Eerste tramrotonde in Amsterdam
Transcription
Eerste tramrotonde in Amsterdam
Jaargang 19, nr. 4, december 2008 Uitgave van Fugro Ingenieursbureau B.V., Fugro-Inpark B.V. en Fugro Aerial Mapping B.V. Eerste tramrotonde in Amsterdam 6 - STROOMVOORZIENING BULGARIJE IN KAART MET FLI-MAP 400 7 - GEOWEEK WEER GROOT SUCCES 8 - HET GAAT STEEDS SNELLER, MAAR HET BLIJFT LEUK! 9 - ENERGIEZUINIG BOUWEN OP ROTTERDAM AIRPORT 10 - ‘WIL DE NIEUWE INGENIEUR NU OPSTAAN!’ 11 - INTEGRAAL ADVIES BOUWRIJP MAKEN VAN TERREIN VOOR BEDRIJVENPARK 13 - FLI-MAP HELEMAAL KLAAR VOOR DE VOLGENDE 10 JAAR 14 - FUGRO IN THE PICTURE! 15 - EXTRA DIMENSIE SONDEERGRAFIEKEN: CLASSIFICATIE VAN GRONDSOORTEN EN -LAGEN 16 - METEN IN DE BUIK VAN EEN DRIJVENDE OLIERAFFINADERIJ 17 - MONITORING OP AFSTAND NU NÓG EENVOUDIGER MET GEODIN 18 - ZWAKKE PLEKKEN IN HONGAARSE DIJKEN SNEL IN BEELD 19 - WARM ASFALT OP EEN KOUD EILAND 20 - BEURSKALENDER 2009 1 Eerste tramrotonde in Amsterdam ‘Een ronde spoorwegovergang zonder slagbomen’ H et Amsterdamse stadsdeel Westerpark heeft in 2007 een belangrijke verkeersader op haar grondgebied opnieuw ingericht. Het ging om de Jan van Galenstraat tussen de Kostverlorenkade en het Westelijk Marktkanaal, en de Tweede Hugo de Grootstraat. Het stadsdeel heeft van de gelegenheid gebruikgemaakt een aantal zaken in één keer aan Het westelijk deel van Amsterdam is ruwweg bereikbaar via drie invalsroutes vanaf de A10. Eén daarvan, S105, verbindt de westelijke ringweg A10 met de binnenring S100 ofwel de Nassaukade. Deze radiale invalsroute loopt via de Jan van Galenstraat, langs het Amsterdam Food center, over de Beltbrug naar de Tweede Hugo de Grootstraat, om daar aan te sluiten op de Nassaukade. In 2007 is vrijwel dit gehele traject opnieuw ontworpen en ingericht. Verkeerskundige Jeroen Dijk, projectleider Rob Hermans van Stadsdeel Westerpark en Marcello Kuilboer van Fugro vertellen wat meer over de achtergronden van dit bijzondere project. Jeroen Dijk: ‘Na dertig jaar waren deze wegen hard aan groot onderhoud toe; vooral de Jan van Galenstraat wilden we al langer aanpakken. Het was er rommelig en het wegprofiel sloot niet aan bij het eerste stuk van de invalsroute, gezien vanaf de snelweg. Verder was deze straat (en ook trouwens de Hugo de Grootstraat) een zogeheten “black spot”: meer dan zes letselongevallen in drie opeenvolgende jaren. De uitdaging voor mij 2 Foto’s: Maas Communicatie te pakken. Fugro assisteerde op een aantal vlakken in de technische voorbereiding. Eerste ‘tramrotonde’ in Amsterdam. was dus vooral om de snelheid eruit te halen. Handel gaat altijd door Met name op de brede lap asfalt tegenover het Amsterdam Food Center (AFC) – een enorm groothandelsterrein voor horeca en middenstand, zeg maar de Amsterdamse ‘Les Halles’ – moest iets veranderen. Er komt hier veel vrachtverkeer, dat voor de poorten moet wachten, op de ventwegen parkeerde of dwars over de weg stond. Een onduidelijke en dus onveilige situatie voor het overige verkeer, met name voor de vele fietsers. Schuin tegenover het AFC staat namelijk een grote school. Bovendien is daarnaast recent een prestigieus piramidevormig pand verrezen, waarvan de bewoners nogal wat (geluids)overlast van het verkeer ondervonden. Om dit tegen te gaan hebben we de as van de weg zoveel mogelijk van de woningen en de school verlegd, dus in de richting van het AFC. Verder hebben we de ventwegen verwijderd en aan de kant van de school een tweerichtingsfietspad aangelegd, zodat scholieren hier niet hoefden over te steken. Al met al is het een echte stadsstraat geworden, ontworpen op een maximale snelheid van 50 km/u.’ Het Stadsdeel Westerpark heeft nauw overleg gevoerd met betrokken partijen. Rob Hermans: ‘Vooral met het AFC hebben we intensief jaar oude brug in te passen, gaf dit contact onderhouden: de business daar gaat 24 uur per dag, 7 dagen een mooie aanleiding om de drie projecten in elkaar te schuiven. per week door en dan kun je geen stremmingen veroorloven. Rob Hermans: ‘Een bijkomend voordeel voor ons was dat de brug We hebben samen oplossingen gezocht en gevonden, bijvoorbeeld voor alle verkeer werd gesloten, zodat wij in relatieve rust ook door een reeks korte weekendafsluitingen, gecombineerd met meteen aan de Jan van Galenstraat en de Hugo de Grootstraat intensiever gebruik van een kleine achteruitgang die het terrein heeft. konden werken. Overigens moest het voetgangers- en fietsverkeer Ook met de school en de bewoners van de piramide is geregeld wel doorgang vinden, dus is er een beweegbare noodbrug gebouwd. overleg geweest om enerzijds hun wensen mee te nemen in het Die heeft weer voor het nodige oponthoud gezorgd, maar dat is ontwerp en anderzijds de overlast bij de uitvoering tot een minimum een ander verhaal.’ te beperken.’ Jeroen: ‘De Hugo de Grootstraat is om verschillende redenen een 75 jaar oude brug vervangen bijzonder geval. Ten eerste komen hier veel zaken bij elkaar. De straat is een belangrijk knooppunt van drie Amsterdamse Hoofdnetten: Auto, Fiets en Openbaar Vervoer. Naast woonhuizen zijn ook hier veel winkels en bedrijven, die allemaal andere – en vaak tegenstrijdige – wensen hebben De Jan van Galenstraat loopt via de Beltbrug over in de Tweede Hugo de Grootstraat, waaraan het stadsdeel ook groot onderhoud wilde plegen. Toen de dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (IVV) vroeg de vervanging van deze 75 Rob Hermans: ‘Veel overleg met omgeving.’ voor ontwerp en uitvoering: brede stoepen, veel groen, veel parkeerruimte, goede bereikbaarheid, enz. Zelf waren we op zoek naar snelheidsverlaging en, oh ja, er moesten ook nog een buslijn met hal haltes en een kruisende tramlijn wor worden ingepast. We zijn eerst maa maar eens de buurt ingetrokken, om te horen wat daar leefde. Een opv opvallend geluid kwam van een gro groep bewoners onder aanvoering van emeritus hoogleraar verkeerskun kunde en stedenbouw, Boudewijn Bac Bach: een goed onderbouwd ver verhaal voor een rotonde op het Hug Hugo de Grootplein. Zelf dachten wij in eerste instantie aan een klassie siek kruispunt met een VRI, maar toe toen ook onze stadsdeelraad met de vraag naar een rotonde kwam, heb hebben we dit nader onderzocht. Een tijd lang hebben we de twee var varianten naast elkaar uitgewerkt. Met name een tram die de rotonde moe moest kruisen, was nieuw voor ons ons. We hebben gezocht naar soo soortgelijke projecten in Nederland en we hebben een geavanceerde com computersimulatie laten maken bij de dienst Ruimtelijke Ordening. We kwa kwamen tot de conclusie dat tot een bepaalde maximale capaciteit een rotonde een rustiger verkeersbee beeld geeft dan een kruising. Jeroen Dijk: ‘Goede samenwerking met dienst Ruimtelijke Ordening.’ 3 Kruispunt of tramrotonde? K ming gemaakt op basis van het Nad Nadeel was wel dat een tram geen pri prioriteit heeft op een rotonde: dit is later opgelost door bij nadering door het stadsdeel geleverde ontwerp. Deze raming vormde de van een tram alle verkeer stil te zet zetten met stoplichten. Als de tram voo voorbij is, gaan de lichten uit en her herneemt het verkeer zijn gewone loo loop. Eigenlijk een ronde spoorweg wegovergang zonder slagbomen, dus dus. In eerste instantie zagen de die dienst IVV en het Gemeentelijk Ver Vervoersbedrijf (GVB) deze variant nie zitten, maar de wethouder van niet ver verkeer heeft de knoop doorgehak Het werd een tramrotonde; hakt. de eerste in Amsterdam.’ Mar Marcello Kuilboer: ‘Fugro is gev gevraagd de technische voorbereidin ding voor het project te doen. Als eer eerste hebben we een kostenraMarcello Kuilboer: ‘Een uitdagend project zowel in de voorbereiding als in de uitvoering.’ Hugo de Grootplein: alle verkeer stilzetten als tram nadert. 4 basis voor de aanvraag van het budget. We hebben een inventarisatie gemaakt van de werkzaamheden van de verschillende ‘nutsbedrijven’, conform de Amsterdamse wenstracé-procedure. Dit houdt in dat de nutsbedrijven wordt verzocht aan te geven of ze in het betrokken gebied werkzaamheden aan de kabels en leidingen gepland hebben. Vervolgens worden hun eventuele werkzaamheden op tekening verwerkt, waarbij uiteindelijk het nieuwe kabel- en/of leidingtracé wordt vastgelegd. De volgende stap voor Fugro was het maken van het bestek voor de herinrichtingswerkzaamheden. De afdeling Riolering van Waternet Uitwerking van het ontwerp naar technische tekeningen. had ook grote werkzaamheden, die goed gecombineerd konden worden met de werkzaamheden van het groot onderhoud. Daarom is het bestek van Waternet samengevoegd in het ‘stadsdeel’-bestek. Voordeel van dit gecombineerde bestek is dat alle werkzaamheden en de verantwoordelijkheid ervoor bij één aannemer of bouwcombinatie zijn ondergebracht. Rob Hermans vult hem aan: ‘De uitvoering is eigenlijk vlekkeloos verlopen; we zijn iets later begonnen dan gepland, maar hebben dat ingelopen en waren zelfs eerder dan gepland klaar. Er zijn geen gekke dingen gebeurd en we hebben eind vorig jaar dan ook een geslaagd openingsfeest gevierd met de bewoners en ondernemers van de buurt.’ Jeroen Dijk besluit: ‘Ook vanuit mijn gezichtspunt een zeer geslaagd project: een constructieve samenwerking met de dienst Ruimtelijke Ordening, de gewenste doorstroming en snelheidsreductie zijn gehaald, de geluidsoverlast aan de gevels is verminderd en we zijn zelfs binnen het budget gebleven! Nu alleen nog een leuke invulling van het groene hart, het middenterrein van de rotonde!’ Meer informatie: Marcello Kuilboer, 020 - 651 08 34, m.kuilboer@fugro-inpark.nl Foto’s: M. Kuilboer / FINP Er is in de voorbereidingsfase veel tijd besteed aan het opstellen van een BLVC-plan (Bereikbaarheids-, Leefbaarheids-, Veiligheids- en Communicatieplan). Dit plan omvat de fasering van het werk, de benodigde omleidingsroutes voor de diverse weggebruikers, plaatsen waar kan worden gelost en geladen, enz. Bij de totstandkoming van het plan heeft overleg plaatsgevonden in de stedelijke Werkgroep Werk in Uitvoering. De laatste stap in de voorbereidingsfase betrof de aanbesteding van het werk. Het bestek is op de markt gezet en aannemers konden op het werk inschrijven. Fugro heeft ook dit proces begeleid.‘ Oude situatie op de Jan van Galenstraat... en na de herinrichting. 5 Grootste corridorproject in Europa Stroomvoorziening Bulgarije in kaart met FLI-MAP 400 B egin 2008 zijn Fugro en FLI-MAP partner EstereoFoto het grootste en meest uitdagende corridorproject in Europa begonnen. Opdrachtgever National Electricity Kompany EAD (NEK EAD) in Bulgarije wilde zijn complete netwerk snel en efficiënt laten inmeten en ontsluiten via GIStoepassingen. FLI-MAP 400 NEK EAD beheert het gehele hoogspanningsnetwerk (circa 15.000 km) van Bulgarije en is daarmee ook verantwoordelijk voor de verbinding met de netwerken in Roemenië, Turkije, Griekenland, Servië en Macedonië. In 2006 al gaf NEK EAD aan het gehele netwerk te willen inmeten en via GIStoepassingen te willen ontsluiten voor alle beheerders. De ervaring bij het inmeten van 400 km in Bulgarije met het FLI-MAP 400systeem in 2007 gaf de doorslag bij de daaropvolgende Europese aanbesteding. De omvang van het project (zo’n 10.000 km) en de lokale coördinatie met de ministeries van energie en defensie maken dit tot een zeer complex proces. Het verkrijgen van alle vliegvergunningen en het kunnen beschikken over een militaire helikopter bleek een grote uitdaging en vroeg nauwe samenwerking tussen alle partijen. Daarnaast moest het gehele tracé digitaal in kaart gebracht worden, om als basis te dienen voor de verschillende vluchtplannen. Van het overgrote deel van het tracé ontbrak echter geschikt kaartmateriaal. Daarom is een voorverkenning uitgevoerd aan de hand van schetsen van de opdrachtgever. 6 Foto’s: Fugro Aerial Mapping bleek de beste optie. Locatie voor een GPS-basisstation. In april 2008 zijn de vergunningen aangevraagd en begonnen de voorbereidingen; in augustus ging het project van start. Omdat niet alle leidingen digitaal bekend waren, bepaalt het projectteam de coördinaten van de leidingen in het veld of op basis van Google Earth. Bij zeer complexe situaties wordt aan het begin van een leiding een schets van het substation gemaakt met alle uitgaande leidingen. De verwerking van alle informatie is een grote uitdaging. Met behulp van Excel-lijsten met alle leidingen, een overzichtstekening en een eigen voortgangstekening lost het veldteam de puzzel op. Door alle informatie te combineren kan exact worden bijgehouden welke leidingen en substations volledig zijn ingevlogen of waar nog extra vluchten nodig zijn. Hierop 3D-visualisering van laserdata met de RGB-waarden. gebaseerd kan de helikopter de volgende dag weer de lucht in met het nieuwe vluchtplan. Ondanks het feit dat er in de weekenden niet wordt gevlogen en de helikopter eenmaal in de week terug moet naar een militaire basis, is ruim 5.000 km ingemeten en is al een aanzienlijk deel van de data in het veldkantoor verwerkt. Meer informatie: Suri Bayirli, 070 - 317 07 12, s.bayirli@fugro.com GeoWeek weer groot succes Op expeditie in Leidschendam D e GeoWeek wordt elk jaar georganiseerd soorten in het laboratorium. De expeditieleden beklommen verder door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig een sondeerwagen en zochten uit hoe een sondering werkt en Genootschap en mede mogelijk gemaakt door Stichting Ken- hoe deze dan wordt uitgelezen. Ook karteerden ze een luchtfoto nisontwikkeling Kennisoverdracht Bodem en Ruimte voor van hun eigen school en maakten kennis met de 3D-laserscanner, Geo-informatie. In deze week maken leerlingen in de leeftijd waarmee de groep werd vastgelegd in drie dimensies! van 10 tot 15 jaar kennis met de meer technische kanten van De geo-prof voor de klas aardrijkskunde. Fugro-medewerker Sjaco Lensen behandelde als geo-prof voor 120 Dit gebeurt door met de klas op expeditie of veldwerk te gaan naar een ‘geobedrijf’ of door iemand op school te ontvangen. leerlingen van het Lingecollege (Tiel) en voor drie klassen van het Citadel College (Lent) het thema ‘Het maken van een kaart’. Hij werd daarbij bijgestaan door landmeter Jeroen Kamphuis. Tijdens de gastlessen in het kader van het vak ‘Mens en maatschappij’ kregen de leerlingen uitleg over wat landkaarten zijn en hoe ze worden gemaakt. Kou en af en toe wat regen weerhielden de kids van drie scholen er afgelopen november niet van om mee te gaan op expeditie bij Fugro. De leerlingen van Het Groene Hart Lyceum uit Alphen a/d Rijn, OBS Christina en Daltonbasisschool De Tamdem (beide uit Leidschendam) voerden het GeoWeek-programma vol enthousiasme uit. De expeditieleden gingen in groepjes van 6 tot 8 kinderen zelf aan de slag bij de verschillende onderdelen. Tijdens de speurtocht werden vragen beantwoord en opdrachten uitgevoerd. Zo deden de leerlingen metingen met een tachymeter, maakten ze kennis met het uit de grond halen van grondmonsters en analyseerden ze diverse grond- De les speelde zich af in het lokaal, maar ook buiten op het schoolplein. Binnen besprak de geo-prof de verschillende productiemethoden van de kaarten, waaronder landmeten. En buiten bij Jeroen mochten de leerlingen het vak ‘hands on’ proberen. Zij konden een stukje van het schoolplein meten met verschillende meetmiddelen. De conclusie van de deelnemers, de leraren en de geoprof: ‘Aardrijkskunde is meer dan alleen maar topografie en kan best spannend zijn!’ 7 ACHTER DE SCHERMEN Het gaat steeds sneller, maar het blijft leuk! gekozen schaal op half-logaritmisch ruitjespapier plotten, punten bij Fugro in Arnhem, bij wat toen het Geotechnisch Labora- verbinden, trappen superponeren en daarna berekeningen uitvoeren: torium heette. Het laboratorium groeide, veranderde van naam zetting na 1 en 10 dagen, etc. Daarna een transparant vel half- en verhuisde, maar Piet bleef. Inmiddels is hij als groepshoofd logaritmisch papier eroverheen leggen, alles met een tekenpen Geotechniek verantwoordelijk voor vijf medewerkers. overtrekken, naar de typiste, die er de berekende waarden bij typte. Het Materiaalkundig Laboratorium Tegenwoordig worden tien van die complete testen in 30 minuten (zoals het lab tegenwoordig heet) heeft zijn dienstverlening in de loop geprocest! Automatisering heeft natuurlijk overal veranderingen der jaren flink uitgebreid: naast het geotechisch lab is er een afdeling teweeggebracht, maar ik moet zeggen: ons werk is er alleen maar afdichtingslagen en een bouwstoffenlaboratorium. Niet alleen de Fugro-zustermaatschappijen weten de weg naar Arnhem te vinden. Doordat het laboratorium als één van de weinige RVA-geaccrediteerd is, brengen veel overheden, aannemers en zelfs collegaingenieursbureaus zoals DHV en Grontmij hier hun labwerk onder. plezieriger op geworden!’ Wat wel is veranderd, zijn de instrumenten en methoden waarmee we werken. Door vérgaande automatisering hebben wij een enorme efficiency-slag kunnen maken. Een voorbeeld: wij doen veel samendrukkingstesten. Daarbij boots je in het laboratorium zettingsgedrag van grondlagen na, door monsters trapsgewijs te belasten. Als we vroeger heel hard werkten, konden we op een dag tien van die testen processen. Alles ging handmatig: met vaste intervallen verschillende meethorloges aflezen, meetpunten noteren, met potlood in een zelf 8 Opstelling voor triaxiaalproef CU toen (1973). Opst Opstelling voor triaxiaalproef CU nu (2008). Om zich te ontspannen naast deze drukke baan is Piet veel in ‘het veld te vinden’, bezig met wildbeheer en jacht. Dit is al zo’n 30 jaar zijn passie. Piet: ‘Zit in mijn bloed, m’n oom was jachtopzichter en verschillende familieleden jagen. Veel collega’s en klanten vragen dan ook geregeld naar mijn ervaringen en kennis over de fauna. Momenteel ben ik druk in de weer met het africhten van mijn jonge Engelse Springer Spaniël. Hierin gaan vele uren zitten, maar het is een ontzettend mooie bezigheid en het gaat zeer voorspoedig.’ Foto: Piet v.d. Velden Sommige dingen zijn al die tijd hetzelfde gebleven, andere zijn veranderd. Piet: ‘Het vinden van de juiste mensen gaat nu nog steeds zoals vroeger: er was en is helaas geen opleiding voor geotechnisch laborant. Je moet dit vak in de praktijk leren; een beetje analytisch denken is gewenst, maar verder gaat het vooral om twee rechterhanden hebben en leergierig zijn. Foto's: FIBV I n 1973 begon Piet van de Velde als leerling-laborant Haalbaarheidsstudie naar diverse ondergrondse energieopslagsystemen in één gebied Energiezuinig bouwen op Rotterdam Airport Relevante kenmerken ondergrond De opslag van koude en warmte hoge prijzen voor fossiele brandstoffen, worden steeds meer moet plaatsvinden in een watervoerende zandlaag. De geschikt- bedrijfsgebouwen verwarmd en gekoeld via een ondergronds heid van de ondergrond voor energieopslag hangt af van de energieopslagsysteem. Zo overweegt ontwikkelaar Rotterdam volgende kenmerken van de watervoerende lagen: Airport Vastgoed (RAV) bij de toekomstige bouw van bedrijven - dikte, samenstelling en diepteligging; en kantoren op het vliegveldterrein gebruik te maken van - snelheid en richting van de grondwaterstroming; ondergrondse energieopslag. - kwaliteit en temperatuur van het grondwater. RAV heeft Deerns raadgevend ingenieurs gevraagd een Energie Masterplan op te stellen. Fugro heeft vervolgens op verzoek van Deerns een haalbaarheidsstudie uitgevoerd naar de mogelijkheden van ondergrondse energieopslag. Belangrijkste randvoorwaarde hierbij is dat elk van de geplande kavels een eigen opslagsysteem krijgt, bestaande uit een of twee bronparen. Deze bronnen mogen niet te dicht bij de bronnen van de overige kavels liggen, omdat anders thermische kortsluiting kan ontstaan. Het water stroomt dan naar de andere bron, in plaats van binnen het ‘eigen’ systeem te blijven. Om een inschatting te kunnen maken van de vergunningtechnische mogelijkheden voor energieopslag is ook een inventarisatie uitgevoerd van omgevingskenmerken, zoals de aanwezigheid van grondwateronttrekkingen, nabij gelegen energieopslagsystemen en grond(water)verontreinigingen. De haalbaarheidsstudie richt zich op het ondergrondse deel van het energieopslagsysteem en geeft inzicht in eventuele knel- en aandachtspunten voor het vervolgtraject. Hiertoe heeft Fugro eerst een bureaustudie uitgevoerd naar de geschiktheid van de ondergrond voor energieopslag. Op basis van de benodigde koelvermogens heeft Fugro advies gegeven over de mogelijkheden voor energieopslag voor de toekomstige gebouwen en kantoren. Het advies bevatte verder een globale dimensionering van de bronnen en een voorstel voor de bronlocaties. Uit de ondergrondgegevens die Fugro verzamelde via o.a. TNO en de provincie, bleek dat de bodem op de projectlocatie bestaat uit een deklaag van ca. 15 m, een watervoerend zandpakket van ruwweg 20 m tot 40 m onder NAP met daaronder een scheidende kleilaag tot -60 m. Hieronder bevindt zich nog een tweede watervoerend pakket zand met een dikte van ca. 170 m, van grof en fijn zand met afwisselend kleilagen met een matige doorlatendheid. Het (zoute) grondwater stroomt hier langzaam, waardoor de thermische verliezen laag zullen zijn. Dit tweede watervoerende pakket is matig geschikt voor een energieopslagsysteem. Haalbaarheid verschillende systemen Ook heeft Fugro onderzocht hoeveel water op deze plaats kan worden onttrokken en geïnfiltreerd. Eerst zijn berekeningen uitgevoerd om te bepalen wat de minimale afstand is tussen de koude en warme bronnen. Vervolgens zijn Foto: Tristan Linck / FAM zaamheid en milieu, maar ook vanwege de Luchtfoto van de huidige luchthaven. de systemen op de projectlocatie in een geohydrologisch model opgenomen en zijn verschillende berekeningen met FEFLOW uitgevoerd. De opdrachtgever wilde de bronnen het liefst binnen de kavels, zodat elke kavel een op zich zelf staand energieopslagsysteem kan krijgen. Op basis van dit uitgangspunt en de benodigde energiebehoefte zijn drie mogelijke bronconfiguraties bekeken. Hierbij is uitgegaan dat de filters op de projectlocatie volgens het beleid van de Provincie Zuid-Holland zijn afgesteld in het tweede watervoerende pakket. De berekeningen van FEFLOW gaven aan dat alle voorgestelde bronconfiguraties bínnen de kavels bij een debiet van 20 m3 per uur of meer enig energieverlies gaven door thermische kortsluiting. Fugro heeft daarom een voorstel opgesteld voor de optimale verdeling van de bronnen over het gebied. Meer informatie: Arnoud van de Lockant, 070 - 311 11 74, a.vdlockant@fugro.nl Jan Tel, 070 - 311 11 36, j.tel@fugro.nl Foto: A. van de Lockant, FIBV U it oogpunt van duur- Een deel van de bronconfiguratie. Een energieopslagsysteem bestaat uit een ‘koude’ en een ‘warme’ bron, waarvan de filters zijn aangebracht in het gecombineerde eerste en tweede watervoerend pakket. Een bron is in dit verband een ’diep gat in de grond’ waarin een onderwaterpomp wordt aangebracht. Bij vraag naar warmte wordt grondwater opgepompt uit de warme bron. Nadat de warmte van het grondwater via een warmtewisselaar is afgestaan aan het gebouwcircuit, wordt het afgekoelde water geïnfiltreerd in de koude bron. In de koelperiode werkt het systeem in tegengestelde richting. Het systeem moet over beide perioden energieneutraal zijn. 9 OPINIE ‘Wil de nieuwe ingenieur nu opstaan!’ H et Koninklijk Instituut Van Ingenieurs KIVI NIRIA is de Nederlandse beroepsvereniging van ingenieurs en techniekstudenten. Het netwerk behartigt de belangen van haar bijna 25.000 leden en steunt hen in hun beroepsuitoefening. KIVI NIRIA richt zich op drie speerpunten: Netwerk, Ledenservice en Techniekpromotie. In het kader van dat laatste onderwerp breekt president ir. Jan Dekker een lans voor ‘De Ingenieur Van de Toekomst’. ‘In 2008 heeft ons instituut kennis beschikken, maar minder veel aandacht besteed aan de toekomst van ons vak. We zien gelukkig dat de belangstelling voor technische studies weer toeneemt. Bij de verhoogde instroom op universiteiten en het hoger beroepsonderwijs vallen ook de grotere aantallen meisjes positief op. Ik wijt dit aan het samenkomen van een aantal zaken. ondernemend zijn of gericht op toepassingen. Ontwikkelingen als de Verklaring van Lissabon, de Verklaring van Barcelona en het Innovatieplatform geven aan dat we met elkaar de sfeer rondom techniek aan het verbeteren zijn. Natuurlijk is er de afgelopen jaren door alle mogelijke partijen extra aandacht gevraagd voor de techniek als aantrekkelijke studie- en carrière-mogelijkheid. Maar ik zie ook een brede maatschappelijke trend in ons land, waarin het besef groeit dat je in een economie gewoon dingen moet maken – en niet alleen moet handelen in gebakken lucht. Nog breder worden de gevolgen zichtbaar van het aanpakken van de “European paradox”: het feit dat we in Europa over veel 10 Gecombineerd met het inzicht dat we als wereldbevolking een aantal problemen hebben die we echt moeten oplossen, leidt dit tot een toenemende waardering voor technische beroepen. Want hoewel ‘Belangstelling voor technische studies neemt toe’ techniek soms onderdeel van het probleem is, is het altijd een onderdeel van de oplossing! De tijd van onderzoeken en plannen maken is nu wel voorbij; er moet iets ge- beuren. Daarbij zal de technische invalshoek breder moeten zijn dan wij uit het verleden gewend zijn. Een (maatschappelijk) probleem is zelden alleen technisch op te los- sen. Al snel is er samenhang met geologie, milieukunde, biologie en alfa-wetenschappen als sociologie. Enig inzicht in die velden en in het algemeen wat inlevingsvermogen zijn dan ook de nieuwe vereisten voor de moderne ingenieur. Er wordt al een tijdje gewerkt met het zogeheten “T-profiel”: een redelijk diepgaande specialisatie, afgetopt met een brede ontwikkeling. Dat ‘Techniek is sóms onderdeel van het probleem, maar áltijd onderdeel van de oplossing’ 21 frequenties kunnen “voelen”, waardoor ze beter kunnen communiceren en functioneren: een mooie combinatie van neurotechnologie met elektronica en fijnmechanica. Je ziet nu dingen bij elkaar komen op het moment dat het nodig is. Als je bijvoorbeeld “brede” heeft overigens niet alleen heel eind komen. We leven in een met andere vakgebieden te maken, maar ook met ondernemerschap zeer interessante tijd, waarin allerlei cross-overs ontstaan tussen en het besef dat je midden in de maatschappij staat. Ook wij vakgebieden die elkaar vroeger echt niet wisten te vinden. Zo oplossingen te verzinnen voor het CO2-probleem! Ik ben dan ook een optimistisch mens. Wanneer ingenieurs moeten ons terdege realiseren hoe het leven op onze wordt bijvoorbeeld biotechnologie ingezet bij dijkversterking; bacte- wij als ingenieurs ervoor zorgen dat we geen tunnelvisie ontwik- planeet in elkaar steekt. Als je die kennis voor je kunt laten werken riën bewaken straks onze dijken! En wist u dat 100% van de doof- kelen, maar juist breed kijken en geïntegreerd te werk gaan, dan en er netjes mee omgaat, kun je samen met andere disciplines een stomme kinderen in Nederland een implantaat krijgt, waarmee ze zie ik de toekomst vol goede hoop tegemoet.’ beseft hoeveel briljante mensen momenteel wereldwijd bezig zijn Alle disciplines in huis Integraal advies bouwrijp maken van terrein voor bedrijvenpark H et bouw- of woonrijp maken van een terrein heeft meer aspecten in zich dan veel mensen in eerste instantie vermoeden. Hier komen geotechniek, geohydrologie en geodesie bijeen, plus het vermogen om de vraag van een opdrachtgever met een helikopterview te bekijken. Een goed voorbeeld hiervan is het bedrijvenpark Heron, dat de gemeente Pijnacker-Nootdorp wil gaan ontwikkelen. Fugro analyseerde de mogelijke knelpunten en bracht gerichte adviezen uit. Fugro kijkt bij dit soort projecten eerst naar ‘de vraag achter de vraag’: wat wil de opdrachtgever precies, wat is het doel van het onderzoek? Pas als deze vragen zijn beantwoord, kan een verantwoorde onderzoeksopzet worden gemaakt. Wat binnenkwam als een relatief eenvoudige vraag naar zettingsanalyses, groeide uit tot een complex integraal advies voor het bouwrijp maken van een terrein Plaxis-berekening voor de locatie van de gasleiding. van 22 ha. Fugro heeft voor dit soort projecten alle benodigde disciplines in huis. Voor de opdracht- scheelt tijd en voorkomt communicatieproblemen en ‘ruis op de lijn’. Bovendien kan tijdens het proces Het gebied bij Nootdorp waar bedrijvenpark Heron moet verrijzen, bestaat momenteel uit kassen- gever heeft dat als voordeel dat via één projectleider alle onderwerpen kunnen worden afgehandeld. Dit snel worden bijgestuurd als dat nodig of wenselijk is. bouw, gronddepot en weiland. De bestaande bebouwing zal worden gesloopt. Langs de randen van het 11 projectgebied wordt ruimte vrijgemaakt voor water. Grondonderzoek Uit historisch onderzoek is gebleken dat grote kans bestaat dat in de bodem van dit gebied niet gesprongen explosieven aanwezig zijn. Om risico’s bij de uitvoering van het veldwerk te voorkomen heeft Fugro vooraf een beperkt explosievenonderzoek uitgevoerd. In de ondiepe bodem gebeurde Foto: Daan Eijmaal dit met de gradiometer en de Sondeerunit in het veld, met (links) schema van detectie van mogelijke blindgangers met de magnetometerconus. grondradar, op grotere diepte met de Fugro magnetometer-conus. Met de magnetometer kunnen in de ondergrond aanwezige metalen objecten worden gedetecteerd. Ook kunnen gelijktijdig normale parameters worden gemeten, zoals conusweerstand, mantelwrijving, helling, waterspanning, etc. Dit maakt de magnetometer-conus een efficiënte methode om in deze fase in te zetten. Nadat met de Fugro magnetometer-conus was vastgesteld dat zich op de locaties van het veldwerk geen blindgangers bevonden, zijn mechanische en handmatige boringen uitgevoerd. Vervolgens zijn ongeroerde monsters genomen, die zijn onderzocht door het Materiaalkundig Laboratorium van Fugro. Uiteindelijk adviseerde Fugro het projectgebied op basis van de 12 bodemopbouw in te delen in drie deelgebieden, met elk aparte specificaties voor wat betreft maaiveldontwerp en ophoogadviezen. Speciale aandacht Een aantal zaken trok de aandacht bij dit project. Zo heeft de opdrachtgever de wens drie waterafvoersystemen in de wegcunetten aan te brengen: voor respectievelijk schoon, mogelijk vervuild en vervuild water. Daartussendoor moet ook een drainagesysteem komen. Fugro heeft adviezen opgesteld om dit complexe gescheiden systeem met veel kruisingen en verschillende verhangen optimaal aan te leggen. Een ander punt is de grote gastransportleiding die door het gebied loopt. Deze mag uiteraard geen enkel risico lopen door extra belasting als gevolg van horizontale of verticale zettingen door ophogingen, bijvoorbeeld voor een aan te leggen grondwal. Fugro heeft voorstellen ontwikkeld voor alternatieven: verplaatsen van de gehele leiding, het plaatsen van de leiding op een constructie op palen of binnen damwanden of het aanpassen van het inrichtingsplan, met op de plaats van de gasleiding geen weg, maar bijvoorbeeld een groenstrook. De geprojecteerde, enorme grondwal langs de A12 verdiende ook om een andere reden extra aandacht. Op basis van oriënterende berekeningen werd een voorbelasting voor de grondwal onrealistisch beschouwd. Daarom is ervan uitgegaan dat de grondwal met overhoogte wordt aangebracht. Fugro heeft specifiek gekeken naar de risico’s van horizontale of verticale zettingen en naar mogelijkheden de gevolgen daarvan te beperken, door bijvoorbeeld het plan aan te passen. Omdat de zettingen in het gebied niet exact zijn te voorspellen, is geadviseerd gedurende ongeveer drie jaar monitoring te laten uitvoeren met behulp van zakbaken, met name op plekken met tijdelijke extra overhoogten. Het eindproduct van Fugro is een definitief advies op basis waarvan de opdrachtgever direct bestekken kan laten opstellen. Het wachten is nu alleen nog op de politiek om een beslissing te nemen voor de aanleg van het bedrijventerrein. Meer informatie: Han-Peter Boers, 070 - 311 14 01, hp.boers@fugro.nl of bouwrijpmaken@fugro.nl Laser-altimetrie neemt hoge vlucht FLI-MAP helemaal klaar voor de volgende 10 jaar n 1992 is voor het eerst I 400 m hoogte kon worden ge- onderzocht of topografie in kaart gebracht kon worden vlogen, konden grotere gebieden worden gemeten. En nog belang- via een laserscanner op een gyrocopter. Dit idee leverde in rijker: de nieuwe scanner was veel nauwkeuriger. Voor de Z-coördinaat 1995 FLI-MAP I op: een vast laser-altimetriesysteem, gemon- kan een nauwkeurigheid van 4 - 5 cm (1 sigma) worden behaald. Via teerd aan een Schweizer-helikopter. Na introductie in de VS het plaatsen van 3D LiDAR Board Markers kan zelfs een nauwkeurig- wilde Fugro dit systeem ook in Europa aanbieden. In 1997 werd heid van 2 cm worden gegarandeerd. Op basis van het succes van deze proef werd besloten een nieuw, mobiel FLI-MAP-systeem te ontwikkelen. Fugro zette in 1998 een afdeling op in Nederland, die nauw was betrokken bij de ontwikkeling van het nieuwe systeem in de VS. In 1999 was FLI-MAP II inzetbaar. De eerste opdracht: ruim 4.000 km spoorwegen inmeten in Zuid-Afrika. Daarna volgden projecten in de hele wereld en werd het systeem verder ontwikkeld. In het begin werden laserdata op cd’s en videobeelden op VHS-banden geleverd. Maar al snel konden digitale, hoge resolutie foto- en videocamera’s worden geïntegreerd en nam de dataomvang toe. FLI-MAP II maakte als enige gebruik van één naar voren en één naar achteren gerichte scanner, die elk 10.000 meetpunten per seconde opleverde. Hierdoor zag het systeem ook objecten als antennes en lantaarnpalen goed en kon het beter door vegetatie heen ‘kijken’. In 2006 begon een nieuw tijdperk met het FLI-MAP 400-systeem. Basis vormden de integratie van nog betere camera’s en de unieke 150.000 Hz scanner die naar voren, naar beneden én naar achteren scant. Omdat nu tot op In september 2008 is het nieuwste FLI-MAP 400iii-systeem geïntroduceerd. Er zijn nu opties voor 150.000 Hz of 250.000 Hz, en er kan worden gebruikgemaakt van Multiple Pulse in Air (MPiA) . Met deze technologie kan, vóórdat de eerste puls van de laser is gereflecteerd, al een tweede puls worden uitgezonden. Op deze wijze kan veel sneller worden gevlogen en zelfs hoger dan 950 m. Daarnaast is het systeem uitgerust met een dubbele, neerwaarts gerichte camera, waardoor op grote hoogten nog zeer hoge resolutiebeelden kunnen worden gemaakt. Tenslotte worden de line-scan RGB-kleuren al tijdens de vlucht gecombineerd met de laserdata, zodat de systeemoperator meteen een visuele controle van de dataopname kan uitvoeren. Ook kan met deze RGB-waarden kort na de vlucht een eerste ortho-gerectificeerde fotomozaïek worden geleverd. Momenteel beschikt Fugro over twee FLI-MAP 400-systemen, waarvan er één is uitgerust met de 250 KHz- en MPiA-optie. Binnen Fugro zijn zes FLI-MAP 400 systemen operationeel, waarop altijd een beroep kan worden gedaan. FLI-MAP gaat de volgende 10 jaar van haar bestaan dan ook met het volste vertrouwen tegemoet! Foto’s: Fugro Aerial Mapping de helikopter voor een eerste project naar Nederland getransporteerd. Meer informatie: Suri Bayirli, 070 - 317 07 12, s.bayirli@fugro.com 13 Fugro in the picture! I Internationale bijdrage va van Fugro aan Intergeo Van 30 sept t/m 2 okt jl. was de Fugro Water Services gelanceerd op de Waterbouwdag. n het laatste kwartaal van 2008 vonden diverse belangrijke congressen en evenementen plaats waaraan Fugro heeft deel genomen. Door middel van een stand en met lezingen zijn nieuwe toepassingen gepresenteerd op het gebied van onder andere funderingstechniek, deltatechnologie en geospatial services. beproeven van funderingspalen met een grote diameter; bij de Fugro-stand kon worden ingeschreven voor het bijwonen van een proef op twee grote diameterboorpalen in november. I Waterbouwdag 2008 Fugro Water Services is gepresenteerd op de Waterbouwdag. Met als doel ‘inspelen op de toenemende vraag naar waterkennis’ trok de stand de nodige belangstelling. Met Fugro Water Services worden kennis en ervaring die wereldwijd binnen de Fugro-groep is ontwikkeld, gebundeld voor brede vraagstukken op het gebied van Waterveiligheid, Watermanagement en Waterwinning. Ongeveer 600 bezoekers werden aangetrokken door de interessante lezingen en de exposities van bedrijven. De Waterbouwdag werd afgesloten met een paneldiscussie over het recente rapport van de Deltacommissie. De Waterbouwdag is een jaarlijks terugkerend event dat wordt georganiseerd door KIVI NIRIA, de beroepsvereniging voor ingenieurs in Nederland in samenwerking met CURNET. 14 Funderingsdag 2008 Met ruim 500 bezoekers was de Funderingsdag 2008 (een initiatief van KIVI NIRIA en de Betonvereniging) een zeer druk bezocht congres. Een optimale netwerkgelegenheid voor bedrijven die actief zijn in de markt van funderingstechniek en constructief bouwen. Gedurende de dag hebben verschillende sprekers de laatste technische ontwikkelingen en interessante projecten gepresenteerd. Fugro trapte de dag af met een interessante lezing over het tot stand komen van de Eurocode 7 en het begin van samensmelten van de Europese normen op het gebied van funderingstechniek. Later in de middag hield een Fugro-medewerker een voordracht over het industrieproject E-On. Fugro heeft daar uitgebreid grondonderzoek voor verricht en zeer uitgebreide analyses van paaltypen en draagvermogen gedaan om tot een uitgekiend funderingsontwerp te komen. Verder is de Statnamicmethode gepresenteerd voor het ReInventing Delta Life De jaarlijkse Themadag van het KIVI NIRIA stond dit jaar in het teken van Deltatechnologie. Ingenieurs uit verschillende vakgebieden en beleidsmakers (politici, DG Water) zijn ingegaan op actuele thema’s. Via een workshop heeft Fugro deelnemers aan het congres kennis laten maken met verschillen in aanpak en verbetering van waterkeringen in de Verenigde Staten en Nederland. Een tweede Fugroworkshop ging over de toepassing van specialistische metingen in Afrika om ‘zoet/zout-grenzen’ vanuit de lucht in kaart te brengen, in het kader van oppervlaktewatervraagstukken. Dui Duitse stad Bremen drie dagen lan lang het middelpunt van de internationale geo-vakwereld. Meer dan 15.000 experts bezochten ‘s werelds grootste internationale congres voor geodesie, land management en geo-informatie. Met 24.000 m² beursoppervlak en rond 500 presenterende bedrijven was er voor de bezoekers meer dan voldoende aanbod in producten en technologieën. Uiteraard was ook Fugro hier aanwezig met een stand: de divisie GeoSpatial Services was vertegenwoordigd door Fugrowerkmaatschappijen uit verschillende landen. De nieuwste ontwikkelingen binnen satellite mapping, LiDAR remote sensing, airborne survey, DGPS survey en natuurlijk ook traditionele landmeetkundige diensten en geoinformatie werden gepresenteerd. Dit gebeurde in eendrachtige samenwerking door medewerkers van: Fugro NPA en Fugro-BKS Limited uit Engeland; Fugro Aerial Mapping, Fugro-Inpark en OmniSTAR (alledrie Nederland); Fugro Earth Data uit de VS en het Franse Geoid. Al met al kunnen we concluderen dat de Intergeo wederom een uitstekende gelegenheid is geweest om bestaande relaties te verstevigen en nieuwe relaties te ontmoeten. Sonderingen breder bruikbaar door nieuwe presentatiewijze Extra dimensie sondeergrafieken: classificatie van grondsoorten en -lagen S stand) en de grondsoort. Meting van de waterspanning in de punt niek, waarbij de vastheid van grondlagen wordt gemeten van de conus tijdens het sonderen geeft een nóg nauwkeuriger met een conusvormige sonde. Met de sondeerresultaten wordt beeld van de laagverdeling. Ook hier moet voor een betrouwbare het draagvermogen van palen berekend en kunnen stijfheids- interpretatie de kwaliteit van de sondeerdata hoog zijn. Een zorg- parameters van grondlagen worden afgeleid. Maar sonderen kan meer informatie opleveren. Fugro geeft sondeergrafieken voortaan een extra dimensie door een gekleurde laagindeling en grondsoortenclassificatie toe te voegen. vuldige uitvoering en kalibratie van de sondeerconus zijn hierbij van groot belang. Een geringe afwijking van de kalibratiewaarden leidt al tot grote afwijkingen in classificatie. onderingen zijn ontstaan vanuit de funderingstech- Bij sonderen wordt ter plaatse van de conus de indrukweerstand gemeten bij het wegdrukken. De wrijving van de grond wordt bij de mantel, nét boven de conus gemeten. Met een combinatie van deze meetwaarden is het mogelijk de grondlagen te classificeren in bestanddelen als: klei, zand, veen en leem. Zo kan de laagopbouw in de diepte worden vastgesteld. Dit gebeurt door het interpreteren van de sondering door ervaren geotechnici. Om dit te kunnen doen, moet de data uitermate nauwkeurig worden vastgesteld. Fugro heeft hiervoor als hulpmiddel een geautomatiseerd classificatiesysteem ontwikkeld. Daardoor kan een sondering ook worden ingezet voor andere toepassingen, waarbij inzicht nodig is in de laagopbouw van de ondergrond. Voor de bepaling van laagopbouw en de aard van de lagen wordt al lang gebruikgemaakt van de relatie tussen het wrijvingsgetal (dit is de verhouding tussen de plaatselijke mantelwrijving en de conusweer- In de loop der jaren is de classificatie op basis van sondeerdata steeds verder verfijnd, o.a. door rekening te houden met de grondspanningen op de diepte waarop wordt gesondeerd. Het recent ontwikkelde Fugro-classificatiesysteem is gebaseerd op een publicatie van Robertson (1990), maar met enkele belangrijke verschillen. Onderzoek van Fugro wijst namelijk uit dat de classificatie volgens Robertson de Nederlandse condities onvoldoende dekt. Typisch Nederlandse grondsoorten als veen, potklei en Boomse klei worden met de methode niet correct geclassificeerd. Fugro heeft onderzoek uitgevoerd naar verschillende gebieden waar deze grondsoorten voorkomen en vergelijkingen gemaakt tussen de sondeerresultaten en de werkelijk aanwezige grondtypen zoals met boringen is vastgesteld. Op basis hiervan is het classificatiesysteem van Robertson aangepast aan de Nederlandse omstandigheden. Door dit proces te automatiseren en op te nemen in de uitwerkingsprocedure is een extra dimensie Presentatie van de sondeergegevens. toegevoegd aan het presenteren en gebruik van sondeergrafieken. Fugro zal de sondeerresultaten – naast de bekende grafische weergave van sondeerdata – voortaan presenteren met een gekleurde laagindeling en classificatie van grondsoorten. neer de laagopbouw elementair is voor een ontwerp, blijven kennis en ervaring van de lokale bodemgesteldheid en gebruik van resultaten van boringen vereist. Het aangepaste classificatiesysteem geeft voor de meeste gevallen een betrouwbare interpretatie van de ondergrond op basis van sonderingen. Dit is geen feitelijke informatie, maar een waardevol hulpmiddel voor het krijgen van inzicht in de bodemcondities. Wan- Meer informatie: ing. Wim Nohl, 070 - 311 11 98, W.Nohl@fugro.nl ir. Elisabeth de Boer, 070 - 311 14 05, E.dBoer@fugro.nl 15 Laserscanner komt tot in de kleinste hoekjes Meten in de buik van een drijvende olieraffinaderij V oor offshore olie- en gaswinning worden steeds vaker zogeheten FPSOvaartuigen gebruikt. De afkorting staat voor Floating Production Storage and Offloading; zeg maar een olieraffinaderij op zee. Deze enorme drijvende installaties zijn via flexibele leidingen verbonden met de olieputten op de zeebodem. Voordeel van een FPSO boven een vast platform is de flexibiliteit. Zijn de bronnen uitgeput, dan vaart het vaartuig eenvoudig naar een volgende locatie. En bij hevige storm of naderende ijsbergen kan de installatie nog een stukje opzij... In 2002 is in opdracht van Husky Energy de FPSO Sea Rose gebouwd door verschillende bedrijven – waaronder Samsung Heavy Industries, SBM-IMODCO, Aker Maritime Kiewit en Technip Canada. De Sea Rose bestaat uit opslagtanks met een capaciteit van 940.000 vaten olie, perso- 16 neelsverblijven, helidek en heeft bovendeks diverse installaties met leidingen, support stools en een ‘turret’. De support stools zijn een soort ‘flexibele’ poten waarop de bovendekse installatie is geplaatst. Deze kunnen bewegingen van de romp opvangen, zodat de installatie in balans blijft. Het schip is inmiddels enige jaren in gebruik, laatstelijk zo’n 350 km ten oosten van de kust van Newfoundland – het gebied waar de Titanic haar eerste reis maakte. De eigenaar van het vaartuig denkt aan capaciteitsverhoging, maar daarvoor is een actueel en accuraat beeld nodig van de constructie. Elk van de betrokken bedrijven heeft destijds gebruikgemaakt van verschillende 2D- en 3Dontwerpsoftware. Uiteindelijk is Intergraph’s 3D PDS gekozen om voor de hele constructie de ‘as designed’-situatie in vast te leggen. In verband met eventuele uitbreiding wilde men helderheid hebben in de ‘as built’-status van het Foto: Husky Engergy Image van reflecterende laserdata van de pompruimte. FPSO Sea Rose op zee ten oosten van Canada. schip. Daarom is Fugro gevraagd met de 3D laserscanner een aantal belangrijke delen in kaart te brengen. Daarbij ging het om het gehele hoofddek – het eerste niveau boven de opslagtanks – met alle support stools, turret en leidingen, vanaf de tanktop tot de onderkant van het process-dek. Verder wilde men een aantal machinekamers en pompruimten in beeld krijgen, om te zien of hier extra leidingen kunnen worden gepland. Scannen op een deinend schip is heel anders dan op ‘terra firma’. De laserscanner tevoren waterpas zetten bijvoorbeeld heeft geen enkele zin. Ook de compensator, die normaal kleine correcties uitvoert, is bij dit werk uitgezet. De scans worden in een lokaal xyz-systeem ingewonnen en later in het scheepscoördinatensysteem geplaatst met behulp van ingemeten paspunten. Deze metingen zijn met conventionele meettechnieken over kleine trajecten gedaan met een Total Station, om zo de invloed van bewegingen te minimaliseren. De scanner zelf is compact genoeg om in nauwe ruimten te hanteren, maar voor een goed beeld is enige afstand tot het onderwerp vereist. panoramische fotobeelden vanaf het standpunt van de scanner, die Omdat het koppelen van verschillende scans in de krappe pomp- kunnen worden bekeken in Internet Explorer. Dit geeft niet alleen snel ruimte met meetpunten niet altijd mogelijk was, zijn wat meer scans een overzicht van de situatie, maar stelt ontwerpers en overige gemaakt. Hiermee werd overlap gecreëerd om later bij de verwer- gebruikers ook in staat metingen in de ‘werkelijke’ situatie te verrichten king de scans aan elkaar te kunnen ‘plakken’. Al met al is er 22 dagen vanachter het bureau. Foto: Marc Dalstra / FINP op zee gemeten door twee man en daarna waren 30 mandagen nodig voor de verwerking. Behalve de complete en zeer gedetailleerde puntenwolken voor het nauwkeurige ontwerp-werk, zijn ook zoge- Meer informatie: Marc Dalstra, noemde ‘viewer files’ opgeleverd. Deze TruView-bestanden zijn 3D- 076 - 543 18 50, m.dalstra@fugro-inpark.nl HDS6000-scanner op de Sea Rose. Zelf websites maken met GeODin-layouts Monitoring op afstand nu nóg eenvoudiger met GeODin G eODin is de softwaresuite die Fugro heeft ontwikkeld voor het beheren, presenteren en analyseren van geo-gerelateerde gegevens. Fugro is steeds op zoek naar mogelijkheden om GeODin uit te breiden op basis van de wensen van de gebruikers. Zo is nu de Portal Server toegevoegd, om gemakkelijk websites voor o.a. monitoring van geogegevens te kunnen maken. GeODin is in 1992 begonnen als een eenvoudig boorstatenprogramma voor de tekenkamer. Inmiddels is het uitgegroeid tot een geïntegreerd informatiesysteem waarmee enorme hoeveelheden geo-gerelateerde gegevens kunnen worden beheerd en gepresenteerd via internet. Naast interne gebruikers zijn ruim 1.500 licenties verkocht aan andere bedrijven. In de afgelopen jaren zijn verschillende GeODin-applicaties aan de suite toegevoegd. Zo zijn er bijvoorbeeld een veldmodule voor het verzamelen van gegevens in het veld, een gratis GeODin-versie met eenvoudige functionaliteit en een server-versie om GeODingegevens en -afbeeldingen op te nemen in een eigen website. De laatste toevoeging is GeODinPortal Server. Hiermee kan een complete website worden gemaakt door de bekende GeODin-layouts aan elkaar te koppelen, zonder dat een webprogrammeur nodig is. Fugro zet GeODin-Portal in om gegevens over monitoringsprojecten real-time over het internet aan de klant te tonen. Klanten kunnen alle informatie over hun monitoringsproject opvragen: van grof naar fijn. Dit houdt in dat men kan beginnen bij een overzicht van de actieve sensoren (in tabel- of kaartvorm) en kan verfijnen tot een grafiek van de metingen in bijvoorbeeld de laatste twee uur of in een willekeurig ander tijdinterval. Toepassing van GeODin Portal is vooral interessant voor monitoringsprojecten die zich afspelen in een dynamische omgeving, waarin continu behoefte is aan duidelijk gepresenteerde gegevens. Er kan meteen worden ingegrepen zodra een bepaalde trend zichtbaar wordt, of zodra drempelwaarden van deformaties of grondwaterstanden worden overschreden. Daarbij komt dat gegevens van verschillende sensortypes gecombineerd kunnen worden weergegeven, zodat relaties tussen effecten direct kunnen worden gelegd. De software kan e-mails of SMS’en versturen zodra drempelwaardes overschreden lijken te gaan worden. GeODin-Portal en de geodetische monitoringsoftware van Fugro vormen samen één geheel en kunnen in geval van calamiteiten binnen enkele uren operationeel zijn. Daarnaast kunnen willekeurige andere gegevens met GeODin- Portal worden gepresenteerd. Zolang de gegevens zijn opgeslagen in een relationele database, kan met GeODin-Portal op eenvoudige wijze een functionele website worden gegenereerd. Meer informatie: Hans Link, 070 - 311 14 46, monitoring@fugro.nl Een aantal voorbeelden van de mogelijkheden van GeODin-Portal. 17 Presentatie op GIS-conferentie 2008 Zwakke plekken in Hongaarse dijken snel in beeld ugro heeft op de ESRI F onderzocht met het FAST4DMAP- de modelresultaten kan het water- GIS Conferentie 2008 in Rotterdam deelgenomen concept. Een nauwkeurige continue hoogtemeting van FLI- schap gericht maatregelen nemen. n. Het project brengt niet alleen op aan de MapGallery. Er is een poster ingediend over de toe- MAP vormt de basis voor deze methode. Verder is voor deze een snelle en goedkope manier de sterke en zwakke plekken in kaart, passing van FAST4DMAP bij een pilot langs de Hongaarse rivier pilot alleen gebruikgemaakt van bestaande kennis en data van maar geeft ook inzicht in de dijk. Door het uitvoeren van een ana- Mosoni-Donau. het betrokken waterschap. De gegevens zijn verwerkt tot een lyse met zowel optimistische als conservatieve uitgangspunten kan Dit pilotproject is vanaf eind 2007 uitgevoerd om de zwakke plekken grond- en grondwatermodel. Dit model is de input voor de analyses een onzekerheidsmarge worden bepaald. Dijkvakken die ondanks in een deel van de dijken langs deze Hongaarse rivier te bepalen. Door toepassing van het Fugro FAST4DMAP-concept konden de dijken geografisch continu op veiligheid worden beoordeeld tegen relatief lage kosten. Deze veiligheidsbeoordeling is voor Hongarije noodzakelijk om te kunnen voldoen aan de Europese Richtlijn Overstromingsrisico’s. Het vaststellen van de toestand van de dijken en de risicogebieden is tevens essentieel voor het kunnen verbeteren van de bescherming tegen overstromingen. In dit project is circa 5 km dijk van de maatgevende mechanismen in het onderzoeksgebied; piping, overslag/overloop (hoogte), en opbarsten/opdrijven. Door alle informatie in een GIS-omgeving te integreren is een snel en objectief oordeel te geven over de staat van de waterkering. Het resultaat is een overzicht van de zwakke plekken voor de verschillende mechanismen bij verschillende hoogwaterstanden. pessimistische uitgangspunten voldoen aan de eisen, kunnen in er GIS worden aangegeven als ‘zeker Het pilotproject is mede mogelijk gemaakt door de Nederlandse overheid, in het kader van de Stimuleringsregeling van het Programma Partners voor Water van de EVD. Binnen de pilot is intensief samengewerkt met het Depart- Kruinhoogtetoets hoogwater 2002. ment of Flood Protection and River Management, North TransDanubian Environmental and Water Directorate ÉDUKÖVIZIG; de Hongaarse evenknie van een Nederlands waterschap. Voor meer informatie: Kin Sun Lam, 030 - 602 81 75, k.lam@fugro.nl Foto’s: Directorate ÉDUKÖVIZIG, Haczai Maya. De resultaten zijn vergeleken met de ervaringen van het waterschap. Hieruit bleek dat het GIS-model betrouwbare uitkomsten gaf. Met veilig’ (groen), en dijkvakken die ondanks optimistische uitgangpunten niet voldoen, als ‘zeker onveilig’ (rood). Kostbaar aanvullend grondonderzoek kan hiermee efficiënter worden ingezet. Ervaringen van het Hongaarse waterschap – zoals hier bijvoorbeeld bij het ontstaan van wellen in het achterland bij eerdere hoogwaters – zijn in de pilot meegenomen. 18 3D-machinebesturing met hoge nauwkeurigheid Foto: Jan van Groesen / FINP Warm asfalt op een koud eiland Middernachtelijke werkzaamheden voor de afwerking van de start- en landingsbaan van het vliegveld Akuryri. Vaak zetten aannemers slipformpavers of andere 3D-bestuurde machines in, terwijl ze niet exact weten hoe ze zaken als ontwerp, grondslag bepalen en projectbegeleiding optimaal kunnen regelen voor een zo efficiënt mogelijk verloop van het werk. In zulke gevallen komen de kennis en de ervaring van Fugro goed van pas. Zo heeft onlangs een team van Fugro-specialisten op verzoek van de IJslandse aannemer Colas geassisteerd bij de aanleg van een nieuwe baan voor Akuryri Airport in het noorden van het eiland. Dat het hierbij niet om beton, maar om asfalt ging, maakte de uitdaging des te groter. Te meer omdat asfalt in IJsland alleen ’s zomers gedurende een maand kan worden verwerkt; is een klus niet af, dan moet je 11 maanden wachten. Er was dus sprake van enige tijdsdruk... Foto’s: Roel de Kort / FINP B innen Fugro bestaat veel kennis over automatische 3D-machinebesturing. Met name Fugro heeft hiermee gedurende vele jaren bij talloze projecten in binnen- en buitenland de nodige ervaring opgedaan. Geen wonder dat Hexagon, producent van verscheidene sensoren voor machinebesturing met merken als Leica, SBG GeoRog en Microfyn, Fugro inschakelt als klanten extra assistentie nodig hebben bij 3D-machinebesturing. Fugro is op dit gebied ‘survey partner of choice’ van Hexagon. Controlemeting na aanbrengen asfaltlaag. 19 Het ging om een strook asfalt van 2 km bij 60 m, waarvan de helft in 2008 en de andere helft in 2009 wordt gedaan. Fugro INFO is een uitgave van Fugro Ingenieursbureau B.V., Fugro-Inpark B.V. en Fugro Aerial Mapping B.V.; alle onderdeel van Fugro N.V., een internationaal opererende groep ingenieursbureaus die gegevens over het aardoppervlak en de (zee)bodem verzamelen en interpreteren, met wereldwijd meer dan 13.000 medewerkers in meer dan 50 landen. Oplage: 4.500 exemplaren Colofon Nadat het oude materiaal is weggefreesd, wordt het nieuwe asfalt in twee lagen aangebracht; een grove onderlaag en een fijne toplaag. Bijkomende randvoorwaarden bij dit project zijn de strenge eisen aan de nauwkeurigheid: minder Correspondentie-adres: Fugro-Inpark B.V., Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam T 070 - 317 07 00 F 070 - 317 07 50 dan 6 mm in hoogte voor de toplaag. Bij het spreiden van asfalt is de nauwkeurigheid sterk afhankelijk van temperatuur, weersgesteldheid en asfaltdichtheid. Met name dat laatste bepaalt Fugro op Internet: www.fugro.nl of www.fugro-nederland.nl voor een groot deel in welke mate het asfalt wordt samengedrukt na het walsen. En daarmee moet het 3D-systeem bij het opbrengen weer rekening houden. Daarom wordt tijdens Eindredactie, vormgeving en productie: Maas Communicatie, Rotterdam. het asfalteren continu een as-built meting achter de wals uitgevoerd en wordt het systeem altijd intensief getest vóórdat het ‘de weg op mag’. Fugro heeft alle landmeetkundige werkzaamheden verricht die nodig zijn voor de automatische machinebesturing: testen van de apparatuur, metingen uitvoeren, het ontwerp aanpassen voor de machines, enz. Vanwege het korte ‘werkvenster’ hebben vijf landmeters drie weken lang in ploegen 24 uur per dag gewerkt. Dat ‘per dag’ kan vrij letterlijk worden genomen: op deze breedte wordt het ’s zomers de hele nacht niet donker. Ook is één week louter ’s nachts Redactie: mw. R. Lancel, ing. M. Pehlig, Ph. Reedijk, mw. A.J. van Vliet Meetopstelling automatische 3D sturing asfaltspreidmachine. gewerkt, in verband met het luchtverkeer dat overdag doorgang moest vinden. De klus is op tijd afgerond en wordt vervolgd in de zomer van 2009. Meer informatie: Jack Poppelaars, 076 – 5431850, j.poppelaars@fugro-inpark.nl Fugro INFO wordt verspreid onder relaties en medewerkers van de Fugro-Groep Nederland. Overname van (delen van) artikelen is toegestaan indien de bron wordt vermeld. Fugro Ingenieursbureau B.V. Veurse Achterweg 10 Postbus 63, 2260 AB Leidschendam T 070 - 311 13 33 F 070 - 327 70 91 Vestigingen in: Amsterdam, Arnhem, Breda, Groningen, HardinxveldGiessendam, Leidschendam, Nieuwegein en Weert Fugro-Inpark B.V. Dillenburgsingel 69 Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam T 070 - 317 07 00 F 070 - 317 07 50 Beurskalender 2009 Vestigingen in: Amsterdam, Arnhem, Breda, Drachten en Leidschendam F Fugro Aerial Mapping B.V. Dillenburgsingel 69 Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam T 070 - 317 07 00 F 070 - 317 07 50 ugro Ingenieursbureau en Fugro-Inpark zijn de komende periode vertegenwoordigd op de volgende congressen en beurzen: Infratech 2009 13 t/m 16 januari 2009, Ahoy, Rotterdam 14 januari: CROW Geo-Weg Contactdag Website: www.infratech2009.nl Aquaterra World Forum on Delta & Costal Development 10 t/m 12 februari 2009, RAI, Amsterdam Website: www.aquaterraforum.com World Future Energy Summit 5th World Water Forum 19 t/m 21 januari 2009, Abu Dhabi, United Arab Emirates Website: www.worldfutureenergysummit.com 16 t/m 22 maart 2009, Istanbul, Turkije Website: www.worldwaterforum5.org De Nederlandse Restauratiebeurs Aardwetenschappelijke loopbaandag 6 februari 2009, VU Campus, Amsterdam Website: www.geovusie.nl 20 23 t/m 25 april 2009, Brabanthallen, ‘s-Hertogenbosch Website: www.restauratiebeurs.nl