaten gevraagd om een bijdrage te leveren voor een tweetal rechtsvergelijkende onderzoeken. Op grond van papers van de experts uit de lidstaten hebben op 9 en 10 februari 2006 in Maastricht in aanwezigheid van die experts en enkele deskundigen van buiten een tweetal workshops plaatsgevonden. In de loop van 2006 en 2007 is verder gewerkt aan de voltooiing van de uit de workshops voortvloeiende bundels. In juni 2007 verscheen de eerste bundel onder leiding van Peters (UvA) (Olaf Tans, Carla Zoethout, Jit Peters (eds.), National Parliaments and European Democracy. A bottom-up Approach to European Constitutionalism, Europa Law Publishing, Groningen 2007). In februari 2008 zal de tweede bundel verschijnen onder leiding van Verhey (UM) (Luc Verhey, Hansko Broeksteeg, Ilse van den Driessche (eds.), Political Accountability in Europe: Which Way Forward?, Europa Law Publishing, Groningen 2008). 385 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 III. Gezamenlijke publicaties en congressen Eind 2005 verscheen de bundel Judicial Lawmaking and Administrative Law onder redactie van prof. mr. F. Stroink en mw. mr. E van der Linden(UM). Het gaat om een aantal grotendeels rechtsvergelijkende of Europeesrechtelijke bijdrages van met name Amsterdamse, Utrechtse en Maastrichtse auteurs. De bundel vloeit voort uit een tijdens het Ius Commune-congres in 2002 in Amsterdam georganiseerde workshop. In april 2006 werd onder redactie van mr. Ph. Kiiver de bundel gepubliceerd National and Regional Parliaments in the European Constitutional Order. Het betreft een aantal bijdrages van Amsterdamse, Utrechtse, Maastrichtse en Schotse auteurs over de rol van de nationale parlementen en regionale parlementen in de Europese besluitvorming. De bundel was een voortvloeisel van een workshop die Kiiver in samenwerking met de Universiteit Edinburgh op 2 december 2005 tijdens het Ius Commune-congres in Edinburgh had georganiseerd. In juni 2006 verscheen ter gelegenheid van het afscheid van prof. mr. F. Stroink de bundel ‘Het bestuursrecht beschermd’. Het is een bundel die deels rechtsvergelijkend en Europeesrechtelijke bijdrages bevat van diverse Maastrichtse, Utrechtse en andere bestuursrechtelijke auteurs over de rechtsbescherming tegen de overheid. Op 16 juni 2006 is mede naar aanleiding van deze bundel een symposium georganiseerd aan de Universiteit Maastricht. In september 2006 verscheen bij de Staatsuitgeverij in Den Haag het boekje De parlementaire enquete in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Het betreft het resultaat van een rechtsvergelijkend onderzoek dat in opdracht van de Nederlandse Tweede Kamer is uitgevoerd door onder meer Kummeling (UU) en Verhey (UM). Op 15 december 2006 werd de jaarlijkse staatsconferentie georganiseerd door de Universiteit Maastricht met als thema ‘Het parlement’. Ter voorbereiding hiervan is een zestal preadviezen geschreven van hoofdzakelijk Maastrichtse, Amsterdamse en Utrechtse auteurs. Alle preadviezen bevatten rechtsvergelijkende beschouwingen over diverse aspecten van het functioneren van het parlement. Daarnaast is in ruime mate aandacht besteed aan de rol van nationale parlementen in de Europese besluitvorming. In 2007 zijn de preadviezen en de reacties van de diverse referenten gepubliceerd in een bundel in de speciale daartoe bestemde reeks van de Staatsrechtkring (J.Th. J. van den Berg, J.L.W. Broeksteeg, L.F.M. Verhey (red.), Het Parlement, Staatsrechtconferentie 2006, Universiteit Maastricht, Publikaties van de Staatsrechtkring, Staatsrechtconferenties, Wolf Legal Publishers, Nijmegen 2007). Tijdens het Ius Commune-congres in Utrecht eind 2006 zijn twee workshops georganiseerd op publiekrechtelijk terrein. De eerste betrof een workshop over 386 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking het vraagstuk van de ‘institutional balance’ op nationaal, Europees en internationaal niveau. De tweede workshop had betrekking op de rol van burgerfora en conventies als nieuw fenomeen in de publieke besluitvorming. Tijdens het Ius Communecongres eind 2007 in Luik is een workshop georganiseerd over parlementair onderzoek in België, het Verenigd Koninkrijk, Nederland en de Europese Unie. Nader bezien wordt in hoeverre deze activiteiten kunnen leiden tot gezamenlijke publicaties. In februari 2007 heeft in Maastricht onder leiding van Verhey (UM), Bovens (UU) en Lord (Universiteit Reading) een internationale, door het Europese netwerk CONNEX gefinancierde workshop plaatsgevonden over ‘Public accountability’. Tijdens deze bijeenkomst is door een beperkt aantal juristen en politieke wetenschappers uit diverse landen lopend onderzoek gepresenteerd en bediscussieerd. De centrale vraag was in hoeverre traditionele vormen van politieke verantwoordelijkheid worden beïnvloed door het Europese integratieproces en welke rol politieke verantwoordelijkheid dan wel nieuwe verantwoordingsmechanismen zouden moeten spelen in de nationale en Europese context. Verder kan nog melding worden gemaakt van een twee publiekrechtelijke rechtsvergelijkende projecten die gedurende de verslagperiode door Utrechtse onderzoekers zijn getrokken. Dat is in de eerste plaats het project International case management onder leiding van dr. Philip Langbroek (en dr. Marco Fabri, CNR-Bologna). In het kader van dit project vonden internationale expertmeetings plaats op 19 februari 2005 (Utrecht) en 26 juni 2005 (Bologna). Het project heeft in 2007 geleid tot de publicatie The Right Judge for the Right Case (Intersentia). Daarnaast gaat het om het – door de Commissie gefinancierde – project Rights of Defence, onder leiding van onder meer dr. Philip Langbroek. In dit project wordt de doorwerking van het Europese beginsel van de ‘rights of defence’ bestudeerd in zes lidstaten van de EU en Zwitserland. In het kader hiervan hebben expertmeetings plaatsgevonden op 11 maart 2005 en 9 juni 2006 (Utrecht). Het project is begin 2007 afgerond met de publicatie Defence Rights during Administrative Investigations (Intersentia). H. VOORTZETTING Zoals in de inleiding is uiteengezet is besloten tot een herschikking van de deelprogramma's binnen Ius Commune en publiekrecht. Het meer op het constitutionele recht gerichte gedeelte van het deelprogramma Publiekrechtelijke rechtsvergelijking zal worden ondergebracht bij een nieuw deelprogramma Constitutioneel recht. Hieronder zal ook het Europese constitutionele recht vallen, thans vallend onder het deelprogramma Constitutionele processen in Europa. Het bestuursrechtelijke deel van het deelprogramma Publiekrechtelijke rechtsvergelijking zal worden ondergebracht onder het nieuwe deelprogramma Rechtsbescherming en rechtshandhaving. 387 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 In Maastricht zal in 2008 de nevenvestiging van het Montesquieu-instituut van start gaan. Dit instituut zal zich richten op historisch en vergelijkend onderzoek naar parlementen. Het nieuwe instituut biedt aanzienlijke kansen om het Maastrichtse constitutioneelrechtelijke onderzoek naar aspecten van parlementaire stelsels verder uit te breiden. De beoogde onderzoeksbenadering van het Montesquieu-instituut sluit zeer goed aan bij de algemene filosofie van Ius Commune. Het vanuit Maastricht te entameren onderzoek binnen het instituut zal dan ook binnen het deelprogramma Constitutioneel recht worden ingebracht en daar waar mogelijk in samenspraak met de Ius Communepartners worden uitgevoerd. In de bijlagen zit een activiteitenplan waarin nieuwe onderzoeksprojecten en congressen en workshops op het aangegeven werkveld worden gepresenteerd. Voor het overige zal de uitvoering van het programma wat betreft thematiek en werkwijze grotendeels volgens dezelfde lijnen worden voortgezet. De aandacht zal onder meer gericht zijn op afronding van het SARO-programma Political control in a European and Comparative Perspective. Afronding is voorzien in het eerste kwartaal van 2008. Het slotcongres vindt plaats op 13 en 14 maart 2008 in Maastricht. Verder zal ook het in het kader van het EU Zesde Kaderprogramma gefinancierde programma The Changing Landscape of Liberty and Security in Europe (CHALLENGE) worden afgerond. Voorts zal worden gewerkt aan ontwikkeling van gezamenlijke publicaties en de afronding van een aantal promotieprojecten. I. KERNPUBLICATIES Tans, O., Zoethout, C. & Peters, J. (2007). (Eds.), National Parliaments and European Democracy. A bottom-up Approach to European Constitutionalism, Groningen: Europa Law Publishing (xii + 253 p.) Verhey, Broeksteeg, H. & Driessche, I. van den (2008). (Eds.), Political Accountability in Europe: Which Way Forward?, Groningen: Europa Law Publishing, 2008 (forthcoming). J. UITSTEKENDE PUBLICATIES Widdershoven, R.J.G.M. & Dingemans, R.P.B.A. (2005). De Schutznormleer in communautair perspectief: het Duitse debat. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 46, 327-337. Kiiver, P. (Ed.). (2006). National and Regional Parliaments in the European Constitutional Order. Groningen: Europa Law Publishing. (x + 132 p.) 388 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Besselink, L.F.M. (2007). Shifts in Governance: National Parliaments and Their Governments’ Involvement in European Union Decision-Making. In G. Barrett (Ed.), National Parliaments and the European Union: The Constitutional Challenge for the Oireachtas and other Member State Legislatures (p. 29-46). Dublin: Clarus Press. Claes, M.L.H.K. (2007). The European Constitution and the role of national constitutional courts. In A. Albi & J. Ziller (Eds.), The European Constitution and national Constitutions: Ratification and beyond (European monographs, 54) (p. 235-247). The Hague/London/New York: Kluwer Law International. K. DISSERTATIES Visser, J.W. de (9 maart 2005). Developmental Local Government: A case study of South Africa. UU (XIX + 313 p.) (Antwerp: Intersentia). Prom./coprom.: Prof. H.R.B.M. Kummeling & Prof. N. Steytler. Kiiver, P. (10 november 2005). The National Parliaments in the European Union- A critical View on EU Constitution-Building. Universiteit Maastricht (xvi + 207 p.) (Maastricht: eigen uitgave). Prom./coprom.: Prof. L.F.M. Verhey & Prof. A.W. Heringa. Willemsen, P.A. (16 november 2005). De grenzen van de rechtsstrijd in het bestuursrechtelijk beroep en hoger beroep in rechtsvergelijkend perspectief Universiteit Utrecht ( 385 p.) Deventer: Kluwer: Prom./coprom.: Prof. J.B.J.M. ten Berge & Prof. R.J.G.M. Widdershoven. Driessche, I. Van den (15 december 2005). Politieke ministeriële verantwoordelijkheid, Het Nederlandse begrip in rechtsvergelijkend perspectief, Dissertatiereeks Vakgroep Staatsrecht Groningen. Rijksuniversiteit Groningen (296 p.) (Deventer: Kluwer). Prom.: Prof. D.J. Elzinga. Jagt, J.A.E. van der (27 oktober 2006). Milieuconvenanten gehandhaafd. Een juridisch onderzoek naar de handhaafbaarheid en handhaving van Nederlandse milieuconvenantenen in het bijzonder van klimaatconvenanten in het licht van de democratische rechtsstaat. Universiteit Utrecht (670 p.) (Den Haag: Boom Juridische uitgevers). Prom./coprom.: Prof. R.J.G.M. Widdershoven & Dr. G.H. Addink. Gijzen, M.H.S. (13 december 2006). Selected Issues in Equal Treatment Law – A Multi-Layered Comparison of European, English and Dutch Law. Universiteit Maastricht (551 p.) (Antwerp: Intersentia). Prom./coprom.: Prof. A.W. Heringa & Prof. L.B. Waddington. Ng, G.Y. (14 maart 2007). Quality of Judicial Organisation and Checks and Balances. Universiteit Utrecht (428 p.) (Antwerp: Intersentia). Prom./coprom.: Prof. J.B.J.M. ten Berge & Dr. P.M. Langbroek. 389 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 L. OVERZICHT VAN ALLE OVERIGE PUBLICATIES WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Addink, G.H. (2005). Principles of Good Governance: Lessons from Administrative Law, in: Good Governance and the European Union, Reflections on Concepts, Institutions and Substance. In D.M. Curtin & R.A. Wessel (Eds.), Good governance and the European Union: Reflections on Concepts, Institutions and Substance (Ius Commune Europaeum, 49) (p. 21-48). Antwerp: Intersentia. Addink, G.H. (2005). The Ombudsman as the fourth power. On the foundations of Ombudsmanlaw from a comparative perspective. In E.C.H.J. van der Linden & F.A.M. Stroink (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 269-302). Antwerp: Intersentia. Addink, G.H. (2005). Algemene beginselen van goed bestuur en de toepassing door de Algemene Rekenkamer. Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 6, 169-183. Addink, G.H. & Berge, J.B.J.M. ten (2006). Study on Innovation of Legal Means for Eliminating Corruption in the Public Service in the Netherlands. In J.H.M. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands reports to the seventeenth international congress of comparative law (p. 379-419). Antwerp: Intersentia. Addink, G.H. (2007). Transparent Administration and Public Participation as Principles of Good Governance from a comparative perspective. In Liber amicorum Prof. Dr. S. Sundari (p. 1-33). Surabaya: Airlangga University. Addink, G.H. & Berge, J.B.J.M. ten (2007). Over algemene beginselen van goed bestuur en het transparantiebeginsel. In Th.G. Drupsteen, H.J.M. Havekes & H.F.M.W. van Rijswick (Eds.), Weids Water, Opstellen over waterrecht (Van Hall-bundel) (p. 255-282). Den Haag: Sdu. Addink, G.H. (2007). Wet bibob: een wankel evenwicht tussen preventieve handhaving en recht? Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 1, 56-72. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Toetsingsintensiteit bij bestuursrechtelijke sancties. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum Prof.Mr. F.A.M. Stroink (p. 141-152). Den Haag: Sdu. Albers, C.L.G.F.H. (2006). De bestuurlijke boete en het bestuursprocesrecht. De verschraling van een goede strafvordering. Delikt en Delinkwent, 2, 17-38. 390 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Albers, C.L.G.F.H. (2006). De bestuurlijke boete onder het juk van het bestuursprocesrecht. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 143-161. Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2006). Terrorismebestrijding: Het bestuursrecht aan zet, de rechtsstaat in gevaar? Nederlands Juristenblad, 1960, 2522-2530. Albers, C.L.G.F.H. (2007). De Awb en het bestuursstrafrecht: De eenheid heeft haar grenzen. Over geforceerde rechtseenheid en wildgroei van boetestelsels. In R.J.N. Schlössels, A.G.A. Nijmeijer, A.J. Bok & L.J.M. Timmermans (Eds.), In eenheid (p. 383-405). Den Haag: Sdu. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Toezichthoudersaansprakelijkheid. Een blik vanuit het bestuursrecht op Vie d'Or. Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, 3, 94105. Berg, J.Th.J. van den, Broeksteeg, J.L.W. & Verhey, L.F.M. (Eds.). (2007). Het Parlement. Staatsrechtconferentie 2006 (Publikaties van de Staatsrechtkring). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. (220 p.) Berge, J.B.J.M. ten & Langbroek, P.M. (2005). The surplus value of the ombudsman. In H. Gammeltoft-Hansen & J. Olsen (Eds.), The Danish Ombudsman 2005 (p. 103-140). Kopenhagen: Folketingets Ombudsmand. Berge, J.B.J.M. ten & Langbroek, P.M. (2005). Towards integrated Lawmaking by administrative courts and public authorities. On instruments and possibilities for constructive interaction between the administration and administrative courts in relation to administrative decisionmaking, administrative objection and appeal. In E.C.H.J. van der Linden & F.A.M. Stroink (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 255266). Antwerp: Intersentia. Berge, J.B.J.M. ten (2006). Integriteit van en gedragsregels voor de rechterlijke macht. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum Prof.Mr. F.A.M. Stroink (p. 45-55). Den Haag: Sdu. Berge, J.B.J.M. ten (2006). Verankering van het integriteitsbeginsel in het bestuursrecht. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 211-218. Berge, J.B.J.M. ten (2007). Burgerplichten jegens de overheid, tussen normaal en abnormaal (Afscheidsrede Universiteit Utrecht, 6 december 2006). Alphen aan den Rijn: Kluwer. (40 p.) Berge, J.B.J.M. ten (2007). Burgerplichten en klachtrecht. Tijdschrift voor Klachtrecht, 1-3. 391 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Berge, J.B.J.M. ten (2007). Toward an equilibrity between civic rights and civic duties in relation with government. Utrecht Law Review, 219-226. Besselink, L.F.M. (2005). De Europese Unie en de Koninkrijksrelaties. In L.J.J. Rogier & H.G. Hoogers (Eds.), 50 jaar Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (p. 109-122). Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. Besselink, L.F.M. (2005). Ongrondwettige grondwetswijzigingen. In W. Hins, A. Nieuwenhuis & H. Reestman (Eds.), Met recht en reede: Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 9-18). Deventer: Kluwer. Besselink, L.F.M. (2005). Van constitutionele beslissingsmacht tot vermeende zeggenschap: parlementaire betrokkenheid bij de deelname van de Nederlandse Krijgsmacht aan internationale militaire operaties. In M. Van Damme (Ed.), De Grondwet en het inzetten van de strijdkrachten (p. 137-173). Antwerpen: Maklu. Besselink, L.F.M. (2005). Inburgering, gelijke behandeling en verblijfrecht van vreemdelingen in Nederland. Voorstudie voor de Adviescommissie Vreemdelingenzaken. Voorstudies ACVZ (Ext. rep. 7). Den Haag: Ministerie van Justitie. Besselink, L.F.M. (2005). De invloed van Europeanisering op de constitutionele verhoudingen in Nederland. Beleid en Maatschappij, 32(1), 45-55. Besselink, L.F.M. (2006). Constitutional Referenda in the Netherlands: a Debate in the Margin. In J.H.M. van Erp & L.P.W. van Vliet (Eds.), Netherlands reports to the seventeenth International Congress of Comparative Law (p. 349-378). Antwerp: Intersentia. Besselink, L.F.M. (2006). National Parliaments in the EU's Composite Constitution: a Plea for a Shift in Paradigm. In Ph. Kiiver (Ed.), National and Regional Parliaments in the European Constitutional Order (p. 117-131). Groningen: Europa Law Publishing. Besselink, L.F.M. (2006). The Dutch Constitution, the European Constitution and the Referendum in the Netherlands. In A. Albi & J. Ziller (Eds.), The European Constitution and the National Constitutions: the Ratification and Beyond (European monographs, 54) (p. 113-123). Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International. Besselink, L.F.M. (2006). Unequal Citizenship: Integration Measures and Equality. In S. Carrera (Ed.), The Nexus between Immigration, Integration and Citizenship in the EU (CEPS Challenge Papers) (p. 14-19). Brussels: Centre for European Policy Studies. 392 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Besselink, L.F.M. (2006). De Binnengrenzen van het Koninkrijk, of: Het voorontwerp ‘Verbanning en Inburgering’. Tijdschrift voor Antilliaans Recht-Justicia, 3, 70-84. Besselink, L.F.M. (2006). Double Dutch: the Referendum on the European Constitution. European Public Law, 12(3), 345-352. Besselink, L.F.M. (2006). De Binnengrenzen van het Koninkrijk, of: Het voorontwerp ‘Verbanning en Inburgering’. Challenge – Liberty and Security in Europe. [Online]. Available from: <http://www.libertysecurity.org/article967. html> [29-05-2006]. Besselink, L.F.M. (2006). Expulsion and Integration: Erecting Internal Borders within the Kingdom of the Netherlands. Challenge – Liberty and Security in Europe. [Online]. Available from: <http://www.libertysecurity.org/article1096. html> [12-09-2006]. Besselink, L.F.M. (2007). Geschillenbeslechting in de Koninkrijksverhoudingen – een constitutioneel tekort. In H.R.B.M. Kummeling & J.M. Saleh (Eds.), Nieuwe verhoudingen binnen het Koninkrijk (Cahierreeks) (p. 117-132). Utrecht: Disciplinegroep Staats- en Bestuursrecht van de Universiteit van Utrecht. Besselink, L.F.M. (2007). Hoofdstuk 3: Internationaal Recht en Nationaal Recht. In N. Horbach, R. Lefeber & O. Ribbelink (Eds.), Handboek Internationaal Recht (p. 47-80). Den Haag: T.M.C. Asser Press. Besselink, L.F.M. (2007). Ius Publicum Europaeum: § 6 Grundstrukturen staatlichen Verfassungsrechts: Niederlande. In A. von Bogdandy, P. Cruz Villalón & P.M. Huber (Eds.), Handbuch Ius Publicum Europaeum, Band I: Nationales Verfassungsrecht (p. 327-388). Heidelberg: C.F. Müller. Besselink, L.F.M. (2007). Parlement en buitenlandse politiek – Een drieluik over constititutionele relaties tot de buitenwereld. In Publikaties van de Staatsrechtkring (Staatsrechtconferenties, 10) (p. 177-204). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Besselink, L.F.M. (2007). Nederlands post-koloniaal kiesrecht: het Europees Parlement en de Tweede Kamer. Nederlands tijdschrift voor Europees recht, 13(4), 64-71. Blomberg, A.B., Gier, A.A.J., Rijswick, H.F.M.W. van & Widdershoven, R.J.G.M. (Eds.). (2007). Van Utrecht via Brussel naar Maastricht. Opstellen over de betekenis van het Europese recht voor het omgevingsrecht en het algemeen bestuursrecht. Deventer: Kluwer. (255 p.) 393 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Broeksteeg, J.L.W., Hardy, E.M.J., Klosse, S., Peeters, M.G.W.M. & Verhey, L.F.M. (2005). Zicht op wetgevingskwaliteit. Een onderzoek naar de wetgevingsadvisering van de Raad van State (WODC-reeks Onderzoek en beleid, 233). Den Haag/Meppel: Boom Juridische uitgevers. (560 p.) Broeksteeg, J.L.W. & Verhey, L.F.M. (Eds.). (2005). Een versterking van de minister-president? (Publikaties van de Staatsrechtkring, 23). Deventer: Kluwer. (72 p.) Broeksteeg, J.L.W. (2005). De Nederlandse regering als Europees onderhandelaar. In H.M.Th.D. ten Napel & W.J.M. Voermans (Eds.), De betekenis van de Europese Grondwet voor de Nederlandse staatsinstellingen (p. 55-67). Deventer: Kluwer. Broeksteeg, J.L.W. & Verhey, L.F.M. (2005). Een versterking van de ministerpresident? In J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Een versterking van de minister-president? (Publikaties van de Staatsrechtkring, 23) (p. 61-70). Deventer: Kluwer. Broeksteeg, J.L.W., Berg, J.Th.J. van den & Verhey, L.F.M. (Eds.). (2006). Ministeriële verantwoordelijkheid opnieuw gewogen (Publikaties van de Staatsrechtkring, 25). Alphen aan den Rijn: Kluwer. (116 p.) Broeksteeg, J.L.W. (2006). Ministeriële verantwoordelijkheid voor zelfstandige bestuursorganen. In J.L.W. Broeksteeg, J.Th.J. van den Berg & L.F.M. Verhey (Eds.), Ministeriële verantwoordelijkheid opnieuw gewogen (Publikaties van de Staatsrechtkring, 25) (p. 87-96). Alphen aan den Rijn: Kluwer. Broeksteeg, J.L.W. & Knippenberg, E.T.C. (2006). The Role of the Senate in the Legislative Process. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 13(2), 219-237. Broeksteeg, J.L.W. (Ed.). (2007). De direct gekozen burgemeester in Duitsland, De staatsrechtelijke verhouding tussen burgemeester, raad en wethouders in zeven Duitse deelstaten. Den Haag: Sdu. (184 p.) Broeksteeg, J.L.W. (2007). De Duitse benadering: Gemeentelijke samenwerkingsverbanden in Kreise. In R. Fraanje, D. Gudde, H.M. ten Napel & J. Prij (Eds.), Christen Democratische Verkenningen Lente 2007 (p. 120-129). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Broeksteeg, J.L.W. (2007). De Eerste Kamer als politiek orgaan. In J.Th.J. van den Berg, J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Het parlement (p. 171175). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. 394 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Claes, M.L.H.K. (2005). Constitucionalizando Europa desde su fuente. Las ‘cláusulas europeas’ en las Constituciones nacionales: evolución y tipología. In M. Cartabia, B. de Witte & P. Pérez Tremps (Eds.), Constitución Europea y Constituciones Nacionales (p. 123-190). Valencia: Tirant Lo Blanch. Claes, M.L.H.K. (2005). De betekenis van de Europese Grondwet voor de Nederlandse rechter. In ten H.-M.T.D. Napel et al. (Eds.), De betekenis van de Europese Grondwet voor de Nederlandse staatsinstellingen (Publicaties van de Staatsrechtkring, 24) (p. 69-92). Deventer: Kluwer. Claes, M.L.H.K. (2005). Passing the Hot Potato? Judicial Protection in the Area of Freedom, Security and Justice and the Role of European and National Courts. In H. Schneider (Ed.), Migration, Integration, Citizenship. A Challenge for Europe's Future (p. 229-254). Maastricht: Maastricht University Press. Claes, M.L.H.K. (2005). Constitutionalising Europe at its Source. Europe Provisions in National Constitutions, Evolution and Typology. Yearbook of European Law 2003, 81-125. Claes, M.L.H.K. (2005). Le ‘clausole europee’ nelle costituzioni nazionali. Quaderni Costituzionali, 229-254. Claes, M.L.H.K. (2006). Comparative Constitutional Law. In J.M. Smits (Ed.), Encyclopedia of Comparative Law (p. 187-199). Cheltenham: Edward Elgar. Claes, M.L.H.K. (2007). The Europeanisation of national constitutions in the constitutionalisation of Europe. Some observations against the background of the constitutional experience of the EU-15. Croatian Yearbook of European Law and Policy, 1-38. Dragstra, L. (2005). Publicatieverboden getoetst aan artikel 7 lid 1 Grondwet. In A.J. Nieuwenhuis, A.W. Hins & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 28-36). Deventer: Kluwer. Driessche, I. Van den (2006). Ministeriele verantwoordelijkheid voor de Koning, het Koninklijk Huis en de Koninklijke Familie. In J.L.W. Broeksteeg, J.Th.J. van den Berg & L.F.M. Verhey (Eds.), Ministeriële verantwoordelijkheid opnieuw gewogen (Publicaties van de staatsrechtkring, 25) (p. 71-80). Alphen aan de Rijn: Kluwer. Duijkersloot, A.P.W. (2005). De beboetbare staat. In Ch.W. Backes, P.J.J. van Buuren, G.T.J.M. Jurgens & R.J.G.M. Widdershoven (Eds.), Lex Dura Sed Lex (p. 33-46). Deventer: Kluwer. 395 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Duijkersloot, A.P.W. (2005). Do courts engage in lawmaking in relation to supervision of the insurance industry? Reflections on supervision in the Netherlands and Germany. In E.C.H.J. van der Linden & F.A.M. Stroink (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 225-234). Antwerp: Intersentia. Duijkersloot, A.P.W. (2006). Access to documents in a multilevel setting. In A. van Hoek, A.M. Hol, O.J.D.L.M. Jansen, P. Rijpkema & R.J.G.M. Widdershoven (Eds.), Governance in Enforcement and Adjudication (p. 129157). Antwerp: Intersentia. Duijkersloot, A.P.W. (2007). Toezicht op gereguleerde markten. Nijmegen: Ars Aequi Libri. (117 p.) Duijkersloot, A.P.W. & Widdershoven, R.J.G.M. (2007). De Dienstenrichtlijn en het algemeen bestuursrecht. Regelmaat, 5, 190-204. Duijkersloot, A.P.W. (2007). Openbaarheid van documenten onder de Wob en de Eurowob: een LAT-relatie. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 9(2), 24-37. Gerards, J.H., Heringa, A.W. & Janssen, H.L. (2005). Genetic Discrimination and Genetic Privacy in a Comparative Perspective. Antwerp: Intersentia. (241 p.) Geurink, E. (2006). Ministeriële verantwoordelijkheid voor ambtenaren. In J.L.W. Broeksteeg, J.Th.J. van den Berg & L.F.M. Verhey (Eds.), Ministeriële verantwoordelijkheid opnieuw gewogen (p. 41-52). Alphen aan den Rijn: Kluwer. Heldeweg, M.A. (2005). Good Environmental Governance in the EU: Lessons from work in progress? In D. Curtin & R.A. Wessel (Eds.), Good Governance and the European Union: Concepts, Implications and Applications (Ius Commune Europaeum, 49) (p. 175-214). Antwerp: Intersentia. Heldeweg, M.A. (2005). Towards Good Environmental Governance in Europe. European Environmental Law Review, 1, 2-24. Heldeweg, M.A. (Ed.). (2006). Rechtsvorming en governance (Publikaties van de Staatsrechtkring. Staatsrechtconferenties, 10). Alphen aan den Rijn: Kluwer. (XII + 189 p.) Heldeweg, M.A. (2006). Een evenwichtig debat. In T. Barkhysen, W. den Ouden & Y.E. Schuurmans (Eds.), Het model Tak: Verhoogde rechtsbescherming in het bestuursrecht (p. 83-95). Alphen aan den Rijn: Kluwer. Heldeweg, M.A. (2006). Bestuursrecht en beleid. Groningen: Wolters Noordhoff. (416 p.) 396 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Heldeweg, M.A. (2006). Geregeld toezicht. Juridische modaliteiten voor de regeling van het toezicht; i.h.b. toegepast op de nieuwe consumentenautoriteit. In M.A. Heldeweg (Ed.), Rechtsvorming en Governance (Publikaties van de Staatsrechtkring. Staatsrechtconferenties, 10) (p. 161-186). Alphen aan den Rijn: Kluwer. Heldeweg, M.A. (2006). Een koekoeksjong in het consumentenrecht? Bestuursrechtelijke aspecten van de nieuwe consumentenautoriteit. Tijdschrift voor Consumentenrecht & Handelspraktijken, 5, 147-162. Heldeweg, M.A. (2006). Supervisory governance, the case of the Dutch Consumer Authority. Utrecht Law Review, 2(1), 67-90. Heringa, A.W. (2005). International and national legal instruments. In J.H. Gerards, A.W. Heringa & H.L. Janssen (Eds.), Genetic Discrimination and Genetic Privacy in a Comparative Perspective (p. 27-46). Antwerp: Intersentia. Heringa, A.W. (2005). Judicial Lawmaking (un)limited. In F. Stroink & E. van der Linden (Eds.), Lawmaking and administrative law (p. 99-119). Antwerp: Intersentia. Heringa, A.W., Jansen, A.M.L., Linden, E.C.H.J. van der & Verhey, L.F.M. (Eds.). (2006). Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink. Den Haag: Sdu. (302 p.) Heringa, A.W. (2006). De ‘duas’ in het staatsrecht. Een verlate bespreking van Stroinks Maastrichtse oratie. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 7-16). Den Haag: Sdu. Heringa, A.W. (2006). Human Rights and general principles and their importance as a legislative technique. Do they matter in legislation? An analysis with specific reference to environmental protection. In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 9-23). Cheltemham: Edward Elgar. Heringa, A.W. & Kiiver, P. (2007). Constitutions Compared – An Introduction to Comparative Constitutional Law (Ius Commune Europaeum, 65). Antwerp: Intersentia. (x + 171 p.) Hins, A.W., Nieuwenhuis, A.J. & Reestman, J.H. (Eds.). (2005). Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede. Deventer: Kluwer. (172 p.) Hins, A.W. (2005). Achterkamertjespolitiek bij uitstek. Informatie over de kabinets(in)formatie. In A.J. Nieuwenhuis, A.W. Hins & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 59-68). Deventer: Kluwer. 397 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hins, A.W. (2005). Constitutionele toetsing, proportionaliteit en Verhältnismäßigkeit. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 61-78). Deventer: Kluwer. Hins, A.W., Meij, J.M. de et al. (2006). Toegang tot rechterlijke uitspraken?, rapport van de VMC-studiecommissie Openbaarheid van rechtspraak. Mediaforum, 4, 1-20. Hoetjes, B.J.S. (2005). Baarle bijzonder – een scenario-onderzoek naar toekomstmogelijkheden en oplossingen voor de algemeen-bestuurlijke problematiek van de gemeenten Baarle-Hertog (B) en Baarle-Nassau (NL). Maastricht: METRO-CELS. (96 p.) Hoetjes, B.J.S. (2005). De grens op de bestuurlijke agenda – knelpunten en wensen van Nederlandse decentrale overheden in het grensoverschreidend verkeer met Noordrijn-Westfalen. Maastricht: METRO-CELS. (61 p.) Hoetjes, B.J.S. & Meule, I. van der (Eds.). (2006). Wereldstedelingen – bijdragen over burgerschap uit de lectoraten van de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk. Den Haag: Karakter. (256 p.) Hoetjes, B.J.S. (2006). Burgerschap in de 21e eeuw – meervoudig en moeizaam. In B.J.S. Hoetjes & I. van der Meule (Eds.), Wereldstedelingen – bijdragen over burgerschap uit de lectoraten van de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk (p. 14-28). Den Haag: Karakter. Hoetjes, B.J.S. (2006). Inleiding: de stad en de wereld van de burgers. In B.J.S. Hoetjes & I. van der Meule (Eds.), Wereldstedelingen – bijdragen over burgerschap uit de lectoraten van de Haagse Hogeschool/THRijswijk (p. 9-15). Den Haag: Karakter. Hoetjes, B.J.S. (2006). Tot elkaar veroordeeld: grensvervlechting en gemeentebestuur in Baarle. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 175-191). Antwerpen: Intersentia. Hoetjes, B.J.S., Krijtenburg, M. & Nigten, C. (2007). Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion. The Hague: The Hague University of professional education. (144 p.) Hoetjes, B.J.S. & Krijtenburg, M. (2007). An inspiring conference about European ideals and values. In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 14-18). The Hague: The Hague University of professional education. 398 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Hoetjes, B.J.S. (2007). Catholics, catholicism and Europe. In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 60-62). The Hague: The Hague University of professional education. Hoetjes, B.J.S. (2007). Een beter openbaar bestuur. In P.G. Kroeger & J. Zondag (Eds.), Kennis loont 2007-2011 (p. 44-50). Amsterdam: Dutch University Press. Hoetjes, B.J.S. (2007). From far and wide. Gandhi and Europe. In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 108-110). The Hague: The Hague University of professional education. Hoetjes, B.J.S. (2007). Goodbye to Eurocentrism. Views on European integration from other continents, especially North America. In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 122-126). The Hague: The Hague University of professional education. Hoetjes, B.J.S., Krijtenburg, M. & Nigten, C. (2007). Introduction. In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 9-13). The Hague: The Hague University of professional education. Hoetjes, B.J.S. (2007). The European ideal. Schuman A.D. 2006? In B.J.S. Hoetjes, M. Krijtenburg & C. Nigten (Eds.), Ideals and values in European integration – sources of inspiration, issues for discussion (p. 28-30). The Hague: The Hague University of professional education. Jansen, A.M.L. (2005). Towards an Adjustment of the Trias Politica: the Administrative Courts as (Procedural) Lawmaker; a Study of the Influence of the European Human Rights Convention and the Case Law by the European Court of Human Rights on the Trias Politica, in particular the Position of Dutch Administrative Courts in relation to the Administration. In F. Stroink & E. van der Linden (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (p. 37-55). Antwerp: Intersentia. Jansen, A.M.L. (2005). Een ‘never ending story’? Opmerkingen over het onderscheid tussen privaatrechtelijke en publiekrechtelijke rechtshandelingen. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 115-131. Jansen, A.M.L. (2006). Op goede gronden. De motivering van uitspraken door de bestuursrechter. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof. mr. F.A.M. Stroink (p. 171-183). Den Haag: Sdu. 399 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Jansen, A.M.L. & Wenders, D.W.M. (2006). Unificerende werking van het EVRM via de redelijke termijn. NJCM-bulletin, 1091-1127. Jurgens, G.T.J.M., Widdershoven, R.J.G.M., Backes, C.W. & Buuren, P.J.J. (Eds.). (2005). Lex Dura Sed Lex. Deventer: Kluwer. ( VII + 217 p.) Jurgens, G.T.J.M. et al. (2006). Over woorden en daden. De Rotterdamse regels en praktijk inzake vergunningen voor de openbare orde en veiligheid. Utrecht: Universiteit Utrecht. (254 p.) Jurgens, G.T.J.M. & Bröring, H.E. (2006). De bestuurlijke boete is zo gek nog niet! Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 10, 340-348. Jurgens, G.T.J.M. (2007). Harmoniseren of integreren? De strafbeschikking en de bestuurlijke boete vergeleken. In Het wetsvoorstel OM-afdoening en de verhouding tussen strafrechtelijke en bestuursrechtelijke handhaving, Preadviezen voor de Vereniging voor wetgeving en wetgevingsbeleid (p. 21-70). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Jurgens, G.T.J.M. (2007). Over een Duitse theorie en Nederlandse prejudiciële vragen: een bestuursrechtelijke relativiteitseis in het licht van het EG-recht. In A. Blomberg, T. de Gier, M. van Rijswick & R. Widdershoven (Eds.), Van Utrecht via Brussel naar Maastricht (p. 141-159). Alpen aan den Rijn: Kluwer. Jurgens, G.T.J.M. & Widdershoven, R.J.G.M. (2007). De betekenis van de invoering van een relativiteitseis voor de rechtsbescherming in het waterrecht. In Th.G. Drupsteen, H.J.M. Havekes & H.F.M.W. van Rijswick (Eds.), Weids Water, Opstellen over waterrecht (Van Hall-bundel) (p. 161-185). Den Haag: Sdu. Jurgens, G.T.J.M. (2007). Introduction of a Relativity-related Requirement in Dutch Administrative Law. Journal for European environmental & planning law, 4, 260-269. Keessen, A. (2006). Ambtshalve toepassing van Europees recht: Moet de rechter zelf argumenten aandragen ontleend aan het Gemeenschapsrecht? Nederlands tijdschrift voor Europees recht, 3, 55-64. Keessen, A., Dotinga, H. & Rijswick, H.F.M.W. van (2007). Van Helsinki via Brussel naar Roermond en terug: grensoverschrijdend stroomgebiedbeheer. In A.B. Blomberg, A.A.J. de Gier, H.F.M.W. van Rijswick & R.J.G.M. Widdershoven (Eds.), Van Utrecht via Brussel naar Maastricht, Opstellen over de betekenis van het Europese recht voor het omgevingsrecht en het algemeen bestuursrecht (p. 161-184). Deventer: Kluwer. Keessen, A. (2007). Reducing the Judicial Deficit in Multilevel Environmental Regulation: the Example of Plant Protection Products. European Environmental Law Review, 18(2), 26-36. 400 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Kiiver, P. (2005). The National Parliaments in an Enlarged Europe and the Constitutional Treaty. In K. Inglis & A. Ott (Eds.), The Constitution for Europe and an Enlarging Union: Unity in Diversity? (p. 85-102). Groningen: Europa Law Publishing. Kiiver, P. (Ed.) (2006). National and Regional Parliaments in the European Constitutional Order. Groningen: Europa Law Publishing. (X + 132 p.) Kiiver, P. (2006). Ministeriële verantwoordelijkheid voor EU-besluitvorming. In J.L.W. Broeksteeg, J.Th.J. van den Berg & L.F.M. Verhey (Eds.), Ministeriële verantwoordelijkheid opnieuw gewogen (p. 57-66). Deventer: Kluwer. Kiiver, P. (2006). Constitutional Transitions in Central and Eastern Europe. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 13, 127-144. Kiiver, P. (2006). De parlementen van Nederland en België en het Europese besluitvormingsproces. Sociaal-economische Wetgeving: Tijdschrift voor Europees en economisch recht, 54, 222-229. Kiiver, P. (2006). The Composite Case for National Parliaments in the European Union: Who Profits from Enhanced Involvement? European Constitutional Law Review, 2, 227-252. Kiiver, P. (2007). Europe in Parliament: Towards Targeted Politicization. Brussels: Scientific Council for Government Policy WRR [Online]. Available from: <http://www.wrr.nl/content.jsp?objectid=4040> [30-05-2007]. Kiiver, P. (2007). European scrutiny in national parliaments: Individual efforts in the collective interest? In J. O' Brennan & T. Raunio (Eds.), National Parliaments within the Enlarged European Union: From ‘Victims’ of Integration to Competitive Actors? (p. 66-78). London/New York: Routledge. Kiiver, P. (2007). Het parlement en de Europese Unie. In J.T.J. van den Berg, J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Het Parlement (p. 39-67). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Kiiver, P. (2007). The European Constitution and the role of national parliaments. In A. Albi & J. Ziller (Eds.), The European Constitution and National Constitutions: Ratification and Beyond (p. 223-234). The Hague/London/New York: Kluwer Law International. Knook, A. (2005). Guns and Tobacco. The Effects of Interstate Trade Case Law on the Vertical Division of Powers. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 11(4), 347-378. Knook, A. (2005). The Court, the Charter, and the Vertical Division of Powers in the European Union. Common Market Law Review, 42(2), 367-398. 401 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Kummeling, H.R.B.M. (2005). Beperkte immuniteit bij parlementaire enquêtes. In F.H. van der Burg et al. (Eds.), Getuigend staatsrecht: liber amicorum A.K. Koekkoek (p. 55-67). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Kummeling, H.R.B.M. (2005). De rechtstreeks gekozen minister-president. In J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Een versterking van de ministerpresident? (p. 33-38). Deventer: Kluwer. Kummeling, H.R.B.M. (2005). Representativity versus Stability. In Department of Consitutional Affairs (Ed.), A New Electoral System: A More Powerful and Dynamic Government? (p. 13-27). Curaçao/Sint Maarten: Ministerie van Constitutionele Zaken. Kummeling, H.R.B.M. & Mijnen, C.A. (2006). Parlementair enquêterecht in de Bondsrepubliek Duitsland. In Onderzoeken over de parlementaire enquête in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (p. 7-42). Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal. Kummeling, H.R.B.M., Muller, E.R. & Bron, R.P. (2007). Veiligheid en privacy. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (85 p.) Kummeling, H.R.B.M. & Saleh, J.M. (Eds.). (2007). Nieuwe verhoudingen binnen het Koninkrijk. Utrecht: Instituut voor staats- en bestuursrecht. (202 p.) Kummeling, H.R.B.M. (2007). Kiesrecht en Koninkrijksparlement. In H.R.B.M. Kummeling & J.M. Saleh (Eds.), Nieuwe verhoudingen binnen het Koninkrijk (p. 67-72). Utrecht: Instituut voor staats- en bestuursrecht. Kummeling, H.R.B.M. (2007). Parlementair onderzoek. Op zoek naar de waarheid, maar met een politiek tintje... In J.Th.J. van den Berg, J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Het Parlement, preadvies voor de Staatsrechtconferentie 2006 (p. 69-81). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Kummeling, H.R.B.M. (2007). Waterschapsverkiezingen: ontwikkeling in isolement? In Th.G. Drupsteen, H.J.M. Havekes & H.F.M.W. van Rijswick (Eds.), Weids Water, Opstellen over waterrecht (Van Hall-bundel) (p. 123137). Den Haag: Sdu. Langbroek, P.M., Fabri, M., Jean, J.-P. & Pauliat, H. (Eds.). (2005). L'administration de la justice en Europe et l'évaluation de sa qualité (Grands colloques). Paris: Montchrestien. (449 p.) Langbroek, P.M., Fabri, M., Jean, J.-P. & Pauliat, H. (2005). A European Research, genesis and methodology. In P.M. Langbroek et al. (Eds.), L'administration de la justice en Europe et l'évaluation de sa qualité (Grands colloques) (p. 7-12). Paris: Montchrestien. 402 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Langbroek, P.M., Fabri, M. & Pauliat, H. (2005). Quality of Judicial Systems: introduction to the comparative analysis. In P.M. Langbroek et al. (Eds.), L'administration de la justice en Europe et l'évaluation de sa qualité (Grands colloques) (p. 17-20). Paris: Montchrestien. Langbroek, P.M. (2005). Quality Management concerning judges judgements and court services. In P.M. Langbroek et al. (Eds.), L'administration de la justice en Europe et l'évaluation de sa qualité (Grands colloques) (p. 49-69). Paris: Montchrestien. Langbroek, P.M. (2005). Recruitment, professional evaluation and career of judges and prosecutors in the Netherlands. In G. Di Federico (Ed.), Recruitment, professional evaluation and career of judges and prosecutors in Europe, Austria, France, Germany, Italy, The Netherlands and Spain (p. 159-185). Bologna: Lo Scarabeo. Langbroek, P.M. (2006). Organisatieontwikkeling en kwaliteitszorg in de rechterlijke organisatie. In E.R. Muller & C.P.M. Cleiren (Eds.), Rechterlijke Macht (p. 115-142). Deventer: Kluwer. Langbroek, P.M. (2006). Kwaliteitszorg in de rechtspraak in Nederland. Tijdschrift voor bestuurswetenschappen en publiekrecht, 423-433. Langbroek, P.M. & Fabri, M. (2006). Toedeling van zaken binnen het gerecht: regels en praktijk in vijf Europese landen en in Nederland. Rechtstreeks, 2, 751. Langbroek, P.M. & Rijpkema, P. (2006). Demands of proper administrative conduct, A research project into the ombudsprudence of the Dutch National Ombudsman. Utrecht Law Review, 2(2), 81-98. [Online]. Available from: <http://www.utrechtlawreview.org> [01-12-2006]. Langbroek, P.M., Boone, M., Kramer, P., Olthof, S. & Ravesteijn, J. van (2007). Financieren en verantwoorden, het functioneren van de rechterlijke organisatie in beeld. Den Haag: Boom Juridische uitgevers. (266 p.) Langbroek, P.M. & Fabri, M. (Eds.). (2007). The Right Judge for Each Case: A study of Case Assignment and Impartiality in Six European Judiciaries (Ius Commune Europaeum, 57). Antwerp: Intersentia. (270 p.) Langbroek, P.M. & Jansen, O. (Eds.). (2007). Defence Rights during Administrative Investigations, a comparative study into defence rights during administrative investigations against EU fraud in England & Wales, Germany, Italy, the Netherlands, Romania, Sweden and Switzerland. Antwerp: Intersentia. (485 p.) 403 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Langbroek, P.M. (2007). Case assignment in Dutch Courts. In P.M. Langbroek & M. Fabri (Eds.), The Right Judge for Each Case: A study of Case Assignment and Impartiality in Six European Judiciaries (Ius Commune Europaeum, 57) (p. 105-131). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. (2007). The research project on rights of the defence in fraud investigations. In P.M. Langbroek & O. Jansen (Eds.), Defence Rights during Administrative Investigations, a comparative study into defence rights during administrative investigations against EU fraud in England & Wales, Germany, Italy, the Netherlands, Romania, Sweden and Switzerland (p. 3-7). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Fabri, M. (2007). Chapter I. The research project, design and methodology. In P.M. Langbroek & M. Fabri (Eds.), The Right Judge for Each Case: A study of Case Assignment and Impartiality in Six European Judiciaries (Ius Commune Europaeum, 57) (p. 3-11). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Fabri, M. (2007). Chapter II. Internal case assignment and judicial impartiality: Comparative analysis. In P.M. Langbroek & M. Fabri (Eds.), The Right Judge for Each Case: A study of Case Assignment and Impartiality in Six European Judiciaries (Ius Commune Europaeum, 57) (p. 1326). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Fabri, M. (2007). Chapter III. A comparison of case assignment systems in six European judiciaries: Description and comparative grid. In P.M. Langbroek & M. Fabri (Eds.), The Right Judge for Each Case: A study of Case Assignment and Impartiality in Six European Judiciaries (Ius Commune Europaeum, 57) (p. 27-81). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Jansen, O. (2007). The juridical backgrounds of OLAF investigations. In P.M. Langbroek & O. Jansen (Eds.), Defence Rights during Administrative Investigations, a comparative study into defence rights during administrative investigations against EU fraud in England & Wales, Germany, Italy, the Netherlands, Romania, Sweden and Switzerland (p. 9-51). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Jansen, O. (2007). General comparison. In P.M. Langbroek & O. Jansen (Eds.), Defence Rights during Administrative Investigations, a comparative study into defence rights during administrative investigations against EU fraud in England & Wales, Germany, Italy, the Netherlands, Romania, Sweden and Switzerland (p. 53-138). Antwerp: Intersentia. 404 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Langbroek, P.M. & Jansen, O. (2007). Recommendations concerning administrative law enforcement in the fight against EU fraud. In P.M. Langbroek & O. Jansen (Eds.), Defence Rights during Administrative Investigations, a comparative study into defence rights during administrative investigations against EU fraud in England & Wales, Germany, Italy, the Netherlands, Romania, Sweden and Switzerland (p. 139-160). Antwerp: Intersentia. Langbroek, P.M. & Rijpkema, P. (2007). Ombudsprudentie in ontwikkeling. In A. Brenninkmeijer (Ed.), Werken aan Behoorlijkheid (p. 269-297). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Langbroek, P.M. (2007). Ombudsmanwerk tussen overheid en burger. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 910-920. Langbroek, P.M. & Boone, M. (2007). Van Dieteren naar Delden. Nederlands Juristenblad, 542-549. Linden, E.C.H.J. van der & Stroink, F.A.M. (Eds.). (2005). Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52). Antwerp: Intersentia. (xxviii + 310 p.) Linden, E.C.H.J. van der (2005). The Will of the Judiciary. The Aliens Courts' Room for Manoeuvre. In F. Stroink & E.C.H.J. van der Linden (Eds.), Judge lawmaking and administrative law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 201225). Antwerp: Intersentia. Linden, E.C.H.J. van der (2006). De mantra der zorgvuldigheid: tussen de marges van de marginale toetsing van het bestuurlijk geloofwaardigheidsoordeel. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 125-141). Den Haag: Sdu. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Grensoverschrijdend vreemdelingenbeleid. Verkenningen terzake van de vraag in welke mate het terrein van het vreemdelingenbeleid en integratie is te karakteriseren als grensoverschrijdend. In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend Recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 27-49). Antwerpen: Intersentia. Linden, E.C.H.J. van der & Sharma, A. (2007). Generaal Pardon, Over regularisatie en illegale vreemdelingen (Monografieën Vreemdeling en Recht). Den Haag: Sdu. (221 p.) Loeffen, S. (2007). Parlementair onderzoek heroverwogen. In J.Th.J. van den Berg & J.L.W. Broeksteeg (Eds.), Het Parlement. Staatsrechtconferentie 2006 (p. 83-90). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. 405 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Lust, S. & Lust, A. (2005). Het grondrecht op een rechter met volle rechtsmacht en de stedenbouwkundige herstelvordering. In F. Verbruggen et al. (Eds.), Strafrecht als roeping. Liber Amicorum Lieven Dupont (Samenleving, criminaliteit en strafrechtspleging, 31) (p. 869-904). Leuven: Universitaire Pers Leuven. Lust, S. (2005). Het vernietigingscontentieux voor het Arbitragehof. Een inleiding. In Vlaamse Conferentie der Balie (Ed.), Proces versus proces (p. 195-260). Brussel: Maklu. Niessen, N.J.A.P.B. (2005). Lawmaking by the National Ombudsman. In F. Stroink & E. van der Linden (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 303-328). Antwerp: Intersentia. Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Decentralized Environmental Management. In M. Faure & N. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 143-181). Cheltenham: Edward Elgar. Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Ombudsbescherming in opmars. Algemene trends en ontwikkeling van de Nationale ombudsman in Nederland en Indonesië. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 243-258). Den Haag: Sdu. Nieuwenhuis, A.J., Schueler, B.J. & Zoethout, C.M. (Eds.). (2005). Proportionaliteit in het publiekrecht. Deventer: Kluwer. (227 p.) Nieuwenhuis, A.J. (2005). Van pothuis en praktische rede. Grondrechten gedurende meer dan zes decennia. In A.J. Nieuwenhuis, A.W. Hins & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 101-107). Deventer: Kluwer. Nieuwenhuis, A.J. (2005). Van proportionaliteit en appreciatiemarge: de noodzakelijkheidstoets in de jurisprudentie van het EHRM. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 37-61). Deventer: Kluwer. Nieuwenhuis, A.J., Zoethout, C.M. & Schueler, B.J. (2005). Inleiding. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 7-12). Deventer: Kluwer. Nieuwenhuis, A.J., Schueler, B.J. & Zoethout, C.M. (2005). Slotbeschouwing. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 211-228). Deventer: Kluwer. 406 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Nieuwenhuis, A.J. (2005). State and Religion, Schools and Scarves. An Analysis of the Margin of Appreciation as Used in the Case of Leyla Sahin v. Turkey, ECHR 29 June 2004. European Constitutional Law Review, 1, 495510. Nieuwenhuis, A.J. (2006). Terrorisme en beperking van grondrechten. De vraag naar de proportionaliteit. Tijdschrift voor bestuurswetenschappen en publiekrecht, 470-478. Nieuwenhuis, A.J. (2007). The Concept of Pluralism in the Case Law of the European Court of Human Rights. European competition Law Review, 3, 367384. Nieuwenhuis, A.J. (2007). Tussen godslastering en bedreiging. In WODC (Ed.), Religie en grondrechten (Justitiële verkenningen, 2007/1) (p. 95-108). Peters, J.A. & Vré, I. de (2005). Vrijheid van Meningsuiting. De betekenis van een grondrecht in tijden van spanning (Preadvies/Vereniging voor de Vergelijkende Studie van het Recht van België en Nederland). Deventer: Kluwer. (IV + 107 p.) Peters, J.A. (2005). Constitutionele Toetsing. In A.J. Nieuwenhuis, A.W. Hins & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 111-116). Deventer: Kluwer. Peters, J.A. (2005). National Parliaments and Subsidiarity: Think Twice. European Constitutional Law Review, I, 68-73. Peters, J.A. & Vré, I. de (2005). Vrijheid van meningsuiting van ambtenaren bedreigd. Nederlands Juristenblad, 7, 348-352. Peters, J.A. & Laan, L. van der (2007). Conflicts of Rights and Today's Dilemma's in Combating Terrorism. In I. Boerefijn & J. Goldschmidt (Eds.), Human rights in the Polder (p. 113-135). Antwerp: Intersentia. Peters, J.A. (2007). Het Tweekamerstelsel in Nederland: nut en doel. Preadvies Staatsrechtconferentie. In J.Th.J. van den Berg, J.L.W. Broeksteeg & L.F.M. Verhey (Eds.), Het Parlement (Publikaties van de Staatsrechtkring) (p. 123155). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Reestman, J.H. (2005). Enkele beschouwingen over de uitspraak van de Conseil constitutionnel van 3 april 2003 (2003-468 DC) over de kieswet voor regionale en Europese verkiezingen. In L. Versteegh et al. (Eds.), De veelzijdige burger: opstellen voor prof. mr. P.J.G. Kapteyn (p. 101-110). Amsterdam: Pallas Publications. 407 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Reestman, J.H. (2005). Le Conseil constitutionnel consacre la suprématie du droit européen!? De Franse constitutionele rechter en secundair gemeenschapsrecht. In A.W. Hins, A.J. Nieuwenhuis & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 123-133). Deventer: Kluwer. Reestman, J.H. (2005). France. Conseil constitutionnel on the Status of Secondary Community Law in the French Internal Legal Order. Decision of 10 June 2004, 2004-496 DC. European Constitutional Law Review, 1, 302-317. Reestman, J.H. (2006). Versterking van de constitutionele positie van lagere rechtsgemeenschappen. De Franse grondwetswijziging van 28 maart 2003. De Gemeentestem, 7265, 611-619. Reestman, J.H. & Schutte, C. (2006). Het Europees Grondwettelijk Verdrag en beginsel van voorrang van Europees recht in Frankrijk en Spanje. Lessen voor Nederland. Sociaal-economische Wetgeving: Tijdschrift voor Europees en economisch recht, 4, 145-158. Reestman, J.H., Peters, J.A., Herman, J. & Bosdriesz, H. (2007). Decentralisatie en toezicht op naleving van Europees recht in Frankrijk en Duitsland. Den Haag: Ministerie van Buitenlandse Zaken. Reestman, J.H., Herman, J. & Olivier, B.K. (2007). No legal residence requirements for the admission of family members with a third country nationality of migrated Union citizens', Grand Chamber decision of 9 January 2007, Case C1/05. European Constitutional Law Review, 463-475. Seerden, R.J.G.H. (Ed.). (2007). Administrative Law of the European Union, its Member States and the United States, A Comparative Analysis (Ius Commune Europaeum, 68). Antwerp: Intersentia. (419 p.) Seerden, R.J.G.H. (2007). Comparative Remarks. In R.J.G.H. Seerden (Ed.), Administrative Law of the European Union, its Member States and the United States, A Comparative Analysis (Ius Commune Europaeum, 68) (p. 401-419). Antwerp: Intersentia. Seerden, R.J.G.H. (2006). Op zittingsbezoek bij de bestuursrechter in Aken, Brussel en Maastricht. Enkele rechtsvergelijkende impressies. In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 227-241). Den Haag: Sdu. Seerden, R.J.G.H. (2006). Publiekrechtelijke samenwerking tussen decentrale overheden in het grensgebied van België en Nederland en Duitsland en Nederland. Waar een juridische weg is, is niet altijd een bestuurlijke wil! In M. Faure & M. Peeters (Eds.), Grensoverschrijdend recht (Ius Commune Europaeum, 58) (p. 123-141). Antwerpen: Intersentia. 408 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Seerden, R.J.G.H. & Stroink, F.A.M. (2007). Administrative Law in the Netherlands. In R.J.G.H. Seerden (Ed.), Administrative Law of the European Union, its Member States and the United States, A Comparative Analysis (Ius Commune Europaeum, 68) (p. 155-219). Antwerp: Intersentia. Stroink, F.A.M. (2006). Supervision and enforcement on the law Concerning Environmental Management. In M.G. Faure & N.J.A.P.B. Niessen (Eds.), Environmental Law in Development. Lessons from the Indonesian Experience (p. 182-187). Cheltenham: Edward Elgar. Stroink, F.A.M. (2006). De groei en bloei van het bestuursrecht (Afscheidsrede, 16 juni 2006). (Publiekrechtelijke reeks Universiteit Maastricht; 17). Den Haag: Sdu (15 p.) Tans, O.J. (2006). The Dutch Parliament and the European Constitution: How Yes Led to No. In P. Kiiver (Ed.), National and Regional Parliaments in the European Constitutional Order (p. 79-95). Groningen: Europa Law Publishing. Tans, O.J. (2006). The Fluidity of Warrants. Using the Toulmin Model to Analyse Practical Discourse. In D. Hitchcock & B. Verheij (Eds.), Arguing on the Toulmin Model, New Essays in Argument Analysis and Evaluation (Argumentation library, 10) (p. 219-230). Dordrecht: Springer. Velde, J. van der (2006). De collectieve klachtenprocedure onder het Europees Sociaal Handvest. NJCM-bulletin, 304-338. Velde, J. van der (2007). Co-referaat bij: Leonard F.M. Besselink, Parlement en buitenlandse politiek. Over constitutionele relaties en de buitenwereld: een drieluik. In Publikaties van de staatsrechtkring, Staatsrechtconferentie 2006 (p. 205-208). Nijmegen: Sdu. Velicogna, M. & Ng, G.Y. (2006). Legitimacy and Internet in the judiciary: A Lesson from the Italian Courts' Websites Experience. International journal of law and information technology, 14, 370-389. [Online]. Available from: <http://ijlit.oxfordjournals.org/cgi/rapidpdf/eal009?ijkey=vUNEF1LL30rdhXb &keytype=ref> [01-01-2006]. Verheij, N. (2007). Europees bestuursrecht: leve de rechtseenheid of weg met de eenheidsworst? In R.J.N. Schlössels (Ed.), In eenheid. Over rechtseenheid en uniforme rechtstoepassing in het bestuursrecht (p. 309-327). Den Haag: Sdu. Verheij, N. (2007). Tien rechtsvorming in het bestuursprocesrecht. Hoe de bestuursrechter actief lijdelijk werd. In C.J. van Dijk (Ed.), Buitengewoon in dienst (p. 105-126). Den Haag: Sdu. Verhey, L.F.M. (2005). Wetgevingsadvisering door de Raad van State: Alleen common sense of ook gericht beleid. Regelmaat, 2005-2, 69-80. 409 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Verhey, L.F.M. (2005). De Hoofddoek als constitutioneel vraagstuk. In S. Rutten (Ed.), Recht van de Islam 22 (p. 59-75). Maastricht: Rimo. Verhey, L.F.M. (2005). Good Governance: Lessons from Constitutional Law. In D.M. Curtin, D.M. Curtin & R.A. Wessel (Eds.), Good Governance and the European Union (p. 49-67). Antwerp: Intersentia. Verhey, L.F.M. (2005). Protection of fundamental rights: Interaction between the legislature and the judiciary. Judicial constitutional review in the United Kingdom and the Netherlands. In F. Stroink & E. van der Linden (Eds.), Judicial Law making and administrative law (p. 121-150). Antwerp: Intersentia. Verhey, L.F.M. & Verheij, N. (2005). De macht van de marktmeesters: Markttoezicht in constitutioneel perspectief. In Toezicht (Handelingen/ Nederlandse Juristen-Vereniging, 2005-1) (p. 135-332). Deventer: Kluwer. Verhey, L.F.M. (2006). De toekomst van de Raad van State: het einde van de Procola-kramp? In A.W. Heringa, A.M.L. Jansen, E.C.H.J. van der Linden & L.F.M. Verhey (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 17-31). Den Haag: Sdu. Verhey, L.F.M. (2006). Parlementair onderzoek in het Verenigd Koninkrijk: de Select Committees of the House of Commons. In H.R.B.M. Kummeling, C.A.J.M. Kortmann & L.F.M. Verhey (Eds.), De parlementaire enquête in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (p. 63-102). Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal. Verhey, L.F.M. (2007). Rechtsvorming in vergelijkend perspectief: de Engelse Human Rights Act 1998. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 56, 28-41. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de toetsing aan het EG-recht. In W. den Ouden (Ed.), Staatssteun en de Nederlandse rechter (Meijers-reeks, 94) (p. 39-56). Deventer: Kluwer. Widdershoven, R.J.G.M. & Michiels, F.C.M.A. (2005). De bestuurlijke boete als instrument voor de gemeentelijke handhaving in Nederland. In M. Santens (Ed.), Gewapend Bestuur? Gemeentelijke bestuur(srecht) en gemeentelijke administratieve sancties ter bestrijding van overlastfenomenen en kleine criminaliteit (Tegenspraak, 24) (p. 159-176). Brugge: die Keure. Widdershoven, R.J.G.M. & Ortlep, R. (2005). De Wet kosten bestuurlijke voorprocedures in de rechtspraak. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 4, 147167. 410 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Widdershoven, R.J.G.M. (2006). De Europese rol van de nationale rechter: rechtsbeschermer of controleur. In A.W. Heringa et al. (Eds.), Het bestuursrecht beschermd. Liber Amicorum prof.mr. F.A.M. Stroink (p. 57-69). Den Haag: Sdu. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Over de verantwoording van geheim rechterlijk overleg. In K.J. de Graaf, A.T. Marseille & H.B. Winter (Eds.), Op tegenspraak. Opstellen voor prof. mr. L.J.A. Damen (p. 285-297). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Widdershoven, R.J.G.M. & Michiels, F.C.M.A. (2006). Handhaving en rechtsbescherming. In F.C.M.A. Michiels & E.R. Mulder (Eds.), Handhaving, Bestuurlijke handhaven in Nederland (p. 87-120). Deventer: Kluwer. Widdershoven, R.J.G.M. & Verhoeven, M.J.M. (2006). Evaluatie belastingrechtspraak in twee instanties, Eindrapport fase 1. Research Memoranda (Ext. rep. 3). Den Haag: Raad voor de Rechtspraak. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). De invloed van het EG-recht en het EVRM op de Nederlandse bestuursrechtspraak. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, 26-48. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Gemeenten aan de Europese ketting? De Gemeentestem, 7270(40), 187-195. Wijdekop, F. (2005). L'histoire se répète – Tijdloze gedachten over de verhouding tussen Grondwet en verdrag uit de 19e eeuw. In W. Hins, A. Nieuwenhuis & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede. Opstellen aangeboden aan mr. J.L. de Reede (p. 152-159). Deventer: Kluwer. Woltjer, A.J.Th. (2005). De ene rechterlijke toetsing is de andere niet. In Ch. Bakkes (Ed.), Lex Dura, sed Lex/Opstellen over de handhaving van omgevingsrecht (p. 203-213). Deventer: Kluwer. Woltjer, A.J.Th. (2005). Free movement of persons in the European Union – the evolutive approach of the Court of Justice EC. In E. van der Linden & F. Stroink (Eds.), Judicial Lawmaking and Administrative Law (Ius Commune Europaeum, 52) (p. 81-96). Antwerp: Intersentia. Zoethout, C.M. (2005). ‘Directive principles of state policy’ en sociale grondrechten. In W. Hins, A. Nieuwenhuis & J.H. Reestman (Eds.), Recht en Reede, Opstellen aangeboden aan J.L. de Reede (p. 163-170). Deventer: Kluwer. Zoethout, C.M. (2005). ‘The Nutcracker Principle’ of proportionaliteit als rechtsstatelijk beginsel voor wetgever en bestuur. In A.J. Nieuwenhuis, B.J. Schueler & C.M. Zoethout (Eds.), Proportionaliteit in het publiekrecht (p. 2335). Deventer: Kluwer. 411 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Zoethout, C.M. et al. (2006). Een grondwet voor de 21ste eeuw: voorstudie van de werkgroep grondwet van de Nationale Conventie. Den Haag: Nationale Conventie. Zoethout, C.M. (2006). A Bill of Rights for Britain? Alweer? Over terrorismebestrijding, mensenrechten en publieke veiligheid in het Verenigd Koninkrijk. Nederlands Juristenblad, 44, 2531-2535. Zoethout, C.M. (2007). The Court and the Charter of Fundamental Rights. In A. Kinneging (Ed.), Rethinking Europe's Constitution (p. 213-227). Nijmegen: Wolf Legal Publishers. Zwart, T. (2005). Standing to Raise Constitutional Issues in the Netherlands. In R. Kay (Ed.), Standing to raise constitutional issues: comparative perspectives (Académie internationale de droit comparé, 8) (p. 341-365). Brussels: Bruylant. Zwart, T. & Koopmans, T. (2005). The Relation between State and Religion in the Netherlands. Revue européenne de droit public/European review of public law, 17(1), 449-463. Zwart, T. & Stapert, B. (2005). De Republikeinse Verkiezingsoverwinning en het Amerikaanse Hooggerechtshof. Nederlands Juristenblad, 80(11), 585-590. Zwart, T. (2007). Sticks and stones can break my bones, but words can never hurt me. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 1, 45-47. Zwart, T. & McGonigle, B. (2007). Het recht op abortus op de tocht? De zaak Carhart v. Gonzales van het Amerikaanse Hooggerechtshof. Nederlands Juristenblad, 82(43), 2741-2745. VAKPUBLICATIES Addink, G.H. (2006). Algemene beginselen van goed bestuur. Van behoorlijk naar goed bestuur: een verbreding en verdieping. Utrecht: Staats- en Bestuursrecht. (323 p.) Addink, G.H. (2006). Bestuursdwang (Handhaving van bestuursrecht). Eindhoven: Euroforum. (58 p.) Addink, G.H. (2006). Bewerking Afdeling 3.4 (Commentaar Awb (losbladig)). Den Haag: Elsevier. (40 p.) Addink, G.H. (2006). Bewerking Afdeling 3.4 (Cremers Milieurecht (losbladig)). Deventer: Kluwer. (20 p.) Addink, G.H. (2006). Bewerking Wet bibob (Cremers Milieurecht (losbladig)). Deventer: Kluwer. (24 p.) 412 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Addink, G.H. & Jansen, O.J.D.L.M. (2006). Bestuurlijke handhaving en toezicht op de naleving (Handhaving van bestuursrecht). Eindhoven: Euroforum. (66 p.) Addink, G.H. (2007). Preventieve handhaving. In Handhaving van bestuursrecht – deel 2 (p. 1-66). Eindhoven: Euroforum. Addink, G.H. (2007). Bestuursdwang. In Handhaving van bestuursrecht – deel 6 (p. 1-58). Eindhoven: Euroforum. Addink, G.H. (2007). Bewerking artikelen 5: 21 – 5: 26. In Awb-VUGA-bundel. Deventer: Kluwer. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Bewerking hoofdstuk 7 (handhaving). In R.J.N. Schlössels & F.A.M. Stroink (Eds.), Kern van het bestuursrecht (p. 251-285). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Gedeeltelijke bewerking van hoofdstuk 11 (Opdrachten en casus). In R.J.N. Schlössels & F.A.M. Stroink (Eds.), Kern van het bestuursrecht (p. 385-411). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2006). Bewerking hoofdstuk 6 (bestuursrecht). In J.C. Hage, R.J.N. Schlössels & R. Wolleswinkel (Eds.), Recht, vaardig en zeker (p. 289-318). Den Haag: Boom Juridische uitgevers. Albers, C.L.G.F.H. (2006). De ‘Wet bestuurlijke boete overlast openbare ruimte’. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. De Gemeentestem, 7247(38), 137-147. Berge, J.B.J.M. ten (2005). De Nationale ombudsman en de Algemene wet bestuursrecht (naar aanleiding van het jaarverslag 2003). Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht, 117-123. Berge, J.B.J.M. ten (2005). De onafhankelijkheid van de gemeentelijke ombudsman. De Gemeentestem, 7232, 353-359. Berge, J.B.J.M. ten (2006). De ombudsman en de beschikking omringende gedragingen, over competentie en informatieplicht. De Gemeentestem, 9-12. Besselink, L.F.M. (2005). A Constitution for Europe and other Constitutions. European Constitutional Law Review, 3, 335-338. Besselink, L.F.M. (2006). Schriftelijk advies inzake herziening van artikel 100 Grondwet. In Rapport van de Werkgroep Nato Response Force (NRF), Deel Twee, bijlagen. Tweede Kamer der Staten-Generaal. Kamerstukken Tweede Kamer, zittingsjaar 2005-2006, 30162, nrs 4-5, p. 43-50. 413 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Besselink, L.F.M. (2007). Dynamics of European and national citizenship: inclusive or exclusive? European Constitutional Law Review, 3, 1-4. Besselink, L.F.M. (2007). [Bespreking van het boek Een ieder verbindende bepalingen van verdragen]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 3, 116-120. Boogaard, G. & Dragstra, L. (2007). In vergaande staat van ontbinding. Regelmaat, 3, 115-118. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Beantwoording rechtsvraag: Staatsrecht, Burgemeester, openbare orde en noodrecht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 54(11), 973-976. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Rechtsvraag: Staatsrecht, Burgemeester, openbare orde en noodrecht. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 54(6), 524-524. Broeksteeg, J.L.W. & Westerbeek, R. (2006). De ambtenaar in spagaat. De Gemeentestem, 1, 1-9. Broeksteeg, J.L.W. (2007). De staatsrechtelijke positie van de wethouder in Duitsland, Speelbal tussen raad en direct gekozen burgemeester? De Gemeentestem, 7283(128), 563-570. Claes, M.L.H.K. (2006). [Bespreking van het boek Constitutional Law of 15 EU Member States]. C.M.L.Rev., 43, 1203-1204. Dragstra, L. (2005). Reactie op ‘De Raad van State voorbij...?’. Ars Aequi: juridisch studentenblad, 9, 725-726. Dragstra, L. (2006). Zendtijd voor politieke partijen 1925-2006. Mediaforum, 11/12, 346-355. Dragstra, L. & Boogaard, G. (2006). In vergaande staat van ontbinding. Opmerkingen over artikel 137 lid 3 van de Grondwet. [Online] Available from: <http://home.medewerker.uva.nl/l.dragstra> [14-12-2006]. Duijkersloot, A.P.W. & Ortlep, R. (2006). Strafrechtelijke aansprakelijkheid van de overheid: recente ontwikkelingen in rechtspraak en wetgeving. Overheid en Aansprakelijkheid, 3, 53-62. Duijkersloot, A.P.W., Loop, M.L.M. van der & Schagen, J.A. van (2007). Teksten Openbaarheid van bestuur 2007/2008. Den Haag: Sdu. (264 p.) Heldeweg, M.A. (2006). Rechtsvorming en Governance. Redactioneel voorwoord. In M.A. Heldeweg (Ed.), Rechtsvorming en Governance (Publikaties van de Staatsrechtkring. Staatsrechtconferenties, 10) (p. V-VII). Alphen aan den Rijn: Kluwer. 414 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Heringa, A.W. (2006). Chapter 12. Right to Respect for Privacy (Article 8). In P. van Dijk, F. van Hoof, A. van Rijn & L. Zwaak (Eds.), Theory and Practice of the European Convention on Human Rights (p. 663-750). Antwerp: Intersentia. Heringa, A.W. & Hoof, F. van (2006). Chapter 15. Freedom of Association and Assembly (Article 11). In P. van Dijk, F. van Hoof, A. van Rijn & L. Zwaak (Eds.), Theory and Practice of the European Convention on Human Rights (p. 817-840). Antwerp: Intersentia. Heringa, A.W. & Hoof, F. van (2006). Chapter 33. Prohibition of Discrimination (Article 14). In P. van Dijk, F. van Hoof, A. van Rijn & L. Zwaak (Eds.), Theory and Practice of the European Convention on Human Rights (p. 10271051). Antwerp: Intersentia. Heringa, A.W., Bellekom, Th.L., Velde, J. van der & Verhey, L.F.M. (2007). Compendium van het staatsrecht. Deventer: Kluwer. (425 p.) Hins, A.W. (2005). Mediarecht. Ars Aequi Katern, 94(54 (3)), 5195-5196. Hins, A.W. (2005). Mediarecht. Ars Aequi Katern, 95(54 (6)), 5266-5268. Hins, A.W. (2005). Mediarecht. Ars Aequi Katern, 96(54 (9)), 5323-5325. Hins, A.W. (2005). Mediarecht. Ars Aequi Katern, 97(54 (12)), 5388-5390. Hins, A.W. (2005). Voetbalrechten en voorkeursrecht. Mediaforum, 2, 37. Hins, A.W. (2006). Kroniek Mediarecht. Ars Aequi Katern, 98, 5455-5457. Hins, A.W. (2006). Kroniek Mediarecht. Ars Aequi Katern, 99, 5520-5521. Hins, A.W. (2006). Kroniek Mediarecht. Ars Aequi Katern, 100, 5597-5599. Hins, A.W. (2006). Kroniek Mediarecht. Ars Aequi Katern, 101, 5659-5660. Hins, A.W. (2006). Openbaarheid van bestuur krijgt steun uit Straatsburg. Nederlands Juristenblad, 38, 2185-2186. Hins, A.W. (2006). Naschrift bij H.U. Jessurun d’Oliveira. Nederlands Juristenblad, 44, 2542. Hins, A.W. (2006). Verdacht, verdraaid, Verdonk. Mediaforum, 3, 61. Hins, A.W. (2006). Het ABC van een publieke voorziening. Mediaforum, 6, 161. Hoetjes, B.J.S. (2005). Baarle – luis in de pels of kostbaar kleinood? De Europese Gemeente, 40(2), 3-4. 415 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hoetjes, B.J.S. (2005). Na het referendum – verder zonder Europa? De Europese Gemeente, 40(4), 7. Hoetjes, B.J.S. (2005). Baarle bijzonder – vroeger, nu en straks. De Europese Gemeente, 40(6), 9-10. Hoetjes, B.J.S. (2005). De grenzen van de Nederlandse overheid kennen, benutten, overwinnen. Openbaar Bestuur, 32-36. Hoetjes, B.J.S. (2005). Nederland in de Europese Unie- coördineren of integreren? Bestuurswetenschappen, 2, 165-166. Hoetjes, B.J.S. (2005). Het werkprogramma van de Europese Commissie voor 2006 – hooggestemd en toch bescheiden? Commentaar namens de Europese Beweging Nederland aan de Eerste Kamer. Den Haag: EBN. Hoetjes, B.J.S. & Versteden, C.J.N. (2005). Gemeente Echt Susteren, de zaakSmeets. Echt: Gemeenteraad Echt. Hoetjes, B.J.S. & Werkman, P. (2005). Amersfoort – Stad met een hartprobleem? Een onderzoek naar de besluitvorming rond de keuze van de locatie Kleine Den Haag als gebruiksruimte voor harddrugverslaafde dak- en thuislozen. Amersfoort: Gemeente Amersfoort. Hoetjes, B.J.S. (2006). Gisteren, vandaag, morgen. Staatscourant, 08-05-2006, 5. Hoetjes, B.J.S. (2006). Europa verder met Nederland. Staatscourant, 15-052006, 5. Hoetjes, B.J.S. (2006). De babysit uit Brussel. Staatscourant, 23-05-2006, 5. Hoetjes, B.J.S. (2006). Haal Europa binnen. Staatscourant, 11-09-2006, 3. Hoetjes, B.J.S. (2006). Europa – goed voor de identiteit. Staatscourant, 18-092006, 7. Hoetjes, B.J.S. (2006). Europese regels – meer en beter, alstublieft. Staatscourant, 26-09-2006, 5. Hoetjes, B.J.S. (2006). Denkers over eenwording van heinde en verre – Ghandi en Europa. De Europese Gemeente, 41(1), 13. Hoetjes, B.J.S. (2006). Het Europese ideaal – Schuman anno 2006? De Europese Gemeente, 41(2), 10. Hoetjes, B.J.S. (2006). Katholieken, katholicisme en Europa. De Europese Gemeente, 41(3), 14. 416 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Hoetjes, B.J.S. (2006). Europa – hoe verder met Nederland? De Europese Gemeente, 41(4), 12-13. Hoetjes, B.J.S. (2006). Veranderingen in jumelageland. De Europese Gemeente, 41(6), 10-11. Hoetjes, B.J.S. (2006). Canada, Nederland en de wereld: zestig jaar mythe, beeld en realiteit [Bespreking van het boek Building liberty: Canada and the world peace, 1945-2005]. Internationale Spectator, 60(10), 511-512. Hoetjes, B.J.S. (2006). Europa en de gemeente – nieuwe beknelling of ruimte? in Europa, kans of bedreiging voor lokale gemeenschappen. De Bilt: Gemeente De Bilt. Hoetjes, B.J.S. (2007). De Europese samenwerking en de metajuridica. In R. van der Molen et al. (Eds.), Maastricht celebrates Europe (p. 122-123). Maastricht: JFV Ouranos. Hoetjes, B.J.S. (2007). Grensoverschrijdende samenwerking van decentrale overheden: hoe en waarom? In B. Hessel (Ed.), Europa op het grensvlak van recht en beleid. Europa, je beste kennis (p. 55-66). Den Haag: Sdu. Hoetjes, B.J.S. (2007). Een kat in een pakhuis met vele muizen. Infocus, 8. Hoetjes, B.J.S. (2007). Samenwerken, samenleven – Balkenende-IV in Europa. De Europese Gemeente, 42, 4. Hoetjes, B.J.S. (2007). Gemeentelijke internationale samenwerking – doorlichten en herijken. De Europese Gemeente, 42, 5-6. Hoetjes, B.J.S. (2007). Europa is van de burgers. De Europese Gemeente, 42, 12-13. Hoetjes, B.J.S. (2007). Europa en de gemeenten: nieuwe beknelling of nieuwe ruimte? De Europese Gemeente, 42(1), 14-15. Hoetjes, B.J.S. (2007). Waarom waterschappen Europees moeten denken en werken. De Europese Gemeente, 42 (4), 14-15. Hoetjes, B.J.S. (2007). Vijftig jaar Europese samenwerking – een Duits-Nederlandse gedachtenwisseling. De Europese Gemeente, 42, 22-23. Hoetjes, B.J.S. (2007). Frankrijk na de verkiezingen: een ander land? De Europese Gemeente, 42, 26-27. Hoetjes, B.J.S. (2007). Europa: Frans of vrij? Staatscourant, 29-08-2007, 4. 417 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Hoetjes, B.J.S. (2007). Onterechte federofobie in Europa. Staatscourant, 04-092007, 4. Hoetjes, B.J.S. (2007). Europa en de keizer – samen verder. Staatscourant, 1109-2007, 4. Jansen, A.M.L. (2005). Algemene Vereisten en termijnen van bezwaar en (hoger) beroep (hoofdstuk 6 Awb). In E.J. de Valk & G.H. Addink (Eds.), Procedures in het bestuursrecht (p. 1-49). Eindhoven: Euroforum. Jansen, A.M.L. (2005). Antwoorden preadviseur Mr. A.M.L. Jansen. In C.M. Foblets & S.W.E. Rutten (Eds.), Verslag van de jaarvergadering 17 januari 2005 Nederlandse Vereniging voor Rechtsvergelijking (p. 106-112). Deventer: Kluwer. Jansen, A.M.L. (2005). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 97-105. Jansen, A.M.L. (2005). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 317-323. Jansen, A.M.L. (2005). Tijdige rechtspraak en de rol van de Hoge Raad. Weekblad voor Fiscaal Recht, 1583-1588. Jansen, A.M.L. (2006). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 156-161. Jansen, A.M.L. (2006). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 322-326. Jansen, A.M.L. (2007). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 172-181. Jansen, A.M.L. (2007). Bestuurshandelingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 257-262. Jansen, A.M.L. (2007). Daadkrachtigheid. Jurisprudentie Bestuursrecht Plus, spec.nr., 2. Jurgens, G.T.J.M. (2006). Rechtsbescherming voor aan de wet ontleende verwachtingen. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 3, 85-86. Jurgens, G.T.J.M. (2006). De Wet OM-afdoening: bestuurlijke beboeting in het strafrecht. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 10, 329-330. 418 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Jurgens, G.T.J.M. (2007). Bestuursrechtelijke aanpak van criminaliteit en terrorisme, Bespreking van de preadviezen voor de jaarvergadering van de VAR/Vereniging voor bestuursrecht op 11 mei 2007. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 2007(4), 109-117. Jurgens, G.T.J.M. (2007). Schadevergoeding als pilot voor differentiatie in het bestuursrecht. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 257-259. Keessen, A. (2005). Jurisprudentie samenvatting, T-19/01, GvEA 3 februari 2005. Overheid en Aansprakelijkheid, 45. Keessen, A. (2005). Jurisprudentie samenvatting, T-28/03, GvEA 21 april 2005. Overheid en Aansprakelijkheid, 67. Keessen, A. (2005). Jurisprudentie samenvatting, C-511/03, HvJEG 20 oktober 2005. Overheid en Aansprakelijkheid, 212. Keessen, A. (2006). De relatie tussen productregistratie en waterkwaliteitsregelgeving: geneesmiddelen, diergeneesmiddelen en veevoederadditieven. Bilthoven: RIVM. Keessen, A. & Montforts, M.H.M.M. (2007). Openbaarheid van milieu-informatie bij registratie van (dier)geneesmiddelen, RIVM Briefrapport 601500006/ 2007. Bilthoven: RIVM. (55 p.) Kiiver, P. (2006). Wet op het Staatsburgerschap der Republiek Belarus: vertaling en toelichting. In A.R.E.M. van Erp, G.R. de Groot et al. (Eds.), NW Nationaliteitswetgeving (losbladig). The Hague: Elsevier Overheid. Kiiver, P. (2006). Wet op het Staatsburgerschap der Russische Federatie: vertaling en toelichting. In A.R.E.M. van Erp & G.R. de Groot (Eds.), NW Nationaliteitswetgeving (losbladig, herz. druk). Den Haag: Elsevier Overheid. Kiiver, P. (2007). Lisbon and the Lawyers – Reflections on what the EU Reform Treaty means to Jurists. Maastricht Journal of European and Comparative Law, 337-341. Knook, A. (2005). A Constitutional Union?, Annotated Bibliography/Notes bibliographiques: The Netherlands/Pays-Bas. Revue européenne de droit public/European review of public law, 17(2), 1035-1041. Knook, A. (2006). Developmental Local Government. Revue européenne de droit public/European review of public law, 18(2), 879-885. Knook, A. (2007). [Bespreking van het boek Defence Rights during Administrative Investigation]. Revue européenne de droit public/European review of public law, 19(2), 659-664. 419 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Kummeling, H.R.B.M. et al. (2006). Beginselen van de democratische rechtsstaat. Alphen aan den Rijn: Kluwer. (XIX + 389 p.) Kummeling, H.R.B.M. (2007). Commentaar op de artt. 82-99, 151b-c, 155a-f, Gem.w en artt 80-96, 151a-151f Pw. In T.D. Cammelbeeck, H.R.B.M. Kummeling & A.J. Modderkolk (Eds.), Tekst & Commentaar, Gemeentewet en Provinciewet. Deventer: Kluwer. Kummeling, H.R.B.M. (2007). Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (1954- ). In H. Battjes & B.P. Vermeulen (Eds.), Constitutionele klassiekers (p. 191-214). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Kummeling, H.R.B.M., Cammelbeeck, T.D. & Modderkolk, A.J. (Eds.). (2007). Tekst & Commentaar, Gemeentewet en Provinciewet. Deventer: Kluwer. (580 p.) Langbroek, P.M. & Fabri, M. (Eds.). (2007). Case assignment to courts and within courts (translated by Fan Mingzhi, Zhang Chuanyi, Qu Guojian). Beijing: China Law Press. (284 p.) Langbroek, P.M. (2007). Bekostiging van de rechterlijke organisatie, Opinie. Nederlands Juristenblad, 161. Langbroek, P.M. & Hol, A.M. (2007). Introduction. Utrecht Law Review, 3(1), 1-7. [Online]. Available from: <http://www.utrechtlawreview.org> [01-062007]. Langbroek, P.M. & Rijpkema, P. (2007). Over de behoorlijkheidsnorm en zijn toepassing. Kwartaalblad voor Recht, Bestuur en Organisatie van Hulpdiensten, 118-132. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Misbruik van (proces)recht en oneigenlijk gebruik van recht. Enige verkenningen naar aanleiding van recente jurisprudentie ten aanzien van vreemdelingen. Journaal Vreemdelingenrecht, 6(90), 275285. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Hoofdstuk 2, katern 2A Rechtspleging: ontvankelijkheids- en bevoegdheidsvragen, par. 2.1 Algemeen. In Bestuursprocesrecht (losbladig, aanvulling 28) (p. 1-12). Lelystad: Vermande. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Hoofdstuk 1. Actoren, aanvulling. In Algemeen bestuursrecht (Losbladig (aanvulling 8)) (p. 23-42). Lelystad: Vermande. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Hoofdstuk 2, katern 2B. In Bestuursprocesrecht (Losbladig (aanvulling 33)) (p. 1-46). Lelystad: Vermande. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Hoofdstuk 2, katern 2E. In Bestuursprocesrecht (Losbladig (aanvulling 32)) (p. 1-26). Lelystad: Vermande. 420 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Linden, E.C.H.J. van der (2006). Hoofdstuk 2, katern 2F. In Bestuursprocesrecht (Losbladig (aanvulling 32)) (p. 1-44). Lelystad: Vermande. Linden, E.C.H.J. van der (2007). De meeste dromen zijn bedrog: over toetsing(sintensiteit) van het geloofwaardigheidsoordeel. Journaal Vreemdelingenrecht, 6, 422-443. Linden, E.C.H.J. van der (2007). Geschiedenis van het generaal pardon. Over de verschillende regularisatieregelingen in ons land. Journaal Vreemdelingenrecht, 10, 948-975. Lust, S. (2005). Vergunningen. In R. Hubeau & F. Voets (Eds.), Ruimtelijke ordening voor beginners (p. 80-131). Brugge: die Keure. Lust, S. & Lust, A. (2005). De administratieve verankering van het milieumisdrijf. In J. Ghysels & P. Flamey (Eds.), Milieustrafrecht en strafprocesrecht, actuele vraagstukken (p. 511-567). Brussel: Larcier. Lust, S. (2005). Het ‘reparatiedecreet’ van 22 april 2005: een overzicht. Tijdschrift voor Ruimtelijke Ordening & Stedenbouw, 204-215. Lust, S. (2005). Stedenbouwstrafrecht: een status quaestionis, deel 2, de herstelvordering. Publiekrechtelijke Kronieken/Chroniques de droit public, 515-541. Lust, S. (2005). Wijziging van de Grondwet: terminologische aanpassing (korte duiding bij een grondwetswijziging d.d. 25 februari 2005). Rechtspraak Antwerpen Brussel Gent, 789. Lust, S. (Ed.). (2006). Het Arbitragehof en het ruimtelijke-ordeningsrecht. Brugge: die Keure. (266 p.) Lust, S. & Luypaers, P. (Eds.). (2006). Rampen, noodsituaties, crisis (...). Voorkoming, beheersing en bestrijding; bevoegdheden, verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden. Brugge: die Keure. (132 p.) Lust, S. (2006). De bestuursgeschillen. Stand van zaken en actuele ontwikkelingen: de hervorming van de Raad van State. In P. van Orshoven (Ed.), Gerechtelijk recht (Cahier Themis) (p. 83-114). Brugge: die Keure. Lust, S. (2006). Het Arbitragehof en de ruimtelijke ordening: de vergunningen. In S. Lust (Ed.), Het Arbitragehof en het ruimtelijke-ordeningsrecht (p. 93180). Brugge: die Keure. Lust, S. & Boullart, S. (2006). Stedenbouwkundige vergunningen. In K. Deketelaere (Ed.), Handboek milieu- en energierecht (p. 561-647). Brugge: die Keure. 421 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Niessen, N.J.A.P.B. (2005). Commentaar bij artt. 9:1 t/m 9:9 Awb. In Het burgerlijke ambtenarenrecht (Aanvulling 48). Den Haag: Elsevier Juridisch. (50 p.) Nieuwenhuis, A.J. (2006). Over de grens van de vrijheid van meningsuiting. (2de herz. druk). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (373 p.) Nieuwenhuis, A.J. (2006). Vrijheid van meningsuiting en strafrecht in het 3e millennium. Mediaforum, 4, 93-100. Nieuwenhuis, A.J. (2006). Van canon en ontkenning. Mediaforum, 11/12, 337. Nieuwenhuis, A.J. (2006). Verstoren als grondrechtelijk probleem. Nota Bene, 10-13. Nieuwenhuis, A.J. (2006). [Bespreking van het boek Toegang tot overheidsinformatie: het grensvlak tussen openbaarheid en vertrouwelijkheid]. Mediaforum, 2, 41-43. Peters, J.A. (2005). Tien stellingen over het Verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa. Sociaal-economische Wetgeving: Tijdschrift voor Europees en economisch recht, 30, 192-196. Peters, J.A. (2006). [Bespreking van het boek The legal inclusion of extremist speech]. Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 3, 121-123. Reestman, J.H. (2006). Presidential Elements in Government. Introduction. European Constitutional Law Review, 54-59. Reestman, J.H. (2005). Primacy of Union Law. European Constitutional Law Review, 104-108. Reestman, J.H., Herman, J. & Besselink, L.F.M. (2007). Constitutional Identity and the European Courts. European Constitutional Law Review, 176-180. Reestman, J.H., Peters, J.A. & Herman, J. (2007). Raad van State politieker dan Engelse Lagerhuis. Nederlands Juristenblad, 38, 2438. Tans, O.J. & Pierik, R. (2005). Veranderende Solidariteit. In gesprek met rechtssocioloog Rob Schwitters. Facta: Sociaal-Wetenschappelijk Magazine, 13(3), 24-27. Velde, J. van der (2005). Art.1 EVRM: Verplichting tot verzekering verdragsrechten. In A.W. Heringa, J.H. Gerards, J.G.C. Schokkenbroek & J. Van der Velde (Eds.), Rechtspraak en Commentaar (p. 1-20). Den Haag: Sdu. 422 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Velde, J. van der (2006). Tenuitvoerlegging van einduitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. In J.H. Gerards, A.W. Heringa, J.G.C. Schokkenbroek & J. van der Velde (Eds.), EVRM Rechtspraak en Commentaar (losbladig) (p. 1-16). Den Haag: Sdu. Verheij, N. (2007). Afscheid van het administratief beroep. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 307-308. Verheij, N. (2007). Over meer algemene en meer bijzondere wetten. Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht, 381-383. Verhey, L.F.M. (2005). Een ministerie voor veiligheid. Nederlands Juristenblad, 45/46, 2370-2371. Verhey, L.F.M. & Lawson, R.A. (2005). Kroniek grondrechten. Nederlands Juristenblad, 9, 494-502. Verhey, L.F.M. (2006). Governance: voer voor juristen. Nederlands Juristenblad, 1207. Verhey, L.F.M. (2006). Harmonisatie van kwaliteitseisen? Regelmaat, 2, 70-71. Verhey, L.F.M. (2006). Naschrift bij D.M. Curtin. Nederlands Juristenblad, 1426. Verhey, L.F.M. & Lawson, R.A. (2006). Kroniek van de grondrechten. Nederlands Juristenblad, 1801-1810. Verhey, L.F.M. (2007). Rechtswetenschap en wetgevingspraktijk: it takes two to tango. In C.J. van Dijk (Ed.), Buitengewoon in dienst. Een decennium wetgeving, Liber Amicorum mr. G.N. Roes (p. 329-335). Den Haag: Sdu. Visser, J.W. de (2005). Applying the new Section 139 intervention powers: Issues arising from practice. Local Government Bulletin, 1, 7-10. Visser, J.W. de (2005). Budget Meetings Behind Closed Doors?: Interpreting the Systems Act on public access to meetings. Local Government Bulletin, 2, 14-15. Visser, J.W. de (2005). Chronicle Dutch Constitutional Law. Revue européenne de droit public/European review of public law, 2, 947-956. Widdershoven, R.J.G.M. et al. (2006). Beginselen van de democratische rechtsstaat (6de herz. druk). Deventer: Kluwer. (389 p.) Woltjer, A.J.Th. (2006). [Bespreking van het boek The International protection of Internally Displaced Persons]. Netherlands Quarterly of Human Rights, 21(1), 169-171. 423 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Zoethout, C.M. & Vermeulen, B. (2005). Godsdienst en levensovertuiging. In S.D. Burri (Ed.), Oordelen Commissie Gelijke Behandeling 2004 (p. 53-62). Deventer: Kluwer. Zoethout, C.M. & Vermeulen, B. (2006). Godsdienst en levensovertuiging. In S.D. Burri (Ed.), Gelijke behandeling: oordelen en commentaar 2005 (p. 6979). Deventer: Kluwer. Zoethout, C.M. (2006). Maak van de Grondwet een constitutie. Nederlands Juristenblad, 18, 1003-1004. Zoethout, C.M. (2007). Constitution of the United States of America. In B.P. Vermeulen & H. Battjes (Eds.), Constitutionele klassiekers (p. 96-101). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Zoethout, C.M. (2007). Declaration of Independence. In B.P. Vermeulen & H. Battjes (Eds.), Constitutionele klassiekers (p. 74-77). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Zoethout, C.M. (2007). Van Kafkabrigade tot een nieuwe Grondwet. Voorstellen van de Nationale Conventie voor de 21ste eeuw. Tijdschrift voor bestuurswetenschappen en publiekrecht, 4, 211-217. Zoethout, C.M. (2007). [Bespreking van het boek Towards World Constitutionalism: Issues in the Legal Ordering of the World Community]. 213-227. [Online]. Available from: <http://www.globallawbooks.org/reviews/detail.asp? id=335> [05-09-2007]. Zoethout, C.M. (04-04-2007). Neem de Grondwet eens op de schop. Trouw. Zwart, T. (2006). Het paspoort van Hirsi Ali. Openbaar Bestuur, 9, 10-13. Zwart, T. (2006). Parlementaire uitingsvrijheid en rechterlijk incasseringsvermogen. Trema: tijdschrift voor de rechterlijke macht, 3, 108-110. Zwart, T. (2006). Van Studiebeurzen naar vouchers: het Bidar-arrest als breekijzer voor de internationalisering van het hoger onderwijs. Tijdschrift voor hoger onderwijs & management, 1, 20-23. ANNOTATIES Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: EHRM (08-11-2005), 4251/02, (Saliba tegen Malta). EHRC 2006-1, p. 3-12. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: EHRM (13-12-2005), 73661/01, (Ontvankelijkheidsbeslissing inzake Nilsson tegen Zweden). EHRC 2006-29, p. 266278. 424 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: CRvB (18-06-2006), (Formele rechtskracht. Incidenteel appèl. Boete. Meest gunstige bepaling). JB 2006-282, p. 1378-1384. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (02-11-2005), (Intrekking APKkeuringserkenning geen punitieve sanctie. Omgaan Raad van State. Artikel 6 en 34 EVRM. Bestraffing bestuursorgaan). JB 2006-11, p. 69-78. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (21-12-2005), (Nadeelcompensatie. Reikwijdte égalité-beginsel.Zelfstandig schadebesluit. Processuele connexiteit). JB 2006-33, p. 185-191. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: CRvB (02-12-2005), (Omzettingsbesluiten WSF2000 geen criminal charge. GBA-adressencontrole). JB 2006-43, p. 217-223. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: CRvB (05-01-2006), ((buitenwettelijk) Incidenteel appèl. Procesverantwoordelijkheid gedaagde, ‘Brummen-lijn’). JB 2006-84, p. 398-402. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (02-11-2005), (Vernietigen en opnieuw voorzien. Uitdrukkelijk en zonder voorbehoud verworpen gronden. Omvang geding. Brummen-lijn. Uitzondering). JB 2006-92, p. 435-439. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: CRvB (05-01-2006), (Cautie. Bestuurlijke boete). JB 2006-98, p. 452-457. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: HR (31-03-2006), (Longkanker door asbestblootstelling en/of rookgedrag. Causaal verband. Causaliteitsonzekerheid. Proportionele aansprakelijkheid). JB 2006-109, p. 521-543. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (15-02-2006), (Omvang geding in appèl. Onberoepen gebleven overwegingen. Brummen-lijn). JB 2006-110, p. 543-546. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (15-02-2006), (Omvang geding in appèl. Onberoepen gebleven overwegingen. Brummen-lijn). JB 2006-111, p. 546-551. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (03-05-2006), (Tijdelijke sluiting horeca-bedrijf. Handhavingsbeleid. Niet punitieve sanctie. Openbare orde handhaving). JB 2006-190, p. 955-962. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: ABRvS (24-05-2006), (Preventie bestuursdwang). JB 2006-216, p. 1077-1083. Albers, C.L.G.F.H. (2006). Noot bij: CRvB (20-07-2006), (Omvang geding. Betekenis eerdere uitspraak). JB 2006-294, p. 1450-1452. 425 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2006). Noot bij: ABRvS (18-012006), (Waarschuwing in het kader van sanctiebeleid is geen besluit). JB 200659, p. 294-299. Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2006). Noot bij: ABRvS (17-052006), (Uitbreiding Brummen-lijn. Uitdrukkelijk en zonder voorbehoud verworpen gronden. Omvang gezag van gewijsde. Motiveringsbeginsel). JB 2006-210, p. 1055-1063. Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2006). Noot bij: ABRvS (07-062006), (Civielrechtelijke aansprakelijkheidsstelling of zelfstandig schadebesluit? Processuele connexiteit). JB 2006-229, p. 1142-1148. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: EHRM (23-11-2006), 73053/01, (Jussila tegen Finland. Eerlijk proces. Criminal charge. Belastingverhoging. Aard van de overtreding. Aard van de sanctie. Hoorplicht). EHRC 2007-31, p. 293-306. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: EHRM (29-06-2007), 15809/02 en 25624/02, (O'Halloran en Francis tegen het Verenigd Koninkrijk. Eerlijk proces. Criminal charge. Nemo tentur. Strafrechtelijke veroordeling i.v.m. het niet verschaffen van informatie betreffende de bestuurder van een voertuig ten tijde van het begaan van een snelheidsovertreding). EHRC 2007-104, p. 10201043. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: HR (01-12-2006), (Fiscale vergrijpboete. Onschuldpresumtie). JB 2007-3, p. 29-55. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: CBb (15-12-2006), (Bestuurlijke boete. Systeem van gefixeerde boeten. Matigingsbevoegdheid. Evenredigheid). JB 2007-35, p. 221-236. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (22-11-2006), (Arbeidsongeval. Bestuurlijke boete. Strafbaarheid overheid. Omvang geding. Ambtshalve aanvulling rechtsgronden). JB 2007-11, p. 81-89. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (11-04-2007), (Bestuursdwang – spoedeisendheid – preventieve toepassing. Besluit). JB 2007-103, p. 522-527. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (21-02-2007), (Handhaving. Spoedeisende bestuursdwang. Kostenverhaal. Zorgplicht). JB 2007-119, p. 599-605. Albers, C.L.G.F.H. & Schlössels, R.J.N. (2007). Noot bij: HvJEG (07-062007), C-222/05 t/m 225/05, (Van der Weerd c.s. Ambtshalve toepassing van (rechtstreeks werkende) bepalingen van EG-recht). JB 2007-131, p. 658-671. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (06-06-2007), (Redelijke termijn. Beroep op overschrijding. Schadevergoeding). JB 2007-144, p. 720-724. 426 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (06-06-2007), (Onderdelentrechter. Besluitonderdeel. Milieu-effectrapportage). JB 2007-161, p. 797-801. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: ABRvS (20-06-2007), (Belanghebbende, Belang, afgeleid. Besluitonderdeel. Onderdelentrechter). JB 2007-161, p. 801806. Albers, C.L.G.F.H. (2007). Noot bij: CRvB (21-06-2007), (Schadevergoeding, meerdere veroorzakers. Schadevergoeding, hoofdelijke aansprakelijkheid). JB 2007-187, p. 816-825. Berge, J.B.J.M. ten (2006). Noot bij: Nationale ombudsman (30-09-2005), AB, p. 197. Besselink, L.F.M. (2005). Noot bij: HR (01-10-2004), (C03/118HR). SEW 2005-7/8, p. 336-339. Besselink, L.F.M. (2005). Noot bij: HR (02-11-2004), (Strafkamer). SEW 2005-7/8, p. 336-339. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: EHRM (06-10-2005), (Ontzetting van kiesrecht gedetineerden). EHRC 2005-115, p. 1127-1145. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: ABRvS (20-09-2004), (Referendumverordening Zwolle). JB 2005-4, p. 23-26. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: ABRvS (17-11-2004), (Handhaving openbare orde Maastricht). JB 2005-18, p. 64-66. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: ABRvS (10-11-2004), (Fraude waterschapsverkiezingen). JB 2005-16, p. 58-62. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: ABRvS (09-03-2005), (Aanwijzing veiligheidsrisicogebied Den Helder). JB 2005-121, p. 593-595. Broeksteeg, J.L.W. (2005). Noot bij: ABRvS (04-05-2005), (Verbod grote manifestatie). JB 2005-174, p. 897-900. Broeksteeg, J.L.W. & Driessche, I. Van den (2005). Noot bij: EHRM (02-062005), (Claes e.a. vs. België). EHRC 2005-73, p. 702-716. Broeksteeg, J.L.W. & Verhey, L.F.M. (2006). Noot bij: Rb. Den Haag (07-092006), (Subsidiëring SGP). C.D.P.K. 2006-2, p. 450-476. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: EHRM (06-12-2005), (Parlementaire immuniteit). EHRC 2006-10, p. 94-100. 427 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: EHRM (25-10-2005), (Openbaarmaking financiën raadsleden). EHRC 2006-13, p. 119-124. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: EHRM (16-03-2006), (Uitsluiting passief kiesrecht). EHRC 2006-57, p. 507-534. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: EHRM (23-03-2006), (Uitsluiting kiesrecht gefailleerde). EHRC 2006-59, p. 539-548. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: EHRM (28-03-2006), (Registratie kandidaat parlementsverkiezingen). EHRC 2006-60, p. 548-553. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (26-10-2005), (Geheimhoudingsverplichting Emmen). JB 2006-9, p. 64-66. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (11-01-2006), (Verhouding Boswet en APV). JB 2006-57, p. 289-293. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (02-02-2006), (Geldigverklaring kandidatenlijst Margraten). JB 2006-78, p. 380-383. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: Rb. Maastricht (06-04-2006), (Taakverwaarlozing burgemeester). JB 2006-163, p. 812-816. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (21-06-2006), (Bordeelverbod Groningen). JB 2006-235, p. 1169. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (16-08-2006), (Subsidiëring Europese politieke partijen). JB 2006-278, p. 1370-1373. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (16-08-2006), (Subsidiëring lokale politieke partijen). JB 2006-290, p. 1440-1441. Broeksteeg, J.L.W. (2006). Noot bij: ABRvS (04-10-2006), (Aanduiding politieke groepering). JB 2006-320, p. 1576-1579. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (16-11-2006), 11, (Parlementaire immuniteit). EHRC, p. 99-106. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (11-01-2007), 35, (Registratie kandidaten politieke partij). EHRC, p. 341-352. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (30-01-2007), 39, (Kiesdrempel). EHRC, p. 376-385. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (05-04-2007), 72, (Uitsluiting lidmaatschap politieke partij). EHRC, p. 674-679. 428 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (06-02-2007), 77, (Kiesrecht in buitenland woonachtigen). EHRC, p. 721-724. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: EHRM (09-07-2007), 118, (Uitsluiting kiesrecht Rusland). EHRC, p. 1160-1167. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: ABRvS (16-08-2006), (Vertegenwoordiging gemeente). Gst. 2007-7275, p. 342-344. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: ABRvS (27-06-2007), 163, (Onafhankelijkheid lokale rekenkamer). JB, p. 806-811. Broeksteeg, J.L.W. (2007). Noot bij: ABRvS (04-10-2006), 44, (Aanduiding politieke groeperingen). JIN, p. 147-149. Claes, M.L.H.K. (2006). Noot bij: ECHR (28-06-2006), (D. v. Ireland). EHRC 2006-135, p. 1255-1270. Claes, M.L.H.K. (2007). Noot bij: HvJEG (12-09-2006), (Eman en Sevinger t. Staat der Nederlanden). SEW 2007-5, p. 212-221. Dragstra, L. (2005). Noot bij: Vzr Rb. Utrecht (25-01-2005), 17, (Plato vs. RTV). Mediaforum 2005-4, p. 183-184. Dragstra, L. (2006). Noot bij: Hof Amsterdam (09-12-2005), (Strafzaak tegen Haitske van de Linde). Mediaforum 2006-2, p. 56-57. Duijkersloot, A.P.W. (2005). Noot bij: GvEA (30-11-2004), 245, AB, p. 13171329. Duijkersloot, A.P.W. (2006). Noot bij: College van Beroep voor het bedrijfsleven (17-05-2006), AB 2006-313, p. 1523-1536. Duijkersloot, A.P.W. & Ortlep, R. (2007). Noot bij: ABRvS (22-11-2006), Ab 2007-25, p. 182-187. Duijkersloot, A.P.W. & Ortlep, R. (2007). Noot bij: CBB (23-04-2007), Ab 2007-247, p. 1285-1292. Geurink, E. (2006). Noot bij: EHRM (10-11-2005), (Mickovski tegen Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië). EHRC 2006-24, p. 246-248. Geurink, E. (2007). Noot bij: EHRM (19-04-2007), 82, (appl. nr. 63235/00 (Vilho Eskelinen e.a. tegen Finland)). EHRC 2007-7, p. 777-779. Gijzen, M.H.S. & Waddington, L.B. (2006). Noot bij: HvJEG (11-07-2006), C13/05, ((Her-)definitie van het begrip ‘handicap’ in de EG en Nederlandse gelijkebehandelingswetgeving). NTER 2006-12, p. 270-279. 429 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Heringa, A.W. (2005). Noot bij: EHRM (22-09-2005), EHRC 2005-109, p. 1069-1074. Hins, A.W. (2005). Noot bij: ABRvS (03-08-2005), 29, (Commissariaat voor de Media vs. SBS). Mediaforum 2005-9, p. 316-318. Hins, A.W. (2005). Noot bij: Rb. Rotterdam (05-10-2005), 34, (Mediasales c.s. vs. minister van Economische Zaken). Mediaforum 2005-11/12, p. 382-390. Hins, A.W. (2006). Noot bij: Rb. Amsterdam (13-06-2006), 24, (BNR-Commissariaat voor de Media). Mediaforum 2006-7/8, p. 227-231. Hins, A.W. (2006). Noot bij: Arbitragehof (07-06-2006), 26, (Verzoek vernietiging Wet tot bescherming journalistieke bronnen). Mediaforum 2006-7/8, p. 235-244. Hins, A.W. (2006). Noot bij: ABRvS (03-05-2006), (Dang-Stichting De Thuiskopie). AMI 2006-5, p. 188-191. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (14-04-2004), (Afwijzing verzoek is besluit). AB 2005-124, p. 746-747. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (08-12-2004), (Bevoegdheid ondanks termijnoverschrijding). AB 2005-147, p. 859-860. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: Rb. (06-04-2005), (Vergoeding proceskosten voor bezwaar tegen stilzittend bestuur). AB 2005-150, p. 872-873. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: CRvB (11-03-2005), (Geen vergoeding immateriële schade na overschrijding redelijke termijn). AB 2005-241, p. 1293-1294. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: EHRM (02-03-2005), (Uitvoering overheidstaak privaatrechtelijke organisatie sluit EVRM-aansprakelijkheid niet uit). EHRC 2005-54, p. 519-521. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: EHRM (24-05-2005), (Overall-beoordeling duur rechtsgang). EHRC 2005-70, p. 690-691. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: EHRM (15-07-2005), (Rechter was eerder advocaat wederpartij: strijd met onpartijdigheid). EHRC 2005-100, p. 10011003. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: EHRM (10-11-2004), (Criteria voor compensatie van immateriële schade na schending redelijke-termijneis EVRM). JB 2005-1, p. 9-11. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: EHRM (16-11-2004), (Gedogen geluidsoverlast strijdig met art. 8 EVRM). JB 2005-2, p. 20. 430 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (29-09-2004), (Schadevergoeding op grond van égalité na niet aangevochten appellabel besluit). JB 2005-6, p. 31-32. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (15-12-2004), (Verzuim betaling griffierecht en toegang tot de rechter; ongelijke positie procespartijen?). JB 200542, p. 194-196. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (27-01-2005), (Geen rechtsmiddel tegen niet nemen ambtshalve besluit). JB 2005-82, p. 380-381. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (02-02-2005), (Onredelijk laat herzieningsverzoek, analoge toepassing art. 6:12 Awb). JB 2005-84, p. 384-385. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (11-02-2005), (Voorlopige voorziening en doorbreking appelverbod). JB 2005-99, p. 480-481. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (02-03-2005), (Schriftelijkheid besluit en verwijdering via bestuursdwang). JB 2005-114, p. 578-580. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (16-03-2005), (Beginselplicht tot handhaving en verwijdering voertuig). JB 2005-124, p. 607. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: CRvB (04-03-2005), (Redelijke termijn bestuurlijke fase en rechterlijke fase). JB 2005-153, p. 748-749. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (15-05-2005), (Examencommissie geen bestuursorgaan). JB 2005-204, p. 1026-1027. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (08-06-2005), (Geen gevolg geven aan rechterlijke uitspraak). JB 2005-235, p. 1140-1141. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (23-08-2005), (Toegang tot de rechter). JB 2005-284, p. 1387-1388. Jansen, A.M.L. (2005). Noot bij: ABRvS (12-10-2005), (In stand laten rechtsgevolgen na motiveringsgebrek). JB 2005-328, p. 1580-1581. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: HR (22-05-2005), (Belastingrechter formuleert regels redelijke termijn). AB 2006-11, p. 40-43. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: HR (08-07-2005), (Art. 6 EVRM ook voor publiekrechtelijke lichamen?). AB 2006-17, p. 65-66. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: ABRvS (29-06-2005), (Geen vergoeding immateriële schade; instandlating rechtsgevolgen). AB 2006-43, p. 235-236. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (22-04-2005), (Vergoeding immateriële schade na overschrijding redelijke termijn). AB 2006-44, p. 241-243. 431 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (13-06-2005), (Niet tijdig besluiten en proceskosten). AB 2006-233, p. 1102-1104. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (13-06-2005), (Nieuwe bip en proceskosten). AB 2006-234, p. 1107. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (13-12-2005), (Ambtshalve toetsing). AB 2006-300, p. 1473-1474. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: EHRM (15-12-2005), (Subjectieve partijdigheid). EHRC 2006-21, p. 228-230. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: EHRM (08-06-2006), (Klacht bij Constitutioneel Hof in verband met onredelijke vertraging een effectief rechtsmiddel?). EHRC 2006-100, p. 918-919. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: EHRM (29-05-2006), (Eerlijk proces en effectief rechtsmiddel; proceskostenvergoeding neemt slachtofferstatus niet weg). EHRC 2006-134, p. 1255. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: ABRvS (15-12-2004), (In bezwaar wijziging grondslag; procesgang vier jaar; fair play niet contra legem). Gst. 2006-52, p. 185-186. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (22-12-2005), (Vergoeding immateriële schade rechtspersoon). JB 2006-63, p. 314-315. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: HR (28-04-2006), (Weigeren te beschikken). JB 2006-167, p. 843-844. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: HR (03-02-2006), (Onvoldoende motivering gevolg onredelijke termijn). JB 2006-71, p. 366-367. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: EHRM (29-03-2006), (Schadevergoeding na onverschrijding redelijke termijn). JB 2006-134, p. 665-667. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: ABRvS (27-03-2006), (Omgaan Afdeling: niet-besluiten meegenomen in procedure). JB 2006-142, p. 744-745. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: ABRvS (17-05-2006), (Weigering melding; wet geluidhinder). JB 2006-196, p. 978-979. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: ABRvS (14-03-2007), 213, (Aansluiting ABRS bij HR). AB, p. 1096-1097. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: ABRvS (26-07-2006), (Geen schadevergoeding na bestuurlijk stilzitten). JB 2006-267, p. 1317-1319. 432 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (22-09-2006), (Spanning en frustatie voorondersteld). JB 2006-312, p. 1532-1533. Jansen, A.M.L. (2006). Noot bij: CRvB (10-10-2006), (Omgaan CRvB: mededeling wel een besluit). JB 2006-327, p. 1616-1617. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: ABRvS (18-01-2006), 33, (Rechtsgevolg, besluitbegrip). AB, p. 220-221. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: ABRvS (06-06-2007), 220, (Aansluiting ABRS bij CRvB: immateriële schade, spanning en frustratie verondersteld). AB, p. 1141-1142. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: ABRvS (07-07-2006), 221, (Vergoeding immateriële schade, spanning en frustratie verondersteld). AB, p. 1146. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: ABRvS (13-06-2007), 261, (Rechtsgevolg schending redelijke-termijnwaarborg). AB, p. 1381-1382. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: EHRM (01-02-2007), (Vrijheid van vereniging, rechtspersoonlijkheid; traineren registratieaanvraag). EHRC 2007-57, p. 549-550. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: EHRM (15-05-2007), (Uitputting nationale rechtsmiddelen; effectief rechtsmiddel). EHRC 2007-123, p. 1218-1220. Jansen, A.M.L. (2007). Noot bij: HR (08-12-2006), (Bevoegd ingediend verweerschrift?; redelijke termijn). JB 2007-21, p. 160-162. Keessen, A. (2005). Noot bij: ABRvS (21-07-2004), 19, AB, p. 130-135. Keessen, A. (2005). Noot bij: ABRvS (20-05-2004), M en R 2005-84, p. 535537. Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (09-11-2006), (C-243/05 P Agraz en anderen tegen Commissie). O&A 2007-1, p. 37-38. Keessen, A. (2007). Noot bij: GvEA (16-11-2006), (T-333/03 Masdar tegen Commissie). O&A 2007-1, p. 38. Keessen, A. (2007). Noot bij: GgvEA (13-12-2006), (T-138/03 E.R. en anderen tegen Raad en Commissie). O&A 2007-1, p. 38-39. Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (25-01-2007), (C-278/05 Carol Marilyn Robins e.a. tegen Secretary of State for Work and Pensions). O&A 2007-2, p. 75-76. 433 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (15-02-2007), (C-292/05 Eirini Lechoritoy e.a. tege Dimosio tis Omospondiakis Dimokratias tis Gernamias). O&A 2007-2, p. 76. Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (17-04-2007), (C-470/03 A.G.M.-COS. MET tegen Suomen valtio en Tarno Lehtinen). O&A 2007-3, p. 113-114. Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (19-04-2007), (C-282/05 P Holcim tegen Commissie). O&A 2007-3, p. 114. Keessen, A. (2007). Noot bij: HvJEG (28-06-2007), (C-331/05 P Internationaler Hilfsfonds tegen Commissie). O&A 2007-5, p. 182. Kiiver, P. (2005). Noot bij: ECHR (18-11-2004), (Ünal Tekeli v. Turkey). EHRC 2005-6, p. 46-54. Kiiver, P. (2005). Noot bij: ECHR (11-01-2005), (Py v. France). EHRC 2005-6, p. 257-266. Kiiver, P. (2005). Noot bij: ECHR (30-06-2005), (Jahn et al. v. Germany (Grand Chamber)). EHRC 2005-6, p. 796-817. Kiiver, P. (2007). Noot bij: ECHR (15-03-2007), (Velikovi et al. v. Bulgaria). EHRC 2007-8, p. 577-600. Kiiver, P. (2007). Noot bij: ECHR (07-06-2007), (Parti Nationaliste Basque – Organisation Régionale d'Iparralde v. France). EHRC 2007-8, p. 821-835. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (19-11-2004), (Besluit; – aanvraag). JB 2005-19, p. 68-71. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (24-11-2004), (Trechterwerking. Ultra petita). JB 2005-36, p. 176-177. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (05-01-2005), (Beslissing op bezwaar; – mandaat. Mandaat; – burgemeestersmandaat). JB 2005-64, p. 315. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (19-01-2005), (Bezwaarschrift; – brief geldt als. Bezwaartermijn). JB 2005-80, p. 371-372. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (09-02-2005), (Partij; van rechtswege. Belanghebbende). JB 2005-85, p. 384-385. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: HR (18-02-2004), (Onverschuldigde betaling. Onrechtmatige daad. Onverbindende regeling. Formele rechtskracht. Besluit; – factuur). JB 2005-92, p. 453-456. 434 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (02-03-2005), (Aanvraag; buiten behandeling stellen. Bezwaar; – prematuur). JB 2005-119, p. 590-591. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (23-03-2005), (Omvang geding; – na terugwijzing). JB 2005-143, p. 697. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (13-04-2005), (Openbaarmaking; – weigering. Misbruik van recht. Kwade trouw.). JB 2005-150, p. 723724. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (13-05-2005), (Aanvrager. Belanghebbende. Besluit). JB 2005-168, p. 869-870. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (11-05-2005), (Naturalisatie. Aanvraag; – buitenbehandeling laten). JB 2005-189, p. 968. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (24-05-2005), (Beslistermijn; ontbreken wettelijk bepaalde. Beslistermijn; – toepassing van art. 6:2 sub b Awb). JB 2005-194, p. 981-983. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (13-07-2005), (Toetsingskader; – ex art. 8:69 Awb. Uitspraak; – rechtskracht). JB 2005-255, p. 1236.. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: Vzg. CRvB (08-08-2005), (Koppelingsbeginsel; – zeer dringende redenen. Bijstandsverlening; – tbv minderjarige kinderen van niet-rechthebbende ouders). JB 2005-271, p. 1315. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: ABRS (14-09-2005), (Aanvraag; – herhaalde. Aanvraag; – nieuwe is herhaalde. Aanvraag; – ruim begrip herhaalde.). JB 2005-300, p. 1467. Linden, E.C.H.J. van der (2005). Noot bij: Nationale ombudsman (30-092005), (Besluit. Aanvraag. Ambtshalve beslissen. Fair play. Eenmalige regeling. Motivering. Rechtsmiddelenverwijzing). JB 2005-332, p. 1592-1593. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: HR (14-10-2005), (Weigering melkquotum. Geen gebondenheid aan stellingen in bestuurlijke procedure. Prejudiciële vragen). JB 2006-1, p. 38-41. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: ABRvS (17-01-2006), (Schorsing – onderzoek ter zitting. Sluiting; – onderzoek. Toestemmingsvereiste, Fair trial). JB 2006-58, p. 294. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: CRvB (24-01-2006), (Koppelingsbeginsel; – buiten toepassing laten. Internationaal recht; – invloed op nationale wet. Rechtmatig verblijf; – kinderen). JB 2006-66, p. 331. 435 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: ABRvS (25-01-2006), (Inschrijving GBA van gelegaliseerd document. Zorgvuldigheid. Informatieplicht). JB 200675, p. 376. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: ABRvS (08-02-2006), (Belanghebbende; – afgeleid belang). JB 2006-79, p. 385. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: CRvB (01-02-2006), (Termijn; – ter post bezorging. Termijn; – frankeermachine). JB 2006-100, p. 461-462. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: HR, derde kamer (17-03-2006), (Bezwaar; – gronden). JB 2006-107, p. 519-520. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: Nationale Ombudsman (05-042006), (Gebod van non-refoulement. Vreemdelingenbewaring. Presentatie; – hangende beroepsprocedure). JB 2006-180, p. 905-906. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: ABRvS (05-07-2006), (Procesorde. Nadere stukken). JB 2006-248, p. 1229-1230. Linden, E.C.H.J. van der (2006). Noot bij: ABRvS (18-09-2006), (Besluit; – rechtsgevolg. Motivering; – nader. Rechtsgevolgen; – in stand laten). JB 200615, p. 1507-1508. Loeffen, S. (2006). Noot bij: ECHR (23-03-2006), (nr. 38258/03). EHRC 200680, p. 744-747. Lust, S. (2005). Duiding bij Arbitragehof nr. 56/2005, 8 maart 2005 (beroep tot vernietiging van artikel 192bis DRO). Rechtspraak Antwerpen Brussel Gent, 790-793. Lust, S. (2005). Het handhavingsdecreet gedeeltelijk vernietigd (rubriek ‘heet van de naald’ – korte toelichting bij het arrest van het Arbitragehof nr. 14/2005, 19 januari 2005). Tijdschrift voor Ruimtelijke Ordening & Stedenbouw, 75-78. Lust, S. (2005). Noot bij: Arbitragehof (19-01-2005), 14/2005, (Het handhavingsdecreet ná het arrest van het Arbitragehof nr. 14/2005 van 19 januari 2005). C.D.P.K., p. 151-162. Lust, S. (2005). Noot bij: Arbitragehof (19-01-2005), 14/2005, (Het handhavingsdecreet gedeeltelijk vernietigd: over de ‘verjaring’ van de stedenbouwmisdrijven, de Hoge Raad voor het Herstelbeleid en de keuze van de herstelmaatregel). R.A.B.G., p. 373-382. Lust, S. (2005). Noot bij: Raad van State (28-01-2004) en Rb. Brugge (05-012005), 127 512, (Strafbare inbreuken op of strijdigheden met plannen van aanleg en ‘bestemmingsongevoeligheid’). R.A.B.G., p. 389-395. 436 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Lust, S. (2005). Noot bij: Arbitragehof (24-11-2004), 191/2004, (De Raad van State toch bevoegd voor het schorsen van impliciete weigeringsbeslissingen op grond van artikel 14 § 3 R.v.St.-wet?). R.A.B.G., p. 430-433. Lust, S. & Sutter, T. de (2005). Noot bij: Raad van State (18-09-2003), 123 043, (De relevantie van bufferzones voor de beoordeling van milieuvergunningsaanvragen). T.R.O.S., p. 49-52. Niessen, N.J.A.P.B. (2005). Noot bij: Rapport Nationale ombudsman (17-112005), JB 2005-4, p. 427-428. Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Noot bij: Rapport Nationale ombudsman (09-112005), JB 2006-2, p. 242-246. Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Noot bij: Rapport Nationale ombudsman (09-112005), JB 2006-4, p. 409-413. Niessen, N.J.A.P.B. (2006). Noot bij: Rapport Nationale ombudsman (07-082006), JB 2006-14, p. 1471-1475. Nieuwenhuis, A.J. (2006). Noot bij: Vz. Rb. Amsterdam (24-11-2005), 2, (Spandoek Verdonk). Mediaforum 2006-1, p. 23-24. Nieuwenhuis, A.J. (2006). Noot bij: EHRM (02-05-2006), 18, (Tatlav c. Turquie). Mediaforum 2006-6, p. 185. Peters, J.A. (2006). Noot bij: EHRM (17-11-2005), 249, (Metzger t. Duitsland). NJ 2006-249, p. 2327. Peters, J.A. (2006). Noot bij: EHRM (24-11-2005), 250, (Tourancheau t. Frankrijk). NJ 2006-250, p. 2333-2344. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (10-11-2005), (Riccardi Pizaati tegen Italie). EHRC 2005-22, p. 15. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (25-01-2005), (Enhorn tegen Zweden). EHRC 2005-34, p. 342-343. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (01-03-2005), (Meriakri tegen Moldavie). EHRC 2005-46, p. 461-462. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (24-03-2005), (Epple tegen Duitsland). EHRC 2005-48, p. 472-473. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (29-03-2005), (Ukranian Media Group tegen Oekraïne). EHRC 2005-49, p. 479-480. 437 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (05-04-2005), (Nevmerzhitsky tegen Oekraïne). EHRC 2005-50, p. 495-496. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (26-05-2005), (Wolfmeyer tegen Oostenrijk). EHRC 2005-71, p. 695. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (16-06-2005), (Storck tegen Duitsland). EHRC 2005-82, p. 793-795. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (23-06-2005), (Zawadka tegen Polen). EHRC 2005-90, p. 889-891. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (26-07-2005), (Siliadin tegen Frankrijk). EHRC 2005-103, p. 1027-1030. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (28-09-2005), (Broniowski tegen Polen). EHRC 2005-110, p. 1082-1084. Velde, J. van der (2005). Noot bij: EHRM (06-10-2005), (Lukenda tegen Slovenië). EHRC 2005-114, p. 1126-1127. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (15-11-2005), (Reinprecht tegen Oostenrijk). EHRC 2006-5, p. 53. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (15-12-2005), (Epple tegen Duitsland). EHRC 2006-22, p. 232. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (15-11-2005), (Jelicic tegen Bosnië en Herzegovina). EHRC 2006-25, p. 254-255. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (08-03-2006), (Blecic tegen Kroatië). EHRC 2006-49, p. 462-463. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (12-01-2006), (Içyer tegen Turkije). EHRC 2006-51, p. 479-480. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (21-03-2006), (Salé tegen Frankrijk). EHRC 2006-58, p. 538-539. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (29-03-2006), (Scordino tegen Italië (nr. 1)). EHRC 2006-61, p. 584-586. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (04-07-2006), (Zarb tegen Malta). EHRC 2006-108, p. 996-997. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (06-07-2006), (Baybasin tegen Nederland). EHRC 2006-116, p. 1083-1085. 438 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (18-07-2006), (Stefanec tegen Tsjechië). EHRC 2006-120, p. 1135. Velde, J. van der (2007). Noot bij: EHRM (26-07-2007), (Weber tegen Zwitserland). EHRC 2007-121, p. 1194-1195. Velde, J. van der (2006). Noot bij: EHRM (03-10-2006), (McKay tegen het Verenigd Koninkrijk). EHRC 2006-131, p. 1233. Velde, J. van der (2007). Noot bij: EHRM (11-09-2007), (Teren Aksakal tegen Turkije). EHRC 2007-130, p. 1278-1282. Velde, J. van der (2007). Noot bij: EHRM (08-03-2007), (Thiermann e.a. tegen Noorwegen). EHRC 2007-136, p. 1332-1333. Velde, J. van der (2007). Noot bij: EHRM (01-10-2007), (Verein gegen Tierfabriken Schweiz (VGT) tegen Zwitserland). EHRC 2007-140, p. 1362. Velde, J. van der (2007). Noot bij: EHRM (25-10-2007), (Van Vondel tegen Nederland). EHRC 2007-145, p. 1417. Verheij, N. (2007). Noot bij: HvJEG (21-06-2007), JB 2007-142, p. 712-717. Verheij, N. (2007). Noot bij: HR (05-10-2007), JB 2007-217, p. 1044-1045. Verhey, L.F.M. (2005). Noot bij: EHRM (10-11-2005), (Leyla Sahin tegen Turkije). EHRC, p. 15. Verhey, L.F.M. (2006). Noot bij: EHRM (10-11-2005), (Leyla Sahin tegen Turkije. Vrijheid van godsdienst. Verbod op dragen van hoofddoekjes aan universiteit. Grand Chamber). EHRC 2006-2, p. 131-153. Wenders, D.W.M. (2005). Noot bij: CRvB (01-12-2004), JB 2005-51, p. 226227. Wenders, D.W.M. (2005). Noot bij: HR (22-04-2005), JB 2005-166, p. 862864. Wenders, D.W.M. (2005). Noot bij: Rb. Breda (30-03-2005), JB 2005-201, p. 1010-1012. Wenders, D.W.M. (2005). Noot bij: CRvB (01-06-2005), JB 2005-237, p. 1147-1148. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: Rb. Leeuwarden (10-10-2005), JB 200625, p. 130-132. 439 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: CRvB (22-11-2005), JB 2006-37, p. 203204. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: CRvB (28-12-2005), JB 2006-64, p. 317319. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: Rb. Middelburg (07-03-2006), JB 2006104, p. 484-486. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: ABRvS (26-04-2006), JB 2006-184, p. 937-939. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: ABRvS (12-07-2006), JB 2006-268, p. 1320-1323. Wenders, D.W.M. (2006). Noot bij: CRvB (22-09-2006), USZ 2006-343, p. 1152-1154. Wenders, D.W.M. (2007). Noot bij: EHRM (09-01-2007), (Salah Sheekh t. Nederland). JB 2007-52, p. 301-305. Wenders, D.W.M. (2007). Noot bij: ABRS (09-02-2007), JB 2007-68, p. 365-370. Westelaken, R. van de (2007). Noot bij: EHRM (02-10-2007), 39541/98, (Dölek t. Turkije). EHRC 2007-133, p. 1298-1311. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HvJEG (11-11-2004), 66, (C-171/03 (Toeters en Verberk)). AB, p. 421-431. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: ABRvS (12-01-2005), 75, AB, p. 483-487. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (17-12-2004), 697, AB, p. 6672268. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (18-02-2005), 119, AB, p. 722729. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (01-04-2005), 246, AB, p. 13291333. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HvJEG (21-04-2005), 349, (C186/04 (Housieaux)). AB, p. 1849-1854. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HvJEG (20-01-2005), 351, (C295/03 (Glaxosmithkline)). AB, p. 1862-1868. 440 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (17-06-2005), 359, AB, p. 18931895. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: ABRvS (29-06-2005), 365, AB, p. 1929-1933. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HvJEG (20-01-2005), 351, (C245/03 (Merck, Sharp & Dohme)). AB, p. 1954-1962. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (08-07-2005), 407, AB, p. 21752177. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HR (11-11-2005), 436, AB, p. 23112314. Widdershoven, R.J.G.M. (2005). Noot bij: HvJEG (20-10-2005), 425, AB, p. 2259-2268. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: ABRvS (07-12-2005), 67, AB, p. 365-371. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HR (03-02-2006), 117, AB, p. 563567. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: ABRvS (15-02-2006 & 16-112005), 118-119, AB, p. 567-587. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (13-09-2005), 182, (Zaak C/495-03). AB, p. 827-838. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (16-03-2006), 191, (Zaak C/234/04). AB, p. 883-888. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (06-04-2006), 204, (Zaak C274/04). AB, p. 949-954. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: ABRvS (12-06-2006; 21-6-2006 & 09-08-2006), 338-339-340, AB, p. 1661-1675. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (15-06-2006), 390, (Zaak C28/05). AB, p. 1917-1930. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (13-07-2006), 404, (Zaak C295/04 t/m C-298/04). AB, p. 2005-2021. Widdershoven, R.J.G.M. (2006). Noot bij: HvJEG (19-09-2006), 411, (Zaak C422/04). AB, p. 2059-2069. 441 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: HR (16-02-2007), AB 2007-138, p. 771-774. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (21-03-2007), AB 2007-139, p. 775-784. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (18-04-2007), AB 2007-173, p. 927-932. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (25-04-2007), AB 2007-174, p. 933-935. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (09-05-2007), AB 2007-182, p. 965-972. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (28-02-2007), AB 2007-183, p. 963-965. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: HvJEG (07-06-2007), (gevoegde zaken C-222/05 t/m C-225/05). AB 2007-228, p. 1195-1205. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: HR (10-08-2007), AB 2007-291, p. 1523-1540. Widdershoven, R.J.G.M. (2007). Noot bij: ABRvS (05-09-2007), AB 2007-319, p. 1693-1700. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (30-11-2004), (Öneryildiz t. Turkije). AB 2005-43, p. 308-311. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (26-04-2005), (Müslim t. Turkije). EHRC 2005-7 (67), p. 670-677. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (26-04-2005), (Üner t. Nederland). EHRC 2005-9 (92), p. 919-920. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (05-07-2005), (Said t. Nederland). EHRC 2005-9 (93), p. 926-928. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (15-09-2005), (Bonger t. Nederland). EHRC 2005-11 (108), p. 1068-1069. Woltjer, A.J.Th. (2005). Noot bij: EHRM (27-10-2005), (Keles t. Duitsland). EHRC 2005-11 (122), p. 1205-1206. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (01-12-2005), (Tuquabo Tekle t. Nederland). EHRC 2006-1, nr. 9, p. 92-94. 442 Publiekrechtelijke rechtsvergelijking Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (17-01-2006), (Aristimuño Mendizabal t. Frankrijk). EHRC 2006-3, nr. 31, p. 293-294. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (31-01-2006), (Sezen t. Nederland). EHRC 2006-3, nr. 34, p. 309-310. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (31-01-2006), (Rodrigues da Silva en Hoogkamer t. Nederland). EHRC 2006-3, nr. 35, p. 315-316. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (31-01-2006), (Z. en T. t. V.K.). EHRC 2006-5, nr. 65, p. 613-614. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (11-04-2006), (Useinov t. Nederland). EHRC 2006-7, nr. 93, p. 847-848. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: HvJEG (27-06-2006), (Europees Parlement t. Raad en Commissie). EHRC 2006-8, nr. 95, p. 868-870. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (08-06-2006), (Lupsa t. Roemenië). EHRC 2006-8, nr. 98, p. 890-892. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (11-07-2006), (Saadi t. VK). EHRC 2006-10, 117, p. 1095-1096. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (10-08-2006), (Olaechea Cahuas t. Spanje). EHRC 2006-11, 128, p. 1205-1206. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (12-10-2006), (Mubilanzila Mayeka en Kaniki Mitunga t. België). EHRC 2006-12, 144, p. 1362-1363. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (18-10-2006), (Üner t. Nederland, GC). EHRC 2006-12, 146, p. 1384-1387. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: ABRvS (09-11-2005), 200503854, Gst. 2006-15, p. 54-55. Woltjer, A.J.Th. (2006). Noot bij: EHRM (18-10-2006), (Rodrigues da Silva en Hoogkamer t. Nederland). NJCM-bulletin 2006-31, nr. 6, p. 849-851. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: HvJEG (09-01-2007), 143, (Jia vs. Sweden). SEW 2007-8, p. 303-305. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: EHRM (11-01-2007), 36, (Salah Sheekh vs. the Netherlands). EHRC 2007-3, p. 362-365. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: EHRM (20-09-2007), (Sultani t. Frankrijk). NAV 2007-44, p. 436-437. 443 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: EHRM (22-03-2007), 64, (Maslov vs. Austria). EHRC 2007-5, p. 620-621. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: EHRM (20-04-2007), 75, (Gebremedhin vs. France). EHRC 2007-6, p. 714-715. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: EHRM (08-03-2007), 79, (Collins and Akaziebie vs. Zweden). EHRC 2007-6, p. 740-741. Woltjer, A.J.Th. (2007). Noot bij: HvJEG (07-06-2007), 81, (Commission vs. the Netherlands). EHRC 2007-7, p. 760-761. Zwiers, M. (2005). Noot bij: EHRM (15-03-2005), (Veermäe tegen Finland). EHRC 2005-17, p. 614-620. Zwiers, M. (2006). Noot bij: EHRM (23-02-2006), (Tzekov tegen Bulgarije). EHRC 2006-4, p. 395-404. Zwiers, M. (2006). Noot bij: HvJ (09-03-2006), (Criminal Proceedings against Van Esbroeck). EHRC 2006-6, p. 496-506. Zwiers, M. (2006). Noot bij: HvJ (28-09-2006), (Gasparini e.a. & Van Straaten). EHRC 2006-12, p. 1287-1299. Zwiers, M. (2007). Noot bij: GEA-EG (04-10-2006), T-193/04, (Hans-Martin Tillack tegen Europese Commissie). EHRC 2007-1, p. 6-20. Zwiers, M. (2007). Noot bij: HvJ (03-05-2007), C-303/05, (Advocaten voor de Wereld). EHRC 2007-7, p. 747-755. PUBLICATIES ‘GASTONDERZOEKERS’ Storme, M.E. (20-06-2007). Pleidooi voor een staatshervorming met twee snelheden. De Standaard. Storme, M.E. (06-11-2007). Dewael's bedrieglijke rechtsvergelijking. De Standaard. OVERIGE PUBLICATIES Hoetjes, B.J.S. (2006). Castricum en de internationale samenwerking – beschrijving, beoordeling, verkenning van nieuwe wegen. Castricum: Gemeente Castricum. Peters, J.A. (16-03-2006). Uitspraak Hofstadgroep: negatief voor de vrijheid van meningsuiting. De Volkskrant. 444 BIJLAGE BIJ PUBLIEKRECHTELIJKE RECHTSVERGELIJKING ACTIVITEITENPLAN MONTESQUIEU-INSTITUUT MAASTRICHT 2008-2009 1. Inleiding: het Montesquieu-instituut In mei 2007 is met financiële steun van diverse overheidsinstellingen1 het Montesquieu-instituut opgericht. Het instituut zal zich richten op onderzoek, onderwijs en kennisoverdracht op het terrein van Europese parlementaire geschiedenis en constitutionele ontwikkeling van parlementen. Naast de hoofdvestiging in Den Haag is in Maastricht een nevenvestiging opgericht. Deze zal zijn verbonden aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Maastricht. In het onderhavige activiteitenplan zal specifiek worden ingegaan op de werkzaamheden die binnen de Maastrichtse vestiging in de komende jaren zullen worden verricht. Deze zullen vanwege de gewenste aanloopperiode vanaf begin 2008 hun beslag krijgen. Aan de beschrijving van de activiteiten gaat een korte beschouwing over de grondgedachten die aan het instituut en diens werkzaamheden ten grondslag liggen. 2. Grondgedachten 2.1. Europa: een democratisch tekort De laatste jaren lijkt het integratieproces in Europa te stagneren. Het Nederlandse en Franse ‘nee’ tegen de Europese Grondwet waren daarvoor symptomatisch. Een van de belangrijkste kritiekpunten betreft het ‘democratisch deficit’ in de Europese besluitvorming. Burgers voelen zich niet of onvoldoende betrokken bij de besluiten die in het kader van de Europese Unie worden genomen. Inspanningen van Europese instellingen en politici om in die situatie verandering te brengen, hebben tot nog toe weinig opgeleverd. Integendeel, de laatste jaren is het draagvlak voor Europa eerder af- dan toegenomen. Een opvallend en steeds terugkerend element in het debat over het ‘democratisch deficit’ betreft de positie van parlementen; parlementen worden immers vaak beschouwd als de cruciale factor waar het gaat om de versterking van de democratie in Europa. In de Europese context gaat de aandacht van oudsher uit naar het Europees Parlement. In de loop der jaren is diens positie onder meer bij de totstandkoming van Europese wetgeving geleidelijk versterkt. Pleidooien voor verdere versterking kunnen regelmatig worden gesignaleerd. Daarnaast zijn de nationale parlementen de laatste jaren nadrukkelijk in 1 Ministerie van OCW, de gemeentes Den Haag en Maastricht, de provincie Limburg en de Universteit Maastricht. 445 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 opkomst. Aan hen wordt een steeds belangrijkere rol toegedicht als het gaat om de beoordeling van de subsidiariteit en de evenredigheid van Europese regels. 2.2. De zwakke positie van parlementen in Europa Toch zijn de parlementen er tot nu toe niet in geslaagd een toereikend draagvlak voor het Europese integratieproces te bewerkstelligen. Dat hangt samen met de inherent zwakke positie van parlementen in het Europese besluitvormingsproces. Dit geldt in de eerste plaats voor het Europese Parlement. Diens positie blijft, ondanks bevoegdheidsuitbreidingen, relatief zwak. De opkomst bij Europese verkiezingen is nog steeds laag. De Europese verkiezingen worden via de nationale politieke partijen georganiseerd en in belangrijke mate beheerst door nationale thema's. De uitkomst van de Europese verkiezingen is niet bepalend voor de totstandkoming van een Europese regering of een Europees beleidsprogramma. Onder deze omstandigheden kan het Europees Parlement een stevige democratische worteling van de Europese samenwerking niet waarborgen. Maar ook nationale parlementen hebben deze lacune niet kunnen opvullen. In nationale parlementen is er doorgaans weinig belangstelling voor Europese thema's De animo om het optreden van de eigen regering in de Europese Raad van Ministers te controleren, is vaak gering. De procedures die nationale parlementen toepassen teneinde de Europese besluitvorming te beïnvloeden lopen sterk uiteen en hebben vaak weinig effect. Ook de samenwerking tussen de nationale parlementen is nog zwak ontwikkeld. De Conferentie van commissies voor Europese zaken van de parlementen van de Europese Unie (COSAC) heeft tot dusverre weinig concrete resultaten geboekt. De situatie wordt nog complexer indien in ogenschouw wordt genomen dat met het oog op het Europese integratieproces de belangen van de nationale parlementen en het Europees Parlement niet altijd parallel lopen. Daarbij speelt de institutionele context een rol. Vanuit zijn positie als supranationaal orgaan is het Europees Parlement in samenspraak met de Europese Commissie relatief snel geneigd te kiezen voor Europese oplossingen. Nationale parlementen daarentegen zullen vanuit het intergouvernementele perspectief en het subsidiariteitsbeginsel eerder de voorkeur geven aan maatregelen op het niveau van de lidstaten. Aldus bezien kan verschillend worden gedacht over de vraag of versterking van de positie van het Europees Parlement dan wel die van de nationale parlementen al dan niet bijdraagt aan het reduceren van het veronderstelde ‘democratisch deficit’. De zwakke positie van parlementen in het Europese besluitvormingsproces dient ten slotte te worden gezien tegen de bredere achtergrond van een afbrokkeling van het gezag van parlementen in algemene zin. De democratische legitimatie van de nationale parlementen in de lidstaten neemt af door in het algemeen dalende opkomsten bij verkiezingen sinds de jaren zestig (alhoewel de laatste jaren het beeld wat diffuser wordt), teruglopende ledenaantallen bij politieke partijen en overdracht van bevoegdheden. Alternatieve vormen van democratie door onder meer de introductie van moderne ‘governance’-strategieën 446 Bijlage: Activiteitenplan Montesquieu-instituut Maastricht winnen terrein. Als het gaat om het bevorderen van draagvlak bij de burgers en het mede bepalen van de koers van het overheidsoptreden moeten parlementen in toenemende mate concurreren met andere overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. 2.3. Parlementaire stelsels in Europa: een gemeenschappelijk perspectief De bescheiden bijdrage van parlementen aan de Europese besluitvorming hangt samen met vele factoren. Wat echter ongetwijfeld een belangrijke rol speelt is een gebrek aan kennis en onderling inzicht in de parlementaire culturen en stelsels van de EU-lidstaten. Politici, bestuurders, ambtenaren en burgers dragen eerst en vooral kennis van het eigen nationale stelsel en hun aandacht in de dagelijkse praktijk is ook primair daarop gericht. Voor de Europese besluitvorming is echter in toenemende mate van belang om over de grenzen heen te kijken naar tradities en praktijken in andere parlementaire stelsels; het debat en de besluitvorming elders hebben geleidelijk steeds meer invloed gekregen op wat er in het eigen stelsel gebeurt. Om te komen tot een beter begrip van elkaars stelsels is er een grote behoefte aan vergelijkend wetenschappelijk onderzoek naar de parlementaire stelsels in Europa. Kennis van de historie, de inrichting, de bevoegdheden en de werkwijze van parlementen kan een fundamentele bijdrage leveren aan het functioneren van parlementen, zowel in Nederland zelf als daarbuiten. Het kan bovendien de kwaliteit van de nationale en de Europese wetgeving ten goede komen. Daarbij dient naast de parlementen van de lidstaten ook het Europees Parlement als rechtstreeks gekozen instelling op het Europese niveau te worden betrokken. De activiteiten van het Montesquieu-instituut vloeien hieruit voort. De grondgedachte daarvan is dat door middel van vergelijkend onderzoek naar parlementaire stelsels in Europa gemeenschappelijke tradities, beginselen en praktijken worden opgespoord, geanalyseerd en beschreven. De verkregen inzichten kunnen bijdragen aan: - een proces van bewustwording met betrekking tot de gemeenschappelijke wortels van de parlementaire stelsels in Europa; een gemeenschappelijke verstandhouding omtrent hoe parlementaire beraadslaging en besluitvorming plaatsvindt; de vaststelling en uitwisseling van ‘best practices’ tussen de onderscheidene stelsels; de toekomstige ontwikkeling van parlementaire regels en gebruiken. Om deze effecten te maximaliseren is het noodzakelijk de opgedane kennis te valoriseren. De activiteiten van het instituut betreffen dus zowel het doen van wetenschappelijk onderzoek als het onder de aandacht brengen van de resultaten daarvan bij politici, bestuurders, ambtenaren, journalisten en studenten. 447 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 2.4. Parlementaire stelsels in Europa: de bredere context De te verrichten activiteiten betreffen niet alleen het nationale, maar ook het Europese niveau. De stelsels op de verschillende niveaus zullen echter niet separaat worden onderzocht, maar in hun onderlinge samenhang. Dat is nodig vanwege de intensieve interactie tussen deze niveaus. Er vindt beïnvloeding plaats in twee richtingen. Enerzijds is er de invloed van het Europese integratieproces op de nationale stelsels. Europese integratie leidt tot harmonisatie van nationale regels en praktijken. In de parlementaire praktijk kan zich dat bijvoorbeeld voordoen bij de beïnvloeding van de opstelling van de nationale regeringen in de Raad of bij de wijze van implementatie van Europese regelgeving. Van belang is om te onderzoeken hoe het Europese integratieproces ingrijpt op parlementaire tradities en praktijken die van oudsher uitsluitend in de context van het nationale stelsel werden bepaald. Beïnvloeding vindt ook in omgekeerde richting plaats. Europese besluitvorming wordt in belangrijke mate beheerst door de lidstaten en de opvattingen en culturen die binnen de lidstaten zijn ontwikkeld. Dat geldt ook voor de wijze waarop de besluitvorming wordt ingericht en de democratisch principes die daarbij behoren te gelden. Dat laatste komt tot uitdrukking in artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie waarin is bepaald dat de Europese Unie is gegrondvest op de beginselen van democratie en rechtsstaat, ‘welke beginselen de lidstaten gemeen hebben’. Het ligt derhalve voor de hand om nader te bezien in hoeverre bij de inrichting van de Europese besluitvorming kan en moet worden voortgebouwd op de gemeenschappelijke democratische beginselen die in de loop van vele jaren in de parlementaire stelsels van de lidstaten tot wasdom zijn gekomen en tot een bestendige praktijk zijn uitgegroeid. De wetenschappelijke activiteiten zullen zich niet kunnen beperken tot de positie van parlementen ‘sec’. Wezenlijk is de gedachte die reeds door Montesquieu is verwoord dat de staatsmachten niet strikt van elkaar gescheiden zijn, maar in onderlinge afhankelijkheid taken en bevoegdheden uitoefenen. Om machtsmisbruik te voorkomen zijn in het constitutionele bestel ‘checks and balances’ ingebouwd die de staatsmachten dienen te beteugelen. Dat geldt ook voor het parlement. Vanuit dat perspectief is van belang de positie van parlementen mede te bezien in hun relatie tot anderen. In de complexiteit die de moderne parlementaire stelsels kenmerkt betekent dit dat onderwijs en onderzoek op het terrein van parlementen in brede zin een veelheid aan actoren in beeld kan brengen, zoals politieke partijen, ministeries, zelfstandige bestuursorganen, de rechterlijke macht, de media en belangenorganisaties. Onderwijs en onderzoek kunnen derhalve betrekking hebben op de werking van (elementen van) parlementaire stelsels in brede zin. 448 Bijlage: Activiteitenplan Montesquieu-instituut Maastricht 3. Montesquieu-instituut Maastricht 3.1 Doelstellingen en activiteiten Tegen de achtergrond van de hiervoor geformuleerde grondgedachten hebben de activiteiten van het Maastrichtse Montesquieu-instituut een tweeledige doelstelling: a. Versterking onderzoek Onderzoekers in onderlinge samenwerking te stimuleren tot vergelijkend onderzoek naar de verschillende parlementaire stelsels en hun actoren in Europa en de wijze waarop deze actoren de Europese besluitvorming beïnvloeden. Voorts zal het onderzoek zich richten op de wijze waarop die besluitvorming in de nationale parlementaire stelsels worden ingepast. b. Stimulering kennisoverdracht Onderwijs geven aan studenten en aan specifieke doelgroepen, zoals bijvoorbeeld politici, ambtenaren en journalisten met betrekking tot de inrichting en besluitvorming binnen parlementaire stelsels in Europa. Kennisoverdracht en valorisatie zal voorts plaatsvinden door de organisatie van congressen, workshops en ‘round table’-bijeenkomsten met binnenlandse en buitenlandse gasten. De activiteiten van de Maastrichtse vestiging zullen voor de jaren 2008 en 2009 op beide genoemde terreinen liggen; de nadruk zal liggen op het verrichten van onderzoek, leidende tot publicaties, en het organiseren van bijeenkomsten met uiteenlopende doelstellingen (congressen, workshops en ‘round table’-bijeenkomsten). Nog nader zal worden bezien in hoeverre de activiteiten vanaf 2009 kunnen worden uitgebreid. Daarbij valt ook te denken aan de ontwikkeling van onderwijsactiviteiten. Een en ander is afhankelijk van de mate waarin de komende tijd aanvullende financiering voor het instituut als geheel en de Maastrichtse vestiging in het bijzonder, kan worden gerealiseerd. 3.2. Inbedding binnen het Montesquieu-instituut De Maastrichtse vestiging van het Montesquieu-instituut zal worden gesitueerd bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Maastricht. Binnen de universiteit zal worden samengewerkt met collega's van de Faculteit der Cultuurwetenschappen (European Studies). Voor de Maastrichtse vestiging is voorshands een bedrag beschikbaar van 350.000 euro per jaar voor een periode van 5 jaar (zie bijlage ). De activiteiten in Maastricht zullen plaatsvinden binnen de kaders van het instituut als geheel en in samenspraak met de daarin participerende partners. Mede gezien de bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Maastricht aanwezige expertise, ligt een zekere nadruk in het onderzoek op het 449 Wetenschappelijk verslag 2005-2007 constitutionele recht. In dat opzicht onderscheidt het Maastrichtse onderzoek zich van het onderzoek dat elders binnen de kaders van het Montesquieuinstituut als geheel plaatsvindt. Indien het gaat om de onderlinge taakverdeling zal bij de activiteiten in Den Haag de nadruk liggen op de vergelijkende parlementaire geschiedenis, terwijl in Maastricht de aandacht primair zal uitgaan naar de vergelijkende en Europese constitutionele aspecten van parlementen. Beide componenten vullen elkaar aan, hetgeen in de nog nader vorm te geven samenwerking tot uitdrukking zal komen. Het Montesquieu-instituut zal worden geleid door een bestuur waarin ook de Universiteit Maastricht is vertegenwoordigd. Het bestuur legt via een Raad van toezicht verantwoording af aan de financiers. Inhoudelijke activiteiten zullen in de vorm van een jaarprogrammering worden voorgelegd aan het de Wetenschappelijke Raad van Advies van het instituut. Over de precieze invulling van de bestuursstructuur zal nog overleg plaatsvinden. Het instituut maakt deel uit van een breder initiatief om te komen tot een samenwerking van alle in de Europese Unie aanwezige, wetenschappelijke instituten op het terrein van parlementaire geschiedenis en constitutionele ontwikkeling. Het netwerk start met de deelname van vier Nederlandse universiteiten (Leiden2, Nijmegen3, Groningen4 en Maastricht5) door middel van hun aan Montesquieu gelieerde instellingen. De komende jaren zal er naar gestreefd worden om met financiële steun van de Europese Commissie het initiatief verder uit te bouwen tot een Europese netwerkorganisatie. 3.3. Onderzoeksomgeving De hiervoor beschreven grondgedachten van het Montesquieu-instituut sluiten aan bij de filosofie van het Maastrichtse publiekrechtelijke onderzoeksprogramma. De kern van dit programma, zoals dat thans in het kader van de onderzoeksschool Ius Commune bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid in Maastricht in samenwerking met andere faculteiten wordt uitgevoerd, is dat door middel van rechtsvergelijkend onderzoek de gemeenschappelijke constitutionele tradities, beginselen en rechtsfiguren worden opgespoord, geanalyseerd en beschreven en dat vervolgens wordt nagegaan of en zo ja, op welke wijze de toekomstige constitutionele vormgeving van de Europese Unie alsmede andere relevante internationale organisaties, op deze tradities kunnen worden gebaseerd. Deze benadering en de wijze waarop deze aan de Universiteit Maastricht op constitutioneel gebied is ontwikkeld, kan binnen het kader van het Maastrichtse Montesquieu-instituut worden uitgebouwd met een vernieuwende toespitsing op de positie van parlementen. 2 3 4 5 De Haagse campus, alsmede het Parlementair Documentatie Centrum (PDC) in Den Haag. Centrum voor Parlementaire Geschiedenis (CPG). Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (DNPP). Capaci