Landelijke Studiegids Vrouwen
Transcription
Landelijke Studiegids Vrouwen
Nederlands Genootschap Vrouwenstudies Landelijke studiegids Vrouwenstudies/Genderstudies 2010/2011 Samenstelling: Jeanette van der Sanden, Niels Spierings, Rieke Spierings, Sanne Versteegh & Marta Zarzycka Universiteit Pagina Nijmegen, Radboud Universiteit 3 Groningen, Rijksuniversiteit 55 Utrecht, Universiteit Utrecht 65 Utrecht, Universiteit voor Humanistiek 91 Amsterdam, Universiteit van Amsterdam 95 Amsterdam, Vrije Universiteit 188 Wageningen, Wageningen Universiteit 218 Maastricht, Universiteit Maastricht 221 Tilburg, Universiteit van Tilburg 234 Leiden, Universiteit Leiden 235 1 advertentie 2 Nijmegen, Radboud Universiteit Interdisciplinair (Institute for Gender Studies) EXTREME MAKEOVER – CULTUUR, LICHAAM EN HET IDEALE ZELF (V/M) Post-propedeutisch, 6 EC De mogelijkheden om het lichaam te verfraaien of zelfs te verbouwen nemen snel toe. De schoonheidsindustrie draait op volle toeren, en als schouwspel scoort streven naar schoonheid hoge kijk- en oplagecijfers. Avond aan avond vergapen miljoenen kijkers zich aan Makeover-shows en Next Top Model-verkiezingen in vele varianten. Nu is de droom van zelfverbetering op zich niet nieuw. Iedere cultuur kent eigen idealen van schoonheid. De verbeelde schoonheid wordt vaak - zo al door de Griekse filosoof Plato - geassocieerd met goedheid, of gezien als een promesse de bonheur, een belofte van geluk. Religieuze mythen, sprookjes, romans en wetenschappelijke tractaten laten zien dat mensen door de eeuwen heen gefascineerd werden door de droom van zelftransformatie, opgevat of verbeeld als perfectionering van het lichaam. Maar waar men zich in eerder eeuwen moest beperken tot de kracht van verbeelding en geloof, of tot verfraaiende middelen die duur of niet zonder risico waren, lijkt de vervolmaking van het lichaam nu binnen ieders handbereik. Plastische chirurgie, cosmetische industrie en modebladen beloven ieder die bereid is geld in zichzelf te investeren het uiterlijk van een prinses. Of van een popster naar keuze. Kenmerkend voor de huidige beeldcultuur rond lichaamsverbetering is wel, dat de verschillen tussen de seksen zeer uitdrukkelijk worden aangezet. Vrouwen zijn bij voorkeur rondborstig, sexy en glamorous, mannen stralen - nog steeds - kracht en overwicht uit, zij het verzacht door een ‘vrouwelijk' accent hier en daar. Met behulp van make-up, mode, sportschool en zo nodig het mes worden de verschillen tussen de seksen geaccentueerd en uitvergroot; soms zelfs letterlijk, in de vorm van borstvergroting, penisverlenging, kincorrectie en schaamlipplastiek. Tegelijkertijd zijn jonge westerse vrouwen vrijer en qua mogelijkheden meer gelijk aan mannen dan ooit. Gaat het bij het uiterlijk benadrukken van de sekse-identiteit dan om een spel; een spel dat met des te meer overgave gespeeld kan worden in een cultuur waarin mannen en vrouwen feitelijk gelijk zijn, en de accentuering van de verschillen tussen hen een kwestie van persoonlijke smaak en keuzevrijheid is geworden? Of is er meer aan de hand, en gaat er van de stortvloed aan (hetero)seksueel getinte ideaalbeelden wel degelijk een invloed uit die ons zelfbeeld bepaalt, omdat we ons bewust of onbewust meten aan de beelden die worden aangereikt? Zijn er, kortom, toch regels bij het spel? En als die regels of normen er zijn, wie bepaalt deze dan? Waar komt de overweldigende nadruk op uiterlijke schoonheid en het geprononceerd ‘seksueren' ervan op dit moment vandaan in onze westerse (beeld)cultuur? Welke invloeden werken hier in door? En welke invloeden gaan er van uit, op ons zelfbeeld en ons dagelijks leven? Hebben we inderdaad meer vrijheid dan ooit in het kiezen van onze (gender)identiteit en het uiterlijk vormgeven daaraan? Of onderscheiden we ons van andere tijden en culturen misschien vooral door die illusie? 3 Doel van deze collegereeks is deze en aanverwante vragen nader te onderzoeken. Op basis van concrete gevalsstudies, aangereikt vanuit verschillende disciplines, zullen de afzonderlijke colleges licht werpen op de vraag hoe genderspecifieke praktijken van zelfen lichaamstransformatie vorm kregen binnen verschillende historische perioden en (sub)culturen. 1) Het volmaakte lichaam: Ideaal, product en project. Inleiding 31 augustus 2010, dr. Stefan Dudink (Seksualiteitsstudies) 2) Cliënten van de cosmetische chirurgie: slachtoffers, initiatiefnemers of patiënten? 7 september 2010, dr. Alkeline van Lenning 3) Sekse en zelf in de maak 14 september 2010, dr. Geertje Mak (Geschiedenis) 4) Dikke vrouwen: maagverkleining en de disciplinerende blik 21 september 2010, dr.Tatjana van Strien (Psychologie) 5) Genes, Jeans & The Radical Makeover. Homoseksualiteit en de Dictatuur van Stijl 28 september 2010, dr. Stefan Dudink (Geschiedenis/Seksualiteitsstudies) 6) Impressiemanagement of de maakbaarheid van het werkende zelf 5 oktober 2010, prof. dr. Yvonne Benschop (Nijmegen School of Management) 7) Het haarloze ideaal 12 oktober 2010, prof. dr. Anneke Smelik (Cultuurwetenschappen) 8) ‘Lekker mezelf zijn': keuzevrijheid in een gegenderde samenleving 2 november 2010, dr. Els Rommes 9) Werken aan jezelf: het gedisciplineerde lichaam van de ballerina 9 november 2010, dr. Liedeke Plate (Algemene cultuurwetenschappen) 10) Operatie Orlan. Performancekunst van vlees en bloed 16 november 2010, dr. Louis van den Hengel (Seksualiteitsstudies) 11) Schaamtevolle lippen 23 november 2010, prof. dr. Willy Jansen (Culturele Antropologie) 12) filmcollege 30 november 2010 Coordinator/docent: Drs. Rahil Roodsaz Dr. Geertje Mak Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20079/ Periode: 31 augustus – 30 november dinsdagmiddag 15.45 tot 17.30 uur Tentamen: 14 december 2009; herkansing: 26 januari 2010 4 INTRODUCING GENDER THEORIES Bachelor 3, 5 EC This course offers an introduction to contemporary gender theories. The aim is to give students the opportunity to thoroughly familiarize themselves with some of the most influential theories and major theoretical debates in the interdisciplinary field of gender studies as it has developed over the past three decades. To achieve that aim we will use a textbook (Alsop et al) which gives an overview and critical assessments of major theoretical issues. In addition students will read a number of key-texts that have centrally informed the project of gender studies as it stands today. The course is teamtaught by various instructors from a wide range of disciplinary perspectives. Coördinator/docent: dr. V. Vasterling Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20075/ Periode: periode 3 (van 4) 5 APPLYING GENDER THEORIES Bachelor 3, 5 EC This course is designed to offer a ‘hands-on' engagement with the gender theories discussed in "Introducing Gender Theories". Students will discuss and work with applications of selected theories in contemporary gender research. Various types of assignments will be used in order to familiarize students with the application of gender theories in the humanities, the social and behavioral sciences. The course is team-taught by various instructors from a wide range of disciplinary perspectives. This course can only be taken in addition to the course 'Introducing Gender Theories' Coördinator/docent: wordt nog bekend gemaakt Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/21724/ Periode: periode 3 (van 4) 6 FEMINIST CLASSICS Master, advanced Bachelor, 4 EC (it is also possible to take the course for 6 EC) This course will focus on texts by and about classic feminist authors such as Christine de Pisan, Mary Wollstonecraft, Virginia Woolf and Simone de Beauvoir. Though diverse in content and style, all texts start from the same basic assumption; i.e., that the subordinate or inferior position of women in society is unjustified. Feminist authors have different explanations and opinions concerning the reasons and possible remedies for this state of affairs, though there is also continuity in the type of issues they address. The texts will be used to elucidate and analyse the development of ideas concerning the role and position of women in Western society and culture. Attention will be paid to topics that recur in the texts; for example, education, marriage and morals. In order to understand where they come from, the ideas will be situated in and discussed from the viewpoint of their historical, political and philosophical contexts. This course takes the form of a seminar. Students are expected to read the texts carefully prior to class meetings. Students' presentations make a substantial part of the meetings and are intended to stimulate discussion. Everyone is expected to participate actively in the discussions. Coördinator/docent: Drs. J. Samson Drs. D. Batum Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20074/ Periode: 9 september – 16 december 7 CAPITA SELECTA GENDERSTUDIES Master, 6 EC Leeslijst. Studenten een verdiept inzicht te geven in genderstudies, waarbij de nadruk ligt op epistemologische en methodologische discussies en op recente theorievorming. Daarnaast wordt een aantal casestudies gelezen. De literatuur kan gekozen worden uit een vaste lijst die bij de docente te verkrijgen is. Deze zal dan adviseren welke literatuur het meest aansluit bij de belangstelling van de student. De literatuurlijst wordt regelmatig aangepast en geactualiseerd. Coördinator/docent: prof. dr. W. Jansen Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20078/ Periode: kan het gehele jaar gevolgd worden 8 INDEPENT STUDY GENDER, CULTURE & THE ARTS (LEESLIJST GENDERSTUDIES ACW) Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC Reading list. The course is an individual research of selected readings on the subject of gender, culture and the arts. The reading list provides students with an overview of the range of feminist theory in the literary, artistic and cultural field, and introduces them to the main theoretical issues and debates. The course is structured as follows: the student puts together a programme of independent study on the basis of a suggested reading list, totalling ca. 600 pages of text. On approval, the student prepares a short presentation of the material thus researched. A final research paper provides the opportunity to explore a topic in depth. Objectives: - student is familiar with a variety of ways of thinking about gender & literature, the arts, & culture. - student is able to demonstrate the ways in which gender and sexuality are constitutive of, and are constituted by, art, artistic & cultural practices ranging from literature and film to music and dance to fashion and design. Coördinator/docent: dr. L. Plate Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20076/ Periode: kan het gehele jaar gevolgd worden 9 Cultural Sexuality Studies CULTURAL SEXUALITY STUDIES: AN INTRODUCTION Bachelor, 6 EC This course is an introduction to cultural sexuality studies with a focus on lesbian and gay studies. It consists of two parts that offer an introduction to 1) the cultural history of gay and lesbian sexuality since the late nineteenth century, and 2) theoretical developments in the interdisciplinary field of cultural sexuality studies. Part 1: Studies the meanings of gay and lesbian sexuality in modern Western society in the light of several (historical) developments. Central issues are the changing socialcultural positions of lesbian and gays, the various ways in which gays and lesbians have given shape to their identities - individually and collectively - and the development of GLBTQ-movements. Other topics include the stories and cultural representations that have been important during the past two centuries in giving both personal and social meanings to gay and lesbian sexualities, e.g. medical theories and psychoanalysis, and the representation of "deviant" sexualities in novels, films, theater, and the media. Part 2: We discuss developments in cultural sexuality studies in various academic disciplines over the last twenty years, paying particular attention to themes such as space and time, representation and imagination, politics and culture, ethnicity and sexuality. Students will familiarize themselves with central theoretical concepts that are used in nearly all branches of cultural sexuality studies, e.g., social constructivism, identity and subjectivity, subcultural practice, marginality, performativity, pathology, political action, and representation, and with debates on the "nature-culture" opposition, conceptualizations of gender and sexuality and their interrelations, postmodernism, transgenderism, and embodied sexuality, as well as "queer" studies. It is strongly recommended that students take both parts of the course, examination after one part is possible only in exceptional cases. Coördinator/docent: dr. S. Dudink Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20073/ Periode: 7 september – 14 december 10 CULTURAL SEXUALITY STUDIES/HOMOSTUDIES Master, 5 EC Leeslijst. Er zijn leeslijsten beschikbaar rond de volgende thema’s. De thema’s en bijbehorende literatuur kunnen toegesneden worden op de belangstelling van de student. Het ‘ontstaan’ van homoseksualiteit in Nederland 1700-1900: van ‘sodomieten’ naar ‘homoseksuelen’. Dandies, skinheads en andere homo’s: verwijfdheid, mannelijkheid en homoseksualiteit in historisch perspectief. De leeslijsten bestaan uit 500 tot 1000 pagina’s, waarvan bij de historische leeslijsten 50 tot 100 pagina’s een theoretisch karakter heeft; de leeslijst over aids en wetenschapssociologie is voor een derde theoretisch van aard. Doelstelling: - Studenten verkrijgen door zelfstudie kennis van en inzicht in een belangrijk historisch danwel wetenschapssociologisch debat binnen Homostudies. - Zij hebben kennis van en inzicht in de theoretische uitgangspunten die in deze debatten een rol spelen. - Zij zijn in staat op kritische wijze de verschillende benaderingen waarvan zij kennis hebben genomen te beoordelen. Coördinator/docent: dr. S. Dudink Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20080/ Periode: kan het gehele jaar gevolgd worden 11 GLOBAL SEX: THE TRAVELS OF DESIRE, IDENTITIES, AND POLITICS IN A GLOBALIZING WORLD Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC If the world is becoming a global village, how does this affect the world's sexuality? This course starts from the assumption that globalisation affects all areas of life, including that of sexuality. We will discuss the impact of globalization on sexual desires and practices (sex tourism for instance), sexual identities (the emergence of global lesbian and gay identities) and politics concerning sexuality (HIV/AIDS campaigns, human rights, trafficking). Throughout the course central themes from the literature on globalisation will be taken up and connected to case studies on sexuality. Objectives - Students will be introduced to central themes in the literature on globalisation and will be able to connect these to issues related to sexuality. - Students will learn to link current socio-cultural and political developments concerning sexuality to aspects of processes of globalisation. At least a full year of prior study in the social sciences or humanities is recommended. Coördinator/docent: dr. S. Dudink Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20077/ Periode: april – juni 12 SEXUALITY IN CONTEMPORARY MEDIA CULTURE: PORNIFICATION, CENSORSHIP, INNOCENT PLEASURE? Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC The emergence of (post)modern media culture has made many commentators worry: this culture is seen as superficial, sensationalist, immoral and relativistic. When the issue becomes the representation of sexuality in contemporary media culture, these worries seem to become even stronger. In this course we discuss various developments in the representation of sexuality in contemporary media culture and their interpretation and evaluation by scholars of the media and sexuality. Are we living in the age of an immoral and dangerous ‘pornification’ of media culture or an age in which access to the innocent pleasures of (representations of) sexuality is finally open to all? Objectives - Students will be introduced to critical studies of modern media culture and in particular studies of sexuality in this culture. - Students will be able to identify and analyse developments in the representation of sexuality in contemporary media culture using insights from current media and sexuality studies. - Students will obtain knowledge of various evaluations of these developments and will be able to critically discus these. At least a full year of prior study in the social sciences or humanities is recommended. Coördinator/docent: dr. S. Dudink Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20081/ Periode: april – juni 13 Algemene Cultuurwetenschappen (Letteren) CITY CULTURE Advanced Bachelor, 5 EC The city and its cultures are increasingly important in the fields of cultural studies. This course investigates the significance of gender, sexuality, ‘race’, ethnicity, and class in the production, use, and representation of the city and its urban spaces. It looks at how city culture, the practices of city life and urban forms, have given form and substance to identity over time. Especially, it inquires into how ideologies and city culture interact, asking what role does gender play in the theoretical understanding and concrete experience of the modern city and its urban cultures. The approach is interdisciplinary, drawing on research in the fields of cultural studies, gender studies and urban studies. Objectives: At the end of the course, you will be able to comprehend and critically reflect on the complex interaction between gender, ideology and city culture. You will be able to demonstrate the ways in which gender, ‘race’, ethnicity, class and sexuality are constitutive of, and are constituted by, urban form and urban life and their representation through a range of concrete examples in different media. You will also be able to formulate a theoretically informed and methodologically sound research project that critically engages with the interaction between ideology and city culture. Coördinator/docent: dr. L. Plate Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19164/ Periode: blok 2 (van 4) 14 GENDER EN DE KUNSTEN Bachelor 2e jaar, 5 EC Deze inleidende cursus genderstudies ACW schenkt aandacht aan de rol van gender in kunst en cultuur. ‘Gender’ is de sociaal-culturele tegenhanger van ‘sekse’. Genderstudies richt zich op de sociaal-culturele betekenissen die aan sekseverschillen worden toegekend. Mannelijkheid noch vrouwelijkheid liggen vast, maar worden steeds opnieuw ge(re)produceerd; de kunsten en de media spelen hierin een belangrijke rol. Hoe verhoudt de representatie van vrouwelijkheid zich tot de representatie van mannelijkheid? Waarin verschilt de culturele productie van vrouwen en welke factoren spelen hierin een rol? Worden kunstwerken en artefacten van vrouwen anders ontvangen dan die van mannen en zijn er verschillen tussen vrouwen onderling? Vanuit deze en andere vragen wordt er gekeken naar kunstproducten uit literatuur, muziek, dans, theater, film en beeldende kunst en wordt er gereflecteerd op de belangrijkste cultuurwetenschappelijke debatten en disciplines. Doelstelling: Je kent het begrip ‘gender' vanuit een interdisciplinair perspectief en je kunt dit toepassen in analyses van media, kunst en cultuur. Met behulp van de aangereikte theoretische benaderingen kun je de rol van gender in de productie en receptie van kunst en cultuur afleiden en evalueren. Je kunt de representatie van gender kritisch benaderen. Ook kun je een theoretisch gefundeerd oordeel vormen over het functioneren van gender in relatie tot canonvorming. Coördinator/docent: dr. L. Plate Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19163/ Periode: 30 augustus – oktober 15 GRONDSLAGEN VAN DE CULTUURWETENSCHAPPEN Master, 5 EC De cursus beoogt de basis te leggen voor de master ‘Kunst, Cultuur, en Identiteit’. Studenten worden bekend gemaakt met de belangrijkste theorieën en actuele debatten over het begrip ‘identiteit’ en oefenen in het toepassen van deze theorieën en methodes. Onderwerpen die aan bod zullen komen zijn: het probleem van het ik, de relatie tussen geheugen en identiteit, identiteit en globalisering, performativiteit en lichamelijkheid, gendered identity, mensenrechten en de grenzen van identiteit. Doelstelling: Na afloop van de cursus heeft de student kennis van de belangrijkste theorieën over het begrip "identiteit", zodat zij in staat is te bepalen welke theorieën geschikt zijn om specifieke vragen die te maken hebben met identiteit te beantwoorden. Verder is de student bekend met de belangrijkste debatten over dit begrip, en kan zij zelf haar positie binnen deze debatten bepalen. Coördinator/docent: dr. L. Plate (coör), prof. dr. A.M. Smelik, dr. E.M. van Meerkerk, dr. V. Meelberg Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19181/ Periode: 30 augustus – oktober 16 MEDIATED IDENTITIES Master, 5 EC This course explores the complex relationships between (new) media and identity. How are identities formed by and performed in the media? And how do prevailing notions of identity change due to the rise of new information and communication technologies? This course examines how individual, collective, social, and cultural identities are represented, influenced, and shaped by new media. Using case studies, it also looks at the many ways in which both individuals and groups enact their identity by appropriating and re-using media technologies. Special attention is paid to gender, sexuality, ethnicity, and ‘race’ in connection with the mediation of identity. Objectives: Students learn to reflect upon the mediation of identity from a theoretical point of view. Students get to know the most important media-theoretical approaches to the concept of identity and they are instructed in the analysis of different techniques of ‘identification’ through (new) media. At the end of the course, students are able to analyse – with the use of theoretical concepts – how identities are mediated by various media technologies. They can reflect on their social and ethical dimensions, ask productive questions and do independent research on the subject. Coördinator/docent: dr. M.J.C.G. Stevens (coör), dr. L. Plate Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19188/ Periode: november - december 17 Geschiedenis (Letteren) GENDERGESCHIEDENIS. MANNELIJKHEID EN VROUWELIJKHEID IN CULTUUR EN MAATSCHAPPIJ Bachelor 2e jaar, 5 EC In deze cursus maken studenten kennis met enkele belangrijke begrippen en debatten uit gendergeschiedenis. In dit vak worden verhoudingen tussen mannen en vrouwen en de betekenissen van mannelijkheid en vrouwelijkheid in historisch perspectief bestudeerd. De cursus is georganiseerd rondom zeven subthema’s: 1) Theoretische en methodische uitgangspunten 2) Lichaam en politiek in de vroegmoderne tijd 3) Natuur en politiek rond de Verlichting 4) Natie en burgerschap in de negentiende eeuw 5) Arbeid en kostwinnerschap in de 19e en 20e eeuw 6) Vrouwenbeweging en feminisme rond 1900 7) Kolonialisme en migratie Daarnaast werken studenten elke week stapsgewijs en zelfstandig aan een onderzoek naar de invloed van gender op een aspect uit het leven van één van hun voorouders. Doelstelling: - Studenten kunnen verbanden leggen tussen gender en een aantal centrale historische noties zoals privé-openbaar, verwantschapssysteem, samenstelling van huishoudens, natuur-cultuur, burgerschap, natiestaat, arbeid, beschaving, kolonialisme, kostwin-nerschap, en hier historische voorbeelden van geven. - Studenten kunnen historische voorbeelden geven van opvattingen over seksualiteit en mannelijkheid en vrouwelijkheid. - Studenten kunnen de visie van enkele historici mondeling en schrifte-lijk weergeven. - Studenten kunnen hun standpunt t.a.v. historiografische debatten bepalen en deze mondeling en schriftelijk beargumenteren. - Studenten hebben kennisgemaakt met het toepassen van een genderperspectief op de historische analyse van een levensverhaal. Coördinator/docent: dr. G.A. Mak, dr. S. Dudink, dr. A Janssens Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/18895/ Periode: 30 augustus - oktober 18 GEBIOLOGEERD: HET WETENSCHAPSSPEKTAKEL IN DE 18e EN 19e EEUW Master, 10 EC Kijk en huiver! In de 18e en 19e eeuw was wetenschap vaak een waar spektakel. Op kermissen en markten werden de ‘gruwelen van de natuur’ tentoongesteld: siamese tweelingen, vrouwen met baarden, reuzen en dwergen. Wetenschap en ‘showbiz’ gingen hand in hand en beïnvloedden elkaar. Dokters verleenden bijvoorbeeld echtheidscertificaten aan vrouwen met baarden en vonden op hun beurt weer nieuwe interessante exemplaren van hermafrodieten op kermissen. Of ze vertoonden hun kunst van het opereren aan een veelkoppig publiek. Antropologen verrichtten studies naar verschillende rassen door de mensen te beschrijven die op tentoonstellingen - vaak in hun ‘natuurlijke habitat’- aan nieuwsgierigen werden vertoond. In de nieuwste benadering van wetenschapsgeschiedenis wordt gekeken naar de vloeiende grenzen van de wetenschap: waar lopen wetenschap en maatschappij in elkaar over, welke sociale, politieke en maatschappelijke factoren spelen mee bij de productie van kennis? Vanuit deze benadering willen we in dit college uit gaan zoeken wat het tentoonstellen van mensen en menselijke lichamen voor invloed heeft gehad op wetenschap over mensen. De wetenschapper, de ‘showman’, het nieuwsgierige publiek: rollen die lang niet altijd goed te onderscheiden zijn, maar in hun onderlinge dynamiek bepalen wat voor kennis er geproduceerd werd. We vragen ons af welke rol bestaande hiërarchieën – zoals die tussen man en vrouw, natuurlijk en onnatuurlijk, normaal en abnormaal, westers en niet-westers – speelden in deze relatie tussen kijken en bekeken worden, vertonen en aantonen. En wat zegt dat over de inhoud van de kennis die men zo over mensen en menselijke lichamen verwierf? Doelstelling: - Studenten leren de cultuurhistorische bepaaldheid van wetenschap te analyseren onder andere in termen van klasse, gender en etniciteit. - Studenten nemen kennis van recente ontwikkelingen in de wetenschapsgeschiedschrijving. Coördinator/docent: dr. G. Mak Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2009/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/16086/ Periode: 30 augustus - oktober 19 ONDERZOEKSCOLLEGE ACTUELE GESCHIEDENIS / GENDERGESCHIEDENIS: Expedities en missies naar Nederlands Nieuw-Guinea Master, 10 EC Expedities en missies naar Nederlands Nieuw-Guinea: het erfgoed van constructies van zelf en ander. Twee jaar geleden was in het nieuws dat het Koninklijk Instituut voor de Tropen in haar maag zat met een rare erfenis uit het Nederlandse koloniale verleden: talloze in NieuwGuinea verzamelde schedels en botten. Wat moest daarmee gebeuren? Niet zolang daarvoor, in 2002, meldde hetzelfde museum nog bij een tentoonstelling van foto's in 1936 gemaakt van Papua's: "De in die vroege jaren genomen foto's zijn van grote documentaire waarde, vooral voor de Papoea's zelf. Zij zijn voor hen, en voor ons, vaak nog een levende geschiedenis, met herkenning, herinnering en vooral ook bezinning. Zestig oude foto's tonen mensen in een nagenoeg verdwenen wereld". Eén van de laatste gebieden ter wereld die vanuit Nederland in kaart werden gebracht, was Nieuw-Guinea. Terwijl de expeditieleiders met spannende verhalen thuiskwamen en zo een beeld van zichzelf als ontdekker, wetenschapper en avonturier neerzetten, werden tegelijkertijd hele volken ‘in kaart gebracht': opgemeten, gefotografeerd, en in anatomische verzamelingen (men bracht haar, botten en schedels mee) ondergebracht. Missionarissen deden in dezelfde periode meer moeite de taal, symbolen en rituelen van de stammen die zij wilden bekeren te begrijpen. Tussen 1900 en 1960 veranderde hierin wel het een en ander: ook antropologen, die eerst vooral fysisch antropologen waren, begonnen langzaam meer belangstelling voor de leefwereld van de inwoners van Nieuw-Guinea te krijgen. In dit college willen we proberen na te gaan, wat voor zelfbeeld expeditieleiders en missionarissen in hun verslagen construeren, en hoe dit mede door gender en etniciteit wordt bepaald. Daarnaast (in samenhang daarmee) wordt nagegaan welk beeld er van de mensen en volken die men ontmoette werd gemaakt. Hoe werkt deze geschiedenis van beeldvorming ontstaan in intercultureel contact nu nog door? Doelstelling: - de student leert aan de hand van het gezamenlijk doen van onderzoek om zelfstandig historisch onderzoek uit te voeren - de student verkrijgt kennis over de geschiedenis van het koloniale verleden van Nederland in Nieuw-Guinea - de student maakt kennis met benaderingen uit de postkoloniale, gender- , wetenschaps- en erfgoedstudies, en leert die toe te passen op een concrete vraagstelling - de student leert historisch bronnenmateriaal over koloniale geschiedenis te zoeken, te selecteren en te analyseren - de student leert nadenken over de betekenis van (beladen) historisch erfgoed Coördinator/docent: dr. G. Mak, dr. M. Eickhoff 20 Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19367/ Periode: 30 augustus – december 21 POSTCOLONIALISM AND EMPIRE Master, 5 EC This course aims to critically analyse and contextualise a variety of primary and secondary texts from the field of colonial and postcolonial literary studies. We will discuss a selection of key imperial, anti-imperial and post-imperial texts to provide insight into the cultural-historical background of (post)colonialism and the concept of empire. The influence of British imperialism will be traced from the nineteenth century to the present day. Instead of focusing mainly on the opposition between the First and Third Worlds, the programme will feature authors from Ireland, New Zealand, Australia, Central Africa, South Africa, India and the Caribbean. The concept of postcolonial identity will be related to current debates about cultural memory, gender, class and race. Additionally, the course will include key texts from the major theorists in the field, such as Edward W. Said, Homi K. Bhabha, and Gayatri Chakravorty Spivak. Objective: The student will acquire a solid grounding in the theory of postcolonialism, and will be able to apply postcolonial theoretical concepts in his/her own critical reading. Coördinator/docent: dr. M. Corporaal en drs. A. Bracke Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19323/?mark=gender Periode: 30 augustus – december 22 Griekse en Latijnse Taal en Cultuur (Letteren) GENDER STUDIES EN DE KLASSIEKEN Bachelor 3e jaar, 5 EC In deze cursus wordt aandacht besteed aan moderne feministische en gender studies in hun toepassing op de klassiek Griekse literatuur. Daarbij zal aandacht worden besteed zowel aan het overgeleverde werk van Griekse vrouwendichters, zoals Sappho en Nossis, als aan de representatie van vrouwen in de dichtwerken van mannen, zoals de tragedie Medea van Euripides. Alle klassieke literatuur wordt in vertaling gelezen. Doelstelling: Je leert de belangrijkste moderne feministische en gender theorieën kennen en deze toepassen op enkele klassieke dichtwerken van zowel vrouwelijke als mannelijke dichters. Verder zul je getraind worden in het kritisch evalueren van secundaire literatuur. Van studenten vreemde talen, ACW en GLTC wordt verwacht dat zij de cursus Inleiding Algemene Literatuurwetenschap hebben afgerond. Studenten uit andere opleidingen kunnen contact opnemen met de docent. Nota bene: om het jaar vanaf 2010-2011 Coördinator/docent: prof. dr. A. Lardinois Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19417/?mark=vrouw Periode: november – januari 23 Engelse Taal en Cultuur (Letteren) BRITISH CULTURE AND HISTORY Bachelor 1, 5 EC Deze cursus verschaft een inleiding op de Britse geschiedenis, cultuur en maatschappij van 1500 tot heden. Het eerste deel geeft een chronologisch overzicht van de belangrijkste historische en politieke gebeurtenissen in deze periode, en laat zien welke bijdrage deze hebben geleverd aan de Britse maatschappij en identiteit. In het tweede deel komt een aantal thema's aan bod, zoals sociale klasse, gender en ethniciteit, om op deze manier de huidige Britse cultuur nader te kunnen bestuderen. Naast de thema's 'Englishness' en 'Britishness', die als een rode draad door de cursus lopen, komen ook onderwerpen terug als het verschil tussen traditionele en huidige opvattingen van de Britse identiteit, en het belang van kennis van het verleden en het begrip 'geschiedenis' zelf om de Britse cultuur en maatschappij van nu te kunnen begrijpen. Doelstelling: De student heeft kennis en inzicht in de politieke, sociale en culturele geschiedenis van Engeland van de renaissance tot heden, en weet de begrippen 'Englishness' en 'Britishness' to historiseren en contextualiseren. Coördinator/docent: dr. C.J.J. Louttit Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/arts/course/19281/ Periode: september - december 24 Religiewetenschappen GENDERSTUDIES THEOLOGIE Lichaamsbeelden, heilsymboliek en gender in de katholieke traditie Bachelor 3e jaar, 5 EC Waarom speelt het lichaam vaak zo’n centrale rol in de voorschriften en symbolen waarmee religies - in dit college vooral: de katholieke traditie - hun identiteit afbakenen? En hoe is te begrijpen dat het lichaam en zeker het vrouwenlichaam daarbij enerzijds gelden als bron van ontregeling en onheil, maar dat anderzijds de heilsymboliek vaak verwijst naar het lichaam als drager van heil (in belangrijke geloofsinzichten als dat van de Menswording van God, de transsubstantiatie, de verrijzenis van het lichaam, het maagdelijk moederschap van Maria of het beeld van de kerk als lichaam van Christus)? Wat wordt in de lichamelijkheid vooral gevreesd, en onder welke theologische condities kan het lichaam of de lichamelijkheid teken van heil zijn? En wat gebeurt er als vrouwen (mystieke vrouwen in de katholieke traditie, maar ook vrouwen uit onze eigen tijd: schrijfsters, popsterren als Madonna, of andere godzoeksters) zich gaan mengen in de traditionele religieuze symboliek die aangrijpt bij het lichaam? Welke verschuivingen worden dan zichtbaar in de articulatie en verbeelding van het onheilige, resp. het heilige lichaam? Alle religies reiken voorschriften aan om het lichaam en de seksualiteit vorm te geven. In de katholieke traditie werden die voorschriften gedefinieerd vanuit het perspectief en de ervaringswereld van mannelijke woordvoerders. De ‘begeerten van het lichaam’ en vooral de seksuele begeerte golden, vanwege hun opstandig en ontregelend karakter, in eerste instantie als hindernis voor de nadering tot het heil. Om de geest vrij te hebben voor God, moest het ‘vlees’ (de eigen begeerten) beheerst worden. Die beheersing van de eigen lust werd niet zelden op het vrouwenlichaam geprojecteerd of ingeschreven, in de vorm van (moraal)theologische richtlijnen en heilsymboliek die het vrouwenlichaam negeerden, diffameerden, of juist onwerkelijk ophemelden (dat laatste met name in de Mariaverering). Het aldus ingetoomde vrouwenlichaam kon zo gaan gelden als teken voor de rechtzinnigheid van de gemeenschap en de beheersing van ontregelende lust, daarbinnen. In dit college bezien we: - hoe deze toeschrijving vorm kreeg in theologie en symboliek binnen de katholieke traditie; - òf - en hoe - de ambivalente lichaamsbeelden en de nadruk op zelfbeheersing in de katholieke traditie nog doorwerken in de moderne theologie en de moderne westerse (beeld)cultuur; en - hoe het aandeel van vrouwen in de gesignaleerde transformaties inhoudelijk uitwerkt: op welke wijze brengen vrouwen beelden van heil en onheil in verband met het lichaam, en (hoe) zijn hun associaties nog schatplichtig aan de christelijke traditie? Voor deze laatste vraag kijken we niet alleen naar werk van vrouwelijke theologen en mystica’s, 25 maar ook naar literaire of andere kunstproducties van vrouwen (naar keuze, in het kader van de eindopdracht). Doelstellingen: - Kennis van en inzicht in de conceptualisering (en daarmee samenhangende waardering) van de lichamelijkheid in de christelijke traditie en de doorwerking daarvan in de moderne westerse cultuur. - Inzicht in de wijze waarop de verbeelding en waardering van de lichamelijkheid in de christelijke traditie (en, in het verlengde daarvan: in de moderne westerse cultuur) samenhangt met de verbeelding van heil en onheil in de betreffende traditie en cultuur. - Inzicht in de mogelijke (uit)werking van 'gender' binnen de bestudeerde voorstellingen en praktijken. Coördinator/docent: dr. M. Dresen, prof. dr. M.A.C. de Haardt (coör) Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20399/ Periode: november – december 26 GENDER EN RELIGIE: THEMATISCHE OPEN STUDIEDAGEN Migratie en religie, migratie van het heilige? Bachelor 2e/3e jaar, uit te breiden tot Master, 5 EC Thema van de Open Studiedagen 2011 wordt nog nader bekend gemaakt. Kijk ter zijner tijd in de online studiegids op www.ru.nl/studiegids 4 Hoorcolleges, lezingen en discussies, aangeboden op drie studiedagen, 5 februari, 25 maart en 27 mei 2011. Voor het overige zelfstudie. Aanwezigheid op studiedagen verplicht. Doelstelling: Kennis van en inzicht in actuele ontwikkelingen, thema's en auteurs op het terrein van vrouwenstudies binnen de religiewetenschappen en theologie Coördinator/docent: prof. dr. M. de Haardt (coör), dr. M. Dresen Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20322/ Periode: februari – juni (drie studiedagen in die maanden) 27 GENDER EN RELIGIES: LITERATUURSTUDIE Bachelor 2e/3e jaar, 5 EC Leeslijst. In overleg literatuur te kiezen rond een van de volgende onderwerpen (niet uitputtend): - Gender en (zorg)ethiek - Lichamelijkheid in de christelijke traditie - Godsbeelden en gender - Vrouwen en mystiek - Heilsymbolen en religie - Religieuze praktijken van vrouwen - Religie, gender en de stad - Het heilige, gender en het alledaagse In overleg met de docent kunnen thema en literatuur nader toegespitst of aangepast worden. Doelstelling: - Door zelfstudie kennis nemen van belangrijke literatuur rond het betreffende onderwerp. - Kunnen weergeven van de belangrijkste kwesties en discussies in de bestudeerde literatuur. - Kennis en begrip van de belangrijkste uitgangspunten, benaderingen en inzichten die in de literatuur worden uitgewerkt. Coördinator/docent: dr. M. Dresen, prof. dr. M.A.C. de Haardt Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20327/ Periode: kan het gehele jaar gevolgd worden 28 GENDER EN MULTICULTURALITEIT Op het snijvlak van cultuur en religie Bachelor 3e jaar, 5 EC In het multiculturele en multireligieuze debat zijn de opvattingen en constructies over gender, man/vrouw-beelden en identiteiten problematisch te noemen. In deze cursus zal aandacht gegeven worden aan de manier waarop constructies bepaald worden en informatie verloopt langs nationale contexten, culturen en religies en wordt bekeken hoe deze informatie bepalend is voor beeldvormingen en communicatie tussen culturen. Het exploreren van de relaties tussen noties als identiteit, traditie, cultuur, natie, religie en gender staat centraal. De hedendaagse debatten rond de 'Clash of Civilizations' in de vorming en studie van gender-identiteit gerelateerd aan religie worden bestudeerd vanuit het werk van auteurs van verschillende continenten. In de loop van de colleges wordt gewerkt naar een intercultureel perspectief met gebruikmaking van concepten uit de postcoloniale religie - en cultuurtheorieën. Doelstelling: Inzicht verwerven in genderverhoudingen gerelateerd aan multiculturele en religieuze debatten en kritisch evalueren van de verschuivingen in posities die optreden, afhankelijk van de desbetreffende blik op cultuur en religie (naar 'Clash of Civilizations' of transculturele en interculturele communicatie?). Coördinator/docent: prof. dr. G. Troch, prof. dr. M.A.C. de Haardt Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20316/ Periode: 30 augustus – december (tentamen in januari) 29 HET ISLAMITISCH MIDDEN-OOSTEN IN BEWEGING Actualiteitencollege Bachelor 3, 5 EC Sinds meer dan een eeuw zijn de mensen van het Midden-Oosten op zoek naar maatschappelijke en politieke structuren die aan de ene kant bij de realiteit van de moderne tijd en aan de andere kant bij hun religieus en cultureel erfgoed passen. De cursus zal twee belangrijke aspecten van deze zoektocht belichten. Indeling van de cursus: Blok 1: Islamitische bewegingen 1. Moslim Broederschap in Egypte en hun ideologische matiging; 2. De Gama'at al-Islamiyya in Egypte en de ommezwaai van geweld naar vreedzame methodes; 3. de radicaal-islamitische groeperingen in Algerije; 4. de Palestijnse Hamas en de keuze voor politieke integratie; 5. de islamitische oppositie in Saoedi-Arabië; 6. zelfmoordterroristen in Irak en hun legitimering van geweld en afsluitend college van blok 1. Blok 2: Het islamitisch genderstelsel in beweging 1. Introductie, 2. Het islamitisch genderstelsel in beweging: een historische overzicht I 3. Een historische overzicht II, 4. Stemmen uit het recente discours: F. Mernissi I, 5. F. Mernissi II, 6. A. Wadud I, A. Wadud II. Doelstelling: Je verwerft inzicht in twee centrale onderwerpen: a) de ideologieën van islamitische bewegingen, hoe ze zich mobiliseren en de rol van geweld. Hoofdvragen die gesteld worden zijn: Welke recente ideologische en organisatorische veranderingen deden zich voor binnen de islamitische bewegingen? Hoe ontwikkelden zich de relaties tussen de modernisten (Moslim Broederschap) en de salafi jihadi bewegingen enerzijds en de relaties met de staat anderzijds. b) de discussies over het klassiek islamitische genderstelsel en de wettelijke hervormingen van het islamitische familierecht. Aan het einde van de cursus ben je in staat verslag te doen over deze onderwerpen. Coördinator/docent: prof. dr. H. Motzki, drs. J. Wagemakers Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/religie/course/20535/?mark=gender Periode: 2e semester 30 RELIGION AND GENDER or THEOLOGY AND GENDER Images of Salvation, images of Christ in intercultural, postcolonial and gender perspective Master, 5 EC In this course we will study images and practices of Salvation as found in the figure of Christ and in Christological designs that emerged from a postcolonial feminist religious and theological reflection. What are the specifics of these approaches? How are central concepts from postcolonial and intercultural discourse, such as identity, hybridity, multiplicity, culture, gender, embodied knowledge, related to central themes of 'classical' Christianity and its systematic reflection, more specific, Christology? How are actual religious practices, images and memories of salvation from 'other' religious traditions and cultures integrated into these 'Christian' images and practices of salvation? What kind of tensions, juxtapositions, critical, but most of all what kind of creative and constructive religious and theological reflection can be found in these recent postcolonial images of salvation and their new systematic Christological proposals? Can they they inform a more 'self-evident' (Western, Christian) imagination of salvation and it's corresponding theoretical/theological approach and in what way? We will start with some general introduction in intercultural and postcolonial gender theory/theology and then move on to the study of some specific feminist postcolonial christological projects (among others: Wonhee Anne Joh, Heart of the Cross. A Postcolonial Christology). Objectives: - Students gain insight in the importance of 'images of salvation' (m/f) for religion (m/f) - Students gain insight in the characteristics of gendered, intercultural, postcolonial approaches in religion and theology - Students gain insight the implications of these approaches for 'doing theology' and religious practices of women and men - Students are able to describe and analyse the specifics of these postcolonial practices of (christian/christic) images of salvation and their theoretical accounts - Students are able to evaluate the contribution of these approaches and images with regard to their own religious context or their own specific theological context Coördinator/docent: prof. dr. M.A.C. de Haardt Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20429/ Periode: [onbekend bij het samenstellen van deze studiegids] 31 Culturele Antropologie & Ontwikkelingsstudies (Sociale Wetenschappen) GENDER THEORIE I Theory of gender Bachelor 1e jaar, 5 EC In dit college maakt u kennis met de veelheid aan manieren waarop culturen inhoud geven aan het vrouw of man zijn en aan primaire sociale relaties, alsmede de betekenis hiervan voor ontwikkelingsvraagstukken. Allereerst gaan we in op de geschiedenis en kenmerken van het begrip gender, en wat bedoeld wordt met de gelaagdheid van gender. Daarna wordt behandeld hoe gender differentiatie samenhangt met of doorsneden wordt door andere vormen van differentiatie op basis van etniciteit, klasse, of religie. Tot slot komt aan de orde hoe we rekening kunnen houden met gender bij het doen van onderzoek en ontwikkelingswerk. Een groot deel van de theorievorming over gender kwam tot stand toen antropologen zich vragen gingen stellen over de positie van vrouwen. Maar recentelijk worden de daardoor verkregen inzichten steeds meer toegepast in het onderzoek naar mannen. Zowel mannen als vrouwen komen aan de orde in een aantal voorbeelden waarin uitgewerkt wordt hoe invullingen van gender samenhangen met andere aspecten van maatschappelijke organisatie. Op het terrein van de economie zijn dit bijvoorbeeld arbeidsdeling, arbeidsmigratie, bezitsverwerving via arbeid, erving en of huwelijksbetalingen; op het terrein van de politiek de participatie aan ontwikkeling, de vorming van de natiestaat, of de controle over geweld. Praktijken en ideeën over familie en seksualiteit blijken eveneens zeer relevant. En op cultureel gebied zijn taalgebruik, de rol van godsdienst, en noties zoals eer of reinheid belangrijk voor de constructie van gender. Doelstelling: - Het verwerven van kennis over het basisbegrip gender. - Inzicht in de theorievorming op dit terrein vanuit de antropologie en ontwikkelingsstudies. - Op basis van deze kennis tot een beter begrip komen van hedendaagse samenlevingsvormen van mannen en vrouwen. - Juist kunnen hanteren van het kernbegrip en centrale theorieën over gender. - Actuele en recente debatten over het onderwerp kunnen begrijpen en beoordelen vanuit antropologisch perspectief. - In staat zijn rekening te houden met de invloed van gender in het opzetten en uitvoeren van onderzoek. Coördinator/docent: prof. dr. W. Jansen en dr. F. van Driel Link: 32 http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20641/ Periode: november - januari THEMAGROEP CULTURELE ANTHROPOLOGIE: Verwantschap & Sociale netwerken en Ritueel & Symboliek Bachelor 1e jaar, 6 EC Verwantschap en sociale netwerken In de cursus wordt een uitvoerige toelichting gegeven op de antropologische verwantschapsterminologie en wordt deze geoefend via een internetprogramma. Kernconcepten uit de antropologie van verwantschap zullen gerelateerd worden aan concrete etnografische casestudies. Studenten worden getraind om schematische verwantschaps-structuren te herkennen en toe te passen. Er wordt een beknopt overzicht gegeven van de antropologische theorievorming op dit terrein, en enkele actuele debatten over nieuwe familievormen, voortplantingstechnieken en gentechnologie worden aangegrepen om na te denken over de rol die verwantschap nog in ons leven speelt, en over welke betekenis verwantschap heeft in toekomstige antropologische studies naar sociale netwerken en relaties. Ritueel en symboliek Ritueel en symboliek vormen een klassiek, centraal en actueel thema van de culturele antropologie en het hart van het verschijnsel cultuur. Verschillende studies naar zowel sacrale als seculiere riten en symbolen behoren tot de canon van de discipline. Ook valt er op dit onderzoeksterrein een opmerkelijke progressie in theorievorming vast te stellen van Van Gennep, Durkheim en Mauss, via Leach, Turner, en Douglas naar Myerhoff, Moore, Grimes en een jongere generatie antropologen. De thematiek wordt ingeleid met behulp van een vergelijkend perspectief waarbij etnografische voorbeelden uit verschillende typen van samenlevingen aan de orde komen. Doelstelling: Verwantschap en sociale netwerken: - Studenten maken kennis met de antropologische begripsvorming rond huwelijk, verwantschap en sociale netwerken; - Studenten beschikken over een basiskennis van verwantschapssystemen en kunnen complexe verwantschappelijke situaties juist benoemen; - Studenten maken kennis met de betekenis van de studie van verwantschap voor de antropologie, in verleden, heden en toekomst; - Studenten maken kennis met recente theoretische debatten over verwantschap. Ritueel en symboliek: - Studenten verwerven vergelijkend inzicht in een van de belangrijkste thema's van de culturele antropologie, eveneens relevant voor ontwikkelingsstudies. Coördinator/docent: prof. dr. W. Jansen en prof. dr. H. Driessen 33 Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20642/ Periode: RELIGIE EN GENDER Bachelor 3e jaar, 3 EC februari – april In de cursus maken studenten kennis met een antropologische benadering van religie die specifiek aandacht schenkt aan de manier waarop vrouwen vanuit marginale posities - gebaseerd op gender, klasse, etniciteit en mobiliteit - religie vormgeven en inzetten voor eigen doeleinden. Centraal staan de contextualisatie en de alledaagsheid van religie. Bovendien worden dagelijkse religieuze praktijken van vrouwen gerelateerd aan globale processen als diaspora, transnationalisme en migratie. We zullen ingaan op vragen als: Welke betekenis heeft religie voor vrouwen in de diaspora? Welke betekenis heeft religie in het creëren van een transnationaal thuis? Hoe gebruiken vrouwen hun religie om de banden met familie in zowel het thuisland als het migratieland te onderhouden? Ook zal in de cursus aandacht worden geschonken aan specifieke antropologische methoden van onderzoek naar religie en wordt er gereflecteerd op het veldwerk, de relatie met de onderzochten en de intersubjectiviteit van het veldwerkmateriaal. Behalve methoden als participerende observatie en het houden van interviews, zullen met name het reconstrueren en opschrijven van levensverhalen behandeld worden omdat deze levensverhalen uitermate geschikt zijn voor het contextualiseren van religie in de alledaagse leefpraktijk van vrouwen en voor het reconstrueren van processen van beweging. Doelstellingen: - Studenten verwerven algemeen inzicht in antropologische benaderingen van religie vanuit een gender perspectief. - Studenten verwerven inzicht in de manier waarop mensen vanuit marginale posities gebaseerd op gender, klasse en etniciteit - hun religie vormgeven en inzetten in contexten van mobiliteit: diaspora, internationale migratie en transnationalisme. - De studenten leren reflecteren op methoden van onderzoek en representatie. Coördinator/docent: dr. C.D. Notermans Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20657/ Periode: 30 augustus - november 34 MACHT, IDENTITEIT EN REPRESENTATIE Bachelor 3e jaar, 6 EC Cultuur en betekenisgeving hebben een centrale plaats binnen Ontwikkelingsstudies verworven. Economische, politieke en sociale veranderingen zijn cultureel gekleurd en deze culturele kleuring verwijst naar macht, betekenis en identiteit. Hoe we ontwikkelingsvraagstukken en de constructie van identiteiten interpreteren is een subjectief proces. Met andere woorden, de beelden die we hebben bij een bepaalde problematiek, bij de mensen waarom het gaat en de analyse die we maken zijn gestoeld op een bepaald gedachtegoed. Dat gedachtegoed wordt ook mede bepaald door onze wetenschappelijke achtergrond. Stereotypen, ideaalbeelden en belangen spelen hierbij een rol en deze zijn niet objectief gegeven maar onderdeel van machtsrelaties. Centraal in deze cursus staan de werking van macht en construc-ties van identiteiten. Hoe kom je tot een beeld van ‘de ander' en ‘het andere' en wat voor rol spelen zelfbeelden hierbij. We stellen de vraag hoe onderzoek naar identiteiten gestalte kan krijgen. Om deze vraag te kunnen beantwoorden volgen we een aantal stappen. Op de eerste plaats gaan we in op het concept gender, een van de sociaal-culturele betekenisgevers aan identiteit. Aandacht voor diversiteit, voor de complexe werkingen van 'identity markers' zoals klasse, ras, leeftijd, religie, nationaliteit etc. is de volgende stap. Vervolgens bekijken we welke handvatten een analytische multi-dimensionele benadering levert om onderzoek naar identiteiten gestalte te geven. Maar ook stellen we de vraag hoe kennis tot stand komt en hoe het is om als vrouw of als man onderzoek te doen in een 'andere' cul-tuur en in de 'eigen' cultuur? Hoe beïnvloeden gender, klasse, etniciteit etcetera de inter-actie tussen onderzoekers en hun on-derzoeksgroepen? Hoe worden 'de anderen' in ons onderzoek gepresen-teerd? De bedoeling is om inzicht te krijgen in de manier waarop persoonlijke, po-litieke en wetenschappelijke achter-gronden van de onderzoek(st)er van directe invloed is op het proces van het onderzoek doen. Theorievorming met een accent op de constructie van subjectiviteit en identiteit en daaruit voortvloeiende methoden van onderzoek zullen studenten de handvatten aanrei-ken om analyses ten aanzien van diversiteit en identiteit uit te voeren in een leeronderzoek. Doelstellingen: De student kan de aangereikte theoretische invalshoeken analyseren, vergelijken en hanteren; de student is in staat tot zelfreflectie over de eigen positie in relatie tot wetenschappelijk onderzoek; de student kan bepalen welke theoretische en epistemologische uitgangspunten zij/hij in eigen onderzoek zou willen hanteren en daarover kritisch reflecteren; en de student kan de centrale begrippen, theoretische uitgangspunten en methodologische verantwoording voor een leeronderzoek formuleren. Coördinator/docent: dr. F. van Driel en drs. T. Davids 35 Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20681/ Periode: 30 augustus – november 36 CULTURE, DEVELOPMENT AND GLOBALISATION Bachelor 2e jaar, 6 EC Ontwikkeling, vooruitgang en de daarmee gepaard gaande modernisering worden in het algemeen gezien als een gewaardeerd cultuurgoed in westerse samenlevingen. Het geloof in vooruitgang heeft ons niet alleen naar verre oorden gedreven, het heeft ook in grote mate onze cultuur en het denken over cultuur, zowel over onze eigen als die van anderen, bepaald. Over het verband tussen moderniseringsprocessen, cultuur en het denken over cultuur gaat deze cursus. Wat betekent vooruitgang en ontwikkeling voor ons en wat betekent het in niet-westerse samenlevingen? Staat het toenemende aantal MacDonalds en Coca Cola-drinkers symbool voor de verarming van lokale culturen of is dit juist een teken van ontwikkeling, een teken van een nieuwe globale cultuur? Als rode draad voor de cursus is daarom gekozen voor de invalshoek van globalisering. Globalisering moet dan opgevat worden als de toenemende economische en culturele vervlechting van de wereld via technologische verbindingen, geldstromen, arbeidsmigratie en dergelijke. In de cursus wordt deze vervlechting in historisch perspectief geplaatst te beginnen bij de processen van kolonialisering en 'colonial discourse', moderniteit en het moderne denken, de crisis van de moderniteit en het postmoderne denken om ten slotte via processen van globalisering en het denken daarover te eindigen in een debat over 'beyond development'. Het denken over cultuur en ontwikkeling wordt op deze manier direct gerelateerd aan de historische processen waarin dit denken vorm heeft gekregen. Een denken dat afwisselend distantie en dan weer betrokkenheid en interventie heeft gerechtvaardigd voor de antropologie en ontwikkelingsstudies. Naast deze historische processen maken studenten kennis met het fenomeen cultuur als een systeem van betekenisgeving maar ook als contrapunt voor verzet. Verder wordt ingegaan op de werking van cultuur bij identiteitsconstructie (etniciteit, nationalisme, gender, klasse etc.). Aan de invalshoek van globalisering is verder een aantal tendensen en thema's verbonden die in dit kader niet mogen ontbreken. Daarom zal worden ingegaan op zaken zoals: cultureel imperialisme; de verhouding tussen globalisering en lokalisering; fundamentalisme en hybridisering. Doelstellingen: Studenten verwerven kennis over en inzicht in de relatie tussen de historische processen van modernisering en globalisering enerzijds en de theorievorming over concepten als 'cultuur' en 'ontwikkeling' anderzijds en zijn in staat om deze concepten zelfstandig te hanteren. Coördinator/docent: drs. T. Davids Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20646/?mark=gender Periode: 30 augustus – november 37 CURRENT ISSUES IN DEVELOPMENT STUDIES Master, 6 EC This is a follow-up course focusing on the analytical approaches (to be) used in the central CIDIN research themes (provisional): A. The new aid architecture - Private Initiatives and Development Cooperation B. Gender (Mainstreaming) - Policies and practices C. Sustainable development - Global public goods and Corporate Social Responsibility D. (Re)Migration - Transnational relations, identity and embeddedness Lecturers will provide various core articles (total of 70 pages per lecture). Students are expected to search additional theoretical articles themselves (total of pages145 per cluster tutorial). Doelstellingen: - Students gain insight into the central concepts within the Cidin-research themes and operationalisation. - This course provides insight into theoretical/analytical frameworks and guidance for developing ones own framework. Coördinator/docent: dr. F.T.M. van Driel, dr. L.W.M. Schulpen, dr. L.W.J. Knippenberg, prof. dr. P.R.J. Hoebink Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20685/?mark=gender Periode: 30 augustus – november 38 SPECIALIZATION SEMINAR Master, 9 EC We offer a choice between the following seminars that allow for specialization within the MA program: Specialization Seminar 1: Socio-political mobility (kinship mobility, creativity and dynamics of family life, social inequality and power) Lecturer: Dr. Catrien Notermans This seminar deals with the continual importance and re-shaping of kinship in contemporary societies and particularly focuses on kinship and mobility in various local and global contexts. Though it has often been assumed that the importance of kinship would decline in processes of modernisation kin relationships continue to be of vital importance globally in creating structures of belonging and security. Instead of (e.g.) African families transforming into monogamous families, it is the European nuclear family that, due to high rates of divorce and remarriages, seems to transform into a complex African-style extended family with various biological and social kin of different generations living together. The seminar invites students to study kinship mobility on the local and/or global level. Working from an ethnographic perspective and learning about old and new trends in anthropological kinship theory, students are invited to critically think about the implications of mobility for kinship theory. Power will be central to our approach to kinship. We will investigate how power relations at the family level - e.g. between spouses, co-wives, in-laws, siblings, generations - influence people's mobility; and how power inequalities at the global level - e.g. poverty, war, oppression and exploitation influence the choices or pressures of mobility at local family levels. Special attention will be paid to the agency and mobility of children in and between families and to (changing) gender relations in local, transnational and global kin arrangements. Specialization Seminar 2: Socio-economic mobility (tourism, exchange, identity, heritage) Lecturer: Dr. Anke Tonnaer This seminar focuses on forms of socio-economic mobility in the field of tourism and cultural exchange. Tourism comprises one of the largest flows of people traversing the globe, and the tourism industry is often considered to be the greatest economic force worldwide at present. The trade of tourism is not only increasing; its alleged (inter)cultural potential has also gained currency within international diplomatic environments, for example in UNESCO's cultural diversity programme. The starting point of this seminar is, therefore, that the study of tourism can open a window onto understanding social, economic, political and cultural processes as a result of the growing interconnection between the ‘global' and the ‘local'. In this seminar students are invited to take up an aspect of tourism as the subject matter of their study, following their own interest within this theme. Students are free to select a region where they may conduct their fieldwork, but should note that links are already established with Southern Africa and Australia, which students may make use 39 of. In the general programme we will pay attention to the dynamics of exchange (ritualised and performative interaction), power relations and (unequal) access to resources, the concept of authenticity, the invention and the revival of tradition, identity and change and cultural heritage. Specialization Seminar 3: Socio-religious mobility (pilgrimage, journeys to memorial and heritage sites, homeland tourism) Lecturer: Dr. Catrien Notermans This seminar focuses on different forms of religious mobility in the modern world. Religiosity and religious movements are more important than ever in today's highly mobile and interconnected global world. Across the globe, pilgrimages associated with established religious traditions -Buddhism, Hinduism, Islam and Christianity - have flourished, even in so-called secularized societies. Not only established pilgrimage centres have been receiving growing numbers of pilgrims, also new and alternative forms of religious and spiritual journeys, such as in ‘New Age' culture, have emerged. Next to this, new pilgrimage landscapes arise at memorial sites such as the Vietnam Memorial in Washington, the Nazi concentration camp in Auschwitz, and Ground Zero in New York. Père-Lachaise cemetery in Paris and the graves of popular idols like Elvis Presley, Lady Di, and Jim Morrison have equally become sites of remembrance and objectives of secular pilgrimages. The seminar invites students to discover that this wide range of religious mobilities covers much more than pilgrimage in the traditional sense of honouring particular saints at holy places. The students are encouraged to select their favourite form of religious movement and to go to a research location of their own choice. In previous years, students did their fieldwork in Europe, Asia, Africa and America. The project links up to the courses on ‘Ritual and Symbolism' (BA1), ‘Anthropology of Violence' (BA 2), and ‘Religion and Gender' (BA 3). Coördinator/docent: dr. C.D. Notermans, dr. A.A.C. Tonnaer Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/course/20668/?mark=gender Periode: september - december 40 Psychologie (Sociale Wetenschappen) ONTWIKKELINGSPSYCHOPATHOLOGIE II: EETSTOORNISSEN EN VERSLAVING Master, 5 EC Deze cursus biedt een overzicht van verschillende theoretische modellen naar ontstaan en handhaven van verslaving en eetstoornissen en hoe deze in onderzoek in (experimentele) paradigma's kunnen worden geoperationaliseerd. Ook komen mogelijke behandelingsvormen aan de orde, terwijl er daarnaast aandacht is voor het perspectief van ervaringsdeskundigen. Doelstelling: Risicofactoren en het ontstaan van verslaving en eetstoornissen zullen dus nauw gekoppeld worden aan onderzoek, preventie en behandeling. Aan het eind van de cursus kan de student de verschillende theoretische modellen en enkele daarbij behorende onderzoeksparadigma's en behandelingsvormen uitwerken, kritisch evalueren, en met elkaar in verband brengen. Coördinator/docent: dr. T. van Strien en dr. R. Otten Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20813/e/18248/ Periode: 30 augustus – januari 41 GEDRAGSPROBLEMEN Bachelor 3e jaar, 4 EC Deze cursus biedt een overzicht van de verschillende theoretische modellen over het ontstaan en handhaven van gedragsproblemen en hoe deze in onderzoek in (experimentele) paradigma's kunnen worden geoperationaliseerd. De cursus start met een inleiding op het thema van de cursus en een overzicht van de verschillende risicofactoren die in de (vroege) ontwikkelingsgeschiedenis een rol kunnen spelen in het ontstaan van gedragsproblemen. Achtereenvolgens worden in de cursus drie belangrijke gedragsproblemen besproken, namelijk verslaving, eetstoornissen en problemen in de impulscontrole. Hierbij wordt eerst aandacht besteed aan epidemiologie, diagnostiek en etiologie en vervolgens wordt ingegaan op recente inzichten uit wetenschappelijk onderzoek en komen mogelijke behandelvormen aan de orde. Doelstelling: Aan het eind van de cursus kan de student de verschillende theoretische modellen betreffende verslaving, eetproblemen en problemen in de impulscontrole en enkele daarbij behorende onderzoeksparadigma's en behandelvormen uitwerken en kritisch evalueren. Coördinator/docent: dr. T. van Strien, prof. dr. C. de Jong, dr. G. Keijsers en dr. S. Smeekens Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/19947/ Periode: februari - juli 42 Pedagogische Wetenschappen (Sociale Wetenschappen) GENDER EN ETNICITEIT IN OPVOEDING EN ONDERWIJS Bachelor 1e jaar, 5 EC De cursus beoogt studenten te leren reflecteren op de betekenis van gender en van etniciteit voor opvoeding, onderwijs, hulpverlening en maatschappelijke positie. In hoeverre moet in pedagogische praktijken rekening worden gehouden met gender-, sexualiteit- en etniciteitverschillen, en in hoeverre dragen pedagogische praktijken bij aan het in stand houden van deze verschillen en de eraan gekoppelde machtsverhoudingen (hoe worden meisjes en jongetjes 'gemaakt'?)? In zestien hoorcolleges, waaronder verschillende gastcolleges, worden concepten zoals verschil en gelijkheidsdenken, de structurele, discours- en identiteitslaag van gender, normalisering en macht, socialiseringstheorieën, de self-fulfilling prophecy theorie en hegemoniale mannelijkheid uitgelegd en middels oefeningen met kwalitatieve onderzoeksmethoden op hun bruikbaarheid voor pedagogen getoetst. Doelstellingen: - Kennis over en inzicht in de rol van gender in opvoeding en onderwijs. - Kennis over en inzicht en vaardigheden in elementaire methoden en technieken van kwalitatief empirisch onderzoek. - Kennis over de relatie tussen opvoeding en samenleving en de betekenis van maatschappeljike ontwikkelingen voor opvoeding en onderwijs. - Kritisch kunnen analyseren van teksten en teksten kunnen samenvatten. - In eigen en andermans argumentatie kunnen onderscheiden tussen feiten, meningen, theorieën, waarden en normen. - Blijk geven van kritische reflectie op opvoedings- en onderwijsvraagstukken, bereidheid om eigen opvattingen ter discussie te stellen en open staan voor andere standpunten. - Blijk geven van een onderzoekende houding ten opzichte van verschijnselen, personen en instituties op het gebied van opvoeding en onderwijs en zich bewust zijn van de fundamentele onzekerheid in (sociaal)wetenschappelijke uitspraken. Coördinator/docent: dr. E. Rommes Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20780/ Periode: mei - juli 43 VAN CYBORG TOT TOMB RAIDER: COMPUTERS, JEUGD EN GENDER Bachelor, 5 EC Computers en het Internet zijn niet meer weg te denken uit het leven van de moderne jeugd: op scholen en in gezinnen, als communicatiemiddel, entertainment apparaat, om informatie mee op te zoeken en om van te leren. Maar wat zijn de consequenties van de komst van computers? In dit vak leer je hoe gender en etniciteit samenhangen met computers in het onderwijs en het dagelijks gezinsleven, in leerprocessen en in spelletjes. Welke invloed kun je als ontwerper, gebruiker of beleidsmaker eigenlijk hebben op technologieën als computers en het Internet? Colleges worden door de studenten zelf met hulp van de computer gegeven, waardoor reflectie op de geschiktheid van de gebruikte elektronische hulpmiddelen mogelijk is. Vaardigheden:In dit genderstudies vak leer je niet alleen óver de computer en zijn gebruikers, maar ook mét de computer. Na het eerste inleidende college worden de colleges door de studenten zelf met hulp van de computer voorbereid en gegeven, bijvoorbeeld met een mailinglist discussie of via het maken van een ontwerp van een website, waardoor het mogelijk is te reflecteren op de geschiktheid van de gebruikte elektronische hulpmiddelen voor leerprocessen. Daarnaast voeren de studenten alleen of in een groep een zelfgekozen onderzoek uit, dat zij in het eindcollege presenteren. Hiermee krijgen studenten inzicht in hoe zij de verkregen inzichten en vaardigheden in hun toekomstige werkveld kunnen inzetten. Doelstellingen: - inzicht in de rol van nieuwe technologieën, computers en het internet in de samenleving; - inzicht in de rol van de maatschappij; - inzicht in de samenhang tussen jeugd, gender- en etnische identiteiten en technologische veranderingen. Algemene vaardigheden: - relaties tussen het pedagogisch systeem en andere maatschappelijke systemen kunnen beschrijven en analyseren; - theorieën en opvattingen over nieuwe technologieën, pedagogiek en de maatschappij kunnen analyseren en beoordelen en kunnen onderscheiden tussen wetenschappelijke inzichten en waardeaspecten. Vaardigheden verkregen door het geven van colleges: - beheersing van sociale en communicatieve vaardigheden, in teamverband kunnen werken; op kritische en constructieve wijze kunnen deelnemen aan discussies en discussies kunnen leiden; - effectief kunnen omgaan met gangbare computerprogramma's. 44 Vaardigheden verkregen door de eindopdracht: - in staat zijn om vraagstellingen voor onderzoek te formuleren en de wetenschappelijke en maatschappelijke relevantie ervan aan te geven; - onder begeleiding een wetenschappelijk onderzoek kunnen uitvoeren met hulp van gangbare kwalitatieve onderzoeksmethoden; - effectief kunnen omgaan met wetenschappelijke literatuur; in staat zijn om schriftelijk en mondeling te rapporteren. Coördinator/docent: dr. E. Rommes Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20832/ Periode: februari - april 45 Wijsgerige Antropologie (Wijsbegeerte) WIJSGERIGE ANTROPOLOGIE – BACHELOR 1 Bachelor 1e jaar, 4 EC De cursus geeft een globaal overzicht van de ontwikkeling van de wijsgerige antropologie aan de hand van representatieve teksten uit de geschiedenis van de filosofie. De cursus behandelt klassieke problemen van de wijsgerige antropologie zoals het lichaam/geest dualisme en de betekenis van biologie - en sluit af met twee actuele discussies die relevant zijn vanuit wijsgerig antropologisch perspectief, namelijk gender en 'artificial life'. Achtereenvolgens zullen de volgende onderwerpen en filosofen behandeld worden: - Het kantiaanse subject, lichaam-geest dualisme (Immanuel Kant); - De mens als het "nicht festgestellte Tier" (Friedrich Nietzsche); - Het (on)eigenlijke zelf, kritiek op de dingontologie (Martin Heidegger); - Existentie en sekse (Simone de Beauvoir); - De mens als instinctarm wezen, de relevantie van biologie (Arnold Gehlen); - Gender (Robert Connell); - Posthumaniteit, "artificial life" (Ellen Ullman). Doelstelling: - Overzicht van de (geschiedenis van de) wijsgerige antropologie aan de hand van enkele representatieve teksten; - Kennisname van relevante thema's en discussies in de wijsgerige antropologie; - Inzicht in problemen die specefiek zijn voor de wijsgerige antropologie, zoals dualisme en reductionistische concepties van de mens. Coördinator/docent: dr. V. Vasterling Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20441/ Periode: oktober - december 46 WIJSGERIGE ANTROPOLOGIE – BACHELOR 3 De politieke antropologie van Hannah Arendt Bachelor 3e jaar, 9 EC De politieke filosofie van Hannah Arendt heeft twee kenmerken die centraal staan in dit college. Ten eerste is haar politieke filosofie intrinsiek verbonden met een wijsgerige antropologie. Ten tweede ontwikkelt Arendt een hermeneutisch-fenomenologisch perspectief in haar politieke antropologie. Dit perspectief impliceert tevens een kritische kijk op filosofische standaardvooronderstellingen over de mens als handelend en denkend wezen. In dit college zullen de belangrijkste thema's uit Arendts politieke antropologie aan de orde komen, waaronder onder meer haar conceptie van handelen, pluraliteit en vrijheid; en haar fenomenologische begrip van wereld en contingentie. Aan de hand van de thema's zal tevens de kritische waarde en relevantie - voor de wijsgerige antropologie - van het hermeneutisch-fenomenologisch perspectief behandeld worden. Doelstellingen: -Grondige inleiding in het werk van Hannah Arendt; -Inzicht in de relevantie van de hermeneutische fenomenologie voor de wijsgerige antropologie; -Inzicht in de samenhang tussen de wijsgerige antropologie en de praktische filosofie (met name de politieke filosofie). Coördinator/docent: dr. V. Vasterling Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20466/ Periode: 30 augustus - december 47 Politicologie (Management) POLITIEK, MACHT EN GENDER Bachelor, 6 EC De cursus behandeld zowel theoretische concepten als maatschappelijke verschijnselen. Concreet gaat het over: theoretische stromingen binnen vrouwenstudies, vooral voor zover die relevant zijn voor het begrijpen van politieke vraagstukken: socialisatietheorieën, (neo)marxistische theorieën en (neo) psychoanalytische theorieën en vertooganalyse. Centrale begrippen zijn: democratie, feminisme, gender, macht, patriarchaat, moraal (`ethics of care en `ethics of justice), gelijkheid en verschil, constructie en deconstructie, autonomie en individualisering. De cursus besteedt aandacht aan sekseverschillen in politieke participatie, de relatie tussen feminisme en burgerschap, identiteitspolitiek, feministische manifesten en cyborgfeminisme. Doelstelling: - Deelnemers zijn na de cursus in staat actuele discussies in de vrouwenstudietijdschriften te begrijpen. - Zij hebben een begin gemaakt met het vormen van een eigen theoretisch standpunt. - Zij zijn in staat maatschappelijke verschijnselen vanuit theoretische perspectieven te bestuderen. Coördinator/docent: prof. dr. M. Verloo Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/21020/ Periode: februari - april 48 GENDER THEORIES AND EQUALITY POLICIES Bachelor, 6 EC The course enables students to gain understanding of gender concepts and theories, as well as knowledge about historical and local differences in goals and strategies of gender equality policies. The course starts with current debates on gender (concepts and theories) and on gender related to other structural inequalities. Moreover, some comparative research on gender equality policies is presented. The course covers normative concepts such as: equality, freedom, autonomy and care; political participation of men and women; feminisms; the public and the private: labour, citizenship, sex and the family; distributive power and discursive power. The second part of the course provides an introduction to gender equality policies in the public sector. It discusses theoretical concepts and texts dealing with national, international and transnational levels. Special attention is given to recent strategies such as gender mainstreaming. Objective: The course enables students to gain an understanding of gender concepts and theories, as well as knowledge on historical and local differences in goals and strategies in gender equality policies. Coördinator/docent: prof. dr. M. Verloo Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20945/ Periode: februari – april 49 THEORETISCHE DEBATTEN IN DE INTERNATIONALE BETREKKINGEN Master, 6 EC De cursus behandelt recente ontwikkelingen in de theorievorming in de Leer der Internationale Betrekkingen. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar sociaal constructivisme, Critical Theory, Foreign Policy Analysis, Internationale Politieke Economie, gender en geopolitiek. Thema's daarbinnen zijn identiteit, normen, ideeen, belangen, en preferenties van actoren in het internationale systeem. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar de wijze waarop deze benaderingen vormgeven aan empirisch onderzoek. Coördinator/docent: prof. dr. J.A. Verbeek, dr. J.M. van der Vleuten Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/management/course/21296/?mark=gender Periode: september - oktober 50 Bedrijfskunde (Management) DIVERSITY AND IDENTITY IN ORGANIZATIONS Master, 6 EC Within business studies, the attention for questions that pertain to the composition of the workforce has grown. Managing diversity is a hot topic for many organizations which see the changes happening in a workforce that is becoming increasingly diverse. Due to factors such as migration, emancipation, ageing and international cooperation, the workforce of many organizations is rapidly becoming more diverse. Coping with the differences between men and women, older and younger colleagues, people with different cultural backgrounds and various educational backgrounds has become an issue for employees and managers in modern organizations. The effects of diversity on the economic and social performance of organizations are currently the subject of many research projects. To pay attention to diversity in organizations means paying attention to identity, since identity is a central concept in the thoughts about diversity in organizations. Central questions here are: how do various identity categories of people interfere and how do they impact the patterns of collaboration and communication? Are organizations becoming more and more fragmented because of this diversity? Identity is not only a central concept when studying individuals and groups; the theme of organizational identity is also getting increasing attention. Organizations have to strive for a common and specific identity, so they can have a recognizable profile both internally and in their environment (labour market and clients) and are able to function effectively. To rely on core competencies does not suffice anymore. Identifying the norms and values underlying the organization's identity is becoming more and more important. What constitutes an organizational identity? Can an organizational identity be constructed, let alone managed, and if so, how does that identity relate to the diverse identities represented in the workforce? How do all these types of identity relate to something such as professional identity? This course aims to expand the insight into the meaning of diversity and identity for organizations and employees and come to a better understanding of the effects of diversity and identity on daily work practices. Objectives: - have knowledge about the most important concepts and debates regarding the issues of diversity and identity in organizations - be able to reflect from various theoretical perspectives on the place and function of diversity and identity in the daily practice of organizations - have knowledge about the state of art of management concepts, policies and practices regarding diversity and identity - be able to analyse the effects of diversity and identity in organizations 51 - be able to assess the effects of current management concepts, policies and practices in this area - be able to link issues of diversity and identity to relevant themes such as culture and power - be able to recognize assumptions about diversity and identity that underlie human resource management strategies and assess the merits of these assumptions. Coördinator/docent: prof. dr. Y. Benschop Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/21115/ Periode: november - januari 52 GENDER IN ORGANISATIES Bachelor, 6 EC Deze cursus biedt een overzicht van de grondbegrippen en debatten op het terrein van gender in organisaties. Dit onderzoeksterrein bevindt zich op het kruispunt van organisatiestudies en genderstudies. Vanuit organisatiestudies worden de posities van mannen en vrouwen en de gendered arbeidsverdeling doorgaans te weinig belicht. In deze cursus zullen we aan de hand van een combinatie van inzichten en concepten uit genderstudies en organisatiestudies inzicht verkrijgen in de dynamiek van het genderonderscheid, zoals dat in arbeidsorganisaties vorm krijgt. Daarbij wordt een kritische benadering gebruikt om tot een reconstructie te komen van de verschijningsvormen en betekenissen van gender in organisaties. De cursus biedt een analysekader om de complexe processen die ten grondslag liggen aan de (re)productie van het genderonderscheid in organisaties in kaart te brengen. De wijze waarop de structuur en cultuur van de organisatie en de wijze waarop organisatieleden met elkaar omgaan en zichzelf en anderen identificeren elkaar wederzijds beïnvloeden staat daarbij centraal. Aandacht wordt besteed aan het identificeren van verschillende verschijningsvormen van het genderonderscheid, aan de betekenis ervan voor de organisatiepraktijk en aan de organisatieprocessen die het (re)produceren. Er wordt een relatie gelegd tussen gender in organisaties en de rol van het personeelsmanagement aan de hand van een alternatief model voor personeelsmanagement, dat expliciet de aandacht vestigt op genderprocessen en -verhoudingen in organisaties. Doelstelling: - Na afloop van de cursus hebt u kennis van de basisbegrippen, theorieën en debatten op het terrein van gender, arbeid en organisatie. - Tevens kunt u een analyse maken van de organisa-tieprocessen waardoor het genderonderscheid ge(re)produceerd wordt. - Ook kunt u verschillende verschijningsvormen van genderonderscheid in de dagelijk-se praktijk van organisa-ties herkennen en analyse-ren. - U kunt de veronderstellingen over gender herkennen in personeelsmanagement en HRM en u kunt deze veronderstellingen op hun merites beoordelen. - U bent in staat vanuit verschillende theoretische benaderingen te reflecteren op de werking van gender in organisaties. - U kunt inzichten uit verschillende theoretische benaderingen combineren en confronteren Coördinator/docent: prof. dr. Y. Benschop Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/socsci/prospectus/genderstudies/contents/c ourse/20944/ Periode: 30 augustus - oktober 53 Geneeskunde (Medische Wetenschappen) SEKSE, SEKSUALITEIT & MULTICULTURALITEIT 3e jaar, EC nvt In dit blok staan vier thema's centraal. De eerste week staat in het teken van de rol die gender en cultuur spelen in de hulpverlening. De student leert hoe een goede vraagverheldering rekening houdt met het man/vrouw zijn van de patiënt, hoe de eigen socialisatie van invloed is op cultuur- en seksegerelateerde problemen en hoe communicatieproblemen hierover te voorkomen zijn. Het tweede thema richt zich op het verwerven van kennis en vaardigheden over sekseen cultuurverschillen in seksueel functioneren. Daarbij komen de anatomische en biologische aspecten en de behandeling van seksuele problemen bij mannen en vrouwen aan de orde. Bovendien kan de student aangeven hoe ook bij aandoeningen als SOA, incontinentie en alcohol- en benzodiazepine verslaving sekse en cultuur van belang zijn. Vervolgens maakt de student kennis met de belangrijkste lichamelijke en psychische klachten na seksueel misbruik. De student leert signalen herkennen die wijzen op misbruik in de vóórgeschiedenis en leert wat bij een verkrachting, ook vanuit gezondheidsrechtelijke aspecten, van belang is om te weten en te doen. Tot slot komen specifieke problemen van allochtone vrouwen met en rondom de reproductie aan bod en maakt de student kennis met gezondheidsproblemen en medische zorg voor legale vluchtelingen en illegaal verblijvenden in Nederland. Het blok sluit af met presentaties en persoonlijke essays over gender en cultuur. In dit blok zijn een groot aantal practica: oefenen seksespecifieke hulpverlening met simulatiepatiënten, één dag huisartspraktijk, anatomie, oefenen seksuele anamnese. Doelstellingen: De student heeft inzicht in de rol die sekse en cultuur spelen bij gezondheidsproblemen, is in staat deze inzichten naar de hulpverlening te vertalen, en kan kennis aantonen van sekse en cultuurverschillen in het bijzonder bij seksualiteit, reproductie en seksueel geweld. Tevens leert de student te reflecteren op de eigen persoonlijke opvattingen en houding ten opzichte van sekse, seksualiteit en cultuur. Coördinator/docent: prof. dr. A. Lagro-Janssen Link: http://www.studiegids.science.ru.nl/2010/fmw/course/21496/?mark=gender Periode: 7 maart – 1 april 54 Groningen, Rijksuniversiteit Letteren ASPECTEN VAN DE HONGAARSE LITERATUUR: GENDER EN MODERNITEIT Bachelor, 10 EC Narratieve subjectiviteit in termen van gender: Hongaarse modernistische auteurs. In deze module concentreren wij ons op mannelijke en vrouwelijke Hongaarse modernistische auteurs. Na de behandeling van de theoretische gevolgen van het onderscheid tussen het culturele begrip gender en biologische sekse wordt in deze module de nadruk gelegd op de historische en regionale verschillen. In navolging van Rita Felski’s kijk op gender en moderniteit lezen wij de werken van vrouwelijke auteurs samen met die van populaire mannelijke modernistische auteurs zoals Dezs Kosztolányi en Zsigmond Móricz. Wij stellen de volgende theoretische vraag: Bestaat er zoiets als poëtica gedefinieerd in termen van gender? Wij benaderen vrouwelijke subjectiviteit vanuit een literair-historisch perspectief en richten ons op vrouwelijke Hongaarse auteurs uit het interbellum. Zonder de historische verschillen te vergeten, willen wij graag vanuit ons huidige perspectief de dialoog aangaan met vrouwelijke Hongaarse auteurs. Wij zijn op zoek naar antwoorden op vragen die ons aan het begin van deze nieuwe eeuw bezighouden, bijvoorbeeld met betrekking tot minderheden, vooroordelen en tolerantie. De hoofdonderwerpen zijn: Gender en moderniteit op basis van de werken van Peter Gay, Rita Felski en Griselda Pollock; de problemen van narratieve subjectiviteit op basis van de artikelen van Gerald Genette en Mieke Bal; Dezs Kosztolányi: Édes Anna (roman of dvd); Margit Kaffka: Szinek es evek (Kleuren en jaren); Jolan Foldes: A halaszo macska uccaja (De straat van de vissende kat); Dezso Kosztolanyi: Esti Kornel (Bekentenissen van Kornel Est); Kosaryne Rez Lola: Filomena; Zsuzsa Rakovszky: A kigyo arnyeka (De schaduw van de slang). De module wordt gegeven in het Engels en Hongaars. De meeste van de geselecteerde Hongaarse literaire werken zijn tevens beschikbaar in Engelse of Nederlandse vertaling en enkele werken zijn beschikbaar op dvd. Coördinator/docent: dr. E. Zsadanyi Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LFH018B10 Periode: 2e semester 55 GENDER EN MEDIA Bachelor, 5 EC Dit onderdeel is gericht op onderzoek naar mediacommunicatie vanuit een genderperspectief. Gender is een sociaal-cultureel begrip en verwijst naar de identiteit en de maatschappelijke positie die het biologisch geslacht in een bepaalde cultuur met zich meebrengt. Met genderperspectief wordt bedoeld: het geven van een centrale plaats aan sekse als object van onderzoek en theorievorming. In het college worden de verschillende elementen van het mediacommunicatieproces vanuit een genderperspectief belicht. De nadruk ligt op de audiovisuele media. Coördinator/docent: drs. J.M.P. van Haastrecht Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LCX017B05 (engelstalige cursus) http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LCX022B05 (nederlandstalige cursus) Periode: semester 1 56 GENDERSTUDIES 1: TEKEN – TAAL – TEKST Bachelor, 10 EC Het begrip ‘gender’ staat voor de betekenis die in een bepaalde cultuur aan het verschil tussen de seksen wordt toegekend. De betekenis van de concepten ‘man’ en ‘vrouw’ verschilt per cultuur, per tijdvak. In het college staat de vraag centraal hoe deze betekenissen worden gecreëerd, zowel in taal als in beeld. Zowel films als teksten worden besproken. Het schriftelijke werkstuk heeft betrekking op gender in de wetenschappelijke literatuur van de eigen discipline. Coördinator/docent: drs. J.M.P. van Haastrecht, drs. E. Jiresch Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK01B10 Periode: semester 1 57 GENDERSTUDIES II: TEKST EN CONTEXT Bachelor, 10 EC In dit college staat het functioneren van gender in historische en literaire teksten centraal. Drie vragen staan centraal: hoe komt gender tot uitdrukking in historische en literaire teksten? Hoe bepalen culturele tradities mede verschillen tussen de seksen? Verhalen vrouwelijke vertellers anders over (historische) gebeurtenissen dan mannen? Deze vragen worden besproken aan de hand van historische bronnen en literaire teksten. Coördinator/docent: dr. M.W.A. van Tilburg, drs. E. Jiresch Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK02B10 Periode: semester 2 58 GENDERSTUDIES III: INTERDISCIPLINAIR ONDERZOEKSCOLLEGE Bachelor, 10 EC In dit interdisciplinaire college wordt verduidelijkt hoe het gender-perspectief kan worden toegepast in verschillende disciplines. Aan de hand van een jaarlijks wisselend thema zullen theorieën en methoden worden besproken. Daartoe zullen docenten gebruik maken van eigen (lopend) onderzoek. Studenten wordt de mogelijkheid geboden het gender-perspectief toe te passen op een onderwerp van eigen keuze, en dat onderwerp in een interdisciplinaire context te situeren en uit te werken. Coördinator/docent: prof. dr. C.W. Bosch Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LMIK03B10 Periode: semester 1 59 IDENTITEIT EN IDEOLOGIE: RACE, GENDER EN IDEOLOGIE IN DE AMERIKAANSE CULTUUR Bachelor, 10 EC Deze cursus biedt een interdisciplinaire introductie van de voornaamste denkbeelden, de belangrijkste theoretici en de huidige discussies over de onderlinge verbanden tussen identiteit en ideologie in de context van de maatschappij van de Verenigde Staten. Er zal gebruik gemaakt worden van zowel een breed scala aan theoretische en culturele teksten als ook visueel materiaal. We zullen speciaal aandacht besteden aan hedendaagse opvattingen over de Amerikaanse identiteit als een veelzijdig politieke, sociale, culturele en ideologische constructie. Deze is gebaseerd op vier nauw verbonden theoriemodules: (1) gendertheorieën, (2) theorieën op het gebied van ras of etniciteit, (3) ideologietheorieën en (4) ideologische constructies van de (Amerikaanse) nationale identiteit. Coördinator/docent: drs. E. Smallegoor, dr. M.E. Messmer Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=LAX012P10 Periode: semester 2 60 Gedrag- en maatschappijwetenschappen GENDER & DIVERSITEIT IN DE OPVOEDING Bachelor, 5 EC Deze cursus is een inleiding op het denken over verschil en gelijkheid in de samenleving en de uitwerking ervan op de jeugd. Zorgen over de aard, het gedrag en de toekomst van de jeugd zijn in westerse landen van alle tijden en kennen historisch gezien golfbewegingen. In Nederland neemt de afgelopen decennia de druk vanuit de overheid en de media weer toe om probleemgedrag van jongeren (pesten, schooluitval, alcoholen drugsgebruik, vroege of onveilige seks, kleine en grote criminaliteit, ‘overlast’ in de vorm van hangen op straat en intimidatie van homoseksuele buurtbewoners of ouderen) hard aan te pakken en waar mogelijk te voorkomen. Dit moet onder andere gebeuren door systematische en vroege risico-inschatting, het aanspreken van ouders op de opvoeding, uitgebreide registratie (oa electronisch kinddossier) en inzet van “methodieken die werken” bij instanties als de residentiële en ambulante Jeugdzorg en de Jeugdreclassering. Wetenschappers uit verschillende disciplines richten zich op deelaspecten van gedrag en problemen van jongeren, om helderheid te krijgen over oorzaken en gevolgen, en om beleidsmakers en beroepskrachten te adviseren dan wel hun werk te evalueren. De berichtgeving in de media neigt naar het op een hoop gooien van allerlei al dan niet met elkaar verbonden risico’s bij het opgroeien van kinderen, vormen van problematisch gedrag en subgroepen jongeren. Om welke jongeren gaat het bij welke vormen van problematisch gedrag? En: wie bepaalt wat problematisch gedrag is van jongeren, vanuit welk denk- en handelingskader en waarom? Deze cursus biedt concepten en theorie om deze vragen te contextualiseren en kritisch te onderzoeken. Doelstellingen: Studenten ontwikkelen inzicht in de betekenis van sociale ongelijkheid en machtsverschillen in het dagelijks leven, op basis van verschil in gender, klasse en etniciteit. Daarmee leren zij theorie en praktijk rond de categorie probleemjongeren te historiseren en problematiseren. Coördinator/docent: dr. E.F. Jonker Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=PAMIN06 Periode: september - oktober 61 Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschappen GENDERSTUDIES – HOER EN MAAGD Bachelor, 10 EC Pallas Athena, Maria, de scream queen in de slasher movie en de reborn virgins op talloze internetsites maken duidelijk hoe maagdelijkheid van de oudheid tot nu een culturele en religieuze betekenis heeft. Hetzelfde geldt voor het tegenbeeld: de hoer. In de moderne tijd functioneren ze als verbeelding van het vrouwelijk subject. In deze module wordt de ontwikkeling van de constructie rond de maagd en de hoer bestudeerd, aan de hand van historische figuren of literaire personages als Maria Magdalena en Jeanne d’Arc, en hedendaagse voorbeelden als Buffy the Vampire Slayer en Lara Croft. Het college bevindt zich ook op het snijvlak van theologie, godsdienstwetenschap, geschiedenis en cultural studies. Doelstellingen: - Kennis en inzicht van de belangrijkste inzichten en zienswijzen rondom de werking van sekse en gender in wetenschap, cultuur en godsdienst. - Vaardigheid in toepassing van de perspectieven van genderstudies in theologie en godsdienstwetenschap. - Kennis van en inzicht in de betekenis van de maagd en de hoer in de westerse verbeelding vanaf de Oudheid tot in de moderne tijd. - Vaardigheid in het geven van presentaties en het schrijven van een werkstuk. Coördinator/docent: dr. M. van Dijk Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB3TBGBG Periode: semester 2 62 WIJSGERIGE THEOLOGIE EN GENDERSTUDIES 1 Bachelor - propedeuse, 5 EC Pallas Athena, Maria, de scream queen in de slasher movie en de reborn virgins op talloze internetsites maken duidelijk hoe maagdelijkheid van de oudheid tot nu een culturele en religieuze betekenis heeft. Hetzelfde geldt voor het tegenbeeld: de hoer. In de moderne tijd functioneren ze als verbeelding van het vrouwelijk subject. In deze module wordt de ontwikkeling van de constructie rond de maagd en de hoer bestudeerd, aan de hand van historische figuren of literaire personages als Maria Magdalena en Jeanne d’Arc, en hedendaagse voorbeelden als Buffy the Vampire Slayer en Lara Croft. Het college bevindt zich ook op het snijvlak van theologie, godsdienstwetenschap, geschiedenis en cultural studies. Doelstellingen: - Kennis en inzicht van de belangrijkste inzichten en zienswijzen rondom de werking van sekse en gender in wetenschap, cultuur en godsdienst. - Vaardigheid in toepassing van de perspectieven van genderstudies in theologie en godsdienstwetenschap. - Kennis van en inzicht in de betekenis van de maagd en de hoer in de westerse verbeelding vanaf de Oudheid tot in de moderne tijd. - Vaardigheid in het geven van presentaties en het schrijven van een werkstuk. Coördinator/docent: prof.dr. L.J. van den Brom, dr. M. van Dijk Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB1WTG1E5 Periode: semester 2 63 WIJSGERIGE THEOLOGIE EN GENDERSTUDIES 2 Bachelor - propedeuse, 5 EC Binnen de wijsgerige theologie worden drie gebieden nader verkend aan de hand van een aantal invloedrijke teksten en auteurs. Ten eerste wordt de vraag hernomen naar de samenhang en de wetenschappelijkheid van de theologische disciplines. Ten tweede wordt de vraag naar de grondslag van de dogmatische theologie gesteld. Wat zijn haar bronnen en methode? Ten derde wordt de bijdrage van genderstudies en feministische theologie aan het bredere geheel van de studie godgeleerdheid onderzocht. Doelstellingen: - Verdiepte kennis van de grondslagen van de systematische en wijsgerige theologie binnen het geheel van de theologische studie. - Kennis van en inzicht in een aantal capita selecta van de encyclopedie der godgeleerdheid en de dogmatische theologie. - Verdiepte kennis van de rol van genderstudies en feministische theologie binnen het bredere geheel van de studie. - Voortgezette training in het toepassen van het perspectief van genderstudies. - Voortgezette reflectie op het vak theologie, onder meer aan de hand van genderstudies. Coördinator/docent: prof. dr. A.L. Molendijk, dr. M. van Dijk Link: http://www.rug.nl/ocasys/rug/vak/show?code=THB2WTG2E5 Periode: semester 2 64 Utrecht, Universiteit Utrecht Graduate Gender Programme CURATING (BEYOND) EXHIBITIONS. CRITICAL CURATORIAL PRACTICES AND CONTEMPORARY SOCIETY MA, 7,5 EC The course is envisioned as a platform for debating and discussing issues related to contemporary art, gender and ethnicity by means of discussion groups, seminars, lectures and conversations. Contemporary art here is understood as a site where larger networks of cultural, political and social discourse intersect, thus creating new possibilities; a site where ideals that could potentially counterbalance problematic developments in the public sphere can be re-imagined. Co-ordinator: Dr. H. Bavelaar Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm periode: Block 2 65 FEMINIST TOOLBOX: FEMINIST THEORIES AND METHODOLOGIES BA & MA, 7,5 EC This course presents different schools of feminist theory concerning subjectivity and epistemology and will teach you how to apply these theories. The common denominator is the idea of postmodernism, which is defined as a historical and epistemological moment of questioning and challenging established notions of subjectivity and knowledge in the context of a changing geo-political context. This course concentrates on the concepts of 'difference' and 'diversity' and it explores different feminist traditions of thought about them both. This ranges from poststructuralist notions of 'sexual difference' to American and European theories of multicultural and multi-ethnic diversity, which also emphasize issues related to masculinity, whiteness, compulsory heterosexuality and changing North-South relations. Co-ordinator: Dr. I. van der Tuin Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 1 66 SUMMER SCHOOL: ANNUAL INTENSIVE COURSE IN EUROPEAN WOMEN AND GENDER STUDIES FROM MULTICULTURAL AND INTERDISCIPLINARY PERSPECTIVES MA, 9 EC Two week Intensive Course, during the end of the Summer in Utrecht. Co-ordinator 2010: Dr. M. Zarzycka and Dr. I. Van der Tuin Link: http://www.genderstudies.nl/summerschool2010/ Periode: Block 1 67 POLITICS OF REPRESENTATION: GENDER AND ETHNICITY IN CONTEMPORARY CULTURAL PRACTICE BA & MA, 7,5 EC Students become acquainted with and learn to practice a new, critical way of looking at cultural practices.- Students know the main themes, theories and methods of Women's Studies in the Humanities and know the historical development of intersectional theory.-Students know how to make an academic presentation;-Students know how to use webct and have other electronic skills. Co-ordinator: Prof. dr. Gloria Wekker Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 2 68 HISTORIOGRAPHY OF FEMINIST IDEAS BA, 7,5 EC This course presents original feminist texts of the second-wave of the women's movement, in a historiographical perspective. It aims at familiarizing the students with traditions of modern feminist thought, and at pointing out issues that are central to feminist theory. The course explores the scientific relevance of feminist texts in terms of their critique of culture politics and knowledge and it also aims at introducing the students to the efforts made by feminist scholars to systematize these texts in a critical tradition of its own. Notions such as canon-formation and historiography will be introduced by making reference to an introduction to second-wave feminism. Special emphasis is placed on the idea of which criteria of selection are adopted in order to define certain texts as 'feminist classics' and to assess their relevance. Co-ordinator: Dr. I. Van der Tuin Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 2 69 WOMEN'S REPRESENTATIONS OF EROS AND PATHOS BA & MA, 7,5 EC This course examines, with the support of semiotic, psychoanalytic and post-colonial theories, the representations women make of their own body, eroticism and passion. What is the meaning and representation of the female body? How can we assess the tendency of our culture to pathologize female sexuality and women's desire? How does the dualistic relation of Eros & Pathos affect the cultural representations of women's eroticism? In the light of the work of recent women writers and artists (filmmakers, photographers, painters, musicians etc.) this course will present different feminist approaches to the complex interplay of desire and passion; it will also assess the impact of these works in the construction of a new female subject and of representations of desire that question the classical assimilation from Eros to Thanatos. The course can be concluded by a paper and/or by an artefact c.q. an artistic performance. Co-ordinators: Dr. B. Papenburg Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 2 70 TECHNOBODIES IN CYBERSPACE MA, 7,5 EC This course explores in both a creative and a critical way the 'hype' which surrounds the new technological and digital cultures. It will explore how these new and changing technologies affect our experience and understanding of identity and if and how they are changing our relationship to our bodies. This course will approach identity across a number of social and cultural practices, such as, bodily appearances and sexuality, medical practices and popular culture, scientific and visual cultures, the construction of both real and virtual communities and the continuity of historical memory in new media. The course will explore how theoretical frameworks can help us understand these new experiences on both global and local levels. A selected range of perspectives, theoretical 'tools' and analytical concepts will be presented throughout the course. As such, the course could be described as a toolbox of analytical instruments useful for critical understandings of contemporary cultures. The course will provide interdisciplinary 'cultural studies' approaches and it will raise issues of representation and agency in cyberspace. These issues will range from questions concerning the status of art and visuality in the age of technological re/production to the changes in the modes of representation of the insides of the human body through medical visualization techniques. Through the use of literature, theoretical concepts, visual material and websites we will do some analytical 'hacking' (decoding and encoding) of factual and fictional phenomena such as cyborgs, gendered embodiment, technoscience in everyday life and popular culture, experimenting arts and sciences, material cultures of code, patients and digital cultures of medicine. It will revolve around changing information- and communication technologies and its cultural implications. We will plug in to technocultural discourse, discuss new genres such as 'edutainment' and the sticky processes of remediation in our efforts to understand what could be called posthumanist time, space and agency. Co-ordinator: prof. dr. G.D. Wekker Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 2 71 ISSUES IN POSTCOLONIALITY: CINEMA AND NEW MEDIA, LITERATURE AND CULTURE MA, 7,5 EC The seminar will bring under review postcolonial theories which are relevant for the understanding of our contemporary global world. In particular colonial history, postcolonial literatures, third world films and new media will be analysed and discussed in their intermedial relationship to highlight how questions of gender, ethnicity and diaspora are represented and conveyed. The seminar aims at widening the understanding of mediated culture within a transnational framework. The students will be asked to question their ideas on value judgement of works of art, literature, cinema and new media which are culturally different, i.e. coming from different aesthetics and political traditions. Western art forms will be interrogated in their representation of national discourses in order to understand whether a postcolonial reading can help detect biased assumptions concerning race, gender and ethnicity. Non-Western work will be studied taking into account both the aesthetic tradition from which they stem but also their level of hybridization with other forms, styles and genres. We will be concerned with issues in postcolonial critique; transnational feminist theories; representation of gender, race and ethnicity in colonial and postcolonial societies; orientalism and exoticism; analysis of postcolonial fictions, films and other media representations; identity construction across borders, nations and languages; migrant and diasporic writings in Europe; colonial history and postcolonial transitions; major postcolonial theorists; construction of the racialized other in literature and visual culture; feminism and globalization. In-depth study of a theme in Gender and Ethnicity, literature and visual culture leading to an understanding of some of the approaches to the field. Co-ordinator: Dr. S. Ponzanesi Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 3 72 GENDER, TRAUMA, MEMORY BA & MA, 7,5 EC The theories of representation and interpretation. In this course the concepts of trauma, memory and representation will be developed from the viewpoint of feminist theories and based on sources related to the Holocaust, Slavery and Colonialism. Using both canonical and controversial representations of historical events the possibilities and the limitations of the objects and methods concerned will be dealt with. We will be focussing on biographical and autobiographical texts as well as on topic-related visual material. At a deeper level, the course will be concerned with foundational questions in the humanities. Both historiography and the arts are concerned with the imagination, with imbuing shape in, and making sense of, what, in itself, is without shape or sense. We will engage with questions as to the relation between form and content and as to the value of the humanities within today's Academia. Co-ordinator: Dr. M. Zarzycka Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusMasterAc2010.htm Periode: Block 4 73 GENDER, ETNICITEIT EN CULTUURKRITIEK BA, 7,5 EC In deze interdisciplinaire cursus met veel gastdocenten - o.a. vanuit literatuurwetenschap, etnische studies, mediastudies, theologie, geschiedenis, filosofieleer je hoe gender (ook wel: sekse) en etniciteit doorwerken in de productie, de consumptie en de wetenschappelijke interpretatie van culturele uitingen. Aan de hand van 'gender' en 'etniciteit' leer je hoe de kritisch-theoretische, textueel- en cultuuranalytische en de sociaal-wetenschappelijke benaderingen samenhangen en leer je deze toe te passen op uiteenlopende objecten: literatuur, geschiedenis, film en andere vormen van populaire cultuur, taal en nieuwe media. Een rode draad die door de cursus loopt wordt gevormd door 'woman warriors' van Maria tot Lara Croft, van Sarah Baartman tot Phoolan Devi. 'Gender, Etniciteit en Cultuurkritiek' (voorheen: Inleiding Vrouwenstudies) wordt aangeboden als facultaire contextcursus en vormt een (verplicht) onderdeel van de minoren Vrouwen- en Women's studies en Postcolonial studies (toegankelijk voor studenten uit alle faculteiten) en van de hoofdrichting Genderstudies bij Taal- en Cultuur Studies. De cursus geldt binnen CIW als methodecursus. Co-ordinator: Dr. I. van der Tuin Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 1 74 GENDER AND DIVERSITY IN US CULTURE BA, 7,5 ET This course will offer an examination of gender and gendered formations in US culture in their complex intersections with race, ethnicity, sexuality, and class. From an interdisciplinary, as well as intersectional angle, it will study cultural expressions of gender and their social, political, material, and discursive implications. The cultural expressions studied will range from academic texts to material artefacts, from historiography to Hollywood, from novels to commercials, and from manifestos to fashion. We will look at the ways in which such texts reflect notions such as representation, identity, difference, diversity, and nationality. Background readings will be taken from the fields of feminist studies, cultural studies, black studies and whiteness studies, popular and material culture studies, literary studies and postcolonial studies. Co-ordinator: Dr. B. Boter Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 4 75 TUSSEN MARGE EN MIDDELPUNT, SEKSE EN CULTURELE VERNIEUWING BA , 7,5 EC In de cultuurgeschiedenis spelen vrouwen een bijzondere rol. Enerzijds staan zij vaak duidelijk zichtbaar in het middelpunt: in romans worden zij beschreven, in schilderijen worden zij geschilderd. Anderzijds worden de bijdragen van vrouwen aan de cultuur vaak gemarginaliseerd: in de literaire canon, maar ook in geschiedenisboeken zijn zij vaak niet meer dan een voetnoot of een interessante uitzondering. In deze cursus maken studenten kennis met de feministische wetenschappelijke reflectie op de bijdrage van vrouwen aan de constructie en vernieuwing van culturele tradities. De cursus is interdisciplinair: studenten maken kennis met zowel historische als literatuurwetenschappelijke benaderingen en leren deze twee disciplines met elkaar te vergelijken en op elkaar te betrekken. Belangrijke periodes uit de geschiedenis worden behandeld aan de hand van literaire teksten door vrouwen. Deelnemers lezen een aantal literaire teksten van vrouwen. Daarbij gaat het erom de problematiek van uitsluiting en insluiting vanuit de twee disciplines te bestuderen. Een bezoek aan het Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (Amsterdam) behoort tot het programma. Deelnemers werken daar aan een opdracht, die wordt uitgewerkt tot een paper en presentatie. De cursus wordt afgesloten met een mondeling tentamen. Co-ordinator: Dr. B. Boter Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 3 76 GENDER AND ETHNICITY IN EUROPE; THE LONG SHADOWS OF THE PAST BA , 7,5 EC In this interdisciplinary course students from a variety of disciplines will learn about the genealogy of European multicultural societies, with a special focus on the Netherlands. The Netherlands will be approached both from an historical and a contemporary perspective. As several outside observers have noted, dominant approaches to the study of the Netherlands have for a long time been characterized by an erasure of the Dutch colonial past. Thus special attention will be given to the Dutch Overseas Empire, esp. Indonesia and Suriname. Ample space will be available for explorations of recent debates about Dutch and other European multicultural societies (" the multicultural Drama"; Feminism and Multiculturalism). Co-ordinator: Prof. G. Wekker Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: unknow 77 WELFARE, WOMEN AND GLOBALIZATION MA, 7,5 EC In this Research MA / PhD seminar, we will explore feminist interpretations and feminist interventions in the field of social welfare within the context of globalization. How is social welfare defined in relation to gender, do women gain or lose from social policies, who are the victims of neo-liberal economic policies, how are European welfare states arrangements dependent upon global inequality? During the last 100 years definitions of safe working conditions, the formulation of social security, health care and child care as 'social rights' have changed radically. The interaction between globalization and the rise & fall of state welfare has resulted in radical transformations of what is seen as social welfare. Feminist movements have contributed to the organization and legitimating of welfare policies, favoring historical changes, but have also critiqued and resisted these systems for very different reasons. An historical focus will allow us to compare contemporary and past transformations, and to look at the way women's movements and feminist activists intervened in these processes. We will discuss key concepts (globalization, neoliberalism and welfare state) and address feminist critiques of the welfare state and of globalization. From an historical and transnational perspective, we will focus on feminist interventions and interpretation in the following fields: development (rise and decline) of western welfare states, colonial policies as inventing social policies, organization of welfare in socialist and communist states, global migration and its role in providing health and child care through the exploitation of cheap labor. We will discuss case studies that have to do with social legislation in the field of work/labor (breadwinning, unemployment insurance, working conditions), with provision and organization of health care (insurance, women providing health care, health care and labor migration) and the debates & practices about the provision of childcare (state childcare, nannies, full time motherhood). Co-ordinator: prof. dr. M.L. Waaldijk Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 4 78 THE BODY IN FEMINIST THEORY AND PRACTICE MA, 7,5 EC The idea for this course emerged in the wake of the recent upsurge of interest in the body in society at large, in public/political debates, and within contemporary feminist scholarship. It has two aims. The first is to explore some of the ways in which the body can become a subject of feminist inquiry, as well as to address the possibilities and problems involved in doing research on the body from a feminist perspective. The second aim is to discuss and interrogate the ways in which our own embodiment as researchers impinges on the work we do. None of us - whether feminists or not - are the idealized disembodied subjects of Enlightenment mythology or disinterested rational agents in search of objective/neutral knowledge about the bodies of others. Learning to take our own bodies - bodies which are marked by sex, sexuality, ethnicity, age, and more - into account is not only ‘politically correct’. It is integral to producing embodied and passionate knowledge - the cornerstone of any feminist inquiry. Co-ordinator: Dr. Bettina Papenburg Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 3 79 GENERAL INTRODUCTORY COURSE TO GENDER RESEARCH MA, 7,5 EC This is an intensive introductory course meant for research master and PhD students who need to clarify the meaning, function and methodological value of the key concepts of feminist theory, with special emphasis on 'gender', 'experience' and 'location'. Each participant is expected to approach the course in the perspective of his/her research topics and interests. Provide research master and PhD students without basic knowledge about women's studies with an advanced introduction in women's studies. Co-ordinator: Dr. I. van der Tuin Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 1 80 THEORIES OF SEX/GENDER MA, 7,5 EC This is an intensive course meant for research master and PhD students. Theories of sex, gender and sexual difference constitutes the overall conceptual framework of Women's Studies. This course explores the most important strands of feminist theorizing, provides an overview of major issues at stake in Women's Studies, past as well as present, and additionally critically interrogates debates on some key-concepts in feminist thought. The course opens with a history of the ideas that helped to shape the project of Women's Studies as we know it today. The focus subsequently shifts to the different domains in which 'sex', 'gender' and 'sexual difference' obtain, and to the interrelations between gender and other categories of sociocultural differentiation, e.g., class, 'race', ethnicity, and sexual orientation. Additional topics to be explored include: the binary oppositions structuring (Western) thought; debates on essentialism vs. social constructionism, and the role of the body in theorizing gender. Co-ordinator: prof.dr R. Buikema Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 2 81 RESEARCHING GENDER & ETHNICITY: THEORY AND METHODOLOGY IN WOMEN'S STUDIES RESEARCH MA, 7,5 EC The idea for this course emerged in the wake of the recent upsurge of interest in the body in society at large, in public/political debates, and within contemporary feminist scholarship. It has two aims. The first is to explore some of the ways in which the body can become a subject of feminist inquiry, as well as to address the possibilities and problems involved in doing research on the body from a feminist perspective. The second aim is to discuss and interrogate the ways in which our own embodiment as researchers impinges on the work we do. None of us - whether feminists or not - are the idealized disembodied subjects of Enlightenment mythology or disinterested rational agents in search of objective/neutral knowledge about the bodies of others. Learning to take our own bodies - bodies which are marked by sex, sexuality, ethnicity, age, and more - into account is not only ‘politically correct’. It is integral to producing embodied and passionate knowledge - the cornerstone of any feminist inquiry. Co-ordinator: Prof. dr. R. Buikema Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 1,2,3,4 82 THE LINGUISTIC TURN AND BEYOND MA, 7,5 EC This course is a toolkit for upcoming researchers in basic methods of cultural analysis. Several methods and approaches will be presented: visual analysis, narratology, discourse analysis, rhetorical analysis, intertextuality, psycho-analysis and semiotics. The course will focus on the way in which cultural hierarchies such as gender, ethnicity and sexuality structure the meaning of images and texts. The course is open to Research Master students and Ph.D. students who work with textual analysis be it in the arts or in other disciplines. The main focus however will be the epistemological reflection concerning the semiotic principle which recognizes human signification as a layered process in which syntactical, semantical and pragmatical aspects interdepend. The presented theories and insights will be illustrated by textual and visual analysis of texts and images. In addition students will be invited to present and discuss their textual and/or visual material and analytical approaches in class. Co-ordinator: Prof. dr. R. Buikema Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 3 83 THE POST-SECULAR TURN MA, 7,5 EC The course aims at providing students with a cartography of contemporary critical approaches and questions concerning the secular and its perceived crisis. We will review different understandings of the secular (a political doctrine in terms of the separation between religion and the state, a sociological understanding in terms of differentiation processes within modern society, a more recent anthropological understanding in terms of variety of cultural affiliations, beliefs, institutional arrangements and sensibilities), and explore a conjuncture of crisis that is increasingly coded as ‘the post-secular.’ We will do close readings of three authors who made crucial interventions in the recent literature on the secular (Asad, Taylor and Mahmood), as well as discuss feminist and postcolonial dimensions of these contemporary debates. Co-ordinator: Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte Link: http://www2.let.uu.nl/cursuskrant/CursusdocentZoek2010.htm Periode: Block 1,2,3,4 84 School Godgeleerdheid Religie en gender. Dis/closed Bodies: Gender and Sexuality as Markers of Religious Identity in Modernity MA, 5 EC Why is it that gender and sexuality have become such strong markers of religious and anti-religious profiling in western culture during the past decades? This course seeks to analyze this two-sided phenomenon in a gender critical and interdisciplinary perspective by discussing explanations and theoretical approaches from the fields of theology, religious studies, cultural philosophy and gender studies. After a general introduction we will discuss several theoretical approaches that offer explanations for the increased interest in gender and sexuality as markers of religious identity (Christian, Jewish, Islamic) in and towards modern western societies. Readings include the approach of sociology of religion following Weber and Durkheim, psycho-analysis and cultural philosophy following Foucault and Kristeva, gender and queer studies in theology, and cultural anthropology (a.o. Mary Douglas, Saba Mahmood, Lara Deeb). Secondly we will apply and valorise these theoretical models of explanation by studying two famous controversies over gender and sexuality as marker of (anti-)religious identity: the film Submission (2004) and Madonna’s crucifixion scene (Confessions Tour, 2006). Thirdly, all participants will analyze and present a self chosen case of gender and/or sexuality as marker of (anti-)religious identity using the theoretical frameworks discussed and developed in this course. Co-ordinator: Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte Link: Periode: Block 4 85 Van Madonna tot Madonna: Religie en de vorming van vrouwelijk 'idolen' in de westerse cultuur BA, 7 EC In deze cursus bestuderen we religieuze achtergronden en genderaspecten van vrouwelijke voorbeeldgestalten die grote weerklank hebben gekregen in de westerse cultuur. We maken daarvoor gebruik van cultuurfilosofische, theologiehistorische, godsdienstwetenschappelijke en genderkritische benaderingen. We verdiepen ons in aspecten van religieuze voorbeeldigheid die worden uitgedrukt met termen als heilige, icoon en idool (Frijhoff, Wyschogrod, Latour) en in de genderaspecten van verschillende religieuze voorbeeldfiguren zoals Bijbelse personages, heiligen, mystici en religieuze leiders (Walker Bynum, Beattie). We maken kennis met typen van voorbeeldige vrouwen uit verschillende perioden van de westerse religie- en cultuurgeschiedenis (van de godin Diana tot Princes Di). Co-ordinator: Prof. dr.A.J.C.A.M.Korte Link: Periode: Block 1 86 Gender en Recht GENDER AND LAW BA, 7,5 EC The image of blindfolded Lady Justice is well-known. The blindfold indicates the impartiality of the law. Justice must be done regardless of class, power or identity. However, in everyday practice law's blind neutrality does not always work out the same for everyone. A famous quote in this context is from Anatole France. In 1894 he wrote: 'The law, in its majestic equality, forbids the rich as well as the poor to sleep under bridges, to beg in the streets, and to steel bread.' Class and money are not the only elements causing different legal effects. The law is similarly biased in many other respects, due to many different factors, one of which is sex / gender (gender refers to the social, cultural and institutional construction of what it means to be a man or a woman). Gender bias is a multi-layered phenomenon. It is quite common to distinguish three forms of bias in law: first at the level of legal provisions itself, secondly regarding the effects of law in practice due to differences in position of men and women, and thirdly at an institutional or systematic level: invisible obstacles for an impartial application of the law such as sex-stereotypes and dominant gender ideology. This course is about how law sometimes works out differently according to people's sex and / or gender. The focus is on public international law. After an introduction to the theory, three major themes in international law are explored from a gender perspective. Among the themes to be discussed are human rights and international criminal law. The third theme is yet to be decided. Possibilities include the debate on universality and human trafficking. Cursusdoelen The aim of the course is threefold. Its primary purpose is to encourage students to develop a critical perspective on law and rights in general and the international law system in particular, primarily by linking theoretical and positive law issues, including caselaw. Secondly, insight will be provided in the interaction between law and gender and finally, some highly topical international law issues will be explored. Coördinator/docent: mr. M. van den Brink Link: https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do Periode: 87 INTERNATIONAL AND EUROPEAN LAW AND WOMEN BA, 7,5 EC In many countries, International law has played an important role in bringing about changes in the legal position of women. Many international law instruments prohibit sex discrimination. States parties to UN-treaties such as the International Covenant on Civil and Political Rights (ICCPR), the International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights (ICESCR) and the Convention on the Elimination of Discrimination Against Women (CEDAW) are under the obligation to adopt measures to improve the socio-economic situation of women. The same is true for different Conventions of the International Labour Organization (ILO). Many states are also States parties to the European Convention on Human Rights (ECHR). In the Member States of the European Union (EU), the law of the European Communities (EC-law, the so-called first pillar) has become an important vehicle of economic and social change. This is especially true where the position of women is concerned. The principle of equality in relation to labour, social security and the access to and the supply of goods and services has been developed in several directives and in the case law of the Court of Justice of the European Union. During this course we compare different International and European legal instruments in the field of employment. We explore the enforcement mechanisms of these instruments and the underlying conceptions of equality. We focus on equal pay for equal work, equal treatment at work, affirmative action and employment protection in relation to pregnancy. We study the interpretation of relevant EC sex equality law by the Court of Justice of the European Union. More recently the scope of equal treatment legislation of the European Union has been widened with the adoption of provisions prohibiting not only sex discrimination, but also discrimination based on race or ethnic origin, religion or belief, disability, age and sexual orientation. We will pay some attention to these new legal instruments as well. The aim of the course is to provide insight in the ways social differences between men and women are reflected in relevant (positive) International and European law and in the background and role of Intenational and European Union law in relation to those differences. We will also explore the limits of relevant International and European law and discuss the critique of different authors on the conceptualisation of the law in some legal instruments and in the case law of the Court of Justice of the European Union. Coördinator/docent: dr. S. Burri Link: https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do Periode: EQUALITY IN EU LAW 88 Ma, 7,5 EC Equal Treatment Law of the Member States of the European Union is increasingly influenced by developments at EU level. Regarding equal pay between women and men, equal treatment in (the access to) employment and the (access to), statutory social security and supply of goods and services, many provisions exists in the EC-Treaty and in different directives. In addition, the European Court of Justice interpreted these provisions in numerous judgements. An important provision is Article 141 EC, on equal pay between male and female workers. This article has both vertical and horizontal effect since 8 April 1976. EU law has undoubtedly played and still plays an essential role in this field. In 2000, two new directives were adopted, the so-called Race Directive, and the so-called Framework Directive. At the moment discrimination on the grounds of race, sex, religion or belief, disability, age and sexual orientation is prohibited. All these grounds apply to employment, some apply also to goods and services and the prohibition of race discrimination has the broadest scope, including social protection and advantages. Furthermore discrimination based on working hours, temporary contracts and temporary agency work is prohibited as well. Therefore a broad range of legal instruments meant to combat discrimination has been adopted and had to be transposed in national law. During the course, we will discuss the underlying concepts such as equality, the prohibition of discrimination, affirmative action etc. of the relevant EU legislation. The Court of Justice has to answer many prejudicial questions of national courts regarding the interpretation of the legislative provisions, some of which we will discuss. Have part-timers for example the right to receive overtime supplements when they have to work more working hours than stipulated in their individual employment contract? Is an age limit for compulsory retirement from employment set at 65 years contrary to EU law or not? Is a women protected when she is treated less favourably than other employees by her employer because she is the primary carer of a disabled child and she decides to give up her job? The EU instruments have also been implemented in the Netherlands in different Acts. In addition the Dutch Equal Treatment Commission has issued many so-called opinions on the application of Dutch provisions. Most of these opinions address contradictory interests between employers and organizations on the one hand and employees and clients on the other hand. Has an employer for example the right to dismiss a woman when she is absent from work due to pregnancy related illness for a long period? What can for instance be required from educational organizations in order to make education accessible for disabled students? The opinions also often reflect dilemma’s occurring in a multicultural society: such as: is it permitted to offer Turkish and Moroccan women course for reduced prices? During the course we will discuss such issues and analyze some relevant judgments of the Court of Justice of the EU and discuss some opinions of the Dutch Equal Treatment 89 Commission. We also pay attention to enforcement issues and to the effects and shortcomings of anti-discrimination law in practice. Coördinator/docent: dr. S. Burri Link: https://www.osiris.universiteitutrecht.nl/osistu_ospr/OnderwijsCatalogusKiesCursus.do Periode: 90 Utrecht, Universiteit voor Humanistiek SOCIALE EN POLITIEKE THEORIE MA, 7,5 EC In het onderdeel sociale en politieke theorie staat het verhelderen en uitdiepen van het begrip humanisering centraal, met speciale aandacht voor de verhouding tussen humanisering en zingeving en de relatie met beroepspraktijken van humanistici. Als algemene leidraad onderscheiden we daartoe vier dimensies in het begrip humanisering: - sociale, politieke en economische vragen rond rechtvaardig samenleven - onderliggende mensbeelden - de filosofische en wetenschappelijke status van visies op humaniteit en humanisering - de vraag naar humaniteit en humanisering in specifieke contexten en concrete praktijken. Zoals al naar voren komt uit deze vier dimensies, gaat het hier om zeer complexe en omstreden vragen, die bovendien een lange geschiedenis hebben. Zij reiken niet alleen terug tot in de Griekse filosofie, maar hebben ook allerlei wortels en uitlopers in de geschiedenis van de wereldgodsdiensten. Om deze vragen zinvol te kunnen behandelen hebben wij drastische keuzes moeten maken. De belangrijkste inperking is dat wij ons vooral richten op de moderne sociale en politieke theorie, zoals die zich vanaf het midden van de negentiende eeuw heeft ontwikkeld, en zoals die in hedendaagse discussies nog voortleeft. In de eerste drie bijeenkomsten behandelen we drie denkers wier opvattingen tot op de dag van vandaag bepalend zijn voor centrale debatten in de sociale en politieke filosofie, de sociologie, de politicologie en in verwante disciplines, namelijk Karl Marx, Max Weber en Sigmund Freud. Vervolgens richtten wij ons op een stroming die niet alleen een grote invloed heeft gehad op twintigste-eeuwse discussies rond humaniteit en humanisering, maar die ook in hedendaagse debatten rond modernisme en postmodernisme een centrale plaats inneemt, namelijk de ‘Frankfurter Schule’. Achtereenvolgens gaan we in op het denken van de grondleggers daarvan, Max Horkheimer en Theodor Adorno en op de belangrijkste hedendaagse vertegenwoordiger van de ‘kritische theorie’: de filosoof en socioloog Jürgen Habermas. In het laatste deel van dit onderdeel gaan we in op het postmoderne, postkoloniale en feministische denken en op de radicale kritiek op het moderne humanisme die daarbinnen geformuleerd is, aan de hand van de opvattingen van Michel Foucault en Donna Haraway. Afsluitend wordt aandacht besteed aan de poging van Harry Kunneman om inzichten uit de kritische theorie en het postmoderne en feministische denken vruchtbaar te maken voor een praktisch relevant, kritisch humanisme. Coördinator: Docenten: H. Kunneman H. Kunneman en Ruud Kaulingfreks 91 Link: http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf Periode: 92 BURGERSCHAPSVORMING, GENDER EN DIVERSITEIT MA, 7,5 EC Om vrouwen, mannen en kinderen in staat te stellen hun mogelijkheden te realiseren en een bijdrage te leveren aan de maatschappij waarin zij leven, is een klimaat vereist dat toegang biedt tot zowel middelen van bestaan, onderwijs en gezondheidszorg als participatie in democratische instellingen die het individuen mogelijk maken beslissingen te nemen over hun eigen leven. Deze vereisten maken ook deel uit van de Millenniumdoelen voor Ontwikkeling van de VN, die de lidstaten hebben afgesproken om in de eenentwintigste eeuw te komen tot een betere wereld. Maar in de meeste samenlevingen, zowel in heden als verleden, hebben machtsongelijkheden gebaseerd op hiërarchieën van sekse, klasse, leeftijd, etnische afkomst, godsdienst, onderwijsniveau enzovoorts, ongelijke toegang tot hulpbronnen tot gevolg, met ongelijkheid in levenskansen en in maatschappelijke participatie als eindresultaat. Dit onderwijsonderdeel behandelt actuele theorieën, concepten - waaronder ‘vrijheid’, ‘autonomie’, ‘empowerment’, ‘entitlement’ (Amartya Sen) en ‘capabilities’ (Martha Nussbaum) – en nationale en internationale debatten binnen gender- en diversiteitsstudies. Vanuit een historische benadering waarbij de geschiedenis van burgerrechten voor vrouwen en de geschiedenis van mensenrechten aan de orde zal komen, zullen we zowel de belemmeringen verkennen die het bereiken van volledig burgerschap in de weg staan als interventies en strategieën om ze te overwinnen nagaan, waarbij een ‘cross-cultural’ perspectief gehanteerd wordt. Van studenten wordt verwacht dat zij enig veldwerk doen bij een instelling/groep die voor de rechten/positie verbetering van een bepaalde groep opkomt of werkzaam is op het terrein van burgerschapsvorming. De colleges worden gedeeltelijk in het Engels gegeven en er wordt van studenten verwacht dat ze wetenschappelijke teksten in het Engels kunnen lezen en bespreken. De module is opgezet als een serie werkcolleges waarbij studenten, naast een gezamenlijk theoretische oriëntatie, zich in kleinere groepen richten op één van de behandelde gebieden. Hierbij is het de bedoeling theoretische inzichten te spiegelen aan concrete praktijken. De module wordt afgesloten met een bijeenkomst waarin de verschillende groepen hun bevindingen en inzichten kunnen delen en vergelijken. Coördinator: Docenten: J.Gupta J. Gupta en U. Jansz Link: http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf Periode: 93 RUIMTESCHIP AARDE: KRITISCH-THEORETISCHE EN LEVENSBESCHOUWELIJKE PERSPECTIEVEN OP GLOBALISERING MA, 7,5 EC In deze module werken de varianten Levensbeschouwing & onderzoeksleer en Kritische organisatie- en interventiestudies samen. We behandelen een selectie van globaliseringvraagstukken vanuit twee wetenschappelijke invalshoeken: twee westerse ‘denktradities’ die beide van grote invloed zijn op de hedendaagse meningsvorming over ons ‘Ruimteschip Aarde’: 1. Debatten over actuele kwesties in de wereldpolitiek, bijv. veranderingen in politiekeconomische machtsverhoudingen, identiteitspolitiek rondom klasse, ras/etniciteit, sekse/ gender; sociaal-culturele (on)macht; kwesties rondom postkolonialisme en ontwikkelingsvraagstukken. 2. Debatten over levensbeschouwelijke en maatschappelijke vraagstukken, bijv. migratie, levensbeschouwelijke culturele identiteit, de plaats van levensbeschouwingen en religies in ‘postmoderne’, globaliserende samenlevingen, de specifieke rol die humanisme, christendom en islam in deze samenlevingen spelen, maar ook nieuwe vormen van levenskunst en individuele verantwoordelijkheid. De lokale zowel als wereldwijde mogelijkheden en beperkingen die mensen - als individuen en als samenleving - beleven en/of bestrijden, staan hier centraal en zullen empirisch en theoretisch worden geanalyseerd. De module bestaat uit een combinatie van benaderingen, methodieken en denkwijzen vanuit filosofische en sociaal-politieke onderzoeksterreinen. Denk daarbij aan: close reading en tekstkritiek; gebruik van kernbegrippen, veronderstellingen en hoofdthema's uit de literatuur over globalisering; oefeningen in casuïstiek; uitvoering van zelfstandig onderzoek, als praktijk en theorievorming. Doelstelling van dit vak is het ruimteschip dat Planeet Aarde heet vanuit een multidisciplinair (sociaal-wetenschappelijk en filosofisch) perspectief te bestuderen, met als focus: processen van humanisering en dehumanisering en de mogelijkheden van het humanisme voor het huidige zogenaamd globale tijdperk. Zowel theoretische als praktische probleemstellingen zullen de studie en discussie voeden. Coördinator: Docenten: L. ten Kate L. ten Kate en R. Kaulingfreks Link: http://studentenweb.uvh.nl/Media/download/9100/UvH%20Onderwijsgids%2020102011%20web7-6.pdf Periode: 94 Amsterdam, Universiteit van Amsterdam Faculteit der Geesteswetenschappen STAM, TAK, WORTELS – HUTSPOT: GESCHIEDENIS VAN AFKOMST EN IDENTITEIT IN NEDERLAND BA, 10 EC Leerdoelen: Wie de cursus heeft afgerond kan worden geacht: een beeld te hebben van de verschillende manieren waarop afstamming en identiteit met elkaar in verband worden gebracht in hedendaags Nederland kennis te hebben opgedaan over diverse onderzoeks- en beroepspraktijken waarin afstamming centraal staat een kritische blik te hebben ontwikkeld voor de vooronderstellingen en problemen van speurtochten naar afstamming een zelfstandige bijdrage te kunnen leveren aan debatten over afstamming en identiteit. Inhoud: Prinses Maxima heeft haar naar eigen zeggen niet kunnen ontdekken, oud-premier Ruud Lubbers daarentegen weet zeker dat zij wel bestaat: de Nederlandse identiteit. Allebei willen ze hiermee eigenlijk antwoord geven op de vraag waar het in de toekomst heen moet met de identiteit van Nederland. De meeste andere inwoners van Nederland zal dit een zorg zijn. Maar wel verdiepen die zich op allerlei andere manieren in de vraag wie ze zijn en willen zijn: namelijk door na te gaan van wie zij of hun buren afstammen. Op Nederlandse scholen maken de kinderen al in groep 1 en 2 verplichte presentaties over hun gezin van herkomst, geadopteerden gaan via televisie-programma’s als Spoorloos op zoek naar hun biologische ouders, immigranten zoeken in het grote buitenland van Nederland hun ‘wortels’, archieven zitten vol met oudere personen die hun voorouders naspeuren in de hoop op een adellijke ‘tak’ te stuiten, stadsarchivarissen en stadsarcheologen vinden ‘de oorspronkelijke bewoners van Nederland’ onder gesloopte flats en oude kerken, presenteren met trots lokale ‘voorvaderen’ of gaan op zoek naar ‘de dochters van Kaat Mossel’, en soms buigt iemand zich over de Indische ‘roots’ van Geert Wilders. Daarbij worden de traditioneel nogal stoffige bronnen voor afstammingsgeschiedenis zoals familiepapieren, of aktes van dopen, trouwen en begraven afkomstig van kerken en de burgerlijke stand, steeds vaker gemengd met de nieuwe mogelijkheden van DNA-onderzoek en digitaal zoeken en presenteren. Zo wordt van het zoeken naar wortels een fascinerende, ‘typisch Nederlandse’ hutspot gemaakt. Die hutspot wordt in deze cursus met historische blik bekeken. Nadat allerlei soorten speurtochten naar afstamming en identiteit de revue zijn gepasseerd kiezen de deelnemers er eentje uit om kritisch te bespreken, met een open oog voor vooronderstellingen over sekse, klasse, etniciteit, seksuele voorkeur en wat verder zoal 95 van belang is in discussies over identiteit in Nederland. Docent: prof.dr. W.D.E. Aerts (info-gars-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8320.html Periode: semester 1 (onder voorbehoud) 96 TAAL EN INTERACTIE BA, 5 EC Leerdoelen: Na het volgen van deze cursus heeft de student inzicht in de belangrijkste linguïstische en pragmatische factoren die de vorm en het verloop van verbale interactie bepalen en in de samenhang tussen deze factoren. Daarnaast heeft de student de vaardigheid ontwikkeld om zelfstandig een gesprek op te nemen, te transcriberen, te analyseren en te interpreteren. Inhoud: In deze cursus staat de linguïstische analyse van gesproken natuurlijke taal (gesprekken) centraal. Verschillende aspecten van verbale interactie in uiteenlopende taalgebruikssituaties worden bestudeerd. Daarbij komen onderwerpen aan de orde zoals bijvoorbeeld de rol van interactie in de eerste taalverwerving: ouder-kind; peers. Gespreksorganisatie: beurtwisseling, interrupties en stiltes; samenhang in gesprekken: cohesie, referentie, repetitie, taalhandelingen; taalvariatie in gesprekken op basis van sekse (gender) of sociale klasse, verschillen in gespreksstijlen en de structuur van gesproken teksten. Deze onderwerpen worden bestudeerd met behulp van door studenten zelf verzamelde taaldata en geïnterpreteerd in het licht van bestaande modellen van verbale interactie. Bijzonderheden: Ingangseis: Minimaal 50 ECTS van een propedeuse inclusief of aangevuld met Inleiding taalwetenschap (5 EC); Betekenis (5 ECTS) moet zijn gevolgd (volgorde-eis). Aanschaf van een opname apparaat ( MP3, of voicerecorder e.d) is aan te bevelen. Er is een document met tips beschikbaar. Studenten die zowel Sociolinguïstiek als Taal en Interactie willen volgen, wordt aangeraden eerst de module Sociolinguïstiek te voltooien. Docent: dr. I.C. van Alphen (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5158.html Periode: semester 2 97 HISTORISCH EN SOCIOLOGISCH ONDERZOEK NAAR DE KRITIEK: KUNSTKRITIEK IN PERSPECTIEF BA, 5 EC Leerdoelen: Na deze cursus ben je in staat om inhoudelijke en institutionele tendensen in de Nederlandstalige journalistieke kunstkritiek te herkennen. Daarnaast leer je verschillende onderzoeksmethoden in te zetten bij het onderzoek naar kunstkritiek en leer je kunstkritiek in haar historische en institutionele context te duiden. Inhoud: Hoe doe je onderzoek naar kunstkritiek? Tijdens dit werkcollege wordt deze vraag beantwoord: je verdiept je in verschillende onderzoeksmethoden en doet zelfstandig onderzoek naar kunstkritiek. Daarbij bouw je voort op de kennis die je tijdens het college ‘Theorie en Geschiedenis van de Journalistieke Kritiek’ hebt opgedaan. Allereerst maak je in deze collegereeks nader kennis met een aantal opvallende historische danwel institutionele tendensen in de kunstkritiek. Vervolgens verdiep je je in de methoden en technieken die je als onderzoeker ter beschikking staan als je deze tendensen aan een nadere analyse wil onderwerpen. Je maakt jezelf bijvoorbeeld vertrouwd met inzichten uit het poëtica-onderzoek, de institutionele literatuursociologie, de ideeëngeschiedenis en de argumentatie-analyse. Een aantal van de behandelde methodieken wordt ten slotte daadwerkelijk toegepast door een onderzoek uit te voeren naar diverse klassiekers en/of recente publicaties op het gebied van de kunstkritiek. Je kunt daarbij denken aan onderwerpen als: Vrouwen en opvattingen over vrouwelijkheid in de poëziekritieken van Herman de Coninck Poststructuralistische tendensen in hedendaagse danskritieken Engagement en moraal in kunstkritiek tijdens het interbellum Het discours over ‘crisis’ in de Nederlandse literatuurkritiek Docent: dr. N.T.J. Laan (info-nrl-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7801.html Periode: semester 1 blok 2 98 LITERATURE C: 20TH CENTURY LITERATURE BA, 5 EC Aims of the course: The Literature C groups will offer students the opportunity to engage with Englishlanguage literature and culture of the 20th and 21st centuries. By focussing on specific aspects of post-1900 literature, the different Literature C courses will provide an indepth analysis of many of the fundamental themes and cultural concerns of the past century, up to and including the present. Using a combination of primary and secondary literature, all Literature C groups will teach students how to participate in the relevant academic debates, culminating in a research paper on one of the course's main topics. Contents: This module consists of two courses from which the student chooses one. One of the courses is ‘Group D: Modernism – Women Writers’: We will confront representations of women in Modernism through the eyes of women writers, first exploring the topics of gender and sexuality. We will then move forward in the question of how to “truthfully” represent a subset of the population to see how these women were addressing the ideas of prejudice not just against women, but in terms of disability, religion, and immigration, all in order to explore the question of how one can authoritatively represent oneself. We will read a selection of poetry, short stories, novels, and essays by great minds of the era. This course will explore the work of several notable Modern women writers in order to examine the period’s overarching theme of representation of individuality in human experience. Taking Anaïs Nin’s assertion that “Life is a process of becoming, a combination of states we have to go through,” we will examine the ways in which women writers of the era grappled not only with the socially constructed position of women, but the perhaps greater question of how the notion of the self (in terms of gender, sexuality, and authority) is problematic in its mutability, progression, and relation to others. Docent: Groups A, B, C: Dr. J. Lewty; Group D: Drs. E. la Cour; Group E: Drs. D.A. Hassler-Forest) (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6537.html Periode: semester 2 99 LITERATURE A: BRITISH LITERATURE BEFORE 1700 BA, 5 ECT Aims of the course: Students will gain command of an important pre-1700 literary and cultural tradition, including a rich body of primary texts and significant modern scholarly issues relevant to those texts. They will also develop skills in critical reacing, academic writing and research methods. Contents: This module consists of five courses from which the student chooses only one. One of the courses is ‘Group A: Arthurian Literature - Eaton’: The aim of the course is to acquaint students with the full tradition of British Arthurian literature, from its pre-historic Celtic and late Roman beginnings to the end of the Middle Ages and central thematic issues associated with that tradition, in particular its relationship to social change and gender. Assignments will include readings in the earliest documentary evidence of Arthur, in relevant early medieval Welsh and Irish tales, in relevant Arthurian works in the emergent romance tradition and great late medieval masterpieces such as Sir Gawain and the Green Knight and Malory. Docent: dr. R.D. Eaton (coördinator) en Dr. J. Staykova (info-tlkfgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6387.html Periode: semester 1 100 CULTUURKUNDE (FRANS) BA, 5 EC Aims of the course: / Leerdoelen: Verwerven van inleidende kennis van en inzicht in de politieke, sociaal-economische en culturele structuren van Frankrijk, tegen de achtergrond van hun (modern) historische ontwikkeling. De student bezit de vaardigheid, en waar het tekst-en videomateriaal betreft met name de lees- en luistervaardigheid, om Franse cultuuruitingen in hun context te plaatsen en te interpreteren. Acquiring a first knowledge of, and insight into, the political, socio-economic and cultural structures of France, viewed against the background of their (modern) historical development. The student possesses the skills, in the case of text and video material especially the reading and listening skills, to place French cultural expressions in their context and interpret them. Contents: / Inhoud: Vanaf de Revolutie die een eind maakte aan het Ancien Régime tot aan het hedendaagse Frankrijk worden de belangrijkste politieke, sociale, economische en culturele ontwikkelingen geschetst. Daarbij is er aandacht voor specifieke thema's zoals de huidige politieke instituties, het onderwijs, de verhouding tussen kerk en staat en de plaats van de minderheden, in het bijzonder de immigranten en de vrouwen. De bedoeling is dat de student courante hedendaagse Franse uitingen kan plaatsen en interpreteren en documenten van uiteenlopende aard kan analyseren en problematiseren. The main political, social, economic and cultural developments are outlined, from the French Revolution that ended the Ancien Régime to contemporary France. Attention is devoted to specific topics such as present-day political institutions, education, the relation between church and state and the position of minorities, especially immigrants and women. The aim is to enable students to appreciate and interpret current contemporary French expressions and to analyze and interpret a wide range of documents. Docenten: mw. drs. C.B. Chatot (coördinator) en dr. M. Engelberts (coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5269.html Periode: semester 1, voertaal Frans 101 MODERNE LITERATUURTHEORIE BA, 10 EC Leerdoelen: Moderne Literatuurtheorie geeft een overzicht van literatuurbeschouwelijk werk vanaf het begin van de Twintigste Eeuw tot nu. Deze module heeft als doel je inzicht te geven in uiteenlopende thema's, begrippen, argumenten en denkfiguren over literatuur, kunst en cultuur uit de Twintigste Eeuw tot heden. Inhoud: Deze cursus behandelt de belangrijkste literatuur- en cultuurtheoretische stromingen vanaf het begin van de twintigste eeuw tot nu. Te weten: practical criticism, formalisme, new criticism, marxisme, feminisme, psychoanalyse, structuralisme, post-structuralisme, Bachtins dialogisme en intertekstualiteit, postkolonialisme en gay and lesbian studies en queer theory. Elk theoretisch kader wordt helder en toegankelijk geïntroduceerd, vervolgens toegelicht en uitgewerkt aan de hand van enkele oorspronkelijke artikelen, en tot slot 'toegepast" op literaire teksten of fragmenten. Auteurs die onder andere aan de orde komen zijn: Matthew Arnold, William Empson, Viktor Sjklovsky, Roman Jakobson, Cleanth Brooks, Roland Barthes, Chinua Achebe, Elaine Showalter, Hélène Cixous, Sigmund Freud, Michel Foucault, Julia Kristeva, Michael Bachtin, Stephen Greenblatt, Edward Said en Judith Butler. Bijzonderheden: Ingangseis: Minimaal 50 EC propedeuse Geesteswetenschappen. Hoofdvakstudenten Literatuurwetenschap hebben voorrang bij plaatsing. Docenten: drs. S. Besser en drs. E. van den Hemel (coördinator) (infotlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6525.html Periode: semester 2 102 SLEUTELBEGRIPPEN BA, 10 EC Leerdoelen: Sleutelbegrippen uit de cultuurtheorie introduceert de belangrijkste concepten uit de moderne en hedendaagse cultuurtheorie. Inhoud: De culturele vakken (literatuur, film, nieuwe media, beeldende kunst) maken in toenemende mate gebruik van gedeelde theoretische begrippen, zoals representatie, vertoog, tekstualiteit en intertekstualiteit, verlangen, subject, gender, ideologie, interdisciplinariteit en performativiteit. Tijdens de cursus worden deze basisbegrippen uit de literatuur- en cultuurtheorie ingeleid en ingezet in de analyse van literaire teksten en diverse culturele objecten. Docenten: dr. M. Aydemir, drs. E. van den Hemel (coördinator) en dr. J.H. Hoogstad (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9104.html Periode: semester 2 103 MEDIA, CULTUUR EN IDENTITEIT / MEDIA, CULTURE AND IDENTITY BA, 10 EC Leerdoelen / Aims of the course: De student leert de concepten te gebruiken die hij/zij tegenkomt in de hedendaagse discussie over de audiovisuele representatie en (multi)culturele identiteit. The student learns to use concepts that s/he encounters in the contemporary discussion around media representations and cultural identity. Inhoud / Contents: In deze module worden de theorieën in mediastudies behandeld die verweven zijn met de discussies over etniciteit, gender, klasse en seksualiteit. Tevens worden deze theorieën toegepast op audiovisuele representaties van culturele identiteit in film en televisie. Aan de hand van theoretische teksten wordt zowel gekeken naar de historische ontwikkeling van concepten om culturele identiteit te bespreken, en een koppeling gemaakt naar hedendaagse politieke en sociale debatten, inclusief postkolonialisme, multiculturalisme en de ‘war on terrorism’. In this course, theories around ethnicity, gender, class and sexuality, among others, are related to analyses of media representations. The forms of media analyzed include television, film, new media and other manifestations in popular culture. Through an engagement with theoretical texts, both the historical development of concepts of identity, and their relationship to contemporary political and social debates, including postcolonial identity, multiculturalism, cosmopolitanism and the “war on terror” will be analyzed. Bijzonderheden / Remarks: Voertaal van de hoorcolleges is Engels; er zijn zowel Nederlandstalige als Engelstalige werkgroepen. The lectures will be given in English. There are both Dutch and English workgroups. Docent: prof.dr. P. Pattynama (coördinator) (en anderen) (infomedia-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6790.html Periode: semester 2 104 MOVING MANHOOD. MEN, MASCULINITY AND SEXUAL CITIZENSHIP FROM CROSSCULTURAL PERSPECTIVES BA, 10 EC Aims of the course: This BA course is designed to provide basic insights into the development of diverse ideas concerning men, manhood and masculinities from a socio-cultural perspective. Students will acquire the capacity to relate debates about questions such as ethnic and class differences, normative ideas about sexuality, masculinity and drag identities to the historical development of current understandings of masculinities. Contents: Since the 1970s, and especially in the past two decades, there has been an explosion of interests in issues relating specifically to men and masculinities. The so-called “crisis in masculinity” has been pounced by popular media, and talk shows, newspapers and documentaries frequently discuss the latest hygiene and fitness products, exclusively designed for the male sex. Men become more and more subject to idealized norms of masculinity and manhood. However, what ‘manhood’ and ‘masculine’ mean today, is significantly different from the understanding of these concepts in early 1900 Western Europe. In addition, the abandonment of the Javanese conventions of dress in favour of Western attire in the 20th century in the Dutch East Indies implied a new manly persona and a modern sense of citizenship. So, how can we understand contemporary ideologies of masculinity, manhood and masculine? How should we relate these understandings and representation to a larger (post) colonial and post-modern context of shifting ideologies of gender, sexuality and ethnicity? Do men, in the 21st century, actually have “a crisis” in their masculinity? Given the mass of work on men and masculinity, it is not the aim of this course to attempt to give a chronological account of developments, but to outline some of the principal concepts developed within contemporary literature on men and masculinities. Therefore, we will study diverse articles, which address the linkages such as black masculinity and manhood, queer politics and alternative sexual and gender identities, the representation of masculinity in popular media, and Muslim men and the ‘war on terror’. Through different readings and active class participation the students will be challenged to discuss the workings and constructions of sex, gender and sexuality in relation to masculinity and manhood. Docenten: R. Davidsson, MA and M. Duyves (coördinator) (international-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8419.html Periode: semester 2 105 PHILOSOPHY OF PSYCHO-ANALYSIS BA, 10 EC Aims of the course: To get acquainted with, and to be able to understand, this critical view of the human subject and its understanding through patterns of psychopathology, madness and art, play and other phantastic creativity Contents: 'The Philosophy of Psycho-analysis' treats the theory of psycho-analysis of Freud and Lacan as a philosophical model of human subjectivity. In this view, the subject is formed and broken at the same time by the symbolic discourse of cultural reality. The effect of loss installs in the mind the notion of difference in reason, gender, time, space, generation. The modern idea of independent, bodyless autonomy in the subject is thus criticized. Mental discontent is the fate of the sexualized human being. Structures of madness can be interpreted. Docent: drs. A.A.M. Grooten (info-wijs-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8743.html Periode: semester 1 106 BRITISH CULTURAL STUDIES-BEFORE AND AFTER BIRMINGHAM BA, 10 EC Contents: The tradition of British Cultural Studies is, undiputetedly, one of the most influential and most fruitful traditions in 20th century cultural theory. Inspired by marxist theories of hegemony and ideology British cultural scholars were looking for means to avoid the pitfalls of culturalism in cultural analysis. As one of its most influential and brilliant figures, it was particularly Raymond Williams who developed a conception of a conflicting cultural totality that made Marxist social theory available for the analysis of contemprary culture. At the Centre for Contemporary Cultural Studies in Birmingham similar versions of cultural materialism were developed. Richard Hoggart, first director of the Birmingham Institute, analysed the relation between mass culture and the constitution of class. Stuart Hall, successor of Hoggart at the institute, continued this approach in reference to French structuralism. Third generation scholars (like Angela McRobbie or Paul Gliroy) have intensified the studies on the constitution of gender and on post-colonial constellations in a broad variety of cultural practices from popular music to fashion. In the seminar we will focus on the theoretical claims and philosophical innovations of British Cultural Studies. Docent: dr. J.F. Hartle (info-wijs-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10966.html Periode: semester 2 107 LITERATURE AND IDENTITY MA, 10 EC Contents: Queer Theory, Literature, Film, Art. Such an unassuming word, and how disproportionate the weight it must carry: the desires it must name, the problems it must sove, the insights it must garner. For some decades now, “queer” has enjoyed the dubious honor of carrying the brunt of various scholarly and political claims about the sexual and its relationships to identity and power. In this course, we first attend to the normalizing appearances of lesbian and gay life under the headings of “homonormativity” and “homonationalism.” Then, we revisit and extend queer’s trajectories with the help of a series of cultural objects, such as theoretical texts, literary works, films, works of art, popular phenomena, and public scandals, of which some will be at the discretion of the class participants. In due course, we will consider queer understandings of sexual identity and its discontents; temporality and spatiality; community and anti-sociality; shame and pride; as well as utopianism and anti-futurism. Docent: dr. M. Aydemir (coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9364.html Periode: semester 1 108 WOMEN IN RUSSIAN CULTURE AND LITERATURE / DE VROUW IN DE RUSSISCHE LITERATUUR EN CULTUUR MA, 10 EC Contents: This module considers the different roles played by women in Russian literature (poetry, prose and drama) and Russian culture through the centuries. The following aspects will be considered: the woman as myth, as author, as recipient, as literary heroine and the social position of women. Western as well as Russian gender theory is introduced during the first two lectures and various research topics are applied to the aforementioned aspects. Remarks: Voertaal Russisch. Verplichte voorkennis: BA-Slavic Languages (Russian). Deze cursus kan worden gekozen in het kader van het sectorplan Letteren. Docent: dr. J.M. Stelleman (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9471.html Periode: semester 2 (voertaal Russisch) 109 CULTURES OF RISK IN 19TH C. BRITAIN MA, 10 EC Aims of the course: This course will be exploratory in nature. In addition to completing weekly reading assignments, students will be required to select a field of primary material (textual, visual and/or statistical) for independent and original study and to evaluate critically another, possibly related field of scholarly or theoretical work. Contents: In recent decades, in both popular and scholarly discourse, especially in response to dramatic acts of terrorism and a succession of spectacular financial crises, the place of risk in the Western cultural landscape and the ways and extent to which risk is culturebound have become subjects of increasing concern. A small but significant body of scholarship has identified the nineteenth century, and in particular the middle decades of that century, as the formative period for modern Western attitudes toward risk. This course will explore risk in nineteenth century British culture, very broadly defined, concentrating on the second half of that century. We will consider both primary sources (including non-fiction and literature; periodicals; modern statistically based studies of economic and social activity) and scholarly and theoretical studies. Topics will include gender, capitalism, science and colonialism, cultural theories of risk and risk in nineteenth century British literature. Docent: dr. R.D. Eaton (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9230.html Periode: semester 2 block 1 and 2 110 NIEUWGRIEKSE LETTERKUNDE MA, 10 EC Learning objective: To reach a more profound understanding of Modern Greek literature of the nineteenth and twentieth century. Content: Novels and plays written by female authors or featuring female main characters will be read and interpreted, with special attention paid to the image of woman and her social position. Docent: dr. M. Ioannidou (coördinator) (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6352.html Periode: semester 1 (voertaal Grieks) 111 CULTURAL MUSICOLOGY MA, 10 EC Aims of the course: The socio-cultural approach in musicology. The relation between music and culture. The place of music in culture and society. The meaning of music. Contents: Cultural musicology seeks to reflect on and provide the analytical tools that enable a holistic study of all the musics of the world on an equal footing. By holistic, we mean an approach that is open to integrating methodologies and techniques characteristic of each of the three customary sub-disciplines of musicology: historical, systematic, and 'ethno'. The term can be seen in analogy with cultural anthropology and, more importantly, cultural studies. Research on the world's music has a much longer and much more globally spread history than (ethno)musicologists commonly acknowledge when they equate the study of the world's music with the university-based, European-derived academic discipline they engage in. Through the perpetuation of this epistemology, the scope of the scientific occupation with music around the world is silently confined to the narrow realm of Euro-American musicology. This ethnocentric stance is a main reason for the current “ethnomusicological malady,” characterized by scholars who grapple not only with the name and scope of their subject, but also, perhaps more importantly, with their methods and the definition of their object of study. Cultural Musicology leads us out of the ethnomusicology dilemma, so to speak: It aspires to provide a sketch of the viable pathways musicology may opt for at its present crossroads. There is a substantial reconsideration of some basic but sometimes overworked concepts called upon in (ethno)musicology, including the notions of the musical Other, hybridity, and musical meaning. Finally, we will set forth selected systems of ‘thinking musico-logically’ from around the world. Some of the approaches of cultural musicology are listed below: Post-modern musicology (Kramer) Postcolonial musicology (van der Meer) Marxist musicology (Qureshi) Evolutionary musicology (Cross, Jan) Critical musicology Feminist musicology, Queer Musicology (McClary, Subotnik) Students should apply the above ideas to a music culture they already are familiar with. No music is excluded, but it is wise to consult the teacher in advance about the availability of sufficient materials for research. Docent: dr. W. van der Meer (W.vanderMeer@uva.nl) 112 Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10229.html Periode: semester 1 113 POPULAR MUSICS OF THE WORLD MA, 10 EC Aims of the course: To explore the history of popular (and rock) musics around the world; consider critical accounts of global mass media aesthetics and the music industry; and study the transnational web of networks that enables the nearly worldwide flow of musical ideas that together, in course of their various itineraries, knit the fabric from which the diversity of popular musics worldwide is made. Contents: The questions raised will revolve around a set of key concepts and topoi including gender, power and subversion thereof, identity, ethnicity, globalization, nation, stardom, markets, cyberspace, the urban space, cultural hegemony and the relationship between popular styles of the circum-Atlantic world and other areas of the world. Musical styles we will discuss may include Hindi film music, New Orleans Jazz, Pacific stringband music, Turkish grunge and arabesk, Aegean rebetiko, Brazilian Popular Music (MPB), K-pop, Enka, Hawai’i Puerto Rican styles, Latin, Algerian raï and more. Areas for research can include hybrid musics on both sides of the Atlantic; the African matrix that mixed with North European (folk) musics in North America and with South European (folk) musics in Latin America, but also the developments in Europe and Africa with the music from the Americas traveling back and in Asia and the Pacific where traditional musics inspire the emerging of a completely new range of popular styles. Docenten: dr. B. Abels en dr. W. van der Meer Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11145.html Periode: semester 2 114 AFTERLIVES OF THE BIBLE I: THE HEBREW BIBLE / OLD TESTAMENT MA, 5 EC Contents: Through a case study from the Hebrew Bible/Old Testament, basic tenets and processes relevant to the reception of the bible throughout the ages are studied, including scholarly readings, renderings in visual arts, music, literature as well as popular culture. Attention will also be paid to issues that inform the reader's position such as time, place, intention, ethnicity, class, gender. The theme of this course will be 'Eden Revisited' (Genesis 1-3). Docent: mw. dr. C.H.C.M. Vander Stichele (C.H.C.M.vanderStichele@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5744.html Periode: semester 2 blok 1 115 AFTERLIVES OF THE BIBLE II: THE NEW TESTAMENT MA, 5 EC Contents: Through a case study from the New Testament, basic tenets and processes relevant to the reception of the bible throughout the ages are studied, including scholarly readings, renderings in visual arts, music, literature as well as popular culture. Attention will also be paid to issues that inform the reader's position such as time, place, intention, ethnicity, class, gender. The theme of this course will be 'lethal women', and focus on the role of Herodias and her daughter in the story about the death of John the Baptist (Mark 6:14-29; Matthew Docent: dr. C.H.C.M. Vander Stichele (C.H.C.M.vanderStichele@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/5754.html Periode: semester 2, block 2 116 THE CULTURE OF SPECTACLE: MEDIA AND POLITICS MA, 10 EC Aims of the course: The course aims to provide media-theoretical, historical, philosophical, political and aesthetic engagement with contemporary articulations of media and politics, through familiarizing students with historical and contemporary theorizations of the link between media and politics, by closely reading certain now-“classic” texts; exploring the media-politics relationship by analyzing the qualities of the image and sound in film, television, new media, photography, literature – qualities understood as the specific modes of visualization, the technological construction of the image, and the political and aesthetic strategies through which image (and sound) are put together in specific texts and media form's learning students to analyze contemporary and historical forms of the “spectacle”. Contents: The relation between culture and politics has a long history. Social changes in modernity (e.g. consumerism, technological warfare and class relations) have been directly linked to cultural strategies and practices. German Critical theory will provide one particular perspective on the link between media and politics in modernity. “Post modernity” as a historical category is also linked to specific changes in the social landscape and political climate. Media, it has been claimed, have been crucial to this shift, evidenced in television, architecture, music, cinema and other cultural forms. Fredric Jameson and Jean-François Lyotard’s understanding of the politics of post modern culture will be engaged with to explore the link between media and politics. Recently, the very division between modernism and postmodernism has been critiqued and a different understanding of both politics and aesthetics (“the aesthetic revolution”) has emerged in the work of Jacques Rancière. The course will provide three “paradigms” (the modern, the post modern and the aesthetic age) to think the problem of “quality” of the spectacle today. It will enable students interested in television, cinema, new media, painting, architecture and other cultural forms to think about the aesthetic, technological, philosophical and historical frames through which the society of the spectacle might be rethought. Topics that may be analyzed by students: war reporting, disaster representations, gender/sexuality constructions, nationalism and immigrant politics, political populism, representation of the economic crisis, and others. Remarks: This course is for students admitted to the Masters: Literatuurwetenschap, Talen varianten Letterkunde, Theaterwetenschap, Media en cultuur, Wijsbegeerte, Algemene cultuurwetenschap, Kunstgeschiedenis, Religiestudies Docent: dr. S.M. Dasgupta (info-media-fgw@uva.nl) 117 Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10840.html Periode: semester 2 118 ICONOGRAPHY OF ANCIENT RELIGIONS: THE RISE OF CHRISTIANITY MA, 10 ECT Contents: During the four centuries following the death of the Jesus of Nazareth, the movement of his followers developed from an obscure oriental sect into the sole legitimate religion of the Roman Empire. The goal of this course is to study and to understand this spectacular development. In order to do so, we study the development of the Christian movements in the context of their surroundings, the Roman world. Followers of Christ will be studied in relation to the religion of the Roman state, contemporary Judaism and socalled mystery cults. In addition, attention will be paid to the social composition of the Christian communities, the appeal of the new cult for women and the role of Christian martyrs in the growth and dissemination of the new faith. Last but not least, the role of Constantine and other Christian emperors during the fourth century will be a central issue. Ancient literary sources (in translation), material remains and secondary literature on the subject will serve as the starting point of this course. Remarks: Ingangseis: BA programme completed and requirements fulfilled for admission to the master's programme History or the master programme that includes this course. Toetsvorm: 5 essays (in Dutch, for foreign students in English) and 1 written test. Docent: dr. L.A. Dirven (info-gars-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11028.html Periode: semester 1 119 SOCIOLINGUISTICS MA, 5 EC Aims of the course: In this course students will acquire insight into the relationship between social factors and language use. The student will become acquainted with the linguistic implications of social factors such as gender, social class, age and ethnicity. They will learn about theoretical and methodological issues within current sociolinguistics. Contents: In this course those social and linguistic factors are studied which influence the speech patterns of women and men in different cultures and subcultures. The topics to be covered are: pragmatic, phonological, and lexico-grammatical variation in speech; applications of sociolinguistics, methodological considerations and the social impact of differences in language use and speech behaviour (power and inequality). Docent: dr. I.C. van Alphen (info-tlk-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6593.html Periode: semester 1 block 1 120 GENDER, BODIES, AND THE POST-HUMAN MA, 10 EC Contents: This course seeks to approach theoretical issues that used to be addressed under the umbrella of "bodies," "gender" and "sexuality." It addresses these categories and concepts from the point of view of recent human/non-human paradigms. We propose to test the limits and potentialities of comparing the kind of questions that are asked by theorists who have studied inclusion and exclusion, but also universalism or culturalism in the context of feminism or queer studies and in the context of post-human or nonanthropocentric thinking. Starting from the history of the critique of binary oppositions (between male and female but also straight and dissident sexualities) we will move on to more recent problematics that have changed the way in which scholars ask questions about representations and politics. How can we articulate the issues raised by questions about embodiment, sexuality, bodies, performance, transidentity, queer, masculinities and femininities onto theories about "bodies without organs" (Deleuze), actor-network theory (Bruno Latour) and posthumanism (Hayles). Bijzonderheden: Bestemd voor een brede doelgroep van (research) MA studenten met een letterkundige achtergrond (moderne vreemde taal of Neerlandistiek); ook studenten afkomstig uit andere departementen (GARS, Wijsbegeerte, Mediastudies) kunnen deelnemen, mits ze over de vereiste (literatuur-theoretische) voorkennis beschikken. Docent: Inlichtingen: info-tlk-fgw@uva.nl Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11303.html Periode: semester 2 (English) 121 Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen GLOBAL HEALTH AND INEQUALITY BA, 10 ECTS (In overleg met de docent kan een gedeelte van het vak gevolgd worden, met een studielast van 5 ECTS) Aims of the course: Students know the key concepts, themes, problems, discourses and approaches concerning (ill) health and health care in developing countries as well as the relations between health and development; Students are able to critically reflect on the subject matter of the course and to present their views both verbally and in writing Contents: In this course we pay attention to the major discourses, concepts and policies concerning health and health care in developing countries and the mutual causal relations between ill-health, inequality and poverty. We look at health and ill health from a social science and socio-epidemiological perspective. During the course the following themes will be addressed: environmental, social, cultural, political, and economic aspects of (ill) health and health care; community participation in health care; social epidemiology; global health policies and strategies including primary health care, health sector reforms, sector-wide approach, global public private initiatives; traditional health care; gender and health; access to treatment; essential drugs and the millennium development goals for health. We pay special attention to key global health issues including HIV & AIDS, other major communicable diseases, sexual and reproductive health and rights, human resources for health, female genital surgery/mutilation and refugees. Docent: dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11313.html Periode: semester 2 block 1 and 2 122 HEALTH AND DEVELOPMENT BA, 10 EC (In overleg met de docent kan een gedeelte van het vak gevolgd worden, met een studielast van 5 ECTS) Aims of the course: Students know the key concepts, themes, problems, discourses and approaches concerning (ill) health and health care in developing countries as well as the relations between health and development; Students are able to critically reflect on the subject matter of the course and to present their views both verbally and in writing. Contents: In this course we pay attention to the major discourses, concepts and policies concerning health and health care in developing countries and the mutual causal relations between ill-health and poverty. We look at health and ill health from a social science and socio-epidemiological perspective. During the course the following themes will be addressed: environmental, social, cultural, political, and economic aspects of (ill) health and health care; community participation in health care; social epidemiology; global health policies and strategies including primary health care, health sector reforms, sector-wide approach, global public private initiatives; traditional health care; gender and health; access to treatment; essential drugs and the millennium development goals for health. We pay special attention to key global health issues including HIV & AIDS, other major communicable diseases, sexual and reproductive health and rights, and female genital surgery/mutilation and refugees. Docent: dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9181.html Periode: semester block 1 and 2 123 EDUCATION AND INTERNATIONAL DEVELOPMENT BA, 10 EC Leerdoelen: Studenten: kennen het theoretische begrippenapparaat waarmee de samenhang tussen onderwijs en lokale en internationale ontwikkeling kan worden bestudeerd; kunnen analyseren de rol van het onderwijs in processen van sociale transformaties in het Zuiden; kunnen reflecteren over de wijze waarop verschillende samenlevingen en culturen het onderwijs benaderen; zijn in staat een kritische houding te ontwikkelen ten opzichte van de gepresenteerde kennis. Inhoud: Dit vak biedt een algemene inleiding in de problematiek van onderwijs in ontwikkelingslanden en de daarmee samenhangende mondiale processen op economisch, politiek en sociaal-cultureel gebied. Dit vak bestaat uit drie thematische delen: In een algemeen gedeelte, waarin het conceptuele kader wordt aangeboden, staat de rol van het onderwijs in processen van sociale transformaties centraal. Verschillende benaderingen ten aanzien van de relatie tussen onderwijs en ontwikkeling, alsmede de gevolgen voor beleid, uitkomsten en alternatieven die uit deze benaderingen voortvloeien, worden kritisch geanalyseerd. In het tweede thematisch deel ligt de focus op het zoeken naar de relatie tussen onderwijsbeleid, kwaliteit, relevantie en sociale rechtvaardigheid. Aandacht wordt gegeven aan de thema's: Basic Education: de rol van internationale en lokale actoren; onderwijs hervormingen en vernieuwingen; volwassen educatie en alfabetisering. In het derde thematische deel staan processen van sociale en culturele uitsluiting in het onderwijs centraal. Het thema wordt uitgewerkt in de volgende onderdelen: postkoloniale relaties in heden en verleden, de rol van cultuur, taal en etniciteit; gender relaties en HIV/Aids; onderwijs, conflict en geweld. Docenten: drs. H.K. Altinyelken, drs. M. Lopes Cardozo en dr. A. Verger (coördinator) (A.Verger@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9177.html Periode: semester 1 blok 1 en 2 124 CHILDREN AND INTERNATIONAL DEVELOPMENT BA, 10 EC Aims of the course: Students understand the plight of children, youth and social exclusion in the South; Students know the theoretical concepts used for analyzing the relationship between youth welfare and development; Students understand the impact of social transformations and related intervention strategies on children and youth in the South; Students can develop arguments scientifically, and on the basis of that report, debate, and present about the plight of children and development Contents: In this course, the central focus is on the place and role of children and youth in the context of globalization. The course comprises an introduction and three thematic sections: In the first thematic section the conceptual framework is offered: the link between Childhood, globalization and social exclusion will be central. Further, attention is given to various approaches in Childhood Studies, the relevance of gender and to debates on the Rights of the Child. In the second thematic section the central focus will be on the relationship between family, work, schooling and other influences on the daily lives of children. Here the conceptual framework developed in the first section is applied to policy and practice in the fields of working children, education and displaced children. In the third thematic section the focus is on the idea that children are not only victims but also active agents in participatory social change. During this last part, the themes of life projects of urban youth, Children and Armed Conflict, Intervention, and participation of children are covered. Docenten: Azza Abedelmoneium en dr. J. Olthoff (j.olthoff@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11255.html Periode: semester 2 block 1 and 2 125 ORIËNTATIEMODULE: TAAL & CULTUUR BA, 10 EC Aims of the course: The course overviews how central issues in socio-cultural anthropology can be fruitfully approached through an analysis of language and interaction. It demonstrates that, since a lot of anthropological fieldwork takes place through the medium of language and interaction, anthropologists need to understand critically how society and culture are constructed through language. Contents: This course will explore various theoretical and methodological approaches to the study of language as a resource for social actors and communities. We will seek to understand how language emerges in the interactions between persons, and both reflects and creates socio-cultural worlds. We will ask questions such as: How do human beings use language in conjunction with other resources to build their social worlds in face-to-face interactions? How is language used to reinforce, challenge, or reconfigure relationships of power? How are language and identity intertwined in social interactions? What are the consequences of language for national policies and politics? Additional topics to be covered will include: speech communities and communities of practice; language and social inequality (including gender, class, and ethnicity); agency and resistance; language acquisition and socialization; and debates over multilingualism, multiculturalism, and nationalism. Readings for this course consist of ethnographies and scholarly articles that focus on a variety of social and cultural contexts. Docent: prof.dr. N. Besnier (coördinator) (N.Besnier@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/880.html Periode: semester 2 126 GENDER, CLASS AND LANGUAGE BA, 10 EC Aims of the course: The aim of this course is to deepen students' understanding of the dynamics of classgender relations through a critical reading of language-oriented ethnography. Upon successful completion of the course, students should be able to formulate original research questions addressing the core topics of the course. Contents: The main question addressed in this course is how gender and class are related and how gender and class identities are produced and reproduced through linguistic praxis. Research by social scientists and sociolinguists has convincingly shown that gender and class are intimately linked. Many of these studies, however, present categories of gender and class and the relations between them as relatively stable. To do justice to radical social, economic, and cultural changes in contemporary societies, this course wants to discuss research that complicates the more traditional, static, views on genderclass relations. It will do so by looking at how social actors destabilize hegemonic ideologies of class and gender and how these processes of destabilization are driven by forces of globalization, and the increasing mediatization and commodification of cultural objects associated with specific class and gender identities. Docent: dr. V.A. de Rooij (V.A.deRooij@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11161.html Periode: semester 1 127 ORIËNTATIEMODULE: LICHAAM EN CULTUUR BA, 10 EC Leerdoelen: Inzicht bieden in de wijze waarop de bestudering van het lichaam in de antropologie zich heeft ontwikkeld en een overzicht en nadere toelichting geven van de belangrijkste theoretische benaderingen binnen dit specialisme. Studenten de gelegenheid bieden onderzoeksvragen te formuleren en theoretische concepten toe te passen op empirisch materiaal rond ‘het lichaam’. Inhoud: In veel antropologisch onderzoek staat het lichaam centraal. Dit is niet verwonderlijk, omdat in de meeste samenlevingen machtsongelijkheid, sociale organisatie en symbolische ordening terug te voeren zijn op specifieke lichamelijke kenmerken, bijvoorbeeld op de kleur, sekse of leeftijd van het lichaam. Bovendien presenteren mensen zichzelf aan hun omgeving door middel van hun lichaam, zetten zij het lichaam in bij hun interactie met anderen en ervaren zij de wereld om hen heen via hun lichaam. In deze oriëntatiemodule zullen de verschillende theoretische benaderingen van het lichaam in de antropologie uitvoerig worden behandeld. De antropologische studie van het lichaam, die dateert van het begin van de twintigste eeuw, kent verschillende stromingen. Sommige onderzoekers bestuderen hoe mensen het lichaam als een symbool of metafoor voor de samenleving gebruiken. Anderen benadrukken vooral de instrumentele aspecten van het lichaam. Een stroming die zich de laatste jaren heeft ontwikkeld tot een zelfstandige studie is die van de medische sociologie en antropologie, waarin vooral het zieke lichaam wordt bestudeerd. Tenslotte wordt in de meest recente benaderingen van het lichaam gewerkt vanuit het begrip 'belichaming' – om de voortdurende alomtegenwoordigheid van het lichaam in alle vormen van cultuur te benadrukken, dus óók de politiek, de religie, de natie en al die andere zaken die je niet onmiddellijk met het lichaam associeert -- en wordt aandacht besteed aan het ervarende lichaam. Bijzonderheden: Ingangseis: Hoofdvakstudent antropologie (met propedeuse ca en disciplinemodule I en/of II), minorstudent antropologie (met inleiding ca). De oriëntatiemodule Lichaam en Cultuur is een goede voorbereiding op specialisaties medische antropologie en gender studies. Docenten: dr. R.P.M. Gerrets en dr. H.J. Hiddinga (coördinator) (H.J.Hiddinga@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/876.html Periode: semester 2 128 PLEASURE AND POLITICS: ANTHROPOLOGICAL APPROACHES TO SEXUALITY BA, 10 EC Aims of the course: Sex as ethnographic and theoretical concern in anthropology. Contents: Socio-cultural anthropology offers approaches, methods, and a theoretical apparatus that can shed light on the workings of human sexuality in ways that no other discipline can. This course focuses on the insights that can be gained on sexuality by viewing it through an anthropological lens, emphasizing the relationship of sexuality to its social, cultural, and historical contexts. In addition, the course examines how the study of sexuality can inform anthropological understandings of broader questions, such as the relationship between the individual and society, society and culture, structure and agency, and the global and the local. Docent: prof.dr. N. Besnier (coördinator) (N.Besnier@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11162.html Periode: semester 1 129 AIDS & ANTROPOLOGIE BA, 10 EC Leerdoelen: Het doel van deze module is studenten bekend te maken met de ziekte en de epidemie aids en wat deze betekenen voor verschillende groepen mensen. Studenten verkrijgen kennis van de politieke, economische en sociale oorzaken en effecten van aids, en van aids beleid, preventie en onderzoek. Met behulp van etnografische studies zullen de studenten inzicht krijgen in hoe mensen in verschillende culturen en bevolkingsgroepen betekenis geven aan en omgaan met HIV en aids. Aan het einde van de module kunnen studenten hun vergaarde kennis en inzichten toepassen in de kritische analyse en bespreking van literatuur en HIV and aids projecten en programma's. Inhoud: De ziekte aids heeft de twijfelachtige eer om een van de grootste pandemieën ooit te zijn met grote demografische, sociale, economische en politieke gevolgen. Aids wordt geassocieerd met immoreel seksueel gedrag, armoede, slechte gezondheidszorg, en stigma. Met aids staan we voor een paradox omdat zowel het individu als de structurele en politieke factoren verantwoordelijk worden gesteld voor de verspreiding van de ziekte. In het eerste deel van deze module zullen studenten kennismaken en inzicht verkrijgen in de ziekte aids, de sociale epidemiologie van aids, en welke politieke, economische en demografische effecten de epidemie heeft. In het tweede deel zal aandacht worden besteed aan preventie strategieën en de rol van onderzoek hierin. Aangezien meer dan 90% van de HIV infecties wordt veroorzaakt door seksuele transmissie, zullen we ons in dit deel ook richten op gender en de sociaal culturele aspecten van seksualiteit. Ook lokale ziekteverklaringen, stigma, behandelingen en aids medicijnen zullen in dit deel ter sprake komen. Internationale en nationale aids programma's worden besproken. In het derde deel gaan we in op wat aids betekent voor verschillende groepen mensen in verschillende samenlevingen, de kwetsbaarheid van sommige groepen en hoe mensen omgaan met de ziekte en de dreiging van HIV en aids. Daartoe zullen we ons verdiepen in enkele etnografische studies. Docent: dr. W. Koster (coördinator) (W.Koster@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7908.html Periode: semester 2 130 POWER AND PROTEST BA, 10 EC Aims of the course: Students acquire an understanding of power and resistance (in particular social movements and collective action); learn to recognize the role of protest in socioeconomic, cultural and political change; and acquire an ability to critically engage the literature and apply the insights to specific cases of collective action. The scope is worldwide. (Students who specialize in Asian studies may focus on literature on South and Southeast Asia). Contents: Collective action against perceived wrongs is one of the 'engines' of social (and cultural) change in communities and societies worldwide. This course discusses interpretations, concepts, and research methods that help gain insight into this phenomenon. Using case studies from different continents, we will deal with the following issues: (1) the 'who, why, and how' of participation in social movements and collective protest, and the effects for the people involved, their communities, and the wider society and culture; (2) the dynamics of contention, including processes of mobilisation and identity change; and (3) the interaction among local communities, social movements (national and regional), and other parties in a conflict, in particular the state, elites, and the media. We will explore, for instance, power relations and protest based on ethnicity, class, gender, and religious community. We will discuss the role of protest in socio-economic, cultural and political change, both rural and urban. Following an anthropological and multi-disciplinary perspective, the focus will range from grassroots communities to national and international arenas of power. (Students who specialize in Asian studies may focus on literature on South and Southeast Asia). Docent: mw. dr. R.A. Rutten (R.A.Rutten@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11163.html Periode: semester 1 131 MUSLIM CULTURAL POLITICS BA, 10 EC Aims of the course: To develop knowledge of and insight in the relations between culture, Islam, and politics in different contexts. To gain expertise in the use of anthropological perspectives to analyse debates in the field of Muslim cultural politics. Contents: ‘Muslim cultural politics’ includes a wide range of topics of contestation: dressing styles, visual imagery, family law, mosque design, Islamic hiphop, and so on. These issues are topics of debate between Muslims and non-Muslims as well as amongst Muslims of various persuasions. For some they point to a ‘clash of civilisations’, for others they enable connections and crossfertilization. In this course we will use insights from anthropology to better understand how particular issues become the focus of debate, the various positions protagonists take up, how they argue their case, and how certain positions become authoritative. How are patterns of authority reproduced, modified and/or transformed? What processes of inclusion and exclusion are at stake (e.g. ethnicity, location, gender, age, education)? We will trace the impact of the colonial past, of the increased importance of transnational relations and of processes of globalisation (the rapid circulation of people, goods, ideas, and images) on these debates. Contestations about the direction of cultural change / modernity are often framed in terms of ‘Westernization’ versus ‘cultural authenticity’, with gender as a crucial category. The impact of literacy, the development of the mass media, and of new media such as the Internet has a particular saliency. What are the implications of particular forms of mediation for the content / styles of Muslim cultural politics? What are the relations between ethics and aesthetics? What is the role of emotions, feelings and affect? And how do these debates relate to everyday life? Docent: prof.dr. A.C.A.E. Moors (coördinator) (A.C.A.E.Moors@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11168.html Periode: semester 1 132 THE MEANING OF HAVING CHILDREN IN CULTURAL PERSPECTIVES BA3, 10 EC Aims of the course: In this course we will discuss the following themes: the desire to have a child, infertility, new reproductive techniques, the development of children following the use of NRTs, genetic screening and diagnosis, sex selection, lesbian and gay parenthood, and the political and media debate around these issues. Contents: All human societies put a great value on having children. However there are many social and cultural differences as regards to the reasons for having children, the ideal number of children, the importance of sons and daughters, and also about childlessness whether voluntary or involuntary. Involuntary childlessness often leads to devastating personal and social-economic consequences for the concerned men, and especially the women. At present, we live at a time in which the New Reproductive Techniques, such as IVF, ICSI, full surrogacy, and cloning are rapidly developing. These new techniques open up unexpected prospects for would-be parents: Couples, who probably would have remained childless in earlier times. What are the social and individual consequences of the NRTs?. What does a birth following NRT’s mean for parents and children? How does this new way a forming a family influence parenting and child-outcomes? Also there are new developments in the associated field of genetic diagnosis and screening, for example Pre-implantation Genetic Diagnosis, Spermatozoa Analysis, Maternal Serum Screening, Foetal Cell Analysis, and the widespread introduction of high quality ultrasound examinations. It is important to consider all these developments, and their consequences, in the light of the social, cultural and religious constraints and possibilities. For instance there are vastly different opinions about the acceptability of donor-gametes, surrogacy, adoption, and screening for genetic diseases, and sex-linked or trait-linked selection of foetuses. Also there is a large difference between rich and poor resource countries concerning the availability of new technologies. Moreover the western biomedical model about procreation is not generally accepted in many parts of the world, and diverse indigenous models are adhered to. In this module we try to deal with the afore mentioned questions, on the basis of scientific research from various disciplines, such as paedogigics, psychology, cultural anthropology, sociology, ethics, women’s studies, and public health. Docent: dr. H.M.W. Bos (coördinator) (infopow@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/1263.html Periode: semester 2 block 1 and 2 133 OPVOEDING EN ONTWIKKELING IN SOCIALE CONTEXTEN BA, 10 EC Leerdoelen: Verdieping en verbreding van de inhoudelijke kennis en multidisciplinaire theoretische inzichten die de basis vormen van het praktijkveld opvoedingsondersteuning. Vaardigheid in het kritisch reflecteren op de bestaande kennis en theorieën. Vaardigheid om kennis en theorieën toe te passen, of te wel te operationaliseren Inhoud: Om te kunnen begrijpen hoe ieder kind zich verschillend ontwikkelt moeten de invloeden van aanleg, opvoeding en de bredere sociale context waarin de opvoeding plaatsvindt in onderlinge samenhang bestudeerd worden. Het bio-ecologische model van Bronfenbrenner vormt het kader. De module start vanuit de vraag wat ouders betekenen voor de ontwikkeling van hun kinderen. In het eerste deel wordt ingegaan op vergelijkend onderzoek tussen verschillende typen gezinnen: één-ouder gezinnen versus twee-ouder gezinnen; gezinnen met vaders versus gezinnen zonder vader; gezinnen met of zonder biologisch eigen kinderen. Uiteindelijk gaat het om het antwoord op de vraag welke vorm en inhoud van ouderschap is van belang voor de gezonde ontwikkeling van kinderen. In het tweede deel het theoretische perspectief voor de studie naar persoonlijke ontwikkeling, het bio-ecologisch model van Bronfenbrenner. Onderscheid wordt gemaakt tussen het micro-systeem, thuis, het meso-systeem, in de klas of het macrosyteem, tussen thuis, school en buurt. Dit bio-ecologische perspectief ziet het kind als een zich ontwikkelend organisme waarbij het genotype, de omgeving, en de interactie tussen genotype & omgeving, van invloed zijn op de ontwikkeling van het kind. In het derde deel wordt dit bio-ecologische perspectief vergeleken met enkele andere theoretische perspectieven omtrent ontwikkeling en opvoeding: de groepssocialisatie theorie van Harris en het genetisch behaviorisme. Tot slot de nieuwe opgaven van de pedagogiek aan de hand van het gezinspedagogische invalshoek van Parke. Ook komt het Nature-Nurture debat aan de orde, met de resultaten uit onderzoeksettings die beschreven zijn als natuurlijke experimenten: met name, het kinderdagverblijf, single-parent families, lesbisch/homo-ouderschap, gezinnen met nietbiologische kinderen, patchwork families. Docent: dr. H.M.W. Bos (coördinator) (infopow@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/1133.html Periode: semester 1 blok 2 en 3 134 BAWC SOCIALE ONGELIJKHEID IN NEDERLAND EN DE WERELD: THEORIE, EMPIRIE EN BELEID BA, 10 EC Leerdoelen: De studenten hebben na het volgen van dit vak inzicht in de hoofdthema’s en benaderingen binnen het denken over sociale ongelijkheid en rechtvaardigheid. De studenten kennen belangrijke politicologische en sociologische benaderingen voor de empirische beschrijving en verklaring van sociale ongelijkheid rond thema’s als onderwijs, gender, armoede en ruimtelijke segregatie. De studenten kunnen politiek-theoretische inzichten over hedendaagse vraagstukken over sociale ongelijkheid in Nederland, Europa en de wereld analyseren en toepassen. De studenten kunnen kunnen empirische gegevens over sociale ongelijkheid opzoeken, analyseren en verbinden met theoretische benaderingen. De studenten kunnen kritisch reflecteren over sociaal-wetenschappelijke discussies over het ontstaan en voortbestaan van sociale ongelijkheid, bijvoorbeeld in het kader van het structure-agency debat. De studenten kunnen kritisch reflecteren over normatieve posities en mogelijke beleidsinterventies bij problematische vormen van sociale ongelijkheid De studenten kunnen hun bevindingen presenteren in de vorm van een presentatie, essay en paper. De studenten kunnen in correct Nederlands, op academisch niveau en zelfstandig schrijfopdrachten en een eindpaper schrijven. Inhoud: Sociale ongelijkheid is een thema dat steeds aanwezig is in politieke debatten en zo nu en dan ook de politieke agenda beheerst. Zowel internationale organisaties, politieke partijen, organisaties uit het maatschappelijke middenveld als ook (nationale en internationale) belangengroepen en sociale bewegingen hebben doelstellingen of eisen over sociale ongelijkheid. Geen enkele groepering of organisatie zal zeggen voorstander te zijn van meer sociale ongelijkheid, maar als we nauwkeurig kijken naar hun eisen, blijkt dat deze groepen vaak andere conceptualiseringen van gelijkheid hebben. Het doel van dit werkcollege is om de studenten te leren stellingen en debatten over sociale ongelijkheid te analyseren. Aan de hand van een aantal sleutelteksten uit de politieke filosofie/theorie leren we wat het concept sociale ongelijkheid te analyseren, en bestuderen we verschillende invullingen van dat concept. We bestuderen vragen zoals: welke ongelijkheden zijn moreel relevant? Kunnen we ongelijkheden het beste bestuderen in termen van inkomen en vermogen, of het vervullen van basisbehoeften, of zijn er andere filosofische concepten die meer geschikt zijn? Moeten morele of politieke oordelen over sociale ongelijkheid rekening houden met eigen verantwoordelijkheid? Moeten we streven naar een rechtvaardige verdeling of naar het handhaven van een moreel minimum? Deze theoretische basis gebruiken we vervolgens om meer inzicht te krijgen in de 135 verschillende vormen die sociale ongelijkheid kan aannemen. Er wordt speciale aandacht besteed aan debatten over sociale ongelijkheid tussen verschillende groepen, bijvoorbeeld ongelijkheid op basis van klasse, gender, etniciteit enz. We bestuderen zowel sociale ongelijkheid op micro-niveau (bijvoorbeeld genderongelijkheid binnen gezinnen), in Nederland (bijvoorbeeld in het onderwijs) tot op wereldschaal (bijvoorbeeld ongelijkheid tussen landen). We exploreren verschillende bronnen van empirische materiaal en leren kritisch kijken naar conclusies die getrokken worden op basis van dergelijke statistieken en studies. Tot slot bekijken we wat (internationale) overheden kunnen doen om sociale ongelijkheden te bestrijden. Bijzonderheden: Dit werkcollege behandelt sociale ongelijkheid in Nederland, Europa en de wereld, waardoor het zowel relevant is voor studenten politieke theorie en gedrag en IB. In dit werkcollege ligt de nadruk op empirisch-geïnformeerde normatieve theorie, maar studenten kunnen voor het eindpaper kiezen voor een onderwerp dat meer empirisch of beleidsgericht van aard is. Docent: dr. M.J.M. Maussen (coordinator) (M.J.M.Maussen@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7482.html Periode: semester 1 blok 1 en 2 136 INLEIDING GENDER, SEKSUALITEIT EN POLITIEK BA, 10 EC Leerdoelen: • Studenten verwerven een inzicht in de belangrijke discussies binnen het terrein van gender, seksualiteit en politiek en met de politieke tradities waardoor deze worden geïnspireerd. • Studenten kennen belangrijke begrippen binnen genderstudies zoals constructies van mannelijkheid en vrouwelijkheid, het sekse – gender onderscheid, intersectionaliteit en genderperformance. • Studenten leren een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van emancipatie en de historisering van (discussies over) emancipatie. • Studenten kunnen kritisch reflecteren op de belangrijkste huidige politieke debatten rondom multiculturalisme, zorgtaakverdeling en de seksualisering van de maatschappij. • Studenten kunnen aan de hand van een gender gerelateerd thema een wetenschappelijk betoog schrijven, dat een bijdrage levert aan het interdisciplinaire genderonderzoek. • Studenten kunnen hun verworven kennis en hun eigen ervaringen verwerken in een presentatie en kunnen in een groepsdiscussie de nieuwe inzichten verwoorden beargumenteren. Inhoud: In deze cursus wordt ingegaan op belangrijke thema’s binnen genderstudies: de historische ontwikkeling van het feminisme, de constructies van mannelijkheid en vrouwelijkheid en de maatschappelijke vraagstukken die dit oproept, en het ter discussie stellen van vooronderstellingen die aan de verschillende posities van gender ten grondslag liggen. Met behulp van recente literatuur zal er aandacht worden besteed aan theorievorming over mannelijkheid, geweld, toekennen van speciale rechten aan minderheidsgroeperingen, representatie van gender en etniciteit en wetenschapsfilosofie. Deze onderwerpen zullen behandeld worden tegen een achtergrond van veranderende ideologieën en politieke tradities met als doel te onderzoeken hoe deze veranderingen hun weerslag hebben op het denken over gender, seksualiteit en politiek. De studenten zullen het programma afronden met het uitvoeren van een klein onderzoek naar een actueel vraagstuk binnen het veld van gender, seksualiteit en politiek. De cursus biedt een stevige basis voor het met goed gevolg deelnemen aan diverse modulen genderstudies binnen en buiten de faculteit. Docent: drs. M.L.G. Bobo Remijn (M.L.G.BoboRemijn@uva.nl) (coördinator) en dr. L.M. Mügge Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6982.html 137 Periode: semester 1 blok 1 en 2 semester 1 blok 1 en 2, voertaal Engels semester 2 blok 1 en 2 semester 2 blok 1 en 2, voertaal Engels 138 EXPERIENCING DIFFERENCES BA, 10 EC Aims of the course: To provide insight in the concept of cultural diversity in relation to the construction or social formation of identities and communities, and processes of exclusion and inclusion. Stimulate critical thinking about cultural diversity, focusing specifically on ethnic, gender and sexual issues. To enhance a deeper understanding of the perspectives and practices of actors from their different social interests and positions. The ability to discuss and experience differences on basis of gender, sexuality and ethnicity. Contents: This course consists of a series of lectures on ethnic minorities, women, gays & lesbians in a Dutch context. The lecturers will discuss the following issues: the construction or social formation of identities and communities; cultural and political mobilization; social relations between majorities and minorities; discrimination; production and denial of differences; strategies on integration, assimilation, opposition. The weekly meetings consist of a lecture that will focus on one of these topics plus a discussion of the literature of that week. The lecturers come from different locations and will discuss f.e. city politics of Amsterdam or the concept of cultural 'diversity' in a Dutch context. Students are requested to visit the spaces of the discussed groups and report on their experiences of difference in these places. Docent: dr. C. Scholl (C.Scholl@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/7947.html Periode: semester 2 block 1 and 2 139 BAWC THE SOCIAL MEANING OF GENDER DIFFERENCES BA, 10 EC Aims of the course: To gain insight into the workings of gender and to discuss the construction of sex, gender and sexuality: This introductory course is premised on the idea that all students, as upcoming professionals and academic scholars, can benefit from gaining insights into the workings of gender, sex and sexuality. Through different readings and active class participation the students will be challenged to discuss the workings and constructions of sex, gender and sexuality. Contents: Since the rebirth of feminism in the nineteen-seventies and eighties, academic theory and research programmes have increasingly focused on meanings of gender differences and the social and cultural representations of sex and gender. This field of inquiry is often known as gender studies and covers a wide range of academic disciplines. This course is an introduction to the field of gender studies and will explore how categories like sex, gender, sexuality and ethnicity intersect with social ideas about labour, (health) care, nation state, equal rights and science. Examples of some of the questions in this course are: what social constraints create binary distinctions between male and female? What factors contribute to today's understandings of sexuality? What do "gender identities" mean in a cross-cultural perspective? How are ideas about masculinities related to power? Topics to be addressed include: equality and difference; (post) colonial debates about gender and ethnicity, differences in sexual orientation and gender representations in popular media. In the last couple of weeks of the course students are required to conduct a study within the field of gender, sexuality and culture. Students are at that time expected to meet with the instructor on a regular basis to discuss more specific aspects of their individual research work. Questions of research design, procedure and structure will be addressed to improve your research skills. Docent: dr. L.M. Mügge (coördinator) (Inlichtingen: M.L.G.BoboRemijn@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11359.html Periode: semester 2 block 1 and 2 140 BAWC GESCHIEDENIS VAN HET POLITIEKE DENKEN OVER GENDER BA, 10 EC Leerdoelen: Studenten verwerven kennis van en inzicht in de westerse traditie van het denken over sekse/gender vanaf globaal het einde van de 18e eeuw tot heden. Studenten leren de historische verschijningsvormen van het feminisme te begrijpen vanuit hun verbondenheid met specifieke politiektheoretische debatten en kaders. Studenten kunnen kritisch reflecteren op de belangrijkste debatten binnen de geschiedenis van het feminisme. Studenten kunnen aan de hand van een gender gerelateerd thema een wetenschappelijk betoog schrijven, dat een bijdrage levert aan het politiek historische debat aangaande seksegelijkheid. Studenten kunnen hun verworven kennis en hun eigen ervaringen verwerken in een presentatie en kunnen in een groepsdiscussie de nieuwe inzichten verwoorden beargumenteren. Inhoud: Centraal staat de wijze waarop mannelijkheid en vrouwelijkheid binnen diverse politiekfilosofische stromingen, sinds het einde van de 18e eeuw, geconceptualiseerd zijn. De volgende onderwerpen worden behandeld: de Verlichting, Rousseau, de Franse Revolutie, het gedachtegoed van de utopisch socialisten, en verder de ontwikkeling van het religieuze en liberale feminisme van de periode 1850-1890, het marxisme, de eerste feministische golf, het radicaal feminisme van de jaren ’70 en het postmodernisme. Naast het behandelen van politieke ‘stromingen’, wordt ook aandacht besteed aan bijvoorbeeld vrouwenarbeid, kiesrecht, seksualiteit, anti-conceptie en de (post) koloniale vrouw. Dit programma bestaat uit 14 bijeenkomsten, zo mogelijk verdeeld over drie blokken. Docent: drs. M.L.G. Bobo Remijn (M.L.G.BoboRemijn@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6983.html Periode: semester 2 blok 1 en 2 141 BAWC GLOBAL CIVIL SOCIETY BA, 10 EC Aims of the course: Understanding of different concepts of civil society, ranging from Arabic and European Enlightenment concepts to interpretations by Gramsci, Putnam and Habermas; forming an understanding of the relation between civil society and the state; civil society and capitalism; civil society and violence. Ability to perceive and explain consequences of these theories for contemporary socio-political circumstances, also taking into account gender and post-colonial critiques, in the context of globalization. Knowledge and understanding of the functioning of global civil society as an arena of contestation in the context of global politics: the types of groups, movements and individuals that constitute global civil society, the issues and institutions they address, and the spaces they inhabit. Ability to relate these back to different normative theories about global civil society. Ability to communicate what has been learned by a) presenting the central thoughts of a specific text and relating it to other theories, b) presenting an illustrative case study based on independent research that goes beyond the required literature, and c) formulating well-argued answers informed by theory and examples in a take-home exam. Development of informed personal interpretation of the concept of civil society, and rejection or interpretation of the idea of a ‘global civil society’. Contents: The course consists of four parts of three weeks each: in the first three weeks we will discuss a wide range of historic and contemporary theories of civil society, relating it to the state, to capitalism and to violence, always considering the relevance of these interpretations to present-day global politics. In the next three weeks, the course will examine actors in global civil society such as social movements, international NGOs, and nationalist and religious militant networks. The third part of the course is devoted to spaces of global civil society, taking in traditional political spaces such as the street and the lobby as well as media spaces and spiritual spaces. The final part of the course looks at specific issues addressed by global civil society, including environmental and technology issues, security issues and economic and social justice issues. The final session will reflect on the viability of the idea of global civil society and its role in global governance. Docent: dr. M.E. Glasius (coördinator) (M.E.Glasius@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10762.html Periode: semester 1 block 1 and 2 142 BAWC INTERNATIONAL SECURITY BA, 10 EC Aims of the course: Accumulate in-depth knowledge of major issues and debates related to international security theory and policy. Enhance independence of thinking and ability to formulate arguments based on solid evidence. Draw lessons from existing theoretical and policy debates to develop and/or deepen awareness of responsible global citizenship Contents: The class is divided into three major sections. The first one explores traditional approaches to international security. We begin with the most influential scholarship, realism, and look at how “balance of power,” security dilemmas and alliance building enable states to cope with war in an anarchical world. We further move to explore realism-based strategies that proved efficient to maintain peace during the Cold War and its aftermath. Is it feasible to claim that deterrence can also be useful today, when Western policy makers face emerging nuclear powers such as Iran or North Korea? Our next topic is “collective security.” Is the autonomy of states vis-à-vis collective security organizations strong or weak at the beginning of the 21st century? We further look into liberalism, interdependence, neo-liberal institutionalism, and democratic peace theory to understand how linkages between states, economies, societies, institutions, and regimes facilitate or impede the possibilities to maintain a secure world. Constructivism gives us further insights into how norms of proper conduct evolve in the international security realm. Finally, we look into a number of more recent approaches – such as critical theory and feminism – which see that security and peace could be achieved through shifting of discourses of power and addressing gender inequalities. In the second section of this course students learn about current policy challenges to international security. How do governments and international organizations face the proliferation of nuclear, biological, chemical weapons, and small arms? Is the current wave of international terrorism much different from previous waves? We will see the film, “Paradise Now,” (2005). In this section we ask further questions: How does transnational crime facilitate insecurity? What is the link between immigration, diasporas and conflict in the homeland? How does the AIDS epidemic threaten human security? Why are energy and environmental scarcities becoming a growing source of contention between states? How do we see wars differently from a gender perspective? The final part examines how the large theoretical frameworks (discussed in Part I), and the particular policy challenges (discussed in Part II) relate to the existing security issues in different regions of the world. We look more closely at Asia, the Middle East, Africa, North and South America, Europe, the Balkans and the Former Soviet Union. Remarks: Verplichte voorkennis: Very good English language skills. 143 Docent: dr. M. Koinova (coördinator) (m.v.koinova@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10760.html Periode: semester 1 block 1 and 2 144 ALGEMENE EMOTIELEER BA, 5 EC Inhoud: Wat zijn emoties, waardoor worden ze veroorzaakt, en wat zijn hun belangrijkste kenmerken? Hoe kunnen we gender- en cultuurverschillen in de ervaring en expressie van emoties begrijpen? In deze cursus worden verschillende theorieën behandeld en naast elkaar gezet en worden de belangrijkste discussiepunten in het emotieonderzoek behandeld. Welke rol spelen “appraisals” bijvoorbeeld, en hoe belangrijk zijn fysiologische veranderingen voor de ervaring van een emotie? Kan elke emotie gekarakteriseerd worden door een specifiek patroon van appraisals en/of fysiologische kenmerken, en in hoeverre zijn emoties een functie van ons bewustzijn? Bijzonderheden: Onderwijsvorm: Hoorcolleges en verplichte werkgroepbijeenkomsten. Docenten: dr. M Rotteveel en dr. MLW Vliek (spsecretariaat@fmg.uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8925.html Periode: semester 1 blok 2 145 SEKSUOLOGIE BA, 6 EC Leerdoelen: Kennis van de somatische, psychologische, relationele, maatschappelijke en culturele aspecten van seksueel functioneren en disfunctioneren; Kennis over de invloed van ziekte, medisch en psychologisch handelen op seksueel functioneren; Inzicht in eigen normen, waarden en attitudes en het effect daarvan op beroepsgedrag; Kennis en elementaire vaardigheden op het gebied van de epidemiologie van seksuele stoornissen/problemen en de seksuologische hulpverlening. Inhoud: Zou het keuzevak Seksuologie niet verplicht moeten zijn voor iedere psycholoog? Seks heeft namelijk voor veel mensen een hoge prioriteit en is vaak van grote invloed op de kwaliteit van leven. Seksuologie wordt gedefinieerd als de wetenschappelijke interdisciplinaire studie van seksualiteit (seksualiteit is alles wat het geslachtsverkeer betreft). Seks is een emotie waarin denken, voelen en handelen verweven zijn en wordt beschouwd vanuit een biopsychosociaal perspectief. In deze interdisciplinaire cursus wordt een overzicht geboden van de seksuologie. De nadruk zal liggen op somatische en psychologische aspecten van seksuele problemen. Het interdisciplinaire karakter van de seksuologie wordt tot uitdrukking gebracht door een maximale integratie van medische en psychologische kennis. Hierdoor kan wederzijds begrip bevorderd worden; er kan inzicht en begrip ontstaan voor mogelijkheden en grenzen van de afzonderlijke disciplines. Ten aanzien van de hulpverlening kan een optimaal model van diagnostiek, behandeling en preventie worden aangeboden. Bijzonderheden: Onderwijsvorm: Hoorcolleges (13 x 2 uur). Er zijn zeven verplichte gastcolleges, waarschijnlijk: 1 Seksuele anatomie en fysiologie; 2 Seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren; 3 Vrouwelijke disfuncties; 4 Mannelijke disfuncties; 5 Transseksualiteit; 6 fMRI van de seksuele respons; 7 Daders van seksueel geweld. De overige zes colleges zijn niet verplicht. Hiervan gaan er vier over het boek. In één college wordt de stof actief toegepast middels een debat, film plus discussie of anders. In het laatste college worden vragen met betrekking tot het tentamen beantwoord. Docent: dr. M Spiering (mspiering@fmg.uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/285.html Periode: semester 2 blok 1 146 VERDIEPINGSMODULE SPECIALISATIE: SOCIAL THEORIES OF SEXUALITY BA, 10 EC Aims of the course: The course aims to teach the students to understand and discuss the various sexualities in their abstract meanings, concrete realities and social contexts. Contents: The course aims at an understanding of modern Western sexuality as the historical outcome of co-current, changing and competing discourses. The classic texts of Plato, Marquis de Sade, Sigmund Freud and Michel Foucault are the centre-pieces of this course and will serve as basic texts for this class. In close readings and discussions these studies will be understood as central texts that have defined secular Western sexuality. In the lectures, the writers and their theories will be placed in their historical context and attention will be given to various related topics such as gender, ethnicity, politics, art and variations of gender and sexuality. Docent: drs. M. van Heesch (M.A.vanHeesch@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6901.html Periode: semester 2 block 1 and 2 147 VERDIEPINGSMODULE SPECIALISATIE: SOCIAL STRATIFICATION, WORK CAREERS AND GENDER BA, 10 EC Contents: Differential access to paid work in general and to high-ranking jobs and occupations in particular is a key feature of social stratification in contemporary societies. The seminar will examine how social and economic inequalities are embedded in the structure and organization of labor markets and welfare states, and how they evolve in the life courses of men and women. The course is intended to confront students with the current theoretical, empirical, and methodological issues in this field, based on theoretical and empirical literature. A focus will be on gender stratification from the longitudinal perspective of skill formation, job sequences, employment interruptions, and work careers. Bijzonderheden: Ingangseis: bachelor- en minorstudenten: propedeusebul en Basismodule Arbeid, Organisatie & Beleid of Basismodule Burgerschap, Zorg & Beleid (voorheen: Verzorging & Beleid), premasterstudenten: geen Docent: D. Grunow, PhD (coördinator) (d.grunow@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9554.html Periode: semester 2 block 1 and 2 148 INTRODUCTION TO SHARIA: ISLAMIC LAW AND MORALITY BA, 10 EC Aims of the course: The main aim of the course is to familiarize the student with approaches to analyzing the highly controversial and continually evolving Islamic concept of sharia or – in the lecturers personal translation of the untranslatable notion – ‘Islamic Law and morality’. Consequently, the student will acquire and/or develop: A basic knowledge of the topics that are traditionally covered in the writings of Islamic (primarily Sunni) legal specialists and of the extent to which the classical jurists have reached a consensus on major themes in Islamic societies; A basic understanding and knowledge of the ways in which Islamic morality as an ideal has been formed and reformed throughout time and how individual or groups of Muslims have reacted to changing attitudes and interpretations of sacred or canonical texts; Skills to critically analyze the current popular debate on the relation between the ‘literal’ text of the Quran, ‘Islamic rulings’ and the behaviour and convictions of Muslim individuals and communities; Abilities to assess the relations between Islamic sacred or canonical texts and the discourses of contemporary Islamist preachers and emancipating Muslims in Western societies; Communicative skills in coherently and persuasively presenting core arguments relevant to the study of the relationship between Islamic Law and the actual convictions and behaviour of Muslims both orally and in writing. Contents: After the demise of Sovjet-communism during the early 1990s as the archetypical ideological adversary of western liberalism, Islam appears to have retaken its earlier position as main antithesis of ‘the western way of life’ in popular imagination. The ageold image of Islam as a threat to western values has considerably gained in credibility by the anti-Western discourse, violent actions and repressive policies of so-called Islamist groups and governments. As a result, a highly emotional public discourse has emerged in both East and West on the concept of sharia, the traditional Islamic system of moral values, rules and social regulations, commonly translated into English as ‘Islamic Law’. Even the large majority of Western citizens who claim to have no objections at all to the Islamic religion as such, or to Muslims as a religious minority in their midst, show considerable sensitivity – nor to say an inherent aversion – to what they perceive as ‘sharia’. Within the contemporary public discourses on Islam, the notion of sharia appears to serve as the common denominator of all those Islamic values that are believed to be incompatible with ‘basic western principles’ such as gender equality, freedom of religion and democracy. Popularly equated with the stoning of adulterous women, the hanging of homosexuals and the cutting of the hands of thieves, it should come as no surprise that the former Dutch socialist Minister of Integration quite recently warned the Dutch Muslim community not even to consider the possibility of 149 introducing any aspect of sharia in the Dutch legal system. The aim of this introductory course on Islamic Law & Morality is to gain a more accurate and balanced understanding of the controversial concept of sharia and its contemporary implications. This will be achieved by dissecting and analysing it against the diverse and continually evolving cultural and political backgrounds which have molded the subject since its inception during the early, formative stages of Islam. Our approach will not be theological. Instead, analytical tools from the sciences of law, history, sociology, anthropology and political science will be brought to bear on the subject of sharia. The student will learn about the origins of Islamic morality, the original function of sharia as a (pre-modern) law system, its systemic and substantial development until modern times and the causes of its present conflict with the modern secular system of law and government. The question will be posed in what ways and what forms Islamic Law and morality continue to inspire and guide modern Muslims. We will look at how contemporary believers attempt to solve, or ignore, the apparent contradictions between the traditional Islamic system of law and morality and the ideological and legal system of the modern nation state. Throughout the course the importance of critical and detached analysis will be stressed, as opposed to superficial moral condemnations or – on the other side of the moral spectrum – an intrinsically lopsided, politically motivated search for ‘a common moral ground’ within the Islamic tradition. Both moral and the ideological approaches are believed to severely hinder a proper understanding of the notoriously intricate, but nonetheless highly intriguing, subject of Islamic Law & Morality. Docent: drs. M. Blessing (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10533.html Periode: semester 2, voertaal English semester 1, voertaal English 150 YOUTH CULTURES IN A TRANSNATIONAL CONTEXT BA, 10 EC Aims of the course: The aim of this course is to provide students with an overview of the main social debates and issues surrounding youth, and particularly youth subcultures, in a transnational context. We will examine both youth cultures themselves, as well as how “youth” are constructed as objects of desire and social anxiety by society, social institutions, and the state. The course departs from the premise that far from being marginal or separate from social investigation, youth constitute an important site of cultural production, social conflict, and popular expression. This course is designed for students who have completed some general coursework in the social sciences and humanities, and is directed as upper-level undergraduate students. No previous knowledge or study of youth cultures is required. It will be taught exclusively in English and students will be able to improve their proficiency in reading and writing in academic English. Contents: Globally, youth are understood as a social category in highly paradoxical terms—as both the embodiment of a society’s positive potential and hopes and as the most authentic site where one may see a modern society’s moral, physical, and even intellectual degradation. On the one hand, youth cultures are commonly perceived as the site of new cultural innovations, such as novel uses of technology and creative forms of self-expression and artistic production. Examples include the emergence of cell-phone based novels written by young girls and women in Japan that become national bestsellers, or hybrid forms of hip-hop music and dance among teenagers in Berlin, that become means of expressing gendered, sexual, and ethnic identities as well as new aesthetic forms in and of themselves. On the other hand, youth are consistently cast as volatile and problematic. Youth cultural forms that gain broader popularity often emerge from the lower-middle and working class segments of a society, confounding the state’s and cultural gatekeepers’ notions of good taste and “proper” forms of cultural and intellectual expression. In this course we will examine examples of such youth culture from around the world— from Japan and China to Africa, Western Europe, and North America. We will consider what happens, and what is at stake, when youth interests and the popularity of particular forms of their expression collide with those of others—be it the state, schools, or tastemakers. Furthermore, this course will explore how youth cultures borrow from each other, and the extent to which these linkages are facilitated by media technologies, the internet, and travel. The transnational mobility and ubiquity of hip-hop is a primary example of this. Docent: O.K. Sooudi PhD (coördinator) (onderwijsbaliebushuis@uva.nl) 151 Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11259.html Periode: semester 2 block 1 and 2 152 BEELDVORMING IN ENTERTAINMENT / REPRESENTATION AND ENTERTAINMENT BA, 5 EC Leerdoelen / Aims of the course: Kennis verkrijgen van de wijze waarop verschillende media sociaalmaatschappelijke thema’s en groepen binnen de maatschappij representeren. Begrip krijgen van theorieën op dit gebied en de historische achtergrond van deze theorieën. Tevens inzicht krijgen in en ervaring opdoen met het analyseren van mediaboodschappen. Students will obtain knowledge of the various ways in which social themes and distinct groups within society are represented in the media. Insight will be developed into theories and historical backgrounds to modern representations. In addition, students will become familiar with methods of analysis of media messages. Inhoud / Contents: Tijdens deze cursus staat het analyseren van verschillende mediaboodschappen centraal. De nadruk zal liggen op de studie van de culturele en maatschappelijke aspecten van onze cultuur zoals die in de media worden gerepresenteerd. Tijdens colleges en werkgroepvormen wordt bekeken hoe het menselijk lichaam en menselijke identiteiten in beeld komen, in welke context dat gebeurt en welke vooronderstellingen daaraan ten grondslag liggen over zaken als etniciteit, smaak, mannelijkheid en vrouwelijkheid. Ook wordt er aandacht besteed aan verschillende sociologische en maatschappelijke theorieën die in verband zullen worden gebracht met de media. Een historische achtergrond biedt de student verdere inzichten in ons huidige denken en de manier waarop de media hierop inspeelt. This course will look at socio-cultural aspects of our modern-day lives, and how these are represented in the media as well as how these representations have come into being. The practical analysis of media messages will be central to the course. Through a combination of lectures and seminars, the course will introduce students to various representations of human bodies, identities and their implications for our understanding of the world in relation to issues such as gender, ethnicity and ‘taste’. Relevant sociocultural theories will be studied and discussed, and historical contexts will bring deeper understanding to our current thinking and the way the media bears this out. Docent: dr. R. van Bronswijk (onderwijsbalie-cw-fmg@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11152.html Periode: semester 1 blok 1 (Nederlands) semester 2 block 2 (English) 153 MEDIA INFLUENCE ON YOUTH (EN) BA, 5 EC Aims of the course: Door kennis en begrip van wetenschappelijke theorieën en empirische bevindingen met betrekking tot media-effecten moeten studenten de invloed van media op jongeren kritisch kunnen evalueren. Contents: We live in a society that is dependent on mediated information and communication for many daily activities such as work, education, personal relationships, and entertainment. The influence of media on society is so extensive that it is relevant to understand how it really works. Generally speaking, the media influences our emotions, attitudes, perceptions and behavior related to a variety of subjects such as sex, violence, politics and religion. Because children and adolescents are generally more impressionable and easier to influence than adults, knowing the effects of various media on young people is particularly important. In this seminar, we will focus on four types of media that are relevant to young people: television, Internet, video games, and magazines. We will examine how these four types of media influence youth in areas such as: violence and aggression; sex, gender roles, and relationships; health and nutrition; and friendship formation. The positive, negative, long-and short-term effects, both at the individual level (micro) and societal level (macro), will be discussed. In order to do this, we will study important literature, theories, and research methods in the field of communication and media effects. Docent: drs. S. Joshi (onderwijsbalie-cw-fmg@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11137.html Periode: semester 1 block 1, voertaal English 154 INTRODUCTION TO SEXUAL STUDIES BA, 10 EC The aim of this course is to provide students with the following insights and skills: The acquisition of basic insights into the relations of society, history and sexuality; The ability to evaluate historical and contemporary sources materials, or "truth claims", about sexuality; An overview of social theories about sexuality and the capacity to situate current debates about sexuality; An understanding of the various perspectives on sexual politics and the ways in which power, truth and health affect different social groups. Contents: The course offers an overview of European sexual history and of sexual sciences including moral theology, biology, history, sociology, gender studies and cultural analysis; and perspectives on hetero- and homosexuality, auto-eroticism and so-called paraphilia's such as sadomasochism, pedophilia and transsexuality. The focus of the course will be on the histories of European sexual cultures and sciences. Remarks: This introductory course is open for students with backgrounds in social sciences, cultural studies or history. No background in gender and sexuality studies is required. This course is especially recommended to those who wish to take additional more advanced courses in gender and sexuality studies. Docent: dr. G. Hekma (dr. G. Hekma lecturer first semester, dr. M.van Heesch lecturer second semester) (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/788.html Periode: semester 1 155 LOVE NARRATIVES AND THE ETHICAL IMPLICATION OF SEX, GENDER AND SEXUALITY BA, 10 EC The aim of the course is to provide students with the following insights and skills: To analyze and deconstruct the cultural scripts that shape and form idiosyncratic experiences on romantic love. Insight in how intersections of gender, sex, sexuality, race, ethnicity, religion, age, class etc., enable and restrict ways in which we can give our experiences with romantic love a cultural narrative. Think critically on how love stories although discursive, and sometimes subversive, mostly affirm dominant discourses on how and whom we should desire. Contents: Through its focus on lived experience and contemporary critical theory on the ethics of sex, gender and sexuality, this course would like to offer its students a possibility to think critically on how romantic love stories although discursive, and sometimes subversive, mostly affirm dominant discourses on how and whom we should desire. The stories we tell each other in literature, in film, music lyrics, newspaper articles, jokes, the law, medical and scientific narratives show us how romantic love is negotiated through ideologies (or cultural scripts) on sex, gender and sexuality. Cultural scripts are dominant narratives that circulate, are being told and retold that give some blueprint on how romantic love should be experienced. By shaping possible ways in which love can be experienced, the impossible is being defined. In this course we will look closely at romantic love narratives historically, cross-culturally and from all possible genres in scholarship, medicine, sociology, anthropology, philosophy about literature, film, theatre, poetry, art and music lyrics. Our task will be to evaluate how critical theories deconstruct dominant and or subversive structures of how to love. To reach more understanding, we will look at the structuring elements of love narratives in terms of the suggested theories, as well as create our own. We shall analyze the ideologies of how romantic love is narrated along or against the lines of dominant assumptions on sex, gender and sexuality as well as intersections with ethnicity, “race”, religion, age, class, health and citizenship. Docent: drs. M. van Heesch (international-fgw@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9196.html Periode: semester 1 156 REPRESENTING IDENTITY IN FILM AND LITERATURE BA, 10 EC Aims of the course: This course provides students with the opportunity to gain a solid understanding of identity studies, and more broadly of cultural studies. By the end of the course, the successful student will have attained a critical awareness of the ways in which racial, gender, class and national identities have historically been, and continue to be, shaped by popular stories. Further, s/he will be able to apply this knowledge to the analysis of narrative and filmic texts by means of critical thinking, speaking and writing. Contents: Who are we? Where does our sense of self exactly come from? This course takes as its premise that identity is in large part shaped by the stories we tell about ourselves as well as the stories others tell about us. We focus on stories told in the form of popular narrative and film, that is to say, those stories with the greatest influence on the most people. The course takes as a case study the representation of Latin American identity through written and filmic narrative out of Europe and the Americas from the 19th, 20th and 21st centuries, and thus also treats the shift from modernism to postmodernism with regard to identity. For the purposes of this course, we concentrate on four identity categories: race, class, gender and nation, and we operate under the foundational assumption that identities are unstable and fluid, rather than fixed and essential. Identity is constantly being contested, and therein is constructed and reconstructed in the course of social interchange. For roughly the first third of the course, we study the theoretical underpinnings of the aforementioned identity categories, and we then spend the rest of our time together applying them to the most widely read narratives and most widely viewed films. Docent: C. Buckley (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9721.html Periode: semester 1 157 GENDER, MIGRATION AND DEVELOPMENT Preparatory Programme International Development Studies, 10 EC At the end of the course students will be able to: assess how gender relates to migration and development processes analyse different patterns of female and male migration critically discuss specific topics, cases and debates critically discuss specific sources (data, statistics, methodologies) design a research project on migration Contents: Between 1960 and 2008 the number of international migrants in the world doubled and the percentage of women involved in transnational flows increased dramatically. In the “age of migration”, many authors identify a specific trend towards the “feminisation of international migrations”. This epochal change is due to a series of crucial shifts that have taken place at the turn of the century: stabilisation of the number of post-II World War migrants and family reunification; in the so-called “developed” countries, increasing participation of women in the formal labour market and increasing demand for domestic labour and care labour; in the “developing areas”, increasing participation of women in industrial labour and increasing mobility of women previously confined to rural areas and/or patriarchal roles. These changes have not only led to a dramatic rise in female migration but also reveal important modifications and specificities of female immigration patterns and roles in the receiving countries. The main purpose of this course is to deepen the understanding of key processes associated with gender, migration and development, and to develop critical perspetives in order to assess them, using gender as an analytical lens. Docent: Dr. S. Farris (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10678.html Periode: semester 1 158 CAPITA SELECTA SOCIAL THEORY MA, 10 EC Aims of the course: To confront students from diverse academic backgrounds with some of the key-issues of the social sciences in order to acquaint them with recent debates and develop their critical thinking on these issues. During the course students will be encouraged to relate the theoretical debates to their specific fields of interest. Learning objectives: 1. Knowledge of recent debates on key-issues in the social sciences. 2. The ability to set forth their own views on each of these core topics. 3. The ability to relate their theoretical knowledge to empirical problems. 4. The ability to evaluate contributions from specific disciplines to the social sciences. Contents: This course will present an overview of key issues and debates in contemporary social science (esp. sociology and anthropology). Students will read a wide range of original texts by a variety of social theorists, organized around the themes of modernity, inequality, citizenship and globalization. Remarks: This course is only open to students in the MA programme's in Gender, Sexuality and Society; Migration and Ethnic Studies; Social Theory and Public affairs, and the Research MA Social Sciences. It is NOT open as a free elective to other students. The exact contents of the course will be available as soon as possible. The information available now, is preliminary. Docenten: drs. C. Broër en mw. dr. O. Sezneva (o.sezneva@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10891.html Periode: semester 1 block 1 and 2 159 SEXUALITY, ETHNICITY AND CLASS IN COMPARATIVE PERSPECTIVE MA, 10 EC Aims of the course: The purpose of this class is to train students to reflect critically on the social, historical, and political embeddedness of sexual practices, meanings, relationships, and imaginaries. It focuses mainly on how “sexuality” articulates with hierarchies of race, ethnicity, class, gender, and cultural distinction, but also on how it has been informed by such massive historical processes as the transformations of capitalism and economic inequality, nationalism and nation-building, imperial power and colonialism, international migration and the racialization of postcolonial immigrants, the emergence of increasingly multiethnic and multicultural societies, the advent of feminism and gay liberation, the relative progress in gender equality, the diversification of sexual subcultures. Participants will not only learn the latest theoretical developments in the fields of sexuality, ethnicity, and intersectionality, more crucially they will become genuinely knowledgeable about the social construction of sexuality across historical periods, world cultures and societies, ethnic and class lines. In a research-oriented, multidisciplinary environment, they will be trained to produce rigorous, historically informed empirical-theoretical pieces of quality scholarship. Contents: Sexuality, gender, ethnicity, and class together represent crucial nexuses where our bodies intersect with social organization and subcultural diversity: they all relate to power and inequality, but also desire and identity. Their intersection in concrete daily practices accounts for a large part of contemporary social life. The first weeks of the course will be devoted to uncovering the analogies between these sites of production of social difference, inequality, and pleasure. We will relate sexual stigma with racial stigma, norms of sexual behavior with norms of class behavior, sexual distinction with cultural distinction, ethnic and civic hierarchies with hierarchies of sexual orientations, sexual capital with ethnic and cultural capital, etc. Sexism, racism, and homophobia will be analyzed each as a distinct form of domination and rejection but their comparable features will also be emphasized and made theoretically beneficial. Then we will switch to presenting the formidable variation in sexual practices and categories obtaining across space and time. We will not only insist on sexual diversity, but also show that diversity is itself diversely organized in different societies, ethnic groups, and social classes, depending on how the contents and boundaries of masculinity and femininity, sameness and otherness, honor and shame, pleasure and danger, matrimony and reproduction, are defined within them. We will insist on the concept of intersectionality to account for how these various dimensions of social and political life are combined with each other. We will go beyond the mere exploration of diverse sexual “cultures” by showing how sexual experience is itself embedded within other types of symbolic, social, economic, and ethno-racial relations. Themes of investigation will include: sexual orientalism, non-Western and non-middle-class sexual cultures; the ethnic performance of sexuality and the sexual performance of ethnicity; sexual migration and the sexuality 160 of migrants; globalization, prostitution, sexual tourism and sexual trafficking; rape at the crossroads of gender, race and warfare tactics; homophobia across class and ethnic lines; class and ethnic diversity in the transgender experience. Docent: dr. S.M.G Chauvin (coördinator) (S.M.G.Chauvin@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11154.html Periode: semester 2 block 1 and 2 161 SOCIAL AND CULTURAL STUDIES OF SEXUALITY MA, 10 EC The aim of the course is to provide students with the following insights and skills: The acquisition of basic insights into the interfaces of culture and sexuality with regard to sexual behaviour, The ability to evaluate historical and contemporary sources materials, or ‘truth claims’ about sexuality, An overview of social theories about sexuality and the capacity to relate these to public debates about sexuality, An understanding of the ways in which metaphors of power, truth and health are projected onto different social groups, Insights in the connections between private lives, local cultures and global developments with regard to sexual practices, The ability to do research and to write on sexual lives and cultures. Contents: This interdisciplinary course offers an introduction to sexuality and gender studies from a social science perspective. The various disciplines of the social sciences will be discussed, partly based on important studies from history, sociology, anthropology and political sciences. We will first read old and/or theoretical texts on sexuality and gender. In the second half of the course we will engage in contemporary debates about gender and sexuality and gender. We will position the course in relation to the scholarly turn that has occurred in the late 1970s with the theoretical standpoint that is generally known as ‘the social construction of sexuality’. Whereas previously sexuality used to be studied mainly within the biomedical paradigm of health and disease, the social sciences surveyed sexual behaviour or studied “marginal” social groups (sex workers, homosexuals) or non-western societies’ sexual cultures. The social construction of sexuality, instead, provides a methodology and theory to analyze the dynamics between culture and sexual behaviour in order to understand people’s self-perceptions and selfrealization and the role of gender and sexuality herein. Besides critically engaging with the dominant theorists on sexuality and gender, we will address particular themes such as age, class, ethnicity, religion, pleasure and desire, mainly from a cross-cultural perspective. Docenten: drs. M. van Heesch en dr. G. Hekma (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/6922.html Periode: semester 1 162 CLASHING VIEWS ON YOUTH AND THE MEDIA MA, 12 EC Aims of the course: Upon completion of this course, students will have Intellectual leadership: You will be able to identify the most pressing issues in debates about youth and the media. As a result, you will be able to participate competently in the current debates about the influences of the media on youth Theoretical competence: You will have a thorough understanding of the most up-to-date international research on the issue, along with an encompassing notion of the most essential communication-scientific concepts and theories Critical awareness: You will be able to identify the shortcomings and biases of existing research and to evaluate current developments in the media critically Methodological knowledge: You will know which method to apply for which question and under which circumstances. As a result, you will be able to investigate questions about youth and media competently and with up-to-date methods Practical skills: You will be able to competently inform both teenagers, parents, and the wider public Contents: The reputation of today’s teenagers could not be more contradictory. For some observers, a “Generation Me” or a “Generation Porn” has emerged that is narcissistically obsessed with itself and lacks fundamental values. Others, in contrast, have called current teenagers the “Generation Einstein,” referring to young people that deal with unprecedented global problems in flexible and innovative ways. In these heated debates, the role of the media has become a particularly contentious issue. On the one hand, the media are held responsible for many problems that many teenagers face. On the other hand, the media are seen as merely reflecting deeply rooted largescale issues that make any concern about “adverse media effects” seem utterly out of place. This seminar provides you with a thorough, academically based approach to the current controversy about youth and the media. Do video clips lead to hostile attitudes towards women among teenagers? Do fashion magazines cause eating disorders? Does advertising turn young people into materialistic consumers? Is internet pornography harmful for adolescents’ sexual development? Do social network sites stimulate empty relationships rather instead of rewarding friendships? You will learn to answer these and other questions with the most up-to-date mediapsychological theories and empirical studies. Not only will you be able to assess the influence of media on adolescents; you will also know how this precisely works. Further, you will become familiar with the most important methods with which to investigate the issues presented in this seminar. You will gain insights into the advantages and disadvantages of each method and get a clear notion of when and how to apply it. Finally, you will learn how to make academic findings accessible for a broader audience 163 by developing campaigns targeted at teenagers and parents. Docenten: dr. A.M. de Graaf en dr. J. Peter (communicatie-fmg@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11114.html Periode: semester 1 block 1 and 2, (English) semester 1 block 1 and 2 (Dutch) semester 2 block 1 and 2, (English) semester 2 block 1 and 2 (Dutch) 164 MAWC THE POLITICS OF HUMAN RIGHTS & CONFLICT RESOLUTION MA, 10 EC Aims of the course: This course seeks to provide an understanding of the complex relationship between the politics of protecting human rights and making peace in armed conflicts. It will cover different normative and social scientific theories of human rights and conflict resolution. It will also explore how these theories can be integrated in particular cases where local, national, and international efforts are being pursued to protect human rights and promote peace. At the end of this course students should have an understanding of the social scientific literature where these two areas intersect analytically and practically. This will include causes of civil war and violence, relativism versus universalism in human rights, humanitarian intervention, women’s rights in conflict situations, and ethnic conflict. Contents: This course explores how practical efforts by local and international actors to protect human rights can sometimes advance and at other times hinder practical efforts to resolve armed conflict. National and international actors seeking to improve conditions for civilians in internal conflicts work towards protecting human rights and resolving conflict. Practical efforts to protect human rights can be good for resolving conflict by advancing long term stability, identifying causes of conflict, identifying potential mechanisms for its resolution, protecting bridge builders in a divided society, providing a neutral standpoint for addressing contentious issues, and generating international support for a peace process. Practical efforts to protect human rights can sometimes be bad for resolving conflict because raising human rights violations with belligerents can distance them from a mediator, there is an asymmetry of violations between a state and an armed group, belligerents can see human rights as reducing their control over populations, human rights are perceived as inflexible, human rights are viewed as western, and those who have committed war crimes may seek to avoid punishment. When there is a tension between the two in a situation of conflict, human rights activists may give priority to protecting rights, while mediators may give priority to resolving conflicts. Nevertheless, tensions between resolving conflict and protecting human rights are not inevitable. They can be reduced, though not eliminated, through institutional design or political acumen. The emphasis in this course is on the more politically sensitive phases of mediation in peace processes, though some of the broader issues of post conflict stability are also addressed. Docent: dr. R. Manikkalingam (coördinator) (R.Manikkalingam@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9770.html 165 Periode: semester 1 block 1 and 2 166 MAWC GOVERNING DIVERSITY MA, 10 EC Aims of the course: Providing students with knowledge of the most significant theoretical debates on the link between politics and cultural diversity, as well as on the effects of these debates on public policy and political discourses. Integrating the inter-cultural dimension into public policy analysis. The course provides analytical tools and concepts for assessing and evaluating public policy through the prism of inter-culturality. You are expected to acquire and apply this knowledge to the analysis of public policy and the study of international relations. Reasoning abilities and discursive and analytical skills. The first part of this seminar aims to present different kinds of reasoning (for example, dogmatic thinking vs. critical thinking). You will be expected not only to become aware of the advantages and pitfalls of each one of these, but also to be able to apply them to your presentations and written papers. You are also expected to develop skills in effective argumentation, with particular emphasis on getting the attention of the audience. Inter-cultural skills. This course is not specifically about acquiring inter-cultural management skills even if the topic will be addressed. However, you will be expected to become aware of your own political stereotypes and prejudices and the way our own political culture affects your political views and choices. Contents: Within the context of increasing transnational exchanges and international mobility, the inter-cultural dimension of politics can no longer be neglected. During this seminar, attention will be drawn particularly to the European Union (EU), as the most developed political system trying to reconcile unity with diversity. As many other International organisations, the EU is to be considered an inter-cultural political system and as such, it has developed several methods to govern diversity. “Cultural diversity” will be considered is a very broad sense, including gender, social and economic diversity. This seminar will an expression of diversity itself, as it will combine different approaches. The issue of inter-culturality will indeed be addressed from the standpoint of several disciplines such as political philosophy, public administration and public policy, political sociology, and even political psychology. Firstly, this seminar will focus on theoretical debates put forward by political philosophers around notions such as cosmopolitanism and multi-culturalism. Such debates are relevant as long as they influence public policies and political discourses. The second part of this seminar will concentrate on governance under diversity pressures. The purpose is to explore how inter-culturality affects policy-making, the administration of justice and democracy and legitimacy in the EU. Inter-culturality has indeed many consequences on the functioning of EU institutions, particularly the European Commission and the European Court of Justice. 167 The third part of this seminar will be directed to European policies set up to foster interculturality, such as inter-cultural dialogue; Erasmus and other mobility programmes, and the implementation of European transnational projects. The analysis will focus not only on the added value of such inter-cultural practices, but also on their eventual effects on the emergence and development of a European identity, a European democracy and a European civil society and public space. Finally, the development of inter-cultural skills is not only beneficial for the international and transnational levels. Diversity is also gaining widespread currency within nation states. Inter-cultural analysis and the development of inter-cultural skills will also be applied to national debates and national public policy. While considering the national level, the discussion will tackle issues such as the effects of inter-culturality on democracy and the welfare state. Docent: dr. R. Sanchez Salgado (coördinator) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11157.html Periode: semester 1 block 1 and 2 168 MAWC KERNTHEMA'S VAN DE MODERNE POLITIEKE THEORIE MA, 10 EC Leerdoelen: Studenten kennen aspecten van de contemporaine politiektheoretische gedachtevorming rond de thema’s (1) diversiteit en rechtvaardigheid (2) Macht, governance en democratisch burgerschap. Studenten kunnen ideeën en normatieve argumentaties plaatsen in hun bredere historische, institutionele, beleids- en politieke context. Studenten kunnen normatieve overwegingen over rechtvaardigheid/gelijkheid, gezag en democratische legitimiteit verbinden met politicologische kennis over de werking van nationale, transnationale en internationale institutionele regelingen en machtsverhoudingen. Studenten hebben inzicht in de hedendaagse normatieve theorie en zij kunnen zichzelf positioneren in actuele discussies over (on)gelijkheid en rechtvaardigheid (binnen nationale samenlevingen en op wereldschaal (global justice)), gender, post-kolonialisme en multiculturalisme, democratische legitimerings- en verantwoordingsprocessen op wereldschaal (global civil society), politiek-filosofische ideeën over milieuproblematiek en verdelingsvraagstukken (groene politieke theorie), rechtvaardige oorlog, en actuele visies op democratie en burgerschap (deliberatieve, agonistische en associatieve democratiemodellen). Studenten kunnen primaire politiek theoretische teksten zelfstandig interpreteren en normatieve argumentaties analyseren en beoordelen. Studenten kunnen in correct Nederlands of Engels en op academisch niveau schrijven over politiek theoretische teksten en thema’s. Inhoud: Normatieve kwesties en normatieve theorieën zijn onvermijdelijk een onderdeel van sociale wetenschap. De moderne politieke theorie streeft ernaar enerzijds de ideale en principiële grondslagen van de maatschappelijke orde op nationale en internationale schaal te formuleren en anderzijds deze grondslagen te betrekken op gedragingen van groepen mensen in de echte wereld, actuele politieke vraagstukken en institutionele regelingen. De driehoek gedrag-institutie-ideaal kan worden getrokken in de theoretische studie van zowel nationale politieke stelsels als internationale betrekkingen. Deze module behandelt een breed scala aan auteurs en thema’s in de moderne politieke theorie van de twintigste eeuw. Daarbij komen twee hoofdthema’s aan bod: (1) Diversiteit en rechtvaardigheid. Bij dit thema kijken we naar actuele discussies over de rechtvaardige verdeling van rechten en hulpbronnen, te beginnen met Rawls’ A theory of Justice. Vervolgens komen discussie aan bod over gender (on)gelijkheid, culturele rechten, multiculturalisme en normatieve aspecten van milieuproblematiek. Tenslotte bekijken we hoe “universele” morele beginselen zich verhouden tot ethisch en cultureel pluralisme en nationale soevereiniteit. Aan bod komen daarbij 169 achtereenvolgens theorieën over “global justice” en andersglobalisering, ideeën over de normatieve rechtvaardiging van oorlogen en de actuele betekenis van mensenrechten en hun normatieve fundering. Het tweede thema is (2) Macht, governance en democratische burgerschap. In dit blok komen auteurs aan bod die proberen visies op democratisch burgerschap, verantwoording (accountability), invloed (voice and muscle) en civil society te ontwikkelen die aansluiten bij de veranderende politieke verhoudingen die kenmerkend zijn voor een globaliserende wereld. Rond dit thema wordt aandacht besteed aan de normatieve implicaties van dislocaties van politieke macht en de uitholling van traditionele democratische instituties. Aan bod komen ook de beperkingen van realistische theorieën over macht en gezag binnen de internationale betrekkingen, mogelijkheden en beperkingen van de governance van financiële markten, spanning tussen nationale zelfbeschikking en noodzaak tot internationale samenwerking, en ideeën over de vernieuwing van de democratie. Docent: dr. M.J.M. Maussen (coördinator) (De colleges worden verzorgd door verschillende gastdocenten.) (M.J.M.Maussen@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/2009_2010/nl/c/10402.html Periode: semester 1 blok 1 en 2 170 PSYCHOLOGIE VAN DE POLITIEK MA, 6 EC Het belangrijkste doel van deze cursus is het gedrag van kiezers en politici te begrijpen. Centraal staat daarbij te snappen hoe kiezers politici waarnemen, hoe deze waarneming samenhangt met stemgedrag, en hoe politici en campagnestrategen dit proberen te beïnvloeden. Deze processen worden belicht vanuit verschillende sociaal-psychologische hoeken. De belangrijkste is een cognitieve benadering waarbij we inzoomen op de verwerking van (politieke) informatie, de mentale representatie van partijen en personen in ons brein, en hoe dit vervolgens leidt tot beredeneerd of juist automatisch (stem-)gedrag. Oftewel, hoe komen kiezers tot hun politieke opvattingen, en in hoeverre voorspellen deze opvattingen eigenlijk het stemgedrag? Zijn kiezers rationele wezens, of spelen met name emoties een rol bij het bepalen van hun stem? Hoe belangrijk zijn schijnbaar ondergeschikte zaken als uiterlijk, sekse, charisma en welbespraaktheid? Interessant hierbij is vast te stellen in hoeverre politici en hun campagneteams in binnenen buitenland op de hoogte zijn van deze processen, en hoe ze deze proberen te beïnvloeden. Weten Nederlandse campagnestrategen wat ze doen, of kunnen ze nog wat opsteken van politieke communicatie (en manipulatie) in bijvoorbeeld de Verenigde Staten? Een gastdocent uit de politieke praktijk zal hierbij een aanvulling geven op wetenschappelijke inzichten. We kijken ook op een andere manier naar het gedrag van politici, bijvoorbeeld door na te gaan hoe een coalitie eigenlijk tot stand komt, en waarom kleine partijen daarin opvallend machtig zijn. En waarom nemen politici zo vaak beslissingen die voor toeschouwers onbegrijpelijk zijn (zoals de aanleg van de Betuwelijn)? Docent: Drs. A. Brandt (spsecretariaat@fmg.uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11409.html Periode: semester 1 blok 2 171 TOEGEPASTE SP1: VOORLICHTING, RECLAME EN BEÏNVLOEDING MA, 6 EC Reclame en voorlichting is overal om ons heen. Steeds worden er pogingen gedaan om ons te strikken voor bepaalde producten, of om ons ervan te overtuigen dat we toch echt gezonder moeten leven. Maar op welke manier wordt dat gedaan, op welke theorieën zijn deze beïnvloedingstechnieken gebaseerd, en wat is de evidentie dat de beïnvloeding ook daadwerkelijk werkt? Het doel van deze cursus is het leren toepassen van sociaal psychologische theorieën en processen op het gebied van voorlichting, reclame en beïnvloeding. Enerzijds wordt gekeken naar de psychologie van beïnvloeding en overtuiging. Welke tactieken en technieken zijn succesvol in het beïnvloeden van het denken en doen van mensen? Van welke psychologische principes maken deze technieken gebruik; waarom zijn ze succesvol? Verder probeert reclame onze behoeften en emoties te raken. Verschillende soorten reclames, voorlichting en producten zullen gebaat zijn bij verschillende manieren van overtuiging. Anderzijds staat in deze cursus het gedrag van consumenten centraal. Aan welke invloeden worden ze bloot gesteld en wat zijn de effecten van die invloeden? In hoeverre hangt de beïnvloeding af van individuele verschillen zoals bijvoorbeeld sekse of persoonlijkheidsverschillen? Bij het toepassen van deze bestaande kennis wordt gekeken naar strategieën achter de effectiviteit van de voorlichting of reclame. Op welke markt richt een product zich? Welke associaties zijn daarvoor gewenst? Wat was het doel? Op welke manier werd dit geoperationaliseerd? Waarom lijkt ons dit wel/niet effectief? In de cursus zal, waar mogelijk, gebruik worden gemaakt van bestaande reclamecampagnes als voorbeeld. Deze cursus is een voorbereiding op Voorlichting, Reclame en Beïnvloeding: Interventies, maar kan ook afzonderlijk worden gevolgd. Bijzonderheden: Ingangseis: Bachelor Sociale Psychologie. Docent: drs. R.A. Voskens (spsecretariaat@fmg.uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9750.html Periode: semester 2 blok 1 172 CULTUUR EN GEZONDHEID MA, 6 EC Kennis van theorie en praktijk van culturele verschillen in somatische en psychische gezondheid. Het gaat hierbij zowel om verschillen tussen samenlevingen als verschillen binnen één samenleving (autochtonen versus allochtonen, mannen versus vrouwen, armen versus rijken). Thema’s zijn voorts: universaliteits- versus relativistische/ cultuurspecifieke benadering, de rol van migratie, de rol van acculturatie, beleving versus presentatie van klachten, interculturele communicatie en gespreksvoering, valkuilen in de diagnostiek, het opbouwen van een vertrouwensrelatie, interculturele hulpverlening/vrouwen- en mannenhulpverlening, implicaties voor beleid en organisatie van de gezondheidszorg. Vaardigheid in schriftelijke presentatie. Er wordt tevens aandacht besteed aan de eigen houding ten opzichte van mensen met een andere culturele achtergrond. Bijzonderheden: Onderwijsvorm: Opdrachtgestuurd, intensief programma met acht plenaire bijeenkomsten. Gedurende de cursus zullen ook colleges gegeven worden door sprekers uit de praktijk van de interculturele hulpverlening. Tevens worden er verschillende video’s besproken. Al vroeg in de cursus wordt een tentamen afgenomen, opdat de studenten met een gelijke basiskennis de cursus vervolgen. Daarna volgt een periode waarin een paper geschreven moet worden. Studenten zullen in rollenspelen oefenen met gesprekstechnieken in interculturele communicatie aan de hand van het Culturele Interview. Docenten: K Hohnen en dr. AMM Kolk (A.M.M.Kolk@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10556.html Periode: semester 1 blok 2 173 ONDERWIJS EN DIVERSITEIT MA 6 EC Leerdoelen: Het verwerven van kennis van en inzicht in verschillen tussen leerlingen met betrekking tot leer- en ontwikkelingsprocessen en schoolloopbanen (met name verschillen die zijn gerelateerd aan sociale en culturele categorieën als sekse, etniciteit en sociaal-economische status). Het verwerven van kennis van en inzicht in de wijze waarop met dergelijke verschillen wordt en kan worden omgegaan, op het niveau van het onderwijsbeleid op landelijk, gemeentelijk en schoolniveau. Inhoud: In de pluriforme Nederlandse samenleving is een belangrijke vraag hoe op school kan worden omgegaan met diversiteit tussen leerlingen en hoe onderwijs een bijdrage kan leveren aan sociale cohesie. Het volgen van onderwijs wordt over het algemeen gezien als iets wat nodig is om het ver(der) te schoppen in het leven. Niet alle sociale groepen in de samenleving slagen er echter even goed in om gebruik te maken van de mogelijkheden die het onderwijs biedt. Verschillen tussen kinderen worden gedeeltelijk bepaald door sociaal-culturele factoren als sociaal-economische status, etniciteit en sekse, die maken dat kinderen met verschillende kennis, vaardigheden en houdingen op school komen. Aan de school is dan vervolgens de taak om daar zo mee om te gaan dat alle leerlingen de bagage verwerven die nodig is om adequaat te kunnen functioneren in de samenleving. Het onderwijs speelt echter zelf ook een rol in de reproductie van sociale ongelijkheid: de school is een product van historische en culturele ontwikkelingen en heeft daarom kenmerken die bij de ene leerling beter passen dan bij de andere. In deze module bestuderen studenten theorievorming over sociaal-culturele verschillen tussen leerlingen, over de rol van onderwijs in het reproduceren van sociale ongelijkheid (bijvoorbeeld via selectiemechanismen, het onderwijsaanbod, segregatie, en school- en jongerenculturen) en in het doorbreken daarvan (sociale mobiliteit, emancipatiefunctie), en over de bijdrage van het onderwijs aan het bewerkstelligen van sociale cohesie. De literatuur wordt verwerkt aan de hand van verschillende opdrachten waarin de relatie tussen theorie en onderwijspraktijk naar voren komt. Studenten verplaatsen zich daarbij regelmatig in de rol van beleidmedewerkers die op basis van kennis van theorieën en actuele inzichten uit wetenschappelijk onderzoek beleidsvoorstellen formuleren. Docent: dr E.J. Kuiper (coördinator) (infopow@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10888.html Periode: semester 1 blok 2 174 GENDER, REPRODUCTIVE AND SEXUAL HEALTH AND FERTILITY MA, 5 EC Contents: Women and men have multiple sexual and reproductive health needs in various social, cultural and political contexts. International population policy has recently shifted to the enhancement of reproductive and sexual health. The goal is to enable women and men to have satisfying and safe sex lives and to assist women to regulate their own fertility safely and effectively by allowing them to become pregnant when they wish to, to terminate unwanted pregnancies, and to carry desired pregnancies to term. It also has the goal of protecting men and women from disease, disability, or death associated with sexual practices, reproduction and fertility, and of enabling people to raise healthy children. Medical anthropological studies of reproductive and sexual health contribute to a comprehension of local understandings and practices related to sexuality, concepts of ethnophysiology, and their relationship to therapeutic and ritual practice. Issues studied include gender dynamics in sexual and reproductive health, paradigms of maternity, the management of obstetrical events, menstrual taboos, and perceptions of fertility and infertility, menopause, adolescent sexuality, masculinity, sexually transmitted infections, including AIDS, and sexual violence. Medical anthropological studies also clarify decision making structures, and considerations which inform sexual and reproductive choices, thus also providing an understanding of why and how health services are utilised or under-utilised. Reproductive and sexual health is affected by gendered power dynamics, social norms and value systems which indicate ideal behaviours for men and women, and which also determine social roles, status, and identities for both sexes. Women's unequal decision making power, and access to resources, will adversely affect their reproductive and sexual health. Studying gender, reproductive and sexual health and fertility raises questions about the complex interactions between culture, politics and biology, and draws attention to transnational processes that link local and global interests. This module offers insight in the social, cultural and gender dimensions of reproductive and sexual health and health care, and in the way in which women's decision making power and access to resources affect reproductive and sexual health. Remarks: Students need a Masters Degree in any of the Social Sciences, Medicine, Public Health or Psychology. Or a Bachelor Degree with at least 2 years of relevant working experience. Docent: drs. G.J.E. Gerrits (Inlichtingen: g.j.m.kanis-scholts@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11476.html Periode: semester 2 175 CHILDHOOD(S) IN THE GLOBAL SOUTH: POSTCOLONIAL PERSPECTIVES MA, 10 EC Aims of the course: Students know the social and economic contexts that shape children’s everyday experiences in the global South; Students know the main actors’ (International Organizations, States, NGOs, corporations, social movements) approach to governing children’s issues (early childhood education; street children; girl child and sexuality; child labour and schooling; child soldiering and war; participation and research). Students are able to critically apply insights from theories of childhood, international development and postcolonialism on context-specific situations and events; Students understand the notion of “living rights” and the conditions that explain the role of children in human rights and social justice movements; Students are able to analyze critically from different perspectives, including those of children, real-life case-study material taken from different sources (policy papers; media; reports; interviews, and so on) and link these perspectives to wider social, geographical and political areas of children’s issues; Contents: The course is divided in three parts. Part one is devoted to an extensive case study of street children in Haiti. In his ethnographic analysis of the cultural lives of children who are "sleeping rough" in Port-au-Prince, Kovats-Bernat expands the traditional bounds of anthropological thought, which have only recently permitted a scholarly treatment of "the child" as a valuable informant, relevant witness, and active agent of social change. Refuting the commonplace notion that street children are unsocialized, Hobbesian mongrels, the author finds these children adopt strategies to carve a social and cultural space for themselves on the contested streets of Port-au-Prince, individually and collectively playing a surprisingly vital role in Haiti's civic life as they shape their own complex political, economic, and cultural identities. Part two explores the global political economy of children’s rights, maps the changing policy environment for children and the role of social movements in challenging childhood ideologies. Central to the analysis is the notion of “living rights”, i.e. that children’s rights take shape in the encounter between real-life children and the (international) actors involved in governing childhood. The focus is theoretical and critically examines theories of childhood, international development and postcolonialism in relation to selected topics (Governing childhood in the global south; early childhood education and the politics of culture; girls, gender and sexuality; working children, education and trade-unionism; child soldiering and war; participatory research with children). Part three is a mini-conference on “Living Rights: Children’s role in human rights and social justice movements” in which students present their own research work. 176 Docent: dr. O. Nieuwenhuys (coördinator) (O.Nieuwenhuijs@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10848.html Periode: semester 1 177 CHILDHOOD EDUCATION, FAMILY SUPPORT AND DEVELOPMENT MA, 6 EC Aims of the course: Knowledge of (a) recent developments in theories about the interaction between individual development and child rearing, and of (b) interventions and facilities aimed at improvement; (c) the findings of relevant examples of studies supporting a model; (d) and the designs and instruments used. Contents: In this course students will get involved into the research-projects of the programme 'Childhood Education and Family Support'. Aims, means, results, and theoretical and social background of various projects will be discussed with the lecturing researchers and PhD-students. The focus is on child development and child rearing within traditional and nontraditional families, such as patchwork families, lesbian parent families, and “new reproductive technology families”. Special attention is given to family relationships (cf. siblings). Besides this, day care centres are considered another setting of proximal environment of the developing young child. Child characteristics discussed are social adjustment, cognitive development, gender orientation and temperament. Also, specific attention is given to the wider social context in which one lives. In this respect crosscultural differences (cf. parental/day care staff belief systems) are taken into account. Docenten: dr. H.M.W. Bos (coördinator), dr. R.G. Fukkink, dr. E. Singer en prof.dr. L.W.C. Tavecchio (infopow@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/8519.html Periode: semester 1 (January - March) 178 II/CSC INSTITUTIONS AND INEQUALITY MA, 5 EC Aims of the course: The main objective of this course is to introduce students interested in specializing in Institutions and Inequalities with key theories, concepts, and research in this field. The course also aims to introduce students to the faculty affiliated to the research programme of institutions and inequality. Core speakers from the research group will be invited to lecture about their central research theme and to present examples from their ongoing research. Finally, students will learn to formulate research questions that address specific aspects of social inequality and institutions and locate it in the context of the overall research agenda of the group. Contents: Social inequality refers to the ways in which socially-defined categories of persons are differentially positioned with regard to access to a variety of social ‘goods’, such as the labour market and other sources of income, the education and healthcare systems, and forms of political representation and participation. Institutions play a key role in how inequalities emerge, persist, and change in modern societies. The specialization “Institutions and Inequalities” studies social inequalities in (post-) industrialized societies and particularly focuses on the impact of stratifying variables (social origin, education, gender and ethnicity) on three outcomes: (1) socioeconomic attainment concerning outcomes in the domains of education, work, and income; (2), political behaviour and opinions; and (3) living arrangements. The central focus is how institutions and structures mediate the impact of social origin, education, gender and ethnicity on outcomes in each of these three ‘pillars’. Remarks: The Institutions and Inequality specialisation is affiliated to the Onderzoeks Speerpunt of the same name recently awarded by the FMG. This Speerpunt brings together inequality research in sociology, political science, demography, and educational sciences, and aims to study inequalities with regard to socio-economic outcomes, living arrangements and political outcomes. A particular focus is on how the institutional context impacts the way in which such inequalities take shape. The Speerpunt has recently started the Amsterdam Centre for Inequality Studies (AMCIS), where new collaborative research between these disciplines will be organized. The Speerpunt is coordinated from the AISSR Research Programme in sociology (and former ASSR Cluster) Institutions, Inequalities and Internationalisation directed by Herman van de Werfhorst. RMSS students choosing this specialization are strongly connected to the research programme of this group. Docent: D. Grunow, PhD (gsss@uva.nl) 179 Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11343.html Periode: semester 1 block 2 180 HCB/CSC THE ANTHROPOLOGY OF HEALTH, CARE AND THE BODY MA, 5 EC Aims of the course: This course offers an introduction into the research in the of the research group on Health, Care and the Body. At the end of the course the participants should: have been introduced to the faculty affiliated to the research programme/main areas of research carried out; have an understanding of the main concepts of medical anthropology; have an overview of the history and the field of medical anthropology; be able to place issues concerning health, illness, and health care in a social and cultural perspective. be able to formulate research questions related to the research area. Contents: There is increasing recognition that socio-economic and cultural factors are prime determinants of health and health care. In medical anthropology, people's ideas and practices concerning health and illness are studied as well as social and cultural conditions leading to illness. Medical anthropology also studies phenomena surrounding the maintenance and restoration of health, including people's attempts to conquer illness, their medical views and interventions. Viewing health problems as social and cultural phenomena helps researchers to understand how they originate in the context of people's living conditions and lifestyles. It also helps explain how health problems are communicated in ways that are culturally prescribed, and how they are labelled and experienced in accordance with existing cultural concepts including hot/cold ideas, belief in spirits, fear of witchcraft, or trust in natural sciences. Medical anthropologists study social and cultural aspects of medical systems, including those of biomedicine. This course introduces students to the study of this anthropological specialisation/research group. Basic concepts and theories used by medical anthropologists in their research and analysis are discussed, and main fields of study and research are delineated. Students learn how illness, wellbeing, health and health care can be studied/researched as social and cultural phenomena. Students also discuss the practical relevance of such an approach, and become acquainted with methodological approaches in medical anthropology and with the researchers involved. Remarks: The Health, Care and the Body specialisation is affiliated to the AISSR research programme Anthropology of Health, Care and the Body. The theoretical climate in the programme is strongly influenced by the idea of the socio-cultural construction of reality. Experiencing and defining illness, health and well-being, enacting and attaching meaning to body and sexuality, and producing medical knowledge and practice are the outcome of social transactions and cultural transmissions. The research cluster has an interdisciplinary character, including researchers working in the fields of medical 181 anthropology and sociology, postcolonial, gender and sexuality studies, and the social studies of (bio)medical science and technology. This work addresses a broad range of topics, including research on AIDS/HIV, the body and food, morality, reproductive health, children, crime, pharmaceuticals, genetics, medical technologies and practice. The programme is directed by Prof. dr. Ria Reis and Dr Amade M’charek. RMSS students choosing this specialisation are strongly connected to the research programme of this group. Docent: dr. R. Reis (gsss@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/11352.html Periode: semester 1 block 2 182 Faculteit der Rechtsgeleerdheid MENSENRECHTEN EN PLURIFORMITEIT/MULTICULTURALITEIT BA, 5 EC Inhoud: In veel landen, waaronder Nederland, is de samenleving in cultureel en godsdienstig opzicht onmiskenbaar heterogener van aard dan 50 jaar geleden. De mensenrechten zorgen voor een zekere vrijheid voor – leden van - groepen met afwijkende ideeën en gewoonten. Tegelijkertijd bestaat de notie dat de samenleving behoefte heeft aan een zekere consensus over fundamentele uitgangspunten en dat juist binnen minderheidsculturen de rechten van bijvoorbeeld vrouwen en homo’s onder druk kunnen staan. Ideeën over de multiculturele samenleving vormen de achtergrond van het onderzoek naar normen die zien op de scheiding van kerk en staat, op het bijzonder onderwijs, op gelijke behandeling (AWGB), en op uitlatingen over minderheden. Jurisprudentie maakt duidelijk hoe in concreto belangen worden afgewogen, in het bijzonder wanneer mensenrechten botsen. Docent: Inlichtingen: staatsenbestuursrecht-fdr@uva.nl Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10024.html Periode: semester 2 blok 2 183 COMPARATIVE AND EUROPEAN SOCIAL SECURITY LAW MA, 5 EC Aims of the course: Upon completion of the course, the student will acquire knowledge of the EU rules on coordination of national social security systems; gain knowledge of the EU legislation in the field of equal treatment for men and women in matters of social security (both statutory and occupational); be able to undertake a comparative analysis of social security laws in various national legal systems Contents: This course will focus on international and comparative social security law. The course will deal with EU rules on coordination of national social security systems, particularly with regards to mobility within the European Community and with comparative European social security law. In the first part of the course, several issues will be discussed, i.e., the EU rules on coordination of social security systems, the implementation of the principle of equal treatment for men and women in matters of social security, the situation as regards occupational social security and the promotion of a closer cooperation between the Member States in modernising their social protection systems, which face similar challenges throughout the EU. The second part of the course will offer a comparative perspective and the social security reforms in several EU Member States will be discussed. Docenten: prof. dr. M.J. Keune en dr. N.E. Ramos Martin (Inlichtingen: M.A.H.Kroon@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/10123.html Periode: semester 2 blok 1 184 INTERNATIONAL AND EUROPEAN HUMAN RIGHTS LAW: CAPITA SELECTA MA, 5 EC Aims of the course: At the end of this course students have a profound analytical grasp of the topical debates on the human rights issues presented to them. They are capable of formulating a research question that is relevant and innovative, they are able to do academic research on human rights related questions and are able to address the various human rights issues presented in a critical and analytically comprehensive and synthetic manner. Contents: Building on the knowledge acquired in the courses International Human Rights Law and European Human Rights Law this course sets out to explore a selection of topical human rights issues in-depth. Last year topics like religious hate speech; gender equality and women’s rights; freedom of expression and the media; the right to enjoy the benefits of scientific process and immunity rules and human rights law, were presented. Each seminar is conducted by a researcher that has worked extensively on the topic presented. In addition, several guest speakers will share their practical experience in the field of human rights protection. Through the discussion of these topics students will get familiar with different doctrines and schools in the field of human rights law. The seminars will engage students in an interactive discussion of intricate legal aspects of human rights issues, as well as of the more socio-political context in which these issues arise. Docenten: dr. R. van Alebeek en dr. Yvonne M. Donders (coördinator) (int-eulaw-fdr@uva.nl) Link: http://studiegids.uva.nl/web/uva/sgs/nl/c/9255.html Periode: semester 2 block 1 185 Interuniversitair Centrum voor Studie en Documentatie van Latijns Amerika GENDER, FAMILIE EN ARMOEDE IN LATIJNS AMERIKA BA, 5 EC In de context van globaliseringsprocessen en neoliberale hervormingen zijn de laatste decennia gender relaties in Latijns Amerika aan grote verandering onderhevig. De herstructurering van arbeidsmarkten, groeiende armoede en toenemende migratiestromen betekenen nieuwe uitdagingen en problemen in het dagelijks leven van arme vrouwen en mannen, maar ze bieden ook nieuwe kansen. Deze sociale transformaties leiden er vaak toe, dat vrouwen en mannen zich ten opzichte van elkaar herpositioneren en hun relaties heronderhandelen. Noties van vrouwelijkheid en mannelijkheid worden daarbij steeds opnieuw geconstrueerd en verkrijgen nieuwe inhoud. Deze cursus onderzoekt de dynamiek van gender relaties in Latijns Amerika in de context van armoede en is bedoeld als een introductie in het veld van gender studies. Er zal aandacht worden besteed aan de theoretische ontwikkelingen hierbinnen en dan vooral vanuit de disciplines culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Verder zullen er casestudies worden gepresenteerd die voorbeelden bieden van de dagelijkse praktijk. Thema’s die aan bod zullen komen zijn: het debat over machismo, marianismo en mannelijkheid; verschillende familiesystemen en constructies van moederschap en vaderschap; inheemse constructies van mannelijkheid. Docent: Dr. Annelou Ypeij (J.L.Ypeij@cedla.nl) Link: http://www.cedla.uva.nl/40_courses/education_programme.html#BA6 Periode: semester 2 186 GENDER, FAMILIE EN ARMOEDE IN LATIJNS AMERIKA MA, 10 EC In de context van globaliseringsprocessen en neoliberale hervormingen zijn de laatste decennia gender relaties in Latijns Amerika aan grote verandering onderhevig. De herstructurering van arbeidsmarkten, groeiende armoede en toenemende migratiestromen betekenen nieuwe uitdagingen en problemen in het dagelijks leven van arme vrouwen en mannen, maar ze bieden ook nieuwe kansen. Deze sociale transformaties leiden er vaak toe, dat vrouwen en mannen zich ten opzichte van elkaar herpositioneren en hun relaties heronderhandelen. Noties van vrouwelijkheid en mannelijkheid worden daarbij steeds opnieuw geconstrueerd en verkrijgen nieuwe inhoud. Deze cursus onderzoekt de dynamiek van gender relaties in Latijns Amerika in de context van armoede en is bedoeld als een introductie in het veld van gender studies. Er zal aandacht worden besteed aan de theoretische ontwikkelingen hierbinnen en dan vooral vanuit de disciplines culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Verder zullen er casestudies worden gepresenteerd die voorbeelden bieden van de dagelijkse praktijk. Thema’s die aan bod zullen komen zijn: het debat over machismo, marianismo en mannelijkheid; verschillende familiesystemen en constructies van moederschap en vaderschap; inheemse constructies van mannelijkheid en vrouwelijkheid; overlevingsstrategieën; informele economie; sociale netwerken en sociaal kapitaal. Docent: Dr. Annelou Ypeij (J.L.Ypeij@cedla.nl) Link: http://www.cedla.uva.nl/40_courses/education_programme.html#MA6 Periode: semester 2 187 Amsterdam, Vrije Universiteit Amsterdam Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen SEKSUALITEIT EN GEZONDHEID BA, 6 EC Doel: Het doel van de cursus is om de student inzicht te geven in de relatie tussen seksualiteit, identiteit en gezondheid vanuit verschillende wetenschappelijke perspectieven, waaronder het sociaal-culturele perspectief. Tevens biedt de cursus inzicht in de toepassing van wetenschappelijke inzichten over dit onderwerp in de gezondheidszorg in zowel Nederland als in het buitenland. Inhoud: Tijdens de cursus komen de volgende onderwerpen aan bod: Geschiedenis van de seksualiteit; Reproductieve gezondheid; Globalisering van seksualiteit; Seksuele identiteiten; ABC vs. CNN; Voorlichting over seksualiteit; SOA's, HIV en AIDS; Preventieprogramma's ter bevordering van seksueel gezond gedrag; Seks, werk en gezondheid; Seksuele diversiteit & identiteit en de relatie met gezondheidszorg en discriminatie; De invloed van Internet op seksueel gedrag. Docent: dr. F. de Boer Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/gk/gezondheidswetenschappen/index.asp?view=module&id=50043824&parentgroup=50 051526 Periode: period 4 188 ZIEKTE IN CONTEXT BA, 6 EC Doel vak: De cursus beoogt studenten kennis en inzicht te bieden in de wijze waarop ziekte en gezondheid vorm krijgen onder invloed van sociaal-culturele en juridische processen, door die te bestuderen vanuit een medisch sociologisch en juridisch perspectief. Dat zal gebeuren langs drie lijnen: 1. Studenten verwerven kennis over de sociale en culturele factoren die van invloed zijn op het vóórkomen van ziekte, op de wijze van zorgverlening, en op de betekenis van ziekte en gezondheid. Het gaat hier om kennis van de sociologie binnen de geneeskunde, gericht op praktische toepassingen in zorg en preventie. 2. Studenten verwerven kennis over de wijze waarop sociale processen de medische wetenschappen en de gezondheidszorg (als een eigentijds, sociaal en cultureel gegeven) vormgeven, en daarmee samenhangend ook weer de betekenis van ziekte en gezondheid. Het gaat hier om kennis van de sociologie van de geneeskunde, die maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van gezondheid en ziekte wil verklaren. 3. Studenten verwerven kennis over de betekenis van het gezondheidsrecht en de invloed die het recht heeft op ziekte en gezondheid. Studenten kunnen: ziekte en gezondheid (in eigen woorden) analyseren binnen maatschappelijke ontwikkelingen en verschuivingen; binnen casus en voorbeelden de relevante sociale invloeden op ziekte en gezondheid aanwijzen; de invloed van gezondheidsrecht op ziekte, gezondheid en zorg in casus analyseren. Inhoud: Ziekte valt op te vatten als een biopsychosociaal gegeven; in deze cursus zoomen we in op de sociale context van ziekte. De invloed van die sociale context op ziekte, is de eerste invalshoek die aan de orde is. Waar iemand woont (plaats), tot welke sociale groep iemand behoort (sociale klasse) en van welk geslacht iemand is (gender), maakt verschil voor iemands risico op ziekte. Mensen 'ontvangen' een ziekte vervolgens niet op een passieve wijze maar geven er betekenis aan en ontwikkelen er hun eigen kennis over: dat doen ze onder invloed van sociaal- culturele factoren. De tweede invalshoek behelst een verklaring van de fenomenen ziekte, gezondheid, gezondheidszorg en medische kennis vanuit een sociaal perspectief. Om het plastisch te formuleren: we doen alsof we van Mars komen en bestuderen hoe in westerse maatschappijen medische kennis tot stand komt en welke sociale factoren daarop van invloed zijn. De derde invalshoek behelst de juridische context van ziekte die de afgelopen twintig jaar een steeds grotere betekenis heeft gekregen. Achter het gezondheidsrecht gaat een mensbeeld schuil dat van invloed is op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg en de betekenis die aan ziekte en gezondheid wordt gegeven. Tegelijkertijd is er sprake van een wisselwerking: door veranderingen in de sociale context, verandert het mensbeeld 189 en daardoor ook de invulling die aan rechten van mensen wordt gegeven. Docent: dr. I.L.M.A. Baart (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/gk/gezondheidswetenschappen/index.asp?view=module&id=50043823&parentgroup=50 051523 Periode: period 1 190 EXPERIMENTAL AND CLINICAL NEUROENDOCRINOLOGY MA, 6 EC Course goal: The aim of the course is to provide the students not only with a solid basis in the fundamentals of neuroendocrinology, but also with knowledge of recent developments and current research in this field of clinical neurosciences. Contents: The course includes an understanding of structure and function of the hypothalamopituitary axis in relation to growth, stress, reproduction as well as to autonomicendocrine and immune- endocrine interactions. Diseases of the hypothalamus and pituitary will be discussed, with special emphasis on central regulation of growth, puberty, reproduction, obesity and stress, sexual orientation and gender identity, taking both an experimental and clinical point of view. A VICI scholar will lecture on the role of pheromones in understanding how males and females respond differently to social odours - possibly the key to understanding the neural basis of sexual orientation and preference. Docent: Dr. C.B. Lambalk (For further information, please contact mw. M. Evers (M.Evers@vumc.nl) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/mo/neurosciences/index.asp?view=module&id=50043926&parentgroup=50051425 Periode: period 2 191 Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde DIVERSITY IN ORGANIZATIONS MA, 6 EC Course goal: Introduce the role of differences between individuals in organizations; Assist the student with gaining a complex understanding of organization theory and the actual practice in a contemporary workplace; Enhance the student's understanding of the significance of the quantitative, qualitative, emotional and behavioral factors involved in managing differences; Heighten the student's awareness to the inter-relationship of employee relations and organizational structures (both formal and informal structures), and to Alert the student's attention to the economic consequences of a diverse workforce Contents: Although there are as many definitions of organizations as there are researchers in this field, all definitions include at least one item: an organization is a group of actors coordinating their resources and activities to execute a certain task in a more efficient way than when doing a task individually. Traditional theories stress the need for the actors involved to share to a certain extent a perception of reality. As a result, management theories based on those definitions also focus on unifying perceptions, team building, etc. Contrariwise, from an organization theoretical approach actors differ in many respects. They differ according to gender, race, sexuality, religion, place of birth (different countries or different regions of same country), age, nationality, education, membership or social networks, etc. These differences are bound to affect the organizing processes. Classical management theories tend to regard these differences as a necessary evil, something that exists, but needs to be contained. They often talk in terms of formal and informal processes, in which the former refers to regular coordinated actions controlled by the managers and the latter to the informal uncontrollable interactions. In this course we maintain the position that differences between actors are an organic aspect of healthy organizing processes, these differences are regarded as the motor of the sustenance of organizations. Diversity is the basis for the possibility of change. It is only because we can choose from a variety of different methods of doing things (construction rules) and a range of methods to perceive reality (sensemaking) that we are able to perceive change. In fact, difference is a pre-requisite for actors to be able to interact. Social interaction is aimed a arriving at a shared perception of that part of reality that is relevant for the performance of the activity about which the interaction is concerned. In a hypothetical situation that two actors completely agree on all aspects, the need for sensemaking will cease to exist, and therefore interaction will stop. To understand the relationship between two actors e.g. A and B three aspects need to be understood: A(1), B(2) and their differences(3). This creates what could be considered 192 the core paradox of human organizing: the existence of differences between actors is a condition for interaction to take place; simultaneously interaction is aimed a decreasing those differences. Management is thus positioned as the tool for perceiving and appreciating differences between actors, and thereby creating value from those differences. Docenten: dr. P.J. Peverelli (Coordinator), dr. C.J. Vinkenburg Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/a-b/businessadministration/index.asp?view=module&id=50051812&parentgroup=50051662 Periode: period 4 193 Faculteit der Godgeleerdheid FEMINISTISCHE THEOLOGIE (MA.) MA, 3 EC Leerdoelen: De studenten zijn in staat de uitgangspunten en methodes van feministische theologie te beschrijven; De studenten zijn in staat de verschillende vormen van feministische theologie een plaats te geven in de hedendaagse theologische ontwikkelingen; De studenten zijn in staat om met de opgedane kennis te reflecteren op de eigen ervaring en praktijk; De studenten kunnen inleidende teksten op het gebied van de feministische theologie analyseren en plaatsen binnen een breder perspectief. Inhoud: In de module worden de hoofdlijnen en ontwikkelingen van de feministische theologie en van genderstudies religiewetenschappen besproken, m. n. binnen de christelijke theologie. Dit gebeurt o. a. aan de hand van het lezen van fundamentele basisteksten op het gebied van het brede terrein van de feministische theologie en vrouwenstudies. Aandacht wordt vooral gegeven aan hermeneutiek en systematische theologie. Bijzonderheden: Instruction may be in English if one or more foreign students enrol for the course. Foreign students are requested to contact the instructor before the start of the course. Docent: dr. G.M.F. Troch (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/gj/godgeleerdheid/index.asp?view=module&id=50046313&parentgroup=50046051 Periode: period 3 194 RELIGION AND HOMOSEXUALITY MA, 6 EC In our times homosexuality has become a major divisive issue inside and between churches, societies, and cultures. Arguments include the biblical theological and ethical issues, the meaning of sexuality, gender and much more. This class is intended for every student wishing to understand the complexities of the conflict and to contribute to positive dialogues. (NB: Course description from 2009-2010.) Docent: prof. dr. R.R. Ganzevoort (coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/sz/theology/index.asp?view=module&id=50046344&parentgroup=50045954 Periode: period 4 195 Faculteit der Letteren ASPECTS OF BRITISH LITERATURE 1380-1688 BA, 5 EC Course goal: The aim of this course is to learn to read literary texts of the Middle Ages and the Renaissance in their cultural and historical contexts. In your first year, you learned how to analyse literary texts using the tools of literary criticism. In this second- year course, you learn how to analyse the relation of the literary text to events and ideas from the historically specific culture in which it was written. You will acquire knowledge of key themes and developments in literature and in the cultural- historical context. You are also introduced to theoretical persepctives from which to study the relation between text and context, such as new historicism, cultural materialism and gender studies. During the course you develop critical insight into the literature as well as the culturalhistorical context. In group assignments and discussions, you practise how to support and defend your own analysis of the literary text in context. Moreover, we will develop a wiki- environment together, in which you report on your own research into an aspect of the cultural- historical context of the Renaissance period. Contents: The Middle Ages and the Renaissance period were an exciting period of turbulance and change. The course is centered around seven points of conflict in the period, such as religious tensions, the oppositions between city and country, the civil wars between parliamentarians and royalists, the gender wars, attackers and defenders of the theatre, and the oppositions between self and other in the early stages of colonialism. Docent: dr. K. Steenbergh (coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/c-f/engelse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047701&parentgroup=50048550 Periode: period 1 196 AMERICAN LITERATURE 1900-PRESENT BA, 5 EC Course goal: This course introduces students to American texts (prose, poetry, and drama) to provide a literary- historical overview of the most significant themes and developments of these bodies of literature from 1900 to 2000. Students are asked to analyze how American literature has developed in this period and especially how literature reflects history and how history has influenced literary styles and themes. The written exam tests the students' insights into the most prominent themes discusses during class. For the essay students are asked to write a coherent and independent analyses of one or more aspects of twentieth-century literature. Students will be assessed on the ability to write originally and with clarity on both details and overarching thems in their chosen texts. Contents: The twentieth century is often referred to as "the American Century". This course focuses on the question how the United States coped with this success and what the flipside of this success was. We wil focus on the emancipation of women and of African Americans, but also on the Cold War as represented in literature. Docent: dr. B. Boter (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/c-f/engelse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047704&parentgroup=50048551 Periode: period 2 197 SHAKESPEARE IN THEORY BA, 5 EC Course goal: This course is an introduction to Shakespeare's plays and to six major theories that have formed our understanding of these works. What makes Shakespeare's drama a particularly interesting theme for the study of literary theory is that it serves not just as a "passive" subject of theory but, being at the centre of the literary canon, also generated and shaped new theories. Taking this into account, you will learn to analyze Shakespeare's plays form a variety of literary- theoretical perspectives, and to present your findings in professional oral and written format. You will work on your own research project, in which you discuss a self- chosen Shakespeare play from a particular theoretical perspective. Contents: In your first and second year, you were taught how to analyze literary texts and how to read them in their different historical contexts. In this year, you familiarize yourself with the phenomenon and application of literary theory. We will study six plays by William Shakespeare from different theoretical perspectives, such as gender studies, new historicism, postcolonalism and ecocriticism. Each week, we will explore a play and a literary theory in the first session and a secondary article written from that theoretical perspective on that play in the second session. You will write an essay, in which you examine one of the plays from a different theoretical perspective than the one used in class, and you will be able to contribute to the class discussion from your own expertise on the play and the theory you chose to study in depth. Docent: dr. K. Steenbergh (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/l-p/nederlandse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047708&parentgroup=50048552 Periode: period 5 198 ONTWIKKELINGEN IN DE LITERATUURWETENSCHAP, 2 BA, 10 EC Doel: Aan het einde van deze cursus is de deelnemer ingewijd in de belangrijkste vraagstukken, theorieën en methoden in de moderne literatuurwetenschap. Hij/zij is in staat een literatuurwetenschappelijk artikel in een onderzoekstraditie te plaatsen en kritisch te bespreken. Vaardigheden: Kennis opdoen uit theoretische, filosofische en/of methodologische teksten. Inzicht in theorieën en (vakgebonden) methodieken die spelen in een vakgebied. Integreren van informatie vanuit een vraag- of probleemstelling en verband kunnen leggen tussen een casus en een breder wetenschappelijk kader. Beargumenteren van kritisch oordeel over literatuur binnen het eigen vakgebied. Geven van een gefundeerd wetenschappelijk en vakspecifiek waardeoordeel over maatschappelijke ontwikkelingen. Mondelinge presentatie met een goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik, beantwoorden van vragen en incasseren/verwerken van kritisch commentaar. Schriftelijke presentatie (beschrijvend of betogend) met goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik, met correcte verwerking van literatuur/bibliografie en met gebruik van ICT- mogelijkheden. Verdedigen en beargumenteren van een eigen mening op basis van wetenschappelijke argumenten. Studiediscipline gericht op docentgestuurde opdracht. Beoordelen van de waarde van wetenschappelijke informatie vanuit theoretisch/filosofisch perspectief. Discussiëren op wetenschappelijke argumenten, vermijden van drogredeneringen en cirkelredeneringen. Op de hoogte blijven van actualiteit op je vakgebied (via dag- en weekbladen). Inhoud: In deze cursus wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de literatuurwetenschap sinds ongeveer 1915 en van de huidige stand van zaken binnen het vak. Daarbij wordt ingegaan op de belangrijkste vragen die in de moderne literatuurwetenschap zijn gesteld, de theorieën die; zijn ontwikkeld en de methoden die zijn toegepast. De volgende literatuurwetenschappelijke benaderingen komen o. a. aan bod: het formalisme, het structuralisme, de receptie- esthetica, de literatuursociologie, het poststructuralisme, gender studies, de empirische literatuurwetenschap, New Historicism. Docent: prof. dr. D.H. Schram (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0048024 Periode: semester 1 199 POLITICS AND GENDER IN IRISH LITERATURE MA, 10 EC Course goal: To gain insight into the most importent developments in the field of the literatures in English of the Irish republic and Northern Ireland. To become acquainted with literary works that are typical for these developments. Contents: Discussion of a number of novels, poems and plays from both parts of the Irish island. Special attention will be paid to the similarities and contrasts between the literary works of both areas. Docent: dr. T.S.J.G. Bogels (coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/english-language-andculture/index.asp?view=module&id=50047712&parentgroup=50048928 Periode: period 1 200 VISUAL ART AND THE AMERICAN POET MA, 10 EC Course goal: The student will gain both a theoretical and historical perspective on how and why nineteenth- century and twentieth- century American poets have written about visual art. Key to this understanding is the complex and changing concept of ekphrasis, the evolving dynamics between art and poetry, and the development of American poetry in the last two centuries. Students will also assess whether male poets and female poets address visual art differently in their poems. Contents: This course focuses on the fascination of the American poet since the nineteenth century for visual art works (paintings, sculptures, gardens, architecture, films, and television). Ekphrastic poetry - poems inspired by visual art - has been written since Greek antiquity, but for American poets it has grown into a significant subgenre in which poets may reveal the essence of their poetics as well as the limitations of their chosen art form. Starting with Herman Melville and Walt Whitman, the course traces the development of American poetry about visual art through Modernism (Marianne Moore and William Carlos Williams), the Middle Generation (Elizabeth Bishop, Randall Jarrell, and Robert Lowell) to Postmodernism (John Ashbery, James Merrill, Frank O'Hara). A central question in this development is whether female poets have developed a different kind of ekphrastic poem from men. Other points of interest will be the American fascination for European art and ekphrastic war poetry. Docent: dr. D.M. Oostdijk (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/english-language-andculture/index.asp?view=module&id=50047714&parentgroup=50048928 Periode: semester 1 201 CORE COURSE THE CONTESTED NATION IN COMPARATIVE PERSPECTIVE MA, 10 EC Course goal: Aim of the project is to develop insights into notions of nationhood as used in historical discourse in relationship to other notions of collective identity, especially ethnicity, religion, class and gender. The focus in time will be on the 19th. and 20th. century and the focus in space will be on Europe. The aim is to design and execute largely independently an inquiry on this issue, to discuss and present the research process effectively both in class sessions and in writing. In the design and in the execution of the design students are expected make well argued methodological choices within a comparative perspective. Contents: This project starts with an overview of notions of nationhood as used in discourses on the past in Europe from 1800 onwards. Next it will zoom in on a number of case studies, depending on the number and interests of the participants. The leading questions will be how notions of nationhood have been connected to notions of ethnicity, religion, class and gender, how politics of inclusion and exclusion have functioned, and how historical disourse was related to other disourses about the past. Remarks: English course, unless Dutch is mother tongue of most participants. Docent: dr. C.F.G. Lorenz (coordinator) Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0053753 Periode: semester 2 202 ANALYSE DU DISCOURS, MA MA, 10 EC Doel vak: Explorer l'approche du genre en discours à partir de diverses perspectives et analyser les marques du genre et la représentation du genre dans le discours politique et/ou médiatique. Inhoud: Parler de différences liées au genre, en langue et en discours, amène le plus souvent à approcher le langage des femmes en l'opposant au langage dominant, celui des hommes. Ceci explique que les premières réflexions sur ces différences aient pris place dans des disciplines comme les 'Women's studies' devenues les 'Gender studies', la sociologie et la sociolinguistique. Dans une première phase du séminaire, nous nous pencherons sur cette histoire, en comparant l'approche du genre dans les pays anglosaxons et les pays francophones. Nous aborderons ensuite quelques phénomènes étudiés dans la perspective du genre, linguistique (lexique, prosodie, politesse linguistique), et discursifs (thématique, argumentation). Enfin, nous approcherons la question de la représentation du genre dans le discours, ou `comment un genre parle- til de/écrit- t- il sur l'autre? Nous explorerons ces deux directions, marques du genre et représentation du genre, dans le discours public, politique et/ou médiatique. Une dimension contrastive, par exemple néerlandais/français est envisageable. Bijzonderheden: Voertaal: Frans. Le thème du cours d'Analyse du discours est provisoire, et est susceptible de modifications. Docent: dr. D.M.F. Torck (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/e-f/franse-taal-encultuur/index.asp?view=module&id=50047763&parentgroup=50048777 Periode: semester 2 203 Faculteit der Rechtsgeleerdheid ONTSTAAN EN ONTWIKKELING VAN CRIMINALITEIT BA, 6 EC Doel vak: Inzicht verkrijgen in ontstaan en ontwikkeling van criminaliteit bij jeugdigen vanuit verschillende theoretische (criminologische, psychologische) perspectieven, waarbij de individuele dader centraal staat. Inzicht verkrijgen in conceptuele en empirische vragen over sociale, psychologische en biologische risico- en beschermende factoren van crimineel gedrag. Inzicht krijgen in kenmerken en belang van longitudinaal onderzoek. Inhoud: In dit vak wordt ingegaan op het fenomeen jeugdcriminaliteit en in het bijzonder op het ontstaan en de ontwikkeling van crimineel gedrag bij jeugdigen en adolescenten. Centraal staat de prevalentie en ontwikkeling van antisociaal gedrag en er zullen verschillende verklaringsmodellen en theorieën aan bod komen. Hierbij komen ook de onderlinge verschillen tussen de theorieën aan bod. Op de belangrijkste risico en beschermingsfactoren wordt ingegaan en de interactie tussen de verschillende factoren wordt besproken. In het bijzonder zal aandacht gegeven worden aan sekse verschillen in crimineel gedrag en de verklaringsmodellen die nodig zijn voor crimineel gedrag van jongens en meisjes. Tot slot wordt ingegaan op de preventie van crimineel gedrag waarbij het met name gaat om 'risk focused' preventie. Naast hoorcolleges worden ook werkgroepen gegeven. Het doel van deze werkgroepen is kritisch te leren reflecteren op de in de colleges behandelde theoretische stof en kennis uit de hoorcolleges te relateren aan voorbeelden uit de praktijk. In de eerste werkgroepbijeenkomst wordt een kritische reflectie gegeven op een van de besproken theorieën en wordt de maatschappelijke relevantie van de betreffende theorie onderzocht. In de tweede werkgroepbijeenkomst wordt gewerkt aan een casus waarin vanuit een theoretisch ontwikkelingscriminologisch perspectief het probleemgedrag in kaart wordt gebracht en verklaard. Vervolgens wordt een (strafrechtelijke) aanpak bedacht voor deze casus. Docent: dr. M. Slotboom (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/cf/criminologie/index.asp?view=module&id=50052535&parentgroup=50051088 Periode: period 4 204 Faculteit der Sociale Wetenschappen CULTURAL DIVERSITY AND RELIGION BA, 10 EC Course goal: Students have knowledge of and insight in the nature of religious diversity and its often conflicting relationship with modern citizenship. Students are able to critically reflect upon the pros and cons of the various institutional solutions developed by liberal states to deal with religious diversity. Contents: The course focuses on globalization and religious diversity in Europe. Religious groups have their own religious culture that is not necessarily compatible with the demands of modern citizenship. This course is aimed, firstly, at understanding the nature of religious identity. Secondly, it discusses why religious groups often pose a problem for the state. Many of the so- called multicultural conflicts are in fact conflicts over religion. Theories of multiculturalism pretend to have the answers. These theories will be confronted with how liberal states in Europe have in practice dealt with religious orthodoxy and culture. Paradigmatic conflict cases (e. g. gender relations, education) will be studied in depth. The perspective is comparative, both between countries and between religions and cultures. Docent: prof. dr. S. Saharso (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/qz/sociologie/index.asp?view=module&id=50046644&parentgroup=50046509 Periode: semester 2 205 CULTURE, GENDER AND SEXUALITY BA, 5 EC Course goal: Basic knowledge of the anthropology of gender and kinship. Contents: Studying classical texts as well as some recent texts. Looking at different forms of kinship organisation and gender relations. Remarks: Course will be in English, written examination is possible in Dutch or English. Docent: dr. M.H.G. den Uyl (coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/opleidingen/bacheloropleidingen/opleidingenoverzicht/cf/culturele-antropologie-en-ontwikkelingssociologie/zo-zit-je-opleiding-inelkaar/index/index.asp?view=module&id=50046648&parentgroup=50046560 Periode: period 2 206 SOCIAL STRATIFICATION AND POWER BA, 5 EC Course goal: Having knowledge of, and insight into, the development of social inequalities in the modern era and their main sociological interpretations and explanations. Contents: This course studies the most important social inequalities in the modern era: between social classes, gender categories, ethnic groups, and age groups. Developments in time are being traced; theoretical explanations are being compared and tested. Docent: drs. B. Slijper (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/a-b/bestuurs-enorganisatiewetenschap/index.asp?view=module&id=50046839&parentgroup=50046575 Periode: period 1 LIFE COURSE AND THE LABOUR MARKET BA, 5 EC Course goal: By the end of this course, students will Have acquired knowledge about the intergenerational transmission of occupational inequalities; Have acquired knowledge about how labor markets operate and how they may generate social inequality in societies; Have acquired knowledge about the main determinants and consequences of experiencing - or not experiencing - major labor market events, such as entry into the labour market, unemployment, career shifts and retirement; Be able to interpret developments within labor market careers in terms of theoretical life course concepts and theories; Be able to reflect upon and critically discuss trends and theories concerning labour market careers. Contents: This course examines the labour market careers of men and women across their life course. It starts by pointing out the continuities and differences in the occupational careers of parents and children. Attention is paid to how occupational success can be measured and to the extent to which parents’ occupational careers influence the careers of their children. Special attention is paid to the role of mothers in 207 intergenerational occupational mobility. Next, attention will focus on the labour careers of adults. Attention is paid to important events in that career, such as entry into the labour market, unemployment, and retirement. Attention is also paid to career trajectories and to differences in careers between men and women, and between native and migrant populations. To address how labour markets generate social inequality among different social groups and over the life course, the course will use key literature from economic approaches, such as human capital and job search theories, and from sociological approaches such as the status attainment model of Blau and Duncan, and the perspective of cumulative (dis)advantage over the life course. Finally, the relationship between occupation and earnings is discussed. Docent: prof. dr. H.B.G. Ganzeboom (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0046726 Periode: period 2 208 POLICY AND THE LIFE COURSE BA, 5 EC Course goal: By the end of this course, students will Have acquired knowledge about the policies and welfare arrangements that influence the life course; Have acquired knowledge about the ways in which governments react to changes in individuals’ life courses; Be able to reflect upon and critically discuss policies with regard to their consequences for people’s life courses. Contents: During the last decade governments have become increasingly interested in policies that cater to the changing needs of individuals and families across the life course. Almost all policies have an impact on the ways in which individuals structure their life course. However, policies that are specifically designed to be life-course sustainable are rare. In this course, the actual and potential influence of policies on the life courses of individuals is discussed. Attention will be paid to educational policies, labour market policies, income policies, and family policies. The relationship between policies and the life course is conceived to be reciprocal. Policies do not only influence the life courses of individuals, but changes in these life courses also lead to the formulation of new policies by national and sub-national governing bodies. In this course, this reciprocal relationship is explored. In addition, students learn to reflect on the life course implications of all kinds of policies. A number of guest lecturers who work in a policy context, either at the local, national, or European level will discuss how policies at these levels try to take lifecourse related change into account. Docent: prof. dr. A.C. Liefbroer (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0046798 Periode: period 2 209 ONDERNEMENDE REGIO'S BA, 5 EC Doel vak: Het ontwikkelen van kennis en inzicht in de embeddedness (contextuele inbedding) van ondernemerschap. Na afloop van dit vak zijn studenten bekend met relevante disciplinaire invalshoeken tot het embeddedness perspectief op ondernemerschap en de vigerende theorieën en debatten. Ze hebben kennis genomen van de contextuele condities en daarvan afgeleide kansen en beperkingen die het ondernemerschap in aan aantal regio's ondervindt. Op basis hiervan zijn studenten in staat om inzichten uit relevante disciplines te vertalen naar concrete regionale voorbeelden. Dit moet er toe leiden dat studenten gevoeligheid ontwikkelen voor de relevantie van het embeddedness perspectief op ondernemerschap voor het door hun gekozen domein of vakgebied. Inhoud: Uitgangspunt van dit vak is dat ondernemerschap geen geïsoleerd proces is maar dat ondernemerschap tot stand komt door continue interactie tussen individuele ondernemers, hun ondernemingen en de maatschappelijke context waarin zij opereren. Deze relatie tussen ondernemer/onderneming en maatschappelijke context wordt in de overwegend Engelstalige vakliteratuur met het begrip embeddedness (inbedding) aangeduid. Dit begrip ligt ten grondslag aan het conceptuele kader dat in dit vak aan de hand van diverse empirische domeinen uitgediept wordt. Er zal vanuit een organisatieantropologisch/etnografisch perspectief naar ingebed ondernemerschap gekeken worden. Thematisch focust het vak op de uiteenlopende wijzen waarop maatschappelijke context en institutionele inbedding bevorderlijk of belemmerend inwerken op het ondernemerschapsklimaat in bepaalde geografische regio’s en binnen bepaalde gemeenschappen. Belangrijke vragen die hierbij aan de orde komen zijn: Hoe handhaven familiebedrijven zich in een tijdperk van globalisering? Is er specifieke embeddedness van vrouwelijk ondernemerschap? Zijn sommige (etnische) groepen ondernemender dan andere en biedt etniciteit of cultuur voldoende verklaring hiervoor? Welke rol speelt de informele sector in de (post-)industriële gebieden van Europa vergeleken bij ontwikkelingslanden en de succesvolle economieën in Oost- en Zuidoost Azië? Welke invloeden gaan van migratie uit op de ontwikkeling van ondernemerschap in het thuisen gastland van migranten? Welke beperkingen leggen overheden en bureaucratische regimes op aan groeps- en sectorgebonden ondernemerschap? Komt ondernemerschap beter tot haar recht in science parks en speciale economische zones en wat is precies de rol van ‘incubators’ in ondernemerschap? Docent: dr. J.B.M. Koning (Coordinator) 210 Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0046775 Periode: period 2 211 DEVELOPMENT AND GLOBALIZATION PART 1 BA, 5 EC Course goal: The aim of this course is to introduce students to development studies, in particular to the core issues of poverty, inequality and development. Students will recognize the connections between problems in the South and wealth in the North, while at the same time deconstructing a simple South- North dichotomy. They learn to see the development issues through the eyes of the people in the South. Course contents: The development of a capitalist economy in the North and the ongoing, global restructuring of the economy have influenced the economic and social development of the South. Policies of states, supranational development agencies, and local NGOs to raise the standard of living in the so- called less developed countries meet with varying degrees of success. Negative side effects of these growth- oriented policies - such as growing social and economic inequality, both within and between states, and ecological damage - are increasingly noted. In the lectures we will analyse how these global processes have local effects for both rural and urban areas. We mostly take the perspective of the people concerned, trying to understand how they experience inequality, poverty, and development and how they act upon these issues. Topics to be addressed include: health, famine, (civil) war, urbanization, gender inequality, ICT and globalization. What do these problems mean to the people concerned, which strategies do they design to face these problems, how do they resist unwelcome changes, and how do they seize opportunities to improve their quality of life? Ample attention will be paid to different theoretical traditions, including the post development school, which considers the concept of development a discursive hoax. Docent: dr. F. Colombijn (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/bachelor/a-b/bestuurs-enorganisatiewetenschap/index.asp?view=module&id=50046650&parentgroup=50046576 Periode: period 1 212 THEME: ADDICTION BA, 6 EC Course goal: To increase knowledge regarding the neurobiological aspects of addiction. Contents: If drug use is so bad for your health, why do people continue to use drugs? In this course you will learn more about the factors which contribute to addiction. The focus will be on the neurobiological mechanisms underlying addiction and on the action of the most commonly used drugs. In addition, we will discuss the causes of individual differences, such as genetic factors, gender and psychological factors. Docent: dr. A.H.M. Willemsen (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5 0050727 Periode: period 5 213 GEWELD IN HET GEZIN MA, 6 EC Doel: Kennis en inzicht verwerven in wetenschappelijk onderzoek rondom het verschijnsel geweld in het gezin, in het bijzonder kindermishandeling. Inhoud: Vanuit een interdisciplinair (pedagogisch, psychiatrisch, juridisch, ontwikkelingspsychologisch en medisch) perspectief wordt literatuur bestudeerd over diverse vormen (fysiek, psychisch, seksueel) van gezinsgeweld, in het bijzonder van geweld tegen kinderen. Het accent ligt daarbij op een kritische reflectie op a) maatschappelijke normen inzake de betrekkingen tussen gezinsleden; b) de normatieve en empirische onderbouwing van interventies en c) de uitkomsten van empirisch onderzoek naar oorzaken. De masterclass studenten verwerken de bestudeerde literatuur in een eigen onderzoeksvoorstel. Voor de masterclass studenten wordt bij het tentamen rekening gehouden met de tijd die besteed wordt aan het onderzoeksvoorstel (minder vragen). Bijzonderheden: Er is een intensieve en een extensieve variant van dit college. Docent: dr. F. Lamers-Winkelman (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/p-r/pedagogischewetenschappen/index.asp?view=module&id=50050694&parentgroup=50050902 Periode: period 2+3 214 ONDERWIJS EN SOCIAAL-CULTURELE VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN MA, 6 EC Doel vak: Hoe kan in het onderwijs worden omgegaan met sociaal- culturele verschillen tussen leerlingen en hoe kan onderwijs een bijdrage leveren aan sociale cohesie in een multiculturele samenleving? Doel van dit onderdeel is het verwerven van kennis van en inzicht in (a) verschillen tussen leerlingen in leer- en ontwikkelingsprocessen en in schoolloopbanen, gerelateerd aan sociale en culturele categorieën en (b) de wijze waarop met deze verschillen in de onderwijsstructuur, in de schoolorganisatie en in didactische arrangementen in de klas wordt omgegaan. Inhoud: Theorievorming over: sekse, etniciteit, cultuur en sociaal- economische status als categorieën die van invloed zijn op leer- en ontwikkelingsprocessen en op schoolloopbanen de rol van onderwijs in het reproduceren van sociale ongelijkheid; de rol van onderwijs in een multiculturele samenleving; de mogelijkheden voor beleid op landelijk, gemeentelijk en schoolniveau. Docent: dr. E.J. Kuiper (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/p-r/pedagogischewetenschappen/index.asp?view=module&id=50050678&parentgroup=50050899 Periode: period 4 215 IDENTITY AND DIVERSITY IN ORGANIZATIONS (COM RESEARCH DOMAIN) MA, 15 EC Course goal: The goal of this course is to provide students with the analytical instruments to analyze and asses 'what is going on' in organizational settings. Identity and diversity, as reflections of societal developments, are at work, be it in preventing people from full participation or enabling them to unfold their full potential. Themes addressed are: what is influencing current organizational life from 'society'? What is happening on the individual level? What is the benefit of recurrent change? And what are the downsides of ongoing managerial performance? Why are some (groups of) people more successful than others? What would happen if organizational culture were less monolithic? The aim of the seminar is thus, to increase the reflective capacity of students in grasping their own positioning in the era of what Bauman (200) refers to as 'late modern condition', next to the consequences of this positioning for the processes of inclusion and exclusion inside and outside organizations. Contents: The course provides insights and overviews, detailed and wide perspectives on the broad theme of diversity in organizations contextualized by globalization, an ongoing urge for change and loss of reliance in current 'postmodern' society. Last year, students reported that 'this course unexpectedly linked issues of globalization with the personal level'. Ethnicity, gender, physical condition and age are explicit categories by which people can be excluded. Background, class, and education play a role in a more implicit sense. Over all, the mechanisms by which in/equality pertains are often hard to detect, despite of the advantages in a moral or an economical sense. We give an overview of the theoretical perspectives that have led to what we now call 'management of diversity'. Core concepts are: diversity, identity, gender, embedded and embodied organizational structures and patterns of (global and individual) power. Docent: prof. dr. H. Ghorashi (Coordinator) Link: http://www.vu.nl/nl/studiegids/2010-2011/master/c-d/culture-organization-andmanagement/index.asp?view=module&id=50046694&parentgroup=50046538 Periode: semester 1 216 Faculteit der Wijsbegeerte GENDER STUDIES: GESITUEERDE ETHIEK: HET 'FEMINISME' VAN URBAN WALKER EN TRONTO Master, 6 EC Nog geen additionele informatie bekend Docent: dr. A.C.M. Roothaan (Coordinator) acm.roothaan@ph.vu.nl Link: http://www.vu.nl/search/ModuleDetails.aspx?language=nl&year=2010&faculty=0&id=5004737 9 Periode: period 1 217 Wageningen, Wageningen Universiteit All teachers (see below) can be contacted for open courses, internships and thesis for BA and MA graduation (EC and period to be agreed upon)! GENDER, CULTURE, CONSUMERS AND MARKETS: CRITICAL HISTORICAL AND SOCIOCULTURAL FEMINIST PERSPECTIVES BA/MA, 6 EC The interrelationship between culture, identity and merchandise has become one of interdependence. How individuals, in any given social group, see themselves and how they are viewed and treated by others is in part linked to media images, of which advertising plays an important role. The course examines the marketing of products, ideals and ideas, and the relationship to social hierarchy (gender, race, ethnicity, wealth) as linked to societal roles, consumer and other behaviour, and identity. The course compares Western, non-Western, and rural and urban contexts and settings. Forms of resistance within and against consumer culture are also examined. For the analytical frameworks the course draws on feminist and gender studies in consumer sciences, communication sciences, marketing, social history and anthropology. Docenten: Dr. Lisa L. Price en Dr. Margreet van der Burg Link: https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=920K2WYS6A 8TBXU6$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids.css &lang=nl&app=bois Period*: Block 2 (1 Nov-23 Dec 2010) 218 GENDER AND NATURAL RESOURCES BA, 6 EC How is the use, management and knowledge of natural resources and the environment gendered? International and national policy statements on the environment frequently make explicit reference to the crucial importance of women as users, guardians and managers of natural resources. Development policies tend to refer to women as the 'local experts' on water, soils, forests and seeds. Yet, most rights to land, water and trees continue to be vested in men, while men also predominate as managers of and experts in natural resources. In this course students learn how the use, management and knowledge of natural resources are gendered. The course starts with proposing and discussing tools and concepts to identify, understand and explain this 'genderedness', and to understand its implications for equity, sustainability and efficiency. It continues with presenting different frameworks (gender and environment, feminist political ecology, eco-feminism) for analyzing gender and environment linkages. These frameworks are discussed based on cases of different countries. The course also critically examines gendered assumptions of current policy approaches to the management of natural resources. In addition, the course provides an introduction to gender sensitive planning methods in watershed, forestry and irrigation management projects. Docent: Dr. Ir. Margreet Zwarteveen Link: https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=92NVO7A2Q WUHSCN5$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids. css&lang=nl&app=bois Period: 5th Period (7 March -29 April 2011) 219 GENDER, IDENTITY POLITICS AND RURAL CULTURAL HERITAGE BA/MA, 6 EC The course will untangle the manifold ways for the preservation, presentation or revival of the rural past as rural cultural heritage. We look into the motivations and arguments given to justify what or whose past is highlighted. We deal with the challenges and pitfalls when trying to value and embed the current display from a critical historical perspective. We analyse the power structures that may help understand the current uses of the past as well as the selective processes behind them. Differentiation according to gender, race, class, religion, urban/rural and age will be dealt with. Methodologies to uncover hidden histories are presented. The course focuses on Western ideology and conceptualisations on rural-rurality, culture and history, which undoubtedly have influenced the discussions and practices all over the world. After introductory weeks with readings, lectures and discussions, the students work (possibly in small groups) on a relevant topic of their choice. The examination is based on home assignments, the final paper and the presentation of it before class. Docent: Dr. Margreet van der Burg Link: https://ssc.wur.nl/wpage8/xpage.aspx?xml=vak_xml.iread?Vak:Vak%20id=92CBX06RT2 MYQOPY$Ondeenheid:Gidsjaar=2010$Oplsrt:Oplsrt=R&xsl=/bois/xsl/vak.xsl&css=gids.cs s&lang=nl&app=bois Period: 5th Period (7 March -29 April 2011) 220 Maastricht, Universiteit Maastricht Education centre for gender and diversity MINOR CRUCIAL DIFFERENCES The three courses below, can be followed as a minor. More information and registration: http://www.maastrichtuniversity.nl/web/Faculties/FASoS/Theme/Education/Minors.ht m COURSE A: THE MAKING OF CRUCIAL DIFFERENCES 12 EC The Making of Crucial Differences deals with historical configurations of race, class, gender and sexuality. It looks at the way in which self and other, black and white, east and west, male and female, hetero- and homosexual, upper, middle and lower class were conceptualised and sometimes newly invented in science, philosophy and social theory, and how these concepts were constructed and ‘lived’ in social reality. The diffuse process of what is known as Enlightenment is taken as a meaningful starting point. This political and cultural transformation promised liberty, democracy and equality between races, sexes and classes, yet at the same time it has built the crucial forms of in- and exclusion which structure society and individual identities until the present day. Coordinator: Ulrike Brunotte Link: N.A. Period: September - October 2010 221 COURSE B: CRUCIAL DIFFERENCES IN THE 21st CENTURY 12 EC Crucial Differences in the 21st Century deals with contemporary configurations of race, class, gender and sexuality. It looks at the way in which the crucial differences are constituted nowadays. We will study how constructions of gender, ethnicity, class and sexuality are contested and how they are changing. We are especially interested in intersectional approaches, which state that crucial differences interact with each other and are often defined in terms of each other. This course is radically interdisciplinary, with lecturers fromLaw, Economy, Health Sciences and Arts & Culture. Coordinator: Ulrike Brunotte Link: N.A. Period: November - December 2010 222 COURSE C: CRUCIALLY DIFFERENT LIVES Crucially Different Lives studies biographies and autobiographies of ‘crucially different’ subjects and how the stories of their lives are told. Literature and other materials will be announced. In this minor you will not only read key-sources and interdisciplinary academic articles/ books from the domains of gay studies, ethnic studies, gender studies, social history and science studies, but also novels, (auto) biographies and films which represent the way in which crucial differences were created and lived. Coordinator: onbekend Link: N.A. Period: January 2011 223 UCM POP SONGS AND POETRY: THEORY AND ANALYSIS 5 EC This course is based on the following textbook: Helen Vendler. Poems, Poets, Poetry: An Introduction and Anthology. Second edition. Boston: Bedford/St. Martin’s, 2002. In three respects we shall amplify Vendler’s book: First, by reading some of the theory on the lyric by literary theorists such as Jonathan Culler, Barbara Johnson, Veronica ForrestThomson, Jan de Roder, and others. As an academic, you must learn to read literary theory from firsthand sources. Second, by applying all of the chapters of Vendler’s book to modern songs. Songs are also poems, although they are never considered in the conventional histories of poetry and in lyric theory. This is a strange omission, for not only do the “lyrics” of songs show all properties of poetry, the music of the song can also be seen as an exteriorization or enhancement of the musical element of language, emphasized in “regular” poetry through the use of rhyme, rhythm, structure, and images. The lack of attention to the pop song in books on poetry makes these books a bit outdated. Aim of this course is to give the theory of poetry a new life, by reconnecting it with the song. Finally we will amplify Vendler’s book by focusing on gender, ethnicity and sexuality as relevant categories of analysis in the study of poetry and song. There are significant differences in the ways in which male and female poets and singers express themselves: differences in themes, in the intertextual universes poets/singers choose to position themselves, in the use of genre, in forms of addressing the reader. We will address the question how gender, ethnicity and sexuality could be integrated into the theory of the lyric. Goals • To analyze pop songs and poems in depth. • To explore the theory of the lyric. • To integrate gender and diversity into the study of the lyric. • To become familiar with a number of classic Anglo-American poems and influential pop songs. Coordinator: Maaike Meijer Link: http://www.ucm.nl/ Periode: 1 224 THE MAKING OF CRUCIAL DIFFERENCES: ‘RACE’, SEXUALITY, GENDER, AND CLASS IN HISTORICAL PERSPECTIVE 5 EC This course offers a historical inquiry into the evolution of intersectionality between gender, sexuality, class, ‘race’ and imperialism from the eighteenth century until World War II. It aims, firstly, to trace and illustrate the ways in which the Enlightenment has provided a rationale to mark gendered, classed and racialized boundaries in science which, more often than not, resulted in inequalities. These inequalities became embedded in European society in such a way that the active, dominant subject came to be seen as ‘white, male, and middle class.’ Moreover, this dominance grew beyond ‘Europe’ and helped to carry out the imperial project. The centrality of empire discursively and materially forged a ‘European-ness’ that was distinctively gendered, classed and racialized. This will introduce you to how middle class was defined in relation to the working class. Secondly, the course will problematize social divisions such as ‘race’ class, and gender as well as norms like heterosexuality, middle-class- ness etc. by looking at shifting boundaries of these divisions and norms. Thus, it will examine the dynamic processes of their formation and contradictions, which emerged out of these processes. We will heed our attention to some of the salient ways in which women and men of the different classes and ‘races’ became embedded in social relationships, thereby often transgressing taken-for-granted lines of differences. We will primarily draw on examples from ‘European’ history. This indeed urges us to look at the world of empire, through which ‘European-ness’ has come to the fore. Finally, the course aims to introduce a wide range of debates that offer the possibility to analyze the ways in which differences have intersected with one another in different periods and how they have manifested themselves in power relations. Understanding the complexity of the “crucial differences” entails an interdisciplinary approach. The course builds on approaches and theories from such disciplines as history, literature, philosophy and sociology as well as from gender studies and cultural studies. The interdisciplinary nature, however, does not mean that we simply add and stir existing disciplinary strands together in a large pot. Rather, it encourages you to pursue creative learning. In this process, both lecturers and teaching materials will facilitate you to develop a lens through which you are able to critically look at the world. Last but not least, the historical perspectives that you will gain during this course will help you to comprehend the historical embeddedness of contemporary issues. ness etc. by looking at shifting boundaries of these divisions and Goals • To acquaint students with historical configurations and intersections of ‘race’, class, gender and sexuality, and the way in which they were conceptualised and sometimes newly invented in science, philosophy and social theory; • To acquaint students with the way in which these configurations have structured cultural texts and images, individual identities and organisations; 225 • To acquaint students with the way in which such intersecting categories of difference have constituted (and still constitute) inequalities and differences of power, resulting in invisibility, restricted access to sources etc. • To acquaint students with historical configurations and intersections Coordinator: Ulrike Brunotte Link: http://www.ucm.nl/ Periode: November – December 2010 226 CULTURAL DIVERSITY IN A GLOBAL PERSPECTIVE 5 EC The course focuses on cultural difference and identity in an era in which the nation is losing its unifying significance in matters of personal identity and group identity formation. The course seeks to analyse how globalization influences identity and culture and the ways in which these interact with social differences, gender, ethnicity, religion and nationality. Its orientation is both practical and theoretical. In the course the relations between key terms such as difference, cultural diversity and identity are studied, as well as mutual constructions of 'us' and 'them'. We will be tackling questions like: What is globalization? What is culture? What is identity? Are the latter two influenced by globalization, and if so, in a good or in a negative way? We will get acquainted with different theories of globalization and culture such as Hybridization (Nederveen Pieterse), McDonaldization (Ritzer), or the Clash of Civilizations (Huntington), concepts such as orientalism (Said) and occidentalism (Margalit and Buruma), fundamentalism and multiculturalism. Throughout the course theoretical discussions are linked to real life, actual and sometimes pressing practical debates and examples such as multicultural dilemmas, national identity formation, fundamentalist terrorism, Diaspora, out- sourcing and migration. Globalization, identity and culture are broad concepts and phenomena that have far reaching consequences. Therefore, they cannot be studied within the realm of one discipline, at least not if we want to come to a fuller and better understanding of the complexity of several debates, problems and phenomena of cultural diversity in a globalized world. That is why we will not confine ourselves to one disciplinary approach. During this course we will look at and work with different theories and tools from different disciplines, working towards an interdisciplinary approach that helps us to grasp the full scale of cultural diversity in global perspective. Interdisciplinarity helps us to develop a critical view towards several theories, since we get acquainted with several competing ones and furthers us to develop our own ideas about cultural diversity. The disciplines we will come across are, among others: cultural studies, gender studies, philosophy, history, anthropology, sociology, international management etc. to grasp the full scale of cultural diversity in global perspective. Goals Students of this course will learn to reflect upon issues of globalization and cultural diversity from several disciplinary perspectives and connect these issues with their major field of academic study. Coordinator: Agnes Andeweg Link: http://www.ucm.nl/ Periode: 2 227 CRUCIAL DIFFERENCES IN THE 21TH CENTURY 5 EC This course introduces contemporary perspectives of configurations of ‘race’/ethnicity, class, gender and sexuality. You will learn to examine the ways in which crucial differences are constituted nowadays by asking questions like: how do the contributions of diverse strands of movement and claimants such as ‘racial’ minorities, ‘Third World’ feminists, gays and lesbians (so called identity politics movements) radically reshape the form and content of identities?; How is our everyday life constituted and re-constituted by such politics?; Does this identity claiming primarily pertain to the symbolic and cultural realms, or does it also effect material inequality?; In what ways is material inequality informed by struggles and identity claims over resources of different types, undertaken in terms of gender, class, ‘race’/ethnicity and sexuality?; How is the material and the symbolic in social stratification connected in the global scale? Is claim-making based on ‘difference’ leading to the deepening of the divisions or is it leaving some space for coalition and networking despite — or rather because of — based on the ‘crucial differences’? Through critical inquiry into major texts, this course dynamically re- conceptualizes the intersections between the divisions of gender, class, ‘race’/ethnicity and sexuality; the relationship between these divisions and the nationstate in the process of globalization; and between theory and practice in ‘difference’ claim-making. Examples we draw on extend beyond Europe and cover Africa, Asia, Latin America, and North America. Diversity is furthermore exemplified in our interdisciplinary approach. The course builds on approaches and theories from disciplines such as literature, philosophy, sociology, anthropology, economics, political economy, law, health science as well as from the fields of gender studies, cultural studies, development studies and migration studies. The interdisciplinary nature, however, does not mean to simply add existing disciplinary strands together. Rather, it will provide you with an opportunity to critically analyze and comprehend the multifacetedness of the world we are all living in. The historical perspectives you have become acquainted with in the course A will be a foundation for the contemporary setting you are about to embark on. Moreover, the skills training, which awaits you in the course, inevitably entails an exercise to locate your position in the Problems. Coördinator: Louis van de Hengel Link: http://www.ucm.nl/ Periode: 2 228 CULTURAL STUDIES I: DOING CULTURAL STUDIES 5EC ‘Cultural studies’ is a new and successful discipline, or perhaps better ‘interdiscipline’, in the curricula of universities and colleges of today. Cultural studies surpasses boundaries between disciplines and methods, problems and perspectives. By focussing upon ‘culture’ or ‘the cultural’ as the assembly of ‘meaningful practices’ it connects semiotics or the analysis of signs and the studies of popular culture and literature, of gender and diversity, mass media and technology. Culture has become central in our daily lives and in our reflections upon economics, politics, the arts and society. On the one hand, this change is substantive, that is to say, is due to the explosion of ‘meaning’ (in need of interpretation) in the mass production of texts and images through new technologies such as global information systems and mass media, new visual forms of communication and the World Wide Web. Important in the development of cultural studies was for instance the expansion of television and film, which for their understanding needed new methods of analysis. In due course this led to a critical reflection upon the ‘old’ division between high culture and popular culture, production and consumption. On the other hand can the centrality of ‘culture’ be attributed to an epistemological change, which is connected to a different conception of the relation between nature and culture, the material world and the world of language and ideas, bodies and identities. Whereas formerly it was taken for certain that ‘culture’ reflected the material conditions of men – or in Marxist terms, as ‘superstructure’ was always dependent of the basic structure of the economic relation -, twentieth-century philosophers and theorists have pointed out the constitutive power of language and culture. Indeed, all social activities are meaningful or ‘discursive practices’ in the terminology of Foucault, and have to be studied as such. In this introductory course the case to study different cultural processes in their different moments of ‘articulation’ (production, consumption, regulation, representation, identity) is the ‘biography of the Sony Walkman’. This artefact and product of a world wide business corporation allows us not only to study the structure, strategy and culture of the organisation, but also its marketing, consumption and use by men and women, young and old people, in regional and global markets, in the public sphere and at home. Coordinator: J.L. Weusten Link: http://www.ucm.nl/ Periode: 4 229 CULTURAL STUDIES II: READING CONTEMPORARY CULTURE Intermediate, 5 EC The course ‘Cultural Studies II: reading contemporary culture’ is a further exploration of the world of cultural studies. In this course the focus is on representation as a ‘key moment’ in the ‘circuit of culture’, which some of you have studied in ‘Cultural Studies I: Doing cultural studies’. Cultural Studies II immerses you in the interdisciplinary theories and practices of (textual and visual) representation, which is key to the critical analysis of contemporary culture. The connection between ‘representation’ and ‘culture’ is language, for it is through language that we construct, convey, share and communicate meanings. In cultural studies language is broadly defined as ‘a signifying practice’. Language is not just a system of words and their meanings, but also a ‘system of representation’ in which signs and symbols represent concepts and meanings, each ‘language’ consisting of its own signs. Spoken language uses sounds, written language words, in musical language the signs are notes on a scale, and in ‘body language’ the signs are gestures. In itself such signs are meaningless, they become meaningful practices for what they do in a specific ‘system of representation’. In this course you will study the poetics and politics of cultural phenomena such as photography and film, museum and fashion. The poetics of representation refers to a semiotic reading of (textual and visual signs) as developed by linguistic theorists and philosophers such as Ferdinand de Saussure and Roland Barthes. The politics of representation deals with the discursive reading of language, which emphasizes the way in which discourses are always involved in power relations, following Michel Foucault. Throughout this course you will analyze texts, visual materials and artifacts from contemporary culture, such as striking pictures and adds of male models, pictures of black athletes and soap series. Furthermore, you will become a photographer and produce and analyze ‘signs’ yourself. You will visit a museum and analyze its ‘system of representation’ making use of analytical tools that semiotics and discourse analysis offer. You will also analyze a popular novel, focusing on the way femininity and masculinity are represented in relation to the cultural practice of preparing food. Coordinator: Link: http://www.ucm.nl/ J.L. Weusten Periode: 5 230 LITERARY NEGOTIATIONS OF MODERNITY: THE CASE OF THE GOTHIC FICTIONS 5EC The Gothic novel arose in Britain when the increasing preoccupation with individual consciousness that began in the early 18th century collided with the unique cultural anxieties of the late 18th century. It is a response to the tensions and instabilities caused by the innovations of Enlightenment rationalism, political upheaval at home and abroad (the French Revolution) and the transformation of the family from a socioeconomic into an affective unit, which introduced new psycho-sexual realities. The Gothic novel is devoted to an exploration of illegitimate forms of sexuality that subvert the social order, of supernatural phenomena that cannot be accounted for empirically, of experiences and sensations beyond rationality, and of social inequities that are at odds with progressive, emancipatory ideals. One could say that the Gothic novel expresses an ambivalent wavering or double pull between modernity and antimodernity, and as such, it has accompanied the complex process of modernization ever since, up to this very day. The Gothic has proved to be a prolific cultural strategy, manifesting itself in other countries and other forms of cultural expression such as (pop) music, film, games and fashion. Although the main focus of the course will be on historical Gothic fictions, there will be ample room to discuss contemporary examples. Goals To provide insight into the complex ways in which the arts (in this case, Gothic fictions) respond to the increasing rationalization, disenchantment and individualization of modern Western culture. To equip students with research skills that will enable them to make an original contribution to comparative inquiries into gothic fictions. Coordinator: tba Link: http://www.ucm.nl/ Periode: april – mei 2011 231 GREAT NOVELS 1850 – PRESENT Bachelor, 5 EC For centuries, literature would first of all entail drama and poetry. But when in the course of the nineteenth century paper and printing became cheaper, reading slowly became a solitary activity, and the novel took flight. This course focuses on a number of key novels from the Western tradition from 1850 onwards. The reading of the primary works is the main objective for this course. Due attention will however be paid to issues such as the relation literature-society, periods in literary history, the position of the author, and basic literary concepts like meaning, representation, and plot. Students will gain experience in reading, analyzing and writing about literature. Authors to be read: Flaubert, Couperus, Woolf, Mann, Yourcenar, McCullers, Cunningham. Each novel will give occasion to introducing one or two important concepts (for example: Woolf – focalization; Yourcenar – history; Cunningham – intertextuality etc.). Goals To acquaint students to a number of great novels from the western tradition. • To acquaint students to a basic understanding of periodisation in literary history. • To acquaint students to basic concepts in literary theory. • To enable students to apply theoretical concepts to their readings of novels Coordinator: Link: http://www.ucm.nl/ Agnes Andeweg Periode: april – mei 2011 232 CULTURAL DIVERSITY IN A GLOBAL PERSPECTIVE (Elective) Bachelor, 5 EC The course focuses on cultural difference and identity in an era in which the nation is losing its unifying significance in matters of personal identity and group identity formation. The course seeks to analyse how globalization influences identity and culture and the ways in which these interact with social differences, gender, ethnicity, religion and nationality. Its orientation is both practical and theoretical. In the course the relations between key terms such as difference, cultural diversity and identity are studied, as well as mutual constructions of 'us' and 'them'. We will be tackling questions like: What is globalization? What is culture? What is identity? Are the latter two influenced by globalization, and if so, in a good or in a negative way? We will get acquainted with different theories of globalization and culture such as Hybridization (Nederveen Pieterse), McDonaldization (Ritzer), or the Clash of Civilizations (Huntington), concepts such as orientalism (Said) and occidentalism (Margalit and Buruma), fundamentalism and multiculturalism. Throughout the course theoretical discussions are linked to real life, actual and sometimes pressing practical debates and examples such as multicultural dilemmas, national identity formation, fundamentalist terrorism, Diaspora, out- sourcing and migration. Globalization, identity and culture are broad concepts and phenomena that have far reaching consequences. Therefore, they cannot be studied within the realm of one discipline, at least not if we want to come to a fuller and better understanding of the complexity of several debates, problems and phenomena of cultural diversity in a globalized world. That is why we will not confine ourselves to one disciplinary approach. During this course we will look at and work with different theories and tools from different disciplines, working towards an interdisciplinary approach that helps us to grasp the full scale of cultural diversity in global perspective. Interdisciplinarity helps us to develop a critical view towards several theories, since we get acquainted with several competing ones and furthers us to develop our own ideas about cultural diversity. The disciplines we will come across are, among others: cultural studies, gender studies, philosophy, history, anthropology, sociology, international management etc. to grasp the full scale of cultural diversity in global perspective. Goals Students of this course will learn to reflect upon issues of globalization and cultural diversity from several disciplinary perspectives and connect these issues with their major field of academic study. Coordinator: Agnes Andeweg Link: http://www.ucm.nl/ Periode: November – December 2010 233 TILBURG, UNIVERSITEIT VAN TILBURG RELIGION AND GENDER BA, 6 EC In deze cursus wordt de wisselwerking tussen betekenissen van gender op de inhoud, vormgeving, symbolen van religieuze tradities én de invloed van gender op de studie van religie bestudeerd. Na een algemene, meer theoretische inleiding over de epistemologische, historische en sociaal-culturele betekenis van complexiteit van gender in relatie tot de verschillende benaderingen van de studie van religies, wordt aan de hand van concrete voorbeelden uit verschillende religieuze tradities het belang en de betekenis van de gender binnen de verschillende maiores (aandachtsgebieden) van de opleiding uitgewerkt. Daardoor wordt duidelijk hoe de samenhang is tussen enerzijds maatschappelijk en culturele opvattingen over respectievelijk vrouwen en vrouwelijkheid, mannen en mannelijkheid en de verhouding tussen de seksen en anderzijds de wetenschappelijke theorieën over en de praktijken (onder meer: bronnen, concepten, beelden, symbolen, rituelen) van de religies. Doel: De studenten verwerven kennis en inzicht in de complexiteit van de relatie gender, religieuze tradities en sociaal-culturele contexten. Zij verwerven inzicht in de samenhang tussen opvattingen over gender (vrouw/man) en de wijze waarop deze opvattingen binnen de theorieën over en de praktijken van religieuze tradities expliciet en impliciet een rol spelen; Studenten zijn in staat dit complex op het terrein van hun gekozen maior op zelfstandige wijze te herkennen, te beschrijven en te analyseren. Studenten zijn in staat de relevantie van gender voor de studie van religie op adequate wijze te beschrijven. Docent: dr.V.J.R. Draulans Link: http://mystudy.uvt.nl/it10.vakzicht?taal=n&pfac=FGW&vakcode=992154 Periode: 28 september – 14 december (colleges) 234 LEIDEN, UNIVERSITEIT VAN LEIDEN MINOR: GENDER EN SEKSUALITEIT IN MAATSCHAPPIJ EN CULTUUR 30 EC Vakken (Zie volgende pagina’s) Geschiedenis van Gender en Seksualiteit Het Verlangen naar de Ander: Gender en Etniciteit Nu Actuele Visies op Gender en Seksualiteit Voyeurisme en Exhibitionisme: Gender in Beeld Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/studies/show/gender_en_seksualiteit_in_maatschappij_ en_cultuur 235 FOCUS 5A+6: GENDER DYNAMICS IN CONTEMPORARY JAPANESE SOCIETY I BA (300), 5 EC Gender structures the lives of women and men in all societies, yet varies in shape and dynamics. In this course, we will explore the dynamics of gender in modern Japan, from the Meiji period to the present. Going beyond women as the primary focus of gender studies, readings will explore the structures, processes and practices, which contribute to gender difference and its reproduction in the economy, society, and the state. Themes may include gender and family relations in premodern and early modern Japan, the rise of the ideology in early twentieth century Japan, state regulation of reproduction and sexuality, the emergence of the New Middle Class and salaryman in postwar Japan, as well as contemporary issues, such as gender inequality in the work place, the delay in marriage and child birth and marginal masculinities. Objectives The goal of this course is not only to become familiar with key issues in the study of gender in Japan, but also to examine different conceptualizations of gender. Students will receive guideance on how to conduct independent research on a topic of choice and learn to write and present on a gender aspect of contemporary Japanese society in a scholarly fashion in preparation for their BA thesis. Docent: Dr. A. Ezawa Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25440/focus_5a6_gender_dynamics_in_c ontemporary_japanese_society_i Periode: Semester 1 236 HET VERLANGEN NAAR DE ANDER: GENDER EN ETNICITEIT NU BA (300), 5 EC In dit college onderzoeken we verschillende cultuurgebonden noties van gender en seksualiteit, en de interculturele interacties tussen die opvattingen. We zullen zien dat noties van gender, seksualiteit, ras en etniciteit nauw met elkaar verweven zijn. We beginnen met het controversiële en baanbrekende onderzoek van Margaret Mead, Frantz Fanon, Sander Gilman en Lillian Smith, en vervolgen met exploraties van de positie van vrouwen wereldwijd, de erotische beeldvorming over culturele anderen, en o.a. de discussies over hoofddoekjes, vrouwenbesnijdenis, homoseksualiteit, met bijzondere aandacht voor de rol van literatuur, theater en film. Docent: dr. I. Hoving Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25572/het_verlangen_naar_de_ander_ge nder_en_etniciteit_nu Periode: Semester 1, blok 1 en 2 237 ACTUELE VISIE OF GENDER EN SEKSUALITEIT BA (300), 10 EC Actuele Visies op Gender en Seksualiteit is een werkcollege over de actuele stand van zaken. Tegen de achtergrond van het inleidende, meer historische college wordt in het tweede semester een werkcollege aangeboden over de actuele debatten over gender en seksualiteit. We beginnen aan het einde van de jaren zestig, bij het begin van de tweede feministische golf. We lezen, bekijken en bespreken enkele spraakmakende films en romans, zoals Lady Chatterley’s Lover. Zijn we het nu nog eens met de zeer scherpe kritiek die Kate Millet destijds leverde op de opvattingen over gender en seksualiteit in die roman? Vervolgens verbreden we de discussie naar grote vragen als: hoe kun je het gegeven verklaren dat grote schrijvers en schilders meestal mannen zijn? Schrijven vrouwen anders dan mannen? Hoe werken vrouwelijke en mannelijke verlangens door in de populaire cultuur en in de kunsten? En: hoe vast staat je sekse eigenlijk – in hoeverre kun je met je sekse spelen? De colleges in deze reeks zijn opgebouwd rond sleutelbegrippen als canon, seksismekritiek, de ‘nieuwe man,’ biseksualiteit, vals bewustzijn, cyberfeminisme, performance, travestie en transgender. We lezen D.H. Lawrence, Kate Millet, Maaike Meijer, Linda Nochlin, Charlotte Brontë, Toni Morrison, Simone de Beauvoir, Rosalynd Coward, Eve Sedgwick, Marjorie Garber, Judith Butler, bell hooks, e.a Docent: Dr. Y. Horsman en dr. I. Hoving Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25570/actuele_visies_op_gender_en_sek sualiteit Periode: Semester 2, blok 3 en 4 238 LITERATURE: SHAKESPEARE’S SISTER: GENDER TROUBLES IN THE EARLY MODERN PERIOD BA (500), 10 EC This course will give you the opportunity to meet Virginia Woolf’s most provocative creation, Shakespeare’s fictional sister, Judith, in the flesh. Critics have ploughed through archives to prove Woolf wrong: the cruelties of patriarchy did not succeed in smothering Judith. In our course we will have a closer and sometimes sceptical look at some of the issues that underlie the recent incorporation of female-authored texts in the literary canon. We will study a variety of prolific women writers such as Elizabeth Cary, Margaret Cavendish, and Aemilia Lanyer, whose works demonstrate that, as Diane Purkiss has adequately put it, female authors in the Renaissance were neither “Shakespeare in drag”, nor were they “as comprehensively silenced as Virginia Woolf’s tragic heroine”. Attention will be paid to the different genres in which the ‘otherness’ was cast, in a variety of both female-authored and male-authored texts, such as plays, closet drama, pamphlets, poetry, letters and the masque, which was in the early Renaissance the only medium that allowed female actors on stage. Various representations of gender and sexuality in the Renaissance will be discussed, exploring themes such as the nature of men and women, love, marriage, and even incest and witchcraft. Issues such as the embedding of sexuality in the poetic language of Donne and Herbert, changing attitudes towards marriage in ‘taming plays’ such as Shakespeare’s The Taming of the Shrew and Fletcher’s sequel to it, The Tamer Tamed (c.1611), the stage practice of having female characters acted by boys, and the frequently used ploy of cross-dressing, will provide us with enough tantalizing material for discussion. Finally, different aspects of (revisionist) theory with regard to Renaissance drama will be introduced: such as for instance the feminist and postcolonial rewriting of Shakespeare’s The Tempest in Marina Warner’s novel Indigo (1992). The interplay with visual arts, such as Inigo Jones’s bare-breasted costume designs or the female letter writer in the paintings of Vermeer will also be explored. In short, the overall aim of this course is to give participants a sense of what ‘the state of the art’ is in Renaissance Studies. Course Objectives • To gain insight into the complex issues of literary canonization, and to explore the richness of male-authored as well as female-authored texts of the early modern period. • To explore gender issues in a broad variety of early modern texts (canonical as well as non-canonical). • To be able to discuss and write about these and related matters in a scholarly and authoritative manner. Docent: Prof. dr. R.K. Todd 239 Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/22938/literature_shakespeares_sister_ge nder_troubles_in_the_early_modern_period Periode: Semester 2, blok 3 en 4 240 VOYEURISME EN EXHIBITIONISME: GENDER IN BEELD BA (300), 5 EC Genderstudies biedt een nieuwe manier om naar films te kijken. Filmtheoretici als o.a. Mulvey, Silverman, De Lauretis laten zien hoe voyeurisme en exhibitionisme een rol spelen in de manier waarop vrouwen en mannen naar films kijken. In dit college analyseren we, aan de hand van klassieke Hollywoodsuccessen en meer subversieve films, hoe we anders kijken naar vrouwen en naar mannen, en hoe films de blik van mannelijke en vrouwelijke kijkers organiseren. Docent: Dr. Y. Horsman Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/25571/voyeurisme_en_exhibitionisme_ge nder_in_beeld Periode: Semester 2, blok 4 241 CULTUURGESCHIEDENIS VAN HET OUDE CHINA: DE POSITIE VAN DE VROUW BA (400), 5 EC In dit werkcollege willen wij een brede blik werpen op de positie van de vrouw in het traditionele China (tot 1949). Aan de orde komen in iedere geval de sociale, economische, politieke en juridische positie van de vrouw. Ook zullen wij aandacht besteden aan de vrouw als schrijfster of als onderdeel van de religieuze praxis. Docent: Dr. Y. Horsman Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/24867/cultuurgeschiedenis_van_het_oud e_china_de_positie_van_de_vrouw Periode: Semester 2, blok 3 en 4 242 THEMATISCH TEKSTCOLLEGE: DE POSITIE VAN DE VROUW IN DE ISLAM BA (300), 5 EC In dit werkcollege zullen verschillende bronteksten worden gelezen die betrekking hebben op een enkel thema. Dit jaar is het thema de positie van de vrouw in de islam, waarbij we ons richten op het onderwerp ‘gehoorzaamheid’ en alle nevenonderwerpen die daarbij komen kijken (scheiding, onderhoud, thuis werken, slaag/tuchtiging). Aan de hand van een moderne juridische verhandeling zal worden gekeken naar wat de normatieve bronteksten (Koran, Hadith en fiqh) over het onderwerp zeggen. Ter afronding van het werkcollege zullen de studenten een werkstuk schrijven waarin zij de opgedane kennis relateren aan de visies van hedendaagse ‘moslimfeministen’ over dit onderwerp. Docent: Prof.dr. M.S. Berger Link: http://studiegids.leidenuniv.nl/courses/show/26222/thematisch_tekstcollege_de_positi e_van_de_vrouw_in_de_islam Periode: Semester 1, blok 1 en 2 243