MosaLira Jaarverslag 2010

Transcription

MosaLira Jaarverslag 2010
Jaarverslag 2010
Op koers, de wijze van onderwijs
Inhoudsopgave
1 Voorwoord
5
2 Stichting MosaLira
7
3 Strategie
9
4 Organisatie
19
5 Onderwijs
21
6 Personeel
29
7 Huisvesting
41
8 Financiën
45
9 Treasury
53
10 Jaarrekening
55
11 Bijlagen
81
1 Voorwoord
Dave Huntjens
Pieternel van Horssen
•
•
•
•
Het onderwijs in Nederland is stevig in beweging en • Er zijn drie interne mensen full time als ICT Onderzal de komende jaren te maken krijgen met cruciale wijsexperts aan de slag gegaan met als opdracht
veranderingen, zowel inhoudelijk ten aanzien van het binnen Mosalira het rendement op de investerinbieden van passend onderwijs voor alle kinderen gen in ICT verder te verhogen. De eerste ervarinals ook financieel in verband met de grote bezuini- gen zijn zeer positief en ook van buiten wordt met
gingsoperatie van de overheid en de demografische belangstelling gekeken naar deze andere manier
ontwikkelingen in onze regio. In dit jaarverslag kunt van organiseren.
u lezen welke resultaten wij in het afgelopen jaar gerealiseerd hebben en hoe wij MosaLira gereed maken • De inrichting van het door ons nagestreefde “exom de uitdagingen voor de toekomst aan te gaan. pertisecentrum” komt steeds dichterbij door het
Conform wet- en regelgeving heeft het bestuur van besluit de bestuurlijke samenwerking met Stichting
MosaLira in 2010 het besluit genomen bestuur en (in- Leerlingenzorg Op-Maat verder te onderzoeken.
tern) toezicht te scheiden middels het realiseren van
een Raad van Toezicht en een College van Bestuur • Alle voorbereidingen zijn getroffen om per 1 januaper 1 januari 2011. De eerste Raad van Toezicht wordt ri 2011 de financiële administratie volledig in eigen
gevormd door de voormalige bestuursleden en als beheer te gaan uitvoeren en daarmee het primaire
eerste College van Bestuur zijn ondergetekenden proces nog beter te kunnen ondersteunen.
benoemd.
De bovengenoemde resultaten zijn tot stand gekoDe belangrijkste resultaten van 2010 zijn:
men dankzij de kracht en kwaliteit van onze eigen
medewerkers, maar zeker ook dankzij de goede
De focus van iedereen binnen MosaLira is weer terug samenwerking met onze partners en stakeholders.
bij het primaire proces. Dit wordt gezien door de in- Wij nodigen u graag uit een kijkje te nemen in ons
spectie en ouders, maar het opbrengstgericht werken jaarverslag 2010, waarin deze keer vooral onze leerhaalt vooral het beste uit onze kinderen.
krachten aan het woord zijn. Daarmee willen wij illustreren dat onze focus scherp gericht blijft op het
Het marktaandeel van MosaLira met betrekking tot primaire proces en dat de bijdrage van leerkrachten
het leerlingenaantal in de stad is opnieuw gestegen. er zeer toe doet! Dank aan alle geïnterviewden voor
Dit is voor ons een teken dat ouders onze inspannin- de getoonde openhartigheid en professionaliteit.
gen en prestaties (h)erkennen en waarderen.
Uw reacties worden zeer op prijs gesteld via
Er is een herkenbaar aanbod voor alle hoog- en meer- info@mosalira.nl
begaafde kinderen tot stand gekomen. Weer een
stukje passend onderwijs erbij.
Pieternel van Horssen
Voorzitter College van Bestuur
Dankzij de intensieve samenwerking met de peuterspeelzalen en kinderopvangorganisaties ontstaan er Dave Huntjens
steeds meer MosaLira kindcentra met een aantrek- Lid College van Bestuur
kelijk voorzieningenpakket voor kinderen en ouders.
5
Extra begeleiding werpt zijn vruchten af.
wat dat ene kind nu precies nodig heeft, is elke keer bijna een
soort detectivewerk. Het enthousiasme van deze intern begeleider en RT-er is overgeslagen op de rest van het team, want
inmiddels zijn er drie docenten die zich op post-HBO niveau
in dezelfde discipline gaan bekwamen. “Gek genoeg komt
de grootste test komend schooljaar, als de eerste groep ‘rugzakkinderen’ naar de middelbare school gaat’’, besluiten Piet
en Josefien. ‘’Dat zijn tegenwoordig scholengemeenschappen met soms duizend leerlingen. Het welslagen op een reguliere school valt of staat met continue extra begeleiding”.
Josefien Vullinghs en Piet Schoenmakers
Montessorischool Binnenstad
Toen in 2004 onder het motto Weer Samen Naar School ‘de
rugzakjes’ hun intrede deden, is de Montessorischool Binnenstad zich direct gaan uitrusten. Met name werd kennis
binnengehaald over autisme en aanverwante stoornissen,
zoals PDD-NOS en Asperger. Intern begeleider Piet Schoenmakers en remedial teacher Josefien Vullinghs volgden naast
cursussen in Nederland de opleiding bij Peter Vermeulen
van Autisme Centraal in Gent, dé autoriteit in Europa op dit
gebied. Ze specialiseerden zich onder meer in Tom-training
en psycho-educatie, waarbij technieken uit de cognitieve
gedragstherapie worden gebruikt. “Tom-training richt zich
specifiek op het vergroten van het inzicht van het kind in zijn
of haar eigen emoties. En met psycho-educatie geven we het
kind meer kennis over zijn eigen beperkingen en het effect
daarvan op anderen. Een instrument dat we daarbij regelmatig toepassen zijn rollenspellen in kleine groepjes”, vertelt Piet.
“Dan gaat het er bijvoorbeeld om basisemoties als boos, blij,
bang en bedroefd te herkennen. Dat is vaak een eerste stap in
een meer harmonieuze interactie met andere kinderen. Faalangsttraining en conflictbeheersing doen we ook in groepjes
en dat soms gemengd met niet-autistische leerlingen die
daar eveneens moeite mee hebben. We hebben hier de afge-
lopen jaren goede resultaten mee behaald. Het is fantastisch
dat deze kinderen veel beter in hun vel komen te zitten en
met wat extra hulp inderdaad gewoon mee kunnen doen.”
In de school hangen posters met daarop wel twintig kwaliteiten die deze kinderen bezitten, als tegenhanger van het maar
al te makkelijk uitgedeelde label ‘rugzak-kind’ en ‘kind met
beperking’. Josefien: “Het is niet ongebruikelijk dat een autistische stoornis gepaard gaat met een uitzonderlijk concentratievermogen of heel precies kunnen werken, maar ook zoiets als
beleefdheid en punctualiteit. Sommige kinderen zijn bijvoorbeeld bijzonder goed in rekenen. Maar in de stap om die kennis om te zetten in een goed antwoord op papier treedt nogal
eens ruis op. Zo kwam een taakje abrupt tot stilstand op het
moment dat een leerling constateerde dat het antwoord niet
goed was. Zij wist niet meer wat ze moest doen. Wij ontleden
de hele activiteit ‘toets maken’ dan in vele afzonderlijke stapjes en benoemen die stuk voor stuk. Haar probleem was dat ze
dacht dat ze niet verder kon omdat zij even niet zelf de conclusie kon trekken dat ze een gum mocht pakken, het antwoord
uitgummen en vervolgens het goede invullen. Toen die obstructie was weggenomen, kon de rekenopgave worden hervat, met een foutloze uitkomst als resultaat.” Om uit te pluizen
Ja, zich veilig voelen is belangrijk voor mijn
kind. Je moet daarvoor duidelijk zijn, alles
op een rij zetten, haar situaties en omgeving
voorbereiden. Ook thuis. Ik stel ook nooit
een vraag, maar zeg haar wat we gaan
doen. Bijvoorbeeld: 'Jara, we gaan nu naar
boven.' Dat is duidelijk voor haar.
Saskia Smeets
2 Stichting MosaLira
MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding is opgericht in 2003 en gevestigd te
Maastricht. MosaLira is het bevoegd gezag van 18 scholen voor basisonderwijs, twee scholen voor speciaal basisonderwijs en één voorziening voor voortgezet speciaal onderwijs/zeer
moeilijk lerende kinderen. Op onze scholen werken circa 600 personeelsleden voor ruim 5.300
leerlingen. Het marktaandeel van MosaLira binnen het basisonderwijs in Maastricht is meer
dan 62%.
De stichting heeft zonder winstoogmerk ten doel het geven van (speciaal) basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs in Maastricht en omgeving. Daarnaast heeft
MosaLira tevens ten doel het verzorgen van kinderopvang-, peuterspeelzaal- en overige pedagogische begeleidingsactiviteiten.
Ik vind het fijn dat ik word geholpen.
Dan kan ik me beter concentreren, beter
opletten. En dan kan ik ook doorwerken.
Dan let ik niet op andere kinderen, hoor
niet alles en word ik niet afgeleid. Als ik dan
mijn rekenen en taal af heb, mag ik soms
spelen op de computer. Leuk.
Het onderwijs binnen alle MosaLira scholen wordt gegeven met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse
samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden.
Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele, algemeen bijzondere of openbare scholen.
Missie
MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend.
De hoofddoelstelling van MosaLira is het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind,
waarbij in een waardegerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele
kind centraal staat. Ons onderwijs is derhalve gericht op de totale ontwikkeling van het kind.
Er is in onze visie meer dan status en positie op de maatschappelijke ladder, maar iedereen
binnen onze organisatie heeft wel de opdracht uit elk kind te halen wat erin zit en kinderen
optimale startkansen te geven in de maatschappij van de toekomst.
Jara Smeets
7
Irma Noordhoek
SBO De Sprong
Kinderen krijgen meer
plezier in de leerstof.
De extra aandacht en oefening resulteert
in een duidelijke verbetering van het lezen
van Giel. Bovendien heeft hij plezier in het
volgen van deze extra leeslessen. Wij zijn
dan ook zeer tevreden over de aanpak en
inzet van Juf Irma.
Toen aan Irma Noordhoek de vraag werd gesteld of ze
belangstelling had om onderwijs op maat te geven in
de plusklas Zorg in Amby hoefde ze niet lang na te denken. “Les geven aan kinderen die op de een of andere
wijze speciale aandacht nodig hebben heeft me altijd
al aangetrokken. Bovendien sluit het werken in de plusklas Zorg ook aan bij mijn huidige functie als preventief
ambulant begeleider bij SBO De Sprong.” Nu nog is ze
twee ochtenden per week actief in ‘haar’ plusklas, straks
verandert dit. Dagen waarop ze zich verheugt want “je
merkt aan de kinderen dat ze blij zijn, als ze me zien. De
kinderen in de plusklas hebben meer zelfvertrouwen
gekregen in hun eigen kennen en kunnen.” Een kleine
groep leerlingen uit de groepen 4, 5 en 6 begeleidt ze.
Waarom is er eigenlijk een plusklas Zorg? “ Achterliggende
gedachte is om onderwijs op maat in het regulier onderwijs te realiseren. Dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan.
Tussen regulier en speciaal onderwijs bevindt zich een
soort schemergebied waarbij leerlingen die zich daar in
bevinden tussen de wal en het schip dreigen te raken. Met
de plusklas Zorg willen we bereiken dat het schemergebied opklaart, dat duidelijk wordt welke kinderen beter tot
hun recht komen in het reguliere onderwijs dan wel meer
op hun plaats zijn in het speciaal basisonderwijs. In de
plusklas werken we vooral met handelende activiteiten
en veel herhalingen. Het mooie van dit werk is dat je resultaten ziet. Juist deze kinderen voelen zich gezien als ze het
goed doen. Ze groeien, ervaren hun succes. Ja, dat vind
ik echt prachtig om dat zelfvertrouwen van de kinderen
te zien toenemen. De plusklas draagt bij aan boeiend en
betekenisvol onderwijs. En dat willen we toch allemaal?”
Irma prijst de samenwerking met de groepsleerkrachten
en interne begeleiders. Die is zo intensief mogelijk. “Je
krijgt meer inzicht in elkaars handelen, elkaars beweegredenen. Samen krijgen we meer inzicht in de te volgen leerlijn, meer zicht op differentiatiemogelijkheden. Juist dit
spreekt haar zo aan in het werk. Irma vreest de aanstaande
bezuinigingen. “Je hebt als maatschappij de plicht op te
komen voor kinderen die het allemaal niet zo gemakkelijk afgaat. Die moet je dus in je begroting ontzien.”
Jean Scheijen
3 Strategie
Via het werken aan haar strategische doelstellingen denkt MosaLira de hoofddoelstelling, maximale leeropbrengst voor ieder kind, het meest effectief en efficiënt te realiseren. Het motto is met
minder inspanning, meer resultaat behalen.
De drie doelstellingen in het strategisch programma 2015 van MosaLira zijn:
• Beter benutten van het breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg.
• Versterken van de professionele cultuur.
• Versterken van het persoonlijk meesterschap.
Maximale leeropbrengst
Breed onderwijsaanbod en kwaliteitszorg
Giel Scheijen
Professionele cultuur
Persoonlijk meesterschap
Missie en visie
De onderdelen van het strategisch programma hangen nauw met elkaar samen en worden binnen MosaLira gezien als een huis. De missie en visie vormen het fundament, waarop de pijlers van professionele
cultuur en persoonlijk meesterschap voldoende draagvlak vinden om het breed onderwijsaanbod en de
goede kwaliteitszorg in de lucht te houden met als doel maximale leeropbrengst voor elk kind. Deze gedachtengang dient het uitgangspunt te zijn voor het dagelijks handelen van alle geledingen en medewerkers binnen MosaLira en geeft de richting voor het stellen van de juiste prioriteiten op schoolniveau.
9
Noël Claessens
bs. Sint Aloysius
Het bezoek van kinderen raakt
dementerende ouderen.
Het is fijn om de bewoners een leuke
Op basisschool Sint Aloysius brengen de leerlingen van
groep 7 elk jaar een bezoek aan de Lenculenhof, een verzorgingshuis in de buurt, waar ook een groep ouderen
met dementie woont. Leerkracht Noël Claessens: ‘’Twee
jaar geleden werden we benaderd met de vraag of er bij
onze school interesse bestond om deze ouderen eens te
verblijden met een bezoekje. Daar werden we wel enthousiast van, zeker gezien het feit dat we de kinderen behalve
rekenen en taal ook een zeker maatschappelijk bewustzijn
willen bijbrengen. Vergrijzing was lange tijd een abstract
begrip, dat eigenlijk alleen in statistiekjes bestond, maar
nu een duidelijk waarneembare realiteit is. We hebben te
maken met een zichtbaar grotere groep ouderen en inherent daaraan een grotere groep met dementie. Dat maakt
het ook een realiteit voor onze kinderen. In mijn klas zit
bijvoorbeeld een meisje met een dementerende oma.
Van de Alzheimer Stichting hebben we een educatiepakket gekregen en dat in drie lessen behandeld, zodat de
kinderen goed voorbereid aan hun bezoek konden beginnen. In groepjes van twee gaan ze helpen met de lunch.
De handeling van het opdienen van het eten introduceert
de kinderen op een vloeiende manier bij de ouderen.”
Ook nemen ze een voorwerp mee dat de ouderen vanuit
hun eigen kindertijd zouden kunnen herkennen. De 11-jarige Sem had een handjevol ouderwetse guldens meegenomen. Voor een bewoonster riep dat inderdaad onmiddellijk herinneringen op aan de poppen die zij vroeger
kocht van het zakgeld dat zij van haar eigen opa en oma
in de hand gedrukt kreeg. “Dementerende ouderen zijn
eigenlijk kinderen in een oud lichaam en dat is de reden
dat juist het bezoek van de jeugd iets openbreekt waar
wij als volwassenen niet aan kunnen raken,” vervolgt Noël.
Een vrouw die nauwelijks nog contact maakte, leefde compleet op toen ze het knuffelbeertje zag dat Stéphanie had
meegenomen. Het toeval wilde dat zijzelf óók een beer
als knuffel had toen ze nog kind was. Tot verbazing van
het personeel begon ze daar uitgebreid over te vertellen.
Daarna wilde zij plotseling wél weer mee op een uitstapje
naar de dierentuin; om naar de beren te kijken. De kinderen maken van hun bezoek een verslagje, dat te lezen is
op de schoolwebsite. Het project wordt voor de zomer
afgesloten door met de bewoners een wandeling naar het
stadspark te maken en daar gezellig te gaan picknicken.
middag te bezorgen, dat ze inderdaad
de spullen herkennen die we meenemen
en daarover gaan vertellen. Het is
interessant om te zien hoe dementie
werkt, hoe mensen die dementie
hebben, leven.
Sem Penders
3 Strategie
MosaLira heeft voor elk van de drie doelstellingen haar visie geformuleerd ten aanzien van wat in 2015
bereikt moet zijn. De belangrijkste doelen voor 2015 zijn:
1 Iedere school is een op locatie centraal aangestuurd kindcentrum waar, 52 weken per jaar tussen 7.30
en 18.30 uur, op basis van een gedeelde visie, door samenwerkende organisaties, duurzaam gewerkt
wordt ten behoeve van de ontwikkeling van kinderen tussen 0 en 13 jaar.
Als ouder vind ik het geweldig dat de
school ook met dit project
maatschappelijke betrokkenheid wil
meegeven aan haar leerlingen. Onze
dochter Floor had een ouderwetse
scheerdoos van opa meegenomen.
Een van de dames in het verpleeghuis
herkende dit voorwerp omdat haar
2 Er is een expertisecentrum ingericht waarin efficiënt gebruik gemaakt wordt van de beschikbare expertise van het personeel en waarbinnen voor ouders van kinderen met speciale ontwikkelbehoeften
en –mogelijkheden een loketfunctie gerealiseerd is.
3 Alle scholen hebben een vastgesteld zorgprofiel en handelen hiernaar, zodat voor alle betrokkenen
duidelijk is waar de grenzen van de school zich bevinden. Duidelijk is op welke onderwijs- en ontwikkelbehoeften van kinderen de school een passend aanbod kan bieden.
4 Elke school betrekt ouders als partner actief bij de ontwikkeling van hun kind en de juiste schoolkeuze.
5 Kwaliteit is leidend bij beslissingen en de mate waarin personeelsleden voldoen aan de specificaties
om succesvol te kunnen zijn in de functie en rol die ze binnen de organisatie vervullen. Werving van
personeel is gericht op de toegevoegde waarde van de persoon.
man er vroeger ook zo een had.
Sascha Kotterer
6 Er heerst een aanspreekcultuur op verantwoordelijkheden. Het geven en ontvangen van professionele feedback is normaal en mensen stellen zich kwetsbaar op. Communicatie op alle niveaus (kinderen,
ouders, personeelsleden, externe partners) wordt vorm gegeven middels een professionele dialoog.
7 Mede-eigenaarschap is de belangrijkste voorwaarde om tot persoonlijk meesterschap te komen. Het
zorgt voor een stimulans in de persoonlijke ontwikkeling, doordat persoonlijke doelen en organisatiedoelen meer met elkaar in lijn komen te liggen.
8 MosaLira investeert in haar medewerkers. Dat is niet vrijblijvend, niet voor MosaLira en niet voor haar
medewerkers.
11
Peggy Dukers
bs. Anne Frank
Vroeg signaleren
van dyslexie is
belangrijk
Dyslexie is een stoornis waarbij iemand moeite heeft
met (leren) lezen en vaak ook met schrijven. Bij kinderen met dyslexie zijn de lees- en spellingsvaardigheden onvoldoende geautomatiseerd. Een op
de tien kinderen blijkt moeite te hebben met leren
lezen en spellen. “Deze kinderen hebben begeleiding nodig om succesvol te kunnen zijn op school”,
zegt Peggy Dukers, sinds 2008 intern begeleider/dyslexiespecialist bij MosaLira. Ze informeert en coacht
leerkrachten, ouders en leerlingen met betrekking
tot dyslexie; onder meer door extra leesbegeleiding.
Peggy is een leergierige bezige (onderwijs)bij, verbonden aan de Anne Frank school. Jaren stond ze voor de
klas als groepsleerkracht, tot ze zeven jaar geleden werd
gevraagd om intern begeleider te worden. Geïnteresseerd als ze is in leren lezen en leesstoornissen volgde
ze een master dyslexie. “Daar heb ik ontzettend veel
van geleerd”, zegt Peggy enthousiast. “Je leert op een
heel andere manier om te gaan met de problematiek, er
anders naar te kijken. Hoe eerder leerkrachten leesproblemen bij kinderen her- en onderkennen, hoe beter en
effectiever ze deze kinderen kunnen begeleiden. Vroeg
signaleren van dyslexie en leesproblemen is dan ook
van groot belang. Als intern begeleider kan ik leerkrachten en ouders handvaten aanreiken om ze te leren en
te begeleiden hoe om te gaan met deze problematiek.”
Praktisch gezien zijn er bergen werk verzet. “We hebben naast technisch lezen een leescircuit met zes
werkvormen opgezet voor groep 3-5. Daarmee is het
effectief leesonderwijs geborgd. Daarnaast is in groep
3 de nieuwe ‘Veilig Leren Lezen’ methode geïmplementeerd en oriënteren we ons momenteel op het
technisch lezen voor 4-8 jarigen. Komend schooljaar
staat aandacht voor begrijpend lezen centraal. Waarbij binnen het door de leerkracht gegeven onderwijs
wordt gedifferentieerd naar individuele onderwijsbehoeften.” Bovendien volgt Peggy dit jaar het Connect
Vloeiend Lezen interventieprogramma; een aanvullend
interveniërend programma voor zwakke lezers. Ook
is ze druk doende met de cursus RALFI . Het doel van
RALFI lezen is het verbeteren van de vloeiendheid van
het lezen en daarmee het leesniveau. “Kunnen omgaan
met vormen van dyslexie is ook goed voor alle zwakke
lezers. Er bestaan prachtige remediërende technieken
voor leerkrachten en ouders”, aldus Peggy die ook de
voortgangscontrole van de gehanteerde methodiek bewaakt. En om haar vaardigheden nog meer aan te scherpen heeft ze ook een driedaagse Train-de-trainer cursus
gevolgd. Een verdiepende cursus voor onderwijsprofessionals die op gekwalificeerd niveau visie en beleid
ontwikkelen, dyslexie ICT implementeren, zelf trainingen geven en collega’s gaan coachen. Zoals gezegd,
Peggy is een bezige bij met hart voor de onderwijszaak.
Natasja Vlaspoel
3 Strategie
Samenwerking STEPS
In 2008 heeft MosaLira een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Stedelijke Peuterspeelzaal
Stichting (STEPS) gevestigd in Maastricht. Deze samenwerking had als doel:
Natasja Vlaspoel:
Wij als ouders zien Zoë nu vooruitgaan. We
hebben regelmatig overleg met leerkrachten
• het aantoonbaar verbeteren van ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen;
en Peggy en voelen ons gesteund. Zoë is
• het versterken van de bestuurskracht in contacten met de gemeente en andere partners;
emotioneel een stuk sterker geworden en
• het realiseren van structurele samenwerkingsrelaties (in enigerlei vorm) met andere partners;
voelt zich nu begrepen.
• de totstandkoming van kindcentra in Maastricht;
Zoë en Ludo:
• het zoveel als mogelijk integreren van de ondersteunende diensten van beide organisaties;
Dyslexie is echt niet fijn, maar het met zijn
• het op onderdelen concreet voeren van gemeenschappelijk personeelsbeleid;
vieren lezen bij Peggy wel. In de klas helpen
onze schoudermaatjes ons met moeilijke
woorden. Op de Anne Frank voelen wij ons
veilig met dyslexie.
• het als team integreren van peuterspeelzaal en school op locaties.
De samenwerkingsovereenkomst was in eerste instantie aangegaan voor een periode van twee jaren met
de intentie om uiterlijk met ingang van 1 januari 2010 een nieuwe samenwerkingsovereenkomst of andere
vorm van samenwerking aan te gaan met als doel een sterkere mate van bestuurlijke integratie. Uiteraard
was de uiteindelijke vorm afhankelijk van het geldende overheidsbeleid, de wettelijke regelgeving en de
bekostiging.
Per 1 augustus 2010 is de wet OKE (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) ingevoerd. Doel van
deze wet is het verhogen van de kwaliteitseisen in het peuterspeelzaalwerk en het stimuleren van taalontwikkeling van jonge kinderen. De belangrijkste maatregel uit de wet OKE is de harmonisatie van wet- en
regelgeving voor peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, waarmee een kwaliteitsimpuls voor de peuterspeelzalen wordt beoogd. MosaLira en STEPS waren met deze ontwikkeling reeds intensief bezig in de
vorm van samenwerking met stichting Pinokkio, een particuliere kinderopvangorganisatie voor kinderen
van 0 tot 13.
Zoë Vlaspoel
Ludo Geurts
De gemeente heeft als subsidiegever van het peuterspeelzaalwerk een onafhankelijk bureau onderzoek
laten doen naar op welke wijze de harmonisatie tussen peuterspeelzaalwerk en kinderopvang het beste
vormgegeven kan worden in Maastricht. Uitkomst van dit onderzoek was het advies om over te gaan tot
de meest verregaande vorm van harmonisatie: volledige integratie van kinderopvang en peuterspeelzaalwerk. Dit betekent dat de gemeente (vooralsnog) geen voorstander is van een verdere formele samenwerking tussen STEPS, Pinokkio en MosaLira. Hierdoor bleek het nog niet mogelijk om in 2010 de gewenste
stappen op bestuurlijk niveau te zetten, maar operationeel loopt de samenwerking erg goed.
13
Vroeg kennismaken met productmatig werken.
zetten van deze kistjes zien ze als een opdracht die ze zo
goed mogelijk willen vervullen. Theo wordt in die mening
ondersteund door leerlinge Nadriana (15). “ Zij kan niet alleen heel goed voetballen maar Nadriana loopt bij mij ook
intern stage als assistente bij techniek”, glimlacht Theo. “Ik
wil als ik van school kom met mijn handen werken”, vertelt Nadriana. “Techniek vind ik leuk om te doen. Hier leer
ik om goed met machines om te gaan en waar je allemaal
op moet letten om de kistjes goed in elkaar te zetten.”
Theo Vleeshouwers
Jan Baptist VSO
Hij is terecht heel trots. Theo Vleeshouwers, docent techniek voortgezet speciaal onderwijs bij Jan Baptist, een
school voor zeer moeilijk lerende kinderen. Deze week
heeft hij, samen met zijn collega Sonja Bollen en hun elf
leerlingen een mijlpaal bereikt. Niet minder dan 250 houten kistjes hebben zij sinds de start in september 2010 geproduceerd. Schuren, boren, schroeven, hout frezen, in
elkaar zetten: ze draaien er hun hand niet meer voor om.
Kistjes, in de vorm van een dienblad, die worden gebruikt
als presentatiemateriaal voor producten van een kaasboerderij. In de kistjes presenteert de kaasboerderij een assortiment kazen om te verkopen. “Dit schooljaar zijn we
gestart met een productielijn techniek”, legt Theo uit. “Het
enthousiasme onder de leerlingen is groot. Het in elkaar
Sinds dit schooljaar kent VSO Jan Baptist drie profielen: techniek, groenvoorziening en horecaverzorging. “Waar het bij
ons op school om draait is onze leerlingen zo optimaal mogelijk voor te bereiden op toekomstig werk”, verduidelijkt
Theo. “Deze productielijn techniek sluit daar naadloos bij
aan. Zo laten we de leerlingen al heel vroeg kennis maken
met productmatig werken: werkvolgordes, werken met
machines en mallen en geconcentreerd blijven werken zijn
nodig om een goed product te leveren. Deze productielijn
is opgenomen in het profielvak algemene technieken en is
dus een eerste training richting arbeidstoeleiding.” Nadriana laat haar productielijn formulieren zien. “Hierin schrijven
we de voortgang op en alles wat nodig is om een zo goed
mogelijk kistje te maken.” Ze heeft er inmiddels zoveel plezier in dat ze ook al andere ideetjes in hout heeft ontworpen
en uitgevoerd. Bijvoorbeeld een hebbedingetje als een auto
waarin je potloden kunt plaatsen. Blijft de vraag dat wie een
productielijn start, wel over klanten moet beschikken.
“Dat klopt”, beaamt Theo. “Maar maak je maar geen zorgen. Inmiddels kunnen we al voor volgend jaar weer een
nieuwe opdrachtgever aan onze klantenlijst toevoegen.”
Nadriana Tak
3 Strategie
Fusie-onderzoek Stichting Leerlingenzorg Op-Maat (SLO-M)
SLO-M is een stichting voor (voortgezet) speciaal onderwijs, die in 2006 is ontstaan door het samengaan van de rechtsvoorgangers van de scholen IvOO en Don Bosco (momenteel nog herkenbare entiteiten). SLO-M levert onderwijs met een bovenregionaal adherentiegebied ten aanzien
van kinderen met Autisme Spectrum Stoornissen. Een deel van de expertise van SLO-M ten aanzien
van diagnostiek, advisering en begeleiding van kinderen/jongeren met leer- en/of opvoedproblemen is ondergebracht in de zelfstandige organisatie IRIS.
Ik wil als ik hier van school kom graag met
mijn handen werken. Techniek vind ik echt
heel leuk om te doen. Hier leer ik alvast
waar ik later allemaal aan moet denken.
Om elke vraag voor onderwijs en zorg van kinderen en hun ouders in de regio te kunnen beantwoorden, hadden MosaLira en SLO-M in het verleden regelmatig overleg over mogelijkheden tot
samenwerking. Al snel bleek in de gesprekken dat passend onderwijs het best geboden kan worden indien beide stichtingen met elkaar zouden fuseren. Een goede bestuurlijke verankering biedt
de beste mogelijkheden tot inhoudelijke verbetering, innovatie en het opheffen van mogelijk tegengestelde belangen. Beide besturen zijn van mening dat het bij elkaar brengen van hun ervaring
en expertise leidt tot pedagogische en onderwijskundige meerwaarde, die ten goede komt aan het
opgroeiende kind. Door samenvoegen van beide organisaties ontstaat een compleet aanbod met
betrekking tot passend onderwijs. Op deze manier kan op vrijwel elke onderwijskundige of opvoedingsvraag antwoord worden gegeven.
Door de ondertekening van een intentie-overeenkomst hebben beide partijen verklaard de intentie te hebben te gaan fuseren, waarbij de naam en zelfstandigheid van SLO-M zal verdwijnen en
SLO-M zal worden opgenomen door MosaLira. Streven is om de fusie per 1 augustus 2011 te laten
plaatsvinden. Belangrijke argumenten met betrekking tot de visie dat de fusie kan slagen zijn het
feit dat beide besturen eenzelfde onderwijskundige visie en bijbehorende waarden delen en dat er
een goede persoonlijke fit bestaat tussen de beide Colleges van Bestuur. In 2011 zal nader onderzoek plaatsvinden naar de gevolgen van de fusie op het onderwijs, de identiteit, het personeel, de
financiën, de organisatie en de medezeggenschap.
Identiteit
Om haar betrokkenheid op de kwaliteit en het karakter van het onderwijs aan de scholen op katholieke grondslag te borgen, heeft de katholieke kerk i.c. het bisdom Roermond MosaLira bij de
verbreding van haar grondslag en doelstelling gevraagd een Commissie Onderwijs en Identiteit in
het leven te roepen. De commissie heeft als taak de levensbeschouwelijke oriëntatie van het onderwijs op alle scholen van MosaLira te stimuleren, te versterken, te begeleiden en te ondersteunen.
Deze taak voert de commissie uit vanuit de aanname dat levensbeschouwelijke oriëntatie de basis
en toetssteen vormt voor een waardengestuurde ontwikkeling. Een verheldering van de onderliggende mens- en levensvisie draagt bij aan de doorwerking van de sturende waarden in het denken
en handelen van alle betrokkenen.
15
Ans Meijers
bs. Amby
Lerende partners die kennis
delen en vermenigvuldigen.
“Kinderen moeten door het onderwijs worden uitgedaagd, op zoek blijven gaan naar nieuwe uitdagingen,
geïnspireerd worden. Om dat te bereiken zijn enthousiaste, goed opgeleide leerkrachten nodig.” Aan het
woord is Ans Meijers, schoolopleider. “Vanuit mijn functie
begeleid ik de mentoren van de basisscholen en begeleid en beoordeel ik de studenten van de Pabo opleiding die stages lopen binnen MosaLira scholen. Dat doe
ik op vijf scholen met momenteel achttien studenten.”
Een aantal jaren geleden sloten HS-Zuyd en enkele schoolbesturen waaronder MosaLira een convenant om samen
verantwoordelijk te zijn voor het opleiden van studenten.
“Waar we naar streefden was versterking van elkaars capaciteiten. Lerende partners te zijn en samen verantwoordelijkheid te dragen.” Ans Meijers schreef mee aan het curriculum
dat als basis dient voor de gezamenlijke visie op leren die
onderwijsopleidingen en opleidingsscholen uitdragen en
willen verwezenlijken. Daarnaast bewaakt en coördineert
ze als afgevaardigde binnen een taakgroep van besturen
het afgesproken beleid. Binnen basisschool Amby is ze de
opleidingscoördinator voor Pabostudenten leerjaar 1 t/m 4.
Karen Amory en Judith Wolfs zijn vierdejaarsstudenten en
lopen stage bij basisschool Amby. Ze waarderen de wijze
waarop opleiding en basisschool invulling geven aan hun
leerwerkomgeving. “Basisschool Amby wil een lerende
school zijn”, constateren Karen en Judith. “Dat betekent dat
de school open staat voor ieders mening. Vanuit de opleiding krijgen wij opdrachten mee die we hier aan de praktijk
kunnen toetsen. We leren enorm veel op de werkvloer.” Ans
Meijers knikt instemmend. “ Het leren met de studenten
zorgt voor de transfer tussen theorie en praktijk. De visie
op leren tussen opleiding en opleidingsschool moet een
gedeelde visie zijn waarin je elkaar versterkt”, legt ze uit.
“Speerpunten binnen die visie zijn: samen doen, samen leren ofwel sociaal constructivisme. Dat betekent dat de visie
op leren van de Pabo naadloos moet aansluiten op de visie
van de desbetreffende basisschool. Realiseer je daarin een
match dan spreek je met elkaar een ontwikkeltraject van
vier jaren af. In Amby is gekozen voor leren uit een onderzoekende houding. Waarin leerkrachten, studenten en kinderen samen en gelijktijdig aan hun ontwikkeling werken.
Dat gebeurt langs drie lijnen: kennisontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling en ontwikkeling van beroepsvaardigheden.” Het is duidelijk. Ans Meijers is een gedreven professional die het onderwijs al jarenlang een warm hart toedraagt.
“Ik ben er trots op dat ik in deze school dit gezamenlijk leerproces mag coördineren en begeleiden”, zegt ze tot besluit.
Judith Wolfs
3 Strategie
In het verslagjaar is dankzij de commisie een scholings- en begeleidingsaanbod voor levensbeschouwelijke oriëntatie tot stand gekomen voor de scholen van MosaLira. Dit aanbod is gericht op
voortzetting van de begeleidingstrajecten ‘waardengestuurde schoolontwikkeling’, alsmede op
het verhelderen van de relatie tussen school, ouders en parochie. Er is uit bestaand lesmateriaal
een project samengesteld dat zoveel mogelijk samenhang biedt tussen vakgebieden als ook verdieping in de lijn van de waarden in de schoolvisie. De lessen godsdienst en levensbeschouwing
worden door de leerkrachten samen met gastdocenten voorbereid en uitgevoerd.
De commissie heeft in samenwerking met de directeuren van MosaLira een samenhangend geheel
geschetst van de wijzen waarop scholen hun levensbeschouwelijke oriëntatie vormgeven in hun
educatieve aanbod. Dit overzicht is kleurrijk vastgelegd op een ‘onderlegger’. Deze onderlegger
kunnen scholen gebruiken in hun gesprekken met degenen die betrokken zijn bij de inhoud en de
vormgeving van levensbeschouwelijke educatie.
Basisschool Amby is een lerende
school. Hier staan ze open voor
ieders mening. Ook voor die van
lerende studenten.
Op verzoek van het bestuur heeft de commissie namens MosaLira deelgenomen aan het overleg
van het bisdom met de schoolbesturen voor primair onderwijs. In dit overleg is het idee ontstaan
om te onderzoeken of en op welke wijze vormgegeven kan worden aan een periodiek overleg
tussen schoolbesturen over levensbeschouwelijke educatie. Inmiddels zijn op dit gebied de eerste
verkennende contacten tussen een aantal besturen gestart.
Karen Amory
17
Mia Starren
bs. De Burght
De markeerstift heb ik nauwelijks
meer nodig.
Ik vind het rekenen nu leuker. Er zit meer
uitdaging in en het is minder saai.
Emi vat het even kort en bondig samen:
Twee jaar geleden werd bij basisschool De Burght het
rekenonderwijs onder de loep genomen. Er werd een
nieuwe systematiek ontwikkeld om efficiënter bij te houden op welk punt welke leerling nu precies iets extra’s
nodig heeft. In groep 7 van Mia Starren resulteerde dit
een jaar na de invoering al tot een score van 97 procent
waar dat eerst op 88 procent lag. “Aan de ene kant hebben we de reguliere methodegebonden toetsen door
het jaar heen. Heel secuur wordt gemarkeerd hoe de
groep het als geheel heeft gedaan, per onderdeel. Zo
kan ik in één oogopslag zien welke som kennelijk te
moeilijk was. Daar besteed ik klassikaal dan nog eens extra aandacht aan. Tegelijkertijd houden we de score van
het kind individueel bij. Als ik dan zie dat een leerling onder de tachtig procent scoort, wordt dat onderdeel individueel bijgespijkerd. Het gevolg is dat ik de markeerstift
aan het einde van het jaar nauwelijks meer nodig heb.”
“Daarnaast houden we een groepsoverzicht bij waarin
alle informatie samenkomt; de laatste Cito-toetsen, de
leervaardigheidsgroei, de methodegebonden toetsen
van dat jaar, sociaal-emotionele aandachtspunten, ob-
servaties, gesprekken met leerlingen en/of ouders, het
zorgniveau en de onderwijsbehoefte van elk kind. De
leerkracht van groep 8 kan met deze informatie naadloos verder gaan waar ik ben opgehouden. We bespreken de voortgang drie keer per jaar met de ouders, zodat zij als het ware samen met ons de vinger aan de pols
kunnen houden.” De methode werd samen met intern
begeleider Math Janssen ontwikkeld. ‘’Hij zorgt ervoor
dat alles geautomatiseerd is in overzichtelijke tabellen,
die heel compleet zijn en toch heel weinig tijd kosten om
in te vullen. Wat betreft het rekenonderwijs kregen we
vanuit het voortgezet onderwijs het signaal dat in het
basisonderwijs als geheel de focus teveel ligt op de absolute uitkomst van een som en dat er te weinig wordt
gekeken naar de berekeningswijze die is gevolgd. Om te
beginnen zijn in de eerste klas van de middelbare school
als proef de rekenmachines in de ban gedaan en staat
de ouderwetse rekenles weer op het rooster. Onze taak
in groep 7 en 8 is om de juiste denklijnen intensiever te
bewaken. Inmiddels is er een gecombineerde PO-VO
werkgroep bezig om dit naar de praktijk om te zetten.”
Joppie, joppie, joppie, rekenen met juf
Mia is toppie!
Emi Brok
4 Organisatie
Het bestuur van MosaLira bestaat ultimo 2010 uit vijf leden en is, met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de statuten is bepaald, belast met het besturen van de stichting. Het bestuur vertegenwoordigt
de stichting in en buiten rechte. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan de voorzitter
en de secretaris tezamen en bij belet of ontstentenis aan hun plaatsvervangers tezamen.
In het verslagjaar bestond het bestuur uit de volgende leden:
Er wordt niet naar de methode, maar naar
De heer F. Groutars, voorzitter;
Mevrouw M. Driessen, secretaris;
De heer P. Brugman, lid; Mevrouw M. Heijltjes, lid; De heer H. Manders, lid
het kind gekeken en dat werpt zijn vruchten
De bestuursleden ontvangen de maximaal fiscaal toelaatbare vrijwilligersvergoeding.
af. Emi is best goed in rekenen en ik merk
Bevoegdheden die in de statuten niet expliciet aan het bestuur zijn toegekend zijn gemandateerd aan de
algemene directie. De beleidsvoorbereiding op de terreinen die het bestuur regarderen vindt plaats door
de algemene directie. Bovendien heeft de algemene directie eigenstandige beleidsbepalende bevoegdheden binnen kaderstellende uitgangspunten die door het bestuur zijn vastgesteld. Bevoegdheden van
de algemene directie ten aanzien van een afzonderlijke school zijn toegewezen aan de directie van een
school, zoals verwoord is in het directiestatuut. Het directeurenberaad is een overlegorgaan van de directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting en heeft een adviserende functie.
dat ze heel enthousiast is over hoe juf Mia
rekenles geeft. Ook is het prettig dat je als
ouder drie keer per jaar wordt bijgepraat
over de voortgang.
Esther Brok
Vanaf 1 januari 2011 zal MosaLira haar bestuursstructuur aanpassen naar het zogenaamde Raad van Toezicht
model. Het bovengenoemde bestuur zal dan de eerste Raad van Toezicht vormen en de algemeen directeur,
mevrouw P. van Horssen, en de directeur bedrijfsvoering, de heer D. Huntjens, het College van Bestuur.
De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) vertegenwoordigt de ouders en leerkrachten
van de 21 scholen. Iedere school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Elke MR vaardigt twee
leden, één ouder en één personeelslid, af voor de GMR. Binnen de GMR wordt gewerkt aan een andere
werkwijze en kleinere organisatie om slagvaardiger te kunnen zijn en de medezeggenschap kwalitatief
beter vorm te kunnen geven. De nieuwe organisatie zal in 2011 geïmplementeerd worden.
In het verslagjaar heeft de GMR 8 keer vergaderd. Tijdens het verslagjaar heeft de GMR instemming dan
wel positief advies verleend op de volgende onderwerpen:
Jaarverslag 2009
Notitie Functiebouwwerk MosaLira
Besluit Eigen risicodragerschap Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA)
Notitie Arbeidsduur en normjaartaak
Notitie Nevenwerkzaamheden
Besluit Wijziging statuten MosaLira
19
Mariëlle Lebon en Jos Derrez
bs. Het Mozaïek
Van lezen krijg je
nooit genoeg.
Lezen is leuk en leerzaam. Dat had niet alleen Annie MG
Schmidt al jaren geleden ontdekt. “Wie veel leest mag
overal over meepraten”, zei ze ooit. En gelijk had ze. Dat
vindt een aantal leer- en leesgierige dames op basisschool
Het Mozaïek ook. Mariëlle Lebon is leerkracht groep 3 en
leescoördinator. Diana Baltus is leesouder en werkt bij de
mooiste boekwinkel van Nederland, Selexyz Dominicanen. Jos Derrez stond 46 jaar voor de klas, was voorheen
leescoördinator , werkte tot vorig jaar samen met Mariëlle
en is ook na haar pensionering nog niet uitgelezen. “Het
boekenvirus laat je niet los”, lacht ze. “Als leescoördinator organiseer je tal van activiteiten om je collega’s aan
te sporen het lezen in de klas en bij de kinderen te stimuleren”, steekt Mariëlle van wal. “De doorgaande lijn in lezen is een prima basis voor veel leesplezier. We zijn actief
geweest met het opzetten van een zogenaamd leesplan,
niet puur lezen op avi niveau, maar je voegt er nog een
heel belangrijk element aan toe: beleving. In groep 1 t/m
8 wordt elke dag aan zelfstandig stillezen gedaan. En in
iedere groep doen we dagelijks vijf minuten aan boekpromotie na het lezen.” Maar dat is nog niet alles. ‘De
leesdames’ lopen over van ideeën. “We hebben een
boekenrek voor het uitlenen van boeken voor kinderen
en leerkrachten, we haken in op de actualiteit zoals kinderboekenweek, boekactiviteiten, voorleesdagen, etc. We
stimuleren bibliotheekbezoek en hebben een enquête
gehouden over lees- en boekactiviteiten bij de kinderen
en de leerkrachten hier op school.” Bestaat niet het gevaar dat je met zoveel enthousiasme jezelf voorbij loopt?
Ze glimlachen. “Wat we in ieder geval zeker nog gaan
doen is het opzetten van een eigen schoolbibliotheek .”
Tenslotte is er ook nog een verzoek. “ Er bestaat een aansprekend leesbevorderingsprogramma”, legt Jos uit.”
Dit programma de Rode Draad streeft ernaar om kinderen meer met boeken in aanraking te laten komen.
Achterliggend doel daarbij is de taalontwikkeling en
het leesgedrag van kinderen stimuleren. De bibliotheek
op Centre Ceramique speelt een centrale rol bij de ontwikkeling en uitvoering van de programma’s. Ieder jaar
wordt een leesprogramma georganiseerd met als doel
kinderen het plezier in lezen te laten ontdekken. Rondom een bepaald thema worden boekenlijsten samengesteld, verwerkingssuggesties ontwikkeld en allerlei
materialen geleverd om het lezen extra te stimuleren
èn te belonen. Om mee te doen moeten vijftien scholen zich aanmelden. Voor de kosten, € 2,50 per leerling,
hoef je het niet te laten. Dus MosaLira scholen doe mee!”
Ik lees vaak een boek per dag. Lezen
vind ik heerlijk. Je kunt je fantasie
gebruiken, of het nu drama of griezelen
is. Boekbesprekingen in de klas vind ik
leuk. Het gaat dan onder andere over
schrijvers, uitgevers en het maken van
samenvattingen. Nee, ik schrijf zelf (nog)
niet. Maar wie weet…
Karima El Abdeslami
5 Onderwijs
Vanaf 2010 nemen alle scholen van MosaLira de CITO Eindtoets af. In de onderstaande tabel zijn de
resultaten van alle scholen in het basisonderwijs te zien. Het overzicht is gebaseerd op de score gecorrigeerd voor het gemiddelde leerlingengewicht uit de zogenaamde IC-tabel (IC staat hier voor
instroomcorrectie). Dit maakt het mogelijk alle scholen met elkaar te vergelijken. De inspectie kijkt
bij de beoordeling van een school niet alleen naar de CITO Eindscore, maar ook naar de tussenresultaten vergeleken met de landelijk vastgestelde normen op de gebieden taal en rekenen (conform
de bepalingen in het inspectiekader).
Op deze school wordt lezen en het boek echt
gepromoot. Daar probeer ik mijn steentje
aan bij te dragen. Wie weet als we straks
met het opzetten van de schoolbibliotheek
starten, kan mijn werkgever misschien ook
nog iets voor ons betekenen.
Diana Baltus
2008
2009
2010
John F Kennedy
532,8
537,2
534,4
Scharn
541,3
538,1
536,7
536,7
535,4
538,5
534,6
536,4
Sint Oda
Petrus en Paulus
Amby
537,5
534,7
535,7
De Letterdoes
532,7
537,2
537,1
Het Mozaïek
528,3
533,6
534,9
Maaskopkes
539,7
537,9
535,8
Wyck
536,6
536,0
538,2
De Burght
532,8
534,5
535,8
Sint Pieter
540,0
536,6
537,3
De Schans
534,5
531,8
531,7
Joppenhof
534,0
Sint Aloysius
536,6
536,0
Montessori
534,0
537,7
t Spoor
531,3
534,6
536,5
Anne Frank
536,0
534,0
537,4
Markus
535,5
De leeropbrengsten worden binnen MosaLira systematisch geanalyseerd en geëvalueerd op drie
niveaus; school, groep en leerling. Hierbij worden naast de landelijk genormeerde toetsen ook de
methode gebonden toetsen gebruikt. De schoolzelfevaluatie, inclusief relevante dwarsdoorsneden, trendanalyses, groepsanalyses en analyses van leervorderingen, leidt vervolgens tot gerichte
interventies in de klas. Meer dan voorheen worden beslissingen ten aanzien van professionalisering van medewerkers, inrichting van schoolgebouwen, keuzes voor leermethoden, aanschaf van
systemen e.d. genomen met het oog op de verhoging van de leeropbrengsten van leerlingen.
21
Marc Houben
bs. De Schans
Een goede woordenschat is de basis van
schoolsucces.
menten en technieken aan om effectief woorden aan te leren en met woorden te oefenen in elke situatie, elke groep
en elk vak. Marc erkent dat werken ‘Met Woorden in de
Weer’ nogal wat (voorbereidings)tijd vergt van de leerkrachten. “Dat klopt”, zegt hij. “Maar ik bespeur een grote vorm
van enthousiasme bij onze leerkrachten over deze aanpak.
Effectief uitleggen en inoefenen van woorden en begrippen
verhoogt de kwaliteit van niet alleen het woordenschaton-
Ik ben Jayden en zit in groep 5 van
basisschool De Schans. In onze klas hebben
wij een woordmuur. Ik zal jullie vertellen
wat dat is. Op een woordmuur staan heel
veel woorden die we geleerd hebben.
We doen er vaker spelletjes mee om ze te
oefenen en dan mag je er als je dat wilt
Woorden staan centraal in het onderwijs. Kinderen met
onvoldoende woordkennis blijven op alle fronten achter.
Ze begrijpen de leerstof en de leerkracht niet; ze begrijpen stelselmatig te weinig van de lessen en kunnen onvoldoende meedoen. Ze leren dus te weinig bij. “Er bestaat
een directe relatie tussen woordkennis en succesvol zijn
op school. Kinderen met een goede woordenschat scoren
beter in het onderwijs, terwijl kinderen met onvol­doende
woordkennis steeds verder achterop raken”, legt Marc Houben, locatiedirecteur basisschool De Schans uit. “Voor ons
reden om het woordenschatonderwijs op onze school te
verbeteren. Dat doen we samen met de MosaLira basisscholen ’t Spoor, De Letterdoes en Het Mozaïek. We hebben gekozen voor de aanpak ‘Met Woorden in de Weer’ van
Marianne Verhallen en Dirkje van den Nulft. Zij hebben een
uitstekende manier ontwikkeld om het woordenschaton-
derwijs op basisscholen te verbeteren.” Bij de keuze voor
‘Met Woorden in de Weer’ zijn de vier scholen niet over één
nacht ijs gegaan. Integendeel. “We hebben met Marianne
en Dirkje twee zeer intensieve studiedagen achter de rug,
inmiddels een herhalingscursus gedaan en zijn bij de implementatie van de methodiek ondersteund door Jos van
Gend van de Fontys Pabo. Ook heeft iedere school een eigen woordenschatcoördinator. Zo creëer je korte lijnen als
er vragen zijn en leer je intensief van elkaar. Bij ons vervult
Miranda de Vries de functie van woordenschatcoördinator.”
gewoon op kijken. Dus kom naar De Schans
met mij want dat is leuk.
De kracht van ‘Woorden in de Weer’ ligt in de verbreding
en verdieping van de woordenschat en het geeft leerlingen
inzicht hoe woorden zich tot elkaar verhouden. Associatief
woorden aanbieden in speelse activiteiten binnen en buiten
de klas beklijft. De leerkrachten reiken verschillende instruJayden en Ciaran Boesten
5 Onderwijs
derwijs maar uiteindelijk van het gehele handelen in de
klas.” Niet zonder trots voegt hij er aan toe: “Wij werken er
nu zo’n anderhalf jaar mee. Iedere dag doen we één semantisering (betekenisleer) van drie woorden. Dat zijn per week
vijftien woorden en op jaarbasis zeshonderd woorden. Extra dus buiten de ‘gewone’ leerstof!” Het is duidelijk. Op
basisschool De Schans wordt structureel gewerkt aan het
vergroten van de taalvaardigheden van de leerlingen én
tegelijkertijd aan het opbouwen van conceptuele kennis.
Kinderen die afkomstig zijn van
De Schans kunnen zich redden op
het gebied van taal en lezen.
Iets kunnen lezen, begrijpen en
daardoor kunnen handelen geeft je
een voorsprong op de ander.
Dat brengen de leerkrachten van
De Schans uitstekend in de praktijk.
Jaarlijks vindt er een gesprek plaats tussen de inspectie en het bestuur. De inspectie kijkt hierbij
of er risico’s zijn bij scholen en kent vervolgens de zogenaamde toezichtarrangementen toe. De
kwaliteit van onderwijs staat bij MosaLira hoog op de agenda en er is binnen de scholen een
duidelijke focus op het primaire proces. Dit wordt in het gesprek van 2010 door de inspectie bevestigd en als zeer positief beoordeeld. Ook op scholen waar de eindopbrengsten op basis van de
inspectienormen weliswaar voldoende zijn, wordt steeds meer geprobeerd hogere streefdoelen
te formuleren en dus meer uit de leerlingen te halen. MosaLira hanteert niet alleen het inspectiekader als ondergrens bij de beoordeling van de leeropbrengsten en de kwaliteit van het onderwijs, maar streeft ernaar dat alle scholen hun toegevoegde waarde voor ieder kind zo objectief
mogelijk aantonen.
De inspectie heeft in het kader van het onderzoek naar kwaliteitsverbetering (OKV) in 2010 een
bezoek gebracht aan De Burght. Op basis van dit OKV kent de inspectie De Burght het basisarrangement toe. De school heeft bewezen dat de interventies resultaat hebben gehad en geborgd zijn.
De resultaten laten een duidelijk stijgende lijn zien, zijn inmiddels ruim boven de inspectienormen
en de inspectie heeft er voldoende vertrouwen in dat dit ook in de nabije toekomst zo blijft. Een
zeer knappe prestatie in korte tijd van deze school.
In het kader van het kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie de scholen Het Mozaïek en De Schans
bezocht. De inspectie kent uitsluitend Het Mozaïek een aangepast arrangement toe. De eindopbrengsten zijn in de afgelopen drie jaren weliswaar gestegen, maar bevinden zich nog onder de
norm van de inspectie. Hierbij dient aangetekend te worden dat de eindopbrengsten van 2010 in
eerste instantie voldoende waren, maar dat de norm later is bijgesteld door de inspectie en dat de
school op vrijwel alle andere indicatoren ruim voldoende scoorde. Bij Het Mozaïek was inmiddels
een soortgelijk traject gestart als bij De Burght en zijn de ingezette interventies ook effectief. Naar
verwachting kan derhalve ook hier in het najaar van 2011 succesvol een herbeoordeling plaatsvinden. De inspectie zal dan een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (OKV) uitvoeren om na te
gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. De inspectie kent De Schans het basisarrangement
toe.
Tot slot heeft de inspectie in het kader van het vierjaarlijks bezoek Scharn, United World College
Maastricht Primary en ZMLK Jan Baptist bezocht. Voor alle drie de scholen zijn de eerder vastgestelde basisarrangementen gehandhaafd en was er grote waardering voor de kwaliteit van het
onderwijs. De andere scholen van MosaLira hebben op basis van het bestuursgesprek een basisarrangement gekregen. De scholen voor speciaal basisonderwijs, De Sprong en De Opstap, zullen in
2011 een bezoek krijgen. Speciale complimenten zijn er door de inspectie gemaakt voor prestaties
van De Letterdoes, ’t Spoor, Wyck en Montessori Binnenstad.
Natascha Boesten
23
Beredeneerd
aanbod succesvol
geïntegreerd.
Het leukste van taal vind ik woordjes
leren schrijven. Zelf kan ik uit mijn
hoofd al helemaal alleen een paar
woordjes schrijven. Het thema
Noordpool vond ik heel leuk, en
toen gingen we met carnaval ook
Marischa van Baren
bs. De Maasköpkes
Sinds de onderwijsinspectie in de kleuterbouw het zogenoemde beredeneerde aanbod verplicht stelde, moeten
de scholen vastleggen wat ze doen en waarom ze dat zo
doen. De invoering ervan leidt tot meer uniformiteit en
toetsbaarheid in het onderwijs.” Aan het woord is Marischa van Baren. Ze staat al zeventien jaar voor de klas in
groep 1 en 2 van bs De Maasköpkes. ‘’Voorheen stelde
je als leerkracht uit een enorm aanbod van methodes
je eigen programma samen. Dat is landelijk nu teruggebracht tot welgeteld zes programma’s. Het was best
een intensief traject om alles wat we doen minutieus te
documenteren, en zijn niet over één nacht ijs gegaan.
We zijn op andere scholen gaan kijken, hebben verschillende methodes uitgeprobeerd en uiteindelijk de keuze
gemaakt voor de methode ‘Taalverhaal’. Dat is thematisch van opzet, en paste eigenlijk naadloos bij onze manier van werken en de behoeften van onze kinderen.
De woordspin is een goed voorbeeld van hoe taal thematisch behandeld kan worden. Ik schrijf dan op het midden
van het schoolbord bijvoorbeeld het woord ‘boek’ en
eromheen gaan de kinderen een web bouwen van associatieve woorden. Op de vraag: waar denken jullie aan
bij het woord ‘boek’, geven zij dan als antwoord: lezen,
winkel, kassa, kast, inpakken, kopen, etc. Vervolgens maken we een groepje lange woorden, korte woorden en
een groepje naar klank. En via klanken kom je weer uit bij
rijmen. Soms klappen we de woorden of zingen we een
liedje. Zo heb je met één activiteit meteen een heel scala
aan taalvaardigheden te pakken. Om de woordspin af te
ronden, bouwen we de speelhoek om in een boekwinkel
met kassa en al. Daar komen dan weer drie dingen samen:
taal, rekenen en ondertussen zijn de kinderen onbewust
druk bezig met sociaal-emotionele vaardigheden; samenwerken, taken verdelen, probleempjes oplossen. We
kiezen bewust thema’s uit die de kinderen herkennen uit
hun dagelijks leven. Af en toe laat ik ze een verteltafel maken met al hun werkjes erop en dan mogen ze aan hun
ouders vertellen wat ze allemaal doen op school. Telkens
weer zijn de ouders verrast over het niveau van hun kind
en ook over de variatie aan educatieve spelvormen. Ik
ben best trots dat we het beredeneerd aanbod succesvol hebben kunnen integreren. Een tijdje geleden was
de onderwijsinspecteur weer op bezoek voor een reguliere inspectie en hij bleek dezelfde mening toegedaan.”
allemaal als ijsbeertjes mee in de
schooloptocht.
Léonce Bastings
5 Onderwijs
Bij de blokafsluitingen zie je als ouders wat je
kind allemaal geleerd heeft. Iedere keer weer
staan we versteld van de enorme verrijking,
zowel op taal- en rekengebied, als ook de
ontwikkeling van de sociale vaardigheden.
Door spelenderwijs theorie te koppelen aan
de praktijk wordt een kleuter voorbereid op
groep 3. Mooi om mee te mogen beleven!
Nicolle Retz
Wij zijn er tenslotte zeer trots op dat iedere school van MosaLira zich op eigen wijze en op basis
van de eigen visie profileert met een interessant, leuk en leerzaam aanvullend aanbod voor haar
leerlingen. Zo krijgen kinderen Franse les binnen de Euregioschool op Sint Aloysius en Wyck, kunnen kinderen met een taalachterstand profiteren van een extra taalbad in de ‘Schakelklassen’ bij De
Letterdoes, ’t Spoor, Het Mozaïek, De Sprong en De Opstap en geven Markus, Het Mozaïek, ’t Spoor,
De Letterdoes, Wyck, De Schans en Sint Oda door de nauwe samenwerking met de peuterspeelzalen van STEPS een sterke impuls aan de ontwikkeling van jonge kinderen binnen de voor- en
vroegschoolse educatie (VVE).
Het onderwijs aan meer- en hoogbegaafde kinderen heeft binnen MosaLira een duidelijke plek in
Amby, Scharn, Sint Aloysius, Wyck, Montessori Binnenstad, Anne Frank en Petrus en Paulus middels
zogenaamde Plusklassen. In 2011 zullen twee bovenschoolse Plusklassen starten, zodat er voor alle
leerlingen van MosaLira een aanbod is.
De kinderen blijven in De Letterdoes als ‘Sportactieve school’ uitgedaagd worden meer te bewegen
en krijgen binnen de Talentenschool op De Letterdoes en ’t Spoor extra onderwijstijd (na school, in
het weekend via de Wie-Kent-School en in de zomer tijdens de Zomerschool). Alle activiteiten zijn
erop gericht onderpresteren tegen te gaan en talenten van kinderen te stimuleren en ontwikkelen.
Voor meer informatie over onze scholen kunt u het best de websites van de individuele scholen
bezoeken via www.mosalira.nl.
Klachten
Er is in 2010 ten aanzien van MosaLira geen klacht ingediend bij de landelijke klachtencommissie.
MosaLira is wel betrokken geweest bij een klacht betreffende grensoverschrijdend gedrag van een
stagiair naar leerlingen. Deze klacht is uiteindelijk naar tevredenheid van alle betrokkenen afgehandeld. Verder heeft MosaLira te maken gehad met een aantal meldingen, dat door de schooldirectie is opgenomen en afgehandeld.
De jaarlijkse studiedag voor de contact- en vertrouwenspersonen was in 2010 in de vorm van een
opfris-/basiscursus. De (kern)taken van de contact- en vertrouwenspersonen zijn hier uitvoerig besproken en getraind. Deze functionarissen blijven een belangrijke rol spelen met betrekking tot de
veiligheid voor leerlingen, ouders en personeelsleden binnen MosaLira.
25
Hier kunnen alle
kinderen terecht.
Niki Cooper
United World College Maastricht
Er zijn over de hele wereld twee United World College
basisscholen, in Singapore en in Maastricht. Daarvan is
Maastricht de enige die geen entreetoets hanteert voor
beheersing van het Engels. Hier kunnen alle kinderen terecht, ook degenen die niet één woord Engels spreken. En
dat is opmerkelijk gezien het feit dat het hele curriculum
in het Engels is. Dus moest een apart programma ontwikkeld worden om kinderen zo snel mogelijk op een basisniveau te krijgen. Niki Cooper is Vice Principal. In 2003 was
ze nog docent en kreeg toen de verantwoordelijkheid om
een ESL programma – English Second Language – gestalte
te geven. Een zorgvuldig gekozen naam die het Engels
daar positioneert waar het op deze school thuishoort,
en dat is niet op de eerste, maar op de tweede plaats. ‘’Je
kunt geen nieuwe taal leren zonder adequate beheersing van je moedertaal”, aldus Niki. “Je vertaalt vanuit je
moedertaal. Is die database niet goed gevuld, dan lukt
het leren van die andere taal minder goed. Kinderen zitten nog midden in het leerproces van hun moedertaal.”
Niki Cooper deed uitgebreid onderzoek en studeerde op
dit onderwerp af met een universitaire graad. “Onomstotelijk is bewezen dat kinderen juist in hun eigen taal
moeten blijven denken, praten, spelen en dromen om
een tweede taal te kunnen leren. Dit inzicht heeft tot een
harde trendbreuk geleid in het internationale onderwijs
dat voorheen altijd uitging van het English-only principe.”
Bovendien werd in Coopers onderzoek bevestigd dat de
cultuurshock van een internationale verhuizing aanzienlijk
wordt verzacht als kinderen hun eigen taal mogen blijven
spreken. “Je ontneemt een kind een deel van zijn identiteit
als je zoiets fundamenteels als taal in de ban doet. Het kan
dan echt ontworteld raken.” Inmiddels zijn deze bevindingen vertaald in een uitgebreid ESL-programma. Vanaf de
eerste dag op UWCM wordt een nieuwkomer die geen Engels spreekt gekoppeld aan een buddy uit hetzelfde land
(mits aanwezig). Elke dag is er een after-school groepje,
een soort groepsspeelafspraakje begeleid door gediplomeerde moedertaalleerkrachten. Ook in de klas mogen de
kinderen in het begin gewoon in hun eigen taal spreken en
schrijven. “De ouders spelen natuurlijk een cruciale rol in dit
proces, waarin we ze oproepen om thuis zoveel mogelijk de
moedertaal te spreken, die levend te houden. Op dit moment hebben we een Italiaans en Nederlands after-school
groepje, Arabisch, Hindi en Frans zijn in de maak. Acht jaar
geleden zijn we begonnen met twintig ESL-kinderen, maar
het woord heeft zich verspreid en inmiddels kunnen we vol
trots melden dat we zo’n zestig kinderen in het programma hebben en drie gespecialiseerde ESL-leerkrachten.”
Ik kreeg op mijn eerste dag een
Italiaans meisje als buddy en dat was
heel fijn, want ik had meteen een
vriendin op school. Ik sprak nog geen
Engels en mijn lerares, Niki Cooper,
geen Italiaans, maar we spraken
allebei wel wat Nederlands en zo
konden we toch goed met elkaar
communiceren.
Amanda Vismara
5 Onderwijs
Bijzondere gebeurtenissen
Ik ben de school heel dankbaar voor
de manier waarop ze de overgang
van Italië naar Nederland voor onze
Ook in 2010 hebben wij feestelijke gebeurtenissen mogen vieren. Onderstaand treft u een overzicht aan. De jubilea van personeelsleden worden vanwege het grote aantal niet persoonlijk vermeld. Aan het vieren van persoonlijke jubilea wordt binnen de scholen gepaste aandacht besteed.
dochter hebben vergemakkelijkt. Als
Vrijwilliger van het jaar
ouder vraag je je toch altijd af of je
Op zaterdag 20 maart 2010 werd, in het kader van de viering van NL DOET, tijdens de Nederlandse
vrijwilligersdag mevrouw Ine Houben-Westenberg, leerkracht van De Burght, door de burgemeester van Maastricht uitgeroepen tot vrijwilliger van het jaar. Mevrouw Houben begon met vrijwilligerswerk in de “sociale club” in “oud Klevarie” en was vervolgens jaren actief voor diverse stichtingen en goede doelen.
wel de juiste beslissing hebt genomen
voor je kind. De veilige, vriendelijke
ontvangst op school was daarbij een
grote steun.
Koninklijk onderscheiden
Op 29 april 2010 is de heer Hubert Tilli uit Bunde koninklijk onderscheiden tot Lid in de Orde van
Oranje Nassau. Hij heeft zich sinds 1976 als vrijwilliger ingezet voor De Maasköpkes, o.a. als voorleesouder, begeleider van leerlingen bij het schoolkamp en de werkweek, lid en voorzitter van de
schoolraad. De heer Tilli is nog steeds verbonden met de school.
Op zondag 14 november 2010 is de heer Ben Dackers, locatiedirecteur van Jan Baptist SO, benoemd
tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. Dit gebeurde tijdens zijn afscheid als voorzitter van de carnavalsvereniging de Slaajbök uit Amby. De heer Dackers is reeds vele jaren in het verenigingsleven
van Amby actief.
Jubilea scholen
Basisschool Scharn heeft in 2010 haar 60 jarig bestaan gevierd.
Rafaëlla Vismara
27
Vera Robroek
bs. Wyck
Je moet ze leren spelen.
Als de juf speelt, kan ik het nadoen.
Chloë Post
We geven het toe. We dachten: als er één ding is dat
kinderen kunnen, is het spelen. Maar dat blijkt tegen
te vallen. Vera Robroek, leerkracht basisschool Wyck:
“Kinderen spelen niet uit zichzelf, je moet ze leren spelen. Je moet structuur aanbrengen in het spel.” Speelplezier is een methode die uitgaat van de gedachte
dat een kind zich ontwikkelt door te spelen. De leerkracht begeleidt het kind door mee te spelen, door
te observeren en te luisteren. En door vervolgens via
een interventie het kind naar een hoger niveau te tillen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van thema’s die
aansluiten bij de belevingswereld van het kind. Vera
Robroek: “Het gaat erom dat je op een betekenisvolle
manier bezig bent. Dat je kinderen prikkelt en uitdaagt. We zijn veel handelend bezig, dan beklijft het
geleerde beter.” Speelplezier houdt rekening met het
niveau van het kind. “Elk kind heeft eigen kwaliteiten,
je spreekt ze aan op de dingen die ze wél kunnen.”
Basisschool Wyck werkt samen met een peuterspeelzaal. De peuters hebben een eigen lokaal naast de kleu-
ters, in hetzelfde gebouw. Daarnaast vindt regelmatig
uitwisseling plaats tussen peuters en kleuters: peuters
gaan bij de kleuters kijken, en andersom. De peuters gebruiken ook dezelfde methode. Juist, Speelplezier. De
basisschool krijgt ook een overdrachtsformulier van de
peuterzaal als een kind naar de kleuters overstapt. Het
is de bedoeling dat basisscholen zich in de toekomst
gaan ontwikkelen tot kindcentra, waarin peuterspeelzaal, basisschool, tussenschoolse opvang en naschoolse
opvang samenkomen. Vera: “De samenleving vraagt
steeds meer om dergelijke voorzieningen.” Even terug
naar Speelplezier. Is Vera gelukkig met deze methode?
Verhoogt ze ook haar speelplezier, om het zo maar eens
uit te drukken? “Ik heb er plezier in kinderen uit te dagen
en te prikkelen. Ik heb er plezier in als ik zie dat kinderen
zinvol bezig zijn. Ik heb er plezier in als een kind mag zijn
wat het is: het ene kind is creatief, het andere is motorisch beter. Ik heb er plezier in als ik kinderen zie groeien.
Ik heb er plezier in als ik zie dat het werkt.” Het antwoord
op de vraag is dus ‘ja’, voor wie nog mocht twijfelen.
6 Personeel
In onderstaande tabel staat de samenstelling van het personeelsbestand op 1 januari 2011, afgezet
tegen de situatie op 1 januari 2010.
01-01-2010
Man
Aantal
%
20-24
25-29
30-34
35-39
40-44
45-49
50-54
55-59
60-65
145
25%
4
3
9
9
16
20
23
31
30
Vrouw
438
75%
15
39
39
46
30
67
82
77
43
Totaal
583
100%
19
42
48
55
46
87
105
108
73
Speelplezier zorgt bij kinderen voor uitbreiding
van hun belevingswereld.
01-01-2011
De heer Ö Çavusoglu
Aantal
%
20-24
25-29
30-34
35-39
40-44
45-49
50-54
55-59
60-65
Man
136
24%
1
4
6
11
11
24
21
27
31
Vrouw
431
76%
11
43
35
48
31
67
74
78
44
Totaal
567
100%
12
47
41
59
42
91
95
105
75
Van de 136 mannelijke personeelsleden werkt 82% in een full time dienstverband. Van de vrouwelijke personeelsleden werkt 33% full time op 1 januari 2011. De gemiddelde leeftijd van alle personeelsleden binnen MosaLira is op 1 januari 2011 46,8 (mannen 50,3 en vrouwen 45,7). Er is op basis
van de leeftijdsopbouw in bovenstaande tabel goed te zien dat er een piek te verwachten is in de
uitstroom de komende jaren.
Personeelsbeleid
In 2010 is een aantal belangrijke beleidsnotities binnen MosaLira geïmplementeerd. De ‘schakel’
tussen deze notities werd gevormd door het feit dat MosaLira het werk anders en slimmer wil organiseren. Aan de ene kant is dit noodzakelijk gezien de demografische ontwikkelingen en bezuinigingen, maar aan de andere is dit vooral bedoeld ter verbetering van de kwaliteit van het
onderwijs. De focus moet liggen op het goed doen van de juiste dingen.
MosaLira is in staat haar doelen te realiseren als
... er transparantie is over de functies die er zijn binnen MosaLira met daarbij behorende beloning
en doorgroeimogelijkheden. Dit is de kern van de beleidsnotitie Functiebouwwerk en functiemix.
29
Ingrid Delleman
bs. Scharn
Plusgroep voorziet in een
onderwijsbehoefte.
Voor Ingrid Delleman leerkracht basisschool Scharn is
het klip en klaar. Te lang is in het verleden de aandacht
voor meer- en hoogbegaafdheid in het basisonderwijs
een ondergeschoven kindje geweest. “Zo’n zes jaar geleden klopte een ouder bij mij aan omdat haar dochtertje thuis gedragsveranderingen toonde die niet pasten
bij haar persoonlijkheid. Van een spontane meid trok
ze zich steeds meer terug in haar eigen wereldje. De
ouders vroegen zich af wat er aan de hand was en dat
deed ik ook. Op basis van onze eigen ervaringen zijn we
op zoek gegaan naar externe hulp. We kwamen terecht
bij een adviesbureau voor hoogbegaafde kinderen. Het
was een eyeopener voor mij.” Ouder Desiree knikt. Ze
is moeder van twee hoogbegaafde kinderen. “De problematiek die zich bij hoogbegaafdheid kan openbaren
wordt (te) vaak onderschat. Zelf heb ik dit probleem
een aantal jaren geleden op deze school aangekaart.
Daar is door de leerkrachten goed op geanticipeerd.”
“Het gaat erom dat je voor alle kinderen een uitdagende
leeromgeving creëert”, vervolgt Ingrid. “Binnen onze
school heeft een tweetal leerkrachten de koppen bij el-
kaar gestoken. Daar is de plusgroep uit ontstaan. Als ik dat
zo vertel lijkt dat nogal eenvoudig. De realiteit leert echter dat het een voortdurende ontwikkeling is, die jaren
duurt. We hebben ons oor te luisteren gelegd bij elkaar,
bij deskundigen, bij kinderen en ouders.” Een plusgroep
is een speciale groep voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en/of meer/hoogbegaafde kinderen. De
kinderen werken buiten de klas aan een eigen programma
onder begeleiding van een gespecialiseerde leerkracht,
de plusgroepbegeleider. Deze kinderen komen op een
vast tijdstip in de week bij elkaar, de rest van de week
werken ze in hun eigen groep. In de eigen groep wordt
aan deze leerlingen extra uitdagende leerstof aangeboden. “We werken met twee groepen: kinderen uit groep
5 en 6 en kinderen uit groep 7 en 8.” Worden deze kinderen dan geen buitenbeentjes binnen de eigen groep?
“Nee”, constateert Ingrid. “Je voorziet in een onderwijsbehoefte van deze kinderen. Ze worden uitgedaagd
op cognitief, sociaal-emotioneel en creatief gebied. Ze
leren ook met elkaar samenwerken en krijgen leerstof
aangeboden om sociale vaardigheden te ontwikkelen.”
6 Personeel
... iedere medewerker meetbaar bijdraagt aan het resultaat van de organisatie. In de beleidsnotitie
Arbeidsduur en normjaartaak ligt de focus op het realiseren van een duidelijke en reële verdeling
van taken ten behoeve van schoolontwikkeling en individuele ontwikkeling.
‘n Ouder:
Ik heb op het gebied van aandacht voor meeren hoogbegaafdheid binnen basisschool
Scharn een duidelijke groei gezien. De school
is vanuit een oprechte belangstelling voor
deze kinderen aan de slag gegaan. Dat is
zonder meer toe te juichen.
... er in de dynamische ontwikkeling van organisatie, school en individu, tijd wordt gemaakt om een
oordeel te vormen over ieders bekwaamheid, bijdrage aan schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling. Dit vormt de kern van het Beoordelingsbeleid, als onderdeel van de IPB gesprekkencyclus.
In een tweetal bijeenkomsten in juni 2010, waarvoor alle personeelsleden werden uitgenodigd, is
uitgebreid toelichting gegeven op alle geïmplementeerde beleidsnotities. Met betrekking tot het
beoordelingsbeleid dient opgemerkt te worden dat alle leidinggevenden die in het kader van de
IPB gesprekkencyclus met personeelsleden in gesprek gaan, in juni 2010 ook nog een extra training
hebben genoten in het voeren van beoordelingsgesprekken. Er is in het najaar van 2010 een begin
gemaakt met het voeren van deze gesprekken. Aan het eind van schooljaar 2010/2011 moeten de
beoordelingen zijn afgerond, waarna een nieuwe cyclus van start kan gaan. In oktober 2010 werd
een tweetal workshops aangeboden aan alle personeelsleden, waarin men zich kon voorbereiden
op het eigen beoordelingsgesprek. Naast de bovengenoemde notities zijn in 2010 ook het besluit
regeling nevenwerkzaamheden en de benoemingsprocedures (deze laatste als onderdeel van het
functiebouwwerk) geactualiseerd.
Functiemix
Het eind 2007 landelijk gelanceerde convenant Leerkracht van Nederland schetst een aanpak om
het dreigende lerarentekort op te lossen en de kwaliteit van het onderwijs te borgen. Eén van de
belangrijkste maatregelen om dit te realiseren is het instellen van de zogenaamde functiemix. Conform afspraak tussen de sociale partners geldt de functiemix uitsluitend voor leerkrachten. Een
leerkracht is diegene die voldoet aan de eisen van de WPO/WEC en de Wet BIO, die pedagogische
en didactische verantwoordelijkheid draagt voor een groep leerlingen en die voor de helft of meer
van de 930 lesuren per schooljaar (deeltijders naar rato) les geeft. Daarnaast voegt MosaLira hier
expliciet aan toe dat betrokkene positief beoordeeld dient te zijn.
MosaLira kiest er, conform het landelijke beleid, vooralsnog voor geen functie leerkracht LC in het
basisonderwijs te creëren. De sociale partners hebben uitsluitend voorbeeldfuncties LB voor het
basisonderwijs en LC voor het speciaal (basis)onderwijs geformuleerd. Voor een functie leerkracht
LC in het basisonderwijs dienen werkgevers dus zelf een functiebeschrijving te maken en deze te
laten waarderen door een gecertificeerd fuwasys-expert op basis van FUWA PO (functiewaardering
primair onderwijs). Ten aanzien van de voorbeeldfuncties hoeft dit niet.
De waardering van functies is gebaseerd op de vereiste expertise, kennis en vaardigheden en op
de mate van het dragen van verantwoordelijkheid en afbreukrisico bij het handelen voor de orga-
31
Ellen Lemmens
bs. Petrus en Paulus
Twee jaar geleden nam Ellen Lemmens de verrijkingsgroepen
voor leerlingen van groep 4/5 en 6/7/8 over van haar helaas
veel te vroeg overleden collega Ger. Als aandachtsfunctionaris meerbegaafdheid op basisschool Petrus en Paulus werd
ze meteen in het diepe gegooid. “Het was absoluut geen
eenvoudige opgave. Zeker, er was hulp van een deskundige
van IE Quest, een orthopedagogisch bureau dat is gespecialiseerd in begaafdheidsproblematiek bij kinderen. Maar toch.
Ik had echt het idee dat ik iedere keer weer het wiel moest uitvinden. Wat me echt geholpen heeft om mijn draai te vinden
waren de thema-avonden van Ella Janssen die binnen MosaLira gespecialiseerd is in meer- en hoogbegaafdheidsproblematiek. Ze leert je hoe je moet omgaan met deze leerlingen.
Met hun zelfbeeld, hun zelfvertrouwen, hoe je ze moet aanspreken op hun sterke kanten en hoe hun zwakkere kanten te
verbeteren.” Met haar collega’s Lou en Veronique is een werkgroep gerealiseerd die zich oriënteert in de driehoek sociaalemotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling (leerstofaanbod) en de verwachtingen en ervaringen van de ouders.
“Binnen onze school werken we heel concreet met verdiepen en verrijken. Verdiepen gebeurt in de klas waar meerbe-
Verrijkingsgroepen voorzien in een
onderwijsbehoefte.
gaafde kinderen werken aan en met ander materiaal. Daarvoor zijn levelkisten aangeschaft. Die levelkisten zijn speciaal
geschikt voor kinderen die meer uitdaging nodig hebben,
de kisten bevatten dan ook verdiepend materiaal. Er wordt
van de leerlingen een hoge mate van zelfstandigheid, planning en goede concentratie verwacht. Verrijken gebeurt
buiten de klas in de verrijkingsgroep. Meerbegaafde kinderen bezoeken één middag in de week de verrijkingsgroep
waar projectmatig wordt gewerkt”, legt Ellen uit. Voelen
(hoog)begaafde kinderen zich beter als ze een verrijkingsgroep bezoeken? Hebben ze meer plezier op school, hoe is
de relatie met de (verrijkingsgroep)leerkracht, voelen ze zich
(beter) sociaal aanvaard? Kortom, zijn verrijkingsgroepen
zinvol? “Absoluut”, zegt Ellen vol overtuiging. “Deze leerlingen zijn gekozen op grond van (Citotoets) resultaten, signalen van de ouders en bevindingen van de leerkracht in samenspraak met de intern begeleider.” De verrijkingsklassen
kennen twee doelstellingen. Een sociaal doel: contact met
ontwikkelingsgelijken en een cognitief doel: op een hoog
niveau met elkaar werken. “Je bespeurt bij de kinderen dat
ze de uitdagingen die van hen worden gevraagd in de verrijkingsgroep graag aangaan.” Ellen zou graag zien dat er meer
tijd vrijgemaakt kan worden voor verrijkingsgroepen.“Die
kinderen verdienen deze extra aandacht voor meer dan
honderd procent” zegt ze. Komend schooljaar wil ze ook ouderavonden organiseren om het voortgangstraject duidelijk
voor het voetlicht te brengen. “Ik ben nu twee jaar bezig
en ik vind het heerlijk om te doen”, zegt ze bij het afscheid.
Ik vind het fijn in de verrijkingsgroep.
We werken goed samen, je hebt veel te
doen en je verveelt je nooit. Als je goed
meedoet is het heel erg leuk.
Tom van Hooren
6 Personeel
Wat me vooral opvalt is dat de
verrijkingsgroep op deze school uiterst
serieus wordt genomen. Het is hier echt een
item. Een goede zaak, want deze kinderen
hebben die extra aandacht écht nodig. De
verrijkingsgroep voorziet in een behoefte.
Een nauwe samenwerking tussen ouders
en leerkrachten juich ik toe. Zeker als je
aantoonbare resultaten wilt boeken.
Els Bongers
nisatie en individuen. Het uitgangspunt is dat de werkzaamheden van de leerkracht LB zowel qua
niveau als complexiteit zich onderscheiden van die van de leerkracht LA. Om de LB functie op te
waarderen en meer discriminerend te maken ten opzichte van de LA functie hebben de sociale
partners in de beschrijving van de voorbeeldfunctie leerkracht LB de volgende onderdelen opgenomen:
• een opleidingsniveau HBO+ door; relevante cursussen, master-classes, danwel HBO-masters; in
aansluiting op de Kwaliteitsagenda primair onderwijs onder andere op de deelgebieden rekenen
en taal, zorg en achterstand;
• (mede)verantwoordelijkheid dragen voor de ontwikkeling, het uitdragen en verdedigen van het
onderwijskundig beleid;
• het signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en het hiervoor
aanleveren van concepten.
Volgens de landelijke afspraken zal in 2014 40% van de leerkrachten in het reguliere basisonderwijs
in salarisschaal LB (in plaats van LA) beloond dienen te worden en 2% in schaal LC. Voor het speciaal (basis)onderwijs geldt dat in 2014 14% van de leerkrachten in salarisschaal LC (in plaats van LB)
beloond wordt. Binnen MosaLira is afgesproken dat er (nog) geen functies leerkracht LC worden
gecreëerd in het reguliere basisonderwijs. Het aantal LC-functies wordt budgettair neutraal omgeruild voor meer LB-functies.
In 2010 heeft de invoering van de functiemix binnen MosaLira ondanks uitvoerige communicatie
een zeer voorzichtige start gekend. Er zijn op 31 december 2010 acht leerkrachten in het regulier
basisonderwijs benoemd in de functie van leerkracht LB (circa 1,5%) en nog geen personeelsleden
in de functie van leerkracht LC in het speciaal (basis)onderwijs. In de aanloop naar de formatiebesprekingen voor schooljaar 2011-2012 heeft dit nadere aandacht nodig. Scholen zullen nadrukkelijk
uitgenodigd worden hun onderwijskundig beleid een stevige impuls te geven door het aanstellen
van excellente leerkrachten in een LB- of LC-functie.
33
Zelfstandig leren laat
talenten ontluiken.
Kim Duykaerts en Jean van Heusden
bs. Markus
Het enthousiasme spat er van af als Kim Duykaerts, leerkracht groep 3 basisschool Markus vertelt over de wijze
waarop ze samen met Jean van Heusden, leerkracht
groep 7, zelfstandig leren introduceerden binnen hun
school. Kim, als jonge aanstormende leerkracht en Jean
als gelouterde leraar maken gehakt van het cliché dat
bevlogenheid voor je vak iets met leeftijd en ervaring
van doen heeft. “Ik heb al een lange staat van dienst in
het onderwijs en al veel gezien en meegemaakt maar ik
kan nog steeds enthousiast worden over goede ideeën”,
zegt Jean. Zo’n idee borrelde een tweetal jaren geleden
op bij Kim. “Ik vroeg me af waarom het niet mogelijk zou
zijn om op deze school de kinderen zelfstandig leren
bij te brengen. Tot voor twee jaren werd hier erg klassikaal les gegeven. Waarschijnlijk heeft het te maken met
de schoolpopulatie, die nogal wat zorgleerlingen kent.
Maar nooit geschoten is altijd mis.” Samen met Jean ontwikkelde ze een concept en enthousiasmeerde andere
leerkrachten. “We zijn in groep 3 en 4 gestart en inmiddels is zelfstandig leren in de hele school doorgedrongen. En het werkt”, legt Kim uit. “Door de leerkrachten
op deze school is keihard gewerkt om van zelfstandig
werken een succes te maken. Er is naar elkaar geluisterd, van elkaar geleerd, ruimte voor elkaar gecreëerd
en geëvalueerd. Hier zijn echt bergen werk verzet.” Jean
knikt instemmend. “Het is toch een andere benadering
van je onderwijs. Dat vraagt om gewenning en tijd. Inmiddels zijn we zover dat we niet alleen bezig zijn met
zelfstandig werken maar dat daar ook de factor zelfstandig verwerken aan is toegevoegd; gebruik maken dus
van verrijkingstof.” “En heel belangrijk natuurlijk”, voegt
Kim toe, “zijn de reacties van de kinderen. Ze zijn echt
gemotiveerd om de uitdagingen aan te gaan. Ze maken
bijvoorbeeld een eigen portfolio waar ze trots op zijn.”
In het verlengde van die aandacht voor zelfstandig leren
liggen de creamiddagen. “In vier periodes tijdens het
schooljaar gaan we met de leerlingen van groep vijf tot
en met acht klassendoorbrekend aan de slag met facetten van creativiteit”, aldus Jean. “We werken daarbij met
de methode ‘Uit de kunst’. Voorlopig richten we ons op
tekenen en handvaardigheid maar ik sluit niet uit dat we
in de toekomst ook met andere kunstvormen aan de slag
gaan. We bespeuren bij de presentaties van hun werkstukken dat kinderen en ouders het zonder meer waarderen dat we ook aan deze uitingen aandacht besteden.”
Beau Delait
6 Personeel
Mobiliteit en benoemingen
Ik vind het fijn want dan kun je gewoon
doorwerken zonder gestoord te worden en
je kunt zelf plannen.
MosaLira probeert steeds meer de beschikbare competenties van de huidige personeelsleden binnen de stichting beter te verdelen en mensen in te zetten op hun capaciteit en affiniteit. Leren van
en met elkaar is hierbij van cruciaal belang. In dit kader zijn de volgende aspecten interessant:
• Er zijn drie leerkrachten als ICT onderwijsexpert benoemd. Het doel hiervan is om de ‘versnippering’ van ICT taken binnen scholen op te heffen en het rendement van ICT voor de kwaliteit van het
onderwijs te verhogen.
Zelfstandig werken en samenwerken
horen bij elkaar. Een kind dat zelfstandig
werkt, betekent niet dat het in zijn eentje
alles moet oplossen. De bedoeling is
dat het kind zo min mogelijk een beroep
doet op de leerkracht. Als kinderen goed
samenwerken, kunnen ze zelfstandig
werken. Twee weten meer dan één.
• Er zijn twee leerkrachten binnen MosaLira gestart met de opleiding tot trainer Speelplezier. Omdat
meerdere scholen van MosaLira gebruik maken van dit concept voor de groepen 1 t/m 3, heeft het
aantoonbare meerwaarde om deze kennis in huis te halen en te borgen. Naar verwachting zullen
de twee leerkrachten in 2011 gecertificeerd Trainer Speelplezier zijn. MosaLira ziet hierin tevens
meerwaarde door het creëren van loopbaanperspectieven.
• Er is een nieuwe lijst van vervangers vastgesteld, die voorrang krijgen bij benoemingen voor bepaalde tijd. Deze zogenaamde geprioriteerde vervangers zijn op meerdere scholen als zeer goed
beoordeeld en worden beschouwd als ons kapitaal voor de toekomst. Het binden van jonge talentvolle leerkrachten door hen bij voorkeur langdurige vervangingen en andere tijdelijke werkzaamheden aan te bieden, heeft vaste vormen aangenomen binnen MosaLira. De geprioriteerde
vervangers zijn zonder uitzondering (vrijwel) continu aan het werk.
• In het kader van mobiliteit van personeelsleden tussen de scholen gingen in 2010 acht leerkrachten
op basis van een interne sollicitatieoproep naar een andere school.
Lenny Vermeulen
Rechtspositionele zaken en andere belangrijke ontwikkelingen
Op 1 maart 2010 is voor alle personeelsleden van MosaLira een collectief IPAP contract voor gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid afgesloten. Hiermee zijn alle personeelsleden, met uitzondering
van de mensen die ziek waren op het moment dat dit collectieve contract werd afgesloten, verzekerd tegen de financiële gevolgen van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. De premie van deze
verzekering wordt door MosaLira betaald. Daarnaast is MosaLira met ingang van 1 juli 2010 eigen
risicodrager voor de financiële consequenties van de regelgeving Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Om (onder andere) het eigen risicodragerschap goed te kunnen invullen
is in 2010 een start gemaakt met het optimaliseren van diverse human resources (HR) processen.
Hierbij wordt MosaLira ondersteund door een externe dienstverlener.
35
Imke Houben en Sanne Creuéls
Talentenschool Maastricht
Een uitdaging voor leerling
en leerkracht.
Ik vind het super dat er voor mijn kind
de kans is om ook iets leerzaams te
doen na school.
Wie met Imke Houben en Sanne Creuéls praat, weet één
ding zeker: aan hun enthousiasme zal het niet liggen. Op
de vraag hoe zij tegen de Talentenschool Maastricht aankijken, antwoorden ze met zinnen als: “Je moet flexibel
zijn en vernieuwend denken.” “Het is een unieke kans.”
Wat is dat eigenlijk, de Talentenschool Maastricht? Om
te beginnen: het is geen apart gebouw. De Talentenschool Maastricht biedt extra kansen aan kinderen van
10 tot en met 14 jaar uit de Maastrichtse wijken Wittevrouwenveld, Wyckerpoort, Limmel en Nazareth. Dat gebeurt door de kinderen extra leertijd aan te bieden: vier
uur extra doordeweeks, vier uur in het weekend en twee
weken in de zomer. Het is op vrijwillige basis, maar toch:
het is extra schooltijd. Hoe valt dat? Sanne Creuéls: “We
gaan de klassen in en proberen de kinderen enthousiast
te maken. Voor de ouders is het goed te weten dat de
resultaten van de kinderen verbeteren en ze een beter
toekomstperspectief krijgen.” Imke Houben: “Ik denk
dat gemiddeld genomen elk kind van de aan de Talentenschool verbonden scholen ‘t Spoor en De Letterdoes
wel een keer aan een onderdeel heeft deelgenomen.”
Het doel van de Talentenschool Maastricht is heel helder:
de onderwijsresultaten van de kinderen op het gebied
van taal, rekenen en wereldoriëntatie verbeteren. De
school is niet alleen bedoeld voor kinderen met een leerachterstand. Ook voor kinderen die geen achterstand
hebben, biedt de Talentenschool extra uitdagingen
zodat ze zich optimaal kunnen ontplooien. En Imke en
Sanne zijn ervan overtuigd dat het werkt, dat het succes
heeft. Nog even terugkomend op die uitdaging. De Talentenschool Maastricht ging van start in het schooljaar
2009-2010. Imke Houben: “We moesten het helemaal zelf
invullen. Er werd tegen ons gezegd: ‘Hier is de subsidie,
verleng de huidige onderwijstijden, zorg voor betere resultaten.’ We zijn in het diepe gegooid. We hebben onze
programma’s ook meerdere keren aangepast en bijgesteld en doen dat nog steeds.” En dat maakt de Talentenschool Maastricht voor deze twee leerkrachten nou juist
zo leuk. Sanne Creuéls: “Je moet flexibel zijn en vernieuwend denken.” Imke Houben: “Het is een unieke kans.”
Allegonda Steffanie
6 Personeel
Ziekteverzuim
Het percentage ziekteverzuim bedroeg binnen MosaLira in 2010 5,87% tegen 5,95% in 2009. De
verzuimbegeleiding binnen MosaLira is met name gericht op langdurig verzuim (langer dan zes
weken). Hoewel dit vaak langdurige trajecten zijn, worden gerichte acties, zoals bijvoorbeeld coaching of arbeidsdeskundige onderzoeken, ingezet om terugkeer in de eigen functie mogelijk te
maken. Daar waar dit niet meer mogelijk blijkt, worden zogenaamde ‘spoor 2’ (outplacement) trajecten uitgezet. Met betrekking tot kortdurend en middellang verzuim zijn in 2010 geen speciale
projecten te melden. Hier wordt volstaan met de reguliere verzuimbegeleiding door de bedrijfsarts
en de directeur, volgens het verzuimprotocol van MosaLira ‘gezond samen werken’.
Ik vind het leuk en leerzaam.
Ziekteverzuimpercentage, uitgesplitst naar leeftijd (in %)
2007
Jeremy Roumans
2008
2009
2010
20-24
2,10
1,62
1,12
1,00
25-34
6,45
4,02
4,23
3,14
35-44
6,31
4,10
3,51
4,57
45-54
4,37
4,96
6,50
7,46
55-65
7,56
5,95
8,17
6,95
Totaal
5,35
4,79
5,95
5,87
37
Renée Sondeijker
Jan Baptist SO
“Het winnen van de MosaLira Award 2010 geeft aan dat
onze aanpak binnen het Auti cluster -waarbij we nog
meer aansluiten bij de ontwikkelingen van onze leerlingen- op erkenning, vertrouwen en respect kan rekenen.
Als A cluster zijn we blij met en trots op deze award”, zegt
Renée Sondeijker, leerkracht A2 Autigroep Jan Baptist
SO. Renée legt uit waar Auti cluster voor staat. “Binnen
onze school functioneren drie groepen waarbinnen
kinderen met een ASS (autisme spectrum stoornis) en
verstandelijke beperking verblijven; de zogeheten autigroepen. Deze groepen zijn samengesteld om beter aan
de diversiteit van hulpvragen te voldoen. Ruim drie jaar
geleden zijn we gestart met de A2 auti-groep omdat de
vraag naar plaatsing binnen de A1 groep te groot werd.”
Gedreven, geïnspireerd, enthousiast en uitermate deskundig zijn de woorden die bij je naar boven komen
als je met leerkrachten en directieleden van Jan Baptist
spreekt. Die gedrevenheid uit zich onder meer in de bijzondere wijze waarop ze vorm en inhoud geven aan de
individuele ontwikkeling van iedere leerling. “Onze leerlingen hebben naast een verstandelijke beperking ook
Individuele ontwikkeling staat voorop
autisme. Je begrijpt dat leren dan extra moeilijk is”, legt
Renée uit. “Kant- en klare- methoden zijn niet voorhanden. Dus we zijn zelf aan de slag gegaan. De afgelopen
tien jaren hebben we enorm veel (vrije) tijd en energie
gestoken in het zelf bedenken, ontwikkelen en maken
van lesonderdelen. Het is prachtig om te zien dat die inspanningen hun vruchten beginnen af te werpen. Vergeet niet dat het hier gaat om individuele handelingsplannen die zijn doorgesproken met de ouders en de bij
de leerlingen betrokken disciplines. We hebben inmiddels meer dan duizend werkopdrachten gerealiseerd en
daardoor de leerlingen op een hoger niveau gebracht.
Inderdaad een memorabel aantal met aantoonbare resultaten dus zo verwonderlijk is het niet dat de MosaLira
Award van dit jaar in de Jan Baptistschool prijkt. À propos. Hoe hebben jullie de geldprijs van vijfduizend euro
verbonden aan de award besteed? Renée glundert. “We
hebben een prachtige nieuwe film over het auti- cluster
en ons werk kunnen realiseren. Zelf daarvoor het script
geschreven, waarbij de regie in handen was van Jean
Mommers. Samen met hem heb ik de montage gedaan.
Van zes uur aan opnamen naar een film van twintig minuten. Het is echt een prachtige film geworden. De première voor de ouders hebben we inmiddels achter de rug
en de film slaat aan bij studenten en bij gastlessen waarvoor we worden gevraagd. De film laat zien waar we mee
bezig zijn en raakt mensen. En dat is precies waarvoor
we hem hebben gemaakt. ” Het zou goed zijn als de rekenmeesters in Den Haag die zo hechten aan hun bezuinigingsdrift voor het speciaal onderwijs deze film eens
bekijken. Krijgen ze misschien voortschrijdend inzicht.”
Ik vind het hier leuk, ik ken alle juffrouwen.
We doen samen met andere kinderen ook
boodschappen, we koken en we eten alles
op. Ook lezen en rekenen en taken maken
in de werkhoek doe ik graag.
Lars Vanempten
6 Personeel
Op deze school is de aandacht die de
kinderen krijgen hartverwarmend. Lars
is nu 15 jaar en ik heb hem vanaf zijn
zevende levensjaar vooruit zien gaan.
Binnen de mogelijkheden die hier zijn
proberen de leerkrachten de aanwezige
Met betrekking tot de meldingsfrequentie is in volgende tabel te zien dat deze licht gedaald is. De
meldingsfrequentie geeft aan hoe vaak ieder personeelslid zich gemiddeld per jaar ziek meldt. De
cijfers zijn in lijn met de landelijke gemiddelden voor het primair onderwijs (1,18 in 2009) en het
speciaal onderwijs (1,39 in 2009). De daling van het verzuimpercentage van de leeftijdsgroep 2534, statistisch gezien een aandachtsgroep, gaat samen met een daling van de meldingsfrequentie.
Eind 2011 zal leeftijdsbewust personeelsbeleid binnen MosaLira meer inzicht moeten geven in de
verhouding tussen belasting en belastbaarheid van personeelsleden in de diverse leeftijdsgroepen.
Meldingsfrequentie, uitgesplitst naar leeftijd
2007
2008
2009
2010
20-24
1,38
1,15
0,64
0,89
25-34
1,38
1,38
1,37
1,18
individuele vaardigheden te ontwikkelen.
35-44
1,29
1,32
1,22
1,15
Ik heb daar groot respect voor.
45-54
1,06
1,17
1,19
1,05
55-65
1,01
1,00
1,15
1,03
Totaal
1,15
1,17
1,19
1,08
Linda Vanempten
39
Niet ‘aap, noot,
mies’ maar ‘ijzer,
goud, aluminium’
Miranda Vandenboorn
bs. ‘t Spoor
Marij Goessens
bs. ‘t Spoor
Wie veel woorden kent, kan goed
Marij Goessens en Miranda Vandenboorn, leerkrachten van Basisschool ’t Spoor, zijn sinds december 2010
de woordenschatcoördinatoren van hun school. Dat
zit zo. Vorig schooljaar introduceerden vier basisscholen – ’t Spoor, De Letterdoes, De Schans en Het Mozaïek – “Met Woorden in de Weer”. “Met Woorden in
de Weer” is een methodiek om de woordenschat van
basisschoolleerlingen te vergroten. Dat gebeurt door
leerlingen van groep één tot en met acht op dezelfde
manier dagelijks een woordcluster van twee of drie
woorden aan te leren. Een woordcluster is een groep
van woorden die met elkaar in verband staan. ‘Weven,
breien, haken’, bijvoorbeeld, of ‘ijzer, goud, aluminium’.
Het streven is om kinderen zo vijf dagen per week nieuwe woorden aan te leren. Marij Goessens: “Die woorden
komen niet uit een apart boek, ze worden gehaald uit
de lessen en andere gebeurtenissen die zich op die
dag voordoen. Je zoekt als leerkracht naar woorden
die nodig zijn om de les te kunnen begrijpen. Voordat
je bijvoorbeeld met de aardrijkskundeles begint, ga je
eerst de woorden aanleren die nodig zijn om die les
te begrijpen.” Miranda Vandenboorn: “Je gebruikt de
methodiek bij alle vakken, en alle woordsoorten komen aan bod – niet alleen zelfstandige naamwoorden.”
Wat is de rol van woordenschatcoördinator in dit geheel? Een woordenschatcoördinator – het woord zegt
het al – coördineert het geheel, houdt de rode draad in
de gaten. Houdt de spirit erin, houdt het levend. Juist
omdat het geen methode is die op het rooster staat,
maar een methodiek die overal tussendoor toegepast
moet worden, is dat extra belangrijk. Marij en Miranda
leggen ook een portfolio aan van de school: waar is
de school begonnen, waar staat ze nu, waar werkt ze
naartoe? Als tastbaar resultaat van alle inspanningen
is nu in elke klas een ‘woordmuur’ te vinden. Daarop
hangen de woorden die de kinderen geleerd hebben.
Dat heeft een duidelijke functie: woorden alleen aanbieden is niet voldoende, ze moeten levend gehouden
worden, ‘geconsolideerd’ heet dat. Miranda en Marij
vinden het inspirerend om op deze manier met woorden in de weer te zijn. “Je ziet dat het effect heeft, je
ziet dat de kinderen de woorden gaan gebruiken.”
communiceren en heeft veel meer kennis en
toegang tot het vergaren van nog meer kennis.
Maurice Bastings
7 Huisvesting
De woorden zijn soms moeilijk, maar
omdat we spelletjes ermee doen worden ze
gemakkelijk.
MosaLira streeft ernaar van haar scholen zogenaamde kindcentra te maken. In het ultieme plaatje betekent dit voor ons dat in alle schoolgebouwen van MosaLira ouders en kinderen een volledig en volwaardig aanbod kunnen vinden ten aanzien van onderwijs, peuterspeelzaalwerk en
buitenschoolse opvang. Volgens de huidige wetgeving is de gemeente economisch eigenaar van
alle schoolgebouwen en het schoolbestuur juridisch eigenaar. Dit betekent onder andere dat de
gemeente het recht op levering heeft (dus als het schoolbestuur het gebouw verlaat, moet het
juridische eigendom terug naar de gemeente) en de plicht voor groot (vervangend) onderhoud.
Daarnaast komen ook verbouwingen vanwege onderwijskundige redenen of het aanbrengen van
klimatologische voorzieningen voor rekening van de gemeente. Het schoolbestuur is als juridisch
eigenaar verantwoordelijk voor de exploitatiekosten en het kleine dagelijkse onderhoud van de
gebouwen. Door deze constructie zijn wij als schoolbestuur zeer afhankelijk van de gemeente bij
de uitvoering van onze plannen met betrekking tot de kindcentra en het realiseren van een gezond binnenklimaat voor onze personeelsleden en leerlingen. In 2008 en 2009 zijn besprekingen
geweest met de gemeente over de doordecentralisatie van het onroerend goed, maar helaas bleek
dit binnen de gemeente Maastricht nog een brug te ver.
In 2009 heeft de rijksoverheid de “Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs” in het leven geroepen. Voor deze regeling was landelijk een bedrag van € 97,3 mln. beschikbaar. Voor de gemeente Maastricht heeft dit in 2010 een subsidiebedrag van k€ 539 opgeleverd.
In de regeling is een co-financieringsconstructie van 40% van toepassing. Hierdoor konden meer
schoolgebouwen aangepakt worden en zou de financiële stimulans voor de bouwsector nog verder worden vergroot. De gemeente Maastricht had echter in haar begroting 2010 geen rekening
gehouden met deze regeling en dus was al in een vroegtijdig stadium bekend dat uitsluitend de
schoolbesturen voor de nodige cofinanciering moesten zorgen. De mogelijkheden werden daardoor aanzienlijk beperkt aangezien schoolbesturen alleen mogen meefinancieren als het geld gebruikt wordt voor voorzieningen die binnen de geldende wettelijke kaders vallen en behoren tot
het takenpakket c.q. de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur op het terrein van de materiële instandhouding, dus bijvoorbeeld vervangen van conventionele centrale verwarmingsketels,
aanbrengen van thermostatische radiatorkranen, vervangen van TL-armaturen en aanbrengen van
daglichtregeling. Maatregelen ter verbetering van het binnenklimaat en de luchtkwaliteit, zoals
ventilatiesystemen, dubbel glas en isolaties, kunnen uitsluitend met (co)financiering van de gemeente uitgevoerd worden. In totaliteit is uiteindelijk binnen scholen van MosaLira een bedrag van
k€ 580 aan investeringen begroot. De uitvoering zal grotendeels in 2011 plaatsvinden.
Voor MosaLira worden hieronder de belangrijkste huisvestingsprojecten van 2010 genoemd.
JF Kennedy
Milan Bastings
Vanaf januari 2010 is de sterke groei van het leerlingenaantal opgevangen door twee extra lokalen
op de speelplaats te plaatsen. Vanaf begin schooljaar 2010-2011 is het nabijgelegen gebouw van
41
De kieskast is onmisbaar bij
zelfstandig werken.
Kristel Janssen en Marije Klein Middelink
Bs. Sint Pieter
“We hebben in alle hoeken en gaten van de schoolzolder
gezocht naar materialen voor onze kieskast. En niet tevergeefs want we hebben allerlei bruikbare leermiddelen aangetroffen”, vertellen Kristel Janssen, leerkracht groep 4 en
Marije Klein Middelink, leerkracht groep 3 glimlachend. Een
kieskast? Ze begrijpen dat ze iets uit te leggen hebben. “Een
kieskast moet je niet los zien van zelfstandig werken en zelfstandig kunnen leren. Binnen basisschool Sint Pieter hebben wij de aanzet gegeven om zelfstandig werken een vaste plaats te geven binnen ons onderwijs. We zijn daarmee
begonnen in groep 3 en 4 en hebben het implementatieproces samen met de leerkrachten vervolgens uitgebreid
naar de overige groepen. Een belangrijke voorwaarde om
zelfstandig werken een vaste plaats binnen de schoolorganisatie te geven is dat alle betrokkenen gemotiveerd moeten zijn om in een doorgaande lijn met zelfstandig werken
aan de slag te gaan. Samenwerken en leren met collega’s is
belangrijk. Het moet een teamactiviteit zijn.” Bij zelfstandig
werken zijn leerlingen niet steeds afhankelijk van de leraar.
Hij hoeft niet steeds overal bij te zijn. De leerling hoeft niet
meer voor elk wissewasje naar de leerkracht te stappen. Het
kind heeft geleerd problemen zelfstandig op te lossen. “Bij
zelfstandig werken houd je rekening met verschillen tussen
kinderen. Je leert ze goed samenwerken aan opdrachten.
Het is voor hun ontwikkeling tot zelfstandige personen belangrijk dat ze in een rijke leeromgeving zelf mogen bepalen op welke wijze ze iets willen leren”, constateren de bevlogen leerkrachten. Terug naar de kieskast. “Een kieskast
is een open kast in of in de buurt van de klas, gevuld met
allerlei leermiddelen: lesmaterialen, attributen, opdrachten, spellen, etc. Het zijn toegevoegde leermiddelen die je
inzet als aanvulling op de basisstof en de extra stof uit de
methode. Zoals gezegd, op onze zoektocht naar geschikte
materialen hebben we heel wat (vrije) tijd besteed aan het
doorzoeken van dozen met oude, maar wel nog bruikbare
leermiddelen. In groep 3 en 4 kiezen wij wat voor de kinderen geschikt is, soms mogen ze ook zelf kiezen. Afhankelijk
van de groep waarin de kinderen zitten maakt de kieskast
het ook mogelijk dat kinderen zelf doelen stellen, werk kiezen en plannen. Ze leren van keuzetaken, zonder directe
begeleiding van de leerkracht. Het is dus wel belangrijk dat
je samen met je collega’s werkt aan een overzichtelijke ordening van de kieskast. Als kinderen gewend zijn aan zelfstandig werken komt er voor de leerkracht tijd en ruimte
vrij om zorgleerlingen individueel beter te begeleiden. Zo
snijdt het mes aan twee kanten”, besluiten Kristel en Marije.
Werkbladen vind ik leuk, dat je moet
kiezen uit zon of zoon.
Dirk Messing
7 Huisvesting
stichting Gepetto (de onroerend goed rechtspersoon van kinderopvangorganisatie Pinokkio) in
gebruik genomen als uitbreiding voor de school voor minimaal 5 jaren. De gemeente betaalt de
kosten. In overleg met de gemeente en andere betrokken partijen wordt ondertussen gewerkt aan
een plan voor de structurele huisvesting van het kindcentrum Belfort, waarbinnen ook ruimte blijft
voor peuterspeelzaalwerk en buitenschoolse opvang.
Sint Oda
Ik vind dat zelfstandig werken en
zelfstandig leren hoort bij deze tijd.
Maar soms bekruipt me wel eens het
gevoel dat het accent wel erg op deze
vorm van onderwijs ligt. Ik vind reguliere
kennisoverdracht ook belangrijk.
In oktober 2010 is de verbouwing van het schoolgebouw gestart. Er is gekozen om in plaats van extra vierkante meters te kiezen voor een totale renovatie van de onderwijsruimtes, zodat deze weer
volledig passen bij de toekomstvisie van de school op onderwijs voor de kinderen van deze tijd. De
oplevering van de school zal plaatsvinden in januari 2011, waarna in een ander deel van het schoolgebouw de verbouwing van de kantoorruimtes van MosaLira start ten behoeve van de inhuizing
van het bestuursbureau van STEPS. De gezamenlijke huisvesting zal door STEPS en MosaLira naar
verwachting uiterlijk april 2011 betrokken worden.
Het Mozaïek
De huisvestingsaanvraag voor Het Mozaïek is goedgekeurd door de gemeenteraad. Ook op de aanvraag voor een landelijke subsidie ten behoeve van het inpandig halen van de peuterspeelzaal is
reeds in 2009 een positieve reactie ontvangen. Plannen konden echter nog niet in uitvoering genomen kunnen worden, vanwege aanvullende vragen en opmerkingen vanuit de welstandscommissie naar aanleiding van de aanvraag voor een bouwvergunning.
’t Spoor
Naar verwachting zal in 2013 een nieuw kindcentrum gebouwd worden ergens tussen de wijken
Nazareth en Limmel. De beoogde locatie is inmiddels bekend en samen met een externe adviseur is
inmiddels een eerste plan van eisen gemaakt. De voortgang stagneert echter, omdat er nog steeds
geen duidelijkheid is over wat er met de hoogspanningsmasten in de omgeving gaat gebeuren.
Jan Baptist (V)SO
De SO afdeling van de Jan Baptist school is nog steeds in afwachting van de locatie voor de door
de gemeente toegezegde nieuwbouw. In het stedelijk huisvestingsplan is nieuwbouw voor deze
school voorzien in 2013. Het VSO heeft in het eigen gebouw in 2010 de praktijkruimten volledig
nieuw ingericht. Met subsidie van de gemeente is er onder andere een geheel nieuwe bedrijfskeuken geplaatst.
Mevrouw Messing
43
Jennifer van Duurling
John F. Kennedy
Vertrouwen op eigen waarneming
en gevoel
Het is fijn om te zien dat kinderen zich
goed ontwikkelen bij zo’n betrokken en
gemotiveerde leerkracht als Jennifer.
Leerkracht zijn van groep 8 vergt naast
de nodige kennis ook empathisch
vermogen en dat heeft Jennifer.
Nadat Jennifer van Duurling was afgestudeerd, werkte
ze drie jaar als leerkracht bij Montessori Binnenstad.
Twee jaar geleden kreeg ze een vaste klas, groep 8, op
basisschool John F. Kennedy: “Op andere scholen zie je
steeds vaker Montessori-invloeden terugkomen, met
name het zelfstandig werken in de vorm van de weektaak. We zien dat die planningsvaardigheden de kinderen straks veel voordeel opleveren als ze naar de middelbare school gaan. Op John F. Kennedy doen we dat
in de vorm van een ‘moetjes-lijst’ en ‘plusjes-lijst’. De
moetjeslijst spreekt voor zich. Zijn de leerlingen daar
klaar mee, dan kunnen ze verder met de optionele plusjeslijst. Ik merk dat de leerlingen die eigen ruimte fijn
vinden en tegelijkertijd laat het mij als leerkracht meer
tijd voor diegenen die wat extra hulp nodig hebben.”
Was het niet imponerend om eigenlijk zo jong al meteen groep 8 toegewezen te krijgen? “Ik merk dat sommige leerkrachten dat inderdaad zelf zo zouden ervaren,
maar ik vind het een hele fijne leeftijdsgroep om mee te
werken, want je kunt veel meer dingen met ze bespre-
ken, bijvoorbeeld wat er in de wereld gebeurt. Wat ik
het eerste jaar wel spannend vond, was het schooladvies, vooral omdat je weet dat ouders daar teleurgesteld
over kunnen raken. Een collega-leerkracht heeft me als
het ware als coach begeleid en de belangrijkste input
die ik van haar kreeg was dat ik vooral moest durven te
vertrouwen op mijn eigen waarneming en gevoel. De
komende jaren is het interessant om te zien in de terugkoppeling van de middelbare scholen of mijn adviezen
in de juiste richting waren. Na de Cito-toets in mei gaan
we hier op school trouwens gewoon door met het reguliere lesprogramma, weliswaar met wat meer luchtige
onderdelen, maar niettemin hebben we gemerkt dat
het de overgang naar de middelbare school ten goede
komt. De leerlingen hebben anders beduidend meer
moeite om na de vakantie het schoolritme weer op te
pakken.” De minister van onderwijs, Marja van Bijsterveld, is van plan de nuttige besteding van de laatste
maanden het komend jaar landelijk verplicht te stellen.
Jacqueline Albert
8 Financiën
Onderstaand een toelichting op en analyse van de financiële situatie van MosaLira. Aangezien
financiën op balansdatum een momentopname betreft en sturing plaats dient te vinden over
jaren heen is ook de trendontwikkeling van de verhoudingscijfers inzichtelijk gemaakt.
Weerstandsvermogen
De indicator weerstandsvermogen geeft aan in hoeverre een organisatie een tekort in de exploitatie kan dekken met opgebouwde reserves. Het geeft dus inzicht in de capaciteit om
onvoorziene tegenvallers in de exploitatie op te vangen. Het weerstandsvermogen wordt uitgedrukt als een percentage van de jaarlijkse rijksbijdragen. Bij een goede kostenbeheersing
hoeft een afname van de rijksbijdrage slechts tijdelijk opgevangen te worden ten laste van het
eigen vermogen c.q. de reserves. Een eenduidige norm is niet aan te geven, maar de minimale
hoogte zou volgens het ministerie van OCW 15% moeten zijn. De volgende factoren bepalen
echter de noodzakelijke of gewenste omvang van het weerstandsvermogen.
Juf Jennifer is the best!
• Het aantal scholen: hoe meer scholen bij een bestuur zijn aangesloten, hoe groter de mogelijkheid tot interne risico spreiding.
• De omvang van het bestuur: hoe groter de omvang, hoe meer flexibiliteit in de kostenstructuur mogelijk is door mobiliteit van personeel.
• De kostenbeheersing: hoe beter de planning en control cyclus functioneert, hoe sneller maatregelen genomen kunnen worden.
Weerstandsvermogen:
(eigen vermogen -/- materiële vaste activa) / totale rijksbijdragen x 100%
Eva Albert
2010
14.5%
2009
12.2%
2008
14.4%
2007
20.1%
2006
21.7%
Doordat er meer dan 20 scholen bij het bestuur zijn aangesloten bestaan er voldoende mogelijkheden tot risicospreiding. Tevens heeft MosaLira in haar meerjaren beleid arbeidsmobiliteit
hoog op de agenda staan en dat heeft een positief effect op de flexibiliteit in de kostenstructuur. Door een verdere verbetering van de bedrijfsvoering is de organisatie beter in control,
waardoor de kans op onverwachte financiële tegenvallers kleiner wordt.
45
Marja Bruijnzeels en Iris den Ridder
bs. Sint Oda
Een eigen
leerplein.
“We zijn hartstikke trots op onze nieuwe leerpleinen’’,
vertellen onderbouwcoördinator/groepsleerkracht 1/2
Marja Bruijnzeels en bovenbouwcoördinator Iris den
Ridder. “Het werkt nog beter dan we van te voren hadden gehoopt. Het leerplein in de onderbouw is onze
eigen vertaling van de Speelplezier-methodiek naar
de praktijk. De verbouwing van het pand hebben we
aangegrepen om een gemeenschappelijk binnenplein
te creëren, waar de drie kleutergroepen omheen zijn
gebouwd. Via grote transparante schuifpuien is er een
drempelloze overgang gecreëerd tussen de lokalen
en het plein. De onderbouw is één groot geheel geworden, wat voor meer saamhorigheid heeft gezorgd,
zowel bij de kinderen als bij ons. Er zijn nog wel momenten dat de kinderen in de eigen klas bezig zijn,
maar een groter deel van de tijd verblijven ze op het
leerplein: met alle kleuters en juffen tegelijk. Elke leerkracht kan nu elk kind in de onderbouw troosten of corrigeren; ze zijn met ons allen even vertrouwd geraakt.”
“De methodiek Speelplezier is gebaseerd op speelhoeken en op het leerplein kunnen we daar een diepere
dimensie aan geven door te spelen met groepssamenstellingen. In de ene hoek mag je met je eigen vriendjes gaan werken, maar in de bouwhoek bijvoorbeeld,
komen telkens drie kinderen samen, elk uit een andere
groep. Soms wel spannend, ze moeten meer voor zichzelf opkomen, maar nog veel vaker krijgen ze nieuwe
inzichten én nieuwe vriendjes, kinderen die ze voorheen misschien links hadden laten liggen. Ook extra
taalondersteuning gebeurt op het plein, maar de kinderen die daar aan deelnemen vormen nu één van de vele
groepjes die met een juf aan het werk zijn. Dat valt veel
minder op dan toen ze nog uit de klas gehaald moesten
worden en leidt dus indirect tot minder stigmatisering.
Dan hebben we het nog niet eens over de vele praktische voordelen. Vervanging van een collega wordt gemakkelijker. En dat spannende overgangsmoment naar
groep 3 wordt naar verwachting iets minder ingrijpend,
omdat iedereen elkaar allang kent. De middenbouw
heeft eveneens een eigen leerplein, zij het met meer
werktafels, omdat daar nu eenmaal meer schriftelijk gewerkt wordt. In de bovenbouw is een leerstraat aangelegd. De deuren van de lokalen staan open, om ook hier
uitwisseling tot stand te kunnen brengen. Maar ook de
muren tussen de lokalen zijn voor een groot deel vervangen door diezelfde glazen schuifpuien, waardoor
we weer sub-leerpleintjes kunnen bouwen.” Collega’s
uit de regio en verder komen bij Sint Oda al hun licht
opsteken hoe ze de succesvolle aanpak van deze school
naar hun eigen werksituatie kunnen overdragen.
Iedereen kan op het leerplein
samen spelen met alle kinderen uit de
andere groepen. Dan heb je héél véél
vrienden.
Birk Buursink
8 Financiën
Liquiditeit
Een liquiditeitsratio (current ratio) is een indicator die aangeeft of een organisatie voldoende
liquide middelen beschikbaar heeft om aan de direct opeisbare betalingsverplichtingen te
kunnen voldoen. Dit illustreert dus het vermogen van een organisatie om crediteuren tijdig
(op korte termijn) te kunnen betalen.
Het gebouw is prachtig geworden, ruim,
Het
gebouw
is prachtig
ruim,
open,
open,
kleurijk
en licht geworden,
en biedt nóg
meer
kleurrijk en licht en biedt nóg meer mogelimogelijkheden voor goed én vernieuwend
jkheden voor goed én vernieuwend onderwijs.
onderwijs. En dat vinden wij als ouders
En dat vinden wij als ouders natuurlijk ook een
natuurlijk ook een enorm pluspunt.
enorm pluspunt.
Current ratio:
(kortlopende vorderingen + liquide middelen) / kortlopende schulden
2010
1.32
2009
1.09
2008
1.07
2007
1.06
2006
0.99
Catelijne Buursink
Catelijne Buursink
De liquiditeit van MosaLira bevindt zich voor het eerst in vijf jaren boven de landelijke norm
van 1,20. Dit komt doordat in 2010 een deel van de liquide middelen van MosaLira onttrokken
is aan de stichting Vermogensbeheer (zie hoofdstuk 9). Naar verwachting zal in 2011 de stichting Vermogensbeheer, die reeds in liquidatie is, volledig opgeheven worden, waardoor MosaLira haar resterende deel van de liquide middelen en beleggingen uit deze stichting retour zal
krijgen. Dit heeft dan een gunstig effect op de liquiditeitspositie van MosaLira.
Solvabiliteit
De solvabiliteit is een graadmeter voor de financiële onafhankelijkheid van een organisatie
en geeft aan of de organisatie aan haar financiële verplichtingen richting haar schuldeisers
kan voldoen. Bij onderwijsorganisaties worden doorgaans twee solvabiliteitsratio’s gebruikt.
Het verschil tussen de ratio’s wordt veroorzaakt door de voorzieningen. Binnen MosaLira zijn
er slechts de verplichte voorzieningen voor groot onderhoud en jubilea. Met ingang van 1
januari 2010 is het vormen van een voorziening voor de BAPO verplichtingen niet langer toegestaan. De voorziening voor BAPO is daarom in 2010 vrijgevallen ten gunste van het eigen
vermogen. In 2010 worden de werkelijke kosten met betrekking tot het opnemen van BAPO
verlof door medewerkers direct in de exploitatie opgenomen. Ook de voorziening inzake ouderschapsverlof is in 2010 vrijgevallen ten gunste van het resultaat.
47
Solvabiliteit 1:
eigen vermogen / totaal vermogen x 100%
Solvabiliteit 2:
(eigen vermogen + voorzieningen) / totaal vermogen x 100%
1
2
2010
48%
57%
2009
42%
54%
2008
47%
60%
2007
51%
68%
2006
53%
71%
De solvabiliteit van MosaLira is beter dan de landelijke normen van 30% en 50%.
Kapitalisatiefactor
De kapitalisatiefactor heeft als functie te signaleren of het
beschikbare kapitaal efficiënt benut wordt en geeft de verhouding weer tussen het geïnvesteerd vermogen en de gerealiseerde omzet.
Kapitalisatiefactor:
balanstotaal / totale baten x 100%
2010
40%
2009
40%
2008
40%
2007
43%
2006
43%
getoetst en mogelijk moet worden gedifferentieerd naar
kenmerken zoals het soort onderwijs, grootte van de instelling en onderwijskundige aanpak. Waar het kengetal weerstandsvermogen het eigen vermogen centraal stelt, stelt de
kapitalisatiefactor de totale behoefte aan kapitaal centraal.
Publieke organisaties als onderwijsinstellingen zijn economisch zelfstandig indien zij hun eigen inkomsten genereren.
De continuïteit van instellingen in het primair onderwijs op
lange termijn wordt vooral bepaald door de jaarlijkse rijksbijdrage. Met andere woorden de economische zelfstandigheid
is klein. Naarmate de economische zelfstandigheid kleiner is,
verliest het kengetal weerstandsvermogen aan betekenis.
De commissie Don stelt dan ook voor het begrip weerstandsvermogen niet meer te gebruiken en in plaats daarvan de ondergrens aan de solvabiliteit (30%) en een bovengrens aan
de kapitalisatiefactor te hanteren (35%). De ontwikkeling van
de kapitalisatiefactor van MosaLira over de afgelopen vijf jaar
laat zien dat het beschikbare kapitaal volgens de redenatie
van de commissie Don efficiënter wordt benut.
Rentabiliteit
Rentabiliteit heeft betrekking op het rendement en geeft
aan of er sprake is van een positief dan wel negatief bedrijfsresultaat uit gewone bedrijfsvoering in relatie tot de totale
baten.
Rentabiliteit:
exploitatie resultaat uit gewone bedrijfsvoering /
totale baten x 100%
Volgens het rapport van de commissie Don (Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen) dient de kapitalisatiefactor minder dan 35% te zijn. Op dit moment komt het merendeel van
de instellingen in het primair onderwijs uit boven de signaleringsgrens van 35%. Deze kwantificering is gebaseerd op
een eerste benadering die nog in de praktijk moet worden
48
2010
-/- 0.2%
2009
-/- 1.2%
2008
-/- 1.9%
2007
-/- 0.9%
2006
-/- 0.9%
Een toelichting hierop is te vinden in het vervolg van deze
paragraaf.
8 Financiën
Gang van zaken gedurende het verslagjaar
Beschouwing resultaat
MosaLira sluit 2010 af met een klein negatief exploitatieresultaat van k€ 57,3. Scholen hebben nadrukkelijk de opdracht
te investeren in de kwaliteit van het onderwijs. Inzet van reserves is uitsluitend toegestaan voor het opvangen van onverwachte financiële tegenvallers of het bekostigen van incidentele impulsen in personeel of materieel ter verbetering
van het onderwijs. Er zijn bestemmingsreserves voor personeel, OLP, ICT en meubilair. De financiële positie van MosaLira blijft gezond en wij delen de maatschappelijke visie dat
de ontvangen middelen niet bedoeld zijn om op te potten.
uit het samenwerkingsverband Weer Samen Naar School ter
dekking van de salariskosten van personeel in dienst van MosaLira die gedetacheerd zijn naar WSNS, k€ 165 als huur met
betrekking tot verhuurde ruimtes binnen schoolgebouwen
aan derden en k€ 1.083 als (ouder)bijdrage voor niet subsidiabele activiteiten (waarvan het grootste deel van de ouders
van leerlingen van UWCM). Tenslotte is in 2010 de exploitatie
voor een bedrag van k€ 116 positief beïnvloed door de vrijval
van de voorziening ouderschapsverlof. Voortaan komen de
kosten voor ouderschapsverlof rechtstreeks ten laste van de
exploitatie. In totaliteit vormen de overige opbrengsten 13%
van de totale opbrengsten van MosaLira.
Beschouwing kosten
Beschouwing opbrengsten
Personeel
De totale opbrengsten van MosaLira bedragen in
2010 k€ 32.894. Ten opzichte van het jaar 2009 is dit
een stijging van 0,4%. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de stijging het resultaat is van een dalend
volume en stijgend prijspeil. De opbrengsten van
MosaLira bestaan voor het grootste deel (87%) uit de bijdrage van de rijksoverheid. In 2010 was dit een bedrag van
k€ 28.569. De hoogte van de rijksbijdrage is sterk afhankelijk van het leerlingenaantal in het voorgaande schooljaar
(peildatum 1 oktober). Dit betekent dat een wijziging in het
leerlingenaantal met een vertraging van één jaar doorwerkt
in het beschikbare budget. De overige overheidsbijdragen
bestaan uit de vergoedingen van de gemeente voor het
gebruik van de gymzalen (k€ 61) en de inkoop van schoolbegeleiding (k€ 180). Daarnaast komen de kapitaallasten en
het groot vervangend onderhoud van de gebouwen voor
rekening van de gemeente als economisch eigenaar. MosaLira krijgt slechts geld van de rijksoverheid voor het reguliere
onderhoud en de exploitatie van de gebouwen. De overige
baten worden gevormd door een bedrag van k€ 1.094 als
vergoeding van salariskosten van vervangers vanuit het Vervangingsfonds (dit is budgetneutraal omdat hiertegenover
ook kosten staan), k€ 1.303 als overheveling van middelen
Het aandeel van de personele lasten binnen MosaLira uitgedrukt als aandeel van de totale lasten is te vinden in de onderstaande tabel.
Personeelslasten:
personele lasten / totale lasten x 100%
2010
85.0%
2009
84.1%
2008
83.5%
2007
83.0%
2006
84.6%
Het aandeel van de ontvangen bijdragen en subsidies dat
wordt besteed aan personele lasten is vrijwel constant en
wijkt in vergelijking met andere besturen in het primair
onderwijs (85%) niet bijzonder af.
In 2010 bedroegen de totale personele lasten k€ 28.408. In de
onderstaande tabel is de specificatie weergegeven.
49
Kosten personeel
Directie
k€
2.142
7,5%
Onderwijzend
k€
19.988
70,4%
Onderwijs ondersteunend
k€
2.115
7,4%
Overig personeel
k€
753
2,7%
Vervanging
k€
1.094
3,8%
Scholing
k€
340
1,2%
Overig
k€
1.976
7,0%
Totaal
k€
28.408
100%
De salariskosten van het onderwijzend personeel zijn uiteraard de grootste kostenpost voor MosaLira. Dit is een bedrag
van k€ 19.988. MosaLira heeft gemiddeld in 2010 357 fte aan
onderwijzend personeel in dienst. Dit betekent dat de gemiddelde salariskosten per fte circa k€ 56 per jaar bedragen.
De overige lonen en salarissen, een bedrag van k€ 753, hebben voornamelijk betrekking op de salariskosten van de ICT
coördinator, leerkrachten in opleiding (LIO-ers), loonkosten
van twee interim-directeuren, ouderschapsverlof, herintreders en eventuele toelagen.
De salariskosten van de vervangers (k€ 1.094) worden gedekt
door het Vervangingsfonds. Dit geldt indien het afwezige
personeelslid verzekerd is bij het Vervangingsfonds en de
afwezigheidsgrond behoort tot de dekking.
Een grote post in de overige personeelskosten blijven
de kosten ten behoeve van de BAPO regeling, in 2010
k€ 766. Een andere grote post is de dotatie van k€ 464 aan de
voorziening inzake jubilea. Er heeft eenmalig een extra dotatie plaatsgevonden, waardoor de voorziening ultimo 2010
de wettelijk vereiste omvang heeft.
Afschrijvingen
De afschrijvingskosten zijn in 2010 gedaald naar k€ 548
(- 16%). Dit wordt veroorzaakt doordat de initieel geactiveer-
50
de inventaris inmiddels vrijwel volledig afgeschreven is. In
2009 bedroeg de afschrijving op de initiële activa nog k€ 318
en in 2010 nog slechts k€ 60. Deze afschrijvingen worden gedekt door een even grote vrijval uit de bestemmingsreserve.
Door investeringen nemen vooral de afschrijvingskosten op
ICT toe, van k€ 260 naar k€ 314. De investeringsplanning laat
zien dat deze ontwikkeling de komende jaren doorzet. De
omvang van de bestemmingsreserve ICT laat dit ook toe.
De investeringen worden op basis van een goedgekeurde
meerjaren investeringsbegroting gerealiseerd. Gezien de
ontwikkeling van het leerlingenaantal en de goede kwaliteit
van het aanwezige meubilair blijven de investeringen in inventaris op bestuursniveau in principe bevroren.
Huisvesting
De huisvestingslasten zijn ten opzichte van 2009 gedaald
met 9%. Dit wordt vooral veroorzaakt door de kosten preventief onderhoud, die in 2010 k€ 160 lager zijn dan in
2009. Er was in 2009 sprake van incidenteel hogere kosten
door de nieuwe huisvesting voor Jan Baptist en UWCM.
De kosten voor het periodieke onderhoud worden ten
laste van de voorziening groot onderhoud gebracht. De
dotatie aan de voorziening bedraagt jaarlijks, conform financieel beleid, 70% van de materiële vergoeding voor
onderhoud die scholen in hun bekostiging ontvangen.
Het andere deel kunnen scholen zelf gebruiken voor de
dekking van het dagelijkse preventieve onderhoud. In
2010 bedroeg de dotatie voor het periodieke onderhoud
k€ 342 en waren de werkelijke kosten k€ 145.
Overige instellingslasten
De overige instellingslasten bestaan voor het grootste deel
uit de kosten van het administratiekantoor. Dit betreft zowel
de salaris- en personeelsadminsitratie als ook de financiële
administratie. Het beleid van MosaLira is erop gericht deze
kosten verder terug te dringen. Er zijn in 2010 extra kosten
gemaakt om per 1 januari 2011 de financiele administratie in
8 Financiën
eigen beheer te kunnen gaan uitvoeren. Vanaf 2011 zal dit
echter tot een structurele kostenbesparing leiden.
Leermiddelen
De kosten voor de duurzame leermiddelen zijn in 2010 vrijwel gelijk aan 2009. Investeren in onderwijs en vooral in leermiddelen blijft een speerpunt van MosaLira. De aanschafkosten van leermethoden worden bij MosaLira direct ten laste
van de exploitatie gebracht, terwijl deze methoden normaliter enkele jaren gebruikt worden. De ontwikkeling van de
school en leerlingen vraagt echter soms eerdere vervanging
en door de gehanteerde systematiek wordt het moment van
vervanging niet of in ieder geval minder bepaald door een
gehanteerde afschrijvingstermijn.
Financieel resultaat
Het financieel resultaat is in 2010 k€ 467 positief. Dit bedrag
wordt gevormd door reguliere structurele beleggingsopbrengsten van k€ 317 en een ongerealiseerde koerswinst van
k€ 150 op de beleggingsportefeuille binnen de stichting Vermogensbeheer (zie ook hoofdstuk 9).
Investeringsbeleid
Er wordt gewerkt met een meerjaren investeringsplan. Volgens de richtlijnen van de jaarverslaggeving dienen de investeringen in meubilair en ICT geactiveerd te worden op de
balans. In 2010 is voor een bedrag van k€ 279 geïnvesteerd in
inventaris en apparatuur en is k€ 458 (inclusief initiële activa)
afgeschreven.
ting United World College Maastricht (UWCM) de ledenvergadering. De coöperatie heeft onder andere ten doel het exploiteren, bouwen, onderhouden, (ver)huren, (ver)kopen en in
stand houden van gebouwen welke geschikt zijn voor het geven en coördineren van onderwijs, het in stand houden van
een campus en het (doen) organiseren en coördineren van
de onderwijs- en beheerorganisatie in brede zin ten behoeve
van het UWCM en het faciliteren ten behoeve van onderwijs,
het verlenen van organisatorische ondersteuning op de door
de coöperatie in stand gehouden campus alsmede het (doen
verzorgen van) de feitelijke uitoefening van de schoolleiding
ten behoeve van het UWCM. De leden van de coöperatie zijn
verplicht om een deelnemersovereenkomst met de coöperatie aan te gaan. In deze overeenkomst worden alle onderlinge
afspraken over de samenwerking vastgelegd. Hieronder vallen ook de afspraken over de verdeling van de financiële lasten. Bij het opmaken van dit jaarverslag is de deelnemersovereenkomst nog niet ondertekend en zijn de afspraken nog niet
eenduidig vastgelegd. In de jaarrekening is daarom nog geen
rekening gehouden met eventuele kosten die in 2010 door de
coöperatie gemaakt zijn en die doorberekend kunnen worden naar MosaLira. Dit zal gebeuren in 2011.
Begroting
Binnen MosaLira wordt volgens de planning en control
cyclus jaarlijks een meerjaren exploitatie- en investeringsbegroting opgesteld op bestuurs- en schoolniveau. Het
bestuur heeft de begroting 2011 in haar vergadering van 13
december 2010 vastgesteld. Onderstaand een overzicht van
de exploitatiebegroting 2011 versus 2010.
Staat baten en lasten (begroting)
Toekomstige ontwikkelingen
Eind 2009 is de Vereniging United World College Maastricht
Coöperatief verband met uitsluiting van aansprakelijkheid
opgericht, oftewel coöperatie UWCM. MosaLira behoort tot
één van de oprichters van deze coöperatie en vormt samen
met stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO) en stich-
2011
2010
Baten
31.688.338
31.600.412
Lasten
32.255.133
32.292.190
-566.796
-691.777
Financiële baten en lasten
275.000
250.000
Resultaat
-291.796
-441.777
Saldo baten en lasten
51
Pia Abeling
SBO De Opstap
Samen spelend
leren.
“Speelplezier is een boeiende vorm van passend onderwijs”, opent Pia Abeling het gesprek. Pia is een gepassioneerde leerkracht verbonden aan SBO De Opstap.
Gepokt en gemazeld in het speciaal onderwijs aan
jonge kinderen en binnenkort ook gecertificeerd als
Speelpleziertrainer. “Schools leren is niet geschikt voor
jonge kinderen. Peuters en kleuters leren taal en sociale, motorische en cognitieve vaardigheden door met
andere kinderen en volwassenen te spelen. Speelplezier
biedt een doorgaande lijn in aanpak voor spelend leren
voor kinderen van 2,5 tot 7 jaar”, zegt Pia. In juni rondt
ze samen met Nicole Geurts, leerkracht basisschool
Anne Frank, de tweejarige opleiding tot Speelpleziertrainer af. “Door reflectie leren we veel van elkaar”, aldus
Pia. Beide leerkrachten hebben al de nodige ervaring
opgedaan met Speelplezier, een methodiek ontwikkeld door Margot Wouterse. Zelf worden ze tijdens hun
opleiding gecoacht door Marlies Savelberg, senior trainer bij Intersym. Via spel wil Speelplezier vooral de taalontwikkeling stimuleren.“Dat gebeurt door speel-leer
routines in de groep en het in kleine groepjes stimuleren van spel en taal. Uitgangspunt is dat kinderen leren
door samen met andere kinderen te spelen en door de
aanwezigheid van een meespelende, meerwetende,
volwassene. Het is de bedoeling dat het enthousiasme
voor samen spelen wordt overgebracht op de ouders.”
Samen spelend leren. Twee jaar geleden klopte MosaLira
bij haar aan of ze geen interesse had om de opleiding
tot Speelpleziertrainer te volgen. Met als achterliggende
gedachte na afronding van de opleiding haar expertise via coaching over te brengen op geïnteresseerde
MosaLira collega-leerkrachten. “We worden opgeleid tot
trainer Speelplezier binnen onze eigen organisatie. Dat
betekent dat Nicole en ik als gecertificeerde trainers zelfstandig de methodiek Speelplezier kunnen invoeren bij
geïnteresseerde scholen. Door kennismakingsworkshops
en studiebijeenkomsten te organiseren en leerkrachten enthousiast te maken en te gaan trainen rondom
de methodiek Speelplezier. Zo ben je als stichting ook
verzekerd van een goede borging van een uitstekende
methodiek voor het jonge kind binnen je organisatie.”
Waaraan moeten leerkrachten die aan de slag willen met
Speelplezier voldoen? “Ze moeten een inspiratiebron zijn
en kindvolgend kunnen (mee)spelen”, zegt Pia gedecideerd. “Een absolute voorwaarde om tot spelverrijking te
komen waardoor kinderen spelend wijzer worden. Het
spelen binnen een gekozen thema staat altijd centraal.”
Het moet overal eigenlijk zo zijn. Niet
dwingen om te leren, maar spelend
leren. Het onderwijs in deze groep vind
ik interessant. Het is niet alleen leerzaam
voor de kinderen maar ook voor mij. De
tips die ik oppik van hier, dat is voor mij
belangrijk. Het is beter voor de kinderen,
want nu komen ze met plezier naar school.
Mevrouw Ghalib
9 Treasury
Jarenlang heeft MosaLira, net als overigens vele andere schoolbesturen in Zuid-Limburg, de uitvoering van het treasury beleid uitbesteed aan de Stichting Vermogensbeheer Schoolbesturen
Limburg en het administratiekantoor SROL. De afspraken hierover waren vastgelegd in een beheersovereenkomst. Door gezamenlijk gebruik te maken van dit construct konden schoolbesturen hun betalingsverkeer en vermogensbeheer tegen zo laag mogelijke kosten en risico’s en zo
hoog mogelijk rendement uit (laten) voeren. Door de wereldwijde kredietcrisis en daarop volgende
koersdalingen werden echter de nadelen en de risico’s van de gekozen systematiek voor iedereen
erg duidelijk. Er werd reeds gewerkt aan het ‘moderniseren’ van het construct, maar door de ontwikkelingen vanaf 2008 drong de noodzaak hiertoe bij alle deelnemers pas echt door.
“Hier zijn we allemaal vrienden
en dat is fijn. We doen altijd iets
gezelligs en ik kan al veel zelf! De
In de zomer van 2009 heeft het bestuur van de stichting Vermogensbeheer het ministerie van OCW
schriftelijk verzocht een uitspraak te doen over de juridische aanvaardbaarheid van het construct.
De reactie op deze brief heeft lang op zich laten wachten, maar in december 2009 heeft OCW per
brief duidelijk gemaakt dat onderwijsorganisaties die deelnemen aan de stichting Vermogensbeheer niet voldoen aan de toezichts- en controle-eisen die het ministerie aan hen stelt. Na enige
overleggen tussen de mensen van de Directie Rekenschap, het bestuur van Stichting Vermogensbeheer en een afvaardiging van de deelnemende besturen begin 2010 heeft dit uiteindelijk geleid
tot het unanieme opheffingsbesluit door de deelnemers van de Stichting Vermogensbeheer per
14 juli 2010. Daarna zijn twee vereffenaars aangesteld, die de opdracht van de deelnemers hebben
gekregen zo snel mogelijk zorg te dragen voor de formele liquidatie van de stichting.
juf kan niet alles, dan leer ik het
haar. Dan zeg ik: “ kijk zo en zo
moet je dat doen”, dan zegt de
juf: “wat goed” en dan lachen we!
Het is fijn hier.”
Nedda Ghalib
Ultimo 2010 is de liquidatie van de stichting Vermogensbeheer nog niet afgerond. Een deel van
het belegde vermogen, te weten ruim € 1,2 mln. aan liquiditeiten, heeft MosaLira echter reeds in
november 2010 overgemaakt gekregen. Het restant zal uiteindelijk in 2011 overgeheveld worden,
deels in obligaties en deels in liquide middelen. Het nominale beheersbedrag van MosaLira bij de
stichting Vermogensbeheer in liquidatie is nu nog circa € 5,3 mln. De waarde van ons deel van de
beleggingsportefeuille van de stichting Vermogensbeheer bedraagt ultimo 2010 k€ 4,8 mln. Bij
het opstellen van dit jaarverslag zijn de resultaten van de stichting Vermogensbeheer over 2010
nog niet definitief bekend. In de staat van baten en lasten is rekening gehouden met een geschat
rendement over het ingelegde vermogen (k€ 250) en een verwacht koersherstel van de obligaties
(k€ 150). Dit is een bedrag van in totaliteit k€ 400. Het effect op het resultaat van MosaLira van de
definitieve jaarrekening 2010 van de stichting Vermogensbeheer in liquidatie zal naar verwachting
beperkt blijven.
53
Marie-Louise Cilissen
bs. Joppenhof
Allemaal gediplomeerde letterchefs.
Het leesonderwijs is door het digibord
nog speelser en aantrekkelijker
geworden. ‘s Ochtends zie je de
kinderen tijdens het inloopkwartiertje
samendrommen rond het bord, waar
ze dan zelf mee mogen spelen. Als ik
Joppenhof heeft de methode ‘Veilig Leren Lezen’ in groep
3 in een digitaal jasje gegoten. Marie-Louise Cilissen werkt
inmiddels drie jaar met de nieuwe Veilig Leren Lezen methode en het digibord, ook wel bekend als smartboard. “De
letterdoos, de klik-klak boekjes, letterkaartjes, structureerstroken en wandplaten zijn gedigitaliseerd. Elk kind is bij
toerbeurt de letterchef en mag dan op het bord de letter
van de dag en zelfgemaakte woordjes aanwijzen. Je kunt
als leerkracht zelf regelen hoe snel de letters of woorden
elkaar opvolgen, wat de snelheid van de letterherkenning en dus van het leestempo helpt vergroten. Er zit een
ingebouwde stem in die de klanken op de juiste manier
uitspreekt. De grap is dat je bijna precies hetzelfde doet als
voorheen, maar doordat het veel dynamischer en visueler
is, zien de kinderen het eerder als spelen dan als leren. Elke
kern sluiten we af met een diplomaatje. We vieren daarmee
elk stapje vooruit en dat maakt de kinderen apetrots. Bij
deze software zit naast de module voor basisinstructie ook
een module voor verlengde instructie en begeleide verwerking. Dit voor minder vlotte lezers: er wordt kort en krachtig
geoefend. Met een oefenspel kunnen kinderen telkens hun
persoonlijk record in leestempo proberen te verbeteren.”
Rode draad in dit lesprogramma is Zoem, een bijtje. “Het
is educatief bewezen dat het leerproces wordt bevorderd
als de kinderen zich kunnen identificeren met een vast figuurtje. Bij de leesles gaan we Zoem zoeken die ergens
verstopt zit op de digitale wandplaat en dan roepen de
kinderen: ‘Ik zie Zoem bij de koek’. Dan klik ik met de muis
op de koek en komt dat woord in beeld. Daarin wordt de
letter oe blauw gemaakt en weten de kinderen dat die letter de letter van de dag is. Wat zo’n digitaal systeem veel
beter kan dan een persoon, is letters in een woord met
één klik van de muis op verschillende manieren door elkaar husselen. Op deze manier wordt het leuker om met
taal te stoeien. De kinderen ‘kegelen’ bijvoorbeeld een
woord om en maken vervolgens met dezelfde letters een
nieuw woord. Ook dit wordt eerder als speels dan schools
ervaren. Natuurlijk is het niet zo dat de computer alles
vervangt, maar ik kan zonder meer constateren dat het
niveau en het rendement zichtbaar omhoog zijn gegaan.”
dat zie, zou ik zelf wel weer naar de
basisschool willen!
Astrid Habets
10 Jaarrekening
Financiële positie
56
Resultaat
57
Kengetallen
58
Grondslagen
59
Balans
62
Exploitatierekening
63
Kasstroomoverzicht
64
Hakken, plakken en leren lezen als een trein,
Toelichting op onderscheiden
65
is met de juf en het digibord reuze fijn!
posten balans
Het is leuk om nieuwe woordjes te leren
met het digibord. De letters kunnen snel
of langzaam ‘flitsen’ en dan moeten wij
proberen die hardop te lezen. En je mag
met een dobbelsteen letters omver gooien
en daar dan nieuwe woorden van maken.
Niet uit balans blijkende 70
verplichtingen
Overzicht verbonden partijen
71
Toelichting op onderscheiden 72
posten exploitatie
Noortje Pesik
Accountantsverklaring
76
Bestemming exploitatieresultaat
78
Gegevens rechtspersoon
79
Financiële positie
Ter verkrijging van inzicht in de financiële positie van MosaLira dienen de navolgende overzichten. Deze zijn gebaseerd
op de gegevens uit de jaarrekening.
Balans
Activa
31-12-2010
31-12-2009
Materiële vaste activa
2.303.173
17,0 %
2.148.625
16,0 %
Financiële vaste activa
4.800.800
35,5 %
5.891.901
43,8 %
Vorderingen
3.914.124
29,0 %
4.250.361
31,6 %
Liquide middelen
2.497.383
18,5 %
1.154.261
8,6 %
13.515.480
100,0 %
13.445.148
100,0 %
Passiva
31-12-2010
31-12-2009
Eigen vermogen
6.458.137
47,8 %
5.587.267
41,6 %
Voorzieningen
1.280.459
9,5 %
1.645.101
12,2 %
937.500
6,9 %
1.250.000
9,3 %
Langlopende schulden
Kortlopende schulden
4.839.384
35,8 %
4.962.780
36,9 %
13.515.480
100,0 %
13.445.148
100,0 %
56
10 Jaarrekening
Resultaat
Het geconsolideerde resultaat over 2010 bedraagt negatief € 57.256 tegenover negatief € 404.806 over 2009. De geconsolideerde resultaten over beide jaren kunnen als volgt worden samengevat:
Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
28.569.337
27.932.939
28.282.403
241.471
235.092
252.393
Baten
(Rijks)bijdragen OCW
Overige overheidsbijdragen
Overige baten
4.083.304
3.432.381
4.218.711
32.894.112
31.600.412
32.753.507
28.407.784
27.618.304
28.553.422
548.496
458.959
652.126
Lasten
Personele lasten
Afschrijvingen
Overige materiële lasten
4.461.794
4.214.926
4.724.587
33.148.074
32.292.189
33.930.135
-523.962
-691.777
-1.176.628
Financiële baten en lasten
466.706
250.000
771.822
Resultaat baten en lasten
-57.256
-441.777
-404.806
Saldo baten en lasten
57
Kengetallen
Met de kengetallen kan de financiële toestand van de stichting worden beoordeeld en gemeten. De kengetallen geven
de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname.
Liquiditeit
2010
2009
1,32
1,09
47,8%
41,6%
57,3%
53,8%
-0,2%
-1,2%
14,5%
12,2%
85,0%
84,2%
39,8%
40,1%
(Vlottende activa / kortlopende schulden)
Solvabiliteit 1
(eigen vermogen (excl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%)
Solvabiliteit 2
(eigen vermogen (incl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%)
Rentabiliteit
(saldo gewone bedrijfsvoering / totale baten * 100%)
Weerstandsvermogen
((Eigen vermogen -/- materiele vaste activa) / totale rijksbijdragen * 100%)
Personele lasten
(Personele lasten / totale lasten * 100%)
Kapitalisatiefactor
(balans totaal -/- boekw. geb. & terr.) / (totaal baten + fin. baten) * 100%
58
10 Jaarrekening
Grondslagen
Algemeen
Regeling jaarverslaggeving onderwijs in verband met de
verwerking van de kosten van de BAPO regeling en de SOP
regeling in de vorm van periodelasten.
Verslaggevingsvoorschriften
Waardering van activa en passiva
De jaarrekening is (voor zover niet anders vermeld ) opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen
aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving, zoals weergegeven in Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor
de jaarverslaggeving, met in het bijzonder RJ 660 (Onderwijsinstellingen). Eventuele stelselwijzigingen zijn verwerkt
conform RJ 140.208.
Materiële vaste activa
Algemeen
Voor zover bij de afzonderlijke posten niet anders is vermeld, zijn de activa en passiva voor de nominale waarde
opgenomen. De baten en lasten worden toegerekend aan
het jaar waarop ze betrekking hebben.
Geldeenheid en taal
De jaarrekening en het jaarverslag wordt in de Nederlandse
taal opgesteld en gepubliceerd en in euro’s uitgedrukt.
Gebouwen en terreinen
Wanneer sprake is van economisch eigendom worden gebouwen en terreinen geactiveerd. Deze gebouwen en terreinen worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsof vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijving.
Afschrijving vindt lineair plaats op basis van de verwachte
economische levensduur.
Inventaris
Inventaris, apparatuur en overige materiële vaste activa zijn
in de balans gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs verminderd met de afschrijvingen. Deze vaste activa worden
Iineair afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. De activeringsgrens is gesteld op € 500.
Boekresultaten op materiële vaste activa worden in de staat
van baten en lasten verantwoord.
Stelselwijziging verwerking voorziening BAPO
Financiële vaste activa
Met ingang van 1 januari 2010 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs gewijzigd ten aanzien van de BAPO, waarbij
de jaarlijkse BAPO lasten als periodelasten in de staat van
baten en lasten dienen te worden verantwoord. Het vormen van een voorziening BAPO is daarmee met ingang
van 2010 niet meer toegestaan. De aanwezige voorziening
BAPO per 31 december 2009 is in 2010 vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen.
Deze wijziging is weergegeven in de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 december 2010, nr. WJZ-237131 (3849), tot wijziging van de
Effecten
De effecten (looptijd > 1 jaar) zijn gewaardeerd tegen
marktwaarde.
Obligaties
Obligaties (beursgenoteerd en niet-beursgenoteerd) die
worden aangehouden tot het einde van de looptijd worden
gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs (nominale
waarde). In de toelichting staat de reële waarde vermeld.
59
Vlottende activa
Voorzieningen
Vorderingen
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare
of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan,
waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen
noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze
is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen
de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om
de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde
van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om
de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichting vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding
zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting,
dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een
voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen
over een aantal boekjaren.
De vorderingen zijn op de balans gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een (eventueel) noodzakelijk
geachte voorziening voor het risico van oninbaarheid.
Projecten
De onder overige vorderingen en overige schulden opgenomen projecten worden gewaardeerd op basis van de
opgeboekte lasten verminderd met de reeds ontvangen vergoedingen. Na afloop van het project wordt het projectresultaat ten gunste of ten laste van de baten en lasten geboekt.
Uitzondering hierop zijn de projecten met betrekking tot
huisvesting en schades. Resultaten op dit soort projecten
worden verwerkt via de voorziening groot onderhoud. Wanneer voorzien kan worden dat er verlies wordt geleden op
een bepaald project, wordt bij de waardering rekening gehouden met een voorziening voor het te verwachten verlies.
Liquide middelen
De liquide middelen zijn opgenomen tegen nominale waarde. Tenzij anders vermeld staan de liquide middelen ter vrije
beschikking van het bevoegd gezag.
Langlopende schulden
De langlopende schulden hebben een verwachte looptijd
langer dan één jaar en bij elke schuld staat vermeld welke zakelijke zekerheden gesteld zijn.
Kortlopende schulden
De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd
van maximum één jaar. De schulden worden gewaardeerd
tegen nominale waarde.
Passiva
Eigen vermogen
Indien een deel van het eigen vermogen is afgezonderd omdat daaraan vanwege het bevoegd gezag een beperktere
bestedingsmogelijkheid is gegeven wordt dit deel aangemerkt als bestemmingsreserve (publiek of privaat). Als deze
beperking is aangebracht vanwege derden wordt dit deel
aangemerkt als bestemmingsfonds (publiek of privaat).
60
Pensioenen
De instelling heeft de toegezegde pensioenregelingen bij
bedrijfstakpensioenfondsen verwerkt als zou er sprake zijn
van een toegezegde bijdrageregeling. Voor toegezegde
bijdrageregelingen betaalt de instelling op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen
en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van
10 Jaarrekening
de premies heeft de instelling geen verdere verplichtingen
uit hoofde van deze pensioenregeling. De premies worden
verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn.
Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een
vermindering van toekomstige betalingen.
Staat baten en lasten
Afschrijvingen
De afschrijvingen zijn gerelateerd aan de aanschafwaarde van
de desbetreffende immateriële en materiële vaste activa. In
het jaar van investeren wordt naar tijdsgelang afgeschreven.
Gebouwen en terreinen
Inventaris, apparatuur en OLP
ICT hardware
4 tot 40 jaren
10 tot 20 jaren
4 tot 10 jaren
Algemeen
Bepaling van het resultaat
Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten
(subsidies en overige baten) en alle hiermee verbonden, aan
het verslagjaar toe te rekenen lasten. De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend
aan de verslagperiode waarop deze betrekking hebben.
Baten
(Rijks)bijdragen OCW
De in de baten en lasten opgenomen (normatieve) rijksbijdrage OCW sluit aan op de Rijksbijdragebrieven van OCW, hierbij
zal rekening gehouden moeten worden met de segmentatievoorschriften ingeval sprake is van verschillende onderwijssectoren en -wetten. Onder (normatieve) rijksbijdrage wordt
verstaan: de vergoeding voor personele en materiele kosten,
toegerekend naar het verslagjaar. De overige OCW-subsidies
worden gespecificeerd per toekenning in de specificatie van
de overlopende passiva met betrekking tot Ministerie OCW
(model G).
Onder baten en lasten wordt verstaan het resultaat op de
staat baten en lasten van de scholen en het bestuur van de
stichting, na dotaties, afschrijvingen of onttrekkingen aan de
voorzieningen. Bij de bepaling van het baten en lastenresultaat geldt het voorzichtigheidsprincipe: lasten en risico’s die
hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar
worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de
jaarrekening bekend zijn geworden. De financiële en buitengewone baten en lasten worden afzonderlijk verantwoord in
de staat baten en lasten. Het resultaat wordt verwerkt in het
eigen vermogen (onder de algemene reserve, waarna op
grond van bestuursbesluiten eventueel een toedeling kan
plaatsvinden aan bestemmingsreserves dan wel bestemmingsfondsen) in de balans op basis van (het voorstel voor)
de bestemming van het resultaat.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode, conform model C RS 660.
Lasten
Personele lasten
Onder de personele lasten worden uitsluitend de lasten van
de medewerkers in dienstverband vermeld. Uitbestede werkzaamheden vallen onder de overige instellingslasten.
61
Balans
Activa
31 december 2010
31 december 2009
Materiële vaste activa
Gebouwen en terreinen
Andere vaste bedrijfsmiddelen
Initiële activa
242.067
-
2.061.106
2.088.786
-
59.839
2.303.173
2.148.625
4.800.800
5.891.901
Financiële vaste activa
Effecten
Vlottende activa
Ministerie van OCW
1.499.973
Belastingen en premies sociale verzekeringen
Overige vorderingen en overlopende activa
1.223.934
-
5.910
2.414.151
3.020.517
3.914.124
4.250.361
2.497.383
1.154.261
Totaal
13.515.480
13.445.148
Passiva
31 december 2010
31 december 2009
Liquide middelen
Eigen vermogen
Algemene reserve
3.278.427
1.607.211
Bestemmingsreserves (publiek en privaat)
3.179.710
3.980.056
6.458.137
5.587.267
Voorzieningen
Onderhoudsvoorziening
863.713
676.331
Overige voorzieningen
416.746
968.770
1.280.459
1.645.101
937.500
1.250.000
Langlopende schulden
Schulden aan derden
Kortlopende schulden
372.657
677.411
Belastingen en premies sociale verzekeringen
Crediteuren
1.403.702
1.582.218
Overige schulden en overlopende passiva
3.063.025
Totaal
62
2.703.151
4.839.384
4.962.780
13.515.480
13.445.148
10 Jaarrekening
Exploitatie
Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
28.569.337
27.932.939
28.282.403
241.471
235.092
252.393
4.083.304
3.432.381
4.218.711
32.894.112
31.600.412
32.753.507
28.407.784
27.618.304
28.553.422
548.496
458.959
652.126
Huisvestingslasten
1.896.975
1.768.205
2.083.019
Overige instellingslasten
1.404.520
1.099.672
1.451.591
Baten
(Rijks)bijdragen OCW
Overige overheidsbijdragen
Overige baten
Lasten
Personele lasten
Afschrijvingen
Leermiddelen (PO)
1.160.299
1.347.049
1.189.977
33.418.074
32.292.189
33.930.135
-523.962
-691.777
-1.176.628
Financiële baten
466.856
250.000
772.211
Financiële lasten
150
-
389
466.706
250.000
771.822
-57.256
-441.777
-404.806
Saldo baten en lasten
Financiële baten en lasten
Resultaat baten en lasten
63
Kasstroomoverzicht
Het onderstaande kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Hierbij wordt het exploitatieresultaat als uitgangspunt genomen, waarop vervolgens correcties worden aangebracht voor verschillen tussen opbrengsten en ontvangsten en kosten en uitgaven.
Kasstroom uit operationele activiteiten
2010
Exploitatiesaldo
-523.962
2009
-1.176.628
Overige mutaties eigen vermogen
928.134
-
Afschrijvingen
548.496
652.126
Mutatie voorzieningen
-364.642
-98.513
Mutaties vorderingen
336.237
198.826
Mutaties kortlopende schulden
-123.396
-379.405
Ontvangen interest
466.856
772.211
-150
-389
Betaalde interest
1.267.573
-31.772
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen in materiële vaste activa
-703.051
-769.676
Investeringen financiële vaste activa
1.241.100
-531.131
Herinvesteringen financiële vaste activa
-150.000
388.049
-1.300.807
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutaties langlopende schulden
-312.500
Mutatie liquide middelen
Beginstand liquide middelen
1.154.261
Mutatie liquide middelen
1.343.122
1.250.000
-312.500
1.250.000
1.343.122
-82.579
1.236.840
-82.579
2.497.383
Eindstand liquide middelen
64
1.154.261
10 Jaarrekening
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
Vaste activa
31-12-2010
31-12-2009
Gebouwen en terreinen
Materiële vaste activa
242.067
-
Inventaris en apparatuur
2.061.106
2.088.786
-
59.839
2.303.173
2.148.625
Initiële activa
Verkrijgingsprijs
Afschrijving
Boekwaarde
Investeringen
Afschrijving
Boekwaarde
t/m 2009
t/m 2009
31-12-2009
2010
2010
31-12-2010
Gebouwen en terreinen
-
-
-
320.694
78.627
242.067
Inventaris en apparatuur
2.812.607
723.821
2.088.786
382.357
410.033
2.061.106
Initiële activa
2.643.382
2.583.545
59.839
-
59.839
-
5.455.991
3.307.366
2.148.625
703.051
548.496
2.303.173
Boekwaarde
Terugbetaling
Ongerealiseer-
Boekwaarde
31-12-2009
nominale inleg
de koerswinst
31-12-2010
5.891.900
1.241.100
150.000
4.800.800
Financiële vaste activa
Effecten
Omschrijving
Stichting Vermogensbeheer
Nominale inleg
Cumulatief
Boekwaarde
Ongerealiseerd Koersresultaat
31-12-2010
-458.100
4.800.800
5.258.900
65
Vlottende activa
Vorderingen
Ministerie van OC en W
31-12-2010
31-12-2009
1.499.973
1.223.934
Gemeente Maastricht
580.042
525.487
Ouderbijdragen
371.566
338.482
Overige projecten / United World College
687.602
1.310.386
Debiteuren transitoria
555.572
504.222
Overige
219.369
347.850
3.914.124
4.250.361
2.356.689
1.000.143
168.589
123.146
8.472
8.516
Liquide middelen
Betaalrekeningen bestuur
Bankrekeningen scholen
Postbankrekeningen scholen
Kas bestuur
12
1.240
Kas scholen
15.499
19.256
Kas scholen buitenschools
Kruisposten
66
30
30
-51.908
1.930
2.497.383
1.154.261
10 Jaarrekening
Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve
Bestemmingsreserves
Algemene reserve
31-12-2010
31-12-2009
3.278.427
1.607.211
3.179.710
3.980.056
6.458.137
5.587.267
Saldo 31-12-2009
Reshuffle UWCM
Bestemming resultaat
Stelselwijziging
Saldo 31-12-2010
1.607.211
-
857.166
814.050
3.278.427
59.836
-
-59.836
-
-
Bestemmingsreserves publiek
Reserve initiële activa
Reserve UWCM
-
114.076
-688.198
-
-574.122
Reserve meubilair
318.410
-
15.608
-
334.028
Reserve personeel
1.519.445
-
181.654
-
1.701.099
Reserve OLP
794.832
-
-157.539
-
637.293
Reserve ICT
1.172.030
-
-269.721
-
902.309
3.864.563
114.076
-978.032
-
3.000.607
115.493
-
63.610
-
179.103
Bestemmingsreserves totaal
3.980.056
114.076
-914.422
-
3.179.710
Eigen vermogen
5.587.267
114.076
-57.256
814.050
6.458.137
Bestemmingsreserves privaat
Reserve niet-subsidiabel
De bestemmingsreserves ICT, OLP en meubilair UWCM
zijn bedoeld als resultaatbestemming tussen de desbetreffende materiële vergoedingen en materiële lasten. De
bestemmingsreserve personeel is bedoeld als resultaatbestemming tussen de vergoeding Personeel (Lumpsum)
en Personeel en Arbeidsmarkt (P&A) en de desbetreffende
personele lasten. De bestemmingsreserves niet-subsidiabel is gevormd met als doel de kosten van toekomstige
buitenschoolse activiteiten op te vangen. Als gevolg van
de stelselwijziging BAPO is in 2010 de voorziening BAPO
verplicht vrijgevallen. Hierbij is een bedrag van € 814.050
ten gunste van het eigen vermogen verantwoord als directe vermogensmutatie (buiten de staat van baten en
lasten. Het effect op het vermogen en het resultaat van
deze stelselwijziging is dat zonder deze stelselwijziging
het resultaat € 240.028 lager zou zijn geweest in 2010.
Het eigen vermogen zou zonder deze stelselwijziging
€ 1.054.078 lager zijn geweest per 31 december 2010.
De bestedingsreserve UWCM is bedoeld als resultaatbestemming tussen de coöperatie UWCM en MosaLira.
67
Voorzieningen
31-12-2010
31-12-2009
Onderhoudsvoorziening
863.713
676.331
Overige voorzieningen
416.746
968.770
1.280.459
1.645.101
Saldo 31-12-2009
Stelsel wijziging
Dotatie 2010
Onttrekking 2010
Saldo 31-12-2010
676.331
-
341.999
154.617
863.713
BAPO
814.050
-814.050
-
-
-
Ouderschapsverlof / Jubilea
154.720
-
463.872
201.846
416.746
1.645.101
-814.050
805.871
356.463
1.280.459
Onderhoudsvoorziening
Overige voorzieningen
Voorzieningen
Onderhoudsvoorziening betreft een egalisatievoorziening
gebaseerd op een meerjaren onderhoudsplan.
De voorziening voor jubilea wordt bij opmaak van de begroting voorafgaand aan het kalenderjaar beoordeeld en berekend op basis van de op balansdatum bestaande aanspraken voor de komende tien jaren. Gebaseerd op:
•
•
•
•
•
Leeftijd per medewerker
Gehele personeelsbestand
Jaren dienstverband per medewerker
Omvang dienstbetrekking
Jubileum bij 25-jarig 50% gratificatie, bij 40-jarige diensttijd
100%
• Gratificatie over LA 18 € 3.120, verhoogd met vakantietoeslag
• Berekening tegen nominale waarde
• Sterftekans of beëindiging dienstverband buiten beschouwing gelaten
Een voorziening voor ouderschapsverlof is vanaf 2010
niet meer toegestaan. Het saldo van € 116.511 is vrijgevallen ten gunste van het resultaat.
68
10 Jaarrekening
Langlopende schulden
Schulden aan derden
31-12-2010
31-12-2009
937.500
1.250.000
De stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs en stichting United World College Maastricht hebben in 2009 MosaLira
beide een lening verstrekt ter waarde van respectievelijk € 1.000.000 en € 250.000 ter financiering van de tijdelijke huisvesting van UWCM Primary. Deze geldleningen zijn renteloos en zullen de komende vier jaren door MosaLira afgelost
worden, beginnende in 2010. De gemeente Maastricht heeft in het programma onderwijshuisvesting 2010 een jaarlijks
bedrag van € 250.000 voor de komende vier jaren opgenomen ter dekking van de huisvestingskosten van UWCM Primary. De aflossing bedroeg in 2010 conform afspraak € 312.500.
Kortlopende schulden
31-12-2010
Crediteuren
31-12-2009
372.657
677.411
1.403.702
1.582.218
Spaarverlof
262.445
253.434
Vakantie-uitkering
896.358
899.435
Belastingen en premie volksverzekeringen
Overige
1.904.222
1.550.282
4.839.384
4. 962.780
69
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Niet van toepassing
70
10 Jaarrekening
Overzicht verbonden partijen
Niet van toepassing
71
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
Baten
Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
22.371.908
21.987.086
22.049.443
182.386
-
-
Rijksbijdragen Personeel
Overige subsidies OCW
Rijksbijdragen MI
3.527.551
3.525.343
3.628.980
Rijksbijdragen P&A-beleid
2.306.263
2.242.546
2.299.151
Rijksbijdragen Bestuur en Management
181.229
177.964
304.829
28.569.337
27.932.939
28.282.403
241.471
235.092
252.393
Totaal overige overheidsbijdragen
241.471
235.092
252.393
Overige vergoedingen personeel
1.620.165
1.475.807
1.506.631
Vergoedingen salaris VF
1.094.278
1.000.000
1.106.685
169.209
161.415
164.482
-
19.444
33.440
116.511
-
-
Totaal (Rijks)bijdrage Ministerie van OCW
Vergoedingen Gemeente
Verhuur onroerende zaken
Bijdrage DSM inzake ID
Vrijval personele voorziening
Inkomsten materieel projecten
Bijdrage niet subsidiabel / ouderbijdrage
Overige baten
Totaal overige baten
72
3.563
-
21.577
965.178
758.507
888.268
114.400
17.208
497.628
4.083.304
3.432.381
4.218.711
10 Jaarrekening
Lasten
Lonen en salarissen
Realisatie 2010
Begroting 2010
Realisatie 2009
27.613.343
26.537.131
26.852.239
Dotatie ouderschapsverlof
-
115.000
115.000
Dotatie BAPO
-
700.000
842.543
463.872
60.000
60.000
-
-
123.853
Dotatie Jubilea
Dotatie Solidariteitsfonds
Overige
Totale personele lasten
330.569
206.173
559.786
28.407.784
27.618.304
28.553.421
Lonen en salarissen
Nascholing
Salarissen Vervangingsfonds
Salarissen OP
315.297
90.311
246.957
1.094.278
1.000.000
1.106.685
20.982.991
24.600.000
20.648.823
Salarissen directie
1.898.729
-
2.345.398
Salarissen OOP
1.874.378
-
1.626.912
BAPO
765.519
-
-
Ouderschapsverlof
114.928
-
-
Overige lonen en salarissen
567.223
846.820
877.464
27.613.343
26.537.131
26.852.239
De lonen en salarissen zijn inclusief 14,89% sociale lasten en inclusief 15,10% pensioenpremies (van het bruto salaris).
Personele formatie
Directie
Onderwijzend personeel (OP)
Onderwijs ondersteunend personeel (OOP)
ID banen
Bovenschools
Divers
2010
2009
In Fte
In Fte
30,8
35,0
357,5
367,0
58,9
59,2
-
0,6
8,7
7,2
1,1
1,2
457,0
470,2
Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) is niet van toepassing.
73
Bezoldiging bestuurders en commissarissen
2010
2009
De heer M.P.P.F. Groutars
1.500
1.500
Mevrouw M.J.A.C. Driessen
1.500
1.500
Mevrouw M.G. Heijltjes
1.500
1.500
De heer H.M.G. Manders
1.500
1.500
De heer P.G.J. Brugman
Realisatie 2010
1.500
1.500
7.500
7.500
Begroting 2010
Realisatie2009
Gebouwen en terreinen
78.627
-
-
Inventaris en apparatuur
410.033
415.232
333.417
Initiële activa
59.836
43.727
318.709
548.496
458.959
652.126
Huur
194.465
179.600
135.145
Dotatie onderhoudsvoorziening
341.999
347.833
346.235
Totaal afschrijvingslasten
Klein onderhoud en exploitatie
219.907
139.917
409.552
Energie en water
530.047
533.388
570.213
Schoonmaak
522.664
485.782
518.052
68.711
56.026
60.948
Heffingen
Overige huisvestingslasten
Totaal huisvestingslasten
74
19.182
25.659
42.874
1.896.975
1.768.205
2.083.019
10 Jaarrekening
Administratie en beheer
Reis- en verblijf
499.811
401.500
501.772
16.389
17.400
17.516
Telefoon- en porto e.d.
62.199
51.729
63.095
Bestuur algemeen
12.569
12.468
11.064
352.450
241.850
255.085
16.245
50.887
28.311
142.696
128.522
142.412
6.351
10.052
7.136
Bovenschools
Culturele vorming
Buitenschoolse activiteiten
Medezeggenschapsraad
Verzekeringen
Schoolzwemmen
Overige instellingslasten
2.174
4.926
2.401
37.367
24.375
28.531
256.269
155.963
394.268
1.404.520
1.099.672
1.451.591
OLP
911.875
1.121.691
904.503
ICT
244.312
225.358
253.284
Totaal overige instellingslasten
Inventaris
4.112
-
32.190
1.160.299
1.347.049
1.189.977
44.911
25.000
-2.189
Opbrengsten beleggingen
271.945
225.000
243.269
(On)gerealiseerd koersresultaat
150.000
-
531.131
466.856
250.000
772.211
150
-
62
-
-
327
150
-
389
Totaal leermiddelen (PO)
Rentebaten
Financiële baten
Rentelasten
Kosten beleggingen
Financiële lasten
Analyse resultaat
Voor een nadere toelichting op het resultaat wordt verwezen naar het onderdeel financiën in het bestuursverslag.
75
Accountantsverklaring
76
10 Jaarrekening
77
Bestemming van resultaat baten en lasten
Verliesverwerking
Overeenkomstig de wettelijke bepalingen is het verlies ad € 57.256 over 2010 in mindering gebracht op de reserves. Dit
is reeds in de jaarrekening verwerkt.
Algemene reserve
857.166
Bestemmingreserve initiële activering
-59.836
Bestemmingsreserve meubilair
15.608
Bestemmingsreserve personeel
181.654
Bestemmingsreserve OLP
-157.539
Bestemmingsreserve ICT
-269.721
Bestemmingsreserve UWCM
-688.198
Bestemmingreserve niet subsidiabel
63.610
-57.256
78
10 Jaarrekening
Gegevens rechtspersoon
Naam en adres van de instelling
MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding
Pastoor Habetsstraat 40a
6217 KM Maastricht
Telefoonnummer
Faxnummer
E-mailadres
Internetsite
Bestuursnummer
043-3540133
043-3540136
info@mosalira.nl
www.mosalira.nl
41373
Naam contactpersoon voor het jaarverslag Drs. D.J.H.N. Huntjens
Lid college van bestuur Brin-nummer + NAW gegevens school
01CZ
SBO de Sprong
Frans van de Laarplein 3
6217 NH
03IY
John F. Kennedy
Keurmeestersdreef 129
6216 ED
03LO
SBO de Opstap
Marienwaard 57
6222 AM
03NC
Scharn
Kloosterstraat 5-7
6226 BP
03OP
Sint Oda
Pastoor Habetsstraat 40
6217 KM
03QD
Petrus en Paulus
Felix Bockenplein 1
6213 HM
04IP
Amby
Koninginnestraat 2a
6225 BR
04KM
De Letterdoes
Old Hickoryplein 100
6224 AZ
05KP
Het Mozaïek
Prestantstraat 40
6217 XX
06OJ
De Maasköpkes
Schoolstraat 15
6223 BD
07WV
Wyck
Wijckergrachtstraat 4a
6221 CW
08LO
De Burght
Ridder van Heerstraat 10
6227 RS
08QO
Sint Pieter
Bergweg 50
6212 CX
09KX
De Schans
Borghaag 25
6228 EA
10FZ
Joppenhof
Kelvinstraat 3
6227 VA
15FK
Sint Aloysius
Brusselsestraat 46
6211 PG
15IQ
Montessori Binnenstad Capucijnenstraat 118
6211 RT
16UN
‘t Spoor
Kast. Schaloenstraat 8
6222 TP
16VU
Anne Frank
De Beente 15
6229 AV
17LV
ZMLK Jan Baptist SO
Ponjaardruwe 31
6218 SJ
17LV01
ZMLK Jan Baptist VSO
Porseleinstraat 14
6216 BP
19VJ
Markus
Malbergsingel 68
6218 AV
99GA
UWCM Primary
Nijverheidsweg 25a
6227 AL
79
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
Maastricht
80
11 Bijlagen
Bijlage I: Aantal leerlingen
Het leerlingenaantal bedroeg op 1 oktober 2009 en 1 oktober 2010 in totaal respectievelijk 5.409
en 5.316. In het onderstaande overzicht is te zien hoe dit over de scholen verdeeld is.
1
01CZ
2
03IY
3
03LO
403NC
5
03OP
6
03QD
704IP
8
04KM
9
05KP
10
06OJ
1107WV
12
08LO
13
08QO
14
09KX
1510FZ
16
15FK
17
15IQ
18
16UN
19
16VU
20
17LV
2119VJ
De Sprong
John F. Kennedy
De Opstap
Scharn
Sint Oda
Petrus en Paulus
Amby
De Lètterdoes
Het Mozaïek
De Maasköpkes
Wyck
De Burght
Sint Pieter
De Schans
Joppenhof
Sint Aloysius
Montessori Binnenstad
‘t Spoor
Anne Frank
Jan Baptist
Markus
Totaal
81
20102009
182
178
578
559
221
247
450 439
206
240
205
220
581 594
139
149
93
103
88
96
162 167
98
111
289
294
103
96
385 382
365
353
396
387
186
187
248
267
181
169
160 171
5.3165.409
Basisschool Amby
Basisschool Anne Frank
De school waar je samen leert en je
thuisvoelt.
Basisschool De Burght
Een school waar élk kind telt.
Een school waar het plezierig
werken is voor groot en klein.
De school waar we samen leven en
samen leren.
Kerntaak is het verzorgen van goed onderwijs. We willen buurt-
Wij willen in een veilige omgeving voor alle betrokkenen kwalita-
Wij zorgen ervoor dat onze leerlingen zo optimaal mogelijk kun-
school zijn in Amby. Een school, waar je leert voor het leven: leren
tief goed onderwijs verzorgen dat past bij deze tijd en dat kinderen
nen functioneren. Dat kinderen, leerkrachten en ouders met plezier
vanuit eigen verantwoordelijkheid, openheid, dialoog, reflecteren
voorbereidt op de toekomst. Als basis vormen de vier kernwaarden
naar onze school komen. Dat bereiken we door te zorgen voor een
en dit leren met anderen bespreken. Een school met zorg, waar alle
uit ons logo:
warm, pedagogisch klimaat. Systematisch en gedoseerd de ontwik-
kinderen leren, zich veilig voelen en er sprake is van geborgenheid.
keling van onze leerlingen te volgen en welbevinden en veiligheid
Een kindcentrum met een prikkelende leeromgeving, met beteke-
Kwaliteit: we streven naar een zo hoog mogelijk kwaliteitsniveau
centraal te stellen. Door eigentijds onderwijs te bieden, gericht op
nisvol leren en de nadruk op samenwerken, samen leren; met een
van ons onderwijs. Het onderwijsaanbod is breed en houdt rekening
evenwichtige ontwikkeling van hoofd, hart en handen, waarbij we
ononderbroken lijn van zorg. Een school die ouders serieus neemt.
met verschillen in niveau, zowel op cognitief als sociaal-emotioneel
tegemoet komen aan individuele verschillen. De school heeft vooral
School en ouders zijn bezig met hun eigen deel van de opvoeding
gebied. We streven hierbij naar een evenwicht tussen groepsaanpak
ingezet op het organiseren van passend onderwijs voor alle leer-
van de kinderen: een bijdrage leveren aan de optimale ontwikkeling.
en individuele benadering.
lingen om zo het maximale uit kinderen te halen. Wij geven Engels
We willen hierin met elkaar samenwerken. Een school die op basis
aan alle kinderen op onze school omdat wij weten dat daardoor hun
van gezamenlijke opvattingen denkt, werkt en handelt. Een school
Eigentijds: we willen een school zijn die kinderen leert leven in
talig deel van de hersenen enorm gestimuleerd wordt. Dit komt ook
voor de kinderen.
een multiculturele samenleving met respect voor elkaar. Moderne
de verwerving van de Nederlandse taal ten goede. Als leerkrachten
leermiddelen en inzet van ICT zijn voor ons van wezenlijk belang.
scholen wij ons voortdurend en we investeren in moderne leermiddelen, zoals ICT-voorzieningen. We doen dit samen met de ouders
Veiligheid: we willen een school zijn waarin goede onderlinge rela-
(en verzorgers), waarbij wij de ouders als eerstverantwoordelijke
ties de voorwaarde vormen voor een fijne leef-, speel- en leerom-
voor de opvoeding zien en onszelf voor het onderwijs. De Buiten-
geving. Een school met aandacht voor de individuele verschillen en
schoolse opvang creëert een huiselijke sfeer waardoor kinderen
mogelijkheden van elk kind
zich thuis voelen. De Burght vormt samen met de Nederlandse afdeling van Joppenhof in augustus 2011 een kindcentrum voor de
Plezier: met plezier naar school komen is de beste basis om te komen
wijk Heer, waar alle voorzieningen voor educatie en opvang onder
tot leren met plezier.
één dak zitten.
Basisschool
basis
school
amby
Koninginnestraat 2 A
Directeur: Per Ebbelink
Tel: 043-362 05 82
info@bsamby.nl
De Beente 15
6225 BR Maastricht
6229 AV Maastricht
Directeur a.i.: Emmy Rutten
Loc.dir: Huub Plum
Tel: 043-361 29 16
Fax: 043-362 63 22
info@annefrank-bs.nl
www.bsamby.nl
82
www.annefrank-bs.nl
de Burght
Ridder van Heerstraat 10
Directeur: Jan Slangen
Tel: 043-361 12 62
info@bsdeburght.nl
6227 RS Maastricht
Loc.dir: Math Janssen
Fax: 043-367 25 20
www.bsdeburght.nl
11 Bijlagen
ZMLK Jan Baptist
Basisschool John F. Kennedy
Een school waar elke unieke leerling
optimale ontwikkelingskansen krijgt.
Basisschool Joppenhof
Waar kleine mensen groot worden...
De school waar we het beste uit
kinderen halen.
De Jan Baptistschool is een school voor zeer moeilijk lerende kinde-
Onze school wil de kwaliteiten van een kind in al zijn mogelijkheden
Basisschool Joppenhof ligt in de wijk Heer te Maastricht. Tot voor kort
ren. De school is een onderdeel van Rec3 Limburg en valt onder de
ontwikkelen. Daarbij houden we rekening met wat de maatschappij
had de school twee afdelingen. De internationale afdeling en de Ne-
Wet Expertise Centra. De school kent twee locaties in Maastricht: de
vraagt van het kind. Deze eisen liggen niet alleen op het gebied van
derlandse afdeling. In augustus 2009 is de Internationale afdeling
locatie voor Speciaal Onderwijs (leeftijd 4 t/m 12 jaar) is gelegen in
kennis en vaardigheden, maar ook op sociaal emotioneel gebied.
naar een nieuw gebouw gegaan aan de Nijverheidsweg in Maastricht
de wijk Malberg en de locatie voor Voortgezet Speciaal Onderwijs
Het onderwijs is georganiseerd volgens het (leerstof) jaarklassen-
(www.uwcmaastricht.com) De Nederlandse afdeling heeft ongeveer
(leeftijd 13 t/m 19 jaar) is gelegen in de wijk Pottenberg. De Jan Bap-
systeem; in dit systeem is er veel aandacht voor zelfstandig werken.
170 leerlingen. De school biedt modern en effectief onderwijs aan,
tistschool heeft een regionale functie. De school wil model staan
De leerlingenzorg is ver ontwikkeld; leerlingen krijgen extra hulp
waarbij de focus gericht is op het primaire leerproces. Door onderwijs
voor een onderwijsinstelling die zijn leerlingen optimaal tracht
als uitdaging of als stimulans. De school besteedt veel aandacht aan
op maat aan te bieden kunnen we aansluiten bij de individuele leerbe-
voor te bereiden op de naschoolse periode als ook het zich kunnen
een goede aansluiting met het voortgezet onderwijs. Rust, orde en
hoefte van de kinderen. Natuurlijk komen ook alle andere vakken aan
handhaven in de huidige. Hierbij zijn de individuele mogelijkheden
structuur zijn belangrijke pijlers in het schoolklimaat.
de orde en zorgt de school dat alle kerndoelen van het primair onder-
en beperkingen van elke leerling steeds weer het uitgangspunt.
wijs gehaald worden. Uniek is dat de school vanaf groep 1 Engels aan-
Het optimaliseren van de zelfredzaamheid in wonen, werken en
biedt aan alle kinderen. Dat doen we samen met onze partnerschool
recreëren is hierin leidraad. In het VSO speelt de arbeidstoelei-
in de wijk, basisschool De Burght (www.bsdeburght.nl). Kinderen van
ding een belangrijke rol. We trachten dit te realiseren door nauwe
deze tijd komen veelvuldig met Engels in aanraking en dat was mede
samenwerking met andere scholen binnen het REC, het reguliere
de reden om dit vak te introduceren op kleuterleeftijd. De school werkt
onderwijs, woon- en werkverbanden als ook zorginstellingen.
nauw samen met peuterspeelzaal De Veldmuiskes, die in hetzelfde
gebouw zit. De buitenschoolse opvang wordt verzorgd door BSO de
Burght en er is tussenschoolse opvang. Wij vinden het belangrijk dat
kinderen zich in een veilige omgeving volledig kunnen ontplooien. Met
de Burght vormen we vanaf augustus 2011 een kindcentrum waar alle
voorzieningen voor educatie en opvang onder één dak zitten.
Ponjaardruwe 31
Directeur: Leon Kik
6218 SJ Maastricht
Loc.dir. SO: Ben Dackers
Tel: 043-328 13 33
info@zmlkjanbaptist-so.nl
www.zmlkjanbaptist.nl
Keurmeestersdreef 129
Directeur: Chris Roes
Tel.: 043-344 01 19
info@kennedy-bs.nl
Kelvinstraat 3
6216 ED Maastricht
6227 VA Maastricht
Directeur: Jan Slangen
Loc.dir.: Piet Mouchart
043-344 05 0
www.kennedy-bs.nl
83
Tel: 043-367 13 35
Fax: 043-367 24 40
info@joppenhof.nl
www.joppenhof.nl
UWCM: Primary department including preschool
Basisschool De Maasköpkes
United to learn,
learn to unite.
Basisschool Markus
Samen leren groter groeien
De school waar we samen leven en
samen leren.
UWCM is the 13th UWC-college all over the world. Since Septem-
Basisschool De Maasköpkes ligt in Borgharen, aan de oever van de
Onze nieuwe school straalt energie uit. Leerlingen en leerkrachten
ber 2009 the international pre-, primary and secondary school are
Maas. Door de geïsoleerde ligging is het dorpse karakter bewaard
krijgen alle kansen om zichzelf te ontwikkelen. Vanuit dit oogpunt
located in a temporary building at the Nijverheidsweg. In 2013 the
gebleven. Aan het dorpsplein, ligt de school. Een kleine school waar
blijven leerlingen en leerkrachten van en met elkaar leren.
UWCM will start in a new building in the Geusselt area. In the prima-
alle kinderen elkaar kennen en ook na schooltijd met elkaar spelen.
Alle leerlingen krijgen de garantie dat op onze school de basisvaar-
ry we have about 230 students with approximately 40 nationalities.
Binnen het onderwijs staat het kind centraal. De kinderen worden
digheden taal, rekenen en lezen de grootste aandacht hebben. Hier-
The main and educational language is English ,but we have a lot of
gestimuleerd om goede resultaten te halen op meerdere gebieden.
door hebben onze leerlingen een optimale start in het voortgezet
attention for the mother tongue language . Our school provides a
We streven ernaar om de kinderen te laten groeien, gebruik makend
onderwijs.
unique program for service and learning. Main question for every
van hoofd hart en handen. We vinden het belangrijk dat kinderen
De taak van de leerkracht is naast kennis overdragen, ook begelei-
child is: What is my contribution in the world around me to make it
zich prettig voelen op school en trots zijn op zichzelf. We streven
den en sturen. Leerlingen worden zo in staat gesteld zelf kennis op
a better place to live? In the pre- and primary department we use
naar een veilige omgeving, waar niet wordt gepest. ‘Samen leren
te doen. Wij zien computers en smartboards als belangrijke infor-
the International Primary curriculum. This is a curriculum which is
groter groeien’ is onze missie. Onze school is een echte school in de
matieverstrekkers bij de ondersteuning van het onderwijs, als ver-
used all over the world. The international primary department is
buurt. Samenwerking met verenigingen in Borgharen vinden we erg
werking van de leerstof en als ontdekking van een “nieuwe wereld”.
one of the ten DIPS-schools in the Netherlands. (Dutch International
belangrijk. We proberen kinderen te stimuleren om binnen die ver-
Zonder respect is er geen “zich veilig voelen“ en juist dàt staat bij
Primary Schools). UWCM is a student-centered environment where
enigingen te participeren.
onze school hoog in het vaandel. Wij schenken veel aandacht aan
flexibility and risk-taking in learning are encouraged and supported.
sociaal-emotionele ontwikkeling bij leerlingen, aandacht voor re-
The school challenges students to the knowledge and skills to be
gels, normen en waarden. De leerkracht geeft het voorbeeld, want
their best as both learners and world citizens. We also believe child-
voorbeeldgedrag leidt bij leerlingen tot navolging. Wij realiseren
ren learn best when they are happy and secure in their environment.
een goede balans tussen leren en kennis opdoen, creatieve en
kunstzinnige ontwikkeling en de persoonlijke / sociale ontwikkeling
van onze leerlingen waardoor talentontwikkeling een hoofddoel is
en blijft!
Nijverheidsweg 25A
Directeur: a.i.
Schoolstraat 15
6227 AL Maastricht
Directeur: Eef Karsten
Loc.dir: Catherine Copeland
Tel: 043-356 11 00
admin@uwcmaastricht.com
Tel: 043-363 22 81
Fax: 043-356 11 24
info@bsmaaskopkes.nl
admissions@uwcmaastricht.com
www.uwcmaastricht.com
84
6223 BD Maastricht
Loc.dir.: Ravian Close
Fax: 043-362 45 03
www.bsmaaskopkes.nl
Malbergsingel 68
6218 AV Maastricht
Directeur a.i.: Huub Hagen
Tel: 043-354 14 00
info@bsmarkus.nl www.bsmarkus.nl
11 Bijlagen
De Montessorischool Binnenstad
Leer mij het zelf te doen.
Basisschool Petrus en Paulus
Basisschool De Schans
Samen op weg naar de top.
De school waarin iedereen wordt
uitgedaagd om in een fijne sfeer samen
boeiend te blijven leren.
De Montessorischool Binnenstad is gelegen in het hartje van Maas-
Basisschool Petrus en Paulus ligt in een rustige landschappelijke
Basisschool De Schans is een katholieke basisschool die openstaat voor
tricht. De instructie op onze school wordt zo veel mogelijk individu-
omgeving in de wijk Wolder. De woonwijk Wolder bevat een hechte
ouders en kinderen van alle gezindten. Respect voor elkaars opvatting
eel gegeven, veelal in de vorm van ‘lesjes’ maar ook door ‘vragen’
dorpskern met een vitaal verenigingsleven waarin de school nog
staat voorop. We willen een school zijn waarin het goed toeven is in een
van het kind zelf. De leerkracht heeft als taak de leerlijnen vast te
steeds een belangrijke plaats inneemt. Op basisschool Petrus en
vertrouwde veilige omgeving met duidelijke regels en afspraken en
houden en te volgen, zodat elk kind de stof op de juiste manier en in
Paulus streven we ernaar onze leerlingen op te voeden en te bege-
waar we veel verwachten van leerlingen. We willen dat kinderen veel
de goede volgorde kan doorwerken. Ieder kind kan dat zoveel mo-
leiden tot evenwichtige, weerbare, tolerante en kritische mensen.
leren en met plezier naar school gaan. Daarmee bedoelen we naast
gelijk doen in eigen tempo. De kinderen zitten in de onderbouw met
Ieder kind moet elke dag met plezier naar school komen, voldoende
taal, rekenen en wereldoriëntatie ook het omgaan met elkaar, de wijze
twee leerjaren in een groep, in de midden- en bovenbouw met drie
kennis vergaren en zich als mens positief ontwikkelen. Kinderen zijn
van communiceren, kunnen samenwerken en voor jezelf opkomen. We
leerjaren. Hierdoor kunnen anderen helpen of geholpen worden.
van nature nieuwsgierig en willen steeds iets nieuws leren. We trach-
streven binnen onze jaargroepen naar een eigentijds leerstofaanbod
Onze leidraad hierbij: “Leer mij het zelf te doen”” is ons antwoord
ten onze leerlingen dan ook steeds opnieuw uit te dagen, waarbij
dat voldoet aan de kerndoelen op cognitief, sociaal-emotioneel en cul-
om voor alle kinderen een passend aanbod te bieden. De omgeving
zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de verschillen tus-
tureel-maatschappelijk gebied. Daarbij sluiten we aan bij de behoeftes
moet voor de leerling uitnodigend en ook uitdagend zijn, maar moet
sen de leerlingen. Samen met peuterspeelzaal Pinokkio en buiten-
en interesses van onze leerlingen. Wat wij voor ogen hebben is leerling-
vooral ook een veilige basis bieden. We hopen de kinderen hierdoor
schoolse opvang Pie en Pow vormt basisschool Petrus en Paulus het
activerend onderwijs, waarbij zelfstandigheid, het nemen van verant-
een stuk zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid te leren, waarmee ze
kindcentrum Wolder.
woordelijkheid, samenwerking en adaptief onderwijs sleutelbegrippen
naast hun opgedane kennis gewapend zullen zijn voor hun verdere
zijn. Een zo optimaal mogelijk gebruik van ICT-middelen zien we daarbij
ontwikkeling. Vanaf 2010 gaat bovenstaande steeds meer gelden
als een voorwaarde. Creatieve en kunstzinnige vorming en het actief
voor de kinderen die in ons nieuwe Montessori Kindcentrum instro-
bezig zijn met sport vinden wij eveneens belangrijk.
men. Onze ambitie is om in 2015 een centraal aangestuurd centrum
Soms gaat het leren vanzelf, soms moet er een handje geholpen wor-
te realiseren door samenwerking met onze kindpartners. Op basis
den. Hoofdzaak is dat kinderen weten en voelen dat ze meetellen en se-
van een gedeelde visie willen wij uiteindelijk 52 weken per jaar tus-
rieus worden genomen. Dat hoort bij een professionele cultuur. Ouders
sen 7.30 uur en 18.30 uur duurzaam werken aan de ontwikkeling van
zijn voor ons een belangrijke partner in de ontwikkeling van hun kind.
kinderen tussen 0 en 13 jaar.
Capucijnenstraat 118
6211 RT Maastricht
Directeur: Math Korpershoek Loc.dir. Dré Gybels
Tel: 043-321 52 50
info@montessori-bs.nl
www.montessori-bs.nl
Felix Bockenplein 1
Borghaag 25
6213 HM Maastricht
Directeur: Lou Quaedackers
Loc.dir: Marc Houben
Tel: 043-367 27 78
Tel.: 043-343 13 99
info@petrusenpaulus-bs.nl
6228 EA Maastricht
Directeur: Chris Roes
Loc.dir.: Piet Janssen
info@bsdeschans.nl
www.petrusenpaulus-bs.nl
85
www.bsdeschans.nl
Speciaal Basis Onderwijs De Opstap
Speciaal Basis Onderwijs De Sprong
Samen ervoor zorgen
dat iedereen er toe doet.
Speciaal groeien
bijzonder bloeien.
SBO De Opstap is een school voor speciaal basisonderwijs. SBO De
Opstap is een van de drie SBO-scholen van het Samenwerkingsverband ‘Weer Samen Naar School”. Zij vangt kinderen op waarvan de
Permanente Commissie Leerlingenzorg (de PCL) het noodzakelijk
acht dat zij in een speciale school voor basisonderwijs worden opgevangen. Net als bij de collega school SBO de Sprong (die onder
hetzelfde bestuur valt), gaat het om kinderen die meer speciale
zorg nodig hebben dan een reguliere basisschool kan bieden. Naast
de onderwijsfunctie heeft deze school ook een ondersteunende
functie naar kinderen in het samenwerkingsverband. Onze school
is bestemd voor kinderen, voor wie vaststaat dat overwegend een
orthopedagogische en orthodidactische benadering geïndiceerd
is. Het speciaal basisonderwijs wordt zodanig ingericht, dat de leerling een ononderbroken ontwikkelingsproces kan doorlopen. De
leerlingen worden zowel pedagogisch als didactisch nauwgezet
gevolgd en begeleid. Ons handelen wordt gekenmerkt door een op
het kind toegespitste melange van waarderen, motiveren, geruststellen, zorgen en uitdagen. De neerslag hiervan is terug te vinden
in ontwikkelingsperspectieven groepsplannen handelingsplannen,
stafbesprekingen en diverse andere evaluatiemomenten. Gericht
plaatsen in groepen en gericht kijken naar doorstroommogelijkheden en ontwikkelingskansen voor het individuele kind staan centraal in ons denken.
Mariënwaard 57
Directeur: Koos Consten
Tel: 043-363 78 03
info@sbodeopstap.nl
Het kind wegwijs maken.
SBO de Sprong is een school voor kinderen die, meer dan in de reguliere basisschool, speciale zorg en aandacht nodig hebben. De
school ligt in de wijk Caberg in Maastricht, maar heeft een regionale
functie. SBO De Sprong is net als SBO de Opstap een speciale school
voor basisonderwijs. Zij vangt kinderen op waarvan de Permanente
Commissie Leerlingenzorg (PCL) het noodzakelijk acht dat zij in een
speciale school voor basisonderwijs worden opgevangen. Voor de
kinderen waarbij ‘het leren’ meer moeite kost, probeert SBO de
Sprong een passend aanbod en een op maat gerichte onderwijsomgeving te creëren waarbinnen kinderen positieve ervaringen
kunnen opdoen. Zo willen we het kind zijn/haar zelfvertrouwen
teruggeven waardoor ‘het leren en ontwikkelen’ weer als een uitdaging wordt gezien en er voor de leerling een nieuw perspectief
ontstaat op groei en ontwikkeling. In onze school staat het kind met
zijn/haar specifieke onderwijsbehoefte centraal. In ons onderwijsarrangement streven wij er onder meer naar dat iedereen zich in onze
school veilig voelt en met plezier naar school komt. En dat onze leerlingen zich kunnen ontwikkelen naar hun individuele mogelijkheden, waarbij vooral aandacht wordt geschonken aan de dingen waar
Directeur: Koos Consten
Loc.dir: Hans Bergmans
Loc.dir.: Bertina Cobbenhaegen
Tel: 043-343 00 13
Fax: 043-363 88 59
info@sbodesprong.nl
www.sbodeopstap.nl
86
Basisschool ‘t Spoor is groeiende naar een kindcentrum.
Wandelend door Limmel en Nazareth valt de scheidslijn op: het
spoor. Het scheidt de beide buurten, maar het spoor staat ook voor
verbinding. Ons logo geeft aan waar ons onderwijs voor staat: de
acht dwarsverbindingen in de vorm van spoorbielzen, beelden de
acht groepen uit die de leerlingen op hun weg door de basisschool
afleggen. De beide stippen lijken niet even groot, maar dat is optisch
bedrog.
Leerkrachten van basisschool ’t Spoor hebben hoge verwachtingen
van hun leerlingen en willen de talenten van hun leerlingen optimaal ontwikkelen.
Onze school biedt extra onderwijstijd en maakt deel uit van het project Talentenschool Maastricht. Ouders worden actief betrokken bij
het onderwijs en nieuwe ontwikkelingen binnen de school.
onze leerlingen competent in zijn.
Frans van de Laarplein 3 6217 NH Maastricht
6222 AM Maastricht
Basisschool ’t Spoor
Fax: 043-343 04 96
www.sbodesprong.nl
Sareptaplein 1 6222 EE Maastricht
Directeur: Annette Wijnen
Loc.dir.: Marleen Hodenius
Tel.: 043-363 20 65
info@tspoor-bs.nl
www.tspoor.nl
11 Bijlagen
Basisschool Aloysius
Basisschool Het Mozaïek
De basis voor de toekomst.
Basisschool St. Oda
Een warme school voor ieder kind.
Kinderen – Kennis - Kunst & (C) Kultuur.
Basisschool St. Aloysius maakt deel uit van kindcentrum Aloysius en
Basisschool Het Mozaïek ligt in Maastricht-West, in de wijk Caberg.
Basisschool St. Oda, gelegen aan de rand van de binnenstad in de wijk
ligt in het centrum van de stad Maastricht en is gesticht in 1854. Ba-
Een van oorsprong ruim opgezette arbeiderswijk, die tegenwoordig
Brusselsepoort, is een prettige en (pedagogisch) veilige school. We wer-
sisschool St. Aloysius kan terug kijken op een lange en rijke traditie
een meer multi-culturele samenstelling kent. Het Mozaïek verzorgt
ken vanuit de principes van de professionele cultuur binnen een leren-
die nog steeds een gezonde basis vormt voor het geven van goed
kwalitatief goed onderwijs door o.a. te werken met moderne me-
de organisatie. In de jaren dat de kinderen op onze school zijn, hebben
onderwijs. We zijn een school waar onze leerlingen worden bege-
thoden en materialen die voldoen aan de eisen van de tijd en pas-
we oog voor hun talenten en proberen we hun persoonlijke groei zo
leid en opgevoed tot evenwichtige, tolerante en kritische mensen
sen bij onze leerlingen. Nog belangrijker dan de methodes die we
optimaal mogelijk te stimuleren. Centraal bij onze aanpak staan: zelfre-
en medemensen. Ieder kind heeft recht op volledig en volwaardig
gebruiken, vinden we de mensen die ermee werken. Door goed per-
flectie, samenwerking, zelfverantwoordelijkheid, verantwoordelijkheid
onderwijs, zoveel mogelijk aangepast aan zijn/haar capaciteiten en
soneelsbeleid te voeren willen we bereiken dat de juiste leraar op
voor elkaar, betrokkenheid en rekening houden met elkaars gevoelens.
aanleg. Kinderen groeien op en functioneren in een omgeving waar
de juiste plek komt. Het gaat in onze school niet alleen om het leren
Deze aanpak geldt zowel voor de leerlingen als het personeel. Binnen
men respect heeft voor elkaar, openstaat voor elkaars anders zijn.
lezen, rekenen of schrijven. Kinderen leren ook samen te werken,
onze profilering hebben kunst en cultuur een zeer belangrijke plek. We
We zorgen voor een vriendelijk, veilig klimaat met duidelijkheid,
te delen, eigen verantwoordelijkheid te dragen en voor zichzelf op
functioneren in het Kindcentrum Oda dat haar uitstraling kent in de
structuur, orde en regelmaat.
te komen. In ons pedagogisch klimaat horen de woorden agressie,
samenwerkingskracht met de kindpartners: peuterspeelzaal ‘Lambiek’
In het kindcentrum bieden wij opvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar,
pesten, plagen, schelden en ruzie maken niet thuis. Samenwerken,
(STEPS) en de organisatie voor buitenschoolse opvang Pinokkio’ (Stich-
is een Peuterspeelzaal en BSO. Dit doen we met onze partners Le-
verdragen, praten en vergeven wel. Dat geldt zowel voor de kinde-
ting Kinderopvang Pinokkio Maastricht). Samen trachten we de kinde-
wieke en Mik. Het kindcentrum is dagelijks geopend van 07.30 tot
ren als voor de volwassenen. Onze school wil een veilige school zijn,
ren goed voor te bereiden op wat komen gaat na de basisschool, zodat
18.30 uur.
waar kinderen met plezier naar school komen en zich thuis voelen.
zij zich als volwaardig persoon kunnen handhaven in een democrati-
Basisschool St. Aloysius is tevens Euregioschool waar kinderen op
Dat zijn voor ons de basisvoorwaarden om te leren.
sche en multiculturele samenleving. De fysieke omgeving kenmerkt
een speelse en betekenisvolle manier de buurtaal Frans leren in
zich door een zeer transparante inrichting van stamgroeplokalen, leer-
groep 1 t/m 8.
pleinen en een leerstraat; dit binnen een zeer modern ingerichte ICTomgeving.
Missie: “We steken onze nek uit voor ieder kind gericht op het behalen
van maximale leeropbrengst”. U vindt dit terug in ons logo!
Brusselsestraat 46
6211 PG Maastricht
Directeur: Truce Oirbons
Tel.: 043-321 04 97
Fax: 043-390 03 57
info@aloysius-bs.nl
www.aloysius-bs.nl
Prestantstraat 40
Directeur: Lou Quaedackers
6217 XX Maastricht
Past. Habetsstraat 40
Loc.dir.: Henny Clermonts
Tel.: 043-343 28 04
info@hetmozaiek-bs.nl
6217 KM Maastricht
Directeur a.i.: Ed Lemmens
Tel: 043-343 09 70
www.hetmozaiek-bs.nl
info@oda-bs.nl
87
Fax: 043-354 09 21
www.oda-bs.nl
Basisschool St. Pieter
Basisschool ’t Spoor
Eeuwig jong.
Basisschool Scharn
Het kind wegwijs maken.
Basisschool St. Pieter is gelegen in de wijk St. Pieter, een dorp in de
stad zegt men wel eens. Aan de ene kant is er nog een grote maatschappelijk samenhang, aan de andere kant is er de privacy die
een stad biedt. Het is een plek waar kinderen samen, in veiligheid,
geborgenheid en regelmaat, optimaal worden voorbereid op hun
toekomst. We streven ernaar onze leerlingen te begeleiden naar
en op te voeden tot evenwichtige, tolerante en kritische mensen.
Hierbij trachten we een goed evenwicht te vinden tussen het aanleren van kennis en praktische vaardigheden en het stimuleren van
persoonlijke ontwikkeling. Op onze school krijgt ieder kind volledig
en volwaardig onderwijs, zoveel mogelijk aangepast aan zijn/haar
capaciteiten.
Bergweg 50
Kast. Schaloenstraat 8 6222 TP Maastricht
6212 CX Maastricht
Directeur: Annette Wijnen
Directeur: Dyonne Depondt
Tel.: 043-363 66 79
Tel.: 043-321 20 78
info@pieter-bs.nl
Basisschool ‘t Spoor is groeiende naar een kindcentrum.
Wandelend door Limmel en Nazareth valt de scheidslijn op: het
spoor. Het scheidt de beide buurten, maar het spoor staat ook voor
verbinding. Ons logo geeft aan waar ons onderwijs voor staat: de
acht dwarsverbindingen in de vorm van spoorbielzen, beelden de
acht groepen uit die de leerlingen op hun weg door de basisschool
afleggen. De beide stippen lijken niet even groot, maar dat is optisch
bedrog.
Leerkrachten van basisschool ’t Spoor hebben hoge verwachtingen
van hun leerlingen en willen de talenten van hun leerlingen optimaal ontwikkelen.
Onze school biedt extra onderwijstijd en maakt deel uit van het project Talentenschool Maastricht. Ouders worden actief betrokken bij
het onderwijs en nieuwe ontwikkelingen binnen de school.
info@tspoor-bs.nl
www.pieter-bs.nl
88
Loc.dir.: Marleen Hodenius
Samen leven,
samen leren.
Basisschool Scharn ligt in de wijk Scharn te Maastricht. De school
wil actief inspelen op de veranderingen in de samenleving. Individuele verschillen worden herkend en erkend. Leren is vragen stellen. Kenmerken van het onderwijs en de school zijn: zelfstandig
werken, samenwerken, verantwoordelijkheid dragen, structuur
bieden, veiligheid en geborgenheid, ruimte voor nieuwsgierigheid
en het ontplooien van talenten. In het onderwijs ligt de nadruk op
het planmatig aanleren van kennis en vaardigheden. Getracht wordt
op een evenwichtige manier aandacht te besteden aan de sociale,
emotionele, creatieve, zintuiglijke, motorische, culturele ontwikkeling en vorming.
Kloosterstraat 5-7
Directeur: Eef Karsten
6226 BP Maastricht
Loc. dir.: Myra Meisen
Fax: 043-458 48 42
Tel.: 043-362 05 65
Fax: 043-362 50 61
www.tspoor.nl
info@bsscharn.nl
www.bsscharn.nl
11 Bijlagen
Basisschool De Lètterdoes
Basisschool Wyck
Een plek van samen veilig groeien.
VSO Jan Baptist
Veilig, Boeiend en Samen.
Een school waar elke unieke leerling
optimale ontwikkelingskansen krijgt.
Onze ambitie is kwalitatief goed onderwijs te geven, dat leidt tot een
Basisschool Wyck ligt in de wijk Wyck te Maastricht. De school is een
De Jan Baptistschool is een school voor zeer moeilijk lerende kinde-
optimale ontplooiing en een maximaal leerresultaat voor elk kind.
typische binnenstad- en buurtschool. Het team van basisschool
ren. De school kent twee locaties in Maastricht: de locatie voor Spe-
Daarbij staat uitbreiding onderwijstijd en talentontwikkeling cen-
Wyck vindt het belangrijk dat kinderen en leerkrachten met plezier
ciaal Onderwijs (leeftijd 4 t/m 12 jaar) is gelegen in de wijk Malberg
traal.
naar school komen; zich daar veilig voelen in een warm pedagogisch
en de locatie voor Voortgezet Speciaal Onderwijs (leeftijd 13 t/m 19
Onze unieke kracht hierbij is dat wij extra middelen en personeel
klimaat van welbevinden, geborgenheid, rust en regelmaat. Veilig
jaar) is gelegen in de wijk Pottenberg. De Jan Baptistschool heeft een
inzetten om onderwijstijd (verplicht) te verlengen om zodoende op-
voelen kun je alleen als er naast het bijbrengen van kennis ook aan-
regionale functie. De school wil model staan voor een onderwijsin-
timale leerresultaten te behalen voor onze leerlingen.
dacht is voor elementaire sociale vaardigheden. Hierbij willen wij
stelling die zijn leerlingen, uitgaande van de individuele mogelijk-
Onze kerncompetenties liggen vooral binnen de vakgebieden taal,
veel aandacht schenken aan een onderling gevoel van saamhorig-
heden en rekening houdend met de beperkingen, optimaal tracht
rekenen en lezen in de vorm van vakspecialisten en de inzet van de
heid, dat er voor zorgt dat je respectvol met elkaar omgaat. Wij wil-
voor te bereiden op de naschoolse periode als ook het zich kunnen
combi-functionaris sport. Daarnaast zijn wij in staat een goed pe-
len onze kinderen boeien met een breed aanbod van “leerstof” en
handhaven in de huidige. Het optimaliseren van de zelfredzaamheid
dagogisch klimaat te creëren vanuit een positieve benadering van
“vaardigheden”. De kinderen te betrekken bij hun eigen leerproces
in wonen, werken en recreëren is hierin leidraad. We trachten dit te
het kind. Basisschool De Lètterdoes is voor de kinderen een plek van
door een appél te doen op het stimuleren van zelfvertrouwen en het
realiseren door nauwe samenwerking met andere scholen binnen
structuur, veiligheid en geborgenheid.
geven van ruimte voor het nemen van initiatieven.
het REC, het reguliere onderwijs, woon- en werkverbanden als ook
Daarnaast zal talentontwikkeling worden gestimuleerd- via de Ta-
Bs. Wyck is tevens Euregioschool; daar leren kinderen op een speel-
zorginstellingen. In het VSO speelt de arbeidstoeleiding een belang-
lentenschool Maastricht- middels extra onderwijstijd door de week,
se en betekenisvolle manier de buurtaal Frans. Momenteel werkt Bs.
rijke rol. De school is een onderdeel van Rec3 Limburg en valt onder
in de weekenden en de zomervakanties (zie ook www.talenten-
Wyck samen met de kindpartners aan het opzetten van een klein-
de Wet Expertise Centra.
school maastricht.nl). Dit geldt natuurlijk niet alleen voor leerlingen
schalig kindcentrum met een geheel eigen profiel.
maar ook voor leerkrachten!
Old Hickoryplein 100
6224 AZ Maastricht
Directeur: Annette Wijnen
Tel.: 043-362 37 96
info@deletterdoes-bs.nl
www.deletterdoes-bs.nl
Wijckergrachtstraat 4 A
Directeur: Truce Oirbons
Porseleinstraat 14
6221 CW Maastricht
Directeur: Leon Kik
Loc.dir.: Henk Albersen
Tel: 043-343 05 65
Tel.: 043-321 89 97
info@wyck-bs.nl
www.wyck-bs.nl
6216 BP Maastricht
Loc.dir.: Ellen Willems
info@zmlkjanbaptist-vso.nl
89
www.zmlkjanbaptist.nl
Colofon
Oplage:
400 exemplaren
Redactie:
Pieternel van Horssen
Dave Huntjens
Frans Hermans
Linda Keerssemeeckers
Foto’s:
Moniek Wegdam
Ontwerp en druk:
Cortjens, Druk met Communicatie