Troika mei
Transcription
Troika mei
Troika mei 1 Colofon & Inhoud Voorwoord…………………………………………………………….. Eredoctoraten ………. ……………………………………………… Student, ken uw Rechten! ……………………..………………….. Poezie—Literaire wedstrijd …...….... …………………………... 75 jaar Letterenhuis ……………………………………………. Un Coeur Simple ………………... ………………………………. Donautentoonstelling & Ruusbroeclezingen ………………….. Hybris ……………………….. …...... …………………………….. Klio ……….. …. ……………………………………………………. Vrienden van de filosofie ……………………………………….. Scrip-Tease ………….………………………………………………. Antwerpen = Amerika = Red Star Line ..………………………. Bromvlieg. Dionysia. Theater 2008-2009 ..…………………….. Failure ……………………….. …...... …………………………….. 2 3 4 6 7 9 10 11 17 19 20 22 24 25 Hoofd– en eindredactie Willem-Jan Wellens, Michael Domen Redactie Amanda, Christel Van Damme, Evelien Geerts, Martijn Gijs, Joris Heirstrate, Ewald van Looveren, Hadewijch Masure, Lynn Rongé, Maud Vanhauwaert Fotografie Sarah Vankersschaever Lay out Martijn Gys, Michael Domen & Willem-Jan Wellens, Ewald van Looveren Cover Peter Pauwels & Willem-Jan Wellens 1 Troika mei Voorwoord Beste lezers, Ook voor ons, het Troika-team, zit het jaar er bijna op. Het is een goed jaar geweest. Vol enthousiasme heeft onze redactie zich op de taak gestort om u te voorzien van informatie, literatuur en algemeen vermaak. Bij deze valt mij dan ook het genoegen te beurt om iedereen te bedanken die heeft meegewerkt aan Troika dit jaar. En dat zijn veel mensen, te veel om op te noemen. Eén iemand wil ik toch speciaal vermelden hier. Willem-Jan Wellens, onze huidige eindredacteur, heeft met dit nummer zijn laatste Troika afgeleverd. Volgend jaar zoekt hij andere oorden op; zijn biotoop verlegt zich van het redactielokaal naar de toneelzaal, waar hij trouwens dit jaar ook al vaak te vinden was. Zonder hem was er geen Troika geweest, het idee is aan zijn brein ontsproten. Hij zal node gemist worden. Ondertussen ligt er toch maar weer een gloednieuwe, voorlopig nog hagelwitte Troika voor uw neus. Onze redacteurs hebben weer alle hoekjes en kantjes van de universiteit afgespeurd op zoek naar interessante verhalen. Zo hebben we een artikel over de voor– en nadelen van licentiaat vs. master, examentips, … Uiteraard hebben we ook voorbij de muren van de UA gekeken, naar goede gewoonte. De geschiedkundigen zullen zich ongetwijfeld interesseren voor het bezoek dat we brachten aan de tentoonstelling over de Red Star Line. Zoals altijd kregen we weer heel wat interessante pennevruchten binnen van geëngageerde lezers. Daarnaast vind u in dit nummer ook de zieleroerselen van de winnaars van de Literaire Wedstrijd van Lingua. Zeker de moeite om eens door te lezen. Tot slot wil ik u toch nog aanraden om dinsdag 6 mei eens een kijkje te gaan nemen op de uitreiking van de eredoctoraten. Frits van Oostrom, neerlandicus en maatschappelijke figuur, en Amos Oz, de wereldberoemde Israëlische schrijver, krijgen een eredoctoraat van de Universiteit Antwerpen. Ga dat zien, ga dat zien! Tot slot nog dit: al wie zich geroepen voelt om volgend jaar ook eens iets te schrijven voor Troika, laat het ons weten! Stuur gewoon in de loop van de volgende maanden een mailtje naar troika@ua.ac.be. Veel leesplezier! Troika mei De Troika-redactie 2 Eredoctoraten Professor doctor Frits van Oostrom Bij studenten Nederlands is deze Nederlandse professor welbekend danzij zijn boek Stemmen op Schrift, dat op een overzichtelijke en aantrekkelijke wijze een overzicht bied van de Nederlandse literatuur in de Middeleeuwen. Professor van Oostrom kijkt echter ook verder dan zijn vakgebied: hij is één van de leidinggevende figuren wanneer er gesproken wordt over de ‘staat van het onderwijs’ bij onze noorderburen. Zo zat hij de werkgroep voor die de ‘culturele canon’ opstelde voor het middelbaar onderwijs in Nederland. De Universiteit Antwerpen huldigt Professor van Oostrom met een eredoctoraat voor zijn wetenschappelijke verdiensten. Bovendien geeft hij een lezing over de verhouding tussen menswetenschappen en positieve wetenschappen, getiteld Alfa tussen gamma en bèta. Over de humaniora en de universitaire apenrots. De lezing gaat door op maandag 5 mei, van 10.30u tot 12.30 u in lokaal R-007. Na de lezing is er uiteraard ruimte voor discussie. Amos Oz Amos Oz is in de eerste plaats bekend als schrijver. Deze Israëli wordt al enige tijd genoemd als kanshebber voor de Nobelprijs voor Literatuur. In zijn fictiewerken beschrijft hij de wereld rondom hem, bekeken met enige afstand, zeg maar ironie. Oz schrijft over wat hij kent en ziet; zijn boeken spelen zich dan ook voornamelijkaf in de wijk waar hij geboren is. Amos Oz is echter meer dan enkel een fictieschrijver. Hij is journalist, essayschrijver en een kritische stem in het maatschappelijke debat in Israël. Hij is één van de meest uitgesproken voorstanders voor een tweestatenoplossing voor het conflict tussen Israël en Palestina, een oplossing die aan beide zijden gevoelig ligt. Naar aanleiding van zijn eredoctoraat geeft Amos Oz een lezing in de Aula Rector Dhanis met de titel Israël, Palestina en de vrede. De lezing vindt plaats tussen 18.30u en 19.30u. Michael Domen 3 Troika mei Student, Ken uw Rechten! Het Examenreglement voor u uitgeplozen Evelien Geerts en Hadewijch Masure Mei is de maand van mooi weer, gezellig op het grasveld zitten en reikhalzend uitkijken naar de zomer. Dat de examens eraan komen, daar denken we liefst nog niet aan. Al kan een beetje voorbereiding nooit kwaad. Vergeet dus het uitgebreide examenreglement en lees gewoon Troika’s fantastische examentips. Welke rechten heb je als student? Een student kan elk examen mondeling afleggen, als hij dat aanvraagt vóór de bekendmaking van de examenroosters. Schat je jouw charmante blik hoger in dan je schrijverstalent, dan is mondeling het overwegen waard. Een mondeling examen mag altijd schriftelijk voorbereid worden. De examens zelf moeten redelijk gespreid worden, met maximaal één vak per dag. Studenten kunnen respect voor de godsdienstvrijheid inroepen om op bepaalde dagen geen examens te hebben. Daarvoor moet je op het moment van je inschrijving een aanvraag indienen bij de faculteit. En wat na de examens? Voor elk vak waarvoor je geslaagd bent, krijg je credits, die vijf jaar geldig blijven. Als je voor hetzelfde vak meer dan één resultaat behaalt, telt het beste punt mee. Er is geen deliberatie meer per studiejaar, enkel in de derde bachelor wordt er gedelibereerd. Een student die een eindtotaal van minder dan 50 op 100 heeft behaald kan sowieso niet slagen. Als je voor maximum 18 studiepunten niet geslaagd bent, kan je gedelibereerd worden, maar daarvoor ligt de beslissing altijd bij de examencommissie. Ligt je eindresultaat boven de 50 %, heb je een voldoende. Een onderscheiding behaal je vanaf 65 %, een grote onderscheiding bij 75 %, een grootste onderscheiding is weggelegd voor studenten met meer dan 85 %. Is de uitslag onverwacht, heb je altijd het recht je examen in te kijken en te bespreken met de docent. Resultaten kunnen binnen de vijf dagen aangevochten worden met een schriftelijk verzoek tot heroverweging aan de examencommissie. Indien je valselijk beschuldigd bent van fraude, heb je het recht gehoord te worden door de fraude- en examencommissie, als je - ook binnen de vijf dagen – een schriftelijk verzoek indient. Als er een ma t e r ië le vergissing is, moet dat aan de examencommissie gemeld worden binnen de 10 dagen, waarna deze het rechtzet. Voor hulp kan je altijd terecht bij de ombudspersoon. Troika mei 4 De Stenen Tafelen 1. De Tien Geboden van Troika voor de blokkende student Bovenal ken uw prof. Wat voor vragen stelt hij? Welke interesses heeft hij? Verjaart hij? Is hij om te kopen? 2. Zweer niet ijdel, bereid je voor. Lees voor de blokperiode je cursussen al eens door, maak schema’s, markeer titels, formuleer alles in definities en zoek extra informatie op. 3. Heilig steeds momenten van ontspanning. Vele uren zult gij arbeiden en al uw werk doen, maar ’s nacht is er rust en dan zult gij slapen. Ontspanning is noodzakelijk: geef je hersenen wat zuurstof en rust. Studeer overdag. Beter een uurtje vroeger opstaan dan ’s nachts in slaap te vallen boven je cursus. 4. Twijfel niet, toon geen onkunde. Op een mondeling examen doe je je zelfverzekerd voor en speel je blufpoker: je hoeft niet alles te kennen, maar je moet wel overkomen alsof je alles én meer kent. 5. Uw studieplanning zult gij eren. Als je juist weet wat je elke dag moet leren, heb je meer houvast en minder faalangst en onderneem je ook daadwerkelijk meer. 6. Gij zult steeds herhalen. Het is bewezen: hoe meer je herhaalt, hoe meer details je zal onthouden. 7. Vlucht de onzekerheid en de wanhoop. Focus niet op wat je nog niet kent, maar op wat je al wel weet: zo geef je je zelfvertrouwen een boost. 8. Ook de chaos en de wanorde. Studeer aan een leeg bureau: hoe minder afleiding, hoe beter. (Voor de filosofen onder ons werkt deze tip omgekeerd: hoe méér chaos, hoe beter het studeren zal gaan!) 9. Wees steeds overzichtelijk in uw gemoed. Duid aan wat je al kent en wat nog niet. Leer de inhoudstafel vanbuiten, dit is je kapstok om alle andere details aan op te hangen. Verspil geen tijd aan nutteloze, langdradige samenvattingen; maak korte schema’s of lees je cursus in zijn geheel door om verbanden te leggen. 10. Gij zult niet misleid worden. Bij multiple choice lees je eerst de vraag en bedek je de antwoorden, zo word je niet op een zijspoor gebracht door de aangeboden antwoorden. 5 Troika mei Literaire We d Poezie: Maud Vanhauwaert strijd je gaat mij wel af ik ga je heel veel dragen boven alles en om mij heen en als ze mij naar je vragen zeg ik wacht en dan leg ik je zachtjes van mij af, kijk hoe ze mijn kleren is en hoe naakt ik zonder haar ik weet ik kan je ook in mij dragen en dan denkt men hé er iets zwarts met haar Maar als niemand ziet hoe je in mij doorweegt hou ik het echt niet lang in laat mij je daarom aandoen en hopen dat op een dag je door lichtheid bent vervaagd dat ik weer durf kleur bekennen als er nog eens een vrouw komt die haar vouwen om mij slaat Ik ken je nog maar pas Of twee passen misschien maar alles lijkt al jaren Tussen ons gezegd En gezwegen elk woord Loopt op de lippen En het is de leegte liefste Die gaapt ons in hetzelfde bed er hangt nog altijd mist in mij er hoeft nog altijd niet veel te gebeuren voor ik aan je denk iets dat niet op jou lijkt is al genoeg, dan denk ik kijk dit lijkt echt niet op haar De liefde lag open En bloot voor ons uit We hadden haar maar Zacht te betreden Ik wilde een laken Over haar heen haar ontwapend zien Durfde ik bijna niet aan Met de zon zou ik blozen En de wolken hoopten op de verdwijning van zichzelf ik zou wondervol van je zijn Mijn meisje toch De liefde lag open Waarom heb je haar nu al gedicht. Maud Vanhauwaert Troika mei 6 Museum, archief, muze: 75 jaar Letterenhuis In een 18e eeuws notarishuis in de Minderbroedersstraat, vlakbij de Academie en de UA, nam het Archief en Museum voor het Vlaamsche Cultuurleven oftewel AMVC in 1958 zijn intrek. Al sinds 1933 houdt het zich bezig met het conserveren van literaire curiosa, maar met een draai. Waar bibliotheken meestal enkel geïnteresseerd zijn in het resultaat van een creatief proces (meerbepaald een boek), streeft het AMVC ernaar om vooral zoveel mogelijk neerslag van het proces zélf voor het nageslacht te bewaren. Het Letterenhuis, zoals het museum tegenwoordig wordt genoemd, is één groot archief van de Vlaamse literatuur. En omdat ze daar natuurlijk geen egoïsten zijn, geven ze de buitenwereld een inkijk in hun collectie door middel van een uitgebreide tentoonstelling die de laatste 2 eeuwen overspant. Dit jaar viert het Letterenhuis haar 75e verjaardag met allerlei festiviteiten, waaronder een gelegenheidsexpo, en Troika ging ter plaatse een kijkje nemen. ‘De deur op een kier zetten’, noemen ze het bij het Letterenhuis. Als men echter ziet welk een enorme hoeveelheid documenten en artefacten alleen al de permanente tentoonstelling uitmaken, groeit pas echt het besef hoe groot en hoe diepgaand de verzameling van het Letterenhuis wel is. Foto’s, schilderijen, posters, kranten, borstbeelden, persoonlijke voorwerpen en natuurlijk tientallen bladzijden vol nota’s, krabbels, getypte manuscripten, brieven, tekeningen, en alles wat je verder nog voor creatiefs met papier kan doen (met uitzondering van het ietwat onprofessionele vliegertje-vouwen). Een tijdlijn aan de muur plaatst de auteurs in hun historische context, terwijl aan de andere kant van de zaal allerlei kasten met bezienswaardigheden smeken om onze aandacht. En ook het audiovisuele aspect is niet vergeten, want hier en daar kan je een filmpje uit de oude doos bekijken of een hoofdtelefoon op je kruin zetten om een auteur uit eigen werk te horen voorlezen. De museumstukken zelf zijn eveneens moeilijk te onderschatten. Op onze wandeltocht komen we langs de eerste pagina van het handgeschreven manuscript voor Louis Paul Boons “De Kapellekensbaan”, het originele velletje waarop in het naïeve handschrift van Paul van Ostaijen “Marc groet ’s morgens de dingen” gepotlood staat, en zelfs een kladblad van Hendrik Conscience met verschillende doorgehaalde openingszinnen voor zijn “De Leeuw Van Vlaenderen”. De stukken tonen de schrijver als mens, als levend wezen in plaats van onaantastbaar icoon. Hoe zij ook schrijffouten maken, mindere stukken doorhalen en vervangen, koffievlekken maken op eigen werk. Het museum bereikt hiermee haar doel: laten zien hoe een auteur te werk gaat, en dat een meesterwerk niet op één dag geschreven wordt. 7 Troika mei Op de eerste verdieping vinden we de ‘gelegenheidstentoonstelling’ naar aanleiding van 75 jaar Letterenhuis. Kunstenaar Johan van Geluwe zorgde voor een merkwaardige installatie voor de verjaardag van het schrijversarchief. Op de grote gelauwerde 75 op de muur na, is er namelijk niets in deze ruimte dat ook maar enigszins te maken heeft met de geschiedenis van het Letterenhuis. In plaats daarvan is het een hommage aan de Vlaamse schrijvers, dood én levend. De eerste ruimte, verlicht door een draaiende spiegelbal, is een groot mausoleum met de namen van alle overleden en gearchiveerde Vlaamse schrijvers in chronologische volgorde. In een hoekje is opvallend onopvallend de onlangs overleden Hugo Claus toegevoegd. De woorden “Ars Longa, Vita Brevis” herinneren ons aan het contrast tussen sterfelijkheid van auteur en eeuwigheid van diens werk. Vervolgens komen we via een rode loper langs ruimtes vol borstbeelden, doodsbrieven, foto’s van begrafenissen, gipsen handafdrukken en dodenmaskers, allen van bekende en minder bekende schrijvers; een nogal morbide schouwspel. Van Geluwe wil hiermee aantonen dat dode materie zoals die in een archief bewaard wordt, steeds weer herleeft door het contact met de bezoeker, die er telkens nieuwe interpretaties aan geeft. Het museum als mausoleum, maar ook als muze. Tenslotte komen we van het dode verleden in het levende heden terug. Hier geven negen vitrines ‘literaire interpretaties’ door hedendaagse schrijvers als Anne Provoost, Jeroen Brouwers en Kristien Hemmerechts. Zij verzamelden van alles en nog wat uit hun leven en hun visie op literatuur en brachten het elk in een vitrine onder. Zo ligt Brouwers’ vitrine vol met kladversies van zijn pennenvruchten, Provoost legt “haar eigen archiefje” aan met allerhande foto’s, voorwerpen en nota’s en Kristien Hemmerechts strooide, volledig naar eigen stijl, lustig met aarde, condooms en ondergoed. Hier loopt de ruimte echter dood, en we moeten symbolisch terug de dood en de herinnering in om de uitgang te bereiken. Het Letterenhuis is een bijzonder museum, en een dikke aanrader voor al wie literatuur een warm hart toedraagt. In het bijzonder de Taal- en Letterkundestudenten die het vak “Nederlandse Literatuurgeschiedenis” volg(d)en, zullen vele namen en werken herkennen, maar ook de gewone bezoeker kan niet om de grote kanonnen als Guido Gezelle en Hugo Claus heen. Wie echter de gelegenheidsinstallatie naar aanleiding van 75 jaar bezoekt met dezelfde historische verwachting, zal teleurgesteld worden, gezien dit meer een kunstige ingesteldheid vereist. Literatuuradepten zullen echter nog meer dan genoeg in de watten gelegd worden in de loop van het jaar, want de festiviteiten gaan door tot 4 januari 2009. Er staan onder andere ontbijtvoordrachten, boekenwandelingen, poëziefilms en zelfs een kerstfeestje op de planning. Ons literair erfgoed Ewald staat nog een feestelijk 2008 te wachten! Voor het volledige programma van 75 jaar Letterenhuis kan je in de bibliotheek het boekje “Het Letterenhuis is jarig en trakteert!” uit het flyerrek pikken of surfen naar http://museum.antwerpen.be/amvc_letterenhuis. Troika mei 8 RECENSIE Un Coeur Simple: Stille Wanhoop Deze maand kozen we voor de Franse arthouse film Un Coeur Simple van Marion Laine. Dit drama ( gebaseerd op het gelijknamige kortverhaal van Gustave Flaubert) draait rond de goedgelovige Félicité (Sandrine Bonnaire), die na een teleurstellende liefdesrelatie dienstmeid wordt bij het gezin Aubain. De eenzame Félicité, steeds zoekend naar affectie en bevestiging, ontwikkelt al snel een sterke emotionele band met de kinderen des huizes, zeer tegen de zin van hun biologische moeder (Marina Foïs). Deze laatste zal dan ook trachten een wig te drijven tussen Félicité en al wie haar liefheeft. Ook al hangt er overduidelijk een sluier van desolatie en wanhoop over Un Coeur Simple, toch blijft de film draaglijk en integer, mede dankzij de minimalistische, emotionele vertolking van Bonnaire. Zij brengt met één blik de stille Félicité op een bijna griezelige manier tot leven, dolend in het landelijke decor van Normandië. Een aanrader voor wie houdt van psychologische drama’s. Evelien Geerts Satin Chick Denial 9 there’s no end to the love you can give or is there? frail I am the true Princess of Denial when you start to wonder past getting brighter devotion growing weaker the end is near miserable tidings lie ahead feeble fragile Amanda Troika mei Tentoonstelling: Donau: Langs de mythische stroom Donau: Fotografien von Inge Morath Fotografe Inge Morath is vooral bekend omwille van haar foto’s van beroemdheden. Ze maakte ook fotoreportages voor het befaamde agentschap Magnum. Gedurende haar carrière keerde ze steeds weer terug naar de machtige Donau. Ze volgde de stroom van diens bron in het Zwarte Woud tot aan de monding in de Zwarte Zee. De tentoonstelling toont de foto’s die ze nam op haar reizen van 1958 tot 1995. Hier krijgt men een eenmalige verzameling over de wissel van politieke systemen, over natuur en over mensen, samengebracht door de stroom die volkeren verbindt. Donau, Langs de mythische stroom. Nog tot 21 mei in ‘t Brantijser (Sint-Jacobsmarkt 9-13, Antwerpen). Door het Oostenrijk-Centrum van de UA: http://www.ua.ac.be/main.aspx?c=*OCTANT Ruusbroeclezingen Het vertaalproject van Petrus Naghel In de periode van 1357 tot 1388 vertaalde Petrus Naghel, prior van het Hernse kartuizerklooster, een groot aantal klassiekers uit de geestelijke literatuur vanuit het Latijn naar het Middelnederlands, waaronder de Legenda aurea, de Vitaspatrum en (een groot deel van) de Vulgata. Uit recent onderzoek blijkt echter dat een aantal andere werken ook aan Naghel kunnen worden toegeschreven, zoals de vertaling van Ezechiël in de Delftse bijbel. Bovendien komen nu een aantal literatuur-historische lijnen aan het licht, die in deze lezing toegelicht zullen worden. Petrus Naghel vertaalde in 1386 de Lignum Vitae. Niet veel later wordt er een tweede vertaling gemaakt, en nu is er ook een derde bovengekomen. Deze lezing stelt de vraag waarom er op relatief korte tijd drie volledige vertalingen van één werk verschijnen. Zegt dit misschien iets over de literaire relaties tussen kloosters? De lezingen gaan door op 16 mei in lokaal D-424 om 14u. Ze worden gegeven door Katty de Bundel en Eefje Bosmans. Michael Domen Troika mei 10 d j i r t s d e W e r i a r e Lit Proza: ‘Hybris’ I De avond naderde sluimerend en naadloos; van hier tot hoog op nergens, ruim gedrapeerd over onze hoofden langzaam de hemel toegetrokken. De wereld maakte zich op voor een nieuw aangezicht: want ‘s nachts buiten is het leven gemoedelijk en het hart gehuld in duister. En overal sloten zich blinden, jaloezieën en rolluiken. De dag liep ten einde en mensen haastten zich naar huis. Het was voorjaar, maar er waren geen winters meer zoals men ons over verhaalde. De avonden waren broeierig en aangenaam. II Sjofele taal is legio; in deze stad praat men Arrogantwerps. Een verhuisde stad, nadat het water zich bedacht. Anderhalve toren kijkt uit over de binnenstad en in één rechte met de Boerentoren de luchthaven van Deurne in het verlengde. Vorige week een duif zien platgereden worden door een bus op de Rooseveltplaats, een wasachtige brij met pluimen achterlatend, en een enkele keer meen ik zelfs een adelaar te hebben opgemerkt. Van hieruit langs Brabo, de Rots en de Academie, tot uiteindelijk waar ik woon; tien minuutjes wandelen. Een kleine studio met al mijn spullen, valt nog best wel mee. Als ik me haast, kan ik nog langs Van Gils en Prins. Moet nog iets halen om te eten; één briefje van vijf en kleingeld. Nu nog. Beter bijhouden voor straks. - “G’navond.” Misschien eens langs Ape gaan; ligt op de weg. Nee, toch maar eerst naar mijn stek en daar iets eten. Eigenlijk van jongs af aan enorm eigenwijs geweest; besloten vegetariër te worden en na een opname vanwege ondervoed toch volgehouden. Nu volledig zelfvoorzienend en onafhankelijk het ouderlijk huis verlaten; maar wel sprokkelen om rond te kunnen komen. Alleen weet niemand het. Maar ik heb een goed bed en ik drink witte wijn voor het slapengaan; superieure slaaptechniek. Vooralsnog vooral nog veel confituur en jonge kaas koud staan. Maar geen brood, weinig voedzame combinatie. En och arme moeder, vergeef mij. Want ik heb het nooit begrepen, wat het is dat het hart van een moeder maakt tot wat het is, en ik zal het nooit weten. Moederliefde is ondoorgrondelijk; ik heb u gelatend verlaten. Ik als uw vrucht, afgeworpen, draag een litteken dat mij aan u herinnert en ons ooit verbond, maar uw noeste arbeid is mij vreemd. Het herfstvrouwtje ploegt naarstig voort. Hier afslaan. 11 Troika mei Proza: ‘Hybris’ Literaire We dstrijd In de schemering de vertrouwde dingen in de kamer; tafel, stoel, boeken, een onvoltooid schilderij, wat kleren, onopgemaakt bed, plastic zakjes, en een nachtlamp en een stofzuiger. Het is doodstil, als ik binnenkom. III Stil; doorbroken. Beweging. Geluid van lopend water. Leidingen in leven; leven in water. En water in leidingen. Idioot; als ik zo blijf cirkelredeneren, kom ik nooit rond. Hieronder is aan het douchen. Even wachten aan het toilet... Dan doorspoelen. Humor; altijd lachen, zelden grappig. Slechte tijden voor lyriek; er zijn meer mensen die schrijven dan dat er lezers zijn. IV Toneelaanwijzingen aanwenden als leidraad. Een café aan de Ossenmarkt. Aan het raam zit een koppeltje, verderop een groep mannen, aan de toog een lokale zanger-cineast-concertorganisator, en Marvin Gaye zingt zacht. Hoofdpersonage M. stapt binnen, kijkt zelfzeker rond, bestelt iets te drinken. De barman zegt iets onverstaanbaars, M. neemt plaats aan een tafel. Twee olijke kornuiten komen terug van het toilet, herkennen M. en zetten zich er bij. HANNES (heel fel): Seg, heddet gehoord? Claus is vandaag gestorven! CAS (grimmig): En hij heeget zelf gedaan. M. (verbaasd): Wa? H.: Dieje zal de Nobelprijs ni meer kunne winne. (lacht) M.: Hij hee zelfmoord gepleegd? L.: Da zeggek ni. (stilte) Nee, hij hee zellef om eutanazie gevraagd. M.: En worrom? L.: Sukkelde toch al jaren me zijn gezontijd, en dan diejen alzeimer der nog bij... M.: Ik wist pecies ni da dieje alzeimer had? H.: Ik hebbet geweten; ma kwas’t ook vergeten... (stilte) Op dat moment treedt Marc binnen, groet de dingen en ook hij vervoegt de tafelt. De sfeer wordt grimmiger. Troika mei 12 d j i r t s d e W e r i a r e t Li Proza: ‘Hybris’ MARC: Iesé, de vriende van de literatuur. En den dikkenek isser ook bij, zienek? MATT (M., verveeld): Dag Marrek... Leuk dat jij der ook bent. MARC: Oewiest? Daslankgelejeneeej... Gij komt oek ni veul buite, weer wa pretensjeuze tekste geschreve? H.: Pretensjeus? Oebedoelde... MARC: Da manneke nier is ne schijneilige. Vint zeneige beter dan de rest. Loopt wa rond, arrogant te weze, en maar te denke da dij de waareit in pacht hee. Hee literaire ambisies zenne, ma denkt da de zon uit zen gat schent ofzo. Denkt dattem alles wét. MATT (onthutst): Das ni waar, elemaal ni zellefs! Ik weet just niks. MARC: Gij loopt toch rond gelak ne strekevent, ene da weet hoe tleven ineen zit. MATT (opgehitst): Hoe ik er in het dagelijks leven rondloop, doet er niet toe. Da staat der los van. Ik heb mijn overtuigingen en mijn eigen ideologie, maar da sta helemaal los van wa kik schrijf. Meer zelfs, ik vind da ideologieën in ne goeien tekst niet thuishoren! Teksten moeten iets aanreiken en da vervolgens zelf afbreken. Volgens mij is het de taak van de schrijver om de lezer tot nadenken te stemmen, niet om deze te overtuigen van een of andere mening. Zie naar wat Plato deed in zijn dialogen, of Brecht met het theater: het eigen medium doorbreken om het publiek kritisch... MARC (onderbreekt): Joenge, stopt al maar met die sjieke name. Das nog zoiets, uw namen. Ni voor niks dat ge de laatste Evangelist over taal laat praten, me uwe dieperliggende symboliek... Ikaar van mijn voeten. En der is zelfs meer. Ik heb gehoord van uw zogezegde verborge boodschappe, zenne. H.: Wa bedoelde daarmee? MARC: Den deze hier zenne, zo doetem; als er in zijnen tekst een puntkomma sta, dan is da een soort van codetaal voor intellectuele kwiete. Verwijst dan naar nen bestaanden tekst ofzo, of iet da echt gebeurd is of kweeniewa. En schrijft aan het begin van ne nieuwe paragraaf zijn zinnen soms zelfs acroniemis! L.: Elke paragraaf begint met een letterwoord? MARC: Neeje, elke eerste letter van elk woord vormt één woord da dan weer verwijst naar nog iet anders. H.: Just, das een acroniem. Das horizontaal te lezen. En zegdis, hoe heet da verticaal? MATT: Een acrostichon. H.: Sterrek. En schuins? 13 Troika mei Proza: ‘Hybris’ Literaire Weds tr ijd MATT: Een anomalie. H.: Fraai. Skip. V Ook nadien bezorgt elke wrede uiting slechts tollende ellende; hij nam zijn hoed en stond op. Met de jas in de hand stapte hij naar buiten: geïrriteerd en beledigd. Elk verwijt van hoogmoed was terecht, maar hoogst ongepast; het kwam hem altijd voor als elementaire trots. Een rotsvast geloof in de eigen capaciteiten: zelfvertrouwen. En misschien was hij dan geen hoogvlieger; toch altijd proberen zo ver mogelijk te gaan. Falen en vallen, opnieuw proberen. Eeuwige dichotomie van het leven. Opwaarts of neerwaarts; vliegen of vallen. Aan mijn vader, ik heb veel van u geleerd; doordat gij er niet waart. Ik heb uw drang om mensen te verlaten overgeërfd. En hier sta ik, met uw handen, uw stem en vooral, uw naam; een replica die het origineel moet overtreffen. Alleen lopen en naam maken, dan mee in lijn namaken. Geen voetstappen naast de mijne. Wou altijd al een alleenloper zijn; ik ben het geworden ook. Stemt me somber. De nacht is ingezet, zwart over ons gespannen: een schichtige kat steekt de straat over, ziet mij en loopt weg. Nachtogen, angstig; weggelopen. Minileeuw. Ik vraag mij af hoe ze mij ziet; kan het mij niet inbeelden, eenzijdig. En ik weet eigenlijk niet waar ik naartoe ga... Ik heb deze weg gekozen omdat het gezicht me hier bevalt. Hoef nergens te zijn, kan dus ook de weg niet kwijt raken. Het is woensdag, dus Lena en haar vrienden zitten vast verderop. Altijd eerst indrinken alvorens te gaan dansen. Wat daar het nut van is, heb ik nooit begrepen. Ik hang toog. Misschien toch maar daar eens gaan zien, ook al is zo’n dansgebeuren altijd een beetje lijden. Maar dat maakt het dan juist weer leuk; het genot in het lijden. Iedereen plooit zich in tegennatuurlijke bochten en klaagt vervolgens als men breekt. In ieder geval beter dan weer een avond rondzwerven. Of Claus gebrekkig eren. Dansen. (danste, h. gedanst; -ser) I (ov. ww., ook abs.) 0.1 Fysieke beweging; bestaande uit ritmische spiercontracties, vaak begeleid door muziek. Sociaal aanvaarde aandoening. Vorm van spasme. Huppelkutten. Troika mei 14 d j i r t s d e Literaire W Proza: ‘Hybris’ VI Zoals wij daar zaten en praatten en lachten overviel het mij plots en toen dacht ik er aan zo opeens en voor ik het wist kwam haar naam in mij op en spookte door mijn gedachten zelfs al wou ik het helemaal niet en ik blij was waar ik zat ja zelfs genoot van mijn nieuwe gezelschap toch moet ik eerlijk zijn en toegeven ik weet niet hoe het komt dat ik aan haar zat te denken echt heel plots en onverwacht zo spookte haar naam in mijn hoofd; haar naam, en met haar naam zij zelf in mijn gedachten. En ik weet niet wat het is of hoe het was want de kolder in de kop huist hiaten in het hart ik voel onrust in de geest en ik weet lang niet alles meer soms lijkt het zelfs zo lang geleden al dat het mij zelf nooit is overkomen maar een ander als een film die ik zag en waar ik enkel scènes nog van ken is mijn eigen herinnering mij vreemd, de geschiedenis van een ander verworden, een verhaal dat ik vast en zeker ooit es ergens heb gelezen of gehoord of misschien zelfs wel heb gedroomd ik weet het niet. Het overviel mij als een koude rilling of een nat deken over mijn schouders en een abrupte concentratiestoring of zoiets ja veroorzaakte dacht ik aan die keren die we samen hadden en wat het voor mij betekende en dat ik het haar nooit gezegd maar ze moet het toen toch ook al geweten hebben wat het was dat ik zeggen wou en mijn hart klopte vurig en tegelijk was ik zenuwachtig en angstig en toen mijn maag draaide als een dolle hond die zijn eigen staart najoeg. Het was een verlamming die bliksemde maar geluidloos alle tijd stilte schiep en ik dacht dat ik nooit uit dat moment zou kunnen ontsnappen zonder haar want zij was het, toen, en nu, en hier. Voor mij; en mij nu. Mijn arme geheugen bedriegt mijn gemoed. “Kom je?” “Gaan we nu al door?” VII Met innemende sereniteit stapte elkeen naarstig door; zij waren met twaalf, stappers in de nacht. De grootste, Das, richtte zich tot mij en sprak plots: ‘Jij zegt niet veel, hé?’. Deze had ik niet verwacht. -‘Huh? Hoe bedoel je?’, vroeg ik. - ‘Gewoon, je praat wel mee natuurlijk. Maar je haalt nauwelijks zelf onderwerpen aan.’ Blijkbaar het subject van andermans gedachten; denkelijk. 15 Troika mei Literaire Weds trijd Proza: ‘Hybris’ -‘Kan wel. Nog niet op gelet.’, uitte ik. - ‘Ik wel. Jij praat alleen als je aangesproken wordt.’, zei hij. Vraagt zich af wat er in me omgaat. Niet zo interessant; zou er geen geld voor geven. VIII Ik compliceer alles regelmatig uiterst stug; maar niet nu. Reeds bij het binnenkomen hing er iets in de lucht, een soort onheil. In het schipperskwartier een oude fabriek getransponeerd tot uitgaansruimte, zelden geweest. Uitgerekend daar, juist die plaats; alsof het nergens anders kon zijn, daar was zij dansend op een podium. Zij stond dansend luchtig op haar voetstuk ongenaakbaar mooi te wezen. Hoe ik mij haar voorgesteld om terug te zien had was zij alleen met mij en niemand anders alleen wij waren en zij somber zou zeggen dat het haar ontglipt is en als water door haar handen rimpelt in het watervlak en langzaam verzonken in het diep. Maar nu stond zij daar, dansend uitgelaten, ik, verlamd, en verblind, smolt, haar aanschouwde en zij, sierlijk, zij oogde mooier dan mogelijk. Ik registreerde elke van haar bewegingen zo zij daar draaide en bewoog en tsjonge kan zij dansen, ik zweer het je. IX In die enkele ogenblikken leek oogcontact geen ideale evidentie; meer zelfs, ik slaagde er niet in om enig contact te leggen. Zij zag mij niet en ik stond verstomd, niet in staat om maar een woord te zeggen, onbeweeglijk en statisch. Verzonken in gedachten, een zee van woorden maar geen lucht te happen, verdrinkend in verdriet. Ik hield zelfs van haar gebreken. X Onmachtig nurks vertrekken escaleert reikende machteloosheid ogenblikkelijk gutsend en noodlottig; tollend buiten naar adem happen. De hemel donker en somber zwart, een vrije val tot in de leegte, het volstrekte niets. Onontkoombare tijdloosheid van het nu. Mijn ogen vochtig het zicht verblindden. Met mijn handen voor mijn ogen; omarmd door duisternis. Onbekend Troika mei 16 Praeses Dixit Gegroet Klioten en sympathisanten! De afgelopen weken hebben we gemerkt dat het nieuwe praesidium een schot in de roos was. Ik wil iedereen bedanken die er mee voor gezorgd heeft dat onze Soirée Masquée, het toneel en de andere activiteiten een daverend succes waren! Maar genoeg in het verleden geleefd, dit doen we als historici al meer dan genoeg. Voordat iedere student - al dan niet met plezier - aan de verplichte marteling der examens begint zorgen wij van Klio nog voor een welgeplaatste portie ontspanning. Meer info over onze activiteiten vind je op de volgende pagina of op www.klio.be. Als jullie dit lezen is onze quiz al achter de rug. Deze was hoogstwaarschijnlijk een geweldig succes! Als je je goed geamuseerd hebt op de quiz, vergeet dan zeker niet onze zedenmeester Pieter een bedankje te betuigen als je hem nog eens ziet. Om te bekomen van al dat gekwis zal het praesidium zich terugtrekken in de prachtige landschappen van 'de Limburg' om aan team building te doen, zodat we jullie voor de rest van dit en volgend jaar nog beter kunnen dienen. Met andere woorden, we hebben een excuus om veel bier te zuipen. Geniet nog van de laatste weken van dit semester en we wensen iedereen alvast veel succes met de aankomende examens! Ut vivat, crescat floreatque Klio! Mathias Rysman Praeses Klio 2008-2009 17 Troika mei Activiteiten - 8 mei d n o v a Film l en de film za , 5 2 -2 R in n e zal plaatsvind et die Duitse m rd e k e rz De filmavond e v ier and' zijn. Plez W ie d n e g e 'G rakkers! Cantus - 13 mei De laatste cantus van het jaar vin stek. Het z d plaats op al meteen o 13 mei ok de eerste nieuwe can gelegenheid in onze vaste tor om te la zijn voor on ten zien of genoeg is o da zijn piep ze m een dron stemmeke ken Klio-ma het volste v sterk ssa te temp ertrouwen eren! Ik he in o n z e Randall, d b alvast vrouwelijk ie op z’n m schoon wl in s t h et zal kunnen bedwingen ... Eerste zit TD - eind juni . a de examens n n e rd o w rd isee n TD georgan 26 en 28 juni, e n e e g s o s n tu k n o e o d l in Er za zal die plaatsv ggen zijn met jk e li rl n e ij v h o c t rs e a h a n aa Hoogstw ast omdat we v t ie n datum volgt! g te o c n a t x g e li n t e a E d . r a a gu ma an PSW en Lin de sloebers v Troika mei 18 VRIENDEN VAN DE FILOSOFIE Ook deze keer heeft Troika een filosofisch boek voor jullie in petto! Historici en letterkundigen, spits jullie oren, want Religie na de religie. Gesprekken over de toekomst van het religieuze is voer voor jullie (de filosofen worden deze keer verondersteld dit werk al gelezen te hebben!). Waarom is dit een aanrader? Wel, om te beginnen is Religie na de religie een inleidend boek over een actueel onderwerp: de secularisering en de toekomst van de religie in al haar facetten. Een actueler onderwerp bestaat er niet! En ook al ligt het transcendentieniveau van het onderwerp vrij hoog, het werkje zelf is minder abstract. Weliswaar worden er hier en daar filosofische termen gehanteerd, maar omdat dit een verslag is van een lijfelijk debat en alle argumenten van Luc Ferry en Marcel Gauchet netjes opgesomd worden, blijft het allemaal boeiend en concreet genoeg voor nietfilosofen. Ook de relevantie van het thema doet het boek goed scoren op de must-readmeter: er wordt ingegaan op de secularisering en het verdwijnen van religie als institutioneel fenomeen, maar anderzijds verliest men ook niet uit het oog dat er nog een grote gevoeligheid is voor metafysische zinvragen (Vandaar ook de titel: het fenomeen religie na de institutionele religie). Wie een inzicht wil krijgen in deze intense en hedendaagse problematiek, zal kunnen genieten van deze heldere filosofisch-historische uiteenzetting! Door Evelien Geerts Ferry, Luc –Gauchet, Marcel, Religie na de religie.Gesprekken over de toekomst van het religieuze. Vertaald door J.M.M de Valk, Kampen: Klement/Pelckmans,2005,103 p. 19 Troika mei Scrip-Tease De Licentiaatsthesis en Masterscriptie blootgelegd De ene scriptie is nog niet af of daar is de volgende al. De masterscriptie, grote broer van de bachelorscriptie, is een verplicht werkstuk voor iedere student die zijn of haar masterdiploma wil behalen. Een goede masterscriptie geldt dan ook als het ultieme bewijs van de vakexpertise die de student heeft opgedaan tijdens zijn of haar studie aan de universiteit. De term “scriptie” is echter nog niet zo sterk ingeburgerd; meestal wordt er nog steeds over de “thesis” gesproken. Wat veel mensen zich wellicht afvragen is: wat zijn de grote verschilpunten tussen de vroegere licentiaatsthesis en de huidige masterscriptie? En is dat nieuwe systeem nu zoveel beter? Troika ging op zoek naar antwoorden en kwam terecht bij Professor Guido Marnef, hoogleraar bij het departement Geschiedenis. TROIKA: Professor Marnef, momenteel is er heel wat te doen rond de duur van de masteropleiding voor geschiedenis, filosofie, en taal- en letterkunde. Er wordt geopperd de masters te verlengen tot twee jaar. Het ene jaar, dat nu voorzien is, zou niet volstaan om de studenten tot volwaardige vakspecialisten op te leiden. Tijdens dat ene jaar moet bovendien ook de 'masterproef' worden geschreven, iets waar de licentiestudenten tot voor kort twee jaar voor kregen. Of mogen we de masterproef niet vergelijken met de vroegere licentiaatsverhandeling? Guido Marnef: Zowel de licentiaatsverhandeling als de masterscriptie is het kroonjuweel van onze opleiding. Alle competenties die in de loop van vier jaar werden opgebouwd, komen daarin samen en worden op een zelfstandige manier verwerkt en geïntegreerd. We hebben geprobeerd om het niveau van de mastercriptie zo veel mogelijk te vrijwaren. We hebben er dan ook 30 studiepunten (voor Geschiedenis, nvdr), of de helft van het masterjaar, aan toegekend. Dat is zeker ruim voldoende om een breed pallet aan competenties te ontwikkelen en te toetsen. Omdat je op een periode van één academiejaar nu eenmaal minder werk kan verzetten dan in een periode van twee jaar, neemt de masterscriptie in de opleiding Geschiedenis de vorm aan van een wetenschappelijk tijdschriftartikel. Wat is het doel van de 'masterproef'? Wat moet de student er juist mee Via de masterproef moet de student aantonen dat hij op een zelfstandige manier een aantal competenties op een geïntegreerde manier kan verwerken. Het gaat Troika mei 20 dan om het ontwikkelen van een probleemstelling, het opsporen van primair bronnenmateriaal en secundaire literatuur, het analyseren en synthetiseren van informatie. Bovendien moet het gaan om origineel onderzoek. Die originaliteit kan liggen in het gebruik van nieuw bronnenmateriaal, het stellen van nieuwe onderzoeksvragen of een doorgedreven comparatieve methode – een combinatie van dat alles is natuurlijk ook mogelijk. Was dat dan niet het geval voor de licentiaatsverhandeling? Die eisen stelden we ook aan de licentiaatsverhandeling. De omvang van het primaire bronnenonderzoek was daar echter gewoonlijk beduidend uitvoeriger. Welke meer- of minderwaarde biedt de licentiaatsverhandeling ten opzichte van de masterproef en vice versa? Bij een tweejarige licentiaatsverhandeling stond de student minder onder tijdsdruk. Je kon je ook al eens een ‘misstap’ permitteren, terwijl er nu veel meer op veiligheid moet gespeeld worden. Onderwerpen die qua bronnenonderzoek risicovol zijn, zijn in een éénjarige masterstructuur dan ook niet aangewezen. Als promotor ga je dus meer sturen in de richting van ‘veilige’ en ‘zekere’ onderwerpen en dat is niet altijd een voordeel. Anderzijds zijn de eisen die we aan een wetenschappelijk artikel stellen niet minder. Bovendien moet je ze nu in een veel meer gecondenseerde manier waar maken – een goed tijdschriftartikel schrijven met alles er op en er aan is een hele kunst. Het viel alleszins op dat een behoorlijk aantal studenten van bij het begin zeer gemotiveerd was. Het zou mooi zijn indien na afloop een aantal van die mastercripties effectief ook als tijdschriftartikel zou gepubliceerd worden. Dat hopen we alleszins, in welke mate het zal gebeuren moeten we natuurlijk nog afwachten. Zou een eventuele verlenging van de masteropleiding ingrijpende gevolgen hebben voor de 'masterproef'? We denken er alleszins aan om de formule van een wetenschappelijk tijdschriftartikel te behouden. De precieze uitwerking en vereisten moeten we dan natuurlijk nog eens bekijken. Hoe staan de studenten ervoor, die 'slechts' een éénjarige master zullen hebben gedaan? Is hun diploma minderwaardig? Zeker niet! Bovendien studeren vele van onze studenten na die vier jaar nog een jaartje bij. Met een gespecialiseerde masteropleiding erbij, heeft men een pijl meer op zijn/haar boog. Met een studietijd (voor de basisopleiding) van minimaal vijf jaar, wordt dat laatste minder evident. Hartelijk dank omdat u, ondanks uw drukke agenda, toch even tijd voor ons wilde maken. Joris Heirstrate en Christel Van Damme 21 Troika mei Antwerpen = Amerika = Red Star Line Tussen 1873 en 1934 trekken meer dan twee miljoen immigranten vanuit Antwerpen naar Amerika met de Red Star Line. Ze komen uit heel Europa, op zoek naar een beter leven of op de vlucht voor oorlog en vervolging. Red Star Line, voor migrantentransport, belangrijkste op dat moment de scheepvaartmaatschappij vervoert vooral arme migranten in derde klasse. Maar er zijn ook luxueuze kamers voor passagiers die eerste klas varen, met restaurants, zwembaden en concerten. Antwerpen = Amerika = Red Star Line vertelt het De bron: www.redstarline.be tentoonstelling verhaal van deze migranten. Het is een mooie afsluiter voor het Nationaal Scheepvaartmuseum in het Steen; in 2009 verhuist de collectie immers naar het Museum Aan de Schelde (MAS) op het Eilandje. Een geschilderd panorama van Antwerpen in het begin van de twintigste eeuw, uitgestrekt over drie muren, trekt als eerste de aandacht bij het binnenkomen. Een computer toont dezelfde afbeelding in een interactief programma, dat toelaat om van alle belangrijke gebouwen en plaatsen informatie op te vragen. Dit illustreert meteen dat er grondig opzoekwerk aan deze erg goed gedocumenteerde tentoonstelling voorafging. Bij elk onderdeel wordt op een groot bord de historische context geschetst. In het programmaboekje staan deze teksten nog eens afgedrukt. Samen vormen ze het verhaal van Red Star Line. Interessant om thuis nog eens na te lezen, maar zeker ook noodzakelijk om de tentoonstelling tot zijn recht te laten komen. De foto’s, affiches, schilderijen, gebruiksvoorwerpen en maquettes roepen weliswaar een levendig beeld op van alles wat er bij de overtocht naar Amerika kwam kijken, maar kunnen een woordje uitleg goed gebruiken. Bij elk object hoort gelukkig een nummer dat naar een Troika mei 22 korte beschrijving in het boekje leidt. Het zorgt er tevens voor dat je alles in de juiste volgorde bekijkt en op die manier als het ware de emigranten op hun tocht van het Centraal Station in Antwerpen tot Ellis Island in New York volgt. Aan de vormgeving van Antwerpen = Amerika = Red Star Line is duidelijk heel wat aandacht besteed. Alles zit in een consequent strak kader en oogt afgewerkt. Foto’s werden evenwichtig naast elkaar geplaatst, enkelen werden uitvergroot en als achtergrond ingepast in een ontwerp van vlakken. Heel mooi is ook een kleine opening die werd bron: www.redstarline.be vrijgehouden voor een raam en uitzicht biedt op de Schelde. Enkele maquettes van Red Star Line schepen zijn te bewonderen achter glas, net als allerlei objecten uit het dagelijkse leven aan boord. Een film laat getuigenissen van passagiers die de overtocht meemaakten door de zaal weerklinken. De bijhorende beelden zijn rustig te bekijken in een apart hoekje. Ook de moeite zijn de prachtige affiches, kalenders en menu’s in art nouveau stijl. Toch blijft bij het buitengaan het gevoel hangen dat de uitgestalde collectie wat mager is. Lees echter het boekje nog eens opnieuw, stel je voor dat iemand rond 1900 vanuit pakweg Warschau de reis naar de Verenigde Staten wil maken, leef je vervolgens even in als emigrant aan boord van een stoomschip; en je beseft dat deze tentoonstelling micro-storia op z’n best is. Martijn Gys en Hadewijch Masure Nog tot 28/12/2008 in het Mas/ Nationaal Scheepvaartmuseum, Steenplein 1, Antwerpen. Dinsdag t.e.m. zondag 10u00-17u00. €3 voor studenten, inwoners van Antwerpen gratis. bron: www.redstarline.be 23 Troika mei In april zagen we de Dionysia, het theaterfestival met als thema: klassieke cultuur, dat georganiseerd werd door de K.U. Leuven. De Bromvlieg nam deel met (min of meer) drie producties. Medea, Trojaanse Vrouwen en ook Leda , de eerste productie van de Bromvlieg (2006), die hernomen werd met een licht gewijzigde cast onder de naam Tomass. Ondanks enkele kleine tegenslagen (een plotse buikgriep, last-minute vervangingen & kerstverlichting die boven het decor hing) slaagde de Bromvlieg erin om de 2de plaats weg te kapen met Trojaanse Vrouwen. Met het einde van het academiejaar in zicht, blikt de Bromvlieg alvast vooruit op 2008-2009. De Bromvlieg zoekt gedreven studenten die een theatervoorstelling op poten willen zetten. Wil jij meewerken aan een theatraal project? Surf dan naar www.ua.ac.be/bromvlieg en check de rubriek: projecten. Aan de start van het nieuwe academiejaar (oktober) zullen er opnieuw audities georganiseerd worden voor acteertalent. www.ua.ac.be/bromvlieg Troika mei 24 r u u t a r e Lit Failure God nam het dikke, in leer gebonden boek van de plank. Hij ging met een diepe zucht zitten in zijn gemakkelijke zetel en dacht terug aan wat er vandaag in zijn agenda had gestaan. 15:53:27 Voorbestemd. Zielsverwanten. Ontmoeting van een jongen en een meisje. God sloeg het boek ergens vooraan open, haalde zijn bladwijzer eruit en begon te lezen. 15:50:00 Haast gaf hem vleugels. Vrienden die de straat doorkruisten werden bomen. De warme zon was een helgele ster die zijn bezwete huid verschroeide. De jongen liep verder. Hij zag geen auto’s, hoorde geen mensen. Hij was alleen, op zijn weg. Eenzaamheid gaf haar dromen. Bomen die de straat sierden, werden vrienden. De koude tegels waren frisgroene grassprieten die haar naakte huid streelden. Het meisje liep verder. Ze zag geen mensen, hoorde geen auto’s. Ze was alleen, op haar weg. Een lichtflits in zijn wervelwind. Daar stond zij, ver weg. Het was zij, die hem deed stoppen. Het waren haar ogen, die hem niet zagen. Een prinses aan de overkant van de straat. Rijdende auto’s als draken voor haar toren. Duisternis in haar kasteel. Hier was niemand, dichtbij. Er was geen ridder, die haar deed stoppen. Er waren geen ogen, die haar zagen. Geen prins aan de overkant van de straat. Geparkeerde fietsen als paarden zonder ruiter. Een beeld sloot zijn gedachten af. Een hard rijdende auto, hij liep de straat op. Zachte dromen hingen in zijn hoofd. Twijfelend om naar haar toe te gaan, vertragend. Kijkend op zijn horloge. 15:53:20 De jongen stopte. Een klap spatte haar droom open. Een zacht slippende vrachtwagen, mensen liepen de straat op. Harde realiteit hing in de lucht. Twijfelend om naar hem toe te gaan, vertragend. Kijkend op haar horloge. 15:53:27 Het meisje liep verder. God stopte met lezen, legde zijn bladwijzer ergens vooraan in het boek en sloot het. Hij keek weer in zijn agenda. 15:53:26 De dood van een jongen. God stond met een diepe zucht op uit zijn gemakkelijke zetel en legde het dikke, in leer gebonden boek weer op de plank. Zelfs God kon verdrietig zijn. Virginia 25 Troika mei Kalender Mei 2008 5 mei Lezing Frits van Oostrom Alfa tussen gamma en bèta Over de humaniora en de universitaire apenrots R-007, 10.30u-12.00u 6 mei Lezing Amos Oz Israël, Palestina en de vrede Aula Rector Dhanis, 18.30u19.30u 7 mei Lezing Sari Nusseibeh Nation Building in Palestine Kapel Grauwzusters, 16u 8 mei Klio Film: Gegen die Wand R-225 13 mei Klio Cantus Markies de Sade Tot 21 mei Tentoonstelling: Donau, langs de mythische stroom. Foto’s van Inge Morath. ‘t Brantijser Tot 21 december Tentoonstelling: Red Star Line. ‘t Steen Tot 9 januari 2009 75 jaar AMVC-Letterenhuis AMVC-Letterenhuis Troika mei 26 www.ua.ac.be/troika troika@ua.ac.be 27 Troika mei
Similar documents
Onderwijssysteem Verenigde Staten
woord Diploma, met de naam van de high school ergens bovenaan. Elke staat bepaalt de minimumeisen om een High School Diploma te krijgen, uitgedrukt in het minimum aantal studiepunten (credits) dat ...
More informationDe familie Hendrik Hamers uit Einighausen, vertrokken 1863
Everstraat huis no. 34. In de lijst van Limburgse emigranten van het Provinciaal Archief staat Hendrik onder de naam Rademakers (de meisjesnaam van zijn moeder) genoteerd wat dus duidelijk foutief ...
More information