1 (Oktober `09)
Transcription
1 (Oktober `09)
Colofon Comissieleden Lena Bounimovitch Melissa Costa Liselore Goossens Diana Kuijpers Carmen Loh Redactie Diana Kuijpers Carmen Loh Eind- en hoofdredacteur Martijn Heule Redactioneel ほい。 Welkom bij de eerste Tatanukiki onder mijn kundig bewind. Als eerste journal van het collegejaar 2009-2010 A.D. blijven we dit nummer nog redelijk dicht bij het ontwerp van vorig jaar. Voor het volgende nummer gaat de layout op de schop, dus koester deze journal als een artefact uit een vervlogen, onschuldiger tijdperk. Desalniettemin staat deze journal bomvol frisse verhalen en episodes, en ook verhalende episodes, over jou en mij. Goed, ik ben de draad kwijt. Martijn Heule Hoofdredacteur Vicevoorzitter Tanuki Je eigen artikel in de journal? tatanukiki@gmail Meer artikelen? Meer weten? Bezoek dan de website: www.tanuki.nl 2 Inhoudsopgave Voorwoord door de voorzitter Yori van Hout 4 Tanuki-bestuur 5 7 Bestuursintroductie Tanuki-agenda De Journalcommissie De journalcommissie Japan News Diana Kuijpers 10 Tanuki Kamp 2009 Melissa Costa 11 Milan van Berlo 14 Erotiek te koop: de Japanse hosts Lena Bounimovitch 16 Zwangere poppen Liselore Goossens 19 Anne van den Bosch 20 Michiel Boerwinkel 22 Carmen Loh 24 Mattias van Ommen 25 Tokyo Pilot Project Diana Kuijpers 28 Het moment van De Schoen De Schoen 30 TFC Banzai vs JDream Martijn Heule 34 Maaike de Vries 36 Dr. Gé de la Colline 38 コトバによって表現された人 The GazettE 蟲師 Je eigen pokémon van papier Het goede leven in Kyoto Back to School-feest Dr. Gé’s Postvakje 8 3 Yori van Hout 初めまして、 Mijn naam is Yori van Hout, vierdejaars student TCJ en komend jaar voorzitter van de studievereniging voor TCJK: LVSJK Tanuki. Mijn waarde collega-bestuursleden zullen op de komende bladzijden aan jullie worden voorgesteld. Gezamenlijk zullen wij ons best doen om jullie het komend collegejaar een gedenkwaardige tijd te bezorgen. Voor de oud-leden is alles wat ik hier zal schrijven al gesneden koek en al meerdere malen gezegd door mijn voorgangers, maar de frisse eerstejaarsleden zullen van sommige zaken misschien nog niet op de hoogte zijn. Ik zal geen opsomming maken van alle activiteiten die wij zoal organiseren; dit zullen jullie ongetwijfeld wel een beetje in de gaten hebben na deze eerste maand. In plaats daarvan wil ik jullie er voornamelijk aan herinneren dat wij als vereniging er vooral voor jullie zijn, onze leden. Als bestuur zijn wij haast chronisch nieuwsgierig naar input en feedback die jullie ons kunnen geven over onze activiteiten. Wij zijn tevens zeer benieuwd naar dingen die jullie graag doen, dan kunnen wij deze activiteiten organiseren en blijven jullie tevreden. Dit alles kan via het forum op onze website en door te mailen naar bestuur@tanuki.nl. Hopelijk zijn jullie een beetje tevreden met de huidige verdeling die het afgelopen collegejaar al is neergezet, waarin wij een gezonde balans proberen te creëren tussen onder andere sociale, studiegerelateerde en sportactiviteiten. Verder wil ik jullie nog meegeven dat Tanuki niet alleen uit een bestuur bestaat, maar ook uit verscheidene commissies, variërend van een feestcommissie tot een voetbalcommissie. Zonder leden die zich inschrijven voor de verschillende commissies, zou het organiseren van een groot aantal activiteiten niet mogelijk zijn. Wij moedigen onze leden aan om hun talenten te ontplooien en te helpen in de organisatie van de vereniging. Op het Tanuki-prikbord (vlakbij de bibliotheek) hangen de inschrijflijsten hiervoor! Ik kijk er naar uit om jullie allemaal een keer te mogen verwelkomen op een van onze activiteiten. Laten we er een productief en gezellig collegejaar van maken! よろしくお願いします! 4 Als een rasbrabo is Yori niets zonder zijn carnavalsvereniging. Wie is de rest van het bestuur? We gaan van onbelangrijk naar aardig. Dag. Hoeveelstejaars ben jij, en wat is je functie binnen Tanuki? Ik ben 1e jaars en ben Tanuki-assessor. Ben jij reeds in Japan geweest? Ik ben helaas nog nooit in Japan geweest. Wat is je favoriete aspect van Japan? In ieder geval technologie. Waarom is Tanuki dé manier voor een goede studententijd? Als je lid wordt bij Tanuki leer je veel mensen kennen; je kan ontspannen met Tanuki, maar als de tentamenweken eraan komen kan je blokken omdat iedereen ze dan heeft. Wie is je minst geliefde lid binnen het bestuur en waarom? Ik kan niet eens het meest geliefde lid binnen het bestuur bepalen, laat staan het minst geliefde lid. Waarom ben jij zo aantrekkelijk? Zoek me op / spreek me aan en het wordt vanzelf duidelijk…;) De uitsmijter: wat is je lievelingskanji/kana? 忍者 Bonusvraag: Ken je de kana al? Bijna Bonusantwoord: Yori: “Amiet kent de kana nog niet (x2) ♪ Dat rijmt.” Hoi ventje, wat ben jij? Tweedejaars, webmaster. Ben je in Japan geweest? Wat zijn je lievelings-plaatsen? Ja, en ik vind de meeste plaatsen op Kyushu wel leuker dan op Honshu. Wat vind jij nou leuk aan Japan? De mensen? Weet ik het? Waarom Tanuki? Omdat Tanuki niet alleen zorgt voor leuke activiteiten, maar ook voor de contacten met hele bijzondere mensen. Wie is je meest gehate lid binnen het bestuur? Hoezo? Martijn, niet om te discrimineren, maar hij heeft krullen. Jij ziet er Japans genoeg uit om een lievelingskanji te hebben. Favo kanji is 廉. 5 Hey Aranka. Yo ik ben Aranka. Hoeveelstejaars ben je, en wat is je functie binnen Tanuki? Inmiddels 2e jaars Japanoloog and I’m the woman with the big bucks 8D (red.: penningmeester) Ben jij reeds in Japan geweest? Nee, helaas nog niet. In januari ga ik een korte rondreis maken! Wat is je favoriete aspect van Japan? De mix/clash van oude traditionele elementen met de Japanse hypermoderniteit (bijv: enorme tempelcomplexen midden in Tokyo). Waarom is Tanuki dé manier voor een goede studententijd? Omdat het zorgt dat je ook eens ergens anders dan op je kamer komt, je je medestudenten op hun leukst leert kennen, and basically because Tanuki just kicks ass. Wie is je minst geliefde lid binnen het bestuur en waarom? Yori, because he assaulted my beloved British Museum pen D: Waarom ben jij zo aantrekkelijk? Cuz I’ve brains, looks AND money, baby. Mojo Jojo all the way! De uitsmijter: wat is je lievelingskanji? 平均寿命 [heikinjumyou]; average life span. Omdat zelfs ouderejaars je dan even verslagen aan zitten te kijken. En wat ben jij dan wel/niet? Tweedejaars en zoals velen al zullen weten ben ik de Ab-Actis (jah de latijnse benaming blijft toch veel mooier X3) Heb jij Japanervaring? Inmiddels twee keer, voor vakantie weliswaar. Mijn favoriete plaats blijft toch echt Tokyo, ik vind het heerlijk hoe levendig het is en het is er heerlijk shoppen XD. Wat is je favoriete aspect van Japan? Eigenlijk is het een mengelmoesje van alles. De taal vind ik leuk om te horen en te spreken (al gaat dat bij lange na nog niet vloeiend) en de mensen vind ik erg boeiend. Daarom is in een metro in Japan staan ook zo leuk, dan kan je de mensen heel goed observeren! XD Waarom houden wij van ons? 6 Tanuki maakt alles een stuk leuker! Alles? Echt alles. Je kan gewoon gezellig met studiegenoten feesten, en geloof me, Japanologen zijn HÉÉÉÉEL goed in feesten! Natuurlijk organiseert Tanuki zoveel meer dan alleen feesten en alle activiteiten zijn even leuk. Wie is het gewoon net niet binnen het bestuur? Ik kan natuurlijk politiek correcte antwoorden gaan geven zoals “ik kan met iedereen opschieten en iedereen is even aardig,” of ik kan een antwoord verzinnen, want dat is natuurlijk veel leuker om te lezen. Nou dan zal ik zeggen...Martijn. Denkt dat hij zomaar een jaartje naar Japan kan verdwijnen om dan terug te komen als hoofd van de Journal én vice-voorzitter! Wat? Nee hoor grapje ;) Oh. Wat maakt jou een woest dier? Deze vraag aan anderen stellen is veel leuker, want dan krijg je antwoorden zoals: “Maaike is sex on legs” (dank je wel Bard X3). Of misschien is het gewoon dat ik ontzettend spontaan en vrolijk ben XD. En wat is jouw lievelingskanji? 楽!Waarom? Omdat hij zo ontzettend vrolijk is! Tanuki Agenda, onder voorbehoud 30 september ≫ Borrel en eten, eerste journal 7 oktober ≫ Filmavond 8 oktober ≫ SVS feest “Yellow Fever” 12 oktober ≫ Kanjiposter verkoop 14 oktober ≫ Concert Mucc in Tivoli Utrecht 15 oktober ≫ Karaoke-avond 28 oktober ≫ Borrel 6 november ≫ Excursie naar Leuven 7 De journalcommissie van 2009-2010 ...introduceert zichzelf Martijn, ruw beest, jij introduceert jouw journalharem met verve in de tweede persoon. Je kan je niet gedragen in een groep maar hebt wel mooie benen. - Martijn Heule, vierdejaars Lena, hey jij, strijdlustige walkure, je bent op een missie om alle taboes te doorbreken door wat pikante onderwerpen aan te snijden. Het is dan ook hoog tijd om menig Tanuki-lid kennis te laten maken met de leukere dingen van het leven. - Lena Bounimovitch, vierdejaars Je staat aan het begin van het derde jaar, al bedolven onder huiswerk en verplichtingen, terwijl je probeert tijd te vinden voor je passies voor muziek, schrijven en fotografie. Ook de talen Japans en Engels krijgen de nodige aandacht, en net als de twee voorgaande jaren, ben je weer een enthousiast lid van de Journalcommissie. Geen leven? Hoe kom je erbij?’ - Diana Kuijpers, derdejaars Je bent soms wat vreemd, en schrijft dan ook graag over de vreemdere, minder bekende - maar wel interessante - trekjes van Japan. Je houdt van paradoxen, maar hebt een hekel aan tegenstrijdigheden. - Liselore Goossens, tweedejaars Jij bent Carmen, een 2e jaars, en je doet niet veel meer dan luieren. Je bedenkt de rare dingen, zoals dat iedereen in de 2e persoon moet schrijven. - Carmen Loh, tweedejaars Jij bent Melissa Costa, een sjaars die nog een hoop moet leren, maar de lezers hopelijk kan vermaken met de artikelen die je schrijft, want je houdt erg veel van schrijven en hoopt dat anderen dat op deze manier kunnen waarderen. Je maakt een peace-sign! - Melissa Costa, eerstejaars Wist je dat: Dr. Gé net als elke andere warmbloedige Japanologenman zijn scharrel in een ver land heeft zitten? 8 Net-niet cover #1 Heb jij creatief talent? Laat je gelden! Leuke stripjes of tekeningen; stuur ze in! De leukste worden geplaatst in de volgende journal. En de slechtste misschien ook! Inzending naar: tatanukiki@gmail.com Net-niet cover #2 9 Diana Kuijpers Japan News Ontzettend leerzaam, en omstreden leuk, dat we over Japanse geschiedenis leren, haar cultuur, haar economie en politiek en hier en daar diepgaandere onderwerpen. Maar weten we eigenlijk wel wat zich nu afspeelt in Japan? Waar staan de kranten vol mee op dit moment? In deze ‘Japan News’ rubriek komen er allerlei nieuwtjes aan bod zodat ook jullie actuele kennis op peil blijft. Deze week zijn de Japanse ogen voornamelijk gericht op Yukio Hatoyama (鳩山由紀夫), de Japanse premier sinds september dit jaar. Op dinsdag 22 september vond in New York een bijeenkomst van de Verenigde Naties plaats als symbolisch startschot voor de ‘echte’ conferentie in december dit jaar, waar een opvolger voor het Kyoto Protocol opgesteld moet worden. Hiervoor moeten nieuwe afspraken overeengekomen worden met betrekking tot het verminderen van CO2-uitstoot, en Hatoyama kwam met ambitieuze voorstellen op de proppen tijdens zijn debuutspeech tegenover de Verenigde Naties. Hatoyama beloofde onder meer dat Japan haar uitstoot van broeikasgassen tegen 2020 met 25 procent verminderd zal hebben ten opzichte van 1990, een doel dat hij met alle mogelijke middelen wil behalen. Hij voegde hier echter wel aan toe dat Japan dit alleen zou doen als ook de grootste CO2-uitstoters ambitieuze plannen overeenkomen. De grootste uitstoters zijn de Verenigde Staten en China, met elk ongeveer 20 procent van alle globale CO2-uitstoot; hierna volgt Europa met 14 procent en daarna Rusland en India, elk 5 procent. Hatoyama vroeg tevens om het vestigen van een ‘internationaal mechanisme’ om ontwikkelingslanden financiële en technologische steun te kunnen bieden in de strijd tegen de opwarming van de aarde. Dit voorstel wordt nu al het ‘Hatoyama Initiatief’ genoemd. Verder is de vissersboot Daiei Maru No. 11, die op 14 april zonk toen ze in slecht weer terecht kwam bij Hirado Island (Nagasaki prefectuur), eindelijk geborgen. Van de bemanning werden toentertijd tien man gered; de overige twaalf mannen worden nu nog steeds vermist. Tot slot is er een hoge concentratie aan kwikzilver in zowel dolfijnenals walvisvlees ontdekt, moest in Iwaki (Fukushima prefectuur) een met de varkensgriep besmet schoolkoor voor een lege zaal zingen om verspreiding van de griep te voorkomen, heeft Mitsubishi plannen om een nieuwe vestiging te plaatsen vlakbij het plaatsje Savannah in Georgia (Verenigde Staten), en heeft het honkbalteam Yomiuri Giants de Tokyo Yakult Swallows met een 6-3 stand verslagen dankzij spelers Abe en Ramirez. 10 Dit was het nieuws voor deze keer; tot in de volgende Journal! Melissa Costa Tanuki Kamp 2009 Ochtendgymnastiek, Opmaken en Ontzettend veel plezier Ook dit jaar was het eerstejaarskamp van Tanuki, dat van 19 tot 21 augustus plaatsvond, weer een groot succes. Net zoals vorige jaren werden de ruim zestig deelnemers en hun begeleiders ondergebracht op de Kampeerboerderij ‘Ons Thuis’ te Ommel. Verschillende groepen reisden vanaf Leiden Centraal of Utrecht Centraal, vergezeld door ouderejaars, tot het hele gezelschap verenigd werd bij het station van Deurne. De groep bleek zelfs zo groot dat een aantal onfortuinlijke sempai moest wachten op een tweede rit van dezelfde bus naar Ommel. Maar in de bus bleek al dat de sfeer er goed inzat voor een geweldig weekend. Na het uitladen van de spullen en de huishoudelijke mededelingen van onze gehonoreerde sempai vloog men als één man naar de slaapzalen om een bed te bemachtigen. De voormalige koeienstallen vormden uitstekende locaties voor de grote aantallen stapelbedden en meteen hing er een gemoedelijke sfeer, met slechts hier en daar de discussie wie er bovenin mocht slapen, natuurlijk. Het verwachte ‘kleefeffect’ dat vaker bij kersverse eerstejaars voorkomt, bleef zelfs ongemerkt en één groot groepsgevoel was geboren, dat over het weekend alleen maar sterker zou worden. Bij de kennismakingsspelletjes die vervolgens plaatsvonden, bleek zelfs dat veel mensen elkaar al kenden. Vast mede het resultaat van de eveneens geslaagde ElCid-week! Na het gezamenlijke avondeten en de ronseling voor het corvee (wat door begeleider Tijmen vrij angstaanjagend werd aangekondigd en dus feilloos gehoorzaamd) werden er groepjes gemaakt voor de nachtelijke speurtocht, die volledig in het thema van Super Mario stond. Al snel dwaalden er dappere groepjes, bewapend met zaklampen en een kaart, door het nabije bos om met opdrachten munten te verdienen en vooral de gewilde Mushrooms te kapen die door twee ongure types waren gestolen. Niet zozeer de opdrachten, maar vooral het vinden van de juiste weg bleek het moeilijkst; navigeren was vrij lastig, zelfs met de kaart en vrijwel onmogelijk als je, in het geval van sommige groepjes, opeens zonder kaart zat! Gelukkig zijn er geen speurhonden aan te pas gekomen en kon iedereen gezellig aanschuiven bij het kampvuur dat op de boerderij was gemaakt. Er werd lang gepraat, gedronken en zelfs gitaar gespeeld, totdat de leiding ons naar de slaapzalen dirigeerde, waar de meeste gesprekken gewoon doorgingen. 11 De volgende ochtend klonk het “lieflijke stemgeluid” van Tijmen dat ons wekte waarna iedereen zich met frisse tegenzin naar het sportveld begaf voor de ochtendgymnastiek. Niet iedereen was enthousiast genoeg om mee te doen, maar na afloop was wel iedereen wakker genoeg om aan te schuiven aan het ontbijt. Het zou deze dag bijzonder heet worden en de leiding bleek iets in petto te hebben: wie langs de doucheruimtes liep werd al geconfronteerd met emmers vol waterballonnen. Ietwat nerveus begaf iedereen zich naar het sportveld waar een poging werd gedaan een spel uit te leggen wat met de ballonnen te maken had... Maar uiteindelijk heeft vast niemand deze regels onthouden, want binnen vijf seconden was het veld veranderd in één grote wateroorlog die zeker drie uur lang zou voortduren. Met ballonnen, emmers en bakken water werden er zelfs heuse klopjachten georganiseerd om te zorgen dat uiteindelijk niemand nog een droge draad aan het lijf had. Wegens de warmte waren er gelukkig nauwelijks mensen die bezwaar leken te hebben tegen een nat pak. Nadat iedereen weer opgedroogd was, begonnen de workshops. In twee rondes van een uur mocht men kennis maken met Japanse kunsten zoals Aikido, het bordspel Go, kalligrafie en manga tekenen. De Japanse drinkspelletjes waren erg in trek en blijken zelfs weken later nog populair te zijn! Na het eten trok iedereen zich weer even terug om zich voor te bereiden op alweer de laatste avond, de Yakuza avond. Er werd kaart gespeeld, het nieuw geleerde Go, uit het dak gegaan met Singstar en ook de reeds genoemde drinkspelletjes werden gretig gespeeld nu er meer dan limonade beschikbaar was. Buiten onweerde het en kletterde de regen en binnen was het tot laat in de nacht meer dan gezellig. Je kon merken dat velen geen zin hadden om deze laatste avond af te moeten sluiten. 12 Dit was uiteraard een kamp om de kennismaking met de opleiding en de medestudenten te bevorderen, en de activiteiten maar vooral ook de tijd tussen de activiteiten door was heel erg bemoedigend voor de groepssfeer. In kleine groepjes die uiteindelijk steeds groeiden, werden op de slaapzalen de meest uiteenlopende onderwerpen aangesneden, soms van wonderbaarlijk hoog niveau waardoor iedereen elkaar werkelijk leerde kennen. Dat naarmate het dieper in de nacht werd dit niveau steeds verder daalde, mocht de pret niet drukken. Ook de ouderejaars deelden in deze ‘cultuur’ mee: reeds eerdergenoemde Tijmen waagde zich aan het opmaakritueel van enkele vrouwelijke deelnemers en stond vervolgens de rest van de dag bekend als de charmante Shaneequa. Iedereen ging gemoedelijk met elkaar om, slechts mede als gevolg van de gedeelde interesse in Japan. Ook de Koreanistiek, hoewel in kleine getale aanwezig (of moet ik zeggen, getal) werd zeker vertegenwoordigd en droeg ook bij aan de goede sfeer. Nadat iedereen de volgende ochtend iets stroever dan vorige keer uit bed kroop en zich kreunend aan het laatste ritueel der ochtendgymnastiek onderwierp, werd er voor de laatste maal gezamenlijk gegeten, waarna het tijd was om op te ruimen. Hoewel er duidelijk tegenzin aanwezig was (de tegenzin om weg te gaan, uiteraard), was iedereen snel klaar en stapte in de bus terug naar Deurne. Als je het afscheid zag, zou je niet meteen zeggen dat deze mensen elkaar slechts twee weken later weer zouden zien. Uiteindelijk ging iedereen op verschillende stations zijn weg en het eind van het kamp was een feit. Het kamp en de organisatie waren dus ook dit jaar weer geweldig! Ongetwijfeld zal de formule zich volgend jaar weer herhalen! 13 Milan van Berlo コトバによって表現された人 1. Het idee ‘protocol’ Taal maakt gebruik van een uiterst nauw gedefinieerd protocol. Laten we uitspraak als voorbeeld nemen. Een moedertaalspreker van een bepaalde taal detecteert onmiddellijk zelfs een verwaarloosbaar kleine fout in de uitspraak van anderen. Zowel spreker als luisteraar zijn tot in de puntjes bekend met de uitspraak van taal; zij kennen de regels van het protocol en gebruiken deze regels om informatie over te brengen. Het verschil tussen de Nederlandse ‘i’ (/ɪ/ als in ‘in’) en ‘e’(/ɛ/ als in ‘en’) kunnen moedertaalsprekers van het Nederlands moeiteloos onderscheiden en daardoor kunnen wij bijvoorbeeld ‘mis’ en ‘mes’ uit elkaar houden. De nauwkeurigheid van dit protocol is volgens mij niet alleen van toepassing op uitspraak, maar ook op andere gebieden van het verschijnsel dat taal heet. Waar ook een nauwgezette set van regels van toepassing is, is woordgebruik. Synoniemen (類義語 (るいぎご)) zijn hier een goed voorbeeld van. Het verschil in betekenis en gebruikswijze van de woorden ‘expres’ en ‘met opzet’ is klein, en slechts door goed te analyseren en vergelijkend onderzoek is precies te achterhalen wat deze verschillen daadwerkelijk inhouden. Dat wij deze woorden moeiteloos op de juiste manier kunnen gebruiken is niet alleen interessant, het vertelt ons ook veel over de processen die aan het gebruik van taal vooraf gaan; de precisie waarmee wij taal correct kunnen toepassen. Gebruikt iemand in plaats van het woord ‘expres’ de uitdrukking ‘met opzet’ in een context waar dat normaal niet gebeurt, dan merken we dat meteen op. ‘Ik heb expres de suiker uit je koffie gelaten’ is een normale Nederlandse zin, maar als we ‘ik heb met opzet de suiker uit je koffie gelaten’ zeggen, dan klinkt dat toch een beetje vreemd. Het verschil tussen deze twee is moeilijk in woorden te bevatten, maar bij ‘met opzet’ komen eerder kwade bedoelingen, of meer doelbewustheid kijken. Het is niet ondenkbaar dat alle woorden op deze manier zijn verweven in een groot raster van betekenis en nuance. Kortom, de verschillen tussen woorden en hun gebruikswijze zijn uitermate fijn vastgesteld, en het is juist daarom dat we met een brede woordenschat een grote variëteit aan informatie kunnen overbrengen. 14 2. Per taal een protocol Nu we hebben vastgesteld dat taal in verschillende woorden die elk een eigen betekenis en gebruikswijze hebben, is onderverdeeld, is het misschien een goed idee te kijken naar andere talen dan het Nederlands, en dan doel ik vooral op de vergelijking met de Japanse taal. Het zal studenten van de Japanse taal zijn opgevallen dat er nagenoeg geen woorden zijn die een zogenoemde één op één relatie hebben (直訳語(ちょくやくご)). Hoewel het moeilijk is dit goed weer te geven, zijn er veel pogingen gedaan de indelingen tussen verschillende woorden in taal uit te drukken (類語辞典(るいご じてん)など). Ik vermoed ook dat het niet zo is dat enkel de 区別(く べつ) tussen de woorden anders zijn, per taal worden verschillende vlakken (aspecten) van het totale beeld (als dat al bestaat) belicht. Kortom, er zijn dus vlakken die wel door het Nederlands, en niet door het Japans worden ‘gecovered’, en uiteraard geldt ook het omgekeerde. Al is het alleen maar iets simpels als よろしくお願いし ます. Dat daarvoor geen Nederlands equivalent is, heeft ongetwijfeld te maken met de culturele achtergrond van deze uitspraak; men zegt immers niets dat daar op lijkt in het Nederlands, in welke situatie dan ook. Men zegt niets, of gebruikt een andere uitdrukking die daar niet per definitie veel mee te maken heeft. Wat ik wil zeggen is dat men in verschillende talen verschillende manieren heeft om zichzelf uit te drukken, waarvan de soort en omvang verschillen per taal. Verder is aan te nemen dat naarmate het verschil tussen twee talen toeneemt, het verschil in uitdrukkingswijze (zoals ik het hierboven beschreven verschil maar even zal noemen) evenredig groter wordt. De volgende keer behandel ik hoe Japans als taal past in dit geheel en hoe het niet alleen op woord- en grammaticaal niveau verschilt van onze taal, maar ook op andere vlakken. Ook wil ik iets vertellen over hoe mensen samen met taal werken, en hoe de mens de taal als meer dan alleen een communicatiemiddel gebruikt. Milan ziet er zo uit, tenzij hij zijn gezicht ontspant. 15 Lena Bounimovitch Erotiek te koop: de Japanse hosts Na een enigszins anticlimactische wandeling langs de betonnen gebouwen van Hiroshima, dat onder andere werd veroorzaakt door mijn geweldige gevoel voor richting, had ik last van een droge keel. Met een overheerlijke mokkacappuccino van ieders favoriete koffiemerk in gedachte baande ik mezelf als een bezetene een weg door een overdekte winkelstraat. Op vertrapte gympen en in een reiskloffie merkte ik op dat willekeurige groepjes ギャール op torenhoge hakken giechelden, terwijl ze een groepje goedgeklede mannen passeerden. Zo werkt de wondere wereld van flirten nou eenmaal, dacht ik bij mezelf, toen ik langs dezelfde groep mannen met perfecte maatpakken, kastanjebruin haar en verzorgde wenkbrauwen snelwandelde. Dit gebeurde allemaal vrij snel, maar toen het kwartje eenmaal viel, kwam ik tot de conclusie dat dit geen gewone straatboefjes waren, maar jagers die hun vrouwelijke prooi nauwkeurig selecteren door middel van criteria zoals dure Louis Vuitton-tassen of Gucci-zonnebrillen. Nee, nee, deze mannen waren noch playboys noch de Japanse equivalenten van loverboys, maar echte ホスト(hosts). Ik verminderde mijn vaart en realiseerde mij dat ik allang voor mijn locatie stond. Toen kwam ik op het idee om deze sierlijke schepsels in hun natuurlijke habitat te observeren en besloot ik mijn koffie aan de bar voor het raam te nuttigen. Terwijl ik het groepje mannen bestudeerde, waarvan een enkeling kundig twee keitai (mobieltjes) met lange vingers en keurige nagels bediende, vroeg ik me af of er daadwerkelijk veel vrouwen waren die een dusdanig lage eigenwaarde hebben, maar toch de financiële middelen bezitten om zich door deze heren naar een ongure club te laten begeleiden. Door deze jongens, die waarschijnlijk hun vertrouwde losse T-shirts en versleten spijkerbroeken hebben ingeruild voor strakke pakken, fluwelen blousejes en dure assecoires. Met de “Ik ga het helemaal maken in de grote stad!” instelling zijn ze vast onbewust in de 水商売 (みずしょうばい), het eufemisme voor de nachtindustrie van Japan, gerold om snel centen te kunnen verdienen en om hun daadwerkelijke ambities en dromen na te jagen. Goh, ze sloegen een meisje aan de haak dankzij hun vlotte babbel. Of ze even een uurtje had. Of het kind naïef was of gewoon een slecht zelfbeeld bezat, ben ik natuurlijk nooit te weten gekomen, maar leef je je eens in de dame die doelbewust met deze mannen meegaat naar hun basis, de host-club. Nadat zo’n kerel haar talloze keren heeft verteld hoe schattig ze wel niet is, krijgt ze een host-menu in haar poezelige handjes gedrukt. Zo’n menu is een ware vleeskeuring of opsomming van alle hosts die in de club werken, waarin ze foto’s, bloedgroepen, hobby’s en karaktereigenschappen van de mannen kan bekijken. Afhankelijk van hoe ze vermaakt wil worden kiest ze haar vaste host, waarbij hij vriendelijk naar haar lacht met zijn bruine of door blauwe-lenzen-bedekte, speelse ogen en wordt hun clubcarrière vereeuwigd. Heeft ze de plank misgeslagen door een vent te kiezen 16 waarmee er geen chemie is, heeft ze pech, want haar keuze kan niet meer ongedaan worden gemaakt. Cru, denk je niet? Dit doet de club niet om haar een onnodig contract aan te smeren, maar om de financiële zekerheid van de betreffende host te garanderen. Zijn basisinkomen komt van zijn vaste klanten, maar alle extra’s verdient hij door drankconsumptie van zijn fangirls. En als hosts immens populair zijn, verdienen ze gemakkelijk rond de 15.000 euro per maand. Dan begint het gevaarlijke spel. Host en klant spenderen wat tijd in een illusie waarin hij haar dromen waarmaakt en de rol van de hoofdrolspeler in haar fantasie op zich neemt. Misschien hunkert ze naar een grappige, malle jongen of een 冷たいヤロウ(zo’n frigide zak), niets is te gek. Hij beeldt dit subtiel voor haar uit en laat haar hart sneller kloppen door in haar oor te fluisteren hoe slank haar benen eruitzien in dat ene korte rokje of hoe perfect haar voorgevel erbij staat in het neonlicht van de club. Vriendelijk, met een jeugdige glimlach op zijn gezicht neemt hij haar mee naar een euforische staat waarin ze zich de mooiste vrouw van de club voelt. Vervolgens doden host en klant de tijd door te drinken, dansen en karaoke. Maar dan. Verliefd worden overkomt jammer genoeg de beste. En als de klant veel tijd doorbrengt met haar host lijkt het me duidelijk dat dit uiteindelijk opbloeit in een eenzijdige affectie, waarbij ze alles in haar macht wil doen om hem bij haar in de buurt te houden. Dit leidt o.a. tot ziekelijke jaloezie in de club als de host haar even achterlaat om met een andere dame te gaan babbelen. In zo’n noodsituatie kan ze de aandacht op zich vestigen door middel van een “champagne-call” waarbij ze een dure fles champagne bestelt, waarvan de prijs tussen de 1000 en X万円 varieert. Tijdens deze chaos stormen alle hosts op haar af en laten ze haar deze vloedgolf van alcohol achter over slaan door haar aan te moedigen en eventueel verleiden tot een tweede ronde. Terwijl ze daar staat, met een tollend hoofd en kots die langs haar mondhoeken naar beneden sijpelt nadat ze de fles in een adem achter haar kiezen heeft gegooid fluistert hij lieflijk of plagend in haar oor dat drinken met haar het allermooiste ter wereld is en dat hij haar dankbaar is, omdat ze haar gezicht zo vaak in de club laat zien. Met een scheve glimlach ziet ze het al helemaal voor zich; hand-in-hand wandelend over straat met zo’n イケメン (knappe vent) aan haar zijde, maar hijzelf wil buiten zijn werk om meestal niets met zo’n vrouw beginnen. Zo een die geld neerlegt voor liefde en affectie. Nee, nee, hij walgt ervan, neemt nog een drankje en begeleid zijn dronken klant naar de taxi in het ochtendlicht. Na een slordigeエレチュー(kusje in de lift) escorteert hij haar dus naar de taxi en kijkt haar met een dromerige glimlach en quasioprechte ogen van “Kom je weer bij me terug?” na, terwijl hij eigenlijk aan een andere klant of zijn bed denkt. Het valt niet mee om je affectie te verkopen. En seks met een klant? Alleen als hij daar zin in heeft en er veel wordt betaald. 17 Maar, hij rekt de seksuele spanning tussen hem en zijn klant zo lang mogelijk uit, onder het traditionele principe van hard to get. Want zeg zelf, te gemakkelijk is voor niemand een uitdaging. Maar, vergeet niet dat we deze vrouwen niet mogen beoordelen op hun gebruik van deze verkopers van dromen, want er is in principe niks mis met het bevinden in een staat van escapisme waarbij je zelfvertrouwen op wordt gekrikt door deze heren na een lange dag van kantoorslavernij. Frappant is echter, dat sommige aspecten van de Japanse seksindustrie in een vicieuze cirkel vervallen omdat de meeste vrouwen die naar hostclubs gaan en over de financiële middelen beschikken zelf in de seksindustrie werken. Ze beginnen überhaupt in deze branche te werken om snel te verdienen en om de yen vervolgens weer te spenderen aan hun favoriete host. Het is een keiharde business, de 水商売. Dus, misschien voel je je alsnog geneigd om onder gedompeld te worden in gefinancierde vleierij? Neem dan gerust een wandeling door een ongure steeg in de grote amusementssteden zoals Osaka, Tokyo of zelfs Hiroshima en probeer een babbel aan te knopen met een groepje mannen met slangenleren laarzen. Maar, niets moet. Je kunt ook op afstand aan je koffie lurken, terwijl je de gang van zaken vanuit een beroemd koffiehuis tot je neemt. En nee, ik heb absoluut geen X-aantal yen neergelegd voor een theekransje met deze hotshots. Zou jij zo’n 3万円 uitgeven om een van deze aandoenlijke jongens te onderhouden? Wist je dat: ...er in deze journal slechts twee sjaarsartikelen staan? Laat het weten als je een leuk idee hebt! ...een Japanner je al helemaal de bom vindt als je こんにちは kan zeggen zonder je zelf op te hangen aan je tong? ...スナック-tentjes in Japan niet per sé om eten draaien? ...Ger-bart zwakke mannen opeet? 18 Liselore Goossens Zwangere Poppen Barbie, inmiddels al vijftig jaar oud en wereldwijd bekend, bestaat in allerlei varianten. Huisvrouw Barbie, prinses Barbie, rockster Barbie, zwangere Barbie, ga zo maar door. Die laatste variant bestond in Japan zo’n tweehonderd jaar geleden al. Uiteraard zijn er verschillen: zo is de Japanse variant natuurlijk geen echte Barbie, is de pop gemaakt van hout, bijzonder gedetailleerd en anatomisch correct, en was ze (onder andere) bedoeld als onderwijsattribuut in plaats van kinderspeelgoed. De Japanse zwangerschapspoppen, die uit de negentiende eeuw komen, waren in de eerste instantie waarschijnlijk bedoeld om aanstaande vroedvrouwen mee te onderwijzen. De poppen zijn dan ook uiterst gedetailleerd: onder de afneembare bolle buik kunnen baarmoeders en embryo’s in verschillende stadia van de zwangerschap, en compleet met navelstreng en placenta, worden gestopt. De ledematen van zowel de moeder als de volgroeide versie van het kind kunnen bewegen en de gezwollen buik vertoont zowaar zwangerschapsstriae! Doordat de poppen zo gedetailleerd waren, konden de vroedvrouwen over zowel de zwangerschapsperiode als het ter wereld brengen van het kind leren. Naast deze puur educatieve rol is het echter ook heel waarschijnlijk dat de poppen als educatief entertainment werden gebruikt. In zogenaamde misemono, rondreizende attracties die op bijvoorbeeld kermissen te vinden waren, werden allerlei wetenschappelijke ontdekkingen op een educatieve maar ook leuke manier tentoongesteld, om zo het ‘gewone volk’ tegelijkertijd te vermaken en wat te leren. De misemono kwamen in de negentiende eeuw veel voor in Japan, vooral in en rond Edo. Ze waren bijzonder populair en men geloofde dat de attracties erin geluk en gezondheid konden brengen. Naast educatie zat er dus ook een groot deel bijgeloof aan vast. Uiteraard was ook lang niet alles wat tentoongesteld werd zo wetenschappelijk of zelfs echt; een veel voorkomend onderdeel in de misemono was de ‘zeemeermin’. Deze bestond over het algemeen uit het bovenlichaam van een aap dat, veelal door vissers, aan een vissenstaart was genaaid. Sommige misemono richtten zich vooral op één thema; andere stelden een uiteenlopend scala aan dingen tentoon. De zwangerschapspoppen kwamen vooral, maar niet uitsluitend, voor in de misemono die zich op het menselijk lichaam en het ‘mysterie van het leven’ richtten. Ze waren een bijzonder populair onderdeel, wat gezien de diepe indruk die ze vandaag de dag nog steeds op de meeste mensen maken, goed te begrijpen is. Wie zou er nou niet betalen om zoiets in het echt te kunnen zien? 19 Anne van den Bosch The GazettE: niet zomaar een rockband The GazettE heeft een nieuw album [DIM] uitgebracht en dat vraagt toch wel om een beetje aandacht. Maar voor wie de band überhaupt niet kent, is een kennismaking geen slecht idee. The GazettE staat bekend als een J-Rock/Visual Kei band. Hun muziek bevat niet alleen rock, maar ook punk- en metalinvloeden. Zelfs hiphopelementen zijn te bespeuren. Ook staat er een aantal goede ballads in hun repertoire; denk bijvoorbeeld aan ‘Cassis’. Ik ben zelf naar een concert van hen geweest en toen ze dat nummer speelden, stonden er naast mij al gauw een paar meiden te snotteren. Over concerten gesproken, dit is een band die je in het echt moet meemaken. Ik ben er zelf in Berlijn bij geweest, en het was mijn eerste concert, dus veel vergelijkingsmateriaal had ik niet, maar het was geweldig. Goed, ze deden weinig van de fanservice (foreplay anyone?) waar ze zo bekend om staan, maar ze wisten het publiek meteen mee te trekken. De spierpijn van de volgende dag was het ruimschoots waard. De teksten zijn veelal in het Japans, maar the GazettE staat bekend als een band die veel met Engels werkt, hoewel dit niet altijd even succesvol is. Een lied als ‘Silly God Disco’ krijgt door de vreemde woordkeuze en niet geheel vlekkeloze uitspraak een onbedoelde amusementswaarde. Lees en gniffel: It is cheesed with power and the morality of which it goes mad A lot of people became dogs having tied to the chain Your happy there? I want to be enjoying the life though it will knock against a high wall hereafter I’m already dead, however I was saved with the rock I swore I at that time. I will walk life that shines highest There is no fear. It gets it over though there is a painful day too Now let’s go. The wing expands and goes to look for freedom and the glory The world that extends to the place waits surely for you The GazettE is een Visual Kei band, dus ook het uiterlijk is belang- 20 rijk. Ze veranderen sowieso per album, maar soms ook tussendoor. Wel zijn er de vaste punten, zoals bijvoorbeeld de bassist die nog steeds zijn neus niet laat zien. Hun stijl is over het algemeen wat duister en stoer en vooral de laatste tijd lopen ze steeds vaker in het zwart rond. Voor ik het vergeet: Ja, The GazettE bestaat uitsluitend uit mannen. Het mag misschien niet bij ieder van hun zo lijken, maar toch. Het is trouwens niet erg als je ze voor vrouwen aanziet; toen ik ze zelf voor het eerst zag, dacht ik ook nog dat sommige van hun meiden waren. Wat de band persoonlijk betreft; ze zijn onder fans zeer geliefd vanwege hun dorky karakter. Er zijn genoeg filmpjes te vinden waarin vooral Aoi werkelijk prachtige stommiteiten weet uit te halen. Hij is overigens de oudste, dus zo zie je maar weer dat gedrag en leeftijd niets met elkaar te maken hebben. Wie meer wil horen kan op internet zoeken, maar als je iets avontuurlijker bent ingesteld kun je natuurlijk ook het risico nemen en hun CD kopen. Mocht je in Duitsland op zoek gaan, dan raad ik je vooral de grotere winkelketens aan; daar heb ik mijn exemplaar namelijk ook weten te vinden. Mijn aanraders; ‘LEECH’: rockt lekker weg en toont de vocale kunsten van Ruki; ‘Silly God Disco’: een geweldige intro en zeer interessant voor de Engrish fanaten onder ons; ‘Filth in the beauty’: goed nummer om op te headbangen en kijk vooral naar de video. Hierin is het beruchte Pineapple-kapsel van Ruki in al zijn glorie te bewonderen. 21 Michiel Boerwinkel 蟲師 (むしし) Terwijl we opgroeien kijken we, logischerwijs, verschillende programma’s. Ik, als verknocht tekenfilmkijker - ik kijk nog steeds wel eens Fairly Odd Parents - zag mijn eerste tekenfilms op de zaterdagochtenden. Je kent het wel, het is 7 uur ‘s ochtends, maar omdat je door je dictatoriale ouders de vorige avond om 8 uur naar bed bent gestuurd, ben je om 7 uur al klaarwakker. Kindernet wist dit ook, en vandaar dat de beste line-up ook rond die tijd te bezichtigen was. Dommel, Maya de Bij, Sinbad de Zeeman (uit Bagdad), Wiki de Viking en niet te vergeten Alfred Jodocus Kwak. Met uitzondering van die laatste waren dit tekenfilms die heerlijk je hersenen uitschakelden met dom vermaak. Op iets latere leeftijd kwam Cartoon Network in de picture. Dexter’s Lab, Cow and Chicken, 2 Stupid Dogs (de shit) en Courage the Cowardly Dog waren allemaal tekenfilms die perfect aansloten bij een opgroeiende basisscholier. Later kwam Pokemon, en in mijn tweede jaar van de middelbare school kwam de typische puberale jongenscartoon die heel Nederland bij z’n kladden greep: Dragon Ball Z. Het ging voor iedereen hetzelfde: het hoogtepunt in de Frieza saga en de hoop op een blijvend hoog niveau die werd vernietigd door de Android saga, en vernederd door de Buu saga. Later op de middelbare school kwam mijn eerste echte anime: Full Metal Panic. De meisjes hadden echt veel te grote ogen, er waren wat verdachte camerahoeken en ze spraken ook echt Japans. Ook deze anime sloot perfect op mijn leeftijd aan, en nadat ik nog een stuk of 3 series had gekeken hield het een beetje op. Net als een hele hoop mensen was ik eigenlijk gestopt met anime kijken toen ik Japans ging studeren. “Maak van je hobby je werk, en je verliest snel je interesse,” zeggen ze wel eens. Toch veranderde dit alles toen een vriend mij introduceerde aan een anime genaamd 蟲師. Waar gaat deze anime eigenlijk over? Deze vraag heb ik mezelf vaak genoeg gesteld, ook al toen ik de hele serie had afgekeken. 22 De basis is erg simpel. Het verhaal speelt zich af in een soort parallel universum van feodaal Japan. Iedereen woont in kleine dorpjes in van die typische Japanse huizen. Eigenlijk is de hele wereld gelijk aan feodaal Japan, behalve dat er in deze wereld een soort aparte levensvorm is, genaamd 蟲. Dit zijn wezens die zich tussen het rijk van de levenden en de doden begeven, en gemaakt zijn van een soort pure energie. Hoewel ze voor goede zaken kunnen zorgen, zijn ze vaak ook de oorzaak van nare ziekten of andere problemen. Daarom is het ook de taak van de hoofdpersoon, Ginko, om al deze problemen op te lossen. Ginko is een witharige vriendelijke kerel, die als het even kan, vooral dingen oplost door niets te doen. Die mentaliteit vat gelijk ook wel de hele serie samen. In alle 26 episodes gebeurt er eigenlijk helemaal niet zoveel. Elke episode lost Ginko een probleem op, en reist hij weer verder naar de volgende uitdaging. Als ik het zo zeg klinkt het wat Pokémon-achtig, en het basisidee is dat misschien ook wel. Wat deze serie echter zo prachtig maakt is de hele sfeer. De tekenstijl (ook in de manga) is origineel, mooi, en maakt deze serie een beetje de Monet onder de anime. De muziek is ietwat zweverig, maar het past erg goed bij de toon die wordt gezet in de serie. Het is trouwens ook hele goede huiswerkmuziek. Verder, hoewel het verhaal wel ietwat simpel is, maken alle karakters zeer rationele keuzes. Op bijna geen enkel moment kwamen de mensen extreem dom op me over, en waren er ook geen stofwolk momenten waarin je toch al lang wist dat de eindbaas nog niet dood was (om maar even een zijstraat te noemen). Je zal je nu afvragen: wat heeft dat hele jeugdverhaal hier nou mee te maken? Mushishi is typisch een serie die zich heel goed leent voor mensen van onze leeftijd. Het is een stuk rustiger, heeft geen actie nodig, en het Japans wat de hoofdpersoon bezigt is ook nog eens van een zeer gecompliceerd niveau, met ook nog wat dialecten erin vermengd. Perfect dus voor mensen die genoeg hebben van het eeuwige cliche van 少年アニメ (shounen-anime), en voor mensen die een ander soort Japans willen horen. Nu ga ik weer Niels Holgersson kijken. 23 Carmen Loh Je eigen pokémon van papier Iedereen kent het Japanse fenomeen origami wel. De dingen die je ermee kunt maken lopen uiteen van panda’s tot bloemen tot doosjes om iets in te bewaren. Origami is niet de enige craft met papier, maar karakteriserend is dat het gemaakt wordt door alleen papier te vouwen. Maar! Papercraft, ook wel bekend als pepakura, is ook het vouwen van papier, maar je knipt en lijmt ook. De mogelijkheden zijn ontelbaar! Je snijdt of knipt de onderdelen uit en vervolgens vouw en lijm je de delen aan elkaar volgens de instructies. Als je moeite hebt met goed vouwen, kun je lichtjes de vouwlijn volgen met een mesje. Begin met simpele ontwerpen en voor je het weet, staat je hele kamer vol met deze dingen en begin je je studie te verwaarlozen, omdat je bezig bent aan een 312-delige motor. Aangezien papercraft designs heel gemakkelijk te printen en in elkaar te zetten zijn, kun je via internet gemakkelijk ontelbare designs downloaden en printen. Google ‘papercraft …’, gegarandeerd dat je wel iets leuks vindt. Anders kun je op fora of imageboards, zoals de /po/board van 4chan, vragen of men nog iets leuks heeft. Ook zijn er bedrijven die op hun site bepaalde papercrafts ter beschikking stellen aan hun bezoekers als een manier om meer aandacht te krijgen voor hun producten. Yamaha heeft verschillende ontwerpen van motoren, maar ook van dieren, seizoenen en landschappen van Japan. Op de site van Canon vind je nog meer designs, uiteenlopend van gebouwen tot kermisattracties, dinosaurussen, maskers en dingen voor geluk. Natuurlijk kun je verwachten dat er ook ontwerpen rondzwerven van je favoriete anime personage, robot, internet meme, etc. Ga ernaar op zoek, download het, print het, maak het en neem het mee naar college om te showen hoe goed je erin bent. Ja, dit is ook een goed tijdsverdrijf voor tijdens saaie colleges! 24 Mattias van Ommen Het goede leven in Kyoto Voor wie mij nog niet kent: mijn naam is Mattias van Ommen, 3e/4e jaars student TCJ, en ik verblijf sinds april 2009 voor een jaar in Japan als uitwisselingsstudent aan de universiteit van Kyoto. Toen de Hofnar mij vroeg om een artikel te schrijven voor de journal, dacht ik: ja. Het goede leven in Kyoto. Waar moet ik beginnen? Bij de mooie natuur, die nooit ver weg is? Bij het voor Japan unieke, logische stratenplan? Of zal ik iets vertellen over de lange geschiedenis van deze stad, die barst van cultuur? Of iets over de verschillende seizoenen? Iedere dag lijkt hier namelijk anders. Of we doen dat gewoon niet. Doe niet zo mal, ik ben de Schoen niet! Het leven in Kyoto is goed, maar was dat niet altijd. Ik zit hier nu een half jaar, en het heeft me zeker wat tijd en moeite gekost om te settelen. Degenen die mij kennen, weten dat ik tijdens mijn middelbare schoolperiode al het voorrecht heb gehad om voor bijna tien maanden aan een Japanse Senior High School te studeren. Deze ervaring heeft mij enorm gepassioneerd voor dit land en haar mensen. Omdat mijn huidige leefomgeving geografisch niet bijzonder ver verwijderd is van mijn vorige uitwisselingslocatie, hadden velen van jullie allicht met mij verwacht dat ik hier zonder problemen zou aarden. Dat dit uiteindelijk even duurde, is achteraf gezien vrij logisch (maar wat is niet logisch achteraf gezien?). Het feit dat er dit keer geen ervaren uitwisselingsorganisatie en gastgezin ter plaatse waren om mij te ondersteunen, bleek een behoorlijk onderschat gemis. Ik stond er alleen voor, en aan mij de taak om opnieuw vanaf nul een eigen leventje op te bouwen. 25 Uiteindelijk kan ik na een half jaar concluderen dat ik hierin geslaagd ben. Dit is niet alleen te danken aan mijn vorige uitwisselingservaring, nee, want ieder voordeel heeft zijn nadeel. Dat ga ik hier niet helemaal uit zitten leggen (geen ruimte), maar geloof me, die nadelen zijn er. Het komt erop neer dat Japan een bijzonder land blijft, waarbij het erg moeilijk te zeggen is hoe je het meeste uit een uitwisselingsjaar kunt halen. Waar moet je beginnen? Wat moet je vooral wel en niet doen? Je hoort zoveel verhalen, die vaak tegenstrijdig met elkaar zijn. Hoe komt dit toch? De Japanners lijken zo homogeen; waarom bestaat er kennelijk geen succesformule voor een langere verblijfsperiode in dit land? Nou, dat zal ik jullie vertellen (ahum). Japanners lijken inderdaad homogeen, maar zijn dit in feite niet. Onder die laag van geaccepteerd standaardgedrag, tradities en etiketten, kan er een extreem grote variatie aan individuen worden gevonden. Ik ben van mening dat het onderschatten van de verschillen binnen Japan één van de grootste valkuilen kan zijn voor een goed begrip van dit fascinerende land. Wanneer je hierin overdrijft, zou je kunnen zeggen dat de verschillen tussen locaties binnen Japan of in contacten met verschillende Japanners zulke andere ervaringen opleveren, dat van ervaringsdeskundigen niets meer te leren valt. Dan zou de informatie uit artikelen als deze dus volstrekt nutteloos zijn. Hier ben ik het natuurlijk ook weer niet mee eens. Iedereen met een beetje zelfkennis kan voor zichzelf tot op zekere hoogte inschatten hoe bepaalde ervaringen de eigen beleving op een positieve manier kunnen beïnvloeden. Aan subjectiviteit ontkom je immers toch niet. 26 Wat mij enorm heeft geholpen is voor mijzelf een leefomgeving pro- beren te creëren waarbij ik op regelmatige basis in contact kom met Japanners. Het is heel verleidelijk om met je mede-uitwisselingsstudenten rond te hangen (en ik zal niet ontkennen dat ik dit nog steeds af en toe doe), want die zitten immers allemaal in hetzelfde schuitje en zullen veel van je problemen herkennen. Ik blijf er echter bij dat het uiteindelijk meer loont wanneer je steevast probeert die drempel te overwinnen en de Japanse groepscultuur binnen probeert te dringen. Concrete voorbeelden hiervan zijn: je aansluiten bij een “circle” of club die in principe voor Japanners bedoeld is (in tegenstelling tot soortgelijke groepen die juist specifiek voor buitenlanders zijn; vermijd deze!! (>> mijn persoonlijk advies, geen feit)), wonen in een omgeving waar vooral Japanners wonen of proberen colleges te volgen waar voor het grootste deel Japanners zitten. Omdat ik alweer aan (of over?) mijn limiet zit, denk ik dat ik het helaas hierbij moet laten. Het spijt me voor het vage gebrabbel… Het lijkt niet eens op het verslag van een uitwisselingsstudent. Ik kan wel zeggen dat ik het enorm naar mijn zin heb hier in Kyoto, en indien mogelijk zal ik jullie in volgende edities voorzien van wat meer concrete informatie over bijvoorbeeld studeren aan een Japanse universiteit, lid zijn van een Japanse circle of club, of het samenwonen met Japanners. Een “echt” verslag van mijn avonturen is trouwens online te vinden: http://joopstroop.blogspot.com/ Tot de volgende keer? 27 Diana Kuijpers Tokyo Pilot Project April-Juli 2009 Afgelopen collegejaar kwam de opleiding Talen en Culturen van Japan met een nieuw project om meer mensen naar Japan te kunnen sturen: het Tokyo Pilot Project. Een aantal studenten—toen was nog niet precies bekend hoeveel het er zouden worden—zou dan gedurende drie maanden in Tokyo verblijven waar ze hun tweede jaar af zouden maken zoals de studenten Japans in Leiden. Op 13 november vorig jaar werden de vijftien geselecteerde tweedejaars bekend gemaakt na een voorselectie via cijfers en motivatiebrieven, en tot slot een interview. Hoewel we pas begin april naar Tokyo zouden vertrekken, begonnen we in Leiden in het tweede semester met het nieuwe vak ‘Material Culture’ van dr. Cwiertka. Deze verving onze tweedejaars focusvakken van het tweede semester, en focuste op de theorie en Japanse praktijk van materiële cultuur. Verder volgden we gewoon onze taalvakken. Op 6 april 2009 was het dan zover: het vertrek naar Tokyo. Daar aangekomen, werden we opgehaald door dhr. Remmelink van het Japan-Nederland Instituut (JNI), die ons het een en ander uitlegde. Na allerlei gedoe met de ‘bureaucratische gehaktmolen’ konden we allemaal—moe maar excited—naar ons nieuwe ‘thuis’. Ons verblijf was de Weekly Mansion in Ekoda, waar ieder een eigen kamer had, inclusief badkamer van één vierkante meter, keukentje en televisie. Elke dag gingen we vanaf dit station in de ochtendspits in een typerend overvolle trein naar Ikebukuro om vervolgens met 28 de even drukke Yamanote¬-lijn naar Yūrakucho station in Ginza te reizen; dit kostte ons ongeveer een uur. Al snel leerden we reizen op zijn Japans: wacht netjes buiten volgens de lijnen tot iedereen de trein uit is, daarna is het ieder voor zich. Japanners mogen dan zo beleefd en hoffelijk zijn; wanneer ze een trein in moeten of een overvolle trein uitmoeten, blijft daar niet zoveel van over (tot ons aller vermaak). We hadden elke dag van 9:00 tot 12:30 college in het Japans, waarin teksten, vocabulaire, schrijven, spreken en luisteren behandeld werden. Dit lijkt misschien lang, maar het werd stukken draaglijker met drie (!) pauzes, waarvan de laatste het leukste waren; een van de dames van het JNI, Yanagizawa-san, had de uiterst gulle gewoonte ons in de laatste pauze te voorzien van Japanse koekjes, snoepgoed en dergelijke om ons ermee kennis te laten maken. Onze docenten—Yoshida-sensei en Koyama-sensei— kwamen van de Naganuma school in Shibuya elke dag op en neer. Op dinsdag en donderdag hadden we dan nog Material Culture lessen, voor welke we ook een veldonderzoek moesten doen voor een zelfgekozen onderwerp, wat ontzettend leerzaam was. Na de lessen was iedereen vrij om te doen wat hij/zij wilde, net zoals in het weekend. Er zijn uitstapjes geweest naar Nikkō, Kamakura, Yokohama en zelfs naar Ōsaka. Tokyo zelf bood uiteraard ook genoeg vermaak en interessante dingen. Tot slot heeft het JNI ook nog een ‘schooltrips’ georganiseerd naar Kikkōman, Nissan en Canon. Al met al was het een ontzettend gave ervaring. We hebben allemaal een super kans gekregen om vooral luister- en spreekvaardigheid van het Japans te verbeteren —niet in de laatste plaats dankzij onze toffe docenten— en drie maanden in Tokyo leven was een hele belevenis. Wie weet komt het dit jaar nog terug. Het is zeker een aanrader enige tijd in Japan door te brengen, niet alleen voor verbetering, maar ook eens om te zien waar je het nu allemaal voor doet. 29 De Schoen TERUG Eenentwintig uur vijfendertig, terwijl het vroeg in de morgen zou moeten zijn. Ik kan er nog steeds niet aan wennen. De maan kleurt de hemel met een bijna intense gloed, op het oranje af, terwijl het juist de zon zou moeten zijn die de ochtendlucht schildert met een breed palet aan kleuren. De trein rolt door het Nederlandse landschap. Waar ik in Japan op dit soort momenten terugdacht aan Nederland, schreeuwen mijn gedachten me nu met weemoed terug naar Japan. Ik hol ze in alle macht achterna, ik mag ze niet laten ontkomen, nu niet. Meestal denk ik terug aan Japan op willekeurige momenten, zodat het me bijna treft als een bliksemschicht. Dikwijls voel ik mijn gedachten dan net zo snel, als via een bliksemafleider, weer wegvloeien, waarna de energie onverricht ter zaken verdwijnt. Maar dit keer niet. Nu heb ik ze stevig beet en laat ik me terugvoeren. Ik kijk naar buiten, langs de dikke druppels die op het verregende raam hun weg naar beneden zoeken. Ik sta in de huiskamer en hoor de kolkende watermassa door de afvoergoot naast de weg heen razen, op weg naar bredere kanalen die op de zee uitkomen. Ik moet zo nog naar buiten, helaas. Boodschappen doen, maar ik besluit eerst mijn was maar binnen op te hangen, zo goed en zo kwaad als dat kan, aan hangers, stoelen en kastdeuren. Drogen doet het toch wel, want ondanks de regen blijft het warm. Ik mis het zelfs, dat regenseizoen. Niet de regen zelf, maar wel de glimmende straten waar de druppels bijna vrolijk op neerkletteren, wel de saamhorigheid onder degene die zich op straat wagen, de aangename temperatuur voordat de hoogzomerperiode zijn intreden doet. Wanneer ik de volgende dag op weg naar de campus in de stromende regen moet wachten bij de spoorwegovergang lacht een 30 Japanner me vriendelijk toe, als om te zeggen dat ook dít Japan is. We wisselen wat woorden uit, waarna we beide onze eigen barre tocht voortzetten. Deze regenval is van groot belang voor regio’s als Nagasaki, besef ik, want afgezien van deze hevige buien rond mei en juni valt er nauwelijks een druppel water, wat droogte betekent als het regenseizoen niet goed mee werkt. En meewerken deed het afgelopen jaar, afgezien dat het seizoen wat laat op gang kwam en daardoor ook langer voortduurde. Tijdens een voetbaltraining een paar dagen later blijkt het gevaar van zulke heftige regens. Alhoewel ik er niet van op de hoogte was, bleek er gewaarschuwd te zijn voor overstromingsgevaar. Terwijl de voetbal af en toe blijft liggen op het modderige veld, schalt er een omroep over de stad: de waarschuwing is niet langer van kracht. De waterstanden zijn weer dalende. Zo voltrok het regenseizoen zich voor ik er erg in had. Ja, ook dit is Japan, kan ik nu beamen. Dat is geen negatieve noot, want als er iets is dat ik in Japan geleerd heb, dan is het wel om me minder druk te maken over allerhande zaken die er uiteindelijk toch vrij weinig toe doen. Een beetje regen zorgt er trouwens voor dat je voor het heerlijke weer na het regenseizoen meer waardering krijgt. Daarmee ben ik tot een van de punten gekomen die het land zo aantrekkelijk maakt: balans. De balans tussen de vier seizoenen is van een ongekende subtiliteit. Regen laat zich volgen door zengende hitte, waarna het weer langzaam afkoelt en de herfstbladeren kleur krijgen. Dan wordt het winter, mild, verfrissend en uiteindelijk komen de kersenbloesems tot bloei om de cyclus weer opnieuw te beginnen. Schoonheid doordrenkt Japan in alle vier de seizoenen, steeds weer kortstondig met wat langere overgangsperiodes. Perfectie in alles. Dan ben ik weer terug. 31 De trein houdt stil op een station, geen idee welk. Een man van middelbare leeftijd stapt uit. In beide handen draagt hij een reiskooi met zich mee. Een neusje steekt tussen de tralies door, met daarachter twee donkere, schitterende ogen. Geluidloos zit het daar, zo ver mogelijk weggedoken, maar het is onvermijdelijk. Bij elke stap die de man zet, kantelt de bodem van de reiskooi zich tot een onoverwinnelijke hellingshoek. Het lijfje achter de naarstig heen en weer schietende ogen vouwt zich samen onder het gewicht van het achterlijf waaronder de pootjes alle houvast verliezen, waardoor het neusje nog steviger tegen de tralies wordt gedrukt. En weer terug, mee op het deinende ritme van de reiskooi, mee met elke pas die de man zet. Haar reisgenoot in de reiskooi welke aan de andere zijde van de man eenzelfde soort beweging vertoont, heeft het al niet veel gemakkelijker. De grote wijzer op mijn polshorloge verspringt. Eenentwintig uur tweeënveertig. De korte wijzer blijft roerloos staan, terwijl de secondewijzer zich met zichtbare tegenzin voortduwt. Tergend langzaam dus, alsof het de eindeloze cirkels die het dient te beschrijven wil ontvluchten. De enige ontsnappingsmogelijkheid is door zichzelf de tegenovergestelde richting 32 in te krijgen, om er vervolgens achter te komen dat het dan te beschrijven figuur niets veranderd is met voorheen. De tijd verstrijkt bijna stapsgewijs, zoals de man met zijn langzame tred uit het zicht verdwijnt. Ik bevind mij in een zelfde positie als de katten in de reiskooien, heen en weer geschud tussen gevoelens, maar hoe dan ook keihard met de neus op de feiten gedrukt door alles om me heen. Feiten welke welhaast een traliewerk voor mijn ogen opgooien en me tegelijkertijd klem zetten tussen vijf matzwarte muren. Achter me, links, rechts, boven en onder, zodat er niks anders op zit dan me over te geven aan de zwaartekracht. ‘Je bent weer in Nederland.’ ‘Terug bij af, wen er maar aan!’ De feiten beuken keihard in op mijn gemoed en laten me niet met rust. De ondergrond kantelt steeds verder terwijl ik mijn grip erop voel afzwakken, totdat het bijna een ijzig oppervlak wordt met meer gevaarlijk zwakke plekken in het toch al dunne ijs dan me lief is. Ik neem mijn toevlucht weer in gedachten… 33 Martijn Heule TFC Banzai vs Jdream Het zit niet goed. Het is vrijdag, het weekend is begonnen en de zon schijnt. Hoe kan dit niet kloppen, vraag ik mijzelf af? Na een geslaagd eerste deel van de training, gaan we beginnen aan een partijtje. Pispoten; schat lag onder. Angel mocht als eerste kiezen. Ik! Ja; nummer 1. Dit kan niet mislopen. Toch staan we een half uur later 14-2 achter. Jammer. De gemoederen lopen hoog op. Angel smijt na afloop een bierflesje tegen de paal. Een jongensdroom in duigen? Zondag kan het alleen maar beter gaan, houd ik mijzelf voor. In mijn aanwezigheid is er nog nooit van dit team verloren. Een team van Japanse zakenmannen. Pittig zijn ze wel, getuige de keer dat ik vlak buiten de zestien meter van achteren op mijn hielen getacklet werd en bijkans het doel inrolde. Maar we kunnen ze hebben, spreek ik met een oncontroleerbare grijns tegen Renzo, de nieuwe captain. Na vrijdag grapte hij nog dat ik moest vrezen voor mijn basisplaats. Wat een ventje. Hij lacht terug en we beginnen. Overwicht. De TFC staat als een huis en bepaalt het spel. Een bal van Diego bereikt via mij Daichi: 1-0. Nu moeten we uitlopen. Omslag. Rennend over het veld slaat het mij plots in de benen. En met mij het hele team. De spelers worden nonchalant, kansen worden niet afgemaakt en een tegengoal valt. Ik kijk de Schoen aan. Terug. Terug in Nederland om door een stuk of 30 doorwisselende, uitgeleefde zakenlui van de mat geveegd te worden? Dit kan niet zijn waar wij voor kwamen. Schande. Een tweede goal voor de Japanners. Banzai speelt niet samen. De helft van het team is net terug uit Japan en men heeft een jaar niet samengespeeld. Dit is geen team, Angel ziet het ook. Ik sta constant vrij, maar de bal blijft aan de linkerzijde van het veld, waar geen glorie te behalen valt, getuige onze sinistere belagers uit de Oriënt. Opeenvolgend drie penalties tegen. Hoppa. Dat kan best. Twee erin, hoezee. Toch, ik begin het vuur weer te voelen. “Initiatief nemen! Doorgaan!!” En al brullend lijkt het ook weer beter te gaan. Met hervonden kracht gaan we de strijd aan, en beter gaat het. We zijn vollop in de aanval, maar de kansen worden niet benut. Dan is daar de counter. Niets aan de hand, 34 ik heb de doorgebroken speler van de bal gezet en bevind mij nu tussen hem en de voluptueus gevormde ronding aan mijn voeten. Ik steven af op onze keeper om de bal in veiligheid te brengen. Ik huppel de zestien binnen en keeper Bas komt mij tegemoet, om de bal in plaats van te omarmen, keihard in mijn heup te raggen. Keurig het eigen goal in. In mijn hoofd een wervelstorm van ziekte en godslaster, terwijl Remy verhaal komt halen. “Martijn, wat doe je??” “WAT DOE ÍK?” werp ik tegen met een schreeuw waar kinderen te vroeg geboren van worden. Het eind is zoek. Ashwin besluit er bijtijds nog eentje in te tikken. De scheids fluit af. Handjeschudden, gezellig. Een groepsfoto moet ook nog wel kunnen. Rochelen in de nek van een Japanner ook. Snottebellen. Daarna huilen onder de douche. Een jongensdroom in duigen. TFC Banzai traint elke vrijdag vanaf 16:00 op het Universitair Sportcentrum. Meedoen? Mail Renzo Goto: renzog@live.nl 35 Maaike de Vries Back to School-feest Donderdag 24 september was het allereerste feest van het jaar. De locatie was net als feesten van het afgelopen jaar in d’Ub bij de Beestenmarkt. Na een flinke promotieactie met foute posters, waar Michael Nicht op stond, was de opkomst voor het feest groter dan ooit tevoren! Al vroeg in de avond kwamen er wat mensen binnendruppelen die geen minuut van het feest wilden missen. Rond half elf begon het steeds drukker te worden en kwam het feest echt op gang. Niet alleen Tanukileden, maar ook aanhang en leden van SVS hadden besloten zich naar het feest te begeven, wat zorgde voor een zeer gemengde opkomst. Bij de deur konden de feestgangers een foto laten maken met tekstballonnen op bordjes waar de verschillende uitspraken uit de mastermovie-filmpjes op stonden; een groot succes. En niet alleen bij de deur, maar door de hele d’Ub (en daar buiten) stonden mensen met bordjes elkaar belachelijk te maken met uitspraken zoals “kakhoofd” en “klootviool”. DJ Olaf draaide goede dansmuziek, waardoor veel mensen zich snel naar de dansvloer begaven en hun danskunsten vertoonden met onder andere hulp van de paal op het podium. Natuurlijk kon een Dance-Off niet uitblijven. Na lang wikken en wegen werden er door het bestuur van Tanuki vier capabele mensen het podium op gevraagd, 36 die ieder voor zich even voor de rest van het publiek mochten dansen. Ieder kreeg als dank voor hun moeite een mooie witte boxer met op de voorkant een afbeelding van Michael Nicht en op de achterkant zijn naam. Daarnaast kreeg de winnaar van de Dance-Off, Angel Zoet, ook nog eens een meter bier! Hierna ging het feest in volle gang verder en toen om 1.00 uur de deur dicht ging, werd het binnen alleen nog maar gezelliger. Er zijn nog heel wat spectaculaire shows te zien geweest op het podium van onder andere een aantal eerstejaars die als Dragqueens binnen kwamen zetten. Rond een uur of half drie werd het langzaamaan wat rustiger en het feest eindigde rond half vier. De laatste mensen bleven nog even hangen voor d’Ub, maar uiteindelijk ging iedereen rond kwart voor vier wel naar huis. Door de hoge opkomst, de goede muziek, de tekstballonnen en hoogstwaarschijnlijk ook de hoeveelheid alcohol, was het een zeer geslaagd feest en een hele mooie opening voor het komende jaar! Tot op het volgende feest! 37 Dr. Gé de la Colline Dr. Gé’s Postvakje Alleraardigste lieden binnen de muren van het machtige Arsenaal, Dit is de eerste keer dat wij elkander spreken, al komt het gesprek maar van één kant. Het is niet de bedoeling dat dit zo blijft. Ik ga het u allemaal uitleggen, dus let goed op! Vroeger hadden wij thuis de leesmap. Voor degenen die niet binnen de veilige omgeving van een Oudt-Hollandsch gezin zijn opgegroeid: de leesmap is een verzameling oud papier die gelezen wordt door mensen die te gierig zijn om dit papier in zijn nieuwe staat aan te schaffen. Ondanks dat ons gezin katholiek was, hoefden wij de trofee binnen de grote kaft, de Donald Duck, niet met al te veel geschwister te delen. Mijn broertje en ik waren namelijk maar met zijn tweeën. Voordat de rest van de map ook maar werd aangeraakt was de Donald Duck al uit. De enige andere kaper op de kust was vader zelf, die Donald dan ook meteen mee naar de WC moest nemen, waarop wij blij waren dat we hem al uit hadden. Wat vader met de Donald Duck op de WC moest, is een kwestie waar ik verder niet op in kan gaan, maar het zal vast uit liefde zijn gebeurd. Maar goed, onze leesmap bevatte bladen die kleine jongensogen wijd open doen gaan. Na de Donald Duck ging ik straal langs de Auto-week, de Libelle, de Margriet, de Panorama, de Nieuwe Revu, de Privé, de Story en het ranzige damesromannetje, rechtstreeks door naar…de Tina. En de Yes. En de Fancy. En stiekem ook nog naar de Aktueel. Voor diegenen die dit laatste blad alleen nog in zijn sinds ongeveer vijf jaar gekuiste versie kennen: vroeger was de Aktueel een smerig blad. Een verzameling SBS-6 artikelen (met nota bene een column van SBS-coryfee Peter R. zelf) doorspekt met onthullende foto’s van meisjes. Nou ja, meisjes; het is dat de Playboy er niet bijzat, want toen ik die zag, wilde ik, ondanks hetzelfde concept, nooit meer terug naar de Aktueel. De ‘kwaliteit van de meisjes’ (ja, wat ik eigenlijk wilde gebruiken was nog minder politiek correct!) lag toch een tikkeltje lager. Een behoorlijk Hilton hotel lager zelfs. Bah! To the point! Wat hadden de Aktueel, de Tina, de Yes en de Fancy met elkaar gemeen? Precies, ze hadden allemaal een brievenrubriek! Brievenrubrieken zijn de hoogtepunten van elk tijdschrift. Welk broertje jatte niet stiekem de Fancy uit zijn zusjes kamer, en welke vader las niet de Tina voor het slapen gaan, alleen maar om erachter te komen wat er omging in het hoofd van zijn 13-jarige bakvis? Voor mij was het een openbaring. Bij dit opgroeiende knaapje groeide de 38 leesmap met hem mee; hem volgend bij elke nieuwe stap die de pubertijd te bieden had. Van de Tina, naar de Fancy, naar de Yes; bij elke stap leerde ik meer over het leven, en indirect ook meer over mezelf. En vice versa, en dus ook omgekeerd! Alleen de Aktueel had een rubriek die iets anders getint was. De echtgenoot van het mokkel dat elke avond getrouw Shownieuws kijkt, werd als doelgroep genomen, en Kim Holland (ja, die van die films die je ouders alleen kijken als jij al op bed ligt) beantwoordde vragen van lezers die problemen hadden in de relationele sfeer. Na al deze informatie over voor, zij, achter, boven, onder en dieren in me op te nemen, heb ik me kunnen ontwikkelen tot de man die ik nu ben. Tina had me verteld hoe ik het fijnst kon zoenen, en Kim legde me uit dat zeventien keer op één dag geen goed idee is. Dan komen we weer terug hier, bij de Tatanukiki. Wij hebben een brievenrubriek nodig, voor de verdere ontwikkeling van onszelf! Een brievenrubriek laat ons van elkaar leren. Sterker nog, elk blad met een beetje aanzien geeft om haar lezers en dat kan niet zonder correspondentie. En omdat de redactie wel om jullie geeft, hebben zij een dokter aangenomen om jullie goed te woord te staan. En niet zo’n mannetje dat in het ziekenhuis werkt. Neen! Ik vergelijk mezelf liever met collegae zoals Dr. Simon, Dr. Zhivago, Dr. Moreau, Dr. Jones, Dr. Octopus en Dr. Oetker. Mijn naam is Dr. Gé. Zeg maar gewoon Gé. Dus wil jij weten hoe je een relatie aanknoopt met die Japanse uitwisselingsstudent? Vraag jij je ook nog steeds af welke bewegingen je tong precies moet maken om dat gewenste effect te krijgen? Of ben jij gewoon een figuur die constant om aandacht moet vragen, en daarom maar de prestigieuze uren van Dr. Gé in beslag neemt door te smeken om een antwoord op onzin? Schrijf dan naar onderstaand adres en je brief, plus antwoord, worden geplaatst! Tot de volgende Tatanukiki! Lieve groetjes, Dr. Gé Flanorpad 2b, kamer 22 2333 AN Leiden Of stuur je brief per e-mail naar: tatanukiki@gmail.com. 39 (Advertentie) ‘S AVONDS EEN MAN ‘S OCHTENDS EEN MAN Een Tanuki-activiteit is GEEN geldige reden om een college te skippen of te laat te komen! Wees verstandig, wees een man! ...of een vrouw
Similar documents
Maart `13 - LVSJK Tanuki
tweejarige MA doen in Japan. Dat was best interessant en we hadden best veel vakken tegelijkertijd met Japanners. Met sommige van die Japanners heb ik nog steeds contact. Q: U was zeker best geïnte...
More information