Shirin Van EEnhoogE — TExTiEl- rESTauraTiE

Transcription

Shirin Van EEnhoogE — TExTiEl- rESTauraTiE
Shirin
Van
Eenhooge
—
Textielrestauratie
© Fotograaf Kevin Baert
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Textielrestaurateurs ondersteunen historisch textiel zodat het
kan blijven zoals het is.
Shirin
Van
Eenhooge
—
Textielrestauratie
Textiel gebruiken we elke dag en dat is al sinds
mensenheugenis zo. Op allerlei manieren worden en
werden draden en weefsels omgevormd tot kleding,
gebruiksvoorwerpen en nog veel meer. Wandtapijten,
kant en borduurwerk zijn textiele kunstwerken. Vlaggen
en vaandels tonen met textiel de betrokkenheid van de
mens bij zijn land, zijn vereniging. Hoeden, uniformen en
andere specifieke klederdracht hebben een historische
waarde. Liturgische gewaden zoals kazuifels, kleding van
heiligenbeelden en ander religieus textiel (baldakijnen,
besloten hofjes, kerkelijk linnengoed, een reliekschat)
werden gemaakt uit devotie. Uit het verleden nagelaten
textiel behoort zonder twijfel tot ons cultureel patrimonium. Elk van deze voorwerpen en de staat waarin ze
zich bevindt, vertelt een verhaal. Al wordt dat verhaal niet
altijd afgebeeld, het object zelf heeft het verhaal toch
meegemaakt.
Zoals papier is textiel heel kwetsbaar. De tand des
tijds knaagt: schimmel, motten, vuil, vocht, zandkorreltjes, hitte, droogte en niet te vergeten de talloze aanrakingen door mensen, ondeskundige bewaarmethoden,
oude restauraties… maar ook het eigen gewicht van de
vezels zorgt ervoor dat er slijtage komt op oud textiel.
Shirin Van Eenhooge hoort bij een heel team
van mensen die in het Koninklijk Instituut voor het
Kunstpatrimonium (aan het Jubelpark in Brussel) zorgen
dat we dat oude textiel in de toekomst nog zullen kunnen
bewonderen.
Ze is eigenlijk altijd al met textiel bezig geweest. Als
kind al was ze geboeid door hoe je van draden tot weefsel kan komen. Ze breide en naaide kleertjes voor haar
barbies, weefde, knutselde. Na de humaniora ging ze
Textielontwerp en Mode studeren in Gent. Na twee jaar
mocht ze kiezen voor mode of voor textiel, zij koos textiel.
In het laatste jaar ging ze op stage in de industrie, in een
bedrijf gespecialiseerd in tapijt voor de Russische markt.
Ze moest er de motieven van Perzische tapijten op computer wat omvormen om te gebruiken voor vast tapijt. Ze
besefte dat het dat niet was wat ze wou. Dit had niets te
maken met creativiteit.
Met een archeoloog als vader en een graficus als
moeder, kreeg Shirin van thuis uit cultuur en museumbezoeken mee. Zo bezocht ze met haar ouders het atelier
van het K.I.K. Daar hoorde ze over de dagopleiding in
Antwerpen, maar ook over die in Anderlecht met veel
meer praktijk dan in Antwerpen. Daar leerde ze Joke
Vandermeersch kennen, een zeer gepassioneerd iemand. Ze is aan de opleiding van zes jaar begonnen, terwijl ze elders aan het werk was. Toen ze de kans kreeg
haar stage te doen in het K.I.K., is ze er gebleven.
In het K.I.K. werkte ze o.a. mee aan het project van
de reliekenschat van Herkenrode. De schat telt 47 schedels en andere botten, ingepakt in verschillende lagen
kostbaar textiel. Historisch onderzoek in publicaties en
vergelijking met soortgelijk materiaal in andere abdijen en
kerken, alsook laboratoriumonderzoek, wijzen uit dat de
schedels dateren uit de vroege middeleeuwen en de lagen textiel uit de 12de tot de 18de eeuw. Volgens de overlevering zouden de relieken afkomstig zijn van de Heilige
Ursula en haar duizend maagden die in de 4de eeuw door
de Hunnen gemarteld en gedood werden in Keulen.
Deze schat vertelt niet alleen hoe er in de loop der eeuwen werd omgegaan met relieken, maar geeft ook informatie over stoffen en andere materialen, over technieken,
enzovoort. Voor de restauratie moest iedere kleur getest
worden op gebruikte kleurstof en op bloeding. De weefsels waren dikwijls complex, met vaak harde metaaldraden die de zijden draden kapot trokken. Door steunweefsel aan te brengen met kleine steekjes die je praktisch
niet ziet, wordt alles nu een beetje samengehouden en
kan de schat weer tentoongesteld worden.
Het K.I.K. is een federale instelling. De overheid betaalt de vastbenoemde krachten; de losse contracten
betalen degenen die de projecten indienen.
Voor wandtapijten zijn dat vaak kerkfabrieken, heel dikwijls gesponsord door de Koning
Boudewijnstichting of door fondsen van geïnteresseerde bedrijven. Ook het Ministerie van Cultuur draagt
haar steentje bij door jaarlijks de stage van enkele
studenten in het atelier te subsidiëren. Spijtig genoeg
is textiel bijna het laatste waarvoor budgetten worden
uitgetrokken.
Heel dikwijls is wat in het atelier binnenkomt op
het eerste gezicht rommelig en vuil. Vroeger werd er
en masse gereinigd. Nu zijn ze voorzichtiger. Alleen de
wandtapijten worden uitbesteed aan De Wit in Mechelen
of Jacobs in Duffel. Die hebben een heel goed reinigingssysteem, computergestuurd. Alle andere objecten
reinigen ze zelf. Droog. Nat reinigen en vooral het drogen
nadien doet heel veel met het textiel en bovendien is het
resultaat zeker niet spectaculair. Reiniging gebeurt met
een museumstofzuiger met regelbare zuigkracht en een
soort pipet als zuigmond dat tot in de moeilijkst bereikbare plaatsen kan. Als de stof heel zwak is wordt hiervan
afgezien. Voor metaaldraden wordt speekselreiniging toegepast. Een wattenstaafje wordt in de mond nat gemaakt
en de draad wordt hiermee gereinigd. Een bijkomend
voordeel van het zelf reinigen is dat je in contact komt
met je stuk, met ieder bloempje. Zo kan je het object aanvoelen qua structuur, materiaal, zien hoe het gemaakt is.
Het gaat traag, je bent fysiek bezig met je stuk en je hebt
mentaal de tijd om in je object te komen.
Shirin is nu aan een wandtapijt bezig. Een linnen
steunweefsel is in stroken onder het tapijt gezet. De stroken consolidatieweefsel zullen één voor één het zware
wandtapijt dragen als het weer wordt opgehangen. Alles
wordt met de hand genaaid met natuurlijke draad: katoen- en zijdedraad. Synthetische draad trekt als het stuk
terug in een ander klimaat komt. Haar twee collega’s werken aan een vlag. Op hun werk ligt een hele puzzel centimeterdikke glazen plaatjes, die houden het werk op de
tafel vlak. Strijken wordt hier niet gedaan. Behalve op de
plek waaraan ze bezig zijn, beschermt een aantal lagen
zijdepapier de vlaggen tegen het felle zonlicht dat door
de hoge ramen naar binnen valt. De werktafel bestaat uit
kleinere tafels die zo gezet zijn dat er een gat is om over
te werken: één hand boven het werk, één hand eronder.
Als je hier komt, ben je volledig met het object bezig. Je vergeet de tijd en de rush, je leeft en werkt steek
voor steek, draad per draad. Dit werk kan je niet doen
zonder gepassioneerd te zijn door het materiaal. Je wil
iets doen om het object een langer leven te geven. De
passie voor textiel geeft Shirin ook door aan haar kinderen. Haar dochtertje is nu al veel met handwerk bezig,
hoewel dit vak op school niet meer gegeven wordt. Hoe
trots ben je als je negen bent en naar school kan gaan
met een zelfgebreide sjaal! Shirin is ook blij dat handwerk de laatste tijd weer in de lift zit.
In heel Vlaanderen zijn er op dit ogenblik een tiental
textielrestaurateurs. Pas afgestudeerden leren de stiel
van bijna gepensioneerden, een mooie mix van leeftijden
en een garantie dat de knepen van het vak worden doorgegeven.
Kristien Lenaerts
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Pat Van
Hemelrijck
—
Objectentheater
© Fotografe Dominique Vankan
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
‘Ik droom van een Museum voor
het Patagonisch Erfgoed’
Pat Van
Hemelrijck
–
Objectentheater
– figurentheater
Objecten zijn niet heilig
Ze noemen mij objectentheatermaker, maar zelf hoor
ik liever theatermaker. Voor mij gaat theater veel
verder dan al wat je op een scène toont. Het is alles
wat je bewust toont aan een publiek, zelfs als er geen
acteurs aan te pas komen.
Samenspel, complicité met een publiek is voor mij
wat theater bijzonder maakt. Als je op je eentje staat
te spelen, ben je niet met theater bezig.
De meesten zitten met tekst, met scenario’s. Ik vertrek vanuit een vorm. Vorm is voor mij een beeld. De
acteur is de motor, de ziel van het beeld.
In mijn theater schuilt altijd wel wat vriendelijke of
brave anarchie. Ik ben geen misdienaar: objecten zijn
niet heilig. Als ik iets moet vernielen op de scène om
een juiste reactie te verkrijgen, zal ik dat doen.
Een stad met littekenweefsel
Ik hou van de schoonheid van het lelijke.
Dramaturgisch is dat veel interessanter dan iets
moois, er zit meer verhaal in. Brussel hangt zo aan
elkaar: met littekenweefsel. De stad heeft enorm veel
trauma’s opgelopen, accidenten en verkeerde ingrepen. Littekenweefsel is sterker dan het oorspronkelijke weefsel. Als je een stad daarmee aan elkaar kunt
houden, heb je een mooie stad.
Een Brusselaar heeft zoals mijn voorstellingen een
beetje dat anarchisme. De dingen weglachen, relativeren. Vergelijk het met het surrealisme in de stripverhalen en de kunst.
Decors bouwen was een métier
In de jaren ‘60 kwam ik als dertienjarige toe op SintLukas met een korte broek en een broske. Decors
bouwen was een métier. Maar voor mij is een decorbouwer de vormgever. Degene die een beeld, de
ruimte, de scène, zelfs het personage, aankleedt.
Na mijn studies vormde ik Radeis Toestanden
met enkele vrienden uit het jeugdhuis, onder wie
Raymond van het Groenewoud, Luc Stoefs, Lieven
Vanden Broeck ... We wilden filmpjes maken omdat we daarin de toekomst zagen. Een western in
Brussel: de indianen met de fiets en de cowboys met
bromfietsen.
Om geld te verdienen, begonnen we feesten te organiseren onder de naam Radeis. Als je in Brussel iets
wilt bevestigen, zeg je radaaz. Met de feesten is het
fout gelopen. Op een bepaald moment bleef ik over
met Josse De Pauw. Potverdikke, dat spel ligt hier op
zijn gat.
We kregen het idee om als een soort van clownsduo
op Franse campings op te treden. We vormden ook
de technische ploeg, de roadies van de NCC. De
Nederlandstalige Cultuurcommissie was toen net begonnen in Brussel. Kermissen en jaarmarkten schuimden we af om die eerste en enige geluidsinstallatie
te bedienen. Hier kregen we de kans om onze eerste
voorstelling, Sierkus Radeis, op te zetten. Een hommage aan het circus in samenwerking met echte
variété-artiesten zoals krachtpatser Albert Maes en
cowboy Johnny Ronaldo.
dels kinderen thuis kon ik nog
moeilijk opbrengen. Ik besloot in
combinatie met een klein decoratelier
het Alibi Collectief op te richten.
Na enkele jaren werd het Alibi Collectief structureel erkend en kreeg ik subsidies. In die vijftien
jaar dat ik gesubsidieerd werd, voelde je het geloof
in mensen en artiesten vergroeien naar kijkcijfers, bedrijfjes. Alles moet vier jaar op voorhand vastliggen.
Daar ben ik gestrand. Ik ga nu verder als nomadengezelschap. Er hangen wel nog eens zoveel projecten in
de lucht.
Mijn fotoarchief herleid tot een brok papier-maché
Met het Alibi Collectief maken wij ook deel uit van
de Fundación Patagonista, een clubje artiesten dat
fantaseert rond het Patagonische gedachtegoed.
Nog zo’n alibi om te mogen spelen. We hebben gekozen voor Patagonië omdat daar bij een eerste en
oppervlakkige waarneming weinig te beleven valt. Wij
nemen het dan ook zeer ruim: Patagonië kan net zo
goed een stacaravan op een Ardeense camping zijn
als een moestuintje langs de een of andere spoorwegberm.
Ik droom van een Museum van het Patagonisch
Erfgoed voor al deze collectivisten ergens aan het
kanaal in Brussel. Een café is wat klein... eerder een
brasserie met daarachter een grote loods met een
permanente tentoonstelling.
Hoe begin je daaraan, je eigen museum? Als je ziet
wat ik mijn leven lang meesleur aan archief. Nochtans
heb ik al containers vol moeten weggooien toen ik
van Schaarbeek naar een oude fabriek in Lembeek
trok. Vier jaar geleden zijn enkele garageboxen met
papier en fotoarchief onder water komen te staan.
Alles herleid tot een brok papier-maché.
Momenteel werk ik aan een nieuw verhaal voor mijn
Potvisch, een theatertje voor zo’n dertig personen
in het ruim van een oude legerboot. Ik doe dat in
samenwerking met the New Belgica-werf, een opleidingscentrum voor klassieke scheepsbouw. Zij
werken aan een replica van de teloorgegane Belgica,
de boot waarmee Adrien de Gerlache in 1896 voor
het eerst op de Zuidpool overwinterde. Met deze
nieuwe voorstelling wil ik de toenmalige Belgische
Zuidpoolexpeditie extra in de kijker zetten. Zo wordt
de potvis erfgoed omdat het gelinkt is aan een stuk
geschiedenis. Op die manier moet worden verder
gedacht. Laat ons hopen dat onze Potvisch op zijn
beurt in het MAS terechtkomt. Of eigenlijk nog liever
ergens in Brussel in ons museum aan het kanaal.
Echafaudage was het koninginnenstuk van Radeis.
Na vijfentwintig jaar heb ik het hernomen en er een
fotoroman van gemaakt, in de hoop dat iemand anders het binnen vijfentwintig jaar opnieuw herneemt.
Het stripverhaal kan een oplossing zijn om dit soort
stukken door te geven. Ja, ik denk bewust na over de
overlevering van mijn werk.
Judith Anaf
Later stichtten we met enkele mensen de vzw
Schaamte, waaruit Kaaitheater gegroeid is. Dat was
een collectief van gezelschappen om elkaar te helpen. Je kon in die periode geen subsidies krijgen.
m
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
Na enkele solo’s bij het Kaaitheater heb ik jaren bij
het Nederlandse muziektheater Orkater gespeeld.
Het pendelen naar Amsterdam met vrouw en inmid-
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
LAURA
TEN
ZELDAM
—
GLAZENIER
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
sc
va h
n a
tte
m
en *
n
se i
n n
© Fotografe Elke Van den Ende
Van oudsher worden hier glas-in-loodramen gemaakt. Dat komt omdat het licht in onze contreien
heel goed is. Er zit een bepaalde blauwheid in. Het is
niet voor niets dat hier zoveel schilders rondliepen.
laura
ten zeldam
—
glazenier
In de gotiek waren grote glasramen nog niet
mogelijk. Daarom zette men verschillende stukken
glas in een loodstructuur. Zo ontstonden de glas-inloodramen.
Vroeger werden de meeste ramen gebrandschilderd. Men schilderde zo Bijbelse verhalen op de
glasramen opdat ook ongeletterde mensen de verhalen meekregen. Vanaf de art nouveau zien we steeds
minder glasramen met brandschilderwerk. Er zijn wel
heel veel nieuwe technieken voor glasbewerking bijgekomen: fusen, slumpen, zandstralen, zeefdrukken
en appliqué bijvoorbeeld.
Nu is het een kleine wereld. Er zijn veel hobbyisten
maar weinig goede moderne ontwerpers. Het atelier
Mestdagh in Gent is een heel bekend ambachtelijk
familie-atelier. Daar loop ik stage en leer ik ook de
praktische kanten van het werk, zoals ramen plaatsen en uitkappen om te restaureren. Verder zijn er in
Brussel een paar kleinere ateliers
en enkele zelfstandigen actief.
Licht is het materiaal dat mij het meest
fascineert. Ik noem het materiaal want
ik werk ermee als materiaal. Omdat het niet
tastbaar is gebruik ik glas, hout en lood om mijn
werken vorm te geven, maar hetgeen waarbij ik telkens terugkom is het licht zelf. Hoe valt het licht in
de ruimte? Welke schaduwen geven het glas? Hoe
verandert het gedurende de dag?
Licht verbindt alles. We zien wat we zien dankzij
het licht. Ik denk dat we nooit volledig kunnen vatten wat licht inhoudt. Het voelt aan als iets eeuwigs.
Tegelijkertijd is het ook iets tijdelijks, want het verandert de hele tijd. Juist die ongrijpbaarheid geeft een
heel bijzondere schoonheid. Ik ben enorm dankbaar
om daarmee te mogen werken.
Het is belangrijk om verbindingen te kunnen zien.
We werken allemaal samen aan hetzelfde, we geven
samen de wereld waarin we leven vorm. Soms is
het moeilijk te zien hoe we verbonden zijn. Soms is
het verschil dat we maken niet zo duidelijk, of is het
anders dan we verwacht hadden. Maar toch: wij zijn
deel van de wereld en vormen een organisch systeem. Alles wat je doet, heeft invloed.
Je hebt veel geduld nodig voor dit werk. Er gaat
soms honderd uur werk in een creatie zitten. Maar
dat vind ik niet erg. Ik werk graag met mijn handen.
Dat geeft tijd om een dialoog te laten ontstaan tussen
mijn handen, mijn hoofd en mijn hart. En zo ontstaat
er weer een idee voor een nieuw werk. Voor mij gaat
elk werk in elkaar over. Het volgende raam is weer een
deel van het proces, een stukje uit mijn leven.
Het is belangrijk dat bepaalde ramen gemaakt
worden en dat er ramen voor specifieke plekken
gemaakt worden. Ik geloof dat glas-in-lood enorm
waardevol kan zijn in combinatie met hedendaagse
architectuur. Naast het kunstenaarschap heb ik een
deeltijdse baan. Die is op dit moment belangrijk omdat ze me de onafhankelijkheid geeft te maken wat ik
voel dat ik moet maken. Zo moet ik niet alles aannemen om te kunnen leven. Ik wil tijd en ruimte hebben
om mezelf te ontwikkelen en de dingen te maken die
ik echt graag wil maken. Ik zie toekomst voor dit ambacht, maar vooral heel veel potentieel.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
en *
n
se i
n n
Marieke van Rijn
Michel
Mouton
—
Kunstsmid
© Fotograaf Kevin Pycke
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Want dat hij wel snel wist dat hij wou smeden, ijzer
tot op 1200°C verwarmen om het dan te modelleren, dat bleek. Michel was 25 toen hij in Wales
een Tsjechische gastprofessor aan het werk zag in
de kunstschool waar hij zich had ingeschreven. Een
korte, geblokte man met baard en een charisma van
hier tot in Constantinopel. Een kunstenaar die alles
voor zijn métier overhad. Hij wordt nog steeds ‘de
paus van het smeden’ genoemd: Alfred Habermann
sr. Hij was er toen ‘gewoon’ een hek voor het plaatselijk museum aan het smeden. Maar Michel was als
door de hand Gods geslagen en was niet meer bij
hem weg te slaan. Habermann nodigde Michel bij
hem thuis uit – hij was niet de enige, er zijn tientallen aspirant-kunstsmeden gepasseerd – en hij bleef
er. Vier jaar, als leerling en manusje-van-alles, tegen
kost en inwoon. Hij werd ook in het productieproces
ingeschakeld, Habermann werd zijn geestelijke vader. Hij genoot van de vrijheid die hij er leerde: het
oersterke materiaal kneden naar je eigen smaak, het
leren van een eigen vormtaal. En toch: zou Michel
dan een nieuwe Habermann trachten te worden,
een Belgische dan? Neen: daarvoor voelde hij zich
te weinig kunstenaar of ambachtsman en… te veel
leraar. Want dat was het, uiteindelijk: Michel zou een
facilitator worden, de vele mensen die verlangen om
de smeedkunst te beoefenen die kansen ook geven,
zowel in theorie als praktijk. Hij zou die wondermooie
kunst opnieuw opengooien voor een 21ste-eeuws
publiek. De smeedkunst ‘borgen’, zegt hij, het beroep
via tentoonstellingen, demonstraties en initiaties kenbaar maken en verder echte opleidingen voorzien, die
nog verder gaan dan in een academie.
Want het klopt natuurlijk, de smeedkunst is een oud
ambacht. Heel vaak van vader op zoon doorgegeven.
Een smidse bevat dan ook veel areaal, vergelijk het
met het doorgeven van de boerenstiel. Misschien
is de smeedkunst daarom nog zo sterk in Oost- en
Centraal-Europa aanwezig. Je had al kunstsmeden
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Uit vondsten blijkt dat Soemeriërs en Egyptenaren al
in 4000 v.Chr. speerpunten van zuiver meteorietijzer
maakten. Tussen 3000 en 2000 v.Chr. begon de winning van ijzer uit erts in Egypte en Mesopotamië. Zo
oud is de smeedkunst. Michel Mouton wil deze eeuwenoude kunde en de passie van het kunstsmeden
opnieuw doorgeven aan jongeren, want hij ondervindt dat zij (en met hen vele volwassenen) via deze
duurzame kunstvorm de wegwerpcultuur een hak
willen zetten. Begin dit jaar ontving zijn vzw voor het
eerst een subsidie van Cultuur, na het indienen van
een dossier bij het Agentschap Kunsten en Erfgoed.
Iemand zal er het erfgoedveld van het kunstsmeden
mee in kaart brengen en precies aanduiden wat de
noden voor de toekomst zijn. ‘Ik wil iets fundamenteels veranderen’, zegt hij, ‘ik heb een schat gevonden die verstopt was, die ik opgraaf en terug in het
daglicht stel.’ En zijn gezicht straalt, als van een man
die zijn missie gevonden heeft en uit kan dragen.
Karel Sergen
en *
n
se i
n n
Maar zou dat vertaler-tolk zijn, zoals hij had gestudeerd? Toch liever lesgeven: allerlei mogelijke
leersituaties behalve het reguliere onderwijs. Intussen
miste hij het handwerk, maar lasser worden of metaalarbeider – zoals velen die gebeten waren door de
smeedkunst – dat vond hij een ‘afgang’, iets wat je
deed om ja, ‘je moet toch kunnen eten?’ Nee, hij wou
zich nergens inkerkeren. Hij ging daarom in Carrara
een beetje kappen en beeldhouwen, maar dat was
het niet. Coördinator opleiding biologische landbouw
dan maar? Nee, te weinig ruimte voor initiatief, te veel
administratie.
tte
Wat is er zo bijzonder aan deze schat? Zijn zoektocht, zijn missie, zijn verhaal. Michel heeft het ijzer
niet gesmeed terwijl het heet was, als je mij deze
woordspeling toestaat. Hij heeft er lange tijd in een
boog omheen gelopen omdat hij niet wist wat hij nu
precies met dat geliefkoosde smeedijzer moest doen.
Michel Mouton is 55 en heeft zo’n tiental jaar geleden
gevonden wat hij zocht, vandaar de oprichting van
zijn vzw. Wat vaststond was dat hij, zoon van een
boer-tabakskweker uit de grensstreek met Frankrijk,
iets voor de anderen wou doen.
m
Michel
Mouton
–
Kunstsmid
Michel Mouton (1958, Poperinge) woont in de
IJskelderstraat in Sint-Gillis. Zijn vzw bestaat acht
jaar, ze heet IJzer en Vuur! Het klinkt nostalgisch,
dichterlijk. Zou je zo’n schat laten liggen? De kunstsmid woont in een straat waar men in een gebouw
van drie ondergrondse verdiepingen alles koel moest
houden. Zelf houdt hij zich gaande met de bewerking
van het ijskoude, statische ijzer in het hete, dynamische vuur. Men zegt dat moderne materialen en
technieken het smeden hebben verdrongen, zoals de
koelkast die je ook makkelijker opent dan naar de ijskelders te moeten gaan... Maar Michel Mouton weert
zich! De ontmoeting was dan ook sterk en gloedvol…
bij de gilden in de middeleeuwen.
Maar na de art nouveau-periode
(1890-1915) is het ambacht bij ons
als het ware stilgevallen. De architecten gebruiken het niet meer, er wordt op
hun scholen ook niet meer over gesproken.
Jongeren kunnen het vak nergens meer leren. Als
Michel en andere gelijkgestemden er zich niet achter
zetten, verhuist het als cultureel erfgoed naar het museum! Dat dit grondig fout is, bewijzen de honderden
volwassenen die het ambacht onder de knie willen
krijgen en vooral, er verder ook in willen evolueren.
Als Michel workshops geeft, vraagt een heel deel
van de deelnemers achteraf ‘verder’ te mogen gaan,
maar hij kan hen tijd noch middelen aanbieden. Om
te oefenen heb je plaats en geld nodig. Er wordt nu
wel gedacht aan één of meer gezamenlijke smidses
waar mensen elkaar kunnen leren kennen, van waaruit dan ook een coöperatieve zou kunnen ontstaan
voor jongeren die in het vak willen instappen. De
overheid subsidieerde onlangs een project dat oude
praktijken wil borgen, en IJzer en Vuur! meent dat
het invoeren van een specialisatiejaar ‘smeden’ na
het hoger middelbaar onderwijs daar een interessante rol in kan spelen. Het is een voorstel en een
deel van het project dat tijdens de volgende jaren
uitgevoerd zou moeten worden. Daar zullen meer
dan alleen de spreekwoordelijke ‘krullen’ (die al van
voor de renaissance dateren) worden aangeleerd!
Kijk maar eens naar de sites van Claudio Bottero of
de broers Stenico (I) en van de Tsjechen Habermann
en Tasovski. Dat werk ligt ver van zomaar wat restauratiewerk en massaproductie. Hun sites tonen merkwaardige smeedproducten die beantwoorden aan de
smaak van de moderne architectuur.
sc
va h
n a
Borgen
Carine Timmermans
—
Restauratie polychromie
en schilderijen
© Fotograaf Julien Verboom
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Carine
Timmermans
–
Restauratie
polychromie
en
schilderijen
Schilderijen met nicotine-aanslag, vergeeld vernis,
scheurtjes in het doek, een loskomende verflaag,
rafelende doekranden, ouderdomscraquelé… Carine
Timmermans weet er raad mee. Ze restaureert schilderijen maar ook lijsten en polychrome beelden. We
ontmoeten haar in haar atelier: een uniek universum
met heel eigen geuren, kleuren en procédés!
Het begin
Iets meer dan dertig jaar geleden bezocht Carine
het museum voor Catalaanse kunst in Barcelona.
Daar sloeg de vonk over. De gerestaureerde
Middeleeuwse muurschilderingen prikkelden haar om
van naderbij kennis te maken met de ambachtelijke
restauratietechnieken die deze mooie werken weer in
hun grandeur konden herstellen.
Een intensieve, sterk praktijkgerichte avondopleiding
aan de kunstacademie in Anderlecht bood haar een
grondige basiskennis. Indertijd was dat de enige manier om als erkend restaurator aan de slag te kunnen
gaan. Daarna scherpte ze haar kennis verder aan in
een professioneel restauratie-atelier, waar men onder
andere werk verrichtte voor een bekende galerie aan
de Brusselse Zavel. Ze was er meer dan twee jaar in
dienst en leerde er ontzettend veel bij. Toen het atelier werd opgedoekt, werd ze zelfstandige restaurator
in bijberoep. Op vraag van particuliere klanten brengt
ze het door hen zo gekoesterde werk terug naar een
meer originele staat.
Alles moet omkeerbaar zijn!
Omkeerbaarheid geldt als de gouden regel voor elke
goede restaurator. Wat je wijzigt door je ingreep,
moet je nadien weer ongedaan kunnen maken.
Onder invloed van nieuwe technieken en procédés,
raakt dit adagium steeds meer op de achtergrond.
Synthetische producten bijvoorbeeld, kunnen erg
efficiënt zijn, maar zijn soms ook agressief voor de
verflaag. Hoewel er onderzoek wordt verricht om de
impact van die nieuwe producten te testen, blijft het
onzeker hoe een werk er na vijftig of honderd jaar kan
uitzien. Denk maar aan een nieuw vernis en de mogelijke gevolgen daarvan op het verouderingsproces
van een werk. Carine kiest daarom liever voor milde,
meer traditionele procédés die de gelaagdheid en samenstelling van een oorspronkelijk werk respecteren.
In musea wordt steeds vaker de
gelaagdheid – de stratigrafie – van
een werk aan het publiek getoond. Het
hoort nu eenmaal bij het natuurlijke verval
van elk schilderij.
‘Wetenschap en ambacht, hand in hand?’
België is op het vlak van restauratie erg gerenommeerd in het buitenland. Het wetenschappelijke
karakter van het restaureren staat hoog aangeschreven… maar er is een keerzijde. Om het vak te leren
moet je vandaag de dag een brede, wetenschappelijke masteropleiding volgen die sterk focust op
kunsthistorische analyse. Louter praktijkgerichte vakopleidingen zijn er nauwelijks en de opleidingen die
er vroeger waren, worden niet altijd gevaloriseerd als
professionele beroepsopleidingen. Het ambachtelijke
lijkt steeds meer naar de achtergrond te verdwijnen.
Een wetenschappelijke benadering wordt de norm,
ten koste van een grondige praktijkkennis. Het blijft
op dit moment onzeker hoe de wetenschappelijke en
meer ambachtelijke benadering van het restaureren
hand in hand kunnen gaan.
Carine ligt er op zich niet wakker van. Ze probeert in
te spelen op vragen van klanten, vertrekt steeds vanuit een analyse van het werk, en werkt voor eventueel
gespecialiseerd onderzoek samen met collega’s. Ze
haalt voldoening uit het contact met de klanten en
het plezier dat ze hen teruggeeft door een geliefd
werk in een goede staat terug te bezorgen.
‘Restauratie is geen elitaire bedoening!’
Tot slot geeft Carine ons een voor veel mensen verrassend advies mee: ‘De restauratie van een schilderij dat je nauw aan het hart ligt, is veel toegankelijker
dan vaak wordt vermoed. Het is betaalbaarder dan
je zou denken; en je krijgt er een mooi gerestaureerd
kunstwerk voor in de plaats. Een plezier om (opnieuw) naar te kijken.’
Benedicte Serroen en Katrijn Meirlaen
Verdoeken
Bij oude, door scheuren of gaten beschadigde of
verzwakte doeken is het soms noodzakelijk om te
‘verdoeken’: dit is een techniek waarbij een beschadigd doek verstevigd wordt door een nieuw doek aan
te brengen. Vroeger werden schilderijen verdoekt
met een ‘papverdoeking’, een lijm op basis van bloem
die echter vatbaar bleek voor schimmel. In België
werd als kleefmiddel vooral gewerkt met een washarsmengsel die je met warmte het doek in moest
‘strijken’. Nu worden ook steeds meer synthetische
lijmen en harsen gebruikt.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
tte
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
Ook in België wordt steeds meer getoond dat restauratie mág! Bij schilderijen worden door de tijd
verdwenen lagen egaal opgevuld, waardoor ze ruimte
laten voor suggestie. Men spreekt van geïntegreerde
retouches. Bij polychrome beelden wordt dikwijls
overwogen om minimaal in te grijpen en niet te veel
retouches aan te brengen.
en *
n
se i
n n
Sporen van restauratie en reconstructie zijn geen
taboe
In onze contreien probeerde men van oudsher om
restauraties of retouches onzichtbaar te maken voor
het publiek. Vlekken en lacunes werden, indien er
geen documentatie voorhanden was, willekeurig geïnterpreteerd en ingevuld. In Italië daarentegen werd
retoucheren bijna als vervalsen aanzien. Je kan er
daarom erg duidelijk zien wat gerestaureerd werd:
lacunes werden bijvoorbeeld opgevuld met kleine
streepjes (zoals in een impressionistisch schilderij) of
met een egale kleur.
Indirah
Osumba
—
Kalaripayat
© Fotograaf Sandro Maggio
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Indirah
Osumba
–
Kalaripayat
Kalaripayat is een traditionele Zuid-Indische
krijgskunst. Oorspronkelijk was het de gevechtskunst
van krijgers in de deelstaat Kerala, die er de kaste van
de koningen verdedigden. Wanneer ze ontstaan is
weten we niet. Volgens de traditie komt ze van de goden en helden. Vast staat dat je er reeds sporen van
vindt in heel oude geschreven teksten en liederen, en
in de hele Indische theater- en danskunst.
Kalaripayat is geïnspireerd op dierenbewegingen
en -houdingen. Zo kan je bijvoorbeeld de positie
innemen van de beweeglijke vis, het moeilijk uit evenwicht te brengen paard, enz. Voor een buitenstaander lijkt dat misschien vreemd maar eigenlijk is het
logisch: vroeger leefden mens en dier veel dichter
bij elkaar. Je observeerde dieren en leerde daarvan,
zowel qua houdingen als qua manier van aanvallen
en vechten.
Kalaripayat is een totaalkunst. Bij het uitoefenen
ervan zijn controle over je lichaam, concentratie, lenigheid, uithouding en kracht essentieel. Nadat je de
basistechnieken onder de knie hebt en je je lichaam
goed kent, wordt er overgegaan tot het vechten met
stokken of andere voorwerpen zoals de knots, het
zwaard, het schild… Maar wapens zijn geen doel op
zich. We zien ze als een verlengstuk van het lichaam.
Je moet ze dus net zo perfect beheersen.
We bewegen op commando’s. Zinnen in het
Malayalan en Sanskriet dienen om onze bewegingen
te ondersteunen. Het zijn vaste zinnen die al heel
lang en onveranderlijk helpen om ritme te geven en
synchroon te bewegen.
In Kalaripayat gaat het er om dat je hele lichaam
één oog wordt. Dat je een relatie ontwikkelt tot de
ruimte rondom je en je bewust wordt van wat er zich
rondom jou beweegt. Focus is erg belangrijk. Er
bestaan spectaculaire filmpjes van krijgers die geblinddoekt een courgette – gebonden op andermans
buik – in tweeën splijten. Zo bewust kan je je van een
ruimte worden!
De Westerse mens heeft de
neiging om alles in hokjes te
stoppen. In Kalaripayat worden er
traditioneel echter geen gordels gebruikt
om je niveau aan te duiden. De meester
weet op welk niveau de leerling staat, en dat is
voldoende.
Ik heb een eigen schooltje in Brussel. Toen mijn
man en ik in India de microbe te pakken hadden
gekregen wilden we ons, terug in Brussel, verder in
Kalaripayat verdiepen. Gek genoeg bestond het hier
niet, dus we hebben zelf een schooltje opgericht. In
het begin kwam er drie maal per jaar een Indische
meester overgevlogen. Hier was immers niemand die
ons op hoog niveau kon onderwijzen. Maar economisch was dit niet rendabel: na aftrek van alle kosten
bleef er voor ons helemaal niets meer over. Nu hebben we een eigen zaaltje in Jette, bescheiden en
klein, dat past binnen onze filosofie. Mensen die ons
willen leren kennen weten de weg wel te vinden.
Traditie is belangrijk. Hoewel geen drie lesgevers
dezelfde zijn, blijft de basis voor iedereen gelijk.
Vernieuwen betekent dat iemand zijn ego in de traditie stopt. Ik denk dan ook niet dat je er iets aan mag
veranderen alvorens je de traditie volledig begrijpt.
Kalaripayat heeft raakvlakken met alles. Het is
niet enkel sport, het is ook niet louter show, het is
inspannend maar ook gelinkt aan een bepaalde filosofie en aan de ayurvedische gezondheidsleer. Het
heeft wortels in een traditie, het is een stuk cultuur.
Net door al die verschillende facetten lijkt het overal
een beetje tussen te vallen. Het beleid hier in België
is daar helemaal niet op afgestemd.
Mijn droom? Tijd en geld vinden om onderzoek te
doen in India en bij te leren over mijn passie. In andere landen krijgt men daar subsidies voor, in België
niet. Jammer, want het zou zowel mezelf als mijn
praktijk enorm verrijken.
Katrijn Meirlaen en Benedicte Serroen
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Souléymane
Diané
—
Schilderijen
op glas batik
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
sc
va h
n a
tte
m
en *
n
se i
n n
© Fotografe Mathilda Van der Borght
Kunst is mijn eerste vrouw
Souléymane
Diané
—
Schilderijen
op glas batik
‘Plots voel ik het... dan val ik het glas aan. En als ik
begin, kan ik niet meer stoppen. 1 minuut loopt uit in
uren. Kunst is voor mij een reden van bestaan.’ Met
deze zin heeft Diané Souléymane ons meteen in zijn
ban. We willen meer weten over deze Senegalese
glasschilder. Veel meer.
Kaolac, Senegal 1969-1995: betrapt op artiest zijn
Op een dag werd ik betrapt... Ik tekende van kleins
af aan, de hele tijd, op al mijn schriften. Ik tekende
schelpen. En op een dag heeft mijn geschiedenisleraar mij betrapt. Hij glimlachte breed. Hij schreef
sprookjes en boeken, hij was zelf een artiest. Hij
moedigde me aan om met mijn tekenen verder te
gaan. Een mooie steun, want in Senegal is het zo
dat wanneer je geboren wordt met het geschenk
‘artiest’ te zijn... je familie alles zal doen opdat je die
weg niet volgt. Je moet geld verdienen. Mijn moeder
had gelukkig een open geest. Ze heeft altijd in steden gewoond. Ze ging akkoord. Na mijn middelbare
studies heb ik in Dakar ‘Kunst’ gevolgd. Later volgde
ik er een atelier ‘Animatiecinema’ met Belgen die in
Sint-Gilles bij vzw Graphoui werken. Ze nodigden mij
uit om naar Brussel te komen en me te verdiepen in
3D-tekenen.
Ateliers, Brussel, 2000 – heden: mijn eerste vrouw. Van het
één komt het ander. Ik maakte kennis
met regisseur Bernard Giraudeau en
mocht het decor maken voor zijn kortfilm.
Ik heb me verdiept in 3D-tekenen, in maquettes, marionetten, popjes met silicone. En... in
mijn vrouw die ik daar leerde kennen (knipoogt).
Zij is Vlaamse, is hier geboren en is hier getrouwd.
Met mij. En wie trouwen zegt, zegt samenleven. Ik
ben dus in België gebleven. Mijn vrouw heeft altijd
al een ‘kunstgeest’ gehad. En ik ook. Het Brusselse
sociaal-artistieke Globe Aroma is voor mij een perfecte uitvalsbasis. Mijn kunst is mijn prioriteit. Maar ik
leef niet van schilderen, dus zoek ik werk. Een vaste
job wil ik niet. Interimjobs geven me meer tijd om te
schilderen. Het is een moeilijke weg, niet makkelijk te
combineren met ons huwelijk en met ons dochtertje
van zeven jaar. Maar het is de juiste weg voor mij en
mijn passie. Terwijl hij nadenkt, maakt hij tekeningen
op het blad voor zich. Zijn het schelpen of is het een
portret van zijn interviewsters?
Weet je, schilderkunst is jaloers... Als je haar niet
genoeg aandacht schenkt, wandelt ze weg als een
echte dame. Artiesten durven zeggen dat ‘kunst hun
eerste vrouw is’.
Mijn eerste vrouw, schilderen op glas, is een eeuwenoude schoonheid. Een jarenlange traditie in Senegal.
Het is een manier van verhalenoverdracht. De allereerste schilderijen op glas representeerden religieuze
taferelen. De glazen verhalen lagen verspreid over de
straten van de stad. Op iedere hoek zat iemand te
tekenen. Je kon een heel verhaal lezen op de grond.
Mijn eerste vrouw bemin je zo: je tekent je gewenste
vorm met een pen en Chinese inkt. Je ‘plaatst’ de
kleuren op het glas, één voor één boven elkaar wanneer de eerste laag droog is. Op het einde wordt dat
vlak zwart voor je ogen, maar als je het glas omdraait,
zie je de kleuren. Het glas waarop ik werk, recupereer
ik bij Brico. Hier kan je alles vinden. In Senegal moet
je bepaalde pigmentkleuren zelf maken. Het idee
van schaarste doet me kiezen voor recuperatie. Mijn
mengbord is mijn oude keukenplank om groenten te
snijden. Ik geef materiaal een tweede leven. In vuilbakken ligt een hele rijkdom.
Ateliers, Brussel, toekomst: op een dag...
Ik ben mezelf nog aan het zoeken. Het liefst maak
ik portretten en abstracte tekeningen. Ik kan hier op
elk uur van de dag in mijn atelier staan tobben en
dan kiezen om te batikken of om doek of glas aan te
vallen. Het is zoals zin hebben in pasta of in patat.
Senegal inspireert me ook. En vrouwen. ‘Wat een
vrouw wil, is wat God wil.’ Als ik geen inspiratie heb,
luister ik naar muziek of bezoek ik expo’s. Niet zelden
loop ik er weg: ‘Ik moet nu naar huis, ik wil nu schilderen.’ Mijn droom: een eigen expo. Tonen wat ik in
mij heb en meningen horen over mijn werk. Zo kan
ik groeien. Schilderen op glas is uniek in België. Als
ik expertise wil uitwisselen, contacteer ik mensen uit
Senegal. Op een dag trek ik er naartoe en toon ik
iedereen wat ik doe. Iedereen die ver is van zijn roots,
droomt ervan terug te gaan en om gekend te zijn
‘chez soi’. Ik wil ook lesgeven aan kinderen over glasschilderkunst. Mijn dochtertje tekent alvast geweldig.
Misschien kan ik haar mijn passie doorgeven. Net als
zij... is kunst voor mij... een bron van leven.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
en *
n
se i
n n
Katia Coolsaet en Jill Marchant
Alhadi
Adam
Agabeldour
—
Dichter
© Fotografe Maëlle Bossi
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
‘Je vraagt je toch ook niet af
waarom je eet?’
Alhadi Adam
Agabeldour
–
Dichter
Ik heet Alhadi (voornaam) Adam (vader) Agabeldour
(grootvader) en vluchtte weg uit West-Soedan om
eerst in een ‘concentratiekamp’ (asielcentrum) in
Sint-Truiden te belanden en nadien in Sint-Joostten-Node waar ik een flat betrek die eruit ziet als de
kleine spie van een oude taart.
Ik haalde in 2001 een master in de rechten in
buurland Libië (Tripoli). De daaropvolgende acht jaar
werkte ik aan gelijkheid, identiteit en mensenrechten
in mijn land dat in oorlog was. Omdat ik kritische
interviews gaf aan buitenlandse kranten over het onrecht dat de politiek veroorzaakte voor de bevolking
(na een militaire coup van moslimfundamentalist AlBashir in 1989), moest ik de hielen lichten, ze ‘zochten’ me. Sinds 2009 heb ik alleen nog via internet
contact met familie en vrienden in mijn thuisland.
Momenteel werk ik als vrijwilliger bij
Vluchtelingenwerk Vlaanderen. Ik geef voor PEN
Vlaanderen ook lezingen in scholen over Soedan en
lees er voor uit mijn literair werk, vooral gedichten.
Dit is eigenlijk mijn schat: al toen ik dertien jaar was,
noemde men mij ‘de dichter’. Toeval wil dat in een
vorige generatie een bekend Soedanees dichter
Alhadi Adam heette, dus mijn naam was al gemaakt
voor ik iets op papier had gezet… En inderdaad,
toen een leraar in het laatste jaar aan de middelbare
school me apart nam om grondig te twijfelen aan de
authenticiteit van mijn teksten, maar ik hem kon overtuigen, moest hij toegeven dat ik ‘een grote toekomst’
tegemoet ging. Met die toekomst als schrijver viel het
tot op heden nogal mee… Ik publiceerde vier dichtbundels in het Arabisch, maar het is duidelijk dat heel
weinigen daarop zitten te wachten.
Mijn moeder was mijn grote voorbeeld. Tijdens
het koken of wassen hoorden we haar zelfgemaakte
teksten zingen. Tekst en muziek ontstonden samen
in haar hoofd, op basis van verhalen die in het dorp
werden verteld. Ze had het geluk dat twee neven haar
orale kunst omzetten in muzikale composities enerzijds
en uitgeschreven gedichten/verhalen anderzijds. Zij
traden dus op met de schat van mijn moeder. Dat
gebeurde in de lokale taal. Zelf heb ik ook liedteksten
geschreven in mijn moedertaal en speciaal is dat dit bij
ons in een vijfdelige toonladder gebeurt.
Toch reikte mijn ambitie altijd
verder. Ik schrijf in het Arabisch,
men kan mijn teksten van Marokko
tot in Syrië lezen. Ik bewonder grote
Soedanese dichters, zoals Mohammed
Faitouri, die ‘the poet of Africa’ wordt genoemd
– hoewel hij vooral in Libanon, Libië en Egypte
verbleef. Maar later las ik ook Senghor (Senegal),
Emil Cesar (De Antillen), die hun mosterd in het westerse Frankrijk haalden…
Een Soedanees is eigenlijk een speciaal geval.
Ik zie eruit als een Afrikaan maar mijn cultuur is
Arabisch. Ik lach wel eens dat je mij met een echte
Brusselaar kunt vergelijken: Vlaming noch Waal maar
Belg. Zo ook wij. Wij zijn Soedanees, Afro-Arabisch.
En de grote schrijvers kijken naar de Europese cultuur. Tiens, is Brussel niet het hart van Europa?
Waarom ik dicht? Je vraagt je toch ook niet
af waarom je eet? Om te dichten moet je talent en
feeling hebben, later komt de techniek. Maar ook
in mijn land kraait er amper een haan naar in het
Arabisch geschreven poëzie. Als de media in het
buitenland – in het bijzonder Egypte waar ik twee
bundels publiceerde – niet over je berichten, kom
je niet van de grond. Hoewel. Onlangs stierf er een
grote Soedanese dichter op straat, omgekomen
door honger en ontbering en pats: heel de Arabische
literaire wereld sloot deze dode dichter plotseling in
de armen! En ja, de moslimbroederschap is overal zo
dominant. Als je daar zoals ik, die nochtans praktiserend gelovige ben, vragen bij stelt, mag je het eigenlijk vergeten. Zij zijn volop aan het oprukken in zwart
Afrika, zij beheersen het sociaal-politieke en dus ook
vaak het artistieke netwerk.
Wie mijn gedichten leest, merkt dat ik mijn
erfgoed niet verloochen. Het echte landschap van
West-Soedan komt erin voor, zoals de savanne en de
(blauwe) bergen. Ik ‘zing’ over de sociale gebruiken
(dansen, rituelen). Helaas kan ik ook niet om de
jarenlange oorlog heen. Maar je zal bij mij nooit over
‘sneeuw’ lezen of over Japanse of Indische toestanden die ik niet ken. Ook ceders komen bij ons niet
voor, andere Soedanezen gebruiken dit beeld wel,
omdat het Arabisch is… Wel schreef ik hier in België
‘Droeve kaarsen’ naar aanleiding van het busongeval met kinderen in Zwitserland. Ik begin me meer
en meer deel van deze gemeenschap te voelen.
Grappig, onlangs vroeg iemand me waarom ik
‘nectar’ gebruik als ik over regen schrijf in mijn land.
Ik begreep die verwondering, hier in Brussel word ik
ook niet graag nat! Bij ons kan je de regen al van ver
horen aankomen, je ruikt ze in de lucht. En als ze dan
valt…We hebben haar zo nodig, die nectar.
Karel Sergen
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
en *
n
se i
n n
Alhadi krijgt een speciale auteursvergoeding van het
Vlaams Fonds voor de Letteren om over zijn werk te
komen praten en eruit voor te lezen. Vooral in scholen
maar eventueel ook daarbuiten. Interesse? Neem
contact op met ka.segers@gmail.com.
Margriet
van
der Ven
—
Graficus
© Fotografe Nathalie Bonjean
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
binnenkomen in margriet haar atelier is binnenkomen in een oase van rust. het is binnenkomen in een
weelde van composities, materialen, voorstudies,
ideeën in wording. aan de muren, op de grond, aan
het plafond, op de tafels: hier wordt gecreëerd.
Margriet
van der Ven
–
Graficus
margriet van der ven is grafisch kunstenaar, gepassioneerd door etsen. klassiek geschoold, doch buiten
de lijntjes kleurend. voor margriet geen etsen op papier dat daartoe dient, etsen op kladpapier of plastiek
maakt het zoveel boeiender.
bevlogen toont ze hoe een ets tot stand komt. zinken
platen worden in ruwe stukken geknipt. de stukken
worden behandeld met spiritusvernis of asfalttinctuur en soms met suiker aquatint. daarna worden ze
bewerkt en gekerfd tot een bepaalde vorm, veelal geïnspireerd door de natuur. het aandachtige oog vindt
er een nerfstructuur van bladeren in terug, stenen of
ontkiemende bonen.
na een tijdje rusten wordt de etsplaat ingesmeerd
met inkt, afgeveegd met tarlatan, afgedept met stukjes telefoonboekpapier, klaar voor de drukpers – de
grote machine in het midden van haar atelier. de ingesmeerde etsplaat wordt tussen twee papieren gelegd
om dan langzaamaan met enkele arbeidsintensieve
draaien aan het wiel door de drukpers te gaan. het
resultaat is een afdruk van de etsplaat op het papier.
mooi, sober, organisch.
maar margriet is niet snel tevreden. alles moet goed zitten. kleur,
vorm, compositie: evenwicht moet er
zijn. een afdruk heeft tientallen voorgangers gekend, vooraleer hij de opdruk krijgt
van ‘goed’. herhalen en herhalen, tot het goed
zit. Tot het goed zit, herhalen.
buitenwereld, binnenwereld
margriets atelier ligt in jette. haar man schildert een
verdiep lager, zij etst op de begane grond. haar atelier is haar werkplek, maar meer nog haar toevluchtsoord. uren en uren vertoeft ze hier. want in haar
werk komt ze tot rust, indrukken uit haar omgeving
verwerkend. letterlijk zelfs, want zo neemt ze beschreven flappen papier van haar deeltijdse job mee om te
gebruiken in composities, liefst nog met de namen
van personen die ze kent zichtbaar.
connectie.
of hoe handgeschreven administratiefiches van vogelringers uit een vorige job kunnen ontaarden in een
magnifiek patchwork van lange stroken papier.
zeer beklijvend is het werk met brieven van een
overleden vriendin: iedere brief zorgvuldig ingepakt
als een pagina van een boek. Houd een pagina tegen
het licht en vang een glimp op van de brief. verhuld
en onthullend.
ze heeft het van geen vreemden. haar moeder was
naaister en als kind was er al dat gefröbel, het ‘prullen met dingetjes’. even twijfelde ze om haar moeder
te volgen in textiel, maar ze koos dan toch haar eigen
weg. in sommige werken zie je kleine textielaccenten
terugkomen, gebruik van garen of knoopjes op papier
genaaid: een eerbetoon aan haar moeder.
ambitie om haar kunst door te geven of na te laten
heeft margriet niet. ze hergebruikt. alles wordt benut,
restjes krijgen een tweede leven. zelfs vroeger werk
moet eraan geloven. zo vaak zelfs dat bevriende
kunstenaars haar moeten tegenhouden om toch maar
niet al haar werk te hergebruiken. streeft ze naar een
ultieme integratie van al haar werk tot één? geen
beginnen aan.
binnenwereld, buitenwereld
vroeger exposeerde ze in galerijen, nu is die behoefte
er niet meer. margriet zoekt naar kleine plekken in de
stad om haar werk zichtbaar te maken, een kleine
interventie in het straatbeeld. brussel is ideaal om
vitrines op te smukken met haar werken of samen
met haar man mee te doen aan projecten. margriet
verkoopt ook werk. afstand doen van een werk maakt
haar blij om iemand blij te maken.
margriet van der ven,
proces en product evenwaardig, liefde voor haar stiel,
rustige harmonie.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
en *
n
se i
n n
Miet Neyens
Kaat
Bauters
& Jan
Delcour
—
Molenaars
© Fotografe Mélodie Della Rossa
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
Kaat Bauters
en
Jan Delcour
—
Molenaars
Op een druilerige vrijdagochtend ontmoet ik twee
schatten van mensen die me bij de hand nemen
doorheen de boeiende wereld van de molenaars:
Kaat Bauters en Jan Delcour.
Kaat is de dochter van Paul Bauters, indertijd
vrederechter in Brussel en in zijn vrije tijd molenaar
in Huise. Hij liet daar op een historische molenplek, op het hoogste punt tussen Schelde en Leie,
een eeuwenoude zieltogende molen uit Waregem
opnieuw optrekken. Kaat bracht haar jeugd daar
grotendeels door. Als twintigjarige volgde ze haar
vaders opleiding. Nu gaat haar hart nog steeds uit
naar zijn filosofie. Voor Kaat heeft het behoud van
en de zorg voor het molenpatrimonium te maken met
onze cultuurgeschiedenis. Het molenaarsvak heeft
niet alleen een historische waarde, maar toont ook
een levende visie voor de toekomst: een economie
op mensenmaat waarin mens en natuur naast elkaar
staan en elkaar geen geweld aandoen.
Molens staan op het kruispunt van de mens met zijn
landschap, zijn arbeid, zijn overleven. De molenaar
heeft altijd een grote rol gespeeld in het sociale leven
van de mens: hij was van alles op de hoogte omdat
hij met iedereen contact had, en toch stond hij op
een ‘verhoogje’, buiten het dorp, buiten de sociale
controle. De molenaar is altijd een soort vrijbuiter
geweest.
In de toekomst gaat de zorg van Jan en Kaat uit naar
de bestaande molens, opdat deze gekoesterd en
verzorgd worden. Kaat wil de boodschap die een
levende, malende molen in zich draagt, uitbrengen.
De drie-eenheid molen, molenaar, landschap is een
symbool van een economie in harmonie tussen de
mens en zijn wereld. Een helende boodschap die de
huidige wereld dringend nodig heeft. Jan gaat als
volksmuzikant op zoek naar vergeten molenliederen.
De zorg in en rond de molen van Sint-Gertrudis-Pede
is een taak die hij met respect en passie opneemt.
Als ik enige tijd later alleen huiswaarts keer, kan ik
Jan en Kaat alleen maar gelijk geven: de molen is
inderdaad helend erfgoed.
Katia Coolsaet
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
Jan had geen voorvaderen in de molensector. Zijn vader was verzamelaar van prentkaarten, en daar zaten
nogal wat molens tussen. Bij de scoutsvereniging
stippelde Jan staptochten uit, van molen tot molen,
toen herkenningspunten. Het trof hem dat de helft
van die windmolens op de stafkaarten helemaal niet
meer bestonden. Toen hij de molenaarscursus van
Paul Bauters in Leuven volgde, kreeg hij ‘een slag
van de molen’ en raakte gepassioneerd. Hij werkte
mee aan de restauratie van verschillende molens in
Vlaanderen. Momenteel maalt hij op de watermolen
van Sint-Gertrudis-Pede.
Kaat en Jan zorgen er vandaag
voor dat het erfgoed van de molenaar levend blijft, omdat het de ecofilosofische vragen van onze samenleving
beantwoordt: molenaars maken de woeste,
vernietigende natuurkrachten – wind en water
– tot bondgenoot, met de molen als werktuig.
De molen staat als een machtig symbool in het
landschap. Als een teken van verbond tussen mens
en wereld, tussen hemel en aarde zorgt hij voor een
kosmische dialoog tussen de oerelementen.
en *
n
se i
n n
Het erfgoed van de molenaar,
ademtocht van ons sociaal
bestaan
Anja Van
Geert
—
Herboriste
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
sc
va h
n a
tte
m
en *
n
se i
n n
© Fotografe Delphine Hotua
Anja
Van Geert
—
Herboriste
Frieten- en kruidengoestingskes
‘Lekker kopje thee.’ ‘Of specifieker, lekker mengsel
van duizendblad, paardenbloem, framboos, sinaasappelschil, klaver, roos en kaneel’, knipoogt Anja. Ze
zaait een hele kruidentuin bij elkaar en weet exact
welke planten en groenten je nodig hebt wanneer
je moet niezen of wanneer je emoties de pan uit
swingen. Ze schenkt ons glas vol met vlierbloesemwijn en wij, wij laten ons gewillig meevoeren naar
een wereld vol kruiden door kruidendokter Anja Van
Geert. Tot de fles leeg is.
Waar andere kinderen een mooie boom zagen, zag
ik een Canadapopulier. Al van kleins af aan wist ik
veel over de natuur. Als jonge puber trokken geneeskrachtige kruiden me sterk aan. Ik las dolgraag de
WWF-boeken van mijn ouders over kruiden. Om eraan te kunnen, moest ik speciaal op een krukje gaan
staan. Voordien las ik – van op lagere boekenplanken – boeken van ‘Heidi in de bergen’ en van Tiny
die een herbarium maakt. Verder hing ik wat rond
in natuurwinkels en op mijn terras had ik een eigen
kruidentuintje. Mijn studiekeuze was snel gemaakt:
ik koos voor Biologie. Door het vele schoolwerk ver-
welkte mijn interesse in kruiden
wat. Ik leerde wel veel planten kennen en herkennen. De laatste jaren van
mijn doctoraat woonde ik in een gemeenschapshuis met een kruidentuin en daar
begon het weer te kriebelen.
Wortel schieten
Tijdens mijn zoektocht naar werk, las ik veel boeken
en experimenteerde ik met natuurlijke biomengsels.
Ik belandde in Vorst en ik wilde er wortel schieten.
In de participatieve tuin van de Abdij van Vorst trof ik
gelijkgestemden aan. Ik had er bovendien een plek om
mijn ‘kruidengoestingskes’ te doen. Via via kwam ik
bij Job Yourself terecht, een instantie die mijn project
een testfase gunt en die me begeleidt om zelfstandige
te worden. Nu verkoop ik mijn eigen theemengsels
op markten en in de toekomst ook via een online
shop. Daarnaast verkoop ik mijn producten ook via ‘La
Ruche qui dit oui’. Ruches zijn groeperingen die via lokale aanbieders groepsaankopen mogelijk maken met
het oog op minder verpakking, minder transport en
eerlijke prijzen. Ze schieten als paddenstoelen (of iets
anders) uit de grond. Ook ben ik medebeheerder van
onze ecologische boerderij in Watermaal-Bosvoorde
‘La ferme du Chant des Cailles’.
Prikkelthee en likeur
De grootste prikkel om mijn eigen thee te maken,
kreeg ik toen ik letterlijk tussen kilo’s en zakken kruiden zat. Echt goeie biokruiden zijn moeilijk te vinden.
Ik vond wel eens een duur zakje van 30 gram framboos, maar ik wilde ‘infusions’ maken om elke dag
te drinken en had dus veel meer nodig. Ik vond dan
een groothandel waar ik nu mee werk als particulier.
In plaats van grammetjes kocht ik kilo’s. Toen begon
ik zelf te mengen, eerst in WIELS en nu in een kleine
kamer hier in mijn huisje.
Het verhaal van de ecologische boerderij en
ons veld is een mythe geworden. Een buurtbewoonster, Magdalena, had een mail gestuurd naar aantal
vrienden van vzw Le Débuts des Haricots. ‘Hier
ligt een braakliggend terrein vrij, we moeten er iets
mee doen.’ De eigenaar bleek net op zoek naar een
project voor het veld en we kregen groen licht voor
ons participatief landbouwproject. Het omvat een
tuinbouwproject, we kweken er schaapjes, stellen
een ecologische collectieve tuin open en er is een
kruidentuin van tien are die ik beheer. Er groeien culinaire, aromatische en geneeskrachtige kruiden. Van
april tot september geef ik er workshops likeur, zeep
en gemberhoningsiroop maken.
Een goei pak friet
In de toekomst open ik een praktijk Fytotherapie,
een therapie die kruiden voorschrijft om gezondheidsklachten te behandelen. Voeding is een groot
element in het vormen van een balans, lichamelijk én
geestelijk. Weinig mensen kweken of plukken zelf,
maar rond het plukken an sich zit al een hele zorgende cocon die een deeltje vormt van de verzorging.
We kunnen het lichaam niet afzonderen van emoties.
Dat blijkt nu al uit mijn workshops: ik zit er vaak met
mijn mond open van verwondering.
Nu, naast al dit gezond gepraat... Natuurlijk eet
ik heel graag een ‘goei pak friet’ met zout en zelfs
karbonade! Ik woon tussen Place Jourdan en Flagey,
ik ben omsingeld door frituren. Geniet van wat je eet
en wees er bewust mee bezig. Je instelling maakt
deel uit van je vertering. Frieten zijn wel goed, zolang
je er maar veel zin in hebt. Lap. Nu heb ik er zin in
(grijnst).
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be
m
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
sc
va h
n a
tte
en *
n
se i
n n
Mieke Simoen en Jill Marchant
‘Ce qui est fait main est
davantage apprécié. Je rêve
de créer ma propre marque
de vêtements. Je présenterais
mon travail à tout le monde,
j’organiserais des défilés de
mode, je broderais des portraits
et des tableaux…’
Abdul Qadir Haidari — Afghanistan
Textielkunstenaar / Textile couture
Lousik Galustyan — Armenië
Sculpteur van vruchten en fruit /
Sculpteur de fruits
‘Het is belangrijk om als
kunstenaar in het nu te leven
en dingen/projecten op je pad
te laten komen.’
Jean-Marie Henry — België
Kunstschilder / Artiste peintre
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en performing arts in de kijker.
Ook die van nieuwe Brusselaars!
De tapijtwever uit Iran, de Marokkaanse schilder, de Colombiaanse lederbewerkster, de Afghaanse
klerenmaker, de Soedanese dichter, de Armeense fruitsculpteur, de Kameroense smid, de Nigeriaanse
naaister, de Roemeense mozaïekartiest…: veel nieuwkomers hebben de kunst en kunde van een ambacht
in hun culturele rugzak zitten. In België komen ze terecht in een voor hen nieuwe samenleving waar zij,
gezien de kleine economische niche voor ambachten, niet gemakkelijk hun vaardigheden kunnen blijven
uitoefenen. Nochtans is de wil hiertoe sterk aanwezig!
Enkele nieuwkomer-schatten bezochten de afdeling Kunstambachten en Restauratie-Conservatie
van de Academie van Anderlecht. Ontmoeting met ambachtsgerelateerde plaatsen en uitwisseling tussen
ambachtslieden stond hierbij centraal. Tijdens een eerdere ontmoeting werden verhalen en ervaringen
aan de hand van foto’s en ander beeldmateriaal, tast- en leesbaar gemaakt. Een informeel interviewmoment liet hen toe om hun verhalen te vertellen aan een groepje nieuwsgierige ‘schattenjagers’.
Er ontstond een boeiende ontmoeting tussen ambachten, tussen culturen, tussen tradities en
kundes. Handvaardigheid sprak voor zich. Zo werden taalbarrières overstegen: het was immers de passie van en voor het vak die sprak!
Een initiatief van Erfgoedcel Brussel (VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
Alhadi Adam Agabeldour
Soedan
Dichter / Poète
sc
va h
n a
tte
m
en *
n
se i
n n
Mohammed Anehasse Rais — Marrokko
Zandsculpteur / Sculpteur de sable
‘The feelings we use are universal, but the context makes
the difference. ‘I saw a pretty girl
on a donkey’. In Brussels, that
would be: ‘I saw a pretty girl in
the subway’.’
‘Au Cameroun, j’ai travaillé
avec des jeunes de la rue, auxquels j’ai tenté de communiquer
ma passion. Ici, les choses sont
plus difficiles à organiser car
elles nécessitent une bonne
infrastructure et un bon encadrement.’
Adrian Platon — Roemenië / Portugal
Mozaïekartiest / Mosaïste
Charles Djeumou — Kameroen
Smid-sculpteur / Forgeron-sculpteur
‘Ik leerde het zelf. Ik nam
een kool en veranderde die
in een bloem.’
Arsen Galustyan — Armenië
Sculpteur van vruchten en fruit /
Sculpteur de fruits
Ramat Kolawole — Nigeria
Textielkunstenares / Textile-couture
‘Je tisse des tapis à la main,
comme cela se faisait autrefois.
Aujourd’hui, on utilise de plus
en plus les ordinateurs. En ce
moment, je ne fabrique plus que
des tapis de petites dimensions
dans un cadre, comme de véritables tableaux.’
m
n
in
atte
h
* n
sc n
se
va
en
Alicia Cordoba Dorado — Colombia
Lederbewerking / Artisan du cuir
‘Schatten van mensen’ zet persoonlijke verhalen over ambacht, traditie en
performing arts in de kijker. Het project nodigt je uit om Brussel te ontdekken
met een hedendaagse erfgoedbril op – Een initiatief van Erfgoedcel Brussel
(VGC) en Vormingplus Citizenne in samenwerking met Fotokunst - Academie
Beeldende Kunsten Anderlecht en bon vzw.
www.erfgoedbrussel.be – www.citizenne.be