Eerste tramrotonde in Amsterdam

Transcription

Eerste tramrotonde in Amsterdam
Jaargang 19, nr. 4, december 2008
Uitgave van Fugro Ingenieursbureau B.V., Fugro-Inpark B.V. en Fugro Aerial Mapping B.V.
Eerste tramrotonde
in Amsterdam
6 - STROOMVOORZIENING BULGARIJE IN KAART MET FLI-MAP 400
7 - GEOWEEK WEER GROOT SUCCES
8 - HET GAAT STEEDS SNELLER, MAAR HET BLIJFT LEUK!
9 - ENERGIEZUINIG BOUWEN OP ROTTERDAM AIRPORT
10 - ‘WIL DE NIEUWE INGENIEUR NU OPSTAAN!’
11 - INTEGRAAL ADVIES BOUWRIJP MAKEN VAN TERREIN VOOR
BEDRIJVENPARK
13 - FLI-MAP HELEMAAL KLAAR VOOR DE VOLGENDE 10 JAAR
14 - FUGRO IN THE PICTURE!
15 - EXTRA DIMENSIE SONDEERGRAFIEKEN:
CLASSIFICATIE VAN GRONDSOORTEN EN -LAGEN
16 - METEN IN DE BUIK VAN EEN DRIJVENDE OLIERAFFINADERIJ
17 - MONITORING OP AFSTAND NU NÓG EENVOUDIGER MET GEODIN
18 - ZWAKKE PLEKKEN IN HONGAARSE DIJKEN SNEL IN BEELD
19 - WARM ASFALT OP EEN KOUD EILAND
20 - BEURSKALENDER 2009
1
Eerste tramrotonde in Amsterdam
‘Een ronde spoorwegovergang
zonder slagbomen’
H
et Amsterdamse stadsdeel Westerpark heeft
in 2007 een belangrijke
verkeersader op haar grondgebied opnieuw ingericht. Het
ging om de Jan van Galenstraat
tussen de Kostverlorenkade
en het Westelijk Marktkanaal,
en de Tweede Hugo de Grootstraat. Het stadsdeel heeft van
de gelegenheid gebruikgemaakt
een aantal zaken in één keer aan
Het westelijk deel van Amsterdam
is ruwweg bereikbaar via drie
invalsroutes vanaf de A10. Eén
daarvan, S105, verbindt de westelijke ringweg A10 met de binnenring S100 ofwel de Nassaukade.
Deze radiale invalsroute loopt via
de Jan van Galenstraat, langs het
Amsterdam Food center, over de
Beltbrug naar de Tweede Hugo
de Grootstraat, om daar aan te
sluiten op de Nassaukade. In 2007
is vrijwel dit gehele traject opnieuw
ontworpen en ingericht. Verkeerskundige Jeroen Dijk, projectleider
Rob Hermans van Stadsdeel Westerpark en Marcello Kuilboer van
Fugro vertellen wat meer over de
achtergronden van dit bijzondere
project.
Jeroen Dijk: ‘Na dertig jaar waren
deze wegen hard aan groot
onderhoud toe; vooral de Jan van
Galenstraat wilden we al langer
aanpakken. Het was er rommelig
en het wegprofiel sloot niet aan bij
het eerste stuk van de invalsroute,
gezien vanaf de snelweg. Verder
was deze straat (en ook trouwens
de Hugo de Grootstraat) een zogeheten “black spot”: meer dan zes
letselongevallen in drie opeenvolgende jaren. De uitdaging voor mij
2
Foto’s: Maas Communicatie
te pakken. Fugro assisteerde op
een aantal vlakken in de technische voorbereiding.
Eerste ‘tramrotonde’ in Amsterdam.
was dus vooral om de snelheid
eruit te halen.
Handel gaat altijd door
Met name op de brede lap
asfalt tegenover het Amsterdam
Food Center (AFC) – een enorm
groothandelsterrein voor horeca
en middenstand, zeg maar de
Amsterdamse ‘Les Halles’ – moest
iets veranderen. Er komt hier veel
vrachtverkeer, dat voor de poorten
moet wachten, op de ventwegen
parkeerde of dwars over de weg
stond. Een onduidelijke en dus
onveilige situatie voor het overige
verkeer, met name voor de vele
fietsers. Schuin tegenover het AFC
staat namelijk een grote school.
Bovendien is daarnaast recent een
prestigieus piramidevormig pand
verrezen, waarvan de bewoners
nogal wat (geluids)overlast van
het verkeer ondervonden. Om dit
tegen te gaan hebben we de as
van de weg zoveel mogelijk van de
woningen en de school verlegd,
dus in de richting van het AFC.
Verder hebben we de ventwegen
verwijderd en aan de kant van de
school een tweerichtingsfietspad
aangelegd, zodat scholieren hier
niet hoefden over te steken. Al
met al is het een echte stadsstraat
geworden, ontworpen op een
maximale snelheid van 50 km/u.’
Het Stadsdeel Westerpark heeft
nauw overleg gevoerd met betrokken partijen. Rob Hermans: ‘Vooral
met het AFC hebben we intensief
jaar oude brug in te passen, gaf dit
contact onderhouden: de business
daar gaat 24 uur per dag, 7 dagen
een mooie aanleiding om de drie
projecten in elkaar te schuiven.
per week door en dan kun je
geen stremmingen veroorloven.
Rob Hermans: ‘Een bijkomend
voordeel voor ons was dat de brug
We hebben samen oplossingen
gezocht en gevonden, bijvoorbeeld
voor alle verkeer werd gesloten,
zodat wij in relatieve rust ook
door een reeks korte weekendafsluitingen, gecombineerd met
meteen aan de Jan van Galenstraat en de Hugo de Grootstraat
intensiever gebruik van een kleine
achteruitgang die het terrein heeft.
konden werken. Overigens moest
het voetgangers- en fietsverkeer
Ook met de school en de bewoners van de piramide is geregeld
wel doorgang vinden, dus is er een
beweegbare noodbrug gebouwd.
overleg geweest om enerzijds
hun wensen mee te nemen in het
Die heeft weer voor het nodige
oponthoud gezorgd, maar dat is
ontwerp en anderzijds de overlast
bij de uitvoering tot een minimum
een ander verhaal.’
te beperken.’
Jeroen: ‘De Hugo de Grootstraat
is om verschillende redenen een
75 jaar oude brug
vervangen
bijzonder geval. Ten eerste komen
hier veel zaken bij elkaar. De straat
is een belangrijk knooppunt van
drie Amsterdamse Hoofdnetten:
Auto, Fiets en Openbaar Vervoer. Naast woonhuizen zijn ook
hier veel winkels en bedrijven,
die allemaal andere – en vaak
tegenstrijdige – wensen hebben
De Jan van Galenstraat loopt via
de Beltbrug over in de Tweede
Hugo de Grootstraat, waaraan het
stadsdeel ook groot onderhoud
wilde plegen. Toen de dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (IVV)
vroeg de vervanging van deze 75
Rob Hermans: ‘Veel overleg met omgeving.’
voor ontwerp en uitvoering: brede
stoepen, veel groen, veel parkeerruimte, goede bereikbaarheid,
enz. Zelf waren we op zoek naar
snelheidsverlaging en, oh ja, er
moesten ook nog een buslijn met
hal
haltes en een kruisende tramlijn
wor
worden ingepast. We zijn eerst
maa
maar eens de buurt ingetrokken,
om te horen wat daar leefde. Een
opv
opvallend geluid kwam van een
gro
groep bewoners onder aanvoering
van emeritus hoogleraar verkeerskun
kunde en stedenbouw, Boudewijn
Bac
Bach: een goed onderbouwd
ver
verhaal voor een rotonde op het
Hug
Hugo de Grootplein. Zelf dachten
wij in eerste instantie aan een klassie
siek kruispunt met een VRI, maar
toe
toen ook onze stadsdeelraad met
de vraag naar een rotonde kwam,
heb
hebben we dit nader onderzocht.
Een tijd lang hebben we de twee
var
varianten naast elkaar uitgewerkt.
Met name een tram die de rotonde
moe
moest kruisen, was nieuw voor
ons
ons. We hebben gezocht naar
soo
soortgelijke projecten in Nederland
en we hebben een geavanceerde
com
computersimulatie laten maken bij
de dienst Ruimtelijke Ordening. We
kwa
kwamen tot de conclusie dat tot
een bepaalde maximale capaciteit
een rotonde een rustiger verkeersbee
beeld geeft dan een kruising.
Jeroen Dijk: ‘Goede samenwerking met dienst Ruimtelijke Ordening.’
3
Kruispunt of tramrotonde?
K
ming gemaakt op basis van het
Nad
Nadeel was wel dat een tram geen
pri
prioriteit heeft op een rotonde: dit
is later opgelost door bij nadering
door het stadsdeel geleverde
ontwerp. Deze raming vormde de
van een tram alle verkeer stil te
zet
zetten
met stoplichten. Als de tram
voo
voorbij is, gaan de lichten uit en
her
herneemt
het verkeer zijn gewone
loo
loop. Eigenlijk een ronde spoorweg
wegovergang
zonder slagbomen,
dus
dus. In eerste instantie zagen de
die
dienst
IVV en het Gemeentelijk
Ver
Vervoersbedrijf (GVB) deze variant
nie zitten, maar de wethouder van
niet
ver
verkeer heeft de knoop doorgehak Het werd een tramrotonde;
hakt.
de eerste in Amsterdam.’
Mar
Marcello Kuilboer: ‘Fugro is
gev
gevraagd
de technische voorbereidin
ding voor het project te doen. Als
eer
eerste
hebben we een kostenraMarcello Kuilboer: ‘Een uitdagend project zowel in de voorbereiding als in de uitvoering.’
Hugo de Grootplein: alle verkeer stilzetten als tram nadert.
4
basis voor de aanvraag van het
budget. We hebben een inventarisatie gemaakt van de werkzaamheden van de verschillende
‘nutsbedrijven’, conform de Amsterdamse wenstracé-procedure.
Dit houdt in dat de nutsbedrijven
wordt verzocht aan te geven of ze
in het betrokken gebied werkzaamheden aan de kabels en leidingen
gepland hebben. Vervolgens worden hun eventuele werkzaamheden op tekening verwerkt, waarbij
uiteindelijk het nieuwe kabel- en/of
leidingtracé wordt vastgelegd.
De volgende stap voor Fugro was
het maken van het bestek voor de
herinrichtingswerkzaamheden. De
afdeling Riolering van Waternet
Uitwerking van het ontwerp naar technische tekeningen.
had ook grote werkzaamheden,
die goed gecombineerd konden
worden met de werkzaamheden
van het groot onderhoud. Daarom
is het bestek van Waternet samengevoegd in het ‘stadsdeel’-bestek.
Voordeel van dit gecombineerde
bestek is dat alle werkzaamheden
en de verantwoordelijkheid ervoor
bij één aannemer of bouwcombinatie zijn ondergebracht.
Rob Hermans vult hem aan: ‘De
uitvoering is eigenlijk vlekkeloos
verlopen; we zijn iets later begonnen dan gepland, maar hebben dat
ingelopen en waren zelfs eerder
dan gepland klaar. Er zijn geen
gekke dingen gebeurd en we hebben eind vorig jaar dan ook een
geslaagd openingsfeest gevierd
met de bewoners en ondernemers
van de buurt.’
Jeroen Dijk besluit: ‘Ook vanuit mijn gezichtspunt een zeer
geslaagd project: een constructieve samenwerking met de dienst
Ruimtelijke Ordening, de gewenste
doorstroming en snelheidsreductie
zijn gehaald, de geluidsoverlast
aan de gevels is verminderd en
we zijn zelfs binnen het budget
gebleven! Nu alleen nog een leuke
invulling van het groene hart, het
middenterrein van de rotonde!’
Meer informatie:
Marcello Kuilboer,
020 - 651 08 34,
m.kuilboer@fugro-inpark.nl
Foto’s: M. Kuilboer / FINP
Er is in de voorbereidingsfase veel
tijd besteed aan het opstellen van
een BLVC-plan (Bereikbaarheids-,
Leefbaarheids-, Veiligheids- en
Communicatieplan). Dit plan
omvat de fasering van het werk,
de benodigde omleidingsroutes
voor de diverse weggebruikers,
plaatsen waar kan worden gelost
en geladen, enz. Bij de totstandkoming van het plan heeft overleg
plaatsgevonden in de stedelijke
Werkgroep Werk in Uitvoering. De
laatste stap in de voorbereidingsfase betrof de aanbesteding van het
werk. Het bestek is op de markt
gezet en aannemers konden op het
werk inschrijven. Fugro heeft ook
dit proces begeleid.‘
Oude situatie op de Jan van Galenstraat...
en na de herinrichting.
5
Grootste corridorproject in Europa
Stroomvoorziening Bulgarije in kaart
met FLI-MAP 400
B
egin 2008 zijn Fugro
en FLI-MAP partner
EstereoFoto het grootste
en meest uitdagende corridorproject in Europa begonnen.
Opdrachtgever National Electricity Kompany EAD (NEK EAD)
in Bulgarije wilde zijn complete
netwerk snel en efficiënt laten
inmeten en ontsluiten via GIStoepassingen. FLI-MAP 400
NEK EAD beheert het gehele
hoogspanningsnetwerk (circa
15.000 km) van Bulgarije en is
daarmee ook verantwoordelijk voor
de verbinding met de netwerken
in Roemenië, Turkije, Griekenland,
Servië en Macedonië. In 2006 al
gaf NEK EAD aan het gehele netwerk te willen inmeten en via GIStoepassingen te willen ontsluiten
voor alle beheerders. De ervaring
bij het inmeten van 400 km in
Bulgarije met het FLI-MAP 400systeem in 2007 gaf de doorslag
bij de daaropvolgende Europese
aanbesteding.
De omvang van het project (zo’n
10.000 km) en de lokale coördinatie met de ministeries van energie
en defensie maken dit tot een zeer
complex proces. Het verkrijgen
van alle vliegvergunningen en het
kunnen beschikken over een militaire helikopter bleek een grote uitdaging en vroeg nauwe samenwerking tussen alle partijen. Daarnaast
moest het gehele tracé digitaal in
kaart gebracht worden, om als basis te dienen voor de verschillende
vluchtplannen. Van het overgrote
deel van het tracé ontbrak echter
geschikt kaartmateriaal. Daarom
is een voorverkenning uitgevoerd
aan de hand van schetsen van de
opdrachtgever.
6
Foto’s: Fugro Aerial Mapping
bleek de beste optie.
Locatie voor een GPS-basisstation.
In april 2008 zijn de vergunningen aangevraagd en begonnen
de voorbereidingen; in augustus
ging het project van start. Omdat
niet alle leidingen digitaal bekend
waren, bepaalt het projectteam de
coördinaten van de leidingen in het
veld of op basis van Google Earth.
Bij zeer complexe situaties wordt
aan het begin van een leiding een
schets van het substation gemaakt
met alle uitgaande leidingen.
De verwerking van alle informatie
is een grote uitdaging. Met behulp
van Excel-lijsten met alle leidingen,
een overzichtstekening en een
eigen voortgangstekening lost
het veldteam de puzzel op. Door
alle informatie te combineren kan
exact worden bijgehouden welke
leidingen en substations volledig zijn ingevlogen of waar nog
extra vluchten nodig zijn. Hierop
3D-visualisering van laserdata met de RGB-waarden.
gebaseerd kan de helikopter de
volgende dag weer de lucht in met
het nieuwe vluchtplan.
Ondanks het feit dat er in de
weekenden niet wordt gevlogen en
de helikopter eenmaal in de week
terug moet naar een militaire basis,
is ruim 5.000 km ingemeten en is
al een aanzienlijk deel van de data
in het veldkantoor verwerkt.
Meer informatie:
Suri Bayirli,
070 - 317 07 12,
s.bayirli@fugro.com
GeoWeek weer groot succes
Op expeditie in Leidschendam
D
e GeoWeek wordt elk
jaar georganiseerd
soorten in het laboratorium. De
expeditieleden beklommen verder
door het Koninklijk
Nederlands Aardrijkskundig
een sondeerwagen en zochten
uit hoe een sondering werkt en
Genootschap en mede mogelijk
gemaakt door Stichting Ken-
hoe deze dan wordt uitgelezen.
Ook karteerden ze een luchtfoto
nisontwikkeling Kennisoverdracht Bodem en Ruimte voor
van hun eigen school en maakten
kennis met de 3D-laserscanner,
Geo-informatie. In deze week
maken leerlingen in de leeftijd
waarmee de groep werd vastgelegd in drie dimensies!
van 10 tot 15 jaar kennis met
de meer technische kanten van
De geo-prof voor de klas
aardrijkskunde.
Fugro-medewerker Sjaco Lensen
behandelde als geo-prof voor 120
Dit gebeurt door met de klas op
expeditie of veldwerk te gaan naar
een ‘geobedrijf’ of door iemand op
school te ontvangen.
leerlingen van het Lingecollege
(Tiel) en voor drie klassen van het
Citadel College (Lent) het thema
‘Het maken van een kaart’. Hij
werd daarbij bijgestaan door landmeter Jeroen Kamphuis. Tijdens
de gastlessen in het kader van het
vak ‘Mens en maatschappij’ kregen de leerlingen uitleg over wat
landkaarten zijn en hoe ze worden
gemaakt.
Kou en af en toe wat regen weerhielden de kids van drie scholen
er afgelopen november niet van
om mee te gaan op expeditie
bij Fugro. De leerlingen van Het
Groene Hart Lyceum uit Alphen
a/d Rijn, OBS Christina en Daltonbasisschool De Tamdem (beide
uit Leidschendam) voerden het
GeoWeek-programma vol enthousiasme uit.
De expeditieleden gingen in groepjes van 6 tot 8 kinderen zelf aan de
slag bij de verschillende onderdelen. Tijdens de speurtocht werden
vragen beantwoord en opdrachten
uitgevoerd. Zo deden de leerlingen
metingen met een tachymeter,
maakten ze kennis met het uit de
grond halen van grondmonsters en
analyseerden ze diverse grond-
De les speelde zich af in het lokaal,
maar ook buiten op het schoolplein. Binnen besprak de geo-prof
de verschillende productiemethoden van de kaarten, waaronder
landmeten. En buiten bij Jeroen
mochten de leerlingen het vak
‘hands on’ proberen. Zij konden
een stukje van het schoolplein
meten met verschillende meetmiddelen. De conclusie van de
deelnemers, de leraren en de geoprof: ‘Aardrijkskunde is meer dan
alleen maar topografie en kan best
spannend zijn!’
7
ACHTER DE SCHERMEN
Het gaat steeds sneller, maar het blijft leuk!
gekozen schaal op half-logaritmisch ruitjespapier plotten, punten
bij Fugro in Arnhem, bij wat
toen het Geotechnisch Labora-
verbinden, trappen superponeren
en daarna berekeningen uitvoeren:
torium heette. Het laboratorium
groeide, veranderde van naam
zetting na 1 en 10 dagen, etc.
Daarna een transparant vel half-
en verhuisde, maar Piet bleef.
Inmiddels is hij als groepshoofd
logaritmisch papier eroverheen
leggen, alles met een tekenpen
Geotechniek verantwoordelijk
voor vijf medewerkers.
overtrekken, naar de typiste, die er
de berekende waarden bij typte.
Het Materiaalkundig Laboratorium
Tegenwoordig worden tien van
die complete testen in 30 minuten
(zoals het lab tegenwoordig heet)
heeft zijn dienstverlening in de loop
geprocest! Automatisering heeft
natuurlijk overal veranderingen
der jaren flink uitgebreid: naast het
geotechisch lab is er een afdeling
teweeggebracht, maar ik moet
zeggen: ons werk is er alleen maar
afdichtingslagen en een bouwstoffenlaboratorium. Niet alleen de
Fugro-zustermaatschappijen weten
de weg naar Arnhem te vinden.
Doordat het laboratorium als één
van de weinige RVA-geaccrediteerd is, brengen veel overheden,
aannemers en zelfs collegaingenieursbureaus zoals DHV en
Grontmij hier hun labwerk onder.
plezieriger op geworden!’
Wat wel is veranderd, zijn de instrumenten en methoden waarmee
we werken. Door vérgaande automatisering hebben wij een enorme
efficiency-slag kunnen maken. Een
voorbeeld: wij doen veel samendrukkingstesten. Daarbij boots je
in het laboratorium zettingsgedrag
van grondlagen na, door monsters
trapsgewijs te belasten. Als we
vroeger heel hard werkten, konden
we op een dag tien van die testen
processen. Alles ging handmatig:
met vaste intervallen verschillende
meethorloges aflezen, meetpunten
noteren, met potlood in een zelf
8
Opstelling voor triaxiaalproef CU toen (1973).
Opst
Opstelling voor triaxiaalproef CU nu (2008).
Om zich te ontspannen naast deze
drukke baan is Piet veel in ‘het veld
te vinden’, bezig met wildbeheer
en jacht. Dit is al zo’n 30 jaar zijn
passie. Piet: ‘Zit in mijn bloed, m’n
oom was jachtopzichter en verschillende familieleden jagen. Veel
collega’s en klanten vragen dan
ook geregeld naar mijn ervaringen
en kennis over de fauna. Momenteel ben ik druk in de weer met het
africhten van mijn jonge Engelse
Springer Spaniël. Hierin gaan vele
uren zitten, maar het is een ontzettend mooie bezigheid en het gaat
zeer voorspoedig.’
Foto: Piet v.d. Velden
Sommige dingen zijn al die tijd
hetzelfde gebleven, andere zijn
veranderd. Piet: ‘Het vinden van de
juiste mensen gaat nu nog steeds
zoals vroeger: er was en is helaas
geen opleiding voor geotechnisch
laborant. Je moet dit vak in de
praktijk leren; een beetje analytisch
denken is gewenst, maar verder
gaat het vooral om twee rechterhanden hebben en leergierig zijn.
Foto's: FIBV
I
n 1973 begon Piet van de
Velde als leerling-laborant
Haalbaarheidsstudie naar diverse ondergrondse energieopslagsystemen in één gebied
Energiezuinig bouwen op Rotterdam Airport
Relevante kenmerken
ondergrond
De opslag van koude en warmte
hoge prijzen voor fossiele brandstoffen, worden steeds meer
moet plaatsvinden in een watervoerende zandlaag. De geschikt-
bedrijfsgebouwen verwarmd en
gekoeld via een ondergronds
heid van de ondergrond voor
energieopslag hangt af van de
energieopslagsysteem. Zo overweegt ontwikkelaar Rotterdam
volgende kenmerken van de watervoerende lagen:
Airport Vastgoed (RAV) bij de
toekomstige bouw van bedrijven
- dikte, samenstelling en diepteligging;
en kantoren op het vliegveldterrein gebruik te maken van
- snelheid en richting van de
grondwaterstroming;
ondergrondse energieopslag.
- kwaliteit en temperatuur van het
grondwater.
RAV heeft Deerns raadgevend
ingenieurs gevraagd een Energie
Masterplan op te stellen. Fugro
heeft vervolgens op verzoek van
Deerns een haalbaarheidsstudie
uitgevoerd naar de mogelijkheden
van ondergrondse energieopslag.
Belangrijkste randvoorwaarde
hierbij is dat elk van de geplande
kavels een eigen opslagsysteem
krijgt, bestaande uit een of twee
bronparen. Deze bronnen mogen
niet te dicht bij de bronnen van
de overige kavels liggen, omdat
anders thermische kortsluiting
kan ontstaan. Het water stroomt
dan naar de andere bron, in plaats
van binnen het ‘eigen’ systeem te
blijven.
Om een inschatting te kunnen
maken van de vergunningtechnische mogelijkheden voor energieopslag is ook een inventarisatie
uitgevoerd van omgevingskenmerken, zoals de aanwezigheid van
grondwateronttrekkingen, nabij
gelegen energieopslagsystemen en
grond(water)verontreinigingen.
De haalbaarheidsstudie richt zich
op het ondergrondse deel van het
energieopslagsysteem en geeft
inzicht in eventuele knel- en aandachtspunten voor het vervolgtraject. Hiertoe heeft Fugro eerst een
bureaustudie uitgevoerd naar de
geschiktheid van de ondergrond
voor energieopslag. Op basis van
de benodigde koelvermogens heeft
Fugro advies gegeven over de
mogelijkheden voor energieopslag
voor de toekomstige gebouwen
en kantoren. Het advies bevatte
verder een globale dimensionering
van de bronnen en een voorstel
voor de bronlocaties.
Uit de ondergrondgegevens die
Fugro verzamelde via o.a. TNO en
de provincie, bleek dat de bodem
op de projectlocatie bestaat uit
een deklaag van ca. 15 m, een
watervoerend zandpakket van ruwweg 20 m tot 40 m onder NAP met
daaronder een scheidende kleilaag
tot -60 m. Hieronder bevindt zich
nog een tweede watervoerend
pakket zand met een dikte van
ca. 170 m, van grof en fijn zand
met afwisselend kleilagen met een
matige doorlatendheid. Het (zoute)
grondwater stroomt hier langzaam,
waardoor de thermische verliezen
laag zullen zijn. Dit tweede watervoerende pakket is matig geschikt
voor een energieopslagsysteem.
Haalbaarheid verschillende systemen
Ook heeft Fugro onderzocht
hoeveel water op deze plaats kan
worden onttrokken en geïnfiltreerd.
Eerst zijn berekeningen uitgevoerd
om te bepalen wat de minimale
afstand is tussen de koude en
warme bronnen. Vervolgens zijn
Foto: Tristan Linck / FAM
zaamheid en milieu,
maar ook vanwege de
Luchtfoto van de huidige luchthaven.
de systemen op de projectlocatie
in een geohydrologisch model
opgenomen en zijn verschillende
berekeningen met FEFLOW uitgevoerd. De opdrachtgever wilde
de bronnen het liefst binnen de
kavels, zodat elke kavel een op
zich zelf staand energieopslagsysteem kan krijgen. Op basis van
dit uitgangspunt en de benodigde
energiebehoefte zijn drie mogelijke
bronconfiguraties bekeken. Hierbij
is uitgegaan dat de filters op de
projectlocatie volgens het beleid
van de Provincie Zuid-Holland zijn
afgesteld in het tweede watervoerende pakket.
De berekeningen van FEFLOW
gaven aan dat alle voorgestelde
bronconfiguraties bínnen de kavels
bij een debiet van 20 m3 per uur
of meer enig energieverlies gaven
door thermische kortsluiting. Fugro
heeft daarom een voorstel opgesteld voor de optimale verdeling
van de bronnen over het gebied.
Meer informatie:
Arnoud van de Lockant,
070 - 311 11 74,
a.vdlockant@fugro.nl
Jan Tel,
070 - 311 11 36,
j.tel@fugro.nl
Foto: A. van de Lockant, FIBV
U
it oogpunt van duur-
Een deel van de bronconfiguratie.
Een energieopslagsysteem
bestaat uit een ‘koude’ en een
‘warme’ bron, waarvan de filters
zijn aangebracht in het gecombineerde eerste en tweede
watervoerend pakket. Een bron
is in dit verband een ’diep gat in
de grond’ waarin een onderwaterpomp wordt aangebracht.
Bij vraag naar warmte wordt
grondwater opgepompt uit de
warme bron. Nadat de warmte
van het grondwater via een
warmtewisselaar is afgestaan
aan het gebouwcircuit, wordt
het afgekoelde water geïnfiltreerd in de koude bron. In de
koelperiode werkt het systeem
in tegengestelde richting. Het
systeem moet over beide perioden energieneutraal zijn.
9
OPINIE
‘Wil de nieuwe
ingenieur nu
opstaan!’
H
et Koninklijk Instituut Van Ingenieurs KIVI NIRIA is de
Nederlandse beroepsvereniging van ingenieurs en techniekstudenten. Het netwerk behartigt de belangen van haar bijna
25.000 leden en steunt hen in hun beroepsuitoefening. KIVI NIRIA
richt zich op drie speerpunten: Netwerk, Ledenservice en Techniekpromotie. In het kader van dat laatste onderwerp breekt president
ir. Jan Dekker een lans voor ‘De Ingenieur Van de Toekomst’.
‘In 2008 heeft ons instituut
kennis beschikken, maar minder
veel aandacht besteed aan de
toekomst van ons vak. We zien
gelukkig dat de belangstelling voor
technische studies weer toeneemt.
Bij de verhoogde instroom op universiteiten en het hoger beroepsonderwijs vallen ook de grotere
aantallen meisjes positief op. Ik
wijt dit aan het samenkomen van
een aantal zaken.
ondernemend zijn of gericht op
toepassingen. Ontwikkelingen als
de Verklaring van Lissabon, de
Verklaring van Barcelona en het
Innovatieplatform geven aan dat
we met elkaar de sfeer rondom
techniek aan het verbeteren zijn.
Natuurlijk is er de afgelopen jaren
door alle mogelijke partijen extra
aandacht gevraagd voor de techniek als aantrekkelijke studie- en
carrière-mogelijkheid. Maar ik zie
ook een brede maatschappelijke
trend in ons land, waarin het besef
groeit dat je in een economie gewoon dingen moet maken – en niet
alleen moet handelen in gebakken
lucht. Nog breder worden de gevolgen zichtbaar van het aanpakken van de “European paradox”:
het feit dat we in Europa over veel
10
Gecombineerd met het inzicht
dat we als wereldbevolking een
aantal problemen hebben die we
echt moeten oplossen, leidt dit tot
een toenemende waardering voor
technische beroepen. Want hoewel
‘Belangstelling voor technische
studies neemt toe’
techniek soms onderdeel van het
probleem is, is het altijd een onderdeel van de oplossing! De tijd van
onderzoeken en plannen maken
is nu wel voorbij; er moet iets ge-
beuren. Daarbij zal de technische
invalshoek breder moeten zijn dan
wij uit het verleden gewend zijn.
Een (maatschappelijk) probleem is
zelden alleen technisch op te los-
sen. Al snel is er samenhang met
geologie, milieukunde, biologie en
alfa-wetenschappen als sociologie.
Enig inzicht in die velden en in het
algemeen wat inlevingsvermogen
zijn dan ook de nieuwe vereisten
voor de moderne ingenieur. Er
wordt al een tijdje gewerkt met het
zogeheten “T-profiel”: een redelijk
diepgaande specialisatie, afgetopt
met een brede ontwikkeling. Dat
‘Techniek is sóms onderdeel
van het probleem, maar áltijd
onderdeel van de oplossing’
21 frequenties kunnen “voelen”,
waardoor ze beter kunnen communiceren en functioneren: een
mooie combinatie van neurotechnologie met elektronica en fijnmechanica. Je ziet nu dingen bij
elkaar komen op het moment dat
het nodig is. Als je bijvoorbeeld
“brede” heeft overigens niet alleen
heel eind komen. We leven in een
met andere vakgebieden te maken,
maar ook met ondernemerschap
zeer interessante tijd, waarin allerlei cross-overs ontstaan tussen
en het besef dat je midden in
de maatschappij staat. Ook wij
vakgebieden die elkaar vroeger
echt niet wisten te vinden. Zo
oplossingen te verzinnen voor het
CO2-probleem! Ik ben dan ook
een optimistisch mens. Wanneer
ingenieurs moeten ons terdege
realiseren hoe het leven op onze
wordt bijvoorbeeld biotechnologie
ingezet bij dijkversterking; bacte-
wij als ingenieurs ervoor zorgen
dat we geen tunnelvisie ontwik-
planeet in elkaar steekt. Als je die
kennis voor je kunt laten werken
riën bewaken straks onze dijken!
En wist u dat 100% van de doof-
kelen, maar juist breed kijken en
geïntegreerd te werk gaan, dan
en er netjes mee omgaat, kun je
samen met andere disciplines een
stomme kinderen in Nederland
een implantaat krijgt, waarmee ze
zie ik de toekomst vol goede hoop
tegemoet.’
beseft hoeveel briljante mensen
momenteel wereldwijd bezig zijn
Alle disciplines in huis
Integraal advies bouwrijp maken van terrein
voor bedrijvenpark
H
et bouw- of woonrijp
maken van een terrein
heeft meer aspecten in
zich dan veel mensen in eerste
instantie vermoeden. Hier komen
geotechniek, geohydrologie
en geodesie bijeen, plus het
vermogen om de vraag van een
opdrachtgever met een helikopterview te bekijken. Een goed
voorbeeld hiervan is het bedrijvenpark Heron, dat de gemeente
Pijnacker-Nootdorp wil gaan
ontwikkelen. Fugro analyseerde
de mogelijke knelpunten en
bracht gerichte adviezen uit.
Fugro kijkt bij dit soort projecten
eerst naar ‘de vraag achter de
vraag’: wat wil de opdrachtgever
precies, wat is het doel van het
onderzoek? Pas als deze vragen
zijn beantwoord, kan een verantwoorde onderzoeksopzet worden
gemaakt. Wat binnenkwam als
een relatief eenvoudige vraag naar
zettingsanalyses, groeide uit tot
een complex integraal advies voor
het bouwrijp maken van een terrein
Plaxis-berekening voor de locatie van de gasleiding.
van 22 ha. Fugro heeft voor dit
soort projecten alle benodigde disciplines in huis. Voor de opdracht-
scheelt tijd en voorkomt communicatieproblemen en ‘ruis op de lijn’.
Bovendien kan tijdens het proces
Het gebied bij Nootdorp waar bedrijvenpark Heron moet verrijzen,
bestaat momenteel uit kassen-
gever heeft dat als voordeel dat via
één projectleider alle onderwerpen
kunnen worden afgehandeld. Dit
snel worden bijgestuurd als dat
nodig of wenselijk is.
bouw, gronddepot en weiland. De
bestaande bebouwing zal worden
gesloopt. Langs de randen van het
11
projectgebied wordt ruimte vrijgemaakt voor water.
Grondonderzoek
Uit historisch onderzoek is gebleken dat grote kans bestaat dat
in de bodem van dit gebied niet
gesprongen explosieven aanwezig
zijn. Om risico’s bij de uitvoering
van het veldwerk te voorkomen
heeft Fugro vooraf een beperkt
explosievenonderzoek uitgevoerd.
In de ondiepe bodem gebeurde
Foto: Daan Eijmaal
dit met de gradiometer en de
Sondeerunit in het veld, met (links) schema van detectie van mogelijke blindgangers met de magnetometerconus.
grondradar, op grotere diepte met
de Fugro magnetometer-conus.
Met de magnetometer kunnen in
de ondergrond aanwezige metalen
objecten worden gedetecteerd.
Ook kunnen gelijktijdig normale
parameters worden gemeten, zoals
conusweerstand, mantelwrijving,
helling, waterspanning, etc. Dit
maakt de magnetometer-conus
een efficiënte methode om in deze
fase in te zetten.
Nadat met de Fugro magnetometer-conus was vastgesteld dat zich
op de locaties van het veldwerk
geen blindgangers bevonden,
zijn mechanische en handmatige
boringen uitgevoerd. Vervolgens
zijn ongeroerde monsters genomen, die zijn onderzocht door het
Materiaalkundig Laboratorium van
Fugro.
Uiteindelijk adviseerde Fugro het
projectgebied op basis van de
12
bodemopbouw in te delen in drie
deelgebieden, met elk aparte
specificaties voor wat betreft maaiveldontwerp en ophoogadviezen.
Speciale aandacht
Een aantal zaken trok de aandacht bij dit project. Zo heeft de
opdrachtgever de wens drie waterafvoersystemen in de wegcunetten
aan te brengen: voor respectievelijk schoon, mogelijk vervuild en
vervuild water. Daartussendoor
moet ook een drainagesysteem komen. Fugro heeft adviezen opgesteld om dit complexe gescheiden
systeem met veel kruisingen en
verschillende verhangen optimaal
aan te leggen.
Een ander punt is de grote
gastransportleiding die door het
gebied loopt. Deze mag uiteraard
geen enkel risico lopen door extra
belasting als gevolg van horizontale of verticale zettingen door
ophogingen, bijvoorbeeld voor
een aan te leggen grondwal. Fugro
heeft voorstellen ontwikkeld voor
alternatieven: verplaatsen van de
gehele leiding, het plaatsen van
de leiding op een constructie op
palen of binnen damwanden of het
aanpassen van het inrichtingsplan,
met op de plaats van de gasleiding
geen weg, maar bijvoorbeeld een
groenstrook.
De geprojecteerde, enorme grondwal langs de A12 verdiende ook
om een andere reden extra aandacht. Op basis van oriënterende
berekeningen werd een voorbelasting voor de grondwal onrealistisch
beschouwd. Daarom is ervan
uitgegaan dat de grondwal met
overhoogte wordt aangebracht.
Fugro heeft specifiek gekeken
naar de risico’s van horizontale of
verticale zettingen en naar mogelijkheden de gevolgen daarvan te
beperken, door bijvoorbeeld het
plan aan te passen.
Omdat de zettingen in het gebied
niet exact zijn te voorspellen, is
geadviseerd gedurende ongeveer
drie jaar monitoring te laten uitvoeren met behulp van zakbaken,
met name op plekken met tijdelijke
extra overhoogten.
Het eindproduct van Fugro is een
definitief advies op basis waarvan
de opdrachtgever direct bestekken
kan laten opstellen. Het wachten
is nu alleen nog op de politiek om
een beslissing te nemen voor de
aanleg van het bedrijventerrein.
Meer informatie:
Han-Peter Boers,
070 - 311 14 01,
hp.boers@fugro.nl of
bouwrijpmaken@fugro.nl
Laser-altimetrie neemt hoge vlucht
FLI-MAP helemaal klaar voor de
volgende 10 jaar
n 1992 is voor het eerst
I
400 m hoogte kon worden ge-
onderzocht of topografie in
kaart gebracht kon worden
vlogen, konden grotere gebieden
worden gemeten. En nog belang-
via een laserscanner op een
gyrocopter. Dit idee leverde in
rijker: de nieuwe scanner was veel
nauwkeuriger. Voor de Z-coördinaat
1995 FLI-MAP I op: een vast
laser-altimetriesysteem, gemon-
kan een nauwkeurigheid van 4 - 5
cm (1 sigma) worden behaald. Via
teerd aan een Schweizer-helikopter. Na introductie in de VS
het plaatsen van 3D LiDAR Board
Markers kan zelfs een nauwkeurig-
wilde Fugro dit systeem ook in
Europa aanbieden. In 1997 werd
heid van 2 cm worden gegarandeerd.
Op basis van het succes van deze
proef werd besloten een nieuw,
mobiel FLI-MAP-systeem te ontwikkelen. Fugro zette in 1998 een
afdeling op in Nederland, die nauw
was betrokken bij de ontwikkeling
van het nieuwe systeem in de VS.
In 1999 was FLI-MAP II inzetbaar.
De eerste opdracht: ruim 4.000 km
spoorwegen inmeten in Zuid-Afrika. Daarna volgden projecten in de
hele wereld en werd het systeem
verder ontwikkeld. In het begin
werden laserdata op cd’s en videobeelden op VHS-banden geleverd.
Maar al snel konden digitale, hoge
resolutie foto- en videocamera’s
worden geïntegreerd en nam
de dataomvang toe. FLI-MAP II
maakte als enige gebruik van één
naar voren en één naar achteren
gerichte scanner, die elk 10.000
meetpunten per seconde opleverde. Hierdoor zag het systeem ook
objecten als antennes en lantaarnpalen goed en kon het beter door
vegetatie heen ‘kijken’.
In 2006 begon een nieuw tijdperk
met het FLI-MAP 400-systeem.
Basis vormden de integratie van
nog betere camera’s en de unieke
150.000 Hz scanner die naar
voren, naar beneden én naar achteren scant. Omdat nu tot op
In september 2008 is het nieuwste
FLI-MAP 400iii-systeem geïntroduceerd. Er zijn nu opties voor
150.000 Hz of 250.000 Hz, en er
kan worden gebruikgemaakt van
Multiple Pulse in Air (MPiA) . Met
deze technologie kan, vóórdat de
eerste puls van de laser is gereflecteerd, al een tweede puls worden
uitgezonden. Op deze wijze kan
veel sneller worden gevlogen en
zelfs hoger dan 950 m.
Daarnaast is het systeem uitgerust met een dubbele, neerwaarts
gerichte camera, waardoor op grote
hoogten nog zeer hoge resolutiebeelden kunnen worden gemaakt.
Tenslotte worden de line-scan
RGB-kleuren al tijdens de vlucht gecombineerd met de laserdata, zodat
de systeemoperator meteen een
visuele controle van de dataopname
kan uitvoeren. Ook kan met deze
RGB-waarden kort na de vlucht
een eerste ortho-gerectificeerde
fotomozaïek worden geleverd.
Momenteel beschikt Fugro over
twee FLI-MAP 400-systemen, waarvan er één is uitgerust met de 250
KHz- en MPiA-optie. Binnen Fugro
zijn zes FLI-MAP 400 systemen
operationeel, waarop altijd een beroep kan worden gedaan. FLI-MAP
gaat de volgende 10 jaar van haar
bestaan dan ook met het volste
vertrouwen tegemoet!
Foto’s: Fugro Aerial Mapping
de helikopter voor een eerste
project naar Nederland getransporteerd.
Meer informatie:
Suri Bayirli,
070 - 317 07 12,
s.bayirli@fugro.com
13
Fugro in the picture!
I
Internationale
bijdrage
va
van Fugro aan Intergeo
Van 30 sept t/m 2 okt jl. was de
Fugro Water Services gelanceerd op de Waterbouwdag.
n het laatste kwartaal
van 2008 vonden diverse
belangrijke congressen en
evenementen plaats waaraan
Fugro heeft deel genomen. Door
middel van een stand en met lezingen zijn nieuwe toepassingen
gepresenteerd op het gebied
van onder andere funderingstechniek, deltatechnologie en
geospatial services.
beproeven van funderingspalen
met een grote diameter; bij de
Fugro-stand kon worden ingeschreven voor het bijwonen van
een proef op twee grote diameterboorpalen in november.
I
Waterbouwdag 2008
Fugro Water Services is gepresenteerd op de Waterbouwdag. Met
als doel ‘inspelen op de toenemende vraag naar waterkennis’
trok de stand de nodige belangstelling. Met Fugro Water Services
worden kennis en ervaring die wereldwijd binnen de Fugro-groep is
ontwikkeld, gebundeld voor brede
vraagstukken op het gebied van
Waterveiligheid, Watermanagement en Waterwinning. Ongeveer
600 bezoekers werden aangetrokken door de interessante lezingen
en de exposities van bedrijven. De
Waterbouwdag werd afgesloten
met een paneldiscussie over het
recente rapport van de Deltacommissie. De Waterbouwdag is een
jaarlijks terugkerend event dat
wordt georganiseerd door KIVI
NIRIA, de beroepsvereniging voor
ingenieurs in Nederland in samenwerking met CURNET.
14
Funderingsdag 2008
Met ruim 500 bezoekers was de
Funderingsdag 2008 (een initiatief
van KIVI NIRIA en de Betonvereniging) een zeer druk bezocht
congres. Een optimale netwerkgelegenheid voor bedrijven die actief
zijn in de markt van funderingstechniek en constructief bouwen.
Gedurende de dag hebben
verschillende sprekers de laatste
technische ontwikkelingen en
interessante projecten gepresenteerd. Fugro trapte de dag af met
een interessante lezing over het
tot stand komen van de Eurocode
7 en het begin van samensmelten
van de Europese normen op het
gebied van funderingstechniek.
Later in de middag hield een
Fugro-medewerker een voordracht
over het industrieproject E-On.
Fugro heeft daar uitgebreid grondonderzoek voor verricht en zeer
uitgebreide analyses van paaltypen
en draagvermogen gedaan om tot
een uitgekiend funderingsontwerp
te komen. Verder is de Statnamicmethode gepresenteerd voor het
ReInventing Delta Life
De jaarlijkse Themadag van het
KIVI NIRIA stond dit jaar in het
teken van Deltatechnologie. Ingenieurs uit verschillende vakgebieden
en beleidsmakers (politici, DG
Water) zijn ingegaan op actuele
thema’s. Via een workshop heeft
Fugro deelnemers aan het congres
kennis laten maken met verschillen
in aanpak en verbetering van waterkeringen in de Verenigde Staten
en Nederland. Een tweede Fugroworkshop ging over de toepassing van specialistische metingen
in Afrika om ‘zoet/zout-grenzen’
vanuit de lucht in kaart te brengen,
in het kader van oppervlaktewatervraagstukken.
Dui
Duitse
stad Bremen drie dagen
lan
lang het middelpunt van de internationale geo-vakwereld. Meer dan
15.000 experts bezochten
‘s werelds grootste internationale
congres voor geodesie, land
management en geo-informatie.
Met 24.000 m² beursoppervlak en
rond 500 presenterende bedrijven
was er voor de bezoekers meer
dan voldoende aanbod in producten en technologieën.
Uiteraard was ook Fugro hier
aanwezig met een stand: de
divisie GeoSpatial Services was
vertegenwoordigd door Fugrowerkmaatschappijen uit verschillende landen. De nieuwste
ontwikkelingen binnen satellite
mapping, LiDAR remote sensing,
airborne survey, DGPS survey
en natuurlijk ook traditionele landmeetkundige diensten en geoinformatie werden gepresenteerd.
Dit gebeurde in eendrachtige
samenwerking door medewerkers
van: Fugro NPA en Fugro-BKS
Limited uit Engeland; Fugro
Aerial Mapping, Fugro-Inpark en
OmniSTAR (alledrie Nederland);
Fugro Earth Data uit de VS en het
Franse Geoid.
Al met al kunnen we concluderen dat de Intergeo wederom
een uitstekende gelegenheid is
geweest om bestaande relaties te
verstevigen en nieuwe relaties te
ontmoeten.
Sonderingen breder bruikbaar door nieuwe presentatiewijze
Extra dimensie sondeergrafieken:
classificatie van grondsoorten
en -lagen
S
stand) en de grondsoort. Meting
van de waterspanning in de punt
niek, waarbij de vastheid
van grondlagen wordt gemeten
van de conus tijdens het sonderen geeft een nóg nauwkeuriger
met een conusvormige sonde.
Met de sondeerresultaten wordt
beeld van de laagverdeling. Ook
hier moet voor een betrouwbare
het draagvermogen van palen
berekend en kunnen stijfheids-
interpretatie de kwaliteit van de
sondeerdata hoog zijn. Een zorg-
parameters van grondlagen
worden afgeleid. Maar sonderen
kan meer informatie opleveren.
Fugro geeft sondeergrafieken
voortaan een extra dimensie
door een gekleurde laagindeling
en grondsoortenclassificatie toe
te voegen.
vuldige uitvoering en kalibratie van
de sondeerconus zijn hierbij van
groot belang. Een geringe afwijking
van de kalibratiewaarden leidt al
tot grote afwijkingen in classificatie.
onderingen zijn ontstaan
vanuit de funderingstech-
Bij sonderen wordt ter plaatse
van de conus de indrukweerstand
gemeten bij het wegdrukken. De
wrijving van de grond wordt bij
de mantel, nét boven de conus
gemeten. Met een combinatie van
deze meetwaarden is het mogelijk
de grondlagen te classificeren in
bestanddelen als: klei, zand, veen
en leem. Zo kan de laagopbouw
in de diepte worden vastgesteld.
Dit gebeurt door het interpreteren
van de sondering door ervaren
geotechnici. Om dit te kunnen
doen, moet de data uitermate
nauwkeurig worden vastgesteld.
Fugro heeft hiervoor als hulpmiddel
een geautomatiseerd classificatiesysteem ontwikkeld. Daardoor kan
een sondering ook worden ingezet
voor andere toepassingen, waarbij
inzicht nodig is in de laagopbouw
van de ondergrond.
Voor de bepaling van laagopbouw
en de aard van de lagen wordt al
lang gebruikgemaakt van de relatie
tussen het wrijvingsgetal (dit is de
verhouding tussen de plaatselijke
mantelwrijving en de conusweer-
In de loop der jaren is de classificatie op basis van sondeerdata steeds verder verfijnd, o.a.
door rekening te houden met de
grondspanningen op de diepte
waarop wordt gesondeerd. Het
recent ontwikkelde Fugro-classificatiesysteem is gebaseerd
op een publicatie van Robertson
(1990), maar met enkele belangrijke verschillen. Onderzoek van
Fugro wijst namelijk uit dat de
classificatie volgens Robertson de
Nederlandse condities onvoldoende dekt. Typisch Nederlandse
grondsoorten als veen, potklei en
Boomse klei worden met de methode niet correct geclassificeerd.
Fugro heeft onderzoek uitgevoerd
naar verschillende gebieden waar
deze grondsoorten voorkomen en
vergelijkingen gemaakt tussen de
sondeerresultaten en de werkelijk
aanwezige grondtypen zoals met
boringen is vastgesteld. Op basis
hiervan is het classificatiesysteem
van Robertson aangepast aan de
Nederlandse omstandigheden.
Door dit proces te automatiseren
en op te nemen in de uitwerkingsprocedure is een extra dimensie
Presentatie van de sondeergegevens.
toegevoegd aan het presenteren
en gebruik van sondeergrafieken.
Fugro zal de sondeerresultaten
– naast de bekende grafische
weergave van sondeerdata – voortaan presenteren met een gekleurde
laagindeling en classificatie van
grondsoorten.
neer de laagopbouw elementair is
voor een ontwerp, blijven kennis en
ervaring van de lokale bodemgesteldheid en gebruik van resultaten
van boringen vereist.
Het aangepaste classificatiesysteem geeft voor de meeste gevallen een betrouwbare interpretatie van de ondergrond op basis van
sonderingen. Dit is geen feitelijke
informatie, maar een waardevol
hulpmiddel voor het krijgen van
inzicht in de bodemcondities. Wan-
Meer informatie:
ing. Wim Nohl,
070 - 311 11 98,
W.Nohl@fugro.nl
ir. Elisabeth de Boer,
070 - 311 14 05,
E.dBoer@fugro.nl
15
Laserscanner komt tot in de kleinste hoekjes
Meten in de buik van een drijvende
olieraffinaderij
V
oor offshore olie- en gaswinning worden steeds
vaker zogeheten FPSOvaartuigen gebruikt. De afkorting
staat voor Floating Production
Storage and Offloading; zeg
maar een olieraffinaderij op zee.
Deze enorme drijvende installaties zijn via flexibele leidingen
verbonden met de olieputten op
de zeebodem.
Voordeel van een FPSO boven een
vast platform is de flexibiliteit. Zijn
de bronnen uitgeput, dan vaart het
vaartuig eenvoudig naar een volgende locatie. En bij hevige storm
of naderende ijsbergen kan de
installatie nog een stukje opzij...
In 2002 is in opdracht van
Husky Energy de FPSO Sea Rose
gebouwd door verschillende
bedrijven – waaronder Samsung
Heavy Industries, SBM-IMODCO,
Aker Maritime Kiewit en Technip
Canada. De Sea Rose bestaat uit
opslagtanks met een capaciteit
van 940.000 vaten olie, perso-
16
neelsverblijven, helidek en heeft
bovendeks diverse installaties met
leidingen, support stools en een
‘turret’. De support stools zijn een
soort ‘flexibele’ poten waarop de
bovendekse installatie is geplaatst.
Deze kunnen bewegingen van de
romp opvangen, zodat de installatie in balans blijft. Het schip is
inmiddels enige jaren in gebruik,
laatstelijk zo’n 350 km ten oosten
van de kust van Newfoundland –
het gebied waar de Titanic haar
eerste reis maakte. De eigenaar
van het vaartuig denkt aan capaciteitsverhoging, maar daarvoor
is een actueel en accuraat beeld
nodig van de constructie.
Elk van de betrokken bedrijven
heeft destijds gebruikgemaakt
van verschillende 2D- en 3Dontwerpsoftware. Uiteindelijk is
Intergraph’s 3D PDS gekozen om
voor de hele constructie de ‘as
designed’-situatie in vast te leggen. In verband met eventuele uitbreiding wilde men helderheid hebben in de ‘as built’-status van het
Foto: Husky Engergy
Image van reflecterende laserdata van de pompruimte.
FPSO Sea Rose op zee ten oosten van Canada.
schip. Daarom is Fugro gevraagd
met de 3D laserscanner een aantal
belangrijke delen in kaart te brengen. Daarbij ging het om het gehele hoofddek – het eerste niveau
boven de opslagtanks – met alle
support stools, turret en leidingen,
vanaf de tanktop tot de onderkant
van het process-dek. Verder wilde
men een aantal machinekamers en
pompruimten in beeld krijgen, om
te zien of hier extra leidingen kunnen worden gepland.
Scannen op een deinend schip is
heel anders dan op ‘terra firma’.
De laserscanner tevoren waterpas
zetten bijvoorbeeld heeft geen
enkele zin. Ook de compensator, die normaal kleine correcties
uitvoert, is bij dit werk uitgezet.
De scans worden in een lokaal
xyz-systeem ingewonnen en later
in het scheepscoördinatensysteem
geplaatst met behulp van ingemeten paspunten. Deze metingen zijn
met conventionele meettechnieken
over kleine trajecten gedaan met
een Total Station, om zo de invloed
van bewegingen te minimaliseren.
De scanner zelf is compact genoeg
om in nauwe ruimten te hanteren,
maar voor een goed beeld is enige
afstand tot het onderwerp vereist.
panoramische fotobeelden vanaf
het standpunt van de scanner, die
Omdat het koppelen van verschillende scans in de krappe pomp-
kunnen worden bekeken in Internet
Explorer. Dit geeft niet alleen snel
ruimte met meetpunten niet altijd
mogelijk was, zijn wat meer scans
een overzicht van de situatie,
maar stelt ontwerpers en overige
gemaakt. Hiermee werd overlap
gecreëerd om later bij de verwer-
gebruikers ook in staat metingen in
de ‘werkelijke’ situatie te verrichten
king de scans aan elkaar te kunnen
‘plakken’. Al met al is er 22 dagen
vanachter het bureau.
Foto: Marc Dalstra / FINP
op zee gemeten door twee man en
daarna waren 30 mandagen nodig
voor de verwerking. Behalve de
complete en zeer gedetailleerde
puntenwolken voor het nauwkeurige ontwerp-werk, zijn ook zoge-
Meer informatie:
Marc Dalstra,
noemde ‘viewer files’ opgeleverd.
Deze TruView-bestanden zijn 3D-
076 - 543 18 50,
m.dalstra@fugro-inpark.nl
HDS6000-scanner op de Sea Rose.
Zelf websites maken met GeODin-layouts
Monitoring op afstand nu nóg
eenvoudiger met GeODin
G
eODin is de softwaresuite die Fugro heeft
ontwikkeld voor het
beheren, presenteren en analyseren van geo-gerelateerde gegevens. Fugro is steeds op zoek
naar mogelijkheden om GeODin
uit te breiden op basis van de
wensen van de gebruikers. Zo is
nu de Portal Server toegevoegd,
om gemakkelijk websites voor
o.a. monitoring van geogegevens te kunnen maken.
GeODin is in 1992 begonnen
als een eenvoudig boorstatenprogramma voor de tekenkamer.
Inmiddels is het uitgegroeid tot een
geïntegreerd informatiesysteem
waarmee enorme hoeveelheden
geo-gerelateerde gegevens kunnen
worden beheerd en gepresenteerd via internet. Naast interne
gebruikers zijn ruim 1.500 licenties
verkocht aan andere bedrijven.
In de afgelopen jaren zijn verschillende GeODin-applicaties aan
de suite toegevoegd. Zo zijn er
bijvoorbeeld een veldmodule voor
het verzamelen van gegevens in
het veld, een gratis GeODin-versie
met eenvoudige functionaliteit en
een server-versie om GeODingegevens en -afbeeldingen op te
nemen in een eigen website. De
laatste toevoeging is GeODinPortal Server. Hiermee kan een
complete website worden gemaakt
door de bekende GeODin-layouts
aan elkaar te koppelen, zonder dat
een webprogrammeur nodig is.
Fugro zet GeODin-Portal in om
gegevens over monitoringsprojecten real-time over het internet
aan de klant te tonen. Klanten
kunnen alle informatie over hun
monitoringsproject opvragen: van
grof naar fijn. Dit houdt in dat men
kan beginnen bij een overzicht van
de actieve sensoren (in tabel- of
kaartvorm) en kan verfijnen tot een
grafiek van de metingen in bijvoorbeeld de laatste twee uur of in een
willekeurig ander tijdinterval.
Toepassing van GeODin Portal is
vooral interessant voor monitoringsprojecten die zich afspelen in
een dynamische omgeving, waarin
continu behoefte is aan duidelijk
gepresenteerde gegevens. Er kan
meteen worden ingegrepen zodra
een bepaalde trend zichtbaar
wordt, of zodra drempelwaarden
van deformaties of grondwaterstanden worden overschreden.
Daarbij komt dat gegevens
van verschillende sensortypes
gecombineerd kunnen worden
weergegeven, zodat relaties tussen
effecten direct kunnen worden
gelegd. De software kan e-mails of
SMS’en versturen zodra drempelwaardes overschreden lijken te
gaan worden.
GeODin-Portal en de geodetische
monitoringsoftware van Fugro
vormen samen één geheel en
kunnen in geval van calamiteiten
binnen enkele uren operationeel
zijn. Daarnaast kunnen willekeurige
andere gegevens met GeODin-
Portal worden gepresenteerd. Zolang de gegevens zijn opgeslagen
in een relationele database, kan
met GeODin-Portal op eenvoudige wijze een functionele website
worden gegenereerd.
Meer informatie: Hans Link,
070 - 311 14 46,
monitoring@fugro.nl
Een aantal voorbeelden van de mogelijkheden
van GeODin-Portal.
17
Presentatie op GIS-conferentie 2008
Zwakke plekken in Hongaarse dijken
snel in beeld
ugro heeft op de ESRI
F
onderzocht met het FAST4DMAP-
de modelresultaten kan het water-
GIS Conferentie 2008 in
Rotterdam deelgenomen
concept. Een nauwkeurige
continue hoogtemeting van FLI-
schap gericht maatregelen nemen.
n.
Het project brengt niet alleen op
aan de MapGallery. Er is een
poster ingediend over de toe-
MAP vormt de basis voor deze
methode. Verder is voor deze
een snelle en goedkope manier de
sterke en zwakke plekken in kaart,
passing van FAST4DMAP bij een
pilot langs de Hongaarse rivier
pilot alleen gebruikgemaakt van
bestaande kennis en data van
maar geeft ook inzicht in de dijk.
Door het uitvoeren van een ana-
Mosoni-Donau.
het betrokken waterschap. De
gegevens zijn verwerkt tot een
lyse met zowel optimistische als
conservatieve uitgangspunten kan
Dit pilotproject is vanaf eind 2007
uitgevoerd om de zwakke plekken
grond- en grondwatermodel. Dit
model is de input voor de analyses
een onzekerheidsmarge worden
bepaald. Dijkvakken die ondanks
in een deel van de dijken langs
deze Hongaarse rivier te bepalen.
Door toepassing van het Fugro
FAST4DMAP-concept konden
de dijken geografisch continu
op veiligheid worden beoordeeld
tegen relatief lage kosten. Deze
veiligheidsbeoordeling is voor
Hongarije noodzakelijk om te
kunnen voldoen aan de Europese
Richtlijn Overstromingsrisico’s. Het
vaststellen van de toestand van
de dijken en de risicogebieden is
tevens essentieel voor het kunnen
verbeteren van de bescherming
tegen overstromingen.
In dit project is circa 5 km dijk
van de maatgevende mechanismen in het onderzoeksgebied;
piping, overslag/overloop (hoogte),
en opbarsten/opdrijven. Door alle
informatie in een GIS-omgeving te
integreren is een snel en objectief
oordeel te geven over de staat
van de waterkering. Het resultaat
is een overzicht van de zwakke
plekken voor de verschillende
mechanismen bij verschillende
hoogwaterstanden.
pessimistische uitgangspunten
voldoen aan de eisen, kunnen in
er
GIS worden aangegeven als ‘zeker
Het pilotproject is mede mogelijk
gemaakt door de Nederlandse
overheid, in het kader van de
Stimuleringsregeling van het Programma Partners voor Water van
de EVD. Binnen de pilot is intensief
samengewerkt met het Depart-
Kruinhoogtetoets hoogwater 2002.
ment of Flood Protection and
River Management, North TransDanubian Environmental and
Water Directorate ÉDUKÖVIZIG;
de Hongaarse evenknie van een
Nederlands waterschap.
Voor meer informatie:
Kin Sun Lam,
030 - 602 81 75,
k.lam@fugro.nl
Foto’s: Directorate ÉDUKÖVIZIG, Haczai Maya.
De resultaten zijn vergeleken met
de ervaringen van het waterschap.
Hieruit bleek dat het GIS-model
betrouwbare uitkomsten gaf. Met
veilig’ (groen), en dijkvakken die
ondanks optimistische uitgangpunten niet voldoen, als ‘zeker
onveilig’ (rood). Kostbaar aanvullend grondonderzoek kan hiermee
efficiënter worden ingezet.
Ervaringen van het Hongaarse waterschap – zoals hier bijvoorbeeld bij het ontstaan van wellen in het achterland bij eerdere hoogwaters – zijn in de pilot meegenomen.
18
3D-machinebesturing met hoge nauwkeurigheid
Foto: Jan van Groesen / FINP
Warm asfalt op een koud eiland
Middernachtelijke werkzaamheden voor de afwerking van de start- en landingsbaan van het vliegveld Akuryri.
Vaak zetten aannemers slipformpavers of andere 3D-bestuurde
machines in, terwijl ze niet exact
weten hoe ze zaken als ontwerp,
grondslag bepalen en projectbegeleiding optimaal kunnen regelen
voor een zo efficiënt mogelijk
verloop van het werk. In zulke
gevallen komen de kennis en de
ervaring van Fugro goed van pas.
Zo heeft onlangs een team van
Fugro-specialisten op verzoek
van de IJslandse aannemer Colas
geassisteerd bij de aanleg van een
nieuwe baan voor Akuryri Airport in
het noorden van het eiland. Dat het
hierbij niet om beton, maar om asfalt ging, maakte de uitdaging des
te groter. Te meer omdat asfalt in
IJsland alleen ’s zomers gedurende
een maand kan worden verwerkt;
is een klus niet af, dan moet je 11
maanden wachten. Er was dus
sprake van enige tijdsdruk...
Foto’s: Roel de Kort / FINP
B
innen Fugro bestaat
veel kennis over automatische 3D-machinebesturing. Met name Fugro heeft
hiermee gedurende vele jaren bij
talloze projecten in binnen- en
buitenland de nodige ervaring opgedaan. Geen wonder
dat Hexagon, producent van
verscheidene sensoren voor machinebesturing met merken als
Leica, SBG GeoRog en Microfyn,
Fugro inschakelt als klanten
extra assistentie nodig hebben
bij 3D-machinebesturing. Fugro
is op dit gebied ‘survey partner
of choice’ van Hexagon.
Controlemeting na aanbrengen asfaltlaag.
19
Het ging om een strook asfalt van 2 km bij 60
m, waarvan de helft in 2008 en de andere helft
in 2009 wordt gedaan.
Fugro INFO is een uitgave van Fugro
Ingenieursbureau B.V., Fugro-Inpark B.V. en Fugro
Aerial Mapping B.V.; alle onderdeel van Fugro N.V.,
een internationaal opererende groep ingenieursbureaus die gegevens over het aardoppervlak en
de (zee)bodem verzamelen en interpreteren, met
wereldwijd meer dan 13.000 medewerkers in meer
dan 50 landen. Oplage: 4.500 exemplaren
Colofon
Nadat het oude materiaal is weggefreesd, wordt
het nieuwe asfalt in twee lagen aangebracht;
een grove onderlaag en een fijne toplaag. Bijkomende randvoorwaarden bij dit project zijn de
strenge eisen aan de nauwkeurigheid: minder
Correspondentie-adres: Fugro-Inpark B.V.,
Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam
T 070 - 317 07 00
F 070 - 317 07 50
dan 6 mm in hoogte voor de toplaag. Bij het
spreiden van asfalt is de nauwkeurigheid sterk
afhankelijk van temperatuur, weersgesteldheid
en asfaltdichtheid. Met name dat laatste bepaalt
Fugro op Internet:
www.fugro.nl of www.fugro-nederland.nl
voor een groot deel in welke mate het asfalt
wordt samengedrukt na het walsen. En daarmee moet het 3D-systeem bij het opbrengen
weer rekening houden. Daarom wordt tijdens
Eindredactie, vormgeving en productie:
Maas Communicatie, Rotterdam.
het asfalteren continu een as-built meting achter
de wals uitgevoerd en wordt het systeem altijd
intensief getest vóórdat het ‘de weg op mag’.
Fugro heeft alle landmeetkundige werkzaamheden verricht die nodig zijn voor de automatische
machinebesturing: testen van de apparatuur,
metingen uitvoeren, het ontwerp aanpassen
voor de machines, enz. Vanwege het korte
‘werkvenster’ hebben vijf landmeters drie weken
lang in ploegen 24 uur per dag gewerkt. Dat
‘per dag’ kan vrij letterlijk worden genomen: op
deze breedte wordt het ’s zomers de hele nacht
niet donker. Ook is één week louter ’s nachts
Redactie:
mw. R. Lancel, ing. M. Pehlig,
Ph. Reedijk, mw. A.J. van Vliet
Meetopstelling automatische 3D sturing asfaltspreidmachine.
gewerkt, in verband met het luchtverkeer dat
overdag doorgang moest vinden. De klus is op
tijd afgerond en wordt vervolgd in de zomer van
2009.
Meer informatie:
Jack Poppelaars,
076 – 5431850,
j.poppelaars@fugro-inpark.nl
Fugro INFO wordt verspreid onder relaties en
medewerkers van de Fugro-Groep Nederland.
Overname van (delen van) artikelen is toegestaan indien
de bron wordt vermeld.
Fugro Ingenieursbureau B.V.
Veurse Achterweg 10
Postbus 63, 2260 AB Leidschendam
T 070 - 311 13 33
F 070 - 327 70 91
Vestigingen in:
Amsterdam, Arnhem, Breda, Groningen, HardinxveldGiessendam, Leidschendam, Nieuwegein en Weert
Fugro-Inpark B.V.
Dillenburgsingel 69
Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam
T 070 - 317 07 00
F 070 - 317 07 50
Beurskalender 2009
Vestigingen in:
Amsterdam, Arnhem, Breda, Drachten en
Leidschendam
F
Fugro Aerial Mapping B.V.
Dillenburgsingel 69
Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam
T 070 - 317 07 00
F 070 - 317 07 50
ugro Ingenieursbureau en Fugro-Inpark zijn de komende periode
vertegenwoordigd op de volgende congressen en beurzen:
Infratech 2009
13 t/m 16 januari 2009, Ahoy, Rotterdam
14 januari: CROW Geo-Weg Contactdag
Website: www.infratech2009.nl
Aquaterra World Forum on
Delta & Costal Development
10 t/m 12 februari 2009, RAI, Amsterdam
Website: www.aquaterraforum.com
World Future Energy Summit
5th World Water Forum
19 t/m 21 januari 2009, Abu Dhabi,
United Arab Emirates
Website: www.worldfutureenergysummit.com
16 t/m 22 maart 2009, Istanbul, Turkije
Website: www.worldwaterforum5.org
De Nederlandse Restauratiebeurs
Aardwetenschappelijke
loopbaandag
6 februari 2009, VU Campus, Amsterdam
Website: www.geovusie.nl
20
23 t/m 25 april 2009, Brabanthallen,
‘s-Hertogenbosch
Website: www.restauratiebeurs.nl