MosaLira Jaarverslag 2010
Transcription
MosaLira Jaarverslag 2010
Jaarverslag 2010 Op koers, de wijze van onderwijs Inhoudsopgave 1 Voorwoord 5 2 Stichting MosaLira 7 3 Strategie 9 4 Organisatie 19 5 Onderwijs 21 6 Personeel 29 7 Huisvesting 41 8 Financiën 45 9 Treasury 53 10 Jaarrekening 55 11 Bijlagen 81 1 Voorwoord Dave Huntjens Pieternel van Horssen • • • • Het onderwijs in Nederland is stevig in beweging en • Er zijn drie interne mensen full time als ICT Onderzal de komende jaren te maken krijgen met cruciale wijsexperts aan de slag gegaan met als opdracht veranderingen, zowel inhoudelijk ten aanzien van het binnen Mosalira het rendement op de investerinbieden van passend onderwijs voor alle kinderen gen in ICT verder te verhogen. De eerste ervarinals ook financieel in verband met de grote bezuini- gen zijn zeer positief en ook van buiten wordt met gingsoperatie van de overheid en de demografische belangstelling gekeken naar deze andere manier ontwikkelingen in onze regio. In dit jaarverslag kunt van organiseren. u lezen welke resultaten wij in het afgelopen jaar gerealiseerd hebben en hoe wij MosaLira gereed maken • De inrichting van het door ons nagestreefde “exom de uitdagingen voor de toekomst aan te gaan. pertisecentrum” komt steeds dichterbij door het Conform wet- en regelgeving heeft het bestuur van besluit de bestuurlijke samenwerking met Stichting MosaLira in 2010 het besluit genomen bestuur en (in- Leerlingenzorg Op-Maat verder te onderzoeken. tern) toezicht te scheiden middels het realiseren van een Raad van Toezicht en een College van Bestuur • Alle voorbereidingen zijn getroffen om per 1 januaper 1 januari 2011. De eerste Raad van Toezicht wordt ri 2011 de financiële administratie volledig in eigen gevormd door de voormalige bestuursleden en als beheer te gaan uitvoeren en daarmee het primaire eerste College van Bestuur zijn ondergetekenden proces nog beter te kunnen ondersteunen. benoemd. De bovengenoemde resultaten zijn tot stand gekoDe belangrijkste resultaten van 2010 zijn: men dankzij de kracht en kwaliteit van onze eigen medewerkers, maar zeker ook dankzij de goede De focus van iedereen binnen MosaLira is weer terug samenwerking met onze partners en stakeholders. bij het primaire proces. Dit wordt gezien door de in- Wij nodigen u graag uit een kijkje te nemen in ons spectie en ouders, maar het opbrengstgericht werken jaarverslag 2010, waarin deze keer vooral onze leerhaalt vooral het beste uit onze kinderen. krachten aan het woord zijn. Daarmee willen wij illustreren dat onze focus scherp gericht blijft op het Het marktaandeel van MosaLira met betrekking tot primaire proces en dat de bijdrage van leerkrachten het leerlingenaantal in de stad is opnieuw gestegen. er zeer toe doet! Dank aan alle geïnterviewden voor Dit is voor ons een teken dat ouders onze inspannin- de getoonde openhartigheid en professionaliteit. gen en prestaties (h)erkennen en waarderen. Uw reacties worden zeer op prijs gesteld via Er is een herkenbaar aanbod voor alle hoog- en meer- info@mosalira.nl begaafde kinderen tot stand gekomen. Weer een stukje passend onderwijs erbij. Pieternel van Horssen Voorzitter College van Bestuur Dankzij de intensieve samenwerking met de peuterspeelzalen en kinderopvangorganisaties ontstaan er Dave Huntjens steeds meer MosaLira kindcentra met een aantrek- Lid College van Bestuur kelijk voorzieningenpakket voor kinderen en ouders. 5 Extra begeleiding werpt zijn vruchten af. wat dat ene kind nu precies nodig heeft, is elke keer bijna een soort detectivewerk. Het enthousiasme van deze intern begeleider en RT-er is overgeslagen op de rest van het team, want inmiddels zijn er drie docenten die zich op post-HBO niveau in dezelfde discipline gaan bekwamen. “Gek genoeg komt de grootste test komend schooljaar, als de eerste groep ‘rugzakkinderen’ naar de middelbare school gaat’’, besluiten Piet en Josefien. ‘’Dat zijn tegenwoordig scholengemeenschappen met soms duizend leerlingen. Het welslagen op een reguliere school valt of staat met continue extra begeleiding”. Josefien Vullinghs en Piet Schoenmakers Montessorischool Binnenstad Toen in 2004 onder het motto Weer Samen Naar School ‘de rugzakjes’ hun intrede deden, is de Montessorischool Binnenstad zich direct gaan uitrusten. Met name werd kennis binnengehaald over autisme en aanverwante stoornissen, zoals PDD-NOS en Asperger. Intern begeleider Piet Schoenmakers en remedial teacher Josefien Vullinghs volgden naast cursussen in Nederland de opleiding bij Peter Vermeulen van Autisme Centraal in Gent, dé autoriteit in Europa op dit gebied. Ze specialiseerden zich onder meer in Tom-training en psycho-educatie, waarbij technieken uit de cognitieve gedragstherapie worden gebruikt. “Tom-training richt zich specifiek op het vergroten van het inzicht van het kind in zijn of haar eigen emoties. En met psycho-educatie geven we het kind meer kennis over zijn eigen beperkingen en het effect daarvan op anderen. Een instrument dat we daarbij regelmatig toepassen zijn rollenspellen in kleine groepjes”, vertelt Piet. “Dan gaat het er bijvoorbeeld om basisemoties als boos, blij, bang en bedroefd te herkennen. Dat is vaak een eerste stap in een meer harmonieuze interactie met andere kinderen. Faalangsttraining en conflictbeheersing doen we ook in groepjes en dat soms gemengd met niet-autistische leerlingen die daar eveneens moeite mee hebben. We hebben hier de afge- lopen jaren goede resultaten mee behaald. Het is fantastisch dat deze kinderen veel beter in hun vel komen te zitten en met wat extra hulp inderdaad gewoon mee kunnen doen.” In de school hangen posters met daarop wel twintig kwaliteiten die deze kinderen bezitten, als tegenhanger van het maar al te makkelijk uitgedeelde label ‘rugzak-kind’ en ‘kind met beperking’. Josefien: “Het is niet ongebruikelijk dat een autistische stoornis gepaard gaat met een uitzonderlijk concentratievermogen of heel precies kunnen werken, maar ook zoiets als beleefdheid en punctualiteit. Sommige kinderen zijn bijvoorbeeld bijzonder goed in rekenen. Maar in de stap om die kennis om te zetten in een goed antwoord op papier treedt nogal eens ruis op. Zo kwam een taakje abrupt tot stilstand op het moment dat een leerling constateerde dat het antwoord niet goed was. Zij wist niet meer wat ze moest doen. Wij ontleden de hele activiteit ‘toets maken’ dan in vele afzonderlijke stapjes en benoemen die stuk voor stuk. Haar probleem was dat ze dacht dat ze niet verder kon omdat zij even niet zelf de conclusie kon trekken dat ze een gum mocht pakken, het antwoord uitgummen en vervolgens het goede invullen. Toen die obstructie was weggenomen, kon de rekenopgave worden hervat, met een foutloze uitkomst als resultaat.” Om uit te pluizen Ja, zich veilig voelen is belangrijk voor mijn kind. Je moet daarvoor duidelijk zijn, alles op een rij zetten, haar situaties en omgeving voorbereiden. Ook thuis. Ik stel ook nooit een vraag, maar zeg haar wat we gaan doen. Bijvoorbeeld: 'Jara, we gaan nu naar boven.' Dat is duidelijk voor haar. Saskia Smeets 2 Stichting MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding is opgericht in 2003 en gevestigd te Maastricht. MosaLira is het bevoegd gezag van 18 scholen voor basisonderwijs, twee scholen voor speciaal basisonderwijs en één voorziening voor voortgezet speciaal onderwijs/zeer moeilijk lerende kinderen. Op onze scholen werken circa 600 personeelsleden voor ruim 5.300 leerlingen. Het marktaandeel van MosaLira binnen het basisonderwijs in Maastricht is meer dan 62%. De stichting heeft zonder winstoogmerk ten doel het geven van (speciaal) basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs in Maastricht en omgeving. Daarnaast heeft MosaLira tevens ten doel het verzorgen van kinderopvang-, peuterspeelzaal- en overige pedagogische begeleidingsactiviteiten. Ik vind het fijn dat ik word geholpen. Dan kan ik me beter concentreren, beter opletten. En dan kan ik ook doorwerken. Dan let ik niet op andere kinderen, hoor niet alles en word ik niet afgeleid. Als ik dan mijn rekenen en taal af heb, mag ik soms spelen op de computer. Leuk. Het onderwijs binnen alle MosaLira scholen wordt gegeven met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele, algemeen bijzondere of openbare scholen. Missie MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. De hoofddoelstelling van MosaLira is het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind, waarbij in een waardegerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele kind centraal staat. Ons onderwijs is derhalve gericht op de totale ontwikkeling van het kind. Er is in onze visie meer dan status en positie op de maatschappelijke ladder, maar iedereen binnen onze organisatie heeft wel de opdracht uit elk kind te halen wat erin zit en kinderen optimale startkansen te geven in de maatschappij van de toekomst. Jara Smeets 7 Irma Noordhoek SBO De Sprong Kinderen krijgen meer plezier in de leerstof. De extra aandacht en oefening resulteert in een duidelijke verbetering van het lezen van Giel. Bovendien heeft hij plezier in het volgen van deze extra leeslessen. Wij zijn dan ook zeer tevreden over de aanpak en inzet van Juf Irma. Toen aan Irma Noordhoek de vraag werd gesteld of ze belangstelling had om onderwijs op maat te geven in de plusklas Zorg in Amby hoefde ze niet lang na te denken. “Les geven aan kinderen die op de een of andere wijze speciale aandacht nodig hebben heeft me altijd al aangetrokken. Bovendien sluit het werken in de plusklas Zorg ook aan bij mijn huidige functie als preventief ambulant begeleider bij SBO De Sprong.” Nu nog is ze twee ochtenden per week actief in ‘haar’ plusklas, straks verandert dit. Dagen waarop ze zich verheugt want “je merkt aan de kinderen dat ze blij zijn, als ze me zien. De kinderen in de plusklas hebben meer zelfvertrouwen gekregen in hun eigen kennen en kunnen.” Een kleine groep leerlingen uit de groepen 4, 5 en 6 begeleidt ze. Waarom is er eigenlijk een plusklas Zorg? “ Achterliggende gedachte is om onderwijs op maat in het regulier onderwijs te realiseren. Dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Tussen regulier en speciaal onderwijs bevindt zich een soort schemergebied waarbij leerlingen die zich daar in bevinden tussen de wal en het schip dreigen te raken. Met de plusklas Zorg willen we bereiken dat het schemergebied opklaart, dat duidelijk wordt welke kinderen beter tot hun recht komen in het reguliere onderwijs dan wel meer op hun plaats zijn in het speciaal basisonderwijs. In de plusklas werken we vooral met handelende activiteiten en veel herhalingen. Het mooie van dit werk is dat je resultaten ziet. Juist deze kinderen voelen zich gezien als ze het goed doen. Ze groeien, ervaren hun succes. Ja, dat vind ik echt prachtig om dat zelfvertrouwen van de kinderen te zien toenemen. De plusklas draagt bij aan boeiend en betekenisvol onderwijs. En dat willen we toch allemaal?” Irma prijst de samenwerking met de groepsleerkrachten en interne begeleiders. Die is zo intensief mogelijk. “Je krijgt meer inzicht in elkaars handelen, elkaars beweegredenen. Samen krijgen we meer inzicht in de te volgen leerlijn, meer zicht op differentiatiemogelijkheden. Juist dit spreekt haar zo aan in het werk. Irma vreest de aanstaande bezuinigingen. “Je hebt als maatschappij de plicht op te komen voor kinderen die het allemaal niet zo gemakkelijk afgaat. Die moet je dus in je begroting ontzien.” Jean Scheijen 3 Strategie Via het werken aan haar strategische doelstellingen denkt MosaLira de hoofddoelstelling, maximale leeropbrengst voor ieder kind, het meest effectief en efficiënt te realiseren. Het motto is met minder inspanning, meer resultaat behalen. De drie doelstellingen in het strategisch programma 2015 van MosaLira zijn: • Beter benutten van het breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg. • Versterken van de professionele cultuur. • Versterken van het persoonlijk meesterschap. Maximale leeropbrengst Breed onderwijsaanbod en kwaliteitszorg Giel Scheijen Professionele cultuur Persoonlijk meesterschap Missie en visie De onderdelen van het strategisch programma hangen nauw met elkaar samen en worden binnen MosaLira gezien als een huis. De missie en visie vormen het fundament, waarop de pijlers van professionele cultuur en persoonlijk meesterschap voldoende draagvlak vinden om het breed onderwijsaanbod en de goede kwaliteitszorg in de lucht te houden met als doel maximale leeropbrengst voor elk kind. Deze gedachtengang dient het uitgangspunt te zijn voor het dagelijks handelen van alle geledingen en medewerkers binnen MosaLira en geeft de richting voor het stellen van de juiste prioriteiten op schoolniveau. 9 Noël Claessens bs. Sint Aloysius Het bezoek van kinderen raakt dementerende ouderen. Het is fijn om de bewoners een leuke Op basisschool Sint Aloysius brengen de leerlingen van groep 7 elk jaar een bezoek aan de Lenculenhof, een verzorgingshuis in de buurt, waar ook een groep ouderen met dementie woont. Leerkracht Noël Claessens: ‘’Twee jaar geleden werden we benaderd met de vraag of er bij onze school interesse bestond om deze ouderen eens te verblijden met een bezoekje. Daar werden we wel enthousiast van, zeker gezien het feit dat we de kinderen behalve rekenen en taal ook een zeker maatschappelijk bewustzijn willen bijbrengen. Vergrijzing was lange tijd een abstract begrip, dat eigenlijk alleen in statistiekjes bestond, maar nu een duidelijk waarneembare realiteit is. We hebben te maken met een zichtbaar grotere groep ouderen en inherent daaraan een grotere groep met dementie. Dat maakt het ook een realiteit voor onze kinderen. In mijn klas zit bijvoorbeeld een meisje met een dementerende oma. Van de Alzheimer Stichting hebben we een educatiepakket gekregen en dat in drie lessen behandeld, zodat de kinderen goed voorbereid aan hun bezoek konden beginnen. In groepjes van twee gaan ze helpen met de lunch. De handeling van het opdienen van het eten introduceert de kinderen op een vloeiende manier bij de ouderen.” Ook nemen ze een voorwerp mee dat de ouderen vanuit hun eigen kindertijd zouden kunnen herkennen. De 11-jarige Sem had een handjevol ouderwetse guldens meegenomen. Voor een bewoonster riep dat inderdaad onmiddellijk herinneringen op aan de poppen die zij vroeger kocht van het zakgeld dat zij van haar eigen opa en oma in de hand gedrukt kreeg. “Dementerende ouderen zijn eigenlijk kinderen in een oud lichaam en dat is de reden dat juist het bezoek van de jeugd iets openbreekt waar wij als volwassenen niet aan kunnen raken,” vervolgt Noël. Een vrouw die nauwelijks nog contact maakte, leefde compleet op toen ze het knuffelbeertje zag dat Stéphanie had meegenomen. Het toeval wilde dat zijzelf óók een beer als knuffel had toen ze nog kind was. Tot verbazing van het personeel begon ze daar uitgebreid over te vertellen. Daarna wilde zij plotseling wél weer mee op een uitstapje naar de dierentuin; om naar de beren te kijken. De kinderen maken van hun bezoek een verslagje, dat te lezen is op de schoolwebsite. Het project wordt voor de zomer afgesloten door met de bewoners een wandeling naar het stadspark te maken en daar gezellig te gaan picknicken. middag te bezorgen, dat ze inderdaad de spullen herkennen die we meenemen en daarover gaan vertellen. Het is interessant om te zien hoe dementie werkt, hoe mensen die dementie hebben, leven. Sem Penders 3 Strategie MosaLira heeft voor elk van de drie doelstellingen haar visie geformuleerd ten aanzien van wat in 2015 bereikt moet zijn. De belangrijkste doelen voor 2015 zijn: 1 Iedere school is een op locatie centraal aangestuurd kindcentrum waar, 52 weken per jaar tussen 7.30 en 18.30 uur, op basis van een gedeelde visie, door samenwerkende organisaties, duurzaam gewerkt wordt ten behoeve van de ontwikkeling van kinderen tussen 0 en 13 jaar. Als ouder vind ik het geweldig dat de school ook met dit project maatschappelijke betrokkenheid wil meegeven aan haar leerlingen. Onze dochter Floor had een ouderwetse scheerdoos van opa meegenomen. Een van de dames in het verpleeghuis herkende dit voorwerp omdat haar 2 Er is een expertisecentrum ingericht waarin efficiënt gebruik gemaakt wordt van de beschikbare expertise van het personeel en waarbinnen voor ouders van kinderen met speciale ontwikkelbehoeften en –mogelijkheden een loketfunctie gerealiseerd is. 3 Alle scholen hebben een vastgesteld zorgprofiel en handelen hiernaar, zodat voor alle betrokkenen duidelijk is waar de grenzen van de school zich bevinden. Duidelijk is op welke onderwijs- en ontwikkelbehoeften van kinderen de school een passend aanbod kan bieden. 4 Elke school betrekt ouders als partner actief bij de ontwikkeling van hun kind en de juiste schoolkeuze. 5 Kwaliteit is leidend bij beslissingen en de mate waarin personeelsleden voldoen aan de specificaties om succesvol te kunnen zijn in de functie en rol die ze binnen de organisatie vervullen. Werving van personeel is gericht op de toegevoegde waarde van de persoon. man er vroeger ook zo een had. Sascha Kotterer 6 Er heerst een aanspreekcultuur op verantwoordelijkheden. Het geven en ontvangen van professionele feedback is normaal en mensen stellen zich kwetsbaar op. Communicatie op alle niveaus (kinderen, ouders, personeelsleden, externe partners) wordt vorm gegeven middels een professionele dialoog. 7 Mede-eigenaarschap is de belangrijkste voorwaarde om tot persoonlijk meesterschap te komen. Het zorgt voor een stimulans in de persoonlijke ontwikkeling, doordat persoonlijke doelen en organisatiedoelen meer met elkaar in lijn komen te liggen. 8 MosaLira investeert in haar medewerkers. Dat is niet vrijblijvend, niet voor MosaLira en niet voor haar medewerkers. 11 Peggy Dukers bs. Anne Frank Vroeg signaleren van dyslexie is belangrijk Dyslexie is een stoornis waarbij iemand moeite heeft met (leren) lezen en vaak ook met schrijven. Bij kinderen met dyslexie zijn de lees- en spellingsvaardigheden onvoldoende geautomatiseerd. Een op de tien kinderen blijkt moeite te hebben met leren lezen en spellen. “Deze kinderen hebben begeleiding nodig om succesvol te kunnen zijn op school”, zegt Peggy Dukers, sinds 2008 intern begeleider/dyslexiespecialist bij MosaLira. Ze informeert en coacht leerkrachten, ouders en leerlingen met betrekking tot dyslexie; onder meer door extra leesbegeleiding. Peggy is een leergierige bezige (onderwijs)bij, verbonden aan de Anne Frank school. Jaren stond ze voor de klas als groepsleerkracht, tot ze zeven jaar geleden werd gevraagd om intern begeleider te worden. Geïnteresseerd als ze is in leren lezen en leesstoornissen volgde ze een master dyslexie. “Daar heb ik ontzettend veel van geleerd”, zegt Peggy enthousiast. “Je leert op een heel andere manier om te gaan met de problematiek, er anders naar te kijken. Hoe eerder leerkrachten leesproblemen bij kinderen her- en onderkennen, hoe beter en effectiever ze deze kinderen kunnen begeleiden. Vroeg signaleren van dyslexie en leesproblemen is dan ook van groot belang. Als intern begeleider kan ik leerkrachten en ouders handvaten aanreiken om ze te leren en te begeleiden hoe om te gaan met deze problematiek.” Praktisch gezien zijn er bergen werk verzet. “We hebben naast technisch lezen een leescircuit met zes werkvormen opgezet voor groep 3-5. Daarmee is het effectief leesonderwijs geborgd. Daarnaast is in groep 3 de nieuwe ‘Veilig Leren Lezen’ methode geïmplementeerd en oriënteren we ons momenteel op het technisch lezen voor 4-8 jarigen. Komend schooljaar staat aandacht voor begrijpend lezen centraal. Waarbij binnen het door de leerkracht gegeven onderwijs wordt gedifferentieerd naar individuele onderwijsbehoeften.” Bovendien volgt Peggy dit jaar het Connect Vloeiend Lezen interventieprogramma; een aanvullend interveniërend programma voor zwakke lezers. Ook is ze druk doende met de cursus RALFI . Het doel van RALFI lezen is het verbeteren van de vloeiendheid van het lezen en daarmee het leesniveau. “Kunnen omgaan met vormen van dyslexie is ook goed voor alle zwakke lezers. Er bestaan prachtige remediërende technieken voor leerkrachten en ouders”, aldus Peggy die ook de voortgangscontrole van de gehanteerde methodiek bewaakt. En om haar vaardigheden nog meer aan te scherpen heeft ze ook een driedaagse Train-de-trainer cursus gevolgd. Een verdiepende cursus voor onderwijsprofessionals die op gekwalificeerd niveau visie en beleid ontwikkelen, dyslexie ICT implementeren, zelf trainingen geven en collega’s gaan coachen. Zoals gezegd, Peggy is een bezige bij met hart voor de onderwijszaak. Natasja Vlaspoel 3 Strategie Samenwerking STEPS In 2008 heeft MosaLira een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Stedelijke Peuterspeelzaal Stichting (STEPS) gevestigd in Maastricht. Deze samenwerking had als doel: Natasja Vlaspoel: Wij als ouders zien Zoë nu vooruitgaan. We hebben regelmatig overleg met leerkrachten • het aantoonbaar verbeteren van ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen; en Peggy en voelen ons gesteund. Zoë is • het versterken van de bestuurskracht in contacten met de gemeente en andere partners; emotioneel een stuk sterker geworden en • het realiseren van structurele samenwerkingsrelaties (in enigerlei vorm) met andere partners; voelt zich nu begrepen. • de totstandkoming van kindcentra in Maastricht; Zoë en Ludo: • het zoveel als mogelijk integreren van de ondersteunende diensten van beide organisaties; Dyslexie is echt niet fijn, maar het met zijn • het op onderdelen concreet voeren van gemeenschappelijk personeelsbeleid; vieren lezen bij Peggy wel. In de klas helpen onze schoudermaatjes ons met moeilijke woorden. Op de Anne Frank voelen wij ons veilig met dyslexie. • het als team integreren van peuterspeelzaal en school op locaties. De samenwerkingsovereenkomst was in eerste instantie aangegaan voor een periode van twee jaren met de intentie om uiterlijk met ingang van 1 januari 2010 een nieuwe samenwerkingsovereenkomst of andere vorm van samenwerking aan te gaan met als doel een sterkere mate van bestuurlijke integratie. Uiteraard was de uiteindelijke vorm afhankelijk van het geldende overheidsbeleid, de wettelijke regelgeving en de bekostiging. Per 1 augustus 2010 is de wet OKE (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) ingevoerd. Doel van deze wet is het verhogen van de kwaliteitseisen in het peuterspeelzaalwerk en het stimuleren van taalontwikkeling van jonge kinderen. De belangrijkste maatregel uit de wet OKE is de harmonisatie van wet- en regelgeving voor peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, waarmee een kwaliteitsimpuls voor de peuterspeelzalen wordt beoogd. MosaLira en STEPS waren met deze ontwikkeling reeds intensief bezig in de vorm van samenwerking met stichting Pinokkio, een particuliere kinderopvangorganisatie voor kinderen van 0 tot 13. Zoë Vlaspoel Ludo Geurts De gemeente heeft als subsidiegever van het peuterspeelzaalwerk een onafhankelijk bureau onderzoek laten doen naar op welke wijze de harmonisatie tussen peuterspeelzaalwerk en kinderopvang het beste vormgegeven kan worden in Maastricht. Uitkomst van dit onderzoek was het advies om over te gaan tot de meest verregaande vorm van harmonisatie: volledige integratie van kinderopvang en peuterspeelzaalwerk. Dit betekent dat de gemeente (vooralsnog) geen voorstander is van een verdere formele samenwerking tussen STEPS, Pinokkio en MosaLira. Hierdoor bleek het nog niet mogelijk om in 2010 de gewenste stappen op bestuurlijk niveau te zetten, maar operationeel loopt de samenwerking erg goed. 13 Vroeg kennismaken met productmatig werken. zetten van deze kistjes zien ze als een opdracht die ze zo goed mogelijk willen vervullen. Theo wordt in die mening ondersteund door leerlinge Nadriana (15). “ Zij kan niet alleen heel goed voetballen maar Nadriana loopt bij mij ook intern stage als assistente bij techniek”, glimlacht Theo. “Ik wil als ik van school kom met mijn handen werken”, vertelt Nadriana. “Techniek vind ik leuk om te doen. Hier leer ik om goed met machines om te gaan en waar je allemaal op moet letten om de kistjes goed in elkaar te zetten.” Theo Vleeshouwers Jan Baptist VSO Hij is terecht heel trots. Theo Vleeshouwers, docent techniek voortgezet speciaal onderwijs bij Jan Baptist, een school voor zeer moeilijk lerende kinderen. Deze week heeft hij, samen met zijn collega Sonja Bollen en hun elf leerlingen een mijlpaal bereikt. Niet minder dan 250 houten kistjes hebben zij sinds de start in september 2010 geproduceerd. Schuren, boren, schroeven, hout frezen, in elkaar zetten: ze draaien er hun hand niet meer voor om. Kistjes, in de vorm van een dienblad, die worden gebruikt als presentatiemateriaal voor producten van een kaasboerderij. In de kistjes presenteert de kaasboerderij een assortiment kazen om te verkopen. “Dit schooljaar zijn we gestart met een productielijn techniek”, legt Theo uit. “Het enthousiasme onder de leerlingen is groot. Het in elkaar Sinds dit schooljaar kent VSO Jan Baptist drie profielen: techniek, groenvoorziening en horecaverzorging. “Waar het bij ons op school om draait is onze leerlingen zo optimaal mogelijk voor te bereiden op toekomstig werk”, verduidelijkt Theo. “Deze productielijn techniek sluit daar naadloos bij aan. Zo laten we de leerlingen al heel vroeg kennis maken met productmatig werken: werkvolgordes, werken met machines en mallen en geconcentreerd blijven werken zijn nodig om een goed product te leveren. Deze productielijn is opgenomen in het profielvak algemene technieken en is dus een eerste training richting arbeidstoeleiding.” Nadriana laat haar productielijn formulieren zien. “Hierin schrijven we de voortgang op en alles wat nodig is om een zo goed mogelijk kistje te maken.” Ze heeft er inmiddels zoveel plezier in dat ze ook al andere ideetjes in hout heeft ontworpen en uitgevoerd. Bijvoorbeeld een hebbedingetje als een auto waarin je potloden kunt plaatsen. Blijft de vraag dat wie een productielijn start, wel over klanten moet beschikken. “Dat klopt”, beaamt Theo. “Maar maak je maar geen zorgen. Inmiddels kunnen we al voor volgend jaar weer een nieuwe opdrachtgever aan onze klantenlijst toevoegen.” Nadriana Tak 3 Strategie Fusie-onderzoek Stichting Leerlingenzorg Op-Maat (SLO-M) SLO-M is een stichting voor (voortgezet) speciaal onderwijs, die in 2006 is ontstaan door het samengaan van de rechtsvoorgangers van de scholen IvOO en Don Bosco (momenteel nog herkenbare entiteiten). SLO-M levert onderwijs met een bovenregionaal adherentiegebied ten aanzien van kinderen met Autisme Spectrum Stoornissen. Een deel van de expertise van SLO-M ten aanzien van diagnostiek, advisering en begeleiding van kinderen/jongeren met leer- en/of opvoedproblemen is ondergebracht in de zelfstandige organisatie IRIS. Ik wil als ik hier van school kom graag met mijn handen werken. Techniek vind ik echt heel leuk om te doen. Hier leer ik alvast waar ik later allemaal aan moet denken. Om elke vraag voor onderwijs en zorg van kinderen en hun ouders in de regio te kunnen beantwoorden, hadden MosaLira en SLO-M in het verleden regelmatig overleg over mogelijkheden tot samenwerking. Al snel bleek in de gesprekken dat passend onderwijs het best geboden kan worden indien beide stichtingen met elkaar zouden fuseren. Een goede bestuurlijke verankering biedt de beste mogelijkheden tot inhoudelijke verbetering, innovatie en het opheffen van mogelijk tegengestelde belangen. Beide besturen zijn van mening dat het bij elkaar brengen van hun ervaring en expertise leidt tot pedagogische en onderwijskundige meerwaarde, die ten goede komt aan het opgroeiende kind. Door samenvoegen van beide organisaties ontstaat een compleet aanbod met betrekking tot passend onderwijs. Op deze manier kan op vrijwel elke onderwijskundige of opvoedingsvraag antwoord worden gegeven. Door de ondertekening van een intentie-overeenkomst hebben beide partijen verklaard de intentie te hebben te gaan fuseren, waarbij de naam en zelfstandigheid van SLO-M zal verdwijnen en SLO-M zal worden opgenomen door MosaLira. Streven is om de fusie per 1 augustus 2011 te laten plaatsvinden. Belangrijke argumenten met betrekking tot de visie dat de fusie kan slagen zijn het feit dat beide besturen eenzelfde onderwijskundige visie en bijbehorende waarden delen en dat er een goede persoonlijke fit bestaat tussen de beide Colleges van Bestuur. In 2011 zal nader onderzoek plaatsvinden naar de gevolgen van de fusie op het onderwijs, de identiteit, het personeel, de financiën, de organisatie en de medezeggenschap. Identiteit Om haar betrokkenheid op de kwaliteit en het karakter van het onderwijs aan de scholen op katholieke grondslag te borgen, heeft de katholieke kerk i.c. het bisdom Roermond MosaLira bij de verbreding van haar grondslag en doelstelling gevraagd een Commissie Onderwijs en Identiteit in het leven te roepen. De commissie heeft als taak de levensbeschouwelijke oriëntatie van het onderwijs op alle scholen van MosaLira te stimuleren, te versterken, te begeleiden en te ondersteunen. Deze taak voert de commissie uit vanuit de aanname dat levensbeschouwelijke oriëntatie de basis en toetssteen vormt voor een waardengestuurde ontwikkeling. Een verheldering van de onderliggende mens- en levensvisie draagt bij aan de doorwerking van de sturende waarden in het denken en handelen van alle betrokkenen. 15 Ans Meijers bs. Amby Lerende partners die kennis delen en vermenigvuldigen. “Kinderen moeten door het onderwijs worden uitgedaagd, op zoek blijven gaan naar nieuwe uitdagingen, geïnspireerd worden. Om dat te bereiken zijn enthousiaste, goed opgeleide leerkrachten nodig.” Aan het woord is Ans Meijers, schoolopleider. “Vanuit mijn functie begeleid ik de mentoren van de basisscholen en begeleid en beoordeel ik de studenten van de Pabo opleiding die stages lopen binnen MosaLira scholen. Dat doe ik op vijf scholen met momenteel achttien studenten.” Een aantal jaren geleden sloten HS-Zuyd en enkele schoolbesturen waaronder MosaLira een convenant om samen verantwoordelijk te zijn voor het opleiden van studenten. “Waar we naar streefden was versterking van elkaars capaciteiten. Lerende partners te zijn en samen verantwoordelijkheid te dragen.” Ans Meijers schreef mee aan het curriculum dat als basis dient voor de gezamenlijke visie op leren die onderwijsopleidingen en opleidingsscholen uitdragen en willen verwezenlijken. Daarnaast bewaakt en coördineert ze als afgevaardigde binnen een taakgroep van besturen het afgesproken beleid. Binnen basisschool Amby is ze de opleidingscoördinator voor Pabostudenten leerjaar 1 t/m 4. Karen Amory en Judith Wolfs zijn vierdejaarsstudenten en lopen stage bij basisschool Amby. Ze waarderen de wijze waarop opleiding en basisschool invulling geven aan hun leerwerkomgeving. “Basisschool Amby wil een lerende school zijn”, constateren Karen en Judith. “Dat betekent dat de school open staat voor ieders mening. Vanuit de opleiding krijgen wij opdrachten mee die we hier aan de praktijk kunnen toetsen. We leren enorm veel op de werkvloer.” Ans Meijers knikt instemmend. “ Het leren met de studenten zorgt voor de transfer tussen theorie en praktijk. De visie op leren tussen opleiding en opleidingsschool moet een gedeelde visie zijn waarin je elkaar versterkt”, legt ze uit. “Speerpunten binnen die visie zijn: samen doen, samen leren ofwel sociaal constructivisme. Dat betekent dat de visie op leren van de Pabo naadloos moet aansluiten op de visie van de desbetreffende basisschool. Realiseer je daarin een match dan spreek je met elkaar een ontwikkeltraject van vier jaren af. In Amby is gekozen voor leren uit een onderzoekende houding. Waarin leerkrachten, studenten en kinderen samen en gelijktijdig aan hun ontwikkeling werken. Dat gebeurt langs drie lijnen: kennisontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling en ontwikkeling van beroepsvaardigheden.” Het is duidelijk. Ans Meijers is een gedreven professional die het onderwijs al jarenlang een warm hart toedraagt. “Ik ben er trots op dat ik in deze school dit gezamenlijk leerproces mag coördineren en begeleiden”, zegt ze tot besluit. Judith Wolfs 3 Strategie In het verslagjaar is dankzij de commisie een scholings- en begeleidingsaanbod voor levensbeschouwelijke oriëntatie tot stand gekomen voor de scholen van MosaLira. Dit aanbod is gericht op voortzetting van de begeleidingstrajecten ‘waardengestuurde schoolontwikkeling’, alsmede op het verhelderen van de relatie tussen school, ouders en parochie. Er is uit bestaand lesmateriaal een project samengesteld dat zoveel mogelijk samenhang biedt tussen vakgebieden als ook verdieping in de lijn van de waarden in de schoolvisie. De lessen godsdienst en levensbeschouwing worden door de leerkrachten samen met gastdocenten voorbereid en uitgevoerd. De commissie heeft in samenwerking met de directeuren van MosaLira een samenhangend geheel geschetst van de wijzen waarop scholen hun levensbeschouwelijke oriëntatie vormgeven in hun educatieve aanbod. Dit overzicht is kleurrijk vastgelegd op een ‘onderlegger’. Deze onderlegger kunnen scholen gebruiken in hun gesprekken met degenen die betrokken zijn bij de inhoud en de vormgeving van levensbeschouwelijke educatie. Basisschool Amby is een lerende school. Hier staan ze open voor ieders mening. Ook voor die van lerende studenten. Op verzoek van het bestuur heeft de commissie namens MosaLira deelgenomen aan het overleg van het bisdom met de schoolbesturen voor primair onderwijs. In dit overleg is het idee ontstaan om te onderzoeken of en op welke wijze vormgegeven kan worden aan een periodiek overleg tussen schoolbesturen over levensbeschouwelijke educatie. Inmiddels zijn op dit gebied de eerste verkennende contacten tussen een aantal besturen gestart. Karen Amory 17 Mia Starren bs. De Burght De markeerstift heb ik nauwelijks meer nodig. Ik vind het rekenen nu leuker. Er zit meer uitdaging in en het is minder saai. Emi vat het even kort en bondig samen: Twee jaar geleden werd bij basisschool De Burght het rekenonderwijs onder de loep genomen. Er werd een nieuwe systematiek ontwikkeld om efficiënter bij te houden op welk punt welke leerling nu precies iets extra’s nodig heeft. In groep 7 van Mia Starren resulteerde dit een jaar na de invoering al tot een score van 97 procent waar dat eerst op 88 procent lag. “Aan de ene kant hebben we de reguliere methodegebonden toetsen door het jaar heen. Heel secuur wordt gemarkeerd hoe de groep het als geheel heeft gedaan, per onderdeel. Zo kan ik in één oogopslag zien welke som kennelijk te moeilijk was. Daar besteed ik klassikaal dan nog eens extra aandacht aan. Tegelijkertijd houden we de score van het kind individueel bij. Als ik dan zie dat een leerling onder de tachtig procent scoort, wordt dat onderdeel individueel bijgespijkerd. Het gevolg is dat ik de markeerstift aan het einde van het jaar nauwelijks meer nodig heb.” “Daarnaast houden we een groepsoverzicht bij waarin alle informatie samenkomt; de laatste Cito-toetsen, de leervaardigheidsgroei, de methodegebonden toetsen van dat jaar, sociaal-emotionele aandachtspunten, ob- servaties, gesprekken met leerlingen en/of ouders, het zorgniveau en de onderwijsbehoefte van elk kind. De leerkracht van groep 8 kan met deze informatie naadloos verder gaan waar ik ben opgehouden. We bespreken de voortgang drie keer per jaar met de ouders, zodat zij als het ware samen met ons de vinger aan de pols kunnen houden.” De methode werd samen met intern begeleider Math Janssen ontwikkeld. ‘’Hij zorgt ervoor dat alles geautomatiseerd is in overzichtelijke tabellen, die heel compleet zijn en toch heel weinig tijd kosten om in te vullen. Wat betreft het rekenonderwijs kregen we vanuit het voortgezet onderwijs het signaal dat in het basisonderwijs als geheel de focus teveel ligt op de absolute uitkomst van een som en dat er te weinig wordt gekeken naar de berekeningswijze die is gevolgd. Om te beginnen zijn in de eerste klas van de middelbare school als proef de rekenmachines in de ban gedaan en staat de ouderwetse rekenles weer op het rooster. Onze taak in groep 7 en 8 is om de juiste denklijnen intensiever te bewaken. Inmiddels is er een gecombineerde PO-VO werkgroep bezig om dit naar de praktijk om te zetten.” Joppie, joppie, joppie, rekenen met juf Mia is toppie! Emi Brok 4 Organisatie Het bestuur van MosaLira bestaat ultimo 2010 uit vijf leden en is, met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de statuten is bepaald, belast met het besturen van de stichting. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting in en buiten rechte. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan de voorzitter en de secretaris tezamen en bij belet of ontstentenis aan hun plaatsvervangers tezamen. In het verslagjaar bestond het bestuur uit de volgende leden: Er wordt niet naar de methode, maar naar De heer F. Groutars, voorzitter; Mevrouw M. Driessen, secretaris; De heer P. Brugman, lid; Mevrouw M. Heijltjes, lid; De heer H. Manders, lid het kind gekeken en dat werpt zijn vruchten De bestuursleden ontvangen de maximaal fiscaal toelaatbare vrijwilligersvergoeding. af. Emi is best goed in rekenen en ik merk Bevoegdheden die in de statuten niet expliciet aan het bestuur zijn toegekend zijn gemandateerd aan de algemene directie. De beleidsvoorbereiding op de terreinen die het bestuur regarderen vindt plaats door de algemene directie. Bovendien heeft de algemene directie eigenstandige beleidsbepalende bevoegdheden binnen kaderstellende uitgangspunten die door het bestuur zijn vastgesteld. Bevoegdheden van de algemene directie ten aanzien van een afzonderlijke school zijn toegewezen aan de directie van een school, zoals verwoord is in het directiestatuut. Het directeurenberaad is een overlegorgaan van de directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting en heeft een adviserende functie. dat ze heel enthousiast is over hoe juf Mia rekenles geeft. Ook is het prettig dat je als ouder drie keer per jaar wordt bijgepraat over de voortgang. Esther Brok Vanaf 1 januari 2011 zal MosaLira haar bestuursstructuur aanpassen naar het zogenaamde Raad van Toezicht model. Het bovengenoemde bestuur zal dan de eerste Raad van Toezicht vormen en de algemeen directeur, mevrouw P. van Horssen, en de directeur bedrijfsvoering, de heer D. Huntjens, het College van Bestuur. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) vertegenwoordigt de ouders en leerkrachten van de 21 scholen. Iedere school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Elke MR vaardigt twee leden, één ouder en één personeelslid, af voor de GMR. Binnen de GMR wordt gewerkt aan een andere werkwijze en kleinere organisatie om slagvaardiger te kunnen zijn en de medezeggenschap kwalitatief beter vorm te kunnen geven. De nieuwe organisatie zal in 2011 geïmplementeerd worden. In het verslagjaar heeft de GMR 8 keer vergaderd. Tijdens het verslagjaar heeft de GMR instemming dan wel positief advies verleend op de volgende onderwerpen: Jaarverslag 2009 Notitie Functiebouwwerk MosaLira Besluit Eigen risicodragerschap Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) Notitie Arbeidsduur en normjaartaak Notitie Nevenwerkzaamheden Besluit Wijziging statuten MosaLira 19 Mariëlle Lebon en Jos Derrez bs. Het Mozaïek Van lezen krijg je nooit genoeg. Lezen is leuk en leerzaam. Dat had niet alleen Annie MG Schmidt al jaren geleden ontdekt. “Wie veel leest mag overal over meepraten”, zei ze ooit. En gelijk had ze. Dat vindt een aantal leer- en leesgierige dames op basisschool Het Mozaïek ook. Mariëlle Lebon is leerkracht groep 3 en leescoördinator. Diana Baltus is leesouder en werkt bij de mooiste boekwinkel van Nederland, Selexyz Dominicanen. Jos Derrez stond 46 jaar voor de klas, was voorheen leescoördinator , werkte tot vorig jaar samen met Mariëlle en is ook na haar pensionering nog niet uitgelezen. “Het boekenvirus laat je niet los”, lacht ze. “Als leescoördinator organiseer je tal van activiteiten om je collega’s aan te sporen het lezen in de klas en bij de kinderen te stimuleren”, steekt Mariëlle van wal. “De doorgaande lijn in lezen is een prima basis voor veel leesplezier. We zijn actief geweest met het opzetten van een zogenaamd leesplan, niet puur lezen op avi niveau, maar je voegt er nog een heel belangrijk element aan toe: beleving. In groep 1 t/m 8 wordt elke dag aan zelfstandig stillezen gedaan. En in iedere groep doen we dagelijks vijf minuten aan boekpromotie na het lezen.” Maar dat is nog niet alles. ‘De leesdames’ lopen over van ideeën. “We hebben een boekenrek voor het uitlenen van boeken voor kinderen en leerkrachten, we haken in op de actualiteit zoals kinderboekenweek, boekactiviteiten, voorleesdagen, etc. We stimuleren bibliotheekbezoek en hebben een enquête gehouden over lees- en boekactiviteiten bij de kinderen en de leerkrachten hier op school.” Bestaat niet het gevaar dat je met zoveel enthousiasme jezelf voorbij loopt? Ze glimlachen. “Wat we in ieder geval zeker nog gaan doen is het opzetten van een eigen schoolbibliotheek .” Tenslotte is er ook nog een verzoek. “ Er bestaat een aansprekend leesbevorderingsprogramma”, legt Jos uit.” Dit programma de Rode Draad streeft ernaar om kinderen meer met boeken in aanraking te laten komen. Achterliggend doel daarbij is de taalontwikkeling en het leesgedrag van kinderen stimuleren. De bibliotheek op Centre Ceramique speelt een centrale rol bij de ontwikkeling en uitvoering van de programma’s. Ieder jaar wordt een leesprogramma georganiseerd met als doel kinderen het plezier in lezen te laten ontdekken. Rondom een bepaald thema worden boekenlijsten samengesteld, verwerkingssuggesties ontwikkeld en allerlei materialen geleverd om het lezen extra te stimuleren èn te belonen. Om mee te doen moeten vijftien scholen zich aanmelden. Voor de kosten, € 2,50 per leerling, hoef je het niet te laten. Dus MosaLira scholen doe mee!” Ik lees vaak een boek per dag. Lezen vind ik heerlijk. Je kunt je fantasie gebruiken, of het nu drama of griezelen is. Boekbesprekingen in de klas vind ik leuk. Het gaat dan onder andere over schrijvers, uitgevers en het maken van samenvattingen. Nee, ik schrijf zelf (nog) niet. Maar wie weet… Karima El Abdeslami 5 Onderwijs Vanaf 2010 nemen alle scholen van MosaLira de CITO Eindtoets af. In de onderstaande tabel zijn de resultaten van alle scholen in het basisonderwijs te zien. Het overzicht is gebaseerd op de score gecorrigeerd voor het gemiddelde leerlingengewicht uit de zogenaamde IC-tabel (IC staat hier voor instroomcorrectie). Dit maakt het mogelijk alle scholen met elkaar te vergelijken. De inspectie kijkt bij de beoordeling van een school niet alleen naar de CITO Eindscore, maar ook naar de tussenresultaten vergeleken met de landelijk vastgestelde normen op de gebieden taal en rekenen (conform de bepalingen in het inspectiekader). Op deze school wordt lezen en het boek echt gepromoot. Daar probeer ik mijn steentje aan bij te dragen. Wie weet als we straks met het opzetten van de schoolbibliotheek starten, kan mijn werkgever misschien ook nog iets voor ons betekenen. Diana Baltus 2008 2009 2010 John F Kennedy 532,8 537,2 534,4 Scharn 541,3 538,1 536,7 536,7 535,4 538,5 534,6 536,4 Sint Oda Petrus en Paulus Amby 537,5 534,7 535,7 De Letterdoes 532,7 537,2 537,1 Het Mozaïek 528,3 533,6 534,9 Maaskopkes 539,7 537,9 535,8 Wyck 536,6 536,0 538,2 De Burght 532,8 534,5 535,8 Sint Pieter 540,0 536,6 537,3 De Schans 534,5 531,8 531,7 Joppenhof 534,0 Sint Aloysius 536,6 536,0 Montessori 534,0 537,7 t Spoor 531,3 534,6 536,5 Anne Frank 536,0 534,0 537,4 Markus 535,5 De leeropbrengsten worden binnen MosaLira systematisch geanalyseerd en geëvalueerd op drie niveaus; school, groep en leerling. Hierbij worden naast de landelijk genormeerde toetsen ook de methode gebonden toetsen gebruikt. De schoolzelfevaluatie, inclusief relevante dwarsdoorsneden, trendanalyses, groepsanalyses en analyses van leervorderingen, leidt vervolgens tot gerichte interventies in de klas. Meer dan voorheen worden beslissingen ten aanzien van professionalisering van medewerkers, inrichting van schoolgebouwen, keuzes voor leermethoden, aanschaf van systemen e.d. genomen met het oog op de verhoging van de leeropbrengsten van leerlingen. 21 Marc Houben bs. De Schans Een goede woordenschat is de basis van schoolsucces. menten en technieken aan om effectief woorden aan te leren en met woorden te oefenen in elke situatie, elke groep en elk vak. Marc erkent dat werken ‘Met Woorden in de Weer’ nogal wat (voorbereidings)tijd vergt van de leerkrachten. “Dat klopt”, zegt hij. “Maar ik bespeur een grote vorm van enthousiasme bij onze leerkrachten over deze aanpak. Effectief uitleggen en inoefenen van woorden en begrippen verhoogt de kwaliteit van niet alleen het woordenschaton- Ik ben Jayden en zit in groep 5 van basisschool De Schans. In onze klas hebben wij een woordmuur. Ik zal jullie vertellen wat dat is. Op een woordmuur staan heel veel woorden die we geleerd hebben. We doen er vaker spelletjes mee om ze te oefenen en dan mag je er als je dat wilt Woorden staan centraal in het onderwijs. Kinderen met onvoldoende woordkennis blijven op alle fronten achter. Ze begrijpen de leerstof en de leerkracht niet; ze begrijpen stelselmatig te weinig van de lessen en kunnen onvoldoende meedoen. Ze leren dus te weinig bij. “Er bestaat een directe relatie tussen woordkennis en succesvol zijn op school. Kinderen met een goede woordenschat scoren beter in het onderwijs, terwijl kinderen met onvoldoende woordkennis steeds verder achterop raken”, legt Marc Houben, locatiedirecteur basisschool De Schans uit. “Voor ons reden om het woordenschatonderwijs op onze school te verbeteren. Dat doen we samen met de MosaLira basisscholen ’t Spoor, De Letterdoes en Het Mozaïek. We hebben gekozen voor de aanpak ‘Met Woorden in de Weer’ van Marianne Verhallen en Dirkje van den Nulft. Zij hebben een uitstekende manier ontwikkeld om het woordenschaton- derwijs op basisscholen te verbeteren.” Bij de keuze voor ‘Met Woorden in de Weer’ zijn de vier scholen niet over één nacht ijs gegaan. Integendeel. “We hebben met Marianne en Dirkje twee zeer intensieve studiedagen achter de rug, inmiddels een herhalingscursus gedaan en zijn bij de implementatie van de methodiek ondersteund door Jos van Gend van de Fontys Pabo. Ook heeft iedere school een eigen woordenschatcoördinator. Zo creëer je korte lijnen als er vragen zijn en leer je intensief van elkaar. Bij ons vervult Miranda de Vries de functie van woordenschatcoördinator.” gewoon op kijken. Dus kom naar De Schans met mij want dat is leuk. De kracht van ‘Woorden in de Weer’ ligt in de verbreding en verdieping van de woordenschat en het geeft leerlingen inzicht hoe woorden zich tot elkaar verhouden. Associatief woorden aanbieden in speelse activiteiten binnen en buiten de klas beklijft. De leerkrachten reiken verschillende instruJayden en Ciaran Boesten 5 Onderwijs derwijs maar uiteindelijk van het gehele handelen in de klas.” Niet zonder trots voegt hij er aan toe: “Wij werken er nu zo’n anderhalf jaar mee. Iedere dag doen we één semantisering (betekenisleer) van drie woorden. Dat zijn per week vijftien woorden en op jaarbasis zeshonderd woorden. Extra dus buiten de ‘gewone’ leerstof!” Het is duidelijk. Op basisschool De Schans wordt structureel gewerkt aan het vergroten van de taalvaardigheden van de leerlingen én tegelijkertijd aan het opbouwen van conceptuele kennis. Kinderen die afkomstig zijn van De Schans kunnen zich redden op het gebied van taal en lezen. Iets kunnen lezen, begrijpen en daardoor kunnen handelen geeft je een voorsprong op de ander. Dat brengen de leerkrachten van De Schans uitstekend in de praktijk. Jaarlijks vindt er een gesprek plaats tussen de inspectie en het bestuur. De inspectie kijkt hierbij of er risico’s zijn bij scholen en kent vervolgens de zogenaamde toezichtarrangementen toe. De kwaliteit van onderwijs staat bij MosaLira hoog op de agenda en er is binnen de scholen een duidelijke focus op het primaire proces. Dit wordt in het gesprek van 2010 door de inspectie bevestigd en als zeer positief beoordeeld. Ook op scholen waar de eindopbrengsten op basis van de inspectienormen weliswaar voldoende zijn, wordt steeds meer geprobeerd hogere streefdoelen te formuleren en dus meer uit de leerlingen te halen. MosaLira hanteert niet alleen het inspectiekader als ondergrens bij de beoordeling van de leeropbrengsten en de kwaliteit van het onderwijs, maar streeft ernaar dat alle scholen hun toegevoegde waarde voor ieder kind zo objectief mogelijk aantonen. De inspectie heeft in het kader van het onderzoek naar kwaliteitsverbetering (OKV) in 2010 een bezoek gebracht aan De Burght. Op basis van dit OKV kent de inspectie De Burght het basisarrangement toe. De school heeft bewezen dat de interventies resultaat hebben gehad en geborgd zijn. De resultaten laten een duidelijk stijgende lijn zien, zijn inmiddels ruim boven de inspectienormen en de inspectie heeft er voldoende vertrouwen in dat dit ook in de nabije toekomst zo blijft. Een zeer knappe prestatie in korte tijd van deze school. In het kader van het kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie de scholen Het Mozaïek en De Schans bezocht. De inspectie kent uitsluitend Het Mozaïek een aangepast arrangement toe. De eindopbrengsten zijn in de afgelopen drie jaren weliswaar gestegen, maar bevinden zich nog onder de norm van de inspectie. Hierbij dient aangetekend te worden dat de eindopbrengsten van 2010 in eerste instantie voldoende waren, maar dat de norm later is bijgesteld door de inspectie en dat de school op vrijwel alle andere indicatoren ruim voldoende scoorde. Bij Het Mozaïek was inmiddels een soortgelijk traject gestart als bij De Burght en zijn de ingezette interventies ook effectief. Naar verwachting kan derhalve ook hier in het najaar van 2011 succesvol een herbeoordeling plaatsvinden. De inspectie zal dan een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (OKV) uitvoeren om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. De inspectie kent De Schans het basisarrangement toe. Tot slot heeft de inspectie in het kader van het vierjaarlijks bezoek Scharn, United World College Maastricht Primary en ZMLK Jan Baptist bezocht. Voor alle drie de scholen zijn de eerder vastgestelde basisarrangementen gehandhaafd en was er grote waardering voor de kwaliteit van het onderwijs. De andere scholen van MosaLira hebben op basis van het bestuursgesprek een basisarrangement gekregen. De scholen voor speciaal basisonderwijs, De Sprong en De Opstap, zullen in 2011 een bezoek krijgen. Speciale complimenten zijn er door de inspectie gemaakt voor prestaties van De Letterdoes, ’t Spoor, Wyck en Montessori Binnenstad. Natascha Boesten 23 Beredeneerd aanbod succesvol geïntegreerd. Het leukste van taal vind ik woordjes leren schrijven. Zelf kan ik uit mijn hoofd al helemaal alleen een paar woordjes schrijven. Het thema Noordpool vond ik heel leuk, en toen gingen we met carnaval ook Marischa van Baren bs. De Maasköpkes Sinds de onderwijsinspectie in de kleuterbouw het zogenoemde beredeneerde aanbod verplicht stelde, moeten de scholen vastleggen wat ze doen en waarom ze dat zo doen. De invoering ervan leidt tot meer uniformiteit en toetsbaarheid in het onderwijs.” Aan het woord is Marischa van Baren. Ze staat al zeventien jaar voor de klas in groep 1 en 2 van bs De Maasköpkes. ‘’Voorheen stelde je als leerkracht uit een enorm aanbod van methodes je eigen programma samen. Dat is landelijk nu teruggebracht tot welgeteld zes programma’s. Het was best een intensief traject om alles wat we doen minutieus te documenteren, en zijn niet over één nacht ijs gegaan. We zijn op andere scholen gaan kijken, hebben verschillende methodes uitgeprobeerd en uiteindelijk de keuze gemaakt voor de methode ‘Taalverhaal’. Dat is thematisch van opzet, en paste eigenlijk naadloos bij onze manier van werken en de behoeften van onze kinderen. De woordspin is een goed voorbeeld van hoe taal thematisch behandeld kan worden. Ik schrijf dan op het midden van het schoolbord bijvoorbeeld het woord ‘boek’ en eromheen gaan de kinderen een web bouwen van associatieve woorden. Op de vraag: waar denken jullie aan bij het woord ‘boek’, geven zij dan als antwoord: lezen, winkel, kassa, kast, inpakken, kopen, etc. Vervolgens maken we een groepje lange woorden, korte woorden en een groepje naar klank. En via klanken kom je weer uit bij rijmen. Soms klappen we de woorden of zingen we een liedje. Zo heb je met één activiteit meteen een heel scala aan taalvaardigheden te pakken. Om de woordspin af te ronden, bouwen we de speelhoek om in een boekwinkel met kassa en al. Daar komen dan weer drie dingen samen: taal, rekenen en ondertussen zijn de kinderen onbewust druk bezig met sociaal-emotionele vaardigheden; samenwerken, taken verdelen, probleempjes oplossen. We kiezen bewust thema’s uit die de kinderen herkennen uit hun dagelijks leven. Af en toe laat ik ze een verteltafel maken met al hun werkjes erop en dan mogen ze aan hun ouders vertellen wat ze allemaal doen op school. Telkens weer zijn de ouders verrast over het niveau van hun kind en ook over de variatie aan educatieve spelvormen. Ik ben best trots dat we het beredeneerd aanbod succesvol hebben kunnen integreren. Een tijdje geleden was de onderwijsinspecteur weer op bezoek voor een reguliere inspectie en hij bleek dezelfde mening toegedaan.” allemaal als ijsbeertjes mee in de schooloptocht. Léonce Bastings 5 Onderwijs Bij de blokafsluitingen zie je als ouders wat je kind allemaal geleerd heeft. Iedere keer weer staan we versteld van de enorme verrijking, zowel op taal- en rekengebied, als ook de ontwikkeling van de sociale vaardigheden. Door spelenderwijs theorie te koppelen aan de praktijk wordt een kleuter voorbereid op groep 3. Mooi om mee te mogen beleven! Nicolle Retz Wij zijn er tenslotte zeer trots op dat iedere school van MosaLira zich op eigen wijze en op basis van de eigen visie profileert met een interessant, leuk en leerzaam aanvullend aanbod voor haar leerlingen. Zo krijgen kinderen Franse les binnen de Euregioschool op Sint Aloysius en Wyck, kunnen kinderen met een taalachterstand profiteren van een extra taalbad in de ‘Schakelklassen’ bij De Letterdoes, ’t Spoor, Het Mozaïek, De Sprong en De Opstap en geven Markus, Het Mozaïek, ’t Spoor, De Letterdoes, Wyck, De Schans en Sint Oda door de nauwe samenwerking met de peuterspeelzalen van STEPS een sterke impuls aan de ontwikkeling van jonge kinderen binnen de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Het onderwijs aan meer- en hoogbegaafde kinderen heeft binnen MosaLira een duidelijke plek in Amby, Scharn, Sint Aloysius, Wyck, Montessori Binnenstad, Anne Frank en Petrus en Paulus middels zogenaamde Plusklassen. In 2011 zullen twee bovenschoolse Plusklassen starten, zodat er voor alle leerlingen van MosaLira een aanbod is. De kinderen blijven in De Letterdoes als ‘Sportactieve school’ uitgedaagd worden meer te bewegen en krijgen binnen de Talentenschool op De Letterdoes en ’t Spoor extra onderwijstijd (na school, in het weekend via de Wie-Kent-School en in de zomer tijdens de Zomerschool). Alle activiteiten zijn erop gericht onderpresteren tegen te gaan en talenten van kinderen te stimuleren en ontwikkelen. Voor meer informatie over onze scholen kunt u het best de websites van de individuele scholen bezoeken via www.mosalira.nl. Klachten Er is in 2010 ten aanzien van MosaLira geen klacht ingediend bij de landelijke klachtencommissie. MosaLira is wel betrokken geweest bij een klacht betreffende grensoverschrijdend gedrag van een stagiair naar leerlingen. Deze klacht is uiteindelijk naar tevredenheid van alle betrokkenen afgehandeld. Verder heeft MosaLira te maken gehad met een aantal meldingen, dat door de schooldirectie is opgenomen en afgehandeld. De jaarlijkse studiedag voor de contact- en vertrouwenspersonen was in 2010 in de vorm van een opfris-/basiscursus. De (kern)taken van de contact- en vertrouwenspersonen zijn hier uitvoerig besproken en getraind. Deze functionarissen blijven een belangrijke rol spelen met betrekking tot de veiligheid voor leerlingen, ouders en personeelsleden binnen MosaLira. 25 Hier kunnen alle kinderen terecht. Niki Cooper United World College Maastricht Er zijn over de hele wereld twee United World College basisscholen, in Singapore en in Maastricht. Daarvan is Maastricht de enige die geen entreetoets hanteert voor beheersing van het Engels. Hier kunnen alle kinderen terecht, ook degenen die niet één woord Engels spreken. En dat is opmerkelijk gezien het feit dat het hele curriculum in het Engels is. Dus moest een apart programma ontwikkeld worden om kinderen zo snel mogelijk op een basisniveau te krijgen. Niki Cooper is Vice Principal. In 2003 was ze nog docent en kreeg toen de verantwoordelijkheid om een ESL programma – English Second Language – gestalte te geven. Een zorgvuldig gekozen naam die het Engels daar positioneert waar het op deze school thuishoort, en dat is niet op de eerste, maar op de tweede plaats. ‘’Je kunt geen nieuwe taal leren zonder adequate beheersing van je moedertaal”, aldus Niki. “Je vertaalt vanuit je moedertaal. Is die database niet goed gevuld, dan lukt het leren van die andere taal minder goed. Kinderen zitten nog midden in het leerproces van hun moedertaal.” Niki Cooper deed uitgebreid onderzoek en studeerde op dit onderwerp af met een universitaire graad. “Onomstotelijk is bewezen dat kinderen juist in hun eigen taal moeten blijven denken, praten, spelen en dromen om een tweede taal te kunnen leren. Dit inzicht heeft tot een harde trendbreuk geleid in het internationale onderwijs dat voorheen altijd uitging van het English-only principe.” Bovendien werd in Coopers onderzoek bevestigd dat de cultuurshock van een internationale verhuizing aanzienlijk wordt verzacht als kinderen hun eigen taal mogen blijven spreken. “Je ontneemt een kind een deel van zijn identiteit als je zoiets fundamenteels als taal in de ban doet. Het kan dan echt ontworteld raken.” Inmiddels zijn deze bevindingen vertaald in een uitgebreid ESL-programma. Vanaf de eerste dag op UWCM wordt een nieuwkomer die geen Engels spreekt gekoppeld aan een buddy uit hetzelfde land (mits aanwezig). Elke dag is er een after-school groepje, een soort groepsspeelafspraakje begeleid door gediplomeerde moedertaalleerkrachten. Ook in de klas mogen de kinderen in het begin gewoon in hun eigen taal spreken en schrijven. “De ouders spelen natuurlijk een cruciale rol in dit proces, waarin we ze oproepen om thuis zoveel mogelijk de moedertaal te spreken, die levend te houden. Op dit moment hebben we een Italiaans en Nederlands after-school groepje, Arabisch, Hindi en Frans zijn in de maak. Acht jaar geleden zijn we begonnen met twintig ESL-kinderen, maar het woord heeft zich verspreid en inmiddels kunnen we vol trots melden dat we zo’n zestig kinderen in het programma hebben en drie gespecialiseerde ESL-leerkrachten.” Ik kreeg op mijn eerste dag een Italiaans meisje als buddy en dat was heel fijn, want ik had meteen een vriendin op school. Ik sprak nog geen Engels en mijn lerares, Niki Cooper, geen Italiaans, maar we spraken allebei wel wat Nederlands en zo konden we toch goed met elkaar communiceren. Amanda Vismara 5 Onderwijs Bijzondere gebeurtenissen Ik ben de school heel dankbaar voor de manier waarop ze de overgang van Italië naar Nederland voor onze Ook in 2010 hebben wij feestelijke gebeurtenissen mogen vieren. Onderstaand treft u een overzicht aan. De jubilea van personeelsleden worden vanwege het grote aantal niet persoonlijk vermeld. Aan het vieren van persoonlijke jubilea wordt binnen de scholen gepaste aandacht besteed. dochter hebben vergemakkelijkt. Als Vrijwilliger van het jaar ouder vraag je je toch altijd af of je Op zaterdag 20 maart 2010 werd, in het kader van de viering van NL DOET, tijdens de Nederlandse vrijwilligersdag mevrouw Ine Houben-Westenberg, leerkracht van De Burght, door de burgemeester van Maastricht uitgeroepen tot vrijwilliger van het jaar. Mevrouw Houben begon met vrijwilligerswerk in de “sociale club” in “oud Klevarie” en was vervolgens jaren actief voor diverse stichtingen en goede doelen. wel de juiste beslissing hebt genomen voor je kind. De veilige, vriendelijke ontvangst op school was daarbij een grote steun. Koninklijk onderscheiden Op 29 april 2010 is de heer Hubert Tilli uit Bunde koninklijk onderscheiden tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. Hij heeft zich sinds 1976 als vrijwilliger ingezet voor De Maasköpkes, o.a. als voorleesouder, begeleider van leerlingen bij het schoolkamp en de werkweek, lid en voorzitter van de schoolraad. De heer Tilli is nog steeds verbonden met de school. Op zondag 14 november 2010 is de heer Ben Dackers, locatiedirecteur van Jan Baptist SO, benoemd tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. Dit gebeurde tijdens zijn afscheid als voorzitter van de carnavalsvereniging de Slaajbök uit Amby. De heer Dackers is reeds vele jaren in het verenigingsleven van Amby actief. Jubilea scholen Basisschool Scharn heeft in 2010 haar 60 jarig bestaan gevierd. Rafaëlla Vismara 27 Vera Robroek bs. Wyck Je moet ze leren spelen. Als de juf speelt, kan ik het nadoen. Chloë Post We geven het toe. We dachten: als er één ding is dat kinderen kunnen, is het spelen. Maar dat blijkt tegen te vallen. Vera Robroek, leerkracht basisschool Wyck: “Kinderen spelen niet uit zichzelf, je moet ze leren spelen. Je moet structuur aanbrengen in het spel.” Speelplezier is een methode die uitgaat van de gedachte dat een kind zich ontwikkelt door te spelen. De leerkracht begeleidt het kind door mee te spelen, door te observeren en te luisteren. En door vervolgens via een interventie het kind naar een hoger niveau te tillen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van thema’s die aansluiten bij de belevingswereld van het kind. Vera Robroek: “Het gaat erom dat je op een betekenisvolle manier bezig bent. Dat je kinderen prikkelt en uitdaagt. We zijn veel handelend bezig, dan beklijft het geleerde beter.” Speelplezier houdt rekening met het niveau van het kind. “Elk kind heeft eigen kwaliteiten, je spreekt ze aan op de dingen die ze wél kunnen.” Basisschool Wyck werkt samen met een peuterspeelzaal. De peuters hebben een eigen lokaal naast de kleu- ters, in hetzelfde gebouw. Daarnaast vindt regelmatig uitwisseling plaats tussen peuters en kleuters: peuters gaan bij de kleuters kijken, en andersom. De peuters gebruiken ook dezelfde methode. Juist, Speelplezier. De basisschool krijgt ook een overdrachtsformulier van de peuterzaal als een kind naar de kleuters overstapt. Het is de bedoeling dat basisscholen zich in de toekomst gaan ontwikkelen tot kindcentra, waarin peuterspeelzaal, basisschool, tussenschoolse opvang en naschoolse opvang samenkomen. Vera: “De samenleving vraagt steeds meer om dergelijke voorzieningen.” Even terug naar Speelplezier. Is Vera gelukkig met deze methode? Verhoogt ze ook haar speelplezier, om het zo maar eens uit te drukken? “Ik heb er plezier in kinderen uit te dagen en te prikkelen. Ik heb er plezier in als ik zie dat kinderen zinvol bezig zijn. Ik heb er plezier in als een kind mag zijn wat het is: het ene kind is creatief, het andere is motorisch beter. Ik heb er plezier in als ik kinderen zie groeien. Ik heb er plezier in als ik zie dat het werkt.” Het antwoord op de vraag is dus ‘ja’, voor wie nog mocht twijfelen. 6 Personeel In onderstaande tabel staat de samenstelling van het personeelsbestand op 1 januari 2011, afgezet tegen de situatie op 1 januari 2010. 01-01-2010 Man Aantal % 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-65 145 25% 4 3 9 9 16 20 23 31 30 Vrouw 438 75% 15 39 39 46 30 67 82 77 43 Totaal 583 100% 19 42 48 55 46 87 105 108 73 Speelplezier zorgt bij kinderen voor uitbreiding van hun belevingswereld. 01-01-2011 De heer Ö Çavusoglu Aantal % 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-65 Man 136 24% 1 4 6 11 11 24 21 27 31 Vrouw 431 76% 11 43 35 48 31 67 74 78 44 Totaal 567 100% 12 47 41 59 42 91 95 105 75 Van de 136 mannelijke personeelsleden werkt 82% in een full time dienstverband. Van de vrouwelijke personeelsleden werkt 33% full time op 1 januari 2011. De gemiddelde leeftijd van alle personeelsleden binnen MosaLira is op 1 januari 2011 46,8 (mannen 50,3 en vrouwen 45,7). Er is op basis van de leeftijdsopbouw in bovenstaande tabel goed te zien dat er een piek te verwachten is in de uitstroom de komende jaren. Personeelsbeleid In 2010 is een aantal belangrijke beleidsnotities binnen MosaLira geïmplementeerd. De ‘schakel’ tussen deze notities werd gevormd door het feit dat MosaLira het werk anders en slimmer wil organiseren. Aan de ene kant is dit noodzakelijk gezien de demografische ontwikkelingen en bezuinigingen, maar aan de andere is dit vooral bedoeld ter verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. De focus moet liggen op het goed doen van de juiste dingen. MosaLira is in staat haar doelen te realiseren als ... er transparantie is over de functies die er zijn binnen MosaLira met daarbij behorende beloning en doorgroeimogelijkheden. Dit is de kern van de beleidsnotitie Functiebouwwerk en functiemix. 29 Ingrid Delleman bs. Scharn Plusgroep voorziet in een onderwijsbehoefte. Voor Ingrid Delleman leerkracht basisschool Scharn is het klip en klaar. Te lang is in het verleden de aandacht voor meer- en hoogbegaafdheid in het basisonderwijs een ondergeschoven kindje geweest. “Zo’n zes jaar geleden klopte een ouder bij mij aan omdat haar dochtertje thuis gedragsveranderingen toonde die niet pasten bij haar persoonlijkheid. Van een spontane meid trok ze zich steeds meer terug in haar eigen wereldje. De ouders vroegen zich af wat er aan de hand was en dat deed ik ook. Op basis van onze eigen ervaringen zijn we op zoek gegaan naar externe hulp. We kwamen terecht bij een adviesbureau voor hoogbegaafde kinderen. Het was een eyeopener voor mij.” Ouder Desiree knikt. Ze is moeder van twee hoogbegaafde kinderen. “De problematiek die zich bij hoogbegaafdheid kan openbaren wordt (te) vaak onderschat. Zelf heb ik dit probleem een aantal jaren geleden op deze school aangekaart. Daar is door de leerkrachten goed op geanticipeerd.” “Het gaat erom dat je voor alle kinderen een uitdagende leeromgeving creëert”, vervolgt Ingrid. “Binnen onze school heeft een tweetal leerkrachten de koppen bij el- kaar gestoken. Daar is de plusgroep uit ontstaan. Als ik dat zo vertel lijkt dat nogal eenvoudig. De realiteit leert echter dat het een voortdurende ontwikkeling is, die jaren duurt. We hebben ons oor te luisteren gelegd bij elkaar, bij deskundigen, bij kinderen en ouders.” Een plusgroep is een speciale groep voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en/of meer/hoogbegaafde kinderen. De kinderen werken buiten de klas aan een eigen programma onder begeleiding van een gespecialiseerde leerkracht, de plusgroepbegeleider. Deze kinderen komen op een vast tijdstip in de week bij elkaar, de rest van de week werken ze in hun eigen groep. In de eigen groep wordt aan deze leerlingen extra uitdagende leerstof aangeboden. “We werken met twee groepen: kinderen uit groep 5 en 6 en kinderen uit groep 7 en 8.” Worden deze kinderen dan geen buitenbeentjes binnen de eigen groep? “Nee”, constateert Ingrid. “Je voorziet in een onderwijsbehoefte van deze kinderen. Ze worden uitgedaagd op cognitief, sociaal-emotioneel en creatief gebied. Ze leren ook met elkaar samenwerken en krijgen leerstof aangeboden om sociale vaardigheden te ontwikkelen.” 6 Personeel ... iedere medewerker meetbaar bijdraagt aan het resultaat van de organisatie. In de beleidsnotitie Arbeidsduur en normjaartaak ligt de focus op het realiseren van een duidelijke en reële verdeling van taken ten behoeve van schoolontwikkeling en individuele ontwikkeling. ‘n Ouder: Ik heb op het gebied van aandacht voor meeren hoogbegaafdheid binnen basisschool Scharn een duidelijke groei gezien. De school is vanuit een oprechte belangstelling voor deze kinderen aan de slag gegaan. Dat is zonder meer toe te juichen. ... er in de dynamische ontwikkeling van organisatie, school en individu, tijd wordt gemaakt om een oordeel te vormen over ieders bekwaamheid, bijdrage aan schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling. Dit vormt de kern van het Beoordelingsbeleid, als onderdeel van de IPB gesprekkencyclus. In een tweetal bijeenkomsten in juni 2010, waarvoor alle personeelsleden werden uitgenodigd, is uitgebreid toelichting gegeven op alle geïmplementeerde beleidsnotities. Met betrekking tot het beoordelingsbeleid dient opgemerkt te worden dat alle leidinggevenden die in het kader van de IPB gesprekkencyclus met personeelsleden in gesprek gaan, in juni 2010 ook nog een extra training hebben genoten in het voeren van beoordelingsgesprekken. Er is in het najaar van 2010 een begin gemaakt met het voeren van deze gesprekken. Aan het eind van schooljaar 2010/2011 moeten de beoordelingen zijn afgerond, waarna een nieuwe cyclus van start kan gaan. In oktober 2010 werd een tweetal workshops aangeboden aan alle personeelsleden, waarin men zich kon voorbereiden op het eigen beoordelingsgesprek. Naast de bovengenoemde notities zijn in 2010 ook het besluit regeling nevenwerkzaamheden en de benoemingsprocedures (deze laatste als onderdeel van het functiebouwwerk) geactualiseerd. Functiemix Het eind 2007 landelijk gelanceerde convenant Leerkracht van Nederland schetst een aanpak om het dreigende lerarentekort op te lossen en de kwaliteit van het onderwijs te borgen. Eén van de belangrijkste maatregelen om dit te realiseren is het instellen van de zogenaamde functiemix. Conform afspraak tussen de sociale partners geldt de functiemix uitsluitend voor leerkrachten. Een leerkracht is diegene die voldoet aan de eisen van de WPO/WEC en de Wet BIO, die pedagogische en didactische verantwoordelijkheid draagt voor een groep leerlingen en die voor de helft of meer van de 930 lesuren per schooljaar (deeltijders naar rato) les geeft. Daarnaast voegt MosaLira hier expliciet aan toe dat betrokkene positief beoordeeld dient te zijn. MosaLira kiest er, conform het landelijke beleid, vooralsnog voor geen functie leerkracht LC in het basisonderwijs te creëren. De sociale partners hebben uitsluitend voorbeeldfuncties LB voor het basisonderwijs en LC voor het speciaal (basis)onderwijs geformuleerd. Voor een functie leerkracht LC in het basisonderwijs dienen werkgevers dus zelf een functiebeschrijving te maken en deze te laten waarderen door een gecertificeerd fuwasys-expert op basis van FUWA PO (functiewaardering primair onderwijs). Ten aanzien van de voorbeeldfuncties hoeft dit niet. De waardering van functies is gebaseerd op de vereiste expertise, kennis en vaardigheden en op de mate van het dragen van verantwoordelijkheid en afbreukrisico bij het handelen voor de orga- 31 Ellen Lemmens bs. Petrus en Paulus Twee jaar geleden nam Ellen Lemmens de verrijkingsgroepen voor leerlingen van groep 4/5 en 6/7/8 over van haar helaas veel te vroeg overleden collega Ger. Als aandachtsfunctionaris meerbegaafdheid op basisschool Petrus en Paulus werd ze meteen in het diepe gegooid. “Het was absoluut geen eenvoudige opgave. Zeker, er was hulp van een deskundige van IE Quest, een orthopedagogisch bureau dat is gespecialiseerd in begaafdheidsproblematiek bij kinderen. Maar toch. Ik had echt het idee dat ik iedere keer weer het wiel moest uitvinden. Wat me echt geholpen heeft om mijn draai te vinden waren de thema-avonden van Ella Janssen die binnen MosaLira gespecialiseerd is in meer- en hoogbegaafdheidsproblematiek. Ze leert je hoe je moet omgaan met deze leerlingen. Met hun zelfbeeld, hun zelfvertrouwen, hoe je ze moet aanspreken op hun sterke kanten en hoe hun zwakkere kanten te verbeteren.” Met haar collega’s Lou en Veronique is een werkgroep gerealiseerd die zich oriënteert in de driehoek sociaalemotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling (leerstofaanbod) en de verwachtingen en ervaringen van de ouders. “Binnen onze school werken we heel concreet met verdiepen en verrijken. Verdiepen gebeurt in de klas waar meerbe- Verrijkingsgroepen voorzien in een onderwijsbehoefte. gaafde kinderen werken aan en met ander materiaal. Daarvoor zijn levelkisten aangeschaft. Die levelkisten zijn speciaal geschikt voor kinderen die meer uitdaging nodig hebben, de kisten bevatten dan ook verdiepend materiaal. Er wordt van de leerlingen een hoge mate van zelfstandigheid, planning en goede concentratie verwacht. Verrijken gebeurt buiten de klas in de verrijkingsgroep. Meerbegaafde kinderen bezoeken één middag in de week de verrijkingsgroep waar projectmatig wordt gewerkt”, legt Ellen uit. Voelen (hoog)begaafde kinderen zich beter als ze een verrijkingsgroep bezoeken? Hebben ze meer plezier op school, hoe is de relatie met de (verrijkingsgroep)leerkracht, voelen ze zich (beter) sociaal aanvaard? Kortom, zijn verrijkingsgroepen zinvol? “Absoluut”, zegt Ellen vol overtuiging. “Deze leerlingen zijn gekozen op grond van (Citotoets) resultaten, signalen van de ouders en bevindingen van de leerkracht in samenspraak met de intern begeleider.” De verrijkingsklassen kennen twee doelstellingen. Een sociaal doel: contact met ontwikkelingsgelijken en een cognitief doel: op een hoog niveau met elkaar werken. “Je bespeurt bij de kinderen dat ze de uitdagingen die van hen worden gevraagd in de verrijkingsgroep graag aangaan.” Ellen zou graag zien dat er meer tijd vrijgemaakt kan worden voor verrijkingsgroepen.“Die kinderen verdienen deze extra aandacht voor meer dan honderd procent” zegt ze. Komend schooljaar wil ze ook ouderavonden organiseren om het voortgangstraject duidelijk voor het voetlicht te brengen. “Ik ben nu twee jaar bezig en ik vind het heerlijk om te doen”, zegt ze bij het afscheid. Ik vind het fijn in de verrijkingsgroep. We werken goed samen, je hebt veel te doen en je verveelt je nooit. Als je goed meedoet is het heel erg leuk. Tom van Hooren 6 Personeel Wat me vooral opvalt is dat de verrijkingsgroep op deze school uiterst serieus wordt genomen. Het is hier echt een item. Een goede zaak, want deze kinderen hebben die extra aandacht écht nodig. De verrijkingsgroep voorziet in een behoefte. Een nauwe samenwerking tussen ouders en leerkrachten juich ik toe. Zeker als je aantoonbare resultaten wilt boeken. Els Bongers nisatie en individuen. Het uitgangspunt is dat de werkzaamheden van de leerkracht LB zowel qua niveau als complexiteit zich onderscheiden van die van de leerkracht LA. Om de LB functie op te waarderen en meer discriminerend te maken ten opzichte van de LA functie hebben de sociale partners in de beschrijving van de voorbeeldfunctie leerkracht LB de volgende onderdelen opgenomen: • een opleidingsniveau HBO+ door; relevante cursussen, master-classes, danwel HBO-masters; in aansluiting op de Kwaliteitsagenda primair onderwijs onder andere op de deelgebieden rekenen en taal, zorg en achterstand; • (mede)verantwoordelijkheid dragen voor de ontwikkeling, het uitdragen en verdedigen van het onderwijskundig beleid; • het signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en het hiervoor aanleveren van concepten. Volgens de landelijke afspraken zal in 2014 40% van de leerkrachten in het reguliere basisonderwijs in salarisschaal LB (in plaats van LA) beloond dienen te worden en 2% in schaal LC. Voor het speciaal (basis)onderwijs geldt dat in 2014 14% van de leerkrachten in salarisschaal LC (in plaats van LB) beloond wordt. Binnen MosaLira is afgesproken dat er (nog) geen functies leerkracht LC worden gecreëerd in het reguliere basisonderwijs. Het aantal LC-functies wordt budgettair neutraal omgeruild voor meer LB-functies. In 2010 heeft de invoering van de functiemix binnen MosaLira ondanks uitvoerige communicatie een zeer voorzichtige start gekend. Er zijn op 31 december 2010 acht leerkrachten in het regulier basisonderwijs benoemd in de functie van leerkracht LB (circa 1,5%) en nog geen personeelsleden in de functie van leerkracht LC in het speciaal (basis)onderwijs. In de aanloop naar de formatiebesprekingen voor schooljaar 2011-2012 heeft dit nadere aandacht nodig. Scholen zullen nadrukkelijk uitgenodigd worden hun onderwijskundig beleid een stevige impuls te geven door het aanstellen van excellente leerkrachten in een LB- of LC-functie. 33 Zelfstandig leren laat talenten ontluiken. Kim Duykaerts en Jean van Heusden bs. Markus Het enthousiasme spat er van af als Kim Duykaerts, leerkracht groep 3 basisschool Markus vertelt over de wijze waarop ze samen met Jean van Heusden, leerkracht groep 7, zelfstandig leren introduceerden binnen hun school. Kim, als jonge aanstormende leerkracht en Jean als gelouterde leraar maken gehakt van het cliché dat bevlogenheid voor je vak iets met leeftijd en ervaring van doen heeft. “Ik heb al een lange staat van dienst in het onderwijs en al veel gezien en meegemaakt maar ik kan nog steeds enthousiast worden over goede ideeën”, zegt Jean. Zo’n idee borrelde een tweetal jaren geleden op bij Kim. “Ik vroeg me af waarom het niet mogelijk zou zijn om op deze school de kinderen zelfstandig leren bij te brengen. Tot voor twee jaren werd hier erg klassikaal les gegeven. Waarschijnlijk heeft het te maken met de schoolpopulatie, die nogal wat zorgleerlingen kent. Maar nooit geschoten is altijd mis.” Samen met Jean ontwikkelde ze een concept en enthousiasmeerde andere leerkrachten. “We zijn in groep 3 en 4 gestart en inmiddels is zelfstandig leren in de hele school doorgedrongen. En het werkt”, legt Kim uit. “Door de leerkrachten op deze school is keihard gewerkt om van zelfstandig werken een succes te maken. Er is naar elkaar geluisterd, van elkaar geleerd, ruimte voor elkaar gecreëerd en geëvalueerd. Hier zijn echt bergen werk verzet.” Jean knikt instemmend. “Het is toch een andere benadering van je onderwijs. Dat vraagt om gewenning en tijd. Inmiddels zijn we zover dat we niet alleen bezig zijn met zelfstandig werken maar dat daar ook de factor zelfstandig verwerken aan is toegevoegd; gebruik maken dus van verrijkingstof.” “En heel belangrijk natuurlijk”, voegt Kim toe, “zijn de reacties van de kinderen. Ze zijn echt gemotiveerd om de uitdagingen aan te gaan. Ze maken bijvoorbeeld een eigen portfolio waar ze trots op zijn.” In het verlengde van die aandacht voor zelfstandig leren liggen de creamiddagen. “In vier periodes tijdens het schooljaar gaan we met de leerlingen van groep vijf tot en met acht klassendoorbrekend aan de slag met facetten van creativiteit”, aldus Jean. “We werken daarbij met de methode ‘Uit de kunst’. Voorlopig richten we ons op tekenen en handvaardigheid maar ik sluit niet uit dat we in de toekomst ook met andere kunstvormen aan de slag gaan. We bespeuren bij de presentaties van hun werkstukken dat kinderen en ouders het zonder meer waarderen dat we ook aan deze uitingen aandacht besteden.” Beau Delait 6 Personeel Mobiliteit en benoemingen Ik vind het fijn want dan kun je gewoon doorwerken zonder gestoord te worden en je kunt zelf plannen. MosaLira probeert steeds meer de beschikbare competenties van de huidige personeelsleden binnen de stichting beter te verdelen en mensen in te zetten op hun capaciteit en affiniteit. Leren van en met elkaar is hierbij van cruciaal belang. In dit kader zijn de volgende aspecten interessant: • Er zijn drie leerkrachten als ICT onderwijsexpert benoemd. Het doel hiervan is om de ‘versnippering’ van ICT taken binnen scholen op te heffen en het rendement van ICT voor de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Zelfstandig werken en samenwerken horen bij elkaar. Een kind dat zelfstandig werkt, betekent niet dat het in zijn eentje alles moet oplossen. De bedoeling is dat het kind zo min mogelijk een beroep doet op de leerkracht. Als kinderen goed samenwerken, kunnen ze zelfstandig werken. Twee weten meer dan één. • Er zijn twee leerkrachten binnen MosaLira gestart met de opleiding tot trainer Speelplezier. Omdat meerdere scholen van MosaLira gebruik maken van dit concept voor de groepen 1 t/m 3, heeft het aantoonbare meerwaarde om deze kennis in huis te halen en te borgen. Naar verwachting zullen de twee leerkrachten in 2011 gecertificeerd Trainer Speelplezier zijn. MosaLira ziet hierin tevens meerwaarde door het creëren van loopbaanperspectieven. • Er is een nieuwe lijst van vervangers vastgesteld, die voorrang krijgen bij benoemingen voor bepaalde tijd. Deze zogenaamde geprioriteerde vervangers zijn op meerdere scholen als zeer goed beoordeeld en worden beschouwd als ons kapitaal voor de toekomst. Het binden van jonge talentvolle leerkrachten door hen bij voorkeur langdurige vervangingen en andere tijdelijke werkzaamheden aan te bieden, heeft vaste vormen aangenomen binnen MosaLira. De geprioriteerde vervangers zijn zonder uitzondering (vrijwel) continu aan het werk. • In het kader van mobiliteit van personeelsleden tussen de scholen gingen in 2010 acht leerkrachten op basis van een interne sollicitatieoproep naar een andere school. Lenny Vermeulen Rechtspositionele zaken en andere belangrijke ontwikkelingen Op 1 maart 2010 is voor alle personeelsleden van MosaLira een collectief IPAP contract voor gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid afgesloten. Hiermee zijn alle personeelsleden, met uitzondering van de mensen die ziek waren op het moment dat dit collectieve contract werd afgesloten, verzekerd tegen de financiële gevolgen van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. De premie van deze verzekering wordt door MosaLira betaald. Daarnaast is MosaLira met ingang van 1 juli 2010 eigen risicodrager voor de financiële consequenties van de regelgeving Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Om (onder andere) het eigen risicodragerschap goed te kunnen invullen is in 2010 een start gemaakt met het optimaliseren van diverse human resources (HR) processen. Hierbij wordt MosaLira ondersteund door een externe dienstverlener. 35 Imke Houben en Sanne Creuéls Talentenschool Maastricht Een uitdaging voor leerling en leerkracht. Ik vind het super dat er voor mijn kind de kans is om ook iets leerzaams te doen na school. Wie met Imke Houben en Sanne Creuéls praat, weet één ding zeker: aan hun enthousiasme zal het niet liggen. Op de vraag hoe zij tegen de Talentenschool Maastricht aankijken, antwoorden ze met zinnen als: “Je moet flexibel zijn en vernieuwend denken.” “Het is een unieke kans.” Wat is dat eigenlijk, de Talentenschool Maastricht? Om te beginnen: het is geen apart gebouw. De Talentenschool Maastricht biedt extra kansen aan kinderen van 10 tot en met 14 jaar uit de Maastrichtse wijken Wittevrouwenveld, Wyckerpoort, Limmel en Nazareth. Dat gebeurt door de kinderen extra leertijd aan te bieden: vier uur extra doordeweeks, vier uur in het weekend en twee weken in de zomer. Het is op vrijwillige basis, maar toch: het is extra schooltijd. Hoe valt dat? Sanne Creuéls: “We gaan de klassen in en proberen de kinderen enthousiast te maken. Voor de ouders is het goed te weten dat de resultaten van de kinderen verbeteren en ze een beter toekomstperspectief krijgen.” Imke Houben: “Ik denk dat gemiddeld genomen elk kind van de aan de Talentenschool verbonden scholen ‘t Spoor en De Letterdoes wel een keer aan een onderdeel heeft deelgenomen.” Het doel van de Talentenschool Maastricht is heel helder: de onderwijsresultaten van de kinderen op het gebied van taal, rekenen en wereldoriëntatie verbeteren. De school is niet alleen bedoeld voor kinderen met een leerachterstand. Ook voor kinderen die geen achterstand hebben, biedt de Talentenschool extra uitdagingen zodat ze zich optimaal kunnen ontplooien. En Imke en Sanne zijn ervan overtuigd dat het werkt, dat het succes heeft. Nog even terugkomend op die uitdaging. De Talentenschool Maastricht ging van start in het schooljaar 2009-2010. Imke Houben: “We moesten het helemaal zelf invullen. Er werd tegen ons gezegd: ‘Hier is de subsidie, verleng de huidige onderwijstijden, zorg voor betere resultaten.’ We zijn in het diepe gegooid. We hebben onze programma’s ook meerdere keren aangepast en bijgesteld en doen dat nog steeds.” En dat maakt de Talentenschool Maastricht voor deze twee leerkrachten nou juist zo leuk. Sanne Creuéls: “Je moet flexibel zijn en vernieuwend denken.” Imke Houben: “Het is een unieke kans.” Allegonda Steffanie 6 Personeel Ziekteverzuim Het percentage ziekteverzuim bedroeg binnen MosaLira in 2010 5,87% tegen 5,95% in 2009. De verzuimbegeleiding binnen MosaLira is met name gericht op langdurig verzuim (langer dan zes weken). Hoewel dit vaak langdurige trajecten zijn, worden gerichte acties, zoals bijvoorbeeld coaching of arbeidsdeskundige onderzoeken, ingezet om terugkeer in de eigen functie mogelijk te maken. Daar waar dit niet meer mogelijk blijkt, worden zogenaamde ‘spoor 2’ (outplacement) trajecten uitgezet. Met betrekking tot kortdurend en middellang verzuim zijn in 2010 geen speciale projecten te melden. Hier wordt volstaan met de reguliere verzuimbegeleiding door de bedrijfsarts en de directeur, volgens het verzuimprotocol van MosaLira ‘gezond samen werken’. Ik vind het leuk en leerzaam. Ziekteverzuimpercentage, uitgesplitst naar leeftijd (in %) 2007 Jeremy Roumans 2008 2009 2010 20-24 2,10 1,62 1,12 1,00 25-34 6,45 4,02 4,23 3,14 35-44 6,31 4,10 3,51 4,57 45-54 4,37 4,96 6,50 7,46 55-65 7,56 5,95 8,17 6,95 Totaal 5,35 4,79 5,95 5,87 37 Renée Sondeijker Jan Baptist SO “Het winnen van de MosaLira Award 2010 geeft aan dat onze aanpak binnen het Auti cluster -waarbij we nog meer aansluiten bij de ontwikkelingen van onze leerlingen- op erkenning, vertrouwen en respect kan rekenen. Als A cluster zijn we blij met en trots op deze award”, zegt Renée Sondeijker, leerkracht A2 Autigroep Jan Baptist SO. Renée legt uit waar Auti cluster voor staat. “Binnen onze school functioneren drie groepen waarbinnen kinderen met een ASS (autisme spectrum stoornis) en verstandelijke beperking verblijven; de zogeheten autigroepen. Deze groepen zijn samengesteld om beter aan de diversiteit van hulpvragen te voldoen. Ruim drie jaar geleden zijn we gestart met de A2 auti-groep omdat de vraag naar plaatsing binnen de A1 groep te groot werd.” Gedreven, geïnspireerd, enthousiast en uitermate deskundig zijn de woorden die bij je naar boven komen als je met leerkrachten en directieleden van Jan Baptist spreekt. Die gedrevenheid uit zich onder meer in de bijzondere wijze waarop ze vorm en inhoud geven aan de individuele ontwikkeling van iedere leerling. “Onze leerlingen hebben naast een verstandelijke beperking ook Individuele ontwikkeling staat voorop autisme. Je begrijpt dat leren dan extra moeilijk is”, legt Renée uit. “Kant- en klare- methoden zijn niet voorhanden. Dus we zijn zelf aan de slag gegaan. De afgelopen tien jaren hebben we enorm veel (vrije) tijd en energie gestoken in het zelf bedenken, ontwikkelen en maken van lesonderdelen. Het is prachtig om te zien dat die inspanningen hun vruchten beginnen af te werpen. Vergeet niet dat het hier gaat om individuele handelingsplannen die zijn doorgesproken met de ouders en de bij de leerlingen betrokken disciplines. We hebben inmiddels meer dan duizend werkopdrachten gerealiseerd en daardoor de leerlingen op een hoger niveau gebracht. Inderdaad een memorabel aantal met aantoonbare resultaten dus zo verwonderlijk is het niet dat de MosaLira Award van dit jaar in de Jan Baptistschool prijkt. À propos. Hoe hebben jullie de geldprijs van vijfduizend euro verbonden aan de award besteed? Renée glundert. “We hebben een prachtige nieuwe film over het auti- cluster en ons werk kunnen realiseren. Zelf daarvoor het script geschreven, waarbij de regie in handen was van Jean Mommers. Samen met hem heb ik de montage gedaan. Van zes uur aan opnamen naar een film van twintig minuten. Het is echt een prachtige film geworden. De première voor de ouders hebben we inmiddels achter de rug en de film slaat aan bij studenten en bij gastlessen waarvoor we worden gevraagd. De film laat zien waar we mee bezig zijn en raakt mensen. En dat is precies waarvoor we hem hebben gemaakt. ” Het zou goed zijn als de rekenmeesters in Den Haag die zo hechten aan hun bezuinigingsdrift voor het speciaal onderwijs deze film eens bekijken. Krijgen ze misschien voortschrijdend inzicht.” Ik vind het hier leuk, ik ken alle juffrouwen. We doen samen met andere kinderen ook boodschappen, we koken en we eten alles op. Ook lezen en rekenen en taken maken in de werkhoek doe ik graag. Lars Vanempten 6 Personeel Op deze school is de aandacht die de kinderen krijgen hartverwarmend. Lars is nu 15 jaar en ik heb hem vanaf zijn zevende levensjaar vooruit zien gaan. Binnen de mogelijkheden die hier zijn proberen de leerkrachten de aanwezige Met betrekking tot de meldingsfrequentie is in volgende tabel te zien dat deze licht gedaald is. De meldingsfrequentie geeft aan hoe vaak ieder personeelslid zich gemiddeld per jaar ziek meldt. De cijfers zijn in lijn met de landelijke gemiddelden voor het primair onderwijs (1,18 in 2009) en het speciaal onderwijs (1,39 in 2009). De daling van het verzuimpercentage van de leeftijdsgroep 2534, statistisch gezien een aandachtsgroep, gaat samen met een daling van de meldingsfrequentie. Eind 2011 zal leeftijdsbewust personeelsbeleid binnen MosaLira meer inzicht moeten geven in de verhouding tussen belasting en belastbaarheid van personeelsleden in de diverse leeftijdsgroepen. Meldingsfrequentie, uitgesplitst naar leeftijd 2007 2008 2009 2010 20-24 1,38 1,15 0,64 0,89 25-34 1,38 1,38 1,37 1,18 individuele vaardigheden te ontwikkelen. 35-44 1,29 1,32 1,22 1,15 Ik heb daar groot respect voor. 45-54 1,06 1,17 1,19 1,05 55-65 1,01 1,00 1,15 1,03 Totaal 1,15 1,17 1,19 1,08 Linda Vanempten 39 Niet ‘aap, noot, mies’ maar ‘ijzer, goud, aluminium’ Miranda Vandenboorn bs. ‘t Spoor Marij Goessens bs. ‘t Spoor Wie veel woorden kent, kan goed Marij Goessens en Miranda Vandenboorn, leerkrachten van Basisschool ’t Spoor, zijn sinds december 2010 de woordenschatcoördinatoren van hun school. Dat zit zo. Vorig schooljaar introduceerden vier basisscholen – ’t Spoor, De Letterdoes, De Schans en Het Mozaïek – “Met Woorden in de Weer”. “Met Woorden in de Weer” is een methodiek om de woordenschat van basisschoolleerlingen te vergroten. Dat gebeurt door leerlingen van groep één tot en met acht op dezelfde manier dagelijks een woordcluster van twee of drie woorden aan te leren. Een woordcluster is een groep van woorden die met elkaar in verband staan. ‘Weven, breien, haken’, bijvoorbeeld, of ‘ijzer, goud, aluminium’. Het streven is om kinderen zo vijf dagen per week nieuwe woorden aan te leren. Marij Goessens: “Die woorden komen niet uit een apart boek, ze worden gehaald uit de lessen en andere gebeurtenissen die zich op die dag voordoen. Je zoekt als leerkracht naar woorden die nodig zijn om de les te kunnen begrijpen. Voordat je bijvoorbeeld met de aardrijkskundeles begint, ga je eerst de woorden aanleren die nodig zijn om die les te begrijpen.” Miranda Vandenboorn: “Je gebruikt de methodiek bij alle vakken, en alle woordsoorten komen aan bod – niet alleen zelfstandige naamwoorden.” Wat is de rol van woordenschatcoördinator in dit geheel? Een woordenschatcoördinator – het woord zegt het al – coördineert het geheel, houdt de rode draad in de gaten. Houdt de spirit erin, houdt het levend. Juist omdat het geen methode is die op het rooster staat, maar een methodiek die overal tussendoor toegepast moet worden, is dat extra belangrijk. Marij en Miranda leggen ook een portfolio aan van de school: waar is de school begonnen, waar staat ze nu, waar werkt ze naartoe? Als tastbaar resultaat van alle inspanningen is nu in elke klas een ‘woordmuur’ te vinden. Daarop hangen de woorden die de kinderen geleerd hebben. Dat heeft een duidelijke functie: woorden alleen aanbieden is niet voldoende, ze moeten levend gehouden worden, ‘geconsolideerd’ heet dat. Miranda en Marij vinden het inspirerend om op deze manier met woorden in de weer te zijn. “Je ziet dat het effect heeft, je ziet dat de kinderen de woorden gaan gebruiken.” communiceren en heeft veel meer kennis en toegang tot het vergaren van nog meer kennis. Maurice Bastings 7 Huisvesting De woorden zijn soms moeilijk, maar omdat we spelletjes ermee doen worden ze gemakkelijk. MosaLira streeft ernaar van haar scholen zogenaamde kindcentra te maken. In het ultieme plaatje betekent dit voor ons dat in alle schoolgebouwen van MosaLira ouders en kinderen een volledig en volwaardig aanbod kunnen vinden ten aanzien van onderwijs, peuterspeelzaalwerk en buitenschoolse opvang. Volgens de huidige wetgeving is de gemeente economisch eigenaar van alle schoolgebouwen en het schoolbestuur juridisch eigenaar. Dit betekent onder andere dat de gemeente het recht op levering heeft (dus als het schoolbestuur het gebouw verlaat, moet het juridische eigendom terug naar de gemeente) en de plicht voor groot (vervangend) onderhoud. Daarnaast komen ook verbouwingen vanwege onderwijskundige redenen of het aanbrengen van klimatologische voorzieningen voor rekening van de gemeente. Het schoolbestuur is als juridisch eigenaar verantwoordelijk voor de exploitatiekosten en het kleine dagelijkse onderhoud van de gebouwen. Door deze constructie zijn wij als schoolbestuur zeer afhankelijk van de gemeente bij de uitvoering van onze plannen met betrekking tot de kindcentra en het realiseren van een gezond binnenklimaat voor onze personeelsleden en leerlingen. In 2008 en 2009 zijn besprekingen geweest met de gemeente over de doordecentralisatie van het onroerend goed, maar helaas bleek dit binnen de gemeente Maastricht nog een brug te ver. In 2009 heeft de rijksoverheid de “Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs” in het leven geroepen. Voor deze regeling was landelijk een bedrag van € 97,3 mln. beschikbaar. Voor de gemeente Maastricht heeft dit in 2010 een subsidiebedrag van k€ 539 opgeleverd. In de regeling is een co-financieringsconstructie van 40% van toepassing. Hierdoor konden meer schoolgebouwen aangepakt worden en zou de financiële stimulans voor de bouwsector nog verder worden vergroot. De gemeente Maastricht had echter in haar begroting 2010 geen rekening gehouden met deze regeling en dus was al in een vroegtijdig stadium bekend dat uitsluitend de schoolbesturen voor de nodige cofinanciering moesten zorgen. De mogelijkheden werden daardoor aanzienlijk beperkt aangezien schoolbesturen alleen mogen meefinancieren als het geld gebruikt wordt voor voorzieningen die binnen de geldende wettelijke kaders vallen en behoren tot het takenpakket c.q. de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur op het terrein van de materiële instandhouding, dus bijvoorbeeld vervangen van conventionele centrale verwarmingsketels, aanbrengen van thermostatische radiatorkranen, vervangen van TL-armaturen en aanbrengen van daglichtregeling. Maatregelen ter verbetering van het binnenklimaat en de luchtkwaliteit, zoals ventilatiesystemen, dubbel glas en isolaties, kunnen uitsluitend met (co)financiering van de gemeente uitgevoerd worden. In totaliteit is uiteindelijk binnen scholen van MosaLira een bedrag van k€ 580 aan investeringen begroot. De uitvoering zal grotendeels in 2011 plaatsvinden. Voor MosaLira worden hieronder de belangrijkste huisvestingsprojecten van 2010 genoemd. JF Kennedy Milan Bastings Vanaf januari 2010 is de sterke groei van het leerlingenaantal opgevangen door twee extra lokalen op de speelplaats te plaatsen. Vanaf begin schooljaar 2010-2011 is het nabijgelegen gebouw van 41 De kieskast is onmisbaar bij zelfstandig werken. Kristel Janssen en Marije Klein Middelink Bs. Sint Pieter “We hebben in alle hoeken en gaten van de schoolzolder gezocht naar materialen voor onze kieskast. En niet tevergeefs want we hebben allerlei bruikbare leermiddelen aangetroffen”, vertellen Kristel Janssen, leerkracht groep 4 en Marije Klein Middelink, leerkracht groep 3 glimlachend. Een kieskast? Ze begrijpen dat ze iets uit te leggen hebben. “Een kieskast moet je niet los zien van zelfstandig werken en zelfstandig kunnen leren. Binnen basisschool Sint Pieter hebben wij de aanzet gegeven om zelfstandig werken een vaste plaats te geven binnen ons onderwijs. We zijn daarmee begonnen in groep 3 en 4 en hebben het implementatieproces samen met de leerkrachten vervolgens uitgebreid naar de overige groepen. Een belangrijke voorwaarde om zelfstandig werken een vaste plaats binnen de schoolorganisatie te geven is dat alle betrokkenen gemotiveerd moeten zijn om in een doorgaande lijn met zelfstandig werken aan de slag te gaan. Samenwerken en leren met collega’s is belangrijk. Het moet een teamactiviteit zijn.” Bij zelfstandig werken zijn leerlingen niet steeds afhankelijk van de leraar. Hij hoeft niet steeds overal bij te zijn. De leerling hoeft niet meer voor elk wissewasje naar de leerkracht te stappen. Het kind heeft geleerd problemen zelfstandig op te lossen. “Bij zelfstandig werken houd je rekening met verschillen tussen kinderen. Je leert ze goed samenwerken aan opdrachten. Het is voor hun ontwikkeling tot zelfstandige personen belangrijk dat ze in een rijke leeromgeving zelf mogen bepalen op welke wijze ze iets willen leren”, constateren de bevlogen leerkrachten. Terug naar de kieskast. “Een kieskast is een open kast in of in de buurt van de klas, gevuld met allerlei leermiddelen: lesmaterialen, attributen, opdrachten, spellen, etc. Het zijn toegevoegde leermiddelen die je inzet als aanvulling op de basisstof en de extra stof uit de methode. Zoals gezegd, op onze zoektocht naar geschikte materialen hebben we heel wat (vrije) tijd besteed aan het doorzoeken van dozen met oude, maar wel nog bruikbare leermiddelen. In groep 3 en 4 kiezen wij wat voor de kinderen geschikt is, soms mogen ze ook zelf kiezen. Afhankelijk van de groep waarin de kinderen zitten maakt de kieskast het ook mogelijk dat kinderen zelf doelen stellen, werk kiezen en plannen. Ze leren van keuzetaken, zonder directe begeleiding van de leerkracht. Het is dus wel belangrijk dat je samen met je collega’s werkt aan een overzichtelijke ordening van de kieskast. Als kinderen gewend zijn aan zelfstandig werken komt er voor de leerkracht tijd en ruimte vrij om zorgleerlingen individueel beter te begeleiden. Zo snijdt het mes aan twee kanten”, besluiten Kristel en Marije. Werkbladen vind ik leuk, dat je moet kiezen uit zon of zoon. Dirk Messing 7 Huisvesting stichting Gepetto (de onroerend goed rechtspersoon van kinderopvangorganisatie Pinokkio) in gebruik genomen als uitbreiding voor de school voor minimaal 5 jaren. De gemeente betaalt de kosten. In overleg met de gemeente en andere betrokken partijen wordt ondertussen gewerkt aan een plan voor de structurele huisvesting van het kindcentrum Belfort, waarbinnen ook ruimte blijft voor peuterspeelzaalwerk en buitenschoolse opvang. Sint Oda Ik vind dat zelfstandig werken en zelfstandig leren hoort bij deze tijd. Maar soms bekruipt me wel eens het gevoel dat het accent wel erg op deze vorm van onderwijs ligt. Ik vind reguliere kennisoverdracht ook belangrijk. In oktober 2010 is de verbouwing van het schoolgebouw gestart. Er is gekozen om in plaats van extra vierkante meters te kiezen voor een totale renovatie van de onderwijsruimtes, zodat deze weer volledig passen bij de toekomstvisie van de school op onderwijs voor de kinderen van deze tijd. De oplevering van de school zal plaatsvinden in januari 2011, waarna in een ander deel van het schoolgebouw de verbouwing van de kantoorruimtes van MosaLira start ten behoeve van de inhuizing van het bestuursbureau van STEPS. De gezamenlijke huisvesting zal door STEPS en MosaLira naar verwachting uiterlijk april 2011 betrokken worden. Het Mozaïek De huisvestingsaanvraag voor Het Mozaïek is goedgekeurd door de gemeenteraad. Ook op de aanvraag voor een landelijke subsidie ten behoeve van het inpandig halen van de peuterspeelzaal is reeds in 2009 een positieve reactie ontvangen. Plannen konden echter nog niet in uitvoering genomen kunnen worden, vanwege aanvullende vragen en opmerkingen vanuit de welstandscommissie naar aanleiding van de aanvraag voor een bouwvergunning. ’t Spoor Naar verwachting zal in 2013 een nieuw kindcentrum gebouwd worden ergens tussen de wijken Nazareth en Limmel. De beoogde locatie is inmiddels bekend en samen met een externe adviseur is inmiddels een eerste plan van eisen gemaakt. De voortgang stagneert echter, omdat er nog steeds geen duidelijkheid is over wat er met de hoogspanningsmasten in de omgeving gaat gebeuren. Jan Baptist (V)SO De SO afdeling van de Jan Baptist school is nog steeds in afwachting van de locatie voor de door de gemeente toegezegde nieuwbouw. In het stedelijk huisvestingsplan is nieuwbouw voor deze school voorzien in 2013. Het VSO heeft in het eigen gebouw in 2010 de praktijkruimten volledig nieuw ingericht. Met subsidie van de gemeente is er onder andere een geheel nieuwe bedrijfskeuken geplaatst. Mevrouw Messing 43 Jennifer van Duurling John F. Kennedy Vertrouwen op eigen waarneming en gevoel Het is fijn om te zien dat kinderen zich goed ontwikkelen bij zo’n betrokken en gemotiveerde leerkracht als Jennifer. Leerkracht zijn van groep 8 vergt naast de nodige kennis ook empathisch vermogen en dat heeft Jennifer. Nadat Jennifer van Duurling was afgestudeerd, werkte ze drie jaar als leerkracht bij Montessori Binnenstad. Twee jaar geleden kreeg ze een vaste klas, groep 8, op basisschool John F. Kennedy: “Op andere scholen zie je steeds vaker Montessori-invloeden terugkomen, met name het zelfstandig werken in de vorm van de weektaak. We zien dat die planningsvaardigheden de kinderen straks veel voordeel opleveren als ze naar de middelbare school gaan. Op John F. Kennedy doen we dat in de vorm van een ‘moetjes-lijst’ en ‘plusjes-lijst’. De moetjeslijst spreekt voor zich. Zijn de leerlingen daar klaar mee, dan kunnen ze verder met de optionele plusjeslijst. Ik merk dat de leerlingen die eigen ruimte fijn vinden en tegelijkertijd laat het mij als leerkracht meer tijd voor diegenen die wat extra hulp nodig hebben.” Was het niet imponerend om eigenlijk zo jong al meteen groep 8 toegewezen te krijgen? “Ik merk dat sommige leerkrachten dat inderdaad zelf zo zouden ervaren, maar ik vind het een hele fijne leeftijdsgroep om mee te werken, want je kunt veel meer dingen met ze bespre- ken, bijvoorbeeld wat er in de wereld gebeurt. Wat ik het eerste jaar wel spannend vond, was het schooladvies, vooral omdat je weet dat ouders daar teleurgesteld over kunnen raken. Een collega-leerkracht heeft me als het ware als coach begeleid en de belangrijkste input die ik van haar kreeg was dat ik vooral moest durven te vertrouwen op mijn eigen waarneming en gevoel. De komende jaren is het interessant om te zien in de terugkoppeling van de middelbare scholen of mijn adviezen in de juiste richting waren. Na de Cito-toets in mei gaan we hier op school trouwens gewoon door met het reguliere lesprogramma, weliswaar met wat meer luchtige onderdelen, maar niettemin hebben we gemerkt dat het de overgang naar de middelbare school ten goede komt. De leerlingen hebben anders beduidend meer moeite om na de vakantie het schoolritme weer op te pakken.” De minister van onderwijs, Marja van Bijsterveld, is van plan de nuttige besteding van de laatste maanden het komend jaar landelijk verplicht te stellen. Jacqueline Albert 8 Financiën Onderstaand een toelichting op en analyse van de financiële situatie van MosaLira. Aangezien financiën op balansdatum een momentopname betreft en sturing plaats dient te vinden over jaren heen is ook de trendontwikkeling van de verhoudingscijfers inzichtelijk gemaakt. Weerstandsvermogen De indicator weerstandsvermogen geeft aan in hoeverre een organisatie een tekort in de exploitatie kan dekken met opgebouwde reserves. Het geeft dus inzicht in de capaciteit om onvoorziene tegenvallers in de exploitatie op te vangen. Het weerstandsvermogen wordt uitgedrukt als een percentage van de jaarlijkse rijksbijdragen. Bij een goede kostenbeheersing hoeft een afname van de rijksbijdrage slechts tijdelijk opgevangen te worden ten laste van het eigen vermogen c.q. de reserves. Een eenduidige norm is niet aan te geven, maar de minimale hoogte zou volgens het ministerie van OCW 15% moeten zijn. De volgende factoren bepalen echter de noodzakelijke of gewenste omvang van het weerstandsvermogen. Juf Jennifer is the best! • Het aantal scholen: hoe meer scholen bij een bestuur zijn aangesloten, hoe groter de mogelijkheid tot interne risico spreiding. • De omvang van het bestuur: hoe groter de omvang, hoe meer flexibiliteit in de kostenstructuur mogelijk is door mobiliteit van personeel. • De kostenbeheersing: hoe beter de planning en control cyclus functioneert, hoe sneller maatregelen genomen kunnen worden. Weerstandsvermogen: (eigen vermogen -/- materiële vaste activa) / totale rijksbijdragen x 100% Eva Albert 2010 14.5% 2009 12.2% 2008 14.4% 2007 20.1% 2006 21.7% Doordat er meer dan 20 scholen bij het bestuur zijn aangesloten bestaan er voldoende mogelijkheden tot risicospreiding. Tevens heeft MosaLira in haar meerjaren beleid arbeidsmobiliteit hoog op de agenda staan en dat heeft een positief effect op de flexibiliteit in de kostenstructuur. Door een verdere verbetering van de bedrijfsvoering is de organisatie beter in control, waardoor de kans op onverwachte financiële tegenvallers kleiner wordt. 45 Marja Bruijnzeels en Iris den Ridder bs. Sint Oda Een eigen leerplein. “We zijn hartstikke trots op onze nieuwe leerpleinen’’, vertellen onderbouwcoördinator/groepsleerkracht 1/2 Marja Bruijnzeels en bovenbouwcoördinator Iris den Ridder. “Het werkt nog beter dan we van te voren hadden gehoopt. Het leerplein in de onderbouw is onze eigen vertaling van de Speelplezier-methodiek naar de praktijk. De verbouwing van het pand hebben we aangegrepen om een gemeenschappelijk binnenplein te creëren, waar de drie kleutergroepen omheen zijn gebouwd. Via grote transparante schuifpuien is er een drempelloze overgang gecreëerd tussen de lokalen en het plein. De onderbouw is één groot geheel geworden, wat voor meer saamhorigheid heeft gezorgd, zowel bij de kinderen als bij ons. Er zijn nog wel momenten dat de kinderen in de eigen klas bezig zijn, maar een groter deel van de tijd verblijven ze op het leerplein: met alle kleuters en juffen tegelijk. Elke leerkracht kan nu elk kind in de onderbouw troosten of corrigeren; ze zijn met ons allen even vertrouwd geraakt.” “De methodiek Speelplezier is gebaseerd op speelhoeken en op het leerplein kunnen we daar een diepere dimensie aan geven door te spelen met groepssamenstellingen. In de ene hoek mag je met je eigen vriendjes gaan werken, maar in de bouwhoek bijvoorbeeld, komen telkens drie kinderen samen, elk uit een andere groep. Soms wel spannend, ze moeten meer voor zichzelf opkomen, maar nog veel vaker krijgen ze nieuwe inzichten én nieuwe vriendjes, kinderen die ze voorheen misschien links hadden laten liggen. Ook extra taalondersteuning gebeurt op het plein, maar de kinderen die daar aan deelnemen vormen nu één van de vele groepjes die met een juf aan het werk zijn. Dat valt veel minder op dan toen ze nog uit de klas gehaald moesten worden en leidt dus indirect tot minder stigmatisering. Dan hebben we het nog niet eens over de vele praktische voordelen. Vervanging van een collega wordt gemakkelijker. En dat spannende overgangsmoment naar groep 3 wordt naar verwachting iets minder ingrijpend, omdat iedereen elkaar allang kent. De middenbouw heeft eveneens een eigen leerplein, zij het met meer werktafels, omdat daar nu eenmaal meer schriftelijk gewerkt wordt. In de bovenbouw is een leerstraat aangelegd. De deuren van de lokalen staan open, om ook hier uitwisseling tot stand te kunnen brengen. Maar ook de muren tussen de lokalen zijn voor een groot deel vervangen door diezelfde glazen schuifpuien, waardoor we weer sub-leerpleintjes kunnen bouwen.” Collega’s uit de regio en verder komen bij Sint Oda al hun licht opsteken hoe ze de succesvolle aanpak van deze school naar hun eigen werksituatie kunnen overdragen. Iedereen kan op het leerplein samen spelen met alle kinderen uit de andere groepen. Dan heb je héél véél vrienden. Birk Buursink 8 Financiën Liquiditeit Een liquiditeitsratio (current ratio) is een indicator die aangeeft of een organisatie voldoende liquide middelen beschikbaar heeft om aan de direct opeisbare betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. Dit illustreert dus het vermogen van een organisatie om crediteuren tijdig (op korte termijn) te kunnen betalen. Het gebouw is prachtig geworden, ruim, Het gebouw is prachtig ruim, open, open, kleurijk en licht geworden, en biedt nóg meer kleurrijk en licht en biedt nóg meer mogelimogelijkheden voor goed én vernieuwend jkheden voor goed én vernieuwend onderwijs. onderwijs. En dat vinden wij als ouders En dat vinden wij als ouders natuurlijk ook een natuurlijk ook een enorm pluspunt. enorm pluspunt. Current ratio: (kortlopende vorderingen + liquide middelen) / kortlopende schulden 2010 1.32 2009 1.09 2008 1.07 2007 1.06 2006 0.99 Catelijne Buursink Catelijne Buursink De liquiditeit van MosaLira bevindt zich voor het eerst in vijf jaren boven de landelijke norm van 1,20. Dit komt doordat in 2010 een deel van de liquide middelen van MosaLira onttrokken is aan de stichting Vermogensbeheer (zie hoofdstuk 9). Naar verwachting zal in 2011 de stichting Vermogensbeheer, die reeds in liquidatie is, volledig opgeheven worden, waardoor MosaLira haar resterende deel van de liquide middelen en beleggingen uit deze stichting retour zal krijgen. Dit heeft dan een gunstig effect op de liquiditeitspositie van MosaLira. Solvabiliteit De solvabiliteit is een graadmeter voor de financiële onafhankelijkheid van een organisatie en geeft aan of de organisatie aan haar financiële verplichtingen richting haar schuldeisers kan voldoen. Bij onderwijsorganisaties worden doorgaans twee solvabiliteitsratio’s gebruikt. Het verschil tussen de ratio’s wordt veroorzaakt door de voorzieningen. Binnen MosaLira zijn er slechts de verplichte voorzieningen voor groot onderhoud en jubilea. Met ingang van 1 januari 2010 is het vormen van een voorziening voor de BAPO verplichtingen niet langer toegestaan. De voorziening voor BAPO is daarom in 2010 vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen. In 2010 worden de werkelijke kosten met betrekking tot het opnemen van BAPO verlof door medewerkers direct in de exploitatie opgenomen. Ook de voorziening inzake ouderschapsverlof is in 2010 vrijgevallen ten gunste van het resultaat. 47 Solvabiliteit 1: eigen vermogen / totaal vermogen x 100% Solvabiliteit 2: (eigen vermogen + voorzieningen) / totaal vermogen x 100% 1 2 2010 48% 57% 2009 42% 54% 2008 47% 60% 2007 51% 68% 2006 53% 71% De solvabiliteit van MosaLira is beter dan de landelijke normen van 30% en 50%. Kapitalisatiefactor De kapitalisatiefactor heeft als functie te signaleren of het beschikbare kapitaal efficiënt benut wordt en geeft de verhouding weer tussen het geïnvesteerd vermogen en de gerealiseerde omzet. Kapitalisatiefactor: balanstotaal / totale baten x 100% 2010 40% 2009 40% 2008 40% 2007 43% 2006 43% getoetst en mogelijk moet worden gedifferentieerd naar kenmerken zoals het soort onderwijs, grootte van de instelling en onderwijskundige aanpak. Waar het kengetal weerstandsvermogen het eigen vermogen centraal stelt, stelt de kapitalisatiefactor de totale behoefte aan kapitaal centraal. Publieke organisaties als onderwijsinstellingen zijn economisch zelfstandig indien zij hun eigen inkomsten genereren. De continuïteit van instellingen in het primair onderwijs op lange termijn wordt vooral bepaald door de jaarlijkse rijksbijdrage. Met andere woorden de economische zelfstandigheid is klein. Naarmate de economische zelfstandigheid kleiner is, verliest het kengetal weerstandsvermogen aan betekenis. De commissie Don stelt dan ook voor het begrip weerstandsvermogen niet meer te gebruiken en in plaats daarvan de ondergrens aan de solvabiliteit (30%) en een bovengrens aan de kapitalisatiefactor te hanteren (35%). De ontwikkeling van de kapitalisatiefactor van MosaLira over de afgelopen vijf jaar laat zien dat het beschikbare kapitaal volgens de redenatie van de commissie Don efficiënter wordt benut. Rentabiliteit Rentabiliteit heeft betrekking op het rendement en geeft aan of er sprake is van een positief dan wel negatief bedrijfsresultaat uit gewone bedrijfsvoering in relatie tot de totale baten. Rentabiliteit: exploitatie resultaat uit gewone bedrijfsvoering / totale baten x 100% Volgens het rapport van de commissie Don (Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen) dient de kapitalisatiefactor minder dan 35% te zijn. Op dit moment komt het merendeel van de instellingen in het primair onderwijs uit boven de signaleringsgrens van 35%. Deze kwantificering is gebaseerd op een eerste benadering die nog in de praktijk moet worden 48 2010 -/- 0.2% 2009 -/- 1.2% 2008 -/- 1.9% 2007 -/- 0.9% 2006 -/- 0.9% Een toelichting hierop is te vinden in het vervolg van deze paragraaf. 8 Financiën Gang van zaken gedurende het verslagjaar Beschouwing resultaat MosaLira sluit 2010 af met een klein negatief exploitatieresultaat van k€ 57,3. Scholen hebben nadrukkelijk de opdracht te investeren in de kwaliteit van het onderwijs. Inzet van reserves is uitsluitend toegestaan voor het opvangen van onverwachte financiële tegenvallers of het bekostigen van incidentele impulsen in personeel of materieel ter verbetering van het onderwijs. Er zijn bestemmingsreserves voor personeel, OLP, ICT en meubilair. De financiële positie van MosaLira blijft gezond en wij delen de maatschappelijke visie dat de ontvangen middelen niet bedoeld zijn om op te potten. uit het samenwerkingsverband Weer Samen Naar School ter dekking van de salariskosten van personeel in dienst van MosaLira die gedetacheerd zijn naar WSNS, k€ 165 als huur met betrekking tot verhuurde ruimtes binnen schoolgebouwen aan derden en k€ 1.083 als (ouder)bijdrage voor niet subsidiabele activiteiten (waarvan het grootste deel van de ouders van leerlingen van UWCM). Tenslotte is in 2010 de exploitatie voor een bedrag van k€ 116 positief beïnvloed door de vrijval van de voorziening ouderschapsverlof. Voortaan komen de kosten voor ouderschapsverlof rechtstreeks ten laste van de exploitatie. In totaliteit vormen de overige opbrengsten 13% van de totale opbrengsten van MosaLira. Beschouwing kosten Beschouwing opbrengsten Personeel De totale opbrengsten van MosaLira bedragen in 2010 k€ 32.894. Ten opzichte van het jaar 2009 is dit een stijging van 0,4%. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de stijging het resultaat is van een dalend volume en stijgend prijspeil. De opbrengsten van MosaLira bestaan voor het grootste deel (87%) uit de bijdrage van de rijksoverheid. In 2010 was dit een bedrag van k€ 28.569. De hoogte van de rijksbijdrage is sterk afhankelijk van het leerlingenaantal in het voorgaande schooljaar (peildatum 1 oktober). Dit betekent dat een wijziging in het leerlingenaantal met een vertraging van één jaar doorwerkt in het beschikbare budget. De overige overheidsbijdragen bestaan uit de vergoedingen van de gemeente voor het gebruik van de gymzalen (k€ 61) en de inkoop van schoolbegeleiding (k€ 180). Daarnaast komen de kapitaallasten en het groot vervangend onderhoud van de gebouwen voor rekening van de gemeente als economisch eigenaar. MosaLira krijgt slechts geld van de rijksoverheid voor het reguliere onderhoud en de exploitatie van de gebouwen. De overige baten worden gevormd door een bedrag van k€ 1.094 als vergoeding van salariskosten van vervangers vanuit het Vervangingsfonds (dit is budgetneutraal omdat hiertegenover ook kosten staan), k€ 1.303 als overheveling van middelen Het aandeel van de personele lasten binnen MosaLira uitgedrukt als aandeel van de totale lasten is te vinden in de onderstaande tabel. Personeelslasten: personele lasten / totale lasten x 100% 2010 85.0% 2009 84.1% 2008 83.5% 2007 83.0% 2006 84.6% Het aandeel van de ontvangen bijdragen en subsidies dat wordt besteed aan personele lasten is vrijwel constant en wijkt in vergelijking met andere besturen in het primair onderwijs (85%) niet bijzonder af. In 2010 bedroegen de totale personele lasten k€ 28.408. In de onderstaande tabel is de specificatie weergegeven. 49 Kosten personeel Directie k€ 2.142 7,5% Onderwijzend k€ 19.988 70,4% Onderwijs ondersteunend k€ 2.115 7,4% Overig personeel k€ 753 2,7% Vervanging k€ 1.094 3,8% Scholing k€ 340 1,2% Overig k€ 1.976 7,0% Totaal k€ 28.408 100% De salariskosten van het onderwijzend personeel zijn uiteraard de grootste kostenpost voor MosaLira. Dit is een bedrag van k€ 19.988. MosaLira heeft gemiddeld in 2010 357 fte aan onderwijzend personeel in dienst. Dit betekent dat de gemiddelde salariskosten per fte circa k€ 56 per jaar bedragen. De overige lonen en salarissen, een bedrag van k€ 753, hebben voornamelijk betrekking op de salariskosten van de ICT coördinator, leerkrachten in opleiding (LIO-ers), loonkosten van twee interim-directeuren, ouderschapsverlof, herintreders en eventuele toelagen. De salariskosten van de vervangers (k€ 1.094) worden gedekt door het Vervangingsfonds. Dit geldt indien het afwezige personeelslid verzekerd is bij het Vervangingsfonds en de afwezigheidsgrond behoort tot de dekking. Een grote post in de overige personeelskosten blijven de kosten ten behoeve van de BAPO regeling, in 2010 k€ 766. Een andere grote post is de dotatie van k€ 464 aan de voorziening inzake jubilea. Er heeft eenmalig een extra dotatie plaatsgevonden, waardoor de voorziening ultimo 2010 de wettelijk vereiste omvang heeft. Afschrijvingen De afschrijvingskosten zijn in 2010 gedaald naar k€ 548 (- 16%). Dit wordt veroorzaakt doordat de initieel geactiveer- 50 de inventaris inmiddels vrijwel volledig afgeschreven is. In 2009 bedroeg de afschrijving op de initiële activa nog k€ 318 en in 2010 nog slechts k€ 60. Deze afschrijvingen worden gedekt door een even grote vrijval uit de bestemmingsreserve. Door investeringen nemen vooral de afschrijvingskosten op ICT toe, van k€ 260 naar k€ 314. De investeringsplanning laat zien dat deze ontwikkeling de komende jaren doorzet. De omvang van de bestemmingsreserve ICT laat dit ook toe. De investeringen worden op basis van een goedgekeurde meerjaren investeringsbegroting gerealiseerd. Gezien de ontwikkeling van het leerlingenaantal en de goede kwaliteit van het aanwezige meubilair blijven de investeringen in inventaris op bestuursniveau in principe bevroren. Huisvesting De huisvestingslasten zijn ten opzichte van 2009 gedaald met 9%. Dit wordt vooral veroorzaakt door de kosten preventief onderhoud, die in 2010 k€ 160 lager zijn dan in 2009. Er was in 2009 sprake van incidenteel hogere kosten door de nieuwe huisvesting voor Jan Baptist en UWCM. De kosten voor het periodieke onderhoud worden ten laste van de voorziening groot onderhoud gebracht. De dotatie aan de voorziening bedraagt jaarlijks, conform financieel beleid, 70% van de materiële vergoeding voor onderhoud die scholen in hun bekostiging ontvangen. Het andere deel kunnen scholen zelf gebruiken voor de dekking van het dagelijkse preventieve onderhoud. In 2010 bedroeg de dotatie voor het periodieke onderhoud k€ 342 en waren de werkelijke kosten k€ 145. Overige instellingslasten De overige instellingslasten bestaan voor het grootste deel uit de kosten van het administratiekantoor. Dit betreft zowel de salaris- en personeelsadminsitratie als ook de financiële administratie. Het beleid van MosaLira is erop gericht deze kosten verder terug te dringen. Er zijn in 2010 extra kosten gemaakt om per 1 januari 2011 de financiele administratie in 8 Financiën eigen beheer te kunnen gaan uitvoeren. Vanaf 2011 zal dit echter tot een structurele kostenbesparing leiden. Leermiddelen De kosten voor de duurzame leermiddelen zijn in 2010 vrijwel gelijk aan 2009. Investeren in onderwijs en vooral in leermiddelen blijft een speerpunt van MosaLira. De aanschafkosten van leermethoden worden bij MosaLira direct ten laste van de exploitatie gebracht, terwijl deze methoden normaliter enkele jaren gebruikt worden. De ontwikkeling van de school en leerlingen vraagt echter soms eerdere vervanging en door de gehanteerde systematiek wordt het moment van vervanging niet of in ieder geval minder bepaald door een gehanteerde afschrijvingstermijn. Financieel resultaat Het financieel resultaat is in 2010 k€ 467 positief. Dit bedrag wordt gevormd door reguliere structurele beleggingsopbrengsten van k€ 317 en een ongerealiseerde koerswinst van k€ 150 op de beleggingsportefeuille binnen de stichting Vermogensbeheer (zie ook hoofdstuk 9). Investeringsbeleid Er wordt gewerkt met een meerjaren investeringsplan. Volgens de richtlijnen van de jaarverslaggeving dienen de investeringen in meubilair en ICT geactiveerd te worden op de balans. In 2010 is voor een bedrag van k€ 279 geïnvesteerd in inventaris en apparatuur en is k€ 458 (inclusief initiële activa) afgeschreven. ting United World College Maastricht (UWCM) de ledenvergadering. De coöperatie heeft onder andere ten doel het exploiteren, bouwen, onderhouden, (ver)huren, (ver)kopen en in stand houden van gebouwen welke geschikt zijn voor het geven en coördineren van onderwijs, het in stand houden van een campus en het (doen) organiseren en coördineren van de onderwijs- en beheerorganisatie in brede zin ten behoeve van het UWCM en het faciliteren ten behoeve van onderwijs, het verlenen van organisatorische ondersteuning op de door de coöperatie in stand gehouden campus alsmede het (doen verzorgen van) de feitelijke uitoefening van de schoolleiding ten behoeve van het UWCM. De leden van de coöperatie zijn verplicht om een deelnemersovereenkomst met de coöperatie aan te gaan. In deze overeenkomst worden alle onderlinge afspraken over de samenwerking vastgelegd. Hieronder vallen ook de afspraken over de verdeling van de financiële lasten. Bij het opmaken van dit jaarverslag is de deelnemersovereenkomst nog niet ondertekend en zijn de afspraken nog niet eenduidig vastgelegd. In de jaarrekening is daarom nog geen rekening gehouden met eventuele kosten die in 2010 door de coöperatie gemaakt zijn en die doorberekend kunnen worden naar MosaLira. Dit zal gebeuren in 2011. Begroting Binnen MosaLira wordt volgens de planning en control cyclus jaarlijks een meerjaren exploitatie- en investeringsbegroting opgesteld op bestuurs- en schoolniveau. Het bestuur heeft de begroting 2011 in haar vergadering van 13 december 2010 vastgesteld. Onderstaand een overzicht van de exploitatiebegroting 2011 versus 2010. Staat baten en lasten (begroting) Toekomstige ontwikkelingen Eind 2009 is de Vereniging United World College Maastricht Coöperatief verband met uitsluiting van aansprakelijkheid opgericht, oftewel coöperatie UWCM. MosaLira behoort tot één van de oprichters van deze coöperatie en vormt samen met stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO) en stich- 2011 2010 Baten 31.688.338 31.600.412 Lasten 32.255.133 32.292.190 -566.796 -691.777 Financiële baten en lasten 275.000 250.000 Resultaat -291.796 -441.777 Saldo baten en lasten 51 Pia Abeling SBO De Opstap Samen spelend leren. “Speelplezier is een boeiende vorm van passend onderwijs”, opent Pia Abeling het gesprek. Pia is een gepassioneerde leerkracht verbonden aan SBO De Opstap. Gepokt en gemazeld in het speciaal onderwijs aan jonge kinderen en binnenkort ook gecertificeerd als Speelpleziertrainer. “Schools leren is niet geschikt voor jonge kinderen. Peuters en kleuters leren taal en sociale, motorische en cognitieve vaardigheden door met andere kinderen en volwassenen te spelen. Speelplezier biedt een doorgaande lijn in aanpak voor spelend leren voor kinderen van 2,5 tot 7 jaar”, zegt Pia. In juni rondt ze samen met Nicole Geurts, leerkracht basisschool Anne Frank, de tweejarige opleiding tot Speelpleziertrainer af. “Door reflectie leren we veel van elkaar”, aldus Pia. Beide leerkrachten hebben al de nodige ervaring opgedaan met Speelplezier, een methodiek ontwikkeld door Margot Wouterse. Zelf worden ze tijdens hun opleiding gecoacht door Marlies Savelberg, senior trainer bij Intersym. Via spel wil Speelplezier vooral de taalontwikkeling stimuleren.“Dat gebeurt door speel-leer routines in de groep en het in kleine groepjes stimuleren van spel en taal. Uitgangspunt is dat kinderen leren door samen met andere kinderen te spelen en door de aanwezigheid van een meespelende, meerwetende, volwassene. Het is de bedoeling dat het enthousiasme voor samen spelen wordt overgebracht op de ouders.” Samen spelend leren. Twee jaar geleden klopte MosaLira bij haar aan of ze geen interesse had om de opleiding tot Speelpleziertrainer te volgen. Met als achterliggende gedachte na afronding van de opleiding haar expertise via coaching over te brengen op geïnteresseerde MosaLira collega-leerkrachten. “We worden opgeleid tot trainer Speelplezier binnen onze eigen organisatie. Dat betekent dat Nicole en ik als gecertificeerde trainers zelfstandig de methodiek Speelplezier kunnen invoeren bij geïnteresseerde scholen. Door kennismakingsworkshops en studiebijeenkomsten te organiseren en leerkrachten enthousiast te maken en te gaan trainen rondom de methodiek Speelplezier. Zo ben je als stichting ook verzekerd van een goede borging van een uitstekende methodiek voor het jonge kind binnen je organisatie.” Waaraan moeten leerkrachten die aan de slag willen met Speelplezier voldoen? “Ze moeten een inspiratiebron zijn en kindvolgend kunnen (mee)spelen”, zegt Pia gedecideerd. “Een absolute voorwaarde om tot spelverrijking te komen waardoor kinderen spelend wijzer worden. Het spelen binnen een gekozen thema staat altijd centraal.” Het moet overal eigenlijk zo zijn. Niet dwingen om te leren, maar spelend leren. Het onderwijs in deze groep vind ik interessant. Het is niet alleen leerzaam voor de kinderen maar ook voor mij. De tips die ik oppik van hier, dat is voor mij belangrijk. Het is beter voor de kinderen, want nu komen ze met plezier naar school. Mevrouw Ghalib 9 Treasury Jarenlang heeft MosaLira, net als overigens vele andere schoolbesturen in Zuid-Limburg, de uitvoering van het treasury beleid uitbesteed aan de Stichting Vermogensbeheer Schoolbesturen Limburg en het administratiekantoor SROL. De afspraken hierover waren vastgelegd in een beheersovereenkomst. Door gezamenlijk gebruik te maken van dit construct konden schoolbesturen hun betalingsverkeer en vermogensbeheer tegen zo laag mogelijke kosten en risico’s en zo hoog mogelijk rendement uit (laten) voeren. Door de wereldwijde kredietcrisis en daarop volgende koersdalingen werden echter de nadelen en de risico’s van de gekozen systematiek voor iedereen erg duidelijk. Er werd reeds gewerkt aan het ‘moderniseren’ van het construct, maar door de ontwikkelingen vanaf 2008 drong de noodzaak hiertoe bij alle deelnemers pas echt door. “Hier zijn we allemaal vrienden en dat is fijn. We doen altijd iets gezelligs en ik kan al veel zelf! De In de zomer van 2009 heeft het bestuur van de stichting Vermogensbeheer het ministerie van OCW schriftelijk verzocht een uitspraak te doen over de juridische aanvaardbaarheid van het construct. De reactie op deze brief heeft lang op zich laten wachten, maar in december 2009 heeft OCW per brief duidelijk gemaakt dat onderwijsorganisaties die deelnemen aan de stichting Vermogensbeheer niet voldoen aan de toezichts- en controle-eisen die het ministerie aan hen stelt. Na enige overleggen tussen de mensen van de Directie Rekenschap, het bestuur van Stichting Vermogensbeheer en een afvaardiging van de deelnemende besturen begin 2010 heeft dit uiteindelijk geleid tot het unanieme opheffingsbesluit door de deelnemers van de Stichting Vermogensbeheer per 14 juli 2010. Daarna zijn twee vereffenaars aangesteld, die de opdracht van de deelnemers hebben gekregen zo snel mogelijk zorg te dragen voor de formele liquidatie van de stichting. juf kan niet alles, dan leer ik het haar. Dan zeg ik: “ kijk zo en zo moet je dat doen”, dan zegt de juf: “wat goed” en dan lachen we! Het is fijn hier.” Nedda Ghalib Ultimo 2010 is de liquidatie van de stichting Vermogensbeheer nog niet afgerond. Een deel van het belegde vermogen, te weten ruim € 1,2 mln. aan liquiditeiten, heeft MosaLira echter reeds in november 2010 overgemaakt gekregen. Het restant zal uiteindelijk in 2011 overgeheveld worden, deels in obligaties en deels in liquide middelen. Het nominale beheersbedrag van MosaLira bij de stichting Vermogensbeheer in liquidatie is nu nog circa € 5,3 mln. De waarde van ons deel van de beleggingsportefeuille van de stichting Vermogensbeheer bedraagt ultimo 2010 k€ 4,8 mln. Bij het opstellen van dit jaarverslag zijn de resultaten van de stichting Vermogensbeheer over 2010 nog niet definitief bekend. In de staat van baten en lasten is rekening gehouden met een geschat rendement over het ingelegde vermogen (k€ 250) en een verwacht koersherstel van de obligaties (k€ 150). Dit is een bedrag van in totaliteit k€ 400. Het effect op het resultaat van MosaLira van de definitieve jaarrekening 2010 van de stichting Vermogensbeheer in liquidatie zal naar verwachting beperkt blijven. 53 Marie-Louise Cilissen bs. Joppenhof Allemaal gediplomeerde letterchefs. Het leesonderwijs is door het digibord nog speelser en aantrekkelijker geworden. ‘s Ochtends zie je de kinderen tijdens het inloopkwartiertje samendrommen rond het bord, waar ze dan zelf mee mogen spelen. Als ik Joppenhof heeft de methode ‘Veilig Leren Lezen’ in groep 3 in een digitaal jasje gegoten. Marie-Louise Cilissen werkt inmiddels drie jaar met de nieuwe Veilig Leren Lezen methode en het digibord, ook wel bekend als smartboard. “De letterdoos, de klik-klak boekjes, letterkaartjes, structureerstroken en wandplaten zijn gedigitaliseerd. Elk kind is bij toerbeurt de letterchef en mag dan op het bord de letter van de dag en zelfgemaakte woordjes aanwijzen. Je kunt als leerkracht zelf regelen hoe snel de letters of woorden elkaar opvolgen, wat de snelheid van de letterherkenning en dus van het leestempo helpt vergroten. Er zit een ingebouwde stem in die de klanken op de juiste manier uitspreekt. De grap is dat je bijna precies hetzelfde doet als voorheen, maar doordat het veel dynamischer en visueler is, zien de kinderen het eerder als spelen dan als leren. Elke kern sluiten we af met een diplomaatje. We vieren daarmee elk stapje vooruit en dat maakt de kinderen apetrots. Bij deze software zit naast de module voor basisinstructie ook een module voor verlengde instructie en begeleide verwerking. Dit voor minder vlotte lezers: er wordt kort en krachtig geoefend. Met een oefenspel kunnen kinderen telkens hun persoonlijk record in leestempo proberen te verbeteren.” Rode draad in dit lesprogramma is Zoem, een bijtje. “Het is educatief bewezen dat het leerproces wordt bevorderd als de kinderen zich kunnen identificeren met een vast figuurtje. Bij de leesles gaan we Zoem zoeken die ergens verstopt zit op de digitale wandplaat en dan roepen de kinderen: ‘Ik zie Zoem bij de koek’. Dan klik ik met de muis op de koek en komt dat woord in beeld. Daarin wordt de letter oe blauw gemaakt en weten de kinderen dat die letter de letter van de dag is. Wat zo’n digitaal systeem veel beter kan dan een persoon, is letters in een woord met één klik van de muis op verschillende manieren door elkaar husselen. Op deze manier wordt het leuker om met taal te stoeien. De kinderen ‘kegelen’ bijvoorbeeld een woord om en maken vervolgens met dezelfde letters een nieuw woord. Ook dit wordt eerder als speels dan schools ervaren. Natuurlijk is het niet zo dat de computer alles vervangt, maar ik kan zonder meer constateren dat het niveau en het rendement zichtbaar omhoog zijn gegaan.” dat zie, zou ik zelf wel weer naar de basisschool willen! Astrid Habets 10 Jaarrekening Financiële positie 56 Resultaat 57 Kengetallen 58 Grondslagen 59 Balans 62 Exploitatierekening 63 Kasstroomoverzicht 64 Hakken, plakken en leren lezen als een trein, Toelichting op onderscheiden 65 is met de juf en het digibord reuze fijn! posten balans Het is leuk om nieuwe woordjes te leren met het digibord. De letters kunnen snel of langzaam ‘flitsen’ en dan moeten wij proberen die hardop te lezen. En je mag met een dobbelsteen letters omver gooien en daar dan nieuwe woorden van maken. Niet uit balans blijkende 70 verplichtingen Overzicht verbonden partijen 71 Toelichting op onderscheiden 72 posten exploitatie Noortje Pesik Accountantsverklaring 76 Bestemming exploitatieresultaat 78 Gegevens rechtspersoon 79 Financiële positie Ter verkrijging van inzicht in de financiële positie van MosaLira dienen de navolgende overzichten. Deze zijn gebaseerd op de gegevens uit de jaarrekening. Balans Activa 31-12-2010 31-12-2009 Materiële vaste activa 2.303.173 17,0 % 2.148.625 16,0 % Financiële vaste activa 4.800.800 35,5 % 5.891.901 43,8 % Vorderingen 3.914.124 29,0 % 4.250.361 31,6 % Liquide middelen 2.497.383 18,5 % 1.154.261 8,6 % 13.515.480 100,0 % 13.445.148 100,0 % Passiva 31-12-2010 31-12-2009 Eigen vermogen 6.458.137 47,8 % 5.587.267 41,6 % Voorzieningen 1.280.459 9,5 % 1.645.101 12,2 % 937.500 6,9 % 1.250.000 9,3 % Langlopende schulden Kortlopende schulden 4.839.384 35,8 % 4.962.780 36,9 % 13.515.480 100,0 % 13.445.148 100,0 % 56 10 Jaarrekening Resultaat Het geconsolideerde resultaat over 2010 bedraagt negatief € 57.256 tegenover negatief € 404.806 over 2009. De geconsolideerde resultaten over beide jaren kunnen als volgt worden samengevat: Realisatie 2010 Begroting 2010 Realisatie 2009 28.569.337 27.932.939 28.282.403 241.471 235.092 252.393 Baten (Rijks)bijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Overige baten 4.083.304 3.432.381 4.218.711 32.894.112 31.600.412 32.753.507 28.407.784 27.618.304 28.553.422 548.496 458.959 652.126 Lasten Personele lasten Afschrijvingen Overige materiële lasten 4.461.794 4.214.926 4.724.587 33.148.074 32.292.189 33.930.135 -523.962 -691.777 -1.176.628 Financiële baten en lasten 466.706 250.000 771.822 Resultaat baten en lasten -57.256 -441.777 -404.806 Saldo baten en lasten 57 Kengetallen Met de kengetallen kan de financiële toestand van de stichting worden beoordeeld en gemeten. De kengetallen geven de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname. Liquiditeit 2010 2009 1,32 1,09 47,8% 41,6% 57,3% 53,8% -0,2% -1,2% 14,5% 12,2% 85,0% 84,2% 39,8% 40,1% (Vlottende activa / kortlopende schulden) Solvabiliteit 1 (eigen vermogen (excl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%) Solvabiliteit 2 (eigen vermogen (incl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%) Rentabiliteit (saldo gewone bedrijfsvoering / totale baten * 100%) Weerstandsvermogen ((Eigen vermogen -/- materiele vaste activa) / totale rijksbijdragen * 100%) Personele lasten (Personele lasten / totale lasten * 100%) Kapitalisatiefactor (balans totaal -/- boekw. geb. & terr.) / (totaal baten + fin. baten) * 100% 58 10 Jaarrekening Grondslagen Algemeen Regeling jaarverslaggeving onderwijs in verband met de verwerking van de kosten van de BAPO regeling en de SOP regeling in de vorm van periodelasten. Verslaggevingsvoorschriften Waardering van activa en passiva De jaarrekening is (voor zover niet anders vermeld ) opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving, zoals weergegeven in Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, met in het bijzonder RJ 660 (Onderwijsinstellingen). Eventuele stelselwijzigingen zijn verwerkt conform RJ 140.208. Materiële vaste activa Algemeen Voor zover bij de afzonderlijke posten niet anders is vermeld, zijn de activa en passiva voor de nominale waarde opgenomen. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Geldeenheid en taal De jaarrekening en het jaarverslag wordt in de Nederlandse taal opgesteld en gepubliceerd en in euro’s uitgedrukt. Gebouwen en terreinen Wanneer sprake is van economisch eigendom worden gebouwen en terreinen geactiveerd. Deze gebouwen en terreinen worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsof vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijving. Afschrijving vindt lineair plaats op basis van de verwachte economische levensduur. Inventaris Inventaris, apparatuur en overige materiële vaste activa zijn in de balans gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs verminderd met de afschrijvingen. Deze vaste activa worden Iineair afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. De activeringsgrens is gesteld op € 500. Boekresultaten op materiële vaste activa worden in de staat van baten en lasten verantwoord. Stelselwijziging verwerking voorziening BAPO Financiële vaste activa Met ingang van 1 januari 2010 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs gewijzigd ten aanzien van de BAPO, waarbij de jaarlijkse BAPO lasten als periodelasten in de staat van baten en lasten dienen te worden verantwoord. Het vormen van een voorziening BAPO is daarmee met ingang van 2010 niet meer toegestaan. De aanwezige voorziening BAPO per 31 december 2009 is in 2010 vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen. Deze wijziging is weergegeven in de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 december 2010, nr. WJZ-237131 (3849), tot wijziging van de Effecten De effecten (looptijd > 1 jaar) zijn gewaardeerd tegen marktwaarde. Obligaties Obligaties (beursgenoteerd en niet-beursgenoteerd) die worden aangehouden tot het einde van de looptijd worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs (nominale waarde). In de toelichting staat de reële waarde vermeld. 59 Vlottende activa Voorzieningen Vorderingen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichting vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren. De vorderingen zijn op de balans gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een (eventueel) noodzakelijk geachte voorziening voor het risico van oninbaarheid. Projecten De onder overige vorderingen en overige schulden opgenomen projecten worden gewaardeerd op basis van de opgeboekte lasten verminderd met de reeds ontvangen vergoedingen. Na afloop van het project wordt het projectresultaat ten gunste of ten laste van de baten en lasten geboekt. Uitzondering hierop zijn de projecten met betrekking tot huisvesting en schades. Resultaten op dit soort projecten worden verwerkt via de voorziening groot onderhoud. Wanneer voorzien kan worden dat er verlies wordt geleden op een bepaald project, wordt bij de waardering rekening gehouden met een voorziening voor het te verwachten verlies. Liquide middelen De liquide middelen zijn opgenomen tegen nominale waarde. Tenzij anders vermeld staan de liquide middelen ter vrije beschikking van het bevoegd gezag. Langlopende schulden De langlopende schulden hebben een verwachte looptijd langer dan één jaar en bij elke schuld staat vermeld welke zakelijke zekerheden gesteld zijn. Kortlopende schulden De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd van maximum één jaar. De schulden worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Passiva Eigen vermogen Indien een deel van het eigen vermogen is afgezonderd omdat daaraan vanwege het bevoegd gezag een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven wordt dit deel aangemerkt als bestemmingsreserve (publiek of privaat). Als deze beperking is aangebracht vanwege derden wordt dit deel aangemerkt als bestemmingsfonds (publiek of privaat). 60 Pensioenen De instelling heeft de toegezegde pensioenregelingen bij bedrijfstakpensioenfondsen verwerkt als zou er sprake zijn van een toegezegde bijdrageregeling. Voor toegezegde bijdrageregelingen betaalt de instelling op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van 10 Jaarrekening de premies heeft de instelling geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze pensioenregeling. De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Staat baten en lasten Afschrijvingen De afschrijvingen zijn gerelateerd aan de aanschafwaarde van de desbetreffende immateriële en materiële vaste activa. In het jaar van investeren wordt naar tijdsgelang afgeschreven. Gebouwen en terreinen Inventaris, apparatuur en OLP ICT hardware 4 tot 40 jaren 10 tot 20 jaren 4 tot 10 jaren Algemeen Bepaling van het resultaat Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten (subsidies en overige baten) en alle hiermee verbonden, aan het verslagjaar toe te rekenen lasten. De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop deze betrekking hebben. Baten (Rijks)bijdragen OCW De in de baten en lasten opgenomen (normatieve) rijksbijdrage OCW sluit aan op de Rijksbijdragebrieven van OCW, hierbij zal rekening gehouden moeten worden met de segmentatievoorschriften ingeval sprake is van verschillende onderwijssectoren en -wetten. Onder (normatieve) rijksbijdrage wordt verstaan: de vergoeding voor personele en materiele kosten, toegerekend naar het verslagjaar. De overige OCW-subsidies worden gespecificeerd per toekenning in de specificatie van de overlopende passiva met betrekking tot Ministerie OCW (model G). Onder baten en lasten wordt verstaan het resultaat op de staat baten en lasten van de scholen en het bestuur van de stichting, na dotaties, afschrijvingen of onttrekkingen aan de voorzieningen. Bij de bepaling van het baten en lastenresultaat geldt het voorzichtigheidsprincipe: lasten en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. De financiële en buitengewone baten en lasten worden afzonderlijk verantwoord in de staat baten en lasten. Het resultaat wordt verwerkt in het eigen vermogen (onder de algemene reserve, waarna op grond van bestuursbesluiten eventueel een toedeling kan plaatsvinden aan bestemmingsreserves dan wel bestemmingsfondsen) in de balans op basis van (het voorstel voor) de bestemming van het resultaat. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode, conform model C RS 660. Lasten Personele lasten Onder de personele lasten worden uitsluitend de lasten van de medewerkers in dienstverband vermeld. Uitbestede werkzaamheden vallen onder de overige instellingslasten. 61 Balans Activa 31 december 2010 31 december 2009 Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Andere vaste bedrijfsmiddelen Initiële activa 242.067 - 2.061.106 2.088.786 - 59.839 2.303.173 2.148.625 4.800.800 5.891.901 Financiële vaste activa Effecten Vlottende activa Ministerie van OCW 1.499.973 Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen en overlopende activa 1.223.934 - 5.910 2.414.151 3.020.517 3.914.124 4.250.361 2.497.383 1.154.261 Totaal 13.515.480 13.445.148 Passiva 31 december 2010 31 december 2009 Liquide middelen Eigen vermogen Algemene reserve 3.278.427 1.607.211 Bestemmingsreserves (publiek en privaat) 3.179.710 3.980.056 6.458.137 5.587.267 Voorzieningen Onderhoudsvoorziening 863.713 676.331 Overige voorzieningen 416.746 968.770 1.280.459 1.645.101 937.500 1.250.000 Langlopende schulden Schulden aan derden Kortlopende schulden 372.657 677.411 Belastingen en premies sociale verzekeringen Crediteuren 1.403.702 1.582.218 Overige schulden en overlopende passiva 3.063.025 Totaal 62 2.703.151 4.839.384 4.962.780 13.515.480 13.445.148 10 Jaarrekening Exploitatie Realisatie 2010 Begroting 2010 Realisatie 2009 28.569.337 27.932.939 28.282.403 241.471 235.092 252.393 4.083.304 3.432.381 4.218.711 32.894.112 31.600.412 32.753.507 28.407.784 27.618.304 28.553.422 548.496 458.959 652.126 Huisvestingslasten 1.896.975 1.768.205 2.083.019 Overige instellingslasten 1.404.520 1.099.672 1.451.591 Baten (Rijks)bijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Overige baten Lasten Personele lasten Afschrijvingen Leermiddelen (PO) 1.160.299 1.347.049 1.189.977 33.418.074 32.292.189 33.930.135 -523.962 -691.777 -1.176.628 Financiële baten 466.856 250.000 772.211 Financiële lasten 150 - 389 466.706 250.000 771.822 -57.256 -441.777 -404.806 Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Resultaat baten en lasten 63 Kasstroomoverzicht Het onderstaande kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Hierbij wordt het exploitatieresultaat als uitgangspunt genomen, waarop vervolgens correcties worden aangebracht voor verschillen tussen opbrengsten en ontvangsten en kosten en uitgaven. Kasstroom uit operationele activiteiten 2010 Exploitatiesaldo -523.962 2009 -1.176.628 Overige mutaties eigen vermogen 928.134 - Afschrijvingen 548.496 652.126 Mutatie voorzieningen -364.642 -98.513 Mutaties vorderingen 336.237 198.826 Mutaties kortlopende schulden -123.396 -379.405 Ontvangen interest 466.856 772.211 -150 -389 Betaalde interest 1.267.573 -31.772 Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa -703.051 -769.676 Investeringen financiële vaste activa 1.241.100 -531.131 Herinvesteringen financiële vaste activa -150.000 388.049 -1.300.807 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutaties langlopende schulden -312.500 Mutatie liquide middelen Beginstand liquide middelen 1.154.261 Mutatie liquide middelen 1.343.122 1.250.000 -312.500 1.250.000 1.343.122 -82.579 1.236.840 -82.579 2.497.383 Eindstand liquide middelen 64 1.154.261 10 Jaarrekening Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Vaste activa 31-12-2010 31-12-2009 Gebouwen en terreinen Materiële vaste activa 242.067 - Inventaris en apparatuur 2.061.106 2.088.786 - 59.839 2.303.173 2.148.625 Initiële activa Verkrijgingsprijs Afschrijving Boekwaarde Investeringen Afschrijving Boekwaarde t/m 2009 t/m 2009 31-12-2009 2010 2010 31-12-2010 Gebouwen en terreinen - - - 320.694 78.627 242.067 Inventaris en apparatuur 2.812.607 723.821 2.088.786 382.357 410.033 2.061.106 Initiële activa 2.643.382 2.583.545 59.839 - 59.839 - 5.455.991 3.307.366 2.148.625 703.051 548.496 2.303.173 Boekwaarde Terugbetaling Ongerealiseer- Boekwaarde 31-12-2009 nominale inleg de koerswinst 31-12-2010 5.891.900 1.241.100 150.000 4.800.800 Financiële vaste activa Effecten Omschrijving Stichting Vermogensbeheer Nominale inleg Cumulatief Boekwaarde Ongerealiseerd Koersresultaat 31-12-2010 -458.100 4.800.800 5.258.900 65 Vlottende activa Vorderingen Ministerie van OC en W 31-12-2010 31-12-2009 1.499.973 1.223.934 Gemeente Maastricht 580.042 525.487 Ouderbijdragen 371.566 338.482 Overige projecten / United World College 687.602 1.310.386 Debiteuren transitoria 555.572 504.222 Overige 219.369 347.850 3.914.124 4.250.361 2.356.689 1.000.143 168.589 123.146 8.472 8.516 Liquide middelen Betaalrekeningen bestuur Bankrekeningen scholen Postbankrekeningen scholen Kas bestuur 12 1.240 Kas scholen 15.499 19.256 Kas scholen buitenschools Kruisposten 66 30 30 -51.908 1.930 2.497.383 1.154.261 10 Jaarrekening Passiva Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserves Algemene reserve 31-12-2010 31-12-2009 3.278.427 1.607.211 3.179.710 3.980.056 6.458.137 5.587.267 Saldo 31-12-2009 Reshuffle UWCM Bestemming resultaat Stelselwijziging Saldo 31-12-2010 1.607.211 - 857.166 814.050 3.278.427 59.836 - -59.836 - - Bestemmingsreserves publiek Reserve initiële activa Reserve UWCM - 114.076 -688.198 - -574.122 Reserve meubilair 318.410 - 15.608 - 334.028 Reserve personeel 1.519.445 - 181.654 - 1.701.099 Reserve OLP 794.832 - -157.539 - 637.293 Reserve ICT 1.172.030 - -269.721 - 902.309 3.864.563 114.076 -978.032 - 3.000.607 115.493 - 63.610 - 179.103 Bestemmingsreserves totaal 3.980.056 114.076 -914.422 - 3.179.710 Eigen vermogen 5.587.267 114.076 -57.256 814.050 6.458.137 Bestemmingsreserves privaat Reserve niet-subsidiabel De bestemmingsreserves ICT, OLP en meubilair UWCM zijn bedoeld als resultaatbestemming tussen de desbetreffende materiële vergoedingen en materiële lasten. De bestemmingsreserve personeel is bedoeld als resultaatbestemming tussen de vergoeding Personeel (Lumpsum) en Personeel en Arbeidsmarkt (P&A) en de desbetreffende personele lasten. De bestemmingsreserves niet-subsidiabel is gevormd met als doel de kosten van toekomstige buitenschoolse activiteiten op te vangen. Als gevolg van de stelselwijziging BAPO is in 2010 de voorziening BAPO verplicht vrijgevallen. Hierbij is een bedrag van € 814.050 ten gunste van het eigen vermogen verantwoord als directe vermogensmutatie (buiten de staat van baten en lasten. Het effect op het vermogen en het resultaat van deze stelselwijziging is dat zonder deze stelselwijziging het resultaat € 240.028 lager zou zijn geweest in 2010. Het eigen vermogen zou zonder deze stelselwijziging € 1.054.078 lager zijn geweest per 31 december 2010. De bestedingsreserve UWCM is bedoeld als resultaatbestemming tussen de coöperatie UWCM en MosaLira. 67 Voorzieningen 31-12-2010 31-12-2009 Onderhoudsvoorziening 863.713 676.331 Overige voorzieningen 416.746 968.770 1.280.459 1.645.101 Saldo 31-12-2009 Stelsel wijziging Dotatie 2010 Onttrekking 2010 Saldo 31-12-2010 676.331 - 341.999 154.617 863.713 BAPO 814.050 -814.050 - - - Ouderschapsverlof / Jubilea 154.720 - 463.872 201.846 416.746 1.645.101 -814.050 805.871 356.463 1.280.459 Onderhoudsvoorziening Overige voorzieningen Voorzieningen Onderhoudsvoorziening betreft een egalisatievoorziening gebaseerd op een meerjaren onderhoudsplan. De voorziening voor jubilea wordt bij opmaak van de begroting voorafgaand aan het kalenderjaar beoordeeld en berekend op basis van de op balansdatum bestaande aanspraken voor de komende tien jaren. Gebaseerd op: • • • • • Leeftijd per medewerker Gehele personeelsbestand Jaren dienstverband per medewerker Omvang dienstbetrekking Jubileum bij 25-jarig 50% gratificatie, bij 40-jarige diensttijd 100% • Gratificatie over LA 18 € 3.120, verhoogd met vakantietoeslag • Berekening tegen nominale waarde • Sterftekans of beëindiging dienstverband buiten beschouwing gelaten Een voorziening voor ouderschapsverlof is vanaf 2010 niet meer toegestaan. Het saldo van € 116.511 is vrijgevallen ten gunste van het resultaat. 68 10 Jaarrekening Langlopende schulden Schulden aan derden 31-12-2010 31-12-2009 937.500 1.250.000 De stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs en stichting United World College Maastricht hebben in 2009 MosaLira beide een lening verstrekt ter waarde van respectievelijk € 1.000.000 en € 250.000 ter financiering van de tijdelijke huisvesting van UWCM Primary. Deze geldleningen zijn renteloos en zullen de komende vier jaren door MosaLira afgelost worden, beginnende in 2010. De gemeente Maastricht heeft in het programma onderwijshuisvesting 2010 een jaarlijks bedrag van € 250.000 voor de komende vier jaren opgenomen ter dekking van de huisvestingskosten van UWCM Primary. De aflossing bedroeg in 2010 conform afspraak € 312.500. Kortlopende schulden 31-12-2010 Crediteuren 31-12-2009 372.657 677.411 1.403.702 1.582.218 Spaarverlof 262.445 253.434 Vakantie-uitkering 896.358 899.435 Belastingen en premie volksverzekeringen Overige 1.904.222 1.550.282 4.839.384 4. 962.780 69 Niet uit de balans blijkende verplichtingen Niet van toepassing 70 10 Jaarrekening Overzicht verbonden partijen Niet van toepassing 71 Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten Baten Realisatie 2010 Begroting 2010 Realisatie 2009 22.371.908 21.987.086 22.049.443 182.386 - - Rijksbijdragen Personeel Overige subsidies OCW Rijksbijdragen MI 3.527.551 3.525.343 3.628.980 Rijksbijdragen P&A-beleid 2.306.263 2.242.546 2.299.151 Rijksbijdragen Bestuur en Management 181.229 177.964 304.829 28.569.337 27.932.939 28.282.403 241.471 235.092 252.393 Totaal overige overheidsbijdragen 241.471 235.092 252.393 Overige vergoedingen personeel 1.620.165 1.475.807 1.506.631 Vergoedingen salaris VF 1.094.278 1.000.000 1.106.685 169.209 161.415 164.482 - 19.444 33.440 116.511 - - Totaal (Rijks)bijdrage Ministerie van OCW Vergoedingen Gemeente Verhuur onroerende zaken Bijdrage DSM inzake ID Vrijval personele voorziening Inkomsten materieel projecten Bijdrage niet subsidiabel / ouderbijdrage Overige baten Totaal overige baten 72 3.563 - 21.577 965.178 758.507 888.268 114.400 17.208 497.628 4.083.304 3.432.381 4.218.711 10 Jaarrekening Lasten Lonen en salarissen Realisatie 2010 Begroting 2010 Realisatie 2009 27.613.343 26.537.131 26.852.239 Dotatie ouderschapsverlof - 115.000 115.000 Dotatie BAPO - 700.000 842.543 463.872 60.000 60.000 - - 123.853 Dotatie Jubilea Dotatie Solidariteitsfonds Overige Totale personele lasten 330.569 206.173 559.786 28.407.784 27.618.304 28.553.421 Lonen en salarissen Nascholing Salarissen Vervangingsfonds Salarissen OP 315.297 90.311 246.957 1.094.278 1.000.000 1.106.685 20.982.991 24.600.000 20.648.823 Salarissen directie 1.898.729 - 2.345.398 Salarissen OOP 1.874.378 - 1.626.912 BAPO 765.519 - - Ouderschapsverlof 114.928 - - Overige lonen en salarissen 567.223 846.820 877.464 27.613.343 26.537.131 26.852.239 De lonen en salarissen zijn inclusief 14,89% sociale lasten en inclusief 15,10% pensioenpremies (van het bruto salaris). Personele formatie Directie Onderwijzend personeel (OP) Onderwijs ondersteunend personeel (OOP) ID banen Bovenschools Divers 2010 2009 In Fte In Fte 30,8 35,0 357,5 367,0 58,9 59,2 - 0,6 8,7 7,2 1,1 1,2 457,0 470,2 Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) is niet van toepassing. 73 Bezoldiging bestuurders en commissarissen 2010 2009 De heer M.P.P.F. Groutars 1.500 1.500 Mevrouw M.J.A.C. Driessen 1.500 1.500 Mevrouw M.G. Heijltjes 1.500 1.500 De heer H.M.G. Manders 1.500 1.500 De heer P.G.J. Brugman Realisatie 2010 1.500 1.500 7.500 7.500 Begroting 2010 Realisatie2009 Gebouwen en terreinen 78.627 - - Inventaris en apparatuur 410.033 415.232 333.417 Initiële activa 59.836 43.727 318.709 548.496 458.959 652.126 Huur 194.465 179.600 135.145 Dotatie onderhoudsvoorziening 341.999 347.833 346.235 Totaal afschrijvingslasten Klein onderhoud en exploitatie 219.907 139.917 409.552 Energie en water 530.047 533.388 570.213 Schoonmaak 522.664 485.782 518.052 68.711 56.026 60.948 Heffingen Overige huisvestingslasten Totaal huisvestingslasten 74 19.182 25.659 42.874 1.896.975 1.768.205 2.083.019 10 Jaarrekening Administratie en beheer Reis- en verblijf 499.811 401.500 501.772 16.389 17.400 17.516 Telefoon- en porto e.d. 62.199 51.729 63.095 Bestuur algemeen 12.569 12.468 11.064 352.450 241.850 255.085 16.245 50.887 28.311 142.696 128.522 142.412 6.351 10.052 7.136 Bovenschools Culturele vorming Buitenschoolse activiteiten Medezeggenschapsraad Verzekeringen Schoolzwemmen Overige instellingslasten 2.174 4.926 2.401 37.367 24.375 28.531 256.269 155.963 394.268 1.404.520 1.099.672 1.451.591 OLP 911.875 1.121.691 904.503 ICT 244.312 225.358 253.284 Totaal overige instellingslasten Inventaris 4.112 - 32.190 1.160.299 1.347.049 1.189.977 44.911 25.000 -2.189 Opbrengsten beleggingen 271.945 225.000 243.269 (On)gerealiseerd koersresultaat 150.000 - 531.131 466.856 250.000 772.211 150 - 62 - - 327 150 - 389 Totaal leermiddelen (PO) Rentebaten Financiële baten Rentelasten Kosten beleggingen Financiële lasten Analyse resultaat Voor een nadere toelichting op het resultaat wordt verwezen naar het onderdeel financiën in het bestuursverslag. 75 Accountantsverklaring 76 10 Jaarrekening 77 Bestemming van resultaat baten en lasten Verliesverwerking Overeenkomstig de wettelijke bepalingen is het verlies ad € 57.256 over 2010 in mindering gebracht op de reserves. Dit is reeds in de jaarrekening verwerkt. Algemene reserve 857.166 Bestemmingreserve initiële activering -59.836 Bestemmingsreserve meubilair 15.608 Bestemmingsreserve personeel 181.654 Bestemmingsreserve OLP -157.539 Bestemmingsreserve ICT -269.721 Bestemmingsreserve UWCM -688.198 Bestemmingreserve niet subsidiabel 63.610 -57.256 78 10 Jaarrekening Gegevens rechtspersoon Naam en adres van de instelling MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Pastoor Habetsstraat 40a 6217 KM Maastricht Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Internetsite Bestuursnummer 043-3540133 043-3540136 info@mosalira.nl www.mosalira.nl 41373 Naam contactpersoon voor het jaarverslag Drs. D.J.H.N. Huntjens Lid college van bestuur Brin-nummer + NAW gegevens school 01CZ SBO de Sprong Frans van de Laarplein 3 6217 NH 03IY John F. Kennedy Keurmeestersdreef 129 6216 ED 03LO SBO de Opstap Marienwaard 57 6222 AM 03NC Scharn Kloosterstraat 5-7 6226 BP 03OP Sint Oda Pastoor Habetsstraat 40 6217 KM 03QD Petrus en Paulus Felix Bockenplein 1 6213 HM 04IP Amby Koninginnestraat 2a 6225 BR 04KM De Letterdoes Old Hickoryplein 100 6224 AZ 05KP Het Mozaïek Prestantstraat 40 6217 XX 06OJ De Maasköpkes Schoolstraat 15 6223 BD 07WV Wyck Wijckergrachtstraat 4a 6221 CW 08LO De Burght Ridder van Heerstraat 10 6227 RS 08QO Sint Pieter Bergweg 50 6212 CX 09KX De Schans Borghaag 25 6228 EA 10FZ Joppenhof Kelvinstraat 3 6227 VA 15FK Sint Aloysius Brusselsestraat 46 6211 PG 15IQ Montessori Binnenstad Capucijnenstraat 118 6211 RT 16UN ‘t Spoor Kast. Schaloenstraat 8 6222 TP 16VU Anne Frank De Beente 15 6229 AV 17LV ZMLK Jan Baptist SO Ponjaardruwe 31 6218 SJ 17LV01 ZMLK Jan Baptist VSO Porseleinstraat 14 6216 BP 19VJ Markus Malbergsingel 68 6218 AV 99GA UWCM Primary Nijverheidsweg 25a 6227 AL 79 Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht 80 11 Bijlagen Bijlage I: Aantal leerlingen Het leerlingenaantal bedroeg op 1 oktober 2009 en 1 oktober 2010 in totaal respectievelijk 5.409 en 5.316. In het onderstaande overzicht is te zien hoe dit over de scholen verdeeld is. 1 01CZ 2 03IY 3 03LO 403NC 5 03OP 6 03QD 704IP 8 04KM 9 05KP 10 06OJ 1107WV 12 08LO 13 08QO 14 09KX 1510FZ 16 15FK 17 15IQ 18 16UN 19 16VU 20 17LV 2119VJ De Sprong John F. Kennedy De Opstap Scharn Sint Oda Petrus en Paulus Amby De Lètterdoes Het Mozaïek De Maasköpkes Wyck De Burght Sint Pieter De Schans Joppenhof Sint Aloysius Montessori Binnenstad ‘t Spoor Anne Frank Jan Baptist Markus Totaal 81 20102009 182 178 578 559 221 247 450 439 206 240 205 220 581 594 139 149 93 103 88 96 162 167 98 111 289 294 103 96 385 382 365 353 396 387 186 187 248 267 181 169 160 171 5.3165.409 Basisschool Amby Basisschool Anne Frank De school waar je samen leert en je thuisvoelt. Basisschool De Burght Een school waar élk kind telt. Een school waar het plezierig werken is voor groot en klein. De school waar we samen leven en samen leren. Kerntaak is het verzorgen van goed onderwijs. We willen buurt- Wij willen in een veilige omgeving voor alle betrokkenen kwalita- Wij zorgen ervoor dat onze leerlingen zo optimaal mogelijk kun- school zijn in Amby. Een school, waar je leert voor het leven: leren tief goed onderwijs verzorgen dat past bij deze tijd en dat kinderen nen functioneren. Dat kinderen, leerkrachten en ouders met plezier vanuit eigen verantwoordelijkheid, openheid, dialoog, reflecteren voorbereidt op de toekomst. Als basis vormen de vier kernwaarden naar onze school komen. Dat bereiken we door te zorgen voor een en dit leren met anderen bespreken. Een school met zorg, waar alle uit ons logo: warm, pedagogisch klimaat. Systematisch en gedoseerd de ontwik- kinderen leren, zich veilig voelen en er sprake is van geborgenheid. keling van onze leerlingen te volgen en welbevinden en veiligheid Een kindcentrum met een prikkelende leeromgeving, met beteke- Kwaliteit: we streven naar een zo hoog mogelijk kwaliteitsniveau centraal te stellen. Door eigentijds onderwijs te bieden, gericht op nisvol leren en de nadruk op samenwerken, samen leren; met een van ons onderwijs. Het onderwijsaanbod is breed en houdt rekening evenwichtige ontwikkeling van hoofd, hart en handen, waarbij we ononderbroken lijn van zorg. Een school die ouders serieus neemt. met verschillen in niveau, zowel op cognitief als sociaal-emotioneel tegemoet komen aan individuele verschillen. De school heeft vooral School en ouders zijn bezig met hun eigen deel van de opvoeding gebied. We streven hierbij naar een evenwicht tussen groepsaanpak ingezet op het organiseren van passend onderwijs voor alle leer- van de kinderen: een bijdrage leveren aan de optimale ontwikkeling. en individuele benadering. lingen om zo het maximale uit kinderen te halen. Wij geven Engels We willen hierin met elkaar samenwerken. Een school die op basis aan alle kinderen op onze school omdat wij weten dat daardoor hun van gezamenlijke opvattingen denkt, werkt en handelt. Een school Eigentijds: we willen een school zijn die kinderen leert leven in talig deel van de hersenen enorm gestimuleerd wordt. Dit komt ook voor de kinderen. een multiculturele samenleving met respect voor elkaar. Moderne de verwerving van de Nederlandse taal ten goede. Als leerkrachten leermiddelen en inzet van ICT zijn voor ons van wezenlijk belang. scholen wij ons voortdurend en we investeren in moderne leermiddelen, zoals ICT-voorzieningen. We doen dit samen met de ouders Veiligheid: we willen een school zijn waarin goede onderlinge rela- (en verzorgers), waarbij wij de ouders als eerstverantwoordelijke ties de voorwaarde vormen voor een fijne leef-, speel- en leerom- voor de opvoeding zien en onszelf voor het onderwijs. De Buiten- geving. Een school met aandacht voor de individuele verschillen en schoolse opvang creëert een huiselijke sfeer waardoor kinderen mogelijkheden van elk kind zich thuis voelen. De Burght vormt samen met de Nederlandse afdeling van Joppenhof in augustus 2011 een kindcentrum voor de Plezier: met plezier naar school komen is de beste basis om te komen wijk Heer, waar alle voorzieningen voor educatie en opvang onder tot leren met plezier. één dak zitten. Basisschool basis school amby Koninginnestraat 2 A Directeur: Per Ebbelink Tel: 043-362 05 82 info@bsamby.nl De Beente 15 6225 BR Maastricht 6229 AV Maastricht Directeur a.i.: Emmy Rutten Loc.dir: Huub Plum Tel: 043-361 29 16 Fax: 043-362 63 22 info@annefrank-bs.nl www.bsamby.nl 82 www.annefrank-bs.nl de Burght Ridder van Heerstraat 10 Directeur: Jan Slangen Tel: 043-361 12 62 info@bsdeburght.nl 6227 RS Maastricht Loc.dir: Math Janssen Fax: 043-367 25 20 www.bsdeburght.nl 11 Bijlagen ZMLK Jan Baptist Basisschool John F. Kennedy Een school waar elke unieke leerling optimale ontwikkelingskansen krijgt. Basisschool Joppenhof Waar kleine mensen groot worden... De school waar we het beste uit kinderen halen. De Jan Baptistschool is een school voor zeer moeilijk lerende kinde- Onze school wil de kwaliteiten van een kind in al zijn mogelijkheden Basisschool Joppenhof ligt in de wijk Heer te Maastricht. Tot voor kort ren. De school is een onderdeel van Rec3 Limburg en valt onder de ontwikkelen. Daarbij houden we rekening met wat de maatschappij had de school twee afdelingen. De internationale afdeling en de Ne- Wet Expertise Centra. De school kent twee locaties in Maastricht: de vraagt van het kind. Deze eisen liggen niet alleen op het gebied van derlandse afdeling. In augustus 2009 is de Internationale afdeling locatie voor Speciaal Onderwijs (leeftijd 4 t/m 12 jaar) is gelegen in kennis en vaardigheden, maar ook op sociaal emotioneel gebied. naar een nieuw gebouw gegaan aan de Nijverheidsweg in Maastricht de wijk Malberg en de locatie voor Voortgezet Speciaal Onderwijs Het onderwijs is georganiseerd volgens het (leerstof) jaarklassen- (www.uwcmaastricht.com) De Nederlandse afdeling heeft ongeveer (leeftijd 13 t/m 19 jaar) is gelegen in de wijk Pottenberg. De Jan Bap- systeem; in dit systeem is er veel aandacht voor zelfstandig werken. 170 leerlingen. De school biedt modern en effectief onderwijs aan, tistschool heeft een regionale functie. De school wil model staan De leerlingenzorg is ver ontwikkeld; leerlingen krijgen extra hulp waarbij de focus gericht is op het primaire leerproces. Door onderwijs voor een onderwijsinstelling die zijn leerlingen optimaal tracht als uitdaging of als stimulans. De school besteedt veel aandacht aan op maat aan te bieden kunnen we aansluiten bij de individuele leerbe- voor te bereiden op de naschoolse periode als ook het zich kunnen een goede aansluiting met het voortgezet onderwijs. Rust, orde en hoefte van de kinderen. Natuurlijk komen ook alle andere vakken aan handhaven in de huidige. Hierbij zijn de individuele mogelijkheden structuur zijn belangrijke pijlers in het schoolklimaat. de orde en zorgt de school dat alle kerndoelen van het primair onder- en beperkingen van elke leerling steeds weer het uitgangspunt. wijs gehaald worden. Uniek is dat de school vanaf groep 1 Engels aan- Het optimaliseren van de zelfredzaamheid in wonen, werken en biedt aan alle kinderen. Dat doen we samen met onze partnerschool recreëren is hierin leidraad. In het VSO speelt de arbeidstoelei- in de wijk, basisschool De Burght (www.bsdeburght.nl). Kinderen van ding een belangrijke rol. We trachten dit te realiseren door nauwe deze tijd komen veelvuldig met Engels in aanraking en dat was mede samenwerking met andere scholen binnen het REC, het reguliere de reden om dit vak te introduceren op kleuterleeftijd. De school werkt onderwijs, woon- en werkverbanden als ook zorginstellingen. nauw samen met peuterspeelzaal De Veldmuiskes, die in hetzelfde gebouw zit. De buitenschoolse opvang wordt verzorgd door BSO de Burght en er is tussenschoolse opvang. Wij vinden het belangrijk dat kinderen zich in een veilige omgeving volledig kunnen ontplooien. Met de Burght vormen we vanaf augustus 2011 een kindcentrum waar alle voorzieningen voor educatie en opvang onder één dak zitten. Ponjaardruwe 31 Directeur: Leon Kik 6218 SJ Maastricht Loc.dir. SO: Ben Dackers Tel: 043-328 13 33 info@zmlkjanbaptist-so.nl www.zmlkjanbaptist.nl Keurmeestersdreef 129 Directeur: Chris Roes Tel.: 043-344 01 19 info@kennedy-bs.nl Kelvinstraat 3 6216 ED Maastricht 6227 VA Maastricht Directeur: Jan Slangen Loc.dir.: Piet Mouchart 043-344 05 0 www.kennedy-bs.nl 83 Tel: 043-367 13 35 Fax: 043-367 24 40 info@joppenhof.nl www.joppenhof.nl UWCM: Primary department including preschool Basisschool De Maasköpkes United to learn, learn to unite. Basisschool Markus Samen leren groter groeien De school waar we samen leven en samen leren. UWCM is the 13th UWC-college all over the world. Since Septem- Basisschool De Maasköpkes ligt in Borgharen, aan de oever van de Onze nieuwe school straalt energie uit. Leerlingen en leerkrachten ber 2009 the international pre-, primary and secondary school are Maas. Door de geïsoleerde ligging is het dorpse karakter bewaard krijgen alle kansen om zichzelf te ontwikkelen. Vanuit dit oogpunt located in a temporary building at the Nijverheidsweg. In 2013 the gebleven. Aan het dorpsplein, ligt de school. Een kleine school waar blijven leerlingen en leerkrachten van en met elkaar leren. UWCM will start in a new building in the Geusselt area. In the prima- alle kinderen elkaar kennen en ook na schooltijd met elkaar spelen. Alle leerlingen krijgen de garantie dat op onze school de basisvaar- ry we have about 230 students with approximately 40 nationalities. Binnen het onderwijs staat het kind centraal. De kinderen worden digheden taal, rekenen en lezen de grootste aandacht hebben. Hier- The main and educational language is English ,but we have a lot of gestimuleerd om goede resultaten te halen op meerdere gebieden. door hebben onze leerlingen een optimale start in het voortgezet attention for the mother tongue language . Our school provides a We streven ernaar om de kinderen te laten groeien, gebruik makend onderwijs. unique program for service and learning. Main question for every van hoofd hart en handen. We vinden het belangrijk dat kinderen De taak van de leerkracht is naast kennis overdragen, ook begelei- child is: What is my contribution in the world around me to make it zich prettig voelen op school en trots zijn op zichzelf. We streven den en sturen. Leerlingen worden zo in staat gesteld zelf kennis op a better place to live? In the pre- and primary department we use naar een veilige omgeving, waar niet wordt gepest. ‘Samen leren te doen. Wij zien computers en smartboards als belangrijke infor- the International Primary curriculum. This is a curriculum which is groter groeien’ is onze missie. Onze school is een echte school in de matieverstrekkers bij de ondersteuning van het onderwijs, als ver- used all over the world. The international primary department is buurt. Samenwerking met verenigingen in Borgharen vinden we erg werking van de leerstof en als ontdekking van een “nieuwe wereld”. one of the ten DIPS-schools in the Netherlands. (Dutch International belangrijk. We proberen kinderen te stimuleren om binnen die ver- Zonder respect is er geen “zich veilig voelen“ en juist dàt staat bij Primary Schools). UWCM is a student-centered environment where enigingen te participeren. onze school hoog in het vaandel. Wij schenken veel aandacht aan flexibility and risk-taking in learning are encouraged and supported. sociaal-emotionele ontwikkeling bij leerlingen, aandacht voor re- The school challenges students to the knowledge and skills to be gels, normen en waarden. De leerkracht geeft het voorbeeld, want their best as both learners and world citizens. We also believe child- voorbeeldgedrag leidt bij leerlingen tot navolging. Wij realiseren ren learn best when they are happy and secure in their environment. een goede balans tussen leren en kennis opdoen, creatieve en kunstzinnige ontwikkeling en de persoonlijke / sociale ontwikkeling van onze leerlingen waardoor talentontwikkeling een hoofddoel is en blijft! Nijverheidsweg 25A Directeur: a.i. Schoolstraat 15 6227 AL Maastricht Directeur: Eef Karsten Loc.dir: Catherine Copeland Tel: 043-356 11 00 admin@uwcmaastricht.com Tel: 043-363 22 81 Fax: 043-356 11 24 info@bsmaaskopkes.nl admissions@uwcmaastricht.com www.uwcmaastricht.com 84 6223 BD Maastricht Loc.dir.: Ravian Close Fax: 043-362 45 03 www.bsmaaskopkes.nl Malbergsingel 68 6218 AV Maastricht Directeur a.i.: Huub Hagen Tel: 043-354 14 00 info@bsmarkus.nl www.bsmarkus.nl 11 Bijlagen De Montessorischool Binnenstad Leer mij het zelf te doen. Basisschool Petrus en Paulus Basisschool De Schans Samen op weg naar de top. De school waarin iedereen wordt uitgedaagd om in een fijne sfeer samen boeiend te blijven leren. De Montessorischool Binnenstad is gelegen in het hartje van Maas- Basisschool Petrus en Paulus ligt in een rustige landschappelijke Basisschool De Schans is een katholieke basisschool die openstaat voor tricht. De instructie op onze school wordt zo veel mogelijk individu- omgeving in de wijk Wolder. De woonwijk Wolder bevat een hechte ouders en kinderen van alle gezindten. Respect voor elkaars opvatting eel gegeven, veelal in de vorm van ‘lesjes’ maar ook door ‘vragen’ dorpskern met een vitaal verenigingsleven waarin de school nog staat voorop. We willen een school zijn waarin het goed toeven is in een van het kind zelf. De leerkracht heeft als taak de leerlijnen vast te steeds een belangrijke plaats inneemt. Op basisschool Petrus en vertrouwde veilige omgeving met duidelijke regels en afspraken en houden en te volgen, zodat elk kind de stof op de juiste manier en in Paulus streven we ernaar onze leerlingen op te voeden en te bege- waar we veel verwachten van leerlingen. We willen dat kinderen veel de goede volgorde kan doorwerken. Ieder kind kan dat zoveel mo- leiden tot evenwichtige, weerbare, tolerante en kritische mensen. leren en met plezier naar school gaan. Daarmee bedoelen we naast gelijk doen in eigen tempo. De kinderen zitten in de onderbouw met Ieder kind moet elke dag met plezier naar school komen, voldoende taal, rekenen en wereldoriëntatie ook het omgaan met elkaar, de wijze twee leerjaren in een groep, in de midden- en bovenbouw met drie kennis vergaren en zich als mens positief ontwikkelen. Kinderen zijn van communiceren, kunnen samenwerken en voor jezelf opkomen. We leerjaren. Hierdoor kunnen anderen helpen of geholpen worden. van nature nieuwsgierig en willen steeds iets nieuws leren. We trach- streven binnen onze jaargroepen naar een eigentijds leerstofaanbod Onze leidraad hierbij: “Leer mij het zelf te doen”” is ons antwoord ten onze leerlingen dan ook steeds opnieuw uit te dagen, waarbij dat voldoet aan de kerndoelen op cognitief, sociaal-emotioneel en cul- om voor alle kinderen een passend aanbod te bieden. De omgeving zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de verschillen tus- tureel-maatschappelijk gebied. Daarbij sluiten we aan bij de behoeftes moet voor de leerling uitnodigend en ook uitdagend zijn, maar moet sen de leerlingen. Samen met peuterspeelzaal Pinokkio en buiten- en interesses van onze leerlingen. Wat wij voor ogen hebben is leerling- vooral ook een veilige basis bieden. We hopen de kinderen hierdoor schoolse opvang Pie en Pow vormt basisschool Petrus en Paulus het activerend onderwijs, waarbij zelfstandigheid, het nemen van verant- een stuk zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid te leren, waarmee ze kindcentrum Wolder. woordelijkheid, samenwerking en adaptief onderwijs sleutelbegrippen naast hun opgedane kennis gewapend zullen zijn voor hun verdere zijn. Een zo optimaal mogelijk gebruik van ICT-middelen zien we daarbij ontwikkeling. Vanaf 2010 gaat bovenstaande steeds meer gelden als een voorwaarde. Creatieve en kunstzinnige vorming en het actief voor de kinderen die in ons nieuwe Montessori Kindcentrum instro- bezig zijn met sport vinden wij eveneens belangrijk. men. Onze ambitie is om in 2015 een centraal aangestuurd centrum Soms gaat het leren vanzelf, soms moet er een handje geholpen wor- te realiseren door samenwerking met onze kindpartners. Op basis den. Hoofdzaak is dat kinderen weten en voelen dat ze meetellen en se- van een gedeelde visie willen wij uiteindelijk 52 weken per jaar tus- rieus worden genomen. Dat hoort bij een professionele cultuur. Ouders sen 7.30 uur en 18.30 uur duurzaam werken aan de ontwikkeling van zijn voor ons een belangrijke partner in de ontwikkeling van hun kind. kinderen tussen 0 en 13 jaar. Capucijnenstraat 118 6211 RT Maastricht Directeur: Math Korpershoek Loc.dir. Dré Gybels Tel: 043-321 52 50 info@montessori-bs.nl www.montessori-bs.nl Felix Bockenplein 1 Borghaag 25 6213 HM Maastricht Directeur: Lou Quaedackers Loc.dir: Marc Houben Tel: 043-367 27 78 Tel.: 043-343 13 99 info@petrusenpaulus-bs.nl 6228 EA Maastricht Directeur: Chris Roes Loc.dir.: Piet Janssen info@bsdeschans.nl www.petrusenpaulus-bs.nl 85 www.bsdeschans.nl Speciaal Basis Onderwijs De Opstap Speciaal Basis Onderwijs De Sprong Samen ervoor zorgen dat iedereen er toe doet. Speciaal groeien bijzonder bloeien. SBO De Opstap is een school voor speciaal basisonderwijs. SBO De Opstap is een van de drie SBO-scholen van het Samenwerkingsverband ‘Weer Samen Naar School”. Zij vangt kinderen op waarvan de Permanente Commissie Leerlingenzorg (de PCL) het noodzakelijk acht dat zij in een speciale school voor basisonderwijs worden opgevangen. Net als bij de collega school SBO de Sprong (die onder hetzelfde bestuur valt), gaat het om kinderen die meer speciale zorg nodig hebben dan een reguliere basisschool kan bieden. Naast de onderwijsfunctie heeft deze school ook een ondersteunende functie naar kinderen in het samenwerkingsverband. Onze school is bestemd voor kinderen, voor wie vaststaat dat overwegend een orthopedagogische en orthodidactische benadering geïndiceerd is. Het speciaal basisonderwijs wordt zodanig ingericht, dat de leerling een ononderbroken ontwikkelingsproces kan doorlopen. De leerlingen worden zowel pedagogisch als didactisch nauwgezet gevolgd en begeleid. Ons handelen wordt gekenmerkt door een op het kind toegespitste melange van waarderen, motiveren, geruststellen, zorgen en uitdagen. De neerslag hiervan is terug te vinden in ontwikkelingsperspectieven groepsplannen handelingsplannen, stafbesprekingen en diverse andere evaluatiemomenten. Gericht plaatsen in groepen en gericht kijken naar doorstroommogelijkheden en ontwikkelingskansen voor het individuele kind staan centraal in ons denken. Mariënwaard 57 Directeur: Koos Consten Tel: 043-363 78 03 info@sbodeopstap.nl Het kind wegwijs maken. SBO de Sprong is een school voor kinderen die, meer dan in de reguliere basisschool, speciale zorg en aandacht nodig hebben. De school ligt in de wijk Caberg in Maastricht, maar heeft een regionale functie. SBO De Sprong is net als SBO de Opstap een speciale school voor basisonderwijs. Zij vangt kinderen op waarvan de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) het noodzakelijk acht dat zij in een speciale school voor basisonderwijs worden opgevangen. Voor de kinderen waarbij ‘het leren’ meer moeite kost, probeert SBO de Sprong een passend aanbod en een op maat gerichte onderwijsomgeving te creëren waarbinnen kinderen positieve ervaringen kunnen opdoen. Zo willen we het kind zijn/haar zelfvertrouwen teruggeven waardoor ‘het leren en ontwikkelen’ weer als een uitdaging wordt gezien en er voor de leerling een nieuw perspectief ontstaat op groei en ontwikkeling. In onze school staat het kind met zijn/haar specifieke onderwijsbehoefte centraal. In ons onderwijsarrangement streven wij er onder meer naar dat iedereen zich in onze school veilig voelt en met plezier naar school komt. En dat onze leerlingen zich kunnen ontwikkelen naar hun individuele mogelijkheden, waarbij vooral aandacht wordt geschonken aan de dingen waar Directeur: Koos Consten Loc.dir: Hans Bergmans Loc.dir.: Bertina Cobbenhaegen Tel: 043-343 00 13 Fax: 043-363 88 59 info@sbodesprong.nl www.sbodeopstap.nl 86 Basisschool ‘t Spoor is groeiende naar een kindcentrum. Wandelend door Limmel en Nazareth valt de scheidslijn op: het spoor. Het scheidt de beide buurten, maar het spoor staat ook voor verbinding. Ons logo geeft aan waar ons onderwijs voor staat: de acht dwarsverbindingen in de vorm van spoorbielzen, beelden de acht groepen uit die de leerlingen op hun weg door de basisschool afleggen. De beide stippen lijken niet even groot, maar dat is optisch bedrog. Leerkrachten van basisschool ’t Spoor hebben hoge verwachtingen van hun leerlingen en willen de talenten van hun leerlingen optimaal ontwikkelen. Onze school biedt extra onderwijstijd en maakt deel uit van het project Talentenschool Maastricht. Ouders worden actief betrokken bij het onderwijs en nieuwe ontwikkelingen binnen de school. onze leerlingen competent in zijn. Frans van de Laarplein 3 6217 NH Maastricht 6222 AM Maastricht Basisschool ’t Spoor Fax: 043-343 04 96 www.sbodesprong.nl Sareptaplein 1 6222 EE Maastricht Directeur: Annette Wijnen Loc.dir.: Marleen Hodenius Tel.: 043-363 20 65 info@tspoor-bs.nl www.tspoor.nl 11 Bijlagen Basisschool Aloysius Basisschool Het Mozaïek De basis voor de toekomst. Basisschool St. Oda Een warme school voor ieder kind. Kinderen – Kennis - Kunst & (C) Kultuur. Basisschool St. Aloysius maakt deel uit van kindcentrum Aloysius en Basisschool Het Mozaïek ligt in Maastricht-West, in de wijk Caberg. Basisschool St. Oda, gelegen aan de rand van de binnenstad in de wijk ligt in het centrum van de stad Maastricht en is gesticht in 1854. Ba- Een van oorsprong ruim opgezette arbeiderswijk, die tegenwoordig Brusselsepoort, is een prettige en (pedagogisch) veilige school. We wer- sisschool St. Aloysius kan terug kijken op een lange en rijke traditie een meer multi-culturele samenstelling kent. Het Mozaïek verzorgt ken vanuit de principes van de professionele cultuur binnen een leren- die nog steeds een gezonde basis vormt voor het geven van goed kwalitatief goed onderwijs door o.a. te werken met moderne me- de organisatie. In de jaren dat de kinderen op onze school zijn, hebben onderwijs. We zijn een school waar onze leerlingen worden bege- thoden en materialen die voldoen aan de eisen van de tijd en pas- we oog voor hun talenten en proberen we hun persoonlijke groei zo leid en opgevoed tot evenwichtige, tolerante en kritische mensen sen bij onze leerlingen. Nog belangrijker dan de methodes die we optimaal mogelijk te stimuleren. Centraal bij onze aanpak staan: zelfre- en medemensen. Ieder kind heeft recht op volledig en volwaardig gebruiken, vinden we de mensen die ermee werken. Door goed per- flectie, samenwerking, zelfverantwoordelijkheid, verantwoordelijkheid onderwijs, zoveel mogelijk aangepast aan zijn/haar capaciteiten en soneelsbeleid te voeren willen we bereiken dat de juiste leraar op voor elkaar, betrokkenheid en rekening houden met elkaars gevoelens. aanleg. Kinderen groeien op en functioneren in een omgeving waar de juiste plek komt. Het gaat in onze school niet alleen om het leren Deze aanpak geldt zowel voor de leerlingen als het personeel. Binnen men respect heeft voor elkaar, openstaat voor elkaars anders zijn. lezen, rekenen of schrijven. Kinderen leren ook samen te werken, onze profilering hebben kunst en cultuur een zeer belangrijke plek. We We zorgen voor een vriendelijk, veilig klimaat met duidelijkheid, te delen, eigen verantwoordelijkheid te dragen en voor zichzelf op functioneren in het Kindcentrum Oda dat haar uitstraling kent in de structuur, orde en regelmaat. te komen. In ons pedagogisch klimaat horen de woorden agressie, samenwerkingskracht met de kindpartners: peuterspeelzaal ‘Lambiek’ In het kindcentrum bieden wij opvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar, pesten, plagen, schelden en ruzie maken niet thuis. Samenwerken, (STEPS) en de organisatie voor buitenschoolse opvang Pinokkio’ (Stich- is een Peuterspeelzaal en BSO. Dit doen we met onze partners Le- verdragen, praten en vergeven wel. Dat geldt zowel voor de kinde- ting Kinderopvang Pinokkio Maastricht). Samen trachten we de kinde- wieke en Mik. Het kindcentrum is dagelijks geopend van 07.30 tot ren als voor de volwassenen. Onze school wil een veilige school zijn, ren goed voor te bereiden op wat komen gaat na de basisschool, zodat 18.30 uur. waar kinderen met plezier naar school komen en zich thuis voelen. zij zich als volwaardig persoon kunnen handhaven in een democrati- Basisschool St. Aloysius is tevens Euregioschool waar kinderen op Dat zijn voor ons de basisvoorwaarden om te leren. sche en multiculturele samenleving. De fysieke omgeving kenmerkt een speelse en betekenisvolle manier de buurtaal Frans leren in zich door een zeer transparante inrichting van stamgroeplokalen, leer- groep 1 t/m 8. pleinen en een leerstraat; dit binnen een zeer modern ingerichte ICTomgeving. Missie: “We steken onze nek uit voor ieder kind gericht op het behalen van maximale leeropbrengst”. U vindt dit terug in ons logo! Brusselsestraat 46 6211 PG Maastricht Directeur: Truce Oirbons Tel.: 043-321 04 97 Fax: 043-390 03 57 info@aloysius-bs.nl www.aloysius-bs.nl Prestantstraat 40 Directeur: Lou Quaedackers 6217 XX Maastricht Past. Habetsstraat 40 Loc.dir.: Henny Clermonts Tel.: 043-343 28 04 info@hetmozaiek-bs.nl 6217 KM Maastricht Directeur a.i.: Ed Lemmens Tel: 043-343 09 70 www.hetmozaiek-bs.nl info@oda-bs.nl 87 Fax: 043-354 09 21 www.oda-bs.nl Basisschool St. Pieter Basisschool ’t Spoor Eeuwig jong. Basisschool Scharn Het kind wegwijs maken. Basisschool St. Pieter is gelegen in de wijk St. Pieter, een dorp in de stad zegt men wel eens. Aan de ene kant is er nog een grote maatschappelijk samenhang, aan de andere kant is er de privacy die een stad biedt. Het is een plek waar kinderen samen, in veiligheid, geborgenheid en regelmaat, optimaal worden voorbereid op hun toekomst. We streven ernaar onze leerlingen te begeleiden naar en op te voeden tot evenwichtige, tolerante en kritische mensen. Hierbij trachten we een goed evenwicht te vinden tussen het aanleren van kennis en praktische vaardigheden en het stimuleren van persoonlijke ontwikkeling. Op onze school krijgt ieder kind volledig en volwaardig onderwijs, zoveel mogelijk aangepast aan zijn/haar capaciteiten. Bergweg 50 Kast. Schaloenstraat 8 6222 TP Maastricht 6212 CX Maastricht Directeur: Annette Wijnen Directeur: Dyonne Depondt Tel.: 043-363 66 79 Tel.: 043-321 20 78 info@pieter-bs.nl Basisschool ‘t Spoor is groeiende naar een kindcentrum. Wandelend door Limmel en Nazareth valt de scheidslijn op: het spoor. Het scheidt de beide buurten, maar het spoor staat ook voor verbinding. Ons logo geeft aan waar ons onderwijs voor staat: de acht dwarsverbindingen in de vorm van spoorbielzen, beelden de acht groepen uit die de leerlingen op hun weg door de basisschool afleggen. De beide stippen lijken niet even groot, maar dat is optisch bedrog. Leerkrachten van basisschool ’t Spoor hebben hoge verwachtingen van hun leerlingen en willen de talenten van hun leerlingen optimaal ontwikkelen. Onze school biedt extra onderwijstijd en maakt deel uit van het project Talentenschool Maastricht. Ouders worden actief betrokken bij het onderwijs en nieuwe ontwikkelingen binnen de school. info@tspoor-bs.nl www.pieter-bs.nl 88 Loc.dir.: Marleen Hodenius Samen leven, samen leren. Basisschool Scharn ligt in de wijk Scharn te Maastricht. De school wil actief inspelen op de veranderingen in de samenleving. Individuele verschillen worden herkend en erkend. Leren is vragen stellen. Kenmerken van het onderwijs en de school zijn: zelfstandig werken, samenwerken, verantwoordelijkheid dragen, structuur bieden, veiligheid en geborgenheid, ruimte voor nieuwsgierigheid en het ontplooien van talenten. In het onderwijs ligt de nadruk op het planmatig aanleren van kennis en vaardigheden. Getracht wordt op een evenwichtige manier aandacht te besteden aan de sociale, emotionele, creatieve, zintuiglijke, motorische, culturele ontwikkeling en vorming. Kloosterstraat 5-7 Directeur: Eef Karsten 6226 BP Maastricht Loc. dir.: Myra Meisen Fax: 043-458 48 42 Tel.: 043-362 05 65 Fax: 043-362 50 61 www.tspoor.nl info@bsscharn.nl www.bsscharn.nl 11 Bijlagen Basisschool De Lètterdoes Basisschool Wyck Een plek van samen veilig groeien. VSO Jan Baptist Veilig, Boeiend en Samen. Een school waar elke unieke leerling optimale ontwikkelingskansen krijgt. Onze ambitie is kwalitatief goed onderwijs te geven, dat leidt tot een Basisschool Wyck ligt in de wijk Wyck te Maastricht. De school is een De Jan Baptistschool is een school voor zeer moeilijk lerende kinde- optimale ontplooiing en een maximaal leerresultaat voor elk kind. typische binnenstad- en buurtschool. Het team van basisschool ren. De school kent twee locaties in Maastricht: de locatie voor Spe- Daarbij staat uitbreiding onderwijstijd en talentontwikkeling cen- Wyck vindt het belangrijk dat kinderen en leerkrachten met plezier ciaal Onderwijs (leeftijd 4 t/m 12 jaar) is gelegen in de wijk Malberg traal. naar school komen; zich daar veilig voelen in een warm pedagogisch en de locatie voor Voortgezet Speciaal Onderwijs (leeftijd 13 t/m 19 Onze unieke kracht hierbij is dat wij extra middelen en personeel klimaat van welbevinden, geborgenheid, rust en regelmaat. Veilig jaar) is gelegen in de wijk Pottenberg. De Jan Baptistschool heeft een inzetten om onderwijstijd (verplicht) te verlengen om zodoende op- voelen kun je alleen als er naast het bijbrengen van kennis ook aan- regionale functie. De school wil model staan voor een onderwijsin- timale leerresultaten te behalen voor onze leerlingen. dacht is voor elementaire sociale vaardigheden. Hierbij willen wij stelling die zijn leerlingen, uitgaande van de individuele mogelijk- Onze kerncompetenties liggen vooral binnen de vakgebieden taal, veel aandacht schenken aan een onderling gevoel van saamhorig- heden en rekening houdend met de beperkingen, optimaal tracht rekenen en lezen in de vorm van vakspecialisten en de inzet van de heid, dat er voor zorgt dat je respectvol met elkaar omgaat. Wij wil- voor te bereiden op de naschoolse periode als ook het zich kunnen combi-functionaris sport. Daarnaast zijn wij in staat een goed pe- len onze kinderen boeien met een breed aanbod van “leerstof” en handhaven in de huidige. Het optimaliseren van de zelfredzaamheid dagogisch klimaat te creëren vanuit een positieve benadering van “vaardigheden”. De kinderen te betrekken bij hun eigen leerproces in wonen, werken en recreëren is hierin leidraad. We trachten dit te het kind. Basisschool De Lètterdoes is voor de kinderen een plek van door een appél te doen op het stimuleren van zelfvertrouwen en het realiseren door nauwe samenwerking met andere scholen binnen structuur, veiligheid en geborgenheid. geven van ruimte voor het nemen van initiatieven. het REC, het reguliere onderwijs, woon- en werkverbanden als ook Daarnaast zal talentontwikkeling worden gestimuleerd- via de Ta- Bs. Wyck is tevens Euregioschool; daar leren kinderen op een speel- zorginstellingen. In het VSO speelt de arbeidstoeleiding een belang- lentenschool Maastricht- middels extra onderwijstijd door de week, se en betekenisvolle manier de buurtaal Frans. Momenteel werkt Bs. rijke rol. De school is een onderdeel van Rec3 Limburg en valt onder in de weekenden en de zomervakanties (zie ook www.talenten- Wyck samen met de kindpartners aan het opzetten van een klein- de Wet Expertise Centra. school maastricht.nl). Dit geldt natuurlijk niet alleen voor leerlingen schalig kindcentrum met een geheel eigen profiel. maar ook voor leerkrachten! Old Hickoryplein 100 6224 AZ Maastricht Directeur: Annette Wijnen Tel.: 043-362 37 96 info@deletterdoes-bs.nl www.deletterdoes-bs.nl Wijckergrachtstraat 4 A Directeur: Truce Oirbons Porseleinstraat 14 6221 CW Maastricht Directeur: Leon Kik Loc.dir.: Henk Albersen Tel: 043-343 05 65 Tel.: 043-321 89 97 info@wyck-bs.nl www.wyck-bs.nl 6216 BP Maastricht Loc.dir.: Ellen Willems info@zmlkjanbaptist-vso.nl 89 www.zmlkjanbaptist.nl Colofon Oplage: 400 exemplaren Redactie: Pieternel van Horssen Dave Huntjens Frans Hermans Linda Keerssemeeckers Foto’s: Moniek Wegdam Ontwerp en druk: Cortjens, Druk met Communicatie