Landelijke Studiegids Vrouwen

Transcription

Landelijke Studiegids Vrouwen
Nederlands
Genootschap
Vrouwenstudies
Landelijke studiegids
Vrouwenstudies/Genderstudies
2010/2011
Samenstelling:
Jeanette van der Sanden, Niels Spierings, Rieke Spierings, Sanne
Versteegh & Marta Zarzycka
Universiteit
Pagina
Nijmegen, Radboud Universiteit
3
Groningen, Rijksuniversiteit
55
Utrecht, Universiteit Utrecht
65
Utrecht, Universiteit voor Humanistiek
91
Amsterdam, Universiteit van Amsterdam
95
Amsterdam, Vrije Universiteit
188
Wageningen, Wageningen Universiteit
218
Maastricht, Universiteit Maastricht
221
Tilburg, Universiteit van Tilburg
234
Leiden, Universiteit Leiden
235
1
advertentie
2
Nijmegen, Radboud Universiteit
Interdisciplinair (Institute for Gender Studies)
EXTREME MAKEOVER – CULTUUR, LICHAAM EN HET IDEALE ZELF (V/M)
Post-propedeutisch, 6 EC
De mogelijkheden om het lichaam te verfraaien of zelfs te verbouwen nemen snel toe.
De schoonheidsindustrie draait op volle toeren, en als schouwspel scoort streven naar
schoonheid hoge kijk- en oplagecijfers. Avond aan avond vergapen miljoenen kijkers zich
aan Makeover-shows en Next Top Model-verkiezingen in vele varianten.
Nu is de droom van zelfverbetering op zich niet nieuw. Iedere cultuur kent eigen idealen
van schoonheid. De verbeelde schoonheid wordt vaak - zo al door de Griekse filosoof
Plato - geassocieerd met goedheid, of gezien als een promesse de bonheur, een belofte
van geluk. Religieuze mythen, sprookjes, romans en wetenschappelijke tractaten laten
zien dat mensen door de eeuwen heen gefascineerd werden door de droom van
zelftransformatie, opgevat of verbeeld als perfectionering van het lichaam. Maar waar
men zich in eerder eeuwen moest beperken tot de kracht van verbeelding en geloof, of
tot verfraaiende middelen die duur of niet zonder risico waren, lijkt de vervolmaking van
het lichaam nu binnen ieders handbereik. Plastische chirurgie, cosmetische industrie en
modebladen beloven ieder die bereid is geld in zichzelf te investeren het uiterlijk van
een prinses. Of van een popster naar keuze.
Kenmerkend voor de huidige beeldcultuur rond lichaamsverbetering is wel, dat de
verschillen tussen de seksen zeer uitdrukkelijk worden aangezet. Vrouwen zijn bij
voorkeur rondborstig, sexy en glamorous, mannen stralen - nog steeds - kracht en
overwicht uit, zij het verzacht door een ‘vrouwelijk' accent hier en daar. Met behulp van
make-up, mode, sportschool en zo nodig het mes worden de verschillen tussen de
seksen geaccentueerd en uitvergroot; soms zelfs letterlijk, in de vorm van
borstvergroting, penisverlenging, kincorrectie en schaamlipplastiek. Tegelijkertijd zijn
jonge westerse vrouwen vrijer en qua mogelijkheden meer gelijk aan mannen dan ooit.
Gaat het bij het uiterlijk benadrukken van de sekse-identiteit dan om een spel; een spel
dat met des te meer overgave gespeeld kan worden in een cultuur waarin mannen en
vrouwen feitelijk gelijk zijn, en de accentuering van de verschillen tussen hen een
kwestie van persoonlijke smaak en keuzevrijheid is geworden? Of is er meer aan de
hand, en gaat er van de stortvloed aan (hetero)seksueel getinte ideaalbeelden wel
degelijk een invloed uit die ons zelfbeeld bepaalt, omdat we ons bewust of onbewust
meten aan de beelden die worden aangereikt?
Zijn er, kortom, toch regels bij het spel? En als die regels of normen er zijn, wie bepaalt
deze dan? Waar komt de overweldigende nadruk op uiterlijke schoonheid en het
geprononceerd ‘seksueren' ervan op dit moment vandaan in onze westerse
(beeld)cultuur? Welke invloeden werken hier in door? En welke invloeden gaan er van
uit, op ons zelfbeeld en ons dagelijks leven? Hebben we inderdaad meer vrijheid dan
ooit in het kiezen van onze (gender)identiteit en het uiterlijk vormgeven daaraan? Of
onderscheiden we ons van andere tijden en culturen misschien vooral door die illusie?
3
Doel van deze collegereeks is deze en aanverwante vragen nader te onderzoeken. Op
basis van concrete gevalsstudies, aangereikt vanuit verschillende disciplines, zullen de
afzonderlijke colleges licht werpen op de vraag hoe genderspecifieke praktijken van zelfen lichaamstransformatie vorm kregen binnen verschillende historische perioden en
(sub)culturen.
1) Het volmaakte lichaam: Ideaal, product en project. Inleiding
31 augustus 2010, dr. Stefan Dudink (Seksualiteitsstudies)
2) Cliënten van de cosmetische chirurgie: slachtoffers, initiatiefnemers of patiënten?
7 september 2010, dr. Alkeline van Lenning
3) Sekse en zelf in de maak
14 september 2010, dr. Geertje Mak (Geschiedenis)
4) Dikke vrouwen: maagverkleining en de disciplinerende blik
21 september 2010, dr.Tatjana van Strien (Psychologie)
5) Genes, Jeans & The Radical Makeover. Homoseksualiteit en de Dictatuur van Stijl
28 september 2010, dr. Stefan Dudink (Geschiedenis/Seksualiteitsstudies)
6) Impressiemanagement of de maakbaarheid van het werkende zelf
5 oktober 2010, prof. dr. Yvonne Benschop (Nijmegen School of Management)
7) Het haarloze ideaal
12 oktober 2010, prof. dr. Anneke Smelik (Cultuurwetenschappen)
8) ‘Lekker mezelf zijn': keuzevrijheid in een gegenderde samenleving
2 november 2010, dr. Els Rommes
9) Werken aan jezelf: het gedisciplineerde lichaam van de ballerina
9 november 2010, dr. Liedeke Plate (Algemene cultuurwetenschappen)
10) Operatie Orlan. Performancekunst van vlees en bloed
16 november 2010, dr. Louis van den Hengel (Seksualiteitsstudies)
11) Schaamtevolle lippen
23 november 2010, prof. dr. Willy Jansen (Culturele Antropologie)
12) filmcollege
30 november 2010
Coordinator/docent:
Drs. Rahil Roodsaz
Dr. Geertje Mak
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20079/
Periode:
31 augustus – 30 november
dinsdagmiddag 15.45 tot 17.30 uur
Tentamen: 14 december 2009; herkansing: 26 januari 2010
4
INTRODUCING GENDER THEORIES
Bachelor 3, 5 EC
This course offers an introduction to contemporary gender theories. The aim is to give
students the opportunity to thoroughly familiarize themselves with some of the most
influential theories and major theoretical debates in the interdisciplinary field of gender
studies as it has developed over the past three decades. To achieve that aim we will use
a textbook (Alsop et al) which gives an overview and critical assessments of major
theoretical issues. In addition students will read a number of key-texts that have
centrally informed the project of gender studies as it stands today. The course is teamtaught by various instructors from a wide range of disciplinary perspectives.
Coördinator/docent:
dr. V. Vasterling
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20075/
Periode:
periode 3 (van 4)
5
APPLYING GENDER THEORIES
Bachelor 3, 5 EC
This course is designed to offer a ‘hands-on' engagement with the gender theories
discussed in "Introducing Gender Theories". Students will discuss and work with
applications of selected theories in contemporary gender research. Various types of
assignments will be used in order to familiarize students with the application of gender
theories in the humanities, the social and behavioral sciences. The course is team-taught
by various instructors from a wide range of disciplinary perspectives.
This course can only be taken in addition to the course 'Introducing Gender Theories'
Coördinator/docent:
wordt nog bekend gemaakt
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/21724/
Periode:
periode 3 (van 4)
6
FEMINIST CLASSICS
Master, advanced Bachelor, 4 EC (it is also possible to take the course for 6 EC)
This course will focus on texts by and about classic feminist authors such as Christine de
Pisan, Mary Wollstonecraft, Virginia Woolf and Simone de Beauvoir. Though diverse in
content and style, all texts start from the same basic assumption; i.e., that the
subordinate or inferior position of women in society is unjustified. Feminist authors
have different explanations and opinions concerning the reasons and possible remedies
for this state of affairs, though there is also continuity in the type of issues they address.
The texts will be used to elucidate and analyse the development of ideas concerning the
role and position of women in Western society and culture. Attention will be paid to
topics that recur in the texts; for example, education, marriage and morals. In order to
understand where they come from, the ideas will be situated in and discussed from the
viewpoint of their historical, political and philosophical contexts.
This course takes the form of a seminar. Students are expected to read the texts
carefully prior to class meetings. Students' presentations make a substantial part of the
meetings and are intended to stimulate discussion. Everyone is expected to participate
actively in the discussions.
Coördinator/docent:
Drs. J. Samson
Drs. D. Batum
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20074/
Periode:
9 september – 16 december
7
CAPITA SELECTA GENDERSTUDIES
Master, 6 EC
Leeslijst.
Studenten een verdiept inzicht te geven in genderstudies, waarbij de nadruk ligt op
epistemologische en methodologische discussies en op recente theorievorming.
Daarnaast wordt een aantal casestudies gelezen.
De literatuur kan gekozen worden uit een vaste lijst die bij de docente te verkrijgen is.
Deze zal dan adviseren welke literatuur het meest aansluit bij de belangstelling van de
student. De literatuurlijst wordt regelmatig aangepast en geactualiseerd.
Coördinator/docent:
prof. dr. W. Jansen
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20078/
Periode:
kan het gehele jaar gevolgd worden
8
INDEPENT STUDY GENDER, CULTURE & THE ARTS (LEESLIJST GENDERSTUDIES ACW)
Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC
Reading list.
The course is an individual research of selected readings on the subject of gender,
culture and the arts. The reading list provides students with an overview of the range of
feminist theory in the literary, artistic and cultural field, and introduces them to the
main theoretical issues and debates.
The course is structured as follows: the student puts together a programme of
independent study on the basis of a suggested reading list, totalling ca. 600 pages of
text. On approval, the student prepares a short presentation of the material thus
researched. A final research paper provides the opportunity to explore a topic in depth.
Objectives:
- student is familiar with a variety of ways of thinking about gender & literature, the
arts, & culture.
- student is able to demonstrate the ways in which gender and sexuality are constitutive
of, and are constituted by, art, artistic & cultural practices ranging from literature and
film to music and dance to fashion and design.
Coördinator/docent:
dr. L. Plate
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20076/
Periode:
kan het gehele jaar gevolgd worden
9
Cultural Sexuality Studies
CULTURAL SEXUALITY STUDIES: AN INTRODUCTION
Bachelor, 6 EC
This course is an introduction to cultural sexuality studies with a focus on lesbian and
gay studies. It consists of two parts that offer an introduction to 1) the cultural history of
gay and lesbian sexuality since the late nineteenth century, and 2) theoretical
developments in the interdisciplinary field of cultural sexuality studies.
Part 1: Studies the meanings of gay and lesbian sexuality in modern Western society in
the light of several (historical) developments. Central issues are the changing socialcultural positions of lesbian and gays, the various ways in which gays and lesbians have
given shape to their identities - individually and collectively - and the development of
GLBTQ-movements. Other topics include the stories and cultural representations that
have been important during the past two centuries in giving both personal and social
meanings to gay and lesbian sexualities, e.g. medical theories and psychoanalysis, and
the representation of "deviant" sexualities in novels, films, theater, and the media.
Part 2: We discuss developments in cultural sexuality studies in various academic
disciplines over the last twenty years, paying particular attention to themes such as
space and time, representation and imagination, politics and culture, ethnicity and
sexuality. Students will familiarize themselves with central theoretical concepts that are
used in nearly all branches of cultural sexuality studies, e.g., social constructivism,
identity and subjectivity, subcultural practice, marginality, performativity, pathology,
political action, and representation, and with debates on the "nature-culture"
opposition, conceptualizations of gender and sexuality and their interrelations,
postmodernism, transgenderism, and embodied sexuality, as well as "queer" studies.
It is strongly recommended that students take both parts of the course, examination
after one part is possible only in exceptional cases.
Coördinator/docent:
dr. S. Dudink
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20073/
Periode:
7 september – 14 december
10
CULTURAL SEXUALITY STUDIES/HOMOSTUDIES
Master, 5 EC
Leeslijst.
Er zijn leeslijsten beschikbaar rond de volgende thema’s. De thema’s en bijbehorende
literatuur kunnen toegesneden worden op de belangstelling van de student. Het
‘ontstaan’ van homoseksualiteit in Nederland 1700-1900: van ‘sodomieten’ naar
‘homoseksuelen’. Dandies, skinheads en andere homo’s: verwijfdheid, mannelijkheid en
homoseksualiteit in historisch perspectief.
De leeslijsten bestaan uit 500 tot 1000 pagina’s, waarvan bij de historische leeslijsten 50
tot 100 pagina’s een theoretisch karakter heeft; de leeslijst over aids en
wetenschapssociologie is voor een derde theoretisch van aard.
Doelstelling:
- Studenten verkrijgen door zelfstudie kennis van en inzicht in een belangrijk historisch
danwel wetenschapssociologisch debat binnen Homostudies.
- Zij hebben kennis van en inzicht in de theoretische uitgangspunten die in deze
debatten een rol spelen.
- Zij zijn in staat op kritische wijze de verschillende benaderingen waarvan zij kennis
hebben genomen te beoordelen.
Coördinator/docent:
dr. S. Dudink
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20080/
Periode:
kan het gehele jaar gevolgd worden
11
GLOBAL SEX: THE TRAVELS OF DESIRE, IDENTITIES, AND POLITICS IN A GLOBALIZING
WORLD
Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC
If the world is becoming a global village, how does this affect the world's sexuality? This
course starts from the assumption that globalisation affects all areas of life, including
that of sexuality. We will discuss the impact of globalization on sexual desires and
practices (sex tourism for instance), sexual identities (the emergence of global lesbian
and gay identities) and politics concerning sexuality (HIV/AIDS campaigns, human rights,
trafficking). Throughout the course central themes from the literature on globalisation
will be taken up and connected to case studies on sexuality.
Objectives
- Students will be introduced to central themes in the literature on globalisation and will
be able to connect these to issues related to sexuality.
- Students will learn to link current socio-cultural and political developments concerning
sexuality to aspects of processes of globalisation.
At least a full year of prior study in the social sciences or humanities is recommended.
Coördinator/docent:
dr. S. Dudink
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20077/
Periode:
april – juni
12
SEXUALITY IN CONTEMPORARY MEDIA CULTURE: PORNIFICATION, CENSORSHIP,
INNOCENT PLEASURE?
Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC
The emergence of (post)modern media culture has made many commentators worry:
this culture is seen as superficial, sensationalist, immoral and relativistic. When the issue
becomes the representation of sexuality in contemporary media culture, these worries
seem to become even stronger. In this course we discuss various developments in the
representation of sexuality in contemporary media culture and their interpretation and
evaluation by scholars of the media and sexuality. Are we living in the age of an immoral
and dangerous ‘pornification’ of media culture or an age in which access to the innocent
pleasures of (representations of) sexuality is finally open to all?
Objectives
- Students will be introduced to critical studies of modern media culture and in
particular studies of sexuality in this culture.
- Students will be able to identify and analyse developments in the representation of
sexuality in contemporary media culture using insights from current media and sexuality
studies.
- Students will obtain knowledge of various evaluations of these developments and will
be able to critically discus these.
At least a full year of prior study in the social sciences or humanities is recommended.
Coördinator/docent:
dr. S. Dudink
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20081/
Periode:
april – juni
13
Algemene Cultuurwetenschappen (Letteren)
CITY CULTURE
Advanced Bachelor, 5 EC
The city and its cultures are increasingly important in the fields of cultural studies. This
course investigates the significance of gender, sexuality, ‘race’, ethnicity, and class in the
production, use, and representation of the city and its urban spaces. It looks at how city
culture, the practices of city life and urban forms, have given form and substance to
identity over time. Especially, it inquires into how ideologies and city culture interact,
asking what role does gender play in the theoretical understanding and concrete
experience of the modern city and its urban cultures. The approach is interdisciplinary,
drawing on research in the fields of cultural studies, gender studies and urban studies.
Objectives:
At the end of the course, you will be able to comprehend and critically reflect on the
complex interaction between gender, ideology and city culture. You will be able to
demonstrate the ways in which gender, ‘race’, ethnicity, class and sexuality are
constitutive of, and are constituted by, urban form and urban life and their
representation through a range of concrete examples in different media. You will also
be able to formulate a theoretically informed and methodologically sound research
project that critically engages with the interaction between ideology and city culture.
Coördinator/docent:
dr. L. Plate
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19164/
Periode:
blok 2 (van 4)
14
GENDER EN DE KUNSTEN
Bachelor 2e jaar, 5 EC
Deze inleidende cursus genderstudies ACW schenkt aandacht aan de rol van gender in
kunst en cultuur. ‘Gender’ is de sociaal-culturele tegenhanger van ‘sekse’.
Genderstudies richt zich op de sociaal-culturele betekenissen die aan sekseverschillen
worden toegekend. Mannelijkheid noch vrouwelijkheid liggen vast, maar worden steeds
opnieuw ge(re)produceerd; de kunsten en de media spelen hierin een belangrijke rol.
Hoe verhoudt de representatie van vrouwelijkheid zich tot de representatie van
mannelijkheid? Waarin verschilt de culturele productie van vrouwen en welke factoren
spelen hierin een rol? Worden kunstwerken en artefacten van vrouwen anders
ontvangen dan die van mannen en zijn er verschillen tussen vrouwen onderling? Vanuit
deze en andere vragen wordt er gekeken naar kunstproducten uit literatuur, muziek,
dans, theater, film en beeldende kunst en wordt er gereflecteerd op de belangrijkste
cultuurwetenschappelijke debatten en disciplines.
Doelstelling:
Je kent het begrip ‘gender' vanuit een interdisciplinair perspectief en je kunt dit
toepassen in analyses van media, kunst en cultuur. Met behulp van de aangereikte
theoretische benaderingen kun je de rol van gender in de productie en receptie van
kunst en cultuur afleiden en evalueren. Je kunt de representatie van gender kritisch
benaderen. Ook kun je een theoretisch gefundeerd oordeel vormen over het
functioneren van gender in relatie tot canonvorming.
Coördinator/docent:
dr. L. Plate
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19163/
Periode:
30 augustus – oktober
15
GRONDSLAGEN VAN DE CULTUURWETENSCHAPPEN
Master, 5 EC
De cursus beoogt de basis te leggen voor de master ‘Kunst, Cultuur, en Identiteit’.
Studenten worden bekend gemaakt met de belangrijkste theorieën en actuele debatten
over het begrip ‘identiteit’ en oefenen in het toepassen van deze theorieën en
methodes. Onderwerpen die aan bod zullen komen zijn: het probleem van het ik, de
relatie tussen geheugen en identiteit, identiteit en globalisering, performativiteit en
lichamelijkheid, gendered identity, mensenrechten en de grenzen van identiteit.
Doelstelling:
Na afloop van de cursus heeft de student kennis van de belangrijkste theorieën over het
begrip "identiteit", zodat zij in staat is te bepalen welke theorieën geschikt zijn om
specifieke vragen die te maken hebben met identiteit te beantwoorden. Verder is de
student bekend met de belangrijkste debatten over dit begrip, en kan zij zelf haar
positie binnen deze debatten bepalen.
Coördinator/docent:
dr. L. Plate (coör), prof. dr. A.M. Smelik,
dr. E.M. van Meerkerk, dr. V. Meelberg
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19181/
Periode:
30 augustus – oktober
16
MEDIATED IDENTITIES
Master, 5 EC
This course explores the complex relationships between (new) media and identity. How
are identities formed by and performed in the media? And how do prevailing notions of
identity change due to the rise of new information and communication technologies?
This course examines how individual, collective, social, and cultural identities are
represented, influenced, and shaped by new media. Using case studies, it also looks at
the many ways in which both individuals and groups enact their identity by
appropriating and re-using media technologies. Special attention is paid to gender,
sexuality, ethnicity, and ‘race’ in connection with the mediation of identity.
Objectives:
Students learn to reflect upon the mediation of identity from a theoretical point of
view. Students get to know the most important media-theoretical approaches to the
concept of identity and they are instructed in the analysis of different techniques of
‘identification’ through (new) media. At the end of the course, students are able to
analyse – with the use of theoretical concepts – how identities are mediated by various
media technologies. They can reflect on their social and ethical dimensions, ask
productive questions and do independent research on the subject.
Coördinator/docent:
dr. M.J.C.G. Stevens (coör), dr. L. Plate
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19188/
Periode:
november - december
17
Geschiedenis (Letteren)
GENDERGESCHIEDENIS. MANNELIJKHEID EN VROUWELIJKHEID IN CULTUUR EN
MAATSCHAPPIJ
Bachelor 2e jaar, 5 EC
In deze cursus maken studenten kennis met enkele belangrijke begrippen en debatten
uit gendergeschiedenis. In dit vak worden verhoudingen tussen mannen en vrouwen en
de betekenissen van mannelijkheid en vrouwelijkheid in historisch perspectief
bestudeerd. De cursus is georganiseerd rondom zeven subthema’s:
1) Theoretische en methodische uitgangspunten
2) Lichaam en politiek in de vroegmoderne tijd
3) Natuur en politiek rond de Verlichting
4) Natie en burgerschap in de negentiende eeuw
5) Arbeid en kostwinnerschap in de 19e en 20e eeuw
6) Vrouwenbeweging en feminisme rond 1900
7) Kolonialisme en migratie
Daarnaast werken studenten elke week stapsgewijs en zelfstandig aan een onderzoek
naar de invloed van gender op een aspect uit het leven van één van hun voorouders.
Doelstelling:
- Studenten kunnen verbanden leggen tussen gender en een aantal centrale historische
noties zoals privé-openbaar, verwantschapssysteem, samenstelling van huishoudens,
natuur-cultuur, burgerschap, natiestaat, arbeid, beschaving, kolonialisme,
kostwin-nerschap, en hier historische voorbeelden van geven.
- Studenten kunnen historische voorbeelden geven van opvattingen over seksualiteit en
mannelijkheid en vrouwelijkheid.
- Studenten kunnen de visie van enkele historici mondeling en schrifte-lijk weergeven.
- Studenten kunnen hun standpunt t.a.v. historiografische debatten bepalen en deze
mondeling en schriftelijk beargumenteren.
- Studenten hebben kennisgemaakt met het toepassen van een genderperspectief op de
historische analyse van een levensverhaal.
Coördinator/docent:
dr. G.A. Mak, dr. S. Dudink, dr. A Janssens
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/18895/
Periode:
30 augustus - oktober
18
GEBIOLOGEERD: HET WETENSCHAPSSPEKTAKEL IN DE 18e EN 19e EEUW
Master, 10 EC
Kijk en huiver! In de 18e en 19e eeuw was wetenschap vaak een waar spektakel. Op
kermissen en markten werden de ‘gruwelen van de natuur’ tentoongesteld: siamese
tweelingen, vrouwen met baarden, reuzen en dwergen. Wetenschap en ‘showbiz’
gingen hand in hand en beïnvloedden elkaar. Dokters verleenden bijvoorbeeld
echtheidscertificaten aan vrouwen met baarden en vonden op hun beurt weer nieuwe
interessante exemplaren van hermafrodieten op kermissen. Of ze vertoonden hun kunst
van het opereren aan een veelkoppig publiek. Antropologen verrichtten studies naar
verschillende rassen door de mensen te beschrijven die op tentoonstellingen - vaak in
hun ‘natuurlijke habitat’- aan nieuwsgierigen werden vertoond.
In de nieuwste benadering van wetenschapsgeschiedenis wordt gekeken naar de
vloeiende grenzen van de wetenschap: waar lopen wetenschap en maatschappij in
elkaar over, welke sociale, politieke en maatschappelijke factoren spelen mee bij de
productie van kennis? Vanuit deze benadering willen we in dit college uit gaan zoeken
wat het tentoonstellen van mensen en menselijke lichamen voor invloed heeft gehad op
wetenschap over mensen.
De wetenschapper, de ‘showman’, het nieuwsgierige publiek: rollen die lang niet altijd
goed te onderscheiden zijn, maar in hun onderlinge dynamiek bepalen wat voor kennis
er geproduceerd werd. We vragen ons af welke rol bestaande hiërarchieën – zoals die
tussen man en vrouw, natuurlijk en onnatuurlijk, normaal en abnormaal, westers en
niet-westers – speelden in deze relatie tussen kijken en bekeken worden, vertonen en
aantonen. En wat zegt dat over de inhoud van de kennis die men zo over mensen en
menselijke lichamen verwierf?
Doelstelling:
- Studenten leren de cultuurhistorische bepaaldheid van wetenschap te analyseren
onder andere in termen van klasse, gender en etniciteit.
- Studenten nemen kennis van recente ontwikkelingen in de
wetenschapsgeschiedschrijving.
Coördinator/docent:
dr. G. Mak
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2009/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/16086/
Periode:
30 augustus - oktober
19
ONDERZOEKSCOLLEGE ACTUELE GESCHIEDENIS / GENDERGESCHIEDENIS:
Expedities en missies naar Nederlands Nieuw-Guinea
Master, 10 EC
Expedities en missies naar Nederlands Nieuw-Guinea: het erfgoed van constructies van
zelf en ander.
Twee jaar geleden was in het nieuws dat het Koninklijk Instituut voor de Tropen in haar
maag zat met een rare erfenis uit het Nederlandse koloniale verleden: talloze in NieuwGuinea verzamelde schedels en botten. Wat moest daarmee gebeuren? Niet zolang
daarvoor, in 2002, meldde hetzelfde museum nog bij een tentoonstelling van foto's in
1936 gemaakt van Papua's: "De in die vroege jaren genomen foto's zijn van grote
documentaire waarde, vooral voor de Papoea's zelf. Zij zijn voor hen, en voor ons, vaak
nog een levende geschiedenis, met herkenning, herinnering en vooral ook bezinning.
Zestig oude foto's tonen mensen in een nagenoeg verdwenen wereld".
Eén van de laatste gebieden ter wereld die vanuit Nederland in kaart werden gebracht,
was Nieuw-Guinea. Terwijl de expeditieleiders met spannende verhalen thuiskwamen
en zo een beeld van zichzelf als ontdekker, wetenschapper en avonturier neerzetten,
werden tegelijkertijd hele volken ‘in kaart gebracht': opgemeten, gefotografeerd, en in
anatomische verzamelingen (men bracht haar, botten en schedels mee) ondergebracht.
Missionarissen deden in dezelfde periode meer moeite de taal, symbolen en rituelen
van de stammen die zij wilden bekeren te begrijpen. Tussen 1900 en 1960 veranderde
hierin wel het een en ander: ook antropologen, die eerst vooral fysisch antropologen
waren, begonnen langzaam meer belangstelling voor de leefwereld van de inwoners van
Nieuw-Guinea te krijgen. In dit college willen we proberen na te gaan, wat voor
zelfbeeld expeditieleiders en missionarissen in hun verslagen construeren, en hoe dit
mede door gender en etniciteit wordt bepaald. Daarnaast (in samenhang daarmee)
wordt nagegaan welk beeld er van de mensen en volken die men ontmoette werd
gemaakt. Hoe werkt deze geschiedenis van beeldvorming ontstaan in intercultureel
contact nu nog door?
Doelstelling:
- de student leert aan de hand van het gezamenlijk doen van onderzoek om zelfstandig
historisch onderzoek uit te voeren
- de student verkrijgt kennis over de geschiedenis van het koloniale verleden van
Nederland in Nieuw-Guinea
- de student maakt kennis met benaderingen uit de postkoloniale, gender- ,
wetenschaps- en erfgoedstudies, en leert die toe te passen op een concrete
vraagstelling
- de student leert historisch bronnenmateriaal over koloniale geschiedenis te zoeken, te
selecteren en te analyseren
- de student leert nadenken over de betekenis van (beladen) historisch erfgoed
Coördinator/docent:
dr. G. Mak, dr. M. Eickhoff
20
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19367/
Periode:
30 augustus – december
21
POSTCOLONIALISM AND EMPIRE
Master, 5 EC
This course aims to critically analyse and contextualise a variety of primary and
secondary texts from the field of colonial and postcolonial literary studies. We will
discuss a selection of key imperial, anti-imperial and post-imperial texts to provide
insight into the cultural-historical background of (post)colonialism and the concept of
empire. The influence of British imperialism will be traced from the nineteenth century
to the present day. Instead of focusing mainly on the opposition between the First and
Third Worlds, the programme will feature authors from Ireland, New Zealand, Australia,
Central Africa, South Africa, India and the Caribbean. The concept of postcolonial
identity will be related to current debates about cultural memory, gender, class and
race. Additionally, the course will include key texts from the major theorists in the field,
such as Edward W. Said, Homi K. Bhabha, and Gayatri Chakravorty Spivak.
Objective:
The student will acquire a solid grounding in the theory of postcolonialism, and will be
able to apply postcolonial theoretical concepts in his/her own critical reading.
Coördinator/docent:
dr. M. Corporaal en drs. A. Bracke
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19323/?mark=gender
Periode:
30 augustus – december
22
Griekse en Latijnse Taal en Cultuur (Letteren)
GENDER STUDIES EN DE KLASSIEKEN
Bachelor 3e jaar, 5 EC
In deze cursus wordt aandacht besteed aan moderne feministische en gender studies in
hun toepassing op de klassiek Griekse literatuur. Daarbij zal aandacht worden besteed
zowel aan het overgeleverde werk van Griekse vrouwendichters, zoals Sappho en
Nossis, als aan de representatie van vrouwen in de dichtwerken van mannen, zoals de
tragedie Medea van Euripides. Alle klassieke literatuur wordt in vertaling gelezen.
Doelstelling:
Je leert de belangrijkste moderne feministische en gender theorieën kennen en deze
toepassen op enkele klassieke dichtwerken van zowel vrouwelijke als mannelijke
dichters. Verder zul je getraind worden in het kritisch evalueren van secundaire
literatuur.
Van studenten vreemde talen, ACW en GLTC wordt verwacht dat zij de cursus Inleiding
Algemene Literatuurwetenschap hebben afgerond. Studenten uit andere opleidingen
kunnen contact opnemen met de docent.
Nota bene: om het jaar vanaf 2010-2011
Coördinator/docent:
prof. dr. A. Lardinois
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19417/?mark=vrouw
Periode:
november – januari
23
Engelse Taal en Cultuur (Letteren)
BRITISH CULTURE AND HISTORY
Bachelor 1, 5 EC
Deze cursus verschaft een inleiding op de Britse geschiedenis, cultuur en maatschappij
van 1500 tot heden. Het eerste deel geeft een chronologisch overzicht van de
belangrijkste historische en politieke gebeurtenissen in deze periode, en laat zien welke
bijdrage deze hebben geleverd aan de Britse maatschappij en identiteit. In het tweede
deel komt een aantal thema's aan bod, zoals sociale klasse, gender en ethniciteit, om op
deze manier de huidige Britse cultuur nader te kunnen bestuderen. Naast de thema's
'Englishness' en 'Britishness', die als een rode draad door de cursus lopen, komen ook
onderwerpen terug als het verschil tussen traditionele en huidige opvattingen van de
Britse identiteit, en het belang van kennis van het verleden en het begrip 'geschiedenis'
zelf om de Britse cultuur en maatschappij van nu te kunnen begrijpen.
Doelstelling:
De student heeft kennis en inzicht in de politieke, sociale en culturele geschiedenis van
Engeland van de renaissance tot heden, en weet de begrippen 'Englishness' en
'Britishness' to historiseren en contextualiseren.
Coördinator/docent:
dr. C.J.J. Louttit
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19281/
Periode:
september - december
24
Religiewetenschappen
GENDERSTUDIES THEOLOGIE
Lichaamsbeelden, heilsymboliek en gender in de katholieke traditie
Bachelor 3e jaar, 5 EC
Waarom speelt het lichaam vaak zo’n centrale rol in de voorschriften en symbolen
waarmee religies - in dit college vooral: de katholieke traditie - hun identiteit
afbakenen? En hoe is te begrijpen dat het lichaam en zeker het vrouwenlichaam daarbij
enerzijds gelden als bron van ontregeling en onheil, maar dat anderzijds de
heilsymboliek vaak verwijst naar het lichaam als drager van heil (in belangrijke
geloofsinzichten als dat van de Menswording van God, de transsubstantiatie, de
verrijzenis van het lichaam, het maagdelijk moederschap van Maria of het beeld van de
kerk als lichaam van Christus)?
Wat wordt in de lichamelijkheid vooral gevreesd, en onder welke theologische condities
kan het lichaam of de lichamelijkheid teken van heil zijn? En wat gebeurt er als vrouwen
(mystieke vrouwen in de katholieke traditie, maar ook vrouwen uit onze eigen tijd:
schrijfsters, popsterren als Madonna, of andere godzoeksters) zich gaan mengen in de
traditionele religieuze symboliek die aangrijpt bij het lichaam? Welke verschuivingen
worden dan zichtbaar in de articulatie en verbeelding van het onheilige, resp. het heilige
lichaam?
Alle religies reiken voorschriften aan om het lichaam en de seksualiteit vorm te geven. In
de katholieke traditie werden die voorschriften gedefinieerd vanuit het perspectief en
de ervaringswereld van mannelijke woordvoerders. De ‘begeerten van het lichaam’ en
vooral de seksuele begeerte golden, vanwege hun opstandig en ontregelend karakter, in
eerste instantie als hindernis voor de nadering tot het heil. Om de geest vrij te hebben
voor God, moest het ‘vlees’ (de eigen begeerten) beheerst worden. Die beheersing van
de eigen lust werd niet zelden op het vrouwenlichaam geprojecteerd of ingeschreven, in
de vorm van (moraal)theologische richtlijnen en heilsymboliek die het vrouwenlichaam
negeerden, diffameerden, of juist onwerkelijk ophemelden (dat laatste met name in de
Mariaverering). Het aldus ingetoomde vrouwenlichaam kon zo gaan gelden als teken
voor de rechtzinnigheid van de gemeenschap en de beheersing van ontregelende lust,
daarbinnen.
In dit college bezien we:
- hoe deze toeschrijving vorm kreeg in theologie en symboliek binnen de katholieke
traditie;
- òf - en hoe - de ambivalente lichaamsbeelden en de nadruk op zelfbeheersing in de
katholieke traditie nog doorwerken in de moderne theologie en de moderne westerse
(beeld)cultuur; en
- hoe het aandeel van vrouwen in de gesignaleerde transformaties inhoudelijk uitwerkt:
op welke wijze brengen vrouwen beelden van heil en onheil in verband met het lichaam,
en (hoe) zijn hun associaties nog schatplichtig aan de christelijke traditie? Voor deze
laatste vraag kijken we niet alleen naar werk van vrouwelijke theologen en mystica’s,
25
maar ook naar literaire of andere kunstproducties van vrouwen (naar keuze, in het
kader van de eindopdracht).
Doelstellingen:
- Kennis van en inzicht in de conceptualisering (en daarmee samenhangende
waardering) van de lichamelijkheid in de christelijke traditie en de doorwerking daarvan
in de moderne westerse cultuur.
- Inzicht in de wijze waarop de verbeelding en waardering van de lichamelijkheid in de
christelijke traditie (en, in het verlengde daarvan: in de moderne westerse cultuur)
samenhangt met de verbeelding van heil en onheil in de betreffende traditie en cultuur.
- Inzicht in de mogelijke (uit)werking van 'gender' binnen de bestudeerde voorstellingen
en praktijken.
Coördinator/docent:
dr. M. Dresen, prof. dr. M.A.C. de Haardt (coör)
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20399/
Periode:
november – december
26
GENDER EN RELIGIE: THEMATISCHE OPEN STUDIEDAGEN
Migratie en religie, migratie van het heilige?
Bachelor 2e/3e jaar, uit te breiden tot Master, 5 EC
Thema van de Open Studiedagen 2011 wordt nog nader bekend gemaakt. Kijk ter zijner
tijd in de online studiegids op www.ru.nl/studiegids
4 Hoorcolleges, lezingen en discussies, aangeboden op drie studiedagen, 5 februari, 25
maart en 27 mei 2011. Voor het overige zelfstudie. Aanwezigheid op studiedagen
verplicht.
Doelstelling:
Kennis van en inzicht in actuele ontwikkelingen, thema's en auteurs op het terrein van
vrouwenstudies binnen de religiewetenschappen en theologie
Coördinator/docent:
prof. dr. M. de Haardt (coör), dr. M. Dresen
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20322/
Periode:
februari – juni (drie studiedagen in die maanden)
27
GENDER EN RELIGIES: LITERATUURSTUDIE
Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC
Leeslijst.
In overleg literatuur te kiezen rond een van de volgende onderwerpen (niet uitputtend):
- Gender en (zorg)ethiek
- Lichamelijkheid in de christelijke traditie
- Godsbeelden en gender
- Vrouwen en mystiek
- Heilsymbolen en religie
- Religieuze praktijken van vrouwen
- Religie, gender en de stad
- Het heilige, gender en het alledaagse
In overleg met de docent kunnen thema en literatuur nader toegespitst of aangepast
worden.
Doelstelling:
- Door zelfstudie kennis nemen van belangrijke literatuur rond het betreffende
onderwerp.
- Kunnen weergeven van de belangrijkste kwesties en discussies in de bestudeerde
literatuur.
- Kennis en begrip van de belangrijkste uitgangspunten, benaderingen en inzichten die
in de literatuur worden uitgewerkt.
Coördinator/docent:
dr. M. Dresen, prof. dr. M.A.C. de Haardt
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20327/
Periode:
kan het gehele jaar gevolgd worden
28
GENDER EN MULTICULTURALITEIT
Op het snijvlak van cultuur en religie
Bachelor 3e jaar, 5 EC
In het multiculturele en multireligieuze debat zijn de opvattingen en constructies over
gender, man/vrouw-beelden en identiteiten problematisch te noemen. In deze cursus
zal aandacht gegeven worden aan de manier waarop constructies bepaald worden en
informatie verloopt langs nationale contexten, culturen en religies en wordt bekeken
hoe deze informatie bepalend is voor beeldvormingen en communicatie tussen
culturen. Het exploreren van de relaties tussen noties als identiteit, traditie, cultuur,
natie, religie en gender staat centraal. De hedendaagse debatten rond de 'Clash of
Civilizations' in de vorming en studie van gender-identiteit gerelateerd aan religie
worden bestudeerd vanuit het werk van auteurs van verschillende continenten. In de
loop van de colleges wordt gewerkt naar een intercultureel perspectief met
gebruikmaking van concepten uit de postcoloniale religie - en cultuurtheorieën.
Doelstelling:
Inzicht verwerven in genderverhoudingen gerelateerd aan multiculturele en religieuze
debatten en kritisch evalueren van de verschuivingen in posities die optreden,
afhankelijk van de desbetreffende blik op cultuur en religie (naar 'Clash of Civilizations'
of transculturele en interculturele communicatie?).
Coördinator/docent:
prof. dr. G. Troch, prof. dr. M.A.C. de Haardt
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20316/
Periode:
30 augustus – december (tentamen in januari)
29
HET ISLAMITISCH MIDDEN-OOSTEN IN BEWEGING
Actualiteitencollege
Bachelor 3, 5 EC
Sinds meer dan een eeuw zijn de mensen van het Midden-Oosten op zoek naar
maatschappelijke en politieke structuren die aan de ene kant bij de realiteit van de
moderne tijd en aan de andere kant bij hun religieus en cultureel erfgoed passen. De
cursus zal twee belangrijke aspecten van deze zoektocht belichten.
Indeling van de cursus:
Blok 1: Islamitische bewegingen
1. Moslim Broederschap in Egypte en hun ideologische matiging;
2. De Gama'at al-Islamiyya in Egypte en de ommezwaai van geweld naar vreedzame
methodes;
3. de radicaal-islamitische groeperingen in Algerije;
4. de Palestijnse Hamas en de keuze voor politieke integratie;
5. de islamitische oppositie in Saoedi-Arabië;
6. zelfmoordterroristen in Irak en hun legitimering van geweld en afsluitend college van
blok 1.
Blok 2: Het islamitisch genderstelsel in beweging
1. Introductie,
2. Het islamitisch genderstelsel in beweging: een historische overzicht I
3. Een historische overzicht II,
4. Stemmen uit het recente discours: F. Mernissi I,
5. F. Mernissi II,
6. A. Wadud I, A. Wadud II.
Doelstelling:
Je verwerft inzicht in twee centrale onderwerpen: a) de ideologieën van islamitische
bewegingen, hoe ze zich mobiliseren en de rol van geweld. Hoofdvragen die gesteld
worden zijn: Welke recente ideologische en organisatorische veranderingen deden zich
voor binnen de islamitische bewegingen? Hoe ontwikkelden zich de relaties tussen de
modernisten (Moslim Broederschap) en de salafi jihadi bewegingen enerzijds en de
relaties met de staat anderzijds. b) de discussies over het klassiek islamitische
genderstelsel en de wettelijke hervormingen van het islamitische familierecht. Aan het
einde van de cursus ben je in staat verslag te doen over deze onderwerpen.
Coördinator/docent:
prof. dr. H. Motzki, drs. J. Wagemakers
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/religie/course/20535/?mark=gender
Periode:
2e semester
30
RELIGION AND GENDER or THEOLOGY AND GENDER
Images of Salvation, images of Christ in intercultural, postcolonial and gender
perspective
Master, 5 EC
In this course we will study images and practices of Salvation as found in the figure of
Christ and in Christological designs that emerged from a postcolonial feminist religious
and theological reflection. What are the specifics of these approaches? How are central
concepts from postcolonial and intercultural discourse, such as identity, hybridity,
multiplicity, culture, gender, embodied knowledge, related to central themes of
'classical' Christianity and its systematic reflection, more specific, Christology?
How are actual religious practices, images and memories of salvation from 'other'
religious traditions and cultures integrated into these 'Christian' images and practices of
salvation? What kind of tensions, juxtapositions, critical, but most of all what kind of
creative and constructive religious and theological reflection can be found in these
recent postcolonial images of salvation and their new systematic Christological
proposals? Can they they inform a more 'self-evident' (Western, Christian) imagination
of salvation and it's corresponding theoretical/theological approach and in what way?
We will start with some general introduction in intercultural and postcolonial gender
theory/theology and then move on to the study of some specific feminist postcolonial
christological projects (among others: Wonhee Anne Joh, Heart of the Cross. A
Postcolonial Christology).
Objectives:
- Students gain insight in the importance of 'images of salvation' (m/f) for religion (m/f)
- Students gain insight in the characteristics of gendered, intercultural, postcolonial
approaches in religion and theology
- Students gain insight the implications of these approaches for 'doing theology' and
religious practices of women and men
- Students are able to describe and analyse the specifics of these postcolonial practices
of (christian/christic) images of salvation and their theoretical accounts
- Students are able to evaluate the contribution of these approaches and images with
regard to their own religious context or their own specific theological context
Coördinator/docent:
prof. dr. M.A.C. de Haardt
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20429/
Periode:
[onbekend bij het samenstellen van deze studiegids]
31
Culturele Antropologie & Ontwikkelingsstudies (Sociale Wetenschappen)
GENDER THEORIE I
Theory of gender
Bachelor 1e jaar, 5 EC
In dit college maakt u kennis met de veelheid aan manieren waarop culturen inhoud
geven aan het vrouw of man zijn en aan primaire sociale relaties, alsmede de betekenis
hiervan voor ontwikkelingsvraagstukken. Allereerst gaan we in op de geschiedenis en
kenmerken van het begrip gender, en wat bedoeld wordt met de gelaagdheid van
gender. Daarna wordt behandeld hoe gender differentiatie samenhangt met of
doorsneden wordt door andere vormen van differentiatie op basis van etniciteit, klasse,
of religie. Tot slot komt aan de orde hoe we rekening kunnen houden met gender bij het
doen van onderzoek en ontwikkelingswerk.
Een groot deel van de theorievorming over gender kwam tot stand toen antropologen
zich vragen gingen stellen over de positie van vrouwen. Maar recentelijk worden de
daardoor verkregen inzichten steeds meer toegepast in het onderzoek naar mannen.
Zowel mannen als vrouwen komen aan de orde in een aantal voorbeelden waarin
uitgewerkt wordt hoe invullingen van gender samenhangen met andere aspecten van
maatschappelijke organisatie. Op het terrein van de economie zijn dit bijvoorbeeld
arbeidsdeling, arbeidsmigratie, bezitsverwerving via arbeid, erving en of
huwelijksbetalingen; op het terrein van de politiek de participatie aan ontwikkeling, de
vorming van de natiestaat, of de controle over geweld. Praktijken en ideeën over familie
en seksualiteit blijken eveneens zeer relevant. En op cultureel gebied zijn taalgebruik, de
rol van godsdienst, en noties zoals eer of reinheid belangrijk voor de constructie van
gender.
Doelstelling:
- Het verwerven van kennis over het basisbegrip gender.
- Inzicht in de theorievorming op dit terrein vanuit de antropologie en
ontwikkelingsstudies.
- Op basis van deze kennis tot een beter begrip komen van hedendaagse
samenlevingsvormen van mannen en vrouwen.
- Juist kunnen hanteren van het kernbegrip en centrale theorieën over gender.
- Actuele en recente debatten over het onderwerp kunnen begrijpen en beoordelen
vanuit antropologisch perspectief.
- In staat zijn rekening te houden met de invloed van gender in het opzetten en
uitvoeren van onderzoek.
Coördinator/docent:
prof. dr. W. Jansen en dr. F. van Driel
Link:
32
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20641/
Periode:
november - januari
THEMAGROEP CULTURELE ANTHROPOLOGIE:
Verwantschap & Sociale netwerken en Ritueel & Symboliek
Bachelor 1e jaar, 6 EC
Verwantschap en sociale netwerken
In de cursus wordt een uitvoerige toelichting gegeven op de antropologische
verwantschapsterminologie en wordt deze geoefend via een internetprogramma.
Kernconcepten uit de antropologie van verwantschap zullen gerelateerd worden aan
concrete etnografische casestudies. Studenten worden getraind om schematische
verwantschaps-structuren te herkennen en toe te passen. Er wordt een beknopt
overzicht gegeven van de antropologische theorievorming op dit terrein, en enkele
actuele debatten over nieuwe familievormen, voortplantingstechnieken en
gentechnologie worden aangegrepen om na te denken over de rol die verwantschap
nog in ons leven speelt, en over welke betekenis verwantschap heeft in toekomstige
antropologische studies naar sociale netwerken en relaties.
Ritueel en symboliek
Ritueel en symboliek vormen een klassiek, centraal en actueel thema van de culturele
antropologie en het hart van het verschijnsel cultuur. Verschillende studies naar zowel
sacrale als seculiere riten en symbolen behoren tot de canon van de discipline. Ook valt
er op dit onderzoeksterrein een opmerkelijke progressie in theorievorming vast te
stellen van Van Gennep, Durkheim en Mauss, via Leach, Turner, en Douglas naar
Myerhoff, Moore, Grimes en een jongere generatie antropologen. De thematiek wordt
ingeleid met behulp van een vergelijkend perspectief waarbij etnografische voorbeelden
uit verschillende typen van samenlevingen aan de orde komen.
Doelstelling:
Verwantschap en sociale netwerken:
- Studenten maken kennis met de antropologische begripsvorming rond huwelijk,
verwantschap en sociale netwerken; - Studenten beschikken over een basiskennis van
verwantschapssystemen en kunnen complexe verwantschappelijke situaties juist
benoemen; - Studenten maken kennis met de betekenis van de studie van
verwantschap voor de antropologie, in verleden, heden en toekomst; - Studenten
maken kennis met recente theoretische debatten over verwantschap.
Ritueel en symboliek:
- Studenten verwerven vergelijkend inzicht in een van de belangrijkste thema's van de
culturele antropologie, eveneens relevant voor ontwikkelingsstudies.
Coördinator/docent:
prof. dr. W. Jansen en prof. dr. H. Driessen
33
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20642/
Periode:
RELIGIE EN GENDER
Bachelor 3e jaar, 3 EC
februari – april
In de cursus maken studenten kennis met een antropologische benadering van religie
die specifiek aandacht schenkt aan de manier waarop vrouwen vanuit marginale posities
- gebaseerd op gender, klasse, etniciteit en mobiliteit - religie vormgeven en inzetten
voor eigen doeleinden. Centraal staan de contextualisatie en de alledaagsheid van
religie. Bovendien worden dagelijkse religieuze praktijken van vrouwen gerelateerd aan
globale processen als diaspora, transnationalisme en migratie. We zullen ingaan op
vragen als: Welke betekenis heeft religie voor vrouwen in de diaspora? Welke betekenis
heeft religie in het creëren van een transnationaal thuis? Hoe gebruiken vrouwen hun
religie om de banden met familie in zowel het thuisland als het migratieland te
onderhouden?
Ook zal in de cursus aandacht worden geschonken aan specifieke antropologische
methoden van onderzoek naar religie en wordt er gereflecteerd op het veldwerk, de
relatie met de onderzochten en de intersubjectiviteit van het veldwerkmateriaal.
Behalve methoden als participerende observatie en het houden van interviews, zullen
met name het reconstrueren en opschrijven van levensverhalen behandeld worden
omdat deze levensverhalen uitermate geschikt zijn voor het contextualiseren van religie
in de alledaagse leefpraktijk van vrouwen en voor het reconstrueren van processen van
beweging.
Doelstellingen:
- Studenten verwerven algemeen inzicht in antropologische benaderingen van religie
vanuit een gender perspectief.
- Studenten verwerven inzicht in de manier waarop mensen vanuit marginale posities gebaseerd op gender, klasse en etniciteit - hun religie vormgeven en inzetten in
contexten van mobiliteit: diaspora, internationale migratie en transnationalisme.
- De studenten leren reflecteren op methoden van onderzoek en representatie.
Coördinator/docent:
dr. C.D. Notermans
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20657/
Periode:
30 augustus - november
34
MACHT, IDENTITEIT EN REPRESENTATIE
Bachelor 3e jaar, 6 EC
Cultuur en betekenisgeving hebben een centrale plaats binnen Ontwikkelingsstudies
verworven. Economische, politieke en sociale veranderingen zijn cultureel gekleurd en
deze culturele kleuring verwijst naar macht, betekenis en identiteit. Hoe we
ontwikkelingsvraagstukken en de constructie van identiteiten interpreteren is een
subjectief proces. Met andere woorden, de beelden die we hebben bij een bepaalde
problematiek, bij de mensen waarom het gaat en de analyse die we maken zijn gestoeld
op een bepaald gedachtegoed. Dat gedachtegoed wordt ook mede bepaald door onze
wetenschappelijke achtergrond. Stereotypen, ideaalbeelden en belangen spelen hierbij
een rol en deze zijn niet objectief gegeven maar onderdeel van machtsrelaties.
Centraal in deze cursus staan de werking van macht en construc-ties van identiteiten.
Hoe kom je tot een beeld van ‘de ander' en ‘het andere' en wat voor rol spelen
zelfbeelden hierbij. We stellen de vraag hoe onderzoek naar identiteiten gestalte kan
krijgen. Om deze vraag te kunnen beantwoorden volgen we een aantal stappen. Op de
eerste plaats gaan we in op het concept gender, een van de sociaal-culturele
betekenisgevers aan identiteit. Aandacht voor diversiteit, voor de complexe werkingen
van 'identity markers' zoals klasse, ras, leeftijd, religie, nationaliteit etc. is de volgende
stap. Vervolgens bekijken we welke handvatten een analytische multi-dimensionele
benadering levert om onderzoek naar identiteiten gestalte te geven.
Maar ook stellen we de vraag hoe kennis tot stand komt en hoe het is om als vrouw of
als man onderzoek te doen in een 'andere' cul-tuur en in de 'eigen' cultuur? Hoe
beïnvloeden gender, klasse, etniciteit etcetera de inter-actie tussen onderzoekers en
hun on-derzoeksgroepen? Hoe worden 'de anderen' in ons onderzoek gepresen-teerd?
De bedoeling is om inzicht te krijgen in de manier waarop persoonlijke, po-litieke en
wetenschappelijke achter-gronden van de onderzoek(st)er van directe invloed is op het
proces van het onderzoek doen.
Theorievorming met een accent op de constructie van subjectiviteit en identiteit en
daaruit voortvloeiende methoden van onderzoek zullen studenten de handvatten
aanrei-ken om analyses ten aanzien van diversiteit en identiteit uit te voeren in een
leeronderzoek.
Doelstellingen:
De student kan de aangereikte theoretische invalshoeken analyseren, vergelijken en
hanteren; de student is in staat tot zelfreflectie over de eigen positie in relatie tot
wetenschappelijk onderzoek; de student kan bepalen welke theoretische en
epistemologische uitgangspunten zij/hij in eigen onderzoek zou willen hanteren en
daarover kritisch reflecteren; en de student kan de centrale begrippen, theoretische
uitgangspunten en methodologische verantwoording voor een leeronderzoek
formuleren.
Coördinator/docent:
dr. F. van Driel en drs. T. Davids
35
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20681/
Periode:
30 augustus – november
36
CULTURE, DEVELOPMENT AND GLOBALISATION
Bachelor 2e jaar, 6 EC
Ontwikkeling, vooruitgang en de daarmee gepaard gaande modernisering worden in het
algemeen gezien als een gewaardeerd cultuurgoed in westerse samenlevingen. Het
geloof in vooruitgang heeft ons niet alleen naar verre oorden gedreven, het heeft ook in
grote mate onze cultuur en het denken over cultuur, zowel over onze eigen als die van
anderen, bepaald. Over het verband tussen moderniseringsprocessen, cultuur en het
denken over cultuur gaat deze cursus. Wat betekent vooruitgang en ontwikkeling voor
ons en wat betekent het in niet-westerse samenlevingen? Staat het toenemende aantal
MacDonalds en Coca Cola-drinkers symbool voor de verarming van lokale culturen of is
dit juist een teken van ontwikkeling, een teken van een nieuwe globale cultuur? Als rode
draad voor de cursus is daarom gekozen voor de invalshoek van globalisering.
Globalisering moet dan opgevat worden als de toenemende economische en culturele
vervlechting van de wereld via technologische verbindingen, geldstromen,
arbeidsmigratie en dergelijke. In de cursus wordt deze vervlechting in historisch
perspectief geplaatst te beginnen bij de processen van kolonialisering en 'colonial
discourse', moderniteit en het moderne denken, de crisis van de moderniteit en het
postmoderne denken om ten slotte via processen van globalisering en het denken
daarover te eindigen in een debat over 'beyond development'. Het denken over cultuur
en ontwikkeling wordt op deze manier direct gerelateerd aan de historische processen
waarin dit denken vorm heeft gekregen. Een denken dat afwisselend distantie en dan
weer betrokkenheid en interventie heeft gerechtvaardigd voor de antropologie en
ontwikkelingsstudies. Naast deze historische processen maken studenten kennis met
het fenomeen cultuur als een systeem van betekenisgeving maar ook als contrapunt
voor verzet. Verder wordt ingegaan op de werking van cultuur bij identiteitsconstructie
(etniciteit, nationalisme, gender, klasse etc.). Aan de invalshoek van globalisering is
verder een aantal tendensen en thema's verbonden die in dit kader niet mogen
ontbreken. Daarom zal worden ingegaan op zaken zoals: cultureel imperialisme; de
verhouding tussen globalisering en lokalisering; fundamentalisme en hybridisering.
Doelstellingen:
Studenten verwerven kennis over en inzicht in de relatie tussen de historische
processen van modernisering en globalisering enerzijds en de theorievorming over
concepten als 'cultuur' en 'ontwikkeling' anderzijds en zijn in staat om deze concepten
zelfstandig te hanteren.
Coördinator/docent:
drs. T. Davids
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20646/?mark=gender
Periode:
30 augustus – november
37
CURRENT ISSUES IN DEVELOPMENT STUDIES
Master, 6 EC
This is a follow-up course focusing on the analytical approaches (to be) used in the
central CIDIN research themes (provisional):
A. The new aid architecture
- Private Initiatives and Development Cooperation
B. Gender (Mainstreaming)
- Policies and practices
C. Sustainable development
- Global public goods and Corporate Social Responsibility
D. (Re)Migration
- Transnational relations, identity and embeddedness
Lecturers will provide various core articles (total of 70 pages per lecture). Students are
expected to search additional theoretical articles themselves (total of pages145 per
cluster tutorial).
Doelstellingen:
- Students gain insight into the central concepts within the Cidin-research themes and
operationalisation.
- This course provides insight into theoretical/analytical frameworks and guidance for
developing ones own framework.
Coördinator/docent:
dr. F.T.M. van Driel, dr. L.W.M. Schulpen,
dr. L.W.J. Knippenberg, prof. dr. P.R.J. Hoebink
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20685/?mark=gender
Periode:
30 augustus – november
38
SPECIALIZATION SEMINAR
Master, 9 EC
We offer a choice between the following seminars that allow for specialization within
the MA program:
Specialization Seminar 1:
Socio-political mobility (kinship mobility, creativity and dynamics of family life, social
inequality and power)
Lecturer: Dr. Catrien Notermans
This seminar deals with the continual importance and re-shaping of kinship in
contemporary societies and particularly focuses on kinship and mobility in various local
and global contexts. Though it has often been assumed that the importance of kinship
would decline in processes of modernisation kin relationships continue to be of vital
importance globally in creating structures of belonging and security. Instead of (e.g.)
African families transforming into monogamous families, it is the European nuclear
family that, due to high rates of divorce and remarriages, seems to transform into a
complex African-style extended family with various biological and social kin of different
generations living together.
The seminar invites students to study kinship mobility on the local and/or global level.
Working from an ethnographic perspective and learning about old and new trends in
anthropological kinship theory, students are invited to critically think about the
implications of mobility for kinship theory. Power will be central to our approach to
kinship. We will investigate how power relations at the family level - e.g. between
spouses, co-wives, in-laws, siblings, generations - influence people's mobility; and how
power inequalities at the global level - e.g. poverty, war, oppression and exploitation influence the choices or pressures of mobility at local family levels. Special attention will
be paid to the agency and mobility of children in and between families and to (changing)
gender relations in local, transnational and global kin arrangements.
Specialization Seminar 2:
Socio-economic mobility (tourism, exchange, identity, heritage)
Lecturer: Dr. Anke Tonnaer
This seminar focuses on forms of socio-economic mobility in the field of tourism and
cultural exchange. Tourism comprises one of the largest flows of people traversing the
globe, and the tourism industry is often considered to be the greatest economic force
worldwide at present. The trade of tourism is not only increasing; its alleged
(inter)cultural potential has also gained currency within international diplomatic
environments, for example in UNESCO's cultural diversity programme.
The starting point of this seminar is, therefore, that the study of tourism can open a
window onto understanding social, economic, political and cultural processes as a result
of the growing interconnection between the ‘global' and the ‘local'.
In this seminar students are invited to take up an aspect of tourism as the subject
matter of their study, following their own interest within this theme. Students are free
to select a region where they may conduct their fieldwork, but should note that links are
already established with Southern Africa and Australia, which students may make use
39
of. In the general programme we will pay attention to the dynamics of exchange
(ritualised and performative interaction), power relations and (unequal) access to
resources, the concept of authenticity, the invention and the revival of tradition,
identity and change and cultural heritage.
Specialization Seminar 3:
Socio-religious mobility (pilgrimage, journeys to memorial and heritage sites, homeland
tourism)
Lecturer: Dr. Catrien Notermans
This seminar focuses on different forms of religious mobility in the modern world.
Religiosity and religious movements are more important than ever in today's highly
mobile and interconnected global world. Across the globe, pilgrimages associated with
established religious traditions -Buddhism, Hinduism, Islam and Christianity - have
flourished, even in so-called secularized societies. Not only established pilgrimage
centres have been receiving growing numbers of pilgrims, also new and alternative
forms of religious and spiritual journeys, such as in ‘New Age' culture, have emerged.
Next to this, new pilgrimage landscapes arise at memorial sites such as the Vietnam
Memorial in Washington, the Nazi concentration camp in Auschwitz, and Ground Zero in
New York. Père-Lachaise cemetery in Paris and the graves of popular idols like Elvis
Presley, Lady Di, and Jim Morrison have equally become sites of remembrance and
objectives of secular pilgrimages.
The seminar invites students to discover that this wide range of religious mobilities
covers much more than pilgrimage in the traditional sense of honouring particular saints
at holy places. The students are encouraged to select their favourite form of religious
movement and to go to a research location of their own choice. In previous years,
students did their fieldwork in Europe, Asia, Africa and America. The project links up to
the courses on ‘Ritual and Symbolism' (BA1), ‘Anthropology of Violence' (BA 2), and
‘Religion and Gender' (BA 3).
Coördinator/docent:
dr. C.D. Notermans, dr. A.A.C. Tonnaer
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20668/?mark=gender
Periode:
september - december
40
Psychologie (Sociale Wetenschappen)
ONTWIKKELINGSPSYCHOPATHOLOGIE II: EETSTOORNISSEN EN VERSLAVING
Master, 5 EC
Deze cursus biedt een overzicht van verschillende theoretische modellen naar ontstaan
en handhaven van verslaving en eetstoornissen en hoe deze in onderzoek in
(experimentele) paradigma's kunnen worden geoperationaliseerd. Ook komen
mogelijke behandelingsvormen aan de orde, terwijl er daarnaast aandacht is voor het
perspectief van ervaringsdeskundigen.
Doelstelling:
Risicofactoren en het ontstaan van verslaving en eetstoornissen zullen dus nauw
gekoppeld worden aan onderzoek, preventie en behandeling. Aan het eind van de
cursus kan de student de verschillende theoretische modellen en enkele daarbij
behorende onderzoeksparadigma's en behandelingsvormen uitwerken, kritisch
evalueren, en met elkaar in verband brengen.
Coördinator/docent:
dr. T. van Strien en dr. R. Otten
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20813/e/18248/
Periode:
30 augustus – januari
41
GEDRAGSPROBLEMEN
Bachelor 3e jaar, 4 EC
Deze cursus biedt een overzicht van de verschillende theoretische modellen over het
ontstaan en handhaven van gedragsproblemen en hoe deze in onderzoek in
(experimentele) paradigma's kunnen worden geoperationaliseerd. De cursus start met
een inleiding op het thema van de cursus en een overzicht van de verschillende
risicofactoren die in de (vroege) ontwikkelingsgeschiedenis een rol kunnen spelen in het
ontstaan van gedragsproblemen. Achtereenvolgens worden in de cursus drie belangrijke
gedragsproblemen besproken, namelijk verslaving, eetstoornissen en problemen in de
impulscontrole. Hierbij wordt eerst aandacht besteed aan epidemiologie, diagnostiek en
etiologie en vervolgens wordt ingegaan op recente inzichten uit wetenschappelijk
onderzoek en komen mogelijke behandelvormen aan de orde.
Doelstelling:
Aan het eind van de cursus kan de student de verschillende theoretische modellen
betreffende verslaving, eetproblemen en problemen in de impulscontrole en enkele
daarbij behorende onderzoeksparadigma's en behandelvormen uitwerken en kritisch
evalueren.
Coördinator/docent:
dr. T. van Strien, prof. dr. C. de Jong, dr. G. Keijsers en dr. S.
Smeekens
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/19947/
Periode:
februari - juli
42
Pedagogische Wetenschappen (Sociale Wetenschappen)
GENDER EN ETNICITEIT IN OPVOEDING EN ONDERWIJS
Bachelor 1e jaar, 5 EC
De cursus beoogt studenten te leren reflecteren op de betekenis van gender en van
etniciteit voor opvoeding, onderwijs, hulpverlening en maatschappelijke positie. In
hoeverre moet in pedagogische praktijken rekening worden gehouden met gender-,
sexualiteit- en etniciteitverschillen, en in hoeverre dragen pedagogische praktijken bij
aan het in stand houden van deze verschillen en de eraan gekoppelde
machtsverhoudingen (hoe worden meisjes en jongetjes 'gemaakt'?)? In zestien
hoorcolleges, waaronder verschillende gastcolleges, worden concepten zoals verschil en
gelijkheidsdenken, de structurele, discours- en identiteitslaag van gender, normalisering
en macht, socialiseringstheorieën, de self-fulfilling prophecy theorie en hegemoniale
mannelijkheid uitgelegd en middels oefeningen met kwalitatieve onderzoeksmethoden
op hun bruikbaarheid voor pedagogen getoetst.
Doelstellingen:
- Kennis over en inzicht in de rol van gender in opvoeding en onderwijs.
- Kennis over en inzicht en vaardigheden in elementaire methoden en technieken van
kwalitatief empirisch onderzoek.
- Kennis over de relatie tussen opvoeding en samenleving en de betekenis van
maatschappeljike ontwikkelingen voor opvoeding en onderwijs.
- Kritisch kunnen analyseren van teksten en teksten kunnen samenvatten.
- In eigen en andermans argumentatie kunnen onderscheiden tussen feiten, meningen,
theorieën, waarden en normen.
- Blijk geven van kritische reflectie op opvoedings- en onderwijsvraagstukken,
bereidheid om eigen opvattingen ter discussie te stellen en open staan voor andere
standpunten.
- Blijk geven van een onderzoekende houding ten opzichte van verschijnselen, personen
en instituties op het gebied van opvoeding en onderwijs en zich bewust zijn van de
fundamentele onzekerheid in (sociaal)wetenschappelijke uitspraken.
Coördinator/docent:
dr. E. Rommes
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20780/
Periode:
mei - juli
43
VAN CYBORG TOT TOMB RAIDER: COMPUTERS, JEUGD EN GENDER
Bachelor, 5 EC
Computers en het Internet zijn niet meer weg te denken uit het leven van de moderne
jeugd: op scholen en in gezinnen, als communicatiemiddel, entertainment apparaat, om
informatie mee op te zoeken en om van te leren. Maar wat zijn de consequenties van de
komst van computers? In dit vak leer je hoe gender en etniciteit samenhangen met
computers in het onderwijs en het dagelijks gezinsleven, in leerprocessen en in
spelletjes. Welke invloed kun je als ontwerper, gebruiker of beleidsmaker eigenlijk
hebben op technologieën als computers en het Internet? Colleges worden door de
studenten zelf met hulp van de computer gegeven, waardoor reflectie op de
geschiktheid van de gebruikte elektronische hulpmiddelen mogelijk is.
Vaardigheden:In dit genderstudies vak leer je niet alleen óver de computer en zijn
gebruikers, maar ook mét de computer. Na het eerste inleidende college worden de
colleges door de studenten zelf met hulp van de computer voorbereid en gegeven,
bijvoorbeeld met een mailinglist discussie of via het maken van een ontwerp van een
website, waardoor het mogelijk is te reflecteren op de geschiktheid van de gebruikte
elektronische hulpmiddelen voor leerprocessen. Daarnaast voeren de studenten alleen
of in een groep een zelfgekozen onderzoek uit, dat zij in het eindcollege presenteren.
Hiermee krijgen studenten inzicht in hoe zij de verkregen inzichten en vaardigheden in
hun toekomstige werkveld kunnen inzetten.
Doelstellingen:
- inzicht in de rol van nieuwe technologieën, computers en het internet in de
samenleving;
- inzicht in de rol van de maatschappij;
- inzicht in de samenhang tussen jeugd, gender- en etnische identiteiten en
technologische veranderingen.
Algemene vaardigheden:
- relaties tussen het pedagogisch systeem en andere maatschappelijke systemen kunnen
beschrijven en analyseren;
- theorieën en opvattingen over nieuwe technologieën, pedagogiek en de maatschappij
kunnen analyseren en beoordelen en kunnen onderscheiden tussen wetenschappelijke
inzichten en waardeaspecten.
Vaardigheden verkregen door het geven van colleges:
- beheersing van sociale en communicatieve vaardigheden, in teamverband kunnen
werken;
op kritische en constructieve wijze kunnen deelnemen aan discussies en discussies
kunnen leiden;
- effectief kunnen omgaan met gangbare computerprogramma's.
44
Vaardigheden verkregen door de eindopdracht:
- in staat zijn om vraagstellingen voor onderzoek te formuleren en de wetenschappelijke
en maatschappelijke relevantie ervan aan te geven;
- onder begeleiding een wetenschappelijk onderzoek kunnen uitvoeren met hulp van
gangbare kwalitatieve onderzoeksmethoden;
- effectief kunnen omgaan met wetenschappelijke literatuur;
in staat zijn om schriftelijk en mondeling te rapporteren.
Coördinator/docent:
dr. E. Rommes
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20832/
Periode:
februari - april
45
Wijsgerige Antropologie (Wijsbegeerte)
WIJSGERIGE ANTROPOLOGIE – BACHELOR 1
Bachelor 1e jaar, 4 EC
De cursus geeft een globaal overzicht van de ontwikkeling van de wijsgerige
antropologie aan de hand van representatieve teksten uit de geschiedenis van de
filosofie. De cursus behandelt klassieke problemen van de wijsgerige antropologie zoals het lichaam/geest dualisme en de betekenis van biologie - en sluit af met twee
actuele discussies die relevant zijn vanuit wijsgerig antropologisch perspectief, namelijk
gender en 'artificial life'. Achtereenvolgens zullen de volgende onderwerpen en filosofen
behandeld worden:
- Het kantiaanse subject, lichaam-geest dualisme (Immanuel Kant);
- De mens als het "nicht festgestellte Tier" (Friedrich Nietzsche);
- Het (on)eigenlijke zelf, kritiek op de dingontologie (Martin Heidegger);
- Existentie en sekse (Simone de Beauvoir);
- De mens als instinctarm wezen, de relevantie van biologie (Arnold Gehlen);
- Gender (Robert Connell);
- Posthumaniteit, "artificial life" (Ellen Ullman).
Doelstelling:
- Overzicht van de (geschiedenis van de) wijsgerige antropologie aan de hand van enkele
representatieve teksten;
- Kennisname van relevante thema's en discussies in de wijsgerige antropologie;
- Inzicht in problemen die specefiek zijn voor de wijsgerige antropologie, zoals dualisme
en reductionistische concepties van de mens.
Coördinator/docent:
dr. V. Vasterling
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20441/
Periode:
oktober - december
46
WIJSGERIGE ANTROPOLOGIE – BACHELOR 3
De politieke antropologie van Hannah Arendt
Bachelor 3e jaar, 9 EC
De politieke filosofie van Hannah Arendt heeft twee kenmerken die centraal staan in dit
college. Ten eerste is haar politieke filosofie intrinsiek verbonden met een wijsgerige
antropologie. Ten tweede ontwikkelt Arendt een hermeneutisch-fenomenologisch
perspectief in haar politieke antropologie. Dit perspectief impliceert tevens een kritische
kijk op filosofische standaardvooronderstellingen over de mens als handelend en
denkend wezen. In dit college zullen de belangrijkste thema's uit Arendts politieke
antropologie aan de orde komen, waaronder onder meer haar conceptie van handelen,
pluraliteit en vrijheid; en haar fenomenologische begrip van wereld en contingentie. Aan
de hand van de thema's zal tevens de kritische waarde en relevantie - voor de wijsgerige
antropologie - van het hermeneutisch-fenomenologisch perspectief behandeld worden.
Doelstellingen:
-Grondige inleiding in het werk van Hannah Arendt;
-Inzicht in de relevantie van de hermeneutische fenomenologie voor de wijsgerige
antropologie;
-Inzicht in de samenhang tussen de wijsgerige antropologie en de praktische filosofie
(met name de politieke filosofie).
Coördinator/docent:
dr. V. Vasterling
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20466/
Periode:
30 augustus - december
47
Politicologie (Management)
POLITIEK, MACHT EN GENDER
Bachelor, 6 EC
De cursus behandeld zowel theoretische concepten als maatschappelijke verschijnselen.
Concreet gaat het over: theoretische stromingen binnen vrouwenstudies, vooral voor
zover die relevant zijn voor het begrijpen van politieke vraagstukken:
socialisatietheorieën, (neo)marxistische theorieën en (neo) psychoanalytische theorieën
en vertooganalyse.
Centrale begrippen zijn: democratie, feminisme, gender, macht, patriarchaat, moraal
(`ethics of care en `ethics of justice), gelijkheid en verschil, constructie en deconstructie,
autonomie en individualisering.
De cursus besteedt aandacht aan sekseverschillen in politieke participatie, de relatie
tussen feminisme en burgerschap, identiteitspolitiek, feministische manifesten en
cyborgfeminisme.
Doelstelling:
- Deelnemers zijn na de cursus in staat actuele discussies in de
vrouwenstudietijdschriften te begrijpen.
- Zij hebben een begin gemaakt met het vormen van een eigen theoretisch standpunt.
- Zij zijn in staat maatschappelijke verschijnselen vanuit theoretische perspectieven te
bestuderen.
Coördinator/docent:
prof. dr. M. Verloo
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/21020/
Periode:
februari - april
48
GENDER THEORIES AND EQUALITY POLICIES
Bachelor, 6 EC
The course enables students to gain understanding of gender concepts and theories, as
well as knowledge about historical and local differences in goals and strategies of
gender equality policies. The course starts with current debates on gender (concepts
and theories) and on gender related to other structural inequalities. Moreover, some
comparative research on gender equality policies is presented.
The course covers normative concepts such as: equality, freedom, autonomy and care;
political participation of men and women; feminisms; the public and the private: labour,
citizenship, sex and the family; distributive power and discursive power.
The second part of the course provides an introduction to gender equality policies in the
public sector. It discusses theoretical concepts and texts dealing with national,
international and transnational levels. Special attention is given to recent strategies such
as gender mainstreaming.
Objective:
The course enables students to gain an understanding of gender concepts and theories,
as well as knowledge on historical and local differences in goals and strategies in gender
equality policies.
Coördinator/docent:
prof. dr. M. Verloo
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20945/
Periode:
februari – april
49
THEORETISCHE DEBATTEN IN DE INTERNATIONALE BETREKKINGEN
Master, 6 EC
De cursus behandelt recente ontwikkelingen in de theorievorming in de Leer der
Internationale Betrekkingen. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar sociaal
constructivisme, Critical Theory, Foreign Policy Analysis, Internationale Politieke
Economie, gender en geopolitiek. Thema's daarbinnen zijn identiteit, normen, ideeen,
belangen, en preferenties van actoren in het internationale systeem. Speciale aandacht
gaat daarbij uit naar de wijze waarop deze benaderingen vormgeven aan empirisch
onderzoek.
Coördinator/docent:
prof. dr. J.A. Verbeek, dr. J.M. van der Vleuten
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/management/course/21296/?mark=gender
Periode:
september - oktober
50
Bedrijfskunde (Management)
DIVERSITY AND IDENTITY IN ORGANIZATIONS
Master, 6 EC
Within business studies, the attention for questions that pertain to the composition of
the workforce has grown. Managing diversity is a hot topic for many organizations
which see the changes happening in a workforce that is becoming increasingly diverse.
Due to factors such as migration, emancipation, ageing and international cooperation,
the workforce of many organizations is rapidly becoming more diverse. Coping with the
differences between men and women, older and younger colleagues, people with
different cultural backgrounds and various educational backgrounds has become an
issue for employees and managers in modern organizations. The effects of diversity on
the economic and social performance of organizations are currently the subject of many
research projects.
To pay attention to diversity in organizations means paying attention to identity, since
identity is a central concept in the thoughts about diversity in organizations. Central
questions here are: how do various identity categories of people interfere and how do
they impact the patterns of collaboration and communication? Are organizations
becoming more and more fragmented because of this diversity? Identity is not only a
central concept when studying individuals and groups; the theme of organizational
identity is also getting increasing attention. Organizations have to strive for a common
and specific identity, so they can have a recognizable profile both internally and in their
environment (labour market and clients) and are able to function effectively. To rely on
core competencies does not suffice anymore. Identifying the norms and values
underlying the organization's identity is becoming more and more important. What
constitutes an organizational identity? Can an organizational identity be constructed, let
alone managed, and if so, how does that identity relate to the diverse identities
represented in the workforce? How do all these types of identity relate to something
such as professional identity?
This course aims to expand the insight into the meaning of diversity and identity for
organizations and employees and come to a better understanding of the effects of
diversity and identity on daily work practices.
Objectives:
- have knowledge about the most important concepts and debates regarding the issues
of diversity and identity in organizations
- be able to reflect from various theoretical perspectives on the place and function of
diversity and identity in the daily practice of organizations
- have knowledge about the state of art of management concepts, policies and practices
regarding diversity and identity
- be able to analyse the effects of diversity and identity in organizations
51
- be able to assess the effects of current management concepts, policies and practices in
this area
- be able to link issues of diversity and identity to relevant themes such as culture and
power
- be able to recognize assumptions about diversity and identity that underlie human
resource management strategies and assess the merits of these assumptions.
Coördinator/docent:
prof. dr. Y. Benschop
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/21115/
Periode:
november - januari
52
GENDER IN ORGANISATIES
Bachelor, 6 EC
Deze cursus biedt een overzicht van de grondbegrippen en debatten op het terrein van
gender in organisaties. Dit onderzoeksterrein bevindt zich op het kruispunt van
organisatiestudies en genderstudies. Vanuit organisatiestudies worden de posities van
mannen en vrouwen en de gendered arbeidsverdeling doorgaans te weinig belicht. In
deze cursus zullen we aan de hand van een combinatie van inzichten en concepten uit
genderstudies en organisatiestudies inzicht verkrijgen in de dynamiek van het
genderonderscheid, zoals dat in arbeidsorganisaties vorm krijgt. Daarbij wordt een
kritische benadering gebruikt om tot een reconstructie te komen van de
verschijningsvormen en betekenissen van gender in organisaties. De cursus biedt een
analysekader om de complexe processen die ten grondslag liggen aan de (re)productie
van het genderonderscheid in organisaties in kaart te brengen. De wijze waarop de
structuur en cultuur van de organisatie en de wijze waarop organisatieleden met elkaar
omgaan en zichzelf en anderen identificeren elkaar wederzijds beïnvloeden staat daarbij
centraal. Aandacht wordt besteed aan het identificeren van verschillende
verschijningsvormen van het genderonderscheid, aan de betekenis ervan voor de
organisatiepraktijk en aan de organisatieprocessen die het (re)produceren. Er wordt een
relatie gelegd tussen gender in organisaties en de rol van het personeelsmanagement
aan de hand van een alternatief model voor personeelsmanagement, dat expliciet de
aandacht vestigt op genderprocessen en -verhoudingen in organisaties.
Doelstelling:
- Na afloop van de cursus hebt u kennis van de basisbegrippen, theorieën en debatten
op het terrein van gender, arbeid en organisatie.
- Tevens kunt u een analyse maken van de organisa-tieprocessen waardoor het
genderonderscheid ge(re)produceerd wordt.
- Ook kunt u verschillende verschijningsvormen van genderonderscheid in de dagelijk-se
praktijk van organisa-ties herkennen en analyse-ren.
- U kunt de veronderstellingen over gender herkennen in personeelsmanagement en
HRM en u kunt deze veronderstellingen op hun merites beoordelen.
- U bent in staat vanuit verschillende theoretische benaderingen te reflecteren op de
werking van gender in organisaties.
- U kunt inzichten uit verschillende theoretische benaderingen combineren en
confronteren
Coördinator/docent:
prof. dr. Y. Benschop
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c
ourse/20944/
Periode:
30 augustus - oktober
53
Geneeskunde (Medische Wetenschappen)
SEKSE, SEKSUALITEIT & MULTICULTURALITEIT
3e jaar, EC nvt
In dit blok staan vier thema's centraal. De eerste week staat in het teken van de rol die
gender en cultuur spelen in de hulpverlening. De student leert hoe een goede
vraagverheldering rekening houdt met het man/vrouw zijn van de patiënt, hoe de eigen
socialisatie van invloed is op cultuur- en seksegerelateerde problemen en hoe
communicatieproblemen hierover te voorkomen zijn.
Het tweede thema richt zich op het verwerven van kennis en vaardigheden over sekseen cultuurverschillen in seksueel functioneren. Daarbij komen de anatomische en
biologische aspecten en de behandeling van seksuele problemen bij mannen en
vrouwen aan de orde. Bovendien kan de student aangeven hoe ook bij aandoeningen
als SOA, incontinentie en alcohol- en benzodiazepine verslaving sekse en cultuur van
belang zijn.
Vervolgens maakt de student kennis met de belangrijkste lichamelijke en psychische
klachten na seksueel misbruik. De student leert signalen herkennen die wijzen op
misbruik in de vóórgeschiedenis en leert wat bij een verkrachting, ook vanuit
gezondheidsrechtelijke aspecten, van belang is om te weten en te doen.
Tot slot komen specifieke problemen van allochtone vrouwen met en rondom de
reproductie aan bod en maakt de student kennis met gezondheidsproblemen en
medische zorg voor legale vluchtelingen en illegaal verblijvenden in Nederland.
Het blok sluit af met presentaties en persoonlijke essays over gender en cultuur.
In dit blok zijn een groot aantal practica: oefenen seksespecifieke hulpverlening met
simulatiepatiënten, één dag huisartspraktijk, anatomie, oefenen seksuele anamnese.
Doelstellingen:
De student heeft inzicht in de rol die sekse en cultuur spelen bij gezondheidsproblemen,
is in staat deze inzichten naar de hulpverlening te vertalen, en kan kennis aantonen van
sekse en cultuurverschillen in het bijzonder bij seksualiteit, reproductie en seksueel
geweld. Tevens leert de student te reflecteren op de eigen persoonlijke opvattingen en
houding ten opzichte van sekse, seksualiteit en cultuur.
Coördinator/docent:
prof. dr. A. Lagro-Janssen
Link:
http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/fmw/course/21496/?mark=gender
Periode:
7 maart – 1 april
54
Groningen, Rijksuniversiteit
Letteren
ASPECTEN VAN DE HONGAARSE LITERATUUR: GENDER EN MODERNITEIT
Bachelor, 10 EC
Narratieve subjectiviteit in termen van gender: Hongaarse modernistische auteurs.
In deze module concentreren wij ons op mannelijke en vrouwelijke Hongaarse
modernistische auteurs. Na de behandeling van de theoretische gevolgen van het
onderscheid tussen het culturele begrip gender en biologische sekse wordt in deze
module de nadruk gelegd op de historische en regionale verschillen. In navolging van
Rita Felski’s kijk op gender en moderniteit lezen wij de werken van vrouwelijke auteurs
samen met die van populaire mannelijke modernistische auteurs zoals Dezs Kosztolányi
en Zsigmond Móricz. Wij stellen de volgende theoretische vraag: Bestaat er zoiets als
poëtica gedefinieerd in termen van gender?
Wij benaderen vrouwelijke subjectiviteit vanuit een literair-historisch perspectief en
richten ons op vrouwelijke Hongaarse auteurs uit het interbellum. Zonder de historische
verschillen te vergeten, willen wij graag vanuit ons huidige perspectief de dialoog
aangaan met vrouwelijke Hongaarse auteurs. Wij zijn op zoek naar antwoorden op
vragen die ons aan het begin van deze nieuwe eeuw bezighouden, bijvoorbeeld met
betrekking tot minderheden, vooroordelen en tolerantie.
De hoofdonderwerpen zijn: Gender en moderniteit op basis van de werken van Peter
Gay, Rita Felski en Griselda Pollock; de problemen van narratieve subjectiviteit op basis
van de artikelen van Gerald Genette en Mieke Bal; Dezs Kosztolányi: Édes Anna (roman
of dvd); Margit Kaffka: Szinek es evek (Kleuren en jaren); Jolan Foldes: A halaszo macska
uccaja (De straat van de vissende kat); Dezso Kosztolanyi: Esti Kornel (Bekentenissen van
Kornel Est); Kosaryne Rez Lola: Filomena; Zsuzsa Rakovszky: A kigyo arnyeka (De
schaduw van de slang).
De module wordt gegeven in het Engels en Hongaars. De meeste van de geselecteerde
Hongaarse literaire werken zijn tevens beschikbaar in Engelse of Nederlandse vertaling
en enkele werken zijn beschikbaar op dvd.
Coördinator/docent:
dr. E. Zsadanyi
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LFH018B10
Periode:
2e semester
55
GENDER EN MEDIA
Bachelor, 5 EC
Dit onderdeel is gericht op onderzoek naar mediacommunicatie vanuit een
genderperspectief. Gender is een sociaal-cultureel begrip en verwijst naar de identiteit
en de maatschappelijke positie die het biologisch geslacht in een bepaalde cultuur met
zich meebrengt. Met genderperspectief wordt bedoeld: het geven van een centrale
plaats aan sekse als object van onderzoek en theorievorming. In het college worden de
verschillende elementen van het mediacommunicatieproces vanuit een
genderperspectief belicht. De nadruk ligt op de audiovisuele media.
Coördinator/docent:
drs. J.M.P. van Haastrecht
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LCX017B05 (engelstalige cursus)
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LCX022B05 (nederlandstalige cursus)
Periode:
semester 1
56
GENDERSTUDIES 1: TEKEN – TAAL – TEKST
Bachelor, 10 EC
Het begrip ‘gender’ staat voor de betekenis die in een bepaalde cultuur aan het verschil
tussen de seksen wordt toegekend. De betekenis van de concepten ‘man’ en ‘vrouw’
verschilt per cultuur, per tijdvak. In het college staat de vraag centraal hoe deze
betekenissen worden gecreëerd, zowel in taal als in beeld. Zowel films als teksten
worden besproken.
Het schriftelijke werkstuk heeft betrekking op gender in de wetenschappelijke literatuur
van de eigen discipline.
Coördinator/docent:
drs. J.M.P. van Haastrecht, drs. E. Jiresch
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK01B10
Periode:
semester 1
57
GENDERSTUDIES II: TEKST EN CONTEXT
Bachelor, 10 EC
In dit college staat het functioneren van gender in historische en literaire teksten
centraal. Drie vragen staan centraal: hoe komt gender tot uitdrukking in historische en
literaire teksten? Hoe bepalen culturele tradities mede verschillen tussen de seksen?
Verhalen vrouwelijke vertellers anders over (historische) gebeurtenissen dan mannen?
Deze vragen worden besproken aan de hand van historische bronnen en literaire
teksten.
Coördinator/docent:
dr. M.W.A. van Tilburg, drs. E. Jiresch
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK02B10
Periode:
semester 2
58
GENDERSTUDIES III: INTERDISCIPLINAIR ONDERZOEKSCOLLEGE
Bachelor, 10 EC
In dit interdisciplinaire college wordt verduidelijkt hoe het gender-perspectief kan
worden toegepast in verschillende disciplines. Aan de hand van een jaarlijks wisselend
thema zullen theorieën en methoden worden besproken. Daartoe zullen docenten
gebruik maken van eigen (lopend) onderzoek. Studenten wordt de mogelijkheid
geboden het gender-perspectief toe te passen op een onderwerp van eigen keuze, en
dat onderwerp in een interdisciplinaire context te situeren en uit te werken.
Coördinator/docent:
prof. dr. C.W. Bosch
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK03B10
Periode:
semester 1
59
IDENTITEIT EN IDEOLOGIE: RACE, GENDER EN IDEOLOGIE IN DE AMERIKAANSE
CULTUUR
Bachelor, 10 EC
Deze cursus biedt een interdisciplinaire introductie van de voornaamste denkbeelden,
de belangrijkste theoretici en de huidige discussies over de onderlinge verbanden tussen
identiteit en ideologie in de context van de maatschappij van de Verenigde Staten. Er zal
gebruik gemaakt worden van zowel een breed scala aan theoretische en culturele
teksten als ook visueel materiaal. We zullen speciaal aandacht besteden aan
hedendaagse opvattingen over de Amerikaanse identiteit als een veelzijdig politieke,
sociale, culturele en ideologische constructie. Deze is gebaseerd op vier nauw
verbonden theoriemodules: (1) gendertheorieën, (2) theorieën op het gebied van ras of
etniciteit, (3) ideologietheorieën en (4) ideologische constructies van de (Amerikaanse)
nationale identiteit.
Coördinator/docent:
drs. E. Smallegoor, dr. M.E. Messmer
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LAX012P10
Periode:
semester 2
60
Gedrag- en maatschappijwetenschappen
GENDER & DIVERSITEIT IN DE OPVOEDING
Bachelor, 5 EC
Deze cursus is een inleiding op het denken over verschil en gelijkheid in de samenleving
en de uitwerking ervan op de jeugd. Zorgen over de aard, het gedrag en de toekomst
van de jeugd zijn in westerse landen van alle tijden en kennen historisch gezien
golfbewegingen. In Nederland neemt de afgelopen decennia de druk vanuit de overheid
en de media weer toe om probleemgedrag van jongeren (pesten, schooluitval, alcoholen drugsgebruik, vroege of onveilige seks, kleine en grote criminaliteit, ‘overlast’ in de
vorm van hangen op straat en intimidatie van homoseksuele buurtbewoners of
ouderen) hard aan te pakken en waar mogelijk te voorkomen. Dit moet onder andere
gebeuren door systematische en vroege risico-inschatting, het aanspreken van ouders
op de opvoeding, uitgebreide registratie (oa electronisch kinddossier) en inzet van
“methodieken die werken” bij instanties als de residentiële en ambulante Jeugdzorg en
de Jeugdreclassering. Wetenschappers uit verschillende disciplines richten zich op
deelaspecten van gedrag en problemen van jongeren, om helderheid te krijgen over
oorzaken en gevolgen, en om beleidsmakers en beroepskrachten te adviseren dan wel
hun werk te evalueren. De berichtgeving in de media neigt naar het op een hoop gooien
van allerlei al dan niet met elkaar verbonden risico’s bij het opgroeien van kinderen,
vormen van problematisch gedrag en subgroepen jongeren. Om welke jongeren gaat
het bij welke vormen van problematisch gedrag? En: wie bepaalt wat problematisch
gedrag is van jongeren, vanuit welk denk- en handelingskader en waarom? Deze cursus
biedt concepten en theorie om deze vragen te contextualiseren en kritisch te
onderzoeken.
Doelstellingen:
Studenten ontwikkelen inzicht in de betekenis van sociale ongelijkheid en
machtsverschillen in het dagelijks leven, op basis van verschil in gender, klasse en
etniciteit. Daarmee leren zij theorie en praktijk rond de categorie probleemjongeren te
historiseren en problematiseren.
Coördinator/docent:
dr. E.F. Jonker
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=PAMIN06
Periode:
september - oktober
61
Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschappen
GENDERSTUDIES – HOER EN MAAGD
Bachelor, 10 EC
Pallas Athena, Maria, de scream queen in de slasher movie en de reborn virgins op
talloze internetsites maken duidelijk hoe maagdelijkheid van de oudheid tot nu een
culturele en religieuze betekenis heeft. Hetzelfde geldt voor het tegenbeeld: de hoer. In
de moderne tijd functioneren ze als verbeelding van het vrouwelijk subject. In deze
module wordt de ontwikkeling van de constructie rond de maagd en de hoer
bestudeerd, aan de hand van historische figuren of literaire personages als Maria
Magdalena en Jeanne d’Arc, en hedendaagse voorbeelden als Buffy the Vampire Slayer
en Lara Croft. Het college bevindt zich ook op het snijvlak van theologie,
godsdienstwetenschap, geschiedenis en cultural studies.
Doelstellingen:
- Kennis en inzicht van de belangrijkste inzichten en zienswijzen rondom de werking van
sekse en gender in wetenschap, cultuur en godsdienst.
- Vaardigheid in toepassing van de perspectieven van genderstudies in theologie en
godsdienstwetenschap.
- Kennis van en inzicht in de betekenis van de maagd en de hoer in de westerse
verbeelding vanaf de Oudheid tot in de moderne tijd.
- Vaardigheid in het geven van presentaties en het schrijven van een werkstuk.
Coördinator/docent:
dr. M. van Dijk
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB3TBGBG
Periode:
semester 2
62
WIJSGERIGE THEOLOGIE EN GENDERSTUDIES 1
Bachelor - propedeuse, 5 EC
Pallas Athena, Maria, de scream queen in de slasher movie en de reborn virgins op
talloze internetsites maken duidelijk hoe maagdelijkheid van de oudheid tot nu een
culturele en religieuze betekenis heeft. Hetzelfde geldt voor het tegenbeeld: de hoer. In
de moderne tijd functioneren ze als verbeelding van het vrouwelijk subject. In deze
module wordt de ontwikkeling van de constructie rond de maagd en de hoer
bestudeerd, aan de hand van historische figuren of literaire personages als Maria
Magdalena en Jeanne d’Arc, en hedendaagse voorbeelden als Buffy the Vampire Slayer
en Lara Croft. Het college bevindt zich ook op het snijvlak van theologie,
godsdienstwetenschap, geschiedenis en cultural studies.
Doelstellingen:
- Kennis en inzicht van de belangrijkste inzichten en zienswijzen rondom de werking van
sekse en gender in wetenschap, cultuur en godsdienst.
- Vaardigheid in toepassing van de perspectieven van genderstudies in theologie en
godsdienstwetenschap.
- Kennis van en inzicht in de betekenis van de maagd en de hoer in de westerse
verbeelding vanaf de Oudheid tot in de moderne tijd.
- Vaardigheid in het geven van presentaties en het schrijven van een werkstuk.
Coördinator/docent:
prof.dr. L.J. van den Brom, dr. M. van Dijk
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB1WTG1E5
Periode:
semester 2
63
WIJSGERIGE THEOLOGIE EN GENDERSTUDIES 2
Bachelor - propedeuse, 5 EC
Binnen de wijsgerige theologie worden drie gebieden nader verkend aan de hand van
een aantal invloedrijke teksten en auteurs. Ten eerste wordt de vraag hernomen naar
de samenhang en de wetenschappelijkheid van de theologische disciplines. Ten tweede
wordt de vraag naar de grondslag van de dogmatische theologie gesteld. Wat zijn haar
bronnen en methode? Ten derde wordt de bijdrage van genderstudies en feministische
theologie aan het bredere geheel van de studie godgeleerdheid onderzocht.
Doelstellingen:
- Verdiepte kennis van de grondslagen van de systematische en wijsgerige theologie
binnen het geheel van de theologische studie.
- Kennis van en inzicht in een aantal capita selecta van de encyclopedie der
godgeleerdheid en de dogmatische theologie.
- Verdiepte kennis van de rol van genderstudies en feministische theologie binnen het
bredere geheel van de studie.
- Voortgezette training in het toepassen van het perspectief van genderstudies.
- Voortgezette reflectie op het vak theologie, onder meer aan de hand van
genderstudies.
Coördinator/docent:
prof. dr. A.L. Molendijk, dr. M. van Dijk
Link:
http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB2WTG2E5
Periode:
semester 2
64
Utrecht, Universiteit Utrecht
Graduate Gender Programme
CURATING (BEYOND) EXHIBITIONS. CRITICAL CURATORIAL PRACTICES AND
CONTEMPORARY SOCIETY
MA, 7,5 EC
The course is envisioned as a platform for debating and discussing issues related to
contemporary art, gender and ethnicity by means of discussion groups, seminars,
lectures and conversations. Contemporary art here is understood as a site where larger
networks of cultural, political and social discourse intersect, thus creating new
possibilities; a site where ideals that could potentially counterbalance problematic
developments in the public sphere can be re-imagined.
Co-ordinator:
Dr. H. Bavelaar
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
periode:
Block 2
65
FEMINIST TOOLBOX: FEMINIST THEORIES AND METHODOLOGIES
BA & MA, 7,5 EC
This course presents different schools of feminist theory concerning subjectivity and
epistemology and will teach you how to apply these theories. The common
denominator is the idea of postmodernism, which is defined as a historical and
epistemological moment of questioning and challenging established notions of
subjectivity and knowledge in the context of a changing geo-political context. This
course concentrates on the concepts of 'difference' and 'diversity' and it explores
different feminist traditions of thought about them both. This ranges from poststructuralist notions of 'sexual difference' to American and European theories of multicultural and multi-ethnic diversity, which also emphasize issues related to masculinity,
whiteness, compulsory heterosexuality and changing North-South relations.
Co-ordinator:
Dr. I. van der Tuin
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 1
66
SUMMER SCHOOL: ANNUAL INTENSIVE COURSE IN EUROPEAN WOMEN AND GENDER
STUDIES FROM MULTICULTURAL AND INTERDISCIPLINARY PERSPECTIVES
MA, 9 EC
Two week Intensive Course, during the end of the Summer in Utrecht.
Co-ordinator 2010:
Dr. M. Zarzycka and Dr. I. Van der Tuin
Link:
http://www.genderstudies.nl/summerschool2010/
Periode:
Block 1
67
POLITICS OF REPRESENTATION: GENDER AND ETHNICITY IN CONTEMPORARY
CULTURAL PRACTICE
BA & MA, 7,5 EC
Students become acquainted with and learn to practice a new, critical way of looking at
cultural practices.- Students know the main themes, theories and methods of Women's
Studies in the Humanities and know the historical development of intersectional
theory.-Students know how to make an academic presentation;-Students know how to
use webct and have other electronic skills.
Co-ordinator:
Prof. dr. Gloria Wekker
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 2
68
HISTORIOGRAPHY OF FEMINIST IDEAS
BA, 7,5 EC
This course presents original feminist texts of the second-wave of the women's
movement, in a historiographical perspective. It aims at familiarizing the students with
traditions of modern feminist thought, and at pointing out issues that are central to
feminist theory. The course explores the scientific relevance of feminist texts in terms of
their critique of culture politics and knowledge and it also aims at introducing the
students to the efforts made by feminist scholars to systematize these texts in a critical
tradition of its own. Notions such as canon-formation and historiography will be
introduced by making reference to an introduction to second-wave feminism. Special
emphasis is placed on the idea of which criteria of selection are adopted in order to
define certain texts as 'feminist classics' and to assess their relevance.
Co-ordinator:
Dr. I. Van der Tuin
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 2
69
WOMEN'S REPRESENTATIONS OF EROS AND PATHOS
BA & MA, 7,5 EC
This course examines, with the support of semiotic, psychoanalytic and post-colonial
theories, the representations women make of their own body, eroticism and passion.
What is the meaning and representation of the female body? How can we assess the
tendency of our culture to pathologize female sexuality and women's desire? How does
the dualistic relation of Eros & Pathos affect the cultural representations of women's
eroticism? In the light of the work of recent women writers and artists (filmmakers,
photographers, painters, musicians etc.) this course will present different feminist
approaches to the complex interplay of desire and passion; it will also assess the impact
of these works in the construction of a new female subject and of representations of
desire that question the classical assimilation from Eros to Thanatos. The course can be
concluded by a paper and/or by an artefact c.q. an artistic performance.
Co-ordinators:
Dr. B. Papenburg
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 2
70
TECHNOBODIES IN CYBERSPACE
MA, 7,5 EC
This course explores in both a creative and a critical way the 'hype' which surrounds the
new technological and digital cultures. It will explore how these new and changing
technologies affect our experience and understanding of identity and if and how they
are changing our relationship to our bodies. This course will approach identity across a
number of social and cultural practices, such as, bodily appearances and sexuality,
medical practices and popular culture, scientific and visual cultures, the construction of
both real and virtual communities and the continuity of historical memory in new
media. The course will explore how theoretical frameworks can help us understand
these new experiences on both global and local levels. A selected range of perspectives,
theoretical 'tools' and analytical concepts will be presented throughout the course. As
such, the course could be described as a toolbox of analytical instruments useful for
critical understandings of contemporary cultures. The course will provide
interdisciplinary 'cultural studies' approaches and it will raise issues of representation
and agency in cyberspace. These issues will range from questions concerning the status
of art and visuality in the age of technological re/production to the changes in the
modes of representation of the insides of the human body through medical visualization
techniques. Through the use of literature, theoretical concepts, visual material and
websites we will do some analytical 'hacking' (decoding and encoding) of factual and
fictional phenomena such as cyborgs, gendered embodiment, technoscience in
everyday life and popular culture, experimenting arts and sciences, material cultures of
code, patients and digital cultures of medicine. It will revolve around changing
information- and communication technologies and its cultural implications. We will plug
in to technocultural discourse, discuss new genres such as 'edutainment' and the sticky
processes of remediation in our efforts to understand what could be called
posthumanist time, space and agency.
Co-ordinator:
prof. dr. G.D. Wekker
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 2
71
ISSUES IN POSTCOLONIALITY: CINEMA AND NEW MEDIA, LITERATURE AND CULTURE
MA, 7,5 EC
The seminar will bring under review postcolonial theories which are relevant for the
understanding of our contemporary global world. In particular colonial history,
postcolonial literatures, third world films and new media will be analysed and discussed
in their intermedial relationship to highlight how questions of gender, ethnicity and
diaspora are represented and conveyed. The seminar aims at widening the
understanding of mediated culture within a transnational framework. The students will
be asked to question their ideas on value judgement of works of art, literature, cinema
and new media which are culturally different, i.e. coming from different aesthetics and
political traditions. Western art forms will be interrogated in their representation of
national discourses in order to understand whether a postcolonial reading can help
detect biased assumptions concerning race, gender and ethnicity. Non-Western work
will be studied taking into account both the aesthetic tradition from which they stem
but also their level of hybridization with other forms, styles and genres. We will be
concerned with issues in postcolonial critique; transnational feminist theories;
representation of gender, race and ethnicity in colonial and postcolonial societies;
orientalism and exoticism; analysis of postcolonial fictions, films and other media
representations; identity construction across borders, nations and languages; migrant
and diasporic writings in Europe; colonial history and postcolonial transitions; major
postcolonial theorists; construction of the racialized other in literature and visual
culture; feminism and globalization. In-depth study of a theme in Gender and Ethnicity,
literature and visual culture leading to an understanding of some of the approaches to
the field.
Co-ordinator:
Dr. S. Ponzanesi
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 3
72
GENDER, TRAUMA, MEMORY
BA & MA, 7,5 EC
The theories of representation and interpretation. In this course the concepts of
trauma, memory and representation will be developed from the viewpoint of feminist
theories and based on sources related to the Holocaust, Slavery and Colonialism. Using
both canonical and controversial representations of historical events the possibilities
and the limitations of the objects and methods concerned will be dealt with. We will be
focussing on biographical and autobiographical texts as well as on topic-related visual
material.
At a deeper level, the course will be concerned with foundational questions in the
humanities. Both historiography and the arts are concerned with the imagination, with
imbuing shape in, and making sense of, what, in itself, is without shape or sense. We will
engage with questions as to the relation between form and content and as to the value
of the humanities within today's Academia.
Co-ordinator:
Dr. M. Zarzycka
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm
Periode:
Block 4
73
GENDER, ETNICITEIT EN CULTUURKRITIEK
BA, 7,5 EC
In deze interdisciplinaire cursus met veel gastdocenten - o.a. vanuit
literatuurwetenschap, etnische studies, mediastudies, theologie, geschiedenis, filosofieleer je hoe gender (ook wel: sekse) en etniciteit doorwerken in de productie, de
consumptie en de wetenschappelijke interpretatie van culturele uitingen. Aan de hand
van 'gender' en 'etniciteit' leer je hoe de kritisch-theoretische, textueel- en
cultuuranalytische en de sociaal-wetenschappelijke benaderingen samenhangen en leer
je deze toe te passen op uiteenlopende objecten: literatuur, geschiedenis, film en
andere vormen van populaire cultuur, taal en nieuwe media. Een rode draad die door de
cursus loopt wordt gevormd door 'woman warriors' van Maria tot Lara Croft, van Sarah
Baartman tot Phoolan Devi.
'Gender, Etniciteit en Cultuurkritiek' (voorheen: Inleiding Vrouwenstudies) wordt
aangeboden als facultaire contextcursus en vormt een (verplicht) onderdeel van de
minoren Vrouwen- en Women's studies en Postcolonial studies (toegankelijk voor
studenten uit alle faculteiten) en van de hoofdrichting Genderstudies bij Taal- en
Cultuur Studies. De cursus geldt binnen CIW als methodecursus.
Co-ordinator:
Dr. I. van der Tuin
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 1
74
GENDER AND DIVERSITY IN US CULTURE
BA, 7,5 ET
This course will offer an examination of gender and gendered formations in US culture
in their complex intersections with race, ethnicity, sexuality, and class. From an
interdisciplinary, as well as intersectional angle, it will study cultural expressions of
gender and their social, political, material, and discursive implications. The cultural
expressions studied will range from academic texts to material artefacts, from
historiography to Hollywood, from novels to commercials, and from manifestos to
fashion. We will look at the ways in which such texts reflect notions such as
representation, identity, difference, diversity, and nationality. Background readings will
be taken from the fields of feminist studies, cultural studies, black studies and whiteness
studies, popular and material culture studies, literary studies and postcolonial studies.
Co-ordinator:
Dr. B. Boter
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 4
75
TUSSEN MARGE EN MIDDELPUNT, SEKSE EN CULTURELE VERNIEUWING
BA , 7,5 EC
In de cultuurgeschiedenis spelen vrouwen een bijzondere rol. Enerzijds staan zij vaak
duidelijk zichtbaar in het middelpunt: in romans worden zij beschreven, in schilderijen
worden zij geschilderd. Anderzijds worden de bijdragen van vrouwen aan de cultuur
vaak gemarginaliseerd: in de literaire canon, maar ook in geschiedenisboeken zijn zij
vaak niet meer dan een voetnoot of een interessante uitzondering.
In deze cursus maken studenten kennis met de feministische wetenschappelijke
reflectie op de bijdrage van vrouwen aan de constructie en vernieuwing van culturele
tradities. De cursus is interdisciplinair: studenten maken kennis met zowel historische
als literatuurwetenschappelijke benaderingen en leren deze twee disciplines met elkaar
te vergelijken en op elkaar te betrekken. Belangrijke periodes uit de geschiedenis
worden behandeld aan de hand van literaire teksten door vrouwen. Deelnemers lezen
een aantal literaire teksten van vrouwen. Daarbij gaat het erom de problematiek van
uitsluiting en insluiting vanuit de twee disciplines te bestuderen. Een bezoek aan het
Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (Amsterdam)
behoort tot het programma. Deelnemers werken daar aan een opdracht, die wordt
uitgewerkt tot een paper en presentatie.
De cursus wordt afgesloten met een mondeling tentamen.
Co-ordinator:
Dr. B. Boter
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 3
76
GENDER AND ETHNICITY IN EUROPE; THE LONG SHADOWS OF THE PAST
BA , 7,5 EC
In this interdisciplinary course students from a variety of disciplines will learn about the
genealogy of European multicultural societies, with a special focus on the Netherlands.
The Netherlands will be approached both from an historical and a contemporary
perspective. As several outside observers have noted, dominant approaches to the
study of the Netherlands have for a long time been characterized by an erasure of the
Dutch colonial past. Thus special attention will be given to the Dutch Overseas Empire,
esp. Indonesia and Suriname. Ample space will be available for explorations of recent
debates about Dutch and other European multicultural societies (" the multicultural
Drama"; Feminism and Multiculturalism).
Co-ordinator:
Prof. G. Wekker
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
unknow
77
WELFARE, WOMEN AND GLOBALIZATION
MA, 7,5 EC
In this Research MA / PhD seminar, we will explore feminist interpretations and feminist
interventions in the field of social welfare within the context of globalization. How is
social welfare defined in relation to gender, do women gain or lose from social policies,
who are the victims of neo-liberal economic policies, how are European welfare states
arrangements dependent upon global inequality? During the last 100 years definitions
of safe working conditions, the formulation of social security, health care and child care
as 'social rights' have changed radically. The interaction between globalization and the
rise & fall of state welfare has resulted in radical transformations of what is seen as
social welfare.
Feminist movements have contributed to the organization and legitimating of welfare
policies, favoring historical changes, but have also critiqued and resisted these systems
for very different reasons. An historical focus will allow us to compare contemporary
and past transformations, and to look at the way women's movements and feminist
activists intervened in these processes.
We will discuss key concepts (globalization, neoliberalism and welfare state) and
address feminist critiques of the welfare state and of globalization. From an historical
and transnational perspective, we will focus on feminist interventions and
interpretation in the following fields: development (rise and decline) of western welfare
states, colonial policies as inventing social policies, organization of welfare in socialist
and communist states, global migration and its role in providing health and child care
through the exploitation of cheap labor.
We will discuss case studies that have to do with social legislation in the field of
work/labor (breadwinning, unemployment insurance, working conditions), with
provision and organization of health care (insurance, women providing health care,
health care and labor migration) and the debates & practices about the provision of
childcare (state childcare, nannies, full time motherhood).
Co-ordinator:
prof. dr. M.L. Waaldijk
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 4
78
THE BODY IN FEMINIST THEORY AND PRACTICE
MA, 7,5 EC
The idea for this course emerged in the wake of the recent upsurge of interest in the
body in society at large, in public/political debates, and within contemporary feminist
scholarship. It has two aims. The first is to explore some of the ways in which the body
can become a subject of feminist inquiry, as well as to address the possibilities and
problems involved in doing research on the body from a feminist perspective. The
second aim is to discuss and interrogate the ways in which our own embodiment as
researchers impinges on the work we do. None of us - whether feminists or not - are the
idealized disembodied subjects of Enlightenment mythology or disinterested rational
agents in search of objective/neutral knowledge about the bodies of others. Learning to
take our own bodies - bodies which are marked by sex, sexuality, ethnicity, age, and
more - into account is not only ‘politically correct’. It is integral to producing embodied
and passionate knowledge - the cornerstone of any feminist inquiry.
Co-ordinator:
Dr. Bettina Papenburg
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 3
79
GENERAL INTRODUCTORY COURSE TO GENDER RESEARCH
MA, 7,5 EC
This is an intensive introductory course meant for research master and PhD students
who need to clarify the meaning, function and methodological value of the key concepts
of feminist theory, with special emphasis on 'gender', 'experience' and 'location'. Each
participant is expected to approach the course in the perspective of his/her research
topics and interests.
Provide research master and PhD students without basic knowledge about women's
studies with an advanced introduction in women's studies.
Co-ordinator:
Dr. I. van der Tuin
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 1
80
THEORIES OF SEX/GENDER
MA, 7,5 EC
This is an intensive course meant for research master and PhD students. Theories of sex,
gender and sexual difference constitutes the overall conceptual framework of Women's
Studies. This course explores the most important strands of feminist theorizing, provides
an overview of major issues at stake in Women's Studies, past as well as present, and
additionally critically interrogates debates on some key-concepts in feminist thought.
The course opens with a history of the ideas that helped to shape the project of
Women's Studies as we know it today. The focus subsequently shifts to the different
domains in which 'sex', 'gender' and 'sexual difference' obtain, and to the interrelations
between gender and other categories of sociocultural differentiation, e.g., class, 'race',
ethnicity, and sexual orientation. Additional topics to be explored include: the binary
oppositions structuring (Western) thought; debates on essentialism vs. social
constructionism, and the role of the body in theorizing gender.
Co-ordinator:
prof.dr R. Buikema
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 2
81
RESEARCHING GENDER & ETHNICITY: THEORY AND METHODOLOGY IN WOMEN'S
STUDIES RESEARCH
MA, 7,5 EC
The idea for this course emerged in the wake of the recent upsurge of interest in the
body in society at large, in public/political debates, and within contemporary feminist
scholarship. It has two aims. The first is to explore some of the ways in which the body
can become a subject of feminist inquiry, as well as to address the possibilities and
problems involved in doing research on the body from a feminist perspective. The
second aim is to discuss and interrogate the ways in which our own embodiment as
researchers impinges on the work we do. None of us - whether feminists or not - are the
idealized disembodied subjects of Enlightenment mythology or disinterested rational
agents in search of objective/neutral knowledge about the bodies of others. Learning to
take our own bodies - bodies which are marked by sex, sexuality, ethnicity, age, and
more - into account is not only ‘politically correct’. It is integral to producing embodied
and passionate knowledge - the cornerstone of any feminist inquiry.
Co-ordinator:
Prof. dr. R. Buikema
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 1,2,3,4
82
THE LINGUISTIC TURN AND BEYOND
MA, 7,5 EC
This course is a toolkit for upcoming researchers in basic methods of cultural analysis.
Several methods and approaches will be presented: visual analysis, narratology,
discourse analysis, rhetorical analysis, intertextuality, psycho-analysis and semiotics. The
course will focus on the way in which cultural hierarchies such as gender, ethnicity and
sexuality structure the meaning of images and texts.
The course is open to Research Master students and Ph.D. students who work with
textual analysis be it in the arts or in other disciplines. The main focus however will be
the epistemological reflection concerning the semiotic principle which recognizes
human signification as a layered process in which syntactical, semantical and
pragmatical aspects interdepend. The presented theories and insights will be illustrated
by textual and visual analysis of texts and images. In addition students will be invited to
present and discuss their textual and/or visual material and analytical approaches in
class.
Co-ordinator:
Prof. dr. R. Buikema
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 3
83
THE POST-SECULAR TURN
MA, 7,5 EC
The course aims at providing students with a cartography of contemporary critical
approaches and questions concerning the secular and its perceived crisis. We will review
different understandings of the secular (a political doctrine in terms of the separation
between religion and the state, a sociological understanding in terms of differentiation
processes within modern society, a more recent anthropological understanding in terms
of variety of cultural affiliations, beliefs, institutional arrangements and sensibilities),
and explore a conjuncture of crisis that is increasingly coded as ‘the post-secular.’ We
will do close readings of three authors who made crucial interventions in the recent
literature on the secular (Asad, Taylor and Mahmood), as well as discuss feminist and
postcolonial dimensions of these contemporary debates.
Co-ordinator:
Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte
Link:
http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm
Periode:
Block 1,2,3,4
84
School Godgeleerdheid
Religie en gender. Dis/closed Bodies: Gender and Sexuality as Markers of Religious
Identity in Modernity
MA, 5 EC
Why is it that gender and sexuality have become such strong markers of religious and
anti-religious profiling in western culture during the past decades? This course seeks to
analyze this two-sided phenomenon in a gender critical and interdisciplinary perspective
by discussing explanations and theoretical approaches from the fields of theology,
religious studies, cultural philosophy and gender studies. After a general introduction
we will discuss several theoretical approaches that offer explanations for the increased
interest in gender and sexuality as markers of religious identity (Christian, Jewish,
Islamic) in and towards modern western societies. Readings include the approach of
sociology of religion following Weber and Durkheim, psycho-analysis and cultural
philosophy following Foucault and Kristeva, gender and queer studies in theology, and
cultural anthropology (a.o. Mary Douglas, Saba Mahmood, Lara Deeb). Secondly we will
apply and valorise these theoretical models of explanation by studying two famous
controversies over gender and sexuality as marker of (anti-)religious identity: the film
Submission (2004) and Madonna’s crucifixion scene (Confessions Tour, 2006). Thirdly, all
participants will analyze and present a self chosen case of gender and/or sexuality as
marker of (anti-)religious identity using the theoretical frameworks discussed and
developed in this course.
Co-ordinator:
Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte
Link:
Periode:
Block 4
85
Van Madonna tot Madonna: Religie en de vorming van vrouwelijk 'idolen' in de
westerse cultuur
BA, 7 EC
In deze cursus bestuderen we religieuze achtergronden en genderaspecten van
vrouwelijke voorbeeldgestalten die grote weerklank hebben gekregen in de westerse
cultuur. We maken daarvoor gebruik van cultuurfilosofische, theologiehistorische,
godsdienstwetenschappelijke en genderkritische benaderingen. We verdiepen ons in
aspecten van religieuze voorbeeldigheid die worden uitgedrukt met termen als heilige,
icoon en idool (Frijhoff, Wyschogrod, Latour) en in de genderaspecten van verschillende
religieuze voorbeeldfiguren zoals Bijbelse personages, heiligen, mystici en religieuze
leiders (Walker Bynum, Beattie). We maken kennis met typen van voorbeeldige
vrouwen uit verschillende perioden van de westerse religie- en cultuurgeschiedenis (van
de godin Diana tot Princes Di).
Co-ordinator:
Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte
Link:
Periode:
Block 1
86
Gender en Recht
GENDER AND LAW
BA, 7,5 EC
The image of blindfolded Lady Justice is well-known. The blindfold indicates the
impartiality of the law. Justice must be done regardless of class, power or identity.
However, in everyday practice law's blind neutrality does not always work out the same
for everyone. A famous quote in this context is from Anatole France. In 1894 he wrote:
'The law, in its majestic equality, forbids the rich as well as the poor to sleep under
bridges, to beg in the streets, and to steel bread.' Class and money are not the only
elements causing different legal effects. The law is similarly biased in many other
respects, due to many different factors, one of which is sex / gender (gender refers to
the social, cultural and institutional construction of what it means to be a man or a
woman). Gender bias is a multi-layered phenomenon. It is quite common to distinguish
three forms of bias in law: first at the level of legal provisions itself, secondly regarding
the effects of law in practice due to differences in position of men and women, and
thirdly at an institutional or systematic level: invisible obstacles for an impartial
application of the law such as sex-stereotypes and dominant gender ideology.
This course is about how law sometimes works out differently according to people's sex
and / or gender. The focus is on public international law.
After an introduction to the theory, three major themes in international law are
explored from a gender perspective. Among the themes to be discussed are human
rights and international criminal law. The third theme is yet to be decided. Possibilities
include the debate on universality and human trafficking.
Cursusdoelen The aim of the course is threefold. Its primary purpose is to encourage
students to develop a critical perspective on law and rights in general and the
international law system in particular, primarily by linking theoretical and positive law
issues, including caselaw. Secondly, insight will be provided in the interaction between
law and gender and finally, some highly topical international law issues will be explored.
Coördinator/docent: mr. M. van den Brink
Link:
https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do
Periode:
87
INTERNATIONAL AND EUROPEAN LAW AND WOMEN
BA, 7,5 EC
In many countries, International law has played an important role in bringing about
changes in the legal position of women. Many international law instruments prohibit sex
discrimination. States parties to UN-treaties such as the International Covenant on Civil
and Political Rights (ICCPR), the International Covenant on Economic, Social and Cultural
Rights (ICESCR) and the Convention on the Elimination of Discrimination Against Women
(CEDAW) are under the obligation to adopt measures to improve the socio-economic
situation of women. The same is true for different Conventions of the International
Labour Organization (ILO). Many states are also States parties to the European
Convention on Human Rights (ECHR). In the Member States of the European Union (EU),
the law of the European Communities (EC-law, the so-called first pillar) has become an
important vehicle of economic and social change. This is especially true where the
position of women is concerned. The principle of equality in relation to labour, social
security and the access to and the supply of goods and services has been developed in
several directives and in the case law of the Court of Justice of the European Union.
During this course we compare different International and European legal instruments
in the field of employment. We explore the enforcement mechanisms of these
instruments and the underlying conceptions of equality. We focus on equal pay for
equal work, equal treatment at work, affirmative action and employment protection in
relation to pregnancy. We study the interpretation of relevant EC sex equality law by the
Court of Justice of the European Union. More recently the scope of equal treatment
legislation of the European Union has been widened with the adoption of provisions
prohibiting not only sex discrimination, but also discrimination based on race or ethnic
origin, religion or belief, disability, age and sexual orientation. We will pay some
attention to these new legal instruments as well.
The aim of the course is to provide insight in the ways social differences between men
and women are reflected in relevant (positive) International and European law and in
the background and role of Intenational and European Union law in relation to those
differences. We will also explore the limits of relevant International and European law
and discuss the critique of different authors on the conceptualisation of the law in some
legal instruments and in the case law of the Court of Justice of the European Union.
Coördinator/docent:
dr. S. Burri
Link:
https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do
Periode:
EQUALITY IN EU LAW
88
Ma, 7,5 EC
Equal Treatment Law of the Member States of the European Union is increasingly
influenced by developments at EU level. Regarding equal pay between women and men,
equal treatment in (the access to) employment and the (access to), statutory social
security and supply of goods and services, many provisions exists in the EC-Treaty and in
different directives. In addition, the European Court of Justice interpreted these
provisions in numerous judgements. An important provision is Article 141 EC, on equal
pay between male and female workers. This article has both vertical and horizontal
effect since 8 April 1976. EU law has undoubtedly played and still plays an essential role
in this field. In 2000, two new directives were adopted, the so-called Race Directive, and
the so-called Framework Directive. At the moment discrimination on the grounds of
race, sex, religion or belief, disability, age and sexual orientation is prohibited. All these
grounds apply to employment, some apply also to goods and services and the
prohibition of race discrimination has the broadest scope, including social protection
and advantages. Furthermore discrimination based on working hours, temporary
contracts and temporary agency work is prohibited as well. Therefore a broad range of
legal instruments meant to combat discrimination has been adopted and had to be
transposed in national law. During the course, we will discuss the underlying concepts
such as equality, the prohibition of discrimination, affirmative action etc. of the relevant
EU legislation.
The Court of Justice has to answer many prejudicial questions of national courts
regarding the interpretation of the legislative provisions, some of which we will discuss.
Have part-timers for example the right to receive overtime supplements when they
have to work more working hours than stipulated in their individual employment
contract? Is an age limit for compulsory retirement from employment set at 65 years
contrary to EU law or not? Is a women protected when she is treated less favourably
than other employees by her employer because she is the primary carer of a disabled
child and she decides to give up her job?
The EU instruments have also been implemented in the Netherlands in different Acts. In
addition the Dutch Equal Treatment Commission has issued many so-called opinions on
the application of Dutch provisions. Most of these opinions address contradictory
interests between employers and organizations on the one hand and employees and
clients on the other hand. Has an employer for example the right to dismiss a woman
when she is absent from work due to pregnancy related illness for a long period? What
can for instance be required from educational organizations in order to make education
accessible for disabled students?
The opinions also often reflect dilemma’s occurring in a multicultural society: such as: is
it permitted to offer Turkish and Moroccan women course for reduced prices? During
the course we will discuss such issues and analyze some relevant judgments of the Court
of Justice of the EU and discuss some opinions of the Dutch Equal Treatment
89
Commission. We also pay attention to enforcement issues and to the effects and
shortcomings of anti-discrimination law in practice.
Coördinator/docent:
dr. S. Burri
Link:
https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do
Periode:
90
Utrecht, Universiteit voor Humanistiek
SOCIALE EN POLITIEKE THEORIE
MA, 7,5 EC
In het onderdeel sociale en politieke theorie staat het verhelderen en uitdiepen van het
begrip humanisering centraal, met speciale aandacht voor de verhouding tussen
humanisering en zingeving en de relatie met beroepspraktijken van humanistici. Als
algemene leidraad onderscheiden we daartoe vier dimensies in het begrip
humanisering:
- sociale, politieke en economische vragen rond rechtvaardig samenleven
- onderliggende mensbeelden
- de filosofische en wetenschappelijke status van visies op humaniteit en humanisering
- de vraag naar humaniteit en humanisering in specifieke contexten en concrete
praktijken.
Zoals al naar voren komt uit deze vier dimensies, gaat het hier om zeer complexe en
omstreden vragen, die bovendien een lange geschiedenis hebben. Zij reiken niet alleen
terug tot in de Griekse filosofie, maar hebben ook allerlei wortels en uitlopers in de
geschiedenis van de wereldgodsdiensten. Om deze vragen zinvol te kunnen behandelen
hebben wij drastische keuzes moeten maken. De belangrijkste inperking is dat wij ons
vooral richten op de moderne sociale en politieke theorie, zoals die zich vanaf het
midden van de negentiende eeuw heeft ontwikkeld, en zoals die in hedendaagse
discussies nog voortleeft. In de eerste drie bijeenkomsten behandelen we drie denkers
wier opvattingen tot op de dag van vandaag bepalend zijn voor centrale debatten in de
sociale en politieke filosofie, de sociologie, de politicologie en in verwante disciplines,
namelijk Karl Marx, Max Weber en Sigmund Freud. Vervolgens richtten wij ons op een
stroming die niet alleen een grote invloed heeft gehad op twintigste-eeuwse discussies
rond humaniteit en humanisering, maar die ook in hedendaagse debatten rond
modernisme en postmodernisme een centrale plaats inneemt, namelijk de ‘Frankfurter
Schule’. Achtereenvolgens gaan we in op het denken van de grondleggers daarvan, Max
Horkheimer en Theodor Adorno en op de belangrijkste hedendaagse vertegenwoordiger
van de ‘kritische theorie’: de filosoof en socioloog Jürgen Habermas. In het laatste deel
van dit onderdeel gaan we in op het postmoderne, postkoloniale en feministische
denken en op de radicale kritiek op het moderne humanisme die daarbinnen
geformuleerd is, aan de hand van de opvattingen van Michel Foucault en Donna
Haraway. Afsluitend wordt aandacht besteed aan de poging van Harry Kunneman om
inzichten uit de kritische theorie en het postmoderne en feministische denken
vruchtbaar te maken voor een praktisch relevant, kritisch humanisme.
Coördinator:
Docenten:
H. Kunneman
H. Kunneman en Ruud Kaulingfreks
91
Link:
http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf
Periode:
92
BURGERSCHAPSVORMING, GENDER EN DIVERSITEIT
MA, 7,5 EC
Om vrouwen, mannen en kinderen in staat te stellen hun mogelijkheden te realiseren
en een bijdrage te leveren aan de maatschappij waarin zij leven, is een klimaat vereist
dat toegang biedt tot zowel middelen van bestaan, onderwijs en gezondheidszorg als
participatie in democratische instellingen die het individuen mogelijk maken
beslissingen te nemen over hun eigen leven. Deze vereisten maken ook deel uit van de
Millenniumdoelen voor Ontwikkeling van de VN, die de lidstaten hebben afgesproken
om in de eenentwintigste eeuw te komen tot een betere wereld. Maar in de meeste
samenlevingen, zowel in heden als verleden, hebben machtsongelijkheden gebaseerd
op hiërarchieën van sekse, klasse, leeftijd, etnische afkomst, godsdienst,
onderwijsniveau enzovoorts, ongelijke toegang tot hulpbronnen tot gevolg, met
ongelijkheid in levenskansen en in maatschappelijke participatie als eindresultaat.
Dit onderwijsonderdeel behandelt actuele theorieën, concepten - waaronder ‘vrijheid’,
‘autonomie’, ‘empowerment’, ‘entitlement’ (Amartya Sen) en ‘capabilities’ (Martha
Nussbaum) – en nationale en internationale debatten binnen gender- en
diversiteitsstudies. Vanuit een historische benadering waarbij de geschiedenis van
burgerrechten voor vrouwen en de geschiedenis van mensenrechten aan de orde zal
komen, zullen we zowel de belemmeringen verkennen die het bereiken van volledig
burgerschap in de weg staan als interventies en strategieën om ze te overwinnen
nagaan, waarbij een ‘cross-cultural’ perspectief gehanteerd wordt. Van studenten wordt
verwacht dat zij enig veldwerk doen bij een instelling/groep die voor de rechten/positie
verbetering van een bepaalde groep opkomt of werkzaam is op het terrein van
burgerschapsvorming. De colleges worden gedeeltelijk in het Engels gegeven en er
wordt van studenten verwacht dat ze wetenschappelijke teksten in het Engels kunnen
lezen en bespreken.
De module is opgezet als een serie werkcolleges waarbij studenten, naast een
gezamenlijk theoretische oriëntatie, zich in kleinere groepen richten op één van de
behandelde gebieden. Hierbij is het de bedoeling theoretische inzichten te spiegelen
aan concrete praktijken. De module wordt afgesloten met een bijeenkomst waarin de
verschillende groepen hun bevindingen en inzichten kunnen delen en vergelijken.
Coördinator:
Docenten:
J.Gupta
J. Gupta en U. Jansz
Link:
http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf
Periode:
93
RUIMTESCHIP AARDE: KRITISCH-THEORETISCHE EN LEVENSBESCHOUWELIJKE
PERSPECTIEVEN OP GLOBALISERING
MA, 7,5 EC
In deze module werken de varianten Levensbeschouwing & onderzoeksleer en Kritische
organisatie- en interventiestudies samen. We behandelen een selectie van
globaliseringvraagstukken vanuit twee wetenschappelijke invalshoeken: twee westerse
‘denktradities’ die beide van grote invloed zijn op de hedendaagse meningsvorming
over ons ‘Ruimteschip Aarde’:
1. Debatten over actuele kwesties in de wereldpolitiek, bijv. veranderingen in
politiekeconomische machtsverhoudingen, identiteitspolitiek rondom klasse,
ras/etniciteit, sekse/ gender; sociaal-culturele (on)macht; kwesties rondom
postkolonialisme en ontwikkelingsvraagstukken.
2. Debatten over levensbeschouwelijke en maatschappelijke vraagstukken, bijv.
migratie, levensbeschouwelijke culturele identiteit, de plaats van levensbeschouwingen
en religies in ‘postmoderne’, globaliserende samenlevingen, de specifieke rol die
humanisme, christendom en islam in deze samenlevingen spelen, maar ook nieuwe
vormen van levenskunst en individuele verantwoordelijkheid. De lokale zowel als
wereldwijde mogelijkheden en beperkingen die mensen - als individuen en als
samenleving - beleven en/of bestrijden, staan hier centraal en zullen empirisch en
theoretisch worden geanalyseerd. De module bestaat uit een combinatie van
benaderingen, methodieken en denkwijzen vanuit filosofische en sociaal-politieke
onderzoeksterreinen. Denk daarbij aan: close reading en tekstkritiek; gebruik van
kernbegrippen, veronderstellingen en hoofdthema's uit de literatuur over globalisering;
oefeningen in casuïstiek; uitvoering van zelfstandig onderzoek, als praktijk en
theorievorming. Doelstelling van dit vak is het ruimteschip dat Planeet Aarde heet
vanuit een multidisciplinair (sociaal-wetenschappelijk en filosofisch) perspectief te
bestuderen, met als focus: processen van humanisering en dehumanisering en de
mogelijkheden van het humanisme voor het huidige zogenaamd globale tijdperk. Zowel
theoretische als praktische probleemstellingen zullen de studie en discussie voeden.
Coördinator:
Docenten:
L. ten Kate
L. ten Kate en R. Kaulingfreks
Link:
http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf
Periode:
94
Amsterdam, Universiteit van Amsterdam
Faculteit der Geesteswetenschappen
STAM, TAK, WORTELS – HUTSPOT: GESCHIEDENIS VAN AFKOMST EN IDENTITEIT IN
NEDERLAND
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Wie de cursus heeft afgerond kan worden geacht:
een beeld te hebben van de verschillende manieren waarop afstamming en
identiteit met elkaar in verband worden gebracht in hedendaags Nederland
kennis te hebben opgedaan over diverse onderzoeks- en beroepspraktijken
waarin afstamming centraal staat
een kritische blik te hebben ontwikkeld voor de vooronderstellingen en
problemen van speurtochten naar afstamming
een zelfstandige bijdrage te kunnen leveren aan debatten over afstamming en
identiteit.
Inhoud:
Prinses Maxima heeft haar naar eigen zeggen niet kunnen ontdekken, oud-premier
Ruud Lubbers daarentegen weet zeker dat zij wel bestaat: de Nederlandse identiteit.
Allebei willen ze hiermee eigenlijk antwoord geven op de vraag waar het in de toekomst
heen moet met de identiteit van Nederland. De meeste andere inwoners van Nederland
zal dit een zorg zijn. Maar wel verdiepen die zich op allerlei andere manieren in de vraag
wie ze zijn en willen zijn: namelijk door na te gaan van wie zij of hun buren afstammen.
Op Nederlandse scholen maken de kinderen al in groep 1 en 2 verplichte presentaties
over hun gezin van herkomst, geadopteerden gaan via televisie-programma’s als
Spoorloos op zoek naar hun biologische ouders, immigranten zoeken in het grote
buitenland van Nederland hun ‘wortels’, archieven zitten vol met oudere personen die
hun voorouders naspeuren in de hoop op een adellijke ‘tak’ te stuiten,
stadsarchivarissen en stadsarcheologen vinden ‘de oorspronkelijke bewoners van
Nederland’ onder gesloopte flats en oude kerken, presenteren met trots lokale
‘voorvaderen’ of gaan op zoek naar ‘de dochters van Kaat Mossel’, en soms buigt
iemand zich over de Indische ‘roots’ van Geert Wilders. Daarbij worden de traditioneel
nogal stoffige bronnen voor afstammingsgeschiedenis zoals familiepapieren, of aktes
van dopen, trouwen en begraven afkomstig van kerken en de burgerlijke stand, steeds
vaker gemengd met de nieuwe mogelijkheden van DNA-onderzoek en digitaal zoeken en
presenteren. Zo wordt van het zoeken naar wortels een fascinerende, ‘typisch
Nederlandse’ hutspot gemaakt.
Die hutspot wordt in deze cursus met historische blik bekeken. Nadat allerlei soorten
speurtochten naar afstamming en identiteit de revue zijn gepasseerd kiezen de
deelnemers er eentje uit om kritisch te bespreken, met een open oog voor
vooronderstellingen over sekse, klasse, etniciteit, seksuele voorkeur en wat verder zoal
95
van belang is in discussies over identiteit in Nederland.
Docent:
prof.dr. W.D.E. Aerts (info-gars-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8320.html
Periode:
semester 1 (onder voorbehoud)
96
TAAL EN INTERACTIE
BA, 5 EC
Leerdoelen:
Na het volgen van deze cursus heeft de student inzicht in de belangrijkste linguïstische
en pragmatische factoren die de vorm en het verloop van verbale interactie bepalen en
in de samenhang tussen deze factoren. Daarnaast heeft de student de vaardigheid
ontwikkeld om zelfstandig een gesprek op te nemen, te transcriberen, te analyseren en
te interpreteren.
Inhoud:
In deze cursus staat de linguïstische analyse van gesproken natuurlijke taal (gesprekken)
centraal. Verschillende aspecten van verbale interactie in uiteenlopende
taalgebruikssituaties worden bestudeerd. Daarbij komen onderwerpen aan de orde
zoals bijvoorbeeld de rol van interactie in de eerste taalverwerving: ouder-kind; peers.
Gespreksorganisatie: beurtwisseling, interrupties en stiltes; samenhang in gesprekken:
cohesie, referentie, repetitie, taalhandelingen; taalvariatie in gesprekken op basis van
sekse (gender) of sociale klasse, verschillen in gespreksstijlen en de structuur van
gesproken teksten. Deze onderwerpen worden bestudeerd met behulp van door
studenten zelf verzamelde taaldata en geïnterpreteerd in het licht van bestaande
modellen van verbale interactie.
Bijzonderheden:
Ingangseis: Minimaal 50 ECTS van een propedeuse inclusief of aangevuld met Inleiding
taalwetenschap (5 EC); Betekenis (5 ECTS) moet zijn gevolgd (volgorde-eis). Aanschaf
van een opname apparaat ( MP3, of voicerecorder e.d) is aan te bevelen. Er is een
document met tips beschikbaar. Studenten die zowel Sociolinguïstiek als Taal en
Interactie willen volgen, wordt aangeraden eerst de module Sociolinguïstiek te
voltooien.
Docent:
dr. I.C. van Alphen (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5158.html
Periode:
semester 2
97
HISTORISCH EN SOCIOLOGISCH ONDERZOEK NAAR DE KRITIEK: KUNSTKRITIEK IN
PERSPECTIEF
BA, 5 EC
Leerdoelen:
Na deze cursus ben je in staat om inhoudelijke en institutionele tendensen in de
Nederlandstalige journalistieke kunstkritiek te herkennen. Daarnaast leer je
verschillende onderzoeksmethoden in te zetten bij het onderzoek naar kunstkritiek en
leer je kunstkritiek in haar historische en institutionele context te duiden.
Inhoud:
Hoe doe je onderzoek naar kunstkritiek? Tijdens dit werkcollege wordt deze vraag
beantwoord: je verdiept je in verschillende onderzoeksmethoden en doet zelfstandig
onderzoek naar kunstkritiek. Daarbij bouw je voort op de kennis die je tijdens het
college ‘Theorie en Geschiedenis van de Journalistieke Kritiek’ hebt opgedaan. Allereerst
maak je in deze collegereeks nader kennis met een aantal opvallende historische danwel
institutionele tendensen in de kunstkritiek. Vervolgens verdiep je je in de methoden en
technieken die je als onderzoeker ter beschikking staan als je deze tendensen aan een
nadere analyse wil onderwerpen. Je maakt jezelf bijvoorbeeld vertrouwd met inzichten
uit het poëtica-onderzoek, de institutionele literatuursociologie, de ideeëngeschiedenis
en de argumentatie-analyse. Een aantal van de behandelde methodieken wordt ten
slotte daadwerkelijk toegepast door een onderzoek uit te voeren naar diverse
klassiekers en/of recente publicaties op het gebied van de kunstkritiek. Je kunt daarbij
denken aan onderwerpen als:
Vrouwen en opvattingen over vrouwelijkheid in de poëziekritieken van Herman
de Coninck
Poststructuralistische tendensen in hedendaagse danskritieken
Engagement en moraal in kunstkritiek tijdens het interbellum
Het discours over ‘crisis’ in de Nederlandse literatuurkritiek
Docent:
dr. N.T.J. Laan (info-nrl-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7801.html
Periode:
semester 1 blok 2
98
LITERATURE C: 20TH CENTURY LITERATURE
BA, 5 EC
Aims of the course:
The Literature C groups will offer students the opportunity to engage with Englishlanguage literature and culture of the 20th and 21st centuries. By focussing on specific
aspects of post-1900 literature, the different Literature C courses will provide an indepth analysis of many of the fundamental themes and cultural concerns of the past
century, up to and including the present. Using a combination of primary and secondary
literature, all Literature C groups will teach students how to participate in the relevant
academic debates, culminating in a research paper on one of the course's main topics.
Contents:
This module consists of two courses from which the student chooses one.
One of the courses is ‘Group D: Modernism – Women Writers’:
We will confront representations of women in Modernism through the eyes of women
writers, first exploring the topics of gender and sexuality. We will then move forward in
the question of how to “truthfully” represent a subset of the population to see how
these women were addressing the ideas of prejudice not just against women, but in
terms of disability, religion, and immigration, all in order to explore the question of how
one can authoritatively represent oneself. We will read a selection of poetry, short
stories, novels, and essays by great minds of the era. This course will explore the work of
several notable Modern women writers in order to examine the period’s overarching
theme of representation of individuality in human experience. Taking Anaïs Nin’s
assertion that “Life is a process of becoming, a combination of states we have to go
through,” we will examine the ways in which women writers of the era grappled not
only with the socially constructed position of women, but the perhaps greater question
of how the notion of the self (in terms of gender, sexuality, and authority) is problematic
in its mutability, progression, and relation to others.
Docent:
Groups A, B, C: Dr. J. Lewty; Group D: Drs. E. la Cour;
Group E: Drs. D.A. Hassler-Forest) (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6537.html
Periode:
semester 2
99
LITERATURE A: BRITISH LITERATURE BEFORE 1700
BA, 5 ECT
Aims of the course:
Students will gain command of an important pre-1700 literary and cultural tradition,
including a rich body of primary texts and significant modern scholarly issues relevant to
those texts. They will also develop skills in critical reacing, academic writing and
research methods.
Contents:
This module consists of five courses from which the student chooses only one.
One of the courses is ‘Group A: Arthurian Literature - Eaton’:
The aim of the course is to acquaint students with the full tradition of British Arthurian
literature, from its pre-historic Celtic and late Roman beginnings to the end of the
Middle Ages and central thematic issues associated with that tradition, in particular its
relationship to social change and gender. Assignments will include readings in the
earliest documentary evidence of Arthur, in relevant early medieval Welsh and Irish
tales, in relevant Arthurian works in the emergent romance tradition and great late
medieval masterpieces such as Sir Gawain and the Green Knight and Malory.
Docent:
dr. R.D. Eaton (coördinator) en Dr. J. Staykova (info-tlkfgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6387.html
Periode:
semester 1
100
CULTUURKUNDE (FRANS)
BA, 5 EC
Aims of the course: / Leerdoelen:
Verwerven van inleidende kennis van en inzicht in de politieke, sociaal-economische en
culturele structuren van Frankrijk, tegen de achtergrond van hun (modern) historische
ontwikkeling. De student bezit de vaardigheid, en waar het tekst-en videomateriaal
betreft met name de lees- en luistervaardigheid, om Franse cultuuruitingen in hun
context te plaatsen en te interpreteren.
Acquiring a first knowledge of, and insight into, the political, socio-economic and cultural
structures of France, viewed against the background of their (modern) historical
development. The student possesses the skills, in the case of text and video material
especially the reading and listening skills, to place French cultural expressions in their
context and interpret them.
Contents: / Inhoud:
Vanaf de Revolutie die een eind maakte aan het Ancien Régime tot aan het
hedendaagse Frankrijk worden de belangrijkste politieke, sociale, economische en
culturele ontwikkelingen geschetst. Daarbij is er aandacht voor specifieke thema's zoals
de huidige politieke instituties, het onderwijs, de verhouding tussen kerk en staat en de
plaats van de minderheden, in het bijzonder de immigranten en de vrouwen. De
bedoeling is dat de student courante hedendaagse Franse uitingen kan plaatsen en
interpreteren en documenten van uiteenlopende aard kan analyseren en
problematiseren.
The main political, social, economic and cultural developments are outlined, from the
French Revolution that ended the Ancien Régime to contemporary France. Attention is
devoted to specific topics such as present-day political institutions, education, the
relation between church and state and the position of minorities, especially immigrants
and women. The aim is to enable students to appreciate and interpret current
contemporary French expressions and to analyze and interpret a wide range of
documents.
Docenten:
mw. drs. C.B. Chatot (coördinator) en dr. M. Engelberts
(coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5269.html
Periode:
semester 1, voertaal Frans
101
MODERNE LITERATUURTHEORIE
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Moderne Literatuurtheorie geeft een overzicht van literatuurbeschouwelijk werk vanaf
het begin van de Twintigste Eeuw tot nu. Deze module heeft als doel je inzicht te geven
in uiteenlopende thema's, begrippen, argumenten en denkfiguren over literatuur, kunst
en cultuur uit de Twintigste Eeuw tot heden.
Inhoud:
Deze cursus behandelt de belangrijkste literatuur- en cultuurtheoretische stromingen
vanaf het begin van de twintigste eeuw tot nu. Te weten: practical criticism, formalisme,
new criticism, marxisme, feminisme, psychoanalyse, structuralisme, post-structuralisme,
Bachtins dialogisme en intertekstualiteit, postkolonialisme en gay and lesbian studies en
queer theory. Elk theoretisch kader wordt helder en toegankelijk geïntroduceerd,
vervolgens toegelicht en uitgewerkt aan de hand van enkele oorspronkelijke artikelen,
en tot slot 'toegepast" op literaire teksten of fragmenten. Auteurs die onder andere aan
de orde komen zijn: Matthew Arnold, William Empson, Viktor Sjklovsky, Roman
Jakobson, Cleanth Brooks, Roland Barthes, Chinua Achebe, Elaine Showalter, Hélène
Cixous, Sigmund Freud, Michel Foucault, Julia Kristeva, Michael Bachtin, Stephen
Greenblatt, Edward Said en Judith Butler.
Bijzonderheden:
Ingangseis: Minimaal 50 EC propedeuse Geesteswetenschappen. Hoofdvakstudenten
Literatuurwetenschap hebben voorrang bij plaatsing.
Docenten:
drs. S. Besser en drs. E. van den Hemel (coördinator) (infotlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6525.html
Periode:
semester 2
102
SLEUTELBEGRIPPEN
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Sleutelbegrippen uit de cultuurtheorie introduceert de belangrijkste concepten uit de
moderne en hedendaagse cultuurtheorie.
Inhoud:
De culturele vakken (literatuur, film, nieuwe media, beeldende kunst) maken in
toenemende mate gebruik van gedeelde theoretische begrippen, zoals representatie,
vertoog, tekstualiteit en intertekstualiteit, verlangen, subject, gender, ideologie,
interdisciplinariteit en performativiteit. Tijdens de cursus worden deze basisbegrippen
uit de literatuur- en cultuurtheorie ingeleid en ingezet in de analyse van literaire teksten
en diverse culturele objecten.
Docenten:
dr. M. Aydemir, drs. E. van den Hemel (coördinator) en dr.
J.H. Hoogstad (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9104.html
Periode:
semester 2
103
MEDIA, CULTUUR EN IDENTITEIT / MEDIA, CULTURE AND IDENTITY
BA, 10 EC
Leerdoelen / Aims of the course:
De student leert de concepten te gebruiken die hij/zij tegenkomt in de hedendaagse
discussie over de audiovisuele representatie en (multi)culturele identiteit.
The student learns to use concepts that s/he encounters in the contemporary discussion
around media representations and cultural identity.
Inhoud / Contents:
In deze module worden de theorieën in mediastudies behandeld die verweven zijn met
de discussies over etniciteit, gender, klasse en seksualiteit. Tevens worden deze
theorieën toegepast op audiovisuele representaties van culturele identiteit in film en
televisie. Aan de hand van theoretische teksten wordt zowel gekeken naar de
historische ontwikkeling van concepten om culturele identiteit te bespreken, en een
koppeling gemaakt naar hedendaagse politieke en sociale debatten, inclusief
postkolonialisme, multiculturalisme en de ‘war on terrorism’.
In this course, theories around ethnicity, gender, class and sexuality, among others, are
related to analyses of media representations. The forms of media analyzed include
television, film, new media and other manifestations in popular culture. Through an
engagement with theoretical texts, both the historical development of concepts of
identity, and their relationship to contemporary political and social debates, including
postcolonial identity, multiculturalism, cosmopolitanism and the “war on terror” will be
analyzed.
Bijzonderheden / Remarks:
Voertaal van de hoorcolleges is Engels; er zijn zowel Nederlandstalige als Engelstalige
werkgroepen.
The lectures will be given in English. There are both Dutch and English workgroups.
Docent:
prof.dr. P. Pattynama (coördinator) (en anderen) (infomedia-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6790.html
Periode:
semester 2
104
MOVING MANHOOD. MEN, MASCULINITY AND SEXUAL CITIZENSHIP FROM CROSSCULTURAL PERSPECTIVES
BA, 10 EC
Aims of the course:
This BA course is designed to provide basic insights into the development of diverse
ideas concerning men, manhood and masculinities from a socio-cultural perspective.
Students will acquire the capacity to relate debates about questions such as ethnic and
class differences, normative ideas about sexuality, masculinity and drag identities to the
historical development of current understandings of masculinities.
Contents:
Since the 1970s, and especially in the past two decades, there has been an explosion of
interests in issues relating specifically to men and masculinities. The so-called “crisis in
masculinity” has been pounced by popular media, and talk shows, newspapers and
documentaries frequently discuss the latest hygiene and fitness products, exclusively
designed for the male sex. Men become more and more subject to idealized norms of
masculinity and manhood. However, what ‘manhood’ and ‘masculine’ mean today, is
significantly different from the understanding of these concepts in early 1900 Western
Europe. In addition, the abandonment of the Javanese conventions of dress in favour of
Western attire in the 20th century in the Dutch East Indies implied a new manly persona
and a modern sense of citizenship. So, how can we understand contemporary ideologies
of masculinity, manhood and masculine? How should we relate these understandings
and representation to a larger (post) colonial and post-modern context of shifting
ideologies of gender, sexuality and ethnicity? Do men, in the 21st century, actually have
“a crisis” in their masculinity?
Given the mass of work on men and masculinity, it is not the aim of this course to
attempt to give a chronological account of developments, but to outline some of the
principal concepts developed within contemporary literature on men and masculinities.
Therefore, we will study diverse articles, which address the linkages such as black
masculinity and manhood, queer politics and alternative sexual and gender identities,
the representation of masculinity in popular media, and Muslim men and the ‘war on
terror’. Through different readings and active class participation the students will be
challenged to discuss the workings and constructions of sex, gender and sexuality in
relation to masculinity and manhood.
Docenten:
R. Davidsson, MA and M. Duyves (coördinator)
(international-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8419.html
Periode:
semester 2
105
PHILOSOPHY OF PSYCHO-ANALYSIS
BA, 10 EC
Aims of the course:
To get acquainted with, and to be able to understand, this critical view of the human
subject and its understanding through patterns of psychopathology, madness and art,
play and other phantastic creativity
Contents:
'The Philosophy of Psycho-analysis' treats the theory of psycho-analysis of Freud and
Lacan as a philosophical model of human subjectivity. In this view, the subject is formed
and broken at the same time by the symbolic discourse of cultural reality. The effect of
loss installs in the mind the notion of difference in reason, gender, time, space,
generation. The modern idea of independent, bodyless autonomy in the subject is thus
criticized. Mental discontent is the fate of the sexualized human being. Structures of
madness can be interpreted.
Docent:
drs. A.A.M. Grooten (info-wijs-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8743.html
Periode:
semester 1
106
BRITISH CULTURAL STUDIES-BEFORE AND AFTER BIRMINGHAM
BA, 10 EC
Contents:
The tradition of British Cultural Studies is, undiputetedly, one of the most influential and
most fruitful traditions in 20th century cultural theory. Inspired by marxist theories of
hegemony and ideology British cultural scholars were looking for means to avoid the
pitfalls of culturalism in cultural analysis.
As one of its most influential and brilliant figures, it was particularly Raymond Williams
who developed a conception of a conflicting cultural totality that made Marxist social
theory available for the analysis of contemprary culture.
At the Centre for Contemporary Cultural Studies in Birmingham similar versions of
cultural materialism were developed. Richard Hoggart, first director of the Birmingham
Institute, analysed the relation between mass culture and the constitution of class.
Stuart Hall, successor of Hoggart at the institute, continued this approach in reference
to French structuralism. Third generation scholars (like Angela McRobbie or Paul Gliroy)
have intensified the studies on the constitution of gender and on post-colonial
constellations in a broad variety of cultural practices from popular music to fashion.
In the seminar we will focus on the theoretical claims and philosophical innovations of
British Cultural Studies.
Docent:
dr. J.F. Hartle (info-wijs-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10966.html
Periode:
semester 2
107
LITERATURE AND IDENTITY
MA, 10 EC
Contents:
Queer Theory, Literature, Film, Art. Such an unassuming word, and how
disproportionate the weight it must carry: the desires it must name, the problems it
must sove, the insights it must garner. For some decades now, “queer” has enjoyed the
dubious honor of carrying the brunt of various scholarly and political claims about the
sexual and its relationships to identity and power. In this course, we first attend to the
normalizing appearances of lesbian and gay life under the headings of
“homonormativity” and “homonationalism.” Then, we revisit and extend queer’s
trajectories with the help of a series of cultural objects, such as theoretical texts, literary
works, films, works of art, popular phenomena, and public scandals, of which some will
be at the discretion of the class participants. In due course, we will consider queer
understandings of sexual identity and its discontents; temporality and spatiality;
community and anti-sociality; shame and pride; as well as utopianism and anti-futurism.
Docent:
dr. M. Aydemir (coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9364.html
Periode:
semester 1
108
WOMEN IN RUSSIAN CULTURE AND LITERATURE / DE VROUW IN DE RUSSISCHE
LITERATUUR EN CULTUUR
MA, 10 EC
Contents:
This module considers the different roles played by women in Russian literature (poetry,
prose and drama) and Russian culture through the centuries. The following aspects will
be considered: the woman as myth, as author, as recipient, as literary heroine and the
social position of women. Western as well as Russian gender theory is introduced during
the first two lectures and various research topics are applied to the aforementioned
aspects.
Remarks:
Voertaal Russisch. Verplichte voorkennis: BA-Slavic Languages (Russian). Deze cursus
kan worden gekozen in het kader van het sectorplan Letteren.
Docent:
dr. J.M. Stelleman (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9471.html
Periode:
semester 2 (voertaal Russisch)
109
CULTURES OF RISK IN 19TH C. BRITAIN
MA, 10 EC
Aims of the course:
This course will be exploratory in nature. In addition to completing weekly reading
assignments, students will be required to select a field of primary material (textual,
visual and/or statistical) for independent and original study and to evaluate critically
another, possibly related field of scholarly or theoretical work.
Contents:
In recent decades, in both popular and scholarly discourse, especially in response to
dramatic acts of terrorism and a succession of spectacular financial crises, the place of
risk in the Western cultural landscape and the ways and extent to which risk is culturebound have become subjects of increasing concern. A small but significant body of
scholarship has identified the nineteenth century, and in particular the middle decades
of that century, as the formative period for modern Western attitudes toward risk. This
course will explore risk in nineteenth century British culture, very broadly defined,
concentrating on the second half of that century. We will consider both primary sources
(including non-fiction and literature; periodicals; modern statistically based studies of
economic and social activity) and scholarly and theoretical studies. Topics will include
gender, capitalism, science and colonialism, cultural theories of risk and risk in
nineteenth century British literature.
Docent:
dr. R.D. Eaton (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9230.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
110
NIEUWGRIEKSE LETTERKUNDE
MA, 10 EC
Learning objective:
To reach a more profound understanding of Modern Greek literature of the nineteenth
and twentieth century.
Content:
Novels and plays written by female authors or featuring female main characters will be
read and interpreted, with special attention paid to the image of woman and her social
position.
Docent:
dr. M. Ioannidou (coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6352.html
Periode:
semester 1 (voertaal Grieks)
111
CULTURAL MUSICOLOGY
MA, 10 EC
Aims of the course:
The socio-cultural approach in musicology.
The relation between music and culture.
The place of music in culture and society.
The meaning of music.
Contents:
Cultural musicology seeks to reflect on and provide the analytical tools that enable a
holistic study of all the musics of the world on an equal footing. By holistic, we mean an
approach that is open to integrating methodologies and techniques characteristic of
each of the three customary sub-disciplines of musicology: historical, systematic, and
'ethno'. The term can be seen in analogy with cultural anthropology and, more
importantly, cultural studies.
Research on the world's music has a much longer and much more globally spread
history than (ethno)musicologists commonly acknowledge when they equate the study
of the world's music with the university-based, European-derived academic discipline
they engage in. Through the perpetuation of this epistemology, the scope of the
scientific occupation with music around the world is silently confined to the narrow
realm of Euro-American musicology. This ethnocentric stance is a main reason for the
current “ethnomusicological malady,” characterized by scholars who grapple not only
with the name and scope of their subject, but also, perhaps more importantly, with their
methods and the definition of their object of study.
Cultural Musicology leads us out of the ethnomusicology dilemma, so to speak: It
aspires to provide a sketch of the viable pathways musicology may opt for at its present
crossroads.
There is a substantial reconsideration of some basic but sometimes overworked
concepts called upon in (ethno)musicology, including the notions of the musical Other,
hybridity, and musical meaning. Finally, we will set forth selected systems of ‘thinking
musico-logically’ from around the world. Some of the approaches of cultural musicology
are listed below:
Post-modern musicology (Kramer)
Postcolonial musicology (van der Meer)
Marxist musicology (Qureshi)
Evolutionary musicology (Cross, Jan)
Critical musicology
Feminist musicology, Queer Musicology (McClary, Subotnik)
Students should apply the above ideas to a music culture they already are familiar with.
No music is excluded, but it is wise to consult the teacher in advance about the
availability of sufficient materials for research.
Docent:
dr. W. van der Meer (W.vanderMeer@uva.nl)
112
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10229.html
Periode:
semester 1
113
POPULAR MUSICS OF THE WORLD
MA, 10 EC
Aims of the course:
To explore the history of popular (and rock) musics around the world; consider critical
accounts of global mass media aesthetics and the music industry; and study the
transnational web of networks that enables the nearly worldwide flow of musical ideas
that together, in course of their various itineraries, knit the fabric from which the
diversity of popular musics worldwide is made.
Contents:
The questions raised will revolve around a set of key concepts and topoi including
gender, power and subversion thereof, identity, ethnicity, globalization, nation,
stardom, markets, cyberspace, the urban space, cultural hegemony and the relationship
between popular styles of the circum-Atlantic world and other areas of the world.
Musical styles we will discuss may include Hindi film music, New Orleans Jazz, Pacific
stringband music, Turkish grunge and arabesk, Aegean rebetiko, Brazilian Popular Music
(MPB), K-pop, Enka, Hawai’i Puerto Rican styles, Latin, Algerian raï and more.
Areas for research can include hybrid musics on both sides of the Atlantic; the African
matrix that mixed with North European (folk) musics in North America and with South
European (folk) musics in Latin America, but also the developments in Europe and Africa
with the music from the Americas traveling back and in Asia and the Pacific where
traditional musics inspire the emerging of a completely new range of popular styles.
Docenten:
dr. B. Abels en dr. W. van der Meer
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11145.html
Periode:
semester 2
114
AFTERLIVES OF THE BIBLE I: THE HEBREW BIBLE / OLD TESTAMENT
MA, 5 EC
Contents:
Through a case study from the Hebrew Bible/Old Testament, basic tenets and processes
relevant to the reception of the bible throughout the ages are studied, including
scholarly readings, renderings in visual arts, music, literature as well as popular culture.
Attention will also be paid to issues that inform the reader's position such as time, place,
intention, ethnicity, class, gender. The theme of this course will be 'Eden Revisited'
(Genesis 1-3).
Docent:
mw. dr. C.H.C.M. Vander Stichele
(C.H.C.M.vanderStichele@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5744.html
Periode:
semester 2 blok 1
115
AFTERLIVES OF THE BIBLE II: THE NEW TESTAMENT
MA, 5 EC
Contents:
Through a case study from the New Testament, basic tenets and processes relevant to
the reception of the bible throughout the ages are studied, including scholarly readings,
renderings in visual arts, music, literature as well as popular culture. Attention will also
be paid to issues that inform the reader's position such as time, place, intention,
ethnicity, class, gender. The theme of this course will be 'lethal women', and focus on
the role of Herodias and her daughter in the story about the death of John the Baptist
(Mark 6:14-29; Matthew
Docent:
dr. C.H.C.M. Vander Stichele
(C.H.C.M.vanderStichele@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5754.html
Periode:
semester 2, block 2
116
THE CULTURE OF SPECTACLE: MEDIA AND POLITICS
MA, 10 EC
Aims of the course:
The course aims to provide media-theoretical, historical, philosophical, political and
aesthetic engagement with contemporary articulations of media and politics, through
familiarizing students with historical and contemporary theorizations of the link
between media and politics, by closely reading certain now-“classic” texts; exploring the
media-politics relationship by analyzing the qualities of the image and sound in film,
television, new media, photography, literature – qualities understood as the specific
modes of visualization, the technological construction of the image, and the political and
aesthetic strategies through which image (and sound) are put together in specific texts
and media form's learning students to analyze contemporary and historical forms of the
“spectacle”.
Contents:
The relation between culture and politics has a long history. Social changes in modernity
(e.g. consumerism, technological warfare and class relations) have been directly linked
to cultural strategies and practices. German Critical theory will provide one particular
perspective on the link between media and politics in modernity. “Post modernity” as a
historical category is also linked to specific changes in the social landscape and political
climate. Media, it has been claimed, have been crucial to this shift, evidenced in
television, architecture, music, cinema and other cultural forms. Fredric Jameson and
Jean-François Lyotard’s understanding of the politics of post modern culture will be
engaged with to explore the link between media and politics.
Recently, the very division between modernism and postmodernism has been critiqued
and a different understanding of both politics and aesthetics (“the aesthetic revolution”)
has emerged in the work of Jacques Rancière.
The course will provide three “paradigms” (the modern, the post modern and the
aesthetic age) to think the problem of “quality” of the spectacle today. It will enable
students interested in television, cinema, new media, painting, architecture and other
cultural forms to think about the aesthetic, technological, philosophical and historical
frames through which the society of the spectacle might be rethought.
Topics that may be analyzed by students: war reporting, disaster representations,
gender/sexuality constructions, nationalism and immigrant politics, political populism,
representation of the economic crisis, and others.
Remarks:
This course is for students admitted to the Masters: Literatuurwetenschap, Talen varianten Letterkunde, Theaterwetenschap, Media en cultuur, Wijsbegeerte, Algemene
cultuurwetenschap, Kunstgeschiedenis, Religiestudies
Docent:
dr. S.M. Dasgupta (info-media-fgw@uva.nl)
117
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10840.html
Periode:
semester 2
118
ICONOGRAPHY OF ANCIENT RELIGIONS: THE RISE OF CHRISTIANITY
MA, 10 ECT
Contents:
During the four centuries following the death of the Jesus of Nazareth, the movement of
his followers developed from an obscure oriental sect into the sole legitimate religion of
the Roman Empire. The goal of this course is to study and to understand this spectacular
development. In order to do so, we study the development of the Christian movements
in the context of their surroundings, the Roman world. Followers of Christ will be
studied in relation to the religion of the Roman state, contemporary Judaism and socalled mystery cults. In addition, attention will be paid to the social composition of the
Christian communities, the appeal of the new cult for women and the role of Christian
martyrs in the growth and dissemination of the new faith. Last but not least, the role of
Constantine and other Christian emperors during the fourth century will be a central
issue. Ancient literary sources (in translation), material remains and secondary literature
on the subject will serve as the starting point of this course.
Remarks:
Ingangseis: BA programme completed and requirements fulfilled for admission to the
master's programme History or the master programme that includes this course.
Toetsvorm: 5 essays (in Dutch, for foreign students in English) and 1 written test.
Docent:
dr. L.A. Dirven (info-gars-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11028.html
Periode:
semester 1
119
SOCIOLINGUISTICS
MA, 5 EC
Aims of the course:
In this course students will acquire insight into the relationship between social factors
and language use. The student will become acquainted with the linguistic implications of
social factors such as gender, social class, age and ethnicity. They will learn about
theoretical and methodological issues within current sociolinguistics.
Contents:
In this course those social and linguistic factors are studied which influence the speech
patterns of women and men in different cultures and subcultures. The topics to be
covered are: pragmatic, phonological, and lexico-grammatical variation in speech;
applications of sociolinguistics, methodological considerations and the social impact of
differences in language use and speech behaviour (power and inequality).
Docent:
dr. I.C. van Alphen (info-tlk-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6593.html
Periode:
semester 1 block 1
120
GENDER, BODIES, AND THE POST-HUMAN
MA, 10 EC
Contents:
This course seeks to approach theoretical issues that used to be addressed under the
umbrella of "bodies," "gender" and "sexuality." It addresses these categories and
concepts from the point of view of recent human/non-human paradigms. We propose
to test the limits and potentialities of comparing the kind of questions that are asked by
theorists who have studied inclusion and exclusion, but also universalism or culturalism
in the context of feminism or queer studies and in the context of post-human or nonanthropocentric thinking. Starting from the history of the critique of binary oppositions
(between male and female but also straight and dissident sexualities) we will move on
to more recent problematics that have changed the way in which scholars ask questions
about representations and politics. How can we articulate the issues raised by questions
about embodiment, sexuality, bodies, performance, transidentity, queer, masculinities
and femininities onto theories about "bodies without organs" (Deleuze), actor-network
theory (Bruno Latour) and posthumanism (Hayles).
Bijzonderheden:
Bestemd voor een brede doelgroep van (research) MA studenten met een letterkundige
achtergrond (moderne vreemde taal of Neerlandistiek); ook studenten afkomstig uit
andere departementen (GARS, Wijsbegeerte, Mediastudies) kunnen deelnemen, mits ze
over de vereiste (literatuur-theoretische) voorkennis beschikken.
Docent:
Inlichtingen: info-tlk-fgw@uva.nl
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11303.html
Periode:
semester 2 (English)
121
Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen
GLOBAL HEALTH AND INEQUALITY
BA, 10 ECTS
(In overleg met de docent kan een gedeelte van het vak gevolgd worden, met een
studielast van 5 ECTS)
Aims of the course:
Students know the key concepts, themes, problems, discourses and approaches
concerning (ill) health and health care in developing countries as well as the
relations between health and development;
Students are able to critically reflect on the subject matter of the course and to
present their views both verbally and in writing
Contents:
In this course we pay attention to the major discourses, concepts and policies
concerning health and health care in developing countries and the mutual causal
relations between ill-health, inequality and poverty. We look at health and ill health
from a social science and socio-epidemiological perspective. During the course the
following themes will be addressed: environmental, social, cultural, political, and
economic aspects of (ill) health and health care; community participation in health care;
social epidemiology; global health policies and strategies including primary health care,
health sector reforms, sector-wide approach, global public private initiatives; traditional
health care; gender and health; access to treatment; essential drugs and the millennium
development goals for health.
We pay special attention to key global health issues including HIV & AIDS, other major
communicable diseases, sexual and reproductive health and rights, human resources for
health, female genital surgery/mutilation and refugees.
Docent:
dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11313.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
122
HEALTH AND DEVELOPMENT
BA, 10 EC
(In overleg met de docent kan een gedeelte van het vak gevolgd worden, met een
studielast van 5 ECTS)
Aims of the course:
Students know the key concepts, themes, problems, discourses and approaches
concerning (ill) health and health care in developing countries as well as the
relations between health and development;
Students are able to critically reflect on the subject matter of the course and to
present their views both verbally and in writing.
Contents:
In this course we pay attention to the major discourses, concepts and policies
concerning health and health care in developing countries and the mutual causal
relations between ill-health and poverty. We look at health and ill health from a social
science and socio-epidemiological perspective. During the course the following themes
will be addressed: environmental, social, cultural, political, and economic aspects of (ill)
health and health care; community participation in health care; social epidemiology;
global health policies and strategies including primary health care, health sector
reforms, sector-wide approach, global public private initiatives; traditional health care;
gender and health; access to treatment; essential drugs and the millennium
development goals for health.
We pay special attention to key global health issues including HIV & AIDS, other major
communicable diseases, sexual and reproductive health and rights, and female genital
surgery/mutilation and refugees.
Docent:
dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9181.html
Periode:
semester block 1 and 2
123
EDUCATION AND INTERNATIONAL DEVELOPMENT
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Studenten:
kennen het theoretische begrippenapparaat waarmee de samenhang tussen
onderwijs en lokale en internationale ontwikkeling kan worden bestudeerd;
kunnen analyseren de rol van het onderwijs in processen van sociale
transformaties in het Zuiden;
kunnen reflecteren over de wijze waarop verschillende samenlevingen en
culturen het onderwijs benaderen;
zijn in staat een kritische houding te ontwikkelen ten opzichte van de
gepresenteerde kennis.
Inhoud:
Dit vak biedt een algemene inleiding in de problematiek van onderwijs in
ontwikkelingslanden en de daarmee samenhangende mondiale processen op
economisch, politiek en sociaal-cultureel gebied. Dit vak bestaat uit drie thematische
delen:
In een algemeen gedeelte, waarin het conceptuele kader wordt aangeboden,
staat de rol van het onderwijs in processen van sociale transformaties centraal.
Verschillende benaderingen ten aanzien van de relatie tussen onderwijs en
ontwikkeling, alsmede de gevolgen voor beleid, uitkomsten en alternatieven die
uit deze benaderingen voortvloeien, worden kritisch geanalyseerd.
In het tweede thematisch deel ligt de focus op het zoeken naar de relatie tussen
onderwijsbeleid, kwaliteit, relevantie en sociale rechtvaardigheid. Aandacht
wordt gegeven aan de thema's: Basic Education: de rol van internationale en
lokale actoren; onderwijs hervormingen en vernieuwingen; volwassen educatie
en alfabetisering.
In het derde thematische deel staan processen van sociale en culturele
uitsluiting in het onderwijs centraal. Het thema wordt uitgewerkt in de volgende
onderdelen: postkoloniale relaties in heden en verleden, de rol van cultuur, taal
en etniciteit; gender relaties en HIV/Aids; onderwijs, conflict en geweld.
Docenten:
drs. H.K. Altinyelken, drs. M. Lopes Cardozo en dr. A.
Verger (coördinator) (A.Verger@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9177.html
Periode:
semester 1 blok 1 en 2
124
CHILDREN AND INTERNATIONAL DEVELOPMENT
BA, 10 EC
Aims of the course:
Students understand the plight of children, youth and social exclusion in the
South;
Students know the theoretical concepts used for analyzing the relationship
between youth welfare and development;
Students understand the impact of social transformations and related
intervention strategies on children and youth in the South;
Students can develop arguments scientifically, and on the basis of that report,
debate, and present about the plight of children and development
Contents:
In this course, the central focus is on the place and role of children and youth in the
context of globalization. The course comprises an introduction and three thematic
sections:
In the first thematic section the conceptual framework is offered: the link between
Childhood, globalization and social exclusion will be central. Further, attention is given
to various approaches in Childhood Studies, the relevance of gender and to debates on
the Rights of the Child.
In the second thematic section the central focus will be on the relationship between
family, work, schooling and other influences on the daily lives of children. Here the
conceptual framework developed in the first section is applied to policy and practice in
the fields of working children, education and displaced children.
In the third thematic section the focus is on the idea that children are not only victims
but also active agents in participatory social change. During this last part, the themes of
life projects of urban youth, Children and Armed Conflict, Intervention, and participation
of children are covered.
Docenten:
Azza Abedelmoneium en dr. J. Olthoff (j.olthoff@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11255.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
125
ORIËNTATIEMODULE: TAAL & CULTUUR
BA, 10 EC
Aims of the course:
The course overviews how central issues in socio-cultural anthropology can be fruitfully
approached through an analysis of language and interaction. It demonstrates that, since
a lot of anthropological fieldwork takes place through the medium of language and
interaction, anthropologists need to understand critically how society and culture are
constructed through language.
Contents:
This course will explore various theoretical and methodological approaches to the study
of language as a resource for social actors and communities. We will seek to understand
how language emerges in the interactions between persons, and both reflects and
creates socio-cultural worlds. We will ask questions such as: How do human beings use
language in conjunction with other resources to build their social worlds in face-to-face
interactions? How is language used to reinforce, challenge, or reconfigure relationships
of power? How are language and identity intertwined in social interactions? What are
the consequences of language for national policies and politics? Additional topics to be
covered will include: speech communities and communities of practice; language and
social inequality (including gender, class, and ethnicity); agency and resistance; language
acquisition and socialization; and debates over multilingualism, multiculturalism, and
nationalism. Readings for this course consist of ethnographies and scholarly articles that
focus on a variety of social and cultural contexts.
Docent:
prof.dr. N. Besnier (coördinator) (N.Besnier@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/880.html
Periode:
semester 2
126
GENDER, CLASS AND LANGUAGE
BA, 10 EC
Aims of the course:
The aim of this course is to deepen students' understanding of the dynamics of classgender relations through a critical reading of language-oriented ethnography. Upon
successful completion of the course, students should be able to formulate original
research questions addressing the core topics of the course.
Contents:
The main question addressed in this course is how gender and class are related and how
gender and class identities are produced and reproduced through linguistic praxis.
Research by social scientists and sociolinguists has convincingly shown that gender and
class are intimately linked. Many of these studies, however, present categories of
gender and class and the relations between them as relatively stable. To do justice to
radical social, economic, and cultural changes in contemporary societies, this course
wants to discuss research that complicates the more traditional, static, views on genderclass relations. It will do so by looking at how social actors destabilize hegemonic
ideologies of class and gender and how these processes of destabilization are driven by
forces of globalization, and the increasing mediatization and commodification of cultural
objects associated with specific class and gender identities.
Docent:
dr. V.A. de Rooij (V.A.deRooij@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11161.html
Periode:
semester 1
127
ORIËNTATIEMODULE: LICHAAM EN CULTUUR
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Inzicht bieden in de wijze waarop de bestudering van het lichaam in de
antropologie zich heeft ontwikkeld en een overzicht en nadere toelichting geven
van de belangrijkste theoretische benaderingen binnen dit specialisme.
Studenten de gelegenheid bieden onderzoeksvragen te formuleren en
theoretische concepten toe te passen op empirisch materiaal rond ‘het lichaam’.
Inhoud:
In veel antropologisch onderzoek staat het lichaam centraal. Dit is niet verwonderlijk,
omdat in de meeste samenlevingen machtsongelijkheid, sociale organisatie en
symbolische ordening terug te voeren zijn op specifieke lichamelijke kenmerken,
bijvoorbeeld op de kleur, sekse of leeftijd van het lichaam. Bovendien presenteren
mensen zichzelf aan hun omgeving door middel van hun lichaam, zetten zij het lichaam
in bij hun interactie met anderen en ervaren zij de wereld om hen heen via hun lichaam.
In deze oriëntatiemodule zullen de verschillende theoretische benaderingen van het
lichaam in de antropologie uitvoerig worden behandeld.
De antropologische studie van het lichaam, die dateert van het begin van de twintigste
eeuw, kent verschillende stromingen. Sommige onderzoekers bestuderen hoe mensen
het lichaam als een symbool of metafoor voor de samenleving gebruiken. Anderen
benadrukken vooral de instrumentele aspecten van het lichaam. Een stroming die zich
de laatste jaren heeft ontwikkeld tot een zelfstandige studie is die van de medische
sociologie en antropologie, waarin vooral het zieke lichaam wordt bestudeerd. Tenslotte
wordt in de meest recente benaderingen van het lichaam gewerkt vanuit het begrip
'belichaming' – om de voortdurende alomtegenwoordigheid van het lichaam in alle
vormen van cultuur te benadrukken, dus óók de politiek, de religie, de natie en al die
andere zaken die je niet onmiddellijk met het lichaam associeert -- en wordt aandacht
besteed aan het ervarende lichaam.
Bijzonderheden:
Ingangseis: Hoofdvakstudent antropologie (met propedeuse ca en disciplinemodule I
en/of II), minorstudent antropologie (met inleiding ca). De oriëntatiemodule Lichaam en
Cultuur is een goede voorbereiding op specialisaties medische antropologie en gender
studies.
Docenten:
dr. R.P.M. Gerrets en dr. H.J. Hiddinga (coördinator)
(H.J.Hiddinga@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/876.html
Periode:
semester 2
128
PLEASURE AND POLITICS: ANTHROPOLOGICAL APPROACHES TO SEXUALITY
BA, 10 EC
Aims of the course:
Sex as ethnographic and theoretical concern in anthropology.
Contents:
Socio-cultural anthropology offers approaches, methods, and a theoretical apparatus
that can shed light on the workings of human sexuality in ways that no other discipline
can. This course focuses on the insights that can be gained on sexuality by viewing it
through an anthropological lens, emphasizing the relationship of sexuality to its social,
cultural, and historical contexts. In addition, the course examines how the study of
sexuality can inform anthropological understandings of broader questions, such as the
relationship between the individual and society, society and culture, structure and
agency, and the global and the local.
Docent:
prof.dr. N. Besnier (coördinator) (N.Besnier@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11162.html
Periode:
semester 1
129
AIDS & ANTROPOLOGIE
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Het doel van deze module is studenten bekend te maken met de ziekte en de epidemie
aids en wat deze betekenen voor verschillende groepen mensen. Studenten verkrijgen
kennis van de politieke, economische en sociale oorzaken en effecten van aids, en van
aids beleid, preventie en onderzoek. Met behulp van etnografische studies zullen de
studenten inzicht krijgen in hoe mensen in verschillende culturen en bevolkingsgroepen
betekenis geven aan en omgaan met HIV en aids. Aan het einde van de module kunnen
studenten hun vergaarde kennis en inzichten toepassen in de kritische analyse en
bespreking van literatuur en HIV and aids projecten en programma's.
Inhoud:
De ziekte aids heeft de twijfelachtige eer om een van de grootste pandemieën ooit te
zijn met grote demografische, sociale, economische en politieke gevolgen. Aids wordt
geassocieerd met immoreel seksueel gedrag, armoede, slechte gezondheidszorg, en
stigma. Met aids staan we voor een paradox omdat zowel het individu als de structurele
en politieke factoren verantwoordelijk worden gesteld voor de verspreiding van de
ziekte. In het eerste deel van deze module zullen studenten kennismaken en inzicht
verkrijgen in de ziekte aids, de sociale epidemiologie van aids, en welke politieke,
economische en demografische effecten de epidemie heeft. In het tweede deel zal
aandacht worden besteed aan preventie strategieën en de rol van onderzoek hierin.
Aangezien meer dan 90% van de HIV infecties wordt veroorzaakt door seksuele
transmissie, zullen we ons in dit deel ook richten op gender en de sociaal culturele
aspecten van seksualiteit. Ook lokale ziekteverklaringen, stigma, behandelingen en aids
medicijnen zullen in dit deel ter sprake komen. Internationale en nationale aids
programma's worden besproken. In het derde deel gaan we in op wat aids betekent
voor verschillende groepen mensen in verschillende samenlevingen, de kwetsbaarheid
van sommige groepen en hoe mensen omgaan met de ziekte en de dreiging van HIV en
aids. Daartoe zullen we ons verdiepen in enkele etnografische studies.
Docent:
dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7908.html
Periode:
semester 2
130
POWER AND PROTEST
BA, 10 EC
Aims of the course:
Students acquire an understanding of power and resistance (in particular social
movements and collective action); learn to recognize the role of protest in socioeconomic, cultural and political change; and acquire an ability to critically engage the
literature and apply the insights to specific cases of collective action. The scope is
worldwide. (Students who specialize in Asian studies may focus on literature on South
and Southeast Asia).
Contents:
Collective action against perceived wrongs is one of the 'engines' of social (and cultural)
change in communities and societies worldwide. This course discusses interpretations,
concepts, and research methods that help gain insight into this phenomenon. Using case
studies from different continents, we will deal with the following issues: (1) the 'who,
why, and how' of participation in social movements and collective protest, and the
effects for the people involved, their communities, and the wider society and culture;
(2) the dynamics of contention, including processes of mobilisation and identity change;
and (3) the interaction among local communities, social movements (national and
regional), and other parties in a conflict, in particular the state, elites, and the media.
We will explore, for instance, power relations and protest based on ethnicity, class,
gender, and religious community. We will discuss the role of protest in socio-economic,
cultural and political change, both rural and urban. Following an anthropological and
multi-disciplinary perspective, the focus will range from grassroots communities to
national and international arenas of power. (Students who specialize in Asian studies
may focus on literature on South and Southeast Asia).
Docent:
mw. dr. R.A. Rutten (R.A.Rutten@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11163.html
Periode:
semester 1
131
MUSLIM CULTURAL POLITICS
BA, 10 EC
Aims of the course:
To develop knowledge of and insight in the relations between culture, Islam, and
politics in different contexts.
To gain expertise in the use of anthropological perspectives to analyse debates in
the field of Muslim cultural politics.
Contents:
‘Muslim cultural politics’ includes a wide range of topics of contestation: dressing styles,
visual imagery, family law, mosque design, Islamic hiphop, and so on. These issues are
topics of debate between Muslims and non-Muslims as well as amongst Muslims of
various persuasions. For some they point to a ‘clash of civilisations’, for others they
enable connections and crossfertilization.
In this course we will use insights from anthropology to better understand how
particular issues become the focus of debate, the various positions protagonists take up,
how they argue their case, and how certain positions become authoritative. How are
patterns of authority reproduced, modified and/or transformed? What processes of
inclusion and exclusion are at stake (e.g. ethnicity, location, gender, age, education)?
We will trace the impact of the colonial past, of the increased importance of
transnational relations and of processes of globalisation (the rapid circulation of people,
goods, ideas, and images) on these debates. Contestations about the direction of
cultural change / modernity are often framed in terms of ‘Westernization’ versus
‘cultural authenticity’, with gender as a crucial category.
The impact of literacy, the development of the mass media, and of new media such as
the Internet has a particular saliency. What are the implications of particular forms of
mediation for the content / styles of Muslim cultural politics? What are the relations
between ethics and aesthetics? What is the role of emotions, feelings and affect? And
how do these debates relate to everyday life?
Docent:
prof.dr. A.C.A.E. Moors (coördinator)
(A.C.A.E.Moors@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11168.html
Periode:
semester 1
132
THE MEANING OF HAVING CHILDREN IN CULTURAL PERSPECTIVES
BA3, 10 EC
Aims of the course:
In this course we will discuss the following themes: the desire to have a child, infertility,
new reproductive techniques, the development of children following the use of NRTs,
genetic screening and diagnosis, sex selection, lesbian and gay parenthood, and the
political and media debate around these issues.
Contents:
All human societies put a great value on having children. However there are many social
and cultural differences as regards to the reasons for having children, the ideal number
of children, the importance of sons and daughters, and also about childlessness whether
voluntary or involuntary. Involuntary childlessness often leads to devastating personal
and social-economic consequences for the concerned men, and especially the women.
At present, we live at a time in which the New Reproductive Techniques, such as IVF,
ICSI, full surrogacy, and cloning are rapidly developing. These new techniques open up
unexpected prospects for would-be parents: Couples, who probably would have
remained childless in earlier times. What are the social and individual consequences of
the NRTs?. What does a birth following NRT’s mean for parents and children? How does
this new way a forming a family influence parenting and child-outcomes? Also there are
new developments in the associated field of genetic diagnosis and screening, for
example Pre-implantation Genetic Diagnosis, Spermatozoa Analysis, Maternal Serum
Screening, Foetal Cell Analysis, and the widespread introduction of high quality
ultrasound examinations. It is important to consider all these developments, and their
consequences, in the light of the social, cultural and religious constraints and
possibilities. For instance there are vastly different opinions about the acceptability of
donor-gametes, surrogacy, adoption, and screening for genetic diseases, and sex-linked
or trait-linked selection of foetuses. Also there is a large difference between rich and
poor resource countries concerning the availability of new technologies. Moreover the
western biomedical model about procreation is not generally accepted in many parts of
the world, and diverse indigenous models are adhered to. In this module we try to deal
with the afore mentioned questions, on the basis of scientific research from various
disciplines, such as paedogigics, psychology, cultural anthropology, sociology, ethics,
women’s studies, and public health.
Docent:
dr. H.M.W. Bos (coördinator) (infopow@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/1263.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
133
OPVOEDING EN ONTWIKKELING IN SOCIALE CONTEXTEN
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Verdieping en verbreding van de inhoudelijke kennis en multidisciplinaire
theoretische inzichten die de basis vormen van het praktijkveld
opvoedingsondersteuning.
Vaardigheid in het kritisch reflecteren op de bestaande kennis en theorieën.
Vaardigheid om kennis en theorieën toe te passen, of te wel te operationaliseren
Inhoud:
Om te kunnen begrijpen hoe ieder kind zich verschillend ontwikkelt moeten de
invloeden van aanleg, opvoeding en de bredere sociale context waarin de opvoeding
plaatsvindt in onderlinge samenhang bestudeerd worden. Het bio-ecologische model
van Bronfenbrenner vormt het kader. De module start vanuit de vraag wat ouders
betekenen voor de ontwikkeling van hun kinderen. In het eerste deel wordt ingegaan op
vergelijkend onderzoek tussen verschillende typen gezinnen: één-ouder gezinnen versus
twee-ouder gezinnen; gezinnen met vaders versus gezinnen zonder vader; gezinnen met
of zonder biologisch eigen kinderen. Uiteindelijk gaat het om het antwoord op de vraag
welke vorm en inhoud van ouderschap is van belang voor de gezonde ontwikkeling van
kinderen. In het tweede deel het theoretische perspectief voor de studie naar
persoonlijke ontwikkeling, het bio-ecologisch model van Bronfenbrenner. Onderscheid
wordt gemaakt tussen het micro-systeem, thuis, het meso-systeem, in de klas of het
macrosyteem, tussen thuis, school en buurt. Dit bio-ecologische perspectief ziet het
kind als een zich ontwikkelend organisme waarbij het genotype, de omgeving, en de
interactie tussen genotype & omgeving, van invloed zijn op de ontwikkeling van het
kind. In het derde deel wordt dit bio-ecologische perspectief vergeleken met enkele
andere theoretische perspectieven omtrent ontwikkeling en opvoeding: de
groepssocialisatie theorie van Harris en het genetisch behaviorisme. Tot slot de nieuwe
opgaven van de pedagogiek aan de hand van het gezinspedagogische invalshoek van
Parke. Ook komt het Nature-Nurture debat aan de orde, met de resultaten uit
onderzoeksettings die beschreven zijn als natuurlijke experimenten: met name, het
kinderdagverblijf, single-parent families, lesbisch/homo-ouderschap, gezinnen met nietbiologische kinderen, patchwork families.
Docent:
dr. H.M.W. Bos (coördinator) (infopow@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/1133.html
Periode:
semester 1 blok 2 en 3
134
BAWC SOCIALE ONGELIJKHEID IN NEDERLAND EN DE WERELD: THEORIE, EMPIRIE EN
BELEID
BA, 10 EC
Leerdoelen:
De studenten hebben na het volgen van dit vak inzicht in de hoofdthema’s en
benaderingen binnen het denken over sociale ongelijkheid en rechtvaardigheid.
De studenten kennen belangrijke politicologische en sociologische benaderingen
voor de empirische beschrijving en verklaring van sociale ongelijkheid rond
thema’s als onderwijs, gender, armoede en ruimtelijke segregatie.
De studenten kunnen politiek-theoretische inzichten over hedendaagse
vraagstukken over sociale ongelijkheid in Nederland, Europa en de wereld
analyseren en toepassen.
De studenten kunnen kunnen empirische gegevens over sociale ongelijkheid
opzoeken, analyseren en verbinden met theoretische benaderingen.
De studenten kunnen kritisch reflecteren over sociaal-wetenschappelijke
discussies over het ontstaan en voortbestaan van sociale ongelijkheid,
bijvoorbeeld in het kader van het structure-agency debat.
De studenten kunnen kritisch reflecteren over normatieve posities en mogelijke
beleidsinterventies bij problematische vormen van sociale ongelijkheid
De studenten kunnen hun bevindingen presenteren in de vorm van een
presentatie, essay en paper.
De studenten kunnen in correct Nederlands, op academisch niveau en
zelfstandig schrijfopdrachten en een eindpaper schrijven.
Inhoud:
Sociale ongelijkheid is een thema dat steeds aanwezig is in politieke debatten en zo nu
en dan ook de politieke agenda beheerst. Zowel internationale organisaties, politieke
partijen, organisaties uit het maatschappelijke middenveld als ook (nationale en
internationale) belangengroepen en sociale bewegingen hebben doelstellingen of eisen
over sociale ongelijkheid. Geen enkele groepering of organisatie zal zeggen voorstander
te zijn van meer sociale ongelijkheid, maar als we nauwkeurig kijken naar hun eisen,
blijkt dat deze groepen vaak andere conceptualiseringen van gelijkheid hebben.
Het doel van dit werkcollege is om de studenten te leren stellingen en debatten over
sociale ongelijkheid te analyseren. Aan de hand van een aantal sleutelteksten uit de
politieke filosofie/theorie leren we wat het concept sociale ongelijkheid te analyseren,
en bestuderen we verschillende invullingen van dat concept. We bestuderen vragen
zoals: welke ongelijkheden zijn moreel relevant? Kunnen we ongelijkheden het beste
bestuderen in termen van inkomen en vermogen, of het vervullen van basisbehoeften,
of zijn er andere filosofische concepten die meer geschikt zijn? Moeten morele of
politieke oordelen over sociale ongelijkheid rekening houden met eigen
verantwoordelijkheid? Moeten we streven naar een rechtvaardige verdeling of naar het
handhaven van een moreel minimum?
Deze theoretische basis gebruiken we vervolgens om meer inzicht te krijgen in de
135
verschillende vormen die sociale ongelijkheid kan aannemen. Er wordt speciale
aandacht besteed aan debatten over sociale ongelijkheid tussen verschillende groepen,
bijvoorbeeld ongelijkheid op basis van klasse, gender, etniciteit enz. We bestuderen
zowel sociale ongelijkheid op micro-niveau (bijvoorbeeld genderongelijkheid binnen
gezinnen), in Nederland (bijvoorbeeld in het onderwijs) tot op wereldschaal
(bijvoorbeeld ongelijkheid tussen landen). We exploreren verschillende bronnen van
empirische materiaal en leren kritisch kijken naar conclusies die getrokken worden op
basis van dergelijke statistieken en studies. Tot slot bekijken we wat (internationale)
overheden kunnen doen om sociale ongelijkheden te bestrijden.
Bijzonderheden:
Dit werkcollege behandelt sociale ongelijkheid in Nederland, Europa en de wereld,
waardoor het zowel relevant is voor studenten politieke theorie en gedrag en IB. In dit
werkcollege ligt de nadruk op empirisch-geïnformeerde normatieve theorie, maar
studenten kunnen voor het eindpaper kiezen voor een onderwerp dat meer empirisch
of beleidsgericht van aard is.
Docent:
dr. M.J.M. Maussen (coordinator)
(M.J.M.Maussen@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7482.html
Periode:
semester 1 blok 1 en 2
136
INLEIDING GENDER, SEKSUALITEIT EN POLITIEK
BA, 10 EC
Leerdoelen:
• Studenten verwerven een inzicht in de belangrijke discussies binnen het terrein
van gender, seksualiteit en politiek en met de politieke tradities waardoor deze
worden geïnspireerd.
• Studenten kennen belangrijke begrippen binnen genderstudies zoals constructies
van mannelijkheid en vrouwelijkheid, het sekse – gender onderscheid,
intersectionaliteit en genderperformance.
• Studenten leren een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van emancipatie
en de historisering van (discussies over) emancipatie.
• Studenten kunnen kritisch reflecteren op de belangrijkste huidige politieke
debatten rondom multiculturalisme, zorgtaakverdeling en de seksualisering van
de maatschappij.
• Studenten kunnen aan de hand van een gender gerelateerd thema een
wetenschappelijk betoog schrijven, dat een bijdrage levert aan het
interdisciplinaire genderonderzoek.
• Studenten kunnen hun verworven kennis en hun eigen ervaringen verwerken in
een presentatie en kunnen in een groepsdiscussie de nieuwe inzichten
verwoorden beargumenteren.
Inhoud:
In deze cursus wordt ingegaan op belangrijke thema’s binnen genderstudies: de
historische ontwikkeling van het feminisme, de constructies van mannelijkheid en
vrouwelijkheid en de maatschappelijke vraagstukken die dit oproept, en het ter
discussie stellen van vooronderstellingen die aan de verschillende posities van gender
ten grondslag liggen. Met behulp van recente literatuur zal er aandacht worden besteed
aan theorievorming over mannelijkheid, geweld, toekennen van speciale rechten aan
minderheidsgroeperingen, representatie van gender en etniciteit en
wetenschapsfilosofie. Deze onderwerpen zullen behandeld worden tegen een
achtergrond van veranderende ideologieën en politieke tradities met als doel te
onderzoeken hoe deze veranderingen hun weerslag hebben op het denken over gender,
seksualiteit en politiek. De studenten zullen het programma afronden met het uitvoeren
van een klein onderzoek naar een actueel vraagstuk binnen het veld van gender,
seksualiteit en politiek. De cursus biedt een stevige basis voor het met goed gevolg
deelnemen aan diverse modulen genderstudies binnen en buiten de faculteit.
Docent:
drs. M.L.G. Bobo Remijn (M.L.G.BoboRemijn@uva.nl)
(coördinator) en dr. L.M. Mügge
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6982.html
137
Periode:
semester 1 blok 1 en 2
semester 1 blok 1 en 2, voertaal Engels
semester 2 blok 1 en 2
semester 2 blok 1 en 2, voertaal Engels
138
EXPERIENCING DIFFERENCES
BA, 10 EC
Aims of the course:
To provide insight in the concept of cultural diversity in relation to the
construction or social formation of identities and communities, and processes of
exclusion and inclusion.
Stimulate critical thinking about cultural diversity, focusing specifically on ethnic,
gender and sexual issues.
To enhance a deeper understanding of the perspectives and practices of actors
from their different social interests and positions.
The ability to discuss and experience differences on basis of gender, sexuality
and ethnicity.
Contents:
This course consists of a series of lectures on ethnic minorities, women, gays & lesbians
in a Dutch context. The lecturers will discuss the following issues: the construction or
social formation of identities and communities; cultural and political mobilization; social
relations between majorities and minorities; discrimination; production and denial of
differences; strategies on integration, assimilation, opposition. The weekly meetings
consist of a lecture that will focus on one of these topics plus a discussion of the
literature of that week. The lecturers come from different locations and will discuss f.e.
city politics of Amsterdam or the concept of cultural 'diversity' in a Dutch context.
Students are requested to visit the spaces of the discussed groups and report on their
experiences of difference in these places.
Docent:
dr. C. Scholl (C.Scholl@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7947.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
139
BAWC THE SOCIAL MEANING OF GENDER DIFFERENCES
BA, 10 EC
Aims of the course:
To gain insight into the workings of gender and to discuss the construction of sex,
gender and sexuality: This introductory course is premised on the idea that all students,
as upcoming professionals and academic scholars, can benefit from gaining insights into
the workings of gender, sex and sexuality. Through different readings and active class
participation the students will be challenged to discuss the workings and constructions
of sex, gender and sexuality.
Contents:
Since the rebirth of feminism in the nineteen-seventies and eighties, academic theory
and research programmes have increasingly focused on meanings of gender differences
and the social and cultural representations of sex and gender. This field of inquiry is
often known as gender studies and covers a wide range of academic disciplines. This
course is an introduction to the field of gender studies and will explore how categories
like sex, gender, sexuality and ethnicity intersect with social ideas about labour, (health)
care, nation state, equal rights and science. Examples of some of the questions in this
course are: what social constraints create binary distinctions between male and female?
What factors contribute to today's understandings of sexuality? What do "gender
identities" mean in a cross-cultural perspective? How are ideas about masculinities
related to power? Topics to be addressed include: equality and difference; (post)
colonial debates about gender and ethnicity, differences in sexual orientation and
gender representations in popular media. In the last couple of weeks of the course
students are required to conduct a study within the field of gender, sexuality and
culture. Students are at that time expected to meet with the instructor on a regular
basis to discuss more specific aspects of their individual research work. Questions of
research design, procedure and structure will be addressed to improve your research
skills.
Docent:
dr. L.M. Mügge (coördinator) (Inlichtingen:
M.L.G.BoboRemijn@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11359.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
140
BAWC GESCHIEDENIS VAN HET POLITIEKE DENKEN OVER GENDER
BA, 10 EC
Leerdoelen:
Studenten verwerven kennis van en inzicht in de westerse traditie van het
denken over sekse/gender vanaf globaal het einde van de 18e eeuw tot heden.
Studenten leren de historische verschijningsvormen van het feminisme te
begrijpen vanuit hun verbondenheid met specifieke politiektheoretische
debatten en kaders.
Studenten kunnen kritisch reflecteren op de belangrijkste debatten binnen de
geschiedenis van het feminisme.
Studenten kunnen aan de hand van een gender gerelateerd thema een
wetenschappelijk betoog schrijven, dat een bijdrage levert aan het politiek
historische debat aangaande seksegelijkheid.
Studenten kunnen hun verworven kennis en hun eigen ervaringen verwerken in
een presentatie en kunnen in een groepsdiscussie de nieuwe inzichten
verwoorden beargumenteren.
Inhoud:
Centraal staat de wijze waarop mannelijkheid en vrouwelijkheid binnen diverse politiekfilosofische stromingen, sinds het einde van de 18e eeuw, geconceptualiseerd zijn. De
volgende onderwerpen worden behandeld: de Verlichting, Rousseau, de Franse
Revolutie, het gedachtegoed van de utopisch socialisten, en verder de ontwikkeling van
het religieuze en liberale feminisme van de periode 1850-1890, het marxisme, de eerste
feministische golf, het radicaal feminisme van de jaren ’70 en het postmodernisme.
Naast het behandelen van politieke ‘stromingen’, wordt ook aandacht besteed aan
bijvoorbeeld vrouwenarbeid, kiesrecht, seksualiteit, anti-conceptie en de (post)
koloniale vrouw. Dit programma bestaat uit 14 bijeenkomsten, zo mogelijk verdeeld
over drie blokken.
Docent:
drs. M.L.G. Bobo Remijn (M.L.G.BoboRemijn@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6983.html
Periode:
semester 2 blok 1 en 2
141
BAWC GLOBAL CIVIL SOCIETY
BA, 10 EC
Aims of the course:
Understanding of different concepts of civil society, ranging from Arabic and
European Enlightenment concepts to interpretations by Gramsci, Putnam and
Habermas; forming an understanding of the relation between civil society and
the state; civil society and capitalism; civil society and violence.
Ability to perceive and explain consequences of these theories for contemporary
socio-political circumstances, also taking into account gender and post-colonial
critiques, in the context of globalization.
Knowledge and understanding of the functioning of global civil society as an
arena of contestation in the context of global politics: the types of groups,
movements and individuals that constitute global civil society, the issues and
institutions they address, and the spaces they inhabit. Ability to relate these back
to different normative theories about global civil society.
Ability to communicate what has been learned by a) presenting the central
thoughts of a specific text and relating it to other theories, b) presenting an
illustrative case study based on independent research that goes beyond the
required literature, and c) formulating well-argued answers informed by theory
and examples in a take-home exam.
Development of informed personal interpretation of the concept of civil society,
and rejection or interpretation of the idea of a ‘global civil society’.
Contents:
The course consists of four parts of three weeks each: in the first three weeks we will
discuss a wide range of historic and contemporary theories of civil society, relating it to
the state, to capitalism and to violence, always considering the relevance of these
interpretations to present-day global politics. In the next three weeks, the course will
examine actors in global civil society such as social movements, international NGOs, and
nationalist and religious militant networks. The third part of the course is devoted to
spaces of global civil society, taking in traditional political spaces such as the street and
the lobby as well as media spaces and spiritual spaces. The final part of the course looks
at specific issues addressed by global civil society, including environmental and
technology issues, security issues and economic and social justice issues. The final
session will reflect on the viability of the idea of global civil society and its role in global
governance.
Docent:
dr. M.E. Glasius (coördinator) (M.E.Glasius@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10762.html
Periode:
semester 1 block 1 and 2
142
BAWC INTERNATIONAL SECURITY
BA, 10 EC
Aims of the course:
Accumulate in-depth knowledge of major issues and debates related to
international security theory and policy.
Enhance independence of thinking and ability to formulate arguments based on
solid evidence.
Draw lessons from existing theoretical and policy debates to develop and/or
deepen awareness of responsible global citizenship
Contents:
The class is divided into three major sections. The first one explores traditional
approaches to international security. We begin with the most influential scholarship,
realism, and look at how “balance of power,” security dilemmas and alliance building
enable states to cope with war in an anarchical world. We further move to explore
realism-based strategies that proved efficient to maintain peace during the Cold War
and its aftermath. Is it feasible to claim that deterrence can also be useful today, when
Western policy makers face emerging nuclear powers such as Iran or North Korea? Our
next topic is “collective security.” Is the autonomy of states vis-à-vis collective security
organizations strong or weak at the beginning of the 21st century? We further look into
liberalism, interdependence, neo-liberal institutionalism, and democratic peace theory
to understand how linkages between states, economies, societies, institutions, and
regimes facilitate or impede the possibilities to maintain a secure world. Constructivism
gives us further insights into how norms of proper conduct evolve in the international
security realm. Finally, we look into a number of more recent approaches – such as
critical theory and feminism – which see that security and peace could be achieved
through shifting of discourses of power and addressing gender inequalities.
In the second section of this course students learn about current policy challenges to
international security. How do governments and international organizations face the
proliferation of nuclear, biological, chemical weapons, and small arms? Is the current
wave of international terrorism much different from previous waves? We will see the
film, “Paradise Now,” (2005). In this section we ask further questions: How does
transnational crime facilitate insecurity? What is the link between immigration,
diasporas and conflict in the homeland? How does the AIDS epidemic threaten human
security? Why are energy and environmental scarcities becoming a growing source of
contention between states? How do we see wars differently from a gender perspective?
The final part examines how the large theoretical frameworks (discussed in Part I), and
the particular policy challenges (discussed in Part II) relate to the existing security issues
in different regions of the world. We look more closely at Asia, the Middle East, Africa,
North and South America, Europe, the Balkans and the Former Soviet Union.
Remarks:
Verplichte voorkennis: Very good English language skills.
143
Docent:
dr. M. Koinova (coördinator) (m.v.koinova@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10760.html
Periode:
semester 1 block 1 and 2
144
ALGEMENE EMOTIELEER
BA, 5 EC
Inhoud:
Wat zijn emoties, waardoor worden ze veroorzaakt, en wat zijn hun belangrijkste
kenmerken? Hoe kunnen we gender- en cultuurverschillen in de ervaring en expressie
van emoties begrijpen? In deze cursus worden verschillende theorieën behandeld en
naast elkaar gezet en worden de belangrijkste discussiepunten in het emotieonderzoek
behandeld. Welke rol spelen “appraisals” bijvoorbeeld, en hoe belangrijk zijn
fysiologische veranderingen voor de ervaring van een emotie? Kan elke emotie
gekarakteriseerd worden door een specifiek patroon van appraisals en/of fysiologische
kenmerken, en in hoeverre zijn emoties een functie van ons bewustzijn?
Bijzonderheden:
Onderwijsvorm: Hoorcolleges en verplichte werkgroepbijeenkomsten.
Docenten:
dr. M Rotteveel en dr. MLW Vliek
(spsecretariaat@fmg.uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8925.html
Periode:
semester 1 blok 2
145
SEKSUOLOGIE
BA, 6 EC
Leerdoelen:
Kennis van de somatische, psychologische, relationele, maatschappelijke en
culturele aspecten van seksueel functioneren en disfunctioneren;
Kennis over de invloed van ziekte, medisch en psychologisch handelen op
seksueel functioneren;
Inzicht in eigen normen, waarden en attitudes en het effect daarvan op
beroepsgedrag;
Kennis en elementaire vaardigheden op het gebied van de epidemiologie van
seksuele stoornissen/problemen en de seksuologische hulpverlening.
Inhoud:
Zou het keuzevak Seksuologie niet verplicht moeten zijn voor iedere psycholoog? Seks
heeft namelijk voor veel mensen een hoge prioriteit en is vaak van grote invloed op de
kwaliteit van leven. Seksuologie wordt gedefinieerd als de wetenschappelijke
interdisciplinaire studie van seksualiteit (seksualiteit is alles wat het geslachtsverkeer
betreft). Seks is een emotie waarin denken, voelen en handelen verweven zijn en wordt
beschouwd vanuit een biopsychosociaal perspectief. In deze interdisciplinaire cursus
wordt een overzicht geboden van de seksuologie. De nadruk zal liggen op somatische en
psychologische aspecten van seksuele problemen. Het interdisciplinaire karakter van de
seksuologie wordt tot uitdrukking gebracht door een maximale integratie van medische
en psychologische kennis. Hierdoor kan wederzijds begrip bevorderd worden; er kan
inzicht en begrip ontstaan voor mogelijkheden en grenzen van de afzonderlijke
disciplines. Ten aanzien van de hulpverlening kan een optimaal model van diagnostiek,
behandeling en preventie worden aangeboden.
Bijzonderheden:
Onderwijsvorm: Hoorcolleges (13 x 2 uur). Er zijn zeven verplichte gastcolleges,
waarschijnlijk: 1 Seksuele anatomie en fysiologie; 2 Seksuele ontwikkeling van kinderen
en jongeren; 3 Vrouwelijke disfuncties; 4 Mannelijke disfuncties; 5 Transseksualiteit; 6
fMRI van de seksuele respons; 7 Daders van seksueel geweld. De overige zes colleges
zijn niet verplicht. Hiervan gaan er vier over het boek. In één college wordt de stof actief
toegepast middels een debat, film plus discussie of anders. In het laatste college worden
vragen met betrekking tot het tentamen beantwoord.
Docent:
dr. M Spiering (mspiering@fmg.uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/285.html
Periode:
semester 2 blok 1
146
VERDIEPINGSMODULE SPECIALISATIE: SOCIAL THEORIES OF SEXUALITY
BA, 10 EC
Aims of the course:
The course aims to teach the students to understand and discuss the various sexualities
in their abstract meanings, concrete realities and social contexts.
Contents:
The course aims at an understanding of modern Western sexuality as the historical
outcome of co-current, changing and competing discourses. The classic texts of Plato,
Marquis de Sade, Sigmund Freud and Michel Foucault are the centre-pieces of this
course and will serve as basic texts for this class. In close readings and discussions these
studies will be understood as central texts that have defined secular Western sexuality.
In the lectures, the writers and their theories will be placed in their historical context
and attention will be given to various related topics such as gender, ethnicity, politics,
art and variations of gender and sexuality.
Docent:
drs. M. van Heesch (M.A.vanHeesch@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6901.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
147
VERDIEPINGSMODULE SPECIALISATIE: SOCIAL STRATIFICATION, WORK CAREERS AND
GENDER
BA, 10 EC
Contents:
Differential access to paid work in general and to high-ranking jobs and occupations in
particular is a key feature of social stratification in contemporary societies. The seminar
will examine how social and economic inequalities are embedded in the structure and
organization of labor markets and welfare states, and how they evolve in the life
courses of men and women. The course is intended to confront students with the
current theoretical, empirical, and methodological issues in this field, based on
theoretical and empirical literature. A focus will be on gender stratification from the
longitudinal perspective of skill formation, job sequences, employment interruptions,
and work careers.
Bijzonderheden:
Ingangseis: bachelor- en minorstudenten: propedeusebul en Basismodule Arbeid,
Organisatie & Beleid of Basismodule Burgerschap, Zorg & Beleid (voorheen: Verzorging
& Beleid), premasterstudenten: geen
Docent:
D. Grunow, PhD (coördinator) (d.grunow@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9554.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
148
INTRODUCTION TO SHARIA: ISLAMIC LAW AND MORALITY
BA, 10 EC
Aims of the course:
The main aim of the course is to familiarize the student with approaches to analyzing
the highly controversial and continually evolving Islamic concept of sharia or – in the
lecturers personal translation of the untranslatable notion – ‘Islamic Law and morality’.
Consequently, the student will acquire and/or develop:
A basic knowledge of the topics that are traditionally covered in the writings of
Islamic (primarily Sunni) legal specialists and of the extent to which the classical
jurists have reached a consensus on major themes in Islamic societies;
A basic understanding and knowledge of the ways in which Islamic morality as an
ideal has been formed and reformed throughout time and how individual or
groups of Muslims have reacted to changing attitudes and interpretations of
sacred or canonical texts;
Skills to critically analyze the current popular debate on the relation between the
‘literal’ text of the Quran, ‘Islamic rulings’ and the behaviour and convictions of
Muslim individuals and communities;
Abilities to assess the relations between Islamic sacred or canonical texts and the
discourses of contemporary Islamist preachers and emancipating Muslims in
Western societies;
Communicative skills in coherently and persuasively presenting core arguments
relevant to the study of the relationship between Islamic Law and the actual
convictions and behaviour of Muslims both orally and in writing.
Contents:
After the demise of Sovjet-communism during the early 1990s as the archetypical
ideological adversary of western liberalism, Islam appears to have retaken its earlier
position as main antithesis of ‘the western way of life’ in popular imagination. The ageold image of Islam as a threat to western values has considerably gained in credibility by
the anti-Western discourse, violent actions and repressive policies of so-called Islamist
groups and governments. As a result, a highly emotional public discourse has emerged
in both East and West on the concept of sharia, the traditional Islamic system of moral
values, rules and social regulations, commonly translated into English as ‘Islamic Law’.
Even the large majority of Western citizens who claim to have no objections at all to the
Islamic religion as such, or to Muslims as a religious minority in their midst, show
considerable sensitivity – nor to say an inherent aversion – to what they perceive as
‘sharia’. Within the contemporary public discourses on Islam, the notion of sharia
appears to serve as the common denominator of all those Islamic values that are
believed to be incompatible with ‘basic western principles’ such as gender equality,
freedom of religion and democracy. Popularly equated with the stoning of adulterous
women, the hanging of homosexuals and the cutting of the hands of thieves, it should
come as no surprise that the former Dutch socialist Minister of Integration quite
recently warned the Dutch Muslim community not even to consider the possibility of
149
introducing any aspect of sharia in the Dutch legal system.
The aim of this introductory course on Islamic Law & Morality is to gain a more accurate
and balanced understanding of the controversial concept of sharia and its contemporary
implications. This will be achieved by dissecting and analysing it against the diverse and
continually evolving cultural and political backgrounds which have molded the subject
since its inception during the early, formative stages of Islam. Our approach will not be
theological. Instead, analytical tools from the sciences of law, history, sociology,
anthropology and political science will be brought to bear on the subject of sharia. The
student will learn about the origins of Islamic morality, the original function of sharia as
a (pre-modern) law system, its systemic and substantial development until modern
times and the causes of its present conflict with the modern secular system of law and
government. The question will be posed in what ways and what forms Islamic Law and
morality continue to inspire and guide modern Muslims. We will look at how
contemporary believers attempt to solve, or ignore, the apparent contradictions
between the traditional Islamic system of law and morality and the ideological and legal
system of the modern nation state.
Throughout the course the importance of critical and detached analysis will be stressed,
as opposed to superficial moral condemnations or – on the other side of the moral
spectrum – an intrinsically lopsided, politically motivated search for ‘a common moral
ground’ within the Islamic tradition. Both moral and the ideological approaches are
believed to severely hinder a proper understanding of the notoriously intricate, but
nonetheless highly intriguing, subject of Islamic Law & Morality.
Docent:
drs. M. Blessing (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10533.html
Periode:
semester 2, voertaal English
semester 1, voertaal English
150
YOUTH CULTURES IN A TRANSNATIONAL CONTEXT
BA, 10 EC
Aims of the course:
The aim of this course is to provide students with an overview of the main social
debates and issues surrounding youth, and particularly youth subcultures, in a
transnational context. We will examine both youth cultures themselves, as well as how
“youth” are constructed as objects of desire and social anxiety by society, social
institutions, and the state. The course departs from the premise that far from being
marginal or separate from social investigation, youth constitute an important site of
cultural production, social conflict, and popular expression.
This course is designed for students who have completed some general coursework in
the social sciences and humanities, and is directed as upper-level undergraduate
students. No previous knowledge or study of youth cultures is required. It will be taught
exclusively in English and students will be able to improve their proficiency in reading
and writing in academic English.
Contents:
Globally, youth are understood as a social category in highly paradoxical terms—as both
the embodiment of a society’s positive potential and hopes and as the most authentic
site where one may see a modern society’s moral, physical, and even intellectual
degradation.
On the one hand, youth cultures are commonly perceived as the site of new cultural
innovations, such as novel uses of technology and creative forms of self-expression and
artistic production. Examples include the emergence of cell-phone based novels written
by young girls and women in Japan that become national bestsellers, or hybrid forms of
hip-hop music and dance among teenagers in Berlin, that become means of expressing
gendered, sexual, and ethnic identities as well as new aesthetic forms in and of
themselves. On the other hand, youth are consistently cast as volatile and problematic.
Youth cultural forms that gain broader popularity often emerge from the lower-middle
and working class segments of a society, confounding the state’s and cultural
gatekeepers’ notions of good taste and “proper” forms of cultural and intellectual
expression.
In this course we will examine examples of such youth culture from around the world—
from Japan and China to Africa, Western Europe, and North America. We will consider
what happens, and what is at stake, when youth interests and the popularity of
particular forms of their expression collide with those of others—be it the state, schools,
or tastemakers. Furthermore, this course will explore how youth cultures borrow from
each other, and the extent to which these linkages are facilitated by media technologies,
the internet, and travel. The transnational mobility and ubiquity of hip-hop is a primary
example of this.
Docent:
O.K. Sooudi PhD (coördinator) (onderwijsbaliebushuis@uva.nl)
151
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11259.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
152
BEELDVORMING IN ENTERTAINMENT / REPRESENTATION AND ENTERTAINMENT
BA, 5 EC
Leerdoelen / Aims of the course:
Kennis verkrijgen van de wijze waarop verschillende media sociaalmaatschappelijke
thema’s en groepen binnen de maatschappij representeren. Begrip krijgen van
theorieën op dit gebied en de historische achtergrond van deze theorieën. Tevens
inzicht krijgen in en ervaring opdoen met het analyseren van mediaboodschappen.
Students will obtain knowledge of the various ways in which social themes and distinct
groups within society are represented in the media. Insight will be developed into
theories and historical backgrounds to modern representations. In addition, students will
become familiar with methods of analysis of media messages.
Inhoud / Contents:
Tijdens deze cursus staat het analyseren van verschillende mediaboodschappen
centraal. De nadruk zal liggen op de studie van de culturele en maatschappelijke
aspecten van onze cultuur zoals die in de media worden gerepresenteerd. Tijdens
colleges en werkgroepvormen wordt bekeken hoe het menselijk lichaam en menselijke
identiteiten in beeld komen, in welke context dat gebeurt en welke vooronderstellingen
daaraan ten grondslag liggen over zaken als etniciteit, smaak, mannelijkheid en
vrouwelijkheid. Ook wordt er aandacht besteed aan verschillende sociologische en
maatschappelijke theorieën die in verband zullen worden gebracht met de media. Een
historische achtergrond biedt de student verdere inzichten in ons huidige denken en de
manier waarop de media hierop inspeelt.
This course will look at socio-cultural aspects of our modern-day lives, and how these are
represented in the media as well as how these representations have come into being.
The practical analysis of media messages will be central to the course. Through a
combination of lectures and seminars, the course will introduce students to various
representations of human bodies, identities and their implications for our understanding
of the world in relation to issues such as gender, ethnicity and ‘taste’. Relevant sociocultural theories will be studied and discussed, and historical contexts will bring deeper
understanding to our current thinking and the way the media bears this out.
Docent:
dr. R. van Bronswijk (onderwijsbalie-cw-fmg@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11152.html
Periode:
semester 1 blok 1 (Nederlands)
semester 2 block 2 (English)
153
MEDIA INFLUENCE ON YOUTH (EN)
BA, 5 EC
Aims of the course:
Door kennis en begrip van wetenschappelijke theorieën en empirische bevindingen met
betrekking tot media-effecten moeten studenten de invloed van media op jongeren
kritisch kunnen evalueren.
Contents:
We live in a society that is dependent on mediated information and communication for
many daily activities such as work, education, personal relationships, and
entertainment. The influence of media on society is so extensive that it is relevant to
understand how it really works. Generally speaking, the media influences our emotions,
attitudes, perceptions and behavior related to a variety of subjects such as sex, violence,
politics and religion. Because children and adolescents are generally more
impressionable and easier to influence than adults, knowing the effects of various media
on young people is particularly important. In this seminar, we will focus on four types of
media that are relevant to young people: television, Internet, video games, and
magazines. We will examine how these four types of media influence youth in areas
such as: violence and aggression; sex, gender roles, and relationships; health and
nutrition; and friendship formation. The positive, negative, long-and short-term effects,
both at the individual level (micro) and societal level (macro), will be discussed. In order
to do this, we will study important literature, theories, and research methods in the field
of communication and media effects.
Docent:
drs. S. Joshi (onderwijsbalie-cw-fmg@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11137.html
Periode:
semester 1 block 1, voertaal English
154
INTRODUCTION TO SEXUAL STUDIES
BA, 10 EC
The aim of this course is to provide students with the following insights and skills:
The acquisition of basic insights into the relations of society, history and
sexuality;
The ability to evaluate historical and contemporary sources materials, or "truth
claims", about sexuality;
An overview of social theories about sexuality and the capacity to situate current
debates about sexuality;
An understanding of the various perspectives on sexual politics and the ways in
which power, truth and health affect different social groups.
Contents:
The course offers an overview of European sexual history and of sexual sciences
including moral theology, biology, history, sociology, gender studies and cultural
analysis; and perspectives on hetero- and homosexuality, auto-eroticism and so-called
paraphilia's such as sadomasochism, pedophilia and transsexuality. The focus of the
course will be on the histories of European sexual cultures and sciences.
Remarks:
This introductory course is open for students with backgrounds in social sciences,
cultural studies or history. No background in gender and sexuality studies is required.
This course is especially recommended to those who wish to take additional more
advanced courses in gender and sexuality studies.
Docent:
dr. G. Hekma (dr. G. Hekma lecturer first semester, dr.
M.van Heesch lecturer second semester) (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/788.html
Periode:
semester 1
155
LOVE NARRATIVES AND THE ETHICAL IMPLICATION OF SEX, GENDER AND SEXUALITY
BA, 10 EC
The aim of the course is to provide students with the following insights and skills:
To analyze and deconstruct the cultural scripts that shape and form idiosyncratic
experiences on romantic love.
Insight in how intersections of gender, sex, sexuality, race, ethnicity, religion,
age, class etc., enable and restrict ways in which we can give our experiences
with romantic love a cultural narrative.
Think critically on how love stories although discursive, and sometimes
subversive, mostly affirm dominant discourses on how and whom we should
desire.
Contents:
Through its focus on lived experience and contemporary critical theory on the ethics of
sex, gender and sexuality, this course would like to offer its students a possibility to
think critically on how romantic love stories although discursive, and sometimes
subversive, mostly affirm dominant discourses on how and whom we should desire.
The stories we tell each other in literature, in film, music lyrics, newspaper articles,
jokes, the law, medical and scientific narratives show us how romantic love is negotiated
through ideologies (or cultural scripts) on sex, gender and sexuality. Cultural scripts are
dominant narratives that circulate, are being told and retold that give some blueprint on
how romantic love should be experienced. By shaping possible ways in which love can
be experienced, the impossible is being defined.
In this course we will look closely at romantic love narratives historically, cross-culturally
and from all possible genres in scholarship, medicine, sociology, anthropology,
philosophy about literature, film, theatre, poetry, art and music lyrics. Our task will be to
evaluate how critical theories deconstruct dominant and or subversive structures of
how to love. To reach more understanding, we will look at the structuring elements of
love narratives in terms of the suggested theories, as well as create our own. We shall
analyze the ideologies of how romantic love is narrated along or against the lines of
dominant assumptions on sex, gender and sexuality as well as intersections with
ethnicity, “race”, religion, age, class, health and citizenship.
Docent:
drs. M. van Heesch (international-fgw@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9196.html
Periode:
semester 1
156
REPRESENTING IDENTITY IN FILM AND LITERATURE
BA, 10 EC
Aims of the course:
This course provides students with the opportunity to gain a solid understanding of
identity studies, and more broadly of cultural studies. By the end of the course, the
successful student will have attained a critical awareness of the ways in which racial,
gender, class and national identities have historically been, and continue to be, shaped
by popular stories. Further, s/he will be able to apply this knowledge to the analysis of
narrative and filmic texts by means of critical thinking, speaking and writing.
Contents:
Who are we? Where does our sense of self exactly come from? This course takes as its
premise that identity is in large part shaped by the stories we tell about ourselves as
well as the stories others tell about us. We focus on stories told in the form of popular
narrative and film, that is to say, those stories with the greatest influence on the most
people. The course takes as a case study the representation of Latin American identity
through written and filmic narrative out of Europe and the Americas from the 19th, 20th
and 21st centuries, and thus also treats the shift from modernism to postmodernism
with regard to identity. For the purposes of this course, we concentrate on four identity
categories: race, class, gender and nation, and we operate under the foundational
assumption that identities are unstable and fluid, rather than fixed and essential.
Identity is constantly being contested, and therein is constructed and reconstructed in
the course of social interchange. For roughly the first third of the course, we study the
theoretical underpinnings of the aforementioned identity categories, and we then
spend the rest of our time together applying them to the most widely read narratives
and most widely viewed films.
Docent:
C. Buckley (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9721.html
Periode:
semester 1
157
GENDER, MIGRATION AND DEVELOPMENT
Preparatory Programme International Development Studies, 10 EC
At the end of the course students will be able to:
assess how gender relates to migration and development processes
analyse different patterns of female and male migration
critically discuss specific topics, cases and debates
critically discuss specific sources (data, statistics, methodologies)
design a research project on migration
Contents:
Between 1960 and 2008 the number of international migrants in the world doubled and
the percentage of women involved in transnational flows increased dramatically. In the
“age of migration”, many authors identify a specific trend towards the “feminisation of
international migrations”. This epochal change is due to a series of crucial shifts that
have taken place at the turn of the century: stabilisation of the number of post-II World
War migrants and family reunification; in the so-called “developed” countries,
increasing participation of women in the formal labour market and increasing demand
for domestic labour and care labour; in the “developing areas”, increasing participation
of women in industrial labour and increasing mobility of women previously confined to
rural areas and/or patriarchal roles. These changes have not only led to a dramatic rise
in female migration but also reveal important modifications and specificities of female
immigration patterns and roles in the receiving countries. The main purpose of this
course is to deepen the understanding of key processes associated with gender,
migration and development, and to develop critical perspetives in order to assess them,
using gender as an analytical lens.
Docent:
Dr. S. Farris (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10678.html
Periode:
semester 1
158
CAPITA SELECTA SOCIAL THEORY
MA, 10 EC
Aims of the course:
To confront students from diverse academic backgrounds with some of the key-issues of
the social sciences in order to acquaint them with recent debates and develop their
critical thinking on these issues. During the course students will be encouraged to relate
the theoretical debates to their specific fields of interest.
Learning objectives:
1. Knowledge of recent debates on key-issues in the social sciences.
2. The ability to set forth their own views on each of these core topics.
3. The ability to relate their theoretical knowledge to empirical problems.
4. The ability to evaluate contributions from specific disciplines to the social
sciences.
Contents:
This course will present an overview of key issues and debates in contemporary social
science (esp. sociology and anthropology). Students will read a wide range of original
texts by a variety of social theorists, organized around the themes of modernity,
inequality, citizenship and globalization.
Remarks:
This course is only open to students in the MA programme's in Gender, Sexuality and
Society; Migration and Ethnic Studies; Social Theory and Public affairs, and the Research
MA Social Sciences. It is NOT open as a free elective to other students. The exact
contents of the course will be available as soon as possible. The information available
now, is preliminary.
Docenten:
drs. C. Broër en mw. dr. O. Sezneva (o.sezneva@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10891.html
Periode:
semester 1 block 1 and 2
159
SEXUALITY, ETHNICITY AND CLASS IN COMPARATIVE PERSPECTIVE
MA, 10 EC
Aims of the course:
The purpose of this class is to train students to reflect critically on the social, historical,
and political embeddedness of sexual practices, meanings, relationships, and
imaginaries. It focuses mainly on how “sexuality” articulates with hierarchies of race,
ethnicity, class, gender, and cultural distinction, but also on how it has been informed by
such massive historical processes as the transformations of capitalism and economic
inequality, nationalism and nation-building, imperial power and colonialism,
international migration and the racialization of postcolonial immigrants, the emergence
of increasingly multiethnic and multicultural societies, the advent of feminism and gay
liberation, the relative progress in gender equality, the diversification of sexual
subcultures. Participants will not only learn the latest theoretical developments in the
fields of sexuality, ethnicity, and intersectionality, more crucially they will become
genuinely knowledgeable about the social construction of sexuality across historical
periods, world cultures and societies, ethnic and class lines. In a research-oriented,
multidisciplinary environment, they will be trained to produce rigorous, historically
informed empirical-theoretical pieces of quality scholarship.
Contents:
Sexuality, gender, ethnicity, and class together represent crucial nexuses where our
bodies intersect with social organization and subcultural diversity: they all relate to
power and inequality, but also desire and identity. Their intersection in concrete daily
practices accounts for a large part of contemporary social life. The first weeks of the
course will be devoted to uncovering the analogies between these sites of production of
social difference, inequality, and pleasure. We will relate sexual stigma with racial
stigma, norms of sexual behavior with norms of class behavior, sexual distinction with
cultural distinction, ethnic and civic hierarchies with hierarchies of sexual orientations,
sexual capital with ethnic and cultural capital, etc. Sexism, racism, and homophobia will
be analyzed each as a distinct form of domination and rejection but their comparable
features will also be emphasized and made theoretically beneficial. Then we will switch
to presenting the formidable variation in sexual practices and categories obtaining
across space and time. We will not only insist on sexual diversity, but also show that
diversity is itself diversely organized in different societies, ethnic groups, and social
classes, depending on how the contents and boundaries of masculinity and femininity,
sameness and otherness, honor and shame, pleasure and danger, matrimony and
reproduction, are defined within them. We will insist on the concept of intersectionality
to account for how these various dimensions of social and political life are combined
with each other. We will go beyond the mere exploration of diverse sexual “cultures” by
showing how sexual experience is itself embedded within other types of symbolic,
social, economic, and ethno-racial relations. Themes of investigation will include: sexual
orientalism, non-Western and non-middle-class sexual cultures; the ethnic performance
of sexuality and the sexual performance of ethnicity; sexual migration and the sexuality
160
of migrants; globalization, prostitution, sexual tourism and sexual trafficking; rape at the
crossroads of gender, race and warfare tactics; homophobia across class and ethnic
lines; class and ethnic diversity in the transgender experience.
Docent:
dr. S.M.G Chauvin (coördinator) (S.M.G.Chauvin@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11154.html
Periode:
semester 2 block 1 and 2
161
SOCIAL AND CULTURAL STUDIES OF SEXUALITY
MA, 10 EC
The aim of the course is to provide students with the following insights and skills:
The acquisition of basic insights into the interfaces of culture and sexuality with
regard to sexual behaviour,
The ability to evaluate historical and contemporary sources materials, or ‘truth
claims’ about sexuality,
An overview of social theories about sexuality and the capacity to relate these to
public debates about sexuality,
An understanding of the ways in which metaphors of power, truth and health are
projected onto different social groups,
Insights in the connections between private lives, local cultures and global
developments with regard to sexual practices,
The ability to do research and to write on sexual lives and cultures.
Contents:
This interdisciplinary course offers an introduction to sexuality and gender studies from
a social science perspective. The various disciplines of the social sciences will be
discussed, partly based on important studies from history, sociology, anthropology and
political sciences. We will first read old and/or theoretical texts on sexuality and gender.
In the second half of the course we will engage in contemporary debates about gender
and sexuality and gender. We will position the course in relation to the scholarly turn
that has occurred in the late 1970s with the theoretical standpoint that is generally
known as ‘the social construction of sexuality’. Whereas previously sexuality used to be
studied mainly within the biomedical paradigm of health and disease, the social sciences
surveyed sexual behaviour or studied “marginal” social groups (sex workers,
homosexuals) or non-western societies’ sexual cultures. The social construction of
sexuality, instead, provides a methodology and theory to analyze the dynamics between
culture and sexual behaviour in order to understand people’s self-perceptions and selfrealization and the role of gender and sexuality herein. Besides critically engaging with
the dominant theorists on sexuality and gender, we will address particular themes such
as age, class, ethnicity, religion, pleasure and desire, mainly from a cross-cultural
perspective.
Docenten:
drs. M. van Heesch en dr. G. Hekma (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6922.html
Periode:
semester 1
162
CLASHING VIEWS ON YOUTH AND THE MEDIA
MA, 12 EC
Aims of the course:
Upon completion of this course, students will have
Intellectual leadership: You will be able to identify the most pressing issues in
debates about youth and the media. As a result, you will be able to participate
competently in the current debates about the influences of the media on youth
Theoretical competence: You will have a thorough understanding of the most
up-to-date international research on the issue, along with an encompassing
notion of the most essential communication-scientific concepts and theories
Critical awareness: You will be able to identify the shortcomings and biases of
existing research and to evaluate current developments in the media critically
Methodological knowledge: You will know which method to apply for which
question and under which circumstances. As a result, you will be able to
investigate questions about youth and media competently and with up-to-date
methods
Practical skills: You will be able to competently inform both teenagers, parents,
and the wider public
Contents:
The reputation of today’s teenagers could not be more contradictory. For some
observers, a “Generation Me” or a “Generation Porn” has emerged that is
narcissistically obsessed with itself and lacks fundamental values. Others, in contrast,
have called current teenagers the “Generation Einstein,” referring to young people that
deal with unprecedented global problems in flexible and innovative ways. In these
heated debates, the role of the media has become a particularly contentious issue. On
the one hand, the media are held responsible for many problems that many teenagers
face. On the other hand, the media are seen as merely reflecting deeply rooted largescale issues that make any concern about “adverse media effects” seem utterly out of
place.
This seminar provides you with a thorough, academically based approach to the current
controversy about youth and the media. Do video clips lead to hostile attitudes towards
women among teenagers? Do fashion magazines cause eating disorders? Does
advertising turn young people into materialistic consumers? Is internet pornography
harmful for adolescents’ sexual development? Do social network sites stimulate empty
relationships rather instead of rewarding friendships?
You will learn to answer these and other questions with the most up-to-date mediapsychological theories and empirical studies. Not only will you be able to assess the
influence of media on adolescents; you will also know how this precisely works. Further,
you will become familiar with the most important methods with which to investigate
the issues presented in this seminar. You will gain insights into the advantages and
disadvantages of each method and get a clear notion of when and how to apply it.
Finally, you will learn how to make academic findings accessible for a broader audience
163
by developing campaigns targeted at teenagers and parents.
Docenten:
dr. A.M. de Graaf en dr. J. Peter
(communicatie-fmg@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11114.html
Periode:
semester 1 block 1 and 2, (English)
semester 1 block 1 and 2 (Dutch)
semester 2 block 1 and 2, (English)
semester 2 block 1 and 2 (Dutch)
164
MAWC THE POLITICS OF HUMAN RIGHTS & CONFLICT RESOLUTION
MA, 10 EC
Aims of the course:
This course seeks to provide an understanding of the complex relationship between the
politics of protecting human rights and making peace in armed conflicts. It will cover
different normative and social scientific theories of human rights and conflict resolution.
It will also explore how these theories can be integrated in particular cases where local,
national, and international efforts are being pursued to protect human rights and
promote peace. At the end of this course students should have an understanding of the
social scientific literature where these two areas intersect analytically and practically.
This will include causes of civil war and violence, relativism versus universalism in
human rights, humanitarian intervention, women’s rights in conflict situations, and
ethnic conflict.
Contents:
This course explores how practical efforts by local and international actors to protect
human rights can sometimes advance and at other times hinder practical efforts to
resolve armed conflict. National and international actors seeking to improve conditions
for civilians in internal conflicts work towards protecting human rights and resolving
conflict. Practical efforts to protect human rights can be good for resolving conflict by
advancing long term stability, identifying causes of conflict, identifying potential
mechanisms for its resolution, protecting bridge builders in a divided society, providing
a neutral standpoint for addressing contentious issues, and generating international
support for a peace process.
Practical efforts to protect human rights can sometimes be bad for resolving conflict
because raising human rights violations with belligerents can distance them from a
mediator, there is an asymmetry of violations between a state and an armed group,
belligerents can see human rights as reducing their control over populations, human
rights are perceived as inflexible, human rights are viewed as western, and those who
have committed war crimes may seek to avoid punishment. When there is a tension
between the two in a situation of conflict, human rights activists may give priority to
protecting rights, while mediators may give priority to resolving conflicts. Nevertheless,
tensions between resolving conflict and protecting human rights are not inevitable.
They can be reduced, though not eliminated, through institutional design or political
acumen. The emphasis in this course is on the more politically sensitive phases of
mediation in peace processes, though some of the broader issues of post conflict
stability are also addressed.
Docent:
dr. R. Manikkalingam (coördinator)
(R.Manikkalingam@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9770.html
165
Periode:
semester 1 block 1 and 2
166
MAWC GOVERNING DIVERSITY
MA, 10 EC
Aims of the course:
Providing students with knowledge of the most significant theoretical debates on
the link between politics and cultural diversity, as well as on the effects of these
debates on public policy and political discourses.
Integrating the inter-cultural dimension into public policy analysis. The course
provides analytical tools and concepts for assessing and evaluating public policy
through the prism of inter-culturality. You are expected to acquire and apply this
knowledge to the analysis of public policy and the study of international
relations.
Reasoning abilities and discursive and analytical skills. The first part of this
seminar aims to present different kinds of reasoning (for example, dogmatic
thinking vs. critical thinking). You will be expected not only to become aware of
the advantages and pitfalls of each one of these, but also to be able to apply
them to your presentations and written papers. You are also expected to
develop skills in effective argumentation, with particular emphasis on getting the
attention of the audience.
Inter-cultural skills. This course is not specifically about acquiring inter-cultural
management skills even if the topic will be addressed. However, you will be
expected to become aware of your own political stereotypes and prejudices and
the way our own political culture affects your political views and choices.
Contents:
Within the context of increasing transnational exchanges and international mobility, the
inter-cultural dimension of politics can no longer be neglected. During this seminar,
attention will be drawn particularly to the European Union (EU), as the most developed
political system trying to reconcile unity with diversity. As many other International
organisations, the EU is to be considered an inter-cultural political system and as such, it
has developed several methods to govern diversity. “Cultural diversity” will be
considered is a very broad sense, including gender, social and economic diversity.
This seminar will an expression of diversity itself, as it will combine different
approaches. The issue of inter-culturality will indeed be addressed from the standpoint
of several disciplines such as political philosophy, public administration and public
policy, political sociology, and even political psychology.
Firstly, this seminar will focus on theoretical debates put forward by political
philosophers around notions such as cosmopolitanism and multi-culturalism. Such
debates are relevant as long as they influence public policies and political discourses.
The second part of this seminar will concentrate on governance under diversity
pressures. The purpose is to explore how inter-culturality affects policy-making, the
administration of justice and democracy and legitimacy in the EU. Inter-culturality has
indeed many consequences on the functioning of EU institutions, particularly the
European Commission and the European Court of Justice.
167
The third part of this seminar will be directed to European policies set up to foster interculturality, such as inter-cultural dialogue; Erasmus and other mobility programmes, and
the implementation of European transnational projects. The analysis will focus not only
on the added value of such inter-cultural practices, but also on their eventual effects on
the emergence and development of a European identity, a European democracy and a
European civil society and public space.
Finally, the development of inter-cultural skills is not only beneficial for the international
and transnational levels. Diversity is also gaining widespread currency within nation
states. Inter-cultural analysis and the development of inter-cultural skills will also be
applied to national debates and national public policy. While considering the national
level, the discussion will tackle issues such as the effects of inter-culturality on
democracy and the welfare state.
Docent:
dr. R. Sanchez Salgado (coördinator)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11157.html
Periode:
semester 1 block 1 and 2
168
MAWC KERNTHEMA'S VAN DE MODERNE POLITIEKE THEORIE
MA, 10 EC
Leerdoelen:
Studenten kennen aspecten van de contemporaine politiektheoretische
gedachtevorming rond de thema’s (1) diversiteit en rechtvaardigheid (2) Macht,
governance en democratisch burgerschap.
Studenten kunnen ideeën en normatieve argumentaties plaatsen in hun bredere
historische, institutionele, beleids- en politieke context.
Studenten kunnen normatieve overwegingen over rechtvaardigheid/gelijkheid,
gezag en democratische legitimiteit verbinden met politicologische kennis over
de werking van nationale, transnationale en internationale institutionele
regelingen en machtsverhoudingen.
Studenten hebben inzicht in de hedendaagse normatieve theorie en zij kunnen
zichzelf positioneren in actuele discussies over (on)gelijkheid en
rechtvaardigheid (binnen nationale samenlevingen en op wereldschaal (global
justice)), gender, post-kolonialisme en multiculturalisme, democratische
legitimerings- en verantwoordingsprocessen op wereldschaal (global civil
society), politiek-filosofische ideeën over milieuproblematiek en
verdelingsvraagstukken (groene politieke theorie), rechtvaardige oorlog, en
actuele visies op democratie en burgerschap (deliberatieve, agonistische en
associatieve democratiemodellen).
Studenten kunnen primaire politiek theoretische teksten zelfstandig
interpreteren en normatieve argumentaties analyseren en beoordelen.
Studenten kunnen in correct Nederlands of Engels en op academisch niveau
schrijven over politiek theoretische teksten en thema’s.
Inhoud:
Normatieve kwesties en normatieve theorieën zijn onvermijdelijk een onderdeel van
sociale wetenschap. De moderne politieke theorie streeft ernaar enerzijds de ideale en
principiële grondslagen van de maatschappelijke orde op nationale en internationale
schaal te formuleren en anderzijds deze grondslagen te betrekken op gedragingen van
groepen mensen in de echte wereld, actuele politieke vraagstukken en institutionele
regelingen. De driehoek gedrag-institutie-ideaal kan worden getrokken in de
theoretische studie van zowel nationale politieke stelsels als internationale
betrekkingen. Deze module behandelt een breed scala aan auteurs en thema’s in de
moderne politieke theorie van de twintigste eeuw. Daarbij komen twee hoofdthema’s
aan bod:
(1) Diversiteit en rechtvaardigheid. Bij dit thema kijken we naar actuele discussies over
de rechtvaardige verdeling van rechten en hulpbronnen, te beginnen met Rawls’ A
theory of Justice. Vervolgens komen discussie aan bod over gender (on)gelijkheid,
culturele rechten, multiculturalisme en normatieve aspecten van milieuproblematiek.
Tenslotte bekijken we hoe “universele” morele beginselen zich verhouden tot ethisch en
cultureel pluralisme en nationale soevereiniteit. Aan bod komen daarbij
169
achtereenvolgens theorieën over “global justice” en andersglobalisering, ideeën over de
normatieve rechtvaardiging van oorlogen en de actuele betekenis van mensenrechten
en hun normatieve fundering.
Het tweede thema is (2) Macht, governance en democratische burgerschap. In dit blok
komen auteurs aan bod die proberen visies op democratisch burgerschap,
verantwoording (accountability), invloed (voice and muscle) en civil society te
ontwikkelen die aansluiten bij de veranderende politieke verhoudingen die kenmerkend
zijn voor een globaliserende wereld. Rond dit thema wordt aandacht besteed aan de
normatieve implicaties van dislocaties van politieke macht en de uitholling van
traditionele democratische instituties. Aan bod komen ook de beperkingen van
realistische theorieën over macht en gezag binnen de internationale betrekkingen,
mogelijkheden en beperkingen van de governance van financiële markten, spanning
tussen nationale zelfbeschikking en noodzaak tot internationale samenwerking, en
ideeën over de vernieuwing van de democratie.
Docent:
dr. M.J.M. Maussen (coördinator) (De colleges worden
verzorgd door verschillende gastdocenten.)
(M.J.M.Maussen@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/2009_2010/nl/c/10402.html
Periode:
semester 1 blok 1 en 2
170
PSYCHOLOGIE VAN DE POLITIEK
MA, 6 EC
Het belangrijkste doel van deze cursus is het gedrag van kiezers en politici te begrijpen.
Centraal staat daarbij te snappen hoe kiezers politici waarnemen, hoe deze waarneming
samenhangt met stemgedrag, en hoe politici en campagnestrategen dit proberen te
beïnvloeden.
Deze processen worden belicht vanuit verschillende sociaal-psychologische hoeken. De
belangrijkste is een cognitieve benadering waarbij we inzoomen op de verwerking van
(politieke) informatie, de mentale representatie van partijen en personen in ons brein,
en hoe dit vervolgens leidt tot beredeneerd of juist automatisch (stem-)gedrag. Oftewel,
hoe komen kiezers tot hun politieke opvattingen, en in hoeverre voorspellen deze
opvattingen eigenlijk het stemgedrag? Zijn kiezers rationele wezens, of spelen met
name emoties een rol bij het bepalen van hun stem? Hoe belangrijk zijn schijnbaar
ondergeschikte zaken als uiterlijk, sekse, charisma en welbespraaktheid? Interessant
hierbij is vast te stellen in hoeverre politici en hun campagneteams in binnenen
buitenland op de hoogte zijn van deze processen, en hoe ze deze proberen te
beïnvloeden. Weten Nederlandse campagnestrategen wat ze doen, of kunnen ze nog
wat opsteken van politieke communicatie (en manipulatie) in bijvoorbeeld de Verenigde
Staten? Een gastdocent uit de politieke praktijk zal hierbij een aanvulling geven op
wetenschappelijke inzichten.
We kijken ook op een andere manier naar het gedrag van politici, bijvoorbeeld door na
te gaan hoe een coalitie eigenlijk tot stand komt, en waarom kleine partijen daarin
opvallend machtig zijn. En waarom nemen politici zo vaak beslissingen die voor
toeschouwers onbegrijpelijk zijn (zoals de aanleg van de Betuwelijn)?
Docent:
Drs. A. Brandt (spsecretariaat@fmg.uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11409.html
Periode:
semester 1 blok 2
171
TOEGEPASTE SP1: VOORLICHTING, RECLAME EN BEÏNVLOEDING
MA, 6 EC
Reclame en voorlichting is overal om ons heen. Steeds worden er pogingen gedaan om
ons te strikken voor bepaalde producten, of om ons ervan te overtuigen dat we toch
echt gezonder moeten leven. Maar op welke manier wordt dat gedaan, op welke
theorieën zijn deze beïnvloedingstechnieken gebaseerd, en wat is de evidentie dat de
beïnvloeding ook daadwerkelijk werkt? Het doel van deze cursus is het leren toepassen
van sociaal psychologische theorieën en processen op het gebied van voorlichting,
reclame en beïnvloeding.
Enerzijds wordt gekeken naar de psychologie van beïnvloeding en overtuiging. Welke
tactieken en technieken zijn succesvol in het beïnvloeden van het denken en doen van
mensen? Van welke psychologische principes maken deze technieken gebruik; waarom
zijn ze succesvol? Verder probeert reclame onze behoeften en emoties te raken.
Verschillende soorten reclames, voorlichting en producten zullen gebaat zijn bij
verschillende manieren van overtuiging. Anderzijds staat in deze cursus het gedrag van
consumenten centraal. Aan welke invloeden worden ze bloot gesteld en wat zijn de
effecten van die invloeden? In hoeverre hangt de beïnvloeding af van individuele
verschillen zoals bijvoorbeeld sekse of persoonlijkheidsverschillen?
Bij het toepassen van deze bestaande kennis wordt gekeken naar strategieën achter de
effectiviteit van de voorlichting of reclame. Op welke markt richt een product zich?
Welke associaties zijn daarvoor gewenst? Wat was het doel? Op welke manier werd dit
geoperationaliseerd? Waarom lijkt ons dit wel/niet effectief? In de cursus zal, waar
mogelijk, gebruik worden gemaakt van bestaande reclamecampagnes als voorbeeld.
Deze cursus is een voorbereiding op Voorlichting, Reclame en Beïnvloeding:
Interventies, maar kan ook afzonderlijk worden gevolgd.
Bijzonderheden:
Ingangseis: Bachelor Sociale Psychologie.
Docent:
drs. R.A. Voskens (spsecretariaat@fmg.uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9750.html
Periode:
semester 2 blok 1
172
CULTUUR EN GEZONDHEID
MA, 6 EC
Kennis van theorie en praktijk van culturele verschillen in somatische en psychische
gezondheid. Het gaat hierbij zowel om verschillen tussen samenlevingen als verschillen
binnen één samenleving (autochtonen versus allochtonen, mannen versus vrouwen,
armen versus rijken). Thema’s zijn voorts: universaliteits- versus relativistische/
cultuurspecifieke benadering, de rol van migratie, de rol van acculturatie, beleving
versus presentatie van klachten, interculturele communicatie en gespreksvoering,
valkuilen in de diagnostiek, het opbouwen van een vertrouwensrelatie, interculturele
hulpverlening/vrouwen- en mannenhulpverlening, implicaties voor beleid en organisatie
van de gezondheidszorg. Vaardigheid in schriftelijke presentatie. Er wordt tevens
aandacht besteed aan de eigen houding ten opzichte van mensen met een andere
culturele achtergrond.
Bijzonderheden:
Onderwijsvorm: Opdrachtgestuurd, intensief programma met acht plenaire
bijeenkomsten. Gedurende de cursus zullen ook colleges gegeven worden door sprekers
uit de praktijk van de interculturele hulpverlening. Tevens worden er verschillende
video’s besproken. Al vroeg in de cursus wordt een tentamen afgenomen, opdat de
studenten met een gelijke basiskennis de cursus vervolgen. Daarna volgt een periode
waarin een paper geschreven moet worden. Studenten zullen in rollenspelen oefenen
met gesprekstechnieken in interculturele communicatie aan de hand van het Culturele
Interview.
Docenten:
K Hohnen en dr. AMM Kolk (A.M.M.Kolk@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10556.html
Periode:
semester 1 blok 2
173
ONDERWIJS EN DIVERSITEIT
MA 6 EC
Leerdoelen:
Het verwerven van kennis van en inzicht in verschillen tussen leerlingen met
betrekking tot leer- en ontwikkelingsprocessen en schoolloopbanen (met name
verschillen die zijn gerelateerd aan sociale en culturele categorieën als sekse,
etniciteit en sociaal-economische status).
Het verwerven van kennis van en inzicht in de wijze waarop met dergelijke
verschillen wordt en kan worden omgegaan, op het niveau van het
onderwijsbeleid op landelijk, gemeentelijk en schoolniveau.
Inhoud:
In de pluriforme Nederlandse samenleving is een belangrijke vraag hoe op school kan
worden omgegaan met diversiteit tussen leerlingen en hoe onderwijs een bijdrage kan
leveren aan sociale cohesie. Het volgen van onderwijs wordt over het algemeen gezien
als iets wat nodig is om het ver(der) te schoppen in het leven. Niet alle sociale groepen
in de samenleving slagen er echter even goed in om gebruik te maken van de
mogelijkheden die het onderwijs biedt. Verschillen tussen kinderen worden gedeeltelijk
bepaald door sociaal-culturele factoren als sociaal-economische status, etniciteit en
sekse, die maken dat kinderen met verschillende kennis, vaardigheden en houdingen op
school komen. Aan de school is dan vervolgens de taak om daar zo mee om te gaan dat
alle leerlingen de bagage verwerven die nodig is om adequaat te kunnen functioneren in
de samenleving. Het onderwijs speelt echter zelf ook een rol in de reproductie van
sociale ongelijkheid: de school is een product van historische en culturele
ontwikkelingen en heeft daarom kenmerken die bij de ene leerling beter passen dan bij
de andere.
In deze module bestuderen studenten theorievorming over sociaal-culturele verschillen
tussen leerlingen, over de rol van onderwijs in het reproduceren van sociale ongelijkheid
(bijvoorbeeld via selectiemechanismen, het onderwijsaanbod, segregatie, en school- en
jongerenculturen) en in het doorbreken daarvan (sociale mobiliteit,
emancipatiefunctie), en over de bijdrage van het onderwijs aan het bewerkstelligen van
sociale cohesie. De literatuur wordt verwerkt aan de hand van verschillende opdrachten
waarin de relatie tussen theorie en onderwijspraktijk naar voren komt. Studenten
verplaatsen zich daarbij regelmatig in de rol van beleidmedewerkers die op basis van
kennis van theorieën en actuele inzichten uit wetenschappelijk onderzoek
beleidsvoorstellen formuleren.
Docent:
dr E.J. Kuiper (coördinator) (infopow@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10888.html
Periode:
semester 1 blok 2
174
GENDER, REPRODUCTIVE AND SEXUAL HEALTH AND FERTILITY
MA, 5 EC
Contents:
Women and men have multiple sexual and reproductive health needs in various social,
cultural and political contexts. International population policy has recently shifted to the
enhancement of reproductive and sexual health. The goal is to enable women and men
to have satisfying and safe sex lives and to assist women to regulate their own fertility
safely and effectively by allowing them to become pregnant when they wish to, to
terminate unwanted pregnancies, and to carry desired pregnancies to term. It also has
the goal of protecting men and women from disease, disability, or death associated with
sexual practices, reproduction and fertility, and of enabling people to raise healthy
children. Medical anthropological studies of reproductive and sexual health contribute
to a comprehension of local understandings and practices related to sexuality, concepts
of ethnophysiology, and their relationship to therapeutic and ritual practice. Issues
studied include gender dynamics in sexual and reproductive health, paradigms of
maternity, the management of obstetrical events, menstrual taboos, and perceptions of
fertility and infertility, menopause, adolescent sexuality, masculinity, sexually
transmitted infections, including AIDS, and sexual violence. Medical anthropological
studies also clarify decision making structures, and considerations which inform sexual
and reproductive choices, thus also providing an understanding of why and how health
services are utilised or under-utilised.
Reproductive and sexual health is affected by gendered power dynamics, social norms
and value systems which indicate ideal behaviours for men and women, and which also
determine social roles, status, and identities for both sexes. Women's unequal decision
making power, and access to resources, will adversely affect their reproductive and
sexual health. Studying gender, reproductive and sexual health and fertility raises
questions about the complex interactions between culture, politics and biology, and
draws attention to transnational processes that link local and global interests.
This module offers insight in the social, cultural and gender dimensions of reproductive
and sexual health and health care, and in the way in which women's decision making
power and access to resources affect reproductive and sexual health.
Remarks:
Students need a Masters Degree in any of the Social Sciences, Medicine, Public Health
or Psychology. Or a Bachelor Degree with at least 2 years of relevant working
experience.
Docent:
drs. G.J.E. Gerrits (Inlichtingen: g.j.m.kanis-scholts@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11476.html
Periode:
semester 2
175
CHILDHOOD(S) IN THE GLOBAL SOUTH: POSTCOLONIAL PERSPECTIVES
MA, 10 EC
Aims of the course:
Students know the social and economic contexts that shape children’s everyday
experiences in the global South;
Students know the main actors’ (International Organizations, States, NGOs,
corporations, social movements) approach to governing children’s issues (early
childhood education; street children; girl child and sexuality; child labour and
schooling; child soldiering and war; participation and research).
Students are able to critically apply insights from theories of childhood,
international development and postcolonialism on context-specific situations
and events;
Students understand the notion of “living rights” and the conditions that explain
the role of children in human rights and social justice movements;
Students are able to analyze critically from different perspectives, including
those of children, real-life case-study material taken from different sources
(policy papers; media; reports; interviews, and so on) and link these perspectives
to wider social, geographical and political areas of children’s issues;
Contents:
The course is divided in three parts. Part one is devoted to an extensive case study of
street children in Haiti. In his ethnographic analysis of the cultural lives of children who
are "sleeping rough" in Port-au-Prince, Kovats-Bernat expands the traditional bounds of
anthropological thought, which have only recently permitted a scholarly treatment of
"the child" as a valuable informant, relevant witness, and active agent of social change.
Refuting the commonplace notion that street children are unsocialized, Hobbesian
mongrels, the author finds these children adopt strategies to carve a social and cultural
space for themselves on the contested streets of Port-au-Prince, individually and
collectively playing a surprisingly vital role in Haiti's civic life as they shape their own
complex political, economic, and cultural identities.
Part two explores the global political economy of children’s rights, maps the changing
policy environment for children and the role of social movements in challenging
childhood ideologies. Central to the analysis is the notion of “living rights”, i.e. that
children’s rights take shape in the encounter between real-life children and the
(international) actors involved in governing childhood. The focus is theoretical and
critically examines theories of childhood, international development and
postcolonialism in relation to selected topics (Governing childhood in the global south;
early childhood education and the politics of culture; girls, gender and sexuality;
working children, education and trade-unionism; child soldiering and war; participatory
research with children).
Part three is a mini-conference on “Living Rights: Children’s role in human rights and
social justice movements” in which students present their own research work.
176
Docent:
dr. O. Nieuwenhuys (coördinator)
(O.Nieuwenhuijs@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10848.html
Periode:
semester 1
177
CHILDHOOD EDUCATION, FAMILY SUPPORT AND DEVELOPMENT
MA, 6 EC
Aims of the course:
Knowledge of (a) recent developments in theories about the interaction between
individual development and child rearing, and of (b) interventions and facilities aimed at
improvement; (c) the findings of relevant examples of studies supporting a model; (d)
and the designs and instruments used.
Contents:
In this course students will get involved into the research-projects of the programme
'Childhood Education and Family Support'. Aims, means, results, and theoretical and
social background of various projects will be discussed with the lecturing researchers
and PhD-students.
The focus is on child development and child rearing within traditional and nontraditional families, such as patchwork families, lesbian parent families, and “new
reproductive technology families”. Special attention is given to family relationships (cf.
siblings). Besides this, day care centres are considered another setting of proximal
environment of the developing young child. Child characteristics discussed are social
adjustment, cognitive development, gender orientation and temperament. Also, specific
attention is given to the wider social context in which one lives. In this respect crosscultural differences (cf. parental/day care staff belief systems) are taken into account.
Docenten:
dr. H.M.W. Bos (coördinator), dr. R.G. Fukkink, dr. E. Singer
en prof.dr. L.W.C. Tavecchio (infopow@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8519.html
Periode:
semester 1 (January - March)
178
II/CSC INSTITUTIONS AND INEQUALITY
MA, 5 EC
Aims of the course:
The main objective of this course is to introduce students interested in specializing in
Institutions and Inequalities with key theories, concepts, and research in this field.
The course also aims to introduce students to the faculty affiliated to the research
programme of institutions and inequality. Core speakers from the research group will be
invited to lecture about their central research theme and to present examples from
their ongoing research.
Finally, students will learn to formulate research questions that address specific aspects
of social inequality and institutions and locate it in the context of the overall research
agenda of the group.
Contents:
Social inequality refers to the ways in which socially-defined categories of persons are
differentially positioned with regard to access to a variety of social ‘goods’, such as the
labour market and other sources of income, the education and healthcare systems, and
forms of political representation and participation. Institutions play a key role in how
inequalities emerge, persist, and change in modern societies. The specialization
“Institutions and Inequalities” studies social inequalities in (post-) industrialized
societies and particularly focuses on the impact of stratifying variables (social origin,
education, gender and ethnicity) on three outcomes: (1) socioeconomic attainment
concerning outcomes in the domains of education, work, and income; (2), political
behaviour and opinions; and (3) living arrangements. The central focus is how
institutions and structures mediate the impact of social origin, education, gender and
ethnicity on outcomes in each of these three ‘pillars’.
Remarks:
The Institutions and Inequality specialisation is affiliated to the Onderzoeks Speerpunt of
the same name recently awarded by the FMG. This Speerpunt brings together inequality
research in sociology, political science, demography, and educational sciences, and aims
to study inequalities with regard to socio-economic outcomes, living arrangements and
political outcomes. A particular focus is on how the institutional context impacts the
way in which such inequalities take shape. The Speerpunt has recently started the
Amsterdam Centre for Inequality Studies (AMCIS), where new collaborative research
between these disciplines will be organized. The Speerpunt is coordinated from the
AISSR Research Programme in sociology (and former ASSR Cluster) Institutions,
Inequalities and Internationalisation directed by Herman van de Werfhorst. RMSS
students choosing this specialization are strongly connected to the research programme
of this group.
Docent:
D. Grunow, PhD (gsss@uva.nl)
179
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11343.html
Periode:
semester 1 block 2
180
HCB/CSC THE ANTHROPOLOGY OF HEALTH, CARE AND THE BODY
MA, 5 EC
Aims of the course:
This course offers an introduction into the research in the of the research group on
Health, Care and the Body. At the end of the course the participants should:
have been introduced to the faculty affiliated to the research programme/main
areas of research carried out;
have an understanding of the main concepts of medical anthropology;
have an overview of the history and the field of medical anthropology;
be able to place issues concerning health, illness, and health care in a social and
cultural perspective.
be able to formulate research questions related to the research area.
Contents:
There is increasing recognition that socio-economic and cultural factors are prime
determinants of health and health care. In medical anthropology, people's ideas and
practices concerning health and illness are studied as well as social and cultural
conditions leading to illness. Medical anthropology also studies phenomena surrounding
the maintenance and restoration of health, including people's attempts to conquer
illness, their medical views and interventions.
Viewing health problems as social and cultural phenomena helps researchers to
understand how they originate in the context of people's living conditions and lifestyles.
It also helps explain how health problems are communicated in ways that are culturally
prescribed, and how they are labelled and experienced in accordance with existing
cultural concepts including hot/cold ideas, belief in spirits, fear of witchcraft, or trust in
natural sciences. Medical anthropologists study social and cultural aspects of medical
systems, including those of biomedicine.
This course introduces students to the study of this anthropological
specialisation/research group. Basic concepts and theories used by medical
anthropologists in their research and analysis are discussed, and main fields of study
and research are delineated. Students learn how illness, wellbeing, health and health
care can be studied/researched as social and cultural phenomena. Students also discuss
the practical relevance of such an approach, and become acquainted with
methodological approaches in medical anthropology and with the researchers involved.
Remarks:
The Health, Care and the Body specialisation is affiliated to the AISSR research
programme Anthropology of Health, Care and the Body. The theoretical climate in the
programme is strongly influenced by the idea of the socio-cultural construction of
reality. Experiencing and defining illness, health and well-being, enacting and attaching
meaning to body and sexuality, and producing medical knowledge and practice are the
outcome of social transactions and cultural transmissions. The research cluster has an
interdisciplinary character, including researchers working in the fields of medical
181
anthropology and sociology, postcolonial, gender and sexuality studies, and the social
studies of (bio)medical science and technology. This work addresses a broad range of
topics, including research on AIDS/HIV, the body and food, morality, reproductive
health, children, crime, pharmaceuticals, genetics, medical technologies and practice.
The programme is directed by Prof. dr. Ria Reis and Dr Amade M’charek. RMSS students
choosing this specialisation are strongly connected to the research programme of this
group.
Docent:
dr. R. Reis (gsss@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11352.html
Periode:
semester 1 block 2
182
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
MENSENRECHTEN EN PLURIFORMITEIT/MULTICULTURALITEIT
BA, 5 EC
Inhoud:
In veel landen, waaronder Nederland, is de samenleving in cultureel en godsdienstig
opzicht onmiskenbaar heterogener van aard dan 50 jaar geleden. De mensenrechten
zorgen voor een zekere vrijheid voor – leden van - groepen met afwijkende ideeën en
gewoonten. Tegelijkertijd bestaat de notie dat de samenleving behoefte heeft aan een
zekere consensus over fundamentele uitgangspunten en dat juist binnen
minderheidsculturen de rechten van bijvoorbeeld vrouwen en homo’s onder druk
kunnen staan. Ideeën over de multiculturele samenleving vormen de achtergrond van
het onderzoek naar normen die zien op de scheiding van kerk en staat, op het bijzonder
onderwijs, op gelijke behandeling (AWGB), en op uitlatingen over minderheden.
Jurisprudentie maakt duidelijk hoe in concreto belangen worden afgewogen, in het
bijzonder wanneer mensenrechten botsen.
Docent:
Inlichtingen: staatsenbestuursrecht-fdr@uva.nl
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10024.html
Periode:
semester 2 blok 2
183
COMPARATIVE AND EUROPEAN SOCIAL SECURITY LAW
MA, 5 EC
Aims of the course:
Upon completion of the course, the student will
acquire knowledge of the EU rules on coordination of national social security
systems;
gain knowledge of the EU legislation in the field of equal treatment for men and
women in matters of social security (both statutory and occupational);
be able to undertake a comparative analysis of social security laws in various
national legal systems
Contents:
This course will focus on international and comparative social security law. The course
will deal with EU rules on coordination of national social security systems, particularly
with regards to mobility within the European Community and with comparative
European social security law. In the first part of the course, several issues will be
discussed, i.e., the EU rules on coordination of social security systems, the
implementation of the principle of equal treatment for men and women in matters of
social security, the situation as regards occupational social security and the promotion
of a closer cooperation between the Member States in modernising their social
protection systems, which face similar challenges throughout the EU. The second part of
the course will offer a comparative perspective and the social security reforms in several
EU Member States will be discussed.
Docenten:
prof. dr. M.J. Keune en dr. N.E. Ramos Martin
(Inlichtingen: M.A.H.Kroon@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10123.html
Periode:
semester 2 blok 1
184
INTERNATIONAL AND EUROPEAN HUMAN RIGHTS LAW: CAPITA SELECTA
MA, 5 EC
Aims of the course:
At the end of this course students have a profound analytical grasp of the topical
debates on the human rights issues presented to them. They are capable of formulating
a research question that is relevant and innovative, they are able to do academic
research on human rights related questions and are able to address the various human
rights issues presented in a critical and analytically comprehensive and synthetic
manner.
Contents:
Building on the knowledge acquired in the courses International Human Rights Law and
European Human Rights Law this course sets out to explore a selection of topical human
rights issues in-depth. Last year topics like religious hate speech; gender equality and
women’s rights; freedom of expression and the media; the right to enjoy the benefits of
scientific process and immunity rules and human rights law, were presented. Each
seminar is conducted by a researcher that has worked extensively on the topic
presented. In addition, several guest speakers will share their practical experience in the
field of human rights protection.
Through the discussion of these topics students will get familiar with different doctrines
and schools in the field of human rights law. The seminars will engage students in an
interactive discussion of intricate legal aspects of human rights issues, as well as of the
more socio-political context in which these issues arise.
Docenten:
dr. R. van Alebeek en dr. Yvonne M. Donders (coördinator)
(int-eulaw-fdr@uva.nl)
Link:
http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9255.html
Periode:
semester 2 block 1
185
Interuniversitair Centrum voor Studie en Documentatie van Latijns Amerika
GENDER, FAMILIE EN ARMOEDE IN LATIJNS AMERIKA
BA, 5 EC
In de context van globaliseringsprocessen en neoliberale hervormingen zijn de laatste
decennia gender relaties in Latijns Amerika aan grote verandering onderhevig. De
herstructurering van arbeidsmarkten, groeiende armoede en toenemende
migratiestromen betekenen nieuwe uitdagingen en problemen in het dagelijks leven
van arme vrouwen en mannen, maar ze bieden ook nieuwe kansen. Deze sociale
transformaties leiden er vaak toe, dat vrouwen en mannen zich ten opzichte van elkaar
herpositioneren en hun relaties heronderhandelen. Noties van vrouwelijkheid en
mannelijkheid worden daarbij steeds opnieuw geconstrueerd en verkrijgen nieuwe
inhoud.
Deze cursus onderzoekt de dynamiek van gender relaties in Latijns Amerika in de
context van armoede en is bedoeld als een introductie in het veld van gender studies. Er
zal aandacht worden besteed aan de theoretische ontwikkelingen hierbinnen en dan
vooral vanuit de disciplines culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Verder
zullen er casestudies worden gepresenteerd die voorbeelden bieden van de dagelijkse
praktijk. Thema’s die aan bod zullen komen zijn: het debat over machismo, marianismo
en mannelijkheid; verschillende familiesystemen en constructies van moederschap en
vaderschap; inheemse constructies van mannelijkheid.
Docent:
Dr. Annelou Ypeij (J.L.Ypeij@cedla.nl)
Link:
http://www.cedla.uva.nl/40_courses/education_programme.html#BA6
Periode:
semester 2
186
GENDER, FAMILIE EN ARMOEDE IN LATIJNS AMERIKA
MA, 10 EC
In de context van globaliseringsprocessen en neoliberale hervormingen zijn de laatste
decennia gender relaties in Latijns Amerika aan grote verandering onderhevig. De
herstructurering van arbeidsmarkten, groeiende armoede en toenemende
migratiestromen betekenen nieuwe uitdagingen en problemen in het dagelijks leven
van arme vrouwen en mannen, maar ze bieden ook nieuwe kansen. Deze sociale
transformaties leiden er vaak toe, dat vrouwen en mannen zich ten opzichte van elkaar
herpositioneren en hun relaties heronderhandelen. Noties van vrouwelijkheid en
mannelijkheid worden daarbij steeds opnieuw geconstrueerd en verkrijgen nieuwe
inhoud.
Deze cursus onderzoekt de dynamiek van gender relaties in Latijns Amerika in de
context van armoede en is bedoeld als een introductie in het veld van gender studies. Er
zal aandacht worden besteed aan de theoretische ontwikkelingen hierbinnen en dan
vooral vanuit de disciplines culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Verder
zullen er casestudies worden gepresenteerd die voorbeelden bieden van de dagelijkse
praktijk. Thema’s die aan bod zullen komen zijn: het debat over machismo, marianismo
en mannelijkheid; verschillende familiesystemen en constructies van moederschap en
vaderschap; inheemse constructies van mannelijkheid en vrouwelijkheid;
overlevingsstrategieën; informele economie; sociale netwerken en sociaal kapitaal.
Docent:
Dr. Annelou Ypeij (J.L.Ypeij@cedla.nl)
Link:
http://www.cedla.uva.nl/40_courses/education_programme.html#MA6
Periode:
semester 2
187
Amsterdam, Vrije Universiteit Amsterdam
Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen
SEKSUALITEIT EN GEZONDHEID
BA, 6 EC
Doel:
Het doel van de cursus is om de student inzicht te geven in de relatie tussen seksualiteit,
identiteit en gezondheid vanuit verschillende wetenschappelijke perspectieven,
waaronder het sociaal-culturele perspectief. Tevens biedt de cursus inzicht in de
toepassing van wetenschappelijke inzichten over dit onderwerp in de gezondheidszorg
in zowel Nederland als in het buitenland.
Inhoud:
Tijdens de cursus komen de volgende onderwerpen aan bod: Geschiedenis van de
seksualiteit; Reproductieve gezondheid; Globalisering van seksualiteit; Seksuele
identiteiten; ABC vs. CNN; Voorlichting over seksualiteit; SOA's, HIV en AIDS;
Preventieprogramma's ter bevordering van seksueel gezond gedrag; Seks, werk en
gezondheid; Seksuele diversiteit & identiteit en de relatie met gezondheidszorg en
discriminatie; De invloed van Internet op seksueel gedrag.
Docent:
dr. F. de Boer
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/gk/gezondheidswetenschappen/index.asp?view=module&id=50043824&parentgroup=50
051526
Periode:
period 4
188
ZIEKTE IN CONTEXT
BA, 6 EC
Doel vak:
De cursus beoogt studenten kennis en inzicht te bieden in de wijze waarop ziekte en
gezondheid vorm krijgen onder invloed van sociaal-culturele en juridische processen,
door die te bestuderen vanuit een medisch sociologisch en juridisch perspectief. Dat zal
gebeuren langs drie lijnen:
1. Studenten verwerven kennis over de sociale en culturele factoren die van invloed zijn
op het vóórkomen van ziekte, op de wijze van zorgverlening, en op de betekenis van
ziekte en gezondheid. Het gaat hier om kennis van de sociologie binnen de
geneeskunde, gericht op praktische toepassingen in zorg en preventie.
2. Studenten verwerven kennis over de wijze waarop sociale processen de medische
wetenschappen en de gezondheidszorg (als een eigentijds, sociaal en cultureel gegeven)
vormgeven, en daarmee samenhangend ook weer de betekenis van ziekte en
gezondheid. Het gaat hier om kennis van de sociologie van de geneeskunde, die
maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van gezondheid en ziekte wil verklaren.
3. Studenten verwerven kennis over de betekenis van het gezondheidsrecht en de
invloed die het recht heeft op ziekte en gezondheid.
Studenten kunnen:
ziekte en gezondheid (in eigen woorden) analyseren binnen maatschappelijke
ontwikkelingen en verschuivingen;
binnen casus en voorbeelden de relevante sociale invloeden op ziekte en
gezondheid aanwijzen;
de invloed van gezondheidsrecht op ziekte, gezondheid en zorg in casus
analyseren.
Inhoud:
Ziekte valt op te vatten als een biopsychosociaal gegeven; in deze cursus zoomen we in
op de sociale context van ziekte. De invloed van die sociale context op ziekte, is de
eerste invalshoek die aan de orde is. Waar iemand woont (plaats), tot welke sociale
groep iemand behoort (sociale klasse) en van welk geslacht iemand is (gender), maakt
verschil voor iemands risico op ziekte. Mensen 'ontvangen' een ziekte vervolgens niet
op een passieve wijze maar geven er betekenis aan en ontwikkelen er hun eigen kennis
over: dat doen ze onder invloed van sociaal- culturele factoren. De tweede invalshoek
behelst een verklaring van de fenomenen ziekte, gezondheid, gezondheidszorg en
medische kennis vanuit een sociaal perspectief. Om het plastisch te formuleren: we
doen alsof we van Mars komen en bestuderen hoe in westerse maatschappijen
medische kennis tot stand komt en welke sociale factoren daarop van invloed zijn. De
derde invalshoek behelst de juridische context van ziekte die de afgelopen twintig jaar
een steeds grotere betekenis heeft gekregen. Achter het gezondheidsrecht gaat een
mensbeeld schuil dat van invloed is op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg en de
betekenis die aan ziekte en gezondheid wordt gegeven. Tegelijkertijd is er sprake van
een wisselwerking: door veranderingen in de sociale context, verandert het mensbeeld
189
en daardoor ook de invulling die aan rechten van mensen wordt gegeven.
Docent:
dr. I.L.M.A. Baart (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/gk/gezondheidswetenschappen/index.asp?view=module&id=50043823&parentgroup=50
051523
Periode:
period 1
190
EXPERIMENTAL AND CLINICAL NEUROENDOCRINOLOGY
MA, 6 EC
Course goal:
The aim of the course is to provide the students not only with a solid basis in the
fundamentals of neuroendocrinology, but also with knowledge of recent developments
and current research in this field of clinical neurosciences.
Contents:
The course includes an understanding of structure and function of the hypothalamopituitary axis in relation to growth, stress, reproduction as well as to autonomicendocrine and immune- endocrine interactions. Diseases of the hypothalamus and
pituitary will be discussed, with special emphasis on central regulation of growth,
puberty, reproduction, obesity and stress, sexual orientation and gender identity, taking
both an experimental and clinical point of view. A VICI scholar will lecture on the role of
pheromones in understanding how males and females respond differently to social
odours - possibly the key to understanding the neural basis of sexual orientation and
preference.
Docent:
Dr. C.B. Lambalk (For further information, please contact
mw. M. Evers (M.Evers@vumc.nl)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/mo/neurosciences/index.asp?view=module&id=50043926&parentgroup=50051425
Periode:
period 2
191
Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde
DIVERSITY IN ORGANIZATIONS
MA, 6 EC
Course goal:
Introduce the role of differences between individuals in organizations;
Assist the student with gaining a complex understanding of organization theory
and the actual practice in a contemporary workplace;
Enhance the student's understanding of the significance of the quantitative,
qualitative, emotional and behavioral factors involved in managing differences;
Heighten the student's awareness to the inter-relationship of employee relations
and organizational structures (both formal and informal structures), and to
Alert the student's attention to the economic consequences of a diverse
workforce
Contents:
Although there are as many definitions of organizations as there are researchers in this
field, all definitions include at least one item: an organization is a group of actors coordinating their resources and activities to execute a certain task in a more efficient way
than when doing a task individually. Traditional theories stress the need for the actors
involved to share to a certain extent a perception of reality. As a result, management
theories based on those definitions also focus on unifying perceptions, team building,
etc. Contrariwise, from an organization theoretical approach actors differ in many
respects. They differ according to gender, race, sexuality, religion, place of birth
(different countries or different regions of same country), age, nationality, education,
membership or social networks, etc. These differences are bound to affect the
organizing processes. Classical management theories tend to regard these differences as
a necessary evil, something that exists, but needs to be contained. They often talk in
terms of formal and informal processes, in which the former refers to regular coordinated actions controlled by the managers and the latter to the informal
uncontrollable interactions.
In this course we maintain the position that differences between actors are an organic
aspect of healthy organizing processes, these differences are regarded as the motor of
the sustenance of organizations. Diversity is the basis for the possibility of change. It is
only because we can choose from a variety of different methods of doing things
(construction rules) and a range of methods to perceive reality (sensemaking) that we
are able to perceive change. In fact, difference is a pre-requisite for actors to be able to
interact. Social interaction is aimed a arriving at a shared perception of that part of
reality that is relevant for the performance of the activity about which the interaction is
concerned. In a hypothetical situation that two actors completely agree on all aspects,
the need for sensemaking will cease to exist, and therefore interaction will stop. To
understand the relationship between two actors e.g. A and B three aspects need to be
understood: A(1), B(2) and their differences(3). This creates what could be considered
192
the core paradox of human organizing: the existence of differences between actors is a
condition for interaction to take place; simultaneously interaction is aimed a decreasing
those differences. Management is thus positioned as the tool for perceiving and
appreciating differences between actors, and thereby creating value from those
differences.
Docenten:
dr. P.J. Peverelli (Coordinator), dr. C.J. Vinkenburg
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/a-b/businessadministration/index.asp?view=module&id=50051812&parentgroup=50051662
Periode:
period 4
193
Faculteit der Godgeleerdheid
FEMINISTISCHE THEOLOGIE (MA.)
MA, 3 EC
Leerdoelen:
De studenten zijn in staat de uitgangspunten en methodes van feministische
theologie te beschrijven;
De studenten zijn in staat de verschillende vormen van feministische theologie
een plaats te geven in de hedendaagse theologische ontwikkelingen;
De studenten zijn in staat om met de opgedane kennis te reflecteren op de eigen
ervaring en praktijk;
De studenten kunnen inleidende teksten op het gebied van de feministische
theologie analyseren en plaatsen binnen een breder perspectief.
Inhoud:
In de module worden de hoofdlijnen en ontwikkelingen van de feministische theologie
en van genderstudies religiewetenschappen besproken, m. n. binnen de christelijke
theologie. Dit gebeurt o. a. aan de hand van het lezen van fundamentele basisteksten op
het gebied van het brede terrein van de feministische theologie en vrouwenstudies.
Aandacht wordt vooral gegeven aan hermeneutiek en systematische theologie.
Bijzonderheden:
Instruction may be in English if one or more foreign students enrol for the course.
Foreign students are requested to contact the instructor before the start of the course.
Docent:
dr. G.M.F. Troch (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/gj/godgeleerdheid/index.asp?view=module&id=50046313&parentgroup=50046051
Periode:
period 3
194
RELIGION AND HOMOSEXUALITY
MA, 6 EC
In our times homosexuality has become a major divisive issue inside and between
churches, societies, and cultures. Arguments include the biblical theological and ethical
issues, the meaning of sexuality, gender and much more. This class is intended for every
student wishing to understand the complexities of the conflict and to contribute to
positive dialogues. (NB: Course description from 2009-2010.)
Docent:
prof. dr. R.R. Ganzevoort (coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/sz/theology/index.asp?view=module&id=50046344&parentgroup=50045954
Periode:
period 4
195
Faculteit der Letteren
ASPECTS OF BRITISH LITERATURE 1380-1688
BA, 5 EC
Course goal:
The aim of this course is to learn to read literary texts of the Middle Ages and the
Renaissance in their cultural and historical contexts. In your first year, you learned how
to analyse literary texts using the tools of literary criticism. In this second- year course,
you learn how to analyse the relation of the literary text to events and ideas from the
historically specific culture in which it was written. You will acquire knowledge of key
themes and developments in literature and in the cultural- historical context. You are
also introduced to theoretical persepctives from which to study the relation between
text and context, such as new historicism, cultural materialism and gender studies.
During the course you develop critical insight into the literature as well as the culturalhistorical context. In group assignments and discussions, you practise how to support
and defend your own analysis of the literary text in context. Moreover, we will develop
a wiki- environment together, in which you report on your own research into an aspect
of the cultural- historical context of the Renaissance period.
Contents:
The Middle Ages and the Renaissance period were an exciting period of turbulance and
change. The course is centered around seven points of conflict in the period, such as
religious tensions, the oppositions between city and country, the civil wars between
parliamentarians and royalists, the gender wars, attackers and defenders of the theatre,
and the oppositions between self and other in the early stages of colonialism.
Docent:
dr. K. Steenbergh (coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/c-f/engelse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047701&parentgroup=50048550
Periode:
period 1
196
AMERICAN LITERATURE 1900-PRESENT
BA, 5 EC
Course goal:
This course introduces students to American texts (prose, poetry, and drama) to provide
a literary- historical overview of the most significant themes and developments of these
bodies of literature from 1900 to 2000. Students are asked to analyze how American
literature has developed in this period and especially how literature reflects history and
how history has influenced literary styles and themes. The written exam tests the
students' insights into the most prominent themes discusses during class. For the essay
students are asked to write a coherent and independent analyses of one or more
aspects of twentieth-century literature. Students will be assessed on the ability to write
originally and with clarity on both details and overarching thems in their chosen texts.
Contents:
The twentieth century is often referred to as "the American Century". This course
focuses on the question how the United States coped with this success and what the
flipside of this success was. We wil focus on the emancipation of women and of African
Americans, but also on the Cold War as represented in literature.
Docent:
dr. B. Boter (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/c-f/engelse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047704&parentgroup=50048551
Periode:
period 2
197
SHAKESPEARE IN THEORY
BA, 5 EC
Course goal:
This course is an introduction to Shakespeare's plays and to six major theories that have
formed our understanding of these works. What makes Shakespeare's drama a
particularly interesting theme for the study of literary theory is that it serves not just as
a "passive" subject of theory but, being at the centre of the literary canon, also
generated and shaped new theories. Taking this into account, you will learn to analyze
Shakespeare's plays form a variety of literary- theoretical perspectives, and to present
your findings in professional oral and written format. You will work on your own
research project, in which you discuss a self- chosen Shakespeare play from a particular
theoretical perspective.
Contents:
In your first and second year, you were taught how to analyze literary texts and how to
read them in their different historical contexts. In this year, you familiarize yourself with
the phenomenon and application of literary theory. We will study six plays by William
Shakespeare from different theoretical perspectives, such as gender studies, new
historicism, postcolonalism and ecocriticism. Each week, we will explore a play and a
literary theory in the first session and a secondary article written from that theoretical
perspective on that play in the second session. You will write an essay, in which you
examine one of the plays from a different theoretical perspective than the one used in
class, and you will be able to contribute to the class discussion from your own expertise
on the play and the theory you chose to study in depth.
Docent:
dr. K. Steenbergh (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/l-p/nederlandse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047708&parentgroup=50048552
Periode:
period 5
198
ONTWIKKELINGEN IN DE LITERATUURWETENSCHAP, 2
BA, 10 EC
Doel:
Aan het einde van deze cursus is de deelnemer ingewijd in de belangrijkste
vraagstukken, theorieën en methoden in de moderne literatuurwetenschap. Hij/zij is in
staat een literatuurwetenschappelijk artikel in een onderzoekstraditie te plaatsen en
kritisch te bespreken. Vaardigheden: Kennis opdoen uit theoretische, filosofische en/of
methodologische teksten. Inzicht in theorieën en (vakgebonden) methodieken die
spelen in een vakgebied. Integreren van informatie vanuit een vraag- of
probleemstelling en verband kunnen leggen tussen een casus en een breder
wetenschappelijk kader. Beargumenteren van kritisch oordeel over literatuur binnen het
eigen vakgebied. Geven van een gefundeerd wetenschappelijk en vakspecifiek
waardeoordeel over maatschappelijke ontwikkelingen. Mondelinge presentatie met een
goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik, beantwoorden van vragen en
incasseren/verwerken van kritisch commentaar. Schriftelijke presentatie (beschrijvend
of betogend) met goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik, met correcte
verwerking van literatuur/bibliografie en met gebruik van ICT- mogelijkheden.
Verdedigen en beargumenteren van een eigen mening op basis van wetenschappelijke
argumenten. Studiediscipline gericht op docentgestuurde opdracht. Beoordelen van de
waarde van wetenschappelijke informatie vanuit theoretisch/filosofisch perspectief.
Discussiëren op wetenschappelijke argumenten, vermijden van drogredeneringen en
cirkelredeneringen. Op de hoogte blijven van actualiteit op je vakgebied (via dag- en
weekbladen).
Inhoud:
In deze cursus wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de
literatuurwetenschap sinds ongeveer 1915 en van de huidige stand van zaken binnen
het vak. Daarbij wordt ingegaan op de belangrijkste vragen die in de moderne
literatuurwetenschap zijn gesteld, de theorieën die; zijn ontwikkeld en de methoden die
zijn toegepast. De volgende literatuurwetenschappelijke benaderingen komen o. a. aan
bod: het formalisme, het structuralisme, de receptie- esthetica, de literatuursociologie,
het poststructuralisme, gender studies, de empirische literatuurwetenschap, New
Historicism.
Docent:
prof. dr. D.H. Schram (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0048024
Periode:
semester 1
199
POLITICS AND GENDER IN IRISH LITERATURE
MA, 10 EC
Course goal:
To gain insight into the most importent developments in the field of the
literatures in English of the Irish republic and Northern Ireland.
To become acquainted with literary works that are typical for these
developments.
Contents:
Discussion of a number of novels, poems and plays from both parts of the Irish island.
Special attention will be paid to the similarities and contrasts between the literary works
of both areas.
Docent:
dr. T.S.J.G. Bogels (coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/english-language-andculture/index.asp?view=module&id=50047712&parentgroup=50048928
Periode:
period 1
200
VISUAL ART AND THE AMERICAN POET
MA, 10 EC
Course goal:
The student will gain both a theoretical and historical perspective on how and why
nineteenth- century and twentieth- century American poets have written about visual
art. Key to this understanding is the complex and changing concept of ekphrasis, the
evolving dynamics between art and poetry, and the development of American poetry in
the last two centuries. Students will also assess whether male poets and female poets
address visual art differently in their poems.
Contents:
This course focuses on the fascination of the American poet since the nineteenth
century for visual art works (paintings, sculptures, gardens, architecture, films, and
television). Ekphrastic poetry - poems inspired by visual art - has been written since
Greek antiquity, but for American poets it has grown into a significant subgenre in which
poets may reveal the essence of their poetics as well as the limitations of their chosen
art form. Starting with Herman Melville and Walt Whitman, the course traces the
development of American poetry about visual art through Modernism (Marianne Moore
and William Carlos Williams), the Middle Generation (Elizabeth Bishop, Randall Jarrell,
and Robert Lowell) to Postmodernism (John Ashbery, James Merrill, Frank O'Hara). A
central question in this development is whether female poets have developed a
different kind of ekphrastic poem from men. Other points of interest will be the
American fascination for European art and ekphrastic war poetry.
Docent:
dr. D.M. Oostdijk (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/english-language-andculture/index.asp?view=module&id=50047714&parentgroup=50048928
Periode:
semester 1
201
CORE COURSE THE CONTESTED NATION IN COMPARATIVE PERSPECTIVE
MA, 10 EC
Course goal:
Aim of the project is to develop insights into notions of nationhood as used in historical
discourse in relationship to other notions of collective identity, especially ethnicity,
religion, class and gender. The focus in time will be on the 19th. and 20th. century and
the focus in space will be on Europe. The aim is to design and execute largely
independently an inquiry on this issue, to discuss and present the research process
effectively both in class sessions and in writing. In the design and in the execution of the
design students are expected make well argued methodological choices within a
comparative perspective.
Contents:
This project starts with an overview of notions of nationhood as used in discourses on
the past in Europe from 1800 onwards. Next it will zoom in on a number of case studies,
depending on the number and interests of the participants. The leading questions will
be how notions of nationhood have been connected to notions of ethnicity, religion,
class and gender, how politics of inclusion and exclusion have functioned, and how
historical disourse was related to other disourses about the past.
Remarks:
English course, unless Dutch is mother tongue of most participants.
Docent:
dr. C.F.G. Lorenz (coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0053753
Periode:
semester 2
202
ANALYSE DU DISCOURS, MA
MA, 10 EC
Doel vak:
Explorer l'approche du genre en discours à partir de diverses perspectives et analyser les
marques du genre et la représentation du genre dans le discours politique et/ou
médiatique.
Inhoud:
Parler de différences liées au genre, en langue et en discours, amène le plus souvent à
approcher le langage des femmes en l'opposant au langage dominant, celui des
hommes. Ceci explique que les premières réflexions sur ces différences aient pris place
dans des disciplines comme les 'Women's studies' devenues les 'Gender studies', la
sociologie et la sociolinguistique. Dans une première phase du séminaire, nous nous
pencherons sur cette histoire, en comparant l'approche du genre dans les pays anglosaxons et les pays francophones. Nous aborderons ensuite quelques phénomènes
étudiés dans la perspective du genre, linguistique (lexique, prosodie, politesse
linguistique), et discursifs (thématique, argumentation). Enfin, nous approcherons la
question de la représentation du genre dans le discours, ou `comment un genre parle- til de/écrit- t- il sur l'autre? Nous explorerons ces deux directions, marques du genre et
représentation du genre, dans le discours public, politique et/ou médiatique. Une
dimension contrastive, par exemple néerlandais/français est envisageable.
Bijzonderheden:
Voertaal: Frans.
Le thème du cours d'Analyse du discours est provisoire, et est susceptible de
modifications.
Docent:
dr. D.M.F. Torck (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/franse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047763&parentgroup=50048777
Periode:
semester 2
203
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
ONTSTAAN EN ONTWIKKELING VAN CRIMINALITEIT
BA, 6 EC
Doel vak:
Inzicht verkrijgen in ontstaan en ontwikkeling van criminaliteit bij jeugdigen vanuit
verschillende theoretische (criminologische, psychologische) perspectieven, waarbij de
individuele dader centraal staat. Inzicht verkrijgen in conceptuele en empirische vragen
over sociale, psychologische en biologische risico- en beschermende factoren van
crimineel gedrag. Inzicht krijgen in kenmerken en belang van longitudinaal onderzoek.
Inhoud:
In dit vak wordt ingegaan op het fenomeen jeugdcriminaliteit en in het bijzonder op het
ontstaan en de ontwikkeling van crimineel gedrag bij jeugdigen en adolescenten.
Centraal staat de prevalentie en ontwikkeling van antisociaal gedrag en er zullen
verschillende verklaringsmodellen en theorieën aan bod komen. Hierbij komen ook de
onderlinge verschillen tussen de theorieën aan bod. Op de belangrijkste risico en
beschermingsfactoren wordt ingegaan en de interactie tussen de verschillende factoren
wordt besproken. In het bijzonder zal aandacht gegeven worden aan sekse verschillen in
crimineel gedrag en de verklaringsmodellen die nodig zijn voor crimineel gedrag van
jongens en meisjes. Tot slot wordt ingegaan op de preventie van crimineel gedrag
waarbij het met name gaat om 'risk focused' preventie. Naast hoorcolleges worden ook
werkgroepen gegeven. Het doel van deze werkgroepen is kritisch te leren reflecteren op
de in de colleges behandelde theoretische stof en kennis uit de hoorcolleges te
relateren aan voorbeelden uit de praktijk. In de eerste werkgroepbijeenkomst wordt
een kritische reflectie gegeven op een van de besproken theorieën en wordt de
maatschappelijke relevantie van de betreffende theorie onderzocht. In de tweede
werkgroepbijeenkomst wordt gewerkt aan een casus waarin vanuit een theoretisch
ontwikkelingscriminologisch perspectief het probleemgedrag in kaart wordt gebracht en
verklaard. Vervolgens wordt een (strafrechtelijke) aanpak bedacht voor deze casus.
Docent:
dr. M. Slotboom (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/cf/criminologie/index.asp?view=module&id=50052535&parentgroup=50051088
Periode:
period 4
204
Faculteit der Sociale Wetenschappen
CULTURAL DIVERSITY AND RELIGION
BA, 10 EC
Course goal:
Students have knowledge of and insight in the nature of religious diversity and its often
conflicting relationship with modern citizenship. Students are able to critically reflect
upon the pros and cons of the various institutional solutions developed by liberal states
to deal with religious diversity.
Contents:
The course focuses on globalization and religious diversity in Europe. Religious groups
have their own religious culture that is not necessarily compatible with the demands of
modern citizenship. This course is aimed, firstly, at understanding the nature of religious
identity. Secondly, it discusses why religious groups often pose a problem for the state.
Many of the so- called multicultural conflicts are in fact conflicts over religion. Theories
of multiculturalism pretend to have the answers. These theories will be confronted with
how liberal states in Europe have in practice dealt with religious orthodoxy and culture.
Paradigmatic conflict cases (e. g. gender relations, education) will be studied in depth.
The perspective is comparative, both between countries and between religions and
cultures.
Docent:
prof. dr. S. Saharso (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/qz/sociologie/index.asp?view=module&id=50046644&parentgroup=50046509
Periode:
semester 2
205
CULTURE, GENDER AND SEXUALITY
BA, 5 EC
Course goal:
Basic knowledge of the anthropology of gender and kinship.
Contents:
Studying classical texts as well as some recent texts. Looking at different forms of
kinship organisation and gender relations.
Remarks:
Course will be in English, written examination is possible in Dutch or English.
Docent:
dr. M.H.G. den Uyl (coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/opleidingen/bacheloropleidingen/opleidingenoverzicht/cf/culturele-antropologie-en-ontwikkelingssociologie/zo-zit-je-opleiding-inelkaar/index/index.asp?view=module&id=50046648&parentgroup=50046560
Periode:
period 2
206
SOCIAL STRATIFICATION AND POWER
BA, 5 EC
Course goal:
Having knowledge of, and insight into, the development of social inequalities in the
modern era and their main sociological interpretations and explanations.
Contents:
This course studies the most important social inequalities in the modern era: between
social classes, gender categories, ethnic groups, and age groups. Developments in time
are being traced; theoretical explanations are being compared and tested.
Docent:
drs. B. Slijper (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/a-b/bestuurs-enorganisatiewetenschap/index.asp?view=module&id=50046839&parentgroup=50046575
Periode:
period 1
LIFE COURSE AND THE LABOUR MARKET
BA, 5 EC
Course goal:
By the end of this course, students will
Have acquired knowledge about the intergenerational transmission of
occupational inequalities;
Have acquired knowledge about how labor markets operate and how they may
generate social inequality in societies;
Have acquired knowledge about the main determinants and consequences of
experiencing - or not experiencing - major labor market events, such as entry
into the labour market, unemployment, career shifts and retirement;
Be able to interpret developments within labor market careers in terms of
theoretical life course concepts and theories;
Be able to reflect upon and critically discuss trends and theories concerning
labour market careers.
Contents:
This course examines the labour market careers of men and women across their life
course. It starts by pointing out the continuities and differences in the occupational
careers of parents and children. Attention is paid to how occupational success can be
measured and to the extent to which parents’ occupational careers influence the
careers of their children. Special attention is paid to the role of mothers in
207
intergenerational occupational mobility. Next, attention will focus on the labour careers
of adults. Attention is paid to important events in that career, such as entry into the
labour market, unemployment, and retirement. Attention is also paid to career
trajectories and to differences in careers between men and women, and between native
and migrant populations. To address how labour markets generate social inequality
among different social groups and over the life course, the course will use key literature
from economic approaches, such as human capital and job search theories, and from
sociological approaches such as the status attainment model of Blau and Duncan, and
the perspective of cumulative (dis)advantage over the life course. Finally, the
relationship between occupation and earnings is discussed.
Docent:
prof. dr. H.B.G. Ganzeboom (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0046726
Periode:
period 2
208
POLICY AND THE LIFE COURSE
BA, 5 EC
Course goal:
By the end of this course, students will
Have acquired knowledge about the policies and welfare arrangements that
influence the life course;
Have acquired knowledge about the ways in which governments react to
changes in individuals’ life courses;
Be able to reflect upon and critically discuss policies with regard to their
consequences for people’s life courses.
Contents:
During the last decade governments have become increasingly interested in policies
that cater to the changing needs of individuals and families across the life course.
Almost all policies have an impact on the ways in which individuals structure their life
course. However, policies that are specifically designed to be life-course sustainable are
rare. In this course, the actual and potential influence of policies on the life courses of
individuals is discussed. Attention will be paid to educational policies, labour market
policies, income policies, and family policies. The relationship between policies and the
life course is conceived to be reciprocal. Policies do not only influence the life courses of
individuals, but changes in these life courses also lead to the formulation of new policies
by national and sub-national governing bodies. In this course, this reciprocal relationship
is explored. In addition, students learn to reflect on the life course implications of all
kinds of policies. A number of guest lecturers who work in a policy context, either at the
local, national, or European level will discuss how policies at these levels try to take lifecourse related change into account.
Docent:
prof. dr. A.C. Liefbroer (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0046798
Periode:
period 2
209
ONDERNEMENDE REGIO'S
BA, 5 EC
Doel vak:
Het ontwikkelen van kennis en inzicht in de embeddedness (contextuele inbedding) van
ondernemerschap. Na afloop van dit vak zijn studenten bekend met relevante
disciplinaire invalshoeken tot het embeddedness perspectief op ondernemerschap en
de vigerende theorieën en debatten. Ze hebben kennis genomen van de contextuele
condities en daarvan afgeleide kansen en beperkingen die het ondernemerschap in aan
aantal regio's ondervindt. Op basis hiervan zijn studenten in staat om inzichten uit
relevante disciplines te vertalen naar concrete regionale voorbeelden. Dit moet er toe
leiden dat studenten gevoeligheid ontwikkelen voor de relevantie van het
embeddedness perspectief op ondernemerschap voor het door hun gekozen domein of
vakgebied.
Inhoud:
Uitgangspunt van dit vak is dat ondernemerschap geen geïsoleerd proces is maar dat
ondernemerschap tot stand komt door continue interactie tussen individuele
ondernemers, hun ondernemingen en de maatschappelijke context waarin zij opereren.
Deze relatie tussen ondernemer/onderneming en maatschappelijke context wordt in de
overwegend Engelstalige vakliteratuur met het begrip embeddedness (inbedding)
aangeduid. Dit begrip ligt ten grondslag aan het conceptuele kader dat in dit vak aan de
hand van diverse empirische domeinen uitgediept wordt. Er zal vanuit een
organisatieantropologisch/etnografisch perspectief naar ingebed ondernemerschap
gekeken worden. Thematisch focust het vak op de uiteenlopende wijzen waarop
maatschappelijke context en institutionele inbedding bevorderlijk of belemmerend
inwerken op het ondernemerschapsklimaat in bepaalde geografische regio’s en binnen
bepaalde gemeenschappen. Belangrijke vragen die hierbij aan de orde komen zijn: Hoe
handhaven familiebedrijven zich in een tijdperk van globalisering? Is er specifieke
embeddedness van vrouwelijk ondernemerschap? Zijn sommige (etnische) groepen
ondernemender dan
andere en biedt etniciteit of cultuur voldoende verklaring hiervoor? Welke rol speelt de
informele sector in de (post-)industriële gebieden van Europa vergeleken bij
ontwikkelingslanden en de succesvolle economieën in Oost- en Zuidoost Azië? Welke
invloeden gaan van migratie uit op de ontwikkeling van ondernemerschap in het thuisen gastland van migranten? Welke beperkingen leggen overheden en bureaucratische
regimes op aan groeps- en sectorgebonden ondernemerschap? Komt ondernemerschap
beter tot haar recht in science parks en speciale economische zones en wat is precies de
rol van ‘incubators’ in ondernemerschap?
Docent:
dr. J.B.M. Koning (Coordinator)
210
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0046775
Periode:
period 2
211
DEVELOPMENT AND GLOBALIZATION PART 1
BA, 5 EC
Course goal:
The aim of this course is to introduce students to development studies, in particular to
the core issues of poverty, inequality and development. Students will recognize the
connections between problems in the South and wealth in the North, while at the same
time deconstructing a simple South- North dichotomy. They learn to see the
development issues through the eyes of the people in the South.
Course contents:
The development of a capitalist economy in the North and the ongoing, global
restructuring of the economy have influenced the economic and social development of
the South. Policies of states, supranational development agencies, and local NGOs to
raise the standard of living in the so- called less developed countries meet with varying
degrees of success. Negative side effects of these growth- oriented policies - such as
growing social and economic inequality, both within and between states, and ecological
damage - are increasingly noted. In the lectures we will analyse how these global
processes have local effects for both rural and urban areas. We mostly take the
perspective of the people concerned, trying to understand how they experience
inequality, poverty, and development and how they act upon these issues. Topics to be
addressed include: health, famine, (civil) war, urbanization, gender inequality, ICT and
globalization. What do these problems mean to the people concerned, which strategies
do they design to face these problems, how do they resist unwelcome changes, and how
do they seize opportunities to improve their quality of life? Ample attention will be paid
to different theoretical traditions, including the post development school, which
considers the concept of development a discursive hoax.
Docent:
dr. F. Colombijn (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/a-b/bestuurs-enorganisatiewetenschap/index.asp?view=module&id=50046650&parentgroup=50046576
Periode:
period 1
212
THEME: ADDICTION
BA, 6 EC
Course goal:
To increase knowledge regarding the neurobiological aspects of addiction.
Contents:
If drug use is so bad for your health, why do people continue to use drugs? In this course
you will learn more about the factors which contribute to addiction. The focus will be on
the neurobiological mechanisms underlying addiction and on the action of the most
commonly used drugs. In addition, we will discuss the causes of individual differences,
such as genetic factors, gender and psychological factors.
Docent:
dr. A.H.M. Willemsen (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5
0050727
Periode:
period 5
213
GEWELD IN HET GEZIN
MA, 6 EC
Doel:
Kennis en inzicht verwerven in wetenschappelijk onderzoek rondom het verschijnsel
geweld in het gezin, in het bijzonder kindermishandeling.
Inhoud:
Vanuit een interdisciplinair (pedagogisch, psychiatrisch, juridisch,
ontwikkelingspsychologisch en medisch) perspectief wordt literatuur bestudeerd over
diverse vormen (fysiek, psychisch, seksueel) van gezinsgeweld, in het bijzonder van
geweld tegen kinderen. Het accent ligt daarbij op een kritische reflectie op a)
maatschappelijke normen inzake de betrekkingen tussen gezinsleden; b) de normatieve
en empirische onderbouwing van interventies en c) de uitkomsten van empirisch
onderzoek naar oorzaken. De masterclass studenten verwerken de bestudeerde
literatuur in een eigen onderzoeksvoorstel. Voor de masterclass studenten wordt bij het
tentamen rekening gehouden met de tijd die besteed wordt aan het onderzoeksvoorstel
(minder vragen).
Bijzonderheden:
Er is een intensieve en een extensieve variant van dit college.
Docent:
dr. F. Lamers-Winkelman (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/p-r/pedagogischewetenschappen/index.asp?view=module&id=50050694&parentgroup=50050902
Periode:
period 2+3
214
ONDERWIJS EN SOCIAAL-CULTURELE VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN
MA, 6 EC
Doel vak:
Hoe kan in het onderwijs worden omgegaan met sociaal- culturele verschillen tussen
leerlingen en hoe kan onderwijs een bijdrage leveren aan sociale cohesie in een
multiculturele samenleving? Doel van dit onderdeel is het verwerven van kennis van en
inzicht in (a) verschillen tussen leerlingen in leer- en ontwikkelingsprocessen en in
schoolloopbanen, gerelateerd aan sociale en culturele categorieën en (b) de wijze
waarop met deze verschillen in de onderwijsstructuur, in de schoolorganisatie en in
didactische arrangementen in de klas wordt omgegaan.
Inhoud:
Theorievorming over: sekse, etniciteit, cultuur en sociaal- economische status als
categorieën die van invloed zijn op leer- en ontwikkelingsprocessen en op
schoolloopbanen de rol van onderwijs in het reproduceren van sociale ongelijkheid; de
rol van onderwijs in een multiculturele samenleving; de mogelijkheden voor beleid op
landelijk, gemeentelijk en schoolniveau.
Docent:
dr. E.J. Kuiper (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/p-r/pedagogischewetenschappen/index.asp?view=module&id=50050678&parentgroup=50050899
Periode:
period 4
215
IDENTITY AND DIVERSITY IN ORGANIZATIONS (COM RESEARCH DOMAIN)
MA, 15 EC
Course goal:
The goal of this course is to provide students with the analytical instruments to analyze
and asses 'what is going on' in organizational settings. Identity and diversity, as
reflections of societal developments, are at work, be it in preventing people from full
participation or enabling them to unfold their full potential. Themes addressed are:
what is influencing current organizational life from 'society'? What is happening on the
individual level? What is the benefit of recurrent change? And what are the downsides
of ongoing managerial performance? Why are some (groups of) people more successful
than others? What would happen if organizational culture were less monolithic? The
aim of the seminar is thus, to increase the reflective capacity of students in grasping
their own positioning in the era of what Bauman (200) refers to as 'late modern
condition', next to the consequences of this positioning for the processes of inclusion
and exclusion inside and outside organizations.
Contents:
The course provides insights and overviews, detailed and wide perspectives on the
broad theme of diversity in organizations contextualized by globalization, an ongoing
urge for change and loss of reliance in current 'postmodern' society. Last year, students
reported that 'this course unexpectedly linked issues of globalization with the personal
level'. Ethnicity, gender, physical condition and age are explicit categories by which people can
be excluded. Background, class, and education play a role in a more implicit sense. Over all, the
mechanisms by which in/equality pertains are often hard to detect, despite of the advantages in
a moral or an economical sense. We give an overview of the theoretical perspectives that have
led to what we now call 'management of diversity'. Core concepts are: diversity, identity,
gender, embedded and embodied organizational structures and patterns of (global and
individual) power.
Docent:
prof. dr. H. Ghorashi (Coordinator)
Link:
http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/c-d/culture-organization-andmanagement/index.asp?view=module&id=50046694&parentgroup=50046538
Periode:
semester 1
216
Faculteit der Wijsbegeerte
GENDER STUDIES: GESITUEERDE ETHIEK: HET 'FEMINISME' VAN URBAN WALKER EN TRONTO
Master, 6 EC
Nog geen additionele informatie bekend
Docent:
dr. A.C.M. Roothaan (Coordinator) acm.roothaan@ph.vu.nl
Link:
http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5004737
9
Periode:
period 1
217
Wageningen, Wageningen Universiteit
All teachers (see below) can be contacted for open courses, internships and thesis for BA
and MA graduation (EC and period to be agreed upon)!
GENDER, CULTURE, CONSUMERS AND MARKETS: CRITICAL HISTORICAL
AND SOCIOCULTURAL FEMINIST PERSPECTIVES
BA/MA, 6 EC
The interrelationship between culture, identity and merchandise has become one of
interdependence. How individuals, in any given social group, see themselves and how
they are viewed and treated by others is in part linked to media images, of which
advertising plays an important role. The course examines the marketing of products,
ideals and ideas, and the relationship to social hierarchy (gender, race, ethnicity, wealth)
as linked to societal roles, consumer and other behaviour, and identity. The course
compares Western, non-Western, and rural and urban contexts and settings. Forms of
resistance within and against consumer culture are also examined. For the analytical
frameworks the course draws on feminist and gender studies in consumer sciences,
communication sciences, marketing, social history and anthropology.
Docenten:
Dr. Lisa L. Price en Dr. Margreet van der Burg
Link:
https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=920K2WYS6A
8TBXU6$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids.css
&lang=nl&app=bois
Period*:
Block 2 (1 Nov-23 Dec 2010)
218
GENDER AND NATURAL RESOURCES
BA, 6 EC
How is the use, management and knowledge of natural resources and the environment
gendered? International and national policy statements on the environment frequently
make explicit reference to the crucial importance of women as users, guardians and
managers of natural resources. Development policies tend to refer to women as the
'local experts' on water, soils, forests and seeds. Yet, most rights to land, water and
trees continue to be vested in men, while men also predominate as managers of and
experts in natural resources. In this course students learn how the use, management
and knowledge of natural resources are gendered. The course starts with proposing and
discussing tools and concepts to identify, understand and explain this 'genderedness',
and to understand its implications for equity, sustainability and efficiency. It continues
with presenting different frameworks (gender and environment, feminist political
ecology, eco-feminism) for analyzing gender and environment linkages. These
frameworks are discussed based on cases of different countries. The course also
critically examines gendered assumptions of current policy approaches to the
management of natural resources. In addition, the course provides an introduction to
gender sensitive planning methods in watershed, forestry and irrigation management
projects.
Docent:
Dr. Ir. Margreet Zwarteveen
Link:
https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=92NVO7A2Q
WUHSCN5$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids.
css&lang=nl&app=bois
Period:
5th Period (7 March -29 April 2011)
219
GENDER, IDENTITY POLITICS AND RURAL CULTURAL HERITAGE
BA/MA, 6 EC
The course will untangle the manifold ways for the preservation, presentation or revival
of the rural past as rural cultural heritage. We look into the motivations and arguments
given to justify what or whose past is highlighted. We deal with the challenges and
pitfalls when trying to value and embed the current display from a critical historical
perspective. We analyse the power structures that may help understand the current
uses of the past as well as the selective processes behind them. Differentiation
according to gender, race, class, religion, urban/rural and age will be dealt with.
Methodologies to uncover hidden histories are presented. The course focuses on
Western ideology and conceptualisations on rural-rurality, culture and history, which
undoubtedly have influenced the discussions and practices all over the world. After
introductory weeks with readings, lectures and discussions, the students work (possibly
in small groups) on a relevant topic of their choice. The examination is based on home
assignments, the final paper and the presentation of it before class.
Docent:
Dr. Margreet van der Burg
Link:
https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=92CBX06RT2
MYQOPY$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids.cs
s&lang=nl&app=bois
Period:
5th Period (7 March -29 April 2011)
220
Maastricht, Universiteit Maastricht
Education centre for gender and diversity
MINOR CRUCIAL DIFFERENCES
The three courses below, can be followed as a minor. More information and registration:
http://www.maastrichtuniversity.nl/web/Faculties/FASoS/Theme/Education/Minors.ht
m
COURSE A: THE MAKING OF CRUCIAL DIFFERENCES
12 EC
The Making of Crucial Differences deals with historical configurations of race, class,
gender and sexuality. It looks at the way in which self and other, black and white, east
and west, male and female, hetero- and homosexual, upper, middle and lower class
were conceptualised and sometimes newly invented in science, philosophy and social
theory, and how these concepts were constructed and ‘lived’ in social reality. The
diffuse process of what is known as Enlightenment is taken as a meaningful starting
point. This political and cultural transformation promised liberty, democracy and
equality between races, sexes and classes, yet at the same time it has built the crucial
forms of in- and exclusion which structure society and individual identities until the
present day.
Coordinator:
Ulrike Brunotte
Link:
N.A.
Period:
September - October 2010
221
COURSE B: CRUCIAL DIFFERENCES IN THE 21st CENTURY
12 EC
Crucial Differences in the 21st Century deals with contemporary configurations of race,
class, gender and sexuality. It looks at the way in which the crucial differences are
constituted nowadays. We will study how constructions of gender, ethnicity, class and
sexuality are contested and how they are changing. We are especially interested in
intersectional approaches, which state that crucial differences interact with each other
and are often defined in terms of each other. This course is radically interdisciplinary,
with lecturers fromLaw, Economy, Health Sciences and Arts & Culture.
Coordinator:
Ulrike Brunotte
Link:
N.A.
Period:
November - December 2010
222
COURSE C: CRUCIALLY DIFFERENT LIVES
Crucially Different Lives studies biographies and autobiographies of ‘crucially different’
subjects and how the stories of their lives are told. Literature and other materials will be
announced. In this minor you will not only read key-sources and interdisciplinary
academic articles/ books from the domains of gay studies, ethnic studies, gender
studies, social history and science studies, but also novels, (auto) biographies and films
which represent the way in which crucial differences were created and lived.
Coordinator:
onbekend
Link:
N.A.
Period:
January 2011
223
UCM
POP SONGS AND POETRY: THEORY AND ANALYSIS
5 EC
This course is based on the following textbook: Helen Vendler. Poems, Poets, Poetry: An
Introduction and Anthology. Second edition. Boston: Bedford/St. Martin’s, 2002. In
three respects we shall amplify Vendler’s book: First, by reading some of the theory on
the lyric by literary theorists such as Jonathan Culler, Barbara Johnson, Veronica ForrestThomson, Jan de Roder, and others. As an academic, you must learn to read literary
theory from firsthand sources. Second, by applying all of the chapters of Vendler’s book
to modern songs. Songs are also poems, although they are never considered in the
conventional histories of poetry and in lyric theory. This is a strange omission, for not
only do the “lyrics” of songs show all properties of poetry, the music of the song can
also be seen as an exteriorization or enhancement of the musical element of language,
emphasized in “regular” poetry through the use of rhyme, rhythm, structure, and
images. The lack of attention to the pop song in books on poetry makes these books a
bit outdated. Aim of this course is to give the theory of poetry a new life, by
reconnecting it with the song. Finally we will amplify Vendler’s book by focusing on
gender, ethnicity and sexuality as relevant categories of analysis in the study of poetry
and song. There are significant differences in the ways in which male and female poets
and singers express themselves: differences in themes, in the intertextual universes
poets/singers choose to position themselves, in the use of genre, in forms of addressing
the reader. We will address the question how gender, ethnicity and sexuality could be
integrated into the theory of the lyric.
Goals
• To analyze pop songs and poems in depth. • To explore the theory of the lyric. • To
integrate gender and diversity into the study of the lyric. • To become familiar with a
number of classic Anglo-American poems and influential pop songs.
Coordinator:
Maaike Meijer
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
1
224
THE MAKING OF CRUCIAL DIFFERENCES: ‘RACE’, SEXUALITY, GENDER, AND CLASS IN
HISTORICAL PERSPECTIVE
5 EC
This course offers a historical inquiry into the evolution of intersectionality between
gender, sexuality, class, ‘race’ and imperialism from the eighteenth century until World
War II. It aims, firstly, to trace and illustrate the ways in which the Enlightenment has
provided a rationale to mark gendered, classed and racialized boundaries in science
which, more often than not, resulted in inequalities. These inequalities became
embedded in European society in such a way that the active, dominant subject came to
be seen as ‘white, male, and middle class.’ Moreover, this dominance grew beyond
‘Europe’ and helped to carry out the imperial project. The centrality of empire
discursively and materially forged a ‘European-ness’ that was distinctively gendered,
classed and racialized. This will introduce you to how middle class was defined in
relation to the working class. Secondly, the course will problematize social divisions such
as ‘race’ class, and gender as well as norms like heterosexuality, middle-class- ness etc.
by looking at shifting boundaries of these divisions and norms. Thus, it will examine the
dynamic processes of their formation and contradictions, which emerged out of these
processes. We will heed our attention to some of the salient ways in which women and
men of the different classes and ‘races’ became embedded in social relationships,
thereby often transgressing taken-for-granted lines of differences. We will primarily
draw on examples from ‘European’ history. This indeed urges us to look at the world of
empire, through which ‘European-ness’ has come to the fore. Finally, the course aims to
introduce a wide range of debates that offer the possibility to analyze the ways in which
differences have intersected with one another in different periods and how they have
manifested themselves in power relations. Understanding the complexity of the “crucial
differences” entails an interdisciplinary approach. The course builds on approaches and
theories from such disciplines as history, literature, philosophy and sociology as well as
from gender studies and cultural studies. The interdisciplinary nature, however, does
not mean that we simply add and stir existing disciplinary strands together in a large
pot. Rather, it encourages you to pursue creative learning. In this process, both lecturers
and teaching materials will facilitate you to develop a lens through which you are able to
critically look at the world. Last but not least, the historical perspectives that you will
gain during this course will help you to comprehend the historical embeddedness of
contemporary issues. ness etc. by looking at shifting boundaries of these divisions and
Goals
• To acquaint students with historical configurations and intersections of ‘race’, class,
gender and sexuality, and the way in which they were conceptualised and sometimes
newly invented in science, philosophy and social theory;
• To acquaint students with the way in which these configurations have structured
cultural texts and images, individual identities and organisations;
225
• To acquaint students with the way in which such intersecting categories of difference
have constituted (and still constitute) inequalities and differences of power, resulting in
invisibility, restricted access to sources etc.
• To acquaint students with historical configurations and intersections
Coordinator:
Ulrike Brunotte
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
November – December 2010
226
CULTURAL DIVERSITY IN A GLOBAL PERSPECTIVE
5 EC
The course focuses on cultural difference and identity in an era in which the nation is
losing its unifying significance in matters of personal identity and group identity
formation. The course seeks to analyse how globalization influences identity and culture
and the ways in which these interact with social differences, gender, ethnicity, religion
and nationality. Its orientation is both practical and theoretical. In the course the
relations between key terms such as difference, cultural diversity and identity are
studied, as well as mutual constructions of 'us' and 'them'. We will be tackling questions
like: What is globalization? What is culture? What is identity? Are the latter two
influenced by globalization, and if so, in a good or in a negative way? We will get
acquainted with different theories of globalization and culture such as Hybridization
(Nederveen Pieterse), McDonaldization (Ritzer), or the Clash of Civilizations
(Huntington), concepts such as orientalism (Said) and occidentalism (Margalit and
Buruma), fundamentalism and multiculturalism. Throughout the course theoretical
discussions are linked to real life, actual and sometimes pressing practical debates and
examples such as multicultural dilemmas, national identity formation, fundamentalist
terrorism, Diaspora, out- sourcing and migration. Globalization, identity and culture are
broad concepts and phenomena that have far reaching consequences. Therefore, they
cannot be studied within the realm of one discipline, at least not if we want to come to
a fuller and better understanding of the complexity of several debates, problems and
phenomena of cultural diversity in a globalized world. That is why we will not confine
ourselves to one disciplinary approach. During this course we will look at and work with
different theories and tools from different disciplines, working towards an
interdisciplinary approach that helps us to grasp the full scale of cultural diversity in
global perspective. Interdisciplinarity helps us to develop a critical view towards several
theories, since we get acquainted with several competing ones and furthers us to
develop our own ideas about cultural diversity. The disciplines we will come across are,
among others: cultural studies, gender studies, philosophy, history, anthropology,
sociology, international management etc. to grasp the full scale of cultural diversity in
global perspective.
Goals
Students of this course will learn to reflect upon issues of globalization and cultural
diversity from several disciplinary perspectives and connect these issues with their
major field of academic study.
Coordinator:
Agnes Andeweg
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
2
227
CRUCIAL DIFFERENCES IN THE 21TH CENTURY
5 EC
This course introduces contemporary perspectives of configurations of ‘race’/ethnicity,
class, gender and sexuality. You will learn to examine the ways in which crucial
differences are constituted nowadays by asking questions like: how do the contributions
of diverse strands of movement and claimants such as ‘racial’ minorities, ‘Third World’
feminists, gays and lesbians (so called identity politics movements) radically reshape the
form and content of identities?; How is our everyday life constituted and re-constituted
by such politics?; Does this identity claiming primarily pertain to the symbolic and
cultural realms, or does it also effect material inequality?; In what ways is material
inequality informed by struggles and identity claims over resources of different types,
undertaken in terms of gender, class, ‘race’/ethnicity and sexuality?; How is the material
and the symbolic in social stratification connected in the global scale? Is claim-making
based on ‘difference’ leading to the deepening of the divisions or is it leaving some
space for coalition and networking despite — or rather because of — based on the
‘crucial differences’? Through critical inquiry into major texts, this course dynamically
re- conceptualizes the intersections between the divisions of gender, class,
‘race’/ethnicity and sexuality; the relationship between these divisions and the nationstate in the process of globalization; and between theory and practice in ‘difference’
claim-making. Examples we draw on extend beyond Europe and cover Africa, Asia, Latin
America, and North America. Diversity is furthermore exemplified in our
interdisciplinary approach. The course builds on approaches and theories from
disciplines such as literature, philosophy, sociology, anthropology, economics, political
economy, law, health science as well as from the fields of gender studies, cultural
studies, development studies and migration studies. The interdisciplinary nature,
however, does not mean to simply add existing disciplinary strands together. Rather, it
will provide you with an opportunity to critically analyze and comprehend the multifacetedness of the world we are all living in. The historical perspectives you have
become acquainted with in the course A will be a foundation for the contemporary
setting you are about to embark on. Moreover, the skills training, which awaits you in
the course, inevitably entails an exercise to locate your position in the Problems.
Coördinator:
Louis van de Hengel
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
2
228
CULTURAL STUDIES I: DOING CULTURAL STUDIES
5EC
‘Cultural studies’ is a new and successful discipline, or perhaps better ‘interdiscipline’, in
the curricula of universities and colleges of today. Cultural studies surpasses boundaries
between disciplines and methods, problems and perspectives. By focussing upon
‘culture’ or ‘the cultural’ as the assembly of ‘meaningful practices’ it connects semiotics
or the analysis of signs and the studies of popular culture and literature, of gender and
diversity, mass media and technology. Culture has become central in our daily lives and
in our reflections upon economics, politics, the arts and society. On the one hand, this
change is substantive, that is to say, is due to the explosion of ‘meaning’ (in need of
interpretation) in the mass production of texts and images through new technologies
such as global information systems and mass media, new visual forms of communication
and the World Wide Web. Important in the development of cultural studies was for
instance the expansion of television and film, which for their understanding needed new
methods of analysis. In due course this led to a critical reflection upon the ‘old’ division
between high culture and popular culture, production and consumption. On the other
hand can the centrality of ‘culture’ be attributed to an epistemological change, which is
connected to a different conception of the relation between nature and culture, the
material world and the world of language and ideas, bodies and identities. Whereas
formerly it was taken for certain that ‘culture’ reflected the material conditions of men –
or in Marxist terms, as ‘superstructure’ was always dependent of the basic structure of
the economic relation -, twentieth-century philosophers and theorists have pointed out
the constitutive power of language and culture. Indeed, all social activities are
meaningful or ‘discursive practices’ in the terminology of Foucault, and have to be
studied as such. In this introductory course the case to study different cultural processes
in their different moments of ‘articulation’ (production, consumption, regulation,
representation, identity) is the ‘biography of the Sony Walkman’. This artefact and
product of a world wide business corporation allows us not only to study the structure,
strategy and culture of the organisation, but also its marketing, consumption and use by
men and women, young and old people, in regional and global markets, in the public
sphere and at home.
Coordinator:
J.L. Weusten
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
4
229
CULTURAL STUDIES II: READING CONTEMPORARY CULTURE
Intermediate, 5 EC
The course ‘Cultural Studies II: reading contemporary culture’ is a further exploration of
the world of cultural studies. In this course the focus is on representation as a ‘key
moment’ in the ‘circuit of culture’, which some of you have studied in ‘Cultural Studies I:
Doing cultural studies’. Cultural Studies II immerses you in the interdisciplinary theories
and practices of (textual and visual) representation, which is key to the critical analysis
of contemporary culture. The connection between ‘representation’ and ‘culture’ is
language, for it is through language that we construct, convey, share and communicate
meanings. In cultural studies language is broadly defined as ‘a signifying practice’.
Language is not just a system of words and their meanings, but also a ‘system of
representation’ in which signs and symbols represent concepts and meanings, each
‘language’ consisting of its own signs. Spoken language uses sounds, written language
words, in musical language the signs are notes on a scale, and in ‘body language’ the
signs are gestures. In itself such signs are meaningless, they become meaningful
practices for what they do in a specific ‘system of representation’. In this course you will
study the poetics and politics of cultural phenomena such as photography and film,
museum and fashion. The poetics of representation refers to a semiotic reading of
(textual and visual signs) as developed by linguistic theorists and philosophers such as
Ferdinand de Saussure and Roland Barthes. The politics of representation deals with the
discursive reading of language, which emphasizes the way in which discourses are
always involved in power relations, following Michel Foucault. Throughout this course
you will analyze texts, visual materials and artifacts from contemporary culture, such as
striking pictures and adds of male models, pictures of black athletes and soap series.
Furthermore, you will become a photographer and produce and analyze ‘signs’ yourself.
You will visit a museum and analyze its ‘system of representation’ making use of
analytical tools that semiotics and discourse analysis offer. You will also analyze a
popular novel, focusing on the way femininity and masculinity are represented in
relation to the cultural practice of preparing food.
Coordinator:
Link:
http://www.ucm.nl/
J.L. Weusten
Periode:
5
230
LITERARY NEGOTIATIONS OF MODERNITY: THE CASE OF THE GOTHIC FICTIONS
5EC
The Gothic novel arose in Britain when the increasing preoccupation with individual
consciousness that began in the early 18th century collided with the unique cultural
anxieties of the late 18th century. It is a response to the tensions and instabilities
caused by the innovations of Enlightenment rationalism, political upheaval at home and
abroad (the French Revolution) and the transformation of the family from a socioeconomic into an affective unit, which introduced new psycho-sexual realities.
The Gothic novel is devoted to an exploration of illegitimate forms of sexuality that
subvert the social order, of supernatural phenomena that cannot be accounted for
empirically, of experiences and sensations beyond rationality, and of social inequities
that are at odds with progressive, emancipatory ideals. One could say that the Gothic
novel expresses an ambivalent wavering or double pull between modernity and antimodernity, and as such, it has accompanied the complex process of modernization ever
since, up to this very day.
The Gothic has proved to be a prolific cultural strategy, manifesting itself in other
countries and other forms of cultural expression such as (pop) music, film, games and
fashion. Although the main focus of the course will be on historical Gothic fictions, there
will be ample room to discuss contemporary examples.
Goals
To provide insight into the complex ways in which the arts (in this case, Gothic fictions)
respond to the increasing rationalization, disenchantment and individualization of
modern Western culture.
To equip students with research skills that will enable them to make an original
contribution to comparative inquiries into gothic fictions.
Coordinator:
tba
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
april – mei 2011
231
GREAT NOVELS 1850 – PRESENT
Bachelor, 5 EC
For centuries, literature would first of all entail drama and poetry. But when in the
course of the nineteenth century paper and printing became cheaper, reading slowly
became a solitary activity, and the novel took flight. This course focuses on a number of
key novels from the Western tradition from 1850 onwards. The reading of the primary
works is the main objective for this course. Due attention will however be paid to issues
such as the relation literature-society, periods in literary history, the position of the
author, and basic literary concepts like meaning, representation, and plot. Students will
gain experience in reading, analyzing and writing about literature. Authors to be read:
Flaubert, Couperus, Woolf, Mann, Yourcenar, McCullers, Cunningham. Each novel will
give occasion to introducing one or two important concepts (for example: Woolf –
focalization; Yourcenar – history; Cunningham – intertextuality etc.).
Goals
To acquaint students to a number of great novels from the western tradition. • To
acquaint students to a basic understanding of periodisation in literary history. • To
acquaint students to basic concepts in literary theory. • To enable students to apply
theoretical concepts to their readings of novels
Coordinator:
Link:
http://www.ucm.nl/
Agnes Andeweg
Periode:
april – mei 2011
232
CULTURAL DIVERSITY IN A GLOBAL PERSPECTIVE (Elective)
Bachelor, 5 EC
The course focuses on cultural difference and identity in an era in which the nation is
losing its unifying significance in matters of personal identity and group identity
formation. The course seeks to analyse how globalization influences identity and culture
and the ways in which these interact with social differences, gender, ethnicity, religion
and nationality. Its orientation is both practical and theoretical. In the course the
relations between key terms such as difference, cultural diversity and identity are
studied, as well as mutual constructions of 'us' and 'them'. We will be tackling questions
like: What is globalization? What is culture? What is identity? Are the latter two
influenced by globalization, and if so, in a good or in a negative way? We will get
acquainted with different theories of globalization and culture such as Hybridization
(Nederveen Pieterse), McDonaldization (Ritzer), or the Clash of Civilizations
(Huntington), concepts such as orientalism (Said) and occidentalism (Margalit and
Buruma), fundamentalism and multiculturalism. Throughout the course theoretical
discussions are linked to real life, actual and sometimes pressing practical debates and
examples such as multicultural dilemmas, national identity formation, fundamentalist
terrorism, Diaspora, out- sourcing and migration. Globalization, identity and culture are
broad concepts and phenomena that have far reaching consequences. Therefore, they
cannot be studied within the realm of one discipline, at least not if we want to come to
a fuller and better understanding of the complexity of several debates, problems and
phenomena of cultural diversity in a globalized world. That is why we will not confine
ourselves to one disciplinary approach. During this course we will look at and work with
different theories and tools from different disciplines, working towards an
interdisciplinary approach that helps us to grasp the full scale of cultural diversity in
global perspective. Interdisciplinarity helps us to develop a critical view towards several
theories, since we get acquainted with several competing ones and furthers us to
develop our own ideas about cultural diversity. The disciplines we will come across are,
among others: cultural studies, gender studies, philosophy, history, anthropology,
sociology, international management etc. to grasp the full scale of cultural diversity in
global perspective.
Goals
Students of this course will learn to reflect upon issues of globalization and cultural
diversity from several disciplinary perspectives and connect these issues with their
major field of academic study.
Coordinator:
Agnes Andeweg
Link:
http://www.ucm.nl/
Periode:
November – December 2010
233
TILBURG, UNIVERSITEIT VAN TILBURG
RELIGION AND GENDER
BA, 6 EC
In deze cursus wordt de wisselwerking tussen betekenissen van gender op de inhoud,
vormgeving, symbolen van religieuze tradities én de invloed van gender op de studie
van religie bestudeerd. Na een algemene, meer theoretische inleiding over de
epistemologische, historische en sociaal-culturele betekenis van complexiteit van
gender in relatie tot de verschillende benaderingen van de studie van religies, wordt aan
de hand van concrete voorbeelden uit verschillende religieuze tradities het belang en de
betekenis van de gender binnen de verschillende maiores (aandachtsgebieden) van de
opleiding uitgewerkt. Daardoor wordt duidelijk hoe de samenhang is tussen enerzijds
maatschappelijk en culturele opvattingen over respectievelijk vrouwen en
vrouwelijkheid, mannen en mannelijkheid en de verhouding tussen de seksen en
anderzijds de wetenschappelijke theorieën over en de praktijken (onder meer: bronnen,
concepten, beelden, symbolen, rituelen) van de religies.
Doel:
De studenten verwerven kennis en inzicht in de complexiteit van de relatie gender,
religieuze tradities en sociaal-culturele contexten. Zij verwerven inzicht in de
samenhang tussen opvattingen over gender (vrouw/man) en de wijze waarop deze
opvattingen binnen de theorieën over en de praktijken van religieuze tradities expliciet
en impliciet een rol spelen; Studenten zijn in staat dit complex op het terrein van hun
gekozen maior op zelfstandige wijze te herkennen, te beschrijven en te analyseren.
Studenten zijn in staat de relevantie van gender voor de studie van religie op adequate
wijze te beschrijven.
Docent:
dr.V.J.R. Draulans
Link:
http://mystudy.uvt.nl/it10.vakzicht?taal=n&pfac=FGW&vakcode=992154
Periode:
28 september – 14 december (colleges)
234
LEIDEN, UNIVERSITEIT VAN LEIDEN
MINOR: GENDER EN SEKSUALITEIT IN MAATSCHAPPIJ EN CULTUUR
30 EC
Vakken
(Zie volgende pagina’s)
Geschiedenis van Gender en Seksualiteit
Het Verlangen naar de Ander: Gender en Etniciteit Nu
Actuele Visies op Gender en Seksualiteit
Voyeurisme en Exhibitionisme: Gender in Beeld
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/studies/show/gender_en_seksualiteit_in_maatschappij_
en_cultuur
235
FOCUS 5A+6: GENDER DYNAMICS IN CONTEMPORARY JAPANESE SOCIETY I
BA (300), 5 EC
Gender structures the lives of women and men in all societies, yet varies in shape and
dynamics. In this course, we will explore the dynamics of gender in modern Japan, from
the Meiji period to the present. Going beyond women as the primary focus of gender
studies, readings will explore the structures, processes and practices, which contribute
to gender difference and its reproduction in the economy, society, and the state.
Themes may include gender and family relations in premodern and early modern Japan,
the rise of the ideology in early twentieth century Japan, state regulation of
reproduction and sexuality, the emergence of the New Middle Class and salaryman in
postwar Japan, as well as contemporary issues, such as gender inequality in the work
place, the delay in marriage and child birth and marginal masculinities.
Objectives
The goal of this course is not only to become familiar with key issues in the study of
gender in Japan, but also to examine different conceptualizations of gender. Students
will receive guideance on how to conduct independent research on a topic of choice and
learn to write and present on a gender aspect of contemporary Japanese society in a
scholarly fashion in preparation for their BA thesis.
Docent:
Dr. A. Ezawa
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25440/focus_5a6_gender_dynamics_in_c
ontemporary_japanese_society_i
Periode:
Semester 1
236
HET VERLANGEN NAAR DE ANDER: GENDER EN ETNICITEIT NU
BA (300), 5 EC
In dit college onderzoeken we verschillende cultuurgebonden noties van gender en
seksualiteit, en de interculturele interacties tussen die opvattingen. We zullen zien dat
noties van gender, seksualiteit, ras en etniciteit nauw met elkaar verweven zijn. We
beginnen met het controversiële en baanbrekende onderzoek van Margaret Mead,
Frantz Fanon, Sander Gilman en Lillian Smith, en vervolgen met exploraties van de
positie van vrouwen wereldwijd, de erotische beeldvorming over culturele anderen, en
o.a. de discussies over hoofddoekjes, vrouwenbesnijdenis, homoseksualiteit, met
bijzondere aandacht voor de rol van literatuur, theater en film.
Docent:
dr. I. Hoving
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25572/het_verlangen_naar_de_ander_ge
nder_en_etniciteit_nu
Periode:
Semester 1, blok 1 en 2
237
ACTUELE VISIE OF GENDER EN SEKSUALITEIT
BA (300), 10 EC
Actuele Visies op Gender en Seksualiteit is een werkcollege over de actuele stand van
zaken. Tegen de achtergrond van het inleidende, meer historische college wordt in het
tweede semester een werkcollege aangeboden over de actuele debatten over gender
en seksualiteit. We beginnen aan het einde van de jaren zestig, bij het begin van de
tweede feministische golf. We lezen, bekijken en bespreken enkele spraakmakende
films en romans, zoals Lady Chatterley’s Lover. Zijn we het nu nog eens met de zeer
scherpe kritiek die Kate Millet destijds leverde op de opvattingen over gender en
seksualiteit in die roman? Vervolgens verbreden we de discussie naar grote vragen als:
hoe kun je het gegeven verklaren dat grote schrijvers en schilders meestal mannen zijn?
Schrijven vrouwen anders dan mannen? Hoe werken vrouwelijke en mannelijke
verlangens door in de populaire cultuur en in de kunsten? En: hoe vast staat je sekse
eigenlijk – in hoeverre kun je met je sekse spelen? De colleges in deze reeks zijn
opgebouwd rond sleutelbegrippen als canon, seksismekritiek, de ‘nieuwe man,’
biseksualiteit, vals bewustzijn, cyberfeminisme, performance, travestie en transgender.
We lezen D.H. Lawrence, Kate Millet, Maaike Meijer, Linda Nochlin, Charlotte Brontë,
Toni Morrison, Simone de Beauvoir, Rosalynd Coward, Eve Sedgwick, Marjorie Garber,
Judith Butler, bell hooks, e.a
Docent:
Dr. Y. Horsman en dr. I. Hoving
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25570/actuele_visies_op_gender_en_sek
sualiteit
Periode:
Semester 2, blok 3 en 4
238
LITERATURE: SHAKESPEARE’S SISTER: GENDER TROUBLES IN THE EARLY MODERN
PERIOD
BA (500), 10 EC
This course will give you the opportunity to meet Virginia Woolf’s most provocative
creation, Shakespeare’s fictional sister, Judith, in the flesh. Critics have ploughed
through archives to prove Woolf wrong: the cruelties of patriarchy did not succeed in
smothering Judith. In our course we will have a closer and sometimes sceptical look at
some of the issues that underlie the recent incorporation of female-authored texts in
the literary canon. We will study a variety of prolific women writers such as Elizabeth
Cary, Margaret Cavendish, and Aemilia Lanyer, whose works demonstrate that, as Diane
Purkiss has adequately put it, female authors in the Renaissance were neither
“Shakespeare in drag”, nor were they “as comprehensively silenced as Virginia Woolf’s
tragic heroine”.
Attention will be paid to the different genres in which the ‘otherness’ was cast, in a
variety of both female-authored and male-authored texts, such as plays, closet drama,
pamphlets, poetry, letters and the masque, which was in the early Renaissance the only
medium that allowed female actors on stage. Various representations of gender and
sexuality in the Renaissance will be discussed, exploring themes such as the nature of
men and women, love, marriage, and even incest and witchcraft. Issues such as the
embedding of sexuality in the poetic language of Donne and Herbert, changing attitudes
towards marriage in ‘taming plays’ such as Shakespeare’s The Taming of the Shrew and
Fletcher’s sequel to it, The Tamer Tamed (c.1611), the stage practice of having female
characters acted by boys, and the frequently used ploy of cross-dressing, will provide us
with enough tantalizing material for discussion.
Finally, different aspects of (revisionist) theory with regard to Renaissance drama will be
introduced: such as for instance the feminist and postcolonial rewriting of
Shakespeare’s The Tempest in Marina Warner’s novel Indigo (1992). The interplay with
visual arts, such as Inigo Jones’s bare-breasted costume designs or the female letter
writer in the paintings of Vermeer will also be explored. In short, the overall aim of this
course is to give participants a sense of what ‘the state of the art’ is in Renaissance
Studies.
Course Objectives
• To gain insight into the complex issues of literary canonization, and to explore
the richness of male-authored as well as female-authored texts of the early
modern period.
• To explore gender issues in a broad variety of early modern texts (canonical as
well as non-canonical).
• To be able to discuss and write about these and related matters in a scholarly
and authoritative manner.
Docent:
Prof. dr. R.K. Todd
239
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/22938/literature_shakespeares_sister_ge
nder_troubles_in_the_early_modern_period
Periode:
Semester 2, blok 3 en 4
240
VOYEURISME EN EXHIBITIONISME: GENDER IN BEELD
BA (300), 5 EC
Genderstudies biedt een nieuwe manier om naar films te kijken. Filmtheoretici als o.a.
Mulvey, Silverman, De Lauretis laten zien hoe voyeurisme en exhibitionisme een rol
spelen in de manier waarop vrouwen en mannen naar films kijken. In dit college
analyseren we, aan de hand van klassieke Hollywoodsuccessen en meer subversieve
films, hoe we anders kijken naar vrouwen en naar mannen, en hoe films de blik van
mannelijke en vrouwelijke kijkers organiseren.
Docent:
Dr. Y. Horsman
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25571/voyeurisme_en_exhibitionisme_ge
nder_in_beeld
Periode:
Semester 2, blok 4
241
CULTUURGESCHIEDENIS VAN HET OUDE CHINA: DE POSITIE VAN DE VROUW
BA (400), 5 EC
In dit werkcollege willen wij een brede blik werpen op de positie van de vrouw in het
traditionele China (tot 1949). Aan de orde komen in iedere geval de sociale,
economische, politieke en juridische positie van de vrouw. Ook zullen wij aandacht
besteden aan de vrouw als schrijfster of als onderdeel van de religieuze praxis.
Docent:
Dr. Y. Horsman
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/24867/cultuurgeschiedenis_van_het_oud
e_china_de_positie_van_de_vrouw
Periode:
Semester 2, blok 3 en 4
242
THEMATISCH TEKSTCOLLEGE: DE POSITIE VAN DE VROUW IN DE ISLAM
BA (300), 5 EC
In dit werkcollege zullen verschillende bronteksten worden gelezen die betrekking
hebben op een enkel thema. Dit jaar is het thema de positie van de vrouw in de islam,
waarbij we ons richten op het onderwerp ‘gehoorzaamheid’ en alle nevenonderwerpen
die daarbij komen kijken (scheiding, onderhoud, thuis werken, slaag/tuchtiging). Aan de
hand van een moderne juridische verhandeling zal worden gekeken naar wat de
normatieve bronteksten (Koran, Hadith en fiqh) over het onderwerp zeggen. Ter
afronding van het werkcollege zullen de studenten een werkstuk schrijven waarin zij de
opgedane kennis relateren aan de visies van hedendaagse ‘moslimfeministen’ over dit
onderwerp.
Docent:
Prof.dr. M.S. Berger
Link:
http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/26222/thematisch_tekstcollege_de_positi
e_van_de_vrouw_in_de_islam
Periode:
Semester 1, blok 1 en 2
243