Deeleconomie
Transcription
Deeleconomie
Deeleconomie no. 08 29 januari 2015 Onafhankelijk magazine van Tilburg University 02. Waar tekst Jozien Wijkhuijs fotografie Marieke Plasier Geweldig die OV-kaart! Als ik hem niet gebruik, krijg ik geld toe Column Uitslapen Maastricht gaat studenten belonen die graag uitslapen. Per dag krijgen zij 4 euro wanneer ze het openbaar vervoer in de ochtendspits mijden, met een maximum van 600 euro per jaar. Ik heb het eens opgezocht: de ambtenaren in Den Haag betalen de Nederlandse Spoorwegen 680 euro per student per jaar om hem ín het openbaar vervoer te krijgen. Tegelijkertijd betalen ambtenaren in Maastricht diezelfde student 600 euro per jaar om hem úit het openbaar vervoer te houden. Het lijkt me heerlijk om dit thuis aan je ouders te vertellen. “Pa, ma, helemaal geweldig die OV-kaart! Als ik hem niet gebruik, krijg ik geld toe!” Tot zover het goede nieuws. Vorig jaar besloot het kabinet dat ook minderjarige mbo’ers (160.000 in aantal) een OV-studentenkaart krijgen. Kunnen ze fijn met de trein naar school. Dat aantal komt dus bovenop de 660.000 studenten die nu al van de kaart gebruik maken. Tegelijkertijd wil het kabinet bezuinigen door alle studenten uit de ochtendspits te weren. Onnavolgbaar. Alsof je als fulltime student iets hebt aan een kaart waarmee je pas na 9 uur ’s ochtends mag reizen. Waar is Univers Smijten met verf Univers is overal. Misschien ook wel bij jou in de buurt. “Swag zit tussen je oren”, valt er in schreeuwend gifgroen te lezen op de muur van het atelier van Dewy Baak. Dat is goed om te weten als je een witte overall met verfvlekken moet aantrekken en blauwe plastic zakjes om je schoenen moet doen, terwijl je probeert je waardige houding te bewaren. De personeelsvereniging heeft de kunstenares gevraagd om een workshop Action Painting te verzorgen en daar zijn vooral de vrouwelijke leden warm voor gelopen. In het begin houdt één man moedig stand tussen het oestrogeengeweld. Later glipt er door een zijdeur nog een mannelijke deelnemer binnen die casual tegen een muur aan gaat staan. Er mag vandaag met verf worden gesmeten. Als de workshopleider een plaatje van een schilderij van Jackson Pollock laat zien stijgt direct de moraal. “Als hij daar miljoenen mee kan verdienen, ga ik er ook even een paar maken!” zegt iemand terwijl ze strijdlustig met een kwast zwaait. Gezien de demografie van de groep wordt er vooral veel naar de aardekleuren en paars gegrepen. Sommigen proberen nog te verhullen dat ze terracotta willen gebruiken door te vragen: “Als ik deze oranje nou iets donkerder maak hè, dat het bijna bruinig wordt, dat is misschien wel mooi.” Anderen accepteren direct het cliché en roepen luidkeels: “Yes, een tint paars die ik nog niet heb.” Er zijn ergere donderdagavonden te bedenken dan deze. Gooien met verf en ondertussen stiekem slagroomsoezen leegzuigen is bijzonder prettig. Wie had verwacht dat het universitaire personeel – overigens voor het overgrote deel mensen van de ondersteunende diensten – artistiek best iets in de melk te brokkelen heeft? Er wordt gedruppeld, gegooid, gedrapeerd, gemorst en stiekem geschilderd dat het een lieve lust is. Uiteindelijk is iedereen zo enthousiast dat er zelf met felgroen en roze wordt geëxperimenteerd. “Zo,” besluit één van de dames de avond, “en mijn schoenen zijn ook nog schoon gebleven.” Een speciale taskforce van de overheid onderzoekt nu hoe het OV-gebruik van studenten doelmatiger kan. Mijn voorspelling: studenten mogen straks tóch met hun OV-studentenkaart in de spits blijven reizen. Maar dan enkel staand, want zo nemen ze minder ruimte in. In speciale coupés zonder zitplaatsen, waarmee in het weekend voetbalsupporters worden vervoerd. Nederland kennisland, oh de ironie. Eigenlijk kunnen we het studeren net zo goed afschaffen. Ook een manier om uitslapen te stimuleren. Luuk Koelman columnist Univers Inhoudsopgave Univers 29 januari 2015 04. Buzz 06. Pics 08. Passion, fear & faith 12. Speak Up 13. Coverstory 16. BEST 18. Opinie 20. Lifestyle 22. Incrowd 23. Science & School 24. Science & Society 25. International De happy fietser 08. Oud-student Eric Mijnster is feel-good-fietser. Hij bereidt zich voor op een monstertocht van 650 kilometer over 14 cols die hij in één rit wil bedwingen. Wat van mij is, is van jou 13. Het credo van de nieuwe generatie is: wat van mij is, is van jou. Zie daar de basis voor de booming deeleconomie. BEST moet beter 16. BEST liep averij op in de Universiteitsraad. Voor de onderbouwing van het reorganisatieplan kreeg het College van Bestuur een dikke onvoldoende. Dus: huiswerk overmaken. Open access 25. By 2024, all scholarly publications by Dutch researchers should be freely available. The question is: can publishers be persuaded to go all-in for open access. And: is it the best way forward? En passant .03 illustratie Bas van der Schot Tip ons! univers@uvt.nl En passant facebook.com/ universonline & @universtweet Condoom & dakterras & Vliegen & stress Wij van Univers mochten een aantal vliegtickets naar Turijn verloten. Wat moest je doen? Een foto plaatsen waaruit blijkt dat jij zo’n reisje wel hebt verdiend. Gemma Nuijten had zodanig veel stress, dat ze besloot om een Post-it op haar hoofd te plakken. Goed voor goud, gefeliciteerd Gemma! Net als de andere winnaars Anniek van der Lans en Vincent Peters krijg je twee tickets naar Italië. & Van een anonieme bron kregen wij deze shockerende foto. Wat je ziet is een pakje Durex op de daktuin van Tilburg University. Volgens ons hebben we een zwaar feestje gemist. Univers kan zich wel fijnere plekken op de universiteit voorstellen om de liefde te bedrijven. Maar goed, ieder zijn ding. Studeren & gezelligheid Kijk. Je kunt zeuren over je winterdip, maar je kunt ook gewoon je muil houden en er het beste van maken met deze virtuele open haard. Studeren was nog nooit zo gezellig. Baas boven baas. Met dank aan de Facebookpagina van Tilburg University Confessions. Univers 29 januari 2015 04. Buzz ;) Debat Knipoog Reaguur en stuur een ingezonden brief! Tilburgse ego’s toppers in economenland Henk (H.J.A.) Hofland leeft nog steeds. De ‘beste Nederlandse journalist van de 20e eeuw’ hoopt deze zomer alweer 88 te worden. In 1956 (!) schreef hij een stukje over de Onverdraagzame Abonnee: ‘De vertegenwoordiger of het geestelijk extract van de lezerskring, de grootste gemene deler van het liberale, socialistische, katholieke of antirevolutionaire fatsoen, de maat van alle dingen. Hij is een soort getal pi van de journalistiek, een grootheid die nooit tot op de laatste decimaal valt te bepalen, maar waarmee men toch terdege rekening heeft te houden.’ Verderop nog een rake omschrijving van de Onverdraagzame Abonnee: ‘een nationale Iwan de Verschrikkelijke, een mannetje dat met een maagzweer op een ongelucht bovenhuis met pen en papier gereed zit om zijn abonnement op te zeggen.’ Natuurlijk, nu heeft Univers geen Abonnees. Maar toch willen we graag een oproep doen aan de Onverdraagzamen onder onze lezers. Hebben jullie niks te klagen? Willen jullie je een keer Iwan(a) de Verschrikkelijke wanen? Verbijt dan ff je maagzweer en de muffe geur in je studenten- of werkkamer. Klim in de pen! Schrijf een ingezonden brief aan Univers. Overtuig ons ervan dat je allang je abonnement had opgezegd als dit universiteitsblad niet gewoon gratis in de bakken zou liggen (lekker makkelijk...). Ammunitie genoeg! Als je niets te simmen hebt over ons, dan vast wel over andere zaken die Tilburg University aangaan. Een nieuw jaar, een nieuw begin voor alle toppentellers. En in het geval van die van economenblad ESB zelfs een heel nieuw geluid. Zij doen het dit jaar helemaal anders. In hun jaarlijkse economentop-40 zijn de dikke punten voor kwaliteit, niet meer voor kwantiteit. Nu eens niet: wie schreef wat? Maar: wat zijn dit jaar de invloedrijkste economische publicaties en wie heeft dat (mee)geschreven? De ESB-economentoptopper van 2014 is – tromgeroffel - Daan van Knippenberg. Misschien wel het meest bijzondere aan deze prof is dat hij niet in Tilburg werkt, maar in Rotterdam. Want voor de rest van de ESB-top tien zijn het de economen van Tilburg, Tilburg en nog eens Tilburg die tellen. We zien Wagner Wolf, Harry Huizinga, Arthur van Soest, Joost Driessen en Bart Bronnenberg. En dat zijn alleen al de nummers twee tot en met zes. Een economentop zou geen economentop zijn zonder Jaap Abbring en Jan van Ours. Die vinden we dan ook terug op nummers negen en tien. Met de Tilburg seven - en Rik Pieters op nummer elf - zijn we ineens niet alleen de skonste, maar ook econoomste stad van het laand. Hoe dat zo gekomen is? Misschien dat Daan van Knippenberg de sleutel kent. Hij constateerde dat ‘je een groot ego nodig hebt om kwaliteit te leveren’. Hij wordt niet weersproken door de economentop: de solistische ego’s uit Tilburg boven, de sociale samenwerkers uit Nijmegen onder. De faculteit waar het minst wordt samengeschreven scoort het beste en die met de meeste co-auteurs het slechtst. Stuur je ingezonden brief naar univers@uvt.nl Universiteitsbestuurders die veel verdienen. Dat is ongepast! Van de redactie Bezuinigingen gaan over mensen, dus als je schrijft over een reorganisatie dan moet je de mensen laten zien over wie het gaat, vindt Univers. Wij maakten dan ook de journalistieke keuze om op de cover van het vorige magazine medewerkers te laten zien die luisterden naar een toespraak over BEST. Nu kan ik me best indenken dat mensen het niet prettig vinden om gefotografeerd te worden terwijl je net naar slecht nieuws luistert. We leven dus mee, maar we vonden het belangrijk om de foto te plaatsen, juist om te laten zien dat de reorganisatie over mensen gaat. Meer over BEST op pagina 16 en 17. Nee hoor. Bij een verantwoordelijke baan hoort een royale beloning. (18%, 25 stemmen) In tijden van bezuiniging moet iedereen de broekriem aanhalen, dus ook de bestuurders. (24%, 34 stemmen) (58%, 82 stemmen) Totaal aantal stemmen: 141 Dianne Groenen (21), psychologie Dat kan niet. Het geld moet in het onderwijs worden gestoken, niet in de bestuurders. Ze kunnen er beter voor zorgen dat het niveau van de universiteit omhoog gaat. Amber Schuurman (29), psychologie Als iemand zijn werk goed doet, mag hij er ook goed voor betaald krijgen. Dus nee, ik vind het niet ongepast. Bovendien denk ik dat ministers het niet leuk vinden dat bestuurders meer verdienen dan zij zelf. Als dat een reden is om bestuurders te laten inleveren, vind ik dat niet kunnen. Francine Bardoel, hoofdredacteur F.Bardoel@uvt.nl Ga naar UniversOnline en stem op onze nieuwe poll. Univers 29 januari 2015 Ja, want veel universiteitsbestuurders zijn vooral bezig met bijbaantjes. Buzz .05 Je kreeg net zo makkelijk een tong in je keel gestoken als een hap eten ff bellen met Marcel Sarot Column Begin januari schreef Maarten Boudry − postdoc wetenschapsfilosofie aan Universiteit Gent − een opinie in de Volkskrant. Portee: theologie is de grootste intellectuele verliespost van de westerse geschiedenis. Boudry windt er geen doekjes om: in de hedendaagse wetenschap heeft God geen enkele bevoegdheid meer. Theologen zitten te rommelen in de achterhoede. We leggen de opinie voor aan Marcel Sarot, decaan van de Faculteit Katholieke Theologie van Tilburg University. Hij reageert per mail. ‘Ik heb het artikel gelezen: retorisch sterk, inhoudelijk niet. Boudry gebruikt de term ‘theologie’ heel losjes. Theologie zoals wij die doceren is een conglomeraat van vakken. Deels disciplines (zoals sociologie en psychologie) die het wetenschappelijk statuut delen van andere geesteswetenschappen, bijvoorbeeld de filosofie. Natuurlijk worden er binnen TST ook vakken gedoceerd die over God gaan. Deze vakken hebben geen empirische inhoud. Je kunt niet door empirische experimenten vaststellen wie gelijk heeft. Overigens: dit geldt evenzeer voor de hele filosofie. Daarom is het een beetje vreemd dat zo’n Proost verwijt van een filosoof komt. Wetenschap sluit het bestaan van een handelende God a priori uit. We noemen dat ‘methodologisch naturalisme’. Wat mij betreft is dit een goed uitgangspunt voor wetenschap, omdat het vele nieuwe ontdekkingen mogelijk heeft gemaakt. Maar het heeft wel een consequentie, die vaak wordt vergeten: wetenschap die wordt bedreven vanuit de principes van het methodologisch naturalisme kan namelijk nooit uitsluiten dat een handelende God bestaat. Een arts kan bij een onverklaarbare genezing wel zeggen dat die onverklaarbaar is, niet dat God het heeft gedaan. Ook niet dat God het niet heeft gedaan trouwens. Dit valt buiten de bevoegdheid van de wetenschap.’ Kijk op universonline.nl voor een uitgebreid vraaggesprek met Marcel Sarot over de relevantie van theologie. Weesboeken en andere goede doelen Snollebolleke Carnaval. Limburgse kinders krijgen het al met de paplepel ingegoten. Of zoals in mijn geval: met paplepel en al de keel in geramd. Vroeger werd ik geschminkt en bij de haren meegesleept naar elke mogelijke optocht. Dan probeerde ik in het jassenhok mijn broodje frikandel te verorberen, terwijl moeders de polonaise stond te hossen. Jaren later kon ik op de middelbare school ook niet ontkomen aan het feestgedruis. De muziek was er ondertussen niet beter op geworden - en als mooie bijkomstigheid moesten er nu ook nog hormonale zatlappen worden ontweken tijdens het verorberen van dat broodje frikandel. Je kreeg net zo makkelijk een tong in je keel gestoken als een hap eten. Ik dacht altijd maar gelaten dat carnaval niks voor mij is. Dat ik dat belangrijke gen mis dat nodig is om te genieten van die geweldige verklede dagen. Ik ontdekte het geheim van carnaval pas laat. Er is geen carnavalsgen. Je hebt de flessen Schrobbelèr. Of wijn. Of bier. Alcohol aan je lippen en de nieuwste carnavalshit is opeens engelenmuziek. Drink een glaasje extra en die groep springende en hossende mensen zijn plots je beste vrienden. Carnaval is eigenlijk gewoon het verdrinken van alle jeugdtrauma’s, twijfels en vooral van alle remmingen. Nu nog even bedenken of ik graag verkleed wil gaan als hoerig bijtje, of als sexy Pink Lady. Of misschien juist als stoute agente? Glaasje wijn in de hand en doen alsof je niet rondloopt in lingerie die voor kleding door moet gaan. Daar is het toch immers carnaval voor? Schudden met da kontje, snollebolleke! Doe ik het zo goed? Zoë-Amber Wolters (23) student Communicatie. Haar blogs zijn te lezen op UniversOnline. Prijzen, prijsjes, benoemingen, subsidies, schouderklopjes en veren in de reet; het academische wereldje zit er vol mee. Univers licht er de mooiste uit. Het is nog echt liefdewerk oud papier wat Books4life doet, maar dan wel de letterige vorm. Verweesde boeken - waarvoor geen plaats meer is in de kast van baasje - ontvangen en die voor een, twee of meer euro verkopen aan een nieuwe adoptielezer. Voor het goede gevoel van oude en nieuwe boekenlezer en het goede doel van de Books4lifevrijwilligers. In 2013 ging het om zo’n vijftienduizend euro en dat geld ging onder meer naar Guinee, Ghana, Guatemala en Gilze-Rijen. Daarom een warme en welgemeende felicitatie voor het tienjarig bestaan. En nog vele jaren graag. Zeker nu de Studystore aangekondigd heeft de campus te verlaten. Colofon Adres Postbus 90153 5000 LE Tilburg univers@uvt.nl www.universonline.nl Covers Pascal Tieman Productie PrismaPrint Uitgave Univers is het driewekelijks onafhankelijk magazine van Tilburg University Volgende editie Univers 9 verschijnt op 16 februari 2015 Redactieraad Irene Claessens, Jasper Haenen, Annemarie Hinten, Hille van der Kaa (voorzitter), Antony Pemberton, Lisa Reizevoort, Jos Straathof, Marcel Zeelenberg Dit nummer is gemaakt door Francine Bardoel, Cecile Bessems, Erik-Jan Broers, Dolph Cantrijn, Adrian van den Eerenbeemt, Marianne Lalande, Luuk Koelman, Frank van den Nieuwenhuijzen, Marieke Plasier, Rob Ramaker, Wouter Roosenboom, Henk van Ruitenbeek, Sheilla Rutten, Bas van der Schot, Bart Smout, Simon Roberts, Pascal Tieman, Ton Toemen, Jack Tummers, Ron Vaessen, Rik Wassens, Rob Watling, Bert Westenbrink, Niek Willems, Zoë-Amber Wolters, Jozien Wijkhuijs. Univers 29 januari 2015 06. Pics fotografie Dolph Cantrijn Univers 29 januari 2015 Pics .07 Het zijn warrige tijden voor Studystore. De landelijke keten sluit zijn boekenwinkels en de medewerkers weten niet wat ze te wachten staat. In de vestiging op Tilburg University lijkt het rustig. Letterlijk. Een enkele studente staat schijnbaar tevreden in een boek te kijken. Uit de stapels boeken op de tafel voor haar heeft ze gekozen voor Chanel & Co van Marie-Dominique Lelièvre. Een biografie over de icoon van het bekende Franse modehuis. Misschien ambieert de dame op de foto ook wel een carrière in de mode. Met de kleur van haar kleding zit ze in ieder geval goed. Met zwart kun je immers nooit fout gaan. Univers 29 januari 2015 08. Passion, fear & faith Als ik fiets verdwijnt de wereld. Alleen ik en de pedalen bestaan dan Univers 29 januari 2015 Passion, fear & faith .09 tekst Bart Smout fotografie Wouter Roosenboom De gelukkige fietser Voor Eric Mijnster is geen berg te hoog. Na zijn studie aan Tilburg University kiest hij voor de fiets. Nu bereidt hij zich voor op een tocht door de Alpen die hij in één rit van 38 uur wil afleggen. “Ik ben altijd op zoek naar het onbekende.” Z onder gescheurde meniscus had het leven van Eric Mijnster (26 jaar) er waarschijnlijk heel anders uitgezien. Van jongs af aan is hij een fanatiek voetballer. Totdat hij op negentienjarige leeftijd tegen de keeper op botst en ernstig geblesseerd raakt. ‘Vergeet het voetballen maar,’ zegt de dokter op de operatietafel, ‘dat gaat nooit meer lukken.’ Om te revalideren gaat Eric fietsen. Zijn vader heeft altijd fanatiek gewielrend en moedigt hem aan. Na de tweede en laatste operatie koopt hij twee tourtickets voor de Amstel Gold Race. Een tocht van 250 kilometer. Heuveltje op, heuveltje af. Vader en zoon. ‘Daar is het eigenlijk begonnen,’ blikt Eric terug. Tijdens zijn studie Communicatie- en Informatiewetenschap aan Tilburg University blijft Eric fietsen. Als hij zijn masterdiploma op zak heeft wat hij een ding zeker: voor hem geen kantoorbaan. Werkend als wintersportreisleider in La Plagne ontmoet Eric de freeskiër Koen Bakkers, die op zijn blog verslag doet van zijn gewaagde afdalingen. Wat met de ski kan, moet ook met de fiets kunnen, denkt Eric. Hij begint een eigen blog, gespletenasfalt.nl, en begint een leven als feel-good-fietser. Per jaar is Eric zeven maanden van huis om op zijn fiets de meest prachtige bergen te bedwingen. Via zijn blog houdt hij iedereen op de hoogte van zijn ervaringen. Al snel willen merken hem sponsoren en wordt hij gevraagd als schrijver en spreker. “Zo ontdekte ik dat ik per ongeluk iets bijzonders heb gedaan,” vertelt Eric, “namelijk je droom omzetten in werkelijkheid.” Eric leeft van de fiets maar is geen professioneel wielrenner. Toch is de feel-good-fietser druk bezig met de voorbereidingen voor een tocht die topsportwaardig is. Eind juni gaat hij ‘la route des grandes alpes’ rijden. Een rit van 650 kilometer over veertien bergen. Met 2802 meter is de Col de la Bonette de hoogste berg in het gezelschap. Om de uitdaging te vergroten wil Eric de rit in één keer rijden. Een primeur. Dat betekent 38 uur in het zadel. Zonder slaap, met slechts korte pauzes. Eric Mijnster (1988, Tilburg) is blogger, feelgood-fietser en avonturier. Mijnster groeide op in de Tilburgse wijk Broekhoven. Hij studeerde Communicatie- en Informatiewetenschappen aan Tilburg University, waar hij in 2011 zijn Hoe staat het met je voorbereidingen? “De eerste keer dat ik een bewegingswetenschapper vertelde wat ik ging doen, geloofde hij me niet. Normaal stoomt hij professionele wielrenners klaar voor grote tours. En ik ben geen professionele wielrenner. Maar toen hij begreep dat ik serieus ben, is hij toch gaan kijken hoe ik mezelf goed kan voorbereiden. Hij heeft een trainingsschema gemaakt dat ik precies navolg. Iedere maand komen we bij elkaar en kijken we hoe het ervoor staat. Ik lig goed op schema.” Hoe zien jouw dagen er nu uit? “Iedere ochtend fiets ik of train ik in de sportschool. Ik doe vooral veel duurtrainingen. Tot een bepaalde hartslagzone kan ik heel lang fietsen. Het is dus belangrijk dat ik voortdurend in die hartslagzone blijf, ook als ik straks tijdens de tour bergopwaarts ga. Dat is de enige manier om het vol te houden.” Waarom doe je dit? Het klink als een krankzinnig plan. “Ik doe het niet voor het Guinness Book of Records. Dit is iets wat ik al heel lang wil. Ik ben altijd op zoek naar het onbekende. Naar nieuwe grenzen die ik kan breken. Een uitdaging als deze heb ik mezelf nog nooit gesteld. De voldoening die het geeft als je de finish haalt moet ongelooflijk groot zijn.” Geeft het een kick? “Zo’n uitdaging geeft me een enorme adrenaline boost. Ik beland dan in een soort superfocus. Als ik fiets verdwijnt de wereld. Alleen ik en de pedalen bestaan dan. Zelfs aan de finishlijn denk ik niet, ik trap gewoon totdat ik erbij neerval. Een magisch gevoel.” Heb je nooit getwijfeld aan het idee? “Nee. Maar nu de tour dichterbij komt merk ik dat mensen zich zorgen maken. Vrienden vragen me of ik soms dood wil. Ze zijn bang dat ik door uitputting een fatale fout maak. Een ravijn in donder, of onderuit ga bij een afdaling. Die reacties hebben masterdiploma haalde. Na zijn studie werkte Mijnster een tijd lang als reisleider, waarna hij het fietsen omarmde. Nu blogt hij over zijn fietsreizen op gespletenasfalt.nl, schrijft voor verschillende magazines en geeft workshops. Momenteel traint Mijnster voor ‘la route des grandes alpes’, een tocht van 650 kilometer die over 14 cols loopt. De uitdaging: die route in één rit uitrijden, zonder pauzes. Mijnster verwacht dat hij er 38 uur over doet. Univers 29 januari 2015 10. Passion, fear & faith De gelukkige fietser me wel aan het denken gezet. Dit is zo grensverleggend dat ik eigenlijk niet weet of het wel kan. Dat maakt het soms ook beangstigend.” Maar die angst zit je niet in de weg? “Nee. Ik zal nooit iets niet doen omdat ik er bang voor ben. Ik ben wel realistisch. Het zou fout kunnen gaan. Of ik zou het niet kunnen halen. Maar daar laat ik me niet door leiden. Ik geloof dat je nooit kan falen als je je hart volgt. Als je doet wat je echt wilt, maak je altijd de juiste keuzes. Je kunt natuurlijk een gesteld doel niet halen, maar dat doet daar niets aan af.” Waar komt die vastberadenheid vandaan? “Op de een of andere manier heb ik me altijd afgevraagd waarom ik iets doe. Als de juffrouw op de basisschool aan me vroeg wat ik later wilde worden, antwoordde ik altijd: ‘gelukkig.’ Iedereen lachen natuurlijk, maar ik denk nog steeds zo. Geluk is de leidraad in mijn keuzes. Ik denk dat die vastberadenheid daar ook vandaan komt. Je passie volgen is de grootste garantie voor geluk. Daar moet je geen half werk van maken.” Is het ook een garantie voor ongeluk? Veroordeelt het je tot een eenzaam bestaan? “Soms is het inderdaad best eenzaam om zo bezig te zijn. Wat het vooral eenzaam maakt is dat veel mensen je bekijken als een raar geval. Als je niet hetzelfde doet als iedereen ben je toch een buitenbeentje. Dat brengt je soms aan het twijfelen. Ben ik gek omdat ik gewoon gelukkig wil zijn? Die vraag heb ik mezelf weleens gesteld. Mijn keuzes hebben zelfs de relatie met mijn vader een tijd lang vertroebeld.” Terwijl hij je toch op de fiets heeft geholpen. “Mijn vader is al dertig jaar docent. Hij verwachtte dat ik hem zou volgen. Niet dat ik ook per se docent zou worden, wel dat ik zou kiezen voor een vaste baan en een zeker plekje in de maatschappij. Toen ik na mijn studie me vol op het fietsen stortte en niet ging solliciteren, schrok hij daarvan. Hij geloofde er niet in. Dat was heel vervelend. Het doet pijn als iemand die dicht bij je staat niet in je gelooft. Juist van die mensen verwacht je steun in het najagen van je dromen.” Hoe is jullie relatie nu? “Goed. Het is weer bijgedraaid. Je hoeft niet te begrijpen wat ik Univers 29 januari 2015 Je hoeft niet te begrijpen wat ik doe, ik wil alleen dat je het niet veroordeelt doe, ik wil alleen dat je het niet veroordeelt. Gelukkig doet mijn vader dat niet meer. En hij begrijpt het steeds beter. We kunnen weer samen aan tafel zitten. En samen fietsen.” Hoe is het om altijd onderweg te zijn? “De laatste keer dat ik terugkwam van een fietsreis was ik helemaal kapot. Leeg. Toen moest ik echt even bijkomen. Een paar Passion, fear & faith .11 weken lang heb ik niks gedaan. Een bizar gevoel was dat. Maar de drang om te fietsen komt vanzelf weer terug. Fietsen is een droom. En dromen sterven niet.” Is dat ook wat je wilt uitdragen op je blog? “Ja. Mijn studie Communicatie is voor mij nog altijd waardevol. Fietsen is uiteindelijk maar een onderdeel van wat ik doe. Mijn passies zijn avontuur, communicatie en sport. Mijn blog is dus een belangrijk onderdeel van wat ik doe. Ik had dit niet kunnen doen zonder mijn studie. Wat ik wil, is een boodschap overbrengen. Ik wil laten zien dat het mogelijk is om van je droom te leven. Om iedere dag op te staan en te doen wat je leuk vindt. Als ik mensen kan inspireren om ook naar hun droom te leven zou dat geweldig zijn. Kies niet wat iedereen kiest. Er is veel meer dan dat.” Mooi hoor. Maar ik kan me voorstellen dat je verhaal naïef overkomt als je met vier kinderen in de bijstand zit. “Ja, mijn boodschap is natuurlijk niet aan iedereen besteed. Hoe verder je in het leven komt, hoe meer mensen zichzelf vastleggen. Door bijvoorbeeld kinderen te nemen. Dan kun je niet zomaar je leven omgooien. Vooral bij studenten komt mijn verhaal daarom goed aan. Zij hebben nog weinig verantwoordelijkheden en veel mogelijkheden. Juist voor hen is het belangrijk goed na te denken over je leven na de studie. Keuzes te over als je jong bent. Je moet ze alleen zien en durven grijpen.” En na de studententijd is alle hoop verloren? “Nee hoor. Ook al ben je ouder en heb je veel verantwoordelijkheid, je kunt altijd dingen veranderen in je leven. Soms kunnen kleine aanpassingen al voor veel geluk zorgen. Mensen hoeven niet meteen hun hele leven om te gooien. Een keer die reis maken die je altijd wilde maken, of een sport volgen – dat soort keuzes kunnen al een grote impact hebben. Geluk is niet altijd groots en meespelend. Het kan ook heel simpel en tastbaar zijn.” Univers 29 januari 2015 12. Speak up coördinatie Frank van den Nieuwenhuijzen fotografie Dolph Cantrijn De burger bepaalt... Speak up Het Ministerie van OCW ziet volop mogelijkheden om burgers te laten deelnemen aan wetenschappelijk onderzoek. Niet als respondent of proefkonijn, maar om vragen te formuleren aan de wetenschap. Leken die de onderzoeksagenda helpen vaststellen - werkt dat? Doen dus Mag de burger het onderzoek bepalen? Reageer! univers@uvt.nl facebook.com/ universonline @universtweet Univers 29 januari 2015 Efficiënte wetenschap Peter Achterberg (37), hoogleraar en programmaleider onderzoek Sociologie, Tilburg School for Social and Behavioral Sciences ‘Dat hangt er maar een beetje vanaf’. Bijvoorbeeld of het antwoord op de door burgers geformuleerde onderzoeksvragen de zin hiervoor als antwoord opleveren. Veel onderzoek levert een nogal genuanceerd antwoord op, en het is de vraag of de vragenstellers dat eigenlijk wel willen horen. Het wetenschappelijke antwoord op de lekenvraag kan trouwens ook precies het tegenovergestelde zijn van wat de burger eigenlijk wil horen. De teleurstelling zal in deze gevallen ongekende proporties aannemen. En de wetenschap zal worden weggezet als ook maar een mening. Ook zijn er mensen wiens vragen niet geselecteerd worden. Tijd en onderzoeksmiddelen van wetenschappers zijn nou eenmaal beperkt. En dat betekent dat de hoop op antwoord op deze prangende vragen in de kiem gesmoord zal worden. De teleurstelling zal wederom groot zijn. En de wetenschap zal worden weggezet als ook maar een mening. Voor alle overige gevallen: prima plan. Doen dus! Jan-Willem van Wouw (22), student bedrijfseconomie & vicevoorzitter Debatclub Cicero Toevallige raakvlakken Jos Buyvoets (26), student rechten & secretaris Debatclub Cicero Het leek een faculteit leuk om te horen hoe beleid echt tot stand komt. Ze nodigde een hoge medewerker uit van het Ministerie van Financiën om daarover te praten. Die kwam met een ranglijst van factoren. Op nummer één stond: lobbyen. Op nummer zes stond de academische wereld/ideeën die we op borrels en feestjes horen. Verbazing wekte dit niet. De academische wereld trekt intelligente, intrinsiek gemotiveerde mensen. Die mensen komen de poort binnen doordat ze door hoepels springen om zich tegenover andere academici te bewijzen. Ze verdienen vervolgens geld en maken stappen vooruit doordat ze geciteerd worden door andere academici. Het is een op zichzelf staande wereld die alleen toevallig raakvlakken heeft met de buitenwereld, waarin maatschappelijke relevantie geen tastbare beloningen biedt. Ik kan me voorstellen dat zowel de maatschappij als academici het prettig zouden vinden als daar wel tastbare beloningen voor komen. Het idee is dus dat wetenschappers de straat op moeten om te kijken of ze een zinnig idee uit consumerend Nederland kunnen krijgen. De gemiddelde leek heeft kennelijk een andere kijk op zaken en kan daardoor de wetenschap een ander perspectief bieden. Er is een duidelijke reden waarom dit niet een goed idee is: de man in de straat ondervindt niet zozeer het proces van de wetenschap, meer het resultaat van de wetenschap. Het feit dat we tegenwoordig auto’s hebben die op elektriciteit rijden is fantastisch, maar we gaan de mensen die er in rijden niet vragen om hun mening over de constructie van de accu’s. Daar weten ze in de regel weinig van, in tegenstelling tot het design of gebruiksgemak van de auto, maar daar heeft de wetenschap niet veel aan. En stel dat we nét die ene persoon vinden die wel verstand heeft van accu’s en er een geweldig idee over heeft, dan kunnen we maar blij zijn dat we al die tijd en moeite in de lekenpopulatie hebben gestopt. Persoonlijk betwijfel ik echter of er veel van deze mensen zijn. Coverstory .13 Wat van mij is, tekst Sheilla Rutten illustratie Pascal Tieman fotografie Jack Tummers is van jou Je kamer voor een nachtje verhuren. Of je klapstoelen uitlenen. Koken voor een ander kan ook. Persoonlijk bezit delen, het is de basis voor de booming deeleconomie. Online platformen als Airbnb, Thuisafgehaald en Snappcar groeien als kool en zijn de symbolen van een nieuwe generatie die weinig waarde meer hecht aan bezit: wat van mij is, is van jou. S oms stuurt ze de sleutel op. Maar meestal laat Marleen Portengen hem achter in het café om de hoek. Daar kunnen de gasten die in haar appartement zullen overnachten hem zelf ophalen. Voor 64 euro per nacht heb je haar knusse appartementje aan de Korvelseweg helemaal voor jezelf. Zelf gaat ze dan bij haar vriend of ouders slapen. Marleen, onlangs afgestudeerd in Strategic Management, is één van 800.000 mensen wereldwijd die hun woonruimte delen via het online platform Airbnb. Het klinkt misschien vreemd, je woonruimte via internet delen met vreemden, maar het gebeurt steeds vaker: Airbnb kende in 2014 wereldwijd tien miljoen gebruikers. Marleen heeft in een jaar tijd haar appartement al zo’n 25 keer verhuurd. De meeste gasten waren in Tilburg voor een festival maar er zat ook een enkeling tussen die simpelweg tijdelijk onderdak zocht. Wie of waarom er overnacht in haar appartement, maakt haar niet veel uit. Ze heeft geen moeite met het idee dat ze vreemden in haar spullen achterlaat, want volgens haar is niets van waarde. “En alles wat wel waardevol is, doe ik in een kastje dat op slot kan. Zo zijn mijn ondergoedkastje, laptopkastje en medicijnkastje op slot wanneer ik de gasten ontvang.” Generatiedingetje De populariteit van een platform als Airbnb is volgens haar toe te schrijven aan de verminderde behoefte van de jongere generatie aan materialisme. “Het is echt een generatiedingetje. Mijn moeder snapt er helemaal niets van. Wij zijn veel minder materialistisch. Onze spullen zijn ons minder waard omdat we er relatief weinig voor betalen en daarnaast in het algemeen ook kort mee doen. Wij ontlenen status niet meer aan spullen, maar aan ervaringen. De deeleconomie, een wereld waarin wij alles delen zodat we het op een nog goedkopere manier kunnen krijgen, is daar een perfect voorbeeld van.” Airbnb is een van de vele initiatieven binnen de deeleconomie. De deeleconomie is verzamelbegrip voor de vele deelplatformen die sinds de komst van internet zijn ontstaan. In de online wereld zijn we in staat om met iedereen in contact te zijn of contact te maken. We hoeven spullen niet meer te kopen of te bezitten, want toeganghebben-tot is al voldoende. Met een paar klikken is het mogelijk om allerlei zaken te regelen. Je smartphone fungeert als afstandsbediening in een wereld van producten en diensten. Volgens Arjan van den Born, hoogleraar creatief ondernemerschap aan Tilburg University, is de deeleconomie een logisch voortvloeisel van de komst van → Univers 29 januari 2015 14. Coverstory Mijn ondergoedkastje, laptopkastje en medicijnkastje zijn op slot wanneer ik de gasten ontvang Marleen Portengen (25 jaar, onlangs afgestudeerd in Strategic Management aan Tilburg University) verhuurt al bijna een jaar haar appartement via Airbnb. “Meestal laat ik wel een welkomstgift achter: bijvoorbeeld biertjes. Maar zelf laten de gasten ook vaak een cadeautje achter. Leuk om iemand zo blij te kunnen maken.” Wat van mij is, is van jou internet. “Het gehele internet 2.0 is grotendeels gebaseerd op peer-to-peer contacten. Delen werd al op grote schaal gedaan, maar dan voornamelijk virtueel. Zo delen we kennis op Wikipedia of via Google en delen we muziek en films via Torrentsites. Waar voorheen jouw netwerk zich beperkte tot je vriendenkring en buurt, is je netwerk nu eindeloos. Op internet staan we in contact met iedereen. Dat vervolgens ondernemers vraag en aanbod laten samenkomen op platformen, is niet meer dan logisch.” Miljardenbedrijven En met die platformen gaat het heel goed. Kleinschalige, ideële initiatieven groeien hard. Peerby (lenen van mensen in jouw buurt) had het afgelopen jaar een groei van 500 procent in het aantal gebruikers. Grote spelers zoals Airbnb en Uber (taxi-app) zijn inmiddels miljardenbedrijven. Ondanks de commerciële opzet van sommige initiatieven, vallen ze volgens deeleconomie-expert Harmen van Sprang, Airbnb – verhuur en boeking van privé accommodaties. 214.000 Nederlanders (ver)huren een woning op Airbnb. Thuisafgehaald – goedkope maaltijden gemaakt door thuiskoks. 126.000 deelden een maaltijd via Thuisafgehaald. Peerby – lenen en uitlenen van spullen van mensen in de buurt. Peerby kent zo’n 99.000 gebruikers. Snappcar – huur en verhuur van auto’s, 66.000 leenden of verhuurden een auto via Snappcar Univers 29 januari 2015 mede-oprichter van ShareNL en auteur van het boek ‘Share’, nog steeds onder de deeleconomie. “Iets telt als een deeleconomieplatform als het product voor een deel wordt verhuurd. Als jij jouw appartement iedere dag van het jaar probeert te verhuren via Airbnb, dan is dat niet echt deeleconomie, want dan ben je gewoon een hotel. Maar doe je dat een paar dagen per jaar, dan wel.” Een deeleconomie waaraan verdiend wordt is volgens hem vanzelfsprekend. “Ik zou het heel raar vinden om niet te betalen voor een auto die ik leen van iemand hier uit de buurt. Diegene heeft immers een paar honderd euro per maand aan kosten aan de auto.” Partytent Ook studente communicatiewetenschappen Joli Seelen maakt gebruik van de deeleconomie. Zij leende via Peerby een partytent bij iemand uit de buurt. “Binnen vijf minuten hadden we er eentje. Als dank hebben we de meneer een taart gebracht bij het terugbrengen”, vertelt Joli. Zelf heeft ze via Peerby ooit een paar klapstoelen uitgeleend aan iemand die op zoek was naar allerlei verschillende stoelen. “Ik vind het erg goed dat mensen minder snel nieuwe Coverstory .15 Hè, wat? Deeleconomie? Deeleconomie bestaat al een paar jaar en is booming. Aanhangers zien het als een economische revolutie, een nieuw model voor consumptie en bezit. We kopen niet meer. We delen. Op internetplatformen komen gebruikers met elkaar in contact om te lenen, huren of ruilen. Dat kan van alles zijn: van auto, maaltijd, woonruimte, keukentrap spullen kopen en dat dingen hergebruikt worden. Bovendien vind ik het stukje vertrouwen dat je in je medemens moet hebben, een goede ontwikkeling.” De groeiende populariteit van de deeleconomie is volgens Van Sprang toe te schrijven aan de bewustere consument. “De meeste ondernemers zijn vrij jong. Zij zien, hoe cliché dat misschien ook mag klinken, dat consumeren niet meer houdbaar is zoals we het al die jaren gedaan hebben. Ook de crisis heeft daar natuurlijk een rol bij gespeeld. Voor veel mensen zijn er gewoon minder mogelijkheden tot grote consumptie.” tot grasmaaier. De platformen zijn er in allerlei soorten en maten. Klein, groot, lokaal, internationaal, ideëel en commercieel, maar wel gebaseerd op hetzelfde principe: persoonlijk bezit wordt onderling uitgewisseld. Volgens hem zal de deeleconomie alleen maar een groter onderdeel van onze maatschappij worden. Van Sprang: “Ik denk niet dat het een trend is, maar echt een transitie die zich door zal ontwikkelen en enorme groeipotentie heeft. Ik geloof niet dat het zodanig de andere kant op zal gaan dat er bij wijze van spreken straks niemand meer iets wil bezitten. Maar ik denk wel dat de groeiende deeleconomie symbool staat voor een bepaald bewustzijn. Die mindstate is typerend voor deze tijdsgeest. En die mindstate zal nog wel even aanhouden.” Kritiek Maar er is ook kritiek. Rachel Botsman, een autoriteit op het gebied van deeleconomie, vertelde in een onlangs uitgezonden VPRO-uitzending van Tegenlicht over de desillusie. De deeleconomie zou namelijk niet de altruïst in ons hebben wakker gemaakt, maar juist de kapitalist. Het ‘vercommercialiseert’ ons leven, want alles krijgt economische waarde. Het principe van delen zou er door op de achtergrond raken. Van Sprang kan zich niet vinden in deze kritiek. “Het gaat allemaal over Airbnb en Uber. Twee Amerikaanse bedrijven die vijf à zes jaar geleden begonnen en die inderdaad veel investeerders aan boord hebben gehaald en gewoon heel erg opschalen.” Volgens hem zijn er genoeg Nederlandse initiatieven waar het niet om geld verdienen gaat. “Bijvoorbeeld Konnektid, een platform waar mensen elkaar gratis nieuwe dingen leren. Of Bieblio, een platform waarop men boeken met elkaar deelt. Volgens Van Sprang zijn dit social enterprises: ondernemers die verder kijken dan alleen de geldwaarde. “Zij kijken ook naar de waarde die het toevoegt aan de wereld, als in: waar heb ik een rol te vervullen die verder gaat dan mijn eigen zak vullen?” Joli Seelen (22 jaar, master Communicatie- en informatiewetenschappen aan Tilburg University) en huisgenoot Ellen Nicolaes leenden via Peerby een partytent en leenden zelf klapstoeltjes uit. “We hebben niet veel ruimte thuis, dus spullen kopen en opslaan schiet niet op. Bovendien vind ik het zonde dingen jaren in de kast te hebben staan en niet te gebruiken.” Univers 29 januari 2015 16. Personeel tekst Rik Wassens fotografie Jack Tummers BEST terug naar tekentafel Het reorganisatieplan BEST heeft op onderdelen een dikke onvoldoende gekregen van de dienst- en faculteitsraden. Het College van Bestuur gaat daarom zijn huiswerk overdoen en komt met een nieuw organisatieconcept. D e vertegenwoordigers van alle dienst- en faculteitsraden hadden weinig tijd nodig om hun oordeel te geven over BEST, Building Excellent Support at Tilburg University. Tijdens een hoorsessie staken ze stuk voor stuk in enkele minuten een betoog af tégen het reorganisatieplan. Niemand in de Tilburgse medezeggenschap - centraal of decentraal, dienstraad of faculteitsraad was te spreken over het organisatieconcept dat tot voor kort onderdeel was van de plannen. Over het doel van BEST is weinig discussie: het ondersteunend werk kan beter en goedkoper en geld dat vrij komt moet naar het primaire proces van de universiteit - onderwijs en onderzoek. Maar de manier waarop de stuurgroep van BEST dat wil bereiken kan niet rekenen op veel bijval. De kritiek valt in zes punten samen te vatten, vertelt Tjits Roselaar van Universiteitsraadsfractie Onafhankelijken (zie kader). Ook tijdens de roadshows eind vorig jaar kreeg BEST veel kritiek. Al met al stevende het plan af op een negatief advies in de Universiteitsraad die zich op 13 februari over de strategische beleidskeuze gaat buigen. Het College van Bestuur wil dat voorkomen en trekt het organisatieconcept als onderdeel van BEST terug. Collegevoorzitter Koen Becking benadrukte tijdens een zitting van het Dagelijks Bestuur van de Universteitsraad dat de invulling en implementatie van de aard en omvang van de re- Univers 29 januari 2015 organisatie zorgvuldigheid en aandacht vereist. “Daarom vragen wij nog geen advies aan de Universiteitsraad over het organisatieconcept. Dat doen we in juli.” De oorspronkelijke doelstellingen, de uitgangspunten, de randvoorwaarden en de opbrengsten van het BEST-programma blijven wel overeind staan: het schrappen van de 58 fte gaat door en de tijdelijke vacaturestop voor het ondersteunend personeel blijft van kracht. Deze besparing moet 3,5 miljoen euro op leveren. Dat wordt aangevuld met een bezuiniging op het Nexus Instituut (half miljoen) en op het huisvestingscompartiment (anderhalf miljoen). Deze 5,5 miljoen euro moet 90 fte aan wetenschappelijke banen scheppen. ‘Streep door uw scriptie’ De afgevaardigden van de dienst- en faculteitsraden brandden BEST af tijdens de hoorsessie: de een in nog hardere bewoordingen dan de andere. Peter van Maarleveld, van de dienstraad Corporate Staff, was zeer uitgesproken. Hij las in de plannen passages die hij niet begreep. “Dat had de stuurgroep beter moeten doen. En ik vraag aan u als voorzitter van het College van Bestuur: kunt u het wel uitleggen? Als u met de stuurgroep had gesproken dan had er een beter stuk gelegen.” Van Maarleveld sloot zijn gepassioneerde relaas af met een oproep kwaliteit te leveren: “Eigenlijk mag u een deel van uw huiswerk opnieuw doen. Door uw scriptie zet ik een streep. Als u kwaliteit wil, moet u dat vragen en ook leveren. Zo kunnen we in 2025 naar de top. Anders niet.” Personeel .17 In de beoogde organisatie-na-BEST krijgt ondersteunend personeel te maken met twee leidinggevenden. De een is hiërarchisch verantwoordelijk (wie en hoe), de ander functioneel (wat en wanneer). De faculteitsraad van de Law School ziet geen heil in deze constructie en uitte haar zorgen tijdens de hoorsessie: “De leidinggevenden hebben verschillende, soms ook tegenstrijdige, belangen. Wij verwachten dat het voor medewerkers moeilijk zal zijn om daar tussen te laveren.” Bij Education & Research Marketing (ERM) wordt al gewerkt met genoemde structuur. En dat leidt niet tot successen, aldus Roselaar van Universiteitsraadsfractie Onafhankelijken. “Het College van Bestuur zegt dat het model dat binnen BEST wordt ingevoerd anders is dan waar we nu mee te maken hebben bij ERM. Maar dat ziet er toch hetzelfde uit: ook met die duale aansturing. We horen van alle kanten - van medewerkers en van ‘klanten’ dat dat niet werkt. De werknemers voelen het belangenconflict tussen de opdrachtgever, de leidinggevende en de klant.” Dit bestuurlijk model bij ERM is geëvalueerd, vertelt Roselaar, maar alleen op managementniveau. “Niet met de medewerkers, niet met de klanten. Dat moet eerst gebeuren voordat je verder gaat met dit soort acties.” Hoe verder? Het Dagelijks Bestuur van de Universiteitsraad vindt dat het College van Bestuur nu met een nieuw organisatieconcept moet komen. “We willen zien dat er een analyse van het probleem komt en deze keer een model mét argumentatie,” zegt Roselaar. “Verder is fasering voor onze fractie een belangrijk punt. We gooien niet de hele organisatie in één keer overhoop.” 2016 niet gebruiken om hier ook nog mee bezig te zijn. We willen afronden.” De Universiteitsraadsfracties willen allemaal dat bestuursvoorzitter Becking de kar gaat trekken. Roselaar: “Hij keek een beetje beduusd toen de rijen sloten en vijf fracties zeiden dat hij de verantwoordelijkheid moet nemen. Hij gaat zich daarop beraden. Het gaat hier om leiderschap. Hij is portefeuillehouder bedrijfsvoering: dit zet de hele bedrijfsvoering op z’n kop. Elke steen kan gaan verschuiven, zo wordt het ook gezegd. Dit is ultiem zijn verantwoordelijkheid.” Of Becking de handschoen oppakt, was bij het ter perse gaan van dit nummer nog onduidelijk. Op 13 februari neemt de Universiteitsraad kennis van de melding tot reorganiseren en adviseert over de strategische beleidskeuze. Dit document is ontdaan van elke vermelding naar de concrete inrichting van de organisatie. Aansluitend vindt een debat plaats over BEST. BEST moet beter De kritiek van de medezeggenschap samengevat in zes punten: • • • • Roselaar staat niet alleen in die kritiek. Zo valt de faculteitsraad van de Law School haar bij op dit punt. Maar collegevoorzitter Becking stelt dat de fasering al gaande is: “We willen niet ineens van alles. In 2013 schreven het we strategisch plan, in 2014 deden we onderzoek. 2015 is het jaar van de waarheid. We gaan Wij volgen BEST op de voet. Check Universonline. • • De onderbouwing van het organisatieconcept is onvoldoende. Dertien werkgroepen analyseerden de huidige situatie bij de diensten en droegen verbeterpunten aan. Te weinig punten zijn in het organisatieconcept terug te vinden. Het is onduidelijk op welke manier wordt bepaald wanneer BEST geslaagd is. Zo ontbreekt er een analyse van het probleem, en worden er vraagtekens gezet bij de wijze waarop resultaten gemeten gaan worden. De rol van de medezeggenschap in de nieuwe organisatie is onduidelijk. Een van de zorgen is hoe de medezeggenschap van het ondersteunend personeel geregeld wordt in de faculteiten. De voorgestelde constructie om twee leidinggevenden te krijgen is ongewenst. BEST wil te veel veranderen in te korte tijd. (Advertentie) Univers 29 januari 2015 univers-unii 150126.indd 1 26-01-15 14:15 18. Opinie tekst Michiel Peeters illustratie Rob Watling en Ton Toemen (portretfoto) Het probleem is in de eerste Opinie plaats religieus Wat is wijsheid na de recente gebeurtenissen in Parijs? Meer zelfcensuur of verhoging van het veiligheidsniveau? Nee, zegt Michiel Peeters, studentenpastor van Tilburg University. “Schijnbaar omslachtiger, fundamenteler en hoe ongemakkelijk ook: het religieuze probleem moet cultureel weer serieus genomen worden.” N ieuw geweld, zelfde reacties. Dezelfde verklaringen: sociaal-economische of psychiatrische. Dezelfde oplossingen: gewoon wat voorzichtiger zijn met wat je zegt. Of juist: de islam Europa uit, meer controle, meer politie. Uiteindelijk aan beide kanten, een antwoord in machtstermen: wij, de ‘goeden’, zijn toch met méér of sterker dan de ‘slechten’. Maar de belangrijkste verklaring blijft buiten beschouwing: de kwestie is in de eerste plaats religieus. Of we het nu leuk vinden of niet. En een religieus probleem moet religieus aangepakt worden. Wat is religie? Religie betreft de vraag naar de ultieme betekenis (Advertentie) Ontdek jouw master aan de Universiteit Leiden Masterdag 6 februari unileidenmasters.nl Univers 29 januari 2015 Bij ons leer je de wereld kennen van het leven: Waar doe ik het uiteindelijk allemaal voor? Iedereen heeft die vraag. En iedereen geeft er antwoord op, expliciet of impliciet. Karl Marx gaf er een antwoord op dat velen redelijk leek. Maar een antwoord moet compleet zijn, want de mens leeft niet bij politiek alleen. Alles, het hele leven moet er ruimte in vinden: liefde, geld, eten, rust, lijden, vriendschap, onrecht, hoop, vergeving, woede, geduld, dood. Religie is – nogmaals, of we het nu leuk vinden of niet – een universeel menselijk verschijnsel. Iedereen streeft naar uiteindelijke betekenis, naar echte rechtvaardigheid, naar blijvend geluk… En alles wat we doen, doen we omdat we, vaak onbewust, hopen dat het ons een beetje dichter bij die dingen brengt. Een ‘god’ (waardering, comfort, invloed, controle, enz. enz.) is de motor van elk menselijk handelen. Alles wat ons enigszins ‘grijpt’ en in beweging zet, doet feitelijk een appel op ons ‘religieuze zintuig’, op onze behoefte aan betekenis en aan vervulling. ‘Religieuze genieën’ − stichters van grote religies en ideologieën bijvoorbeeld − spelen in op dit probleem en formuleren een ‘weg’, een ‘antwoord’ dat op de een of andere manier velen overtuigt. Theoretisch afgeschaft Het mainstream-denken van de westerse cultuur heeft het religieuze probleem lang geleden theoretisch afgeschaft. Maar de schema’s die het moesten vervangen (sciëntisme, marxisme) zijn onvolledig en daarmee onbruikbaar gebleken. Ook de idee die nu in de mode is – we worden gelukkig, rustig, onszelf, wanneer eenieder de werkelijkheid zoveel mogelijk naar zijn hand kan zetten – is niet alleen praktisch ondoenlijk, maar wezenlijk onvoldoende. Wij vinden Mozarts muziek niet mooi omdat die is zoals we wilden, maar ze raakt ons middels iets wat we nou juist niet zelf hadden bedacht - maar wel nodig hebben. Als degene op wie we verliefd zijn, helemaal is geworden zoals wij zouden willen, is hij of zij niet interessant meer. Onze ‘redding’ moet op de een of andere manier groter zijn dan onze ideeën, moet ‘van buiten komen’; dat begrijpt elke aandachtige beschouwer van de menselijke ervaring. Openbaringsreligie speelt daarop in. Nog een evident gegeven dat te weinig serieus genomen wordt: niet alle religieuze oplossingen zijn even (on)deugdelijk. Zo heeft de westerse mentaliteit, al gelooft ze niet meer in God, van God een heel specifiek (christelijk) idee. Het Mysterie is redelijk en goed, God is een Vader die de vrijheid van de mens respecteert. Je kunt echter ook een heel ander Godsbeeld hebben: dat van een puur almachtig Mysterie bijvoorbeeld, waarvan de bevelen, hoe onredelijk ze ons misschien ook lijken, wet zijn waaraan gehoorzaamd moet worden. Omdat Hij God is en wij maar mensen. Opinie .19 Theoretisch geen speld tussen te krijgen, tenzij Zijn openbaring niet geloofwaardig is (zo’n God kan overigens ook geschiedenis heten, of natuur). Zelfcensuur Is het verkeerd om een religie te hebben? Zeker niet. Iedereen heeft een of andere religie, iedereen leeft ergens voor: het is alleen de vraag of datgene waarvoor we de facto leven, het recht heeft om ons leven op te eisen. We moeten onze religie toetsen aan ons religieuze zintuig. Het is door dergelijke toetsing dat de uitspraak van paus Franciscus: ‘Zeggen dat je mag doden in naam van God, is godslastering’, redelijker lijkt, ‘passender’, dan een God die oorlog eist. Wat moet er gebeuren? Meer zelfcensuur? Naar een politiestaat? Nee, schijnbaar omslachtiger, fundamenteler, hoe ongemakkelijk ook: het religieuze probleem moet cultureel weer serieus genomen worden. Want naarmate een dominante mentaliteit een wezenlijk menselijk probleem meer censureert, zal een persoon of groep die juist dàt probleem wel serieus neemt – hoe onvolledig en onredelijk ook – meer gehoor vinden en aanhang krijgen. In het land der blinden... En ook: een kat in het nauw... Leren nadenken Jongeren moeten geholpen worden te leren nadenken over de zin van het leven, van het hele leven, hun leven. Ze moeten leren zich niet tevreden te stellen met partiële oplossingen, of oplossingen die ‘niet voor rede vatbaar’ zijn, die niet overeenstemmen met de rede. Terecht werd een aantal jaar geleden opgemerkt dat er vandaag de dag geen sprake is van een botsing van be- We moeten onze religie toetsen aan ons religieuze zintuig schavingen, maar van ‘onbeschavingen’: onbeschaafd, ‘onopgevoed’ is met name het ‘religieuze zintuig’ van de persoon, zijn behoefte aan totale betekenis. En wanneer dat terrein in de mens braak ligt, ongecultiveerd is, hoeft er maar iemand te komen met minimum aan gezag, een beetje overtuigingskracht, een als heilig gepresenteerd bevel, om van een mens die de betekenis van het leven zoekt, een gewelddadig monster te maken. Zeker in een sociaal-economisch en psychiatrisch gecompliceerde context als de huidige. In elk individu zit iets dat iets oneindigs nodig heeft en dat ófwel serieus genomen wordt en zich organisch ontwikkelt, ófwel scheefgroeit en (op de een of andere manier) gewelddadig wordt. Wie de publieke zaak ter harte gaat, doet er goed aan die maatschappelijke krachten, die dit probleem serieus nemen en het niet proberen te onderdrukken of te onderwerpen, maar het op redelijke wijze trachten op te voeden (van e-ducare, naar boven laten komen, zichzelf te laten worden), ruimte te geven. Michiel Peeters is studentenpastor van Tilburg University Univers 29 januari 2015 20. Lifestyle coördinatie Niek Willems 80 procent weigerde een voldoende voor het tentamen te halen Column De stilte voor de storm Het is stil op de verdieping. De meeste collega’s hebben een vrije dag opgenomen. Zojuist heb ik nog een laatste maal mijn uitrusting gecontroleerd. Pepper spray, stun gun, wapenstok, traangasgranaten. Het waterkanon mogen we niet meer gebruiken in verband met mogelijke lekkages naar onderliggende verdiepingen. Mijn kogelvrije vest zit wat ongemakkelijk, direct maar even de riempjes bijstellen. En dan begint het – het gespannen wachten tot ze komen, het aftellen van de uren, de minuten, de seconden... Straks is er inzage van het tentamen Europese Rechtsgeschiedenis waarvoor ik verantwoordelijk ben. Het afgelopen semester was ik voor het eerst de coördinator van dit vak. Onmiddellijk nam ik de nodige maatregelen die het onderwijs ten goede zouden komen en de slagingspercentages moesten verbeteren. De studenten dachten hier kennelijk anders over, want 80 procent van de deelnemers aan het tentamen weigerde een voldoende te halen. De studenten schijnen erg ontdaan en boos te zijn. Het gerucht gaat dat zij heel lovenswaardige antwoorden hebben gegeven, antwoorden die bovendien getuigen van hun goede bedoelingen, maar dat wij zulke vragen hebben gesteld dat het voor hen onmogelijk was om hun antwoorden daarbij te laten aansluiten. Het schijnt ondoenlijk te zijn geweest om de vragen zodanig uit te leggen dat zij pasten op de antwoorden. En nu komen ze hun tentamen inzien, nu komen ze verhaal halen. Ik hoop dat de barricades het houden. Erik-Jan Broers is docent aan de rechtenfaculteit. Lees zijn blogs op UniversOnline. I-con Olivier Deckers (24), Organisatiewetenschappen Ik heb bijna twee weken geen bier gehad Kledingstijl? Gewoon een beetje hip. Ik draag veel blouses, sneakers en petjes. Geen idee hoe je zo’n stijl omschrijft. kip erin en een beetje rijst erbij. Dat vind ik altijd wel lekker om te maken. Afbakpizza’s en shoarma eet ik niet echt, behalve in het weekend. Favoriete kroeg? Brandpunt, daar kom ik altijd veel bekenden tegen en het is daar gewoon gezellig. Over tien jaar? Hopelijk een diploma en misschien al werkend als consultant. Maar nog niet getrouwd en met kinderen, daar wil ik nog niet te veel over nadenken. Serie? House of Cards. Ik vind het wel interessant om te zien dat ze elkaar steeds proberen te naaien op alle mogelijke manieren in de politiek. Laatst ontvangen bericht? ‘Haha matje’ in de hockeychat. Kookspecialiteit? Het Aziatische gerecht hete curry met Univers 29 januari 2015 Geluksmomentje? Die komt denk ik nog vanmiddag als ik klaar ben met mijn tentamens. Ik heb twee weken bijna geen alcohol gehad dus ik denk dat ik vanavond lekker ga zuipen. Slechte gewoonte? Laat uit bed komen en een beetje laks af en toe. Lifestyle .21 Film The Interview is de ophef niet waard Wè nou? Gesneuvelde voornemens We hebben ons massaal ingeschreven bij de sportschool en zijn allemaal gestopt met roken. Maar hoe gaat het nu eigenlijk met de goede voornemens? Zijn ze inmiddels gesneuveld? Univers zocht het uit. Ik heb er geen, in Portugal is het ook niet echt populair. Volgens mij is het meer een ding in landen waar sprake is van economische concurrentie. Daar zijn mensen meer competitief. Diogo Goncalves (35), PhD Behavioral Economics Mijn goede voornemen lukt nog steeds. Ik wilde mijn vriendin meer zien en dat doe ik nu ook. Verder heb ik geen voornemens gemaakt, ik rol wel lekker zo. Stijn Smit (21), bachelor Fiscale Economie Ik heb dit jaar niet echt goede voornemens. Tuurlijk denk je wel: ik moet dit of dat gaan doen, maar ik heb ze niet stellig gezegd. Mijn goede voornemen had ik vorig jaar op 21 augustus, toen ben ik gestopt met roken. Voor veel wereldleiders een natte droom: het uitschakelen van dictator Kim Jong-un. In The Interview wordt deze werkelijkheid. Het verhaal is leuk verzonnen: Journalisten Dave Skylark (James Franco) en Aaron Rapaport (Seth Rogen) krijgen de kans om de Noord-Koreaanse überführer Kim Jongun te interviewen. Ze worden benaderd door de CIA met de vraag of ze hem willen uitschakelen. Je zult begrijpen dat Noord-Korea niet gecharmeerd was van deze film en vond het daarom een goed idee om Sony te belagen met hacks en dreigementen. De filmproducent trok in eerste instantie de film terug, maar besloot later om de satirische flick alsnog uit te brengen. Het moge daarom duidelijk zijn dat The Interview een omstreden film is. De belangrijkste vraag: is deze film met Rogen en Franco de ophef waard? Nee. Een flauwe komedie, niet meer en niet minder. Eentje zoals je die kunt verwachten van knuffeldikzak Seth Rogen en mooiboy James Franco. Maar de komedie is zeker geen flop. De film begint wat stijfjes, maar tovert een lach op je gezicht als de mannen in Noord-Korea zijn aangekomen.Tijdens de ontmoeting met Kim Jong-un blijkt dat hij een onzekere man is die zich afvraagt of het gay is om Margarita’s drinken en naar Katy Perry te luisteren. Ook blijkt Kimmetje daddy issues te hebben. The Interview is geen serieuze politieke satire. Dus beste Kim Jong-un, ga lekker onderuit op de bank zitten, pak wat popcorn, kijk de twee uur durende satire en train je zelfspot. Dat kan de wereld anno 2015 wel gebruiken. Niek Willems The Interview, kijk voor meer info op de Pathe-site. Sanne Brugman (21), Algemene Cultuurwetenschappen Ik vind goede voornemens nergens op slaan. Het hoeft niet per se 1 januari te zijn om ergens mee te beginnen. Dat kan gewoon het hele jaar door. Ik maak ze eigenlijk ook nooit. Ik ben nog student, dus alles mag nu nog. Martijn Fakkert (21), bachelor Econometrie Crimineel overkomen Hee Mam, ik ben professor maar een B3 student zei me net dat ik eruit zag als een crimineel. Soms zeggen de mensen zelfs dat ik stratenmaker ben. Ik wil serieus genomen worden, wat moet ik doen? Groet Peter Achterberg. Beste professor, ik heb één woord voor u, strijken. Met gestreken kleding komt u serieuzer over. Ik zou u dan wel in een blouse willen zien, niet in die capuchonsweaters met print van u. Vermijd ‘zelfstrijkend’ want dat riekt naar datamanipulatie. Een gestreken pantalon met vouw in plaats van een gespannen stonewashed spijkerbroek zou wonderen doen voor uw wetenschappelijk aanzien. Mocht strijken niet helpen neem dan een snor à la Sylvester. U heeft toch al een vrouw. Theater Aanhoudende klaagzang in bluegrass jasje The Broken Circle Breakdown. Na het succes van de gewaardeerde Vlaamse film, is het verhaal over de onstuimige liefde tussen Elise en Didier nu in het Nederlandse theater te zien. Ricky Koole, de vrouwelijke hoofdrolspeelster, speelt ondanks haar degelijke uiterlijk, het brutale personage erg overtuigend. Haar Delftse tongval past er perfect bij en haar zelfspot is on point. Daniël Boissevain heeft iets meer moeite on zijn personage Didier geloofwaardig neer te zitten. Didier is eerder pretentieus dan verwilderd. Bovendien mist hij de stoere karaktertrekken die je van een bluegrassmuzikant verwacht. Het theaterstuk opent midden in de verhaallijn van de film: dochtertje Maybelle van Elise en Didier is overleden. Hierdoor begint het stuk al vrij heftig, wat ten koste gaat van de romantische elementen die de film zo sterk maken. Er wordt bijna alleen gesproken over de pijn en het onbegrip. Op sommige momenten gaat het zelfs zo lang door dat het een aanhoudende klaagzang wordt. Het muzikale ensemble is echter een prachtig, meerstemmig geheel. Zowel Koole als Boissevain zingt loepzuiver – inclusief hillbilly-accent. De voorstelling zelf is echter vrij hak op de tak en is een verzameling van onsamenhangende anekdotes. Het theaterstuk geeft de personages iets meer achtergrond, maar laat grotendeels dezelfde dialoog als in de film zien. De prachtige muziek bindt het geheel samen, maar het stuk mist een duidelijk begin en einde. Sheilla Rutten The Broken Circle Breakdown, Kick Productions. Op 3 maart nog te zien in Den Bosch Univers recenseert alles. Ook op UniversOnline. Heb jij prangende vragen voor Ons Mam? Mail naar univers@uvt.nl Univers 29 januari 2015 22. Incrowd tekst Rik Wassens en Niek Willems Over de schutting Wat gebeurt er ondertussen op de andere universiteiten? #xtc is snoep #Starbucks gaat RUG op #Hbo-haat Op Tilburg University worden hbo’ers al geweerd uit de Universiteitsbibliotheek. Daar kunnen ze in Utrecht nog iets van leren: de bibliotheek aldaar is voor een kwart gevuld met externen. Dat bleek uit steekproeven van de universiteit, schrijft DUB, het Digitale UniversiteitsBlad van Universiteit Utrecht. In tegenstelling tot onze UB is die van Utrecht wél openbaar. “Ik hecht aan het openbare karakter van de UB”, zegt een studentlid van de Utrechtse Universiteitsraad. “Al zijn de meningen in de studentengeleding daarover verdeeld.” Starbucks verovert Nederland. De Rijksuniversiteit Groningen krijgt vanaf half februari ook een filiaal van de Amerikaanse koffiebrouwers. Officieel is er nog niets bekend, maar zoals wij óók weten is Starbucks niet heel discreet (iets met belastingbetaling). Maart vorig jaar lekte het nieuws over de komst van een Starbucks dan ook al uit, schrijft UKrant. De stugge Groningers staan niet te springen: “De kwaliteit van de koffie is niet goed en daarnaast is het veel te duur”, laat studentenfractie Lijst Calimero aan UKrant weten. #TU/e schenkt ‘Bul-waar’ Geen ‘lichtblauwe fleece sjaal’ meer – nee, nee – pas afgestudeerden van de Technische Universiteit Eindhoven ontvangen tegenwoordig de ‘Bul-waar’. Dat is ‘een strak vormgegeven bewaarkoker voor je diploma, geïnspireerd op de prominente rode slash in het TU/e-logo’, aldus Cursor, het blad van de Eindhovense universiteit. Niemand had een goed woord over voor de sjaal (‘het voelde als een flauw, nutteloos cadeautje’) en de Bul-waar komt er ook slecht vanaf. Cursor tekent de reactie van een studente op: “Een boekensteun, dat is haar eerste associatie bij het ontwerp.” Drugs! Het studentenblad Folia van de Universiteit en Hogeschool van Amsterdam duidt het pillenslikken naar aanleiding van de drugsdoden bij het Amsterdam Dance Event vorig jaar. Het valt allemaal wel mee en het moet uit de illegaliteit, want regulering is veiliger. Dat zegt hoogleraar verslavingszorg Wim van den Brink tegen Folia: “Bij heroïne zijn de doden per jaar minder dan honderd en bij xtc de laatste decennia gewoonlijk ongeveer twee à drie. Als je kijkt naar het risico op overlijden, is xtc dus een snoepje vergeleken met andere drugs.” Legalisering van de pillen leidt niet tot een groter gebruik, meent Van den Brink. Dat was met de legalisering van cannabis ook niet het geval. Onderzoek doen: expeditie naar het onbekende Univers spot personeel en studenten in het wild. De redactie overvalt je op de campus met de vraag: wat ben je aan het doen? Deze keer kloppen we aan op de kamer van Nick Huberts, 25 jaar, PhD in econometrics. “Ik behoor inmiddels tot het meubilair van de universiteit.” Op vrijdagmiddag loopt de campus langzaam leeg. Maar Nick Huberts is op de vijfde verdieping van Koopmans-building nog hard aan het werk. Op zijn kamer hangt een bord vol wiskundige tekens waar nauwelijks chocola van te maken is. “O, dat zijn aantekeningen voor een tentamen dat ik heb ontworpen”, vertelt hij. Nick doet vier dagen onderzoek en geeft daarnaast een dag les aan bachelor econometrie-studenten. “Ik geef les in algebra, analyse en statistiek. Ik ben nu bezig om een nieuwe Univers 29 januari 2015 C a m p u s corners versie van een tentamen op te stellen.” Wat hij precies onderzoekt? “Stel: er zijn twee bedrijven die allebei tv’s produceren: een groot bedrijf en een klein bedrijf. Nu hebben beide bedrijven de mogelijkheid om flatscreen tv’s te gaan produceren. De vraag is nu welk bedrijf als eerste innoveert en wanneer.” De afwisseling maakt het werk als PhD zo interessant, zegt Huberts. “Het leuke aan onderzoek doen is een zoektocht naar nieuwe resultaten. Een soort expeditie naar het onbekende. En het lesgeven? Het geeft een kick als het lukt om iemand iets te laten begrijpen wat hij eerst nog niet begreep.” Nick heeft zijn bachelor en master gevolgd aan Tilburg University. “En dan nu de PhD. Ik behoor inmiddels tot het meubilair van de universiteit.” Science & School .23 photography Simon Roberts Masterpiece First artist to graduate at Tilburg University A graduation project published as a book of photos: Bert Danckaert proves it’s possible. Bert Danckaert is the first ever PhD-student to graduate from Tilburg University on the basis of an art project. The Belgian student is a photography teacher at the Royal Academy of Fine Arts in Antwerp. For his graduation, he did what he’s best at: taking photos. The result is Simple Present, a book containing artistic photographs that explore the effects of globalization on eighteen different cities. No, says Danckaert. His project doesn’t have much to do with hard science. At first, he was even skeptical of artists who do a PhD. “If art moulds itself to academic standards, creativity will suffer.” So why did he turn to the world of science? “The academy that I work at kind of forced me,” Danckaert says mockingly. “But in the end, it was very productive. Because it turned out to be a graduation project rather than an art project, I managed to get a lot out of it.” In addition to the book of photos, Danckaert also wrote a narrative essay, The Extras, in which he reflects on his artistic approach. “I would never have reflected on my work like that if it wasn’t for my PhD.” The art world has a lot to learn from the world of science, Danckaert believes. “The arts lack this culture of intellectual debate, which is a shame because it’s a way of motivating one another to aspire to higher levels.” At the same time, the scientific world can also learn a thing or two from artists. Like the use of creativity, for example, something scientists tend to lack. But also about the benefits of failure which is The Extras’ central theme. Danckaert: “Photography is the process of searching for that one, perfect picture. During this quest all kinds of things go wrong. This is essential. Failure is the most important part of being an artist.” So, a wise lesson for the result-driven world of science? Perhaps. Does Danckaert consider himself to be a fully-fledged scientist? No way. “My main drive was to realize a beautiful and successful art project. Hopefully I succeeded in doing so.” Bert Danckaert: 'Failure is the most important part of being an artist.' Bert Danckaert (1965, Antwerp): Simple Present, Lannoo, 186 pages and De extra’s, EPO, 188 pages. Religious surgery Eureka! Peer pressure The terrorist attacks in Paris create a rift. Tilburg theologian, Erik Borgman, expresses his concerns in the daily newspaper Trouw. “It may seem a paradox but taking to streets ‘en masse’ to stand up for the freedom of speech actually suffocates this very same freedom of speech. The peer pressure to take a stance is huge. Everyone has to make it clear that they’re on the right side.” According to Borgman, we should beware of simple declarations and hostile views. In fact, taking a massive stance on the freedom of speech creates a rift between ‘the civilized’ and ‘the barbarians’. These kinds of antagonisms are more likely to obstruct the freedom of speech rather than act as a precondition for it. A manager’s religious beliefs affect hospital strategy. This has been shown by research conducted by Tilburg University’s Jens Prüfer and Lapo Filistrucchi among German non-profit hospitals. Protestant non-profit hospitals in Germany offer less but more complicated treatments. By contrast, German Catholic hospitals offer an abundance of less complicated treatments. It’s the first time that research has proved a link between religion and how hospitals are managed. However, there is no proof that this leads to a huge difference in quality. Prüfer: “Therefore, you can’t say that a hospital with a certain religious background offers better treatments.” Copy cats We all know that teenage behavior is heavily influenced by their peers. But the image teenagers have of their peers has little to do with reality. This is shown by research conducted by psychologists at Tilburg University, Stanford Graduate School of Education and the University of North Carolina. Teenagers overesti- mate their peers’ use of alcohol of drugs while at the same time underestimating their academic behavior. Consequence: young people adapt their behavior to a caricatured image of their peers. This is combined with an increased chance of risky behavior. For instance, young people are more likely to use alcohol or drugs if they’re convinced that their peers do so in vast amounts. Youngsters adapt their behavior to a caricatured image of their peers Univers 29 januari 2015 24. Science & Society text Frank van den Nieuwenhuijzen photography Jack Tummers New lessons from old stories In her PhD thesis Een boek om in te wonen – De verhaalcultuur na Auschwitz (A book to live in - Narrative culture after Auschwitz), Liesbeth Hoeven researches new ways to commemorate. The stories of eyewitnesses still play a large part in memorial culture, but what happens when they are no longer here? How will we pass on the ideal of freedom? L iesbeth Hoeven (1982) obtained her PhD degree at Tilburg University on 21 January. Her thesis, published at Verloren Publishers and on sale for the general public, has generated considerable interest. Commemorating World War II is particularly relevant this month. The former concentration camp Auschwitz-Birkenau in Poland was liberated seventy years ago. Hoeven explains, “Since the liberation in 1945, there have been two types of narratives around that we have been using for decades to keep the memory of the war years alive.” Types of narratives This memorial culture proves to be a dynamic interplay of master narratives and counter stories. “Master narratives are the ‘big’ stories”, Hoeven says. “These are normative in nature and contribute to our overarching view of humanity and the world.” There are also counter stories; scores of small, personal stories that challenge the ideas and images that we have taken for granted over time. Counter stories put the spotlight on repressed, forgotten and hidden meanings in our memory culture. “During my research, I tried to find out if – based on the dynamic of our narrative culture – a community can develop that memorializes across narratives and can still enduringly pass on the ideal of freedom.” How would such a future commemorative community take shape? “I describe the story of Thomas Buergenthal and Odd Nansen in my book. They met at Sachsenhausen concentration camp, both wrote their memoirs and devoted themselves to human rights activism after the war. They knew, better than anyone Univers 29 januari 2015 else, that establishing peace is easier said than done. Freedom can be passed on by telling stories that highlight how people live when their freedom is corrupted at the core. Stories that talk of fear, out-of-placeness and humiliation. But also stories about looking after and truly seeing each other, and experiencing happiness despite everything. Counter stories show us that one story does not cancel out the other.” Hoeven, “The history of commemoration shows us that inclusion and exclusion of stories is a recurring theme.” The question: Who can and cannot join in with acts of remembrance? always crops up. This leads to delineated commemorative communities. “I would encourage it if there is more room for different expressions in our commemorative acts. Those differences are not a threat but help us to remain vigilant. They can further define the master narrative, ‘Auschwitz: never again’ according to time and circumstances.” New lessons In what way is Hoeven’s approach innovative? “This is a new way of looking at what we already have”, she says. “I try to document the stories that memorialize the war in such a way that new associations come to the fore.” This leads to a more dynamic narrative culture. “A narrative culture that transcends generations and connects older and younger people on the level of imagination.” Commemorative art appears to be an inexhaustible source of stories that keep the lessons from the past alive. Hoeven explains, “Whenever victims of war were made to stop writing history, we continue to write the future in memory of their stories. Our freedom lies in establishing a culture of memory.” International .25 text Rob Ramaker en Jozien Wijkhuijs illustrations Henk van Ruitenbeek The fight for open access By 2024, all scholarly publications by Dutch researchers should be freely available, says the Dutch Cabinet. This is currently the subject of negotiations between publishers and universities. Koen Becking, president of the Executive Board of Tilburg University is a delegate for the latter party. Yet, both outside and within the university, the questions up for debate are: can publishers be persuaded to go all-in for open access, and more importantly, is it the best way forward? T ilburg University made national headlines early this month; the university cancelled its subscriptions to prestigious scientific journals Science and Nature. The costs could no longer be covered and there were no other options, since many other journals are sold in bundles, or ‘Big Deals’. The university put out a statement, “Tilburg University cannot pull out of Big Deals – the majority of our subscriptions – half way. Regarding the Big Deals up for renegotiation, the Dutch universities have agreed to proceed in concert for now, due to the intended switch to open access.” They will be operating in concert with the aim of having all articles by Dutch researchers available free of charge by 2024. Sander Dekker, State Secretary for Education, wrote this in a letter to the Dutch House of Representatives in 2013. The content of most scientific journals can currently be found behind publishers’ paywalls. Universities pay annual subscription fees for access. Last year, the Association of universities in the Nether- lands (VSNU) opened negotiations with various large publishers to turn the State Secretary’s vision into reality. “We want every scientific paper to be published open access (OA) without an increase in the current subscription fees”, Koen Becking says. In open access publishing, the author, not the reader, pays the publishing costs. The researcher pays a preliminary article processing charge to get an article published, which can subsequently be obtained free of charge online. In the Netherlands, subscription fees are currently commonly agreed upon in Big Deals for huge bundles of journals. VSNU aims to convert these deals into contracts that include rights to open access publishing without an increase in price. This would mitigate a double dip effect, feared by critics, of paying for open access publishing as well as for subscription fees. The State Secretary’s ultimate goal is to force researchers to publish OA in scholarly journals, or Gold Open Access. Yet, both outside and within Tilburg University there are concerns if this is the best solution. → Univers 29 januari 2015 26. International The fight for open access Boycott One small victory has been won: an outline agreement is in place with Springer, one of the top three academic publishers in the world. For a ‘minimal cost increase’, all authors working at Dutch universities may publish open access in ‘virtually all’ 1500 of Springer’s journals. Becking did not provide comment as the details are still subject to negotiation. It is not surprising that Springer is the first to make a move. It is already an OA publisher and very open access-oriented. Negotiations with another publishing giant, Amsterdam-based Elsevier, broke down last October, however. VSNU published a press release stating that Elsevier’s proposal ‘in no way discusses the required, necessary switch to open access’. Talks have now resumed while the old contract has silently been renewed for a year. The universities have a plan in place to boycott the publisher if it refuses to submit to their demands, at least to some extent. Becking is responsible for all specific negotiations with Elsevier. He is not surprised that some negotiations are mired with difficulties. “The switch to OA naturally has consequences for the publishers’ business model”, he says. “It will be quite a job to come up with a new one, which is easier for some than for others.” Elsevier did not want to respond while negotiations are underway. The publisher does actually offer about 100 open access journals and articles in other journals are often accessible for an additional fee. Love letter “The focus on Gold Open Access is a result of lobbying by publishers”, Tilburg University professor of Language, Culture and Univers 29 januari 2015 Globalization, Jan Blommaert says. He argues that scholars move towards their own, personal publication strategies in his paper The Power of Free. For the time being, this can exist alongside the open access system, but should ultimately function without publishers. “I am of course an advocate of open access. Who knows, the next Albert Einstein may as we speak be sitting in a Nigerian refugee camp without access to scientific publications.” He calls the current publishing system ‘completely absurd’, “A young PhD student who has been able to get an article accepted by a journal may still have to wait 18 months for it to be published, because the editors prefer well-known names. It is not unthinkable that if I would submit a love letter, it would be published sooner than an intelligent scholarly article by a young researcher. Blommaert adds that the debate about publications should be more concerned with copyright. “Researchers are forced to sign unfair contracts, releasing all rights to their work. The publisher can even completely abandon the publication of an article, leaving the authors unable to publish their work elsewhere since they no longer own the copyright.” Unwilling publishers At first glance, the VSNU has very few means to persuade or force unwilling organizations to cooperate. The ‘Big Three’, publishers, Elsevier, Springer and Wiley, have a large share of the market, and an atypical market to boot. Each publication repre sents its own niche and includes unique articles. The current revenue model is hugely advantageous to these companies, says Blommaert. “The work going into creating an article has already been paid for by public funds. Once it is submitted to them, they can simply rake in the earnings.” Other parties are siding with the universities, though. Not just International .27 That sounds like a beautiful, rich and fulfilling life Column Don’t be a stranger at home the State Secretary, but also an increasing number of science funds and organizations embrace and support open access. And the customer also holds sway in this market. The universities can cancel their subscriptions should the negotiations with Elsevier collapse. “A definite possibility”, Becking says. Previous issues of the journals would still be accessible and researchers would still be able to publish at Elsevier. Dutch researchers would have no access to forthcoming issues, though. Becking thinks that a fair deal can and needs to be agreed upon. “We are happy to do business with publishers on reasonable terms, but will not go along with unlimited cost increases.” Deeply conservative Blommaert doesn’t just call contracts with the publishers into question. “The quality control at these journals is highly overrated and the current structure is hugely inflexible. It is geared towards papers of six to eight thousand words in an uninspiring layout. What if your research product is a YouTube video? This system is deeply conservative and untenable on an operational, ethical and economical level. Open access is a step in the right direction and it is necessary to publicly debate the issue. I just think we can go even further.” Recently, I noticed a strange phenomenon. When I’m here in Tilburg, chatting with my friends or writing papers, everything’s fine: I feel reasonably smart, I know what I’m talking about and I’m usually up to date on the world-wide news and issues. But then, as soon as I go back home, I appear to be overcome with stupidity and ignorance. I hear myself talk and I can’t help but think: “Boy, when did I get so dumb?” The structure of my sentences is all funky, my vocabulary is worth that of a ten-year-old’s, and I feel very much out of sync with my peers. The thing is, living here is extremely exciting: making friends from all over the planet, comparing your customs and values with theirs, relishing in speaking English or acclimating to the Netherlands and its Dutch language... That sounds like a beautiful, rich and fulfilling life. As a foreigner, however, living such a life rests on the making of a choice. It’s a choice that you made as you left home, and that you keep making every day: putting more value on the life you live now than on the life you used to live before. It’s not a bad choice, either. Personally, I think it’s the healthier one – if you were to always be looking back at what you left, you would never enjoy what you have now. But the danger lies in the forgetfulness of where you used to be. It’s easier to pick one life over the other. Combining the two requires an effort of transition, and perhaps a bit of nostalgia. But it is so important to stay in touch with home; not only your family and friends, but also the national news, the latest books, the best artists... Because when you do come home, whether for a short or for a longer period of time, you will want to feel at home, to know your way around, to know what people are dealing with and talking about. Make sure that home remains familiar. Marianne Lalande Liberal Arts student In 2015, the VSNU will continue negotiations with Elsevier and the other publishers. Gerard Meijer, President of the Executive Board of Radboud University and negotiator for VSNU, declared his determination in an interview with Nijmegen university magazine Vox. He says it is time to ‘rebel’ against the journals’ hold. This year it is crunch time if we want 100 per cent open access in the Netherlands. “It is a crucial moment for us. If we back down now, that would be an enormous loss.” Univers 29 januari 2015 International starts here Open access no. 08 Januari 29, 2015 Independent magazine of Tilburg University
Similar documents
I am not IS
kreeg van ambassadeur Laurent Pic een Frans lintje opgespeld, mede vanwege zijn verdiensten voor Frankrijk, Europa en justitiële samenwerking.
More information