Expansion of District Heating system MIROM Roeselare

Transcription

Num b er 12, Novem b er 2014 | B elgian Edition
INDUSTRY, WATER & ENERGY
MAGA ZINE
Grontmij finishes off major assignment from Elia The upgrade of a High Voltage / Low Voltage substation Heat networks also on the rise with us
Shutdowns at EVAL Europe and INEOS Oxide Modern control room for Speciality Polymers Antwerp New ladle furnace for ArcelorMittal Gent Think tank,
think Grontmij: projects at Noord Natie Terminals, ADPO and Total Olefins Antwerp Sewage treatment plant for Aquafin using SHARON technology
Grontmij assists Siemens in the construction of its first wind farm in Belgium Mix of projects at the IRMM of the European Commission
Expansion of
District Heating system
MIROM Roeselare
©Miet Willems
5
12
18
24
 CONTENTS
Expansion of District Heating system
MIROM Roeselare (from left to right):
Koen Van Overberghe (MIROM),
Alexander Daenen (Grontmij),
Tine Vanhoutte (Grontmij)
©Miet Willems
Electricity: Tension in the industry
Commitment to increasing the safety of electrical installations
Grontmij finishes off major assignment from Elia
The upgrade of a High Voltage / Low Voltage substation
Grontmij helps Sadaci to make electricity supply safe
Heat networks also on the rise with us
8
Electricity and heat from the deep: Germany’s largest geothermal heating plant goes into operation
Expansion of District Heating system MIROM Roeselare
Innovative heat distribution network for Biopark Terneuzen’s horticultural greenhouses
Projects during shutdown at EVAL Europe and INEOS Oxide
Modern control room for Speciality Polymers Antwerp
New ladle furnace for ArcelorMittal Gent
Think tank, think Grontmij: projects at Noord Natie Terminals, ADPO and Total Olefins Antwerp
Grontmij joins consortium with Ateim for projects at ArcelorMittal Liège
16
Sewage treatment plant for Aquafin using SHARON technology
The Grontmij Regenerator: from water treatment to energy production and raw materials factory
Italian branches of Katoen Natie under scrutiny
Energy policy agreement starts on 1 January 2015
Grontmij guides companies through their EBO process
Gassco focuses on safety with preventative gas pipeline control
Grontmij assists Siemens in the construction of its first wind farm in Belgium
Environmental Consulting at a glance
No soil remediation required at Dana Belgium and Bombardier Transportation
Soil of former industrial site in Hasselt under scrutiny
21
Ground surveys for the Oosterweel Link
RoTS improves Antwerp’s quality of life with a tunnel solution
Contentious legal points with soil pollution
‘Water for Industry’ seminar projects the future
Challenges for Project Execution and Engineering in the ferro and non-ferro industry
SMEs receive subsidized advice for environment and energy
Mix of projects at the IRMM (Institute for Reference Materials and Measurements) of the European Commission
27
COLOPHON
Industry, Water & Energy Magazine, Number 12, November 2014, Yearly Publication
of Grontmij Belgium NV; Industry, Water & Energy Services, M. Gillemanstraat 5,
B-9060 Zelzate, industry-water-energy@grontmij.be, www.grontmij.be General editor
Patrick Van de Velde, patrick.vandevelde@grontmij.be Editor-in-chief Saskia Poppelier,
saskia.poppelier@grontmij.be Design De VormCompagnie Translations MULTILEX
Printing, handling, posting Drukkerij M. Janssens
2
Grontmij | Industry, Water & Energy Magazine | November 2014
5
6
7
7
7
8
9
10
12
13
15
16
18
19
21
22
22
23
23
23
24
25
26
26
27
27
27
28
29
29
30
VIEWPOINT 
©ELIA SYSTEM OPERATOR
Smart energy networks for heat
and electricity
Our energy landscape is evolving day after day.
Over the next 10 years it’s certain that we will be
dealing with greater challenges and changes than
in the past 100 years!
In the contribution ‘Tension in the industry’
(p.5) we take a close look at the ‘electrical’
landscape. We read that a number of factors
such as new legislation, supply dependency
and rising energy costs play a role in the
decision of companies to carry out energy
studies, to draft energy plans and to build
energy plants. But this political-economic
motivation can also count: in 2012, the EU
spent twice the GDP of Belgium on the
import of energy products. Furthermore,
we are having to contend with outdated
infrastructure. Investments in production
and distribution are emerging while Agoria
recently announced that investments in this
sector have already been in a downward
trend for a few years.
Let's also look at heat. In the whole
energy debate we rather tend to focus
on electricity, while most of our energy
consumption consists of heat. In the
industry there is a lot of waste heat available
that is not valorised. On the contrary, it costs
us energy and cooling water to dispose of
this unused heat.
Many companies have realized some
nice efficiency increases after two rounds of
Benchmarking and Audit Covenant (see also
the contribution on p.23). For example,
through valorisation or the avoidance of
Smart electrical networks have a similar
function. We are faced with lower
availability of traditional production,
increased consumption of electricity for
heat pumps and transportation and
a further penetration of decentralized,
fluctuating renewable energy.
residual heat. Saving even more within ones
own perimeter seems harder and harder.
The logical next step is to work together
beyond the boundaries of units and
companies: between production plants,
mutually between companies, and between
companies and tertiary and domestic heat
consumers.
In this 'cross-border' joining of forces
there is also a major technical challenge.
The providers of residual heat must
maintain sufficient flexibility, the buyers
must have sufficient guarantees on
availability, the energy recovery must be
maximum in order to provide sufficient
‘paying power’ and ecological return.
To make all of this possible, we need to have
a well thought out basic infrastructure
and an intelligent scheme. Grontmij has
already been realizing such heat networks
in trendsetting European countries for years.
Belgium also seems to be waking up
(see the contribution ‘Heat networks also
on the rise with us’ p.8).
Heat networks come at a price.
But for several decades we’ve been
providing our communities and industry
with a basic infrastructure for clean energy
and a local valorisation of a waste product.
Worthwhile, right?
The challenges are keeping supply and
reliability up to standard. The smart grids
will help us to keep costs under control.
Grontmij is also engaged in this subject
matter: with Alexander Daenen as a
member of the Board of Directors of Smart
Grids Flanders, supporting and initiating
activities on smart grids and providing
speakers at study days and seminars, such
as a study day on energy producing
companies of Smart Grids Flanders
(18 September this year), the Smart Grid
School (8 October this year) and the seminar
on heat networks of Smart Grids Flanders
(25 November).
The evolution towards smart energy
networks for heat and electricity is fully
deployed!
Patrick Van de Velde
Business Line Director
Industry, Water & Energy
Services
You can always respond to us on
industry-water-energy@grontmij.be
3
 VIEWPOINT
Slimme energienetten voor warmte en elektriciteit
Ons energielandschap evolueert dag na dag. Zeker is dat we de komende 10 jaar met grotere
uitdagingen en veranderingen te maken krijgen dan de voorbije 100 jaar!
In de bijdrage ‘Spanning in de industrie’ (p.5) nemen we
het ‘elektrische’ landschap onder de loep. We lezen er
dat een aantal factoren zoals nieuwe wetgeving,
bevoorradingsafhankelijkheid en stijgende energie
kosten meespelen in de keuze van bedrijven om
energiestudies te laten uitvoeren, energiebeleids
plannen op te stellen en energiecentrales te bouwen.
Maar ook deze politiek-economische motivatie kan
tellen: in 2012 heeft de EU tweemaal het BNP van
België besteed aan de import van energieproducten.
We hebben bovendien te kampen met verouderde
infrastructuur. Investeringen voor productie en
distributie dringen zich op terwijl Agoria onlangs
bekend maakte dat de investeringen in deze sector
al een paar jaar in een dalende lijn zitten.
verhogingen gerealiseerd (zie ook de bijdrage over
de Energiebeleidsovereenkomst op p.23). Bijvoorbeeld
door valorisatie of het vermijden van restwarmte.
Nog meer besparen binnen de eigen perimeter lijkt
moeilijker en moeilijker. De logische volgende stap is
over de grenzen van units en bedrijven samenwerken:
tussen productie-installaties, tussen bedrijven
onderling, en tussen bedrijven en tertiaire en
huishoudelijke warmteafnemers.
Laten we ook eens naar warmte kijken. In het hele
energiedebat focussen we nogal op elektriciteit,
terwijl het grootste deel van ons energieverbruik
uit warmte bestaat. In de industrie is er heel veel
restwarmte beschikbaar die niet gevaloriseerd wordt.
Integendeel, het kost ons energie en koelwater om
deze warmte onbenut af te voeren.
In deze ‘grensoverschrijdende’ bundeling van krachten
ligt ook een grote technische uitdaging. De aanbieders
van restwarmte moeten voldoende flexibiliteit
behouden, de afnemers voldoende garanties op
beschikbaarheid, de energierecuperatie moet
maximaal zijn om voldoende ‘paying power’ en
ecologische return te voorzien. Om dit allemaal
mogelijk te maken, hebben we een goed doordachte
basisinfrastructuur en een intelligente regeling nodig.
Grontmij realiseert al jarenlang dergelijke warmte
netten in trendsettende Europese landen. België lijkt nu
ook te ontwaken (zie bijdrage ‘Warmtenetten nu ook
bij ons in opmars op p.8).
Heel wat bedrijven hebben na twee ronden
Benchmarking- en Auditconvenant mooie efficiëntie
Aan warmtenetten hangt een prijskaartje. Maar we
voorzien onze gemeenschap en industrie voor
meerdere decennia van een basisinfrastructuur voor
propere energie en een lokale valorisatie van een
restproduct. De moeite waard, toch?
Slimme elektrische netten hebben een gelijkaardige
functie. We kampen met lagere beschikbaarheid
van traditionele productie, een verhoogd verbruik
van elektriciteit voor warmtepompen en transport
en een verdere penetratie van decentrale, variabele
hernieuwbare energie.
Uitdagingen zijn het op peil houden van leverings
zekerheid en betrouwbaarheid. De smart grids zullen
ons helpen om de kosten onder controle te houden.
Ook in deze thematiek is Grontmij geëngageerd: met
Alexander Daenen als lid van de Raad van Bestuur van
Smart Grids Flanders, het ondersteunen en initiëren van
activiteiten over smart grids en het leveren van sprekers
op studiedagen en seminars zoals een studiedag over
energieproducerende bedrijven van Smart Grids
Flanders (18 september jongstleden) de Smart Grid
School (8 oktober jongstleden) en het seminar over
warmtenetten van Smart Grids Flanders (25 november).
De evolutie naar slimme energienetten voor warmte
en elektriciteit is volop ingezet!
Business Line Director Industry, Water & Energy Services
Des réseaux d’énergie intelligents pour la chaleur et l’électricité
Notre paysage énergétique évolue de jour en jour. Il est certain que nous aurons à faire, dans les
10 années à venir, à des défis et des changements plus importants que lors des derniers 100 ans!
Dans l’article ‘Tension dans l’industrie’ (p.5), nous allons
examiner en détails le paysage ‘électrique’. Nous
pouvons y lire qu’un certain nombre de facteurs tels
que la nouvelle législation, la dépendance en matière
d’approvisionnement et les coûts énergétiques
de plus en plus élevés jouent un rôle dans le choix
des entreprises de réaliser des études énergétiques,
des plans énergétiques et de construire des centrales
énergétiques. Mais on peut aussi compter sur
la motivation politico-économique : en 2012, l’UE
a consacré un montant égal à deux fois le PNB de la
Belgique à l’importation de produits énergétiques.
Nous avons également à faire à une infrastructure
désuète. Les investissements pour la production et la
distribution s’imposent, Agoria a d’ailleurs récemment
communiqué que les investissements dans ce secteur
sont en diminution depuis quelques années.
de l’efficacité après avoir participé à deux tours
de Benchmarking et d’Auditconvenant (voir aussi
l’article concernant la Convention Energétique
à la p.23). Par exemple, en valorisant ou en évitant
les résidus de chaleur. Economiser encore plus dans
les limites de son propre périmètre est de plus en plus
difficile. La prochaine étape logique est donc de
collaborer en-dehors des limites des unités : entre les
installations de production, entre les entreprises et
entre les entreprises et les consommateurs de chaleur
tertiaires et domestiques.
Tournons-nous à présent vers la chaleur. Lors du
débat en matière d’énergie, nous nous focalisons
principalement sur l’électricité, alors que la plus
grande partie de notre consommation en énergie se
compose de chaleur. Dans le domaine de l’industrie,
il y a pas mal de chaleur résiduelle de disponible
qui n’est pas revalorisée. Au contraire, cela coûte
en énergie et en eau de refroidissement pour évacuer
ces chaleur inutilisée.
Dans ce regroupement ‘transfrontalier’ de forces, il y a
aussi un important défi technique. Les fournisseurs
de résidus de chaleur doivent garder suffisamment
de flexibilité et les clients suffisamment de garanties
en matière de disponibilités ; la récupération d’énergie
doit être maximale afin de prévoir suffisamment de
‘paying power’ et de retour écologique. Afin de rendre
tout cela réalisable, nous avons besoin d’une bonne
infrastructure de base et d’une méthode de contrôle
intelligente. Grontmij réalise depuis des années ce
genre de réseaux de chaleur dans différents pays
européens qui suivent déjà cette tendance.
La Belgique ne peut donc plus y échapper non plus
(voir ‘Les réseaux de chaleur en progression chez nous’
à la p.8).
Un certain nombre d’entreprises ont déjà réalisé
de belles améliorations en matière d’augmentation
Les réseaux de chaleur ont aussi un prix. Mais nous
fournissons à notre communauté et industrie,
4
pour une durée de plusieurs décennies, une
infrastructure de base pour une énergie propre
et une valorisation locale d’un résidu de produit.
Cela en vaut la peine, non ?
Des réseaux électriques intelligents ont une fonction
similaire. Nous devons faire face à une moindre
disponibilité de la production traditionnelle, une
utilisation accrue d’électricité pour les pompes
à chaleur et le transport et l’augmentation de la
pénétration d’énergie renouvelable décentralisée
et variable.
Les défis sont l’entretien de la sécurité de livraison
et la fiabilité. Les smart grids nous aideront à garder
les coûts sous contrôle. Grontmij est également
impliquée dans cette thématique: avec Alexander
Daenen comme membre du Conseil d’Administration
de Smart Grids Flanders, avec le soutien et l’initiation
d’activité autour de smart grids et la mise à disposition
d’orateurs lors de journées d’études et de séminaires
comme la journée d’études à propos des entreprises
de production d’énergie de Smart Grids Flanders
(18 septembre dernier), la Smart Grid School
(8 octobre dernier) et le séminaire concernant
les réseaux de chaleur de Smart Grids Flanders
(25 novembre).
L’évolution vers des réseaux énergétiques intelligents
pour la chaleur et l’électricité a réellement commencée!
Business Line Director Industry, Water & Energy Services
ELECTRICITY 
For many it’s self-evident: we produce electricity, we transport electricity, we consume electricity.
That a serious dip in supply could occur was not often thought about until recently. Now that a
shortage threatens because three nuclear reactors are shut down, our confidence in the readiness
of electricity production and distribution has received a hefty blow. As a partner of Elia in Belgium
(see page 7) Grontmij has a strong commitment to the accelerated modernization of the high
voltage network and high-voltage substations in our country. Meanwhile a lot of industrial
companies are relying on Grontmij to realize energy projects.
Tension in
the industry
5
 ELECTRICITY
Industry generates its own electricity
Partly in response to the supply uncertainty,
increasing numbers of industrial companies
are choosing to generate electricity
themselves. This way they are arming
themselves in order to counterbalance
a longer blackout in supply.
However that is not the first and only reason
why companies are conducting energy
studies and drawing up energy plans and
building power plants. The costing details
are also clear. Energy-intensive companies
that produce electricity themselves are
saving on the necessary costs for the
purchase of electricity in the long-term.
They use for example, an excess of steam for
the production of electricity. They then sell
the surpluses to the suppliers of electrical
power. Hence a double benefit.
Another very practical reason to be
concerned with the electricity issue is that
electric installations from previous years
need to be renewed in accordance with
the RD (Royal Decree or KB) 4/12/12. This
describes the minimum requirements for
the safety of electrical installations on jobs.
The KB requires the employer to straighten
out the documentation of the electrical
installation, as well as raising the safety level
thereof with the aid of a risk analysis
relating to 11 imposed risks (see box).
Clients can also contact Grontmij to work
out and conduct modifications to the
electricity network. To understand the costs
and benefits of a (large) investment in
a power plant for example, Grontmij
describes and calculates possible scenarios.
Grontmij is specialised both electrically
and structurally. Electrically in order to make
the necessary cable calculations (protection,
types of cables, ...) and draw up
specifications for the electrical installations
(high-voltage, medium voltage and low
voltage boards and transformer boards).
Structurally for the purpose of describing
technical conditions for high and
medium voltage stations (such as strength
calculations) and in order to make
provisions for the purpose of laying
and connecting cables.
Absolutely no easy task, especially when
you know that even coming close to a high
voltage cable can be extremely dangerous.
Commitment to increasing the safety of electrical installations
With the KB 4/12/12, the legislator aims
to increase the safety level of electrical
installations. Employers are required to
finalise the documentation (diagrams,
cable calculations, etc.) of their electrical
installations. They must also carry out a risk
assessment (for 11 imposed risks) on all old
electrical installations (01/01/1983) by
31/12/2014. From now on this risk analysis
must always be prepared for newly installed
electrical installations. Preventative
measures resulting from this risk assessment
should be implemented for old installations
at the latest by 31/12/2016.
For the application of the RD, Grontmij
offers the necessary support in:
6
Layout
and as-built locations of electrical
schematics;
Drafting of short circuit and cable
calculations on all voltage levels (high
voltage, medium voltage and low
voltage);
Making an inventory for and assisting in
conducting the risk analysis. For making
the inventory, Grontmij has drafted and
implemented a check-list per risk in an
automated database. Thus, the inventory
can be done efficiently and in detail.
Thanks to all its available expertise, Grontmij
is ideally placed to help with the development of solutions for potential issues that
arise from the risk analysis and calculations.
ELECTRICITY 
Grontmij finishes off major assignment from Elia
In 2012 Elia awarded Grontmij the contract
to steer the extension of the Lixhe sub
station in the right direction. The extension
of this high voltage substation is crucial
for the further development of the Belgian
electricity network and the link with the
Netherlands. As main contractor Grontmij
was responsible for the engineering and
the construction. The total Investment for
Elia amounts to 4.5 million euros.
The conversion and extension of the
380kV/220kV/15kV substation in Lixhe located in the Hamlet of the same name,
That field is coupled to a newly provided
220kV/15kV transformer. The objective of
the 220kV field is to distribute the electric
power, which is transported through
Belgium via the high voltage lines, to Tecteo,
the local distribution network manager.
The field is both a large On/Off switch
for the purpose of disconnecting part of
the power supply from the Belgian grid
and also as a transformer for converting
the high 220kV voltage to a lower 15kV
voltage. Transformation is necessary since,
from an energy point of view, it is better
north of Liege just next to the border with
the Netherlands - is a crucial part of the
further expansion of the electrical network
and the link with the Netherlands.
to transport electric power over a large
distance at higher voltages. The loss of
power is significantly reduced at higher
voltages.
In order to also meet the constantly
changing demand of power supply in the
Liege region, the existing 220kV field has
been expanded with an additional field.
The total Investment for Elia amounts
to 4.5 million euros. The new substation
was successfully put into service before
the summer of 2014.
The upgrade of a High Voltage / Low Voltage substation
In order to process 18 million tonnes of raw
materials, the necessary energy is required.
Total Raffinaderij Antwerpen transforms
the voltage on its site to medium and low
voltage via substations under its own
management. The necessary power is
distributed from these stations to the
various production units.
Currently one of the many substations
still houses a combination of medium and
low voltage switchgear with associated
transformers. When a renovation for
medium voltage claimed the total space,
it was decided to house low voltage
installations in a new building.
The power processed in the substation is
so crucial for the continuation of production
that it must be guaranteed at all times.
The new design has therefore been
constructed as ‘blast resistant’ and ensures
that the substation is able to withstand
the pressure waves of an explosion.
After the removal and conversion of the
low voltage switchgear, the existing
building can be renovated. All medium
voltage switchgear and the related
construction techniques are being replaced
in the run with this.
Total Raffinaderij Antwerpen has entrusted
both projects to the Grontmij energy team.
This team is responsible for the complete
detailed design of the plant, supported by
colleagues from civil engineering and
building services.
Grontmij helps Sadaci to
make electricity supply safe
Sadaci, part of the international
MOLYMET group, is a world leader
in the production and toll conversion
of molybdenum alloys. At its site in
the Ghent Canal Zone, the company
manufactures molybdenum containing
products (roasted molybdenum
concentrate and ferro molybdenum).
In order to provide all the activities on
the site with the necessary power, until
the end of 2015 Sadaci is using a 150 kV
substation with a capacity of 100 MVA.
After this date, network operator Elia
is taking this substation out of service,
partly because Sadaci’s consumption has
declined sharply and is too low for a high
voltage substation of this size. A 12 kV
substation is replacing it. Such a decision is
radical for an industrial customer. Not only
does the new substation have to be
installed and connected, the existing
electricity infrastructure and Sadaci’s
electricity network is also due for renewal.
Sadaci is investing 2 million euros for this.
Grontmij is supporting the company in
securing the power supply to the site so
that power interruptions are avoided.
The experience and know-how that
Grontmij has acquired during the projects
with Elia also stand in good stead for
Sadaci.
Grontmij is also providing Sadaci the
necessary advice in the discussions
with electricity supplier Eandis. Ultimately
a sound technical solution with high
availability and ample expansion
possibilities for the future has been
elaborated for Sadaci. Through logic
diagrams, Grontmij is enabling Sadaci
to acquire insight into the operation of
the plant so that it can manage it itself.
‘Grontmij is the perfect match for us
with know-how that we do not have.
This coupled with our knowledge of
the installations means that we are
securing our electricity supplies for the
future. Essential indeed for the survival of
our operation here in Ghent’, says Luc
Demuytere, Sadaci Project Engineer. This
additional know-how for Sadaci consists
of the deployment of high-voltage and
medium-voltage knowledge, knowledge
of and experience with the methodologies
of Elia and Eandis, a good relationship with
suppliers, the development of short-circuit
and cable calculations, the making of logic
diagrams, etc.
7
 H E AT
Heat networks also on
©MIROM
©MIROM
8
H E AT 
When it comes to district heating, Northern Europe is the leader. District heating
there, is an integral part of urban planning and energy supply. In Belgium,
the phenomenon is rather marginal. The first tentative steps are now still being made,
under the influence of the Green Heat Action Plan (Actieplan Groene Warmte) of
the Flemish government that financially supports the production of green heat.
The new energy policy agreement (Energiebeleidsovereenkomst or EBO) also obliges
companies entering into it to verify the feasibility for heat integration. Heat networks
are often a sustainable form of energy supply. The transported heat is mostly residual
heat, which would otherwise be lost, or heat that is generated in a sustainable manner
Electricity and heat
from the deep:
Germany’s largest
geothermal heating
plant goes into
operation
(green heat).
the rise with us
In Germany, the largest geothermal
heating plant was opened south of
Munich. With this project, Stadtwerke
München (SWM) set a milestone for
the sustainable use and development
of renewable energy. The CHP plant
generates green electricity for 16,000
households. At the same time it provides
households in Sauerlach with ecofriendly heat. The amount of geothermal
energy provided is also worth
mentioning. This enables us to be more
independent of solar and wind energy.
By 2025, Stadtwerke München wants
to produce as much green electricity
in its own facilities as the City of Munich
consumes. The new power plant
generates an electrical output of approx.
6 MW and a thermal output of approx.
4 MW. The required drilling slots have
a length of approx. 5 km and extend to
a depth of approx. 4.2 km.
The concept of district heating is relatively
simple: water transports heat from one or
more sources to consumers. In practice,
district heating projects require an
integrated and multidisciplinary approach.
In order to succeed, questions from various
disciplines need answering: aligning supply
and demand of heat, economic and
financial aspects, total cost of ownership,
water quality, piping, intelligent control,
legal aspects, security of supply, optimal
routing, thermal expansions, horizontal
drilling, substations, etc.
Grontmij can do this
Grontmij guides customers from A to Z
when it comes to projects for district
heating networks. Grontmij not only has all
the disciplines needed for this in-house,
but thanks to its presence in countries such
as the Netherlands, Germany and Denmark,
where heat networks are established,
Grontmij also has the available experience
to effectively realize heat networks.
Combining disciplines
Grontmij Belgium has very extensive
know-how and experience in the various
disciplines that come together in a district
heating project: energy consultancy,
industrial engineering, engineering &
routing of various piping systems, expertise
in horizontal drilling under waterways or
roads, drafting of technical tendering
documents, water in an industrial context,
city planning.
Also thanks to knowledge sharing and
continuous further training, we are able to
support customers in the complete value
chain of district heating projects.
This includes the generation of heat via
district heating (industrial waste heat, CHP,
waste incineration, geothermal energy, high
temperature heat pumps, power to heat, ...)
transportation and consumption (industry,
tertiary sector, residential, ...). Thermal
buffering to align thermal consumption
with demand is also part of our expertise.
Grontmij is extremely proud of the
successful completion of the project,
following several years of planning
activity. The specific challenges with
the conversion of geothermal energy
into electricity and heat require
specialised equipment and technical
know-how. Grontmij was involved in
the conceptual and detailed design,
preparation and follow-up of permits,
licensing planning, construction
management and validation of the
documentation.
From A to Z?
(Pre)feasibility studies, permit requests,
routing, industrial land surveying, basic
engineering, detailed engineering.
Customers can get help from Grontmij
for truly every project phase.
9
 H E AT
Grontmij’s tasks include:
Mapping
and complete digitizing
of the existing district heating
network
Inventory of technical installations
on site
Basic design (including adaptations
of the technical installations on site
of MIROM)
Evaluation of current district
heating technologies
Permitting
Detailed design
Contracting
Implementation supervision
Commissioning and start-up
Expansion of
District Heating system
MIROM Roeselare
©Miet Willems
10
H E AT 
Grontmij has been awarded a prestigious district heating project for MIROM. It is one of the first
major district heating projects in Belgium in recent years. In order to use the full potential of
Grontmij’s interdisciplinary knowledge, a cross-border team of Grontmij Belgium and Grontmij
Netherlands has been created for this project.
MIROM has been providing its clients with
district heating for over 30 years, using heat
recuperation on two waste incinerators.
The incinerators could provide more clients
with heat, but this requires a substantial
expansion of the district heating grid.
The future clients who will connect to the
heat grid are an eco-friendly SME business
park, a sport complex, an exposition hall
and an industrial client. In order to supply
1000 new dwellings with sustainable
heating Eandis is building a district heating
grid which will eventually connect to the
grid Grontmij is building. This results in a
challenging multi-stakeholder environment
in which Grontmij operates.
This is one of the largest district heat
expansions in Belgium in recent years.
An international team of Grontmij with
experts of the divisions in Belgium and
the Netherlands has been formed to
provide MIROM with state-of-the-art
technology. Using Grontmij’s modern IT
communication architecture, we are able to
work on the same project cross-border
without unacceptable costs and with
maximum added value from our inter
national expertise.
We are honoured to have been chosen by
MIROM to help them with the expansion of
their district heating grid. It is only a small
step to a more sustainable heating system
in Belgium, but we are eager to set both
the benchmark and a powerful example.
By doing so we hope to convince other
companies to start valorizing their
surplus heat.
Total project cost: EUR 1.200.000
Grontmij fee: EUR 79.000
©Miet Willems
Tine Vanhoutte (Grontmij), Alexander Daenen (Grontmij), Koen Van Overberghe (MIROM).
11
 H E AT
Innovative heat distribution network for
Biopark Terneuzen’s horticultural greenhouses
Grontmij is contract manager of the largest sustainable glass house horticulture area
in the Netherlands. Energy savings and cost reductions are the specific advantages
for the market gardeners within this sustainable project.
In greenhouse cultivation CO2, heat and
light are necessary in order to stimulate
the plant growth. In this project, the
generation of energy is replaced by waste
heat and waste-CO2 from the industry in the
immediate surroundings (fertilizer producer
Yara). Horticulturists who want to set up
their business in this area will therefore use
90% less gas than market gardeners in
traditional greenhouse horticulture.
Innovative heat distribution network
Heat from various industrial sources of
12
waste heat in the area is transported to
the glasshouse horticultural businesses
through insulated pipelines. This innovative
heating network had to comply with strict
requirements. On behalf of the customer,
Grontmij is project leader and coordinates
the activities of all important participants,
such as market gardeners, heat producers
and contractors.
Largest climate friendly horticultural area
The customer of this project is WarmCO2.
WarmCO2 will supply CO2 and heat to
the 10 market gardeners who establish
their business in this newly to be developed
area. The area is 168 hectares in size and is
the largest and most climate-friendly
horticultural area of the Netherlands.
The horticultural greenhouses form part of
Terneuzen’s Biopark.
Specialist knowledge
Grontmij is the perfect party for taking care
of this project due to the fact that it has
in-house specialist knowledge in the field of
renewable energy and industry and has
experience in the management of multi
disciplinary projects.
INDUSTRY 
A major shutdown at INEOS Oxide and EVAL Europe was announced two to three years
in advance. A detailed preparation of the very wide range of projects as regards content was
important in order to optimally exploit the shutdown period.
The experience of Grontmij in the preparation of shutdowns, the familiarity with working for
chemical companies and the knowledge of the INEOS and EVAL Europe sites were of decisive
importance in working on these shutdowns.
More than 50 projects during
shutdown at EVAL Europe
Production at EVAL Europe in Zwijndrecht
was shut down during the entire month
of May. During this period the site was
subjected to thorough maintenance.
Grontmij also took care of some 50
engineering projects with an extensive site
team. From preparation to implementation.
After one month EVAL Europe was able to
start up production again.
A safer and more efficient site
This major shutdown at EVAL Europe was
announced two to three years in advance.
A detailed preparation of the very wide
range of projects as regards content was
important in order to optimally exploit the
shutdown period. Activities that Grontmij
took care of included planning, design work,
work scheduling, permit requests, the
selection and direction of contractors,
quality control and the smooth start-up of
different production systems.
EPCm in the scope
In addition to dozens of smaller projects,
Grontmij also managed various EPCm
assignments. An example of such a project
was the installation of a new brine
refrigeration unit for the production of
frozen water. The Grontmij site team was
responsible for the complete transaction,
from the preparation of the specifications of
the unit, to ordering it and the connection
to the EVAL Europe system, as well as
the disconnection of an old unit. Bringing
the as-built status of the unit into the AIM
system and the control of the invoicing
were likewise in the hands of Grontmij.
Another EPCm assignment was the
implementation of a safety PLC. Here also,
the design, selection and purchase, along
with the implementation of the system were
steered in the right direction by Grontmij.
A third EPCm project involved the overfill
prevention security in EVAL Europe’s tank
park. Up to now twelve tanks have been
equipped with such a safety system that
blocks the inlets and outlets to the tanks
in case of overfilling or fire.
In addition to these projects, Grontmij
was still working on the heat recovery on
the site and on smaller multidisciplinary
maintenance projects. Also all process
column related activities – replacement of
trays, inspection of internals and repair –
are prepared, followed up and monitored
by Grontmij.
The projects were implemented within
timing and budget. A tight project management was possible thanks to the mass
know-how and experience that Grontmij
has gained at EVAL Europe in the past
15 years. In combination with a structured
approach, this ensured a well organised
and controlled shutdown completion.
About KURARAY – EVAL Europe
Kuraray - EVAL Europe produces
24,000 tonnes of EVAL™ EVOH per year in
Zwijndrecht for the European, African and
Middle East market. This synthetic resin
forms an efficient gas and aroma barrier
with a layer thickness of one micrometre.
The product has numerous applications. For
example, EVAL™ packaging keeps foodstuffs
fresh longer and cosmetic products retain
their scent longer. It also finds uses in the
construction and automotive industries. For
example, in fuel tanks. Equipped with a layer
of EVAL™ they become lighter and evaporation is prevented. EVAL Europe is part of the
Kuraray Group. The Japanese chemical giant
consists of more than 80 companies and
employs more than 7000 people worldwide.
The arrival of the new brine refrigeration unit on the EVAL Europe site.
13
 INDUSTRY
Large shutdown at INEOS Oxide
At INEOS Oxide in Zwijndrecht production was shut down during the entire month
of May. During this period thorough maintenance work on the equipment was carried
out. Also modifications and extensions were in the scope of the shut down.
Grontmij was asked to assist in the detailed engineering of some 40 multidisciplinary
engineering projects. An extensive site team worked together with INEOS in an
integrated project team.
Maand stilstand optimaal
benut bij INEOS Oxide en EVAL
Europe
De grote shutdown van mei 2014 bij INEOS Oxide
en EVAL Europe in Zwijndrecht werd een twee
à drietal jaar op voorhand aangekondigd.
Een gedetailleerde voorbereiding op de voor
beide bedrijven inhoudelijk erg uiteenlopende
projecten was belangrijk om de periode van
Grontmij’s activities were focussed on the
preparation of construction packages for
the different disciplines and on delivering
construction supervisors during the
construction period. After one month INEOS
Oxide was able to start up production again.
Activities that Grontmij took care of
included planning, design work and quality
control during construction. In June 2013
INEOS and Grontmij signed a framework
contract for the preparation and the
shutdown services.
Integrated interdisciplinary project team
INEOS own organization was unable to
manage the large amount of work alone,
hence the demand for an integrated project
team with Grontmij. That team consisted of
a mix of INEOS employees and a core team
from Grontmij, supplemented – in function
of the needs – with the interdisciplinary
backup of the different sites in Belgium.
Disciplines such as piping, civil, instrumentation, equipment and process were
represented therein.
Large volume engineering studies
The preparation of the shutdown on
the INEOS Oxide site in Zwijndrecht was
a complex entity of projects that were
mostly interlinked with each other. In order
to have everything done smoothly, a good
planning was essential. The volume of
engineering studies required was large,
as well as the need for the preparation of
the necessary Design and Construction
Packages.
About INEOS
INEOS (www.ineos.com) is a global
manufacturer of petrochemicals, speciality
chemicals and oil products. It comprises
15 businesses each with a major chemical
company heritage. Its production network
spans 51 manufacturing facilities in
11 countries throughout the world. INEOS
products make a significant contribution to
saving life, improving health and enhancing
standards of living for people around the
world. Its businesses produce the raw
materials that are essential in the manufacture of a wide variety of goods: from paints
to plastics, textiles to technology, medicines
to mobile phones – chemicals manufactured
by INEOS enhance almost every aspect of
modern life. INEOS started in 1998 in Belgium
with a facility in Zwijndrecht (Port of
Antwerp). As of 2014, INEOS has 6
production plants and 1 research laboratory
(Neder-over-Heembeek) in Belgium, active
in a variety of chemical businesses.
stilstand optimaal te benutten. Bij EVAL Europe
nam Grontmij meer dan 50 projecten voor
haar rekening, waaronder ook enkele EPCm-
opdrachten. Een strak projectmanagement was
mogelijk dankzij de massa kennis en ervaring die
Grontmij in de voorbije 15 jaar bij EVAL Europe
heeft opgebouwd. Dit in combinatie met een
gestructureerde aanpak zorgde voor een goed
georganiseerde en gecontroleerde shutdown
afwikkeling. Ook voor INEOS Oxide stonden een
40-tal multidisciplinaire engineeringprojecten
op de planning. Een uitgebreid geïntegreerd
projectteam van INEOS en Grontmij leidde alles
The scope of projects was very extensive,
partly because a number of environmental
projects were also planned in. For example,
among other things, the main piperack was
made completely asbestos free. Some larger
projects in which Grontmij was responsible
for the design: the installation of 2 new
columns, the installation of a new steam
letdown station and the installation of
a new ethylene reduction station.
3D view of the installation of 2 new columns
in goede banen. De meeste projecten waren op
één of andere manier aan elkaar gelinkt. Een
goede planning was dan ook essentieel. Grontmij
versterkte het projectteam met experts in piping,
civil, instrumentatie, equipment en process.
Un mois d’arrêt utilisé de
façon optimale chez INEOS Oxide
et EVAL EVAL Europe
Le grand shutdown du mois de mai 2014 chez
INEOS Oxide en EVAL Europe à Zwijndrecht avait
déjà été annoncé il y a deux à trois ans. Une
préparation détaillée des projets, fondamentalement très différents pour les deux entreprises,
était importante afin de pouvoir utiliser de façon
optimale les périodes d’arrêt. Chez EVAL Europe,
Grontmij a pris en charge plus de 50 projets, dont
également quelques missions EPCm. Une gestion
de projets serrée a été rendue possible grâce
à la connaissance et l’expérience élargies que
Grontmij a pu acquérir ces 15 dernières années
chez EVAL Europe. Il s’agit d’une combinaison
avec une approche structurée qui a permis un
bon déroulement contrôlé du shutdown.
Pour INEOS Oxide, il y avait également une
quarantaines de projets d’ingénierie
pluridisciplinaires au planning. Une équipe
de projet élargie et intégrée chez INEOS et une
équipe propre à Grontmij ont permis de mener
cette mission à bien. La plupart des projets
étaient d’une manière ou d’une autre liés les uns
aux autres. Un bon planning était donc aussi
essentiel. Grontmij a renforcé l’équipe de projet
avec des experts en piping, génie civil,
instrumentation, équipement et process.
14
INDUSTRY 
A new state-of-the-art control room
Modern control room for Speciality
Polymers Antwerp
In early 2015 a refurbished control room
will be commissioned for the operation
of the LDPE site of Zwijndrecht based
Speciality Polymers Antwerp (SPA);
SPA is part of Borealis. Currently,
the construction and renovation are
in full swing. Grontmij is a partner in
this project and its responsibilities
include the electrical and instrumental
engineering of this state-of-the-art
control room.
The project started in February 2014 and
ends in the first quarter of 2015. This short
time period demands strict timing and
strong project management. The operation
of the two high-pressure LDPE reactors may
not be compromised under any circumstances. To this end the existing TDC3000
operator interface must also be upgraded
to the Experion platform.
Unconventional approach
A major challenge of the project is to let
the various engineering disciplines involved
and the firm specialized in the renovation
of control rooms work together optimally.
The timely finishing of the electrical and
instrumentation design and the associated
packages was particularly tight. The civil
engineering part was also addressed.
Grontmij managed to respect the schedule,
thanks to the close cooperation with the
project lead from SPA who took to heart
several of Grontmij’s tasks at the busiest
time, including the civil follow-up of the
activities. Once the packages were made
available Grontmij took back over the
follow-up, so that SPA could focus on the
project control, project administration
and cost control.
One month standstill
The implementation of the project
proceeded in four stages. In the first phase,
the rooms around the current control room
were cleared, stripped and restyled. In the
second phase, in a planned shutdown
period of one month, the control room
was addressed and the old control panel
was moved to another location. During this
period the control of the LDPE unit was
done via a specially set up control console.
After the standstill, the start up and
operation will be done via the old relocated
console. This console will continue to
remain in use until the new equipment
can completely take over from the old.
In the third phase, the Experion platform
is installed in order to be used later as test
and panel design for the software transition
from Native Window Displays to HMI Web
Displays. Finally, SPA will take the relocated
old panel out of service. From that moment
on the test and design panel becomes
the fully fledged new operating panel of
the operator in the control room.
The old control room
15
 INDUSTRY
New ladle furnace for ArcelorMittal Gent
ArcelorMittal Gent has put a ladle furnace (*) into use in order to meet the growing
demand for better, stronger types of steel with a low sulphur content. The steel giant
asked Grontmij to carry out the conceptual, basic and detailed engineering, to draft
a detailed budget, to process the requests to quote and orders, and to take the role
of being responsible for ordering during construction. The cooperation has run to
everyone’s satisfaction.
Brownfield
The new ladle furnace project is split into
a greenfield and brownfield part. As far as
the brownfield is concerned, the new ladle
furnace installation is integrated into one of
the four ladle-metallurgy lines of the
ArcelorMittal Gent’s steel plant. The
electro-mechanical part of the installation
is a turn key project. Grontmij played
an important role in the adaptation of
the total current (including supply lines)
and additional infrastructure around
the installation. Additional platforms
and spaces, including for transformers,
hydraulics and switch-box received a place
in the whole. Grontmij was also responsible
for the engineering of new utilities,
the modification of existing pipework
and the cable work. This work was started
in June 2014 and carried out within six
months. Furthermore, we have adjusted
the furnace mode, the steel ladles, the steel
carts (for transporting the ladles), and the
maintenance modes for the ladles, so that
rinsing with Argon is possible through
the bottom of the steel ladle.
Greenfield
A new furnace also requires the necessary
auxiliary equipment: a new filter installation
(turn key) and a complete cooling system.
Grontmij drafted the lay-out study,
the concepts and the specifications of the
necessary equipment. A new warehouse,
16
INDUSTRY 
Nieuwe pannenoven voor
ArcelorMittal Gent
ArcelorMittal Gent heeft een nieuwe pannenoven
of ‘ladle furnace’ in gebruik genomen. De staalreus
vroeg aan Grontmij om de conceptuele, basic
en detailed engineering uit te voeren, een
gedetailleerd budget op te stellen, de prijsvragen
en bestellingen te verwerken en de rol van
bestelverantwoordelijke op te nemen tijdens
de constructie. Het project is opgesplitst in
een greenfield en brownfield gedeelte.
Wat de brownfield betreft is de nieuwe pannen
oveninstallatie geïntegreerd op één van de
vier panmetallurgielijnen van de staalfabriek van
ArcelorMittal Gent. Het elektromechanisch deel
van de installatie is een turn key project. Grontmij
speelde een belangrijke rol in de aanpassing van
de volledige bestaande (inclusief toevoerlijnen)
en bijkomende infrastructuur rond de installatie.
Een nieuwe oven vraagt eveneens de nodige
hulpinstallaties: een nieuwe filterinstallatie (turn
key) en een volledig koelsysteem. Grontmij werkte
de lay-out studie, de concepten en de specificatie
van het nodigde equipement uit.
Een nieuw magazijn, nieuwe pompenzaal,
koeltoren, pijpenbrug en nieuw onderstation
kregen onderdak in de nieuwbouw. Om de
bereikbaarheid van de vier panmetallurgielijnen
te verbeteren, werd een hypermoderne
controlekamer centraal in de installatie voorzien.
A ladle furnace is an installation with which
300 tons of liquid steel in a ladle may be
heated up to the desired temperature. The
heating is done by transferring 3 phase AC
electrical energy via 3 graphite electrodes,
to the steel. By adding Argon through the
bottom of the steel ladle, a vortex is created
in the ladle so that the additives are
optimally mixed with the steel (chemical
homogenization and desulphurisation of
the steel). The combination of additives,
mixing and heating make it possible to
produce the next generation of High
Strength Steel (HSS), which is more than
4 times stronger than normal steel.
POWDER
INJECTION
LANCE
GRAPHITE ELECTRODES
FUME EXTRACTION
ADDITION HOPPER
M
*Ladle furnace
Interdisciplinary asset
During the entire construction period,
ArcelorMittal Gent involved Grontmij to be
responsible for orders with the checking of
the materials supplied and the solving of
problems on the site. This was the task of
the project manager. Other engineering
disciplines deployed by Grontmij were
project controls, mechanical, civil, process,
equipment, piping, electrical engineering
and instrumentation.
WWW.SUBT
ECH.CO
new pump room, cooling towers, piping
bridge and new substation are all now
accommodated in the new construction.
In order to improve the accessibility of the
four ladle metallurgy lines, an ultramodern
control room was centrally provided for in
the installation. The operator now controls
these lines with a new control console
that has been designed from scratch.
The realization of the whole took a year
to complete.
Un nouveau ‘ladle furnace’
pour ArcelorMittal Gent
ArcelorMittal Gent a mis en service un nouveau
‘ladle furnace’. Le géant de l’acier a demandé
à Grontmij prendre en charge la conception,
le basic et le detailed engineering, d’établir un
budget détaillé, de traiter les demandes de prix
et les commandes et de prendre en charge le rôle
de responsable des commandes durant la
construction. Le projet a été divisé en une partie
greenfield et une partie brownfield.
En ce qui concerne le brownfield, la nouvelle
installation de ‘ladle furnace’ a été intégrée dans
une des quatre lignes de métallurgie en poche de
l’usine sidérurgique d’ArcelorMittal Gent. La partie
électromécanique de l’installation est un projet
turn key. Grontmij a joué un rôle important dans
la modification de l’entièreté de l’infrastructure
existante (conduite d’approvisionnement incluse)
et future autour de l’installation. Un nouveau four
demande également les installations de secours
adéquates: une nouvelle installation de filtration
(turn key) et un système de refroidissement
complet. Grontmij a réalisé l’étude du lay-out et les
conceptions et spécifications des équipements
nécessaires.
Un nouvel entrepôt, une nouvelle salles des
pompes, une tour de refroidissement, un chemin
à câbles et une nouvelle sous-station ont été
hébergés dans le nouveau bâtiment. Afin
d’améliorer l’accessibilité des quatre lignes de
métallurgie de poche, une nouvelle salle de
contrôle hypermoderne a été prévue au centre
des installations.
ARGON
17
 INDUSTRY
Think tank, think Grontmij:
projects at Noord Natie
Terminals, ADPO and Total
Olefins Antwerp
Thanks to its 360° experience, Grontmij is the ideal partner for tank park projects
no matter what the size. Almost every aspect of the tank park exploitation is picked
up via one central point of contact and steered in the right direction. From energy
optimisation projects to policy advice and calamity reports, we are able to
supervise the entire life cycle of your system if so desired.
The cases at Noord Natie Terminals (master plan development), ADPO (energy
monitoring) and TOA show that we deploy our interdisciplinary know-how across
the various knowledge domains for tank farms. Our engineers give advice on using
the best type of tanks and materials as well as recommendations on the best methods
for energy optimization.
ADPO case: refinement
of the energy balance
In the Port of Antwerp, ADPO disposes
of more than 290,000 m³ of tank storage
capacity of which the tanks sizes
vary from 150 m³ up to 5000 m³. With its
120,000 m³ stainless steel storage tank
capacity, ADPO is the world’s largest
terminal of this type. ADPO stores
oil additives, intermediates and bulk
products but specializes in fine
chemicals.
As an audit covenant company ADPO
is obliged to conduct an annual energy
monitoring. Grontmij carried this out for
the site in Kallo and has further refined
the energy balance at the request of the
Flanders Audit Covenant Verification Office.
Grontmij’s analyses led to some surprising
insights. For example, additional
possibilities for energy savings came to light
and the project for the implementation of
steam flow meters has been adjusted in
order to ensure a better monitoring of
the energy consumption.
Noord Natie
Terminals case:
new tank farms of
90,000 m³ in Antwerp
In the Port of Antwerp, Noord Natie
Terminals is working on a capacity
expansion of 90,000 m³. The new tanks,
with a capacity between 1250 and
5000 m³ for the storage of liquids,
are coming on to a site of six hectares.
New berths for the latest generation of
chemical tankers are an added asset.
Grontmij is taking responsibility for
the engineering of the four tank farms
in close cooperation with the client.
Grontmij has built up years of experience
and expertise in the development of
tank farms. Early in 2014 we finalized
the extended basic engineering and
the budget estimate of the four new
tank farms.
18
In addition to the determination and
calculation of the basic data by our process
department, the 3D model of the tank farms
and the detailed P&ID’s are at the heart of
this project. Functionality and lay-out form
the key to success. Grontmij’s industrial
surveyors also played a leading role in this.
They measured the entire site and mapped
out the necessary deviations for the start-up
of the engineering.
BRIEF PROJECT NEWS 
Grontmij joins consortium
with Ateim for projects at
ArcelorMittal Liège
In March 2014 ArcelorMittal Liège
signed a framework contract with
the French engineering firm Ateim
and with Grontmij. Both engineering
firms are joining forces in a consortium
to serve the steel giant’s interdisciplinary
projects in the Liège region. This way
ArcelorMittal benefits from the
experience that Ateim has with projects
for ArcelorMittal in France. And thanks to
the good experience and relationship
with Grontmij via the site team in Ghent
and the back offices in Zelzate, Antwerp,
Louvain-la-Neuve and Herentals,
ArcelorMittal can count on a complete
range of services.
Example of a full contact Internal Floating Roof
Total Olefins Antwerp case:
rebuilding existing tank with Internal Floating Roof
For those who know the Scheldelaan
in the Port of Antwerp, the tank farms of
Total easily come to mind. Grontmij is
involved in the conversion of a specific
tank in one of those farms: the aromatics
tank farm of Total Olefins Antwerp (TOA).
By the end of 2014 this has to be adapted
to the stringent requirements for the
storage of the C7 reformate product
combination, (a mixture of benzene,
toluene and heptane). The Vlarem
(Flemish Environmental Protection
(General Provisions) Act demands an
emission reduction of 98% for this
extremely volatile product requirement.
In order to achieve that desired result,
the installation of a ‘full contact’ type of
Internal Floating Roof (IFR) has been
opted for in consultation with the client.
With this type of IFR, there are no C7
reformate fumes present between the roof
of the tank and the internal floating roof.
A floating roof such as this consists of
lightweight aluminium panels with
a honeycomb structure. This structure
provides strength and stability with minimal
use of materials. TOA is reconstructing
the tank into a freely breathing tank.
This requires new air vents. The advantage
of this is that the atmosphere between
the fixed and the internal roof of the tank
remains below the lower explosive limit
and that it is not necessary to render it inert
with nitrogen.
For this project, Grontmij has fitted the
engineering and technical requirements
within the framework contract that we have
with TOA. The necessary adjustments to
connections, pipelines and instrumentation
are provided. Furthermore, our specialists
have drafted the necessary requisitions for
converting the tank, evaluated the offers
from IFR suppliers and made a selection.
The special experience with codes such as
API 650 and API 653 and the VLAREM
legislation has also been used.
The contract will last at least 3 years
and joins, for several projects, the huge
investments plan (138 million Euro) of
ArcelorMittal Liège. Grontmij and Ateim
are in the throes of expanding the joint
site team in ArcelorMittal’s offices
in Flémalle. This location includes
the engineering support dept. of
ArcelorMittal Liège and it is situated
centrally and close to the sites in Tilleur,
Kessales, Ivoz-Ramet and Marchin.
In consultation with the client, Ateim
and Grontmij are drawing up a project
portfolio for the coming years.
An example (part of the 138M€
envelope) meanwhile is the EPCm
project for the implementation of
a new organic coating line in an existing
factory building on the Marchin site.
Applications will be mainly in the
automotive industry and the world of
canning (food and beverage packaging).
Disciplines involved from Grontmij
include process engineering, electricity,
instrumentation, automation, civil
engineering, mechanics, procurement,
safety and environmental compliance
and construction management.
Grontmij is currently working on the
extended basic engineering study of
the new line. After receiving the go
ahead from ArcelorMittal, the project
will commence construction at the end
of 2015.
19
 WAT E R & E N E R G Y
Water en energie in beweging
Uit de bijdragen ‘Spanning in de industrie’ (p.5) en
‘Warmtenetten nu ook bij ons in opmars’ (p.8) blijkt dat er
de komende periode heel wat te doen zal zijn rond elektrici
teit en warmte als dragers van energie. Investeringen in
productie en distributie dringen zich op, maar zullen die ook
daadwerkelijk gebeuren? Als projecten het daglicht zien, staat
Grontmij in ieder geval klaar om waar nodig van dienst te zijn
en de evolutie naar slimme energienetten te begeleiden.
Dat we geëngageerd zijn blijkt ook uit onze actieve deelname
in Smart Grids Flanders (zie voorwoord). En dat niet enkel
het engineeringluik van dit verhaal stevig onder dak zit bij
Grontmij, maar ook de consulting verankerd is, komt tot uiting
in de oprichting van een heus departement Consulting Services
binnen Grontmij, met daarbij de Environmental Consulting
services als één van de clusters.
Ondertussen staan de veranderingen buitenshuis niet stil.
Grontmij bereidt er zich met grote zorg op voor. De nieuwe
Energiebeleidsovereenkomst (EBO) gaat op 1 januari 2015
van start. Meerdere industriële bedrijven laten zich door
Grontmij doorheen het traject begeleiden. Maar het is duidelijk,
heel wat bedrijven hebben na twee ronden Benchmarking- en
Auditconvenant mooie efficiëntieverhogingen gerealiseerd.
Nog meer besparen binnen de eigen grenzen wordt moeilijk.
Samenwerken tussen productie-installaties, tussen bedrijven
onderling, en tussen bedrijven en tertiaire en huishoudelijke
warmteafnemers is een logische volgende keuze.
Ook in het domein van de waterzuiveringen blijft Grontmij
innovatief werken. Niet alleen past Grontmij de zelfontwikkelde
SHARON®-technologie toe (bijvoorbeeld op de rioolwater
zuiveringsinstallatie van stad Leuven). Ook ontwikkelde Grontmij
de Regenerator, waardoor afvalwaterzuivering evolueert naar
energieproductie en grondstoffenfabriek!
20
L’Eau et l’Energie en mouvement
Au vu des contributions ‘Tension dans l’industrie’ (p.5) et ‘Les
réseaux de chaleur en progression chez nous’ (p.8), il apparaît
que dans le courant de la période à venir, il y aura pas mal de
chose à faire autour de l’électricité et de la chaleur en tant que
porteurs d’énergie. Des investissement dans la production et
dans la distribution s’imposent, mais auront-ils bel et bien lieu ?
Lorsque des projets verront le jour, Grontmij sera en tout cas
prêt à proposer ses services et encadrer l’évolution vers des
réseaux de chaleur intelligents où cela s’avère nécessaire.
Le fait que nous sommes engagés émane également de notre
participation active à Smart Grids Flanders (voir préface). De par le
fait que la partie Engineering est fortement ancrée chez Grontmij,
et que cela est également le cas au niveau de la Consultance, se
manifeste par la création d’un imposant département Consulting
Services au sein de Grontmij, ayant l’Environmental Consulting
services comme cluster.
Entre-temps, les changements se passant en-dehors de Grontmij
ne s’arrêtent pas. Grontmij s’y prépare donc avec beaucoup de
soin. La nouvelle Convention Energétique entre en vigueur à partir
du 1er janvier 2015 (en Flandre). Plusieurs entreprises se font déjà
aider par Grontmij. Et c’est très clair, un certain nombre
d’entreprises ont déjà réalisé de belles améliorations en matière
d’efficacité après avoir participé à 2 tours de Benchmarking et
d’Auditconvenant. Réaliser encore plus d’économies en interne
devient difficile. Une collaboration entre les installations de
production, entre les entreprises, et entre les entreprises et les
consommateurs de chaleurs tertiaires et domestiques est donc
le prochain choix logique.
Grontmij continue de travailler de façon innovante dans le domaine
du traitement des eaux usées. Grontmij ne fait pas qu’appliquer
sa propre technologie SHARON® (par exemple sur l’installation
de traitemant des eaux d’égouttage de la ville Louvain). Grontmij
a également développé Regenerator (le Régénérateur) permettant
de faire évoluer le traitement des eaux usées en production
d’énergie et en usine de matières premières!
WAT E R & E N E R G Y 
Sewage treatment plant for Aquafin
using SHARON technology
Aquafin has given Grontmij the
assignment of realizing a SHARON
installation at the sewage treatment
plant (STP) for the city of Leuven.
Grontmij applies the SHARON process as
a technique for removing nitrogen from
wastewater with high concentrations of
ammonia. This technology saves energy,
is cost effective, quick to install and takes
up little space in comparison to
conventional systems. In partnership
with the Delft University of Technology
(TU Delft), Grontmij Netherlands has
a patent on the technology and applies
this to numerous water purification
plants. Now it’s Aquafin’s turn. A first
for Flanders!
In addition to the process expertise,
Grontmij Netherlands is providing the
preliminary design and patent. Grontmij
Belgium is taking care of the translation
to a public tender dossier that satisfies
the requirements of the client, the local
regulations and the project-specific
technical requirements. The SHARON
installation is currently being installed in
the sewage treatment plant of Leuven for
the purpose of taking it into service at the
end of 2014. During the start-up of the unit,
Grontmij is taking care of the necessary
support, in respect of both the process
and the software control thereof.
About SHARON
SHARON stands for ‘Stable High activity
Ammonia Removal over Nitrite’. In the
SHARON process, ammonia is converted to
nitrogen gas via nitrite by means of bacteria
(see illustration). This is done without the
involvement of nitrate. In comparison with
a normal process, nitrogen removal via this
nitrite route saves 25% of the aeration
energy and requires 40% less carbon for
denitrification. Also 40% less bio-sludge
is produced. This means substantial cost
and energy savings at various levels in
the operational management. Moreover
SHARON reduces the nitrogen content and
increases the total nitrogen yield, meaning
the quality of treated wastewater improves
significantly.
Specifically for the RWZI Leuven
The SHARON system was initially developed
for the treatment of rejection water from
sewage treatment plants. Rejection water
is nitrogen-rich residual water released from
sludge dewatering. This residual water
represents 10 to 40% of the total quantity of
nitrogen of a sewage treatment plant. In
addition to the rejection water, a nitrogenrich condensate stream coming from
the sludge drier is being introduced at
the installation in Leuven. This condensate
stream is rich in carbon, whereby no
external carbon source such as methanol, is
required for denitrification. The adjustment
and control of both process streams in the
SHARON process demands special attention
for this project. This applies both to the load
and to the reactor temperature.
21
The Grontmij Regenerator: from water treatment
to energy production and raw materials factory
Purifying wastewater is an energy
intensive activity. However the
implementation of sustainable techniques
often causes an additional problem.
A proper alignment of available
technologies, often jointly developed by
Grontmij, is necessary to reach maximum
synergy. Grontmij has succeeded in this
with a new concept: the Regenerator.
With the Regenerator, Grontmij changes
a wastewater treatment unit into a
sustainability station that produces useful
raw materials with various technologies.
By means of the correct combination,
the purification process becomes truly
sustainable and a maximum amount of
energy and a specific series of components
can be recovered from the wastewater.
Thus fertilizer can be produced from
wastewater by means of struvite formation,
in combination with a process (SHARON®,
DEMON®, EssDe®) that removes nitrogen
energy-efficiently. The latter processes allow
in order to work with maximum sustainability
inside and outside the industry. The stricter
regulations and ageing infrastructure
necessitate adjustments. Thus the perfect
opportunity to take everything into account.
us to maximize the energy recuperation
using specific techniques that increase
the production of biogas (Salsnes filter,
Lysotherm®, EssDe®).
Grontmij also uses the Regenerator concept
for industry, where the efficient handling of
raw materials is high on the agenda.
In Belgium also, this concept is needed
INFLUENT
SEPARATION
OF ORGANIC
SUBSTANCE :
SALSNES®
n and p poor water
(n = nitrogen;
p = phosphorous)
SIDE STREAM
TREATMENT :
SHARON® /
DEMON®
wastewater
organic
solid
fraction
For more information, please contact
Steven Raes, Unit Manager Water & Energy
(steven.raes@grontmij.be).
NITROGEN
REMOVAL
OUT OF THE
WATER FLOW :
ESSDE ®
IMPROVED CONVERSION OF
ORGANIC SOLID FRACTION
WITH THERMAL PRESSURE
HYDROLYSIS : LYSOTHERM®
n rich water
(n = nitrogen)
PHOSPHOROUS RECOVERY
AND FERTILIZER PRODUCTION :
PEARL®
EFFLUENT
waste sludge
pretreated sludge
EXTERNAL
ORGANIC
FLOWS
ENERGY
GENERATION
E.G. VIA CHP
OR BIOGAS
n and p rich water
(n = nitrogen;
p = phosphorous)
biogas,
heat,
electricity
ENERGY
crystal green®
FERTILIZER
Italian branches of Katoen Natie under scrutiny
With facilities in Europe, the Far East, North and South America and Africa, Katoen
Natie acts as a global supplier of logistics and distribution services. Katoen Natie
combines engineering, technology and port operations to offer worldwide, tailormade solutions to the chemical and automotive industries, and to the consumer
goods, electronics and retail sector.
In 2012, Katoen Natie took over its Italian
sector compatriot, Rivalta Scriva. The
acquisition included a 121 hectare establishment in Tortona (of which 45 hectares are
covered). In Parma, a storage area also came
under the ownership of Katoen Natie. With
this deal Katoen Natie was able to secure
a fast connection between the Italian ports
and the economic heart of Northern Italy.
Katoen Natie noted that energy costs were
high on both sites. Therefore it gave Grontmij
the assignment of carrying out an energy
study, with the ultimate aim of significantly
reducing these costs. Katoen Natie already
had experience with Grontmij’s energy
experts, including with the earlier review of
the site in Antwerp. In a first phase Grontmij
22
started with the analysis of invoices and
energy meters. Detailed energy accounting
was not available. It soon became clear that
the major consumers were cooling and
lighting. On the basis of the various energy
meters, Grontmij was able to draw up an
accurate analysis of the consumption profile.
On site Grontmij conducted the necessary
technical assessments of the cooling
installations. A first screening of the operational parameters and set points provided the
necessary insights and first input in order to
be able to ask for and analyse the necessary
trendings from Belgium. From this info
Grontmij was able to work out cost-cutting
measures in consultation with Katoen Natie
and in exchange, provide a budget.
For the analysis of the lighting, Grontmij
also made a technical inventory and analysis
of the situation on the spot. More than 50
warehouses were analysed and systematically
assessed (extent of activity, condition of
the installation, orientation of the lighting,
daylight accessibility and light level, etc).
Back in Belgium, for the warehouses with the
highest consumption or the most potential
for savings, Grontmij defined the concrete
improvements. Grontmij also gave them
general guidelines for optimal management
and design of other warehouses.
The combination of good preparation, laying
the right focus and the close cooperation
with the customer have ensured that, despite
the size of the site and the limited time locally,
some major savings potentials have emerged
from this energy study. Also, the smooth
internal cooperation between the energy
specialists and experts from other disciplines
ensured great satisfaction at Katoen Natie.
Energy policy agreement starts on 1 January 2015
In April 2014 the Flemish government ratified the new energy policy agreement or EBO
(Energiebeleidsovereenkomst) for the Flemish energy intensive businesses. EBO comes
into effect on 1 January 2015. With this the government makes provision for a new policy
instrument for the Benchmarking and Audit Covenant that expires at the end of 2014.
Grontmij is guiding several industrial companies through the process.
In September, the Flemish Energy Agency
(Vlaams Energieagentschap or VEA)
gave more explanation on some actual
implementation conditions of the EBO.
There was still no clarity about the excise
duty exemptions. The European
Commission will shortly express an opinion
about this. Based on previous (unofficial)
signals it seems likely that the proposed
excise duty exemptions will not be retained
in their present form. Alternatives are being
prepared.
General obligations
The Flemish government ratified two
separate energy policy agreements.
One for the TEA industry (Tradable Emission
Allowances, the European CO2 trading
system) and one for the non-TEA industry.
The obligations for both types are the same
for all but a few implementation conditions.
Joining before 1 January 2015.
Drafting an energy plan (valid for the first
3 years after coming into effect) within
approximately 13 months after joining.
Implementation of cost-effective
measures (IRR > 14% or 12.5%, for resp.
TEA and non-TEA).
Execution of a CHP potential study.
Depending on the situation,
an exemption may be requested for this
or an earlier study that was carried out
may be submitted (if still relevant).
Drafting annual monitoring report.
Implement an energy management
system no later than 3 years after the EBO
coming into effect.
Concessions
Businesses joining enjoy the following
concessions.
(Alternative) Financial concession:
with the probable rejection of the excise
duty exemption work is being made of
an alternative financial concession.
More information follows.
No additional reporting about energy
in the annual environmental report.
No additional targets with reference to
energy for companies joining, unless
imposed by the European Commission.
Possibility of investment support through
‘Ecologiepremie Plus’.
The use of flexible measures has been
introduced in the new EBO. These are
measures aimed at improving the supply
chain efficiency, produce renewable energy, ...
They can be used to replace one or more
mandatory measures to be implemented.
Furthermore, ‘economic pardonableness’
is also a feature for companies that are in
a difficult financial situation. They may
obtain exemption for the implementation of
cost-effective measures, as long as certain
criteria are met.
More info
More info about the EBO and the statutory
obligations? Look on www.ebo-vlaanderen.be.
You will also find the new templates and
forms there.
Grontmij guides companies through their EBO process
Companies working together with Grontmij
include for example ADPO (see p.18). Energy
experts and consultants are guiding these
companies through the entire EBO process.
Other companies may also contact Grontmij
for the purpose of viewing their own
situation and to determine whether joining
is meaningful for them. Joining can be done
via a Declaration of Participation to the EBO
Commission. Finally, four months after the
EBO coming into effect on 1 January 2015,
an energy expert must be appointed.
More info
Aldo Peeters
Head of Energy Discipline &
Sr. Energy Consultant
aldo.peeters@grontmij.be
Sven Claes
Energy Consultant & Project Leader
sven.claes@grontmij.be
Gassco focuses on safety
with preventative gas
pipeline control
On the Gassco site in Zeebrugge Grontmij
looks after various engineering projects
on a continuous basis. One of Grontmij’s
assignments is the excavation of a gas
pipeline for the purpose of conducting a
visual inspection.
In the autumn of 2014 Gassco is
carrying out a preventative check on
the underground pipeline that carries
the Norwegian gas supplied to the
reprocessing station in Zeebrugge.
During the annual preventative measurements Gassco identified that potential
damage has occurred to the coating
around the pipe. In order to investigate
this further, Gassco has commissioned
Grontmij to excavate and expose the gas
pipeline so that a visual inspection of
the pipe may be done. The investigation
has no effect on the pipeline itself.
What makes the project a challenge is
that the pipeline is four metres deep,
in the De Kleiputten nature reserve, next
to a railway line bed. The investigations
are being conducted in the autumn in
order to avoid the breeding season.
After the conclusion of the work, Gassco
has to restore the nature conservation
area to its original state.
Because the pipeline lies so deep next
to a railway line, extra care is needed for
the design of the excavation. Sheet piles
have to be carefully driven. In doing so,
combined excavation is done, both manually and using cranes. The piles are placed
perpendicularly so that a straight incline
can be laid beside the bed as far as the
pipeline. The last part of the excavation is
being done manually for safety reasons.
Once the location of the potential
damage has been exposed, the control
may take place. Grontmij is responsible
for the detailed study, the specifications,
the contests, the drafting of the bid, the
technical assessment of the contractors
and the continuous presence on the
ground of a construction manager who
has experience of similar work at Fluxys.
Grontmij is also taking care of the work
in the nature conservation area and the
agreements with Infrabel with a view to
the conservation of the bed.
p.29 
www.grontmij.be
23
©Siemens
Grontmij assists Siemens in the construction
of its first wind farm in Belgium
On assignment of wind turbine supplier Siemens, Grontmij is responsible for
the detailed engineering and design of the new wind farm on the left bank of
the river Scheldt in the port of Antwerp. Project developer ‘Wind aan de Stroom’
is the contracting party. In a first phase 11 to 14 wind turbines are being constructed,
each with an electrical power of 3 megawatt.
In the coming years the industrial
appearance on the left bank of the port of
Antwerp will have a distinctive green touch.
The NV ‘Wind aan de Stroom’ (NV W@S),
project developer of wind energy on the
public domain of the left bank of the Scheldt,
has commissioned Siemens Belgium for
the supply and construction of wind turbines
in this first phase. Right away, this becomes
the first wind energy project for Siemens
in Belgium. Grontmij has received the full
confidence of Siemens and contracting party
NV W@S for the engineering of all the
necessary civil studies.
The project extends over an area of several
square kilometres of harbour area with
14 sites on it with different historical
backgrounds (including reclaimed land and
the nearby docks). Therefore, using extensive
geotechnical soil investigation, the geology
and bearing capacity of the (sub)soil was
first identified and listed. Thus an optimal
foundation design has been elaborated
per site.
24
©Siemens
In addition the crane hardstands also
received considerable engineering attention.
One of the challenges of the project is the
installation of turbines on sites with limited
space due to the high density of the
industrial and port activities. Using giant
cranes, the hub (the central component of
the wind turbine), with a weight of 78 tons,
will be positioned on top of a 115 metre high
turbine mast. For such crane activities,
the stability of the working platform is of
the utmost importance. Secondly, there is
the challenge for this crane hardstands to
take up as little as possible industrial space,
both during the construction work and
the final erection.
The turbines will be constructed at the sites
of famous companies as Borealis, Indaver,
Antwerp Gateway, Tabaknatie, Luiknatie,
Norbert Dentressangle, Euroports, Global
Container Services, Sea Port Terminals and
Transport Van Loon.
Grontmij’s strength of expertise in the design
and realization of wind farms, in conjunction
with a local presence in various industrial
companies in the port area, provides a lot of
confidence to act as a technical partner in
this ambitious project for Siemens.
Now the detailed engineering has been
completed and the civil works can be
assigned to a contractor, Grontmij is ready to
take on the daily project management and
supervision of the works. The foundation
works start in November 2014. The first
turbines will be operational by the summer
of 2015. The first phase of the wind farm is
good for an electricity production of about
100 gigawatt hours per year. Thus green
electricity for about 30,000 households or
multiple local companies. The entire wind
farm will be completed by 2020.
WAT E R & E N E R G Y 
Environmental Consulting at a glance
Grontmij offers public and private
companies solutions for all industrial,
environmental, soil, energy and water
projects. We do so based on our vast
experience in consulting, project
management, engineering, procurement
and construction management.
Moreover, we assist you in managing the
entire environmental quandary and in
optimising consumption of expensive,
scarce raw materials. We convert costly
energy and water into a flexible solution
offering maximum recovery. The unique
interplay between our engineers and
advisors is the powerhouse at the heart of
Grontmij. Thanks to our combined expertise
we offer you cost-efficient, sustainable
solutions, in which procedural and personal
safety is a fundamental prerequisite.
Environment
Our environment consultants offer you
bespoke recommendations and solutions,
whilst always bearing the increasingly
stringent and complex legislative
and regulatory stipulations in mind.
We do so based on extensive practical
and engineering experience in the
environment, energy, water, waste, air,
hazardous substances (REACH), soil,
bio- safety, etc ... We guarantee environ
mental coordination and assessment of
environmental risks, assist you with your
permit application and in the integration of
environmental and energy management
systems. Our vast experience will also be of
benefit to you in the design and realisation
of your concrete projects and sustainability
reports.
Soil
Grontmij is an acknowledged soil sanitation
expert, and as such, your ideal partner for
soil investigation and soil & water sanitation.
We have all the necessary interdisciplinary
know-how in-house to resolve any kind of
soil issue. We carry out investigative and
descriptive soil surveys, write technical
reports (earthworks regulation) and
formulate and implement soil sanitation
projects. We provide you with independent
advice and evaluate alternatives, whilst
bearing financial and environmental aspects
such as geology, hydrology and soil stability
in mind. We also clarify the constraints for
any potential subsequent usage of the soil.
Water
Aside from many years’ experience in the
design and engineering of public sewerage
and small-scale water purification plants, we
also formulate sustainable water strategies
for our industrial clients. Our service
provision in this regard includes water
audits, recommendations and engineering
of drinking and process water treatment,
and wastewater purification.
Waste water
We supervise your projects in line with
a flexible formula: either as a consultant
in the choice of technology or project
management, in the integral design
(specifications), implementation supervision
(EPCm), or as the design & build contractor.
Process & drinking water
With the production of drinking water
and the optimisation of process water
(production, cooling, boiler feedwater…),
the choice in source and quality
prerequisites are essential. With our
manifold engineers we boast incredible
experience in the design and realisation
of the right technology in the right place.
We deem operational reliability and
quality assurance to be paramount.
We meticulously ascertain investment
and operational costs, in order to make
responsible choices and to keep the total
water cost as low as possible.
Energy consulting and project
implementation
Grontmij has been recognized by the
government as an energy consultant
and can analyse your business on energy
consumption, develop an energy plan into
concrete measures and be responsible for
monitoring and updating it. Moreover, our
process knowledge and strive for process
efficiency, interdisciplinary project approach
and experience are guarantee for the
realization of your projected Return On
Investment. When doing this we pay
systematic attention to energy-efficient and
energy-saving designs for new installations
or expansions. We also design zero-energy
and passive buildings.
Grontmij is a ‘Recognized SME Portfolio
Service Provider’ for subsidized advice on
environment, soil, water and energy.
©Shutterstock
Grontmij’s Consulting Services
focus on advisory services that
supplement our core activities, in
terms of infrastructure, real estate,
and industry. You can engage
our consultants and advisors on
a Grontmij project as part of our
one-stop-shop strategy, or you can
call upon them direct for a specific
advisory issue. The Consulting
Services department is the umbrella
covering the existing business units.
Based on market demand and
the specific needs of the client
these supplementary advisory
services are subdivided into 6 clusters.
A logical correlation links these
clusters. Cluster number 6 is
‘Environmental Consulting’.
Visit www.grontmij.be for more
information about Environmental
Consulting and the other 5 clusters in
the Consulting Services department.
25
 SOIL
No soil remediation required at Dana
Belgium and Bombardier Transportation
Commissioned by OVAM, Grontmij has conducted a descriptive soil investigation on
the business sites of Bombardier Transportation Belgium NV and Dana Belgium NV
in Bruges. On the boundary of both sites there was contamination arising from
chlorinated solvents. In the past, both companies had activities wherein these
solvents were used. Both of them also made use of a sewage system present on
the site which is suspected of having played an important role in spreading
the contamination.
Under the care of OVAM, both companies
signed a cooperation agreement for the
purpose of setting up a joint descriptive
soil investigation. Grontmij started this
investigation with a 3D site model wherein
the existing buildings, sewage system,
geology, groundwater levels and
concentrations per parameter are shown.
Based on this, the parties determined
a research strategy with monitoring wells
and MIP probing for the purpose of
identifying the contaminants and
evaluating the risk. The geological situation
made the whole thing somewhat complex
given the existence of 3 aquiferous layers
that are separated by less permeable layers.
From Grontmij’s investigation it appears
that there possibly are natural degradation
processes going on. This was further
investigated at a later stage in consultation
with VITO. Completed dechlorination was
shown by which the chlorinated hydro
carbons are broken down into harmless
ethane and ethylene. The contamination
could be limited in depth to the poorly
permeable sand layer of Vlierzele
approximately 15 m below ground surface
level. Using soil air measurements,
it has been demonstrated that there is
no volatilization from the groundwater
to the above lying workspaces.
Finally, the conclusion was that the contamination identified posed no risk to humans,
ecotoxicological risk or risk of spread. A soil
remediation was therefore not required.
Soil of former industrial site in Hasselt under scrutiny
The prestigious Blue Boulevard
property project (Blauwe Boulevard)
is well known in Hasselt and environs.
A part of the Canal Basin in Hasselt
is undergoing a real transformation.
The old industrial site is being transformed into a brand new harbour area
with dozens of complexes consisting of
shops, offices, catering establishments,
apartments and underground parking.
The total area covers about 85,000 m².
Commissioned by the City of Hasselt,
Grontmij has prepared a preliminary and
descriptive soil investigation of the former
industrial site. Active on the site were
a jenever distillery, a city gasworks,
a slaughterhouse, a factory for sanitary
fittings and a gelatine factory. For OVAM,
Grontmij conducted a descriptive soil
investigation by a former fuel depot.
Grontmij is carrying out various activities
for multiple clients such as OVAM,
The City of Hasselt, Aquafin/Infrax;
these include soil surveys, designs for
quay lowering and moving of collectors,
layout of roads and squares. A stop for
Spartacus, the first fast tram connection
between Hasselt and the Dutch city of
Maastricht, which Grontmij is working
on with Witteveen+Bos, is also foreseen
in the Blue Boulevard project.
26
A remediation is called for. The site there
is destined for the development of a city
park. nv De Scheepvaart has also had
a descriptive soil investigation carried out
by Grontmij. This by the former filling
points of the same fuel depot. The total
area of the investigated site amounts
to 50,000 m².
SOIL 
©THV Rots
Ground surveys for the Oosterweel Link
Commissioned by the ‘Beheersmaatschappij Antwerp Mobile (BAM nv), Grontmij
– within the temporary RoTS consortium (THV Rechteroever TunnelSpecialisten)
in which it is collaborating with Witteen+Bos – is carrying out various activities on
the soil, as preparation for the laying of the Oosterweel Link. RoTS has been working
since 2012 on testing the technical and financial feasibility of the Oosterweel Link,
developing the design and the preparation of the tender.
RoTS is responsible for the layout of the
environmental hygiene ground surveys for
both the main work and the preparatory
work for the realization of the Oosterweel
Link. The total volume of the ground
excavation is estimated at a whopping 11.5
million m³. For comparison: for the construction of the Deurganckdok Lock, about 9
million m³ of ground excavation is required.
The exploratory ground surveys (EGS’s)
needed to identify and list the soil ingestion
and expropriations are also being jointly
prepared by Grontmij’s environmental
specialists. In the event of serious soil
contamination, there will be descriptive soil
investigations (DSI’s), possibly followed by
the preparation of soil remediation projects
(SRP). RoTS has already drafted and/or put
into execution dozens of EGS’s, some five
DSI’s and equally as many SRP’s.
The largest soil remediation project within
the Oosterweel Project is the clean-up of
the highly contaminated sediment
(with heavy metals, mineral oil and PAHs)
from the Lobroekdok in Antwerp North.
Radar technology from Grontmij also
revealed that there are several wrecks of
sunken ships at the bottom of the dock.
Prior to the decontamination these ship
wrecks have to be secured.
Finally, RoTS and more specifically the
environmental experts from Grontmij are
responsible for the evaluation of the
asbestos and demolition inventories. These
inventories were drawn up with a view to
the demolition of one of the buildings along
the route of the Oosterweel Link. In some
cases, demolition specifications are being
brought in line with the specifications that
are drafted for soil remediation projects.
Contentious legal points with soil pollution
Grontmij has all the know-how in house to
solve any soil problem. Sometimes however,
more than just policy related, technical and
organisational know-how is needed.
What if legal points of contention arise
between different parties with a serious
soil contamination? Between current
operator(s), current owner(s), former
operator(s), former owner(s), neighbours, ...
Soil investigation and possible remediation
bring high costs with them.
What is Grontmij able to do? A legalscientific approach brings clarity about
the cause of the contamination, the
obligation to remediate, remediation
liability, possible exemption from
remediation obligation, ... As a legally
competent soil expert, Grontmij ensures
the maximum feasibility and probability of
success of a legal procedure. By virtue of
a qualitative legal-scientific approach,
environmental lawyers gain closing
arguments in order to make possible an
informed substantiation of the procedure.
RoTS improves
Antwerp’s quality
of life with a tunnel
solution
Commissioned by Beheersmaatschappij
Antwerp Mobiel (BAM nv), the temporary
RoTS consortium (comprising Grontmij
and Witteveen+Bos) is making the
design for a stacked tunnel. This tunnel
replaces the bridges of the orbital round
Antwerp and across the Albert Canal.
The project is being carried out by
the THV Rechteroever Tunnelspecialisten
(Right Bank Temporary Trading Company
of Tunnel Specialists or ‘THV RoTS’),
consisting of Grontmij and
Witteveen+Bos. This combination
has been working since 2012 on testing
the technical and financial feasibility,
developing the design and the pre
paration of the tender.
Studies on the technical and financial
feasibility provided the engineers insight
that it is better to replace the intended
new bridges over the Albert Canal with
a stacked tunnel.
The extra costs of a tunnel in relation to
new bridges appeared to be acceptable.
The noise disturbance for local residents
decreases when this piece of the orbital
disappears underground. In addition,
extra space for a city park for example,
results from a tunnel. Finally, the tunnel
solution gives a better overview and thus
a safer situation for road users of the
orbital.
27
 GRONTMIJ NEWS
‘Water for Industry’ seminar projects the future
On Thursday 22 May, Grontmij organised a seminar around the topic of water
and industry. Meeting place was the Port House (Havenhuis) in Antwerp. Around
fifty participants including environmental coordinators, process managers, utility
managers, HSE Managers, etc. gained an insight into the current trends and how to
design an integrated water policy for their business.
The programme of the day was constructed
quite variedly so that all participants found
something to their liking. Among the issues
discussed: the legislative framework
surrounding water, with clarity on a number
of practical and financial aspects; how to
recover nutrients from process and
wastewater; water production and spills:
28
constraints and opportunities for
a regulatory framework; an upgrade of
the soil water purification at Vesta; grey
water and process water, a ready-made
solution is still possible for your company;
sustainable industrial sites and rainwater
recycling at ‘Thor–park’; possible solutions
to the current water problems of industry
in Flanders; how water recycling can lead
to saving money; a brief look at water
treatment of the future and ongoing
resolute innovations. The items were
interspersed with various cases.
The feedback from the participants showed
that the variety of subjects was appreciated.
The overview of current water technologies
could also count on support. Just like the
many cases that made the theory tangible.
Thus a successful seminar!
Challenges for Project Execution
and Engineering in the ferro
and non-ferro industry
On October 14th, Grontmij brought
together representatives of a small
group of companies from the ferro and
non-ferro industry. Among them were
ArcelorMittal Gent, Umicore Hoboken,
Nyrstar and Sadaci.
During this workshop the main question
to find answers to was ‘How do industrial
companies anticipate on challenges in
a complex environment?’. Because today
we are confronted with an environment
where business is volatile, capital investments are dynamic and budget assurance
is mandatory. But even then, business
drivers as Life Cycle Cost Management and
Asset Management have to be dealt with.
Participants got an insight in current trends
and how to manage them. They also
discussed on topics like: how to optimize
project execution in order to meet business
requirements as time, budget, quality, safety
and how to bring added value? By aligning
engineering, construction management and
procurement. By securing the timely input
of technology providers. By using best
practices. By using new engineering
and design technology.
Also on the programme: cost optimal
design, engineering/design and
construction, sustainability: heat grids
and the possible use in the ferro and
non-ferro industry, the use of 3D tech
nologies, the Oosterweel connection and
a balanced price/quality of technology.
Please contact Gerard Verstappen on
gerard.verstappen@grontmij.be for more
information about the outcome of this
workshop.
 Structural specialists determined
the dimensions and the operating
procedure for the excavation of the pit.
Surveyors from Grontmij are responsible
for a continuous control measurement of
the bed during the execution of the work.
Environmental experts took care of the
permits for the soil drainage and carried
out the soil and mechanical investigation.
Gassco is relying on Grontmij for flawless
project management and excellent
communication with the various
stakeholders such as the municipalities,
the fire department, the port
administration, forest management,
TMVW (Inter-municipal Society of
Flanders for Water Distribution), Infrabel
and the police.
SMEs receive subsidized
advice for environment
and energy
Since 24 July Grontmij Belgium NV
is an approved service provider for
the cornerstone ‘advice’ of the SMEportfolio of Enterprise Flanders
(Vlaams Agentschap Ondernemen).
SMEs from the private sector and
professions, located in the Flemish
Region and with an acceptable main
activity, may receive a subsidy for
obtaining advice and coaching in
the environment and energy.
For subsidized advice SMEs can now
also go to Grontmij. Grontmij gives
this advice sector independently from
its services in sustainability and its
environmental services. The advice
consists of three components:
an analysis of the problem, the actual
advice and an implementation plan.
There are exceptions. For example,
advice required by law is not eligible.
Grontmij has been approved recognized
as from 24 July 2014 to 25 July 2019
(Approval number DV.A110253).
More information:
www.kmoportefeuille.be.
www.grontmij.be
Alexander Daenen
Operational Manager Environment, Soil,
Water & Energy
alexander.daenen@grontmij.be
29
 PLANNING & DESIGN
Mix of projects at the IRMM (Institute for
Reference Materials and Measurements)
of the European Commission
Early in 2013 Grontmij started with the identification and mapping of the utilities on
the IRMM site in Geel. At the same time, an energy policy plan was drawn up for the
coming years. In the autumn of the same year Grontmij acquired a study assignment
for the full implementation of an energy policy, a food laboratory and a multi-purpose
building on the research campus. In their entirety, these assignments for the IRMM are
taking five years to complete. Meanwhile, in the context of a framework contract,
Grontmij is also working on all smaller assignments on the site.
Grontmij is deploying expertise from all
business lines and provides the IRMM with a
real one-stop-shop via one account manager.
Items addressed include: land surveys, laser
scanning, Asset Information Management
(AIM) and Building Information Management
(BIM) expertise, (landscape) architecture,
stability, HVAC, electricity, laboratory
equipment, fire advice, EPB reporting,
building acoustics, environmental consultancy and - permits, safety coordination,
infrastructure, project management, ...
The IRMM is also interested in certifying
the new laboratory and existing buildings
with the sustainability meters ‘BREEAM new
build’ and ‘BREEAM in-use’.
In this article we focus on the energy policy
plan, the site investigation and the underground and above-ground mapping.
Mapping utilities and
functional analysis
Early in 2013, the collaboration between
the IRMM and Grontmij started with a high
technology Asset Information Management
assignment for the site in Geel. IRMM has
found it difficult to manage all the info on
changes on the site correctly (Management
of Changes). An overall picture was also
missing.
In essence, this extensive task involves
the collection, analysis and processing of
data in a smart way throughout the entire
infrastructure and the buildings and
installations of the research campus. The end
result should be an AIM system built up
around 3D as-built models of the site. The
30
building and system administrators receive
a modern tool for optimally managing
the existing infrastructure, buildings and
installations. The system also provides
possibilities leading to Facility Management.
First phase:
underground and surroundings
In a first phase, land surveyors from Grontmij
identified and listed the underground piping.
Using conventional surveying techniques,
they took an inventory of the above-ground
assets such as fences, roads, location of
buildings, all signs, ... From these initial
activities, a topographical network was
drawn up that serves as the basis for further
data collection.
In order to obtain an as clear as possible
picture of the underground, Grontmij set-up
a well though through methodology. First,
experts collected as much information as
possible about the underground. This
included the use of intake interviews with
the site managers in order to lay functional
relationships between buildings and via the
analysis of existing documentation and plans.
On the basis of this information, a wellfounded ‘suspicion’ grew of what types of
piping (critical such as natural gas pipes,
pipes for nuclear wastewater, high voltage
power lines, non-critical, such as lighting
cabling) lie where. Using the most
appropriate technology - radio detection,
ground-based radar, test trenches - the pipes
were then detected and the exact locations
thereof were determined. In this way
Grontmij succeeded in sketching a correct
image of the underground piping. The results
of this analysis are further processed into
a functional database, which includes
information about diameters, the logical
structure of the network, ...
In early October 2014, the IRMM received a
first 3D base map of the site with a functional
analysis of the underground piping.
Second phase:
buildings, installations and AIM system
In the next phase, Grontmij processed
buildings and building installations into
3D as-built models, and also carried out a
functional analysis on these.
Using advanced 3D laser scans, Grontmij
brings the existing state of the site into
a virtual image. In combination with the
existing plans this forms the ideal underlay
in order to achieve consistent as-built
3D models. All modelled objects have a
classification and unique identity, which
allows for additional information to be
extracted from the 3D models and to be
linked into the AIM system. Thus, there is
a relationship between each 3D model
and the database.
Over the years, Grontmij has developed
its own methodology for managing Asset
Information. It was decided to fit this
methodology within the IRMM’s available
software platforms.
The IRMM obtains a tool wherein documents,
plans, 3D models and functional logic of
the installations are centralized, version
management is possible, insight is provided
into future enhancements, effects of changes
may be estimated correctly, ...
Technologically sound, qualitative
and complete
The IRMM has entrusted this strategic
contract to Grontmij because of an outstanding offer, which was technologically sound,
qualitative and complete. A significant boon
for the IRMM is also that Grontmij offers
solutions from within its own organization.
Experts, including in buildings, infrastructure,
land surveying, laser scanning, and asset
PLANNING & DESIGN 
Some facts and figures
Location
Geel, Belgium
information management gradually develop
a management model for the building
and system administrators of the IRMM.
They gain a modern tool for optimally
managing the existing infrastructure,
buildings and installations. Facility Management is also possible at a later stage.
Progressive energy policy plan
Grontmij is also taken up with inter
disciplinary work for the energy study and
the business lines. The energy project starts
with an analysis of the current gas and
electricity consumption, a building physics
study of the building shells and a control of
the existing technical installations. Many
disciplines are working together: energy
consulting, feasibility screening from
the wind team, thermographic analysis,
brainstorming sessions with energy
specialists, ... The straightforward account
management monitors the contextualising
of the energy study in the long-term vision
and the overall concept of the IRMM site.
The objective of the energy study is twofold.
Firstly put pressure on the energy costs and
then work more sustainably in the long term.
The IRMM has formulated this ambition into
a development plan for the site. The study
forms the basis of a broader energy policy
plan that can grow with the future needs of
the European research campus and wherein
conventional and renewable energy sources
are investigated and compared. Thanks to
the study, there is now a clearly developed
vision about how the site can be optimized
in terms of energy taking into account the
CAPEX and OPEX costs.
Heat recovery from a high temperature
heat pump
One of the key points of the study is the heat
recovery on the cooling system of a particles
accelerator on the IRMM site. Using a high
temperature heat pump, a new and
innovative technology, condenser heat from
the cooling system is brought to a sufficiently
high temperature to heat buildings. Another
optimization consists of the connecting existing boilers to central heat network of the site.
Principle of the future energy supply
CONSUMER
CONSUMER
CONSUMER
CONSUMER
CONSUMER
70-55 °C
50-35 °C
X
HEAT PUMP
HEAT PUMP
VITO BOILERS
OPEN VALVE
CLOSED VALVE
ATES
POSSIBLY OPEN VALVE
LINE NOT USED IN THIS SEASON
ENERGY
HeX
RMP BOILERS
COOLING TOWER
COOLING
Client
European Commission, Institute
for Reference Materials and
Measurements
Period
2013 - 2018 (Mapping Utilities)
Total investment costs
EUR 22,000,000
Grontmij’s fee
EUR 2,026,054 (Mapping Utilities)
Disciplines
Project management, account
management, land surveys,
laser scans, Asset Information
Management (AIM) and Building
Information Management (BIM)
expertise, (landscape) architecture,
stability, HVAC, sanitary work,
electricity, laboratory layout,
energy, EPB reporting, safety
coordination, BREEAM, infra
structure, fire recommendations,
building acoustics, environmental
advice and permits, …
About the IRMM
The European Institute for
Reference Materials and Measurements (IRMM) is one of the seven
institutes of the Joint Research
Centre (JRC), a directorate-general
of the European Commission. Its
mission: ‘Supporting the industrial
competitiveness, quality of life
and safety in the EU by developing
advanced measurement standards
and by providing state-of-the-art
scientific advice regarding
measurements and standards
in support of European policy.’
X: NUMBER OF COOLING UNITS CONNECTED TO BE DETERMINED
31
Consulting, project management
and interdisciplinary engineering for:
Biotechnology | Chemistry & Petro chemistry | Energy production, transmission & distribution |
Pharmaceutical industry | Ferro & Non-Ferro | Manufacturing | Oil & Gas | Food | Industrial buildings &
industrial equipment | Water companies
Policy advice and consulting for:
Environment | Energy | Sustainability
Industry, Water & Energy
Transportation & Mobility
Planning & Design
Grontmij Belgium NV/SA
Industry, Water & Energy Services
industry-water-energy@grontmij.be
www.grontmij.be
Antwerpen Office
Nieuwe Weg 1
2070 Zwijndrecht
T +32 3 560 11 90
Gent Office
Meersstraat 138A
9000 Gent
T +32 9 241 59 20
Hasselt Office
Herkenrodesingel 8B, bus 3.01
3500 Hasselt
T +32 11 26 08 70
Kempen Office
Herenthoutseweg 236 M
2200 Herentals
T +32 14 28 27 20
Louvain-la-Neuve Office
Avenue Athéna 6
1348 Louvain-la-Neuve
T +32 10 81 82 00
Mechelen Office
Stationsstraat 51
2800 Mechelen
T +32 15 45 13 00
Zelzate Office
M. Gillemanstraat 5
9060 Zelzate
T +32 9 345 70 67

Expansion of District Heating system MIROM Roeselare

Transcription

Similar documents

presentatie - Conferentie Gebouw Automatisering

1 Zolang we het niet lokaal

Be not of this World for a Moment

INHOUD - Bouwkunde

INSide Information

inhoud - Bouwkunde

INSide Information

Rapport Energie in Nederland 2011

Bekijk het jaarboekje (pdf-formaat)

IDLC Finance Limited Statement on green banking as of 31/12/2015